12 minute read
Dossier Automatisering
TRENDS
Online supermarkten vragen meer automatisering
Experten en aanbieders zijn het erover eens: ze zien allen een forse toename van de investeringen in de automatisering van magazijnen, die bovendien nog een aantal jaren kan voortduren. Dit zijn de belangrijkste tendensen.
Peter Ooms
Link2Logistics Management: In welke sectoren staan het vaakst automatiseringsprojecten gepland?
“Wij zien een sterke toename van de vraag naar automatisering in magazijnen die zich nog versneld heeft met de komst van het coronavirus. Ook sectoren die lange tijd niet investeerden in automatisering, doen dat nu toch. Ik denk dan aan de voedingsdistributie en de logistieke dienstverleners,” zegt JanWillem Klinkenberg, Project Sales Director TGW Logistics Group. “TGW werkt nu al voor grote bedrijven uit die sector zoals Ahold Delhaize en Bol.com. Allemaal zetten ze in op grote automatische magazijnen, ook met het oog op thuisleveringen van bestellingen via de webshop. Het is opvallend dat die online supermarktactiviteiten vaak niet winstgevend zijn. Dat zien we in Verenigd Koninkrijk waar die dienstverlening in Europa het eerst werd gelanceerd, maar ook in de Benelux en Scandinavië. Picnic pakt het daarom anders aan. Het bedrijf heeft geen winkels en levert alleen uit aan gezinnen op uitgestippelde melkroutes. Het aanbod is weliswaar groot, maar toch een stuk kleiner dan de grote supermarkten. Dankzij die goed gekozen beperkingen slaagt Picnic erin om snel uit te breiden. We bouwen nu een sterk geautomatiseerd magazijn voor Picnic van 40.000 m² in Utrecht.”
Microfulfilment centers bestaan uit een modulair systeem van standaardcomponenten dat Dematic snel kan implementeren.
Eric Verlinden van VIL: “Er komt meer productie terug naar Europa. De logistieke processen zullen het niveau van automatisering van de fabriek volgen.” De eerste Rovolutions van TGW zijn intussen geïnstalleerd in Duitsland.
Sacha Van Droogenbroeck, managing director Dematic NV: “In de VS hebben de klassieke retailers wél een antwoord gevonden dankzij snelle leveringen van boodschappen vanuit bestaande winkels en minidistributiecentra in de steden. De Amerikaanse vestigingen van Dematic zien een echte boom in de vraag naar kleine automatiseringen voor dergelijke omgevingen. Die microfulfilment centers zorgen voor een echte doorbraak in de VS en nu ook in het Verenigd Koninkrijk. In België voeren we intussen ook de eerste gesprekken daarover met geïnteresseerde klanten. Ons aanbod bestaat uit een modulair systeem van standaardcomponenten dat we heel snel kunnen implementeren. Waar de opbouw van traditionele automatiseringssystemen soms tot een jaar tijd neemt, moeten microfulfimentsystemen binnen de drie tot vier maanden volledig operationeel zijn. Ook de kost zal een stuk lager liggen.” “Dat is ook voor ons als aanbieder een grote stap,” zegt Michaël Coryn, Director Global Account Management van Dematic. “We staan bekend als een integrator die in de eerste plaats met eigen materiaal een volledige oplossing uitwerkt op maat van de klant. In de toekomst zullen we ons in dat segment meer profileren als productbedrijf. Op die manier zullen we ook kleinere organisaties beter kunnen bedienen met specifieke combinaties van hardware en software.” Ook de logistieke dienstverleners richten zich steeds meer in op automatisering. JanWillem Klinkenberg: “Grote organisaties als Kühne + Nagel of Katoennatie zetten nu grote stappen. Vroeger stonden de 3PL’s afkerig tegenover automatisering, ook al omdat de klassieke contracten te korte termijnen hebben om de investering terug te kunnen verdienen. Maar naarmate de flexibiliteit en de schaalbaarheid van de installaties groter wordt, biedt automatisering ook voor hen uitzicht op meer efficiëntie en kostenbesparing in de processen. De onzekerheid over contractverlengingen kunnen ze opvangen door te kiezen voor systemen die voorzien zijn op de meest voorkomende productafmetingen. Ik raad hen aan om te kiezen voor een shuttlesysteem met standaardbakken van 60 op 40 met een hoogte van 30 centimeter. Daarnaast is het goed mogelijk om slechts een aantal stellingen uit te rusten met shuttles en dat geheel achteraf stelselmatig uit te breiden met meer shuttles en naar bijkomende stellingen.”
L2LM: Kan magazijnautomatisering op een flexibele en schaalbare manier ingevoerd worden?
Eric Verlinden, research manager van VIL: “Het klopt dat sommige automatiseringstechnieken flexibel ingevoerd kunnen worden. Dat zullen we ook bestuderen in het nieuwe Smart Vision project van VIL dat focust op logistieke toepassing van visietechnologie, zoals slimme brillen. Het gaat om relatief goedkope apparaten die op bestaande processen geënt worden. Dat kan snel. Maar ik merk toch dat bedrijven terughoudender zijn als het gaat om automatische magazijnen, AGV’s of mobiele robots. Dat geldt zeker voor de kleinere bedrijven. Al die zaken hebben heel veel data nodig zodat de ERP, WMS en andere systemen al volledig in orde moeten zijn. Door de inspanning die dan nodig is om de automatisering te realiseren, is het economisch slimmer om het volledige magazijn er dan mee uit te rusten. Een gedeeltelijke automatisering brengt ook maar een gedeeltelijke opbrengst. Als je er geen hele voltijdse werkkracht in een specifiek proces mee kan uitsparen, heeft dat geen zin. In de praktijk doen bedrijven die investering vaak op het moment dat ze een nieuw magazijn betrekken en toch al grote kosten maken.
Rolf Ceulemans van PwC: “Gebruik de informatie uit sensoren en camera’s om de processen zelf te analyseren.”
Dan hertekenen ze meteen hun processen en ontwerpen het magazijn met het oog op de nieuwe organisatie.” Rolf Ceulemans, manager bij PwC: “Wij zetten specifiek in op die schaalbare techologieën zoals de smart glasses. Het laat bedrijven toe om ook in een moeilijke arbeidsmarkt met veel tijdelijke medewerkers en uitzendkrachten toch de kwaliteit van de operaties op peil te houden door in real-time extra informatie te bieden. Een bril kan ook data capteren bijvoorbeeld over op welke hoogte een picker iets neemt. Op die manier kunnen de brillen ook een vorm van controle uitoefenen. De relatief lage investeringskost en de schaalbaarheid maken dit aantrekkelijk voor opdrachtgevers. Ook de inzet van sensoren in het kader van Internet of Things oplossingen zien we steeds meer. Sensoren op pallets, heftrucks, enzovoort maken het ook mogelijk om minder te scannen. Wanneer het systeem weet op welke locatie iets wordt weggenomen, kan het zelf weten welk product er is gepickt. Zo kunnen weer manuele handelingen van de magazijniers afgebouwd worden. Ik pleit er ook voor om de verzamelde informatie te gebruiken om de processen zelf te analyseren. Looplijnen en transportroutes kunnen elkaar kruisen en het is vaak veiliger om die uit elkaar te halen en zo aanrijdingen met heftrucks te vermijden. Ook de efficiëntie van het proces zelf kan aan de hand van spaghettidiagrammen en heatmaps verbeterd worden. Die gegevens zijn essentieel bij de strategische overwegingen over de logistieke operaties. Op langere termijn zie ik wel een trend naar verregaande automatisering om tegemoet te komen aan de hogere eisen qua efficiëntie, lead time, kosten enzovoort van de klanten. E-commerce de motor is achter die evolutie.”
L2LM: Zijn pickingrobots intussen klaar voor een inzet in een reële context?
Jan-Willem Klinkenberg: “TGW heeft intussen al een aantal Rovolutions geïnstalleerd bij klanten (in Duitsland en straks in Nederland). Het zijn automatische pickstations die het werk van een picker volledig overnemen. Klanten opteren er nu voor om een aantal posities door robots te laten innemen en zo ervaring op te doen met de technologie. Het klopt natuurlijk dat er in sommige organisaties een zeer grote variatie in vorm en afmetingen bestaat, waar de robot soms moeite mee heeft. Intussen kunnen robots al een grote verscheidenheid van producten aan. TGW biedt de Rovolution nu aan om in te zetten binnen een afgelijnd productengamma tegen een aanvaardbare prijs. Zeker kledij zit vaak in gelijkaardige vlakke verpakkingen waarmee een robot weinig problemen kent.” Sacha Van Droogenbroeck: “In Antwerpen heeft Dematic het competence center voor Mobile Automation waar de nieuwe technologie voor AGV’s en autonome mobiele robots (AMR) van het bedrijf ontwikkeld wordt. We hebben intussen de performantie van de AMR’s flink kunnen opdrijven. In een sorteerproces halen ze nu al aanzienlijke snelheden. Er blijft nog een verschil met de meest performante systemen, maar het grote voordeel is dat ze kunnen werken zonder vaste structuur. Wanneer het proces verandert, kunnen ze na een aanpassing aan de software meteen weer aan de slag. Ik ben ervan overtuigd dat daarmee de grote doorbraak van de robots zal gerealiseerd worden. Het einde van het logistieke proces - het picken en verzenden - blijft nu nog zeer manueel. Maar ik denk dat de werkstations die we nu al aanbieden, binnen enkele jaren volledig geautomatiseerd zullen worden. Nu doet Dematic dat via partners, maar we bekijken hoe we dat straks op eigen kracht kunnen aanbieden aan klanten.”
Logistiek volgt de productie
Eric Verlinden: “De coronacrisis wees al op een te grote afhankelijkheid van producten uit het verre oosten. Kijk maar naar de mondmaskers bij de eerste uitbraak, of naar de huidige tekorten aan halfgeleiders. Dat kan in de toekomst leiden tot meer productie in of vlakbij Europa. Ook de Green Deal van Europa - die importtarieven kan opleggen voor producten die niet klimaatvriendelijk gemaakt worden - zal bedrijven aan zetten om hier te produceren. Die productie zal hoe dan ook sterk geautomatiseerd moeten zijn om de productiekosten te beperken. Het lijkt me logisch dat ook de logistieke processen van die verladers dan op een hoger niveau van automatisering zullen komen.”
ARBEIDSMARKT
Leidt automatisering tot jobverlies?
Jan-Willem Klinkenberg, TGW: “Logistiek is een proces met dagelijks kleine en grote verrassingen.” “Neen! De situatie is nu zelfs volledig omgekeerd. Logistieke bedrijven kampen met grote tekorten aan geschikt personeel. Dat tekort kan de activiteiten zelf in gevaar brengen en het is zeker een belemmering voor de toekomstige groei,” zegt Eric Verlinden, manager research van VIL.
Peter Ooms
“Zowat elke functie in de sectoren logistiek en transport is een knelpuntberoep geworden. Bedrijven vinden de nodige mensen niet meer. Zeker in processen waar shiften en nachtwerk aan te pas komen, is het aanbod bijzonder beperkt. In dat opzicht heeft investeren in automatisering geen effect op de tewerkstelling. Theoretisch gezien zal een bedrijf met automatisering mikken op een vermindering van het aantal rechtstreeks betrokken medewerkers. Maar vaak zijn die er gewoon niet. Automatiseren is dan een voorwaarde om het werk te kunnen uitvoeren. In andere gevallen zien we dat grote projecten inderdaad processen volledig overlaten aan automatische systemen, robots en dergelijke. Maar de betrokken medewerkers worden dan in de praktijk elders ingezet,” zegt Eric Verlinden nog.
AUTOMATISERING CREËERT OOK WERK
Sacha Van Droogenbroeck, managing director Dematic NV: “Ik stel vast dat bedrijven er wel in slagen om een aantal klassieke magazijnfuncties te verminderen in een grote automatiseringsslag. Het wordt anderzijds ook steeds moeilijker om medewerkers te vinden voor traditionele activiteiten in het magazijn. Deze medewerkers moeten vaak zware arbeid of monotone taken uitvoeren, niet meteen taken waar iedereen staat voor te springen. Daarnaast creëert een geautomatiseerd magazijn altijd nieuwe functies die extra vaardigheden vereisen. Dat zorgt op zijn beurt voor jobs met aantrekkelijkere voorwaarden.” Jan-Willem Klinkenberg, project salesdirector van TGW: “Arbeid is schaars. Dat is een belangrijke reden voor de automatisering. In Nederland zijn er op dit ogenblik - op het einde van de coronacrisis - meer vacatures dan werklozen. Groeiende bedrijven met logistieke operaties zien zich geconfronteerd met toenemende activiteiten en hogere volumes tegen kortere deadlines. Het is op termijn alleen mogelijk om hieraan te blijven voldoen, wanneer de magazijnmedewerkers ondersteuning krijgen, bijvoorbeeld door een vorm van mechanisatie. In een e-commerce omgeving moet men ook nog afrekenen met het Q4-fenomeen - de najaarsperiode - waar de volumes nog eens verveelvoudigen.” Bij die toenemende automatisering blijft er een belangrijke rol weggelegd voor de medewerkers. Ten eerste blijft de logistiek een functie met dagelijks nog kleine en grote verrassingen. Het zijn de mensen die fl exibel moeten kunnen inspelen op die veranderingen en het proces aanpassen aan de plotse noden. TGW ziet ook dat de automatische systemen, robots en andere technieken nood hebben aan hoogopgeleide operatoren die de dagdagelijkse dynamiek blijven monitoren, daarnaast is er behoefte aan frequent preventief en soms correctief onderhoud. Er treedt dus een verschuiving op van manueel werk naar technologische- en beheerstaken.
Savoye 5 stappen om een optimaal Goods-to-Person orderverzamelsysteem te kiezen
Een Goods-to-Person (GTP) systeem brengt de verschillende bestelde artikelen van een order naar de picker op zijn werkstation. Het concept is eenvoudig. Producten worden opgeslagen in een geautomatiseerd shuttlesysteem en vervolgens met behulp van liften, conveyors en shuttles naar een uitgiftestation (orderverzamelen of palletiseren) gebracht.
Het grote voordeel van deze oplossing zijn de hoge prestaties tijdens het orderverzamelen. Het magazijn reageert sneller op inkomende bestellingen, urgente bestellingen kunnen eenvoudiger worden afgehandeld en de cut-off tijden liggen dicht bij de vertrektijden van de vervoerders. Een ander voordeel is ruimtebesparing. Er is een kleiner magazijnvolume nodig voor dezelfde voorraad. Tot slot brengt het gebruik van een Goods-to-Person oplossing ook een hogere kwaliteit van orderverzamelen met zich mee. Met andere woorden, minder fouten.
De groottebepaling is cruciaal
Het op de juiste wijze bepalen van de afmetingen van het systeem zorgt voor een effi ciënte, fl exibele en schaalbare oplossing met als resultaat een duurzame investering. Een onnauwkeurige dimensionering echter kan leiden tot over- of onderschatting van de verwachte prestaties van het systeem, tot het opnemen van irrelevante SKU's of tot een verkeerd beheer van de voorraad en dus uiteindelijk nadelige fi nanciële gevolgen.
Hoe wordt de ideale grootte bepaald?
1. Wat zijn de gewenste prestaties
De productiviteit van de Goods-to-Person werkstations wordt beïnvloed door verschillende parameters, zoals bijvoorbeeld het gewicht en de afmetingen van de artikelen of het gemiddelde aantal artikelen per bestelling. Om de verwachte snelheid op de werkplek goed te kalibreren,
kunt u het beste uitgebreid testen op basis van standaard orders en met behulp van een testwerkstation.
2. Welke SKU’s worden er opgeslagen?
Niet alle SKU's zijn geschikt voor opname in een
Goods-to-Person systeem. Door een analyse van de artikeldatabase en de bestellingen (hoeveelheden, patronen…) kan de relevantiezone van het systeem bepaald worden.
3. Optimaliseren van de opslagdichtheid
Een andere belangrijke stap is het bepalen van de voorraadhoeveelheden. Afhankelijk van de gekozen SKU’s en de opslagmethode kan het juiste aantal posities en gangpaden worden gedefi nieerd op basis van de beschikbare ruimte en de vereiste prestaties van het systeem.
4. Wat wordt de replenishmentstrategie?
Vervolgens is het belangrijk om voor elke geschikte SKU een effi ciënte replenishment strategie (frequentie en volume) te defi niëren. We willen vooruitziend genoeg zijn om het systeem op het juiste moment aan te vullen en uiteraard voorkomen dat dezelfde SKU te vaak moet worden aangevuld.
5. Budget en afmetingen
Tenslotte moet u een duidelijke visie ontwikkelen over de omvang van het project dat u wilt opzetten. Het moet afgestemd worden op de bedrijfsstrategie, de groeivooruitzichten en het gewenste rendement op de investering.
Door dit proces in samenwerking met de systeemleverancier uit te werken, komt u uiteindelijk tot de benodigde confi guratie (aantal gangpaden, aantal werkstations, aantal shuttles enzovoorts) en toekomstige ontwikkelingsscenario's voor de orderverzamelactiviteit.
