Private banker - winter 2021

Page 1

winter 2021

THE

PRIVATE BANKER

Pierre Wunsch ‘De overgang naar een koolstofneutrale wereld zal niet noodzakelijk vlot verlopen’ Klimaatverandering is een zware uitdaging voor het mondiale economische systeem. De gouverneur van de Nationale Bank licht de noodzaak van het actieplan van de ECB toe. Kostprijs los nummer niet-leden: 10,00 €


Edito Beste leden van de PBA-B, Allereerst wil ik jullie hartelijk danken voor de positieve feedback die we op het eerste nummer van ons magazine The Private Banker ontvingen. Het doet altijd deugd als nieuwe initiatieven gesteund worden. In dit tweede nummer hadden we maar al te graag een fotoreportage van het feest voor onze twintigste verjaardag geplaatst, maar helaas heeft corona ons voor de tweede keer parten gespeeld, die 25ste november. Toch geven we niet op: noteer alvast 21 april 2022 als nieuwe datum in jullie agenda. Derde keer, goede keer! The Private Banker nummer 2 staat volledig in het teken van duurzaamheid. Niet alleen is ESG al een hele poos niet meer weg te denken uit onze dagelijkse praktijk, er komt ook nog heel wat nieuws in dat verband op ons af. De gouverneur van de Nationale Bank van België, Pierre Wunsch, en tal van andere experten delen in dit nummer hun visie met ons. Aangezien de vierde coronagolf volop woedt, bieden we jullie de volgende maanden nieuwe online presentaties aan in de vorm van webinars die jullie nadien ook kunnen herbekijken op onze site. In december komt Tim Roovers aan het woord, over het thema ‘Governance van de familiale onderneming’. De andere onderwerpen die we nog in petto houden, vinden jullie terug in de Agenda op pagina 3. Tot slot zijn we blij om opnieuw een aantal nieuwe leden, alumni van de opleiding Investment Management 2021, te verwelkomen. De studenten van de cursus Patrimonial Approach 2021 wensen we dan weer veel succes toe met hun examens in januari. In naam van de leden van de raad van bestuur van de PBA-B wens ik jullie

Inhoud 04

Peter Van der Smissen Secretaris-generaal PBA-B

Actieplan van ECB voor een beter inzicht in de implicaties van klimaatverandering Interview - Pierre Wunsch

Colofon The Private Banker is het trimestrieel ledenblad van de Private Bankers Association - Belgium. Hoofdredacteur en verantwoordelijke uitgever: Peter Van der Smissen Redactie: Content Republic https://trustmedia.be/services Nummer 2: december 2021 Kostprijs los nummer niet-leden: 10,00 €

06

Duurzaamheid zit verweven in macro-economie Rondetafelgesprek ESG in de praktijk


winter 2021

08

p. 3

‘Jaarlijkse cijfers geven relevant beeld van de privatebankingsector’ Michel Buysschaert, bestuurder van de PBA-B

Agenda 10

‘Economie en ecologie zijn geen botsende begrippen’ Alumnus in de kijker

11

Label Towards Sustainability helpt greenwashing financiële producten te voorkomen Expert aan het woord

*

25 januari 2022

Webinar met Eric Metsers over ‘Wat leer ik als Private Banker uit de balans van een familiale onderneming?’

26 januari 2022

Proclamatie cursus Patrimonial Approach 2021-2022*

02 februari 2022

Receptie en uitreiking diploma cursus Investment Management 2021*

23 februari 2022

Webinar met Christophe Coudron (Tiberghien) over beleggingen, Belgische fiscale aspecten en actualiteiten

22 maart 2022

Webinar met advocaten Emanuele Ceci en Gilles de Foy (Bazacle & Solon, Brussel) over het Bankgeheim anno 2022

april 2022

(exacte datum nog te bepalen) Webinar in samenwerking met FEDNOT over ‘IZIMI en wat kan het voor mijn klant betekenen bij leven en overlijden?’

21 april 2022

Feest 20-jarig bestaan PBA-B 18u30, Kasteel van Groot-Bijgaarden

Locatie: Febelfin Academy, Koning Albertlaan II-laan 19, tweede verdieping, 1210 Brussel.


p. 4

Private Bankers Association

IN T ER V IE W - PIERRE W UNSCH

‘De overgang naar een koolstofneutrale wereld zal niet noodzakelijk vlot verlopen’

Klimaatverandering is een van de zwaarste uitdagingen voor de planeet en het mondiale economische systeem. Ook de centrale banken denken na over hun rol om dit probleem aan te pakken. Pierre Wunsch, gouverneur van de Nationale Bank van België, licht de noodzaak van het actieplan van de ECB toe. Als we niets doen tegen de klimaatverandering, zullen de ecologische, sociale en economische kosten zeer hoog zijn. Kan er volgens u actie ondernomen worden tegen een aanvaardbare kost? Pierre Wunsch: ‘Onze aandacht moet nu inderdaad uitgaan naar mitigatiemaatregelen zodat we in 2050 een netto-nuluitstoot bereiken. We kunnen dit doen door de economische en sociale kosten zo laag mogelijk te houden. Maar we moeten eerlijk zijn: de weg naar een koolstofneutrale wereld zal niet noodzakelijk een gelukkige overgang zijn. De juiste maatregelen nemen zal economische kosten met zich meebrengen. Voor sommigen creëert dat kansen, voor anderen zal dat een last zijn. Over de precieze kosten voor de economie wordt zwaar gediscussieerd. De ramingen lopen sterk uiteen. Volgens de Europese Commissie zou het effect op het totale bruto binnenlands product in 2030 negatief of positief kunnen zijn, afhankelijk van de gehanteerde hypothesen en veronderstellingen. De schattingen van de kosten om CO2-uitstoot te vermijden variëren tussen 100 en 200 euro per ton CO2. Volgens mij kunnen we 150 euro per ton als ‘bovengrens’ gebruiken voor de gemiddelde kosten van reductie. Dit betekent een kostprijs van ongeveer 16 tot 17 miljard euro per jaar om in België een netto-nuluitstoot te bereiken. Omgerekend is dat ongeveer 3,5 procent van het huidige bruto binnenlands product, maar we hebben tot 2050 om netto nul te bereiken. Vanaf vandaag zullen de jaarlijkse kosten dus geleidelijk stijgen om in 2050 het cijfer van 16 tot 17 miljard te bereiken. Tegen die tijd, met een grotere economie, zullen ze waarschijnlijk dichter bij twee dan bij drie procent van het bruto binnenlands product liggen. Dit cijfer is lager dan de daling van het bbp tijdens de grote financiële crisis van 2008-2009 en zal veel geleidelijker tot stand komen.’

De correcte prijs voor emissie is het belangrijkste instrument, maar niet het enige om de collectieve inspanningen te sturen, toch? Pierre Wunsch: ‘Een koolstofprijs die voor de meeste economische activiteiten geldt, is van cruciaal belang om de klimaatverandering het hoofd te bieden. Het geeft een duidelijk marktsignaal aan alle economische

actoren, die dan de meest kostenefficiënte keuzes kunnen maken. Maar alleen een koolstofprijs vaststellen, is misschien niet voldoende om de gewenste netto-nuldoelstelling te halen. Regeringen moeten de nadeligste herverdelingseffecten corrigeren en dit prijsmechanisme flankeren met regelgeving, bijvoorbeeld wanneer netwerkeffecten een rol spelen. Tijdelijke en gerichte steun voor een beperkt aantal veelbelovende vlaggenschipprojecten moet ook deel uitmaken van het instrumentarium.’

Welke rol speelt de ECB in de strijd tegen klimaatverandering? Pierre Wunsch: ‘De mandaten van de centrale banken lopen over de hele wereld sterk uiteen. Er zijn natuurlijk enkele gemeenschappelijke kenmerken, zoals het nastreven van monetaire en financiële stabiliteit of een grote mate van onafhankelijkheid bij de uitvoering van hun taken. De juridische mogelijkheid voor de ECB om een standalone actie te ondernemen op het vlak van klimaatverandering is pas recent geopperd, terwijl deze bepalingen al meer dan twintig jaar in de wetteksten staan. Dat vraagt een zekere voorzichtigheid. Monetair beleid is gericht op het ondersteunen of afremmen van de geaggregeerde vraag in de eurozone, afhankelijk van de inflatievooruitzichten. Dat staat in contrast met wat nodig is om de klimaatverandering aan te pakken, namelijk de mondiale aanbodzijde van de economie opnieuw uitvinden. Een al te proactieve rol van onze kant kan misschien zelfs ontmoedigend werken en regeringen een excuus geven om noodzakelijke, maar soms moeilijke beslissingen of hervormingen uit te stellen. Naast de juridische of politieke argumenten is er nog een ander: het monetaire beleid beschikt niet over geschikte instrumenten om de allocatieve efficiëntie aan te pakken. Dit is de reden waarom geen enkel economisch handboek ons op dit gebied een rol toekent.’

De overgang naar netto nul faciliteren ligt met andere woorden veel minder voor de hand voor niet-gekozen monetaire beleidsmakers. Pierre Wunsch: ‘Als we rekening houden met de interacties tussen politiek en economie dreigt onze on-


winter 2021

p. 5

afhankelijkheid in het gedrang te komen. Afgezien van dergelijke juridische of institutionele redenen, moeten we ook erkennen dat onze instrumenten verre van ideaal zijn voor een proactief klimaatbeleid. Tegelijk hebben fysieke en transitieschokken gevolgen voor het voeren van een monetair beleid dat gericht is op prijsstabiliteit. Zij zullen waarschijnlijk de totale vraag en het aanbod beïnvloeden en nieuwe risico’s voor de groei- en inflatievooruitzichten creëren. Ze betekenen ook hogere financiële risico’s op de balans van de centrale bank. Het is dus meer dan gerechtvaardigd om in onze recente evaluatie van de monetairebeleidsstrategie veel aandacht te besteden aan het klimaat. Het staat voor mij buiten kijf dat we veel meer moeten investeren in ons analystisch begrip van deze materie, wat mijn steun verklaart voor het actieplan dat de ECB begin juli heeft aangekondigd.’

Wat houdt dat actieplan precies in? Pierre Wunsch: ‘Het actieplan weerspiegelt de breedte en de complexiteit van de uitdaging. Het bestrijkt vier thema’s. Ten eerste voeren we onze inspanningen op om beter te begrijpen hoe de risico’s van klimaatverandering de macro-economie en het financiële stelsel beïnvloeden. De ECB en de nationale centrale banken zullen de investeringen in analytische instrumenten en de ontwikkeling van nieuwe gegevens en experimentele indicatoren coördineren. Ten tweede zullen wij de kennis en transparantie rond klimaatveranderingsrisico’s bevorderen door gebruik te maken van de centrale rol die het eurosysteem op de financiële markten vervult. We onderzoeken mogelijkheden om klimaatgerelateerde disclosurevereisten in te voeren voor private activa, die wij kopen in het kader van ons programma voor de aankoop van bedrijfsobligaties of die wij aanhouden als onderpand voor onze leningen aan commerciële banken. Ten derde zullen wij klimaatstresstests uitvoeren op de balans van het eurosysteem en verbeteren we onze balansrisicobeoordeling. Ten slotte overwegen wij ad-hocaanpassingen van ons operationele kader, met name van ons onderpandbeleid en van ons programma voor de aankoop van bedrijfsobligaties. We zijn ook van plan om ons interne due diligence-proces te blijven verbeteren, vooral naarmate de beschikbaarheid en de kwaliteit van klimaatgerelateerde gegevens verbeteren. Ik ben het volledig eens met de essentie van dit ambitieuze actieplan. Dat streeft naar een beter inzicht in de implicaties van klimaatverandering voor een op prijsstabiliteit gerichte centrale bank en voor haar balans. Rijkere statistische gegevens over de klimaatrisico’s en meer inspanningen op het gebied van informatieverschaffing en rapportage zijn uiteraard van groot belang. Deze inspanningen moeten wel de last voor ondernemingen op een beheersbaar niveau houden.’

‘Een kostprijs van ongeveer 16 tot 17 miljard euro per jaar is nodig om in België een netto-nuluitstoot te bereiken’ Pierre Wunsch, gouverneur van de Nationale Bank van België


p. 6

Private Bankers Association

R ON DE TAFELG E SPREK E SG IN DE PR AK T IJK

Duurzaamheid zit verweven in macro-economie

Duurzaam beleggen raakt steeds meer ingeburgerd. De ESG-criteria (environment, social en governance) vinden ook hun weg buiten de institutionele belegger. Tegelijk betekent duurzaamheid voor iedereen iets anders. The Private Banker bracht enkele private bankers rond de tafel voor een gesprek over hoe zij ESG in de dagelijkse praktijk toepassen en wat de belangrijkste uitdagingen zijn. ESG is een vast onderdeel geworden in het aanbod van beleggingen. Hoe zagen jullie die duurzaamheid de voorbije jaren evolueren? Koen Bosquet (Degroof Petercam): ‘ESG is inderdaad vrij standaard geworden in vergelijking met pakweg tien jaar geleden. Bij de analyse van bedrijven kijken we naar duurzaamheid als een vast onderdeel. Hoe scoren de bedrijven op duurzaamheid en welke risico’s hebben ze? De evolutie zit vooral bij de klanten en de regelgevers. We zien een evolutie in het feit dat klanten veel sterker uitspreken wat ze verwachten in termen van ESG. ESG maakt meer en meer integraal deel uit van hun doelstellingen. Aan de andere kant is ook de regelgever veeleisender geworden. Duurzaamheid betekent ook

niet voor iedereen hetzelfde. Sommige cliënten leggen de nadruk op het klimaat, terwijl anderen eerder bepaalde zaken uitsluiten zoals alcohol of tabak. Als assetmanager is het onze taak om rekening te houden met de belangen van onze cliënten.’ Wim Van Hyfte (Candriam): ‘Het is duidelijk dat duurzaamheid geëvolueerd is. Zo’n tien, vijftien jaar geleden was het veel moeilijker om erover te praten. Duurzaamheid stond toen vaak gelijk met minder rendement of dure uitsluitingen. Het kantelpunt was volgens mij het klimaatakkoord van Parijs in 2015. Het was toen de eerste keer dat zowat alle landen zich duidelijk uitspraken over de klimaatverandering als een feit en dat er iets aan gedaan moest worden. Europa heeft toen de vlucht vooruit genomen.

Ook de regelgeving is aan het veranderen. We krijgen steeds meer te maken met comply & explain. Laat ons eerlijk zijn, er is geen enkel pensioenfonds dat nog het risico neemt om te zeggen dat het niet met duurzaamheid bezig is. De laatste jaren merk ik dat ook onze retailklanten er steeds meer de nadruk op leggen.’ Jean-Louis de Hasque (Delen Private Bank): ‘Duurzaamheid is vanuit de institutionele beleggers gegroeid. Zij waren er al langer mee bezig, en het was soms preken in de woestijn. Maar nu zijn er steeds meer kantelmomenten zoals het Parijs-akkoord in 2015 en zaken die de pers oppikt. Tegelijk zijn er nog altijd klanten die ESG afwegen ten overstaan van het rendement. Vaak hangt dit samen met een bepaalde leeftijd. Bij de jongere generatie leeft het concept van duurzaamheid toch iets meer. Zo goed

‘Duurzaamheid betekent niet voor iedereen hetzelfde. Sommige cliënten leggen de nadruk op het klimaat, anderen sluiten bepaalde zaken uit zoals alcohol of tabak’ Koen Bosquet, Senior Fund Manager European Equities bij Degroof Petercam


winter 2021

als alle studies tonen echter aan dat ESG niet in de weg van het rendement staat.’

of het nu gaat over pure duurzaamheidsfondsen of meer traditionele fondsen.’

Hoe passen jullie ESG in de dagelijkse praktijk toe?

Jean-Louis de Hasque (Delen Private Bank): ‘Bij Delen doen we vooral discretionair beheer; het heeft dus minder te maken met keuzes die de klanten al dan niet willen maken. Maar we hebben wel een beleid waar we voor 100 procent achter staan. Dit is het kader dat wij bieden aan de bedrijven: ‘gaan jullie daarmee akkoord of niet?’ Die fameuze uitsluitingen zijn een basis. Ze zijn een minimumvoorwaarde om in de portefeuille te zitten. Uitsluitingen zijn bij manier van spreken gemakkelijker te implementeren en te commercialiseren, maar de impact die we dan hebben op die bedrijven is veel minder. Uitsluiten doet bijna niets. Daarom focussen we op engagement en gaan we in dialoog met de bedrijven. Alle assets vallen onder dit beleid en aangezien we daar controle over hebben, kunnen we dit ook allemaal meenemen naar engagement. We werken daar heel actief mee. Dat is niet één keer per jaar een brief sturen of automatisch stemmen, maar tien tot vijftien keer per jaar op alle niveaus een dialoog hebben met de bedrijven en hen pushen naar meer duurzaamheid, dit in samenwerking met een gespecialiseerde partner, EOS, die 1500 miljard euro aan assets groepeert.’

Koen Bosquet (Degroof Petercam): ‘Klanten willen steeds meer transparantie en duidelijke communicatie over hoe hun beleggingen gepositioneerd zijn en hoe ze vanuit ESG-oogpunt presteren. Ook de regelgever wil meer duidelijkheid om greenwashing tegen te gaan.’ Wim Van Hyfte (Candriam): ‘Vroeger was duurzaamheid een niche. Cliënten waren sterk ethisch bezig. Wie over ethiek praat, heeft het over uitsluiting van activiteiten. Op dat vlak kon een zekere standaardisering in een product gebracht worden: er waren activiteiten die cliënten niet wilden en de meesten konden zich daarin vinden. Vandaag is dat veel moeilijker. Het gaat niet alleen meer over uitsluiting, maar echt over risico en opportuniteiten. Iedereen heeft daar zijn eigen mening over. Het is niet altijd evident om dat te vertalen in een portefeuille. Niet alleen het bottom-upwerk is belangrijk, ook de Europese taxonomie heeft daarbij geholpen. We waren het gewoon om een bedrijf in een vacuüm te analyseren, maar duurzaamheid is intussen verweven met ons economisch gegeven. Zoals macro-economen kijken hoe inflatie onze economie beïnvloedt, is dat met duurzaamheid net hetzelfde. Het gaat over het spotten van activiteiten die opportuniteiten bieden om met klimaatverandering en circulaire economie om te gaan en met sociale aspecten te werken. Dat is heel top-down. Het is voor fondsbeheerders en analisten een andere manier van werken,

Wat zien jullie als belangrijkste uitdagingen? Wim Van Hyfte (Candriam): ‘In 2018-2019 werd nog veel beweerd dat ESG in een bubbel zou zitten. Ik denk dat corona toch wel aangetoond heeft dat duurzaamheid mee integreren in een investeringsstrategie echt wel steek houdt. De meeste van

‘Tien, vijftien jaar geleden stond duurzaamheid vaak gelijk met minder rendement of dure uitsluitingen’ Wim Van Hyfte, Ph.D., Global Head of ESG Investments and Research bij Candriam

‘Er zijn nog altijd klanten die ESG afwegen ten overstaan van het rendement, terwijl ESG-integratie niet in de weg staat van rendement; dat is academisch bewezen’ Jean-Louis de Hasque, verantwoordelijke ESG-beleid bij Delen Private Bank

p. 7

die duurzaamheidsbedrijven hebben het goed gedaan. Maar die bubbel blijft een eindeloze discussie. Het valt niet te ontkennen dat veel bedrijven duur gewaardeerd staan, maar dat is niet alleen een gegeven van duurzaamheid, maar ook van de markt. We hebben dat 25 jaar geleden ook gezien met biotech. Dat was een zeer volatiele sector, maar heeft zichzelf wel bewezen. De uitdaging is om de dialoog aan te gaan, ook al wordt soms wat overdreven in termen van impact. Leidt die dialoog tot een desinvestering of tot impact bij die bedrijven? Dus ook daar zal er steeds meer transparantie moeten worden gecreëerd: wat is het objectief en over welke periode wordt die gemeten? Dialoog kan niet op jaarbasis gemeten worden, het is echt een evolutie.’ Koen Bosquet (Degroof Petercam): ‘Een van de grootste uitdagingen is het balanceren van de verschillende targets, niet alleen in termen van klimaat en de vermindering van emissies, maar ook de sociale aspecten en de gelijkheid. We hebben het dit jaar gezien met de gasprijzen die door het dak gegaan zijn en die op een pijnlijke manier blootlegden hoe onrealistisch we zijn omgegaan met deze targets. We moeten blijven investeren in nieuwe technologieën om die transitie ook betaalbaar te maken, want anders vrees ik dat we dat we die targets niet zullen halen.’ Jean-Louis de Hasque (Delen Private Bank): ‘Bij financiële analisten zie je nog altijd niet de integratie van het duurzaamheidsaspect in de sellside-analyse. Dat gebeurt nog te weinig. Wie daar niet met duurzaamheid bezig is, heeft op een zeker moment een probleem.’


p. 8

Private Bankers Association

DE PRIVAT E B AN KER S A S SO CIAT IO N

‘Jaarlijkse cijfers geven relevant beeld van de

privatebankingsector’ De Private Bankers Association (PBA-B) groepeert financiële instellingen die actief zijn op het vlak van private banking in België. Waarvoor de vereniging precies staat, vertelt Michel Buysschaert, lid van het Directiecomité bij Delen Private Bank en bestuurder van de PBA-B. Hij geeft ook enkele cijfers en bevindingen van de jaarlijkse Market Data Collection. Vandaag telt de Private Bankers Association 24 leden, die samen een groot deel van de privatebanking- en wealthmanagementmarkt vertegenwoordigen. Volgens de jaarlijkse bevraging van De Tijd/L’Echo van oktober dit jaar representeren de leden 95 procent van de totale Assets Under Management (AUM) in België. ‘In het kielzog van de associatie verdedigen we de belangen van alle spelers, gaande van grootbanken tot gespecialiseerde vermogensbeheerders’, legt Michel Buysschaert uit. PBA-B is vooral een opleidingsassociatie voor de leden van de privatebankingsector in België. De vereniging heeft de ambitie om de opleidingen op een hoog niveau te tillen. ‘Door heel wat regelgeving zijn de vereisten voor iedereen die in de sector werkt – vermogensbeheerders, private bankers en relatiebeheerders – alsmaar strenger geworden. Daarom willen we vanuit de Private Bankers Association aan alle leden de mogelijkheid geven om hun medewerkers naar de opleidingen van onze vereniging te sturen. We bieden, in samenwerking met de Febelfin Academy, twee modules aan: Investment Management for private bankers en Patrimonial Approach for private bankers.’

Kwaliteitslabel De twee opleidingen zijn gespreid over een aantal weken per jaar en bestaan uit een vijftiental dagsessies voor Patrimonial Approach en acht dagsessies voor Investment Management. Investment Management focust op de dienstverlening van vermogensbeheer en alle financiële instrumenten. ‘De cursisten krijgen informatie over discretionair vermogensbeheer, adviesbeheer, aandelen, obligaties en fondsen. Tijdens de opleiding Patrimonial Approach wor-

den de relatiebeheerders ondergedompeld in het reilen en zeilen van de overdracht van vermogens naar volgende generaties enzovoort. De twee grote takken van de dienstverlening die een private bank heeft, portefeuillebeheer en patrimoniumbeheer, worden in detail toegelicht’, legt Michel Buysschaert uit. Met deze twee opleidingen wil de Private Bankers Association de beroepsbekwaamheden van de private bankers verbeteren en een minimale kwaliteitsnorm voor het cliënteel garanderen. ‘Alle deelnemers die slagen voor hun examen krijgen een label ‘Certified Private Banking’. Als kandidaat-bankiers solliciteren en een van de twee opleidingen op hun cv staat, dan betekent dat voor ons als rekruteerder een kwaliteitslabel.’ Los van die twee grote opleidingen biedt de Private Bankers Association ook tussendoor opleidingen aan, digitaal of in de klas. ‘We hebben e-learningsessies die alle leden gratis kunnen volgen en achteraf ook kunnen herbekijken via onze website. We bieden soms ook klassikaal masterclasses aan over actuele thema’s. Dat zijn dan opleidingen van één dag die de leden tegen een sterk verminderde kostprijs kunnen

volgen. Ten slotte verschijnt ook nog vier keer per jaar het gloednieuwe ledenblad The Private Banker. Daarin delen we informatie en ervaringen binnen ons vakgebied.’

Inzicht in de cijfers Omdat er weinig cijfers gekend zijn over de sector, organiseert de Private Bankers Association jaarlijks een survey bij de leden, de Market Data Collection. Vorig jaar namen 16 van de 24 leden deel aan de enquête. ‘Die 16 leden vertegenwoordigen ongeveer 90 procent van de markt waardoor de survey zeker representatief is.’ De laatste rondvraag gebeurde in mei 2021 en baseerde zich op de cijfers van 2020 en 2019. ‘Zo hadden we een mooie vergelijkingsbasis.’ Michel Buysschaert doet een warme oproep naar de overige acht leden om alsnog deel te nemen aan de enquête. ‘Op die manier kunnen we een nog relevanter beeld van de privatebankingsector schetsen.’ Uit de recentste survey distilleert Michel Buysschaert vier belangrijke bevindingen. Een eerste is dat de markt van private banking in 2020 niet organisch gegroeid is. ‘De 16 leden beschikten over een belegd ver-


winter 2021

p. 9

‘Aangezien spaarrekeningen de voorbije jaren niets meer opleverden, merken we dat cash stelselmatig geactiveerd wordt richting de private bank’ Michel Buysschaert, lid van het Directiecomité bij Delen Private Bank en bestuurder van de Private Bankers Association - Belgium

mogen van 324 miljard euro, het jaar voordien was dit 315 miljard euro. De stijging is vooral het gevolg van de koerseffecten.’ Buysschaert vermoedt dat de cijfers van 2021 wel een groei zullen aantonen. ‘Dit heeft te maken met de cash op spaarrekeningen bij operationele banken. Aangezien die rekeningen de voorbije jaren niets meer opleverden, merken we dat cash stelselmatig geactiveerd wordt richting de private bank. Er is een verschuiving aan de gang, waarbij de private banken marktaandeel aan het winnen zijn.’

Discretionair beheer wint aan belang Een tweede conclusie is dat discretionair beheer de grootste dienstverlening is. ‘Private banking heeft drie soorten dienstverleningen: discretionair beheer, adviesbeheer en execution only’, legt Mischel Buysschaert uit. ‘Bij discretionair beheer heeft de bank de touwtjes in handen, binnen het investeringsprofiel dat door de klant wordt bepaald. Het beheer van de beleggingen wordt uitgevoerd door professionele experts. Bij adviesbeheer heeft de bank wel nog het stuur in handen, maar zij heeft een co-piloot – de

klant – die zegt wat zij moet doen. Elke beslissing in de portefeuille moet dus goedgekeurd worden door de klant. Execution only betekent dat de klant het allemaal zelf doet en de bank alleen gebruikt om zijn transacties uit te voeren.’ Het discretionair beheer wint aan belang. Momenteel vertegenwoordigt deze tak van de dienstverlening 40 procent, een stijging met één procent. ‘Op een bedrag van 326 miljard euro is dat niet min. Het adviesbeheer (33 procent) daalt, terwijl execution only met 27 procent status quo blijft. Deze cijfers hoeven niet te verbazen. Discretionair beheer is geschikt voor klanten die niet geïnteresseerd zijn om de markten te volgen omdat ze het te druk hebben of omdat ze volledig ontzorgd willen worden voor hun beleggingszaken. Daarbij komt dat de regelgever adviesbeheer minder aantrekkelijk maakt. Heel wat spelers zijn de adviesdienstverlening aan het verlaten of doen dit alleen nog maar voor de grotere klanten.’

Cash aan de zijlijn Een derde vaststelling is dat er heel wat cash aan de zijlijn staat. Cash vertegen-

woordigt nog 23 procent van het totale bedrag van 324 miljard. ‘76 miljard euro is een vrij groot bedrag. Een deel van de cash wordt omgezet naar aandelen, obligaties of fondsen. Ook cash die niet in de privatebankingwereld zit, van derde partijen, komt onze richting uit. Daarom denken we dat er dit jaar wel organische groei komt.’ Een laatste bevinding is de mooie opkomst van de kredietverlening met effectenpand. ‘De effecten die aan de bank worden gegeven, worden verpand en de bank geeft een krediet op basis van de portefeuille van de cliënten. Die kredietverlening is goed voor zo’n 32 miljard euro. Tegenover meer dan tien procent van de assets van het management staan er kredieten, wat toch een vrij groot bedrag is.’ De privatebankingsector kende ook een groei op het vlak van tewerkstelling. ‘We noteren een stijging van zes procent in vergelijking met 2019. We hebben helaas geen volledig cijfermateriaal vanuit de Market Data Collection. Daarom doe ik een warme oproep aan iedereen om deel te nemen aan de enquête zodat we volgend jaar een nog vollediger beeld kunnen geven.’


p. 10

Private Bankers Association

ALUMN US IN DE KIJ K ER

‘ Economie en ecologie zijn geen botsende begrippen’

Kris Organe, sustainability expert bij Degroof Petercam, geeft in de opleiding Investment Management een cursus over duurzaam beleggen. Duurzaamheid is een thema dat de voorbije jaren een grote evolutie kende. Enkele jaren geleden leefde de overtuiging dat duurzaam beleggen ten koste zou gaan van het rendement. Mensen hadden de idee dat ecologie en economie twee botsende begrippen waren. ‘Vandaag is duidelijk dat die twee veel meer gealigneerd zijn, zeker door de Europese Green Deal’, zegt Kris Organe, sustainability expert bij Degroof Petercam. Als ambassadeur van duurzaam beleggen presenteert hij zijn verhaal zowel bij cliënten als bij private bankers. In de opleiding Investment Management, een initiatief van de Private Bankers Association en Febelfin Academy, geeft hij een cursus over duurzaam beleggen. ‘Ik heb de opleiding Patrimonial Approach drie jaar geleden zelf gevolgd’, zegt Kris Organe. ‘Dat was heel verrijkend, ik heb er veel bijgeleerd.’ Hij volgde ook een cursus rond ESG-investeren aan het CFA Institute. ‘Ik wou het verhaal over duurzaamheid meer op de kaart zetten en delen binnen de Bel-

‘Windmolens bouwen voor hernieuwbare energie draagt wel bij aan de ecologische doelstelling, maar als dit gebeurt in bedenkelijke arbeidsomstandigheden, dan is dat niet duurzaam te noemen’ Kris Organe, sustainability expert bij Degroof Petercam

gische financiële gemeenschap. Daarom heb ik me aangemeld bij de Febelfin Academy met de vraag of ik een cursus mocht geven. Ik wil mijn collega’s overtuigen, informeren en opleiden rond duurzaamheid.’

Ruimer dan klimaat Tijdens zijn cursus behandelt Kris Organe onder meer de evolutie van het duurzaam beleggen. ‘Je ziet een opvallende beweging in de beleggingswereld’, legt hij uit. ‘Vóór 2006 lag de focus vooral op het uitsluiten van niet-duurzame of niet-ethische sectoren en activiteiten, denk maar aan klassiekers als tabak, pornografie, alcohol of wapens.’ In 2006 werden binnen de Verenigde Naties de Principles for Responsible Investing aangenomen. Sindsdien is ESG-analyse meer en meer geïntegreerd en wordt een investering breder bekeken vanuit sociale thema’s en goed bestuur. De Sustainable Development Goals (SDG’s) vormen sinds 2015 het referentiekader voor een positief maatschappelijke impact. Ze trekken duurzaamheid open van klimaatactie en CO2-reductie naar bredere sociale thema’s zoals duurzame steden en gemeenschappen, onderwijs, verantwoorde consumptie en een goede gezondheid.’

Nieuwe wetgeving De nieuwe wetgeving van Europa gaat nog een stap verder door duurzaamheid nog duidelijker te definiëren. ‘Duurzaam beleggen is de weg vooruit en dit wordt gepusht door de overheid, die gaat sturen met zo-

wel strengere wetgeving als subsidies voor positieve projecten’, legt Kris Organe uit. Ook de Sustainable Finance Disclosure Regulation (SFDR), die voortbouwt op de SDG’s van de Verenigde Naties en het akkoord van Parijs, is erop gericht om de risico’s en effecten van de klimaatverandering en andere duurzaamheidsuitdagingen aanzienlijk te verminderen. ‘De SDFR verplicht ons als financiële gemeenschap om te communiceren met onze cliënten. Dat maakt private bankers bewuster van de noodzaak om kennis te verzamelen over het duurzaamheidsverhaal. Een verduidelijking van het begrip duurzaam beleggen is wat cliënten ook verwachten. Ze beseffen dat ze soms toegevingen moeten doen op het vlak van diversificatie en return binnen hun portefeuille, wanneer ze op zoek zijn naar duurzame beleggingsproducten die echt bijdragen tot een ecologische of sociale doelstelling zonder dat die elkaar beschadigen. Windmolens bouwen voor hernieuwbare energie draagt wel bij aan de ecologische doelstelling, maar als dit gebeurt in bedenkelijke arbeidsomstandigheden, dan is dat niet duurzaam te noemen. Het volledige plaatje moet kloppen.’ Duurzaam beleggen heeft de laatste twee, drie jaar goed gepresteerd, maar elke bankier weet dat in het verleden behaalde resultaten geen garantie bieden voor de toekomst. Kris Organe geeft daarom aan private bankers altijd de goede raad mee: ‘don’t sell the performance, sell the process’. Je moet de juiste cliënt meenemen in het juiste product.


winter 2021

E X PER T A AN HE T WO OR D

Label Towards Sustainability

helpt greenwashing financiële producten te voorkomen De 600 financiële producten die het label Towards Sustainability kregen, zitten verspreid over 85 Belgische en Europese vermogensbeheerders en banken. ‘Het label beoordeelt de criteria die vermogensbeheerders of private bankers hanteren om hun duurzame portefeuilles, aandelen en obligaties in binnen- en buitenland samen te stellen’, zegt Tom Van den Berghe, managing director bij het Central Labelling Agency (CLA), de onafhankelijke vzw die het label Towards Sustainability uitreikt. ‘Uiteraard gebruiken beheerders financiële criteria, maar het label toetst specifiek de criteria die te maken hebben met duurzaamheid.’ Het label is ontwikkeld op initiatief van Febelfin. De aanleiding is tweeledig. Enerzijds ziet Febelfin een toenemende aandacht voor duurzaamheid, zowel bij consumenten als de wetgever en de samenleving. De focus ligt voornamelijk op klimaat en milieu, maar gaat ook ruimer met aandacht voor goed bestuur of sociale thema’s zoals mensenrechten en arbeidsvoorwaarden. ‘We merken dat cliënten gevoeliger zijn voor duurzaamheid, niet alleen in de manier waarop ze zich verplaatsen, werken of eten, maar ook in hun financiële keuzes.’ Anderzijds merkt Febelfin dat financiële instellingen hun aanbod afstellen op die verhoogde aandacht. ‘Duurzaamheid is een onderwerp dat zich leent tot aantrekkelijke marketing. Financiële instellingen springen ook op die trein. Dat brengt een aantal gevaren met zich mee, denk maar aan greenwashing. Soms worden producten als duurzaam voorgesteld terwijl ze dat niet zijn of in heel beperkte mate. Of ze zijn duurzaam, maar niet op een manier die aansluit met wat een belegger als duurzaam ziet. Daar zit een mismatch op vlak van informatie en dat schept wantrouwen ten opzichte van deze producten. In die context ontstond het initiatief voor het label Towards Sustainability. Het label moet

greenwashing helpen voorkomen en orde brengen in de potentiële wildgroei.’

Minimale criteria Het label schrijft een aantal criteria voor waaraan een beleggingsproduct moet voldoen om zich op een geloofwaardige manier duurzaam te kunnen noemen. ‘Het bakent een set van minimale duurzaamheidsverwachtingen af. Natuurlijk hebben we niets liever dan dat individuele vermogensbeheerders of banken de lat hoger leggen, en velen doen dit ook, maar het label bepaalt de ondergrens. Zitten de financiële producten daaronder, dan zijn hun duurzaamheidsclaims waarschijnlijk weinig geloofwaardig.’ Het label kiest bewust voor minimale criteria, omdat duurzaamheid een rekbaar begrip is. Wij hebben getracht de kern vast te leggen waarover iedereen het eens is. Over de schending van de mensenrechten, tabak of steenkool is er bijvoorbeeld weinig discussie. Die criteria zijn niét duurzaam. Als het bijvoorbeeld over aardgas of kernenergie gaat, belandt het gesprek al snel in een grijze zone met argumenten pro en contra. Het label reflecteert die grijze zone.’ Naast het inhoudelijke kijkt het label ook naar het procesmatige. ‘Hoe organiseren de vermogensbeheerders en banken de duurzaamheidsevaluatie? Zit er een ernstig proces achter?’ Zowel het inhoudelijke als het procesmatige aspect worden op jaarlijkse basis grondig geanalyseerd door het onafhankelijke controleorgaan van de CLA, een partnerschap tussen Forum Ethibel, Universiteit Antwerpen en ICHEC Management School Brussels. Pas daarna worden labels toegekend.

Label evolueert De criteria worden op regelmatige basis herzien. ‘Het label is een evolutief gegeven. In april van dit jaar publiceerde de

p. 11

Sinds november 2019 werden ruim 600 labels Towards Sustainability toegekend aan beleggingsfondsen, verzekeringsfondsen en spaarproducten. ‘Het label helpt greenwashing voorkomen en schept orde in de potentiële wildgroei’, zegt Tom Van den Berghe van het Central Labelling Agency (CLA).

‘Soms worden producten als duurzaam voorgesteld terwijl ze dat niet zijn of in heel beperkte mate’ Tom Van den Berghe, managing director bij het Central Labelling Agency (CLA)

CLA een tweede versie, het gevolg van discussies met verschillende stakeholders, binnen de financiële sector, de maatschappij en de overheid. Het marktsentiment, de wetgeving en de maatschappelijke noden veranderen en daaraan moeten we ons aanpassen.’

Meer transparantie Een van de aandachtspunten is het aligneren van het label met de huidige en de verwachte toekomstige Europese wetgeving. ‘Daarnaast streven we ook naar een grotere transparantie. We willen ervoor zorgen dat duurzame producten op een heldere en gebruiksvriendelijke manier vergeleken kunnen worden zodat de beleggers gemakkelijk zien of een product aan hun duurzaamheidsverwachtingen beantwoordt, zonder te vervallen in juridische of zeer technische informatie die niet altijd begrijpelijk is.’ Naast transparantie is ook visibiliteit voor het retailpubliek een prioriteit voor 2022. ‘Op dit moment is het label zeer goed gekend in een professionele context, bij de institutionele beleggers, vermogensbeheerders, verzekeringsmaatschappijen en private bankers. Maar de man in de straat kent het nog te weinig. Daar willen we werk van maken door meer en gerichter te communiceren.’



Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.