Keerpunt.
Studeren op late leeftijd: 'Nu doe ik iets wat ik echt leuk vind!'
'We dromen van onze eigen Bed and breakfast in italie'
'Na een huwelijk kwam ik er toch achter lesbienne te zijn'
vers van de pers .3
Namens de redactie Beste lezer, Hoe begin je je weekend? Met een vers afgebakken croissant, een kopje koffie en een ochtendzonnetje? Niets lekkerder om je weekend mee te beginnen. Een krantje erbij en je kunt lekker bijkomen van de drukke werkweek. Ja, even tijd voor jezelf. Nu je toch tijd voor jezelf hebt, hebben wij een paar vragen waar je eens voor jezelf antwoord op moet geven. Is je baan nog steeds zo uitdagend als tien jaar geleden? Ben je nog steeds gelukkig met je partner of met je sociale contacten? Heb je alles gedaan wat je ooit had willen doen? Plots is daar een Keerpunt. Het moment in je leven dat je denkt: Nu ga ik doen wat ik altijd al heb willen doen. Je verhuist voorgoed naar Italië, omdat daar altijd de zon schijnt. Je zegt je baan op, want zo spannend was het inderdaad niet meer en begint je eigen Bed & Breakfast. Wat heb je te verliezen of wat houdt je tegen? Misschien heb je dat moment al gehad. Misschien hoopt je nog dat het gaat gebeuren, of juist helemaal niet. Maar waar wacht je nou eigenlijk op? De redactie van het Algemeen Dagblad Utrecht presenteert u met volle trots haar eerste editie van de nieuwe, maandelijkse bijlage: Keepunt. Iedere eerste zaterdag van de maand ontvang u deze bijlage waarin u verhalen kunt lezen
van inwoners uit de provincie Utrecht. Deze mensen hebben het roer omgegooid en zijn een heel ander leven gaan leven sinds dat keerpunt. Sommigen hadden geen keus, omdat voor hen het roer om is gegooid. Dat betekent niet dat de verandering niet goed is geweest. De verhalen zijn aangrijpend, mooi en bovenal inspirerend. Wacht niet langer en gooi zelf dat roer om! Doe wat je gelukkig maakt en begin bij jezelf! Er zijn waargebeurde verhalen en interviews te lezen over relaties & gezinnen, over buitengewone mensen en over hen die hun droom waargemaakt hebben. In de bijlage kunt u die categorieën rechts bovenin terugvinden met al herkenningspunt de pijl. De verhalen gaan over mensen die al een hele carrière erop hebben zitten, of juist over hen die nog moeten beginnen. Elke uitgave zullen er ook verschillende columns te lezen zijn. Deze zijn geschreven door bekende columnisten, die schrijven met “verandering” als hoofdthema. Verandering kan eng zijn, maar hoeft niet slecht te zijn! Wij, de redactie van het Algemeen Dagblad Utrecht, hopen u te inspireren. Niet denken maar doen! Niet twijfelen, maar doorzetten. Voor ieder die zijn verse croissant liever elk weekend in Parijs eet in plaats van in Utrecht. Het is nooit te laat om te doen wat je leuk vindt. Maak jezelf gelukkig!
‘Ik was lesbisch, klaar.’
buitengewoon
relaties& gezin
‘het zit vol verrassingen!’
‘ik heb het roer nu zelf omgegooid en dat voelt goed’
Droom
carriere
‘Het moet niet voortkomen uit frustratie, maar uit passie”
Met inspirerende moed, De redactie van Keerpunt. Bijlage van het AD Utrecht
‘Hey koning, jij daar, met je knietjes’ Voor vragen en opmerkingen kunt u terecht bij: ad-redactiekeerpunt@utrecht.nl 24II BB, Vredenburg, 3511 Utrecht 088 050 5050
Column
Wat houdt je tegen? Er werd vooral verteld wat ze niet moet doen, maar waar ze goed in is wist ze zelf ook niet. Emmy leeft tot haar dertigste het leven wat het beste uit komt. Tot voor haar het roer om wordt gegooid...
Emmy voor haar huis in Utrecht
Carriere
.5
Door Karlijn Boddeüs “Ik was misschien wel een beetje rebels vroeger, maar mijn jeugd bestond uit keuzes die ik met meer hulp had willen maken. Ik had het nooit zo naar mijn zin thuis in of op school. Ik ben geboren in Loosdrecht, maar opgegroeid in Hilversum. Als enige in de familie deed ik de Havo, maar daar werd nauwelijks naar omgekeken. Ik had geen flauw idee wat ik wilde studeren en het leek soms wel alsof het mijn ouders en de docenten ook niet veel uitmaakten. Op een gegeven moment dacht ik: Hé, de Pabo lijkt mij wel wat. Ik word juf! Maar dat raadde mijn mentor destijds streng af. Iedereen met een Pabodiploma eindigde destijds werkloos. Niemand vertelde mij wat ik dan wel moest gaan studeren, of waar ik überhaupt goed in was. Niemand heeft mij ooit bij de hand genomen en gevraagd van: Goh, wat vind je nou echt leuk om te doen? Het enige waar ik toen nog aan kon denken was hoe ik zo snel mogelijk uit huis kon gaan… Uiteindelijk ging een vriendin van mij zich aanmelden voor de toelatingstest voor de Phillips secretaresseopleiding. Die opleiding duurde maar een jaar en ik dacht: Ach, ik mag dat meisje wel, ik ga wel met haar mee. Bleek dat ik de enige van ons twee was die werd toegelaten. Maar goed, ik ben wel gegaan. En ik weet niet wat me bezielde. Na een jaar studeren en mijn stage kon ik meteen aan de slag bij Phillips en ben ik uit huis gegaan. Ik moest daarom ook blijven werken, want ik moest mijn huur betalen. Na een jaar of zeven werken begon ik me toch wel echt af te vragen: Is this all there is? Ik had dan misschien geen toekomstplan, maar dit is niet wat ik leuk vind om te doen.”
Het roer om “Ik zocht naar een antwoord op die vraag en
na een paar jaar ben ik dus verder gaan kijken bij onder andere uitzendbureaus. Ik ben gaan werken bij een ontwerpbureau gaan werken, waar bijvoorbeeld logo’s gemaakt werden. Ondertussen kreeg ik een vriendje en ging ik samenwonen. Maar dat ging dan ook weer uit. Toen kwam de crisis en moest ik stoppen met mijn werk, waar ik het zo naar mijn zin had. Ik was gewoon aan het klooien eigenlijk. Tot ik op een dag Ivo tegen kwam. Mijn eerste man. Daar ben ik heel jong mee getrouwd, ik was 23 om precies te zijn. Ik was heel gelukkig met hem. Hij zei mij telkens weer: Ga nou iets voor jezelf doen, doe iets wat je leuk vindt! Nou moet ik toegeven, ik ben ook helemaal geen secretaresse-type. Ik hou meer van zelf ideeën bedenken en de controle daarover hebben. Nog voordat ik de stap kon zetten om daadwerkelijk iets voor mezelf te doen werd Ivo ziek. Hij had kanker en stierf daar ook aan. Ik was 34 en weduwe. Dat heeft ontzettend veel impact op mij gehad.”
“Ivo was degene die altijd zei dat ik ervoor moest gaan. Ik durfde dat nooit en ik dacht dat ik niet genoeg talent had. Nee, mij hoeven ze niet hoor. Dat is ook niet zo gek. Nooit heeft
iemand mij gezegd waar ik goed in was. Ik was een beetje bang voor verandering nu het roer zo voor mij werd omgegooid. Mijn leven begon eigenlijk weer van voor af aan. Dat is uiteindelijk wel mijn motivatie geweest. Ik dacht: Als ik dan toch weer opnieuw moet beginnen, dan doe ik het goed ook. Ik wil doen wat ik graag doe. Ik moest mijn ei kwijt en dat deed ik door te tekenen en te schilderen. Toen ik 35 was leerde ik Chiel kennen, mijn huidige man. Met hem kreeg ik mijn zoon Florian. Chiel probeerde mij net als Ivo te motiveren: Ga er nou voor! Dus dat deed ik. Ik ging langs bij het Utrechts Centrum voor de Kunsten en een docent zei tegen mij: Waarom ga je niet naar de Kunstacademie? En ik dacht hè, kan ik dat? Voor mij is de Kunstacademie bijna de hemel! Na wat stimulans van mensen om mij heen ben ik met Chiel naar de opendag van de Kunstacademie HKU gegaan en ik vond het vreselijk. Ik had het gevoel dat iedereen naar mij keek. Ik, als 42-jarige vrouw, kom studeren. Ik had het gevoel dat alle toekomstige studenten van achttien naar mij en keken en dachten: zij is gek! Maar dat gevoel heb ik nu gelukkig al niet meer. Ik moest een toelatingstest doen en
‘ik heb het roer nu zelf omgegooid en dat voelt goed’
Wie: Emmy Kattenbelt-Roos Leeftijd: 45 Geboorteplaats: Loosdrecht Woonplaats: Utrecht Kinderen: 1 Zoon Loopbaan: Havo - Phillips secretaresseopleiding Hogeschool voor de Kunsten Utrecht. (2013-heden) Burgerlijke stand: gehuwd
ik dacht bij mezelf: Als ik niet aangenomen wordt, dan kap ik er ook gewoon mee en dan is mijn tijd gewoon al geweest. Destijds vroeg ik ook aan een docent: Zeg nou eens eerlijk, is het raar dat ik hier wil komen studeren? En zij vertelde mij dat het een pittige studie was, omdat hij alleen in voltijd te volgen was, maar ook dat ze het bewonderde. Ik werd aangenomen met als voorwaarde dat ik een basisopleiding moest volgen waarin ik wat meer algemene kennis zou opdoen. Ik denk dat ik de eerste student aan de HKU ben die boven de veertig nog een opleiding is begonnen. Inmiddels zit ik in mijn tweede jaar van de opleiding. Nu heb ik het heel erg naar mijn zin op de studie. De reacties zijn heel positief, maar nieuwe mensen op school moeten altijd even wennen. Die vragen zich af of ik nou een docent ben of een student. Ik blijf toch wel merken dat ik van een andere generatie ben, maar op een gegeven moment weet je wel met je fijn kunt samenwerken. Dat herkent elke student denk ik wel!”
Een luxepositie “Na deze studie lijkt het me heerlijk om voor mezelf aan de slag te gaan en mijn eigen baas te zijn. Ik zit in de luxepositie dat ik mijn carrière eigenlijk al achter de rug heb, dus dat hoef ik er niet per se uit te halen. Ik heb al een kind dus ook daar hoef ik mijn carrière niet voor opzij te zetten. Het roer is voor mij een keer omgegooid, maar nu heb ik het zelf gedaan. En dat voelt goed! Ik word hier gelukkig van en dat zou ik iedereen ook echt willen meegeven. Doe of zoek iets wat jou gelukkig maakt. Dat begint bij jezelf, maar geef dat ook door aan je kinderen. Help je kinderen om dat te vinden wat ze leuk vinden. Als je iets leuk
vindt, dan kun je het en gaat het je lukken ook! Je zult er misschien niet het hoogste salaris mee verdienen, maar ook geld maakt niet altijd gelukkig. Stel voor jezelf wel de juiste verwachtingen en wees eerlijk voor jezelf. Gooi dat roer om, wat houdt je tegen?!”
‘Niemand heeft mij ooit bij de hand genomen en gevraagd wat er met me was’
‘Op de motor naar de Noordkaap: Vrij. Een woord dat de 53 jarige Rob Veldhoven uit Bilthoven goed omschrijft. Vrij in zijn werk, vrij in zijn tijd. Het is een bewuste keuze van hem, hij zoekt de vrijheid op. Sinds een aantal jaar is voor Rob het keerpunt gekomen dat hij geen vaste baan meer heeft. Hij is nu dus vrijer. Het komt ook naar voren in zijn passie: motorrijden. ‘’Het gevoel wanneer je op je motor lange tochten maakt is een heerlijk gevoel, echt een gevoel van vrijheid.’’ En dat hij lange tochten maakt is wel zeker. Spanje, Engeland, Zweden en zelfs naar Rusland en de Noordkaap is Rob geweest. En alles op de 22 jaar oude Harley natuurlijk. Door Denise Kwant
Passie
Wat er nou zo mooi is aan het rijden op een motor? Daar weet Rob wel antwoord op. Vol passie vertelt hij over het avontuurlijke van motorritten maken. ‘’Heel anders dan bij een auto voel je tijdens het rijden de wind langs je oren. Je rijdt nu niet perse van A naar B. De hele rit is een feest en je kunt met de motor makkelijker de secundaire wegen nemen.’’ Ja je moet wat lef hebben als motorrijder, dat geeft hij toe. ‘’Als je valt kan het goed mis gaan, dat besef ik me wel. Zelf ben ik een keer gevallen maar de schade viel gelukkig erg mee.’’ Al vanaf zijn achttiende beoefent hij deze passie. Hij heeft een vrouw die ook van motorrijden houdt en vroeger toen zijn twee dochters nog klein waren zijn ze vaak met zijn allen met de motor op vakantie gegaan. De kinderen goed vastgemaakt omdat Rob anders bang was dat ze achterop in slaap zouden vallen. ‘’Tentjes achterop en zo gingen we dan met het gezin naar België of Duitsland. Niet te ver weg, dat zou voor de kinderen wat te veel worden.’’ Een auto heeft het gezin wel, maar de motor krijgt bij zulke reizen toch echt de voorkeur. 5000 kilometer heen en 5000 kilometer terug: het navolgen van een doel. Elke dag een paar honderd kilometer rijden en af en toe uitgebreid koffie drinken. Zo zien de verre motorreizen er uit voor Rob en de groep vrienden die hem vergezellen. In 2010 zijn ze naar de Noordkaap, het bovenste puntje van Noorwegen, gereden. In 2015 naar Sint Petersburg. Veertien dagen weg van huis. Veertien dagen waarin zaken als motorpech, achtervolgd worden door po-
litie en spontane gesprekken met onbekenden niet vreemd waren. Dat is het leuke van motorrijden vindt Rob: ‘’Als motorrijder ben je toegankelijker voor anderen. Mensen beginnen sneller een gesprek met je, al is het alleen al om te zeggen dat ze je motor mooi vinden.’’ Die politie was trouwens een misverstandje, er was verder niks aan de hand.
Paspoort: Rob Veldhoven
Geboortedatum: 29 oktober 1963
‘Je voelt de wind langs je oren!’
Midzomernacht
De vele jaren aan reizen met de motor heeft Rob onvergetelijke herinneringen gebracht. In elke reis zit weer een rugtas aan grappige, mooie en soms spannende momenten verpakt. Rob leunt even achterover en droomt weg in een verre herinnering. ‘’Het was de vrijdagavond voor midzomernacht en we waren inmiddels aangekomen in Noorwegen. Een feestweekend stond voor de deur. Een weekend waarin alle Nooren vrij waren en we dus geen hulp van hen konden verwachten wanneer er iets zou zijn met ons of onze motoren. De spanning begon dan ook te stijgen toen bleek dat mijn voorband compleet versleten was. Ik moest heel snel een nieuwe hebben, anders konden we voor drie dagen niet verder. We waren
Komt uit: De Bilt Woont nu in: Bilthoven samen met zijn vrouw. Hij heeft twee dochters die beide het huis uit zijn. School: Rob heeft op de Middelbare Technische School gezeten. Daarna is hij een opleiding Motortechniek begonnen. In de tussentijd had hij een bijbaantje als postbezorger. Op een gegeven moment vroeg zijn baas of hij niet fulltime postbezorger wilde worden. Hij stemde hiermee in en stopte met zijn opleiding. Motorbijnaam: The Rainman
in een klein dorpje en kwamen toevallig een oude garage tegen. Of misschien is een garage een wat te groot woord, het was eerder een schuurtje waarin iemand allerlei banden bewaarde. We klopten aan en we zagen licht branden. Toch kwam niemand de deur openen. Het begon inmiddels al avond te worden en de hoop dat er nog iemand ons kon helpen vervloog langzaam. We besloten maar gewoon om de deur te openen, hij was immers de enige die nog iets voor ons zou kunnen doen. Binnen was een klein mannetje driftig aan het werk. Hij schreeuwde tegen ons dat hij geen tijd voor ons had en we weg moesten gaan. Hij was bezig met zijn vorkheftruck die kapot was. Ik bood aan om hem te helpen met zijn heftruck, grimmig stemde hij daar mee in. Een heel aantal pogingen en uren later kwam ik tot de conclusie dat het me niet ging lukken. Inmiddels was het al half twaalf en nog altijd stond ik daar met een versleten band. Tot mijn grote opluchting, als dank voor mijn moeite heeft hij toch mijn band vervangen.’’ ‘’Eenmaal buiten was het middernacht. Middernacht maar nog altijd licht. Het was Midzomernacht, natuurlijk, hoe konden we dat vergeten. Dat is een nacht in het hoge noorden waarin de zon dag en nacht schijnt. We hadden een slaapplek nodig en reden langs een soort vakantiepark. Voor dat park stond een huis met een veranda. Op die veranda zaten tientallen Nooren te drinken en feest te vieren. Enthousiast riepen ze ons en wilden dat we hen bij ons voegden. De rest van de nacht hebben we samen met hen de Midzomernacht gevierd’’. Rob’s ogen beginnen te twinkelen bij het ophalen van deze
‘Mensen beginnen sneller een gesprek met je, al is het omdat ze je motor mooi vinden’
buitengewoon .7
het zit vol verrassingen!’ Rob met zijn Harley op weg naar de Noordkaap.
herinnering. ‘’Zo zie je maar dat een motortrip nooit zo gaat als je verwacht en het vol leuke verrassingen zit!’’
Dromen
De tijd voor lange reizen heeft Rob tegenwoordig. Na 30 jaar postbode te zijn geweest hield hij het voor gezien: geen vaste baan meer en de hele dag klussen. De voortuin van zijn rijtjeswoning in Bilthoven staat vol met fietsen en oud-ijzer. ‘’Ik repareer oude fietsen en verkoop ze daarna weer.’’ Dit doet hij in zijn garage die vol staat met onderdelen van fietsen, gereedschap en andere spullen waarvan hij misschien niet eens meer weet dat het er ligt. Geen opruimer en een echte verzamelaar is
hij, dat geeft hij zelf ook toe. Hoewel Rob’s vrouw niet heel erg gecharmeerd is van deze eigenschap, laat ze Rob zijn gang gaan: ‘’Ik zet soms maar gewoon mijn oogkleppen op! Ik ben al lang blij dat hij wat centjes verdient en lekker bezig is.’’ Het reparen van fietsen is zeker niet het enige wat Rob doet om geld te verdienen. ‘’Ik breng zo ook bijvoorbeeld het oud ijzer
weg en doe ik andere klusjes voor mensen. Daar verdien ik mijn boterham mee’’, vertelt Rob met een glimlach. Hij gaat even met zijn hand door zijn baard en knikt. ‘’Hier vermaak ik me wel mee.’’ Toch is er nog een droom. Een droom die hij, zoals hij zelf zegt, op zijn oude dag nog wil verwezenlijken. Hij wilt namelijk erg graag nog verhuizen
‘Een motortrip zit vol verrassingen!’
en een eigen bedrijfje beginnen in de reparatie en verkoop van motorfietsen. ‘’Helaas hebben we daar nu echt geen ruimte voor. De verkoop van het huis verloopt moeizaam dus dat zit een beetje tegen. Natuurlijk heb ik nog wel de hoop dat het ervan gaat komen!’’ Het beginnen van een eigen bedrijf is niet de enige droom die Rob nog graag zou willen vervullen. Na het lezen van een artikel waarin een aantal jongens met de camper naar China zijn gegaan was het voor hem duidelijk: hij gaat nog eens met de motor naar het land van de kilometers lange muur en de traditionele cultuur. Hij is daar vroeger met zijn vrouw al eens eerder
geweest, maar dan met het vliegtuig en met enkel een rugtas. ‘’De voorbereidingen van zo’n reis duren vaak wel lang, het is iets dat moet bloeien. Daarom zal je mij vast niet volgend jaar al op mijn Harley naar China rijden, er zit heel veel regelwerk aan!’’
opinie Geef eerst die vakantieweek maar terug De VO-raad wil 100 roostervrije uren voor leraren, maar wil die niet vastleggen in de wet of cao. ‘Dan haal je de flexibiliteit uit het systeem’, aldus Paul Rosenmöller. Klinkt als de vorige vrijblijvende afspraak van 50 uur voor bijscholing en voorbereidingstijd. Geen leraar die daar ooit iets van heeft gemerkt, behalve dan dat hem een week zomervakantie werd afgepakt, wat in de praktijk betekende: een extra week uit de neus vreten. Aan de hoge werkdruk gedurende het schooljaar veranderde er niets. Geef docenten
‘Kijk eens naar de werkdruk en de salarissen’
eerst die vakantieweek maar terug en verminder dan structureel de lesgevende taak (in cao vastgelegd). Meer praktijkervaring op de lerarenopleiding is overigens ook een onzalig plan: studenten moeten al absurd veel uren voor de klas staan en meestal worden ze gewoon ingezet om een aantal specifieke klassen hele periodes over te nemen. Wil je minder uitval van jonge docenten, dan dient echt beter naar de werkdruk gekeken te worden, en wellicht ook weer eens naar de salarissen. Jaap Plaisier, docent aardrijkskunde, Utrecht
Gemorste tijd ‘Gemorste tijd’ in het onderwijs is tijd die gebruikt wordt voor de kleine pauzes tussen de lessen, een leerling even spreken, naar het klaslokaal lopen, een sanitaire stop, even bijkomen na een paar lessen. Deze tijd is niet begroot in de werktijd van een docent. Een docent werkt 41.5 uur per week (lange vakanties gecompenseerd). Die tijd is in zijn jaartaakformulier tot de laatste minuut met taken gevuld : lesgeven, voorbereiden, nawerk, mentoraat, surveillance, (leerling) besprekingen. Dat betekent dat een docent netto 41,5 uur per week werkt. De bruto werktijd, dus inclusief de hierboven genoemde ‘gemorste tijd’( de niet-begrote tijd), bedraagt per dag ongeveer een uur. In gewoon Nederlands: de docent werkt 41,5 uur per week maar door de onberekende gemorste tijd krijgt hij voor ca. een uur per dag zijn taken niet af. Die taken moet de docent dus nog doen. In uren berekend gaat dat om zo’n 4 uur per week; op jaarbasis 150 uur oftewel 10 procent van de jaartaak van een docent van 1.659 uur. Het voorstel van de VO-raad is sympathiek, maar zal niet leiden tot meer innovatie. De docent zal deze tijd beschouwen als compensatie voor gemorste tijd. Logisch toch? Piet Hieltjes, oud-docent geschiedenis, oud-schoolleider, Nieuwegein
.9
Goed plan ‘Docenten hebben meer vakantie dan mensen die werken’ of ‘Heeft u een cursus moeten volgen om ons les te geven?’ Je kunt het de leerlingen niet kwalijk nemen dat ze een vertekend beeld hebben van het onderwijs. Los van het feit dat deze uitspraken hilarisch zijn, zit er een kern van twijfel en meewarigheid in, gevoed door de boze buitenwereld die het onderwijs geregeld bagatelliseert. Verdedigen heeft geen zin, het accentueert slechts de kwetsbaarheid van de functie als docent. Toch vechten docenten dagelijks indirect tegen deze stigmatiserende kreten, door telkens te anticiperen op steeds meer opgelegde en voorgeschreven wetten, regels, veranderingen en maatschappelijke kwesties. En dat naast het lesgeven. Het onderwijs valt of staat immers niet meer enkel door een les te draaien en de deur te sluiten. De verwachtingen blijven stijgen, de druk wordt verhoogd, er moet gepresteerd worden. Om te (blijven) voldoen aan de gewenste kwaliteitswaarborging moet er dus hard gewerkt blijven worden. Om deze kwaliteit te garanderen, is er tijd nodig. Het voorstel voor het bieden van vaste, roostervrije uren is dan ook zeer gewenst. Maar daarnaast zijn de perikelen rondom het lerarentekort hardnekkig. De leerlingen zullen niet minder les gaan krijgen. Hoe dit paradoxale gegeven op te lossen. Waar halen we de tijd én de mensen vandaan? Gaat het er dan alsnog van komen dat docenten minder vakantie krijgen, net zoals mensen die werken? Pascal Cuijpers, docent VO, Houten
Docenten hebben kritiek op het beleid van de VO-raad
De andere kant
van de wereld
Anemoon Vergroesen (57) woont samen met haar partner Joep (59) in New Plymouth, Nieuw-Zeeland. Daarvoor woonden ze allebei hun leven lang in Nederland, waren zeer gelukkig en het ontbrak hen aan niks. Toch kriebelde het ergens. In 2010 hakte ze de knoop door, en besloten ze te emigreren. Door Marijn Pels Rijcken “Natuurlijk mis ik mijn kinderen. Als moeder zijnde is dat zeker het grootste gemis”. Bijna zes jaar geleden alweer verhuisde Anemoon naar Nieuw-Zeeland. “Ik heb vier volwassen kinderen die allemaal nog in Nederland wonen. Ik zie ze maar één keer per jaar”. Het is één van de eerste dingen die ter sprake komt, de kinderen. Als trotse moeder van vier is het af en toe moeilijk dat je niet even bij ze langs kunt gaan. “We bellen en skypen regelmatig, het contact is heel erg goed. Ik ben heel erg blij en ook trots dat ik zulke sterke, zelfstandige en volwassen kinderen heb. Zij steunen mij in alles wat ik doe en daar haal ik veel kracht uit”. “Het is hier echt ongelofelijk fijn wonen. Je leeft hier veel dichter bij de natuur. In Europa, zeker in Nederland, leef je heel erg gehaast en met een hele hoge standaard. Alle luxe die je hebt, daar moet je hard voor werken. Dat is in Nieuw-Zeeland heel anders. Je hebt veel mensen die hun
eigen grond hebben waar ze groente op verbouwen. Mensen zijn in de vrije tijd heel veel in de natuur. Bijna iedereen is sportief, houdt van wandelen, fietsen en bergbeklimmen”. “Het was wel heel fijn dat onze kinderen volledig achter onze keuze stonden. Ze hebben het alle vier aangemoedigd. Onze jongste dochter was toentertijd pas 16 jaar oud en vond het wel heel erg moeilijk. We hadden wel van te voren afgesproken dat mocht het slecht gaan met één van de kinderen, dan zou ik terug gaan. Dan had ik hier niet kunnen blijven”. Nieuwe uitdaging Na op vakantie te zijn geweest in Nieuw-Zeeland leek het Anemoon en Joep geweldig om daar een restaurant te beginnen . Ze hadden op dat moment al jarenlang een restaurant in Mijdrecht. “We dachten op dat moment dat we tegelijkertijd een tweede zaak in Nieuw-Zeeland zouden kun-
nen openen, omdat de hoogseizoenen niet gelijk lopen (wanneer het hier zomer is, is het daar winter). Omdat we het restaurant in Nederland nog hadden konden we echter niet tegelijk weg om dingen te ondernemen of regelen. Het is namelijk niet zo dat je even langs gaat”. Het plan was dat hun oudste dochter de zaak in Nederland over zou nemen, zodat zij zich volledig konden richten op de nieuwe uitdaging in Nieuw-Zeeland. Dat plan ging niet door. “Onze dochter wilde haar eigen weg kiezen, was er uiteindelijk niet geïnteresseerd om het over te nemen. Wij steunde haar daar in, en hebben toen besloten om ons restaurant verkopen”. In 2009 kochten Anemoon en Joep een boerderij in New Plymouth. Ze bouwden dat om tot restaurant en het is een succes geworden. Verhuizen naar de andere kant van de wereld is niet zomaar iets, daar komt veel bij kijken. Er zijn organisaties die zeggen dat het heel belangrijk is dat
je hun inschakelt omdat je anders geen residentie krijgt, maar Anemoon en Joep bewezen het tegendeel . “Er zijn officiële instanties die je kunnen helpen, maar daar hebben wij geen gebruik van gemaakt. Mijn man heeft een geschikt stuk land gevonden en gekocht, en ook direct geïnformeerd naar vergunningen. Vervolgens heb ik contact gelegd met een aannemer. Door een gelukkige samenloop van omstandigheden hebben we ondertussen het restaurant in Nederland makkelijk kunnen verkopen, dat was heel erg prettig”. Het is nu bijna zes jaar later en met het restaurant gaat het voorspoedig. “Het is eigenlijk onvoorstelbaar hoe goed het is gegaan. Vooraf moest je aangeven wat je dacht te gaan omzetten en dat moesten we dan ook halen om onze residentie te krijgen. Dat was een gemiddeld bedrag per dag, en dat hebben we precies gehaald”. Typisch genoeg is het daarna ietsje minder geworden. “We waren van
Anemoon (rechts) samen met haar personeel.
Het restaurant bij nacht.
Het restaurant in Nieuw-Zeeland die Annemoon samen met haar man runt.
Droom .11
De ‘achtertuin’ van Anemoon en Joep met de vulkaan in het zicht. ons restaurant in Nederland heel erg gewend om elk jaar te stijgen, maar dat is nog niet gelukt in Nieuw-Zeeland. Maar we gaan ons uiterste best doen om nieuwe dingen te bedenken”. Familie en vrienden Een belangrijke reden voor Anemoon en Joep om te emigreren was om in een rustigere leefstijl te stromen. Dat is gelukt. “Ik wist van te voren natuurlijk wel dat de leefstijl hier anders is, en dat is zeker niet tegengevallen, het is hier geweldig”. Toch zijn er momenten geweest dat Anemoon heeft getwijfeld of het wel de juiste keuze was om Nederland te verlaten. Ver weg van familie en vrienden. “Die twijfel, die hou je altijd, dat heb ik soms nu zelfs nog. Begrijp me niet verkeerd, het leven is hier echt heel erg fijn. Maar aan het begin heb ik veel getwijfeld. Maar het feit dat in mijn ogen de kwaliteit van het leven zo hoog is hier, overtuigd mijn telkens weer dat ik de juiste keuze heb gemaakt. In het begin had ik vooral moeite met de onzekerheid. Je hebt vijftig jaar lang op een bepaalde manier geleefd en dan laat je alles wat je hebt in één keer los, dat is heel moeilijk
natuurlijk. Maar ik ben vroeger ook vaak verhuisd en ik maak makkelijk contact met mensen. Ik hier nu weer vriendinnen, vaste afspraken en allemaal leuk dingen”.
en of ze versterken je gevoelens. Je moet vooral niet beredeneren waarom je het doet, dat is een valkuil.
‘Het moet niet voortkomen uit frustratie, maar uit passie” Kriebels De wereld is steeds toegankelijker geworden iedereen en dat zorgt voor oneindige mogelijkheden. Dat is ook een reden waarom emigratie blijft toenemen. Op dit moment zitten er duizenden mensen in Nederland die de stiekeme droom hebben om ergens in een mooi ver land te gaan wonen. “Als je de kriebels krijgt om zoiets te gaan doen, dan doe je er heel goed aan om daar met mensen over te praten”, besluit Anemoon. “Vooral met mensen waarvan je denkt dat ze het niet eens met je zijn, die moet je niet uit de weg gaan. Dat soort confrontatiegesprekken zijn heel goed en daarmee kom je tot nieuwe inzicht-
Het moet voortkomen uit een hele sterke drive, je moet het niet gaan rationa- liseren. Heel goed voelen en ervaren. Je neemt namelijk ook jezelf mee. Daarmee bedoel ik dat als je vindt dat bijvoorbeeld het leven in Nederland veel te gehaast en je wil dat niet meer, maar je bent zelf een heel gehaast persoon, dat niet gaat veranderen wanneer je in een ander land gaat wonen. Dat ligt aan jezelf. Het moet niet voortkomen uit frustratie, maar voortkomen uit de passie om een nieuwe uitdaging aan te gaan”.
Emigreren Emigreren is iets van alle tijden. De laatste jaren neemt het echter flink toe. Sinds 2009 stijgt elk jaar het aantal mensen dat emigreert vanuit Nederland. Volgens de laatste cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) verlieten er in 2014 bijna 148.000 mensen ons land, om hun geluk elders te beproeven. Dat is een record, nooit verlieten emigreerden er zoveel mensen in één jaar tijd. De meeste emigranten vertrekken naar een ander land in Europa of naar Noord/Zuid-Amerika. De redenen voor emigreren verschillen heel erg. Zo is de één op zoek naar geluk, omdat hij of zij de toekomst in Nederland somber in ziet. De ander doet het om Carrière te maken in het buitenland, terwijl er ook mensen emigreren omdat ze genoeg hebben van het Nederlandse klimaat. Tot slot heb je ook nog een grote groep mensen die emigreert naar hun geboorteland, omdat ze oorspronkelijk niet uit Nederland komen.
Het begin van een eigen Bed and Breakfast Net buiten het randje van de binnenstad vind je aan de Vecht Bed and Breakfast ‘Het gekroonde visje’, dat zijn naam dankt aan de onder de woning gevonden kleipijpjes met een daarop gelijknamig merkje. Eigenaar Willem de Bruijn (54) besloot met zijn vrouw dit stukje historie te eren in hun trots: een B&B in eigen huis. Begin 2013 is de B&B van het stel geopend, inmiddels zijn ze zo’n zeshonderd verblijven verder.
Het kingsizebed in de slaapkamer van de Bed&Breakfast Door Sanne Veldhoven Waarom zijn jullie een Bed and Breakfast begonnen? “Dat had twee redenen. We hadden een beetje een te groot huis. Twee van de drie kinderen waren namelijk het huis uit waardoor zo goed als een hele verdieping van het huis leeg kwam te staan. Eigenlijk wilden we gewoon kleiner gaan wonen, maar dat was in de tijd van de crisis. Als we het huis dan hadden verkocht hadden we heel veel geld laten liggen. We bedachten ons wat je nog meer met die ruimte zou kunnen doen. Zo kwamen we op de Bed and Breakfast.” “Dat idee van het beginnen van een B&B speelde al langer. We waren eigenlijk van plan om dat in het buitenland op te starten. Dit leek ons een goede manier om het uit te proberen en te kijken of het wel zo leuk was als wij dachten. Een soort voorproef, want misschien is het wel super vervelend om de hele tijd mensen over de vloer te hebben.” Wat komt er allemaal bij kijken? “Per gemeente verschillen de regels een beetje. Zolang je minder dan vijf kamers tot je beschikking hebt in Utrecht, hoef je eigenlijk zo goed als niks te regelen. Dan hoef je het alleen maar te melden. Als je zes kamers of meer
hebt komen er toestanden als brandveiligheid bij kijken. Maar je start wel een eigen bedrijfje natuurlijk. Je inschrijving bij de Kamer van Koophandel, de boel inrichten en zorgen dat je gevonden wordt, is dus eigenlijk de manier waarop je een Bed and Breakfast begint.” Best een sprong in het diepe, hoe spannend was dat? “Ja, best wel spannend. We hebben wel een eigen site en we zijn aangesloten bij een boekingssite. Maar je vraagt je natuurlijk toch af of mensen je zullen vinden. Dat bleek later geen probleem; binnen twee dagen hingen de eerste mensen al aan de telefoon. Het ging heel snel. Dat is de mazzel in een stad als Utrecht. Er komen steeds meer toeristen en de capaciteit voor overnachtingen is eigenlijk gewoon nog te weinig. Wat dat betreft hebben we het best makkelijk. Als je een Bed and Breakfast in bijvoorbeeld Drenthe opzet dan ben je heel erg afhankelijk van het seizoen. In de stad loopt het gewoon continu door.”
‘Binnen twee dagen hingen de eerste mensen al aan de telefoon’
Zijn er veel buitenlandse boekingen? “Dat valt heel erg mee. Tachtig of negentig procent van onze gasten zijn Nederlanders. Af en toe hebben we Belgen of Duitsers op bezoek. Fransen, Engelsen en Amerikanen hebben we ook weleens langs gehad, maar dat is heel incidenteel. Dat heeft ook te maken met hoe je je profileert, wij staan op een website waar meer Nederlanders terecht komen. Dat is niet per se bewust. De organisaties waarbij je ook veel buitenlandse toeristen aantrekt zijn gewoon vrijblijvender wat betreft annuleringen en maken meer winst ten nadele van ons. De manier waarop wij het nu doen is commercieel interessanter.” Hoe is jullie omgang met de gasten? “Heel af en toe kloppen we een keer aan maar in principe willen we redelijk veel afstand houden. De Bed and Breakfast is bij ons min of meer gescheiden van de woning. Onze woning is op de eerste en tweede verdieping. Dat was al zo. En op de begane grond hebben we de ruimte dus omgetoverd in een B&B. We wisten zeker dat we niet gasten bij ons aan de keukentafel wilden zetten. Mensen vinden dit ook gewoon prettig.”
Wat maakt jullie Bed and Breakfast nou zo aantrekkelijk? “Dat is best een suffe maar zakelijke reden. We hebben een parkeervergunning geregeld voor de gasten. Daar komen veel mensen op af, want parkeren is hartstikke duur. En er zijn fietsen voor de gasten. Ook zitten we op een locatie waar het nét wat rustiger is, maar wel heel dicht bij de stad. Zo kun je de drukte van de stad opzoeken zonder dat je er echt last van hebt.” Speelt de stad een grote rol in het succes? “Ja, zonder twijfel. We krijgen zoveel gasten die ook gewoon komen voor concerten in Tivoli of de musical in het Beatrixtheater. Daar komen gigantisch veel mensen op af. Maar ook gewoon vriendinnen die een weekendje komen shoppen.” Hebben jullie nog wel privacy? “Op zich leveren we daar niks van in. Alleen een beetje van de tuin, want de gasten hebben daar ook een stukje van voor zichzelf. Wat soms wel een nadeel kan zijn, is dat je altijd beschikbaar moet zijn. Als je een weekend weg wil kan dat wel, maar dan moet je daar eerst wel wat voor regelen. Dat is weleens lastig. Onze oudste dochter en haar vriend nemen het dan meestal
van ons over, want die wonen dichtbij. Als dat niet lukt, is de Bed and Breakfast gewoon niet te boeken op die datum. Maar ja, dat is de consequentie, het is ook gewoon werk. Het levert geld op dus dan moet je compenseren.” Hoe combineren jullie het met de vaste baan? “Ik ben eigen baas en werk niet zo ver van de B&B vandaan. Het gebeurt heel vaak dat ik gewoon even op de fiets spring om mensen te ontvangen of even heen en weer schiet om ontbijtspullen op te ruimen.” Hadden jullie jezelf kunnen onderhouden van alleen de Bed and Breakfast? “Nee, het is voor erbij. Je zou een van de twee inkomens op kunnen geven en dan kun je er net van rondkomen. Wij hebben natuurlijk maar een kamer, dus ik weet niet hoe het zit als je meerdere kamers zou kunnen verhuren.” Hebben jullie weleens wat geks meegemaakt in de Bed and Breakfast? “We hadden een keer Griekse studenten in de kamer. Ze waren hier voor Summerschool. Het meisje had op een gegeven moment 112 gebeld want haar vriend, de andere student, zat helemaal onder de uitslag en was gigantisch aan het kotsen. Ze kon alleen helemaal niet goed commu-
droom .13 niceren met de hulpverlener van 112. Ik kreeg toen de telefoon in mijn handen gestopt. Achteraf viel het mee, want het was gewoon een soort allergische reactie. We schrokken wel heel erg; die jongen was doodziek. De hele vloer was vol gekotst, haha. Dat is maar een keer gebeurd. Soms hebben we weleens bezoekjes die niet helemaal goed voelen. Van die rendez-vous achtige afspraakjes.” Heb je dan even spijt? “Dat niet, maar wel het gevoel van: wat heb ik nou aan mijn fiets hangen?! Maar ja, je kunt moeilijk bij het boeken vragen of je even het trouwboekje mag zien. Maar goed, we
‘Dat is de consequentie, het is ook gewoon werk’
hebben tot nu toe sinds we begonnen zijn zo’n zeshonderd overnachtingen gehad denk ik. Daarvan hebben we maar drie keer een negatief gevoel gehad.” Aanrader of afrader? “Dat is heel persoonlijk. Wij vinden het een aanrader! Je moet wel de ruimte hebben en het leuk vinden om een praatje te maken. Ik vind het ook leuk om Utrecht een beetje te promoten en restaurantjes aan te prijzen. Als je nieuwe mensen ontmoeten niks vindt, dan moet je het natuurlijk niet doen. Het komt wel allemaal in je huis, ik kan me voorstellen dat sommige mensen daar moeite mee hebben.”
Wat is de volgende droom? “In het begin zei ik al dat het een beetje oefenen was. Onze droom is om hetzelfde in Italië te beginnen. We zouden dan wel appartementen willen hebben, want een Bed and Breakfast is toch wel een stuk intensiever. Financieel gezien is het breakfast-onderdeel helemaal niet zo interessant. Dat is gewoon een stukje service. In een appartement kunnen mensen zichzelf helpen. We willen dan niet emigreren, maar de helft van de tijd hier spenderen en de helft van de tijd in Italië. Dat is het ideale plaatje. Best of both worlds!
Met de klok mee: eigenaar Willem, de ruime badkamer, decoratie van de B&B, de bijzondere keuken
Als je in de B&B aan de Lauwerecht verblijft heb je de benedenverdieping tot je beschikking. Die kan afgesloten worden door een eigen deur. Je mag gebruik maken van de tuin waar je ook vanuit het appartement toegang tot hebt. In de slaapkamer staat een flink bed en een tafeltje voor twee. Er is een ruime badkamer, apart toilet en een keukentje dat van alle gemakken is voorzien. En in het fietsenhok dat zich in het pand bevindt staan fietsen, om de stad te bekijken op de meest Utrechtse manier die er is: op de fiets.
Proef de authentieke smaak van Mexico met Knorr wereldgerechten Mexicaanse burritos
Dat zit wel 14
15
“Een pensioen met veel vrije tijd, lange vakanties en veel tijd voor jezelf is niet voor iedereen” Thea (65) heeft, samen met haar man Herman (75), haar toekomstplannen zien verdwijnen. Na de pensionering gooide fysieke mankementen roet in het eten. Herman kreeg een herseninfarct en heeft Parkinson. Thea bleek twee gaten in haar netvlies te hebben. Zij en haar man moesten ineens de tering naar de nering zetten.
met hun twee honden. Ze hebben geen kinderen, maar de honden zijn hun lust en hun leven. Ook het Pieterpad, die lange wandelroute van Pieterburen in Groningen tot de Pietersberg in Limburg, was één van de routes die het koppel graag zou willen gaan wandelen. Maar omdat Thea’s zicht steeds slechter werd en Herman, ook door de Parkinson, slecht ter been is, zijn ze niet meer mobiel en vallen deze plannen voor een deel in het water.
Door Vick ten Wolde Thea heeft jarenlang voor de klas gestaan en daarna gewerkt bij een belangenbehartigingsorganisatie voor ouderen. Vervolgens maakte ze de overstap naar het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en was betrokken bij de wetgeving voor ouderen. De AOW met name. Als beleidsmedewerker en later als hoofd van de beleidsafdeling. Van het een kwam het ander. Ze ging van het ministerie naar een verzekeraar en later naar een uitvoeringsorganisatie die het uitbestede
werk deed voor meer dan 50 pensioenfondsen. Dus vele jaren is ze bezig geweest met de belangen van ouderen. En dan -onvermijdelijk- is het haar beurt om met pensioen te gaan. Haar man Herman was haar al voor gegaan en ‘wachtte’ als het ware totdat ook zij het werk vaarwel kon zeggen. Want het liefst maak je toch samen plannen. Een van de toekomstplannen van Thea en Herman was om veel wandelroutes in Utrecht te gaan ontdekken, samen
“Plan je pensioen niet al jaren van te voren. Je weet niet wat er gaat gebeuren. Het plannen lijkt leuk, maar het loopt eerder uit op een teleurstelling”
Herman wandelt op een goede dag met de hond, maar dat kan door de parkinson niet meer.
Thea zit in de stoel in de woonkamer en leest haar boeken tegenwoordig op een e-reader.
“Door mijn oogziekte zie ik heel slecht. Ik heb wel ondersteuning nodig tijdens het wandelen. Laatst was ik gestruikeld over een wortel van een boom, die zag ik gewoon niet”, zegt Thea. Herman kan ook geen lange wandelingen meer maken, iets wat hij vroeger zonder enige moeite deed. Wandelingen aan het strand of door de bossen zit er nu niet meer in, vooral door de Parkinson. Herman is slecht ter been en houdt het fysiek niet meer vol om er in zijn eentje op uit te gaan. Thea stopte in 2013 met werken, op 62-jarige leeftijd. Ze is altijd een harde werker geweest en had nog veel vakantiedagen opgespaard, dus kon ze met vervroegd pensioen. Thea had tijdens het werk op het laatst klachten over haar ogen, maar de dokter had een verkeerde diagnose gesteld, dus ging Thea gewoon verder. Na een klein ongeluk met haar fiets, waardoor Thea met een gat in haar hoofd naar het
ziekenhuis werd gebracht, vertelde de dokter dat Thea twee gaten in haar netvlies had en snel een oogoperatie moest ondergaan. Dat was natuurlijk een grote tegenvaller. De plannen moesten even worden uitgesteld.
“Het leven was toen keihard. In een klap is alles opeens anders. Ik heb Herman veel moeten bijstaan’ Omslag Toen Herman ook nog eens twee jaar geleden een herseninfarct kreeg, moest Thea alle zeilen bijzetten om hem te verzorgen. Herman kon daarnaast door de Parkinson ook bijna niks meer. “Het leven was toen keihard. In één klap
relatie & gezin is alles opeens anders. Ik heb Herman veel moeten bijstaan in die zware tijd”, zegt Thea met een diepe zucht. Rond de tijd dat Herman een herseninfarct kreeg, was het getrouwde koppel al een tijd opzoek naar een nieuwe woning. “We wilden wel graag verhuizen of permanent in ons vakantiehuisje aan de kust wonen, maar dat ging opeens niet meer. Dat viel ons wel zwaar”, zegt Thea. De klappen kwamen hard aan. De gezondheid van Herman ging snel achteruit. Ondanks veel vrije tijd van de twee gepensioeneerden is er tot nu toe weinig ruimte geweest voor lange vakanties of om er samen lekker op uit te gaan. Ze zijn gebonden aan huis. Herman is een echte lezer en verdiept zich in zijn boeken, maar Thea is een natuurmens en wil erop uit trekken. Voor Thea belemmert haar oogziekte haar grote passie: wandelen. En daarnaast valt het niet mee om een boek of
de krant te lezen. “Ik kan niet meer zomaar even een boek uit de kast pakken en het lekker gaan lezen.” Thea is wel in het bezit van een e-reader, waarmee ze de letters kan vergroten waardoor ze wel gemakkelijker kan lezen. Maar gewone boeken lezen zit er niet meer in.
“Ik kan niet meer zomaar even een boek uit de kast pakken en het lekker gaan lezen” Nieuw toekomstbeeld Al twee kampen de twee met allerlei problemen. In 2013 ging Thea met pension en nog geen jaar later kreeg Herman Parkinson. Bij Thea ontstonden de problemen ook rond 2013, maar liet zich dit jaar pas aan haar ogen opereren.
Ondanks alle tegenslagen en fysieke ongemakken blijven Thea en Herman positief in het leven staan. Thea is van plan om een van haar oude passies weer op te pakken: lesgeven. Vroeger werkte ze samen met jonge vluchtelingenkinderen, wie zij Nederlands leerde lezen. Sinds het herseninfarct van haar man en haar twee oogoperatieskan kan dat niet meer. Maar Thea laat zich niet langer tegenhouden door allerlei lichamelijke mankementen om haar droom te volgen. “Ik ga dat niet meer met jonge kinderen doen. Die verklaren mij voor gek als ik daar zit met mijn vergrootglas”, zegt Thea lachend. Thea wil nu graag met oudere vluchtelingen samenwerken. Zij ziet haar oogziekte niet als een belemmering daarvoor. “De wat oudere vluchtelingen begrijpen dat wel. Die snappen het vergrootglas ook.” Thea blijft ook hopen dat haar zicht weer wat meer terugkomt, zodat ze er vaker op uit kan gaan. Op vakantie gaan of
gewoon lekker lang wandelen met de hond door de mooiste gebieden die ons land te bieden heeft. “Ik zou dolgraag nog een keer naar New York willen gaan. Dat lijkt mij echt waanzinnig. Helaas kan dat niet samen met Herman, dat doet wel pijn. Maar gelukkig kan ik wel met vriendinnen gaan. Ik kan maximaal een weekje weg, omdat anders Herman te lang alleen is, en dat kan niet”, vertelt Thea.
“Ik zou dolgraag nog een keer naar new york willen gaan. helaas kan dat niet met herman, dat doet wel pijn” De werkelijkheid Vaak wordt de toekomst van
Door de fysieke omstandigehden is het vakantiehuisje in Noord-Holland van Herman en Thea tegenwoordig onbemand.
.17
ouderen, na hun pensionering, afgebeeld met ideale plaatjes. Dat ziet Thea in tv-reclames en in ouderenbladen. Je ziet dan ouderen die nog topfit lijken, de hele dag door lachen, erop uitgaan en lange fietstochten maken. Kortom, volop plannen hebben. Maar zij weet wel beter. De werkelijkheid zit anders in elkaar. Zij en Herman maken er het beste van en stellen zich gelukkig met ‘kleine dingen’. De reclames zijn al lang niet meer hun ideale voorbeelden. Pensionering als het grote keerpunt in hun leven? Ze kunnen er wel een beetje om lachen. Ze weten, ze zullen niet de enigen zijn voor wie, zoals het spreekwoord zegt, ouderdom met gebreken komt. Thea zou dan ook iedereen het volgende mee willen geven: “Een pensioen met veel vrije tijd, lange vakanties en veel tijd voor jezelf is niet voor iedereen. Plan je pensioen niet al jaren van te voren. Je weet niet wat er gaat gebeuren. Het plannen lijkt leuk, maar het loopt eerder uit op een teleurstelling”
Column
Hey Koning, jij daar, met je knietjes!
Door Nico Dijkshoorn
Wat mij een passend experiment lijkt, nu Ebru Umar vastzit in Turkije, is om tijdens Koningsdag te kijken hoe makkelijk ons koningshuis omgaat met beledigingen. Ik zit dan te denken aan de wat lastiger beledigingen, met een subtiele tweede laag. Voor andere staatshoofden hebben we al het ladenkastje kontneuken, dieren pijpen, befkoning en jongenshoer opengetrokken. Het zou fijn zijn als we, alleen als test, onze eigen koning op een wat verwarrender manier proberen te beledigen. Dus niet een maquette van De Groene Draeck naar de Gouden Koets gooien en ook niet 'fuck de koning' roepen tussen veertigduizend koekhappers, maar iets roepen waarvan niemand iets begrijpt, maar waarvan ze wel vermoeden dat het een belediging is. Ik geef een paar voorbeelden. Meng je tussen het volk, in gewonemensenkleren, wacht tot de koning langskomt en zeg dan: 'Als het een woestijnvosje was geweest, dan had je minder praatjes.' Andere mogelijkheden die ik al voor jullie heb verzonnen: 'Toe maar jongen, loop jij maar lekker op je schoenen, met van die stapjes enzo. Flinke jongen hoor.' En de dodelijke zin: 'Hé koning, met je knietjes. Ja jij daar, met
je knietjes, in die broek van je! Ik denk dat zoiets meer effect sorteert dan onze koning melden dat zijn oma een prostituee was, die het op volle zee, achter op een glibberig dek, tot haar knieën in de kronkelende paling, telkens maar weer deed met haringkakers. Dat kun je ook helemaal niet bewijzen, of het op het achterdek plaatsvond. Ik zou als koning meer in de war zijn als langs de route door twaalf verschillende mensen wordt geroepen: 'Hé koning, je jasje, ouwe braadharing, met je braadharingmaniertjes!' Dat moet de Nederlandse reactie zijn op Turkije: laten zien dat we zelfs goed met elkaar blijven omgaan als de beledigingen surrealistisch worden. Je plant een zaadje in zo'n koningshoofd. Als je tegen Willem roept dat hij een dijkvingeraar is, dan glijdt dat zo van hem af. Hij weet: ik vinger veel, maar geen dijken. Niks aan de hand. Als je roept: 'Toe maar, zwarte veters, meneer durft wel hè!', dan geef je hem iets om op te kauwen. Bij mij werkt dat zo Laatst liep ik door Leiden en kocht een Vietnamese loempia. Er kwam iemand naast me staan. De verkoopster
vroeg mij of ik hete of zoete saus wilde. Net voordat ik kon antwoorden, zei de man naast me: 'Dijkshoorn wil ze graag droog. Toch, Dijkshoorn, of niet? Droog toch, met je handjes? Ik heb daar een week over lopen nadenken. Ik had liever gehad dat hij had gezegd: 'Veel saus voor Nico, met zijn Hollandse pijpbekkie.' Nu bleef het maar doorzeuren. Hoezo 'droog'? Wat bedoelde hij daarmee? Had hij het over mijn laatste boek, of over mijn talent om vrouwen, na een terloopse aanraking, jarenlang droog achter te laten? Ging het misschien over mijn haar? Gebruikte ik de verkeerde shampoo? Daarom ben ik voor een experiment tijdens Koningsdag. Slim beledigen. Als dat goed werkt en er niemand wordt opgepakt, kunnen we deze variant ook tegen Turkije gaan gebruiken. Ebru zou dan bijvoorbeeld, in een telefonisch interview, niet de woorden 'NSB'er' en 'geitenneuker' moeten gebruiken, maar kan het eens proberen met de volgende belediging: 'Erdogan, Playstation 1-mannetje, met je geheugenkaart.' Kijken wat er gebeurt.
.19
‘Ik had geen identiteit voordat ik uit
de kast kwam.’
Relaties & Gezin .21 Gon (links) is een spontane vrouw met een vriendelijke lach.
Uit de kast komen is tegenwoordig minder moeilijk dan 40 jaar geleden. Maar nog steeds zijn er mannen en vrouwen die er pas op latere leeftijd achter komen dat ze op hetzelfde geslacht vallen. De Amersfoortse Gon Teunissen (73) was 31 en had al een huwelijk achter de rug, toen ze erachter kwam dat ze lesbisch was.
Door Merel Driessen “De eerste keer dat ik het woord homo hoorde, was ik een jaar of zestien. Ik zat in de derde klas. De twee meisjes die voor mij zaten in de les, hadden het over homo’s. Ze hadden gezwommen in een meertje in de buurt en daar hadden ze twee homo’s gezien. Ik wist nog helemaal niet wat dat waren: homo’s. Ik was nieuwsgierig en zocht het op in het woordenboek. Daarin las ik: ‘van gelijk geslacht’. Maar ik wist niet wat dat betekende, dus mijn raadsel was nog lang niet opgelost. Ik was echt zo groen als gras. Rond mijn zeventiende kwam ik op de kweekschool (red. tegenwoordig is dit de pabo) terecht. In die tijd werden de boeken van Anna Blaman verboden. In haar boeken kwamen passages voor waarin homoseksualiteit in detail werd beschreven. Ik was nieuwsgierig en ging ze lezen. Maar eigenlijk kwam ik niets tegen wat ik raar of vreemd vond.” Trouwen “Ondertussen leefde ik rustig verder. Ik had veel vriendinnen, maar ik had niet het idee dat dat raar was. Soms was ik voor de vorm even verliefd op een jongen. Dan hadden vriendinnen van me een vriendje en moest ik natuurlijk mee doen. Op mijn 21e slaagde ik voor de lerarenopleiding. Toen ik begon met werken, kwam ik een jongen tegen. Ik vond hem wel leuk en kreeg wat met hem. Hij had het hele romantische plaatje al voor zich en wilde direct met me trouwen. Maar ik was daar nog helemaal niet aan toe en zag dat niet zitten. Ik dacht alleen maar: ‘Wat moet ik met die jongen?’ Ik was ongeveer 25 toen ik naar Utrecht verhuisde. Op een gegeven moment ontmoette ik op een feestje een jongen. Hij was Indisch en erg leuk om te zien. Hij leek op één van de Blue Diamonds. Dat waren mijn idolen. We kregen een relatie.
‘Ik was lesbisch, klaar.’
Toen ik 29 was trouwden we met elkaar. Ik werd moeder van een zoon, Robin.“ In therapie “Na verloop van tijd merkte ik dat het niet werkte tussen mijn man en ik. De Indische cultuur die hij met zich meebracht vond ik heel interessant. Het was leuk om bij zijn familie te zijn. Maar misschien vond ik dat wel leuker dan ons huwelijk. Hij dacht namelijk heel anders over dingen dan ik. Eigenlijk was hij veel te Indisch en ik veel te Hollands. Ik scheidde van hem. Niet omdat ik toen al wist dat ik lesbisch was, maar omdat we zo’n karakterverschillen hadden. Van die scheiding was ik helemaal ondersteboven. Ik vond het vreselijk. Het voelde als falen. Ik zocht hulp en kwam bij een psycholoog terecht. Daar heb ik ongeveer een jaar therapie gehad. Mijn psycholoog zei tegen me dat ik misschien meer geïnteresseerd was in meisjes en in jongens. Ik had daar geen idee van. Ik had met beide geslachten niet veel ervaring. Op een gegeven moment zette ik een vriendin van me af bij de trein op Utrecht Centraal. Ik werd aangesproken door een lesbienne, die dacht dat ik ‘mijn vriendin’ afzette. Ik raakte met de vrouw aan de praat en zij vertelde dat er op zondag bijeenkomsten in Utrecht waren van Groep 7152. Dat is een organisatie voor lesbische en biseksuele vrouwen.” ‘Ik moest even wennen aan alles’ “33 jaar was ik toen ik met knikkende knieën en klamme handjes naar de bijeenkomst ging. Ik kwam in een ruimte terecht met 200 lesbische
vrouwen. Ik kan me het nog zo voor de geest halen. Het maakte een grote indruk op me. Op de bijeenkomst waren verschillende thema’s: over hoe je het zou vertellen tegen familie en collega’s. Op dat moment wist ik nog niet zeker dat ik lesbisch was, maar ik merkte dat ik me op mijn gemak voelde tussen die vrouwen in. Ik moest even wennen aan alles. Bij de tweede bijeenkomst ging dat al beter en op de derde voelde ik me als een vis in het water. Toen moest ik het op mijn werk gaan vertellen en tegen mijn familie. Niet iedereen accepteerde dat direct. Bij mijn eerste baan in Utrecht kwamen ze erachter dat ik mij met dit soort dingen bezighield. Er waren plots geen uren meer voor mij beschikbaar en ik stond op straat. Via een collega van mijn eerste baan, kwam ik bij mijn tweede baan terecht. Daar heb ik nooit een probleem gehad. Ik heb het niet meteen verteld, omdat ik dacht dat hetzelfde als bij mijn eerste baan zou gebeuren. Op een gegeven moment heb ik het tegen de directeur verteld en daarna langzaamaan tegen collega’s.
‘Ik kwam in een ruimte terecht met 200 lesbische vrouwen. Ik kan me het nog zo voor de geest halen.’ Al die tijd had ik ook nog mijn zoon bij me waar ik voor moest zorgen. Hij accepteerde het meteen toen ik besefte dat ik lesbisch was. Ik heb hem direct er mee in betrokken. Hij ging altijd mee naar de bijeenkomsten van Groep 7152. Daar speelde hij met andere kinderen van lesbiennes. Hij heeft er nooit moeilijk over gedaan.
Het was heel normaal voor hem, omdat hij er mee opgroeide.” 50plusminus Toen ik erachter kwam dat ik lesbisch was, heb ik er nooit omheen gedraaid. Ik was lesbisch, klaar. Ik ben me voor lesbiennes gaan inzetten. Er zijn zo veel vrouwen die in heel moeilijke omstandigheden zitten. Als ik me daar op de een of andere manier verdienstelijk in kan maken, dan doe ik dat. Ik ben toen bij het CNV gegaan, toen ter tijd nog KOV. Daar werd een groep opgericht voor roze onderwijspersoneel. Ik heb daar een aantal jaren in het bestuur gezeten. Op dit moment ben ik actief binnen 50plusminus. Dat is een werkgroep binnen Groep 7152 speciaal voor lesbische, biseksuele en transgender vrouwen vanaf veertig jaar en ouder.
Ik doe de PR voor deze werkgroep. Er komen daar nog steeds vrouwen die hun hele leven als het ware in de kast hebben gezeten. Wanneer hun man overlijdt, komen ze erachter dat ze lesbisch zijn. Ik durf wel te zeggen dat ze dan helemaal opbloeien. Ik had dat ook. Ik had geen identiteit voordat ik uit de kast kwam. Ik deed alles wat anderen van me verwachten, maar niet wat ik zelf wilde. Ik was heel makkelijk te beïnvloeden. Maar nu doe ik eindelijk precies wat ik wil. Mijn leven is heerlijk.”
‘Ik deed alles wat anderen van me verwachten, maar niet wat ik zelf wilde.’
Roze 50+ café Op zondag 1 mei is het Roze 50+ café in Amersfoort van start gegaan. Het Roze 50+ café wordt elke eerste zondag van de maand georganiseerd voor de ‘oudere’ LHBT om gelegenheid te bieden om in een ontspannen sfeer met elkaar in contact te komen. De locatie van het Roze 50+ café is Café Koetje aan de Hof 17a, Amersfoort. Het café is open van 14:00 tot 18:00 uur. Aandacht voor en emancipatie van LHBT is een vast onderdeel van het gemeentelijk beleid in Amersfoort. Daarmee is de stad één van de zogenaamde Regenboogsteden. Voor meer informatie over het Roze 50+ café kunt u terecht bij Henk Hogeweg (06 37 654 326) of Gon Teunissen (06 49 836 119). U kunt ook per e-mail contact opnemen: roze50plusamersfoort@gmail.com.
In Beeld:
Een vos, zwervend door de Bilthovense bossen.
Wilhelmus Hoekstra alias De Oranjeman doet veel optredens voor ouderen en mensen met een beperking.
De gewaagde stap van De Oranjeman
Je geld verdienen met werk waarvan je echt geniet. Iedereen droomt ervan maar relatief weinig mensen krijgen daadwerkelijk de kans. Volgens Wilhelmus Hoekstra (53) moet je gedurfde stappen zetten als je echt de carriere van je dromen wil hebben. Wilhelmus maakte zo’n gedurfde stap. Vijf jaar geleden besloot hij om niet verder te gaan met zijn ‘veilige’ baan bij de kinderbescherming. Hij was toe aan een nieuwe stap. Sindsdien is hij een fulltime entertainer bekend als De Oranjeman. Door Tijn Roëll Voordat hij de stap maakte naar de entertainmentbranche had Hoekstra al een gevarieerde loopbaan opgebouwd. Eerst in toerisme, daarna marketing en tot slot bij de kinderbescherming. Op het eerste gezicht is er niet echt een lijn te zien in de loopbaan van Hoekstra maar als het met een ander perspectief bekijkt zijn er toch overeenkomsten te zien. “Het gaat mij om werken met mensen, verschillende mensen. Bij de kinderbescher-
ming werkte ik met kinderen, ouders, rechters en de politie en dat vond ik heel leuk. Ik vind werken met pubers leuk maar dat betekent niet dat ik alleen maar met pubers wil werken. Daar komt nog eens bij dat ik me anders gedroeg in bepaalde omgevingen. In een sociale omgeving ben ik zakelijker en in een zakelijke omgeving ben ik socialer.” Uiteindelijk zette Hoekstra dus de stap en begon hij full-
time met optreden. “Ik deed al jaren kindershows naast mijn werk en het idee om geheel zelfstandig te worden speelde
“Ik hoop dat ik nog eens een miljoen win, maar zelfs dan blijf ik dit nog doen”
ook al ruim tien jaar in mijn hoofd, maar de stap zetten is gewoon heel moeilijk. Je hebt nu eenmaal veel verplichtingen en dat maakt het hartstikke spannend. Bij mijn werk werden er toen de tijd veranderingen doorgevoerd en werd toen aan me gevraagd of ik nog andere dromen had. Nu is het niet zo dat ik werd ontslagen en ik was ook totaal niet ontevreden met mijn werk, maar op zo’n moment
ga je wel terugkijken op wat je hebt gedaan. Ik kreeg genoeg geld mee om een paar maanden te overbruggen en toen dacht ik, ik ga het gewoon proberen. Het is nu of nooit.” Nu of nooit dus. Nu slaat op het feit dat hij, al was het voor maar even, financiële vrijheid had. Het nooit gaat vooral over de energie die je moet hebben om ineens een vrij onzeker leven te gaan leiden. “Ik ben nu 53 en na een tijdje heb
Buitengewoon je geen zin om zoiets te doen want je moet gewoon heel erg hard werken en constant achter opdrachten aanzitten. Het is niet zo dat je lekker achterover kunt gaan zitten en dat de opdrachten vanzelf binnenstromen. Toen ik begon was het helemaal lastig. Ik dacht toen dat de crisis wel over zijn hoogtepunt heen was maar dat bleek niet zo te zijn. Ik heb toen heel veel geïnvesteerd in cursussen en trainingen om de betere ondernemer te worden en mede daardoor red ik het nu. Omdat ik al jaren kindershows deed wist ik wel ongeveer hoe de markt eruit zag en hoeveel ik moest doen om van te leven. Inmiddels doe ik zo’n honderd shows per jaar maar alsnog kom ik qua inkomen niet in de buurt van wat ik vroeger verdiende.”
“Je moet wel een soort van lef hebben om zoiets te doen en ik ben er wel trots op dat ik het uiteindelijk heb gedaan” Al met al was het toch vooral heel erg spannend. Zo spannend dat hij er veel buikpijn
van heeft gehad. Inmiddels kan hij tevreden terugkijken op deze periode. “Heel veel mensen dromen er letterlijk en fi rlij van m n stap te zetten maar ze durven het gewoon niet. Ze blijven vastzitten door de veiligheid die ze word geboden. Je moet wel een soort van lef hebben om zoiets te doen en ik ben er wel trots op dat ik het uiteindelijk heb gedaan. Helemaal als ik er nu op terugkijk. Ik vind het belangrijk dat je iets doet waarvan je hart sneller gaat kloppen. Ik voel me erg op mijn plek nu, ook als het financieel nie mee i , dan a ik recensies lezen van mezelf en dan weet ik weer waarom ik het doe. Ik geloof dat je moet doen waar je blij van word, dan kom je altijd wel iets tegen wat je kunt doen. Zo heb ik eigenlijk mijn hele leven ingericht, zekerheid is namelijk ook niet alles.” Inmiddels gaat Wilhelmus dus alweer vier jaar door het leven als De Oranjeman. Zijn naam is natuurlijk een voordeel, toch heeft zijn personage niet veel met zijn naam te maken. De Oranjeman is meer een overblijfsel van zijn verleden in de marketing. “Ik ben altijd bezig met contact maken, hoe doe ik dat het beste. Er zijn heel veel presentator-entertainers die allemaal in een mooi grijs pak werken. Als er iemand in een oranje maatpak binnenkomt dan is er gelijk iets aan de hand en kan je gelijk met mensen praten. Je krijgt gelijk
een reac ie en da i fijn al je veel met ouderen en mensen met een beperking werkt. Daarnaast is oranje ook de kleur van positiviteit, saamhorigheid en enthousiasme en het bleek vrijwel gelijk dat het oranje pak een schot in de roos was. Ook het zingen en gitaar spelen staan eigenlijk in dienst van het contact maken met mensen. Samen een liedje zingen geeft saamhorigheid. Dat vind ik ook het leukste aan mijn werk, een mooie sfeer creëren en er voor zorgen dat mensen helemaal opleven. Daar tegenover staat wat er natuurlijk minder leuk aan is, en dat is een soort behangpapier zijn, ergens weggestopt in een hoekje waar het niet uitmaakt wat je doet als je maar iets doet. Het gaat mij er om dat mensen waarderen wat ik daar neerzet. Als je dat niet hebt dan ben je eigenlijk een beetje een slaaf van het geld en dat is nu juist wat ik niet wil.
kan nu alles zo snel regelen en da i har i e fijn maar v r mij is het minder. Ik word onrustig als ik een maand van tevoren weet dat ik nog niet genoeg optredens heb staan om van rond te komen. Het komt bijna altijd nog wel goed omdat zat mensen pas een week voor een optreden contact opnemen, maar je kan daar natuurlijk niet altijd vanuit gaan.
Wat hij ook erg leuk vind aan het werk is dat de dagen erg verschillend zijn. “Feesten, festivals, partijen, verzorgingstehuizen, ik treed overal op. Als ik niet optreed ben ik bezig met nieuwe dingen te bedenken of met de administratie. Binnenkort heb ik een periode waarin ik twee weken lang helemaal geen optreden heb. Aan de ene kant is dit wel lekker, maar aan de andere kant is het toch weer die onzekerheid die om de hoek komt kijken. Dit komt denk ik ook een beetje door het internet. Je
Wilhelmus Hoekstra alias De Oranjeman tijdens een optreden bij het Korenfestival in Utrecht
.25
Ondanks alle onzekerheid moet Wilhelmus er niet aan denken om weer een ‘normale’ baan te vinden. “Ik moet er niet aan denken om weer in loondienst te gaan. Ik vind dit geweldig. Ik hoop wel dat ik ooit nog eens een miljoen win, maar zelfs dan blijf ik dit nog doen.”
“Als er iemand in een oranje maatpak binnenkomt dan is er gelijk iets aan de hand”
Naam: Wilhelmus Hoekstra Geboortedatum: 13 juni 1962 Geboorteplaats: Rotterdam Hoogst genoten opleiding: HBO Inrichtingswerk Familie: Samenwonend, samen 4 pubers
UIT-AGENDA Donderdag 19 mei - zaterdag 28 mei
Spring Het is alweer tijd voor de vierde editie van het SPRING Performing Arts Festival met tien dagen lang dans, theater, beeldende kunst, film en performances. Op verschillende locaties in Utrecht zijn vernieuwende voorstellingen van nationale en internationale choreografen en theatermakers te zien. Ze nemen artistieke risico’s en experimenteren met verschillende kunstdisciplines. Meer weten? Kijk dan op www. springutrecht.nl.
Maandag 23 mei - maandag 30 mei
Parnassos proeftuin Een aantal keer per jaar kun je in de Proeftuin van Parnassos proeven van een speciale selectie uit het cursusaanbod. Sommige cursussen zijn terug van weggeweest en andere cursussen zijn helemaal nieuw, zodat jij er als eerste van kunt proeven! De Proeftuinavonden geven je de kans deze cursussen voor één avondje uit te proberen voor een kleine prijs zonder dat je ergens aan vast zit. Smaakt het naar meer? Houd dan het cursusaanbod van het nieuwe cursusseizoen in de gaten. Schrijf je in voor de hele cursus en word een echte fijnproever! Kijk voor meer informatie op www.uu.nl of bezoek het Parnassos Cultuurcentrum, Kruisstraat 201 in Utrecht.
Zondag 15 mei
Classic Giro Utrecht Op zondag 15 mei 2016 is er de hele dag van alles te doen op het Utrecht Science Park. Niet alleen voor racefietsers maar ook voor supporters, medewerkers van de bedrijven en instellingen op het Utrecht Science Park en voor families met kinderen. De hele dag staat in het teken van de Giro d’Italia en het Utrecht Science Park ademt dan ook een Italiaanse sfeer uit.
Zaterdag 21 mei - zondag 22 mei
aluin trakteert Als cadeau aan Utrecht worden op 21 en 22 mei in alle wijken van Utrecht één of meerdere scènes uit de voorstelling ‘Ken je Klassiekers (10 tragedies in een uur)’ gespeeld. Op pleinen en terrassen, in parken, perken en plekken door de hele stad. Aluin: ‘Na 25 jaar theater maken in Utrecht vonden wij het jubileum de uitgelezen gelegenheid de stad een cadeau te geven. Omdat we ook zoveel van de stad hebben gekregen. Al die jaren dat we nu in Utrecht gevestigd zijn, zijn we niet alleen financieel door de gemeente ondersteund, ook genieten we van het trouwe publiek en de prachtige verhalen die er in de stad te vinden zijn. Tijd voor een cadeautje dus.’ Deze “spoedcursus” klassiekers is een feest voor iedereen die geïnteresseerd is in repertoiretoneel. Voor mensen die al bekend zijn met klassiekers een feest der herkenning, voor leken een grappige, ontroerende en heldere kennismaking met De Oresteia, Oidipous, Antigone, Medea, Een Midzomernachtdroom, Romeo en Julia, Hamlet, Othello, Macbeth en Julius Caesar. Ken je Klassiekers! wordt gespeeld door: Jilles Flinterman, Boris van Bommel en Hiske Eriks. De regie is van Victorine Plante, de tekst is van Sophocles, Euripides, Aischylos, Shakespeare en Erik Snel. Voor meer details kunt u terecht op www.aluin.nl
ontspanning .27 S1nlge
Dokter Sigmund