19 minute read
MOTOBOOTZ Unieke laarzen, gemaakt van professionele racepakken
from MotoDrive 2015-1
Laarzenatelier Rebootz WIE DE SCHOEN PAST...
Wat doe je met een leren motorpak, dat je jarenlang hebt gedragen? Hang je het als trofee in je garage, leg je het in een doos op zolder tot de motten hem op hebben of verpats je het pak op marktplaats? Hoeft allemaal niet, want er is nog een andere optie: laat er mooie high-fashion laarzen van maken!
Voor veel motorrijders is een leren motorpak meer dan een jas en een broek. Het is het icoon van een levensstijl, de personificatie van hun passie en natuurlijk een persoonlijk schild, waarin ze zich jarenlang veilig voelden tijdens de uitoefening van hun hobby. Een warme vriend die alle motoravonturen heeft meegemaakt. Er is een emotionele binding met het pak, waardoor het soms lastig is er afscheid van te nemen. Een gebruikt pak is ook lastig te verkopen, helemaal als er na een schuivertje wat "respectstrepen" op zijn gekomen. Veel motorpakken eindigen dan ook "achter het schot" op zolder. Zonde, want Annemarie van Zuilen van Rebootz weet er wel raad mee: zij geeft een pak een tweede leven maakt er prachtige high-fashion laarzen van!
Annemarie van Zuilen aan het werk; professionele racepakken tijdens de verwerking tot high-fashion laars.
Passie voor schoenen
Annemarie van Zuilen is ondernemer, kunstenares en schoenliefhebber. De 41-jarige inwoonster van het pittoreske Oudewater begon haar carrière als werknemer bij een handelsonderneming die trappen, ladders, tuinartikelen en diverse andere producten aan bouwmarktketens verkocht. Het ondernemerschap kwam al gauw bovendrijven, zodat Annemarie zich op een gegeven moment zelfs eigenaar van het bedrijf mocht noemen: "We hadden diverse eigen merken voor het grote publiek. Dat was een leuke tijd, maar op een gegeven moment ben je aan een nieuwe uitdaging toe.. Ik heb het bedrijf toen verkocht." Vanwege een non-concurrentiebeding mocht Annemarie de eerste vijf jaar niets in die business meer doen, zodat ze zich ging richten op haar passie: schoenen. Ze ging bij een schoenenatelier in Amsterdam werken. Daar leerde ze om mooie, kwalitatief hoogwaardige schoenen en laarzen te maken.
Seschoix
Ondernemen is net als motorrijden. Als je het virus eenmaal te pakken hebt, raak je het niet meer kwijt. Het duurde dan ook niet lang voor Annemarie het heft weer in eigen hand nam en een eigen schoenatelier begon, onder de naam "Seschoix". Onder dat label ontwerpt ze high-fashion schoenen, tassen en riemen. "De prototypes maak ik hier met de hand", legt Annemarie in haar zeer stijlvol ingerichte atelier uit. "Daarna laat ik ze in Italië maken. Dat land heeft een enorme passie voor mode en voor schoenen. Ze werken met goede materialen, het zijn ook echte vakmensen. Je kunt wellicht goedkoper in China terecht, maar zij begrijpen onze kwaliteitseisen niet en de werkomstandigheden daar zijn vaak verre van humaan. Het is prettiger en beter om met Italianen te werken. De kwaliteit en de afwerking is er perfect en dat is voor mij belangrijk. Het is toch geen massaproductie, het komt niet aan op die laatste paar euro's."
Bazza
Voor Annemarie is originaliteit en inspiratie belangrijk. Die inspiratie kreeg een extra impuls toen ze van iemand een oud motorpak kreeg. De goede leerkwaliteit, de aparte kleuren en de speciale designs gaven haar een idee: hier kon ze heel bijzondere, stijlvolle fashion-laarzen van maken! Ze maakte een prototype met een fraaie aluminium hak, die ook een extra link naar de Supersport-tak legt. Hiermee toog ze naar haar Italiaanse vrienden. Ook die vonden het prachtig, zodat er een productie werd opgezet. Inmiddels heeft Annemarie een hele collectie geproduceerd: "Het leuke is dat je elke keer nieuwe inspiratie krijgt door de designs van de pakken. Elk paar is uniek en anders, het wordt nergens op de wereld gedaan. De laarzen hebben een stijlvolle, maar toch sportieve uitstraling. En het is goed voor het milieu, want we recyclen gebruikt leer. Dat is er prima geschikt voor, want vanwege de veiligheid wordt in motorpakken heel sterk leer gebruikt. En je merkt ook dat we niet alleen het leer recyclen, maar ook de energie van de rijder. Die emotie krijg je mee als je naar de laarzen kijkt". Dat geldt dan zeker voor een paar blauw-wit-rode laarzen die Annemarie speciaal maakte voor Lisette, de vrouw van Barry Veneman. De basis was een Kushitani-pak, dat Barry in Zandvoort duidelijk tot op de grens beproefd had. De "respectstrepen" komen terug in het design, zeg maar...
Maatwerk
Wie een paar Rebootz laarzen wil, kan niet zomaar een paar scoren bij de Bristol. Rebootz laarzen worden met de hand gemaakt, op maat. Je kunt een design van de site kiezen, of een pak kiezen of aanleveren waar ze van worden gemaakt. En je moet de juiste maten opgeven. Dat kun je doen met een schema op www.rebootz.eu. Eventueel kan er ook iemand langskomen, die de maten opneemt. Vervolgens worden ze speciaal voor jou gemaakt. Het is maatwerk, het is vakwerk en er hangt dus ook een bijbehorend prijskaartje aan. Maar dan heb je ook werkelijk een uniek paar laarzen. Erg leuk om - bijvoorbeeld - je vrouw mee te verrassen, dan profiteert ze indirect ook nog van je hobby. Hoewel, inmiddels is Annemarie ook bezig met het ontwerp van een paar mannenlaarzen. En ook motorlaarzen met protectie hebben ergens in het creatieve brein van Annemarie al een vage vorm aangenomen. En er zal nog een collectie portemonnees, tassen en heuptasjes volgen, om het restleer optimaal te recyclen. Mocht je dus toevallig nog een oud pak op zolder vinden, dan weet je wie je er een plezier mee kunt doen...
De Rebootz laarzen zijn leverbaar vanaf 999,-
Meer info? Kijk op www.seschoix.com of op www.rebootz.eu
DE WERELD OP 2 WIELEN
Huisje, boompje, beestje... Voor velen is het een prettige, vanzelfsprekende levensloop. Niet voor Richard Woudenberg. Hij verkocht huis en haard en vertrok op een motorfiets de wijde wereld in... ee
Een eenzaam bord duidt de evenaar aan in Gabon.
Richard Woudenberg heeft het motorvirus nooit gekregen, hij is ermee geboren. Motorfietsen hebben hem altijd geboeid en toen hij achttien werd, haalde hij direct zijn auto- èn zijn motorrijbewijs.
Er kwam direct een motorfiets, een Suzuki GSX750. “Die reed ik na anderhalf jaar in de prak. Ik moest zelf revalideren en heb daarna een Pan European gekocht. Ik werkte in die tijd als IT-er bij een reisbureau en moest vaak vanuit Zwijndrecht naar Heerlen. Dat deed ik meestal met de Pan. De auto heb ik op een gegeven moment zelfs weggedaan. Dat is toch maar een slechte investering”, vindt Richard, die in die tijd ook steeds meer plezierreizen maakte: “Met die Pan European heb ik veel kilometers gemaakt, niet alleen naar mijn werk maar ook naar de Eifel en naar de Ardennen.”
Verandering
Toen Richard de dertig was gepasseerd, begon dat reizen steeds meer te kriebelen: Toen ik 31 was, heb ik een langere reis naar Oostenrijk gemaakt en veel passen gereden. Dat vond ik helemaal geweldig”, vertelt Richard enthousiast. Echt grote reizen maakte Richard nog niet, maar daar kwam verandering toen hij was gescheiden: “Door die scheiding ging ik nadenken wat ik met mijn leven wilde. Het werd snel duidelijk dat ik wilde reizen. Maar dat vergde wel de nodige voorbereidingen. Ik moest en zou een andere motor aanschaffen. Ik had op dat moment een Yamaha FJR, maar die was te mooi. Er zaten teveel gespoten stukken op die konden beschadigen. De bagagemogelijkheden waren ook te beperkt en ik wilde ermee offroad kunnen rijden. Ik ben nog met een Yamaha XT 660 naar IJsland geweest, maar dat was het ook niet. Ik ben uitgekomen op een BMW R1200GS.”
DIFI Sierra Nevada
Naast de motor is natuurlijk ook de motoruitrusting belangrijk: “Ik wilde naar Afrika, naar warme landen. Daarvoor wilde ik een pak dat goed ventileerde en dat licht was, zowel qua kleur als gewicht. Maar het moest wel de nodige veiligheid hebben. Bijkomend probleem is dat ik 1 meter 97 ben. Veel pakken zijn voor mij te kort. Toen las ik in MotoDrive over Leendert en Ria Poortenaar, die juist erg klein waren. MotoPort had voor hen een speciaal pak op maat gemaakt. Zo kwam ik terecht bij MotoPort Wateringen, waar Nathalie me de Difi Sierra Nevada aanraadde. Dat pak kan echt lekker doorwaaien via de ventilatierit-
sen. Zowel de jas als de broek konden via MotoPort voor mij op lengte gemaakt, zodat het voor mij de ideale oplossing was.”
Gastvrij
Met de BMW en het Difi-pak vertrok Richard richting het zuiden. Zijn baan had hij opgezegd, zijn huis verkocht, de laatste spullen in opslag gezet. Er was niets dat hem hier bond en Richard was van plan om lang weg te blijven, wellicht om zelfs niet meer terug te komen. Hij had er drie jaar voor gespaard en deed zuinig aan: “Ik kampeerde gewoon in het wild, tenzij het echt niet anders kon. Ik at wel goed, want mijn gezondheid staat voorop. Maar je kunt heel goedkoop leven als je wilt, zeker omdat de mensen in andere landen enorm gastvrij zijn. Nog het meeste in Iran. Van wildvreemden krijg je koffie, eten, drinken en onderdak. Ik heb meegemaakt dat de vrouwen het huis uit werden gestuurd omdat ik - een vreemde man - mocht blijven slapen. Zij gingen naar kennissen. Het mooiste dat ik heb meegemaakt is dat ik in het Zuiden van Angola een begeleide groep kinderen uit Namibië tegenkwam. Ik werd uitgenodigd in hun verblijf, de volgende dag bij hun thuis in Namibië en daarna in Windhoek om te eten. Ze waren zo aardig, dat ik nog steeds contact met ze heb.”
Tijd
Opvallend is dat Richard die enorme gastvrijheid vooral ervoer bij gelovige, Islamitische mensen. Van terreur of zelfs onvriendelijkheid richting de blanke uit de Christelijke wereld heeft hij niets gemerkt: “Veel hangt ook af van je eigen houding”, verklaart Richard. “Ik ben me er altijd van bewust geweest dat ik slechts op bezoek ben. Ik heb mijn motor en mijn pak nooit gewassen, om er niet uit te zien als een rijke toerist. Ik probeer zoveel mogelijk in de omgeving op te gaan. Ik heb ook geen grote camera bij me, dat valt op. Ik maak ook geen foto’s van andermans armoede. Dat kan ik niet. Ik maak liever een praatje dan een foto. De memories heb ik toch wel. Verder zorg ik dat ik altijd voldoende eten, drinken en leesvoer bij me heb. Als ik moet wachten - wat bij grensovergangen nogal eens gebeurt - dan heb ik de tijd. Als ze merken dat je ongeduldig wordt, kom je in de problemen. Ik heb nooit smeergeld betaald. Dat was alleen in Syrië een probleem, daar kwam ik niet doorheen omdat ik geen bribe wilde geven. Verder niet. De beambten en de bevolking van de meeste landen zijn erg aardig en zeer geïnteresseerd in jou, de reis en de motor. Je dwingt enorm respect af door het alleen te doen. En daardoor ben je juist niet eenzaam. Je ontmoet juist veel mensen omdat je alleen rijdt. Daardoor ben je benaderbaar. Als je met twee man rijdt is het veel moeilijker om ertussen te komen.”
H G De vele kleurrijke, gastvrije mensen & schitterende, weidse vergezichten maken het avontuur onvergetelijk. H De route die Richard in drieënhalf jaar reed.
Heel even thuis...
Na drieënhalf jaar door Europa, het Midden-Oosten en Afrika te hebben getoerd, is Richard weer thuis. De teller van de BMW staat op 82.000 km. Maar de vraag is of het daarbij blijft: “Ik ben nu zes maanden thuis, ik hoop in mei weer weg te gaan. Ditmaal wil ik dwars door Canada en dan langs de westkust afzakken naar Zuid-Amerika. Maar ik wil het anders gaan doen. Die BMW was wel comfortabel, maar mensen zien toch dat het een dure motor is en dat schept afstand. Ik wil dichter bij de mensen komen en wil het daarom op een oude of goedkope motor doen, bijvoorbeeld een Ural. Die kun je ook met een hamer en een schroevendraaier repareren, dat is vooral in Zuid-Amerika belangrijk. Ik weet nog niet of ik die verscheep of dat ik hem in Canada koop. Qua motorkleding weet ik het ook nog niet. Het Difi Sierra Nevada pak is nog steeds goed, maar wellicht wil ik een andere stijl, een spijkerbroek met een leren jas, bijvoorbeeld, dat past ook beter bij de stijl van reizen daar. Maar wat precies, daar ben ik nog niet uit...
WE MIKKEN OP DE TOP!
We spraken KNMV Wegrace bondscoach Barry Veneman
Nog maar vier jaar geleden raasde Barry Veneman zelf in zijn Kushitani raceoverall over de circuits. Inmiddels begeleidt hij aankomende race-talenten naar het succes. MotoDrive sprak met hem over zijn nieuwe rol in de racewereld.
Maar liefst zestien jaar racete “Bazza” op het scherpst van de snede over het asfalt. Wat in 1995 met bromfietsraces begon, kreeg in 1997 een vervolg met Supersport 400 races. Drie jaar later reed Barry in het WK Superstock en trok daarmee de aandacht van het DC-racing team van Jan Huberts. Voor dit team mocht Barry in 2001 een jaar lang Grand-Prix 500cc rijden. Dat kreeg geen gevolg, maar nadat hij het nog een paar jaar op een Supersport 600 probeerde, brak voor hem een glansrijke periode aan: hij mocht met het Hoegee Suzuki team een aantal jaren deelnemen aan het WK Supersport. Tweemaal werd hij achtste in de eindstand, eenmaal scoorde hij in dit mondiale geweld zelfs een podiumplek, op Magny Cours. Frankrijk was hem wat dat betreft gunstig gestemd, want in 2008 wist hij samen met Guillaume Dietrich en William Costes zelfs de 24 uur van Le Mans te winnen.
Hans de Beaufort
In 2009 viel het doek voor het Hoegee team, waarna Barry op eigen titel het seizoen afmaakte met geleaste Honda’s. Daarna kon hij nog twee jaar aan de bak als testrijder en IDM deelnemer voor BMW Duitsland. In 2011 sloot Barry zijn race-carrière af bij RAC racing, waar hij racete om geld in te zamelen voor kinderen met kanker. Alles bij elkaar een indrukwekkende carrière, waar Barry met veel plezier op terugkijkt: “Er waren veel mooie momenten. Mijn eerste podiumplek in het EK 600 bijvoorbeeld, vooral omdat ik dat met een eigen team deed, op eigen kracht. Het podium in het WK Supersport was ook schitterend, maar het mooiste was de winst bij de 24 uur van Le Mans. Een jaar later zijn we nog derde geworden, nadat we 22 uur in de regen hebben gereden en drie keer waren gevallen”, relativeert Barry, die in 2007 ook de Hans de Beaufort beker van de KNMV kreeg toegekend. “Dat was een verrassing, maar het betekende veel voor me. Die beker kreeg ik niet alleen voor mijn goede prestaties, maar ook omdat ik me had ingezet voor de motorsport op zich en voor de veiligheid van het motorrijden.”
Stoppen
Naast mooie momenten maakte Barry ook minder mooie dingen mee. “De dood van coureur Kyro Verstraeten heeft me erg aangegrepen. Zo jong, zo fit en dan zien hoe hij langzaam gesloopt werd door kanker. En de crash waarbij Craig Jones het leven liet, op Brands Hatch. Ik zat er 50 meter achter en zag het gebeuren. Dat was wel een moment van bezinning, in 2008. Ik besloot desondanks de knop om te zetten en ervoor te gaan. Dat was toen ik echt top vijf begon te rijden. De motivatie werd pas minder toen ik naar het IDM ging. Het niveau was wel hoog, maar je reed niet meer met de besten van de wereld. Toen de zoon van mijn hoofdsponsor in 2011 een zware crash meemaakte, kon ik dat niet meer loslaten en merkte ik dat ik niet meer de nodige risico’s kon nemen. Ik was al verder aan het kijken, ik heb in die tijd een lerarenopleiding gedaan. Dus op het moment dat ik van de KNMV het aanbod kreeg om bondscoach te worden, was de stap snel gezet.”
Barry in zijn rol als coach van de jonge racetalenten.
Bondscoach
Als bondscoach begeleidt Barry Veneman jonge sporters die op EK- en WK-niveau actief zijn. Daarnaast stimuleert hij de aanwas
en opleiding van de sport in het algemeen. Iets waarbij zijn eigen ervaring als coureur natuurlijk van pas komt, hoewel niet alle kennis overdraagbaar is: “Veel jonge coureurs komen uit in de Moto 3. Dat is een heel ander type motor en een andere ervaring dan ik heb gehad. Ik hou me nu meer bezig met het faciliteren van trainingen, op een manier die hoort bij de individuele doelstellingen. Dat gaat verder dan rondjes rijden op een circuit. Ik bemoei me ook met de fysieke voorbereiding en fitheid en met het beperken van stressfactoren, die bijvoorbeeld voortkomen uit de school. De jeugd heeft zoveel prikkels, als je de agenda van een jongen van 14 ziet, dan is het niet gek dat ze tijd te kort komen. Zeker als ze ook nog facebook, twitter en whatsapp moeten bijhouden. We zorgen ervoor dat de jongens de school kunnen volgen en toch kunnen sporten. Het junior track in Assen is daarbij als trainingslocatie enorm belangrijk. Verder is het belangrijk dat we een sterke keten creëren van nieuwe aanwas tot EK-of WK niveau. We moeten de focus op de jeugd leggen, als je die vergeet is de sport ten dode opgeschreven. Daarbij moeten we verder kijken dan de kinderen van ex-coureurs, we moeten buiten onze eigen vijver vissen, bij schaatsers, bij de BMX-sport. Zo organiseren we opstapdagen. Onze eigen sporters krijgen dan de opdracht om elk drie vriendjes mee te nemen. Dat lijkt voor de fun, maar zorgt er wel voor dat er een bredere groep jeugd kennis maakt met de sport.”
Mentale en fysiek
Een belangrijk deel van de begeleiding bestaat uit fysieke training: “We hebben een goed trainingsprogramma. We trainen eenmaal per week in Papendal, samen met de jongens van de motorcross, de wegrace en de endurosport. De training bestaat uit zwemmen, fietsen en lopen, waarbij we zowel interval- als duurtraining doen. In de weekenden ga ik vaak met de jongens van de selectie mountainbiken”, vertelt Barry, die daarnaast ook sterk focust op de mentale training: “Mentale training is 50% van totaal. Dat heeft te maken met zelfvertrouwen, persoonlijkheid, voorbereiding en hoe je bezig bent met de sport. Dat verschilt per individu. Nu ben ik geen psycholoog, daarom zijn we nu aan het kijken of we er een moeten inschakelen. Dat is in de racerij een nogal onverkend gebied. Maar het is belangrijk. We weten nu dat op 5 mei om 14.00 uur het licht op groen gaat voor de Red Bull Rookies. Dan moeten ze klaar zijn om de knop om te zetten en ervoor te gaan. Daar moeten ze zich op focussen. En niet alleen op de motor, ook in de vrije tijd en op school moeten ze ermee bezig zijn. Het moet een soort levensstijl worden. Daarnaast moeten ze leren omgaan met de media. Ze krijgen een smoelenboek, zodat ze weten wie wat doet in de motorwereld. Vaak is het niet belangrijk wie je bent, maar wie je kent. Verder moeten ze zich bewust worden wat je wel en niet naar buiten moet brengen. Niet alleen in een gesprek met een journalist, maar vooral in de social media. Wat je daar op zet, krijg je nooit meer weg. Zet niets op facebook of twitter als je vol adrenaline van de motor komt, na een crash of zo.
Koel eerst af en denk er over na, ook over hoe je tweet gaat overkomen op anderen. En denk ook na hoe laat je iets op whatsapp zet. Als je om half twee ‘s nachts nog online bent, maakt dat geen goede indruk.”
Techniek
Motorsport draait om techniek. Dat is iets wat de jonge generatie niet meer van huis uit meer meekrijgt. Er is - met tv en pc - veel meer vertier dan vroeger. “Jonge coureurs weten vaak te weinig van techniek. We laten ze daar wel aan werken met opdrachten. Ze moeten bijvoorbeeld uitzoeken wat het verschil is tussen twee- en viertakt, wat een slipperclutch is, wat er in een schokdemper zit en wat je voelt als die doorslaat. Of waarom je niet bij 16.000 tpm moet terugschakelen. Daarvoor hoeven ze geen motorfiets te demonteren, dat mogen ze best via Google doen. Dat past meer bij hun tijd. Wat dat betreft is het trouwens niet alleen kommer en kwel: de nieuwe generatie heeft veel meer ervaring met computers en staat daardoor veel meer open voor elektronische mogelijkheden. Door tractiecontrole rijden ze nu bijvoorbeeld over de kerbs van de binnenbocht. Zouden we vroeger niet gedurfd hebben. Verder hebben we het met ze over de zorg voor het materiaal, zoals het motorpak. Bewegingsvrijheid is cruciaal, dus moet je een goed zittend pak hebben. Wel een probleem, want je kunt het niet op de groei kopen en dat betekent dat het maar een jaar meegaat. Maar goedkoop is duurkoop. Gewicht is ook belangrijk, maar gewichtsbesparing mag niet ten koste gaan van de veiligheid. Ik heb het vaak over “de-euro-per-meter-regel”. Je slijt bij een schuiver in 20 meter door een Chinees pak heen, een kwaliteitspak houdt het wel 200 meter. Hoe graag wil je je vel houden?”
Top 5
Het trainingsprogramma van de KNMV heeft in de motorcross zijn vruchten afgeworpen. Daar hebben we met Jeffrey Herlings zelfs een wereldkampioen aan overgehouden. Hoe groot is de kans dat wij dankzij het trainingsprogramma van de KNMV ook een wereldkampioen in de wegrace krijgen? “We hebben met Michael van der Mark natuurlijk al een wereldkampioen Supersport. Maar hij heeft het helemaal zelf gedaan. Voor de resultaten van onze begeleiding moeten we nog geduld hebben. We hebben nu een goede groep rijders en een jongere groep die bij de minibikes al heel goede resultaten laat zien. Vanaf 2016 gaan we daar de vruchten van plukken. We hebben nu al drie rijders bij de Red Bull Rookies. Dat doen we als klein motorland toch niet slecht. Duitsland heeft er geen een. Daarnaast is een groepje dat EK Superstock 600 en 1000 gaat rijden en die bij de eerste vijf kunnen rijden. We hebben kandidaten die het in zich hebben om in de top van de GP’s te rijden. De toekomst zal het uitwijzen.”