CURATOR: NATIONAAL GLASMUSEUM LEERDAM JOB MEIHUIZEN
Op initiatief van en in samenwerking met het GlazenHuis in Lommel presenteert het Nationaal Glasmuseum Leerdam een tentoonstelling onder de titel ‘Beste Buren | Ceci n’est pas du Verre’. In het kader van de manifestatie ‘Beste Buren 2015’ gaat het werk van vijf gerenommeerde Nederlandse kunstenaars (Esther Jiskoot, Jehoshua Rozenman, Maria Roosen, Hans Hovy en Caroline Prisse) het gevecht aan met de dwingende architectuur van het GlazenHuis. De kunstenaars komen allen uit verschillende hoeken van de beeldhouwkunst en zijn op enig moment in contact gekomen met glas. Ze gebruiken allen onder andere glas in hun werk, maar leggen daarbij niet de nadruk op de intrinsieke verleidelijke eigenschappen van het materiaal, zoals transparantie, glans en viscositeit. De kunstenaars buiten vooral de beeldende kwaliteiten van het materiaal uit. On the initiative of and in collaboration with the GlazenHuis in Lommel, the National Glass Museum Leerdam presents an exhibition entitled 'Beste Buren | Ceci n'est pas du verre'. As part of the 'Beste Buren 2015' (The Best of Neighbours 2015) event, which celebrates Flemish-Dutch creativity and cultural cooperation, the works of five renowned Dutch artists (Esther Jiskoot, Jehoshua Rozenman, Maria Roosen, Hans Hovy and Caroline Prisse) are entering into battle with the compelling architecture of the GlazenHuis. Each of the artists comes from a different part of the world of sculpture and came into contact with glass at some point during their career. They all incorporate glass in their work but do not lay the emphasis on its intrinsic seductive properties, such as transparency, sheen and viscosity. Instead, the artists primarily take advantage of the material's expressive qualities.
1
Voorwoord Foreword
2 3
Introductie Introduction
4 5
JEHOSHUA ROZENMAN
6
HANS HOVY
CAROLINE PRISSE
ESTHER JISKOOT
24
MARIA ROOSEN
30
Colofon / Colophon
36
12
18
2
DE BEVRIENDE INDRINGER
voorwoord
In het kader van de manifestatie ‘Beste Buren 2015’ presenteert het Nationaal Glasmuseum Leerdam werk van een vijftal beeldend kunstenaars. Betekende vroeger het bereiken van de landsgrens het eindstation van de eigen fysieke nationale identiteit, met de komst van internet als voertuig en de globalisering als reisdoel vervagen onze grenzen steeds meer. Net als dat voor vogels en andere diersoorten grenzen niet bestaan, vliegen wij tegenwoordig in ettelijke seconden digitaal de hele wereld over. Onze horizon blijkt er toch weer ver achter te liggen. Met binaire hulpmiddelen beslechten wij tijdens onze vluchten met gemak ook de diverse taalbarrières. Of worden wij mentaal toch teruggeroepen door de innerlijke vraag naar onze eigen huidige nationaliteit? Ben ik wel een nieuwe kosmopoliet of wil ik dat helemaal niet (meer) zijn? Culturele diversiteit begint met constructieve nieuwsgierigheid in elkaar, naar belangstelling in de stranger next-door. Kennis van elkaar of vriendschap sluit je vaak vanuit een individueel motief, waar de relatie met de ‘vreemdeling’ er een is die om exclusieve input vraagt. Al is het maar om de angst voor identiteitsverlies wilskrachtig te kunnen bestrijden. Hoe Vlaams is Nederland en hoe Nederlands is Vlaanderen eigenlijk? Beide gebieden lijken zoveel met elkaar gemeen te hebben, maar dat wordt evenzogoed hardnekkig ontkend. Is hier dan sprake van het bekende: ‘Was sich liebt, das neckt sich’? Of is de ontkenning een houvast voor een eventueel contra-effect? Vanwege grote waardering voor elkaars (andere) werkwijze en uitgangspunten, groeien Het GlazenHuis in Lommel en het Nationaal Glasmuseum Leerdam naar professionele affectie. De diverse dialogen
hebben ervoor gezorgd dat de nieuwsgierigheid in elkaar versterkt werd en de spiegel van de eigen perceptie steeds meer zichtbaar. Dit heeft, naast incidentele samenwerking, geleid tot een uitwisselingsproject op elkaars bodem. Met De bevriende indringer en vanuit een haast poëtische verwondering onderzoeken Het GlazenHuis en het Nationaal Glasmuseum de cultuurverschillen én convenanten tussen beide musea en personaliteiten. Het idee is even simpel als hachelijk, beide instituten gaan als tentoonstellingsmakers ‘logeren’ bij de ander. Zij nemen tijdelijk het roer over van de gastinstelling om met de eigen culturele achtergrond als bagage daar een nieuw project te realiseren. Beide presentaties bestaan uit groepsexposities die specifiek reageren op andermans omgeving. Ondertussen gaat de Canadese kunstenaar Brad Copping een waterverbinding maken tussen beide steden. Hij vaart, met een ter plaatse en zelf geproduceerde kano van glas, tussen Lommel en Leerdam en doet in beide musea verslag van zijn reis. Al kanoënd verbindt deze vreemdeling onze culturele verscheidenheid aan elkaar. Wederom zijn het (internationale) kunstenaars die met hun individuele en beeldende zeggingskracht ons tonen om, al dan niet in gezamenlijkheid, het eigen gezichtsveld qua beschaving te verplaatsen. Als dan ook nog een transparant en gestold materiaal in staat is om golven te trotseren, de onvoorspelbare elementen van de natuur te benutten, dan moet het ons lukken om de culturele indringer als vriend te begroeten. Arend-Jan Weijsters , directeur Nationaal Glasmuseum Leerdam 2011-2015
3
THE FRIENDLY INTRUDER In years gone by, reaching the border of one's own country also meant reaching the extremities of one's own physical national identity. Now, following the advent of the Internet as a vehicle and globalisation as a destination, our borders are increasingly blurring. Just like birds and other animals, for which there are no borders, we can now make a digital flight to anywhere in the world in a matter of seconds. And yet, our horizons are far behind that apparently. Using the binary aids available to us, we also overcome the various language barriers we encounter on the way. Or are we perhaps still called back in our minds by an inner longing for our own nationality? Am I actually quite so cosmopolitan? Or is that something I do not want, or no longer want, to be?
So, how Flemish is the Netherlands, and how Dutch is Flanders? The two territories seem to have so much in common, yet this is nevertheless stubbornly denied. Could it be a classic case of: Was sich liebt, das neckt sich (teasing is a sign of affection)? Or does denial offer something to hold on to in the event of any opposite effect? It is on the basis of a deep appreciation of each other's (different) methods and principles that the GlazenHuis in Lommel and the National Glass Museum Leerdam are growing towards a professional affection for each other. Through the various dialogues held, the curiosity we have in each other has grown, increasing our ability
Arend-Jan Weijsters , director Nationaal Glasmuseum Leerdam 2011-2015
foreword
Cultural diversity has its roots in people being positively curious about each other and in them being interested in the stranger next door. When a relationship with a 'foreigner' is one that demands exclusive input, there is often a personal motive behind striking up the acquaintanceship or friendship, even if that motive is just to make it possible to fight the fear of losing one's identity.
to see our perception of ourselves reflected in the other. In addition to occasional cooperative endeavours, this has resulted in an exchange project in each other's countries. Through The friendly intruder and on the basis of what is almost poetic astonishment, the GlazenHuis and the National Glass Museum are looking into both the cultural differences and the similarities between the two museums and their personalities. The idea is as simple as it is tricky: the two institutes will be visiting each other as exhibition curators. On a temporary basis, they will be taking over the reins at the host museum in order to realise a new project, bringing along their own cultural background as baggage. The two presentations will be made up of group exhibitions that explicitly react to the 'foreign' environment. At the same time, Canadian artist Brad Copping will be creating a watery connection between the two cities. He will be navigating between Lommel and Leerdam in a glass canoe he has made himself in the glass studio of the GlazenHuis and will be reporting on his journey in each of the museums. So this foreigner will be connecting our cultural differences while canoeing. Once again, we find that (international) artists are the ones who, through their personal and visual expressiveness and either individually or collectively, show us that we should shift our range of vision in terms of culture. And if, in addition, a transparent and solidified material is capable of standing up to the waves and making use of unpredictable natural elements, then we should be able to greet any cultural intruder as a friend.
4
CECI N’EST PAS DU VERRE
introductie
Het Nationaal Glasmuseum Leerdam heeft de gelegenheid aangegrepen om het werk van vijf gerenommeerde beeldend kunstenaars te presenteren, die allen het medium glas op totaal verschillende wijze gebruiken en ook allen een onderscheidende opvatting hebben over het materiaal. Gezamenlijk dragen zij met deze tentoonstelling de vitaliteit uit van het materiaal glas als beeldend medium. Het materiaal glas wordt immers gekenmerkt door zijn verregaande diversiteit. Glas is geen discipline of filosofie, maar een zeer specifiek medium dat in een veelheid van vormen kan worden toegepast. Glas is even goed thuis in de beeldende kunst als in design en architectuur. Toch zijn ‘glas’ en ‘beeldende kunst’ nog steeds termen die niet in één adem worden genoemd. De mogelijkheden voor beeldend kunstenaars om het medium glas te gebruiken waren lange tijd beperkt. Tot het midden van de jaren zestig van de vorige eeuw was het vrijwel onmogelijk om buiten de glasindustrie om met het materiaal te werken. Een fundamentele verandering hierin kwam pas toen in Amerika, aan het begin van de jaren zestig, een kleinere oven werd ontwikkeld. Deze oven kon in een studio worden geplaatst, waarmee de revolutie van het zogenoemde ‘studioglas’ een aanvang nam. Direct gevolg hiervan was dat in Amsterdam in 1969 door Sybren Valkema (1916-1996) een werkplaats werd geopend op de Gerrit Rietveld Academie te Amsterdam, waar (kunst)studenten met het materiaal konden experimenteren. Enige jaren later, in 1977, volgde de glasstudio De Oude Horn van Willem Heesen (1925-2007). Valkema en Heesen waren in 1964 beiden aanwezig geweest bij de presentatie van de nieuw ontwikkelde oven en zagen direct de kansen en mogelijkheden die een dergelijke oven bood. In de jaren tachtig studeerden verschillende kunstenaars af aan de afdeling Glas. De academie begon in die tijd haar accent te verschuiven van het ambachtelijke, het doen van experimenten en het maken van al dan niet functionele unica, in de richting van de beeldende kunst, met een vrijere, sculpturale benadering van het medium. Mede onder invloed van Richard Meitner (1949) en Mieke Groot (1949) kwam vanaf het midden van de jaren tachtig een groep studenten van de glasafdeling naar voren die glas niet langer gebruikten als medium voor experimenten, maar dit doelbewust gebruikten om zijn zeggingskracht. De eerste voortbrengselen
van deze groep kunstenaars veroorzaakten een schok in de glaswereld. Het grote publiek kreeg pas werkelijk aandacht voor de discussie over de positie van glaskunst naar aanleiding van de kunstmanifestatie ‘Beelden in glas’ die in 1986 gehouden werd. Twintig gerenommeerde kunstenaars van binnen en buiten de glaswereld maakten gezamenlijk glassculpturen. Mede door de schitterende ‘settting’ van een oud fort, Fort Asperen, konden de meeste installaties omschreven worden als autonome kunst. Coryfeeën uit de internationale beeldende kunst, onder wie Tony Cragg, Carel Visser en Richard Tuttle zorgden ervoor dat er serieuze aandacht ontstond voor de beeldende kwaliteiten van het materiaal. De manifestatie liet duidelijk zien dat glas en beeldende kunst samen konden gaan. Een nadeel was echter dat de tentoonstelling voor veel van de kunstenaars slechts een eenmalige uitstap was binnen hun oeuvre. De mogelijkheden om met glas te werken zijn de afgelopen decennia sterk verbeterd, onder andere door technische innovaties maar vooral ook door de oprichting van diverse glasstudio’s zoals onder meer studio De Oude Horn en Van Tettenrode Glas, die zich openstelden voor beeldend kunstenaars. Ook de glasblazerij in Leerdam werkt sinds het einde van de jaren tachtig incidenteel samen met kunstenaars. Caroline Prisse en Esther Jiskoot zijn ontegenzeggelijk beiden gevormd op de glasafdeling van de Gerrit Rietveld Academie, ook al genoten zij daarnaast een gedegen sculpturale opleiding. Maria Roosen ontdekte het plezier van het werken met glas door Bernard Heesen op De Oude Horn. Jehoshua Rozenman vond zelf via Studio Van Tetterode de weg naar het glas. Hans Hovy ten slotte werd eind jaren negentig verleid door het materiaal via Brigitte van der Sande en kwam door een gelukkig toeval samen te werken met Richard Price, een even begenadigd glasmaker als beeldend kunstenaar. Ieder van de vijf kunstenaars komt uit een andere hoek van de beeldhouwkunst en kwam op enig moment in contact met glas. Zij gebruiken allen glas in hun werk, maar leggen daarbij niet de nadruk op de intrinsieke verleidelijke eigenschappen van het materiaal, zoals transparantie, glans en viscositeit. De kunstenaars buiten vooral de beeldende kwaliteiten van het materiaal uit. Job Meihuizen, curator
5
CECI N’EST PAS DU VERRE The National Glass Museum Leerdam has taken the opportunity to present the work of five renowned artists who all use the medium of glass in radically different ways and all have a distinctive understanding of the material. Together, they articulate the vitality of glass as an expressive medium in this exhibition. Glass as a material is characterised by its extensive versatility. Glass is not a discipline, nor a philosophy, but instead a very specific medium that can be used in a multitude of forms. Glass is equally at home in the field of visual arts and in design and architecture.
The direct consequence of this was the opening in 1969 of a glass workshop at the Gerrit Rietveld Academy in Amsterdam by Sybren Valkema (1916-1996). Here (art) students could experiment with the material. Some years later, in 1977, Willem Heesen (19252007) founded another glass studio known as ‘De Oude Horn’. In 1964, Valkema and Heesen were both present at the presentation of the newly developed oven and they both immediately saw the opportunities and possibilities that a furnace of this kind offered. In the 1980s, various artists studied at the glass department of the Gerrit Rietveld Academy. At that time the academy began to shift its emphasis from craft, and began carrying out experiments and making of non-functional unica, in the direction of the visual arts, with a freer, more sculptural approach to the medium. Influenced by Richard Meitner (1949) and Mieke Groot (1949), a group of students from the glass department presented themselves. They no longer used glass as a medium for experimentation, but instead deliberately used the medium for its expressiveness. The first products of this group of artists sent shockwaves around the glass world.
The opportunities for working with glass have vastly improved over recent decades, particularly through technical innovations but also through the establishment of various glass studios, including ‘De Oude Horn’ and ‘Van Tetterode Glass’, which opened up for artists. Incidentally, the Leerdam studio has also been working with artists since the end of the 1980s. Both Caroline Prisse and Esther Jiskoot were undeniably formed at the glass department of the Gerrit Rietveld Academy, although they also received thorough sculptural training. Maria Roosen discovered the joys of glass through Bernard Heesen at ‘De Oude Horn’. Jehoshua Rozenman found his way to glass via Studio Tetterode. Finally, Hans Hovy was seduced by the material in the late 1990s, through Brigitte van der Sande, for a show in 1997. By lucky chance he came to work with Richard Price, an equally talented glassmaker and artist. Each of the five artists comes from a different part of the world of sculpture and came into contact with the medium of glass at some point during their career. They all incorporate glass in their work, but none of them emphasise its intrinsic seductive properties, such as transparency, sheen and viscosity. Instead, the artists primarily take advantage of the material’s expressive qualities. Job Meihuizen, curator
introduction
And yet the terms 'glass' and 'art' are still not mentioned in the same breath. For a long time there were limitations on the possibilities open to artists for using the medium of glass. Until the mid-1960s, it was virtually impossible to work with the material outside of the glass industry. A fundamental change occurred in the United States at the beginning of the 1960s when a smaller oven was developed. This oven could be placed in an artist’s studio and so the ‘studio glass’ revolution began.
The discussion about the position of ‘glass art’ only really came to the general public’s attention as a result of the ‘Beelden in Glas’ exposition, which was held in 1986. Twenty renowned artists from inside and outside the world of glass joined forces to produce glass sculptures. Partly because of the magnificent 'setting' of an old fort, Fort Asperen, most of the objects on display could be described as autonomous art. Stars from the world of international fine art, including Tony Cragg, Carel Visser and Richard Tuttle, generated serious attention for the visual qualities of the material. The exposition clearly showed that ‘glass’ and ‘visual arts’ could go together. A drawback was that for many of the visual artists the use of glass was only a small sidestep in their oeuvre.
6
1955 TEL AVIV, ISR WWW.JEHOSHUAROZENMAN.COM —
Jehoshua Rozenman
7
Jehoshua Rozenman
Jehoshua Rozenman
8
9
JEHOSHUA ROZENMAN (1955, Tel Aviv, IL) woont en werkt sinds 1979 in Amsterdam, maar breidde zijn terrein uit naar New York en werkt tegenwoordig ook in Berlijn.
JEHOSHUA ROZENMAN (1955, Tel Aviv, IL) lives and works in Amsterdam since 1979, but expanded his field of activity to New York and also works in Berlin now.
Rozenman maakte aanvankelijk schilderijen, installaties, video-performances en conceptuele kunst. In 2007 stapte hij over op glas om zijn ideeĂŤn vorm te geven. Sindsdien werkt hij vrijwel uitsluitend met de techniek van gegoten glas in de verloren-wastechniek. Het materiaal is een metafoor voor het leven: sterk en breekbaar. Hoewel Rozenman glas als materiaal gebruikt, lijken zijn beelden te bestaan uit was, ijzer of keramiek. Zijn werken zijn zowel abstractarchitectonisch als figuratief, zowel rauw als van grote schoonheid en sterk gelaagd.
Initially, Rozenman made paintings, installations, video performances and conceptual art. In 2007 he switched to glass in order to shape his ideas. Since then he works practically exclusively with cast glass in the lost wax technique. The material is a metaphor for life: strong and fragile. Although Rozenman uses glass as a material, his sculptures appear to consist of wax, iron or ceramic. His works are both abstract architectural and figurative, both raw and of a great beauty and strongly layered.
Rozenman studeerde van 1979 tot 1984 aan de Rijksacademie in Amsterdam. Zijn werk bevindt zich in diverse publieke en private collecties in binnen- en buitenland. Zijn werk wordt onder meer vertegenwoordigd door Galerie Fontana in Amsterdam.
Rozenman studied from 1979 to 1984 at the National Academy in Amsterdam. His work is in several public and private collections at home and abroad. He is represented by Galerie Fontana in Amsterdam, among others.
Jehoshua Rozenman
10
Jehoshua Rozenman
3A, 2012 Casted glass – Dim. 50 x 25 x 19 cm
B/B 107 Layers, 2015 Casted glass – Dim. 40 x 50 x 34 cm
Z.T., 2014 Casted glass – Dim. 44 x 33 x 23 cm
11
B/B 101 The Beginning, 2015 Casted glass – Dim. 30 x 50 x 30 cm
B/B The White Bunker, 2015 Casted glass – Dim. 37 x 25 x 26 cm
6H, 2012 Casted glass – Dim. 40 x 50 x 20 cm
Zelfportret als BAZ, 2012 Casted glass – Dim. 97 x 30 x 37 cm
Jehoshua Rozenman
B/B 105, 2015 Casted glass – Dim. 20 x 90 x 50 cm
12
1953 AMSTERDAM, NL WWW.HANSHOVY.NL —
Hans Hovy
13
Hans Hovy
Hans Hovy
14
15
HANS HOVY (1953, Amsterdam, NL) lives and works in Amsterdam. He creates sculptures and installations in wood, bronze, stone and ceramics, and also works on paper. The sculptures of artist Hans Hovy are cuddly, sensual and mysterious and suggest the curves of the body. In 1997, he worked with glass for the first time on the occasion of the Drinking Glass event in Fort Asperen. With some regularity he worked together with Richard Price later on. Especially for this exhibition, he collaborated with Robert Lenner, Gert Bullee and Geir Nustad in the GlassLab of the National Glass Museum. He made cartoonesk piles of coloured spherical bodies.
Hovy volgde van 1977 tot 1981 zijn opleiding aan de Academie voor Beeldende Vorming in Amsterdam en studeerde aansluitend van 1981 tot 1983 in Ateliers ’63 in Haarlem. Hij heeft diverse beelden in de openbare ruimte gerealiseerd en is docent beeldhouwen op de AKI in Enschede. Zijn werk bevindt zich in diverse publieke en private collecties. Voorts is werk van hem vertegenwoordigd in de bedrijfscollecties van de Akzo Nobel Art Foundation, Amsterdam. In 2014 had hij een grote solopresentatie in het Gemeentemuseum Den Haag. Zijn werk wordt onder meer vertegenwoordigd door Galerie Onrust in Amsterdam.
From 1977 to 1981, Hovy received his training at the Amsterdam Academy of Fine Art in Education, and from 1981 to 1983 at Ateliers '63 in Haarlem. He realised various sculptures in the public domain and teaches sculpture at the AKI in Enschede. His work is in several public and private collections and it can also be found in the corporate collections of the AkzoNobel Art Foundation, Amsterdam. In 2014, he had a major solo exhibition at the Gemeentemuseum The Hague. Hans Hovy is represented by Galerie Onrust in Amsterdam, among others.
Hans Hovy
HANS HOVY (1953, Amsterdam, NL) woont en werkt in Amsterdam. Hij maakt sculpturen en installaties in hout, brons, steen en keramiek. Daarnaast maakt hij werken op papier. De beeldhouwwerken van kunstenaar Hans Hovy zijn aaibaar, sensueel en geheimzinnig en doen denken aan de glooiingen van het lichaam. In 1997 werkte hij voor het eerst met glas in het kader van de Drinkglasmanifestatie in Fort Asperen. Later werkte hij met enige regelmaat samen met Richard Price. Speciaal voor deze tentoonstelling werkte hij samen met Robert Lenner, Gert Bullee en Geir Nustad in de Glasblazerij Leerdam. Hij maakte cartooneske stapelingen uit gekleurde bolvormige lichamen.
16
Hans Hovy
Total Innocense, 2007-13 Albaster, steatite – Dim. 24,7 x 35,6 x 22,5 cm Inside Beauty, 2009-13 Albaster, steatite – Dim. 36,1 x 41,4 x 34,5 cm
Bomber Boys, 2014 Stoneware, glazed – Dim. 31 x 40,7 x 26,2 cm Lonely Lucky Chap Contemplating the Good World, 2014 Stoneware, glazed – Dim. 43,2 x 36,7 x 36,7 cm Father and Child, 2014 Stoneware, glazed – Dim. 40.2 x 34.2 x 34.2 cm
17
Big Hanging Dongo, 2001 Cast aluminium – Dim. 47 x 24 x 25 cm
Hot Ears 2, 2015 Blown glass – Dim. 40 x 50 x 50 cm
Hot Ears 3, 2015 Blown glass – Dim. 40 x 50 x 50 cm
Hans Hovy
Hot Ears 1, 2015 Blown glass – Dim. 40 x 50 x 50 cm
18
1969 B/NL WWW.CAROLINEPRISSE.NL —
Caroline Prisse
19
Caroline Prisse
‘Into the woods’, 2005 Paper, cut – Dim. 115 x 120 cm
20
Caroline Prisse
CAROLINE PRISSE (1969, Ukkel, BE) woont en werkt in Amsterdam. Prisse creëert sculpturen, installaties en conceptuele kunst in glas maar evenzeer in andere materialen. Zij werkt behalve in glas ook in keramiek, soms in hout, in cement en op papier. Materiaal is voor haar geen doel op zich; het moet ondergeschikt zijn aan haar ideeën. In haar werk is Prisse bij voortduring op zoek naar het verbeelden van de spanning tussen de mens, de techniek en de natuur. Dit zoeken wordt ook manifest in de installatie die op de tentoonstelling wordt gepresenteerd. Samen met glasblazer Cees Laan tekende Prisse voor de uitvoering van haar ontwerpen. De installatie is tot stand gekomen met steun van het Mondriaan Fonds en Stichting Stokroos en is aangekocht door het Nationaal Glasmuseum Leerdam. Prisse heeft geëxposeerd in binnenen buitenland en haar werk is vertegenwoordigd in diverse publieke en private collecties. Prisse genoot haar opleiding van 1990 tot 1997 aan de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam, eerst in de richting beeldhouwen en de laatste twee jaar op de glasafdeling. Tien jaar na haar afstuderen werd Prisse zelf hoofd van de afdeling Glas van de Gerrit Rietveld Academie. Zij vervulde deze functie van 2009 tot 2011. In 2014 heeft zij de leiding overgenomen van Louis La Rooy en is directeur geworden van Glasatelier Van Tetterode in Amsterdam.
CAROLINE PRISSE (1969, Uccle, BE) lives and works in Amsterdam. Prisse creates sculptures, installations and conceptual art in glass but also in other materials. Apart from glass, she also works in ceramics, sometimes in wood, cement and on paper. For her, material is not an aim in itself; it should be subordinate to her ideas. In her work Prisse is continuously seeking to express the tension between man, technology and nature. This search also becomes obvious in the installation presented at the exhibition. Together with glassblower Cees Laan, Prisse was responsible for the execution of her designs. The installation was realised with support from the Mondriaan Fund and Foundation Stokroos and was acquired by the National Glass Museum Leerdam. Prisse’s work was on show in The Netherlands and abroad and is represented in various public and private collections. From 1990 to 1997, Prisse received her training at the Gerrit Rietveld Academy in Amsterdam: first in sculpture and the last two years in the Glass Department. Ten years after her graduation, Prisse became Head of the Glass Department of the Gerrit Rietveld Academy herself. She filled this position from 2009 till 2011. In 2014, she took over the leadership from Louis La Rooy and became director of Van Tetterode Glass Studio in Amsterdam.
21
Caroline Prisse
Caroline Prisse
22
23
‘The space Between’, 2013 Paper, cut – Dim. 500 x 150 cm
Caroline Prisse
Zonder titel, 2013 Laboratory glass i.c.w. Cees Laan Collection Nationaal Glasmuseum Leerdam – Dim. 200 x 300 x 90 cm
24
1963 BREDA, NL WWW.ESTHERJISKOOT.COM —
Esther Jiskoot
25
Esther Jiskoot
26
Esther Jiskoot
ESTHER JISKOOT (1963, Breda, NL) woont en werkt in Amsterdam. Esther Jiskoot maakt sculpturen uit bijzondere materialen die zij op geheel eigen wijze vervaardigt en combineert. De sculpturen van Jiskoot zijn soms robuust en sculpturaal van vorm, dan weer sensitief en fragiel. De organische vormen van haar sculpturen refereren aan de natuur, aan mensen, aan dieren en organische vormen. Ze bezitten vaak een enigszins lichamelijk karakter en doen denken aan menselijke of dierlijke anatomische structuren. Een deel van haar werk bestaat uit glaskralen. Soms worden de glaskralen gecombineerd met keramiek, gegoten aluminium, polyester of geblazen glas. Speciaal voor deze tentoonstelling werkte zij samen met Marc Barreda en Maurice La Rooy in de glasstudio van Lommel. Jiskoot volgde van 1982 tot 1987 een opleiding aan het Moller Instituut (Tehatex) in Tilburg en van 1982 tot 1987 aan de Glasafdeling van de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam. Aansluitend volgde zij van 1991 tot 1993 een opleiding aan de Rijksacademie in Amsterdam. Haar werk bevindt zich in diverse publieke en private collecties. Voorts is werk van haar vertegenwoordigd in de bedrijfscollecties van ABN-AMRO, Achmea, Akzo Nobel Art Foundation, Interpolis, De Amersfoortse verzekeringen / Fortis, NOG-Kunstcollectie en Aegon. Haar werk wordt vertegenwoordigd door Galerie Van Wijngaarden, Amsterdam.
Ravo, 2011 Glass beads – Dim. 85 x 31 x 40 cm
ESTHER JISKOOT (1963, Breda, NL) lives and works in Amsterdam. Jiskoot creates sculptures from extraordinary materials which she makes and combines in her very own way. Jiskoot’s sculptures are sometimes robust and sculptural, at other times sensitive and fragile. They refer to nature, people, animals, and organic shapes. They often are rather physical in nature and reminiscent of human or animal anatomical structures. Part of her work consists of glass beads. Sometimes the beads are combined with ceramic, cast aluminium, polyester or blown glass. Especially for this exhibition she collaborated with Marc Barreda and Maurice La Rooy in the Lommel glass studio. From 1982 to 1987, Jiskoot received her training at the Moller Institute (Tehatex) in Tilburg and from 1987 to 1991 at the Glass Department of the Gerrit Rietveld Academy in Amsterdam. From 1991 to 1993, she studied at the National Academy in Amsterdam. Her work is in several public and private collections and it can be also found in the corporate collections of ABN-AMRO, Achmea, the AkzoNobel Art Foundation, Interpolis, De Amersfoortse verzekeringen / Fortis, NOG Art Collection and Aegon. Esther Jiskoot is represented by Galerie Van Wijngaarden, Amsterdam.
Suntrap IX, 2012 Epoxy, blown glass – Dim. 87 x 109 x 136 cm
27
Suntrap XIII, 2012 Blown glass, ceramics, luster – Dim. 27 x 24 x 24 cm
Lowsu, 2012 Blown glass, glass beads, wood – Dim. 70 x 55 x 55 cm Traq, 1999 Aluminium, blown glass – Dim. 81 x 41 x 43 cm
Esther Jiskoot
Bourbou, 2011 Ceramics, glas beads – Dim. 74 x 34 x 67 cm Norough, 2011 Ceramics, wood, glass beads – Dim. 150 x 105 x 73 cm
Z.T., 2015 Ceramics, blown glass – Dim. 80 x 28 x 64 cm
28
Tubla, 2010 Glass beads, steel – Dim. 153 x 148 x 28 cm
Esther Jiskoot
Memblua, 2015 Ceramics, blown glass – Dim. 198 x 50 x 50 cm
Ilar, 2006 Ceramics, blown glass, glass beads – Dim. 64 x 60 x 100 cm
Lilou, 2011 Glass beads, epoxy, blown glass – Dim. 136 x 76 x 142 cm
Gliss, 2003 Glass beads, ceramics – Dim. 65 x 35. x 186 cm Paresti, 2001 Glass beads, blown glass – Dim. 70 x 50 x 35 cm
29
Esther Jiskoot
30
1957 OISTERWIJK, NL WWW.MARIAROOSEN.COM —
Maria Roosen
31
Maria Roosen
Maria Roosen
32
33
Maria Roosen
Maria Roosen
34
MARIA ROOSEN (1957, Oisterwijk, NL) woont en werkt in Arnhem. Roosen creĂŤert sculpturen, installaties en conceptuele kunst. Ze werkt geregeld aan opdrachten in de openbare ruimte. Roosen maakt vooral objecten en installaties waarbij glas veelal het beginpunt is van grensverleggende materiaalcombinaties. Inhoudelijk staat de verbeelding van ontstaansen maakprocessen voorop. Roosen werkt geregeld met mondgeblazen glas waarbij ook steeds het maakproces van het vloeiende glas een belangrijke rol speelt. Roosen toonde haar werk in diverse musea in binnen- en buitenland en ontving in 2006 de Wilhelmina-ring voor beste beeldhouwer van Nederland. In 2009 ontving zij de Singer Award (Oeuvre Award). Haar werk bevindt zich in diverse publieke en private collecties. Speciaal voor deze tentoonstelling wordt een meer dan 10 meter hoog werk dat doorgaans in delen wordt gepresenteerd - en dan nog liggend - voor het eerst rechtop geplaatst in de toren van het GlazenHuis.
MARIA ROOSEN (1957, Oisterwijk, NL) lives and works in Arnhem. Roosen creates sculptures, installations and conceptual art. She often works on commissions in the public space. Roosen mainly creates objects and installations with glass often being the starting point of groundbreaking combinations of materials. In terms of content, the representation of development and creation processes is what comes first. Roosen frequently works with mouth blown glass as the creation process of the flowing glass always plays an important part there. She has shown her work in several museums at home and abroad. In 2006, she received the Wilhelmina-ring for best sculptor in The Netherlands, and in 2009 the Singer Award (Oeuvre Award). Her work is in several public and private collections. For the first time and especially for this exhibition, a more than 10 meter high work - usually presented in parts - and then lying - will be placed upright in the tower of the GlazenHuis.
Roosen volgde van 1976 tot 1981 een opleiding aan het Moller Instituut (Tehatex) in Tilburg en studeerde aansluitend van 1981 tot 1983 aan de Arnhemse Academie voor Beeldende Kunsten.
From 1976 to 1981, Roosen studied at the Moller Institute (Tehatex) in Tilburg, and from 1981 to 1983 at the Arnhem Academy of Visual Arts (ArtEZ).
Zij was van 1992 tot 2001 docent aan Academie Minerva in Groningen, was gastdocent aan de AKI in Enschede, de Hogeschool voor de Kunsten in Arnhem en de Jan van Eyck Academie in Maastricht. Ook was zij docent aan de afdeling Glas van de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam. Haar werk wordt onder meer vertegenwoordigd door Galerie Fons Welters in Amsterdam.
From 1992 to 2001, she was a lecturer at the Minerva Art Academy in Groningen, a guest lecturer at the AKI in Enschede, the ArtEZ Institute of the Arts in Arnhem and the Jan van Eyck Academy in Maastricht. She was also a lecturer at the Glass Department of the Gerrit Rietveld Academy in Amsterdam. Maria Roosen is represented by Galerie Fons Welters in Amsterdam, among others.
35
Maria Roosen
Gewassen Boom, 2015 Birch-wood, blown glass, luster – Dim. 900 x 80 x 50 cm
36
BESTE BUREN
CECI N’EST PAS DU VERRE 03 10 2015 – 06 03 2016 Curator / Curator Job Meihuizen Projectleiding / Project manager Hélène Besançon, Jasmien Vanhoof Concept, tekst en uitvoering / Concept, text and implementation Arend-Jan Weijsters, Job Meihuizen Communicatie en marketing / Communication and marketing Caroline van Diest, Jasmien Vanhoof Correctie en vertaling / Correction and translation Ingrid Bongers, Zena Vollenberg Grafische vormgeving / Graphic design The Second of May - Vincent Vandevenne Fotografie / Photography Kristof Vrancken
Colofon - Colophon
Drukwerk / Printing Drukkerij Leën Oplage / Copies 1500
GLAZENHUIS Vlaams Centrum voor Hedendaagse Glaskunst Flemish Centre for Contemporary Glass Art Dorp 14b – 3920 Lommel – België TEL: +32 (0)11 541 335 – FAX: +32 (0)11 552 266 info@hetglazenhuis.be – www.hetglazenhuis.be OPENINGSTIJDEN: dinsdag tot zondag – 10.00 tot 17.00u – SLUITINGSPERIODES & FEESTDAGEN: zie website OPENING HOURS: Tuesday to Sunday – 10am to 5pm – CLOSURE & HOLIDAYS: check website © All rights reserved. No part of this publication may be reproduced, stored in an automated retrieval system or transmitted in any form or by any means, electronic, mechanical, photocopying, recording or otherwise, without the prior permission in writing of the publisher
GESPONDSORD DOOR / SPONSORED BY:
S.C.R.-Sibelco NV - Ethias N.V. – Infrax – Loomans Plastics NV – Rymoplast NV Architectenbureau D & A – Corbie Hotel – Center Parcs
www.hetglazenhuis.be