9 minute read

REISBRANCHE

Reusachtig probleem reisbranche niet aantrekkelijk bij studenten

Reusachtig probleem: reisbranche niet aantrekkelijk

Op de stelling: De reisbranche heeft als werkplek zijn charme voor de jeugd van nu verloren, reageert het merendeel van de aanwezigen op het ANVR-Congres met niet waar. Toch worden de opleidingen met problemen geconfronteerd. Travelpro spreekt meerdere vertegenwoordigers uit het onderwijs.

DOOR:

ARJEN LUTGENDORFF

Ouders adviseren om maar niet in de reiswereld te gaan werken

Terwijl de zaal ontkende dat ‘de reisbranche als werkplek zijn charme voor de jeugd heeft verloren’, confronteerde Elvire Biegel (MBO College Centrum) de zaal met de harde werkelijkheid. “De reisbranche heeft absoluut zijn charme verloren bij de jeugd. Als we kijken naar de totale hospitalitybranche is het aantal studenten met 18% gedaald, maar het aantal toerismestudenten is met 50% gedaald. Het aantal recreatiestudenten is zelfs met 70% gedaald, er zijn bijna geen mbo’s meer die dat als opleiding bieden. Ook hbo’s hebben probleem. Toerismeopleidingen zitten in crisis. Grote ROC’s stoppen met het aanbieden van de opleiding. Er zijn meerdere redenen, waaronder corona. Maar daarvoor waren er al problemen. Andere branches doen het beter, zo is het aantal aanmeldingen voor de zorg gestegen. Toerisme is ook niet zo positief in het nieuws geweest. De jongere generatie denkt aan het milieu en duurzaamheid. Het probleem zit ook in loopbaanpaden, want het is velen niet helder genoeg wat voor loopbaanpad je hebt in de reisbranche. Helaas is het zo dat de aantrekkingskracht minder is. De droom om stewardess te worden die is er nog steeds, daar zijn nog wachtlijsten voor. Doet het bedrijfsleven dan iets fout? Biegel: “Ze doen het niet fout, ze doen het minder goed. Andere branches doen het beter. Maak helder wat je in je leven tegemoet gaat als je in de reisbranche gaat beginnen. Ik vind het heel erg als ik naar de staartjes kijk en dat ik nog maar één klasje toerisme heb.”

Wesley Put - van den Beemt (BUas), Marco van Leeuwen (BUas), Martine Smallenburg (Tio University), John Flierman (MBO College Centrum), Elvire Biegel (MBO College Centrum), Mark van het Bolscher (Saxion), Anastasia Juritsjeva-Bekow (Saxion) en Marion Ariens (Tio University of Applied Sciences).

De jeugd is de toekomst

Instemmend wordt er geknikt wanneer het meer opleiden op de werkvloer ter sprake komt, want “dan pas zien studenten hoe mooi de reisbranche is”. Joyce Fonteijn (Kupers Reisinfo) die meediscussieert in het panel, laat aan de zaal weten: “We hebben een periode gehad dat er minder stagiaires waren. Wij zagen niet de juiste mentaliteit en omgang met mensen. Er zat geen pit in, slaapverwekkende stagiaires. We hebben het weer opgepakt, want de jeugd is toch de toekomst. Nu merken we dat de match beter is, maar de bezetting is krap en mensen opleiden kost veel tijd en energie en die hebben we niet.” Op de vraag of de sector vergrijst, antwoordt Fonteijn: “Ja. Het nadeel bij ons is dat we alleen maar parttimers hebben. Het nadeel van de jeugd is dat ze alleen maar parttime willen werken.”

Aantrekkelijk plaatje

“We merken dat de afgelopen vijftien jaar het aantal aanmeldingen voor de toerismeopleidingen aan het teruglopen is. Dat gaat steeds harder, het is een reusachtig probleem. Zeker de afgelopen jaren is de vermindering van het aantal aanmeldingen exponentieel gegroeid”, aldus Frank Radstake (ANVR). “Tegelijkertijd zien we dat steeds meer reisbedrijven überhaupt problemen hebben om mensen te vinden die bij hen willen komen werken. We hebben gemerkt dat alle hospitality-sectoren in Nederland, denk aan de horeca, recreatie, evenementen en aan de reissector in de praktijk te maken hebben met problemen op de arbeidsmarkt om goede mensen te vinden. We hebben allemaal ook gemerkt dat er minder aanmeldingen zijn bij de mbo- en hbo-opleidingen, dus we hebben besloten de handen ineen te slaan en met elkaar te gaan werken aan één hospitality-opleiding en op die manier verwachten we veel meer mensen aan te kunnen trekken. Vervolgens is het aan de verschillende sectoren om ervoor te zorgen dat de mensen bij hen komen werken. Wij denken dat we dat kunnen als reissector, omdat we een hele aantrekkelijke propositie hebben. Het werken in de reissector is namelijk het leukste werk, maar we moeten eerst studenten in de opleidingen zien te krijgen. Jongeren beginnen niet meer met de opleiding en dat heeft ermee te maken dat ze de sector als te ver weg beschouwen, als niet aantrekkelijk genoeg en ook dat er onvoldoende toekomstperspectief is om er een loopbaan in op te bouwen. Wij verwachten dat als we een breed loopbaanperspectief kunnen schetsen, dat we wel een aantrekkelijk plaatje kunnen schetsen en dat het werken in de brede gastvrijheidsindustrie écht een carrière is en dat is op dit moment onvoldoende duidelijk. Salaris is nooit de belangrijkste reden geweest om in de sector te gaan werken en ik zie dat ook niet

zomaar veranderen. Met de huidige cao die we hebben afgesloten waarbij de minima van de schalen al met 10% stijgt en de salarissen met 6% stijgen, denk ik dat we al een enorme stap hebben gemaakt.”

Andere student

Anastasia Juritsjeva-Bekow en Mark van het Bolscher (beiden Saxion) willen vooral het gezamenlijk belang en de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de sector benadrukken om toekomstige professionals op te leiden. “Zonder sector kunnen wij niet opleiden. Wij zijn University of Supplied Science, dus het is toegepast onderwijs en dat kan niet zonder samenwerking met de sector. We beginnen het jaar altijd met gastsprekers. Dit jaar waren dat onder andere Frank Oostdam (directeur ANVR) en Eppo Steenhuisen (eigenaar Askja Reizen) en dit jaar lieten ze weten dat er een ‘andere student’ in de schoolbanken zit. Ze zeggen dat ze goede vragen kregen van eerstejaars studenten”, aldus Juritsjeva-Bekow. “Wij proberen al tijdens het onderwijs het werkveld te bedienen. Het werkveld helpt ons ook daarbij met het creëren van praktijkonderwijs. Wij hebben ook een tourism advisory board waarin werkveldvertegenwoordigers met ons meedenken over de ontwikkeling van het onderwijs en kritisch meekijken en ons steeds een spiegel voorhouden. Ze kijken of wij doen wat zij van ons verlangen. Ze zijn ook één op één gekoppeld aan een module, dus een directe lijn met het werkveld per module. Beter kan eigenlijk niet. Dat is heel fijn, net als de betrokkenhoud van het werkveld door gastcolleges. Het is mooi voor onze studenten om op deze manier kennis te maken met de breedte van de industrie, want dat is ook een uitdaging. Onze branche is heel breed. Het is steeds moeilijker om te vertellen ‘dit is het beroep waarvoor wij je opleiden’. We leiden niet meer voor een beroep op, maar studenten krijgen van ons bepaalde kennis en skills om mee te kunnen bewegen in deze veranderende wereld van toerisme en daar helpt het wel bij om verschillende mensen uit het werkveld te ontmoeten die vertellen wat ze doen en hoe ze daar zijn gekomen. Wij horen vaak van onze studenten dat ze het praktijkgedeelte hoog vinden en dat ze dat ook heel erg waarderen.”

Tijd

“De mensen die in onze advisory board zitten, krijgen daar niks voor. Ze doen het omdat ze de relevantie zien, het maatschappelijk belang voor de reissector”, aldus Van het Bolscher op de vraag of reisbedrijven er nog wel tijd voor hebben om studenten te begeleiden. “Zij voelen nu iedere dag wat het is om personeelstekort te hebben.” Juritsjeva-Bekow: “Maar eerlijk is eerlijk, het werkveld geeft ook terug dat het veel tijd kost. De ene stagiair is de andere niet. Je hebt studenten die makkelijk meedraaien, terwijl de ander veel energie kost. We werken op Saxion met accountmanagers die allemaal binnen de breedte van toerisme en leisure een netwerk hebben. Wij kunnen altijd voldoende studenten plaatsen bij voldoende bedrijven in Nederland. Dat is heel fijn.”

Dip

“Wij hebben natuurlijk wel een enorme dip in het aantal aanmeldingen gehad door corona. Vorig jaar had alles wat betreft aanmeldingen ook te maken met de beeldvorming van de sector. Op dit moment hebben wij een instroom die hoger is dan dat die voor corona was. Dat komt wellicht doordat een deel van de studenten niet wilde starten tijdens corona. We hebben onlangs een open dag gehad waarvoor 131 aanmeldingen waren en dat is in vergelijking met andere jaren ook fors meer”, aldus Van het Bolscher. “We hebben tijdens de dagen op het congres dingen gehoord, die wij al in ons onderwijs hebben verwerkt. Het allerbelangrijkste voor een opleiding is dat je doet waar de sector om vraagt”, aldus Van het Bolscher. “Er is een tekort in de sector. Onze relevantie wordt alleen maar groter op dit moment. In die lijn zijn we dan ook ontzettend blij dat we een fors hogere instroom hebben dan vorige jaren. Wij zijn er om ons werkveld te bedienen met goede mensen. Er zijn nog genoeg docenten en dat is belangrijk, maar zeker ook dat je studenten opleid op een manier waar de markt om vraagt. Ik ben blij dat we die bevestiging hebben gekregen.”

Niet de juiste mentaliteit, geen pit en slaapverwekkende stagiaires

Impact ouders

Op de vraag hoe groot de impact van ouders is op de keuze van studenten, antwoordt Biegel: “Die impact is zeker groot, zeker de afgelopen twee jaar door corona. Ze adviseren om maar niet in de reiswereld te gaan werken, omdat het een heel ingewikkelde wereld is. Het zit hem ook een beetje in het feit dat het echte vakmanschap niet wordt gewaardeerd. Het échte vakmanschap en dat zit ook in het maken van het toeristische product. Je ziet de havorisering, het havoeffect is eigenlijk doodzonde.”

To do

“Je moet met elkaar gaan kijken naar wat de taken voor de toekomst zijn. Waar zit het werk, wat kan je op mbo- en hbo-niveau doen. Gewoon heel helder maken waar je toe opleid en wat het loopbaanpad is en dat is gigantisch. Ik was eerst reisleidster en zit nu in het onderwijs. Je moet wel even anders kunnen denken als jongere”, aldus Biegel. Ook John Flierman (MBO College

De Schiphol-chaos heeft toerisme niet in een positief daglicht gezet bij studenten.

Centrum) heeft zo zijn ideeën over wat de reissector kan doen: “De reissector kan samenwerken, werkgevers kunnen samenwerken met de brancheorganisatie, maar ook met andere branches die met gelijksoortige vragen zitten. Bekijk wat je met elkaar kan doen voor het mbo. Er is ook nog heel veel te doen op het gebied van zijinstroom, hoe maken wij ons als sector interessant voor mensen die willen overstappen. Als derde, hoe je het ook wendt of keert, zijn er mensen die extra support nodig hebben. Bijvoorbeeld statushouders, mensen die binnenkomen in Nederland en de taal misschien nog niet helemaal machtig zijn, en mensen die een bepaalde afstand hebben tot werken/leren. Dan heb je eigenlijk drie zuilen waar je als je in totaal kijkt inclusief van deeltijd naar iets meer voltijd, oplossingen kan vinden voor het personeelsprobleem. Maar de belofte die je aan jezelf doet, moet je wel waarmaken.”

Zorgen maken

“De brede hospitality en de reiswereld moet zich zorgen gaan maken over het personeelstekort”, aldus Flierman. “Het is natuurlijk een sector die van oudsher met heel veel jonge mensen werkt en als je weet dat het aantal jonge mensen wat minder wordt, dan moet je je strategie voor de langere termijn wel gaan aanpassen.” Biegel: “Het is op dit moment de vraag wat we gaan

This article is from: