Lier - Grote Markt: Van bos tot prestigieus plein

Page 1

LIER - GROTE MARKT VAN BOS TOT PRESTIGIEUS PLEIN

UIT HET DEPOT


Coupe op he t pakket zwar te aarde met daaronder ee n oude cultu urlaag

(ster)

Marktplaatsen, veelal het kloppende hart van een stad, hebben doorgaans een eeuwenoude geschiedenis. De heraanleg van de Grote Markt in Lier in 2011 was voor archeologen hét moment: ze gingen op zoek naar het ontstaan en de evolutie van deze cruciale plek in de binnenstad.

DE MARKT: OOIT BOS EN AKKERLAND (TOT CA. 1200) Lier is ontstaan bij de samenvloeiing van de Kleine en Grote Nete, die beide door de stad stromen. Dit was en is een waterrijke omgeving met – zeker vroeger – sterk schommelende waterstanden. Dat heeft dikwijls tot problemen geleid, met vooral in de winter en de lente overstromingen. De Grote Markt ligt centraal in de stad, op de rechteroever van de Kleine Nete. Historische bronnen laten de marktactiviteiten aanvangen in de 13de eeuw, maar over de wordingsgeschiedenis van het ‘middelpunt van de stad’ was weinig concreets geweten. De vraag was in 2011 of het archeologisch onderzoek vóór de heraanleg van de Grote Markt de leemte deels kon invullen. Er is alleen systematisch opgegraven op het 2

westelijke deel van het marktplein en de diepte bleef beperkt tot die van de geplande herinrichtingswerkzaamheden – op enkele testputten na, waar men dieper mocht graven. Toch kwam er een schat aan informatie boven, te beginnen met de oudste geschiedenis van het plein. Verspreid over de opgravingszone troffen de archeologen resten aan van oude cultuurlagen, waaronder zeker één akkerlaag, enkele greppels, zandwinnings(?)kuilen en kleine paalsporen. De ouderdom van deze lagen en sporen konden ze niet achterhalen. Stuifmeelonderzoek van de oudste sporen wijst op een grotendeels beboste omgeving met open plaatsen en met struikheide, een gevolg van het begrazen of plaggen van de bodem.


Bloeiend vlas

VLAS IN DE ‘ZWARTE LAAG’. EEN VOORLOPER VAN DE LIERSE LAKENACTIVITEIT?

Op deze oudste ontginnings- en cultivatielagen bevond zich een op het eerste gezicht homogeen pakket zwarte aarde, één meter dik. Na onderzoek van de ‘zwarte laag’ onderscheidt men drie niveaus, die we kunnen linken aan verschillende periodes en activiteiten. Het oudste pakket gaat terug tot de 11de en de eerste helft van de 12de eeuw. Alles wijst erop dat de ‘Grote Markt’ toen een open, regelmatig bemest akkergebied was. Wellicht werd het al doorsneden door een voorloper van de Mechelse Straat, de huidige Florent Van Cauwenberghstraat. Op de volgende bladzijden gaan we kort in op het archeologische verhaal: hoe evolueerde het akkerland tot een prestigieus marktplein?

De vondst van zaden en zaaddozen van vlas (Linum usitatissimum) in het oudste pakket van de zogenaamde zwarte laag is een van de opmerkelijke resultaten van het onderzoek op de Grote Markt. Het geeft aan dat er al in het laatste kwart van de 12de eeuw vlas verwerkt, verhandeld of misschien zelfs verbouwd werd. Dat laatste zouden we kunnen afleiden uit het feit dat er resten van een resem akkeronkruiden gevonden zijn, maar niet van andere gecultiveerde planten, zoals je op akkers verwacht. In dat geval is er dus mogelijk al sprake van textielgerelateerde teelten in Lier, ruim voor de start van de succesvolle textielmarkt in het derde kwart van de 13de eeuw, zoals we die uit de bronnen kennen. 3


De

ulemans Foto Ann Ce Grote Markt, de r de on ard bleef bewa rloren Kost gewelfde Ve tweebeukige

VAN RANDZONE NAAR ‘CENTRALE PLAATS’ (CA. 1200 TOT CA. 1325)

Rond 1200 treedt er een verandering in de situatie op. De studie van het middelste niveau van de zwarte laag toont dat het gebied dan niet langer in gebruik is als akkerland. De aard en hoeveelheid van de vondsten duiden erop dat de menselijke invloed en activiteiten sterk toenemen.

Paardenhoofdje, wellicht van een speelgoeddiertje of spaarpot, hoogversierd aardewerk, 14de eeuw

44

Archeologen treffen een bonte mix van afval aan. Het was niet ongewoon om op zo’n plaats bouwpuin of asresten van vuren te dumpen. Ook huishoudelijk afval, waaronder veel keramiek- en beenderfragmenten en resten van ambachtelijke activiteiten, zoals leerfragmenten en ijzerslakken, worden massaal aangetroffen. Veel vondsten wijzen direct en indirect op handelsactiviteiten. Het duidelijkst blijkt dat uit de vele resten van zeevissen, vooral haring, en zeeschelpdieren, maar ook uit


de munten, afkomstig uit bijvoorbeeld Ieper en Trier. De grote verscheidenheid aan materialen wijst op een vrij chaotisch en multifunctioneel gebruik van de intussen publieke ruimte. Hier vonden niet alleen artisanale activiteiten plaats en werd er voedsel bereid, er was ook handel en mensen lieten afval achter. In het zwarte pakket zijn twee wegtracés aangetroffen. Naast de wellicht al bestaande Mechelse straat duikt in het tweede kwart van de 13de eeuw de Antwerpsestraat op. Het gros van de activiteiten lijkt zich dan af te spelen tussen deze twee wegen. Tegelijk vinden de archeologen verspreid over het terrein talrijke kuilen. Het is niet altijd duidelijk wat hun functie was: zandwinning, afvaldump… Vast staat dat de soms grote putten een directe impact gehad moeten hebben op het gebruik van het plein. Hoe de exacte ruimtelijke organisatie eruitzag, weten we niet. Wellicht was het een open ruimte met stalletjes of semipermanente gebouwen. Ten noorden van de Antwerpsestraat lag een open drenk(?)poel, de voorloper van de latere ‘Verloren Kost’. Uitbraaksporen tussen de Verloren Kost en de Antwerpsestraat wijzen op de aanwezigheid van een hallegebouw van minstens 20 bij 6 meter, parallel met de straat. Rond 1300 wordt het terrein geëgaliseerd en brengt men herhaaldelijk zandlagen aan. In dezelfde periode krijgen beide wegen een opknapbeurt. Dit wijst erop dat alles in het werk gesteld wordt om tot een vlakke, functionele publieke ruimte te komen. Een ruimte die hoe langer hoe meer gebruikt wordt voor ambachts- en handelsactiviteiten. Kortom, de aanzet voor een marktplein.

UITGELICHT: EEN 14DE-EEUWSE MESSCHEDE Misschien de duidelijkste aanwijzing voor ambachtelijke activiteiten op of in de directe omgeving van het marktplein zijn de talrijke vondsten in verband met lederbewerking. Hét pareltje is een 14de-eeuwse messchede. Hoewel niet uitzonderlijk als archeologische vondst, is dit toch een zeer goed bewaard en fraai versierd exemplaar. De bijna 24 cm lange schede is gemaakt van runds- of kalfsleer en bedekt met ingeperste lijnen. Die vormen plantenmotieven, driebladige ‘bloemen’ en ranken, en een raster van elkaar diagonaal kruisende lijnen.

5


NAAR EEN PRESTIGIEUS MARKTPLEIN (CA. 1325 TOT CA. 1550)

Wat in de vorige bladzijden staat, past perfect in het beeld van het Lier van toen: een lokaal centrum met een religieuze en politieke machtsfunctie, dat nog volop uitgroeit tot een volwaardige middeleeuwse stad.

Boven: verschillende kunstwerken, zoals deze gravure van Pieter (I) Bruegel, tonen ijspret met een prikslee. Onder: onderkaak met duidelijk gerechte en gepolijste onderkant

EEN GEPOLIJSTE PAARDENKAAK. IJSPRET IN LIER Het onderzoek heeft ook aangetoond dat midden 14de eeuw, kort voor de grootschalige afdekking met een zandlaag, de Grote Markt overstroomd moet zijn geweest. Misschien vormde dat mee de aanzet om het plein structureel te verhogen en te verharden? Uit die periode dateert een gepolijste onderkaak van een paard. Dit was een deel van een zogenaamde prikslee. Op de rechtgemaakte onderkaak werd een plankje bevestigd. Zo kreeg je een kleine, eenvoudige slee. Mogen we hier denken aan een winterse overstroming? En aan een Lierse peuter, genietend op het ijs?

6

Vanaf zowat 1325 is er een duidelijk intensiever gebruik van het plein. Zo verschijnen in het bovenste niveau van de zwarte laag naast veel keramiek, visresten en beenderen van allerhande vee, ook resten van verkoold veen. Minuscule hamerslagen zijn een aanwijzing voor een wellicht plaatselijke ijzerbewerking, en verder zijn er vondsten in verband met de hoorn- en beenbewerking, bontproductie en het schoenmaken of -lappen. Door zowel het aantal vondsten als het uitgebreide spectrum mogen we vanaf nu spreken van een echt marktplein. Het valt op dat dit proces samenvalt met de toekenning van marktrechten aan Lier door de hertog van Brabant. Opmerkelijk is ook dat het plein in deze en de voorgaande fase altijd problemen gehad heeft met de waterhuishouding. Het moet er vaak drassig, en bij momenten zelfs nat zijn geweest. Een wezenlijke verandering vindt midden 14de eeuw plaats. Dan worden de zwarte laag en de wegen afgedekt met een zandpakket: een eerste grootschalige, vlakdekkende ophoging en nivellering met verharding. De upgrade van deze publieke ruimte gebeurt ongetwijfeld op initiatief van de stedelijke overheid. Door de ingreep creëert ze niet alleen een prestigieus plein, maar kan men in één klap ook de afval- en waterproblematiek beter beheersen.


Mondharp met ontbrekende klankveer

Dergelijke stedelijke initiatieven zien we in die periode onder meer ook in Mechelen, Dendermonde en ’s-Hertogenbosch. Niet toevallig beleeft Lier dan een economische bloei. De stad is een en al bedrijvigheid. De voltooiing van de eerste stadsomwalling en de lakenhal (het latere stadhuis) met belfort zijn slechts twee voorbeelden. In deze periode verrijst op het zuidelijke deel van het plein ook een markthal van minstens 40 bij 10 meter. De oudere hal, nabij de Verloren Kost, is dan wellicht nog in gebruik.

Versierde ijzeren gesp

In de 15de eeuw gaat het economisch bergaf met Lier. Het vrijwel ontbreken van archeologische sporen en vondsten uit deze periode lijkt dit te weerspiegelen. Ten laatste rond 1550 krijgt de Grote Markt grosso modo haar huidige vorm en afmetingen. De hallen en andere constructies op het plein, behalve het stadhuis met belfort, zijn dan afgebroken en de rooilijnen krijgen hun huidige verloop. Het open, intussen volledig verharde plein naast het stadhuis is voortaan dé prominente ontmoetingsplaats, centraal in de stad. Dat is het sindsdien gebleven.

De oudste prent van de Lierse Markt, Detail uit de kaart van Georg Braun en Frans Hogenberg, in Lodovico Guicciardini, ‘Beschryvinghe van alle de Nederlanden’, 1581, Privécollectie Lier


LITERATUUR

PROVINCIAAL ARCHEOLOGISCH DEPOT Het Provinciaal Archeologisch Depot van de provincie Antwerpen is een door de Vlaamse overheid erkend onroerenderfgoeddepot. We bewaren en beheren archeologische ensembles uit 46 gemeenten en steden in de provincie Antwerpen. Het beheer en beleid van het depot gebeurt volgens de regels van de kunst, in samenspraak met het agentschap Onroerend Erfgoed en met de andere erkende depots. Ons depot maakt deel uit van het Vlaamse netwerk van onroerenderfgoeddepots en coördineert het overleg tussen de depots in de provincie Antwerpen. Naast de bewaarfunctie besteden we ook aandacht aan onderzoek en publiekswerking. Wij helpen studenten en onderzoekers aan interessant studiemateriaal. We voeren een actief en gericht bruikleenbeleid en stimuleren initiatieven zoals publicaties, lezingen of tentoonstellingen. www.depotwijzer.be/depot

BARTHOLOMIEUX B., HENDRIKS V. & VAN RANSBEECK L., 2015. Archeologische opgraving Lier Grote Markt (prov. Antwerpen), Ingelmunster: Monument Vandekerckhove nv, 321p. + bijlagen en cd-rom. WOUTERS B., DEVOS Y., MILEK K., VRYDAGHS L., BARTHOLOMIEUX B., TYS D., MOOLHUIZEN C. & VAN ASCH N., 2017. Medieval markets: A soil micromorphological and archaeobotanical study of the urban stratigraphy of Lier (Belgium), Quaternary International, 460.

COLOFON Deze uitgave kwam tot stand in opdracht van de deputatie van de provincieraad van Antwerpen: Voorzitter Cathy Berx, gouverneur Leden Luk Lemmens, Kathleen Helsen, Jan De Haes en Ludwig Caluwé, gedeputeerden Provinciegriffier Danny Toelen Departementshoofd Wim Lux Veldwerk (2011): Monument Vandekerckhove nv Bewaarplaats ensemble: Provinciaal Archeologisch Depot, Antwerpen Tekst Bart Bartholomieux, Jan Moens, Barbora Wouters en Ignace Bourgeois Foto’s voorwerpen © Provincie Antwerpen - dienst Erfgoed, Foto Stefan Dewickere Foto’s opgraving © Monument Vandekerckhove nv

MONUMENT VANDEKERCKHOVE NV Monument Vandekerckhove nv, onderdeel van Group Monument nv, beschikt sedert 2007 over een eigen archeologische afdeling die onderzoeken uitvoert in landelijke en stedelijke contexten in Vlaanderen en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Ondertussen is het uitgegroeid tot een van de grootste archeologische bedrijven in het land, waar innovatie en efficiëntie de toon aangeven. Monument Vandekerckhove (of Group Monument) werkt zowel voor overheden als voor de privémarkt. www.monument.be

Vormgeving Toast Confituur Tekstredactie Patrick De Rynck Drukwerk Antilope De Bie Printing Coördinatie Ignace Bourgeois Redactie Ignace Bourgeois, Joke Bungeneers, Marc Mees, Serge Migom en Sofie Scheltjens Contactadres Dienst Erfgoed, Koningin Elisabethlei 22, 2018 Antwerpen www.provincieantwerpen.be Wettelijk depot D/2019/0180/20 Gravure p.6 Detail uit Pieter (I) Bruegel, IJsvermaak aan de SintJorispoort, Collectie Stad Antwerpen, Museum Plantin-Moretus

Uit het depot. Archeologie in de provincie Antwerpen 5


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.