19 minute read

WELKOM OP DE AGORA

Next Article
SYNTHESE

SYNTHESE

W

ELKOM OP DE AGORA!

Agora, zo werd in het oude Griekenland de markt genoemd. Je ontmoette er mensen van alle rang en stand. Het was de ontmoetingsplaats bij uitstek om ideeën uit te wisselen en informatie en kennis te delen. Daarom hebben we voor dit boek de titel Agora bedacht. Een ideale plek om het denken te voeden. We garanderen je een boeiende kennismaking. 1→ OP STAP MET AGORA

Dit boek is opgebouwd uit vier thema's. Elk thema krijgt zijn eigen introductiepagina. Een thema is opgebouwd uit verschillende THEMA 1 hoofdstukken. MIJN ONTWIKKELING? SPANNEND!

THEMA 1 HOOFDSTUK 1 5

ZE NOEMEN MIJ ADOLESCENT WAAROVER GAAT DIT HOOFDSTUK? Op een inleidende, groene pagina kom je Je ontwikkelt een leven lang, op meerdere gebieden. In dit hoofdstuk ga je op zoek naar wie je, als gevolg van je ontwikkeling, momenteel bent: een adolescent. Allicht heb je je al afgevraagd hoelang die te weten waarover het hoofdstuk gaat. periode duurt en of ze overal hetzelfde is. Of misschien wil je wel weten waarom er zoveel verschil is in de ontwikkeling van pubers, zoals ze je ook wel eens noemen. Om daarover met elkaar te kunnen praten, komt het erop aan dat je een aantal begrippen, situaties en ontwikkelingsmechanismen kunt analyseren. Zo snap je beter waarom adolescenten, elk op hun manier, als adolescent denken, spreken, voelen, willen en fysiek ontwikkelen. Je toont dat je je eigen levensfase goed kunt analyseren als je onder meer uit de begrippen kunt afleiden wat die Het kader biedt je een duidelijk overzicht van voor jou betekenen. Aan de hand van de juiste begrippen kun je argumenten geven voor wat en hoe jij denkt en kun je bedenkingen formuleren op uitspraken in de media over jouw leeftijdgenoten. Met de kennis die je in dit hoofdstuk verwerft, zul je ten slotte in hoofdstuk 2 de ontwikkeling van andere de inhouden en lesdoelen. Aan de hand van de leeftijdsgroepen kunnen koppelen aan hun ontwikkelingsfase, die anders is dan die van jou nu. Vink aan wat je in de loop van dit hoofdstuk hebt geleerd. WAT LEER IK IN DIT HOOFDSTUK? ← aanvinkvakjes kun je in de loop van het hoofdstuk makkelijk bijhouden welke doelen je al hebt Ik orden de ontwikkelingsdomeinen die tijdens de adolescentie in groei en ontwikkeling zijn, in een schema en bouw de verbanden op tussen die domeinen. bereikt. Bovendien kunnen de inhouden in het Ik trek conclusies over hoe ik me gedraag en wat ik voel als gevolg van mijn fysieke ontwikkeling, mijn toenemende denkmogelijkheden (= mijn ik omga met anderen (mijn socio-emotionele ontwikkeling). cognitieve ontwikkeling) en hoe kader een leidraad vormen bij de voorbereiding op Ik trek conclusies over het verschil in het ontwikkelingstempo van de fysieke ontwikkeling bij mijn leeftijdgenoten en over hoe ze daarmee omgaan. een evaluatiemoment. Ik duid sterke punten en eventuele fouten aan in de manier waarop mijn leeftijdsgroep nadenkt over de dingen, in vergelijking met kinderen, volwassenen en ouderen. Ik herformuleer in eigen woorden de ontwikkelingstaken die de wetenschap formuleert, zoals ik die taken in mijn leven ervaar. 6 THEMA 1 HOOFDSTUK 1 overgangsrituelen – adolescentie – cultuurpuberteit – ontwikkelingstaken – vroeg-, midden-, laat-adolescentie – ontwikkelingsdomeinen: fysieke ontwikkeling, cognitieve ontwikkeling, socio-emotionele ontwikkeling – geslachtskenmerken – puberteit – puberbrein – body image BEGRIPPEN ← Een goede kennis van sleutelbegrippen is heel belangrijk. Bij de start van het hoofdstuk geven we alvast een begrippenkader mee. Zo zul je tijdens de lessen zeker extra aandacht besteden aan die belangrijke termen.

→Elk hoofdstuk start met een duidelijke titelpagina. In totaal telt dit boek acht hoofdstukken. ↓ WELKOM OP DE AGORA! ← ©VAN IN 1

Wat denk je nu over de breinbreker die we aan het begin van dit hoofdstuk formuleerden?

Forum

“Welke argumenten heb je om de adolescentie wel of niet INTROtot 24 jaar te laten duren?”

Ontwikkelingspsychologen noemen jou een adolescent. Wie je nu bent, hangt af van wie je gisteren was en Wat denk je hierover na onze bespreking van dit hoofdstuk? Duid aan waarmee je het (on)eens bent. Geef bepaalt ook wie je morgen zult zijn. Ooit was je een baby en ooit – als alles goed loopt – zul je echt oud zijn. twee argumenten voor de gekozen stelling. Elke dag ontwikkel jij op basis van een complex samenspel van prikkels binnen en buiten je lichaam. Dat Is je standpunt gewijzigd? onophoudelijke proces start al in de baarmoeder. Stellingen 1 De ontwikkelingsperiode ‘adolescentie’ ligt goed zo, van 10 tot 20 jaar.   2 De ontwikkelingsperiode ‘adolescentie’ moet langer duren dan tot 20 jaar.   3 De ontwikkelingsperiode ‘adolescentie’ moet vroeger eindigen dan op 20 jaar.  

Klaar om de onderzoeker in je los te laten? Lees nog eens goed de instructies in de introductie van

Lees het onderstaande krantenartikel. Maak vervolgens de oefening op de volgende pagina.

WIE KOMT OP VOOR HET GEVOELSLEVEN VAN DE ALLERKLEINSTEN?

‘EEN BABY IS GEEN ONBESCHREVEN BLAD.’

We houden geen concrete herinneringen over aan onze eerste levensjaren en onderschatten misschien daarom de emotionele impact ervan. ‘Maar die eerste 1 001 dagen in een kinderleven, van conceptie tot de leeftijd van 2 jaar, zijn cruciaal voor de rest van het leven’, zegt Binu Singh, kinderpsychiater in de babypsychiatrie in het UZ Leuven. ‘Wat in die periode gebeurt, legt in grote mate vast hoe we later functioneren.’ ‘Het is gangbaar gedachtegoed dat een kind als een onbeschreven blad wordt geboren. Dat klopt niet. Baby’s hebben al een eigen temperament en een geschiedenis aan ervaringen in de baarmoeder. Mensen denken dat jonge baby’s niet zoveel van hun omgeving oppikken, dat ze het allemaal niet merken. Tot in de jaren 80 hebben we baby’s geopereerd zonder anesthesie, omdat we dachten dat ze pijn anders ervaarden. Nu vinden we dat horror. Maar op psychologisch vlak maken we nog steeds dezelfde fout. We denken dat we over hun hoofden heen van alles met ze kunnen doen, dat het allemaal geen kwaad kan. We moeten eindelijk erkennen dat baby’s mensen zijn, met evenveel rechten als volwassenen.’ ‘Een baby is geen ding dat gewoon gezond moet worden geboren. Het is een mens met een heel eigen beleving. En daar steken we als struisvogels onze kop voor in het zand. Er is veel onwetendheid over hoe het innerlijke leven van een baby eruitziet en welke noden een baby heeft.’ Bron: De Standaard THEMA 1 HOOFDSTUK 2 54

BREINBREKER In dit hoofdstuk zul je in vijf stappen een antwoord formuleren op deze breinbreker: “Op welke manier zijn de noden van een baby hetzelfde als of net anders dan die van een volwassene?”

Forum

Wat denk je nu al? Ga hierover in gesprek met je klasgenoten en noteer hieronder de argumenten die jullie verzamelen. De noden zijn hetzelfde. De noden zijn verschillend. THEMA 1 HOOFDSTUK 2 56

PARCOURS STAP 1 Wat is ontwikkeling?

Kijk eens naar de samenstelling van het woord ‘ontwikkelen’. Je merkt dat het uit twee delen bestaat: ont-wikkelen.

Letterlijk betekent het ‘van een wikkel ontdoen’. Synoniemen zijn ‘ontvouwen’ en ‘ontplooien’. Ontwikkelen heeft dus te maken met het loskomen uit de ene fase om een volgende fase in te gaan, zoals een rups zich tot een vlinder ontplooit. Elke nieuwe fase in het ontwikkelingsproces is een uitbreiding van een vorige fase. De ontwikkeling kan verschillende vormen aannemen en ze kan betrekking hebben op verschillende domeinen. 1 Zindelijkheid is een belangrijke stap in de ontwikkeling. Lees hieronder welke stappen een kind daarin moet zetten. Beantwoord vervolgens de vragen op de volgende pagina.

ZINDELIJKHEID POSITIEF ONDERSTEUNEN

Op het potje gaan is een belangrijke stap voor een kind. Elk kind wordt zindelijk op zijn eigen tempo. Het is belangrijk om een peuter daarbij te ondersteunen. Dat doe je samen: ouders, opvang, grootouders … Starten op het gepaste moment op een ontspannen manier is de boodschap. Een kind is zindelijk als het voelt dat het pipi of kaka moet doen en het kan ophouden tot op het potje of op het toilet.

Een natuurlijke ontwikkeling

Kinderen krijgen stap voor stap meer controle over hun lichaam. Dat is nodig om te kunnen starten met het potje. Baby’s plassen onbewust en reflexmatig zodra de blaas voor een deel gevuld is. Dat gebeurt tot wel twintig keer per dag. Ook stoelgang maken gebeurt vanzelf. Peuters worden zich bewust van hun lichaam en krijgen een willetje. Ze beginnen bewust de blaasvulling te voelen. Ze merken op dat ze geplast hebben of een volle luier Wat denk je nu over de breinbreker die we aan het begin van dit hoofdstuk formuleerden? hebben. In een volgende fase, die meestal start tussen 2 en 3 jaar, krijgen kinderen stilaan “Op welke manier zijn de noden van een baby hetzelfde als ‘controle’. Ze kunnen pipi en kaka even ophouden en daarna loslaten in het potje of toilet. of net anders dan die van een volwassene?” Droge nachten zijn de laatste stap in de ontwikkeling.

Forum Kansen om te oefenen en een leerproces

Zindelijk worden is niet alleen een natuurlijk rijpingsproces, maar ook een leerproces. Een Wat denk je nu, na onze bespreking van dit hoofdstuk? Ga hierover in gesprek met je klasgenoten en peuter leert begrijpen wat van hem wordt verwacht. Hij heeft kansen nodig om te oefenen. noteer hieronder de argumenten die jullie verzamelen. Daarbij kun jij je kind stimuleren en positief aanmoedigen. Bron: Zindelijkheid positief ondersteunen, Kind en GezinDe noden zijn hetzelfde. De noden zijn verschillend. THEMA 1 HOOFDSTUK 2 57

Argumenten 1 2

Vraag het aan de wetenschap!

dit boek (p. 5). 1 Noteer hier de klasvraag voor een wetenschapper: 2 Noteer hier je persoonlijke onderzoeksvraag: Vergeet niet om steeds rekening te houden met de criteria voor een goede onderzoeksvraag! THEMA 1 HOOFDSTUK 1 ↑ Onderzoekscompetentie 51 EUREKA!

Daarna volgt de intro, die opbouwt naar een breinbreker. Dankzij deze interessante en uitdagende vraag wordt je nieuwsgierigheid geprikkeld. In het forum peilen we naar je eerste mening, een spontaan antwoord op de breinbreker. Misschien kom je tot de vaststelling dat deze vraag niet zomaar op te lossen valt. Daarvoor heb je specifieke informatie nodig. ← Laat de onderzoeker in je los! In Agora verwerf je niet alleen kennis en vaardigheden in het domein van de psychologie en sociologie/gedrags-en sociale wetenschappen, maar zet je ook je eerste stappen als onderzoeker. Omdat elk onderzoek begint met een goede en interessante onderzoeksvraag, daagt de rubriek Vraag het aan de wetenschap je uit om twee interessante vragen te formuleren rond het thema van het hoofdstuk. Je onderzoeksvragen moeten voldoen aan een aantal criteria, die je terugvindt achter de QR-code. Volg bij het formuleren van je vragen het stappenplan op p. 5. Het antwoord op de breinbreker vind je niet zomaar. Daarvoor moet je een parcours afleggen, opgesplitst in een aantal stappen. Met behulp van verschillende bronnen, opdrachten en kenniskaders verwerf je stap voor stap het inzicht, de kennis en de (onderzoeks)vaardigheden die nodig zijn om een gefundeerd antwoord op de breinbreker te geven. Eureka! Als je het parcours helemaal hebt afgelegd, dan ben je voldoende gewapend om opnieuw over de breinbreker na te denken. In het forum zul je merken dat de hele klas nu met veel meer kennis van zaken spreekt dan aan het begin van dit hoofdstuk.

WELKOM OP DE AGORA!

→ ©VAN IN

SYNTHESE

Overgangsrituelen

Om van de adolescentie te kunnen overgaan naar de volwassenheid kennen alle samenlevingen overgangsrituelen. Rituelen zijn bepaalde handelingen die van generatie op generatie worden doorgegeven in de cultuur waarin jij ontwikkelt. Ze kunnen helpen om het leven te ordenen en er betekenis en zin aan te geven.

Uitstellen van de volwassenheid

Het uitstellen van de volwassenheid in onze samenleving heeft te maken met het feit dat onze samenleving heel ingewikkeld is geworden, dat je meer moet kennen en kunnen om zelfstandig, op eigen verantwoordelijkheid het volwassen leven aan te kunnen.

Adolescentie

Adolescentie komt van het Latijnse woord adolescere, dat je kunt vertalen als opgroeien, volwassen worden. In de ontwikkelingspsychologie gebruikt men het begrip om alle ontwikkelingsdomeinen te beschrijven (de fysieke ontwikkeling, de cognitieve ontwikkeling, de socio-emotionele ontwikkeling).

Ontwikkelingstaken

Ontwikkelingstaken zijn taken waarvan men in een bepaalde maatschappij en cultuur verwacht dat personen van de opeenvolgende leeftijdsperioden ze uitvoeren. Pas wanneer de taken van een ontwikkelingsfase bereikt zijn, stap je over naar een volgende fase.

Puberteit

Het begrip puberteit wordt gebruikt om de lichamelijke veranderingen als begin van de adolescentie te benoemen. Het woord is afgeleid van het Latijnse woord pubes. Dat betekent schaamhaar (van het Latijnse werkwoord pubescere = bedekt zijn met haar). Je zit in een groeispurt. Na die spurt wordt het even rustig, maar jongens groeien gemiddeld nog door tot ze 18,5 jaar zijn en meisjes tot ze 17 jaar zijn.

Ontwikkelingsdomeinen Fysieke ontwikkeling

— Het puberbrein

Rond het tiende levensjaar kent je brein een sterke maar ongelijkmatige ontwikkeling. De plotse rijping en ontwikkeling van de hersenen brengt de meeste pubers wat uit hun evenwicht. Hersendelen gaan zich specialiseren. Dat gebeurt in een verschillend tempo. De delen van de hersenen die verschillende functies van je ontwikkeling regelen, ontwikkelen op een ongelijke manier. Het gebied dat de emoties regelt (het limbisch systeem met daarin de amygdalae) ontwikkelt het eerst en erg hevig.

De gebieden die verantwoordelijk zijn voor de beheersing van je gedrag en voor de activiteiten die door verstand en ratio bepaald worden, ontwikkelen pas later (de frontaalkwab). Pas rond de leeftijd van 23 jaar lijkt je brein evenwichtig ontwikkeld. ↑ KENNISCLIP 1 1.1 1.1 1.2 1.3 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6

↑ KENNISCLIP 2 — Zelfvervullende voorspellingen Het begrip zelfvervullende voorspelling (self-fulfi lling prophecy) wordt in de sociale psychologie gebruikt om aan te geven dat als iemand die iets voorspelt of verwacht, die voorspelling of verwachting ook uitkomt, simpelweg omdat de persoon gelooft dat dat zal gebeuren. Eigenlijk gebruiken mensen de kennis die ze al hebben over iets of iemand om er gevolgen uit af te leiden. Die voorkennis gaat dan over: — uiterlijk (hoe iets of iemand eruitziet); — perceptie (hoe iets of iemand overkomt); — geloof in een of andere richting. — Sociale beïnvloeding Men spreekt in de sociale psychologie over sociale beïnvloeding als gekende of niet-gekende druk op mensen wordt uitgeoefend om hun handelen en denken aan te passen. Groepsprocessen Er bestaan verschillende soorten groepsprocessen, onder meer groepsdruk en groepsvorming. HOOFDSTUK 1 — Groepsdruk Groepsdruk is de druk die groepsleden ondervinden waardoor ze hun gedrag afstemmen op het gedrag THEMA 1 van de groep. Het is het gevolg van sociale beïnvloeding die van anderen uitgaat. 52 — Groepsvorming

De groepsvorming maakt altijd een aantal fasen door. Tijdens die fasen bepalen de leden van de groep bewust en onbewust hoe de groep zich zal gaan gedragen, wie de leiders worden … Elke fase kent een bepaald verloop. Een leider kan ingrijpen en de situatie ombuigen om bijvoorbeeld een aangenaam groepsklimaat te creëren in het geval van spanningen.

3.4 Bordschema gedrag (P-O-R)

Alle kennis en inzichten die je tijdens het parcours hebt opgedaan, worden voor jou gebundeld in een synthese. Die tekst geeft weer wat je exact moet onthouden. De nummers naast de verschillende paragrafen verwijzen naar de kenniskaders waarin de leerinhouden werden aangebracht. Zo kun je tijdens het studeren makkelijk extra informatie opzoeken in de kaders die je tegenkwam in de loop van het hoofdstuk. Krijg je graag nog wat extra toelichting bij de lesinhouden? Scan dan de QR-code voor een heldere kennisclip bij de synthesetekst. interactie prosociaal gedrag sociaal gedrag antisociaal gedrag vooroordelen sociale cognitie stereotypen rol van verwachtingen groepsprocessen (5 fasen) sociale beïnvloeding groepsdruk THEMA 2 HOOFDSTUK 3 121

Studeer je graag op een schematische manier? Het bordschema geeft een overzicht van de belangrijkste termen en verbanden die in het hoofdstuk aan bod kwamen. WELKOM OP DE AGORA! ← ©VAN IN 3

2→ HANDIG VOOR ONDERWEG

c Als iemand iets gemeen bedoelt, zul je waarschijnlijk anders reageren dan wanneer iemand duidelijk goede bedoelingen heeft. In de loop van het parcours word je ondersteund door een aantal hulpmiddelen.

KADERS

Sociale cognitie 3.2 In de sociale psychologie gebruikt men het begrip sociale cognitie voor de mentale processen die een rol spelen wanneer je informatie over een ander (of over groepen mensen) in je opneemt, organiseert en interpreteert. Het is een vaardigheid die je kunt ontwikkelen. Bij sociale cognitie nemen je hersenen informatie uit sociale situaties op en verwerken ze die. Zo begrijp je die situaties en de mensen die erbij betrokken zijn. Enkele voordelen van sociale cognitie: — Deze kennis (= cognitie) helpt je om het gedrag van anderen te voorspellen en om er een juist oordeel over te vormen. — Je kunt op een goede manier ervaringen uitwisselen.

THEMA 2 HOOFDSTUK 3 — Deze kennis helpt je om beter sociaal te functioneren. Zo kun je bijvoorbeeld uit het gedrag van de toehoorder aflezen of je de juiste woorden gebruikt, of je niet te snel praat, verkeerde of kwetsende dingen zegt … 106 Ontwikkelingstaken op weg naar volwassenheid 1.2 1 Ontwikkelingstaken Ontwikkelingstaken zijn taken waarvan een bepaalde maatschappij en cultuur verwachten dat personen van de opeenvolgende leeftijdsperioden ze kunnen uitvoeren. Volgens Havighurst vragen alle culturen aan jongeren in de overgang naar volwassenheid om op een aanvaardbare manier met elkaar om te gaan – zowel met mensen van hetzelfde als van het andere geslacht –, om keuzes te maken over een opleiding of hobby, om verantwoordelijkheid op te nemen voor het milieu, de samenleving enzovoort. 2 Ze noemen mij een adolescent Als men jou een adolescent noemt, dan is dat omdat men zo naar jou kijkt. De adolescentie slaat op alle domeinen van je ontwikkeling (zie kenniskader 1.4.): je lichamelijke ontwikkeling, het loskomen van je ouders, je zoeken en kiezen uit keuzemogelijkheden, je morele ontwikkeling, je denkontwikkeling, de ontwikkeling van je emoties … Het woord adolescentie komt van het Latijnse werkwoord adolescere, dat je kunt vertalen als opgroeien, volwassen worden.

Good to know Sommigen noemen mij een tiener

Als men jou een tiener noemt, dan is dat omdat je in de leeftijdscategorie van 10 tot en met 19 jaar zit. Eigenlijk komt het woord van het Engels, waarin men spreekt over teenager. Daarmee bedoelt men dan jongeren tussen thirteen en nineteen. 3 Wat verwacht men van jou in de adolescentieperiode? Allereerst moet je weten in welke fase van je adolescentie-ontwikkeling jij je bevindt. a Lees de onderstaande voorbeeldsituaties.

SITUATIE A

Kamiel vindt het vervelend dat de leraar hem tijdens het zelfstandig werk komt uitleggen hoe je een samenvatting maakt. Enerzijds is hij opgelucht dat hij hulp krijgt, anderzijds ‘wist hij wel hoe hij het moest doen, hoor, op zijn manier’. THEMA 1 HOOFDSTUK 1 18 Kenmerk Situatie 1 De verwachtingen worden op de een of andere manier aan jou duidelijk gemaakt. Opvoeding speelt daarbij een rol, maar ook wat je leeftijdgenoten (= de peergroep) denken en wat je in de media ziet. 2 Als je slaagt in je ontwikkelingstaken krijg je van degenen die je beoordelen (de belangrijke derden) nieuwe rechten en verantwoordelijkheden. 3 Met de nieuwe rechten en verantwoordelijkheden die je kreeg, kun je nieuwe situaties verkennen om daarin sterker te worden. 4 Je ervaart het verkrijgen van de nieuwe rechten als een stap vooruit en bent geneigd je gedrag aan te passen aan de nieuwe status. 5 Jijzelf en de sociale omgeving kijken niet zomaar naar je ontwikkeling. Er zijn altijd ver wachtingen over wat je moet kunnen in elke fase van je leven. Je ontwikkeling stopt nooit. b Bedenk voor elke situatie een eigen ervaring die bij die situatie aansluit. Vertel. 2 Om te bewijzen dat je een bepaalde ontwikkelingstaak aankunt, moet je soms een proef afleggen. a Lees de onderstaande beschrijvingen van dergelijke proeven. b Herlees de vijf kenmerken uit oefening 1. c Kruis aan welke kenmerken van een ontwikkelingstaak herkenbaar zijn in deze situaties. Je kunt meerdere vakjes aankruisen. d Verantwoord telkens mondeling je beslissing. Proef Kenmerk 1 Als je slaagt in een overlevingstocht, mag je deelnemen aan het ‘grootwordenfeest’ van je gemeenschap. Dan krijg je cadeautjes. 1 2 3 4 5 2 In de middeleeuwen moesten zonen van adellijken verschillende fasen doorlopen om zich van schildknaap tot ridder te ontwikkelen. 1 2 3 4 5 3 Om te kunnen overgaan naar het vierde jaar, moet je examens afleggen. 1 2 3 4 5 4 Je mag enkel met de auto rijden op voorwaarde dat je je rijbewijs haalt. 1 2 3 4 5 5 Wanneer je in de jeugdbeweging van de ene naar de andere leeftijdsgroep overgaat, moet je proeven afleggen.

VIP De Amerikaan Robert James Havighurst (1900-1991) studeerde eerst natuurkunde en later psychologie. Hij had veel interesse voor de ontwikkeling van de mens en het proces van ouder worden (hij stierf trouwens aan de ziekte van Alzheimer). In 1967 werkte hij de ontwikkelingstaken uit. Volgens Havighurst wordt de levensloop van mensen, waar ze ook leven, gekenmerkt door het kunnen uitoefenen van opdrachten die in zekere zin specifi ek zijn voor de opeenvolgende leeftijdsfasen. 1 2 3 4 5 THEMA 1 HOOFDSTUK 1 17

Doorheen het hoofdstuk zetten we de belangrijkste zaken op een rijtje in deze rode kenniskaders. De sleutelbegrippen die je in de inleiding leerde kennen, hebben we met een stippellijn onderlijnd. ← In de blauwe Good to know’s vind je handige en leuke weetjes terug die verband houden met de leerstof. Deze extra informatie hoef je niet in te studeren. ← Wat we weten en hoe we denken is niet zomaar tot ons gekomen. Onze kennis komt voort uit het denkwerk van briljante geesten, psychologen, gedragswetenschappers, .... We brengen ze in VIP-kaders onder de aandacht.

ICOONTJES Dit is een mondelinge opdracht. Bij deze opdracht hoort een videofragment. Voor deze opdracht mag of moet je online opzoekingswerk verrichten. In deze opdracht werk je aan je onderzoeksvaardigheden. Bij deze opdracht hoort een ontdekplaat. WELKOM OP DE AGORA! Voor deze opdracht ga je naar het onlinelesmateriaal.

← ©VAN IN

STAPPENPLAN VOOR DE ONDERZOEKSVRAAG

1 Onze vraag voor een wetenschapper

a Kies klassikaal een onderwerp uit dit hoofdstuk waarover jullie meer willen weten, of waarover jullie meer wetenschappelijke gegevens nodig hebben om een gegronde mening te vormen. b Formuleer een onderzoeksvraag met betrekking tot dat onderwerp. Maak daarbij gebruik van de criteria voor een goede onderzoeksvraag. c Zoek samen met de leerkracht een onderzoeksinstituut en/of onderzoeker die de vraag kan beantwoorden. d Bezorg jullie vraag aan die instantie of onderzoeker. a Kies een ander onderwerp uit dit hoofdstuk dat je boeit of dat actueel is en waarover je meer informatie wilt opzoeken. Houd er rekening mee dat je zélf over dat onderwerp een klein onderzoek moet kunnen voeren. Scan de QR-code bij elk hoofdstuk voor meer toelichting in het document over onderzoekscompetentie. b Formuleer een onderzoeksvraag met betrekking tot jouw onderwerp. Maak daarbij gebruik van de criteria voor een goede onderzoeksvraag. c Op het einde van het schooljaar heb je een aantal onderzoeksvragen verzameld. Kies daaruit je favoriete onderzoeksvraag. Dat kan de vraag zijn die je volgend jaar gaat onderzoeken. 2 Mijn persoonlijke onderzoeksvraag WELKOM OP DE AGORA! ©VAN IN 5

HET ONLINELEERPLATFORM BIJ AGORA

Leerstof kun je inoefenen op jouw niveau. Je kunt vrij oefenen en de leerkracht kan ook voor jou oefeningen klaarzetten. Hier vind je de opdrachten terug die de leerkracht voor jou heeft klaargezet. Hier kan de leerkracht toetsen en taken voor jou klaarzetten. Benieuwd hoe ver je al staat met oefenen en opdrachten? Hier vind je een helder overzicht van je resultaten. Hier vind je het lesmateriaal per hoofdstuk (onder andere videobestanden en kennisclips). Ga hier ook aan de slag met de ontdekplaten en de bijhorende werkblaadjes. Het e-book is de digitale versie van het leerschrift. Je kunt hierin noteren, aantekeningen maken, zelf materiaal toevoegen ... WELKOM OP DE AGORA! ©VAN IN 6

This article is from: