6 minute read
VIP
MARNIX VAN HOE, SECRETARIS-GENERAAL FEMA
Transport en logistiek zijn voor de handelaars in bouwmaterialen geen loze begrippen, maar integraal onderdeel van hun service aan de klanten. Voor Marnix Van Hoe, bestuurder bij de Belgische beroepsfederatie van de bouwmaterialenhandel FEMA, zijn het spannende tijden, met het verduurzamingsdebat bovenaan de agenda.
Michiel Leen – michiel.leen@transportmedia.be
“De bouwmaterialensector was de Covidjaren goed doorgekomen: de Belgen gingen massaal aan het verbouwen en renoveren, en de Covid-maatregelen zorgden dat onze klanten nauwkeuriger moesten plannen, wat ons werk vereenvoudigde, steekt Marnix Van Hoe van wal. “De Oekraïnecrisis sloot bijna naadloos aan bij het einde van die periode en veroorzaakte wel hoofdbrekens, zeker ook in het logistieke. We hadden al een voorproefje gehad van logistieke problemen toen de containerreus ‘Ever Given’ dagenlang het Suezkanaal, en dus ook de aanvoer van bouwmaterialen, blokkeerde. Oekraïne is een ander paar mouwen. Het is niet te geloven hoeveel materiaal er blijkbaar uit Oekraïne komt. Ook de hoge energieprijzen zijn een probleem voor de producenten: om bakstenen of cement te maken heb je enorme hoeveelheden energie, in casu gas, nodig. De impact op de prijzen is navenant. Van geen enkel product heb je momenteel meer dan 24 uur prijszekerheid, terwijl we vroeger met jaarcontracten werkten.” “De logistieke keten is in de war, producten komen met vertraging ter bestemming. Maar ik wil ook de crisisberichten temperen. Voor zover ik weet is er geen werf stil komen te liggen door acute tekorten. Je kunt altijd nog uitwijken naar een alternatief. In de sector wordt wel rekening gehouden met een dip in het najaar. Toch zou ik wie de middelen heeft willen aanraden om snel werk te maken van zijn bouwplannen: de prijzen zullen niet snel zakken, integendeel.”
In afwachting van de eerste elektrische trucks staat duurzaamheid hoog op de agenda.
EIGEN VLOOT
Transport & Van Management: Maar als ik u goed begrijp zijn de organisatie van transport en logistiek grotere uitdagingen dan de impact van de Oekraïnecrisis an sich?
Marnix Van Hoe: Wij zijn geen transporteurs, in de eerste plaats zijn wij handelaars. Dat neemt niet weg dat het logistieke management ook deel is van onze opdracht. In België hebben veel handelaars een eigen vloot. Anders dan onze buurlanden vinden we blijkbaar dat het zo hoort. Toch komt het transportaspect voor de bouwsector met enkele specifieke aandachtspunten.
TM/VM: Zoals?
M. Van Hoe: Wie transport doet voor eigen rekening, maakt in principe heel veel lege kilometers. Je mag per definitie geen vrachten vervoeren voor iemand anders. 20-30% van onze eigenrekeningrijders rijdt dus structureel leeg rond. Onderweg een vracht oppikken voor collega’s is in dat systeem niet mogelijk. Een chauffeur in de bouw verdient meer dan een chauffeur in het transport. Hij krijgt namelijk de voordelen die de bouwvakkers ook krijgen, zoals tussenkomst in de lening voor de woning, hospitalisatieverzekering, …
Onze leden zitten er niet mee in om mensen goed te betalen: chauffeurs zijn vaak het gezicht van de firma en hebben meer verantwoordelijkheid dan hun collega’s in het reguliere wegtransport. Ladingzekering is bijvoorbeeld véél ingewikkelder dan in de reguliere vracht. Tegelijkertijd beginnen
Marnix Van Hoe: “De handel in bouwmaterialen is in België goed voor een omzet van vier miljard euro per jaar”.
WIE IS MARNIX VAN HOE?
• Afgestudeerd als bedrijfspsycholoog in 1981 • Master in Algemeen Management,
Vlerick School in 1982. • Vanaf 1990 verkoopdirecteur bij
Desimpel Bakstenen, later exportdirecteur bij Hanson Bricks • Sinds 2003 werkzaam als Bestuurder bij Fema/Feproma en Ufemat.
De bouwhandel opteert steeds vaker voor het oprichten van eigen transportafdelingen.
leden specifieke transportfirma’s op te richten om zo hun transporten efficiënter te kunnen organiseren. Maar de -schaarse- chauffeurs zijn doorgaans zeer goed op de hoogte van het verschil in extralegale voordelen.
VERDUURZAMING
TM/VM: De verduurzaming van transport en logistiek in de bouwsector staan wel op de agenda?
M. Van Hoe: In de sector leeft bijvoorbeeld het debat over de aandrijving van de toekomst heel erg. Maar zijn elektrische vrachtwagens geschikt voor de distributie van zware bouwmaterialen? En hoe snel evolueert de aandrijving op waterstof? We zijn ermee bezig, maar het is niet evident.
Waterwegtransport is voor ons interessant. Veel van onze trajecten gaan van oost naar west, er is dus een groot potentieel voor vervoer via het water. Liefst zes miljoen ton gepalletiseerde bouwmaterialen zouden zo kunnen worden vervoerd. Een producent als Coeck uit Niel behandelt 5.000 ton bouwmaterialen per dag op zijn binnenvaartterminal naast de Rupel. Dat zijn toch al een aantal vrachtwagens. We zijn dus zeker bezig met de vergroening en ‘verblauwing’ van onze sectoren. Al blijf je voor het vervoer van en naar de terminals vrachtwagens nodig hebben. Ook de stadsdistributie evolueert. Het wordt moeilijker om met grote vrachtwagens de stadscentra binnen te komen. De inzet van cargofietsen speelt daarop in. Tegelijkertijd merk je een zeker conservatisme in de sector. Zo is de ‘citybox’ nog niet doorgebroken. Dat concept is ontleend aan de militaire logistiek, met de inzet van multifunctionele containers van kleiner formaat. Zo’n citybox kun je ook met een kleinere vrachtwagen ter plaatse brengen. Voor stadsdistributie lijkt me dat zeer geschikt, ook omdat je bijvoorbeeld voor renovaties geen heel grote volumes aan bouwmaterialen nodig hebt.
TM/VM: Vragen de bouwers van logistieke sites om duurzaam materiaal?
M. Van Hoe: Wij hebben geen schoolmeisje uit Zweden nodig om ons te vertellen dat het duurzamer moet, en ook geen BREEAM-certificatie (zie kader). De cementindustrie weet dat er iets moet veranderen: de productie van een ton cement genereert 800 kilo CO². In de baksteenindustrie wordt nu geëxperimenteerd met stenen, gemaakt van CO² en andere afvalmaterialen. Het totale volume plastiekverpakking in de professionele markt bedraagt 60.000 ton per jaar, Fema houdt zich (samen met Valipac) intens bezig met deze zoveel mogelijk terug te nemen en te hergebruiken. Onze sector levert dus zeker inspanningen. Helaas komen die niet vaak zichtbaar aan bod voor het grote publiek.
BREEAM? NEE, BEDANKT!
Operatoren van logistiek vastgoed zwaaien bij de oplevering van nieuwe projecten graag met de BREEAM-certificering ervan. Marnix Van Hoe is niet heel enthousiast over deze breed geafficheerde brevetten. “De zeer fijnmazige vraagstelling die bij zo’n certificaat komt kijken, is wat overdreven. De duurzaamheidscertificaten zijn een commercieel model op zich geworden. Au fond is het niet onze zorg. ‘Buy local’ is ons advies. Het heeft geen zin duurzaam te willen zijn met materiaal dat uit Patagonië moet komen. We maken ook werk van een doorgedreven digitalisatie, zodat bouwmaterialen kunnen worden geselecteerd op basis van hun duurzaamheid en footprint.”