7 minute read

De eerste hertog van Brabant

In 1190 wordt Hendrik I de eerste hertog van Brabant. Tot 1267 is Leuven de hoofdstad van een gebied dat reikt van Brussel tot ‘s Hertogenbosch. Daarna zal Brussel de fakkel overnemen.

De hertog verhuist de burcht van ‘s Hertogeneiland naar de Keizersberg, waar hij in 1232 een nieuwe burcht laat bouwen, naast de commanderij van de Tempeliers die er al stond.

De omgeving van de Sint-Pieterskerk wordt de belangrijkste kern van de stad. Leuven groeit verder uit als bloeiend handelscentrum, onder meer dankzij de lakenhandel en andere ambachten. De weg Brugge-Keulen blijft voor de stad een belangrijke handelsslagader.

6. 1222

Een nieuw hospitaal

In 1222 zijn op ’s Hertogeneiland de nieuwe gebouwen van het Sint-Elizabethgasthuis grotendeels klaar. Er zijn achttien bedden en er komt ook een kapel. Broeders en zusters staan in voor de zorg, maar al snel zijn dat alleen nog zusters. Hertog Hendrik I schonk voor dit complex een deel van zijn grond op ’s Hertogeneiland, binnen de stadswal.

De Romaanse Poort, de toenmalige hoofdingang, getuigt nog van een complex dat na een werking van eeuwen vanaf de 19de eeuw deels plaatsmaakt voor het Sint-Pietersziekenhuis.

Daar komt na de Eerste Wereldoorlog nog het Sint-Rafaëlziekenhuis bij, met de bijbehorende verpleegstersschool.

(Het gasthuis is veel ouder dan 1222. Het wordt al in de jaren 1090 gesticht, vermoedelijk in de omgeving van de latere Sint-Jacobskerk. Reizigers en pelgrims kunnen er terecht – vandaar ‘gasthuis’ – en zieke mensen in armoede worden er gratis verzorgd.)

Het Erfgoed En Zijn Spelers

BRUSSEL-LEUVEN 0-1

Op 9 augustus vindt in Leuven jaarlijks de (symbolische) Meyboomplanting plaats. Dat is een zeer oude traditie die de Leuvenaars in 1974 ‘afpakten’ van de Brusselaars, door daar tijdig hun boom te gaan stelen. In Brussel vond de eerste meiboomplanting al plaats in 1308. Ze houdt vermoedelijk verband met de toenmalige rivaliteit tussen Brussel en Leuven.

In Leuven staan vriendenkringen van de Mannen van het Jaar – en wel die uit Blok 9, van wie het geboortejaar dus eindigt op negen – in voor de boomplanting. Het waren de Mannen van 1929 die in 1974 de meiboom in Brussel ontvreemdden. Zo komen hier twee Leuvense tradities samen in één evenement: de Jaartallen en de Meyboomplanting.

In de middeleeuwen telt Leuven tal van gasthuizen, infirmerieën (onder meer voor begijnen), hospitalen, leprozerieën voor melaatsen (Terbanck, Ziekelingen) en andere liefdadigheidsinstellingen die actief zijn in wat we nu ‘zorg en welzijn’ noemen. Het initiatief komt van de stad, van katholieke instellingen, van milde schenkers en mettertijd ook van de universiteit. Van een landelijk georganiseerde zorg is er nog lang geen sprake.

Erfgoed

Van De Zorg

Erfgoed in Leuven, dat is ook een traditie van 800 (en meer) jaar zorg en het helpen van mensen, welzijn dus. De Hertogensite is dé plek waar de Leuvense zorg- en ziekenhuistraditie body kreeg: hier begon in 1222 een verhaal dat tot op vandaag voortduurt en dat letterlijk uitdijde. Ook dankzij de universiteit, die de ontwikkeling en professionalisering van de zorg mee bevorderde. In de nieuwe stadswijk op de site wordt een aantal historische zorggebouwen gerestaureerd, herbestemd en in het geheel geïntegreerd.

Het unieke verhaal van zorg, wetenschap en samenleving zal op de Hertogensite worden belicht in het nieuwe Vesaliusmuseum.

Wie op een kaart van Leuven kijkt, ziet dat ook de Minderbroedersstraat, de ‘grens’ van de Hertogensite, wordt ingepalmd door zorggebouwen. Ze mondt uit in het Anatomisch Theater – een zeldzaam pareltje van Europees niveau – en in de Leuvense Kruidtuin op de Kapucijnenvoer. Die wordt in 1738 door de universiteit opgezet als een farmaceutische kruidtuin en belandt in 1821 op zijn huidige plek. Die 200ste verjaardag is recent in de (kruidtuin)bloemetjes gezet.

Als we het over zorg in brede zin hebben –en dus ook over welzijn – dan ontdekken we een samenspel van stedelijke en katholieke instellingen

Het Erfgoed En Zijn Spelers

EEN NIEUW MUSEUM!

In 2025 viert de KU Leuven haar 600ste verjaardag. Op het eind van dat jaar gaat op de Hertogensite, de bakermat van de Leuvense academische geneeskunde en zorgverstrekking, het nieuwe Vesaliusmuseum open. Dat is een project van KU Leuven en UZ Leuven. Het museum belicht de interactie tussen (biomedische) wetenschap, zorg en samenleving. Je leest er meer over op bladzijde 100.

die zich door de eeuwen heen hierom bekommeren. Christelijke instellingen werken onder meer met schenkingen en andere privémiddelen. Zij staan oudere mensen, mensen in armoede, wezen en weduwen, mensen met een psychische problematiek enz. bij. Na de Franse Revolutie neemt de overheid geleidelijk aan de zorg in handen, wat in 1976 op stedelijk niveau uitmondt in het huidige OCMW. Tegelijk blijven ook privéweldoeners hun duit in het zakje doen, met in Leuven onder meer de industrieel Edouard Remy (1813-1896), die een reeks zorg- en welzijnsinstellingen in het leven helpt roepen. Na de Tweede Wereldoorlog wordt er in België en Vlaanderen op nationaal en later op gemeenschapsniveau een indrukwekkend socialezekerheidsstelsel uitgebouwd.

In het museum krijgt ook een deel van de collectie van Histaruz een plek, een ziekenhuismuseum dat in het Kankerinstituut was gevestigd. Vanaf 2004, toen UZ Leuven 75 jaar bestond, hebben een twintigtal vrijwilligers zich over de collectie ontfermd.

Naar Het Ocmw

Het 19de- en 20ste-eeuwse archief van het OCMW en zijn voorgangers bezit een schat aan documenten over zorg en armoedebestrijding. Het verhuist in 2023 naar het depot van het stadsarchief, dat er voortaan zorg voor draagt. Het zorgerfgoed uit het ancien régime – toen was er nog geen sprake van het OCMW – vind je dan weer in het Rijksarchief Leuven. En de historische kunstcollectie van het OCMW wordt al meer dan een halve eeuw beheerd door het stedelijk museum, sinds 2009 M Leuven.

Zorgen Voor Zorgerfgoed

Wie wil weten hoe ons denken over zorg en welzijn is geëvolueerd, kan terecht bij… het erfgoed van zorg en welzijn. De aandacht hiervoor is de afgelopen jaren sterk toegenomen. Maar er zijn nog veel uitdagingen, zoals het in kaart brengen van wat er allemaal is en waar het zich bevindt.

KADOC en het Gentse Museum Dr. Guislain, twee instellingen die zorgen voor zorgerfgoed, zetten daarom samen de schouders onder het project Zorgzaam (met) Erfgoed (2021-2024). Ze maken onder meer een stafkaart van het zorg- en welzijnserfgoed, die iedereen zal kunnen raadplegen en doen vervolgens aan expertiseopbouw en aan kennisdeling. De Erfgoedcel ondersteunt dit project om zo ook de diverse zorg- en welzijnsorganisaties in Leuven en omgeving mee aan boord te hebben.

Een Hart Voor Erfgoed

We keren 500 jaar terug in de tijd. In 1530 wordt in Leuven op de Biest een bescheiden annuntiatenklooster opgericht. Vandaag de dag is het Heilig Hartinstituut de grootste onderwijscampus in Vlaanderen en hebben de annuntiaten een breed vertakt netwerk van onderwijs- en zorgactiviteiten, vormen van sociaal wonen én een belangrijke noord-zuidwerking.

Daar hoort een zelfstandige erfgoedwerking bij, op de intussen beschermde site. Die werking is hier erg rijk en levendig, met vrijwilligers, leraren en leerlingen, bewoners van de buurt en anderen: Cultureel erfgoed annuntiaten Heverlee, heet ze. Kortweg CEAH. In 2024 komt er een nieuw kijk- en leerdepot.

Nieuw!

Cohousing voor vrouwen

Het Leuvense Groot Begijnhof, een samenleefgemeenschap van onafhankelijke, alleenstaande, religieuze vrouwen, wordt rond 1232 opgericht buiten de toenmalige stadsomwalling aan de Dijleoevers. Je zou het een soort cohousingproject kunnen noemen. In de 17de-eeuwse toptijd wonen er zowat 360 begijnen, in tachtig huizen en tien zogenaamde conventen. Het begijnhof is dan allang ingekapseld in de (mannelijke) kerkelijke structuren. In 1962 koopt en restaureert de universiteit het Groot Begijnhof dat ondertussen in verval is geraakt.

Tegenwoordig wonen in dit gerestaureerde mini-oasestadje studenten, buitenlandse gastprofessoren en universiteitsmedewerkers. Het begijnhof is sinds 1998, samen met 13 andere Vlaamse begijnhoven, erkend als Unesco Werelderfgoed. Een tweede, Klein Begijnhof vond je in Leuven bij de Sint-Geertruiabdij, ook al in de 13de eeuw. Ook daar zijn er nog behoorlijk wat getuigen en sporen van.

1341 Leuven krijgt een stadsring

Een eeuw na zijn stichting belandt het Groot Begijnhof binnen de stadsmuren. Want in 1341 besluit de stad dat er een nieuwe ringmuur moet komen. Die is nodig omdat Leuven uitdijt, met in die periode ongeveer 20.000 inwoners. De nieuwe omwalling omsluit een oppervlakte van 410 hectare en heeft acht poorten. Het traject is dat van de huidige ring. Omtrek: meer dan 7 kilometer. Aantal torens: 48.

TOPERFGOED, MADE IN LEUVEN

Een essentie van erfgoedzorg is dat wij wat we van onze voorouders overgeleverd kregen, als zorgzame rentmeesters of huurders in goede staat overdragen aan de volgende generaties. Het erfgoed is namelijk niet ‘van ons’. Goed overdragen, dat doe je in de eerste plaats door voor dat erfgoed te zorgen, met de middelen en technieken die er zijn.

Een van die middelen is het beschermen van erfgoed door de overheid. Dat kennen we vooral van het onroerend erfgoed: denk aan de bescherming als monument, als stadsgezicht, als cultuurhistorisch landschap of archeologische site. Leuven is in Vlaanderen de grootste erkende onroerenderfgoedgemeente. De stad nam de voorbije jaren al heel wat bevoegdheden en verantwoordelijkheden van het Vlaamse niveau over. Ook het Leuvense Raymond Lemaire Internationaal Centrum voor Conservatie (RLCC) speelt hierin een rol met de redactie van het Charter van Venetië en de opleiding Monumentenzorg.

Het Erfgoed En Zijn Spelers

Een ander middel is erfgoed opnemen in prestigieuze lijsten, al dan niet met bijbehorende middelen. Zo geef je aan hoe belangrijk het is. Leuvens toperfgoed komt voor in diverse lijsten, op Vlaams maar ook Europees en zelfs op wereldniveau.

Als je deze landschapstekening helemaal leest, ontdek je ook welk Leuvens erfgoed op welke Vlaamse, Europese of Unesco-lijst staat…

Waken Over Erfgoed

Paradox: op het moment dat de nieuwe muur wordt gebouwd, is de economische en sociale situatie moeilijk in Leuven. De middeleeuwse bloei is voorbij. Nog een paradox: van deze tweede Leuvense muur is er na de sloop-in-fasen vanaf de 18de eeuw minder bewaard dan van de eerste wal, op de Grote Spuye, een deel van de Verloren Kosttoren (bij de Wijnpers) én het tracé na. Dat tracé is dus de huidige Leuvense ring.

Overheidsdiensten, privépersonen, eigenaars, organisaties van professionals én véél – heel veel – Leuvense vrijwilligers dragen zorg voor de diverse vormen van erfgoed en zijn belangen. Alles begint met bewustwording en kennis. Daar staat in Leuven onder meer het Leuvens Historisch Genootschap voor in, door eigen onderzoek te doen naar de geschiedenis van Leuven en door die kennis te delen met een ruim publiek, op alle mogelijke manieren. (Zie ook bladzijde 9 over het project ‘Leuven Historisch in 3D’.)

Het Genootschap werkt graag samen met iedereen die een gelijkaardig doel nastreeft en het onderneemt actie voor het erfgoed als het dat nodig vindt. Dat wil zeggen: als de belangen van het erfgoed in Leuven geschaad dreigen te worden.

This article is from: