18 WETENSCHAP
SPUI 52 01 | 2020 alumni.uva.nl
tekst • Florentijn van Rootselaar illustratie • Mattmo
‘HET IS NU TIJD OM NA TE DENKEN OVER EEN GOEDE EXIT-STRATEGIE’ De coronacrisis zal een wereldwijde transformatie van de economie versnellen. Hoogleraar Henk Volberda ziet hierbij kansen: een afname van de wereldhandel, meer bescherming van het milieu en vergaande digitalisering van de economie. In Nederland zal de overheid op sommige terreinen een meer sturende rol moeten spelen, nu onze liberale markteconomie veel problemen niet heeft kunnen oplossen. Door studenten breed op te leiden, kan ook de universiteit eraan bijdragen de grote uitdagingen van de toekomst het hoofd te bieden. Als we ons gesprek voeren is Henk Volberda nog aan het bijkomen, hij had waarschijnlijk het coronavirus. Na de eerste week met koorts leek het beter te gaan. ‘Maar daarna gingen mijn longen dichtzitten en kwam de kortademigheid.’ Intussen zijn Volberda, zijn vrouw en zijn twee dochters weer beter, al voelt hij zich nog vermoeid. Hoe kijkt de hoogleraar Strategic Management & Innovation aan de UvA naar de coronacrisis? ‘Never waste a good crisis’, zegt Volberda. ‘Het zou jammer zijn als we straks, als er een vaccin is, doorgaan op de oude voet en bijvoorbeeld massaal blijven vliegen. Het is nu tijd om na te denken over een goede exitstrategie.’ Er is een duidelijke scheidslijn tussen de periode vóór en ná de crisis, zegt Volberda. Er was al een transformatie gaande, maar die is door de crisis in een stroom-
‘HET ZOU JAMMER ZIJN ALS WE STRAKS, ALS ER EEN VACCIN IS, DOORGAAN OP DE OUDE VOET’ versnelling geraakt. Volberda ziet vier trends. De eerste is de afname van de wereldwijde handel. ‘De globalisering heeft ons veel welvaart gebracht, maar tijdens de crisis zagen we ook de grenzen ervan. We blijken voor mondkapjes te afhankelijk van andere landen zoals China. Dat komt door de outsourcing van activiteiten: de hoogte van de arbeidskosten bepaalt op welke plek een onderdeel wordt geproduceerd. De crisis leert ons het belang van korte ketens: we zullen meer in ons eigen land moeten produceren. Dat geldt niet alleen voor medische hulpmiddelen. We zijn het normaal gaan vinden om voedsel uit de
hele wereld te halen, bijvoorbeeld bosbessen uit ZuidAmerika – maar ook die globale handel moet meer gereguleerd worden.’ Die afname van de globalisering is ook nodig voor het milieu, het tweede terrein waarop Volberda een nieuwe trend ziet. ‘Alleen door kortere ketens en circulariteit kunnen we de uitstoot van onder meer koolstofdioxide tegengaan en de biodiversiteit in stand houden. Dat wisten we al langer, maar door de crisis stoten we plotseling veel minder uit. Dat zullen we straks moeten volhouden.’ Belangrijk vindt Volberda ook de derde trend, de digitale transformatie. ‘Het adagium was altijd tech is easy, change is difficult. We hadden wel mooie technologie, maar mensen wilden die vaak niet gebruiken. Door de crisis zie je dat mensen wel moeten. Om maar iets te noemen: veel mensen werken thuis en maken gebruik van allerlei digitale communicatiemiddelen. Er is een kans dat we in de postcorona-economie terugvallen in het oude systeem, maar dat acht ik zeer onwaarschijnlijk. Mensen zullen meer thuiswerken, de mobiliteit zal afnemen, kantoren gaan er anders uitzien. Om het werk te doen, zal er blijvend meer gebruik worden gemaakt van nieuwe digitale technologieën.’ Volgens Volberda leidt die digitale transformatie tot een sterke productiviteitsstijging. ‘We hadden zulke stijgingen vanaf de jaren vijftig tot in de jaren tachtig in de vorige eeuw. Daarna waren er nog wel kleine stijgingen, maar die kwamen nooit boven de 2 procent. In de jaren tachtig zeiden we dat je de computer overal zag, behalve in de productiviteitscijfers. Maar door de transformatie die nu is ingezet, zal er een enorme productiviteitsboost zijn. Vroeger moest de accountant naar zijn klant, maar die merkt
nu dat die ook goed op afstand zijn werk kan doen, waardoor er meer tijd overblijft voor productie. Ook kan een professional tegenwoordig allerlei processen automatiseren. Kunstmatige intelligentie (AI) en machine learning kunnen de advocaat veel werk uit handen nemen door bijvoorbeeld contracten te analyseren of arresten te doorzoeken.’
ROBOT Automatisering lijkt onvermijdelijk tot banenverlies te leiden. Want neemt de robot niet het werk over van de fabrieksarbeider, en de toepassing van kunstmatige intelligentie dat van de hoger opgeleide professional? Volberda ziet verschillende, tegenstrijdige trends. ‘In 2015 deed een denktank van het World Economic Forum een onderzoek in het kader van het project Future of Work. Daar kwam uit dat digitale technologie tot uitstoot van arbeid zou leiden, vooral aan de onderkant en in de middensegmenten van de arbeidsmarkt. Wat ik zelf opvallend vind, is dat je die uitstoot ook ziet aan de bovenkant van de arbeidsmarkt: ook hoogwaardige en kennisintensieve processen van accountants, juristen, en ingenieurs kunnen gedeeltelijk worden uitgevoerd door nieuwe technologieën. Als zij relevant willen blijven, zullen ze zichzelf opnieuw moeten uitvinden en deze nieuwe technologieën moeten omarmen.’ Tegelijkertijd komen er nieuwe banen bij. ‘In 2018 is datzelfde onderzoek herhaald, en toen bleek dat er een nieuwe bedrijvigheid was ontstaan, die nieuwe functies met zich had meegebracht. Bijvoorbeeld een droneverkeersleider. Zo zullen er voortdurend nieuwe functies ontstaan. In dat laatste onderzoek werd voorspeld dat maar liefst 57 procent van de huidige banen