PrimaOnderwijs november2014

Page 1

Onderwijsnl

Voor alle professionals in het onderwijs nummer 6 • november 2014 • www.primaonderwijs.nl • verschijnt 6x per jaar •

Leraren van het Jaar halen het beste uit hun leerlingen! Maak een feest le van financië educatie!

MET ➜ Begeleiding Startende Leraren, een investering in de toekomst

➜ Integreer kunst in het lesprogramma ➜ Reisgids Digitaal Leermateriaal

GRATIS LESMATERIAAL Fix Je Risk, Vrolijke Kerst, CBS en VeVa!

KidsRights, vfonds, Nationaal Comité 4 en 5 mei,


Ve u en van rzek de er s et vr chri eln oe jf a gb u n me oe u kk i or n tin g!

m

Het congres 2015: Leiderschap van de toekomst Het evenement voor leidinggevenden en bestuurders. Een unieke kans om Sean Covey te horen spreken over leiderschap en schoolcultuur.

Donderdag 8 januari 2015 10.00 - 16.00 uur Met keynote speaker Sean Covey Sean Covey is een wereldwijd bekende spreker als het gaat om leiderschap, verandermanagement en timemanagement. Sean houdt zich in het bijzonder bezig met veranderingen in het onderwijs en auteur van de beststeller The 7 Habits of Highly Effective Teens.

www.cps.nl/congresleiderschap2015

00_Basis_ADS_PO.indd 1

16-10-14 08:41


Inhoud

Onderwijs nl

Voor alle professionals in het onderwijs

Begeleiding Startende Leraren

10

19

Leraren van het Jaar inspireren!

16

Maak een Feest van financiële educatie 4 14 18 22 24 26 29 30 32 35 37 38 41

Reisgids Digitaal Leermateriaal

Nieuws CPS ondersteunt startende leraar Gratis gastlessen Fix je Risk Hoge werkdruk? Zorg voor goede zorg Voorkom luizen Aan de slag met e-learning Kids Climate Conference Leren kun je leren Samsam vernieuwd Schooltv introduceert Studio Snugger Bestel Vrijheid geef je door Cultuureducatie met Kwaliteit De ontwikkeling van het practicumlokaal Onderwijsnl

Voor alle professionals in het onderwijs

Met 170.000 lezers het grootste blad voor alle onderwijsprofessionals. PrimaOnderwijs is een uitgave van

60

42 Tijd voor huiswerkbeleid 44 Ondernemen leer je op school 46 SLO lanceert website voor opbrengt gericht maatwerk VO 48 Succesvolle implementatie dyslexiesoftware 50 Bang voor Boos? 52 Stilstaan bij vrijheid met vfonds en Liberation Route Europe 56 Bestel het KidsRights lespakket 58 De zoektocht naar gepersonaliseerd leren 63 Gratis lesmateriaal van VeVa

Naast het magazine biedt PrimaOnderwijs een tweewekelijkse nieuwsbrief en www.primaonderwijs.nl

Vormgeving Saskia van Geijlswijk, Martin Hollander, Tom Venema

EDG Media Postbus 40266 3504 AB Utrecht Uitgever Erik Trimp

Medewerkers Heleen de Bruijn, Elleke van den Burg, Tefke van Dijk, Anita Drost, Gerard van de Garde, Mirjam Janssen, Theo Louwers, Marius Roos, Studio Stampij

Mediacoördinator Vanessa Pelle vpelle@edg.nl

Foto’s Human Touch Photograpy, iStock

Verschijning en verspreiding PrimaOnderwijs verschijnt 6 keer per jaar. Verspreiding via gecontroleerde distributie door EDG Media bij alle basisscholen en scholen in het voortgezet onderwijs in Nederland. Redactie 030-241 70 44 redactie@primaonderwijs.nl Sales Mark Hutzezon 030-2417025, mhutzezon@edg.nl

Klantenservice 030-241 70 30 klantenservice@edg.nl Copyright 2014 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, overgenomen of openbaar gemaakt zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. De uitgever is niet aansprakelijk voor enig handelen op grond van de in dit blad gegeven adviezen of gedane mededelingen.


NIEUWS

PRITT

KlasExpo Op zoek naar educatieve knutsellessen gericht op kinderen van 5 tot 12 jaar? Schrijf je dan nu gratis in op KlasExpo! KlasExpo is het online platform boordevol creatieve inspiratie en educatieve knutsellessen voor in de klas. www.klasexpo.nl

Veel animo onder meisjes om te leren programmeren Ruim 60 meisjes van 8 tot 18 jaar kwamen in de herfst vakantie naar het DigiVita Code Event om een dag lang te leren programmeren. Onder begeleiding van vrouwelijke ict’ers en studentes Informatica gingen de meisjes aan de slag met robots, 3D-printers, Scratch en andere programmeertools. De animo voor het DigiVita Code Event was zo groot dat organisator VHTO de inschrijvingen eerder moest sluiten. Na het succes van het evenement op 14 oktober zullen meer DigiVita Code Events in heel Nederland volgen. De meisjes werden welkom geheten door Cocky Booij, directeur VHTO, Landelijk expertisebureau meisjes/vrouwen en bèta/techniek. Vervolgens gingen de meisjes aan de slag met onder meer 3D-printers en werden er LEGO Mindstorms robots geprogrammeerd. Moë, 10 jaar: ‘Wel bijzonder dat een robotje op de vloer doet wat je er in de computer tegen gezegd hebt. Eigenlijk dacht ik dat robots de dingen die zij doen zelf bedachten, maar je moet het dus zelf in de computer zetten.’

Elmo’s quiz in Sesamstraat Van jong tot oud groeien we samen met Tommie, Pino, Meneer Aart en vele anderen op. Dit najaar komt er een nieuw onderdeel in Sesamstraat. Elmo gaat samen met Tommie, Ieniemienie, Pino en Purk een quiz spelen. Elmo’s quiz is een interactief spel dat de kinderen ook in de klas kunnen spelen. Elmo stelt een vraag en Tommie, Pino, Ieniemienie en Purk assisteren hem. Zo kan hij vragen stellen over de voorwerpen, vormen, cijfers of letters die ze vasthebben. Ook de interactieve website van Sesamstraat wordt vernieuwd. Naast Elmo’s quiz kun je trampoline springen met Pino of leren zwemmen met Ieniemienie. Met Tommie kun je gaan vliegeren en vergeet het verzorgen van Purk niet. Op de site en in de spellen zie je de Sesamstraatkarakters niet alleen, je hoort ze ook. Ze leggen je uit hoe het werkt of moedigen je aan. Alle spellen zijn makkelijk te bedienen. Zowel op laptop, pc als tablet. Ga samen naar sesamstraat.nl en ontdek de bewoners van de straat op een interactieve manier.

4


Breng een Vrolijke Kerst in de klas! Wat doe je als je alles kwijtraakt en helemaal opnieuw moet beginnen? Dat is de kerngedachte van Vrolijke Kerst, de nieuwe serie van de VPRO die aansluitend op het Sinterklaasjournaal, tussen Sinterklaas en Kerstmis, op Zapp wordt uitgezonden. Om de actuele thema’s uit dit familieverhaal vol humor en emotie ook in de klas te bespreken, biedt de VPRO alle basisscholen (groep 5/6) gratis lesmateriaal. Breng ook een Vrolijke Kerst in de klas!

Vrolijke Kerst vertelt het verhaal van Lucas (10), het middelste kind van een rijk gezin, wonend in een dure wijk in een groot huis. Vader Maarten blijkt enorme financiële problemen te hebben en de familie raakt alles kwijt. Terwijl vader (Jeroen Spitzenberger) en moeder (Hadewich Minis) het moeilijk hebben met zichzelf en elkaar, en broer Thomas (15) en zusje Emma (7) vreselijk moeten wennen aan de nieuwe situatie, probeert Lucas er het beste van te maken met als hoogste doel: een Vrolijke Kerst voor de hele familie! De serie is vanaf zaterdag 6 december dagelijks om 18.00 uur te zien. In afleveringen van tien minuten kunnen kinderen iedere dag samen met hun ouders meeleven met het wel en wee van de familie Vrolijk, een gezin in crisistijd.

Inspirerende lesideeën Laat uw leerlingen kennismaken met de actuele thema’s die in de serie worden behandeld en bestel volledig gratis het bijbehorende lesmateriaal van de VPRO. Het pakket bestaat uit een kras-adventkalender, deze bestrijkt de periode van 1 t/m 24 december, en een handleiding voor de leerkracht met inspirerende lesideeën om met weinig een mooie kerst te hebben, zoals het maken van een kerstboom met waterkers of aan de slag te gaan met wc-rolletjes en watten om kerstslingers te maken.

Vragen voor de leerlingen

- Denk na over wat jij zou meenemen als je maar 1 ding mocht kiezen? - Wat kun je allemaal maken van oude kleren? - Wat heeft een mens eigenlijk echt nodig? - Hoe kun je zelf kerstballen maken?

Bestellen

Op www.primaonderwijs.nl/vrolijkekerst kunt u het pakket bestellen. Het lesmateriaal wordt in week 48 toegestuurd.

PrimaOnderwijs 5

00_VrolijkeKerst.indd 5

16-10-14 15:27


Met de hele klas of het hele team

Ga de uitdaging aan bij

New Challenge! Schoolreisje aan het plannen? Of samen met alle docenten bouwen aan de teamspirit? New Challenge biedt het perfecte sportieve uitje speciaal op maat voor het onderwijs!

Speciaa l scholentarief!

Met de klas… New Challenge is uitermate geschikt voor schoolreizen en klassenuitjes. Op ons terrein kunnen leerlingen al hun energie kwijt. Onder begeleiding van onze instructeurs zullen zij deze dag vol outdoor activiteiten als een survivaltocht doorlopen, in groepjes of individueel.

Bij New Challenge kunt u kijken wat het beste aansluit bij uw wensen. Mocht u nog vragen hebben over arrangementen, outdoor activiteiten of andere zaken, laat het ons weten via de mail of telefonisch. Dan nemen wij contact met u op.

Met het hele team… Bouw aan de teamspirit. Neem het tegen elkaar op tijdens een survivaltrack of bundel juist de krachten op het samenwerkingsparcours. Kom een dag naar New Challenge in de bossen van Biddinghuizen en geef uzelf en uw collega’s een dag om nooit meer te vergeten.

New Challenge Outdoor & Events Strandgaperweg 2-4 8256 PZ Biddinghuizen Tel: 0321 - 332500

www.new-challenge.nl 00_NewChallenge.indd 9

16-10-14 13:04


KindVak 2014 – als kinderen je vak zijn! 27, 28 en 29 november openen de deuren van Brabanthallen ‘s-Hertogenbosch voor KindVak 2014: hét belangrijkste Nederlandse vak- en kennisevent voor iedereen die met kinderen werkt. Professionals kunnen deelnemen aan een gevarieerd kennisprogramma bomvol actuele informatie over trends en ontwikkelingen binnen de sector. Up to date zijn, is in deze tijden van verandering belangrijker dan ooit. Weet jij de ins en outs? En verander je mee? KindVak 2014 praat je in een dag bij over alle trends en ontwikkelingen die voor jou als professional belangrijk zijn. Met vakinhoudelijke presentaties, uitdagende workshops, interessante themacafés en prikkelende debatten.

NIEUWS

DOETIP:

KindVak 2014, daar wil je bij zijn! Werk jij in de kinderopvang, buitenschoolse opvang, primair onderwijs of jeugdzorg? Dan wil je KindVak 2014 natuurlijk niet missen. Kijk voor meer informatie en registreren op www.kindvak.nl

advertentie

7343

Ik zoek een...

juf/meester! Voor álle vacatures in het primair onderwijs! www.Onderwijsvacaturebank.nl


Inholland helpt uw leerlingen graag bij het maken van de juiste studiekeuze. Onze studiekeuzetools helpen ze op weg. Om uw leerlingen te helpen bij het maken van de juiste studiekeuze bieden wij verschillende studiekeuzetools aan. Meer info over onze tools kunt u vinden op www.inholland.nl/studieadvies. Open Dagen en Open Avonden Tijdens onze Open Dagen kunnen uw leerlingen de studiekeuzefasen TEST | ONTDEK | KIES doorlopen. Daarnaast maken ze kennis met onze studenten en docenten. Kijk voor meer informatie op www.inholland.nl/opendag. Studiekeuze Adviescentrum Bij het Studiekeuze Adviescentrum kunnen uw leerlingen terecht voor persoonlijk en onafhankelijk studieadvies. Meer informatie kunt u vinden op www.inholland.nl/studiekeuzegesprek. Proefstuderen Zijn uw leerlingen al wat verder met hun studiekeuze en willen ze ontdekken of de opleiding écht bij hen past? Dan kunnen ze een dagje Proefstuderen. Soms volgen ze samen met andere studiekiezers een speciaal proefstudeerprogramma, soms worden ze gekoppeld aan een student van de opleiding en volgen ze het actuele lesrooster. Meer informatie is te vinden op www.inholland.nl/proefstuderen. Studiekeuzecheck Nadat uw leerling zich via Studielink heeft aangemeld volgt de uitnodiging voor de Studiekeuzecheck. De Studiekeuzecheck ‘matcht’ of de opleiding bij de leerling past. Niet alleen omdat dan met meer plezier gestudeerd wordt, maar ook omdat de kans groter is dat de opleiding met succes wordt afgerondt. Kijk voor meer informatie over de Studiekeuzecheck bij Inholland op www.inholland.nl/studiekeuzecheck. AMN_adv192x142,5_v1014 08-10-14 11:39 Pagina 1

Wij geloven dat iedereen met talent is geboren. Op zijn of haar niveau. Dat is zoals het is. Wij geloven dat talent gekoesterd moet worden om het te laten groeien. Om talent te koesteren, te kunnen laten groeien moet je talent kennen. Om daarna te erkennen en te herkennen.

Entree

Talent groeit in goede handen

dé online methode voor LOB Daarom biedt AMN een complete en coherente online methode voor LOB. Van de brugklas tot en met de examenklas. Voor een onderzochte en bewuste keuze voor een vervolgopleiding. De grote hoeveelheid verschillende testen en opdrachten geven de leerlingen zicht op wat ze belangrijk vinden en waar ze goed in zijn. Entree geeft de mogelijkheid ervaringen op te doen, daarop te reflecteren en er over in dialoog te gaan. Elke leerling werkt vanuit een eigen digitaal portfolio, het paspoort. Voor de begeleiding zijn er zowel individuele als groepsrapportages om de ontwikkeling van elke leerling te monitoren. Terwijl het portfolio groeit, ontwikkelen leerlingen hun loopbaancompetenties. Zo maken ze een onderbouwde keuze voor hun vervolgopleiding of baan. Wij geloven in talent. In talent in goede handen. Niet in magie. Daarom geloven wij in meten en begeleiden van start tot finish.

Meer weten: info@amn.nl of 026 3557333

00_Basis_ADS_PO.indd 1

16-10-14 09:03


413 000

huishoudens hebben 3 kinderen of meer

Bron voor gespreksstof

i I

18- tot 25jarigen vooral online met smartphone

D d

56% van de kinderen wordt bij

een gehuwd paar geboren

33% bij een ongehuwd stel 8% in een eenoudergezin

h H

3% van de kinderen van

4 tot 12 jaar heeft volgens ouders of verzorgers autisme of een aanverwante stoornis

ia A

4 op de 10 mensen voelen zich weleens onveilig rondom plekken waar jongeren rondhangen

83% van 12- tot 75-jarige internetters shopt online

008797 Adv. CBS in de klas 2014-09.indd 3

A ia B b

Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) biedt via de website CBS in de Klas actueel materiaal aan over allerlei onderwerpen die docenten kunnen gebruiken in hun les. Op dit moment is er materiaal beschikbaar voor economie, aardrijkskunde, maatschappijleer en wiskunde in het voortgezet onderwijs. Zo kunt u nu de nieuwe posters voor het schooljaar 2014/2015 downloaden of bestellen voor in het klaslokaal. Op de website CBS in de Klas vindt u animatiefilmpjes over bijvoorbeeld Europa 2020 en een interactieve visualisatie over hoe man en vrouw werk, zorg en invloed verdelen. De visualisatie laat zien dat er sinds de jaren ’50 veel veranderd is in de verhouding tussen vrouwen en mannen in Nederland. Ook staan er op de website actuele artikelen met de meest recente cijfers over onderwerpen die in het lesboek worden behandeld, maar die ook kunnen dienen als bron voor een gespreksstof. CBS in de Klas biedt daarnaast verschillende complete lesplannen aan, bijvoorbeeld over waar de overheid haar inkomsten vandaan haalt. Later dit jaar verschijnt er ook materiaal voor het basisonderwijs. Wilt u op de hoogte blijven van nieuw materiaal? Meldt u zich dan aan voor de digitale nieuwsbrief die vier keer per jaar verschijnt via onderwijssite@cbs.nl. Hier kunt u ook terecht met uw ideeÍn, suggesties of vragen. Al het materiaal op CBS in de Klas is gratis en vrij toegankelijk. Kijk op www.cbs.nl/cbsindeklas

2014-10-01

13:48


Begeleiding Startende Leraren Een investering in de toekomst

interviews heleen de bruijn foto’s marius roos

Een nieuwe werkomgeving, een enorme hoeveelheid aan taken en leerlingen die elke nieuwe docent ‘uitproberen’. Het zijn grote uitdagingen voor de nieuwe leraar, vers van de opleiding. Veel scholen zien in dat ze met de juiste begeleiding pareltjes van docenten kunnen kweken. De overheid stimuleert deze begeleiding van startende leraren met subsidies via het project Begeleiding Startende Leraren (BSL). We spreken vier professionals over het belang van Begeleiding Startende Leraren. Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door het Ministerie van OCW 10

00_BSL.indd 10

16-10-14 11:20


Marijn Peterman leraar Nederlands Panta Rhei in Amstelveen:

‘Vooral delen van ervaringen met andere starters is heel waardevol’ Marijn Peterman begon in 2011 als leraar Nederlands en ziet zichzelf eigenlijk niet meer als een startende leraar. Natuurlijk, je bent als leraar nooit uitgeleerd, maar ik heb het gevoel dat ik sterk in mijn vak sta en sterk voor de klas.’ Volgens Marijn is dat voor een heel groot deel te danken aan de begeleiding die ze als beginnende leraar kreeg. Scholengemeenschap Panta Rhei in Amstelveen biedt startende leraren een driejarig inductietraject in het kader van het project Begeleiding Startende Leraren (BSL) om wegwijs te geraken in de school en de schoolcultuur en om leraren snel te laten groeien in hun vak. ‘Ik heb die begeleiding als heel prettig ervaren. Je hebt niet het gevoel dat je in het diepe wordt gegooid. Vooral de intervisiegroepen, waarin alle beginnende leraren hun ervaringen met elkaar delen, vond ik heel waardevol. Het is fijn van anderen te horen waar zij tegenaan lopen en hoe zij met dingen omgaan. Verder had ik een werkplekbegeleider, die in dezelfde vakgroep werkt als ik. Je neemt samen de stof door, je weet hoe lang je met een bepaald onderwerp in de klas bezig bent

Dat de begeleiding van startende leraren vruchten afwerpt, staat voor Anita o’Connor, rector van het Zwijsencollege (havo/vwo) in Veghel als een paal boven water. ‘De pareltjes die wij als opleidingsschool voor nieuwe leraren binnenkrijgen, willen we natuurlijk graag behouden en dat lukt altijd. De leraren die bij ons beginnen, voelen dat ze bij onze vaste grond onder de voeten krijgen door de ervaring die ze tijdens hun studie bij ons hebben opgedaan. Er is altijd een vangnet. En je ziet dat sommige pareltjes na een jaar of vijf, zes bij ons al lerarencoach zijn. Zo’n coach ondersteunt alle leraren in een van onze acht lerarenteams. Als ze dat dan al kunnen, staan ze stevig in hun schoenen en zijn het goede leraren.’ Op het Zwijsencollege krijgen beginnende leraren, zij-instromers en leraren die lange tijd niet voor de klas hebben gestaan, een intensief begeleidingstraject. Ze worden ondersteund door een collega die lessen met ze voorbereidt en feedback geeft. Daarnaast volgen ze intervisiebijeenkomsten op school en identityworkshops met startende leraren van andere scholen, met wie ze hun ervaringen als starters uitwisselen.’

en hoeveel toetsen er moeten worden gegeven. Hoe handiger je daar in wordt, hoe beter je dat helpt in de les. Daardoor kan ik meer focussen op bijvoorbeeld het contact met de leerlingen.’ Als beginnende leraar kreeg Marijn minder taken. Aan de andere kant werd ze wel meteen gevraagd als coördinator Internationale Schakelklas en mocht ze de korte opleiding NT2 doen (Nederlands als tweede taal). ‘Het is fijn om als beginnend leraar al die kans en dat vertrouwen te krijgen. En met die extra opleiding sta je ook weer beter beslagen ten ijs voor de klas.’ Volgens Marijn kwam ze vier jaar geleden op haar school in een warm bad terecht. ‘De collega’s zijn allemaal bereid om je alles uit te leggen. Als je met het leerlingvolgsysteem aan de slag moet, komt er iemand naast je zitten om het je desnoods drie keer uit te leggen. Het fijne daarvan is dat je al snel betrokkenheid en verbondenheid met zo’n school voelt, en je er niet meer weg wilt.’

Cruciaal is dat je startende leraren beschermt door ze niet meteen te overladen met werk, vindt Anita. ‘Je kijkt wat ze aankunnen. Je maakt ze bijvoorbeeld niet meteen klassenmentor en ze krijgen minder lesuren, zodat ze mee kunnen doen aan teamoverleg en vakgroepoverleg. Bovendien hebben we een fulltime coach in huis, die hen begeleidt. Het coachen en begeleiden van nieuwe leraren is veel werk en kost uren, die elders moeten worden opgevangen. Wij zijn dan ook zeer alert op alle mogelijke subsidies. Maar het is ook een kwestie van keuzes maken. We zien de begeleiding van beginnende leraren als een belangrijke investering in de toekomst. Het kost ons nu zo’n 2,5fte aan begeleidingsuren. Maar niet alles wordt bekostigd. Als leraar op een opleidingsschool zitten dat soort werkzaamheden in het takenpakket en daarmee wordt het meteen breed gedragen in de school.’

Anita o’Connor, rector van het Zwijsencollege in Veghel:

‘Begeleiding leraren hoort bij het takenpakket’ PrimaOnderwijs XX

00_BSL.indd 11

16-10-14 11:22


Saskia Dannenberg, HRD-functionaris op het Noordik:

‘Loopbaanbeleid en inductiebeleid gaan hand in hand’ Scholengemeenschap het CSG Het Noordik in Almelo heeft dit jaar maar liefst 47 nieuwe docenten in huis. De meesten komen net van de lerarenopleiding. Deze groep volgt vanaf dit schooljaar een uitgebreid begeleidingsprogramma. ‘We willen als school een goed loopbaanbeleid en passende ontwikkelingsmogelijkheden voor docenten. Onder meer om uitval te voorkomen, maar ook omdat uit een onderzoek, dat we zelf op school hebben gedaan, bleek dat startende leraren zich niet voldoende ondersteund voelden’, vertelt Saskia Dannenberg, HRD-functionaris op het Noordik. ‘We deden al wel iets aan begeleiding, maar vorig jaar hebben we dat programma opnieuw aangepakt.’ CSG Het Noordik sloot zich aan bij een project

De Meergronden in Almere is een brede school met opleidingen van bbl tot vwo. De begeleiding van jonge, nieuwe leraren is er al jaren gemeengoed, want de Meergronden is tevens een opleidingsschool waar toekomstige leraren 40 procent van hun opleiding in de praktijk doen. ‘Toch hebben we ons aangesloten bij het project Begeleiding Startende Leraren (BSL),’ vertelt rector Joséphine Rutten. ‘Tot nog toe hadden we begeleidingsprogramma’s voor starters in hun eerste jaar, waarna ze als het ware werden losgelaten. Nu kunnen we de begeleiding via het BSL-project uitbreiden naar tweede- en derdejaars starters. We willen graag bijdragen aan het goed opleiden van leraren, want we hebben ze hard nodig. Niet alleen de Meergronden, maar ook andere scholen. Je krijgt zo potentiële werknemers in je school. Jong opgeleide leraren brengen ook vernieuwingen mee. Oudere en jonge leraren van elkaar, want kijken in de klas waar een startende leraar lesgeeft én feedback geven op wat hij of zij doet in de les, daar leer je als begeleider

Joséphine Rutten, rector brede school De Meergronden:

‘Onze startende leraren zijn sneller ervaren’ ook weer van. Wij helpen de startende leraren hun docentvaardigheden verder uit te bouwen. En op andere scholen waar ze stages lopen, doen ze dat ook. De studenten krijgen zo een heel brede input van hoe het er op scholen aan toegaat. De eerstejaars startende leraren wonen in de eerste helft van hun begeleidingsjaar onder andere een aantal bijeenkomsten bij, waar een thema wordt behandeld, bijvoorbeeld orde in de klas, gebruik van ict of oudergesprekken. Daarnaast hebben ze een docentbegeleider, die met hen praat,

feedback geeft en lessen bezoekt. Hetzelfde doet een docentbegeleider uit de specifieke vakgroep. De tweede helft van het jaar volgen ze een beoordelingstraject. Hetzelfde gebeurt straks ook in hun tweede en derde jaar, maar dan krijgt de docentbegeleider zelf ook een extra training waarmee hij of zij een soort supercoach wordt. We hebben het idee dat met deze manier van werken, ‘onze’ startende leraren al echt meer ervaren leraren zijn en sneller onderdeel van de schoolgemeenschap worden. Ze zijn gewoon rijper.’

12

00_BSL.indd 12

16-10-14 11:22


Begeleiding Startende Leraren van de Universiteit van Twente, dat een bijdrage levert aan het grote onderzoek van de Universiteit Groningen naar inductiebeleid op Nederlandse scholen. ‘Twee docenten (gespecialiseerd op het gebied van coaching) en ik als HRD-functionaris vormen een team, die het inductiebeleid op onze school vormgeeft. Het afgelopen jaar ontwierpen we samen ontwikkelingsprogramma’s voor docenten; de twee docenten leverden input vanuit hun praktijkervaring en ik heb me gespecialiseerd in het leren op de werkplek. Je kunt loopbaanbeleid en inductiebeleid niet los van elkaar zien. Ik zorg dat het inductieprogramma is ingebed in het schoolbeleid en help bij het faciliteren van het programma.’ Alle nieuwe docenten krijgen een begeleidingsprogramma aangeboden, of ze nou van de opleiding

komen, zij-instromer zijn of van een andere school komen. Zij krijgen een programma op maat. Dannenberg: ‘In het eerste jaar zijn dat intervisiebijeenkomsten, gericht op onderwerpen als oudergesprekken en rapportvergaderingen. Verder worden ze gecoacht en krijgen ze videocoaching. De coach volgt de ontwikkeling van een beginnend docent onder meer door middel van het ICALT observatie-instrument, een wetenschappelijk onderbouwd instrument waarmee je de vooruitgang van docenten in de eerste drie jaar kunt meten. In het eerste jaar is de ondersteuning vooral gericht op pedagogische en didactische vaardigheden, het tweede en derde jaar wordt hier een vervolg aan gegeven, maar worden ook onderwijsthema’s onder de aandacht gebracht zoals passend onderwijs, kwaliteitszorg, zingeving en leren en multimedia.’

Josette Linssen directeur van het Heerbeeck College in Best:

‘Een goede relatie met de leerlingen is het allerbelangrijkste’ Als kersverse leraar ervoer Josette Linssen al in 1979 hoe belangrijk het is dat beginnende leraren worden begeleid. Inmiddels is Linssen directeur van het Heerbeeck College in Best en motiveert ze de begeleiding van beginnende leraren met verve. ‘Ik stond net voor de klas en gaf aardrijkskunde. Het waren moeilijke klassen. Het toeval wilde dat iemand van de Technische Universiteit Eindhoven promotieonderzoek deed naar de begeleiding van startende leraren. Hij zocht scholen om mee te werken aan dat onderzoek. Zo bracht hij lesbezoeken in mijn klas en gaf vervolgens feedback. Daardoor werd een heel moeilijke klas aan het eind van het jaar een heel leuke klas. Als dat niet was gebeurd, was ik misschien wel gestopt als leraar.’ Het tekent het belang van begeleiding, vindt Linssen. Reden waarom haar school meedoet aan het overheidsproject Begeleiding Startende Leraren in Eindhoven en deel uit maakt van de stuurgroep voor dit project. Startende leraren krijgen op het Heerbeeck College een driejarig begeleidingsprogramma. Dat behelst onder meer begeleiding van een vaste coach, verplichte videocoaching in de klas, lesbezoeken, intervisie en identityworkshops met starters van andere scholen. En ze krijgen in hun eerste jaar vrijstelling voor zaken als mentorschap, opvang van lesuitval en surveillance op het schoolplein.’

Linssen: ‘Het is ‘a hell of a job’ om beginnende leraar te zijn, dus een goed vangnet is belangrijk. Vooral de gesprekken onder vier ogen met de coach biedt hen veiligheid, bijvoorbeeld bij het nabespreken van de video-opnamen. Het is confronterend jezelf op video terug te zien. Het is dan van belang dat de coach daar zorgvuldig feedback op geeft.’ Linssen is ervan overtuigd dat leraren die worden begeleid steviger in hun schoenen te staan en betere resultaten boeken. ‘Als je net voor de klas staat, heb je je handen vol aan het voorbereiden van lessen. De focus ligt erg op de inhoud en te weinig op de relatie met leerlingen. Maar juist dat laatste is het allerbelangrijkste. Leerlingen leren voor de leraar, dat is nu eenmaal zo. Een goede verstandshouding tussen leraar en leerling zorgt dat leerlingen beter hun best doen. Alles draait dus om een goede relatie met de leerlingen. En dat lukt vaak betere als je intensief wordt begeleid.’

Zie www.delerarenagenda.nl (onder agendapunt 4) en www.werkeninhetonderwijs.nl (onder ‘Actueel’) voor alle informatie over het project Begeleiding Startende leraren. PrimaOnderwijs 13

00_BSL.indd 13

16-10-14 15:44


Ondersteuning voor de startende leraar! Er komt veel af op leraren die net voor de klas staan. Lesgeven is daardoor niet altijd gemakkelijk. Deze publicaties van CPS Uitgeverij geven hen én hun coaches en begeleiders praktische handreikingen, waardoor ze meer toegerust voor de klas staan. De vijf rollen van de leraar Effectieve leraren vervullen in hun lessen vijf verschillende rollen. De leraar is gastheer, presentator, didacticus, pedagoog en afsluiter. Het boek De vijf rollen van de leraar beschrijft voor elke rol welk gedrag effectieve leraren wel én niet vertonen. Ook worden talloze suggesties gegeven van manieren waarop de leraren zich de rollen eigen kunnen maken. Prijs: € 30,90 Bestelnummer: 32300 Sector: po en vo Deze uitgave sluit goed aan op Coachen op de vijf rollen van de leraar (voorheen Coachen op contact); het praktische boek voor coaches die startende leraren begeleiden in de eerste periode van hun loopbaan. Ook verkrijgbaar bij CPS. Prijs: € 29,90 Bestelnummer: 32139 Sector: po en vo

Klassenmanagement in het basisonderwijs

Activerende didactiek en samenwerkend leren

Handboek Ouders in de school

Fundament voor effectief onderwijs

Motiveer je leerlingen in het voortgezet onderwijs

Leerkrachten die de gang van zaken in de klas goed organiseren, creëren een werksfeer waarin (ook de zwakke) kinderen zich optimaal kunnen ontwikkelen. Goed klassenmanagement zorgt er bovendien voor dat leerkrachten ontspannen voor de klas staan en grip houden op de gang van zaken. De inspirerende uitgave Klassenmanagement in de basisschool is een gedegen bron voor Pabo-studenten en voor leerkrachten die hun klassenmanagement verder willen ontwikkelen.

Activerende didactiek en samenwerkend leren (ADSL) is een verzamelnaam voor werkvormen waarbij leerlingen (en docenten en schoolleiders) op een gevarieerde en actieve manier werken en leren. Deze praktische publicatie geeft antwoorden op belangrijke vragen, zoals: Hoe motiveert u leerlingen, zodat ze actief en betrokken zijn bij de leerstof? Hoe zorgt u ervoor dat ze goed samenwerken, naar elkaar luisteren en dus beter leren?

Onderzoek heeft aangetoond dat ouderbetrokkenheid een positief effect heeft op de schoolprestaties en de werkhouding van leerlingen. Maar hoe haalt u meerwaarde uit de samenwerking met ouders? En wat doet u als een ouder lastig, kritisch of juist passief is? Handboek ouders in de school geeft schoolleiders en leraren ideeën, tips en instrumenten om een goed contact tussen school en ouders op te bouwen en te behouden.

Prijs: € 28,90 Bestelnummer: 32297 Sector: po

Prijs: € 29,90 Bestelnummer: 32187 Sector: vo

Prijs: € 45,90 Bestelnummer: 32340 Sector: po en vo

Ga voor meer informatie en bestellen naar www.cps.nl/uitgeverij

14_CPSBoeken.indd 58

14-10-14 15:37


Week van het geld 2015 9 tot en met 13 maart Geld verdienen

Sparen

0 € 7m,5aand

per

€ 90,-

Geld uitgeven

€ - €€

Keuzes maken

€ 169,-

Leren omgaan met geld is leuk! weekvanhetgeld.nl

initiatief van

Week van het geld - 9 tot en met 13 maart 2015

7641-WiG-WvhG Adv Prima Onderwijs-V01.indd 1

00_Basis_ADS_PO.indd 3

07-08-14 14:17

18-08-14 16:21


Maak een Feest van

financiële educatie!

Bestel het gratis lespakket van Wijzer in geldzaken! Bij de feestdagen horen cadeaus en dat betekent dat er weer flink wat geld wordt uitgegeven. Een perfecte aanleiding om kinderen bewust te maken van de waarde van geld. Wijzer in geldzaken ontwikkelde lesmateriaal voor de basisschool dat u gratis kunt bestellen. Het pakket bestaat uit vier thema’s, waarvan Feestdagen toepasselijk de eerste is die centraal staat. Start uw financiële educatie met een feestje en haal het lespakket vandaag nog in de klas.

Financiële educatie kan het hele schooljaar worden ingezet, maar wanneer u het koppelt aan de belevingswereld van de leerlingen, blijft de stof leuk en beklijft het beter. Sinterklaas en Kerstmis zijn de ideale haakjes om kinderen bewust te maken van omgaan met geld. Kinderen moeten in deze periode kiezen: naar budget, binnen bepaalde prijsmarges. Maar ook reclame en groepsdruk zijn van invloed op keuzes. Met de feestdagen in zicht start het lespakket van Wijzer in geldzaken, dat in samenwerking met uitgeverij Zwijsen voor alle groepen van de basisschool is ontwikkeld, met het thema Feestdagen. Bestel het pakket dan ook nog voor december, zodat u maximaal gebruik kunt maken van het lesmateriaal. In januari zal het thema Feestdagen namelijk geen onderdeel meer uitmaken van het pakket.

Blocs Het lespakket is zeer uitgebreid. Voor groep 3 t/m 8 zijn er voor de vier thema’s werkbladen beschikbaar, inclusief een toelichting en antwoordmodel voor de leerkracht. Deze zijn gebundeld in handige blocs waar de werkbladen voor de leerlingen gemakkelijk uit te halen zijn. Per bloc zijn er 35 werkbladen, voldoende voor een hele klas. De handleiding voor de leerkracht bevindt zich eveneens in deze blocs. Voor groep 1/2 zijn er geen werkbladen voor de leerlingen maar een handleiding voor de leerkracht, een thuiswerkblad en een ouderpagina. Dit materiaal voor groep 1/2 is alleen digitaal beschikbaar en kan worden gedownload via www.weekvanhetgeld.nl/lesmateriaal. Hier zijn ook 16

00_WijzerGeld.indd 2

16-10-14 13:27


thema over Verzekeren beschikbaar. Bij Sparen en vooruit kijken leren leerlingen wat het verschil is tussen sparen en lenen en het kiezen van spaardoelen. Ook wordt het begrip rente geïntroduceerd. Bij De wereld van het geld maken leerlingen kennis met een aantal standaard financiële begrippen en de rol van een bank en leren ze het verschil tussen contant betalen en pinnen. Ook het huishoudboekje van de overheid komt aan bod. Het thema Zelf geld verdienen leert kinderen overzicht houden wanneer ze zelf geld verdienen, hetzij voor zichzelf, hetzij voor een goed doel. In dit thema komt ook het veilig bewaren van belangrijke documenten aan de orde.

Extra bij De wereld in getallen en Pluspunt

de additionele materialen te vinden voor alle groepen: de digibordversies van alle werkbladen, de thuiswerkbladen en ouderinstructies, alsook de pdf’s van de werkbladen en de handleidingen.

Makkelijk in te passen Het lesmateriaal is gemakkelijk inpasbaar in de bestaande lesstructuur, aansluitend bij het ontwikkelingsniveau van leerlingen en bij de meest gebruikte methodes Rekenen. Al het lesmateriaal is gebaseerd op de Nibud-leerdoelen ‘omgaan met geld’ en de ‘leerlijn financiële vaardigheden’ van Wijzer in geldzaken. Het lesmateriaal hoeft niet klassikaal ingezet te worden; leerlingen die tijd over houden bij andere vakken kunnen heel goed tijdens deze vrije ruimte met de werkbladen aan de gang. Uiteraard kunnen de opdrachten ook klassikaal worden ingezet. De handleiding voor de leerkracht biedt inhoudelijke ondersteuning zodat er weinig tot geen voorbereidingstijd nodig is.

Speciaal voor scholen die gebruikmaken van de methode De wereld in getallen of Pluspunt heeft Wijzer in geldzaken samen met uitgeverij Malmberg lessen over omgaan met geld toegevoegd aan de digibordsoftware. De gebruikers ontvangen deze lessen automatisch. De lessen zijn ook beschikbaar via het platform mijnmalmberg.nl Voor groep 4 t/m 8 zijn per groep zeven lessen over omgaan met geld ontwikkeld, die verspreid over het schooljaar in de digibordsoftware worden aangeboden. De lessen kunnen worden ingezet tijdens de gesprekskring, zijn kort en krachtig (10 à 20 minuten), doelgericht en vragen weinig tot geen voorbereidingstijd. De inhoud van de lessen is gekoppeld aan bestaande rekenopgaven in De wereld in getallen en Pluspunt. De lessen bieden een variatie aan werkvormen: een creatieve werkvorm, een activiteit of een gesprek. Naast de software voor het digibord is er bij iedere les ook een korte handleiding voor de leerkracht inclusief achtergrondinformatie om de les desgewenst uit te breiden of te verdiepen.

Het hele jaar inzetbaar De overige thema’s die u in het lespakket vindt, zijn Sparen en vooruit kijken, De wereld van het geld en Zelf geld verdienen. Voor groep 8 is nog een aanvullend

Maak een Feest van financiële educatie! Bestel het gratis lesmateriaal (ook het pakket wordt kosteloos geleverd) www.weekvanhetgeld.nl/lesmateriaal PrimaOnderwij Onderwijs 17

00_WijzerGeld.indd 3

16-10-14 13:29


Fix je Risk ! Gratis gastles er verzekeren

ov

Moet je je verzekeren als je op schoolkamp gaat? En wie betaalt het als je auto kapot is gegaan door een ongeluk? Dit soort vragen staan centraal in de gratis gastles Fix je Risk, die medewerkers van verzekeraars geven tijdens de Week van het geld (9-13 maart 2015). Doel is kinderen kritisch te leren nadenken over verzekeren: wanneer is het wel nodig en wanneer niet? Ook een gastdocent in de klas? Schrijf uw school dan nu gratis in! De Week van het geld wordt jaarlijks georganiseerd door platform Wijzer in geldzaken, waarvan Koningin Maxima erevoorzitter is. Het Verbond van Verzekeraars doet als partner van het platform ieder jaar mee aan de week. Het Verbond vindt het namelijk belangrijk dat kinderen al jong leren nadenken over risico’s en mogelijke financiële gevolgen daarvan. Jong geleerd is immers oud gedaan. Het Verbond doet dat onder meer met de gastles Fix je Risk.

Over de gastles De gastles heeft geen commercieel doel en is bedoeld om kinderen kritisch te leren denken over verzekeren. De les duurt ongeveer een uur en bestaat uit verschillende onderdelen. Via opdrachten leren de kinderen de begrippen premie, polis en risico herkennen. Daarnaast ontdekken ze dat je altijd eerst goed moet nadenken voordat je een verzekering afsluit. Vervolgens speelt de klas het bordspel Fix je Risk waarin ze de net geleerde begrippen weer tegenkomen.

TNT

Vraag aan!

Meer weten over de gastles of gelijk een gratis les aanvragen? Ga naar www.fixjerisk.nl. Ontdek daar ook het Zwijsen lespakket over verzekeren en de gratis musical!

00_FixjeRisk.indd 18

17-10-14 10:17


Leraren van het Jaar halen het beste uit hun leerlingen Als leraar schrijf je mee aan een hoofdstuk uit het leven van alle leerlingen. In de campagne Het Onbeschreven Blad zijn leerkrachten aan het woord over hoe ze potentie herkennen en het beste uit hun leerlingen halen. In PrimaOnderwijs vertellen de kersvers gekozen Leraren van het Jaar 2014 hoe zij op hun eigen manier bijdragen aan de ontwikkeling van leerlingen. Laat je inspireren! door studio stampij foto’s fred ernst

‘Mijn meester is een kanjer’ en ‘onze juf is een echte kampioen!’ Dat zeiden honderden leerlingen, ­collega’s en ouders over een leerkracht in hun omgeving. Zij ­nomineerden hem of haar als Leraar van het Jaar 2014. Een vakjury bepaalde vervolgens welke genomineerden de titel het meest verdienen. We stellen w ­ innaars Femke, Joke, Jasper en Marloes aan je voor. Wat drijft deze Leraren van het Jaar? En wat maakt ze zo bijzonder?

Het Onbeschreven Blad Alle leraren dragen op hun eigen manier bij aan de ontwikkeling van leerlingen. Dat is de gedachte die het ministerie van OCW wil uitdragen. In de minidocumentaire Het Onbeschreven Blad op www.onbeschrevenblad.nl zie je de verhalen van vier eerdere Leraren van het Jaar.


Femke Cools: ‘Kinderen weten zelf wat goed voor ze is’

Joke Lorist-Klappe: ‘Een dag niet gelachen, is een dag niet geleerd’

Leraar van het Jaar – basisonderwijs Femke Cools (35), leraar in groep 7/8 op de Montessorischool in Nijmegen

Leraar van het Jaar – speciaal onderwijs Joke Lorist-Klappe (50) – leraar in de eindgroep so van onderwijscentrum De Twijn in Zwolle

Femke Cools is geen juf die veel voor de klas staat. De kinderen in haar groep gaan zelf aan de slag als ze binnenkomen en Femke rijdt rond op haar kruk om te ze helpen, vragen te beantwoorden, maar vooral om ook met de kinderen te praten. ‘Zo’n gesprek kan gaan over hoe een sportwedstrijd is gegaan, maar ik geef ook feedback of we bespreken wat een kind die dag wil gaan doen’, vertelt Femke. ‘De kinderen krijgen veel vrijheid in mijn klas. Als ze willen rekenen mogen ze mede bepalen hoe ze daarmee aan de slag gaan; op de computer of in hun schrift bijvoorbeeld. Hebben ze meer zin om te lezen op dat moment, dan mag dat ook. Maar dan maken we wel afspraken over wanneer het rekenwerk alsnog wordt gedaan. Natuurlijk is er een duidelijke structuur in mijn klas. Een kind moet zich wel veilig voelen. Maar binnen die grenzen kan er veel. Ik denk dat kinderen prima zelf kunnen bepalen wat goed voor ze is. De belangrijkste regel in mijn klas is dat de kinderen het aangeven als ze het ergens niet mee eens zijn. Ze mogen dan zeggen hoe ze het liever willen. Kinderen weten best wat ze nodig hebben en ik help ze dat ontdekken. Ik ben ervan overtuigd dat je zo meer uit een kind kunt halen dan met een opgeheven vingertje. Maar als ze zich niet aan de afspraken houden, dan word ik streng.’

Juf, je lijkt soms wel een Cliniclown’, zei onlangs een leerling van Joke Lorist-Klappe tegen haar. Die opmerking heeft ze te danken aan haar positieve houding en de humor die ze in de klas brengt. ‘Natuurlijk is het geen circus in mijn lokaal’, lacht Joke, ‘maar ik houd wel van een beetje humor. Bovendien denk ik dat de stof beter blijft hangen als het leuk is om te leren en als de sfeer in de klas goed is. Een dag niet gelachen, is een dag niet geleerd, zeg ik altijd. Wat ik belangrijk vind om mijn kinderen te leren is dat als ze iets niet zelf kunnen, ze het zelf moeten regelen. Zo worden ze zelfredzaam en hebben ze de regie in handen. We werken samen met de kinderen aan een positief, maar reëel zelfbeeld. De leerlingen in mijn klas hebben beperkingen, maar we leren ze uitgaan van wat ze wél kunnen. Tegelijk moeten ze realistisch zijn en weten dat niet elke droom uit kan komen.’ Joke staat al 28 jaar voor de klas, maar ze is ook zelf nog lang niet uitgeleerd. ‘Natuurlijk heb ik veel ervaring en dan zou je kunnen denken dat je het allemaal wel weet. Maar dat is niet zo. Je moet je blijven ontwikkelen, daar ben ik van overtuigd. Ik volg daarom nu een opleiding master SEN. Verder probeer ik de ontwikkelingen op ictgebied bij te houden. Juist voor kinderen in het speciaal onderwijs zie ik op dat gebied veel kansen. Al moet ik toegeven dat de leerlingen het soms beter weten dan ik.’

Volg Femke op Twitter (@CoolsFemke) of kijk op haar site: juffemke.nl

Leraar van 2015 ‘Ik ga altijd uit van mogelijkheden en wil het maximale uit elk kind halen. Je kunt altijd groeien als je weet hoe dat moet.’

Femke Cools

20

De verkiezing Leraar van het Jaar is een initiatief van de Onderwijscoöperatie. Leerlingen, ouders, schoolleiders en leraren kunnen hun favoriete leraar hiervoor opgeven. Per onderwijssector wordt er een winnaar gekozen door een vakjury. De uitverkoren leraren zijn een jaar lang ambassadeur van het onderwijs. De inschrijving voor de verkiezing van 2015 gaat in het voorjaar 2015 weer van start.


Marloes van der Meer: ‘Studenten hebben recht op structuur en duidelijkheid’

Jasper Rijpma: ‘Talenten moet je kunnen ontwikkelen’

Leraar van het Jaar – MBO Marloes van der Meer (32), docent pedagogiek op ROC Midden Nederland in Utrecht

Leraar van het Jaar – VO Jasper Rijpma (30), leraar ‘grote denkers’ op het Hyperion Lyceum in Amsterdam

Marloes van der Meer verwachtte de titel Leraar van het Jaar helemaal niet te winnen, maar ze is er wel heel trots op. Ze hoopt dat de benoeming haar studenten inspireert om óók het beste uit zichzelf te halen. ‘Aan het begin van een nieuw schooljaar neem ik veel tijd om mijn studenten te leren kennen. Ik stel mezelf uitgebreid voor en ga met ze in gesprek. Ik vind het belangrijk om te weten wat ze van mij en het schooljaar verwachten. Het antwoord dat eigenlijk elke student geeft, is: ik wil duidelijkheid en structuur, ik wil contact en ik wil dat er echt naar me geluisterd wordt. En dus zorg ik ervoor dat ik dat bied. Dat doe ik onder andere door al mijn cursussen ruim van tevoren volledig uit te schrijven en het materiaal inzichtelijk te maken voor alle studenten. Op die manier weet iedereen waar hij aan toe is. Ik ben altijd open, eerlijk en duidelijk. Als je hier niet wilt zijn, moet je niet komen. Als je hier wel bent, bén je er ook, zeg ik altijd. Ik hoop dat mijn studenten net zo eerlijk durven zijn. Ook naar zichzelf toe. Je bent goed zoals je bent, dat wil ik ze meegeven. Daarnaast wil ik ze aanmoedigen om het beste uit zichzelf te halen. Veel van mijn studenten zijn heel bescheiden. Té bescheiden. Jammer, denk ik dan, want er zit zoveel in. Accepteer jezelf zoals je bent en blijf jezelf uitdagen om er wat van te maken. Dat vind ik een heel belangrijke boodschap.’

De middelbare school waar Jasper lesgeeft, is net zo nieuw als het vak waarin hij onderwijst: ‘grote denkers’. Het is een combinatie van geschiedenis en filosofie voor leerlingen op een gymnasium. ‘Een goede leraar is betrokken bij zijn leerlingen’, vindt Jasper. ‘Dat betekent voor mij dat ik het schooljaar begin met het uit mijn hoofd leren van alle namen. Net als vroeger met Franse woordjes. Stampen, stampen, stampen. Ik kan het toch niet maken om een leerling na twee weken nog steeds aan te spreken met ‘jongedame’? Het eerste blok gebruik ik daarnaast vooral om elke leerling in kaart te brengen. Wie kan goed zelfstandig werken? Wie heeft verdieping, verbreding of verrijking nodig? Leerlingen die zich goed alleen redden, mogen in de aula of buiten werken. Kinderen die meer begeleiding nodig hebben, zet ik bij mij in de buurt.’ Vorig jaar merkte Jasper dat nogal wat leerlingen zich zaten te vervelen. Hij ondernam meteen actie. ‘Ik heb de excellente leerlingen bij elkaar gebracht en gevraagd wat ze graag wilden leren naast de reguliere vakken. Ze hadden al snel concrete ideeën. Sommigen zijn aan de slag gegaan met Mandarijn. Twee meisjes leerden bridgen, een aantal kinderen heeft apps gebouwd. Dit jaar hebben we het excellentiebeleid nog meer gestructureerd. Ik ben blij dat mijn leerlingen op deze manier de kans krijgen hun talenten te ontwikkelen. Ook als dat betekent dat ze af en toe een les van mij overslaan omdat ze dan een ander vak volgen.’

Volg Jasper op Twitter: @jasperrijpma

‘Mijn studenten zijn geen onbeschreven bladen, integendeel. Ze staan vol aantekeningen en het is aan mij om die goed te lezen en interpreteren. Zo kan ik mijn lessen optimaal op hen afstemmen.’

Marloes van der Meer PrimaOnderwijs 21

EDG_PO_nov_Lerarenvanhetjaar_19-21.indd 21

16-10-14 12:21


Hoge werkdruk? Zorg voor goede zorg! Te weinig werknemers voor te veel werk. Het komt veel voor in de zorg, schoonmaak én in het onderwijs. Leraren maken lange dagen en verzetten veel werk binnen een beperkte tijd. Hoge werkdruk zorgt voor werkstress die steeds vaker leidt tot ziekte. En ben je ziek? Dan heb je goede zorg nodig. Activiteiten buiten het lesgeven zoals lesvoorbereiding, vergaderen, oudercontacten, correctiewerk en het registreren van vorderingen van leerlingen kosten veel tijd en energie. Daarnaast vragen de vele ontwikkelingen in de sector aandacht. Denk aan het werken volgens de Wet op de beroepen in het onderwijs, de invoering van passend onderwijs, de bezuinigingen en de dalende leerlingenaantallen.

Ziek door stress Een derde van het ziekteverzuim onder werknemers is het gevolg van stress op het werk. Minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SWZ) wil beroepsziekte nummer één bestrijden. Werkstress heeft verschillende oorzaken, zo schrijft hij aan de Tweede Kamer. Werknemers ervaren hoge werkdruk, maar ook discriminatie, geweld, pesterijen, seksuele intimidatie en geweld op de werkvloer. Ook kan stress ontstaan doordat iemand de zorg voor een ziek

gezinslid moeilijk kan combineren met werk. Eén op de drie werknemers die zich ziek meldt, is ziek als gevolg van ‘psychosociale arbeidsbelasting’, zoals de officiële term luidt.

Klachten Als iemand langere tijd werkstress heeft, dan kan hij gezondheidsklachten ontwikkelen. Bijvoorbeeld omdat de werkdruk hoog blijft en er te weinig herstelmomenten zijn. Het kan gaan om lichamelijke klachten, maar ook geestelijke klachten. Mensen met werkstress hebben vaak een hoge hartslag en bloeddruk. Zij voelen angst en spanning, maken snel fouten en vertonen agressief gedrag. Doe je niets aan werkstress, dan kan het leiden tot ziekte en zelfs arbeidsongeschiktheid.

Langer ziek Binnen het onderwijs zijn duidelijke signalen te vinden

22

00_Achmea.indd 52

16-10-14 13:35


van toenemend verzuim. Uit onderzoek van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) komt naar voren dat het onderwijzend personeel in het basisonderwijs en voortgezet onderwijs gemiddeld steeds langer ziek is. In het basisonderwijs zijn onderwijzers gemiddeld langer ziek dan in het voortgezet onderwijs, maar in het voortgezet onderwijs meldt men zich vaker ziek.

Vaker psycholoog Zorgverzekeraars volgen trends in verzuim op de voet. Zij zien de trends ook terug in de gegevens van hun verzekerden. Zilveren Kruis heeft een collectieve zorgverzekering voor werknemers in het onderwijs. Uit gegevens van de verzekerden in het hoger onderwijs blijkt dat 32% een matige gezondheid heeft en 7% een slechte gezondheid. En dat percentage neemt toe. Dit betekent dat werknemers in het onderwijs meer zorg nodig hebben. Ze zullen vaker naar de huisarts en het ziekenhuis gaan, vaker naar de fysiotherapeut moeten en meer medicijnen gebruiken. Ook zullen ze vaker gebruikmaken van geestelijke gezondheidszorg, bijvoorbeeld bij het omgaan met werkstress of bij het herstellen van een burnout of depressie.

Voorkomen Of werkstress leidt tot ziekte heeft te maken met verschillende factoren. Bijvoorbeeld hoeveel ruimte je krijgt om zaken te regelen. Als je heel veel moet doen onder hoge druk, niet van het pad mag afwijken en strikt volgens een bepaald plan moet werken, dan is dat vaak erg stressvol. Maar het hangt ook af van iemands vermogen om met stress om te gaan. Daar kun je zelf mee aan de slag. Bedenk bijvoorbeeld waar je energie van krijgt. En bewaak je grenzen. Stop geen energie in dingen die je niet kunt beïnvloeden, maar kijk naar dingen die je wel kunt veranderen. Durf nee te zeggen en neem tijd om te ontspannen, tijdens en na het werk. Kun je je werk niet meer loslaten en krijg je fysieke klachten? Schakel dan op tijd hulp in en wacht niet tot je ziek wordt. De bedrijfsarts heeft bijvoorbeeld een preventief spreekuur waar je naartoe kunt zonder toestemming van je werkgever.

bijvoorbeeld aan een cursus mindfullness, een leefstijltraining of een sportclinic. Daarbij proberen zij steeds meer om de kwaliteit van hun zorg zoveel mogelijk meetbaar te maken. Zilveren Kruis beoordeelt of een behandelaar of zorgverlener voldoet aan de kwaliteitseisen van zijn beroepsgroep. Ook meet zij de kwaliteit van de service. Bijvoorbeeld hoe je wordt behandeld door artsen en specialisten. In tevredenheidsonderzoeken beantwoorden mensen vragen als ‘Neemt de arts tijd voor mij?’, ‘Is de arts vriendelijk?’ en ‘Luistert de arts goed en legt de arts goed uit wat een behandeling inhoudt?’

Goede informatie Door kwaliteit beter zichtbaar te maken, kiest een verzekerde zelf voor de behandeling en behandelaar die hij het beste vindt. Dat kan voor iedereen verschillend zijn. Op dit moment kunt u bij Zilveren Kruis kwaliteitsonderzoeken bekijken naar hartproblemen, geboortezorg, darmdiagnostiek, borstkanker en Cystic Fibrosis. Met persoonlijke zorgvragen kunnen verzekerden van Zilveren Kruis ook terecht bij een persoonlijke zorgcoach. Daar krijgen zij bijvoorbeeld informatie over hoe je sneller aan de beurt komt bij een specialist (wachtlijstbemiddeling), hoe je hulp aan huis regelt na een ziekenhuisopname, en hoe je een second opinion aanvraagt.

Kwaliteit Zorgverzekeraars passen het zorgaanbod aan op de ontwikkelingen in de markt. Zo bieden zij in aanvullende verzekeringen steeds meer oplossingen om ziekte te voorkomen en gezond te blijven. Denk

Meer weten? Werknemers in het onderwijs krijgen korting op de basisverzekering en aanvullende verzekeringen van Zilveren Kruis. Meer weten hierover? Ga naar www.zk.nl/onderwijs PrimaOnderwijs 23

00_Achmea.indd 53

16-10-14 13:35


advertorial

VOORKOMEN IS BETER D

Waar kinderen veel contact met elkaar hebben, zoals op school, kan de hoofdluis welig tieren. De beestjes kunnen direct oversteken van het ene hoofd naar het andere of een omweg nemen via jassen, dassen en mutsen. Met luizenzakken als preventiemiddel bescherm je de jassen van kinderen aan de kapstok. En voorkomen is altijd beter dan genezen. ‘Luis in je haar? Kammen maar!’ Dat is de boodschap die de overheid meegeeft aan basisscholen, kinderopvang en ouders van schoolgaande kinderen. Regelmatige luizencontroles zorgen ervoor dat een snelle behandeling mogelijk is. Snel lokaliseren en een juiste aanpak is inderdaad bij besmetting het allerbelangrijkst. Het is echter een feit dat hoofdluizen zich razendsnel via de jassen aan de schoolkapstok verspreiden. Luizen die zich bevinden op de kraag van een besmet kind, kruipen over naar de jassen van andere kinderen en kunnen er binnen een mum van tijd de oorzaak van zijn dat er een epidemie ontstaat. Minder uitbraak Hoofdluizen leven van mensenbloed en zijn dol op warme plekjes achter de oren, in de nek of onder de pony. Wanneer een besmet kind zich bij jeuk eens flink achter

00_Advertorial Luizen.indd 52

de oren krabt, is er een kans dat er luizen op de schouder en kraag vallen. Hoofdluizen kunnen twee dagen zonder bloed leven en zijn daarom gemakkelijk via kleding overdraagbaar. Luizen kunnen niet vliegen of springen, maar wel lopen. De besmetting vindt vaak op scholen plaats. Hangen de jassen op jullie school dicht op elkaar aan de kapstokken? Als er één kind flink last heeft van hoofdluis, breidt dat zich zonder luizenzakken snel

‘Er is geconstateerd dat sinds we bij de kleuters goed de luizenzakken gebruiken er geen problemen meer zijn. Daarom is besloten om in het nieuwe schooljaar de luizenzakken verplicht te stellen. We hebben nu perfecte zakken gevonden bij luizenzakken.nl.’

uit. De praktijk wijst uit dat er door luizenzakken minder uitbraak van hoofdluis is. Duizenden scholen en kinderdagverblijven in binnen- en buitenland maken daarom al gebruik van licesafe of luizenzakken als preventiemiddel. Doeltreffend De luizenzakken zijn effectief, gemakkelijk en veilig. Ze zijn goedkoper dan andere preventiemiddelen tegen verspreiding van hoofdluis. De luizenzakken zijn verkrijgbaar in een ruim formaat. Ze zijn 50 centimeter breed en 65 centimeter hoog, zodat de jassen van grotere kinderen er ook probleemloos in passen. De luizenzak heeft een dubbele ophanglus en is gemakkelijk afsluitbaar. Door de twee trekkoordjes door de kopzoom kunnen ook de kleintjes er zonder ouderlijke hulp mee overweg. De luizenzakken zijn gemaakt van polypropeen (PP) materiaal waardoor

15-10-14 11:18


R DAN GENEZEN…

‘Alle groepen hebben hun mooie en stevige nieuwe luizenzakken in gebruik genomen. Door de twee frisse kleuren (de meisjes groen en de jongens blauw) fleuren ze de gangen op. Iedere leerling heeft een eigen zak voorzien van zijn of haar naam. De bedoeling is dat de zakken voor de zomervakantie mee naar huis gaan, thuis uitgewassen worden en aan het begin van het nieuwe schooljaar weer naar school worden meegenomen. Iedere leerling houdt dus de eigen zak. We hopen hiermee zoveel mogelijk luisvrij te blijven!’

de luizenzak duurzaam, sterk, wasbaar en goed ventilerend voor (vochtige) jassen is. Voor luizen is polypropeen ondoordringbaar. Het is bestand tegen bacteriegroei en wordt daarom ook veel gebruikt voor medische toepassingen. Dit materiaal kan eenvoudig gerecycleerd worden. Een luizenzak is aan de onderzijde gesloten, zodat de jas er in zijn geheel in wordt opgenomen. U kunt de zakken echter aan de onderzijde openknippen. Het polypropeen materiaal kan namelijk niet rafelen en geeft geen losse draden.

00_Advertorial Luizen.indd 53

‘Op school controleren de juffen de leerlingen regelmatig op hoofdluis. Hoofdluizen kunnen veel last veroorzaken omdat het echte ‘overlopers’ zijn. Via een hoofd of jas lopen ze zo over naar iemand anders. Vooral kleine kinderen krijgen makkelijk hoofdluis omdat ze vaak dicht bij elkaar zitten. Ze krijgen meestal jeuk en gaan dan krabben. Daardoor kunnen kleine wondjes op het hoofd ontstaan, die ontstoken kunnen raken. Je kunt van hoofdluis afkomen door iedereen gelijktijdig, grondig te behandelen tegen luizen en neten, de eitjes van de luizen. Om het luizenprobleem beter aan te kunnen pakken, hebben de ouderraad en de school samen luizenzakken aangeschaft. Alle kinderen doen hun jas, das en dergelijke in de zak. Deze zakken zijn speciaal voor dit doel gemaakt en voorkomen dat de luizen overlopen naar andere jassen. Elk kind krijgt een eigen zak, voorzien van de naam. Daar moet het zorgvuldig mee omgaan. Als de zak toch stukgaat, vraagt de school €1,50 vergoeding. We hopen met dit initiatief en het goed blijven controleren het luizenprobleem flink terug te kunnen dringen.’

De prijs Niet geheel onbelangrijk is de prijs van de nieuwe luizenzakken. Vanaf 250 stuks betaalt u slechts € 1.09 per zak. Bovendien kan de naam van de leerling met een marker worden aangegeven op het witte label. U kunt de luizenzakken ook laten bedrukken met uw eigen schoollogo. De luizenzakken zijn verkrijgbaar in de kleuren blauw, lime groen en roze.

Kijk voor mee r informatie op w w w.luiz enzakken .nl of w w w.lic esafe.nl

‘Van de luizencapes die de kinderen op school gebruiken om vrij te blijven van kleine kriebelaars zijn er heel veel kapot. Er zijn nieuwe luizenzakken besteld, die iets gemakkelijker in het gebruik zijn. Deze zijn inmiddels gearriveerd. Het bestuur van de oudervereniging gaat alle capes nalopen en welke niet gerepareerd kunnen worden zullen worden vervangen.’

Proefexemplaar Bent u nog niet overtuigd? Op www.luizenzakken.nl kunt u een gratis proefexemplaar aanvragen.

15-10-14 11:18


Zelf aan de slag via

e-learning Als leraar of als team ben je altijd op zoek naar inspirerende voorbeelden. School aan Zet biedt daarom e-learningmodules aan met praktische tips van collega’s die direct toepasbaar zijn in het primair en het voortgezet onderwijs. Zo kun je zelf meteen aan de slag! door mirjam janssen

Enkele jaren geleden nam School aan Zet de kwaliteits­ kaarten van de PO-Raad om verbetertrajecten te on­ dersteunen over. Scholen waren blij met deze kaarten, maar lieten weten dat zij ook behoefte hadden aan dui­ delijke beelden. Hoe kun je bijvoorbeeld zien wat een goede instructie is? Daarom heeft School aan Zet ook e-learningmodules ontwikkeld en op de eigen web­ site geplaatst. Deze modules bestrijken uiteenlopende onderwerpen: van opbrengstgericht werken in het voortgezet onderwijs tot taal, rekenen en pedagogisch-­ didactische vaardigheden in het primair onderwijs. Iedere module is systematisch opgebouwd met een introductie, een duidelijke uitwerking en een of meer heldere, korte filmpjes. De kijker ziet hoe het er in de klas aan toe gaat bij ervaren leraren. De opnames zijn gemaakt in het primair onderwijs, het speciaal ­(basis) onderwijs en het voortgezet onderwijs. De basis­ schoolleerkrachten vertellen bijvoorbeeld hoe ze de poppenhoek gebruiken om taalontwikkeling te stimu­ leren, in een kringgesprek de klassenregels duidelijk maken of op welke manier ze kinderen de opbouw van

School aan Zet

Tools

Naast de e-learningmodules biedt School aan Zet ook andere vrij beschikbare tools voor pro­ fessionalisering en schoolontwikkeling aan: een HR-scan (PO en VO), een quickscan voor leraren en management om in beeld te brengen hoe het staat met omgaan met verschillen in de klas (PO en VO), een quickscan voor w&t-onderwijs in het PO en de ontwikkelassessments, waarmee leer­ krachten in het PO hun eigen vaardigheid op taal, rekenen, de referentieniveaus en opbrengst­ gericht werken in kaart kunnen brengen. Zie tools.schoolaanzet.nl

de kalender uitleggen. En docenten in het voortgezet onderwijs geven aan hoe ze doelen stellen en hun re­ sultaten ­meten. De modules zijn zo opgezet dat leraren er individueel mee kunnen werken. Ze kunnen een of meer modules helemaal doornemen, maar het is ook mogelijk in te zoomen op een onderdeel en bijvoorbeeld alleen een paar oefeningen te doen. Tegelijkertijd zijn de modules

School aan Zet is een landelijk onderwijsprogramma waar ruim 3000 scholen uit het primair, voortgezet en speciaal onderwijs aan meedoen. Deze scholen willen een lerende organisatie worden: een school die in staat is zijn onderwijskwaliteit te verhogen door zichzelf continu te verbeteren en alle medewerkers hierbij te betrekken. School aan Zet versterkt scholen in hun ontwikkeling naar een lerende organisatie door samen met hen te reflec­ teren tijdens gesprekken, hen te inspireren met goede voorbeelden en medewerkers binnen en tussen scholen met elkaar te verbinden. Zie www.schoolaanzet.nl

26


ook geschikt om samen met collega’s te bekijken. De korte filmpjes lenen zich goed om binnen een teamoverleg een thema aan de orde te stellen. Iedereen kan dus op maat en op het moment dat het uitkomt online zijn professionaliteit vergroten.

De e-learningmodules van School aan Zet

Op www.schoolaanzet.nl/e-learningmodules zijn de volgende modules te vinden:

‘Leerzaam, toegankelijk en toepasbaar’

Voortgezet onderwijs

Angelique Bijl, taalcoördinator op basisschool Op Dreef in Utrecht Overvecht, een school met 200 leerlingen, vindt de e-learningmodules een uitkomst. ‘Ik verwijs anderen vaak naar deze instructiesite van School aan Zet, omdat hij zo leerzaam is. Je kunt er in je eigen tempo mee werken en filmpjes zoeken over een onderwerp waarin je je wilt verdiepen. Het prettige is dat de aanpak vaak heel eenvoudig blijkt. Soms ben je geneigd te denken dat de benadering van een bepaalde pedagogische of didactische kwestie wel lastig zal zijn. Hier laten ze zien dat dat vaak helemaal niet het geval is. Alle adviezen zijn makkelijk toepasbaar. En dat is fijn. Als leerkracht komt er veel op je af, je moet je in heel veel onderwerpen verdiepen. Dan is het prettig als informatie snel en toegankelijk wordt gepresenteerd. Het deed mij goed om te zien dat er een filmpje tussen zat van precies zo’n school als de onze. Ook zij hebben te maken met kinderen die vaak een grote taalachterstand hebben. Op de site kon ik zien hoe die school dat aanpakte. In een ander filmpje zag ik hoe op een eenvoudig manier gebruik werd gemaakt van voorwerpen bij instructies. Zo doe ik het nu ook.’

Opbrengstgericht werken: • Oriëntatieroute opbrengstgericht werken • Verdiepingsroute opbrengstgericht werken

Primair onderwijs Taal • Voorbereidend lezen (groepen 1 en 2) • Aanvankelijk lezen (groep 3) • Begrijpend lezen (groep 1 t/m 8) • Woordenschatontwikkeling in de onderbouw • Woordenschatontwikkeling in midden- en ­bovenbouw Rekenen • Rekenen in de groepen 1 en 2 (onderbouw) • Effectief rekenen in de groepen 3 t/m 8 (midden- en bovenbouw) Pedagogisch-didactisch • DOK: Dynamisch Onderwijs in de Klas (groep 1 t/m 8) Excellentie • Talent creëert talent (groep 1 t/m 8)

PrimaOnderwijs 27


Dat smaakt naar meer‌ Lekker een dagje uit, een schoolreisje of korte vakantie in eigen land? Grote kans dat u tijdens deze uitjes Albron tegenkomt. Bijvoorbeeld bij Center Parcs, Paleis Het Loo, Keukenhof of het Instituut voor Beeld en Geluid. Daar verwennen en verrassen onze enthousiaste horecamedewerkers u met lekker eten en drinken. Onze horeca, vol beleving, maakt het dagje weg of de korte vakantie Êcht compleet. We doen ons werk vanuit persoonlijke betrokkenheid, net als u. Niets nieuws voor Albron: al ruim 100 jaar hebben we oog voor onze omgeving bij iedere vorm van samenwerking. Kijk maar eens op albron.nl. Albron: passie voor eten en drinken!

409445_advertentie Prima Onderwijs?.indd 1

09-10-14 11:05

Schooljaar 2014 - 2015 Reserveren/info: 070 - 416 82 00 www.omniversum.nl

MEER LEREN MET BEELD EN GELUID In de nieuwe indrukwekkende film worden actuele onderwerpen als klimaatverandering en archeologie behandeld. Gratis lesmateriaal beschikbaar.

00_Basis_ADS_PO.indd 1

16-10-14 08:47


Op Kids Climate Conference in gesprek met Prinses Laurentien De Kids Climate Conference is een initiatief van het Wereld Natuur Fonds (WNF) en Center Parcs. Tijdens een jaarlijks evenement wordt de creativiteit van kinderen benut voor ideeën en oplossingen die bijdragen aan een gezonde aarde. Het thema van dit jaar is ‘Zorg voor het water’. Als oprichter en directeur van de Missing Chapter Foundation leverde Prinses Laurentien van Oranje een belangrijke bijdrage. Ze ging in gesprek met kinderen over hun ideeën en oplossingen voor schone zeeën en een leefbare aarde. En wij gingen in gesprek met Prinses Laurentien.

Wat is uw boodschap richting de ouders, kinderen, docenten en leerkrachten?

U zet zich in voor de Kids Climate Conference. Waarom juist hiervoor? ‘Ik werk al ruim tien jaar op het gebied van duurzaamheid met het WNF, het European Climate Foundation en Fauna and Flora International. Die klik is gaandeweg vanuit die kennis gekomen. Ik ben ook gaan nadenken over mijn specifieke rol: hoe kan ik helpen een soort katalysator zijn. Dat is die verbinding tussen generaties. Als het goed is kunnen we hier volgend jaar zeggen: “Zoveel liter water hebben we met elkaar bespaard.’ Daar word ik heel blij van.’

‘Voorlichting en informatie zijn een onderdeel van een bepaalde milieuactie, maar uiteindelijk moet je hier met elkaar naar toe werken: hoe gaan we het beter doen binnen het gezin? Dus we geloven heel erg in de combinatie school en thuis. De ouders en leraren hebben een rol, en moeten samenwerken vanuit de kracht van het kind. Ga met ze in gesprek en neem ze serieus en laat ze dan met ideeën komen. Ik voel me er verantwoordelijk voor dat wij als generatie geen cynisme mogen overdragen aan de volgende generatie. Het moment dat we denken ‘ach, dat heeft toch geen zin’, zijn we niet goed bezig. Als we cynisme overbrengen dan breek je generaties af. Denk juist mee en wees medeverantwoordelijk voor wat je veroorzaakt.’

Wat is er tot nu toe bereikt en hoe uit zich dat? ‘We hebben onlangs aan alle burgemeesters een terugkoppeling gevraagd over wat zij met de ideeën hebben gedaan. Ze hadden kinderen uitgenodigd in de gemeenteraad en vertelden dat ze door de kinderen echt aan het denken zijn gezet. Dat is goed! Het mag niet zo zijn dat er eerst naar de kinderen wordt geluisterd en er vervolgens niets mee gebeurt. Dat zou niet eerlijk zijn.’

KCC en het onderwijs

Kids Climate Conference (KCC) werkt samen met verschillende partners (WNF, MCF, postnl, klimaat verbond, Albron, Unicef en Nederland schoon). KCC wil het onderwijs betrekken bij dit evenement. Een aantal partners van KCC doet al aan bewustwording en heeft speciale content richting het onderwijs. Kijk voor meer informatie op http://events.centerparcs.com/nl-nl/evenementen/event/144-Kids+Climate+Conference

PrimaOnderwijs 29

00_KidsClimateLaurentien.indd 9

16-10-14 13:41


Onderwijsvernieuwing Ook leren kun je leren! Bij onderwijsvernieuwing denken mensen vaak ‘dat kan bij ons niet’ of ‘ik krijg mijn mensen niet mee’, terwijl hindernissen vaak kunnen worden overwonnen. Teams en scholen kunnen zich ontwikkelen tot educatieve organisaties die in tune zijn met wat leerlingen en samenleving vragen. Dat laten deze twee praktijkvoorbeelden zien. door tefke van dijk

Basisschool ’t Schrijverke in Zoetermeer: ‘Leerlingen op het puntje van hun stoel’

D

Directeur John Vonk zag een populatie leerlingen waar veel cognitieve differentie nodig was, maar dit gebeurde nog te weinig. De school is toen gaan kijken wat er tegenwoordig nodig is in het onderwijs en hoe de samenleving er nu uitziet. ‘Bovendien kwam onze nieuwbouw eraan‘, zegt Vonk. ‘Ook dat prikkelde om te kijken hoe we het onderwijs anders kunnen organiseren. We wilden de nieuwbouw niet inrichten op een achterhaald onderwijsconcept.’

Ontdekken In het nieuwe schoolgebouw, dat medio 2016 klaar moet zijn, zijn geen gangen en lokalen, enkel instructieruimten, stiltewerkplekken, samenwerkplekken en een talentenplein. Allemaal gericht op activiteiten, niet op aantallen leerkrachten en leerlingen. Iedere leraar heeft een eigen basisgroep van veertig leerlingen. Bij sociale momenten zitten ze bij elkaar, tijdens werkmomenten zijn ze verdeeld over diverse instructiegroepen. Terwijl de leraar bezig is met de ene instructiegroep, is de rest

van de kinderen, onder begeleiding van een onderwijsassistent, op een andere plek aan het werk. Hierdoor worden kinderen actief betrokken bij het onderwijs. Vonk: ‘Eerder zag ik leerlingen achterover hangen in hun stoelen terwijl ze het onderwijs over zich uitgestort kregen. Nu zitten ze op het puntje van hun stoel. Ze ontdekken hun talenten, ontvangen feedback en hebben meer inzicht in hun eigen ontwikkeling.’ Moeder Karin van Logtestijn vult aan: ‘Ik vind het veel meer gericht op de huidige maatschappij en de kinderen van nu. Je ziet zoveel diversiteit bij kinderen en het is goed dat het onderwijs daarop inspeelt.’

Onderwijsdialoog Na vijf jaar werkt iedereen in de school nu volgens het nieuwe concept. ‘Het is mijn droom dat leerlingen volledig vanuit hun eigen leerlijnen werken’, zegt Vonk.

‘Wij blijven verantwoordelijk maar de kinderen zijn eigenaar van hun eigen leerproces. Het gaat nog wel zes tot acht jaar duren voor we er helemaal zijn. En dan zijn we er wellicht nog niet. Je blijft altijd bezig met vernieuwing.’ Voordeel van het concept is dat leerkrachten veel meer de onderwijsdialoog met elkaar opzoeken en samen de school vormgeven. Het initiatief ligt meer bij de leerkrachten. ‘Ik moet ze nu soms afremmen in plaats van stimuleren, zo betrokken zijn ze. Dit komt vooral omdat ze meer worden aangesproken op hun onderwijskundige kwaliteiten’, aldus Vonk. Jerry Knotter, leerkracht in groep 8: ‘We krijgen meer de kans om kinderen onderwijs op maat te geven. Het zorgt er ook voor dat we meer moeten samenwerken, waardoor we meer van en mét elkaar kunnen leren.’ Het is echt een andere manier van denken en werken, merkt Vonk. ‘We zijn van solistisch werken naar samenwerken gegaan.’

30

00_KPC.indd 52

15-10-14 10:38


g in de praktijk Kastanjecollege in Maassluis: ‘Passiegericht onderwijs met Big Picture-concept’

A

Acht jaar geleden startte de eerste Big Picture-klas op het Kastanjecollege. Nu zijn er veertien van die klassen en nog maar drie reguliere klassen. ‘Over drie jaar willen we een complete Big-Picture-school zijn’, vertelt docente Sarah Roelse. Belangrijkste aanleiding om over te stappen op het concept Big Picture was dat het passiegericht onderwijs biedt. Leerlingen kiezen zelf het onderwerp van hun projecten en geven zelf aan wat ze willen leren. De een kiest voor auto’s, de ander voor stoornissen in de mentale ontwikkeling.

Eigen dj-project Zo kan het gebeuren dat je naar school gaat om te werken aan je eigen onderneming als dj. Daar weet de 16-jarige Robin van Putten (5 havo) alles van. Na twee jaar in het regulier onderwijs maakte hij de overstap naar Big Picture. ‘Ik merkte gelijk dat het veel meer zelfstandig werken was en het was helemaal fantastisch dat ik aan de slag kon met mijn eigen dj-project.’ Anderhalf jaar geleden startte hij zijn eigen bedrijf; dj Robin producties. ‘We hadden

toen twee feesten per maand, nu zitten we op tien. Ik draai vooral jaren ‘80 muziek en soul.’

Vervolgstappen Robin krijgt vanuit school alle begeleiding. Zijn mentor denkt mee en plant alles samen in. Ook kijken ze samen naar de vijf leerdoelen (zoals empirisch of sociaal redeneren), waarmee hij zijn project koppelt aan de diverse vakken. ‘Voor biologie heb ik bijvoorbeeld iets met oren gedaan. Hierdoor ben ik bewuster geworden van mogelijk gehoorschade en heb gehoorbeschermers gekocht.’ Onderzoeksvragen schrijft hij vaak in het Engels en uiteraard speelt Economie een grote rol. ‘Zo heb ik voor een feest het break-evenpoint berekend, hoeveel kaarten ik moest verkopen.’ Nu wil Robin internationale feesten gaan organiseren. ‘Volgend jaar zomer hoop ik in Spanje te zitten. Vervolgstappen zijn nodig als je wat wilt bereiken.’ ‘Leerlingen weten hoe ze een projectvoorstel moeten maken en hoe ze aan de juiste informatie komen’, zegt Roelse. ‘Ze kunnen goed zelf-

standig werken en gerichte vragen stellen, zijn zelfverzekerder en weten heel goed wat ze willen, waar ze naartoe willen.’ Daarnaast is het sociale aspect belangrijk bij Big Picture. Leerlingen zitten altijd in dezelfde klas en hebben alle jaren dezelfde mentor. Roelse: ‘De mentor kan inspelen op sociale kwesties en dat maakt dat leerlingen socialer zijn. Je bent meer een coach voor leerlingen.’

Wil je meer weten? KPC Groep begeleidt diverse scholen zoals ’t Schrijverke en het Kastanjecollege bij hun omslag naar eigentijds en betekenisvol onderwijs. Meer weten? Ga naar www.kpcgroep.nl/onderwijsanders (PO) of www.kpcgroep.nl/bigpicture (VO). PrimaOnderwijs 31

00_KPC.indd 53

15-10-14 10:39


De nieuwe Samsam:

, Nieuw magazine nieuwe site! p Neem een k캐kje o

et www.samsam.n

32


klaar voor 21st century skills De nieuwe Samsam zindert en kriebelt. Het tijdschrift van ‘samen delen’ is uitgegroeid tot een crossmediaal educatief platform, voor en door kinderen van hier en nu. Meer dan ooit zoekt Samsam de samenwerking met het onderwijs. ‘Wat heeft de leerkracht nodig om wereldburgerschap en 21st century skills te integreren in de klas?’

Op de redactie van Samsam bruist het van de activiteit. Hoofdredacteur Mirjam Bonting en redacteur Karin Wesselink buigen zich over de nieuwe vormgeving. Ook Samsam-ambassadeur Noraly Beyer, voor haar carrière bij het Journaal juf op basisscholen in Den Haag en Paramaribo, kijkt mee. De nieuwe pagina’s van het magazine en de website zijn helder, open en kleurrijk. De reportages, films, spellen en quizzen zijn divers en uitnodigend. ‘Kijk, je kunt swipen’, zegt Mirjam. ‘De site is speciaal geschikt gemaakt voor digibord en tablet, zodat leerkrachten én leerlingen er goed mee kunnen werken.’ De nieuwe Samsam is een crossmediaal educatief platform voor wereldwijze kinderen. Met het magazine, de website en de lesbrieven kunnen kinderen zelfstandig werken: informatie en verhalen vinden, films bekijken, spellen en quizzen doen. Ze worden uitgedaagd om nieuwsgierig te zijn, onderzoek te doen, zich een mening te vormen over actuele onderwerpen. Willen ze iets weten over kinderarbeid of biobrandstof, dan halen ze eenvoudig verhalen uit een Samsam van 2009 of 2011 tevoorschijn.

Noraly: ‘Ons leven bestaat uit meer dan je familie en je straat op weg naar school. Ik vind het belangrijk dat kinderen jong leren dat je niet wordt geboren voor jezelf. Je hebt anderen nodig en anderen jou. Dat geldt al voor basale dingen als brood eten en kleren aanhebben. Hoe meer je dat beseft, hoe meer oog je hebt voor anderen, hoe breder je blik wordt en hoe beter je in je vel zit. Daarvoor hoef je helemaal niet naar Afrika. Als je eens begint kinderen uit de Achterhoek en de Bijlmer bij elkaar te brengen…’

Nieuwsgierigheid We moeten met z’n allen de aarde en de verantwoordelijkheid daarvoor samen delen, dat is waar Samsam aan wil bijdragen. Mirjam: ‘Je hoopt dat mensen uiteindelijk, als ze elkaar beter begrijpen, minder met

Zelfvertrouwen Het septembernummer gaat over kinderrechten in Nederland. Foto’s van kinderen die opkomen voor wie ze zijn, spatten van de pagina’s. Jongens in een meisjeslichaam en andersom, een meisje dat thuis van de Voedselbank eet, een broer en zus met verschillende huidskleur. ‘Het is belangrijk voor je zelfvertrouwen om te weten dat mensen verschillend zijn’, zegt Karin Wesselink. ‘Om te weten dat ook elders kinderen voor zichzelf opkomen. Zelf ben ik geboren aan een zandweg in de Achterhoek. Het was belangrijk voor mij om te ontdekken dat er meer mensen zijn die anders denken dan veel kinderen uit mijn klas.’ PrimaOnderwijs 33


‘Als ik nu leerkracht was’, zegt Noraly, ‘zou ik ontzettend blij zijn met Samsam’

Noraly Beyer, Mirjam Bonting (m) en Karin Wesselink

elkaar willen vechten. Dat is toch het ultieme doel.’ Wat opvalt als je door het magazine en de website bladert, is hoe grote onderwerpen als kinderrechten, voedsel, gezondheid en onderwijs naar het hier en nu worden vertaald in artikelen waarin kinderen hun verhaal vertellen. Een meisje vertelt dat ze thuis van de Voedselbank eten en dat ze zich niet schaamt, ook al wordt ze op school soms uitgemaakt voor zwerver. Daardoor gaat het gesprek opeens over normen en waarden. Bij wie ligt de verantwoordelijkheid voor het ontwikkelen van normen en waarden bij kinderen? In de eerste plaats bij de ouders, natuurlijk, maar wat als dat niet of te weinig gebeurt? ‘Zelfs in gezinnen waar alles goed gaat, pikken ouders lang niet alles op’, zegt Noraly. ‘Het begint bij het onderwijs. De school is de spin in het web. Toen ik in Suriname lesgaf, had je alleen schoolboekjes die geënt waren op de Nederlandse cultuur. Onderwerpen die je nu in Samsam vindt, sprokkelde ik bij elkaar uit kranten en tijdschriften en ik verzon opdrachten voor de kinderen: kies vijf groepen in onze maatschappij en bedenk wat zij thuis te eten krijgen. Ouders vroegen zich af waar ik in godsnaam mee bezig was, maar zo begint het: je kijkt in je eigen omgeving, ziet dat er veel andere mensen zijn en je leert dat er veel meer overeenkomsten zijn dan je denkt. Het bijzondere van Samsam is dat de verhalen over kinderen gaan, hoe groot de onderwerpen 34

ook zijn. Als je kinderen vragen stelt, gaan ze anders kijken naar zichzelf en hun omgeving. Je stimuleert nieuwsgierigheid. Dat merk ik net zo goed in Nederland als in andere landen, zoals Ghana.’

Toekomst Inmiddels wordt hard gewerkt aan het veertigjarigjubileumnummer van januari. De kersverse Kinderredactie gaat Minister President Mark Rutte het vuur aan de schenen leggen in een interview over ‘de toekomst’, het thema van dat nummer. Die toekomst is spannend voor het met een oplage van 550.000 grootste kindertijdschrift van Nederland. Net als overal wordt er bezuinigd op de subsidie. Sinds september wordt om een vrijwillige bijdrage van scholen gevraagd. Daar staat tegenover dat Samsam een steeds belangrijker plek inneemt als leermiddel. De benadering van onderwerpen, de lesbrieven en de verschillende media van Samsam zijn bij uitstek geschikt voor de ontwikkeling van 21st century skills. Leerlingen worden uitgedaagd op onderzoek uit te gaan, leren digitaal werken en samenwerken en een actieve houding ontwikkelen. De leerkracht kan kiezen voor kennisoverdracht of kennisconstructie. Mirjam en Karin hopen dat leerkrachten Samsam structureel in de klas blijven inzetten. ‘Als ik nu leerkracht was’, zegt Noraly, ‘zou ik ontzettend blij zijn met Samsam.’


Nieuw activerend lesmateriaal

Studio Snugger, educatief

kinderprogramma van Schooltv In het voorjaar van 2015 start de NTR met het nieuwe educatieve kinderprogramma Studio Snugger, gepresenteerd door cabaretier Thomas van Luyn.

Kletspraat of niet In Studio Snugger komen allerlei onderwerpen voorbij waarbij het steeds draait om de vraag of het waar is of kletspraat. Zo worden in hoog tempo twee grote en vier kleinere onderwerpen uit de wereldoriëntatie behandeld. Het studiopubliek bestaat uit jonge kinderen. Ze hebben een actieve rol, waarbij met enige regelmaat het ‘kletspraatlied’ wordt ingezet.

Hogere leeropbrengsten Leren met beeld zorgt voor hogere leeropbrengsten. Leerlingen zijn gemotiveerder en onthouden de inhoud met beeld beter dan alleen met tekst. Dit blijkt uit recent onderzoek van SLO. Daarom wordt het lesmateriaal bij de programma’s van Schooltv vernieuwd tot een activerende mix van leuke en leerzame leermiddelen waarbij er optimaal gebruik wordt gemaakt van het beschikbare beeldmateriaal.

Doe ook meer met Schooltv! Doe ook meer met Schooltv door gebruik te maken van het activerende lesmateriaal dat bij Studio Snugger wordt aangeboden. Het lesmateriaal richt zich op kinderen in de leeftijd van 6 tot 8 jaar en sluit aan bij het het vakgebied Oriëntatie op jezelf en de wereld. Net zoals in Studio Snugger zullen kinderen middels het lesmateriaal aangezet worden tot zelf nadenken.

Waardige opvolger van lesmateriaal HBB Scholen die in het verleden met veel enthousiasme en in groten getale keken naar Huisje Boompje Beestje en gebruikmaakten van het lesmateriaal, vinden in Studio Snugger en het bijbehorende lesmateriaal een waardige opvolger. Het lesmateriaal bij Studio Snugger zal in de vorm zijn van een abonnement, waarbij het materiaal aanhaakt bij de inhoud en de onderwerpen van de uitzendingen.

Bestel nu, zodat u in januari direct het materiaal in kunt zetten tijdens uw lessen!

schooltvwebshop.nl

1_1 Adv NTR Studio Snugger PO novt14.indd 1

16-10-14 13:44


Samenwerken en kansen benutten Lexima helpt bij dyslexie en andere leerproblemen. Onze activiteiten richten zich op kinderen, jongeren en hun ouders en iedereen die beroepshalve betrokken is. Met onderwijsinhoudelijke expertise, unieke producten en passende ondersteuning stimuleren we alle betrokkenen het beste uit zichzelf te halen. Door slimme samenwerking vergroten we de succeskansen voor iedereen rond dyslexie!

Cursussen, trainingen en eLearning Met een cursus bij Lexima Academie kiest u voor kwaliteit en actualiteit. Daarmee kiest u ook voor de beste kans van slagen voor u en uw leerlingen of studenten met dyslexie. CEDEO-erkend. www.leximaacademie.nl De beste dyslexiesoftware Voor de meest veelzijdige en beste ondersteuning, bij alle vormen van dyslexie. Kurzweil 3000 (incl. App), Sprint Plus, Sprint NL, WoDy en AppWriter. Totaalarrangement dyslexie schoolbeleid Ingebed in het passend onderwijs beleid van uw samenwerkingsverband. Beproefd concept. 1.000 scholen en 10.000 leerlingen doen al mee! Preventie, diagnostiek en behandeling Bouw! tutorlezen voor risicoleerlingen voorkomt leesproblemen, IDAA dyslexietests voor (jong)volwassenen, Kinems embodied learning special needs games. Nationale Dyslexie Conferentie en Nationale SEN Conferentie Dè jaarlijkse evenementen voor iedereen die beroepshalve bij dyslexie of andere special educational needs betrokken is.

Doe mee

Kijk op www.lexima.nl/gratis-studiemiddag-dyslexie

voor beter lezen en leren! info@lexima.nl | 033-4348000 | www.lexima.nl

00_Basis_ADS_PO.indd 1

25-08-14 12:12


Vrijheid geef je door, al 70 jaar Het is 70 jaar geleden dat Nederland werd bevrijd. De Bevrijding wordt op allerlei plekken en momenten in het land gevierd. Sluit hierbij aan en besteed in de klas aandacht aan herdenken en vieren met het GRATIS lesmateriaal van het Nationaal Comité 4 en 5 mei. Het belang van herdenken en vieren op 4 en 5 mei willen we doorgeven aan volgende generaties. Het Nationaal Comité 4 en 5 mei stelt al jaren gratis lesmateriaal beschikbaar zoals het boekje Vrijheid geef je door. Dit Nationaal Aandenken is een boekje voor groep 7. De editie van 2015 is uniek: met artikelen over 70 jaar bevrijding, een bijzonder interview met jeugdschrijver Jan Terlouw over zijn eigen ervaring als kind tijdens de bevrijding, geïllustreerde kaarten, verhalen over kinderen in oorlogstijd, tradities en achtergronden. Vanaf 1 maart 2015 is een nieuwe digitale les beschikbaar, die in een combinatie met het boekje, voor extra verdieping zorgt. De digitale les bevat opdrachten en direct toepasbare lessen. Leerlingen leren op speelse en educatieve wijze meer over herdenken en vieren op 4 en 5 mei.

70 jaar bevrijding interactief In het kader van 70 jaar Bevrijding heeft het Nationaal Comité 4 en 5 mei de gratis app Oorlogs-monumenten in Beeld en de interactieve site www.tweedewereldoorlog.nl/70jaarbevrijding gelanceerd. Beide initiatieven zijn voor het onderwijs interessant als aanvullend lesmateriaal over de Tweede Wereldoorlog. Zie www.4en5mei.nl

Adopteer een Monument Scholen kunnen een oorlogsmonument adopteren. Maar liefst 1.450 scholen hebben dit al gedaan. Een klas organiseert zelf een herdenking en Het vfonds is partner van het Nationaal draagt bijvoorbeeld een zelfgemaakt gedicht Comité 4 en 5 mei’ voor. Bij aanmelding ontvangt de school éénmalig een gratis handboek met lesmateriaal. Elke deelnemende school ontvangt jaarlijks aanvullend materiaal zoals voorleesverhalen van bekende kinderboekenschrijvers. Aanmelden is gratis en kan via www.4en5mei.nl.

Geef vrijheid door Het gratis boekje Vrijheid geef je door, Het Nationaal Aandenken 2015 is nu te bestellen via een brief met code die elke school heeft ontvangen . Doe dit wel voor uiterlijk maandag 8 december 2014. Na deze datum zijn er kosten aan het boekje verbonden. Geef vrijheid door, ook in de klas!

www.primaonderwijs.nl/4en5mei


Cultuureducatie met Kwaliteit in lesprogramma ‘Kinderen gaan op onderzoek uit en bepalen zelf wat eruit komt’ Cultuur in het onderwijs krijgt een nieuwe impuls met het programma

Cultuureducatie met Kwaliteit. Culturele organisaties werken samen met basisscholen om cultuuronderwijs duurzaam te integreren in het lesprogramma. De gedachte is dat kinderen wijzer worden van cultuuronderwijs door nieuwe vaardigheden. ‘En je ziet leerlingen ineens op een heel andere manier.’ tekst heleen de bruijn

Kunst in het onderwijs, is dat geen spielerei? Af en toe een welkome afwisseling van het doorgaans cognitieve onderwijs in de klas? Nee, zegt Marianne Wijshake, directeur van basisschool Het Mozaïek in Delft. ‘Als je cultuur integreert in het totale lesprogramma, dan worden kinderen daar beter van. Ze leren samenwerken, onderzoeken, doorzetten, kritisch zijn en vernieuwen.’ Ziedaar enkele belangrijke eigenschappen van een compleet mens. Op Het Mozaïek hadden ze dat enkele jaren geleden al begrepen, maar kwam het nog niet helemaal goed van de grond. Wijshake: ‘We deden aan cultuuronderwijs, maar er zat geen structuur in. Toen zijn we gaan onderzoeken wat we eigenlijk met cultuuronderwijs willen, met als conclusie dat we vier keer per

jaar in projectvorm het cultuuronderwijs een flinke impuls willen geven, waarbij alle kunstvormen (tekenen, schrijven, drama, dans, cultureel erfgoed, etc) een plek krijgen. We liepen een beetje vast, want we kwamen niet verder dan gesloten opdrachten voor de leerlingen; opdrachten met een vooraf bepaalde uitkomst.’ In 2012 gebeurde er in Delft iets nieuws. Het Centrum voor de Kunsten (De VAK) startte onder de noemer Cultuurhelden het programma Cultuureducatie met Kwaliteit. Dit door het ministerie van OCW geïnitieerd programma, is bedoeld om cultuuronderwijs op basisscholen een impuls te geven. Het centrum voor de kunsten in Delft biedt een uitgekiend programma om scholen te helpen kunstonderwijs in het curriculum te integreren. Elf Delftse scholen doen er al aan mee. ‘Voor ons kwam dat precies op het goede moment’, zegt Wijshake. 38


integreert kunst

‘Het gaat niet om het eindproduct, wel om het creatieve proces ernaar toe’ Cultuureducatie met Kwaliteit Creatieve processen Wat Cultuurhelden doet, is scholen creatieve processen te leren vormgeven en leerlingen en leerkrachten begeleiden in het creatieve proces. Wijshake: ‘Het programma duurt drie jaar, wij zitten in ons tweede jaar. We begonnen met een soort cursus voor docenten, waarin kennis van de theoretische achtergrond, onze visie op creativiteit en zelf doen en beleven aan bod kwamen. Vervolgens neemt Cultuurhelden de school in het eerste jaar bij de hand om het cultuuronderwijs in te richten. In zo’n eerste jaar verzorgen met name vakdocenten van Cultuurhelden op school de lessen. In het tweede jaar gaan de leerkrachten zelf aan de slag en zorgt Cultuurhelden voor coaching-on-the job.’

Leren loslaten Op Het Mozaïek worden nu in blokken van vier weken cultuurprojecten gedaan, onderverdeeld in dans, drama en muziek; techniek en wetenschap en tekenen en

Dit programma, dat is opgezet door het ministerie van OCW, is bedoeld om basisscholen en culturele instellingen meer houvast te geven bij het streven naar kwaliteit in het cultuuronderwijs. De belangrijkste acties zijn: het ontwikkelen van een leerlijn cultuureducatie, het testen van volgen beoordelingsinstrumentarium, deskundigheidsbevordering van leerkrachten en educatief medewerkers van culturele instellingen en het verzoek aan de onderwijsinspectie om in 2016 een rapportage cultuureducatie op te stellen. Binnen het programma wordt nauw samengewerkt met gemeenten en provincies in de Matchingsregeling Cultuureducatie met Kwaliteit. Door middel van subsidies worden landelijk 54 projecten ondersteund waarin culturele instellingen samen met scholen en gemeenten werken aan goed cultuuronderwijs. Meer informatie over het programma Cultuureducatie met Kwaliteit staat op www.lkca.nl/primair-onderwijs

PrimaOnderwijs 39


‘Je bent bezig met een brede ontwikkeling van kinderen’

Op zoek naar meer voorbeelden: bezoek de stand van Cultuureducatie met Kwaliteit op de NOT.

handvaardigheid. ‘Belangrijk is dat we als leerkrachten het eindproduct moeten leren loslaten’, zegt Wijshake. ‘Het gaat er niet om dat je toewerkt naar een musical of dat alle kinderen straks een boom fotograferen, maar dat je kinderen volgt in hun creatieve proces en dat ze dat zelf invullen. Miriam Bosman, projectleider van ­Cultuurhelden: ‘We proberen in alle activiteiten met kinderen ontwikkelbarrières op te werpen, zodat zij zelf op onderzoek uitgaan. Wij en de school bieden de ­creatieve context, de kinderen bepalen het eindproduct.’

toen gebruikgemaakt werd van tableau vivants, waarbij de leerlingen een spellingscategorie moesten drama­ tiseren. En een geschiedenisles wordt heel anders als je kinderen vragen stelt als: wat als Willem van Oranje niet had bestaan? Met zulke vragen boor je creativiteit bij kinderen aan. En dat is het grote belang van cultuur­ onderwijs: dat je bezig bent met een brede ontwikke­ ling van kinderen. Ieder kind heeft zijn eigen leerstijl: de een leert door te doen, de ander heeft liever eerst een stukje theorie. Je ziet dat kinderen, die minder op hebben met het cognitieve, meer tot hun recht komen. Anderzijds haal je cognitief ingestelde kinderen uit hun comfortzone. En je ziet kinderen nu soms op een heel andere manier. Een stil kind komt bij een drama ineens prachtig naar voren. En we merken dat leerlingen én leerkrachten veel plezier halen uit de lessen. Dat is goed voor hun welbevinden.’ Dat de samenwerking met Cultuurhelden drie jaar duurt, vindt Marianne Wijshake heel prettig. Wij kun­ nen het echt nog niet zelfstandig. Het centrum voor de kunsten geeft ons de impuls om door te gaan. We kun­ nen dit doorzetten, maar zonder Cultuurhelden zouden we niet de kwaliteit hebben gehaald, die we nu hebben.’

Tableau vivants Zo kregen kinderen de opdracht bewegingssituaties te fotograferen. Leerlingen fotografeerden elkaar en mochten zelf weten hoe. En passant leerden ze meteen wat over cameratechnieken. Wijshake: ‘Maar cultuur­ onderwijs kun je ook integreren in een reguliere les. Een droge, saaie spellingsles werd heel leuk en ­levendig

Twee voorbeelden van kunstlessen op Delftste scholen 1: Ontdek je schoolplein: onderdeel van een schoolbreed project waarin leerlingen verkennen wat kunst is. Tijdens een korte introductie bekijken de leerlingen kunstwerken van echte kunstenaars, die hun materialen voor hun werk in de natuur verzamelen. De leerlingen praten hierover met de kunstdocent, waarna ze zelf op zoek gaan naar materialen die ze buiten kunnen vinden. De doelen: leerlingen kiezen voorwerpen, leren rangschikken en geven er een persoonlijke context en betekenis aan, bovendien leren ze experimenteren met vormen. Vervolgens maken ze zelf iets van de gevonden materialen, die daarna samen worden besproken. 2: Bouwen met afval: onderdeel van een schoolbreed project met het thema Duurzaamheid. Leerlingen bouwen een stad met afvalmaterialen. Na het bekijken van beelden voor inspiratie denken ze na over een stadsplan (rond, vierkant, organisch) en gaan zelf aan de slag met een gebouw voor de stad. De doelen: inzicht krijgen in materialen en het terugbrengen naar verhoudingen die passen in de stad, ruimtelijk inzicht en het zichtbaar maken van iets dat er nog niet is. Werkvormen zijn construeren, schilderen, foto­ graferen en analyseren.

www.cultuurhelden.nl 40


advertorial

De ontwikkeling van het practicumlokaal in de Van theorie ­l aatste 15 jaar naar praktijk Het biologie-, natuurkunde- en scheikundelokaal van nu is heel anders dan vijftien jaar geleden. S+B maakte de ontwikkeling van theoretisch naar praktijkgericht ­onderwijs van dichtbij mee en speelt daarop in met vernieuwende inrichtingsen meubelconcepten. Ict-middelen, regelgeving, andere manieren van lesgeven en andere leermethodes – ze hebben er allemaal voor gezorgd dat de afgelopen vijftien jaar een grote verschuiving heeft plaatsgevonden van theoretisch naar praktijkgericht leren. Hoe groot die verschuiving is, verschilt sterk per school. De ene school meent dat er veel theorie gegeven moet worden, terwijl andere scholen naar lessituaties gaan waar 70 procent practicum de norm is en die in blokuren aanbieden. Bijna overal geldt dat de theorie in ‘gewone’ lokalen wordt gegeven en in practicumlokalen de theorie alleen even wordt aangestipt ter introductie van een practicum. Leerlingen voelen zich erg comfortabel bij die praktijkgerichte en duidelijke manier van lesgeven. Ze weten dat les in een practicumlokaal of sciencelab betekent dat ze aan de slag gaan met proefjes. De inrichting bepaalt de les Het inrichten van lokalen is door deze splitsing een stuk ingewikkelder geworden. Lay-out en routing zijn enorm belangrijk. De inrichting bepaalt hoe uiteindelijk les wordt gegeven. De visies van schoolleidingen en docenten kan bovendien nog weleens verschillen. Er is dus één vraag waarover scholen bij de inrichting van dit soort lokalen moeten nadenken: wat willen wij als school bereiken met de vakken biologie, scheikunde en natuurkunde? Het is verstandig tijd te maken om die vraag te beantwoorden. Een heldere visie op het toekomstig onderwijs is belangrijk. Je stelt als school duidelijke doelstellingen voor de komende vijftien tot twintig jaar. S+B kan daarin als inrichter een belangrijke rol vervullen. Onze ervaring van de laatste vijftien jaar en kijk op onderwijs kunnen wij door middel van schetsontwerpen visualiseren. Wij kennen de mogelijk­ heden en onmogelijkheden. Met deze manier van werken heeft S+B al heel wat scholen voorzien van een nieuwe, specifiek voor hen ontworpen leeromgeving.

Mediazuil, voorziening uit plafond Dit flexibel inzetbare interieurelement bevindt zich rechtstreeks boven de werkplek en zorgt voor de distributie van elektra en gas. Verticaal wanneer nodig. Horizontaal, buiten zicht en ­handbereik, tijdens de theorielessen.

Curvetafel, traditie in een nieuw design Functioneel en kleurrijk meubel. Prachtige theorietafel voor de theorie en in een handomdraai komen de elektra, gas en watervoorziening te voorschijn voor de practicumles.

Groepsgericht onderwijs Een groepsgerichte inrichting met inspirerende meubelvormen kan de samenwerking en communicatie tussen leerlingen stimuleren. Zowel de Powerlabtafel als de Boomerang passen prima in zowel een practicumlokaal als in een sciencelab.

Kijk wat S+B voor uw school kan betekenen op www.splusb.nl Elandstraat 77 | 3064 AG Rotterdam | +31 (0)10 258 25 80


Tijd voor een huiswerkbeleid Basisschoolkinderen moeten leren omgaan met huiswerk, zodat ze niet onvoorbereid naar de brugklas gaan én omdat huiswerkverwachtingen moeten kloppen met de huiswerkpraktijk in het vo. ‘Eens’ zult u zeggen, maar wat brengen we daarvan in de praktijk terecht? Veel scholen doen aan huiswerk, maar is er ook sprake van een huiswerkbeleid of is huiswerk eerder ‘bezighouden met toevallige taken’? Hoeveelheid en leerjaar verschillen ook sterk van school tot school. Tijd voor een huiswerkbeleid. door gerard van de garde

Uit onderzoek van de Australiër Richard Walker blijkt dat huiswerk op jonge leeftijd eerder slecht uitpakt dan goed. Jonge kinderen krijgen het gevoel dat de school tijd ‘inpikt’ die eigenlijk van hen is, waardoor ze niet kunnen spelen. School is school en vrij is vrij en het is niet eerlijk als de school die grens overschrijdt, vinden ze. Zo ontwikkelen ze makkelijk een aversie tegen huiswerk. Oudere kinderen, die de brugklas in het zicht hebben, begrijpen het belang van huiswerk beter. Voor hen is het belangrijk te ervaren dat huiswerk niet be-

42

tekent dat je met 10 of 15 minuten klaar bent. En als we vinden dat huiswerk belangrijk is om te ‘leren leren’, moeten we niet af en toe huiswerk opgeven. Om leerstrategieën te ontwikkelen, is oefening, herhaling en regelmaat nodig.

Zinvolle taken Taken die dichter bij het kind zelf staan, vallen beter in de smaak. Denk aan een boekpresentatie, spreekbeurt, werkstuk of een boek lezen. Maar denk ook aan


Handig bij (t)huiswerk: Spiekboekjes

het ­extra oefenen met stof waarvan een kind weet dat het die nog niet zo goed beheerst, zoals tafels, breuken, werkwoordspelling of topo. Tegelijkertijd moeten kinderen in groep 8 ook ervaren wat het betekent om woordjes te leren, wat daar bij komt kijken, hoe je dit aanpakt en dat dit niet altijd ‘leuk huiswerk’ is. Voorbereiden voor het vo is met alles erop en eraan: de leuke en ook de minder leuke kanten van huiswerk. Bij de keuze van leermiddelen geldt ook: voorkom dat huiswerk neerkomt op gewoon schoolwerk. Dus laat de leerlingen niet thuis verder werken in de spellingmethode, maar zet zo mogelijk flexibel lesmateriaal in dat inspeelt op individuele leerbehoeften. Het ene kind heeft behoefte aan extra uitleg, een ander aan extra oefening, een derde aan extra uitdaging. Verder moet een kind thuis zelfstandig met het lesmateriaal kunnen werken. Dus bied afgeronde keuze-eenheden, geschikt voor gericht maatwerk. Die onderwerpjes moeten ook makkelijk vindbaar zijn via een inhoudsopgave en/of index. Behalve de oefening kan ook uitleg van de theorie, verklaring van ‘moeilijke’ woorden en eventueel tips voor websites met meer informatie noodzakelijk zijn. Geschikte leermiddelen voor huis- en thuiswerk zijn eerder te vinden bij gespecialiseerde uitgevers en op internet.

Spiekboekje Een handig hulpmiddelTAbij Spiekboekje A L huis­ TA A L werk zijn de nieuwe Spiekboekjes van uitgeverij Schoolsupport. Be­ knopte, visueel opgezette naslag­ werken met de basisschoolstof voor taal en rekenen, voorzien van veel voorbeelden. De leerstof wordt met verschillende termen (synoniemen) en volgens ver­ schillende methodieken aangeboden. Optellen wordt bijvoorbeeld gepresenteerd met een ge­ tallenlijn, een honderdveld, splitsen en kolom­ rekenen. De leerlingen herkennen de uitleg die ze gewend zijn van de methode waarmee ze op school werken. Maar bij onderwerpen waar ze moeite mee hebben, vinden ze soms ook steun in juist een ander soort uitleg. Ook handig voor ­ouders die hun kind willen helpen bij het huis­ werk, maar niet alles zelf (meer) weten of een handige uitleg zoeken. Tip: attendeer ouders via de ouder­ nieuwsbrief op het bestaan. In b ­ eide Spiekboekjes wordt ook naar (goed) oefen­ materiaal verwezen.

Rol ouders

www.schoolsupport.nl/spiekboekjes

Kwantiteit

• Pas vanaf groep 6 • Niet teveel • Regelmatig

Kwaliteit

• Taken met individuele betrokkenheid • Taken naar leerbehoeften

Leermiddelen

• Mogelijkheden voor maatwerk • Zelfsturend

Ouders (waar mogelijk)

• Bewust maken van belang eigen rol • Stimuleren dat ouders: o zorgen voor stabiele werkplek o begeleiden bij planning o positieve aandacht voor school(werk) geven • Contact houden

In het Spiekboekje taal is alles te vinden wat kinderen op de basisschool (en daarna) leren voor taal, overzichtel ijk bij elkaar. Zo kun je makkelijk iets opzoeken en makkelijk iets uit je hoofd leren. Het boek is ingedeeld in schema’s, lijsten en tabellen. Als je iets zoekt, kijk je in de inhoudsopgave of in de woordenlijst. Daar staat het nummer van de bladzijde waar je de uitleg over dat onderwerp vindt.

(Dat is soms een andere

je leert op school in schema’s

en tabellen

Spiekboekje

Het belangrijkste wat

REKENEN

je leert op school in schema’s

en tabellen

Spiekboekje

Het belangrijkste wat je leert

op de basisschool in schema’s

en tabellen

Spiekboekje REKENEN

7x

Getallen

Bewerkingen Breuken Maten

Meetkunde Grafieken en meer!

10 x

9x

2x

manier dan je ouders

je leert op school in schema’s

en tabellen

TA A L

Medeklinkers: w,, z m,, nn,, pp,, rr,, ss,, tt,, vv,, w b, cc,, dd,, ff,, gg,, hh,, jj,, kk,, ll,, m

Als of

Spelling

dan?

deelwoord: +d voltooid ik-vorm +) (ge-

Je schrijft het woord dan wat anders je hoort.

Woordsoorten Zinsdelen

Woordenschat Teksten

en meer!

gewend zijn!)

Er bestaat ook een Spiekboekje rekenen met alles wat je op school leert over rekenen. Ook het Spiekboekje rekenen is overzichtelijk ingedeeld in schema’s, lijsten en tabellen.

Le e

en tabellen

Het belangrijkste wat

Spiekboekje

TA A L

REKENEN

n ieë teg tra ss

Artikelcode SBT01

9 789461 752536 6 >

spiekboekje taal cover.indd

op de manier die jij

manier dan je ouders

32

52

62

61

72

81

82

Maten91

92

43

53

63

73

83

93

55

64

65

74

75

84

85

94

95

20

30

29

47

48

56

57

58

66

67

68

76

77

78

86

87

88

96

97

98

10 x

9x

2x

40

39

38

46

7x

10

9

19

28

37

36

45

54

18

27

26

35

44

8

7

17

16

25

34

33

6

5

15

24

23

22

31

Breuken71

straal

14

13

12

21

diameter

4

3

2

1

11

Getallen 41 42

51 Bewerkingen

Op scholen worden verschillende methoden (boeken) gebruikt voor rekenen. Het ene boek gebruikt soms andere woorden dan het andere boek. In het Spiekboekje rekenen worden de woorden van allerlei verschillende methoden gebruikt, dus ook de woorden

die jij gewend bent. Dit boekje geeft uitleg

(Dat is soms een andere

Het belangrijkste wat

In het Spiekboekje taal is alles te vinden wat kinderen op de basisschool (en daarna) leren voor taal, overzichtelijk bij elkaar. Zo kun je makkelijk iets opzoeken en makkelijk iets uit je hoofd leren.

Het boek is ingedeeld in schema’s, lijsten en tabellen. Als je iets zoekt, kijk je in de inhoudsopgave of in de woordenlijst. Daar staat het nummer van de bladzijde waar je de uitleg over dat onderwerp vindt.

Op scholen worden verschillende methoden (boeken) gebruikt voor taal. Het ene boek gebruikt soms andere woorden dan het andere boek. In het Spiekboekje taal worden de woorden van alle methoden gebruikt, dus ook de woorden die jij gewend bent. Dit boekje legt alles ook uit op de manier die jij gewend bent.

(Dat is soms een andere

op de basisschool in schema’s

Spiekboekje

en tabellen

Spiekboekje

REKENEN

In het Spiekboekje rekenen is alles te vinden wat kinderen op de basisschool (en daarna) leren voor taal, overzichtelijk bij elkaar. Zo kun je makkelijk iets opzoeken en makkelijk iets uit je hoofd leren. Het boek is ingedeeld in schema’s en tabellen. Als je iets zoekt, kijk je in de inhoudsopgave of in de woordenlijst. Daar staat het nummer van de bladzijde waar je de uitleg over dat onderwerp vindt.

Het belangrijkste wat je leert

je leert op school in schema’s

49

50

59

60

69

70

79

80

89

90

99 100

Meetkunde

kent.

omtrek Grafieken

gewend zijn!)

Er bestaat ook een Spiekboekje taal met het belangrijkste wat je op school leert over taal. Ook Spiekboekje taal is overzichtelijk ingedeeld in schema’s en tabellen.

en meer!

gele tegels blauwe tegels

1

30

10

8 10

40

Artikelcode SBR01

9 789461 752529 >

4 5

50

1/10/14 04:26

enz.

20 25

40 50

enz.

80 100

manier dan je ouders

cover.indd 1

0

rd: elwoo oid de rm + d vo volto +) ik(ge-

f da

Je sch het woord rijft dan wa anders t je hoo rt.

n?

Zinsdelen

Woordenschat Teksten en meer!

gewend zijn!)

Er bestaat ook een Spiekboek je rekenen met alles wat je op school leert over rekenen. Ook het Spiekboek je rekenen is overzichtelijk ingedeeld in schema’s, lijsten en tabellen.

20

spiekboekje rekenen voorstel

je leert op school in schema’ s en tabellen

Als o

Spelling Woordsoorten

Le e

Het belangrijkste wat

Het belangrijkste wat

Medeklinkers: w,, z m,, nn,, pp,, rr,, ss,, tt,, vv,, w b, cc,, dd,, ff,, gg,, hh,, jj,, kk,, ll,, m

Op scholen worden verschillende methoden (boeken) gebruikt voor taal. Het ene boek gebruikt soms andere woorden dan het andere boek. In het Spiekboekje taal worden de woorden van alle methoden gebruikt, dus ook de woorden die jij gewend bent. Dit boekje legt alles ook uit op de manier die jij gewend bent.

tussen-n

Do’s

je leert op school in schema’ s en tabellen

tussen-n

In huiswerkbeleid krijgen ouders ook een rol. Wist u dat ouders voor de schoolprestaties van hun kind belangrijker zijn dan de school? Dat blijkt althans uit een onderzoek aan de North Carolina State University. Volgens onderzoeker Toby Parcel moeten ouders zich dat meer gaan realiseren. ‘Ze moeten meer tijd investeren in hun kind: helpen met huiswerk, naar ouderavonden gaan en laten merken dat ze het belangrijk vinden wat hun kind doet op school. Dat is bepalend voor het schoolsucces.’ Een cynicus zou kunnen zeggen dat de school kan inpakken. Zo is het natuurlijk niet. Wél kunnen scholen de ouderbetrokkenheid vergroten als het

Het belangrijkste wat

appel banaan perzik sinaasappel

n ieë teg tra ss

1/10/14 04:27

Artikelcode SBT01

9 789461 752536 6 >

spiekboekje taal cover.indd

1

1/10/14 14:40

om huiswerk gaat. Stimuleren dat ouders hun kind helpen bij het huiswerk, hen motiveren en tips geven. Ouders moeten hun kind niet het huiswerk uit handen nemen om te voorkomen dat het fouten maakt. Maar het is wel fijn als ouders kunnen zorgen voor een vaste, opgeruimde, prikkelarme werkplek. Ze kunnen hun kind begeleiden bij de planning, afspraken maken over vaste werktijden, samen in de agenda bekijken wanneer iets af moet zijn, bedenken hoeveel tijd daarvoor nodig is en wanneer er dus gestart moet worden. Begrip en belangstelling tonen, aanmoedigen en prijzen zijn zaken die misschien vanzelfsprekend zijn, maar voor sommige ouders niet.

Meer info www.thuisinonderwijs.nl, zoekwoord ‘huiswerk’. Schoolsupport, uitgever van additioneel lesmateriaal, heeft een aparte afdeling voor huiswerk/thuiswerk: www.schoolsupport.nl/huiswerk-thuiswerk Schoolsupport heeft ook een online werkbladenservice met veel goede huiswerkladen waarmee differentiatie per groep leerlingen mogelijk is: www.basisschoolmateriaal.nl Bij Bekius schoolmaterialen zijn leermiddelen te vinden onder www.schoolmaterialen.nl

PrimaOnderwijs 43


ADVERTORIAL

l! o o h c s p o je r e le n e m e rn e d n O om te bouwen geren met haar programma’s uit jon gt daa en ert pire ins en nem Jong Onder te programma’s in een st. Dat doet zij via praktijkgerich aan een ondernemende toekom en universiteit. voortgezet onderwijs, mbo, hbo js, rwi nde iso bas r voo rlijn lee e doorlopend dt zij jongeren een unieke overheid bij elkaar te brengen, bie Door onderwijs, bedrijfsleven en dt, ontwikkelen a’s die Jong Ondernemen aanbie mm gra pro alle In . ring rva pse cha ondernemers van ondernemerschap. en en competenties op het gebied leerlingen belangrijke vaardighed

Groep 8 leert ondernemen met BizWorld BizWorld is hét ondernemerschapsspel voor groep 8 van de basisschool. Het project laat leerlingen op speelse wijze kennismaken met ondernemerschap. BizWorld sluit aan op 23 van de 58 kerndoelen. De leerlingen zetten hun eigen bedrijf op en worden geprikkeld om slim te ondernemen. Met BizWorld leren ze belangrijke vaardigheden zoals presenteren, taken verdelen, samenwerken, de financiën bijhouden en onderhandelen. Maar ook bijvoorbeeld verbanden te leggen tussen wat ze op school leren en wat zich afspeelt in het bedrijfsleven. De zakelijk begeleider helpt hen daarbij. ‘Fietsen, rekenen en schrijven leer je door het te doen. Met ondernemen werkt het precies zo. Bovendien moet je eraan geroken hebben om te weten wat het inhoudt’, zegt Arko Veefkind, directeur Jong Ondernemen over het project.

Praktijkgericht ondernemen binnen het voortgezet onderwijs In het voortgezet onderwijs maken jongeren een flinke ontwikkeling door. Ze ontdekken wie ze zijn, groeien qua persoonlijkheid en leren belangrijke vaardigheden. U kunt als school een belangrijke bijdrage leveren aan de ondernemingszin van jongeren. Hoe? Door het bedrijfsleven in de klas te

‘BizWorld biedt kennis die leerlingen normaal gesproken niet aangeboden krijgen op de basisschool. Dit maakt het een waardevolle aanvulling.’ - Hans van der Wagt, leerkracht basisschool Heijbergschool Molenwiek ‘Ik vond het super leuk om mee te doen aan BizWorld en ik heb heel veel geleerd! In de klas waren vijf bedrijven en iedereen had een eigen rol. Mijn bedrijf had een heel origineel product, we hebben het best verkocht van de hele klas.’ - Lars van Norden, leerling BizWorld -

00_Adv_JongOndernemen.indd 2

brengen! Jong Ondernemen biedt u programma’s waarmee leerlingen een eigen bedrijf opzetten met echt geld, echte producten en echte klanten: de ultieme kennismaking met ondernemen in een beschermde omgeving. YES!, oftewel Young Entrepreneurs in School, is een kortlopend programma voor de onderbouw en een realistische kennismaking met ondernemerschap. ‘Met YES! maken de leerlingen op doeltreffende wijze kennis met ondernemerschap en eerlijke handel’, aldus Anneloes Schulte, docent Management & Organisatie op het Pallas Athene college. ‘Ze leren samenwerken, omgaan met geld, presenteren, keuzes maken en verantwoording afleggen. YES! draagt daarnaast bij aan het bereiken van de kerndoelen voor de onderbouw van het voortgezet onderwijs.’

17-10-14 08:27


‘Goed onderwijs betekent een stevige basis voor een succesvolle toekomst. Als school vinden wij het belangrijk dat een zorgvuldig opgesteld onderwijsprogramma en uitgekiende lesmethodes daarbij centraal staan. Wij geven onze leerlingen graag een breed scala aan kennis en ervaring mee. Dus ook een ondernemende houding. De programma’s van Jong Ondernemen voorzien hierin, ze zijn inspirerend en uitdagend en niet alleen leerzaam maar vooral ook heel leuk.’ - Anneloes Schulte, docent Management & Organisatie Pallas Athene college -

Basisonderwijs Programma: BizWorld Leerjaar: groep 8 Programmaduur: 4 dagdelen Tijdsinvestering: +/- 20 uur incl. voorbereiding Aantal deelnemers: +/- 30 leerlingen

‘Typerend voor de programma’s van Jong Ondernemen zijn de doordachte opzet en het praktijkgerichte karakter.’ - Henk Schellekens, docent economie Willem van Oranje College -

Junior Company: Het echte werk Junior Company is speciaal gericht op de bovenbouw en gaat een stap verder. Tijdens de Junior Company kunnen de leerlingen hun kwaliteiten en talenten als ondernemer ontdekken. Junior Company is bij

Voortgezet onderwijs Programma: Leerjaar: Programmaduur: Studiebelasting: Aantal deelnemers:

uitstek geschikt om in te zetten als profiel- of sectorwerkstuk. Leerlingen werken in een team en zetten zich, gedurende hun werkstuk, in voor hun bedrijf. Ze schrijven een bedrijfsplan, geven aandelen uit, kopen en verkopen producten en houden hun admini-

YES! onderbouw 7 klassikale lessen + markt 50 min per les + markt + huiswerk 5 leerlingen per team

stratie bij. ‘Junior Company is een waardevolle versterking van ons bestaande onderwijsprogramma’, vertelt Henk Schellekens, docent economie aan het Willem van Oranje College. ‘Wat ze leren? Marktgericht denken, samenwerken, onderhandelen, probleemoplossend en kritisch denken netwerken en presenteren. Niet onbelangrijk als ze straks de maatschappij in gaan. Je ziet bij leerlingen de ontwikkeling. Een waardevolle vertaalslag van theorie naar praktijk!’ In beide programma’s ontwikkelen leerlingen belangrijke competenties én 21st century skills. Belangrijk, vindt Arko Veefkind, directeur Jong Ondernemen: ‘Bedrijven staan te springen om ondernemende types en onze Nederlandse economie al helemaal. Eén ding is zeker: van ondernemerschap wordt iedereen beter!’

JUNIOR COMPANY bovenbouw 10 maanden ± 160 uur 5-7 leerlingen per Company

Meer weten over de programma’s van Jong Ondernemen of direct starten? Kijk op www.jongondernemen.nl/programmas of neem contact op via 070-3490150 of info@jongondernemen.nl. Wij staan ook op de NOT2015, maak een afspraak en ontmoet ons daar!

00_Adv_JongOndernemen.indd 3

17-10-14 08:27


Opbrengstgericht maatwerk in het voortgezet onderwijs ‘Hoe kan ik het aanbod zo goed mogelijk afstemmen op verschillen tussen leerlingen? En wat betekent dat voor doelen en inhouden?’ Een nieuwe website over opbrengstgericht maatwerk helpt leraren in de onderbouw van het voortgezet onderwijs op weg. Leerlingen verschillen enorm van elkaar, onder andere in cognitief niveau en leervoorkeur. ‘Toch krijgen ze in het voortgezet onderwijs vaak allemaal hetzelfde aanbod’, zegt Annette Thijs van SLO. ‘Uit recent onderzoek van de Onderwijsinspectie blijkt dat ongeveer 30 procent van de leraren weliswaar differentieert in de instructie, maar dat slecht 11 procent dat doet bij de verwerking. Het blijkt best lastig om op verschillen tussen leerlingen in te spelen. Tegelijkertijd geven veel ouders, leraren en schoolleiders aan dat ze dit wel heel belangrijk vinden. En ook de overheid hecht aan maatwerk, als onderdeel van opbrengstgericht werken.’

Cyclische aanpak Om opbrengstgericht te kunnen werken, is een aanpak volgens een vaste cyclus van belang. In de kern gaat het om de volgende stappen: doelen stellen, maatwerk bieden en meten. ‘Als je wilt afstemmen op leerlingen, moet je eerst weten waar zij staan qua leerresultaten’, zegt Thijs. ‘Dit kun je meten met behulp van Cito-toetsen en methodegebonden toetsen, maar ook via lesobservaties, feedback in de klas, informele gesprekjes met leerlingen en zelfevaluatie door leerlingen. Daarna analyseer je de metingen. Dat kan op school- of groepsniveau, maar ook op individueel niveau. Vervolgens stel je passende doelen. Deze maken duidelijk waar leerlingen naartoe werken. Dan bepaal je het aanbod en gaan de leerlingen aan de slag. Na verloop van tijd meet je de resultaten en start de cyclus opnieuw. Door deze gerichte aanpak verbeteren de resultaten van leerlingen.’ Idealiter wordt het onderwijs toegesneden op de mogelijkheden en behoeften van individuele leerlingen, zodat zij optimaal kunnen leren. In de praktijk is dat echter lastig. ‘Scholen hebben een vol programma, er wordt tijdsdruk gevoeld, ze hebben te maken met wettelijke doelen die op een bepaald moment behaald moéten zijn’, zegt Thijs. ‘Bovendien is het praktisch gezien

complex om in een grote klas aan iedere leerling afzonderlijk maatwerk te leveren. Wel kun je, op basis van leerresultaten, een aantal niveaugroepen samenstellen in de klas en die zoveel mogelijk op maat bedienen.’

Drie routes Om leraren uit de onderbouw van het voortgezet onderwijs hierbij te helpen, heeft SLO de website www.opbrengstgerichtmaatwerk.slo.nl gelanceerd. ‘Uitgangspunt is dat leraren uiteindelijk met al hun leerlingen toewerken naar de inhouden uit de kerndoelen, maar dat niet alle leerlingen dezelfde weg volgen naar dat doel’, legt Thijs uit. ‘We doen de aanbeveling om drie routes aan te bieden, aansluitend bij drie niveaus. Op de website staan voorbeelden van het werken in drie routes, aan de hand van veelgebruikte methodes.’ De eerste route is een intensiverende route, bedoeld voor leerlingen die meer begeleiding nodig hebben om de leerstof te beheersen. Zij werken aan de basisstof en ontvangen intensieve ondersteuning van de leraar. Daarnaast is er een basisroute voor leerlingen die al veel leerdoelen hebben behaald. Zij werken aan leerinhouden uit de basisstof die ze nog onvoldoende beheersen. Tot slot is er een verrijkende route voor leerlingen die meer aan kunnen. Zij werken aan verdiepende en verbredende leerinhouden en/of formuleren zelf leerdoelen. De routes kunnen variëren in leerinhouden, instructie- en begeleidingstrategieën. Als scholen het lastig vinden om te werken met drie routes, kunnen ze eventueel ook starten met twee.

Enthousiasme en struikelblokken SLO begeleidt een aantal scholen dat met opbrengstgericht maatwerk experimenteert. Op deze scholen zijn leerlingen vaak enthousiast over de nieuwe aanpak. ‘Ze vinden het leuk om in een groepje op hun eigen niveau te werken. Belangrijk is wel, dat de leraar benadrukt dat iedere leerling de uitleg en oefeningen krijgt die het

46

00_SLO.indd 52

15-10-14 12:21


Beter inspelen op verschillen

beste bij hem/haar past. Anders kunnen ze het gevoel krijgen dat de indeling in routes bedoeld is als een scheiding tussen “goede” en “slechte” leerlingen’, zegt Thijs. Ook leraren zijn te spreken over de maatwerkaanpak, al worstelen ze soms nog met de praktische uitwerking. Bijvoorbeeld met het formuleren van doelen. ‘We hameren erop dat je als leraar bewust nadenkt over de doelen die je wilt bereiken. Van daaruit kun je bewustere keuzes maken in leerinhouden’, legt Thijs uit. ‘Als je zo te werk gaat, betekent dit dat je vaker onderdelen uit de methode parkeert. Zo creëer je tijd om sommige leerlingen extra begeleiding en andere leerlingen extra uitdaging te bieden. Maar leraren vinden het dikwijls best lastig om de methode wat los te laten en meer op hun eigen oordeel te vertrouwen. Ook vinden ze het ingewikkeld om zelf de moeilijkheidsgraad van opdrachten in te schatten en dan te bepalen wie welke opdrachten gaat doen. Een ander struikelblok blijkt het

klassenmanagement: hoe organiseer je maatwerk?’ Om leraren met dit soort zaken te helpen, staan er veel tips, voorbeelden, handige instrumenten en verwijzingen op de nieuwe website. Per vak is er een uitwerking van de stappen uit de cyclus van opbrengstgericht werken gemaakt, met praktische aanwijzingen om opbrengstgericht maatwerk te bieden. Ook zijn er tips te vinden voor het formuleren van leerdoelen en voorbeelden van welke opdrachten (uit bepaalde methodes) bij welk niveau ingedeeld kunnen worden. Verder vinden leraren er enkele organisatiemodellen voor klassenmanagement. Op dit moment staan de tips en tools voor de vakken biologie, aardrijkskunde, Nederlands, algemene vaardigheden en Engels online; eind 2014 volgen geschiedenis, natuurkunde, scheikunde en wiskunde. ‘En per 2015 willen we tips toevoegen voor schoolleiders die de aanpak schoolbreed willen invoeren’, aldus Thijs. PrimaOnderwijs 47

00_SLO.indd 53

15-10-14 12:22


Samen werken aan een succesvolle implementatie van dyslexiesoftware

Door Marrith Hoenderken

De druk van passend onderwijs neemt toe. Referentiekaders, verzwaring exameneisen, dyslexieprotocollen en uitspraken van het College voor de Rechten van de Mens vormen allemaal redenen om leerlingen met extra ondersteuningsbehoefte effectieve hulp te bieden. Steeds meer scholen starten daarom met gespecialiseerde software om leerlingen met dyslexie te compenseren en hen optimaal te laten presteren. Aan een goede implementatie dient een gedegen plan ten grondslag te liggen. In dit artikel wordt een beeld geschetst van de kritische succesfactoren voor succesvolle implementatie van dyslexiesoftware. Compenserende dyslexiesoftware vermindert de belemmeringen die dyslexie met zich meebrengt, daagt leerlingen uit op hun eigen cognitieve niveau en maakt hen zelfredzaam (Hoenderken et al. 2012). Uit onderzoek van Kennisnet (2011) in het basisonderwijs blijkt dat er bij gebruik van dyslexiesoftware sprake is van een positief effect op de taakmotivatie en het cognitief zelfvertrouwen van de leerling. Omdat dyslexie binnen de basisondersteuning van passend onderwijs valt, zullen deze hulpmiddelen veelal standaard een onderdeel vormen van het schoolondersteuningsprofiel. Het gebruik van compenserende dyslexiesoftware is bij uitstek een werkbare methode om leerlingen tijdens hun schoolloopbaan effectief te helpen.

Vier in Balans Voor succesvolle implementatie van dyslexiesoftware zijn de bouwstenen uit het ‘Vier in Balans’ model van

00_Adv_Lexima.indd 2

Kennisnet (2013) nodig: visie, deskundigheid, content en infrastructuur. Om deze vier onderdelen goed uit te voeren, is leiderschap van cruciaal belang. Uit recent onderzoek aan de Rijksuniversiteit Groningen blijkt dat daarnaast een bovenschoolse aansturing van groot belang is voor het slagen van een organisatiebrede implementatie van dyslexiesoftware in het basisonderwijs (Otter & Hulshof, 2014). Om het implementatieproces binnen een onderwijsorganisatie te begeleiden, wordt geadviseerd om een werkgroep op te richten (Smeets & Kleijnen, 2008). Bij bovenschoolse implementatietrajecten wordt tevens een stuurgroep in het leven geroepen. De stuurgroep voert de centrale regie en stemt taken en verantwoordelijkheden af met de werkgroepen op de diverse scholen. De werkgroep onderhoudt de contacten op de ‘werkvloer’ en is direct betrokken bij de juiste toepassing van software in de klas.

Visie ‘Visie is de opvatting van een onderwijsinstelling over kwalitatief goed en doelmatig onderwijs, de wijze waarop de instelling dat wil realiseren en de plaats die ict daarbij inneemt. De visie omvat de overkoepelende ambities en gaat in op de rol van de medewerkers, de leerlingen en hun ouders en op de randvoorwaarden die nodig zijn om deze ambities te verwezenlijken’ (Kennisnet, 2013). Het ontwikkelen van een visie is de belangrijke eerste stap. De keuze om met compenserende dyslexiesoftware te starten en de doelen die de school hiermee wil realiseren, begint hier. Een tweede stap, minstens zo belangrijk, is het opstellen van goed beleid en een plan van aanpak voor de implementatie. Vanuit een visie wordt een ict-beleid opgesteld, waarin onder andere vermeld wordt welke leerlingen gebruik mogen maken van de software en bij welke vakken/toetsen het ge-

15-10-14 12:56


bruik is toegestaan (Hoenderken et al., 2012). Daarnaast worden de onderwerpen professionalisering/ nascholing, digitale content en de ict-infrastructuur uitgewerkt in het beleid. ‘Het succes van het juiste gebruik van ict-hulpmiddelen valt of staat met de kennis en vaardigheden van de gebruikers’ (Smeets & Kleijnen, 2008). Hoe docenten ict op een natuurlijke wijze kunnen integreren in onderwijsactiviteiten, wordt in het TPACK-model van Mishra & Koehler (2005) mooi geïllustreerd. Hierin wordt gesproken over het belang van de interactie tussen vakinhoudelijke kennis (Content Knowledge), didactische kennis (Pedagogical Knowledge) en technische kennis (Technological Knowledge). De docent moet deze drie kennisdomeinen met elkaar kunnen integreren om ict optimaal in te kunnen inzetten. Ook de leerlingen dienen redelijk computervaardig te zijn en een prettige werkplek in de klas te hebben om optimaal te kunnen werken met dyslexiesoftware (Hoenderken et al., 2012).

vak gebruikt kunnen worden. Geavanceerde dyslexiesoftware biedt ondersteuning bij technisch en begrijpend lezen, spellen, strategisch schrijven, vreemde talen en het ontwikkelen van studievaardigheden. Zo kan rekening worden gehouden met de onderwijsbehoeften van de leerling met ernstige dyslexie. Wat zijn de belemmerende en beschermende factoren van de leerling en hoe kan de software optimaal ingezet worden? Dit zijn vraagstukken waarover zorgspecialisten en leerkrachten zich kunnen buigen. Kennis op het vlak van de drie domeinen uit het TPACK-model zijn hierbij nodig. Leerkracht PO: ‘In voorgaande jaren werd de Cito eindtoets voorgelezen aan de leerlingen met dyslexie. Dit keer konden de leerlingen met Kurzweil in hun eigen tempo aan de slag. Door het technisch lezen te compenseren kunnen de leerlingen zich focussen op het begrijpend lezen. Hierdoor hadden de leerlingen de extra tijd die leerlingen met dyslexie krijgen helemaal niet nodig.’

Infrastructuur Figuur 1: TPACK-model

Inhoud en toepassingen ‘Het gebruik van de computer in de klas wordt steeds meer gemeengoed, waardoor een leerling met dyslexie die de computer als hulpmiddel gebruikt gelukkig geen uitzondering meer vormt’. (Janssen, 2011). Voor het optimaal gebruiken van dyslexiesoftware dient er voldoende digitale content aanwezig te zijn. Digitale schoolmethoden, besteld bij Dedicon, of het zelf scannen van materialen biedt hierbij uitkomst. Echter, met enkel digitaal materiaal alleen is de school er niet. Voldoende deskundigheid van de dyslexiesoftware is nodig om te kunnen bepalen welke functionaliteiten van de software bij een bepaald

00_Adv_Lexima.indd 3

Uiteraard dient bij de aanschaf van dyslexiesoftware rekening gehouden te worden met de beschikbaarheid en kwaliteit van de hardware en het netwerk van de onderwijsorganisatie. Bij de keuze laat men zich leiden door de kwaliteit en functionaliteit van de dyslexiesoftware,

de inzetbaarheid, de gebruikerservaring en de technische en onderwijskundige expertise van de leverancier. Met het inrichten van een eerstelijnsondersteuning kunnen vragen en problemen van gebruikers efficiënt worden opgelost. Om het gebruik van dyslexie-software te borgen, is het monitoren en evalueren van het implementatieproces van belang. Vanuit het Protocol Leesproblemen en Dyslexie (2011) wordt geadviseerd om goed in kaart te brengen wat de school al doet aan dyslexie en welke verbeteringen en vernieuwingen nodig zijn. Door een verbeterplan op te stellen en het implementatieproces te volgen, kan men tijdig de begeleiding of het beleid bijstellen, met als doel: optimale ondersteuning voor leerlingen met dyslexie. Als leerlingen door het inzetten van dyslexie-ict met succes onderwijs kunnen volgen dat bij hen past, is er heel veel gewonnen. Het succesvol implementeren van dyslexiesoftware is een voorwaarde voor passend onderwijs en leidt tot een win-win situatie voor leerling, leerkracht en school! De ervaring bij ruim duizend scholen heeft geleerd dat met deze aanpak veelal tevens een kwaliteitsimpuls aan het dyslexiebeleid van de school wordt gegeven. Door samen te werken en kansen te benutten, kunnen we de leerlingen optimaal ondersteunen.

Kurzweil: een klasse apart!

Bekroond met het Comenius zegel voor baanbrekende

digitale leermiddelen biedt Kurzweil dyslexiesoftware voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben om te laten zien wat ze werkelijk kunnen. Lexima helpt scholen met een beproefd implementatietraject, dat speciaal is ontwikkeld om succes te verzekeren voor leerling, ouder, docent, school en samenwerkingsverband. Kijk voor meer informatie over beter lezen en beter leren op www.lexima.nl

15-10-14 12:56


VEILIG OP SCHOOL

Wat kun jij eraan doen? Iedereen wil graag een school waar leerlingen én medewerkers zich veilig en prettig voelen. Maar waarom is de praktijk zo weerbarstig? Hoe komt het dat pest- en ander naar gedrag zo vaak de kop op steken? Hoe ontstaat onveiligheid op school en welke rol kun je persoonlijk hebben bij het voorkomen ervan? In gesprek met Henk Galenkamp, auteur van het boek Bang voor boos?. Gevoelens van onveiligheid op school zijn afschuwe- staan waar twee grenzen elkaar raken. Maar juist op lijk. We kennen allemaal de verhalen van leerlingen, die grenzen gaat het nog wel eens mis. Twee gevoelens die nauwelijks aan leren toekomen omdat ze steeds steken vaak de kop op: angst en boosheid, ik noem dit op hun hoede zijn. Ze zijn bang dat hun smartphone kortweg ‘bang’ en ‘boos’. Mijn pleidooi is dat je vooral afgepakt wordt, hun tas uit het raam wordt gegooid, boosheid functioneel kunt inzetten om het veilig te mahun fietsbanden worden lekgeprikt of dat nare foto’s ken in de school.’ van zichzelf op Facebook verBang zijn is gezond schijnen. Er zijn leraren die preHenk Galenkamp (1951) Bang zijn is niet erg, stelt cies hetzelfde ervaren. Ze zijn is werkzaam als consultant, Galenkamp. Sterker nog: het is bang dat er niet naar hen geluistrainer en coach in Bureau een uitermate gezond gevoel. terd wordt, hun les in een puinGalenkamp&Schut. Meer infor‘Bang is in feite een signaal; je hoop verandert, dat ze worden matie www.galenkampschut. hebt behoefte aan veiligheid’, ontmaskerd als slechte leraar nl. Hij schreef onder andere legt Galenkamp uit. ‘Dat is heel of dat er filmpjes van hun les via de boeken Bang voor boos? De constructief in een situatie van Youtube worden verspreid. invloed van emoties op veiligfeitelijk, daadwerkelijk gevaar. Grenzen stellen heid in de school en Krachtige Je vlucht of vecht om jezelf te Hoe kunnen we dit soort leraren, prachtig onderwijs. Naar redden. Wanneer mensen zich situaties voorkomen? Henk meer contact en bezieling in de onveilig voelen op school, is er Galenkamp, auteur van onder anschool. Zie voor meer informatie meestal geen sprake van levenswww.cps.nl/uitgeverij. dere de boeken Bang voor boos? gevaar. Wel worden er grenzen (onlangs opnieuw uitgebracht) overschreden. Dat kunnen fyen Krachtige leraren, prachtig sieke grenzen zijn, zoals slaan, onderwijs, geeft aan dat het eslaten struikelen of aanranding. sentieel is om eerst te kijken naar wat er precies speelt Het kunnen ook psychologische grenzen zijn, zoals in de omgang tussen mensen in en om de school. ‘Het uitschelden, bedreigen en kwaad spreken. Het zelfstellen van grenzen, of het niet stellen daarvan, is dan respect wordt aangetast. De meeste vormen van een cruciaal thema. We hebben grenzen nodig om el- pestgedrag, ook via sociale media, gaan over psychokaar te ontmoeten. Immers: contact kan alleen ont- logische grenzen.’ 50

00_CPSBang voor boos.indd 52

15-10-14 12:26


CONSTRUCTIEVE BOOSHEID

Hoe zet je boosheid constructief in? Galenkamp geeft enkele tips

Ook boosheid is een gezond gevoel In onveilige situaties op school reageren mensen vaak vanuit angst. Dat is niet functioneel. Beter is te reageren vanuit boosheid, om zo je grens aan te geven. Galenkamp: ‘Ik bedoel dan niet dat je vanuit angst reageert door te ‘vechten’, dit is grensoverschrijdend gedrag. Het gaat mij om gezond boos zijn: dat uit zich in een duidelijke, stevige reactie. In mijn definitie is boosheid het constructieve, innerlijke signaal dat er grenzen worden overschreden. Dat is een gezond signaal, daar moet je iets mee! Door goed naar dit signaal te luisteren, weet je dat je in actie moet komen om je grenzen aan te geven; helder, duidelijk en ondubbelzinnig. Dit geldt niet alleen voor medewerkers in de school, maar ook voor leerlingen.’

1

• Neem je eigen gevoelens serieus. Herzie je definitie van ‘boos’. Als je boos bent, is dat een signaal: er wordt een grens overschreden. Dat moet stoppen.

2

• Realiseer je dat bang zijn disfunctioneel is in situaties waarin geen feitelijk gevaar is. Ontwikkel lef om in actie te komen.

3

• Leer je eigen non-verbale gedrag kennen: de toon waarop je iets zegt en je lichaamstaal hebben een grotere invloed dan wát je zegt. Vraag daarover ook feedback aan collega’s of anderen: wat hoort of ziet de ander?

4

• In plaats van weg te kijken, achteruit te stappen of zenuwachtig te lachen, blijf je degene die je grens overschrijdt aankijken. Je stapt naar voren en vertoont een duidelijke blik in je ogen. Kortom: je geeft je grens goed aan.

5

• Wanneer je pas achteraf merkt dat je nog boos bent om iets wat een ander deed, kom erop terug en vertel dat je later merkte dat je boos was.

Veilig in de school Het is een hele stap, als leraar of schoolleider, om toe te geven en te beseffen dat je in feite bang bent, wanneer je in situaties van strijd en agressie terecht komt. ‘Toch begint de verandering juist bij dit besef’, zegt Galenkamp. ‘Door disfunctionele angst te vervangen door constructieve boosheid ontstaat een compleet ander communicatiepatroon. Mensen worden krachtig en stevig in de ontmoeting. Constructieve boosheid is contactbevorderend en angstreducerend. Gebruik je constructieve boosheid dus als kracht!’.’

6

• Het is van belang grensoverschrijdend gedrag niet voor jezelf te houden. ‘Bespreek je gevoelens met collega’s en met name met je directeur. Zo nodig ook met het bestuur of de afdeling personeelszaken. Spreek ook je collega’s of directeur aan, wanneer je ziet dat zij geen stappen durven te zetten om grensoverschrijdend gedrag te stoppen.

PrimaOnderwijs 51

00_CPSBang voor boos.indd 53

15-10-14 12:27


Directeur vfonds Ton Heerts (Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg):

‘Aan vrede en vrijheid kun je Je kunt kinderen niet vroeg genoeg laten meedenken over vrijheid. Vrijheid en vrede zijn niet vanzelfsprekend. En de kinderen van nu spelen daarin straks een hoofdrol. Daarom brengt het vfonds een scheurkalender uit, die je helpt om met je leerlingen stil te staan bij vrede en vrijheid. We legden Ton Heerts, directeur van het vfonds, zes stellingen uit de scheurkalender voor. Maar eerst vroegen we hem naar zijn favoriete bladzijde. door anita drost

Welke bladzijde uit de scheurkalender zou u het eerst bekijken, als u de kalender over twintig jaar weer eens zou inzien? ‘Die van bevrijdingsdag, 5 mei. 4 mei vind ik heel waardevol en moet ook blijven, maar 5 mei is in ons land en ook voor mij de meest bijzondere dag als het gaat om het vieren van vrijheid na oorlog.’

STELLING 1

Ondanks alles geloof ik in de innerlijke goedheid van de mens (Anne Frank). 7 juli 2015 ‘De mens is tot veel goeds in staat, maar helaas ook tot veel kwaad. Ik ga er vanuit dat je bij je geboorte nog blanco bent. Maar al snel word je in je leven beïnvloed door je omgeving. Sommige kinderen worden bijvoorbeeld onvoldoende geïnformeerd. Of ze ontwikkelen onvoldoende weerbaarheid. Daardoor kunnen ze zich negatief ontwikkelen. Macht, onrechtvaardigheid, bezit en geloof spelen hierin vaak een rol.’

Liberation Route Europe Stilstaan bij onze felbevochten vrijheden Liberation Route Europe is een steeds uitbreidende internationale herdenkingsroute die belangrijke mijlpalen uit de moderne Europese geschiedenis met elkaar verbindt. Victoria van Krieken, directeur van de Liberation Route Europe: ‘De generatie die de tweede wereldoorlog heeft meegemaakt, leeft straks niet meer. Wij vinden het belangrijk om de herinnering aan deze oorlog levend te houden. We willen ervoor zorgen dat mensen beseffen dat vrijheid niet vanzelfsprekend is. Daarom heeft de Stichting Liberation Route Europe een herdenkingsroute ontwikkeld. Het vfonds is daarbij onze hoofdsponsor en strategische partner.’ 52

00_vfonds.indd 52

16-10-14 11:05


n je zelf meewerken’ STELLING 2

Onwetendheid is de bron van alle kwaad (Socrates). 20 oktober 2015 ’Ik denk dat eerder onbegrip en onverdraagzaamheid de bron zijn van veel kwaad. En het ontbreken van bereidheid om deze dingen in een gesprek op te lossen. Onbegrip en onverdraagzaamheid kunnen wel voortkomen uit onwetendheid over hoe de ander erin staat. Maar onwetendheid is niet altijd de oorzaak van ‘het kwaad’. Zo zie je bij de oorlogen die er momenteel in het Midden-Oosten zijn, dat de mensen toch niet altijd helemaal dezelfde god hebben. Geloof is in de geschiedenis vaak aanleiding geweest voor oorlogen, net als verdrukking, onderdrukking en heerschappij willen voeren over anderen. Dat is helaas nog steeds het geval.’

STELLING 3

Er is in WOII veel gevochten voor onze vrijheid. Om deze vrijheid te houden, moet iedereen meewerken aan de vrede. Ook jij kunt iets aan vrede doen. Het begint al bij aardig zijn voor elkaar. 17 april 2015 ‘Helemaal mee eens! Kijk maar eens naar wat pesten kan aanrichten. Als we alle kinderen op de wereld zo zouden kunnen opvoeden dat ze aardig zijn voor elkaar en elkaar niet pesten, zou er geen oorlog zijn. Daar ben ik van overtuigd. Natuurlijk mogen er best meningsverschillen zijn en is er niets mis met een gezonde ruzie. Maar wij moeten kinderen leren hun handen thuis te houden en conflicten via een gesprek op te lossen.’

‘De Liberation Route Europe (LRE) verbindt de belangrijkste regio’s tijdens de opmars van de geallieerden en gaat dus door allemaal Europese landen. Door de plaatsen en verhalen met elkaar te verbinden, beleef je ze als bezoeker intenser. Bovendien komen de verhalen ineens in een internationaal perspectief te staan. Wat ging eigenlijk aan D-day vooraf? Hoe beleefden inwoners van Duitsland het jaar 1945? Hoe ervoeren Polen de bevrijding van hun land?’ De LRE legt een link tussen het verleden en het leven in het huidige Europa en andere delen van de wereld. Samen met onze internationale partners bieden we toeristische producten en arrangementen.

 00_vfonds.indd 53

PrimaOnderwijs 53

16-10-14 11:05


STELLING 5 STELLING 4

Oorlog is mensenwerk. Vrede ook. 22 januari 2015 ‘Ik zou het willen omdraaien. Vrede is mensenwerk en kan oorlog voorkomen. Ik leer mijn kinderen dat we lief en aardig voor elkaar moeten zijn. Maar eerlijk is eerlijk, dat lukt natuurlijk niet altijd. Soms ontstaat er toch een conflict. Een conflict is nog geen oorlog. Maar de kiem van oorlogen ligt uiteindelijk net als bij kinderruzies - in niet begrepen worden. Wat er bij een oorlog vervolgens gebeurt, is dat de mensen door het conflict niet meer in contact met elkaar komen. Daardoor raken ze van elkaar verwijderd. Het gevolg is haat en daaruit kan een oorlog voortkomen. Om oorlog te voorkomen, moeten we dus contact met elkaar houden. Helaas bouwen we in de wereld momenteel meer muren dan dat we vrede stichten.’

Vrede kan niet bewaard worden door middel van strijdkracht. Het kan alleen bereikt worden door middel van ons verstand (Albert Einstein). 24 februari 2015 ‘Ik heb zelf bij de krijgsmacht gewerkt. We hebben een krijgsmacht in de hoop die nooit te hoeven inzetten. Maar helemaal geen krijgsmacht hebben, is niet verstandig, heeft de geschiedenis ons geleerd. Het is een noodzakelijk kwaad.’

STELLING 6

Vrijheid betekent verantwoordelijkheid. Daarom zien de meeste mensen er tegenop. 6 oktober 2015 ‘Dat is deels waar. Bij een aanval op vrede en vrijheid lopen teveel mensen weg. Maar het is niet iedereen gegeven om hierin verantwoordelijkheid te nemen. Door kinderen een goede opvoeding en goed onderwijs te geven, vergroten we de kans dat zij dit wel kunnen en ook doen.’

Bestel de scheurkalender! Haal deze inspirerende scheurkalender van het vfonds in de klas en sta elke dag samen even stil bij vrijheid en vrede. De scheurkalender(s) zijn gratis te bestellen via www.primaonderwijs.nl/vfonds

Zo maken we de voor Europa zo belangrijke episode zichtbaar en toegankelijk voor bezoekers uit alle landen ter wereld!’

Lesmateriaal Voor groep 7 en 8 van het basisonderwijs en voor de onderbouw van het voortgezet onderwijs heeft de LRE lesbrieven. Deze lesbrieven kun je downloaden via http://liberationroute.nl/educatie Voor meer lesmateriaal kun je kijken op www.materiaaloorlogenvrede.nl

OPROEP: Liberation Route Europe zoekt leerkrachten! Stichting Liberation Route Europe werkt samen met haar partners aan de vraag hoe ze de scholen meer en actiever kunnen betrekken bij LRE. Waar hebben scholen behoefte aan? Hoe kan in deze behoeften worden voorzien? Daarom is de stichting op zoek naar leerkrachten, die het leuk vinden om hierover mee te denken. Interesse? Meld je aan bij Peter Kruk, projectmanager van de Stichting LRE, p.kruk@liberationroute.com 54

00_vfonds.indd 54

16-10-14 11:05


Vijf dagen inspiratie, de nieuwste trends en ontwikkelingen. Nu ook aandacht voor ‘Het jonge kind’. Vraag nu jouw gratis toegangsbadge aan.

27-31 januari 2015

Jaarbeurs Utrecht www.not-online.nl Dé vakbeurs voor professionals in het PO, VO en MBO

00_Basis_ADS_PO.indd 1

10-10-14 10:41


Bestel nu het gratis

KidsRights Kinderrechtenlespakket

voor groep 7 en 8

Speciaal voor groep 7 en 8 van het basisonderwijs stelt KidsRights gratis een lespakket over kinderrechten beschikbaar: het Kinderrechtenlespakket - want ieder kind kan de wereld in beweging brengen.

De winnaar van de Internationale Kindervredesprijs ontvangt het beeldje ‘Nkosi’, dat laat zien hoe een kind de wereld in beweging brengt.

Kinderrechten zijn cruciaal, maar dat is helaas niet altijd even vanzelfsprekend. Met het Kinderrechtenlespakket maken uw leerlingen op een laagdrempelige manier kennis met kinderrechten en ervaren zij dat ze zelf ook een belangrijke stem hebben. Het lespakket brengt de boodschap dat kinderen zelf de grote changemakers kunnen zijn! Ook vertelt het boeiende lespakket over de Internationale Kindervredesprijs, een zeer bijzonder initiatief van KidsRights. Deze prijs wordt jaarlijks uitgereikt aan een kind dat zich op bijzondere wijze heeft ingezet voor de rechten van het kind, waar ook ter wereld. De Kindervredesprijswinnaars laten met hun acties zien dat een kind de wereld in beweging kan brengen! Op 18 november aanstaande wordt de Internationale Kindervredesprijs voor de tiende keer uitgereikt.

Heeft u het lespakket nog niet besteld? Ga dan naar: www.kidsrights.nl/scholen Voor vragen kunt u contact met ons opnemen via scholen@kidsrights.nl

KidsRights wenst u veel plezier met het Kinderrechtenlespakket!

www.KidsRights.nl/scholen

KidsRights is een kinderrechtenorganisatie die opkomt voor de positie van zeer kwetsbare kinderen wereldwijd en die zich inzet om kinderrechten te promoten.

https://twitter.com/KidsRights

56

00_KidsRight.indd 8

16-10-14 13:57


hts

10e uitreiking

Internationale Kindervredesprijs

De voorgaande winnaars op een rijtje! Nkosi

➊ ➋ ➌

? W ie wordt het Alexey Rusland Strijdt voor de rechten van homoseksuele en transgenderjongeren Andrew Ghana Strijdt tegen honger Neha Verenigde Staten Strijdt voor kindparticipatie

Win het boek Ik verander! De tien Kindervredesprijswinnaars vormen een bron van inspiratie voor kinderen. Hun verhalen zijn gebundeld in het boek Ik verander, leuk om voor te lezen en te bespreken in de klas als ondersteuning bij het Kinderrechtenlespakket! Bestel nu het gratis lespakket en win het boek Ik verander!

➍ ➎ ➏

Zuid-Afrika Streed voor een menswaardig bestaan voor kinderen die geïnfecteerd zijn met het hiv-virus Om Prakash India Strijdt tegen kinderarbeid

Thandiwe Zambia Strijdt voor het recht op onderwijs

Mayra Brazilië Strijdt tegen het geweld in de sloppenwijken

Baruani Congo Strijdt voor de rechten van kinderen in vluchtelingenkampen Francia Dominicaanse Republiek Strijdt voor het recht op een naam en nationaliteit

Chaeli Zuid-Afrika Strijdt voor de rechten van kinderen met een handicap

Kesz Filipijnen Strijdt voor straatkinderen

Malala Pakistan Strijdt voor het recht op onderwijs

De actie loopt tot 31 december. (Ik verander is vanaf 18 november als limited edition verkrijgbaar in de boekhandel.)

www.facebook.com/KidsRights

00_KidsRight.indd 9

➓?

De 10e Kindervredesprijswinnaar wordt 18 november bekend gemaakt!

16-10-14 13:58


Doorbraak in het onderwijs De zoektocht naar gepersonaliseerd leren De Onderwijsdagen zoomen in op actuele vraagstukken Het onderwijs is druk bezig met een zoektocht om op een efficiënte manier invulling te geven aan gepersonaliseerd leren. Ict kan hier een belangrijke ondersteunende rol in spelen. Op veel fronten worden momenteel in het onderwijs ‘doorbraken’ gerealiseerd die leiden tot gepersonaliseerd onderwijs. Nieuwe initiatieven en onderwijsconcepten krijgen vaste voet aan de grond en ict is binnen deze initiatieven een belangrijk component. Het is tijd om doorbraken te realiseren en de kracht van ict te gebruiken om gepersonaliseerd onderwijs voor iedereen mogelijk te maken. Belangrijke vraagstukken daarbij zijn: Uitdagingen en keuzes: Welke uitdagingen komen we tegen als het gaat om gepersonaliseerd onderwijs? Welke keuzes kan en moet je maken? Trends en innovatie: Welke mogelijkheden bieden nieuwe technologische ontwikkelingen voor gepersonaliseerd leren? Digitaal leermateriaal: Wat betekent gepersonaliseerd onderwijs voor het aanbod van digitaal leermateriaal?

foto: janus van den eijnden

Historicus en schrijver Rutger Bregman – De Noodzaak van een Utopie We zijn rijker, veiliger en gezonder dan ooit. Vraag een middeleeuwer hoe Luilekkerland eruit ziet en het moderne Nederland zou hoge ogen gooien. Want inderdaad: er is vrijwel geen ranglijstje te bedenken of N ­ ederland staat bovenin. Toch verlangen steeds meer mensen naar vroeger, naar een Gouden Tijdperk dat eigenlijk nooit heeft bestaan. Er zou een generatie opgroeien die het voor het eerst sinds de oorlog niet beter krijgt dan haar ouders. Hoe kunnen we dit moderne onbehagen verklaren? En

58

Infrastructuur: Wat is er nodig op het gebied van infrastructuur, cloud en het gebruik van devices om gepersonaliseerd leren mogelijk te maken? Informatiebeleid: Hoe brengen gegevens en informatie meer zicht op het leerproces? Mediawijsheid: Welke vaardigheden moeten leerlingen in een nieuwe context aanleren? Tijdens De Onderwijsdagen op 11 en 12 november staan deze vraagstukken centraal. Drie vooraanstaande sprekers ­Rutger Bregman, Paul Rosenmöller en Larry Johnson benaderen het thema gepersonaliseerd leren vanuit verschillende invalshoeken.

hoe kunnen we onze blik weer op de toekomst richten? Kracht van de verbeelding Rutger Bregman betoogt dat we groter moeten leren denken. Van een basisinkomen voor iedereen tot een werkweek van vijftien uur. Van een wereld zonder grenzen tot een wereld zonder armoede. Het is tijd voor de terugkeer van de utopie. De wereld wordt uiteindelijk niet geregeerd door lobbyisten, zakenlui of politici zonder visie. De wereld wordt geregeerd door ideeën en de kracht van de verbeelding. Alles wat we nu beschaving noemen, is begonnen in de hoofden van wereldvreemde dromers. Zoals ook het einde van de slavernij en de democratie eens onmogelijk leken, zo kan ook in deze eeuw het utopische werkelijkheid worden. En als de nieuwe utopie ergens zou moeten beginnen, dan is dat in het onderwijs.


Voorzitten VO-Raad Paul Rosenmöller Hoe ict leren persoonlijker maakt Iedere leerling verdient het allerbeste onderwijs. Onderwijs dat aansluit bij individuele leerbehoeften, talent stimuleert en kansen vergroot. Met gepersonaliseerd onderwijs krijgen leraar en leerling meer keuzes en komen er meer mogelijkheden om te variëren. Tijdens de VO2020-tour die de VO-Raad begin dit jaar organiseerde en waarin met schoolleiders, bestuurders en docenten gesproken is over toekomstbestendig o ­nderwijs, kwam men tot de slotsom dat adaptief en activerend onderwijs de sleutel tot maatwerk is. Om deze reden is de ambitie Eigentijds onderwijs: moderne voorzieningen stevig verankerd in het ­sectorakkoord dat onlangs is afgesloten tussen de sector en het ministerie van OCW. Met ict komen i­nnovatieve ­ vormen van onderwijs en maatwerk binnen hand­ bereik. Vormen en manieren die anders niet uitvoerbaar zouden zijn. Ict kan bijvoorbeeld helpen het

Technologie-expert Larry Johnson Van goed naar geweldig in nieuwe tijden Onderwijs staat wereldwijd aan de vooravond van een grote doorbraak. Oude waarden delven het onderspit; men stelt kritische vragen bij de manier waarop leerlingen leren. Scholen gaan een ­andere rol spelen en moeten daarmee de strijd aangaan met de onbekende, veranderende maatschappij. De resultaten die worden geboekt, worden steeds meer onder de loep genomen. In dit proces blijkt het lastig om te kunnen vasthouden aan de ‘oude’ manier van onderwijzen. In deze veranderende omgeving is het nodig dat instellingen nieuwe concepten aannemen. Hierbij groeit de noodzaak voor nieuwe leiders, nieuwe visies op onderwijs en nieuwe systemen en processen

leerproces van leerlingen te volgen en het o ­ nderwijs hierop af te stemmen. Veranderde vragen en veranderende rollen Daarvoor is wel nodig dat veel partijen actief w ­ orden in de zoektocht hoe leerlingen het best toegerust kunnen worden. Van aanbieders van leermateriaal mag worden verwacht dat zij leerstof anders a ­ anbieden dan nu, van docenten dat zij in staat zijn te denken in meer persoonlijke leerroutes voor leerlingen. Van schoolleiders en bestuurders dat zij een heldere onderwijskundige visie ontwikkelen en van de overheid dat blokkades en wettelijke belemmeringen worden weggenomen zodat scholen zich volgens hun eigen visie kunnen richten op hun kerntaak. Ondertussen staat het onderwijs niet stil: in de klas spelen docenten in op veranderingen in motivatie van leerlingen, in de school zijn bestuurders bezig met onderwijs­visies en buiten de klas zijn sectorraden en ook ministeries actief om de randvoorwaarden te scheppen. Er staat kortom een doorbraak voor de deur, die door het onderwijs zelf geïnitieerd en uitgevoerd wordt. Tijdens De Onderwijsdagen gaat Paul Rosenmöller in op de veranderde vragen uit de scholen en de veranderende rollen van partijen in de onderwijsketen

om beslissingen te nemen. Creativiteit en visie worden steeds belangrijker, in een omgeving waarin iedereen een sprong in het diepe zal moeten wagen. Aardverschuiving Tijdens De Onderwijsdagen maakt Johnson een reis langs de ontwikkeling van onderwijs in Westerse landen. De uitdagingen en veranderingen die in dat licht duidelijk worden, moeten door onderwijs­instellingen worden begrepen en omarmd. Het is ­nodig om in deze aardverschuiving bij te stellen wat als basale kennis wordt gezien, maar hier stopt het niet. Een school die bij de top wil horen, moet zich een nieuwe wijsheid toe-eigenen, terwijl de definitie van ‘de top’ net zo snel verandert, vindt Larry ­Johnson. Larry Johnson is oprichter van het NMC Horizon Project dat opkomende nieuwe technologieën voor het ­onderwijs en leren in kaart brengt. Hij is expert op het gebied van technologie en de invloed daarvan op het onderwijs.

Op 11 en 12 november vinden de jaarlijkse Onderwijsdagen weer plaats. De Onderwijsdagen zijn ieder jaar een belangrijke bron van inspiratie voor beleidsmakers, managers, bestuurders en onderwijsprofessionals die de verbinding leggen tussen onderwijs en ict. Inschrijven kan via www.deonderwijsdagen.nl Het programma op 12 november richt zich specifiek op het basisonderwijs, voortgezet onderwijs en mbo.

PrimaOnderwijs 59


Reisgids Digitaal Leermateriaal

Een praktische wegwijzer De Reisgids Digitaal Leermateriaal wordt eind november bij het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid in Hilversum gelanceerd. Het is een praktische wegwijzer met bronnen, werkvormen, tools en rolmodellen voor digitaal leermateriaal in de dagelijkse onderwijspraktijk. Louis Hilgers nam het initiatief. door theo louwers foto wijnand van lieshout

‘De Reisgids Digitaal Leermateriaal wil docenten en ouders in het basis- en voortgezet onderwijs in het Nederlands taalgebied (Nederland, Vlaanderen, Curaçao, Aruba, Caribisch Nederland en Suriname) een wegwijzer bieden naar bronnen voor digitaal leermateriaal’, legt Louis Hilgers uit. ‘Het boek en de webapp bieden handreikingen, zoals een overzicht van bronnen en beschrijvingen van didactische werkvormen. Ook handreikingen voor het zelf maken en arrangeren van digitaal leermateriaal, gebaseerd op beschikbare tools en applicaties, maken deel uit van het project.’

Crowdsource Hilgers kreeg het idee toen hij op Curaçao het onderwijs verder wilde helpen. ‘Leerkrachten willen meer doen met digitaal leermateriaal, maar er is al zoveel. Hoe vind je het en als je hebt gevonden wat je zoekt, hoe ga je er dan mee om? De Reisgids en de bijbehorende webapp moeten leerkrachten daarbij helpen en ondersteunen. Iedereen die affiniteit heeft met onderwijs wordt opgeroepen voorbeelden in te dienen via het crowdsource principe. Er is een redactieteam opgezet en er is inbreng van de experts, die gelieerd zijn aan het project.’

Noodzakelijke stap Arno Coenders is als programmamanager vrijwel

vanaf het begin betrokken bij de Reisgids. ‘Wij willen het onderwijs als het om digitaal leermateriaal gaat een noodzakelijke stap laten maken. Leerkrachten zien door de bomen het bos niet meer. Er zijn talrijke verschillende platforms. Wij misten een collectief waar alles wordt verzameld. Door de bronnen, werkvormen en tools aan te bieden kunnen leerkrachten zelf de stap op het digitale veld zetten. Zo vallen de puzzelstukjes samen. Ook brengen we leerkrachten in contact met inspirerende mensen, de rolmodellen. De rolmodellen zijn portretten van leraren die met enthousiasme digitaal leermateriaal op passende wijze inzetten in de dagelijkse lespraktijk. Tevens willen ze hun ervaringen delen.’

Springplank Alex-Jan Sigtermans is vicevoorzitter van de stichting en technisch adviseur. ‘Als 21-jarige student werd ik er bij betrokken. Louis stelde voor dat ik met mijn technische kennis de digitale component (webapp) zou aansturen. Inmiddels ben ik medeprojectleider. Ik neem liever niet het woord project in de mond. Het is een initiatief, dat continu verandert. De Reisgids Digitaal Leermateriaal blijft groeien en wordt aangevuld vanuit de crowd.’ Sigtermans noemt het boek een springplank. ‘Alle scholen in het Nederland, Vlaanderen, de voorma-

60

00_Reisgids.indd 60

16-10-14 09:17


reiken, zijn er verschillende werkvormen mogelijk. Als je op reis gaat, is het voor je voorbereiding handig te weten hoe lang je gaat? Reis je alleen of in een groep? Is het koud of tropisch warm? Op basis daarvan maak je bepaalde keuzes. Als ik die metafoor doortrek naar het onderwijs, bepaal je op basis van deze factoren bij je leerdoel een werkvorm. Wat wil je ermee bereiken? Voor wie? Welke digitale tools zou je hierbij kunnen inzetten. En wanneer tijdens de reis zou je deze inzetten? Zo zijn er zeven leeractiviteiten waar je werkvormen kunt gebruiken. Sommige werkvormen lenen zich specifiek voor een bepaald lesonderdeel zoals reflecteren of evalueren. Andere kun je in verschillende onderdelen lige Antillen en Suriname (PO én VO) ontvangen begin inzetten. In het boek vinden leraren meer thedecember een gratis boek. Boeken (€9,95) kunnen orie achter dit verhaal. Op de website hebben we worden bijbesteld en het gebruik van de website is een mooie verzameling gemaakt van verschillende gratis. De opbrengst wordt gebruikt om het initiatief te voorbeelden van werkvormen. In het kader van LES verduurzamen. Wij benaderen leerkrachten, die met 2.0 heeft Beeld en Geluid de Werkvormenplanner digitaal leermateriaal willen werken, van onderaf. Op ontwikkeld. We geven voorbeelden wanneer tijdens de website worden alle lijnen met elkaar verbonden. een les een werkvorm kan worden ingezet en hoe Het is een totaalbenadering: je dit in het primair en voortgezet alle puzzelstukjes komen er onderwijs kunt doen. En we geven bij elkaar.’ Volgens Sigtermans aan welke tools er zijn om deze Alle scholen ontvangen wordt alle content gefilterd en werkvorm uit te voeren. Leraren begin december gratis gecontroleerd door een redactie. kunnen er hun eigen draai aan de Reisgids Digitaal ‘Via een vast format kan content geven. Werkvormen zijn vak- en Leermateriaal. Boeken worden aangeboden. Wij willeerjaaroverstijgend. De leraar of (€9,95) kunnen worden len voorkomen dat er materiaal leerlingen bepalen zelf hoe ze een bijbesteld en het gebruik wordt ingestuurd dat meer het werkvorm kunnen inzetten om karakter heeft van een verkoopdat leerdoel te bereiken.’ van de website is gratis. praatje.’ De opbrengst wordt

Werkvormen

gebruikt om het initiatief te verduurzamen.

Amy Franken is onderwijskundige en hield zich vooral bezig met de werkvormen. ‘Ik heb me voor dit project als auteur en adviseur voornamelijk bezig gehouden met één onderdeel: leraren zich bewust laten worden waarom ze eigenlijk digitaal leermateriaal willen gebruiken. De vraag achter de vraag, zeg maar. Je wilt iets met YouTube, maar wat wil je er als leerkracht mee bereiken? Om een reis te kunnen maken en je doel te be-

Reisgenoten

De uitgebreide Reisgids Digitaal Leermateriaal wordt door tal van organisaties, instellingen en bedrijfsleven een warm hart toegedragen. Sigtermans: ‘We noemen dat onze reisgenoten. Zij staan achter het doel dat we ons hebben gesteld en geven hiermee tevens hun visie op digitaal leermateriaal. Als straks het boek en de website zijn gelanceerd, verwachten wij dat er nog veel meer organisaties aanhaken. Dit leidt tot een sneeuwbaleffect.’

www.ReisgidsDigitaalLeermateriaal.org PrimaOnderwijs 61

00_Reisgids.indd 61

16-10-14 09:17


Wat kan ict voor jou als onderwijsprofessional betekenen? Neem een abonnement op COS, voor eigentijds onderwijs en ict! Ict in het onderwijs is al lang niet meer alleen voor ict-coördinatoren. Elke leraar heeft met ict te maken en de ontwikkelingen gaan razendsnel! Het magazine COS (Computers op School) volgt de onderwijsvernieuwingen en de trends op de voet. In het magazine staan interviews, achtergrondverhalen, inspirerende good practices, innovatieve labs en meer over wat ict voor jou als onderwijsprofessional kan betekenen. Zo ben en blijf je op de hoogte van al het nieuws rondom ict & onderwijs.

Onafhankelijk vaktijdschrift

voor eigentijds onderwijs en

ict

Onafhankelijk vaktijdschrift

BLENDED LEARNING

HET ONDERWIJS VAN DE TOEKOMST!

INTERVIEW

wil Ipon-winnaar PulseOn en het onderwijs hervorm

ict

Experts voorspellen

Effectief of niet?

Ict- en onderwijsexpert Amber Walraven over 21st century skills, docentontwerpteams en de Win8-pilot

voor eigentijds onderwijs en

EVALUATIE

Reis Door De Wereld Van Kennis

Onderwijslabs

Snuffel aan de nieuwste technologieën 1 | September 2014 Jaargang 32 | Nummer

Meer behoefte aan praktische tools om ict in de klas te brengen? Op de bijbehorende website www.cos-online.nl staan exclusief voor abonnees de leukste (downloadbare) lessuggesties, evaluaties van nieuwe methodes en complete handleidingen om stap voor stap te leren werken met praktische toepassingen die geschikt zijn voor het onderwijs.

EVALUATIE

Starten met de compute r Op ict-stoomcursus bij Microsoft Digital Storytelling in de klas Jaargang 32 | Nummer 2 | Oktober 2014

COS TWITTERT: @COSONLINE

INTERVI

EW SURFnet’s Erik Huizer: ‘Ik ben nog nooi tegengekome t een docent n die niet met ict aan de slag wil’

Neem een abonnement op COS en ontvang 10 x per jaar het magazine voor slechts €45,en toegang tot alle exclusieve content op de site. Eerst uitproberen? Neem dan een proefabonnement.

Kijk op www.cos-online.nl voor de mogelijkheden.


en, rd o w ir a it il m n é n re le k Een va g! in id le p -o a V e V e d t e m is maak kenn

Bestel het gratis

lesmateriaal voor scholieren!

Een vak leren én militair worden, dat leren scholieren tijdens de VeVa-opleiding (Veiligheid en Vakmanschap). Ze halen hun mbo-diploma en worden voorbereid op een mogelijke baan bij Defensie. Bestel het gratis lesmateriaal en informeer uw scholieren over de toekomstmogelijkheden die VeVa te bieden heeft. Bij VeVa leren scholieren een echt vak onder bijzondere omstandigheden, waardoor ze zowel binnen Defensie als daarbuiten een goede basis voor hun toekomst leggen. De scholieren maken kennis met de Koninklijke Marine, Koninklijke Landmacht en Koninklijke Luchtmacht. Voor de opleiding begint, kiezen scholieren een vakrichting en een krijgsmachtdeel. VeVa biedt meerdere vakgebieden, waaronder de vijf technische richtingen Bedrijfsautotechniek, Bouw, ICT, Mechatronica en Vliegtuigonderhoud.

rende en activerende opdrachten krijgen ze een indruk van de sector Techniek en de vakrichtingen van VeVa.

Informeren en enthousiasmeren

Bestel het lesmateriaal gratis op

Met het gratis lesmateriaal ontdekken scholieren de vele beroepsmogelijkheden binnen Defensie. Door de inspire-

Naamloos-1 8

Gratis bestellen Voor het vmbo is het lesmateriaal in twee varianten te bestellen. Het lesmateriaal voor de onderbouw (PSO) enthousiasmeert de scholieren over de technische sector. Het lesmateriaal voor de bovenbouw (LOB) informeert hen over de technische vakrichtingen en de VeVa-opleiding.

www.primaonderwijs.nl/VeVa

16-10-14 08:33


Hoge korting voor iedereen die werkzaam is in het onderwijs

Laat uw e-mailadres achter op zk.nl/zorg2015

95804-1410_adv_onderwijs.indd 1 00_Basis_ADS_PO.indd 1

Zilveren Kruis Achmea helpt u bij het kiezen en krijgen van de beste zorg. Als u uw e-mailadres achterlaat, houden wij u op de hoogte van de ontwikkelingen in de zorg en ontvangt u de nieuwe premie voor 2015. Omdat u in het onderwijs werkt, krijgen u en uw gezinsleden 10% korting op de basisverzekering en 15% korting op alle aanvullende verzekeringen.

09-10-14 09:00 10-10-14 10:43


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.