Teamlid 3: (naam) Doe stap 4 en 5 nogmaals, met het gezinsbudget van Adila. Noteer alle inkomsten en uitgaven. Bekijk vervolgens het overzicht. Komt het gezin van Adila toe? Zijn de uitgaven groter dan de inkomsten of niet? Hoeveel bedraagt het tekort/overschot? Totale inkomsten?
Totale uitgaven?
Tekort? Overschot?
+/–
De moeder van Mila heeft een inkomst die de andere gezinnen niet hebben. Welke inkomst is dat?
b
Zoek op het internet op: - wat dat zijn, - en waarom je ze krijgt.
IN
a
N
Vat vervolgens in je eigen woorden samen, in een doorlopende tekst.
VA
©
Hoofdstuk 1 Koop ik wat ik (niet) wil?
15