Grondig 3 - 2017

Page 1

vakblad voor specialisten in groen, grond en infra

10 - GROEIENDE BELANGSTELLING VOOR 30 TONNERS 14 - VELDPERIODE KUILGRAS MOET KORTER 40 - NIEUWE AANPAK GLADVINGERGRAS 60 - JANNEKE WIJNIA BENOEMD ALS DIRECTEUR 64 - DENK NA OVER SPUITRISICO’S

3 2017


NIEUW in middenvroeg 2017

Ga ook voor de maximale voederwaarde met onze nieuwe generatie 31-maïs Met een bovengemiddelde celwand- én zetmeelverteerbaarheid zorgt de 31maïsgeneratie voor de beste rantsoenbenutting. Omdat VEM wordt berekend op basis van álle verteerbare bestanddelen, wint u met de betere aanwending van de restplant sterk aan voederwaarde. Voeradviseurs rekenen met een winst van 75 VEM per kg ds die anders via de mest verloren gaat. De nieuwe 31-maïsgeneratie is verkrijgbaar in zeer vroeg, vroeg en middenvroeg.

www.LG31mais.nl

Elke keer beter, altijd de beste.


Colofon Grondig is het vakblad, website en digitale nieuwsbrief voor de cumelasector, specialisten in groen, grond en infra. Grondig wordt uitgegeven door CUMELA Communicatie in opdracht van CUMELA Nederland. U kunt zich via grondig.com aanmelden voor de gratis nieuwsbrief Grondig actueel. Adres CUMELA Nederland Postbus 1156, 3860 BD Nijkerk tel. (033) 247 49 00, fax (033) 247 49 01 www.cumela.nl CUMELA-infolijn (033) 247 49 99 / infolijn@cumela.nl Grondig / CUMELA Communicatie tel. (033) 247 49 50 / www.grondig.com grondig@cumela.nl / @Grondig Bladmanager Michiel Pouwels Redactie Toon van der Stok (hoofdredacteur), Gert Vreemann, Marijke Dorresteijn, Ton Herbrink (eindredacteur) Vormgeving Practicum Print Management BV, Soest Voorplaat CUMELA Communicatie Advertentiewerving Lisette Kerkhof, lkerkhof@cumela.nl Druk SMGB, Doetinchem Abonnementen Een abonnement op Grondig kan op elk moment ingaan en loopt na de eerste periode van kalenderjaar tot kalenderjaar. Een opzegging van het abonnement dient schriftelijk, vóór 1 november door ons ontvangen te zijn.

REDACTIONEEL Voorjaarsblues Het is voorjaarsweer en de eerste terras- ofwel voorjaarsbloesjesdag hebben we alweer mogen meemaken. Ook de bijbehorende stress, want het bloesje moet natuurlijk wel goed zitten. Het mag niet te dik maken, het moet mooi afkleden. Plus is er het probleem dat het passende bloesje nog niet zo eenvoudig te vinden is. Gangbare maten zijn in een mum van tijd uitverkocht en die speciale maten zijn schaars. En dan heb je ook nog te maken met de wens dat het een beetje exclusief moet zijn. Je komt immers niet graag iemand tegen met dezelfde mooie, zorgvuldig gekozen outfit. Dat geldt ook voor sommige graafmachines, zeker nu we merken dat er meer en meer 30tons machines in onze sector verschijnen. Als je de verhalen in deze uitgave leest, is de 30 tonner, soms met verlengde giek, een mooie aanvulling, met kansen voor bedrijven: voor speciale grote klussen, maar ook om je 3D-GPS optimaal te benutten. Het is een machine waarmee je goede sier maakt, omdat je in één werkgang al het werk rond de machine kunt doen: graven, vlakken en laden, het is er langs gaan en klaar. Daarom vertellen verschillende ondernemers in dit nummer waarom ze kozen voor deze exclusieve machine. De 30-tonner past ook nog goed in de flexibiliteit die onze sector zo eigen is. Het is het topmodel dat je met enige aandacht nog redelijkerwijs zelf kunt vervoeren, omdat het net binnen een breedte van 3,50 meter valt. De meerprijs ten opzichte van een 21- of 25 tonner is er natuurlijk, maar dat valt te overzien. Laten we wel hopen dat het bezit van zo’n machine te vergelijken blijft met dat kledingstuk voor bijzondere gelegenheden, dat je pas aanschaft na goed om je heen te hebben gekeken en na je te hebben geïnformeerd over de potentie bij opdrachtgevers. Of omdat het mooi past bij eigen werken die op stapel staan. Dan kun je dus een passend rendement maken. Door bewust te kiezen, kun je voorkomen dat het confectie wordt. Met tarieven die onder druk komen, zoals bij het T-shirt dat nu eenmaal onder het bloesje hoort, of die stil staan en net als dat shirt wachten op een gebruiksmoment. Dat is waar leveranciers ook nadrukkelijk voor waarschuwen en dat is wat menig cumelabedrijf ook aangeeft: een paar 30-tonners op de hele vloot past. Als we met verstand investeren, blijft het die exclusieve machine, die je niet op elke hoek van de straat ziet en waarvan je geniet als je ze tegenkomt op specifieke, daarvoor geschikte werken. Net als wij in onze gewone redelijk passende spijkerbroek met universeel T-shirt op een terrasje kunnen genieten van dat ene exclusieve voorjaarbloesje dat met zorg is geselecteerd.

Kosten abonnement Nederland € 89,- per jaar / Buitenland € 124,- per jaar. Collectieve abonnementen: op aanvraag © Stichting CUMELA Communicatie, Nijkerk Het geheel of gedeeltelijk overnemen van artikelen uit Grondig is toegestaan na toestemming van de uitgever. Uitgever en auteurs kunnen geen aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele schade door onjuiste berichtgeving. ISSN: 2210-3260 Lidmaatschap CUMELA Nederland Lid worden? Vraag het gratis infopakket op via info@cumela.nl. Wilt u het lidmaatschap van CUMELA Nederland beëindigen, dan dient u voor 1 oktober een schriftelijke opzegging te sturen naar het secretariaat van CUMELA Nederland te Nijkerk. Het lidmaatschap eindigt dan per 31 december van dat jaar. Bij opzegging na 1 oktober eindigt het lidmaatschap op 31 december van het volgende jaar.

Redactie Grondig Toon, Gert en Marijke

GRONDIG 3 2017

3


Financieringsactie

vanaf 0% rente*

CLAAS FINANCIERINGSACTIE 2017 Top techniek met een top financiering. Looptijd Rentepercentage 36 maanden 0,00% 48 maanden 0,49% 60 maanden 0,99% 72 maanden 1,49% 84 maanden 1,99% * Vraag uw CLAAS dealer naar de voorwaarden.

kampsdewild.nl


INHOUD 3 6 9 10 14 18

Redactioneel In Actie: Loonbedrijf Van der Spek, Waddinxveen Commentaar Marktanalyse 30-tons rupsgraafmachines Vent & Visie: Harrald Helmers, VisscherHolland Sterk Werk: Brouwer & Brouwer, Eastermar

Ondernemen met

mensen 22 Profileren: HAZ Groen, Grond en Infra BV 28 Gebruikers 30-tons machines aan het woord 32 Grondig.com 36 Terugblik Sima 2017 40 Bestrijden van gladvingergras 46 Nieuw G-serie-wielladers van Case 51 Economie 51 In kort bestek

Ondernemen met

vaktechniek 52 Cumelaria 53 Gekruid 54 Scholing: investeren in goede jongens 58 Cumela.nl 59 Voorzitter 60 Verslag algemene ledenvergadering 62 Toolbox: voorkomen van graafschade 64 Omgaan met spuitrisico’s 66 Samenwerking bij geïntegreerde contractvormen in groene projecten 68 Netbeheerder aan te spreken op foutief kaartmateriaal 71 Actualiteiten omtrent kentekenen landbouwvoertuigen 73 Ethiek in de cumelasector 74 Bedrijvig

Ondernemen met

cumela

Grondig 3 ontvangt u vrijdag 12 mei!

GRONDIG 3 2017

5


ondernemen met

mensen

6

GRONDIG 3 2017

BEDRIJF IN ACTIE


Sleepslangen zonder hindernissen Het is vandaag even letterlijk sleepslangen voor Willem den Boer en Dico Vonk. Omdat de eigenaar van een tussenliggend perceel niet wil dat er over zijn land wordt gereden, slepen de mannen van Loonbedrijf Van der Spek uit Waddinxveen de aanvoerslang maar handmatig over het veld. Dat mag nog wel. Op die manier kunnen ze vanaf de tussenpomp gewoon verder met de percelen in een uithoek van de Meerpolder bij Zoetermeer. De mest wordt hier over een afstand van tweeënhalve kilometer verpompt om tussentransport te voorkomen. Sinds de tweede week van maart draaien de twee sleepslangcombinaties van Van der Spek zes dagen per week nagenoeg continu. Het bedrijf werkt met twee ploegen, die elk twaalf uur per dag maken. Om drie uur in de middag en drie uur ’s nachts is de aflossing. Voordeel voor de werknemers is dat ze toch een redelijke nachtrust hebben. Door het gebruik van GPS is het ook ’s nachts mogelijk om strak werk te leveren en overlap te voorkomen. Op de combinatie die hier actief is, heeft Van den Broek Mechanisatie en Machinebouw uit Moordrecht vorig jaar een slurry swivel gebouwd. Een systeem waarbij de aanvoerslang aan een roterende pijp voorop de trekker is bevestigd en die over de cabine loopt. De constructie is bedacht door het mechanisatiebedrijf in samenwerking met een klant. De afgelopen twee jaar is het systeem door Van den Broek doorontwikkeld tot een robuust systeem dat nauwelijks nog lijkt op het eerste idee. Dat is inmiddels ook gepatenteerd. Commercieel lijkt het ook een succes want inmiddels zijn er zeker al een tiental bedrijven die de techniek hebben omarmd. Het grote voordeel van dit systeem is de betere gewichtsverdeling en het manoeuvreren over bruggen en dammen. Vooral het niet meer hoeven loskoppelen van de slang bij het wisselen van percelen geeft veel tijdwinst. Stilzetten van de pomp is voldoende om even de dam te nemen, waarna er direct weer verder kan worden gepompt. Ook op het kopeinde kan gewoon worden gedraaid, waarbij de slang direct weer naast de bemester ligt. Volgens enkele bedrijven die al wat langere tijd met het systeem werken is hierdoor nog een capaciteitswinst van tien tot vijftien procent te halen. Vooral op bouwlandpercelen vinden klanten de betere gewichtsverdeling een voordeel, heeft Van der Spek gemerkt. “Klanten waar ik met deze combinatie ben geweest, vragen er weer om als ik tussendoor kom met mijn tweede combinatie, waar dit niet op is gebouwd”, De betere gewichtsverdeling komt vooral door het vervallen van de hefmast op de bemester, wat een ton gewichtswinst oplevert. Zeshonderd kilo komt er dan wel weer bij voor de pijpconstructie en draaikrans, maar deze grijpen aan op de voorwielen. “We hebben nu de krachten veel beter verdeeld over de vier wielen. Een gewone sleepslangcombinatie trekt de trekker veel meer achterover, waardoor het hele gewicht op de achteras rust”, aldus Van der Spek. Hij is meer dan tevreden over het rendement van dit systeem. “We zijn sneller en in de bochten trekt de slang je er door heen. Onze capaciteit is daardoor weer wat groter.” TEKST EN FOTO'S: Toon van der Stok

GRONDIG 3 2017

7


Wij weten wat we verzekeren! De verzekeringsspecialist in de cumelasector Als onderdeel van brancheorganisatie CUMELA Nederland weten we als geen ander waar u als ondernemer mee te maken heeft, met welk materieel u werkt en welke risico’s u daarbij loopt. Onze polisvoorwaarden zijn daar dan ook volledig op afgestemd.

“Wat u ook wilt weten, ik sta voor u klaar!” Herman Arissen, schadebehandelaar Onze voordelen ü Persoonlijk contact met onze specialisten ü Gemak en uitgebreide service ü Kennis van de cumelasector ü Uitstekende prijs-kwaliteitsverhouding ü Soepele afwikkeling bij schade

website: www.cumelaverzekeringen.nl | e-mail: verzekeringen@cumela.nl | telefoon: (033) 247 49 60


ondernemen met

mensen

COMMENTAAR Ken ik u niet ergens van? Bekend van radio, tv, werkbezoeken, Kamervragen en Twitter… Het ging het afgelopen halfjaar immers om de gunst van de kiezer, dus daar moesten wij hen van kennen. Bovendien heeft u hen voorafgaand aan de verkiezing in bijna alle programma’s en in kolommen zien figureren of hoofdrollen zien spelen waarbij partijpolitiek nauwelijks een issue was. Ieder voor zich was bezig om in beeld te zijn. Het zijn net mensen, onze politici. De mannen en vrouwen wiens leven wordt bepaald door een vierjaarlijks bioritme, waarbij het vaststellen van de kandidatenlijst zoiets is als een go of no-go voor het vervolg van Haagse carrières. En wat nu als je op lager op de kieslijst stond bij de verliezers. Wat als je partij niet boven de kiesdrempel uittorende? Wat komt er dan straks op het CV van de ministers en staatssecretarissen die na de verkiezingen ineens baanloos zijn? Zo’n ex-politicus die zich als ‘in de aanbieding’ presenteert met in zijn smartphone namen en nummers van tout le monde in Den Haag en omstreken, zou dat nu een ideale deuropener zijn voor brancheorganisaties? Vaak zie je zo’n kopstuk opduiken bij belangenbehartigers in de grotere sectoren: de zorg, de bouw, bij verzekeraars, banken of multinationals die hun eigen belangen behartigen. De vraag die wij onszelf dan stellen: waarom zou zo’n ex-politicus de belangen van de cumelasector behartigen? Of is hij wellicht op zoek naar een goed betaalde parkeerplaats waarop vooral hij kan stralen tot de volgende verkiezingen?

Michiel Pouwels Directeur belangenbehartiging CUMELA Nederland

Ook onze bestuurders stellen de vraag wel eens, zeker wanneer ze aan een gedeputeerde of wethouder met moeite hebben uitgelegd waarvoor de cumelasector staat, welke werkzaamheden we uitvoeren en hoe groot onze maatschappelijke relevantie is. Op zo’n moment zou je misschien willen zeggen: “De cumelasector, u kent ons van meneer X, voorheen staatssecretaris van YZ.” Willen we onze bekendheid verbinden aan meneer X of juist aan de kwaliteit en herkenbaarheid van onze eigen cumelasector? Kent u bijvoorbeeld de voorzitter van de autodealers of van de transportondernemers? Toch grote bedrijfstakken, die er - net als wij - bewust voor kiezen om hun sectorbekendheid op eigen kracht verder te ontwikkelen. Met behulp van af en toe een ‘secret friend’, maar vooral door zelf actief te lobbyen bij de doelgroepen die er voor u en ons toe doen. Daarover zult u de komende tijd meer van ons horen. In een ledenorganisatie als de onze mag u daarover vanzelfsprekend uw eigen mening hebben. Ik ben zeker benieuwd hoe u erover denkt en ontvang uw reacties graag op mpouwels@cumela.nl.

GRONDIG 3 2017

9


30-TONS RUPSGRAAFMACHINES Groeiende belangstelling voor tussenmodel

ondernemen met

mensen

De gangbare praktijk is een 21- tot 25-tons graafmachine of meteen een flinke slag zwaarder naar 35 ton en meer. De 30-tons klasse zat daar in Nederland een beetje tussenin, maar veel importeurs zien een toenemende belangstelling voor deze klasse. In combinatie met een verlengde giek lijkt er een nieuwe norm te ontstaan. Het moet echter wel passen en de markt is niet booming. Zo maar een foto die we kregen van een bekend cumelabedrijf, in dit geval van Aannemingsbedrijf J. van Leeuwen, dat volop werkt met een 30-tons machine. We zien dergelijke foto’s steeds meer verschijnen bij afleverberichten. Het nieuwe topmodel in de rupsgraafmachines tot een breedte van 3,50 meter begint zich daarmee steeds duidelijker af te tekenen: een circa 30-tons machine met een ongeveer vier meter verlengde giek om de extra kosten in de hand te houden en toch een groter graafbereik te creëren. Dat samen met een snelwissel van de 21-25 tons machines, zodat al die tools die u al heeft erop passen. Dat scheelt een enorme investering. Daarbij valt die 30-tonner op de gangbare 90 centimeter brede rupsen net binnen de 3,50 meter breedte en is de machine daardoor met een breedteontheffing redelijkerwijs nog te transporteren. Bij een slag grotere machines kom je immers terecht bij speciaal vervoer. De extra capaciteit is te benutten op projecten waar flink wat grond moet worden verzet en in de sloop, waar de extra kracht en reach altijd past. Bij infrawerken heeft deze machine een pre, omdat je net wat verder van de put af kunt staan, meer kracht hebt om zware putten te zetten en

10

GRONDIG 3 2017

beter kunt afvullen. De interesse komt deels ook doordat een aantal grote opdrachtgevers materieel hebben afgestoten. Die kennen de 30-tons klasse en vragen er gericht naar. De extra kosten vallen te overzien. Reken met een verlengde giek in de buurt van de € 60.000,- extra ten opzichte van een 25-tonner, plus ruwweg tien procent meer brandstofverbruik, circa twee liter per uur dus. Wel moet je rekening houden met wat meer stilstand, omdat deze machine minder universeel op elk werk past dan bijvoorbeeld een 21-tonner. BIA was de aangever van dit verhaal en vat wat we elders horen heel goed samen. Verder hebben we nog wat aanvullende opmerkingen van enkele andere importeurs en apart aandacht voor de belangrijke factor transport. Ook vindt u verderop in dit nummer een bloemlezing van een aantal bedrijven die al hebben geïnvesteerd. Bij de 30-tons rupsgraafmachine past wel de relativering dat het maatwerk blijft, waarop deze klasse een aanvulling is. De markt is er en het aantal machines onder cumelabedrijven groeit, maar booming is het zeker niet. Het moet wel passen. TEKST & FOTO’S: Gert Vreemann


BIA Komatsu, Zutphen:

”Het blijft maatwerk” Net klaargemaakt voor Next Rental is deze 30-tons Komatsu PC290LC-11 met Qil Quick-snelwissel en verlengde giek in combinatie met af-fabriek sloopuitrusting. Volgens country-manager Patrick Schothuis en regiomanager Arjen Uijtewaal van BIA Komatsu Nederland past deze PC290 prima bij een verhuurder als Next Rental, omdat niet elk cumelabedrijf voldoende klussen zal hebben om een 30-tonner ten opzichte van de meer gangbare 21- en 24-tons machines rendabel te maken. BIA bevestigt dat er wel meer belangstelling is voor 30-tons machines, binnen eigen merk de PC290. Een trend of een overstap ziet het bedrijf als te grote woorden. Het denkt dat de 21- en 24-tons klasse het meest gangbaar zullen blijven. Wel ziet BIA een groeiende markt voor specifieke inzet, zoals sloop- en infrawerk en voor cumelabedrijven die zelf complete klussen aannemen. Voor de onderverhuur ziet het bedrijf minder markt, omdat opdrachtgevers niet altijd een bijpassend hoger tarief willen betalen en omdat de machine niet altijd zo goed past in de colonne grondverzet (afvoer) als de gangbare 21- en 24-tons machines.

Specifieke markten In Zutphen zien ze vooral belangstelling in de sloop en recycling. In de sloop is het een prima allround machine die én geschikt is voor het slopen van gebouwen tot circa vier verdiepingen én prima geschikt is voor het bijbehorende opruimwerk op sloopklussen. Dat geldt zeker wanneer je de snelkoppeling afstemt op tools van de 21- en 25-tons machines, dus een CW40-snelkoppeling en niet de eigenlijk voor deze klasse bestemde CW45. Een ander belangrijk segment voor 30-tonners zijn infrawerken. Rioolpotten worden steeds zwaarder en een rupsgraafmachine kan niet altijd dicht op de put staan. Een 30-tonner kun je dan met een wat langere giek inzetten dan een 24-tonner met standaardgiek, zodat je van verder af kunt hijsen of dichterbij meer kracht hebt voor zwaardere klussen.

In het grondverzet ligt het verhaal volgens BIA genuanceerder. Een standaard 30-tonner met tweekuubs bak zal ten opzichte van een 26-tonner met 1750-literbak ruwweg tien procent meer grond kunnen verzetten. Daarbij zal het brandstofverbruik redelijk in de pas lopen met de capaciteitstoename. Daar zit dus niet het grote verschil. Voor zeg maar tien procent meer grond verzetten, schaf je dan wel een machine aan die afhankelijk van de uitvoering met standaardgiek ruwweg € 25.000,- tot € 30.000,- duurder is. Daar hikt een gebruiker in de praktijk natuurlijk wel tegenaan. Dan moet je ook nog rekening houden met de uitwisselbaarheid van bakken en tools. Als je een wat zwaardere snelwissel aanschaft, passend bij deze klasse, zul je extra bakken en andere toebehoren moeten aanschaffen.

Het blijft maatwerk In ons land is de grondverzettrein redelijk afgestemd op een 21- tot 25tons graafmachine. Als je dan met een 30-tonner komt en langer moet wachten, levert dat niets op. Andersom: als je sneller werkt en daardoor de klus evenredig sneller klaar hebt als dat het tarief hoger is, verdien je ook niets. Je zult volgens BIA goed moeten kijken in hoeverre de machine zijn meerwaarde kan leveren. Het bedrijf ziet dat in vele gevallen de extra capaciteit niet voldoende rendabel kan worden gemaakt in de onderverhuur. Dat ziet het ook als de belangrijkste reden dat voor de onderverhuur de ruwweg 21-tons machines de hoofdmoot blijven. Daartegenover merkt het bedrijf wel op dat een deel van de grote aannemers zelf afscheid heeft genomen van machines. Die kennen de zware machines en zullen ze ook specifiek inhuren als het past. Dan is ook het tarief geen bottleneck. BIA wijst erop dat er bij 30-tonners een grotere kans op stilstand is bij grondverzetbedrijven die zowel werken aannemen als in de (onder)verhuur werken. Dat moet je meecalculeren, of je moet weten dat er voldoende grote klussen zijn of aankomen. BIA ziet wel een groeiende markt, maar gaat graag eerst goed met ondernemers om tafel om te bespreken of een 30-tonner de passende machine is of dat een graafmachine in een andere gewichtsklasse toch een betere keus is. Het grondverzet blijft maatwerk, waarbij er niet voor elke maat evenveel klandizie is.

GRONDIG 3 2017

11


ondernemen met

mensen

Andere leveranciers ook De meeste opmerkingen van andere leveranciers komen overeen met de visie van BIA. We noteerden wat opvallende aanvullende opmerkingen van enkele leveranciers. Pon bevestigt de trend en wijst erop dat de 30tons machine opvallend vaak wordt verkocht met verlengde giek. De importeur geeft aan dat er klanten zijn die de gewichtsoverschrijding oplossen door delen apart te vervoeren, door bijvoorbeeld een demontabel contragewicht. Van der Spek wijst erop dat het voor de gebruikers ook belangrijk is dat de uitrustingstukken uitwisselbaar zijn met die van de zwaardere mobiele graafmachines (bij normaal gebruik) door het gebruiken van de CW4-snelwissels. Van der Spek geeft ook aan dat voor veel bedrijven een 26-tonner (die dan compleet uitgevoerd ook richting de 30 ton gaat) een goed alternatief is voor een ‘echte’ 30-tonner, die in Nederland met verlengde giek, extra contragewicht en ander toebehoren op 90 centimeter brede platen toch richting de 34 ton gaat. Kuiken signaleert bij klanten ook een verschuiving vanuit de 21-23 tons klasse naar de 26-

tons klasse. Deze verschuiving heeft te maken met de aard van de werkzaamheden. Enerzijds komt het door de vraag uit de verhuurmarkt, anderzijds door het feit dat bedrijven zelf werken gaan aannemen waarin een dergelijke machine een rol speelt. Kuiken wijst ook op het voordeel van deze zwaardere graafmachines bij funderingswerk. Ze hebben namelijk voldoende olieopbrengst voor een trilblok. JCB Benelux voorziet een voorzichtige groei

Aandacht voor transport Een mooie foto van de transportcombinatie van Niek Konijn, maar zo goed hebben lang niet alle bedrijven het voor elkaar. Er zijn er die het vervoer uitbesteden, maar veel bedrijven hebben toch graag eigen transport. Veelal is dat een vierassige aanhangwagen, die veel bedrijven al in hun bezit hebben voor de 21-25-tons klasse. Volgens Hero Dijkema, beleidsadviseur verkeer en vervoer van CUMELA Nederland, is bij de 30-tons combinaties een waarschuwing op zijn plaats. Vaak wegen de echte 30-tonners met verlengde giek en extra contragewicht rond de 32 ton. Het is zaak te checken of uw vierassige aanhanger hiervoor is

12

GRONDIG 3 2017

van het aantal 30-tonners in Nederland, maar ziet over het algemeen de 22-tonner de ‘snelloper’ blijven. Zeker in België vormt het maximale GVW van 44 ton voor transport een grote drempel. Kom je daarboven, dan heb je namelijk een arsenaal aan vergunningen nodig. In Nederland is dat met een GVW van 50 ton beter geregeld. Ook bij ons zul je volgens JCB zonder vergunning tot maximaal 26 ton machinegewicht kunnen gaan.

vrijgegeven. Normaal mag een vierassige autonome aanhangwagen met lading maximaal 36 ton wegen en met ontheffing van de RDW 40 ton. Bij een dergelijke ontheffing moet ook de vrachtwagen een groter aanhangwagengewicht kunnen en mogen trekken. Naast de breedteontheffing tot 3,50 meter vraagt Dijkema ook aandacht voor de lengte van de giek en de hoogte. De totale combinatie mag zonder bestuurbare assen niet langer zijn dan 22 meter. Een oplegger is dan vaak beter geschikt. Hiervoor enige tijd uittrekken om dit goed te regelen, is volgens Dijkema op zijn plaats om sterker te staan als u wordt gecontroleerd of betrokken bent bij een verkeersincident.


WWW.MASSEYFERGUSON.NL

MF 6700S MF 6700S | 120-200 pk

GRENSVERLEGGENDE PRESTATIES VOOR EEN NIEUWE GENERATIE

MASSEY FERGUSON is een wereldwijd merk van AGCO.

VAN MASSEY FERGUSON


ondernemen met

mensen

VENT & VISIE

We kunnen veel eerder en natter inkuilen. Dat concludeert ruwvoerspecialist Harrald Helmers van VisscherHolland naar aanleiding van een afgelopen jaar uitgevoerde proef. Die was opgezet om te laten zien wat het effect is van een toevoegmiddel en een korte veldperiode.

Natter, korter, beter Ruwvoerspecialist Harrald Helmers, VisscherHolland Voor het eerst in jaren is er weer uitgebreid onderzoek gedaan naar verschillende strategieën van inkuilen. Te danken aan VisscherHolland, dat geld uittrok voor een echte praktijkproef. Om de betrouwbaarheid te garanderen, investeerde het bedrijf in een onderzoek door De Schothorst, in Nederland hét instituut voor veevoedkundig onderzoek. Op dit praktijkbedrijf werden met voorjaarsgras van één perceel twee kuilen aangelegd: één met een toevoegmiddel en één zonder. Om het effect zelfs bij ideale omstandigheden te laten zien, werd ingekuild na een aantal dagen zonnig weer en onder droge omstandigheden, maar wel bij een drogestofpercentage van 35 procent, omdat dit volgens het bedrijf het beste moment is om een kuil te maken. Om dat aan te tonen, werd in de voerproef ook een vergelijkingsgroep gemaakt die kuilgras met 50 procent droge stof kreeg. Bewust is gekozen voor een proef met twee verschillende kuilen om de praktijk na te bootsen. Helmers: “Tot nu toe zijn alle proeven gedaan met zuurkoolvaatjes. Dat is geen praktijk, omdat je die altijd honderd procent luchtdicht afsluit. Dat haal je in de kuil echter nooit en daarom wilden we juist een proef met drie kuilen die vergelijkbaar zijn met de praktijk.” Zeer opvallend is het eerste gemeten effect: de kuil met het toevoegmiddel Advance was na conservering veel droger dan de kuil zonder. “Daar bewijst het inkuilmiddel zich, ondanks de perfecte inkuilomstandigheden”, stelt Helmers. “Het enige verschil is misschien dat we bij 34 procent hebben ingekuild”, zegt hij. Na zes weken, toen de kuilen stabiel waren, bleek de kuil met toevoegmiddel nog op 34 procent droge stof te zitten, Resultaten voerproef 35% ds zonder

35% ds met

% ds bij inkuilen % ds na conservering Vem Suiker Melkzuur Azijnzuur Boterzuur

31,3 978 30 72 21 0

33,7 962 44 78 18 0

50% ds niet gemeten 49,8 945 101 28 8 0

Melkproductie % vet* % eiwit*

27,7 4,78 3,83

27,5 4,81 3,89

27,5 4,73 3,75

* Verschillen worden vooral veroorzaakt in groep hoogproductieve koeien Bron: onderzoek Schothorst Feed Research

14

GRONDIG 3 2017

terwijl die zonder was gedaald naar 31 procent. Een verschil van tien procent. Het verschil verklaart Helmers uit de betere conservering van de behandelde kuil. “De extra azijnzuur en melkzuurbacteriën die je toevoegt, geven gelijk een voorsprong. Dat gaat heel snel, want onder goede omstandigheden verdubbelt het aantal bacteriën in twintig à dertig minuten. Daardoor daalt de pH in een behandelde kuil veel sneller en is eerder stabiel. In de andere duurt dat langer, omdat er bij de start veel minder bacteriën aanwezig zijn. Er is daardoor veel meer tijd en energie nodig om de hoeveelheid melk- en azijnzuurbacterien te laten groeien. Dat kost energie waarbij drogestof wordt omgezet in water en CO2. Dat betekent minder kg drogestof in de kuil en meer water. Dat zie je nu in het lagere drogestofpercentage van de kuil zonder toevoegmiddel.

“Kuilen is kiezen: of je maakt hooi, of je maakt silage, maar geen tussenproduct” Opvallend waren de verschillen van deze twee kuilen met de praktijkkuil met 50 procent droge stof. Hoewel heel veel kwaliteitsparameters gelijk waren, waren er ook een paar grote verschillen. Meest opvallend was het veel hogere suikergehalte en de veel lagere gehalten aan melk- en azijnzuur. Daarmee is de eerste reactie dat deze kuil toch veel beter is, iets wat Helmers nadrukkelijk bestrijdt. “Voor de voeding van de koe maakt het niets uit, want de koe zet de suiker zelf ook om in melkzuur en azijnzuur. Om kuilen te vergelijken, moet je dus niet alleen naar het suikergehalte kijken, maar ook naar de hoeveelheid melk- en azijnzuurzuur. Binnen de veevoeding wordt dit ook gedaan in het getal SuSaz, suiker en snel afbreekbaar zetmeel. Het voordeel van een kuil met veel melkzuur is dat die veel frisser ruikt en de koe deze vaak veel beter opneemt.” Om te zien hoe de koeien op de verschillende kuilen reageren, is dit najaar de voerproef gedaan. Drie groepen koeien die 180 dagen in lactatie waren, kregen een rantsoen waarin de basis voor 60 procent bestond uit kuilgras. De groepen op de twee kuilen van 35 procent droge stof kregen daarbij een gelijke hoeveelheid maïs en krachtvoer. De groep op de droge kuil van 50 procent kreeg een aangepast rantsoen. Allemaal kregen ze echter ruim voldoende Vem en eiwit om aan de behoefte te voldoen.


Het eerste wat aan het eind van de proef opviel, was dat de drogestofopname van de groep met kuil met toevoegmiddel telkens wat hoger was dan die van de andere. Dit verschil was echter niet significant. In melkgift was er ook geen verschil. Een duidelijk verschil was er wel bij de hoeveelheid vet en eiwit. Deze waren bij de kuilen met 35 procent droge stof hoger dan bij de droge kuil, waarbij de kuil met toevoegmiddel het beste scoorde. Voor het eiwitgehalte liep het verschil op tot 0,2 procent, wat zelfs een bijna significant verschil is. Helmers verklaart dit effect uit het snellere inkuilproces. “Zodra het gras is gemaaid, begint de afbraak van het eiwit. Vanaf dat moment begint een enzym het eiwit om te zetten in een onverteerbare vorm. Helaas zie je dat niet in de monsters, omdat de verschillende soorten eiwit niet apart worden bemonsterd. Dat is echter een proces dat pas stopt als een kuil stabiel is. Daar zit volgens ons ook het probleem van de droge kuil. Vaak komt die niet onder een pH van minimaal 4,5. Daardoor blijft het proces doorgaan. Soms zelfs tot deze gevoerd wordt.”

“Een conserveringsmiddel geeft zekerheid bij een proces waarin je veel geld hebt geïnvesteerd

Wie is Harrald Helmers? Harrald Helmers is ruwvoerspecialist bij VisscherHolland, maar ook melkveehouder in Giethoorn. Daar heeft hij in maatschap met zijn vader en moeder een bedrijf met 135 melkkoeien. Zijn belangrijkste advies is om in te kuilen met 35 procent droge stof. Dat levert een smakelijk kuil op, die een positieve invloed heeft op melk-, vet- en eiwitproductie. Hij adviseert op basis van een net uitgevoerd onderzoek om altijd een inkuilmiddel zoals Advance te gebruiken, iets wat hij zelf al jaren doet.

Het stopzetten van de eiwitafbraak en de mogelijkheid om een smakelijk product in te kuilen is de reden dat Helmers pleit voor het zo snel mogelijk inkuilen op ongeveer 35 procent, iets wat hij zelf al jaren doet. “Zelfs al voor ik bij VisscherHolland ging werken, waarbij ik ook altijd al een toevoegmiddel gebruikte”, vertelt hij. In het onderzoek ziet hij nu de bevestiging dat hij daarmee een juiste beslissing heeft genomen. “Voor mij is dat heel logisch. Als je aan het inkuilen bent, is dat de laatste fase van een proces waarin je veel geld hebt geïnvesteerd. Die € 17,- per hectare is het me wel waard om zeker te weten dat ook het eindproduct goed is en goed wordt opgenomen. De extra bacteriën en enzymen die je toevoegt, zijn voor mij een verzekeringspremie. Nu we weten dat het omzettingsverlies aan organische droge stof met tien procent vermindert, zie je dat je dat geld ook makkelijk terugverdient. Blijft de vraag waarom je toch niet het advies zou volgen dat jarenlang gold voor het inkuilen: streven naar 35 tot 50 procent droge stof. Tenslotte is hooi volgens de deskundigen ook een uitstekend ruwvoer. “Dat is zeker zo, maar dan moet je ook echt hooi maken, dus een product met minimaal 80 procent droge stof. Doe je dat niet, dan moet je silage maken en streven naar 35 procent droge stof. Vaak droogt het al sneller dan verwacht en zit je in de praktijk zomaar op 40 tot 45 procent. Je moet echter niet tussen 45 en 80 procent gaan zitten, want dat is geen hooi én geen silage, met als grote nadeel dat je het niet vast krijgt in de kuil, bijna niet stabiel is te krijgen en je voederwaarde blijft verliezen. Een mooi ideaal, maar hoe realiseer je dat in de praktijk? “Door goede afspraken te maken met de loonwerker. Ik begin altijd met het afspreken van het inkuilmoment, liefst aan het begin van de ochtend. Als dat vastligt, spreek ik ook af wanneer er wordt gemaaid. Meestal is dat ook ’s morgens vroeg, met kneuzer en breedspreid. Afhankelijk van het weer bepaal ik dan of het nodig is om te schudden. Harken doen we ’s morgens net voor het inkuilen. Dan is het gras goed koud en blijft het fris door de veldperiode. Het beetje dauw vind je niet terug. Met goede afspraken krijg je dan veel voor elkaar. Afgelopen jaar waren al mijn kuilen rond de 35 procent. Precies dus zoals ik wil.” TEKST & FOTO: Toon van der Stok

GRONDIG 3 2017

15


Ontdek De nieuwe koers voor onkruidbestrijding in mais • Zeer brede werking tegen grassen en breedbladige onkruiden in mais • Ideale basis voor iedere tankmix • Uniek tegen kamille en zwaluwtong, nevenwerking tegen haagwinde • Ingebouwd resistentiemanagement

Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie.


KAWECO PULL BOX Eén trailer voor al uw oogstproducten. KAWECO heeft al jaren een leidende rol in de markt van de agrologistiek. Met de nieuwe PULLBOX introduceert KAWECO een nieuwe flexibele oplossing voor de logistiek van een veelheid aan landbouwproducten. Een doordacht en eenvoudig systeem in combinatie met een lichte constructie zorgt ervoor dat u vanaf nu met één type trailer al uw agrarische transportwerkzaamheden kunt verzorgen.

www.kaweco.com

606278 KAWECO Pull Box Grondig 200x134.indd 1

Buurtweg 42 6971 KM Oeken tel. 0575 476 555 www.hissink-oeken.nl

27-3-2017 11:29:20


STERK WERK Focus op efficiëntie

ondernemen met

mensen

Brouwer & Brouwer, Eastermar Op het project De Centrale As in Friesland is Brouwer & Brouwer één van de grote onderaannemers. Hier verzet het bedrijf rond de 1,8 miljoen kuub grond met een grote variëteit aan graafmachines, waaronder twee 30-tons Doosan-graafmachines. Ze vormen een onderdeel van uitgekiende werkmethodes om machines altijd zo efficiënt mogelijk in te zetten. We vallen met de spreekwoordelijke neus in de boter als we de 30-tons Doosan DX300LC Stage IV bekijken. Die draait dan volop op het project De Centrale As, een belangrijke nieuwe verkeersader om Noordoost-Friesland te ontsluiten. Het gaat om ruwweg de lijn Drachten-Dokkum, met een aftakking naar Hurdegaryp. Even googelen en je vindt het. De machinist draait op dat moment op één van de laatste deelprojecten in de afrondende fase. Het betreft de aanleg van een natuurpark van circa 25 hectare als onderdeel van de grote klus rondom Burgum, met daarin onder andere een aquaduct en een verdiept weggedeelte. Dit natuurpark omvat watergangen, natuur-, fiets- en wandelpaden, ingepast in alle nieuwe verkeersknooppunten en -werken die daar al zijn gerealiseerd. Brouwer & Brouwer draait daar nu volop om dit deel voor de bouwvak op te leveren. Eelco Brouwer is daar vrij helder in. “Wij hebben het grondwerk in zijn geheel in onderaanneming aangenomen van de aannemerscombinatie Nije Daam om die volledig te ontzorgen. Als we hier

18

GRONDIG 3 2017

wat aan willen verdienen, zullen we zo efficiënt mogelijk moeten werken. Daar zijn we fel op en daarom zie je hier graafmachines van verschillende zwaartes en hebben we twee uitvoerders op dit grote project gezet.”

Naast elkaar Wat Eelco bedoelt met efficiëntie zien we als we bij de nieuwe Doosan DX300LC zijn aangekomen. Die draait dan volop naast een Doosan DX255LC met lange giek. “Kijk, de 300 met standaardgiek en 2,6-kuubs bak pakt hier het grove werk voor het uitgraven van de waterberging. Het betreft hier veen met kleilagen. Vanwege zijn gewicht kan de machine niet te dicht op de kant komen. Daarvoor hebben we de DX255 met lange giek. Die pakt het laatste stuk en werkt meteen op 3D-GPS dit deel af. Zo benutten we beide machines optimaal”, aldus Eelco. Over de ervaringen met de nieuwe DX300 is hij kort en helder. “Een standaardmachine met een mooie Scania-vijfcilinder. Hij doet het prima.”


Brouwer & Brouwer Eelco Brouwer runt samen met zijn vader Rienk, zijn broer Albert en Jouke Bosgraaf het gelijknamige grondverzetbedrijf Brouwer & Brouwer in Eastermar. Brouwer & Brouwer werkt in onderaanneming. De eigen gradercombinatie is één van de specialiteiten. Het bedrijf heeft nog een nevenvestiging in Buitenpost. Vorig jaar heeft Brouwer & Brouwer Grondwerken Renkema in Harkstede overgenomen. Brouwer & Brouwer heeft gezamenlijk met Renkema Grondwerken circa 80 man in dienst en huurt met regelmaat collega-bedrijven in. Het bedrijf is VCA*-gecertificeerd. Meer informatie: www.bbbv.nl.

Eelco concentreert zich liever op de efficiënte inzet. “Daarom hebben we deze voorzien van een S40-snelwissel, zodat we tools kunnen uitwisselen met die van lichtere graafmachines”, legt hij uit. In dit verband wijst hij meteen op een andere Doosan DX285, die hij samen met dealer Anema Arum heeft ontwikkeld. “Die heeft een verlengde giek en lepelsteel, voor een in totaal bijna twee meter groter bereik. Ook heeft deze machine een iets zwaarder contragewicht gekregen. Als we meters moeten maken, zoals hier, en we kunnen er vanwege draagkracht niet zo dichtbij komen, pakken we deze machine”, vertelt Eelco. Hij geeft aan dat die DX285 vooral ook wordt ingezet bij zware infraklussen, zoals het zetten van zware putten en het afwerken ervan. “Je kunt dan toch net even wat meer van de kant af blijven en bij het afwerken beter tot boven de put reiken.”

Op voorraad Dat de efficiëntie verder gaat, zien we als we een omgang maken op het project. ‘Op depot’ staan drie trekker-kippercombinaties, allemaal New Holland T7.170-trekkers met identieke 22-tons Jan Veenhuis-dumpers. “We kiezen bewust voor identiek: dezelfde trekkers, dezelfde kippers met dezelfde banden. Dan rij je altijd door hetzelfde sporen en heb je uniformiteit. Dat geeft capaciteitswinst”, vertelt hij. Dat er wat op depot staan, ziet Brouwer als een must. “We kunnen zo snel switchen van omslaan met graafmachines naar transport met dumpers”, legt hij uit. Hier heeft Brouwer & Brouwer een afwijkende filosofie. “Alle trekkers ruilen we na 3000 uur in één keer om voor nieuwe, zodat we geen kosten hebben en de dealer ze nog goed kwijt kan. De dumpers vervangen we vanuit hetzelfde oogpunt elke drie jaar. Zo houden we de vloot uniform en kunnen we storingsvrij werken.”

De graafmachines gaan wel langer mee. Dat kan volgens Brouwer ook. “Bij de graafmachines werken we met vaste machinisten. Onze rupsgraafmachinisten zijn echte rupsgraafmensen, waarvoor hun machine toch hun ‘thuis’ is, en onze mobiele-graafmachinemachinisten zijn echte mobielegraafmachinemensen. Die rijden het liefst van hot naar her om allerhande klussen te verrichten. Die zetten we dus ook niet op de rupsgraafmachines, puur om zo het beste uit de machines te halen.” Even verder zien we een dikke 55-tons Caterpillar-rupsgraafmachine staan. “Die zetten we in als er echt veel kuubs in een korte tijd moeten worden verwerkt en de omstandigheden het toelaten. We verhuren hem ook aan andere bedrijven. Het is voor ons belangrijk dat we hem hebben op het moment dat we de efficiëntie kunnen benutten.”

Spreiden Op het project wordt op dat moment ook een rotonde gerealiseerd. Daar draait één van de mobiele graafmachines, met heel treffend een glunderende machinist die snel even de wegrand strak aanvult en vlak poetst met de bak. “Die jongens kunnen prima zelfstandig werken en denken mee. Het is heel belangrijk voor ons om dergelijke machinisten te hebben.” We zien er ook machines van andere bedrijven draaien. Eelco is ook hier heel helder in. “Wij huren continu collega’s uit de eigen steek in om het risico te spreiden. Dit project is op een gegeven moment afgelopen. Het is beter om collega’s in te huren en ook andere projecten aan te pakken dan je alleen te concentreren op één zo’n grote opdracht”, vertelt de ondernemer.

Specialiteit graderen Eén van de opgebouwde specialiteiten is het graderen met de wiellader. Brouwer & Brouwer heeft hiervoor deze eigen gradercombinatie ontwikkeld met een complete Trimble 3D-grader-machinebesturing met alles erop en eraan. De grader is dankzij een snelkoppeling in een mum van tijd af te koppelen, zodat de wiellader ook andere klussen kan verrichten. Denk aan het bijwerken van een puinbaan, de aan- en afvoer van materieel, het bijwerken van zijkanten et cetera. Achter de shovel heeft het bedrijf nu een extra ripper ontwikkeld om de puinbaan sneller en efficiënter aan te leggen. Brouwer & Brouwer verricht zelf de verdichtingsmetingen.

GRONDIG 3 2017

19


ondernemen met

mensen

Voor het echt grote werk heeft Brouwer & Brouwer deze 54-tons Caterpillar 345C draaien, mits de omstandigheden het toelaten. Deze wordt ook geregeld verhuurd aan collega-bedrijven.

Op de graafmachines werkt Brouwer & Brouwer met vaste machinisten, die goed meedenken en allerhande klussen zelfstandig uitvoeren.

Brouwer & Brouwer heeft vrijwel identieke New Holland T7.170-trekkers met 21-tons Jan Veenhuis-dumpers draaien. De trekkers en kippers worden bewust jong ingeruild.

Voor het vervoer van tot 30-tons rupsgraafmachines heeft Brouwer & Brouwer een eigen vrachtwagencombinatie met dieplader.

Hij geeft aan dat hij in op dit project de afgelopen jaren in totaal 23 verschillende bedrijven heeft ingehuurd. “Dat werkt tot ieders tevredenheid. Je benut elkaars sterke kanten en onze uitvoerders zorgen wel dat het werk in goede banen wordt geleid. Dat is dan weer ons ding.” Dat spreiden gaat nog een stap verder. Vorig jaar heeft Brouwer en Brouwer cumelabedrijf Grondwerken Renkema in Harkstede overgenomen. “Daar zit dezelfde filosofie achter. Wij vergroten daarmee ons werkgebied richting Groningen, omdat Renkema daar een goed netwerk en dito reputatie heeft. Verder is Renkema meer gespecialiseerd in het kabel- en leidingenwerk, iets wat wij niet zo sterk hadden. Die discipline halen we hiermee zo ook in huis. Bovendien breiden we ons werkgebied zo uit en kunnen we de machines nog breder inzetten”, vertelt Eelco daarover. Wel zet hij de vestiging van Renkema in Groningen bewust voort met mensen van Renkema en behoudt hij de naam Renkema. “Daarmee hou je het netwerk in stand.”

20

GRONDIG 3 2017

Met de overname van Renkema beschikt Brouwer & Brouwer nu ook over de specialisatie minigravers voor kabel- en leidingenwerk.

Het blijft puzzelen Dat is ook de reden dat we op het project De Centrale As al enkele minigravers van Renkema zien draaien. Grondverzet blijft voor Brouwer & Brouwer een puzzel, waarbij het zaak is de juiste machines op de juiste plek in te zetten. Wie dat op orde heeft, kan volgens de gedreven ondernemer in onderaanneming prima werk afleveren voor de hoofdaannemers en er ook nog een boterham aan verdienen. “Ja, daarom hebben we ook twee 30-tons machines draaien op dit project. Die staan niet op zichzelf. Het gaat altijd om het totale plaatje.” TEKST & FOTO’S: Gert Vreemann


Jan Veenhuis Machinefabriek B.V. Kipper opbouw

Jan Veenhuis Machinefabriek B.V. Heesweg 45 - 8102 NB RAALTE

Tel: 0572 - 363629 Fax: 0572- 362133 www.jan-veenhuis.com info@jan-veenhuis.com


ondernemen met

vaktechniek

PROFILEREN

In goed overleg op koers HAZ Groen, Grond en Infra BV uit Hasselt baggert Oude Vaart bij Uffelte uit

22

GRONDIG 3 2017


Project: Opdrachtgever: Aanneemsom: Looptijd: Uitvoerende partij: Werkzaamheden:

uitdiepen Oude Vaart, deeltraject Uffelte. Waterschap Drents-Overijsselse Delta. € 200.000,- (plafondbedrag). december 2016 tot en met maart 2017. HAZ Groen, Grond en Infra BV, Hasselt. uitdiepen Oude Vaart, afzetten vrijkomende grond op aanliggende boerenpercelen, percelen uitvlakken en inzaaien.

Het werkgebied voor het baggeren is groot. Onlangs was de baggerschuit nog in de buurt van Hamburg actief. Op korte termijn verkassen is niet altijd even eenvoudig. Bij dit project loste Zielman dat op door de eigen Big Float in te zetten.

De eigen baggerschuit (cutterzuiger) van HAZ is tijdens ons bezoek aan het laatste tracé bezig. De ervaren machinist werkt onverstoorbaar door. De 30-tons machine met tienduims pomp heeft de opdracht de vaart ongeveer een halve meter uit te diepen. Hiervoor is de combinatie uitgerust met GPS. De machinist heeft ook een peilstok aan de pomp gemonteerd. Hier kan hij op ervaring precies genoeg mee werken. De vaste machinist René van der Vos geeft aan dat er nu relatief veel water wordt toegevoegd, omdat er weinig slib op de bodem zit en de grond eronder vooral uit grof wit zand en wat grind bestaat. Even verderop wordt de spuitgrond in een groot depot gespoten. Hiervoor is de toplaag van twee percelen afgegraven en daarmee is het perceel in dijken gezet. Bedrijfsleider en eigenaar Harmen Zielman geeft aan dat in dergelijke omstandigheden de baggerschuit ongeveer 500 kuub per dag draait. Het baggeren verloopt keurig volgens schema om voor de broedseizoenstop het gewenste tracé klaar te hebben. In totaal gaat het om zo’n 25.000 kuub over een tracélengte van ongeveer vier kilometer. HAZ heeft de klus aangenomen, waarbij het afzetten van de vrijkomende grond zelf moest worden geregeld. “In overleg met de boeren uit de omgeving hebben we verschillende locaties gecreëerd waarop we die grond wel kwijt konden, veelal laag liggende percelen”, vertelt Zielman. Een kwestie van de toplaag verwijderen, opspuiten, het spuitzand egaliseren, diepploegen, de toplaag erover en dan met de kilverbak strak op profiel leggen. Zielman had dit voordat hij dit project aannam al verkend. “Belangrijk issue om goed geregeld te hebben, omdat het op depot zetten en later afvoeren meer geld kost. Zonder de interesse en medewerking van de boeren had het plaatje er anders uitgezien. Het ophogen van de percelen is echt een win-winsituatie.”

Best passend

HAZ heeft afgelopen najaar het project uitdiepen van de Oude Vaart ter hoogte van Uffelte verworven. De vrijkomende grond kon het bedrijf in goed overleg met boeren afzetten op aangrenzende percelen. Dankzij een snelle start haalt HAZ de targets voor de broedseizoenstop.

De tijdsdruk voor dit project was aanvankelijk groot, omdat de baggerschuit in december bij het verwerven van de klus nog elders bezig was. “We zijn daarom meteen begonnen met twee graafmachines, een long reach (25-tons Liugong; red.) vanaf de kant en een Big Float in het water. Dat ging prima, omdat het water ongeveer een meter diep is en de ondergrond bestaat uit vast zand”, aldus Zielman. “We hebben toen met een bulldozer de vrijkomende gronden uitgevlakt”, licht hij toe. Hij geeft toe dat dit niet ideaal was, maar het halen van de targets stond voorop. De 30-tons LiuGong ziet hij als de best passende machine voor deze klus. De LiuGong heeft een relatief hoge draaikrans, waardoor de bovenwagen wat hoger zit. “Niet te zwaar, maar toch even wat meer mans dan een 21- of 24-tons machine. Aangezien er geen factoren zijn die de capaciteit belemmeren, kun je de extra capaciteit maximaal benutten”, vertelt de ondernemer. Zwaarder ziet hij niet zitten. “Nu gaat dat wel, omdat we even droog weer hebben gehad.” Het vervoer is ook bij HAZ een aandachtspunt. “Deze machine staat zoals hier lange tijd meestal op grote klussen. Dat betekent dat hij maar af en toe hoeft te verkassen over de weg. Daar huren we dan een dieplader voor in. Dat is dan goed te overzien”, vertelt Zielman.

GRONDIG 3 2017

23


1 De baggerschuit heeft ondernemen met een tienduims pomp met GPS-dieptemeting. In deze zanderige omstandigheden met grind en relatief weinig slib wordt extra water bijgemengd.

vaktechniek

2 HAZ gebruikt vanuit praktisch oogpunt de kunststof buizen. Deze worden ook gebruikt om de verschillende reservoirs te koppelen en het retourwater af te voeren. 3 De capaciteit ligt op ongeveer 500 kuub per dag. In het begin, toen de baggerschuit nog niet beschikbaar was, is met graafmachines gebaggerd en de grond op as getransporteerd.

1

2

4 Het opgespoten zand wordt met de rupskraan geëgaliseerd. Hoewel het lage percelen zijn, gaat dat prima met een 30-tonner vanaf het opgespoten zand. 5 Na afloop wordt de toplaag weer aangebracht. De graafmachine doet het ruwe werk en met een kilver wordt het perceel voor de boer netjes op maat in profiel gelegd.

3

4

Eind maart is dit deel uitgebaggerd. De LiuGong gaat dan nog even door om de depots uit te vlakken en weer te voorzien van de toplaag. Zielman hoopt de rest van het tracé ook nog binnen te halen. “We hebben nu de ervaring en deze referentie op zak om op maat in te schrijven”, zegt hij. Wanneer is nog ongewis. “Dat hangt af van de investeringsruimte binnen het waterschap en de bijkomende noodzaak de afvoer voor het hele traject op peil te brengen. Het kan zo maar zijn dat we komend najaar op het eind opnieuw ineens weer vol aan de bak mogen om de nieuwe targets voor het volgende broedseizoen te halen.” TEKST: Gert Vreemann FOTO’S: HAZ, Vreemann

24

GRONDIG 3 2017

5


Ervaringen met De LiuGong 930

6 Cummins Stage IIIb-motor met roetfilter. De Stage IV-uitvoering heeft ook SCR (AdBlue).

De LiuGong 930 die op het project draait is afgelopen najaar als demomachine aangeschaft. Het is inmiddels de vierde LiuGong op het bedrijf en nummer vijf is op komst. De goede relatie met dealer Hansan in Staphorst is daarin doorslaggevend. “Met de eerste machine heeft Hansan ons goed op gang geholpen. Daarnaast zijn de service en de afhandeling van de aankoop zoals wij dat graag zien. Wederzijds vertrouwen speelt daarin een grote rol”, aldus Harmen Zielman. Hij geeft aan dat als Hansan een ander merk zou voeren zijn bedrijf waarschijnlijk dat merk had gehad. “Mits de machines voldoen, maar tot dusver zijn we prima te spreken over de LiuGongs. Rechttoe, rechtaan voor het werk, zonder te veel extra’s, maar voldoende comfortabel en prima presterend. Deze had even wat aanloopprobleemjes met de aansturing van de hydrauliek, maar dat is keurig opgelost”, vertelt hij. Bang voor mankementen is hij niet. “Cummins-motoren en hydraulische componenten van Kawasaki zijn bewezen producten”, licht hij toe. Dat mag ook wel van Zielman, want de LiuGongs volgens hem niet eens zoveel scherper meer geprijsd dan de concurrenten en de restwaarde moet ook nog worden afgewacht. Vaste machinist Jan-Harm Drenten is op een vorige week opgespoten depot het spuitzand aan het uitvlakken. De machine staat daarbij in werkstand fijn voor het afwerken en het motortoerental in stand 8. “Dan werkt hij voor dit werk het fijnst bij een laag brandstofverbruik”, vertelt hij. Jan Harmen werkt verder eigenlijk altijd op stand Eco met het motortoerental niet op maximaal. “Ten opzichte van Power merk ik te weinig verschil in capaciteit, maar het brandstofverbruik is zo wel lager. Gemiddeld bedraagt dat zo rond de 26 liter per uur bij continu doorscheppen.” Jan-Harmen werkt met een 1800-literbak. “Er zou een grotere bak op kunnen, maar deze is even fijner in lastige omstandigheden en je werkt toch wat sneller. Per saldo verzet je hetzelfde aantal kuubs bij een lager brandstofverbruik. Hij is goed te spreken over de ruime cabine, met een fijne plek voor de koelbox achter de stoel en genoeg beenruimte voor hem (1,95 meter). “Dat zou je van een Chinese machine niet verwachten”, zegt hij. Ook is hij goed te spreken over het zicht op het werk, vooral over de tot onderaan doorlopende rechter zijruit. Een rondje langs de machine leert dat alles ruim is opgezet. JanHarm is goed te spreken over de flinke kettingberging in de onderwagen. Hij wijst ons nog speciaal even op de grote ruimte bij koelers met extra fijn gaas, zodat de koelers zelf minder snel vollopen. Ook bij het hydrauliekgedeelte dezelfde ruimte en bij de opvoerpomp ruimte te over voor een AdBlue-tank die hier nog niet op zit (Stage IIIb-machine), maar wel op de nieuwe Stage IV-modellen. Jan-Harm is tevreden over het geluidsniveau en het comfort van de machine. “Misschien hebben de LiuGongs in naam niet de uitstraling van sommige andere merken, maar ze doen er echt niet voor onder.”

6

7 Volop settings voor het werken in verschillende modi. De machinist werkt meestal op stand Eco met het motortoerental niet op maximaal 8 Overal veel ruimte en goed doordachte details zoals hier gaas om de radiatoren schoon te houden.

7

9 Vaste machinist Jan-Harm Drenten is goed te spreken over de ruime cabine met een fijne plek voor de koelbox achter de stoel en genoeg beenruimte voor hem (1,95 meter)

8

9

GRONDIG 3 2017

25


: S R E P M U TREKKERB ! P O R O O V D I E H G I VEIL

per: m u b r e k k e r t et een m k o o u n n e Wij rijd grondverzetbedrijf Agrarisch Loon- en , Terzool Gebr. Heeringa BV an,Vaassen Loonbedrijf Beekm k en Grondverzet, Hofmeijer Loonwer Voorst en Meijns Grondverzet Krommenie Groenvoorziening,

oeksterwoude Rijschool Argus, Br oven

Co Bos VOF, Werkh

Gebr. De Boer BV,

Lottum

kland Gubbels Agro, Broe e dienstverlening, Peter Ziel Agrarisch De Groeve

Tussenstand deeln

148

emers

500 400 300

148

30 3 0 30

VEILIG

r (land)bouwverkee

Loon en Mechanisatiebedrijf P. van Leeuwen & Zonen kocht onlangs twee nieuwe, stijlvolle trekkerbumpers. “Met onze bijna nieuwe grote trekkers rijden wij veel met grondkippers over de openbare weg”, geeft Arie van Leeuwen aan. “In de omgeving van Stompwijk rijden helaas nog niet zoveel trekkerbumpers rond dat je deze dagelijks tegenkomt. ondernemer ook de stap zetten om je steentje hieraan bij te dragen. Bij met name de trekkers die veel op de openbare weg rijden, hebben wij gekeken hoe je deze veiliger kunt maken. Daarnaast hebben wij goed opgelet of de chauffeurs geen hinder ondervinden van het rijden met een trekkerbumper”, vertelt Arie. “Dat de trekkerbumpers hun werk doen, merken de chauffeurs al aan de reacties van medeweggebruikers. Naast de vele positieve reacties gaat er regelmatig een duimpje omhoog wanneer een automobilist veilig kan passeren. Dat is de investering al meer dan waard!”

400 300

Met een trekkerbumper zijn wij veiliger voor onze medeweggebruikers!

Om de veiligheid van het landbouwverkeer te vergroten, moet je als

500

Vergroot de veiligheid, rij met een trekkerbumper. CUMELA Nederland ondersteunt de aanschaf van 500 bumpers met een vergoeding van € 500,-. Kijk op www.cumela.nl/ trekkerbumpers voor de deelnemende leveranciers en de spelregels en voorwaarden.


meststoffen

groei door kennis Rijenbemesting in mais: keihard de beste! Vanwege de huidige bemestingsnormen staat er veel op het spel bij de juiste rijenbemesting van mais. Om de maximale opbrengst te halen is de juiste productkeuze van de rijenbemesting nog belangrijker. De korrelvorm en -kwaliteit van maismaster zijn verder verbeterd en de formules zijn geoptimaliseerd. De maismaster meststoffenkorrels zijn uniform van grootte. Iedere korrel bevat de omschreven samenstelling. Uit CropSolutions proeven wordt keer op keer bevestigd dat de hoogste drogestofopbrengsten worden behaald met maismaster producten. Inlichtingen en bestellingen: www.maismaster.eu

• Vijf gekorrelde samenstellingen en drie vloeibare formules • Voldoende aanvulling van borium • Kwaliteitskorrels die uniform, hard en stofvrij zijn • Fosfaat is 90% oplosbaar in water • Financieel het beste resultaat • Informeer bij uw teeltspecialist naar een advies op maat

CropSolutions is een kwaliteitskeurmerk voor de plantaardige sector waarbij onderstaande bedrijven kennis delen, inkoop bundelen en groeiproducten leveren:

MEKOS MACHINEBOUW BRENGT U OP VOORSPRONG!

Unieke egaliseer machines welke voor u per stuk op maat gebouwd worden van klein tot onbeperkt groot: de Mekos Kilver en de Mekos Transport Dozer voorzien van een bodemplaat met hierop een hydraulisch schuifbord.

Partners:

Mekos Schagerbrug BV Tel. 0224-571555 www.mekos.net


GEBRUIKERS 30-TONS MACHINES Passend in het totale plaatje

ondernemen met

vaktechniek

Inmiddels draaien er in Nederland al een flink aantal 30-tons rupsgraafmachines. Op onze oproep kregen we rechtstreeks en via de leveranciers een aantal gebruikers aangereikt met een helder ondernemersverhaal. We openen met Niek Konijn, die al jaren ervaring heeft met zwaardere graafmachines en voegen daar nog zes gebruikers aan toe met elk hun eigen heldere verhaal. De rode draad is dat de machine altijd in breder perspectief moet worden gezien, als puzzelstuk om het totale plaatje rond te zetten. TEKST: Gert Vreemann FOTO’S: Vreemann, bedrijven

Niek Konijn BV, Wijdewormer, Hitachi ZX300LC-6

“Markt voor 30-tonners beperkt” Loon- en verhuurbedrijf Niek Konijn BV in Wijdewormer behoort tot de groep bedrijven die al jaren draaien met zware graafmachines, waaronder 30-tons machines en zwaarder. Een aantal ervan zijn uitgerust met een verlengde of lange giek. Niek Konijn geeft aan dat er in een vloot machines ruimte is voor 30-tons machines en zwaarder, maar dat dat wel beperkt blijft. Op dit moment wordt door Hitachi een nieuwe 30-tonner met zestien-meter-giek en een 21tons met twaalf-meter-giek klaargemaakt voor aflevering. Deze machines zullen straks de verhuurvloot van Niek Konijn gaan versterken. Konijn is daar duidelijk in. “Wij zien dat een aantal grote opdrachtgevers machines

28

GRONDIG 3 2017

hebben afgestoten. Dat zijn vaak opdrachtgevers die bekend zijn met 30-tonners en zwaarder. Zij weten wat deze machines kunnen. Daarop inspelend vervangen wij onze huidige Hitachi 355 door een ZX300LC-6”, aldus Konijn. Hij verwacht dat deze nieuwe 30-tons machine bijna net zoveel kan presteren als zijn huidige Hitachi 355, die aan vervanging toe was. Konijn heeft ook nog een Hitachi ZX350 met achttien-meter-giek, een 26- en een 21-tonner met twaalf-meter-giek en een 21-tonner met zestien-meter-giek draaien. Voor aannemers die een standaard 30-tonner willen, heeft Konijn ook deze Hitachi ZX290 (foto) draaien met standaardgiek en 2250-li-

terbak. De verhuur is in prijs en prestatie in verhouding met machines in de 21- en 25-tons klasse. Wel geeft hij aan dat de 30-tonner en zwaarder minder wordt gevraagd, omdat ze toch worden ingezet op grotere specifieke klussen. In het algemeen bespeurt Konijn geen noemenswaardige toename van het aantal 30tons machines in zijn werkgebied. “Wij draaien al jaren met dergelijke machines, maar echt een grote toename van het werkaanbod voor deze machines zien we niet”, aldus Konijn. Hij ziet in zijn algemeenheid wel meer machines draaien met verlengde gieken. “De meerprijs voor een langere giek moet dan wel worden betaald”, zegt hij daarover. Een verhaal apart, want er wordt niet altijd door de klant naar gevraagd. Zie dan je meerprijs maar te maken”, zegt Konijn. Hij baseert dit op een lange ervaring met rupsgraafmachines met lange of verlengde gieken. Al in 1997 liet hij een Hitachi 330 voorzien van een zestien-meter-giek. Ook werkt Konijn al jaren met 30-tons en zwaardere rupsgraafmachines. “Het zijn er een paar op de hele vloot, want je moet de verschillende machines in de juiste verhoudingen hebben, aansluitend op de vraag in de markt”, vertelt hij. Omdat de vraag voor de 30-tons klasse in de eigen regio niet echt toeneemt, gaat het nu om een vervanging en niet om een uitbreiding van de vloot. “Als het in de verhuur wat stiller is, is de kans groter dat lange gieken en zwaardere rupsgraafmachines eerder stil komen te staan dan standaardmachines.” Transport is bij Konijn geen item. Het bedrijf beschikt over twee speciale diepladers met laadcapaciteiten van 42 en 55 ton voor het vervoer van zware rupsgraafmachines. Konijn rijdt met deze combinaties voor zeventig procent voor derden.


H. de Koning & Zn BV, Oud-Beijerland, Case CX300D

“Ook voor korte klussen prima inzetbaar” H. de Koning & Zn. BV werkt sinds kort met deze Case CX300D-graafmachine met 3D-Trimble-GPS en overdrukcabine met standaardgiek. Voor het bedrijf is het de eerste 30-tonner in zijn vloot rupsgraafmachines uit de 21- en 25-tons klasse. De Koning ziet het als een logische uitbreiding, afgestemd op wensen van de klant. “Wij kregen van opdrachtgevers vragen naar een 30-tons machine voor diverse werkzaamheden gerelateerd aan de grond-, weg- en waterbouw”, zegt Freek-Jan de Koning. “Wij zetten hem op verzoek in, ongeacht de omvang en tijdsduur van de klus. Hij gaat gerust ook naar kortere klussen”, vertelt hij. De Koning ziet daarin geen beperkingen. “We hebben een goedgekeurde aanhanger en beschikken over het benodigde attest om de machine vlot te transporteren achter onze knijperauto’s”, aldus de ondernemer. Hij geeft aan dat de meerwaarde van deze machine op infraklussen goed tot zijn

recht komt. “De extra graafkracht en bakinhoud komen dan goed van pas. Daarom hebben we bewust niet gekozen voor een verlengde gek. Dan wordt de machine toch wat zwaarder en mis je uiteindelijk de benodigde capaciteit ten opzichte van deze uitvoering”, vertelt De Koning. Voor universeel inzetten met de andere machines is de snelkoppeling hetzelfde als bij de lichtere machines.

Harteman BV, Tiel, Komatsu PC290

“Voor eigen werk mag het groter” Harteman heeft onlangs een nieuwe Komatsu PC290 in gebruik genomen met een verlengde giek en extra ballastgewicht. Deze draait hier samen met een PC290 met circa 15.000 uur op de klok. Optisch zie je, los van het type, niet dat de machine naast de nieuwe al zo oud is. Hij ziet er nog ongekend strak en fris uit. De nieuwe PC290 ziet Harteman als een logische uitbreiding. “De grens ligt nu bij 33 ton, omdat onze eigen transportcombinatie, een vierassige aanhanger, daarop is toegelaten. We overwegen een grotere dieplader te kopen om in de toekomst grotere graafmachines te kunnen aanschaffen”, aldus Harteman. Hij kiest voor deze klasse omdat het bedrijf de machines op eigen werken inzet. “De extra capaciteit kun je dan volledig benutten. Bovendien biedt een 30-tonner met verlengde giek in het rioolwerk meerwaarde, omdat je iets verder reikt, zwaardere putten kunt zetten en in één keer twee pijpen kunt leggen zonder te verrijden”, licht hij toe. Daarnaast wijst hij op de Betuwe-omstandigheden. “Hier zijn we meer op een graafmachine aangewezen, omdat in veel omstandigheden de wiellader op de stijve klei niet inzetbaar is”, aldus Harteman. Volgens hem zijn de extra kosten in de pure verhuur moeilijker terug te verdienen.

Daanen Alforst BV, Altforst, Hyundai HX300 L

“Met S40-snelwissel inzetbaar” Met standaardgiek in slopersuitvoering is het toch een flinke jongen, deze 34-tons Hyundai HX300 L. Het gespecialiseerde grond- en sloopwerkenbedrijf Daanen in Altforst koos voor deze machine om meer capaciteit te kunnen draaien, vooral bij het laden van de puinbreker, maar ook in allerhande voorkomende werkzaamheden in het grond- en sloopwerk. Belangrijk item in de keuze voor deze machine is dat het nog net met een S40-snelwissel gaat. “Daarmee zijn uitrustingsstukken van lichtere graafmachines uitwisselbaar”, zegt Eef Daanen. “Voor een slag zwaarder kom je automatisch op een zwaardere snelwissel uit. Je zult dan moeten investeren in passend toebehoren en dit altijd moeten meenemen”, legt hij die keuze uit. Voor de bediening maakt dat verder niet uit, omdat je met de computer drukken en opbrengsten per tool kunt voorprogrammeren. De zwaardere machine blijkt in de praktijk vanwege grotere hydrauliekprestaties net zo snel te draaien als de lichtere Hyundais. Daanen boekt bij het laden en het werken ondanks de standaardgiek toch winst, omdat deze machine met grotere bak of sorteergrijper toch weer een 1,50 meter groter bereik heeft. Voor het transport investeert Daanen in een speciale vijfassige dieplader waarmee het bedrijf de nieuwkomer conform de wettelijke eisen kan transporteren. Dat is nodig want het werkgebied van Daanen is groot.

GRONDIG 3 2017

29


ondernemen met

vaktechniek

Jennissen, Den Dungen, Lieberr R 926

“Net iets lichter is een mooie maat” Voor het aanleggen van dijken en kanalen heeft Loonbedrijf Jennissen in 2014 een standaard 26-tons Liebherr R 926-rupsgraafmachine aangeschaft in de Multi-User-uitvoering met verlengde 14,6 meter lange giek in combinatie met een zeventons contragewicht. Edwin Jennissen is na 4000 uur nog steeds zeer tevreden met de keuze voor deze gewichtsklasse. De in praktijk ruim 28-tons machine doet op grote projecten net even meer, maar is tegelijk niet te zwaar voor het afwerken. Destijds is deze graafmachine mede aangeschaft voor het project Prinses Máxima-kanaal. Daarna heeft hij op meerdere grote projecten gedraaid, onder andere werken voor het project ‘Ruimte voor de rivier’ en het project ontpoldering Noordwaard. Jennissen geeft aan dat deze machine door zijn grotere bereik duidelijk meer capaciteit heeft dan een gewone 24/25-tons machine en met zijn grotere bereik voordelen biedt

bij het afwerken van onder andere dijken. “Een echte 30-tonner in deze uitvoering (in de praktijk met circa 33 ton zo’n vijf ton zwaarder; red.) vinden we net te zwaar”, zegt Edwin Jennissen. Het bedrijf besteedt het transport van deze machine uit, mede omdat het vaak langer op de genoemde grotere werken draait.

B. de Vos BV, Reeuwijk. Caterpillar 329 E

“Je ziet het opschuiven”

Van der Flier BV, Winschoten, Kobelco 260 LC

“Meer capaciteit en niet te zwaar” Kersvers bij Van der Flier te Winschoten is deze Kobelco 260 LC. De rupskraan is uitgerust met een 1750-literbak, een extra contragewicht van drie ton, 90-centimeter-platen, een verlengde 13,5-metergiek en een Leica-3D-GPS-systeem. Daarmee blijft hij voor Van der Flier prima met eigen materieel te verplaatsen en heeft het bedrijf toch een machine waarmee het sterker staat op projecten waar deze klasse past. Mark van der Flier is helder over de keuze van deze 30-tonner “Het is een machine waarmee we dankzij het hogere gewicht en de verlengde giek meer kuubs kunnen verzetten dan met de gangbaardere lichtere machines”, vertelt hij. Zwaarder vindt hij niet passen. “We hebben hierin het Noorden veel te maken met minder draagkrachtige grond waar een 40-tonner minder goed uit de voeten kan. Dan zouden vaak verder van huis moeten om de kraan rendabel te krijgen. Zorgen over terugverdienen heeft Mark niet. “Als de machine presteert zoals wij dat willen en verwachten, levert ons dat voldoende passend werk op om hem rendabel te maken”, aldus Van der Flier. Veel van Winschoten heeft de kraan niet gezien, want vanuit de fabriek is de Kobelco direct afgeleverd bij een wegenbouwproject in het noorden van het land om daar zijn vuurdoop te krijgen.

30

GRONDIG 3 2017

Ruim 4000 uur staat er inmiddels op de 25 maanden oude Caterpillar 329 E. Dat is meer dan destijds ingeschat. Het succes is volgens Boudewijn de Vos te danken aan de veel grotere mogelijkheden van zo’n machine, die past bij de schaalvergroting, en ten tweede aan het gebruik van 3D-GPS-machinebesturingssystemen. “Onze machines zijn daar nu standaard mee uitgerust en je merkt dat het werk daardoor verandert. Een machine die nu op een werk staat, doet in één keer alles. Je laadt de tekening in het besturingssysteem en pakt dan alles rond de kraan mee. Hij graaft een sloot, trekt een berm en bijvoorbeeld het talud erin, laadt gelijk de kippers voor de afvoer van de grond en werkt het af. Daar door kun je een wat grotere machine veel beter inzetten. Dat kan omdat je een groter werkbereik hebt, omdat je net wat langer en zwaarder bent”, aldus De Vos. In dat direct afwerken ligt ook de winst, merkt hij. “Sta je er met bijvoorbeeld een 20-tons kraan, dan is het eerst een slootje graven waarbij de grond op de kant wordt gezet. Pas in een volgende werkgang kun je dan een kipper laden en beginnen met aanbrengen van het talud en het afwerken.”


S 65 7.1 :T W EU NI

VOOR €69.700 ACTIEMODEL UITGERUST MET: • Geveerde cabine

• Transparant dakraam

• 40 km/u eco

• Airco

• 3 toerige aftakas

• 10 werklichten

• 3 hydraulische ventielen

• Gewichtendrager

• Dynamische voorspatborden

• 650/65 R38 achterbanden MITAS

• Luchtgeveerde stoel

• Zwaailicht

Actie geldig tot 30/06/2017

Afgebeelde foto kan afwijken van het actiemodel.

ZOVEEL KRACHT, 165 pk


ondernemen met

vaktechniek

GRONDIG.COM

Op deze pagina’s samenvattingen van berichten die eerder op Grondig.com zijn geplaatst. Wilt u op de hoogte blijven van het actuele nieuws? Ga naar Grondig.com. Daar publiceert de redactie dagelijks nieuws van en voor de cumelasector.

JCB VERRAST MET TELESKID Op Conexpo in Las Vegas toverde JCB met de Teleskid-skidsteer met telescooparm weer een aangename verrassing uit de hoge hoed. Het gaat hier om een machine die tot 2,40 meter ver kan reiken. Daarmee kun je over obstakels en randen heen werken. De Teleskid kan tot 4,00 meter hoogte reiken en hij kan onder het maaiveld werken. De Teleskid heeft een 55 kW (74 pk) JCB Ecomax-krachtbron en is leverbaar in een rups- en een wielvariant.

TRIMBLE MET KOBELCO EN HITACHI Trimble gaat een 3D-machinebesturing leveren aan Kobelco en een nieuw cloud-platform voor Hitachi-machines. Dit heeft het bedrijf bekend gemaakt op de Conexpo in het Amerikaanse

Las Vegas. 3D betekent dat de machinist alleen de joystick hoeft te bewegen om de bak naar zich toe te halen. De computer regelt de stand van de bak en de hoogte van het mes. Op de Conexpo maakte Hitachi bekend om het Trimble Connected Site-platform te gaan gebruiken voor de uitwisseling van machinegegevens met kantoor en omgekeerd.

LIUGONG VL VERTICAL LIFT LOADER Deze 80-tons LiuGong VL80 Vertical Lift Wheel Loader vormde één van de aandachttrekkers op Conexpo. Dankzij een unieke laadframeconstructie met Z-bar-kinematiek beweegt de bak loodrecht omhoog. Dat vergroot volgens LiuGong de laadcapaciteit met ongeveer dertig procent en geeft een hogere uitstorthoogte. LiuGong heeft deze ontwikkeling al in 2010 in gang gezet. De fabrikant geeft aan dit jaar klaar te zijn om deze wiellader in productie te nemen.

advertentie

DELVANO veldspuiten

Gemaakt vóór en door professionals Bel ons voor de dichtstbijzijnde dealer.

NV-SA

Informeer ook naar ons ruime aanbod gebruikte veldspuiten!

Zelfrijdende, getrokken en gedragen veldspuiten

32

GRONDIG 3 2017

Zuidweg 13-15 • Postbus 52 • 4413 ZH Krabbendijke T 0113 - 50 26 10 • F 0113 - 50 61 46 I www.gebrweststrate.nl • E info@gebrweststrate.nl Verkopers: Ko Smalheer, 06 - 53 24 90 27 Arjan Weststrate, 06 - 46 32 20 64


FPT LANCEERT STERKE V20 FPT lanceerde in Las Vegas de 699 kW (910 pk) sterke V20. Het gaat om een 20-liter-V8-krachtbron met een maximum koppel van 4100 Nm bij 1500 toeren. FPT heeft de motor zo compact en licht mogelijk gebouwd om zich te onderscheiden van andere (V12-)fabrikanten. De fabrikant ziet kansen in onze sector (onder meer hakselaars en recyclingmachines) en in de marktsegmenten generatoren, militaire toepassingen en treinen. De nieuwe Stage IV-motor is voorzien van de bekende FPT HI-eSCR-technologie.

fabrikant heeft een extra ophangframe voor het dozerblad rechtstreeks aan het frame van de schranklader gemonteerd. Deze uitbreiding van de DL450 is zo geconstrueerd dat het extra frame met dozerblad relatief eenvoudig kan worden afgekoppeld. Case voegt daar specifieke dozerfuncties aan toe.

IVECO 1500 KILOMETER OP GAS Iveco toonde op de beurs Transport Compleet te Hardenberg deze New Iveco Stralis NP. Met een 294 kW (400 pk) sterke FPT Cursor 9-aardgasmotor en dubbele lng-tank heeft deze nu een actieradius van circa 1500 kilometer. Voor de truck is de motor dermate aangepakt dat deze nu volgens de fabrikant vergelijkbaar presteert als een diesel in dit vermogenssegment. Het tanknetwerk voor lng is volgens Iveco in Nederland inmiddels voldoende dekkend.

CONCEPT CASE MINOTAUR-DOZER-LOADER ‘Project Minotaur’ noemt Case het concept schranklader met een honderd procent volwaardige dozerfunctie. Case toonde het project op Conexpo om de interesse te peilen. De advertentie

• Ideaal voor loonwerk • Combineren van werkgangen • Perfect zaaibed, snelle start gewas • Hoge efficiëntie en kwaliteit

Probeer nog dit voorjaar! • Test een Imants spitmachine • Ervaar het zelf, meldt u vrijblijvend aan voor een demo • Samen zoeken we naar uw optimale grondbewerking

Ontdek de nieuwe mogelijkheden: • • • • •

Geïntregeerde woelpoten Van grof tot fijn zaaibed Extra rol en / of verschillende rol opties 100 tot 350 pk 1 tot 3 hectare per uur

+31 (0)497642433 demo@imants.nl

www.imants.nl GRONDIG 3 2017

33


AGRIFAC CONDOR VESTIGT TWEE WERELDRECORDS Op de boerderij van de familie Mason in West-Australië bespoot de Agrifac Condor Endurance op 2 maart jongstleden non-stop 2638 hectare in 24 uur. Dat is gemiddeld bijna 110 hectare per uur. Er was zelfs één uur waarin de machine ruim 150 hectare spoot, goed voor een tweede record. Agrifac zette voor de recordpoging de eigen demonstratiemachine in, uitgerust met een 48 meter brede HighTechAirPlus. op te slaan. Met de nieuwe comfortkit kan de chauffeur ook de andere functies bedienen. De comfortkit is voorlopig alleen beschikbaar voor de negen meter brede Andex 904.

VEILIGE HOEKEN MET MAGPROTECT

HARKEN MET JOYSTICK Vicon heeft voor de Andex 904 een comfortkit ontwikkeld met joystickbediening. De belangrijkste verbetering is het gebruik van een elektrische hoogteverstelling voor de rotors. Het is mogelijk om elke rotor in te stellen, individueel of gelijktijdig te verstellen en de gekozen waarden

Caterpillar gebruikt deze MagProtect in de fabriek in Den Bosch om personeelsleden en bezoekers te beschermen tegen scherpe delen, maar het is ook een mooi oplossing voor scherpe uitstekende delen bij transport. De MagProtect is een kunststof hoekprofiel met een afgeronde hoek en ingebouwde magneet. Bij gebruik op de weg kun je kiezen voor een hoek met reflecterende markeringsstrepen om te voldoen aan wettelijke markeringsnormen.

advertentie

meststoffen

groei door kennis Kiemvoeding voor een vlotte start Quickstart meststoffen zijn speciaal ontwikkeld voor de kiemvoeding van fijnzadige gewassen en mais. Fijnzadige gewassen hebben weinig voedsel bij zich en moeten relatief kort na de kieming al grote hoeveelheden mineralen uit de grond halen om te kunnen groeien. Quickstart kiemmeststoffen zorgen ervoor dat fijne zaden en mais direct beschikken over opneembare voeding. Quickstart kiemmeststoffen zijn verkrijgbaar bij de CropSolutions aangesloten bedrijven. Inlichtingen en bestellingen: www.cropsolutions.eu

• Vloeibare meststof toegepast in breedbladige gewassen zoals zaaiuien, peen en cichorei (quickstart PK) en in mais (quickstart NP) • Dosering direct op het zaad bij het zaaien • Direct opneembare voedingsstoffen: vlotte start • Hoger opkomstpercentage resulterend in een homogeen, hoogproductief gewas • Bewezen in proeven in binnen- en buitenland

CropSolutions is een kwaliteitskeurmerk voor de plantaardige sector waarbij onderstaande bedrijven kennis delen, inkoop bundelen en groeiproducten leveren:

34

GRONDIG 3 2017


KUHN EN KAWECO IN STRIP-TILL OP MAÏSLAND Reesink Technische Handel en Kamps de Wild gaan samen mesttoediening op stroken demonstreren. Het gaat om een Kaweco Double Twin Shift-tank met een achtrijige Kuhn Striger-strokenbewerkingsmachine. Het Double Twin Shift-onderstel speelt een belangrijke rol in het goed in stroken toedienen van de mest. Uit ervaringen van afgelopen jaren blijkt dat een te diep of te ondiep geplaatste strook grote impact kan hebben op de groei en dus de opbrengst.

Het gaat om een Stertil Koni-hefbrug, die Stertil Koni zelf produceert in Nederland als de zogenoemde Wash Bay. In dit geval heeft die een rijbaanlengte van twaalf meter en een hefvermogen van 35.000 kilogram.

NIEUWE MCCONNEL 75-SERIE De uit Strenx-staal (Domex) gebouwde 75-serie is het nieuwste model uit de fabrieken van McConnel. Eén opvallende verbetering is de nieuwe olietank, die zorgt voor een verbeterde stroom van de hydrauliekolie, zodat nergens ‘stilstand’ van olie kan voorkomen. Het koeloppervlak is met zestien procent toegenomen. De beschikbare reikwijdtes variëren van 5,60 tot 8,00 meter als rechte arm, met VFR of met telescopische tweede arm.

EERSTE WASBAY BIJ MARKVOORT Stokvis Equipment in Deventer heeft onlangs deze speciale hefbrug in bedrijf gesteld in de wasplaats van Loonbedrijf Markvoort in Schalkhaar. Die dient om voertuigen gemakkelijker te kunnen schoonmaken. advertentie Perstouw

Online bestellen: buma.com info@buma.com 0514 571826

Wikkelnet

BALEN PERSEN Netvervangende folie

Groen producten

Grond producten

Infra producten GRONDIG 3 2017

35


ondernemen met

vaktechniek

TERUGBLIK SIMA 2017 Go digitaal Het autonome conceptvoertuig, een onbemande uitvoering van de Case IH Magnum, vormde het tastbare bewijs van de trend die op de Sima sterk zichtbaar was: de digitale snelweg in de breedste zin van het woord. Daar liggen de belangrijkste ontwikkelingen. Daarnaast was er uiteraard genoeg ijzer om van te genieten. Een terugblik op een netwerkbeurs die het niet van de primeurs moet hebben.

‘Being a farmer in 10 years’ was dit jaar het thema op de Sima, die van 26 februari tot en met 2 maart plaatsvond in Parijs. Hierin stonden vier pijlers centraal: het sterk groeiende aantal beroepen voor het oprukkende digitale tijdperk, de

Eén van de robots van de beurs was deze Carre Anatis. Naast bodembewerking en mechanische onkruidbestrijding heeft hij ook sensoren die de gewasstand en de onkruidstand meten. De machine wordt elektrisch aangedreven en GPSgestuurd in combinatie met laser.

36

GRONDIG 3 2017

speurtocht naar nieuwe economische modellen om de sector gezond te houden, de chauffeurloze trekker in samenhang met robotisering en genomics plus als vierde big data bij plant- en dierselectie via onder meer gentechnologie. De organisatie van de Sima was helder over de toekomst: de grootste ontwikkelingen zitten in de digitale snelweg, meten en regelen om efficiëntieslagen te maken in de breedste zin van het woord. Die moeten bijdragen op het gebied van opbrengst, veiligheid, comfort en informatievoorziening in de keten. Een paar cijfers in dit verband: in Frankrijk draaien nu 3800 melkrobots. Daar wordt de komende vijf jaar vijf procent groei verwacht alsmede elf procent groei als het gaat om het aantal automatische voersystemen. De wereldwijde markt voor robots voor de agrarische sector is ingeschat op 16,3 miljard dollar in 2020. Daarmee is de agrarische sector de één na grootste markt voor robotisering. Er zijn alleen al twintig onderzoeksinstituten en laboratoria puur bezig met het onderzoek naar en de ontwikkeling van robotsystemen. Dat sluit naadloos aan op de argumentatie van CNH voor zijn autonome trekkers. “De noodzaak van deze technologie bestaat, aangezien het in sommige delen van de wereld steeds moeilijker wordt om goed personeel te vinden dat in drukke periodes op grote boerderijen lange werkdagen kan draaien”,

De Sesam is een studieobject van John Deere en is uitgerust met twee 150 kW elektromotoren in combinatie met een immens 130 kWh-batterijpakket. Dat moet in omvang en gewicht nog slinken, terwijl ook de inzetduur nog te kort is.

Inspelend op de digi-trend heeft het nieuwe topmodel van Massey Ferguson een nieuwe armleuning met touchscreen en multihendel gekregen. Van een andere orde is MF Top Link Control, een automatische topstangregeling om het werktuig vlak te houden bij bewegingen van de trekker.


aldus Dan Stuart van Case IH. De zegsman voegt eraan toe dat precisielandbouw en machineautomatisering steeds belangrijker zijn om te kunnen voldoen aan de vraag naar een efficiëntere, goedkopere en milieuvriendelijker landbouw.

Biomassa versus voedsel In de zoektocht naar nieuwe economische modellen wordt gewezen op de opwarming van de aarde, de groeiende wereldbevolking en het slinken van de voorraad fossiele brandstoffen. Dat geeft een spanningsveld tussen het leveren van biomassa en het produceren van voedsel. In Frankrijk wordt nu jaarlijks drie miljoen ton biomassa geproduceerd. Het land investeert in de ontwikkeling van het verwerken van biomassa. Zo is er voor tien jaar 247 miljoen euro uitgetrokken voor het ontwikkelen en afzetten van uit koolzaad gewonnen biomassacomponenten die rechtstreeks zijn bestemd voor de industrie als vervanger van ruwe olie. Dit geldt voor allerlei toepassingen ter vervanging van koolwaterstofketens die worden gewonnen uit olie, zoals in de gezondheidssector en de cosmetica, maar natuurlijk ook in constructiematerialen (koolstofcomponenten in bijvoorbeeld plastics). Inleiders benadrukten ook de andere kant van de medaille: de voedselproductie voor de wereldbevolking op de rest van het areaal zal moeten verbeteren. Op dit vlak wordt perspectief gezien in alle soorten meet-en regeltechniek: sensoren, nanotechnieken, plaatsspecifiek planten, telen en verzorgen met daaraan gekoppeld een uitwisseling van informatie en data in de hele keten. Dit in een wereld waarin door klimaatopwarming de uitputting (verschraling) toeneemt en er extra zorg nodig is om de teelaarde te verzorgen en te behouden.

Speerpunt banden In het verlengde daarvan is het logisch dat bij de innovatieawards de twee gouden medailles werden toegekend aan ontwikkelingen om de bodem te sparen: het automatische VIP-bandendrukregelsysteem van Trelleborg en de twee-inéén-Evo-band van Michelin. Bij de bandenleveranciers was op dit gebied veel nieuws te bewonderen. Bredere IF- en VF-

Altijd spektakel bij McCormick, zo ook dit keer bij de introductie van de nieuwe McCormick X7.6-serie, die nu van 110 tot 166 kW (150 tot 226 pk) loopt. De trekkers worden geleverd met een CVT of met een nieuwe powershiftbak met zestraps-powershift in combinatie met vijf robotgeschakelde groepen.

banden zetten versneld door, met daarnaast de opmars van rupsen. Bij de machines is de rode draad toch de elektronische vooruitgang van verfijnen, meten en regelen. Opvallende ontwikkelingen hier zijn Sencrop - het meten en omzetten van weersberichtdata voor het ondersteunen van optimaal veld- en oogstwerk - en het We Farm Up-machineplatform, waar diensten en machines kunnen worden uitgewisseld om de oogst te optimaliseren. Hierin is uiteraard een belangrijke rol weggelegd voor loonwerkers. Op machineniveau worden diverse ontwikkelingen als voorbeelden genoemd om machines preciezer te laten werken. Sprekende voorbeelden hier zijn de automatische spuithoogteregeling afhankelijk van gewas en rijsnelheid (Horsch), het vanuit de cabine kunnen switchen van doppen (Amazone, Kuhn) en het automatische invoersysteem voor de rondebalenpers (Vicon AFC). Tegelijkertijd zien we het aantal tablet- en iPhone-toepassingen versneld toenemen. Daarmee kun je rechtstreeks en op afstand de machine bedienen en de settings thuis en in de trekker instellen. Dat scheelt Isobus-connecties en je hebt het altijd bij de hand.

Instappen De rode draad van een rondgang over de Sima is hiermee voor loonwerkers het invoegen op de digitale snelweg, waarbij inhaken op informatiesystemen, meten en regelen voor de klanten en in de keten belangrijk zijn. Niet dat we verwachten dat de eyecatcher van de beurs - de autonome, cabineloze trekker van Case IH - direct bij u op het erf zal staan. Als je dan echter aan de autonome New Holland-variant met een cabine (voor veilig transport) denkt, komt het ineens wel dichterbij. Uitvoerige berichtgeving van de noviteiten hebt u al kunnen vinden op Grondig.com. Nu nog enkele kruimels van deze beurs, die het niet moet hebben van de primeurs, mede doordat die daarvoor echt te laat in het seizoen plaatsvindt. Het is echter wel een prima platform en netwerkplek om bij te praten over de laatste ontwikkelingen in de sector. TEKST & FOTO’S: Gert Vreemann

Geen gedoe meer met koppelbaarheid of Isobus, maar gewoon rechtstreeks met je smartphone of tablet de zaaimachine bedienen. Hatzenbichler introduceerde het.

Trelleborg toonde niet alleen het lastafhankelijke VIP-bandendrukregelsysteem, maar ook deze 1050/50R32 TM3000-band. Die heeft uiteraard een VF-karkas, een loadindex van 198 D, 21 mooi afgeronde lage nokken en het Trelleborg Progressief Traction-profiel.

GRONDIG 3 2017

37


NIEUWE 6 SERIE RCSHIFT. SCHAKELTECHNOLOGIE MET HOOGSTE COMFORT.

6 Serie Agrotron. Nu met volautomatische comfortshift transmissie. Voor vele inzetprofielen is het bedienings- en schakelcomfort van cruciaal belang. Met de nieuwe 6 RCshift serie (6 modellen van 156 tot 226 pk) heeft DEUTZ-FAHR het schakelcomfort in deze klasse opnieuw gedefinieerd. De nieuwe volautomatische RCshift-transmissie biedt hetzelfde schakelcomfort als die van een personenwagen. Er is keuze uit drie rijstrategieĂŤn: handbediend, semi-automatisch voor veldwerkzaamheden en volautomatisch voor wegtransport. De maximale rijsnelheid wordet in ECO of SUPERECO modus bereikt bij een sterk gereduceerd motortoerental (50 km/u 1.480 omw/min). Extreem efficient zijn de nieuwe DEUTZ 6.1 Tier4 Final motoren. Extreem veilig rijdt u met de geveerde vooras en het unieke DEUTZ-FAHR remconcept. Bij het cabinecomfort kunt u kiezen tussen de Maxivision of Maxivision 2 cabine. Wanneer u snel en comfortabel schakelen wil, contacteer dan uw DEUTZ-FAHR dealer. Ontdek meer op deutz-fahr.com.

DEUTZ-FAHR een merk van


! NIEUhW oud n tanki 3 4m van 1

Duport pomptankwagen PTW14 Tandem-onderstel voor minimale bodemdruk

Plaatsspecifiek mest uitrijden

ISOBUS aansturing voor precisielandbouw

Hoog bedieningsgemak

Dedemsvaart T. 0523 613 493 Duport.nl

KWETSBAAR

Geen enkele landbouwer heeft het weer in de hand. En dat maakt hem kwetsbaar. Want weer of geen weer, het werk houdt niet op.

Wij kennen de eisen, beheersen de systemen en zorgen voor de beste opslag voor uw producten.

Net om die reden heeft Alliance banden ontworpen voor alle weersomstandigheden. Het maakt niet uit of het om tractoren, maaidorsers, karren of aanhangwagens gaat, we hebben een oplossing voor alle toepassingen en elk terrein. Fantastische kwaliteit voor een schappelijke prijs. En zeker dat laatste spreekt elke landbouwer aan. Want als het erop neerkomt, halen ze allemaal het onderste uit de kan.

UW SPECIALIST IN BEWARINGEN EN LOODSEN Kistenbewaring

Bulkopslag

Hout en beton

KIES SLIM. KRIJG WAAR VOOR JE GELD.

T 073-503 25 27

Alliance Tire Europe BV

F 073-503 27 04

De Entree 59, 1101 BH Amsterdam-Zuidoost, Netherlands Tel: +31 (0) 20 2184 770, Fax: +31 (0) 20 2184 771 Contact: info.europe@atgtire.com, www.atgtire.com

info@steenbergen-bouw.nl

WWW.STEENBERGEN-BOUW.NL

adv grondig 2016.indd 1

05-01-16 10:10


ONKRUIDBESTRIJDING Vroeger, volume en voor opkomst

ondernemen met

vaktechniek

Bestrijden van gladvingergras vraagt een nieuwe aanpak Het probleem van dit maïsseizoen is het bestrijden van gladvingergras. Door het verdwijnen van Clio is het meest effectieve middel van de markt. Volgens de specialisten van de belangrijkste middelenleveranciers is er een oplossing, maar dat betekent wel kiezen voor een aangepaste strategie en een verhoging van de dosering van sommige middelen. In de maïsteelt zijn er momenteel twee onkruiden die extra aandacht vragen. Zowel gladvingergras als haagwinde ontsnapt aan de veel gebruikte combinaties. Bij gladvingergras is dat een gevolg van het verdwijnen van Clio, bij haagwinde door het relatief vroeg spuiten. Haagwinde kiemt relatief laat en ontsnapt voor een deel ook aan de twee veel gebruikte bodemherbicides. Wel lijkt een nieuw toegelaten middel enig perspectief te bieden. Monsoon Active van Bayer heeft contactwerking en bodemwerking op haagwinde. Haagwinde heeft als nadeel dat het lang blijft kiemen, dus zal op percelen met haagwinde en gladvingergras een tweede na-opkomstbespuiting nodig blijven.

40

GRONDIG 3 2017

Clio weg De grootste verandering in de onkruidbestrijding is echter het verdwijnen van Clio. Hoewel dit middel al eind 2015 uit de verkoop ging, hadden veel bedrijven vorig jaar nog een voorraad die dankzij de opgebruiktermijn kon worden ingezet voor de aanpak van gladvingergras. Veel bedrijven hebben daar volgens Guus Bergmans van Clio-leverancier Basf gebruik van gemaakt op probleempercelen. “Die mogelijkheid is nu voorbij en dus zullen bedrijven andere keuzes moeten maken. Wie zijn systeem niet wil veranderen, zal in elk geval vroeger moeten spuiten, want de toegelaten middelen die gladvingergras aanpakken, werken alleen voor de uitstoeling,


Kort advies • Gladvingergras is nu het probleemonkruid. • Clio is niet meer toegestaan. • Voor-opkomstbestrijding geeft rust, ruimte en een goed effect, mits de ­omstandigheden goed zijn. • Spuit voor het vierbladstadium van de maïs of voor het uitstoelen van het ­gladvingergras. • Verhoog de dosering van triketonen (Laudis, Callisto, Calaris). • Verhoog bij een vroege bespuiting de dosering van bodemherbiciden.

dus moet je er snel na de kieming bij zijn. Dat betekent spuiten in het twee- tot driebladstadium van de maïs.” Het alternatief voor vroeger spuiten is het inzetten van de voor-opkomstbespuiting, een idee dat zowel Bergmans als Ten Heggeler van Syngenta oppert. “Met een vooropkomstbespuiting schep je voor jezelf ruimte”, stelt Ten Heggeler. “Het betekent dat het spuitmoment voor een deel van het areaal veel minder kritisch is, omdat je met een bodemherbicide de grootste golf onkruiden al aanpakt”, legt hij uit. Dat deze gedachte niet zo gek is, illustreert hij met de ervaring van een paar proefvelden in het Zuiden vorig jaar. “Daar werd het in juni zo nat, dat we nooit meer konden spuiten. Het is zeldzaam, maar het komt af en toe voor, hebben we vorig jaar weer gemerkt”, zegt hij. Dat probleem heb je bij een voor-opkomstbespuiting niet, stelt hij nuchter vast. “Zaaien doe je pas als de grond geschikt is. Kun je zaaien, dan kun je in de dagen daarna ook spuiten.” Het voordeel van een voor-opkomstbespuiting is volgens Ten Heggeler en Bergmans dat je als loonwerker ruimte creëert in een periode die vaak erg druk is door de oogst van de eerste snede. “Vooral nu je voor een goede bestrijding van gladvingergras in het twee- tot vierbladstadium moet spuiten, is de kans groot dat het gelijk loopt met de grasoogst. Heb je dan al een deel gedaan in de voor-opkomstbespuiting, dan is de beschikbare tijd minder kritisch.”

Vier middelen Voor de voor-opkomstbestrijding zijn momenteel een viertal middelen beschikbaar. Bergmans van Basf adviseert het gebruik van Wing P. Dit is een combinatie van Frontier Optima en Stomp 400. Dit middel mag één keer per teelt worden gebruikt. “Voordeel hiervan is dat de Frontier-component het minst droogtegevoelig is en dat Stomp de breedste werking heeft. Samen dekken ze bijna het hele spectrum van vroeg kiemende onkruiden”, aldus Bergmans. Een alternatief is een voor-opkomstbespuiting met Frontier. Ten Heggeler van Syngenta heeft twee eigen middelen in de aanbieding. Dual of Gardo Gold mogen allebei voor opkomst worden gebruikt. Gardo Gold is daarbij een combinatie van Dual met therbuthylazine, waardoor het een iets bredere en sterkere werking heeft. Voor een goede werking is het mogelijk om deze middelen licht in te eggen. Ten Heggeler waarschuwt wel om dan niet te hard te rijden. “Je moet voorkomen dat je te fijne grond krijgt, die eventueel nog kan dichtslaan.” Een beperking van de voor-opkomstbespuitingen blijft de bedrijfszekerheid. Vooral bij droge omstandigheden na de bespuitingen kan het resultaat tegenvallen, vooral omdat bodemherbiciden vocht nodig hebben om te werken. Dat is soms ook bij de normale bespuiting een probleem, waardoor bij een lange droge periode in het voorjaar het resultaat kan tegenvallen en je alsnog te maken krijgt met nakiemers.

Alternatieve combinatie met Capreno Voor percelen waarop gladvingergras geen probleem vormt, is er dit jaar ook een compleet andere combinatie beschikbaar. Het vorig jaar net voor het spuitseizoen toegelaten middel Capreno is nu volop inzetbaar. Het is sterk op breedbladige onkruiden, kamille en veelknopigen zoals zwaluwtong en heeft in combinatie met Kart of het nieuwe Monsoon Active een sterker effect op meerjarige onkruiden als haagwinde. Omdat het een systemisch werkend middel is, remt het ook de groei van haagwinde via de wortelstokken. Hoewel één van de stoffen in Capreno dezelfde werkzame

stof is als in Laudis is deze door een andere formulering wat minder sterk op gladvingergras; 0,7 liter Laudis toevoegen versterkt de werking van Capreno op gladvingergras. Capreno heeft wel als voordeel dat het extra bodemwerking geeft. Drie tot vier weken na het spuiten blijft het op de bodem actief en pakt het ook kiemend onkruid aan. In combinatie met het andere nieuwe middel van Bayer Monsoon Active is dit wel een mogelijkheid om een heel mooie combinatie samen te stellen, stelt Leermakers van Bayer. Gebruik

je de combinatie van Capreno met Monsoon Active, dan kun je zonder nicosulfuron en Kart. “Met 0,2 liter Capreno, 0,75 liter Monsoon Active en 2,0 liter Akris of Gardo Gold heb je dan een prima alternatief voor de standaard middelenpakketten. Ook al moet je nog 0,5 liter olie aan de mix toevoegen, dan nog ben je per hectare goedkoper uit”, aldus Leermakers. Wel waarschuwt hij dat je geduld moet hebben. “Het zijn ALS-remmers, dus middelen die het onkruid direct stilleggen, maar wel vier tot vijf weken nodig hebben voor het onkruid helemaal weg is.”

GRONDIG 3 2017

41


ondernemen met

vaktechniek

ONKRUIDBESTRIJDING Het betekent dat je dit bij een probleem met gladvingergras goed in de gaten moet houden. Blijft het na de vooropkomstbestrijding droog, dan zul je op tijd moeten zijn met de na-opkomstbespuiting om kiemend gladvingergras aan te pakken. Dan heb je een groter probleem, omdat je dan terug moet met alsnog hogere doseringen. Dat betekent tweemaal spuiten en door alsnog hogere doseringen te gebruiken, kost de onkruidbestrijding in maïs in veel gevallen ook meer. Daarnaast is het zo dat gladvingergras prima in één bespuiting is te bestrijden, mits je maar op tijd bent.

Nieuw: Monsoon Active Een nieuw middel is het in juli vorig jaar toegelaten Monsoon Active. Het middel bevat twee werkzame stoffen, waaronder de thiencarbazone-methyl die ook in Capreno zit. Verder bevat het foramsulfuron en de safener cyprosulfanide. Twee van deze stoffen zijn ALS-remmers, wat wil zeggen dat ze de aanmaak van aminozuren in het onkruid stilleggen. Het onkruid stopt direct met groeien, maar pas na enkele dagen zie je sporen van de bespuiting. Daarna kan het nog twee tot vier weken duren voor het onkruid helemaal is afgestorven. Monsoon Active heeft niet alleen een contactwerking, maar onder omstandigheden met wat vocht na het bespuiten ook een bodemwerking. Omdat het een systemisch werkend middel is, wordt het door de hele plant getransporteerd. Proeven met het middel met markers laten zien dat het tot diep in de wortel wordt getransporteerd. In laboratoriumproeven kwam de stof uiteindelijk ook voor in nietbespoten bladeren van plantjes die op de wortelstokken van de haagwinde groeien. Het is dus een middel dat ook de wortelstokken van de haagwinde kan aanpakken. Het middel heeft een zeer brede werking, maar is vooral sterk op grassen. Daarom wordt het ook gepositioneerd als vervanger van de grassenmiddelen (zoals nicosulfuron) in de mix. Doordat het ook een zeer goede werking heeft op de breedbladigen en een duidelijke meerwaarde op veelknopigen, kamille, haagwinde en veenwortel is het een interessant product. Het enige probleem is dat het middel niet mengbaar is met het altijd gebruikte Laudis OD. Volgens Leermakers van producent Bayer past Monsoon Active wel goed in een combinatie met Calisto, Calaris, Capreno of Laudis WG. “Dan profiteer je wel van de sterkere werking van deze middelen op gladvingergras. Hoewel het middel dankzij de bodemwerking ook nakiemende haagwinde aanpakt, is dit niet voldoende om de volledig te bestrijden, tempert Leermakers een al te groot optimisme. “Wil je haagwinde grondig aanpakken, dan zul je in de loop van juni nog een onderbladbespuiting met Monsoon Active moeten doen. Daarmee pak je het dan wel goed aan, want dan raak je zeker een deel van de wortelstokken kwijt. Dit jaar gaan we in een vorig jaar opgezette proef kijken in hoeverre op deze veldjes haagwinde nog terugkomt.” Bedrijven die het middel willen inzetten als alternatief voor Samson of Milagro in combinatie met Kart of Peak raadt Leermakers aan om te kiezen voor een basis met Calaris, Calisto, Capreno of Laudis WG met daarbij 0,75 liter Monsoon Active en een bodemherbicide. In de combinatie moet dan in elk geval ook een terbuthylazine bevattend middel zijn opgenomen.

42

GRONDIG 3 2017

Vroeg zijn Wie wil volstaan met een na-opkomstbespuiting moet in elk geval vroeg zijn, is het brede advies van alle specialisten. Ook Sjors Leermakers van Bayer ziet dit namelijk als enige oplossing om met de huidige beschikbare middelen gladvingergras goed aan te pakken. “Alles valt of staat met het tijdig spuiten. Je zult dus tijdig het veld in moeten en door de knieën om te kijken wat voor kiemplantjes er staan. Zie je iets wat op hanenpoot lijkt, maar een vlezig tongetje heeft met wat snorharen, dan staat er gladvingergras. Dan zul je de spuitmix moeten aanpassen”, aldus Leermakers. In veel gevallen zal dat volgens hem betekenen dat je rond het driebladstadium van de maïs met de spuit het veld in moet. Het breed gedragen advies is om het verlies van Clio op percelen met gladvingergras op te vangen door het verhogen van de dosering van Laudis, Callisto of Calaris. Het betekent 2,25 liter Laudis, minimaal 1,5 liter Calaris of 1,0 liter Callisto.


Grasland: van Primstar naar Tapir De mix is dan niet duurder dan de oude variant met Clio, waarbij uiteraard blijft gelden dat dit alleen noodzakelijk is wanneer er gladvingergras voorkomt. Anders kan worden volstaan met de veel gebruikte dosering van 1,5 liter Laudis, 1,0 liter Calaris of 0,7 liter Callisto.

Onmisbaar Deze genoemde hoeveelheden gelden voor een mix waaraan een nicosulfuron (Milagro, Samson) en een bodemherbicide is toegevoegd. Om ook latere kiemers voldoende aan te pakken, is volgens de drie specialisten ook het gebruik van een middel met terbuthylazine onmisbaar. “Daarbij moet je ook af van een minimale dosering Frontier of Dual Gold”, stelt Ten Heggeler. “Ik zie bedrijven teruggaan naar 0,5 liter Frontier, Akris of Dual Gold, maar dat is te weinig als je al in het twee- tot vierbladstadium spuit. Dan houd je het veld niet schoon tot de maïs dicht staat.” TEKST: Toon van der Stok FOTO’S: fabrikanten

Een kleine verandering bij de mogelijkheden tot bestrijding van onkruid in grasland is de komst van Tapir. Volgens producent Dow AgroSciences is het een duidelijke verbetering ten opzichte van de bestaande middelen. Tapir is een combinatie van de breed gebruikte Primstar met de groeistof Lontrel. Dit middel is vooral bekend uit de bietenteelt, waar het breed wordt ingezet tegen distels en breedbladige onkruiden. Lontrel is een systemisch werkend middel dat ook een bodemwerking heeft en nakiemers voorkomt. In één liter Tapir zit de werkzame stof van één liter Primstar in combinatie met de werkzame stof uit 0,8 liter Lontrel. In grasland geeft deze Lontrel een versterking op paardenbloem, distels en zuring. Op jong grasland is het voordeel dat er een sterke werking is op bijvoorbeeld duizendblad en perzikkruid. Productmanager Wim Boudeling van Dow AgroSciences verwacht dat het middel breed zal worden opgepakt als de verbeterde Primstar. “Door de betere dieptewerking is het middel gewoon sterker op de belangrijkste probleemonkruiden. Het is wel belangrijk om dan te spuiten als het onkruid goed aan de groei is. Eind maart, begin april kun je dus goed uit de voeten voor de bestrijding van paardenbloem, muur, boterbloem et cetera. Voor zuring en distels is het dan vaak te vroeg. Daarvoor is het ideale spuitmoment eind april - maar dan staat er vaak al een behoorlijk snede - of enkele weken na de eerste snede. Voor een optimale werking moeten de zuring en distels goed ontwikkeld zijn. Alleen dan profiteer je goed van de systemische werking. Het advies is om in plaats van 1,5 liter Primstar nu 1,25 liter Tapir te gebruiken. Dan zijn de middelkosten ook ongeveer gelijk. Net als bij de Primstar kan Tapir ook worden gemengd met Cirran of Jepolinex Pro. Alleen bij de bestrijding van zuring zou Boudeling voor een andere strategie kiezen. “Dan lijkt de combinatie met Cirran in onze proeven minder goed te werken. Daar zien we betere resultaten met een volle dosering Tapir van 1,5 liter per hectare zonder toevoegingen.”

Kort advies • Tapir is een verbeterd alternatief voor Primstar. • Gebruik 1,25 liter per hectare. • Voor zuring gebruikt u 1,5 liter zonder toevoegingen.

Het effect van onkruidbestrijding. Rechts meer gras door een bespuiting. Links onbespoten.

GRONDIG 3 2017

43


Ontdek het Laudis effect:

krachtig, snel en veilig!

advies Aangepast gergras in v d la g g in bestrijd Dosering: 2,25 l/ha 1,5 l/ha Timing: 2-3 blad d la b 6 3-

Zeer krachtig maïsherbicide Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie.

• breed werkingsspectrum • gewasveilig • snelle werking • snel regenvast


ONTWIKKELD VOOR RIJBEWIJS B+E Veldhuizen Semi-Dieplader bakmaat 10,50 x 2,20 mtr. oprijhoek 8° laadvermogen 5,6 T

Iveco 35C17 3,0 L / 125 KW 8,8 T trekgewicht

stand 810

Groenekan T. 0346 25 96 00 | Zwolle T. 0529 46 94 00 | www.veldhuizen.nl | info@veldhuizen.nl KnikSemiGrasmGrondig.indd 1

28-3-2017 13:34:22

Die wil alleen maar maaien

www.krone-nederland.nl

KRONE schijvenmaaiers

Rondom gelaste maaibalk: robuust en levensduur gesmeerd SafeCut: maaischijfbeveiliging DuoGrip: ophanging in het zwaartepunt met dubbele parallel geleiding voor alle achtermaaiers Intensief kneuzer met op grip staande stalen klepels voor een intensieve kneuzing van het gewas

Zuid-Nederland: Ad van den Hurk 0653-241918

Noord-Nederland: Martijn van Middelkoop 0651-346841


NIEUW G-SERIE WIELLADERS VAN CASE Comfortabel zicht

ondernemen met

vaktechniek

De nieuwe cabine is het opvallendste uiterlijke kenmerk aan de nieuwe G-serie-wielladers van Case. Onder de kap liggen nu in alle modellen Stage IV-motoren. Gebleven zijn de boxconstructie voor de radiatoren en in de vijf kleinste uitvoeringen de ver achterin geplaatste motor.

Machine in het kort • Geheel vernieuwde cabine • Motoren zonder EGR en roetfilter • Kleine modellen relatief licht • Radiatoren in boxopstelling

Aan het uiterlijk van de G-serie-wielladers is direct te zien dat hier met een motor met weinig toeters en bellen wordt gewerkt. De motorkap blijft relatief slank en smal en dat betekent dat je vanuit de cabine nog goed kunt zien wat er achter de machine gebeurt. Voor het stuk dat onzichtbaar blijft, is er de achteruitrijcamera, die automatisch op de monitor toont wat er achter de machine gebeurt zodra deze in de achteruitrijpositie staat. De slanke en lage motorkap is te danken aan het gebruik van de FPT-motoren, die zoals bekend geen EGR en roetfilter hebben. Daardoor is de motor relatief kaal en hoeft

46

er voor de uitlaat ook geen groot behandelblok worden gemonteerd. Wel zorgen de dieselkatalysator en de nabehandelunit met AdBlue natuurlijk voor de nodige vulling. Desondanks blijft de kap relatief smal en laag, iets wat b meer koelvermogen vragen. Achter de cabine vergt dat te veel ruimte. Daarbij is het gewicht van de motor bij deze zwaardere modellen van veel minder invloed op het totaalgewicht. Om dat te halen, zijn toch flinke contragewichten nodig. Door de koelunit naar achteren te verplaatsen, is het bij deze machines mogelijk om het hele achterwerk relatief laag en smal te houden. Alle motoren zijn nu uitgerust

Case G-serie

521G

621G

721G

821G

921G

1021G

1121G

Maximaal Laadvermogen

3,9 ton

4,7 ton

5,5 ton

6,4 ton

7,5 ton

9,5 ton

10,2 ton

Bakinhoud

2,1 m³

2,3 m³

2,7 m³

3,6 m³

4,0 m³

4,4 m³

5,0 m³

Vermogen

104 kW (142 pk)

126 kW (172 pk)

143 kW (195 pk)

169 kW (230 pk)

187 kW (255 pk)

235 kW (320 pk)

255 kW (347 pk)

Eigen gewicht

12,2 ton

14,2 ton

16,2 ton

19,4 ton

21,7 ton

27,9 ton

30,0 ton

GRONDIG 2 2017


met het HI-eSCR-systeem. Belangrijkste voordeel hiervan is een extra smoorklep die er bij het opstarten voor zorgt dat de uitlaatgassen extra worden verwarmd. Hierdoor is de nabehandelunit eerder op bedrijfstemperatuur en kan de machine snel naar de optimale bedrijfsinstellingen. De belangrijkste vernieuwing op de machine is de cabine, waarbij direct de geheel doorlopende gebogen voorruit opvalt. De machinist heeft daardoor een panoramisch uitzicht op zijn werk, waarbij ook naast de bak de omgeving goed te zien is. De stijlen staan zover naar achteren dat deze bij het werk niet in beeld komen. Een klein nadeel is wel dat deze stijlen zover naar achteren staan dat de monitor, zeker bij machinisten met korte benen zoals ondergetekende, vrij dicht op het hoofd staan. Iemand met langere benen zal daar zeker minder last van hebben. Samen met twee spiegels en het relatief smalle motorcompartiment zorgt deze monitor er wel voor dat je bij achteruitrijden ruim voldoende overzicht hebt. Een tweede aanpassing is de standaardmontage van een luxe luchtgeveerde stoel. Tegen meerprijs is deze ook actief geveerd. Dankzij deze goed geveerde stoel is het volgens Case ook mogelijk om de joystick en armleuning aan de stoel te monteren en toch voldoende stabiliteit te hebben om te werken. Tijdens een korte proefrit op de actief geveerde stoel was het goed mogelijk om gecontroleerd met de joystick te werken. De praktijk zal moeten uitwijzen of dat onder alle omstandigheden functioneert. Op wens is de machine ook uit te rusten met joystickbesturing. Ook deze is dan aan de stoel gemonteerd met een armleuning voor een gecontroleerde bediening. Wat verder opvalt in de ruime cabine zijn de mogelijkheid een gekoelde koelbox mee te nemen en het geĂŻntegreerde handsfree-systeem voor mobiel bellen.

De achterkant is relatief slank, met net achter de cabine de koelunit.

Door de gebogen voorruit is er een ongehinderd zicht op het werk voor en naast de bak.

Programmeren Net als bij veel collega-fabrikanten is er de mogelijkheid om een aantal bakstanden in te programmeren. Hiervoor zijn in het zijpaneel drie drukknopjes aanwezig om de handmatig ingestelde stand vast te leggen. Twee seconden indrukken is daarvoor voldoende. Daarna is het aanslaan van de joystick tot het eindpunt voldoende om de bak automatisch omhoog of omlaag te bewegen of te laten kippen. Voor het overige is de machine vooral hetzelfde als zijn voorganger; met dezelfde Z-bar, eventueel met verlengde armen (XR), en de XT-uitvoering. Ook de versnellingsbak en assen zijn niet veranderd. De transmissie is de bekende, van ZF afkomstige Pro-shift met viertraps powershift en optioneel op een aantal modellen met vijftraps powershift. Ook de assen komen van ZF. Die hebben natte schijfremmen en optioneel een automatische differentieelsper en een lock-up vanaf de tweede transmissiestap. Het maakt dat de nieuwe G-serie niet zozeer een nieuwe machine is, maar meer een verbeterde versie met vooral voor de machinist betere werkomstandigheden. Qua prestaties blijft hij vergelijkbaar met zijn voorganger, alleen zal de machinist ervaren dat hij erop is vooruitgegaan.

Alle knoppen en het dashboard zijn op de rechter zijstijl gegroepeerd.

De afgelopen maanden heeft Case via Facebook volgers uitgedaagd om de kenmerken van Case grafisch weer te geven. De grap met de olifant, die staat voor kracht, en de hand, die de hands-on-mentaliteit weergeeft, werden als winnaars gekozen.

TEKST & FOTO’S: Toon van der Stok

GRONDIG 2 2017

47


Onze rassen hebben wederom de allerhoogste opbrengst van de Rassenlijst (2017)

Engels raaigras diploïd:

SPUTNIK

Engels raaigras tetraploïd:

MELBOLT & DIWAN Timothee:

SUMMERGRAZE Nu in de mengsels van

DLF BV • Postbus 1 • 4420 AA Kapelle • Tel. +31 (0)113 347 911 • Fax +31 (0)113 330 110 • www.dlf.nl • info@dlf.nl DLF • H. van Veldekesingel 150 - bus 30 • 3500 Hasselt • Tel. +32 (0)11/32.13.65 • Fax +32 (0)11/33.12.14 • www.dlf.be • info@dlf.be


Geld sparen – Kemper fahren

Wereldwijd de nr. 1 bij maïsbekken

Neem voor meer informatie contact op met: Fred van der Eijk | Telefoon: +31 610 93 43 53 info@kemper-stadtlohn.de

W W W . L M C G E N N E P. N L

Hoogveld 3 • 6598 BL Heijen • T: 0485 - 511605

www.lmcgennep.nl


De vooruitgang ervaren.

De Liebherr rups graafmachines met multi user of lange uitrusting 7 modellen in de gewichtsklassen van 21 tot 90 Ton; R918 tot R976 Motorvermogen van 95 tot 400 KW met een maximale reikwijdte op grondniveau tot 24 meter Veelzijdige en sterke rups graafmachines om diep en/of ver mee te graven

Wynmalen & Hausmann Import N.V. Ressenerbroek 7 6666 MP Heteren Tel.: +31 26 47 90 531 E-mail: info@wynmalenhausmann.nl www.facebook.com/LiebherrConstruction www.wynmalenhausmann.nl


ondernemen met

vaktechniek

ECONOMIE

CUMELA Kompas Analyse: sterke eigen-vermogenspositie

IN KORT BESTEK Meerkosten Beste Jan,

Solvabiliteit cumelabedrijven 2015 (%) 100 80 60 40 20 0 0,0% 10,0% 20,0% 30,0% 40,0% 50,0% 60,0% 70,0% 80,0% 90,0% 100,0% -20 -40 -60

Tijdens een bedrijfsbezoek vroeg een ondernemer ons onlangs hoe het staat met de eigen-vermogenspositie in de cumelasector? Een mooie vraag om vanuit de kengetallenvergelijking CUMELA Kompas Analyse te beantwoorden. In bijgaande grafiek is de solvabiliteit weergegeven van de deelnemende bedrijven over het jaar 2015. Het gaat om 319 bedrijven. Gemiddeld komt de solvabiliteit uit op 32,5 procent. Dit betekent dat het eigen vermogen 32,5 procent is van de totale balanswaarde. Een richtlijn voor financiers is een solvabiliteit van 30 procent. De spreiding is groot en ligt tussen de 90 en min 56 procent. De grafiek laat zien dat het aantal deelnemers met een negatieve solvabiliteit beperkter is dan het aantal bedrijven met een hoge solvabiliteit. Zo heeft twintig procent van de bedrijven een solvabiliteit van 55 procent of hoger, terwijl 7,5 procent van de bedrijven een negatieve solvabiliteit heeft. Bedrijfskundig adviseur Ad Karelse merkt op: “Deze getallen geven weer dat het bij de meeste bedrijven in onze sector goed zit met de eigen-vermogenspositie. Gunstig, want over het algemeen zijn cumelabedrijven kapitaalintensief. Twee aspecten moeten daarbij niet worden vergeten. Enerzijds zijn in de praktijk de machines bij de meeste bedrijven meer waard dan uit de balans blijkt. Dit betekent dat er ‘stille reserves’ zijn en het eigen vermogen dus eigenlijk gunstiger is dan de balans weergeeft. Anderzijds zegt een percentage niet alles. Bij een balanstotaal van € 100.000,- is een eigen vermogen van 60 procent mooi, maar het betekent dat er in euro’s minder buffer is dan bij tien procent eigen vermogen op een balanstotaal van € 1.000.000,-. Ook kan bij een enkel bedrijf alleen de werkmaatschappij zijn ingevoerd en niet de geconsolideerde gegevens. In die gevallen kan de eigen-vermogenspositie negatief uitvallen, terwijl die van het totale bedrijf in orde is. Tot slot noemt Karelse de eis die banken stellen. “De bank eist een solvabiliteit van 30 procent. Onze ervaring is dat wanneer deze lager is, de bank bij een financiering aanvullende zekerheidseisen stelt.” Wilt u weten hoe uw kengetallen zijn, doe dan mee aan de kengetallenvergelijking CUMELA Kompas Analyse. Neem hiervoor contact op met uw bedrijvenadviseur, bel met de infolijn op (033) 247 49 99 of stuur een e-mail naar kengetallen@cumela.nl.

Ik heb een wegreconstructie aangenomen waarin ook twee nieuwe duikers moeten worden aangelegd. Deze duikers komen beneden het cunet te liggen en naar nu blijkt, moet daarvoor een behoorlijk diepe sleuf worden gegraven en grondverbetering worden toegepast. De gemeente wil de meerkosten daarvan echter niet betalen.

Beste aannemer, Ik heb van u begrepen dat de gemeente bij het bestek een aantal boorprofielen heeft geleverd van de wegreconstructie tot een diepte net onder het cunet. Naar nu blijkt, zit onder het wegcunet een dragende kleilaag van circa 75 centimeter. De duiker komt deels te liggen in de daaronder liggende slappe klei-venige ondergrond met een dikte van één meter. U wist niet van die ondergrond. De UAV stelt in paragraaf 5, lid 1c, dat de opdrachtgever er zorg voor moet dragen dat de aannemer tijdig kan beschikken over tekeningen en andere gegevens. Recent heeft de Raad van Arbitrage een uitspraak gedaan in een zaak waar ook te weinig bodemgegevens beschikbaar waren gesteld. In die zaak, een rioolreconstructie, moest er volgens het bestek worden gebronneerd. Hoe, dat stond er niet bij. De aannemer was er op basis van te ondiepe boorgegevens van uitgegaan dat een enkele streng voldoende moest zijn. De tegenvallende diepere ondergrond leidde tot een geheel andere bronneringsaanpak, met aanzienlijke meerkosten. Naar het oordeel van de arbiter mocht de aannemer er niet van uitgaan dat de bodemgesteldheid op grotere diepte gelijk was. Vanuit zijn expertise had hij de opdrachtgever om meer informatie moeten vragen. Dat had hij niet gedaan en hij nam daarmee bewust een risico. Hij kreeg de meerkosten dan ook niet vergoed. In uw geval is echter paragraaf 5, lid 2, van de UAV van toepassing. Daarin staat dat de opdrachtgever de verantwoordelijkheid draagt voor de door of namens hem voorgeschreven constructie en werkwijzen. U moet een meter extra (slappe) grond weghalen en vervangen door zand en dit vervolgens verdichten. Dit is het aanbrengen van een extra constructie die niet in het bestek beschreven staat. Derhalve is sprake van een wijziging in het bestek, die in aanmerking komt voor verrekening.

Jan van der Leij Beleidsmedewerker GWW CUMELA Nederland

GRONDIG 3 2017

51


ondernemen met

cumela

CUMELARIA

VEERTIGJARIG JUBILEUM OOSTERHUIS REGIONALE DAMESDAGEN BLIJVEN SUCCESFORMULE De afgelopen tijd zijn er weer een aantal regionale damesdagen georganiseerd. De formule, met een niet te grote groep soortgenoten bij elkaar komen, bijpraten, beleven en bekijken, blijft goed aanslaan. Hier een bloemlezing van drie regionale activiteiten. Ruim twintig belangstellende dames kwamen op 21 maart naar het bedrijf van Wesseler-Oude Booyink in Enschede voor de damesdag Oost. Joke Oude Booyink verzorgde een presentatie en rondleiding over het bedrijf. Daarna gaf Marlies Kamps van Stigas een workshop met de naam ‘Vlammen zonder afbranden’. Als cumelaondernemer of als partner van een cumelaondernemer komt er van alles op je af. Zo kwam er onder andere aan de orde wat energie kost en wat energie vraagt en hoe je stress bij jezelf, je partner en eventueel je medewerkers advertentie

Grondverz etdagen

herkent. Na al dit nuttigs werd er gezellig getafeld in restaurant De Buren in Enschede. De dames van studieclub Geffen en Cuijk gingen samenwerkend op zoek naar de bekende speld in de hooiberg. Het thema voor dit jaar was namelijk ‘Samenwerken’. Ze werden ontvangen in de Keurvorst in Ravenstein. Na een korte uitleg van Marie-José Lamers over welke rollen mensen kunnen hebben in een team volgde het kennismakingsrondje, waarin iedereen voor zichzelf vaststelde welke rol zij zelf meestal vervult in een team. Tussendoor was er een rondleiding door het stadje Ravenstein en daarna volgde in Demon in een escaperoom de opdracht door goed samen te werken de speld in de hooiberg te vinden. Na een heerlijke maaltijd en het nodige netwerken ging iedereen met een goed gevoel naar huis. ‘Samenwerken aan een gezondere wereld’ was het thema van de damesdag in Limburg. Suzanne Bisschops, directeur van Kids University for Cooking, gaf een presentatie over haar organisatie, die kinderen in de leeftijd van negen tot zestien jaar op ludieke, interactieve en inspirerende wijze wil laten reizen in het universum van voeding. De dames waren na de presentatie van mening dat er voor de cumelasector ook een rol is weggelegd. De rondleiding over de blauwe-besplantage, verzorgd door cumelaondernemer Hay Aerts van Aerts Europa uit Broekhuizen, was een perfecte aanvulling op de presentatie van Kids University for Cooking. De dag werd afgesloten met een overheerlijke high tea bij de dochter van Hay Aerts in de Blue Berrie Hill in Broekhuizen, met uiteraard allerlei gerechtjes met blauwe bessen. advertentie

Staad Veghel

6 en 7 mei

Zaterdag Zondag

10.00 tot 17.00 10.00 tot 17.00

ELM Bouwmac hines 12 en 13 Vrijdag mei

Zaterdag

Staad Huijsman

13.00 tot 22.00 09:00 tot 16:00

s

Daar zien we elkaar! Zaterdag Zondag

20 en 21 mei 10.00 tot 22.00 10.00 tot 18.00

Wie jubileert tra kteert! Dus kom op zate rdag tijdens de Grondverzetdag en tussen 11 Gra

ag tot ziens b

ij Staad, ELM

52

GRONDIG 3 2017

Stobbenfrezen

   

90 -250 l/min Max 420 Bar Draaikrans CW3 snelwissel

en 12 taart eten !

en Staad Huijsm

ans!

Postbus 16 – 7070 AA Ulft - Tel 0315 695470 – info@wellinkcaesar.nl www.wellinkcaesar.nl – Dave ter Voert 06 53 79 84 95


GEKRUID Met de lus in de bus Deze week was ik vanwege het certificeren bezig met het inventariseren van de eventuele (bijna-)ongevallen. Hierdoor moest ik ineens weer denken aan een voorval van enige jaren geleden. Het is zo’n verhaal waarvan je denkt: hoe is het mogelijk? Soms gebeuren er vreemde dingen, terwijl je toch altijd zo veilig en doordacht bezig denkt te zijn.

MUD PATROL VERRAST De pro stock Mud Patrol van Gebr van Eijck uit Alphen verraste onlangs tijdens de prestigieuze European Superpull in Ahoy tussen de Europese toppers met een tweede plek, daarbij gadegeslagen door menig CUMELA-collega die op eigen gelegenheid of op uitnodiging van New Holland dit evenement bezocht. Omdat de vermogens de laatste jaren steeds maar stijgen, is het in Ahoy volgens Ton van Eijck steeds moeilijker om een goede start te maken. Voor Mud Patrol is dat extra lastig, omdat deze John Deere zonder intercooler rijdt. Dat betekent extra toeren maken. In Ahoy vielen alle puzzelstukjes op hun plaats. Met ruim 6000 toeren ging Mud Patrol van start en al snel ging de neus flink omhoog. Ondanks drie keer flink corrigeren werd de machine met een mooie balans toch tweede. Op de Facebook-pagina van het Mud Patrol Pulling Team vindt u filmpjes en achtergrondinformatie.

OPEN DAG BIJ 65-JARIG BESTAAN WILMINK IN ENTER Het kost veel werk om een open dag te organiseren, maar dan heb je ook wat. Zo ging het ook bij loonbedrijf Wilmink in Enter, dat op 4 maart het 65-jarig jubileum vierde met een open dag. De eerste werkzaamheden waren grasmaaien en ploegen met een David Brown Cropmaster. Al in de jaren zestig werd er begonnen met grondverzetwerkzaamheden en kwamen er een bulldozer, graafmachine en zandkarren. Samen met vijftien gedreven medewerkers gaat Wilmink nu nog altijd voor het leveren van kwaliteit op het gebied van agrarisch loonwerk en grondverzet. Uit handen van Dieuwer Heins en Dinand Lammertink ontvingen Richard en Ada Wilmink een gouden speld en hanger. Ter ere van een geslaagde dag ging het gezelschap even met z’n allen op de foto.

Op verzoek van een klant was manlief eens bezig met inspectie van een stukje land. Na wat te hebben rondgestruind, gekeken en bedacht hoe te handelen, wil hij huiswaarts keren. Terwijl hij bezig is met het afsluiten van het hek, stapt hij echter per abuis in de lus van een touw van een dampaal die verborgen ligt in het lange gras. Zonder dat hij wat in de gaten heeft, stapt mijn man vrolijk met deze lus in de bus en rijdt weer naar huis. Na een paar honderd meter te hebben gereden over een smal en slingerend weggetje, schiet ineens zijn voet van de gaspedaal en trekt ook zijn tweede been mee. Met de seconde neemt de schrik toe, want hij nadert met een behoorlijke snelheid een kruising. Inmiddels kan hij niet meer met zijn benen bij het rempedaal. In een reflex trekt hij nog snel aan de handrem. Met een behoorlijke zwaai komt de bus met piepende remmen nog net voor de kruising tot stilstand. Met bonzend hart realiseert hij zich dat hij wel erg veel geluk heeft gehad. Wat was er gebeurd? Tijdens de rit kwam het uiteinde van het touw met de lus onder de wielen van de bus terecht, waardoor de lus werd strakgetrokken, met alle gevolgen van dien. De schrik zat er goed in. Gelukkig konden we er naderhand nog om lachen, maar het had niet veel gescheeld of hij had op één been door het leven verder gekund. Het liep echter allemaal goed af. Later denk je: had dit voorkomen kunnen worden? Een vervolgactie - check voordat je in de auto stapt of er een lus om uw voet bungelt - is echter ook niet logisch. Het enige wat je iedereen kunt leren, is dat je niets moet laten slingeren. Ook dit voorval laat namelijk zien: een ongeluk zit soms in een klein lusje.

Gretha Toering Toering Grond- en Verzetbedrijf

GRONDIG 3 2017

53


ondernemen met

mensen cumela

25 JAAR LOONWERKONDERWIJS “Willen we goede jongens, dan moeten we daarin met z’n allen investeren.” De praktijkleergelden staan onder druk. Om het praktijkonderwijs afgelopen schooljaar toch te waarborgen, kwamen zeven Friese cumelaondernemers met een alternatief. Ze organiseerden samen met het Nordwin College eigen praktijkdagen.

Simon van Netten: ‘’Het was leuk om zo’n machine uit te proberen en die kennis op te doen. Die voorkennis komt later vast weer van pas bij een stagebedrijf of toekomstige werkgever.”

De hakselaarchauffeur stond op de treeplank. De leerling zat achter het stuur en bediende de hakselaar alsof hij het al jaren deed. “Dan zie je dat er potentie in die leerlingen zit. Dat geeft vertrouwen”, zegt Jan Roelof Betten van De Samenwerking BV uit Elsloo. De cumelaondernemer kreeg vorig jaar zes keer een groepje leerlingen Groen, Grond & Infra op het bedrijf om een dagdeel mee te draaien met zijn hakselploeg. Betten maakte een groepsapp aan, dronk met de jongens een bak koffie ter kennismaking en bracht ze naar de hakselploeg, waar de leerlingen de verschillende werkzaamheden en machines met elkaar afwisselden. Naderhand evalueerden ze de dag. “Ik vond het schitterend. Mijn medewerkers trouwens ook. Zij voelden zich betrokken, omdat ze zaken konden uitleggen aan jongens die nog weinig kennis hadden. Het enthousiasmeerde hen dus ook.” Het initiatief ontstond vanuit de sectorraad, waarin zeven Friese loonbedrijven zijn vertegenwoordigd. Zo’n drie tot vier keer per jaar heeft de raad overleg met het Nordwin College over het onderwijs. “Het was al duidelijk dat er in het

schooljaar 2016/2017 minder subsidie beschikbaar zou zijn voor praktijkdagen”, zegt Betten. “De school maakte zich zorgen dat ze geen praktijklessen zou kunnen aanbieden, want een eigen praktijklocatie heeft de opleiding niet.” Ook voor de sector zijn praktijkdagen van groot belang, gaat hij verder. “Het grootste deel van mijn werknemers is 45 jaar of ouder. Op den duur moeten zij een keer worden vervangen door goed opgeleide jongens, maar die zijn steeds moeilijker te vinden. Willen we goede jongens, dan moeten we daarin met z’n allen investeren.” Vandaar dat de cumelaondernemer het idee opperde om zelf praktijkdagen te organiseren. Bemesten, sloot- en bermonderhoud, ploegen, veilig hijsen. Bij elke werk kende de sectorraad wel een leerbedrijf. Bij Betten zelf konden de leerlingen maïs hakselen. Hij had zo nodig zelfs nog een ruimte beschikbaar als leslokaal. “Als sector kijken we er misschien wat makkelijk tegenaan door te zeggen: ‘Breng ze maar hier. Ik heb wel een stuk land om te ploegen’. Maar er komt natuurlijk meer bij kijken. Ik moet mijn medewerkers instrueren, de desbetreffende boer voorbereiden en een bepaalde onkostenvergoeding is wel gewenst.” De school zag in eerste instantie vooral beren op de weg. “De jongens moesten vervoer hebben vanuit Leeuwarden en de leraren vreesden dat de leerlingen niet zouden komen opdagen. Maar als je die jongens whatsappt dat ze mogen komen hakselen, staan ze vandaag nog op de stoep hoor.”

Motiveren Praktijk is ontzettend belangrijk om de jongens gemotiveerd en enthousiast te houden, stelt Betten. Daarom vindt hij het idee van een leslokaal op zijn bedrijf niet eens zo gek. “Als een leraar iets uitlegt over een bepaalde machine, kan hij de jongens meteen meenemen naar buiten om het in de praktijk te laten zien. Dan maak je ze enthousiast. We hebben een hartstikke mooi beroep, maar dat moeten we wel over zien te brengen.”

54

GRONDIG 3 2017


Daarbij is samenwerking met de school erg belangrijk. “We kunnen wel tegen het schoolbeleid aan blijven schoppen, maar we kunnen beter onze kennis positief inzetten”, zegt Betten. Zo heeft hij zich verbaasd over het schoolbeleid dat leerlingen van niveau 4 wel met precisielandbouw aan de slag gaan en niveau 3-leerlingen niet. “Wie denk je dat straks in die trekker met GPS moet rijden? Niet die niveau 4-leerling hoor. Die zit op kantoor. Dat soort zaken zijn enorm belangrijk om in zo’n sectorraad te bespreken. Samenwerking is cruciaal voor een goede opleiding. Maar”, benadrukt hij, “we moeten als sector niet het onderwijs gaan overnemen. Dat blijft de verantwoordelijkheid van de school.”

Vervolg Als het aan Betten en de leerlingen ligt, krijgen de praktijkdagen volgend schooljaar weer een vervolg, al moeten er nog wel wat puntjes op de i. Zo vielen de praktijkdagen nu

op stagedagen, waar de stagebedrijven niet erg blij mee waren. En er moet één lijn komen in de aangeboden praktijk. Bij sommige bedrijven mochten de jongens zelf achter het stuur, bij andere mochten ze alleen maar meerijden. Verder noemt Betten de praktijkdagen geslaagd. “We hadden elke keer mooi weer. Het is natuurlijk afwachten hoe dat volgend jaar is, maar we hebben in ieder geval een stap gezet. Behalve dat we deze jongens praktijkervaring kunnen bieden, kunnen we hen meteen andere dingen leren, vooral op sociaal gebied, zoals het omgaan met klanten.”

Jan Roelof Betten: ‘’We hebben een hartstikke mooi beroep, maar dat moeten we wel over zien te ­brengen.”

Hijzelf en zijn collega’s blijven enthousiast. De school mag de sectorraad zelfs bellen als een leraar ziek is. “Ik heb liever dat ik een dag voor de klas sta dan dat die jongens naar huis worden gestuurd.” TEKST & FOTO'S: Marjolein van Woerkom

25 jaar loonwerkonderwijs Het loonwerkonderwijs bestond vorig jaar een kwart eeuw. In die 25 jaar is er veel veranderd en nog steeds is er verandering gaande. Het onderwijs probeert daar continu op aan te sluiten, maar dat is geen eenvoudige taak. Daarnaast moet ook de moderne werkgever zijn werknemers blijven opleiden. Reden g ­ enoeg dus om aandacht te b ­ esteden aan de toekomst van morgen. Leren stopt nooit.

GRONDIG 3 2017

55


NA-OPKOMST HERBICIDE IN MAÏS

Kracht en betrouwbaarheid    

Snellere aanvangswerking Sneller regenvast Booster in de mix Beste grassenbestrijder

www.belchim.nl


Industriebanden & Landbouwbanden

Landbouwassen

NIEUW

ON-VOOR-STEL-BAAR

Onvoorstelbaar groot is ons assortiment aanhangeronderdelen en banden voor Landbouw, Tuin & Park, Quad en Industrie. Door dat enorme assortiment hebben wij altijd voor u het beste, het snelst leverbare en het meest prijsvriendelijke artikel in huis. Vandaag besteld, is morgen in huis.

+31(0)592 37 27 19 info@middelbos.nl www.middelbos.nl

BEZOE K ONZE WEBSH OP

Import en Groothandel

162 Adv_On-voor-stel-baar_98x64_Grondig.indd 1

08-07-16 12:0

Op maat gemaakte transporttechniek – Al meer dan 50 jaar

Symen van der Veen · NL-9219 VJ De Tike · T +31 651572523

Gt ! O O H en ntie m R e VEw rend r gara u

www.agroliner.de

Silagewagen

Silo-SPACE

a a j 3

Polyvalente uitdraaiwagen Drakkar

NIEUW VOOR DE AARDAPPELEN

www.joskin.com

EEN BREED GAMMA PRODUCTEN ...

Tel: +32 43 77 35 45


ondernemen met

cumela

CUMELA.NL

Op deze pagina’s samenvattingen van berichten die eerder op Cumela.nl zijn geplaatst. Wilt u op de hoogte blijven van het actuele nieuws? Ga naar Cumela.nl. Daar publiceert de redactie dagelijks nieuws van en voor de cumelasector.

SCHOON WATER, BRABANTSE LOONWERKERS LATEN ZIEN HET KAN! Op de landelijke verkiezingsdag vierden bestuurders van provincie, ZLTO, Waterschappen, Brabant Water, Riwa Maas en CUMELA afdeling Brabant in het provinciehuis in Den Bosch de successen van Schoon Water voor

NIEUWE MEDEWERKERS CUMELA ADVIES Sinds maart heeft CUMELA Advies twee nieuwe adviseurs in dienst. John Holleman is onlangs gestart als adviseur bodembeheer. De cumelasector staat voor de uitdaging om de bodem met al zijn ongekende mogelijkheden op de juiste manier te benutten. De bodem is het kapitaal binnen onze sector. John gaat met u de verbinding realiseren tussen de bodem, uw bedrijf en de te leveren producten en diensten. De voormalig advocaat civiel recht Hugo Voskamp is in dienst gekomen als adviseur juridische zaken. Vanuit zijn verleden heeft hij nodige ervaring opgedaan, mede in zaken die het loonbedrijf betreffen. Aarzel niet om contact met Hugo op te nemen wanneer u ergens tegenaan loopt. Het is immers beter om problemen tijdig te signaleren en te voorkomen dan achteraf op te lossen.

Brabant. Op veel plekken elders in het land wordt de Schoon Water-aanpak met grote interesse gevolgd. Daarin wordt intensief samengewerkt aan schoon water. De waterkwaliteit in Brabant verbetert, maar natuurlijk willen we die verder verbeteren en zijn er dus ook nog uitdagingen. CUMELA-bestuurder Wijnand Snoeijen: “Loonbedrijven zijn bij uitstek geschikt voor grootschalige uitrol van en toegang tot emissiebeperkende techniek. De uitdaging zit hem erin de technieken werkend en lonend te krijgen”, aldus Snoeijen. CUMELA-bestuurder Jessie Arts: “De aanpak van stimuleren werkt. Onze uitdaging is om nog meer dan de huidige honderd Brabantse loonwerkers te verwelkomen als deelnemer.”

OOK OP CUMELA.NL

• Werkgevers opgelet: uitbreiding no-riskpolis Extra controles van de Omgevingsdienst • West-Holland • Eerste Kamer steunt nieuwe taak curator • Uitnodigingsbeleid drie noordelijke waterschappen • Jaarverslag 2016 CUMELA-organisatie

PAKKET ‘VEILIG EN GEZOND WERKEN VOOR ZELFSTANDIGEN’ Het pakket ‘Veilig en gezond werken voor zelfstandigen’, waarmee ook zelfstandigen zonder personeel heel gemakkelijk een digitale risicoinventarisatie en -evaluatie (RI&E) kunnen opstellen, is beschikbaar voor de cumelasector. Hannie Zweverink en Math Creemers (directeur Stigas) tekenden onlangs de overeenkomst inzake het zelfstandigenpakket. Het pakket is speciaal voor bedrijven die geen medewerkers in dienst hebben. Leden van CUMELA Nederland krijgen korting. Kern van het pakket is een account op MijnStigas.nl, waarmee zelfstandigen de risico’s op hun bedrijf inventariseren en een plan van aanpak maken om ze te beheersen. Zo voldoen zij direct aan hun wettelijke verplichtingen.

SUBSIDIE VOOR LEERBEDRIJVEN SOMA-LEERLINGEN Bedrijven die een leerwerkplek bieden aan BBL’ers die op het SOMA College de opleiding Machinist Grondverzet (gaan) volgen, betalen jaarlijks een forse bijdrage aan het SOMA College. De sociale partners in de cumelasector hebben de subsidie hiervoor verhoogd. De opleiding bij het SOMA dankt zijn kwaliteit mede aan de praktijkdagen die in de opleiding zijn opgenomen. Een mooie en goede manier om de benodigde praktijkvaardigheden te trainen, maar ook duur. Bedrijven die de CAO-LEO toepassen en premies afdragen aan Colland, kunnen met de bestaande regeling vijftig procent van de betaalde praktijkkosten terug krijgen, met een maximum van € 1500,-. Deze regeling bestaat al geruime tijd en leerbedrijven die een BBL’er van het SOMA een leerwerkplek bieden, kunnen hier gebruik van maken.

NIEUWE CAO BOUW & INFRA De partijen in de bouw zijn voor dit jaar een nieuwe CAO Bouw & Infra met een beperkt aantal wijzigingen overeengekomen. Op 27 februari 2017 hebben partijen een onderhandelingsakkoord bereikt. Na kort beraad met de achterban is hiermee ingestemd. De nieuwe CAO Bouw & Infra is afgesloten voor de periode van 1 februari 2017 tot en met 31 maart 2018. Alle wijzigingen leest u op Cumela.nl.

58

GRONDIG 3 2017


VOORZITTER VEELGESTELDE VRAGEN LEEST U OP CUMELA.NL

• Mag ik personen laten meerijden op een aanhangwagen achter een trekker? • Wanneer ben ik verplicht een advocaat in te schakelen? • Hoe zit het met huisaansluitingen en zorgvuldig grondroeren? • Heeft een medewerker recht op een vrije dag als hij samen met zijn partner een geregistreerd partnerschap ondertekent? • Hoe verloopt een civiele procedure bij de rechtbank?

KAMERLID HEERMA OP WERKBEZOEK IN CUMELASECTOR Tweede Kamerlid Pieter Heerma (CDA) was op 1 maart op werkbezoek bij AH Vrij Groen, Grond en Infra in Wateringen. Er werd gesproken over familiebedrijven en sociale zaken. Heerma was zeer geïnteresseerd in de aanstaande cao-onderhandelingen en wil graag op de hoogte worden gehouden van de resultaten. Het was een nuttig gesprek, waarin de cumelasector op een positieve manier in beeld is gebracht.

Openheid Dat onze machines jaar na jaar groter worden, is iedereen in de sector opgevallen. Dat steeds meer van onze klanten, zeker in de akkerbouw, ook zelf met dit soort machines het werk verrichten, zal een ieder echter wel eens zorgen baren. Blijft er wel werk over voor agrarische loonbedrijven? Aan de andere kant biedt de grootte van onze klanten ook kansen. Kansen om onderscheidend te zijn, om te ontzorgen, om aanvullend te zijn, kortom, om een uitstekende partner te zijn. Dat wij als loonwerksector steeds meer als professionele partner worden gezien, blijkt uit het feit dat de sectie Agrarisch loonwerk is benaderd door de landelijke Pootgoed Contact Commissie (PCC) om een inbreng te hebben in het Hygiëneprotocol Ringrot. Dit is een protocol dat door de pootgoedsector zelf is opgesteld om de kans op quarantaineziektes te minimaliseren. Openheid vanuit de loonwerksector is hiervoor onontbeerlijk. Openheid om te laten zien dat we dienstbaar zijn aan onze klanten, niet weglopen voor onze verantwoordelijkheid en willen meedenken, maar ook om te vertellen dat na elk perceel een grote oogstmachine schoonspuiten geen werkbare optie is. Ook hebben we aangegeven dat openheid van onze klanten misschien nog wel belangrijker is, zodat wij weten dat er problemen met ringrot te verwachten zijn en we kunnen voorkomen dat we die doorgeven aan andere klanten.

VEEL BEDRIJVEN LEVEREN JAARREKENING AAN Het loopt voorspoedig met de deelname aan de kengetallenvergelijking CUMELA Kompas Analyse 2016. Al zestig cumelabedrijven hebben hun (voorlopige) jaarrekening ingeleverd. Dagelijks komen en nu jaarrekeningen binnen. Heeft u de (concept-)jaarrekening inmiddels gereed, neem dan contact op met uw bedrijvenadviseur, de infolijn of stuur een e-mail naar kengetallen@cumela.nl. Met uw deelname krijgt u inzicht in uw kostenverhoudingen, machinebenutting, arbeidsbenutting, financiële positie, rentabiliteit en investeringen.

Door hierover op een open manier met de PCC van gedachten te wisselen, hebben we kunnen afspreken dat over loonwerk alleen wordt opgenomen dat een agrariër ons moet inlichten over eventuele problemen, zodat wij bij volgende klanten geen insleep van ziektes kunnen veroorzaken. Dit biedt ons kansen om partner te blijven van ook de grotere agrariërs. Openheid is nodig om de grote machines te laten blijven waar ze horen: bij de loonwerker! Een loonbedrijf is immers niet alleen specialist in Groen, Grond en Infra, maar ook in het optimaal inzetten, bedienen en afstellen van deze machines!

CUMELA-EXCLUSIEFARTIKELEN Leden kunnen deze digitale Grondig-artikelen gratis lezen op Cumela.nl. De artikelen zijn opgemaakt als pdf, zodat u deze eenvoudig kunt downloaden en printen. • Werknemer in de schulden. Deel 2: hoe te handelen bij beslaglegging? • Stelsel premiekortingen 2017. Heeft u alle kortingen goed in zicht? • De laatste stand van zaken ten aanzien van de Wet DBA: nog veel onzeker • Rijd met verstand: E-learning www.land-bouwverkeer.nl gelanceerd • Direct bellen bij kabelschade in het water loont. Handleiding voor wat u moet doen bij kabelschade

Corné Vinke Voorzitter sectie Agrarisch loonwerk

GRONDIG 3 2017

59


VERSLAG ALV Bodem als basis

ondernemen met

cumela

Janneke Wijnia benoemd op succesvolle ledenvergadering tijdens Inspiratiemiddag Bodem

De bodem was de rode draad van het evenement dat de landelijke algemene ledenvergadering van CUMELA Nederland omlijstte. Daarbij heeft de organisatie met de benoeming van Janneke Wijnia als directeur weer een stevig fundament. Met een informatiemarkt en een dertiental themasessies zorgde de dag ook voor een verbrede kennis van de aanwezige bedrijven over werken met en op de bodem.

Natuurlijk is de benoeming van een nieuwe algemeen directeur op de algemene ledenvergadering een formaliteit, want bestuur en huidige directie hebben vooraf uitgebreide sollicitatiegesprekken gevoerd. Toch leek er een klein zuchtje van opluchting te zijn toen het applaus volgde op het voorstel tot benoeming. In een kort dankwoord toonde Janneke Wijnia zich daarna voor het eerst aan de ruim 150 aanwezige leden. “Ik heb er zin in om voor deze mooie sector aan het werk te gaan. De komende tijd zal ik een aantal van u zeker bezoeken om nog meer te leren en om onze leden te leren kennen.”

Helemaal vreemd is de sector natuurlijk niet, want als vrouw van een akkerbouwer treft ze regelmatig medewerkers van een loonbedrijf op het erf. En als directeur van de coöperatie NOP Agrowind heeft ze ongetwijfeld ook cumelabedrijven aan het werk gehad. Tijdens de vergadering kon ze ervaren dat de leden een groot vertrouwen hebben in bestuur en directie. De toelichting op het gevoerde beleid en de financiële jaarstukken leverden slechts enkele opmerkingen op en gaven geen reden tot discussie. Verheugd konden voorzitter Wim van Mourik en de directeuren Michiel Pouwels en Hannie Zweverink dan ook vaststellen dat ze verder kunnen met het gevoerde beleid. Rond de algemene ledenvergadering was ook een Inspiratiemiddag Bodem georganiseerd. Die vormde de aftrap van een nieuwe themacampagne binnen en buiten de organisatie. Op de bodemmarkt konden de aanwezigen hun kennis van bodem en processen die daar invloed op hebben vergroten. Ook waren er uitstapjes naar bijvoorbeeld het gebruik van drones om de bodem in kaart te brengen of in te schatten hoeveel grond op een depot ligt of hoe de situatie is op het terrein van een uit te voeren werk. De belangstelling en de soms geanimeerde discussie bij de themasessies lieten zien dat het nieuwe thema goed landde. Op deze pagina’s een korte impressie van de themasessies en enkele beelden van de algemene ledenvergadering. Op een terrein waar voor de leden van CUMELA Nederland de komende jaren nog grote mogelijkheden liggen. TEKST & FOTO’S: Toon van der Stok, Bijdragen: medewerkers CUMELA Nederland

De nieuwe algemeen directeur Janneke Wijnia vertelde er veel zin in te hebben en vooral graag

60

bedrijven te willen

Bloemen waren er voor Peter Wieringa, die afscheid nam van het

leren kennen.

dagelijks bestuur van CUMELA Nederland.

GRONDIG 3 2017


Ondernemerssamenvatting themasessies bodem Haal uw band aan met de bodem Gijsbert van Iterson, Michelin Nederland Verdichting van de bodem is een groot probleem en zorgt op lange termijn voor opbrengstschade. Toepassing van de IF- en VFtechnologie kan de bodemdruk verminderen, mits die niet wordt gebruikt om de toegestane belasting te vergroten.

Hogere belasting bij lagere bandenspanning Jeroen Reedijk, Alliance Tire Group Toepassing van de IF- en VF-technologie is onder andere dankzij de banden van Alliance mogelijk op veel voertuigen. Daaronder ook kippers en silagewagens.

Rendement verbeteren met Bodemspiegel en perceelsvergelijking Herman Krebbers, Delphy Vliegtuigbeelden (met onder meer spectraalfotografie) kunnen worden ingezet om de opbrengst van percelen te verhogen. Op basis van beelden van gewasgroei en bodemgesteldheid kunnen zeer gericht bodemanalyses worden uitgevoerd en kan de gebruiker zeer (plaats)specifiek aanpassingen doen.

Relaties tussen dronebeelden en agrarische data Everhard van Essen van Aequator Sensing en Wijnand Kamerman van NIDIM Dronebeelden geven een overzicht van ver­­ schillen in de bodem. Daarmee kun je aan de slag om de bodem te verbeteren. Dat is echter wel een kwestie van de lange adem, want de resultaten zijn niet in één jaar zichtbaar. Dat duurt naar verwachting zes tot even jaar. Dat maakt het moeilijk voor gebruiker en loonwerker.

Ondergrondverdichting Jan van den Akker, WUR Een verdichte ploegzool geeft langjarige problemen voor de waterhuishouding en de beworteling. De opbrengsten lopen hierdoor terug, zeker op oudere gronden. Uitsluitend werken op droge grond met goede banden op de juiste druk kan veel problemen voorkomen.

Van zeven naar negen miljard wereldburgers Rob ten Vregelaar, Topcon Sokkia Automatiseren is een oplossing om te kunnen voldoen aan de groeiende vraag naar voedsel

en het verminderen van faalkosten. De GWW en agro-sector blijven echter achter in het gebruik van de toepassingen. Bedrijven kunnen geld besparen door meer aandacht te besteden aan dataverwerking.

Micorrhiza-bodemschimmels: meer opbrengst met minder bemesting. Harrald Helmers, VisscherHolland Het toedienen van extra bodemschimmels is een nieuwe mogelijkheid om de productie te stimuleren Door een symbiose tussen de schimmels en het wortelstelsel nemen planten meer voedsel uit de bodem op, waardoor met minder mest meer opbrengst kan worden gerealiseerd.

Precisiebemesting met herwonnen fosfaat Willem van Geel, WUR/ TIMAC Agro Sinds vorig jaar mag gerecycled fosfaat worden ingezet in de bemesting van maïs op derogatiebedrijven. Ondanks de toepassing van deze meststof wordt er door de goede opbrengst met de geoogste planten per hectare meer fosfaat onttrokken dan in de mest wordt toegevoegd.

Gevaren bodemverontreiniging Henk Vorsteveld, BK ingenieurs Wat kan er mis gaan bij een bodem­veront­ reiniging op een werk. Bij omgevingsrisico’s moet stagnatie worden voorkomen door vooraf afstemming te zoeken met omwonenden, politiek en handhaving. Als het om vervuilingsrisico’s gaat, pakt de praktijk vaak anders uit dan het onderzoeksrapport doet vermoeden. Ook geeft de onvoorspelbare uitleg van ingewikkelde wetgeving vaak commotie.

Dronebeelden en agrarische data Leks Bolkerdijk en Peter van de Merwe van Dronewerkers Naast de groene agrarische toepassingen van drones, waar de adviezen zijn gebaseerd op heel veel onderzoek, zijn er steeds meer mogelijkheden om drones succesvol in te zetten in grondverzet en infra. Voor loonwerkers is een duidelijke rol mogelijk in gebruik of voor exploitatie.

Bodem + Mest = Bodemvruchtbaarheid?! Karst Brolsma, Eurofins Agro Weet wat de variatie is op een perceel. Ken de percelen. Bemest op basis van die inzichten. Denk er over na. Ga de discussie aan met de adviseur, onderzoeker, teeltbegeleider en de eigenaar. Stap eens van de trekker af, kijk naar de grond en het gewas. Zo zie je waar de variatie zit.

Bodemverbetering met behulp van sensoren Johannes Straver van Agrometius en Johan Ottens van Agrifirm Plant Het scannen van de bodem geeft een beeld van de variatie in pH en organische stof gehalte. Na de metingen worden taakkaarten gemaakt en kun je plaatsspecifiek kalk strooien. Een vraag uit de zaal: Hoelang gaat dat mee, na een correctie bewerking? Er is na 4 jaar weer gemeten, de grond was nog redelijk homogeen.

Snel, eenvoudig en betaalbaar managen van bodemvruchtbaarheid Angelique van Helvoort, SoilCares Met nieuwe technieken en online analyses is het mogelijk om ter plaatse de bodemvruchtbaarheid te bepalen. Dat betekent dat je een beter advies kunt geven en de bemesting direct aan kunt passen aan de omstandigheden.

GRONDIG 3 2017

61


ondernemen met

cumela

TOOLBOX Voorkomen van graafschade Tips en vuistregels voor de toolboxmeeting In de Nederlandse bodem liggen bijna twee miljoen kabels en leidingen en dat aantal blijft groeien. Het aantal schades aan deze kabels en leidingen is de afgelopen jaren iets afgenomen, maar nog onvoldoende. Om scha-

Voor meer info over veilig werken, kijk op www.agroarbo.nl

des en vooral onveilige situaties te voorkomen, is het belangrijk te weten waar ze liggen en het grondroeren daarop af te stemmen. Deze toolbox is bedoeld voor gebruik in de uitvoering, met name voor het graafteam.

VEILIGHEID Onduidelijkheid over de ligging van kabels en leidingen bedreigt in de eerste plaats de veiligheid. Als het mis gaat, bijvoorbeeld bij het in aanraking komen met leidingen voor gas of giftige stoffen of met elektriciteitskabels, kan dat leiden tot ernstig letsel van zowel kraanmachinist, grondwerker als omstanders. Denk aan de recente dodelijke gasexplosie in een flatgebouw in Diemen. Dat was het gevolg van gebrekkige informatie-uitwisseling voorafgaand aan de graafwerkzaamheden.

SCHADE MET GROTE GEVOLGEN Jaarlijks is er sprake van 40 miljoen euro aan herstelkosten als gevolg van directe schade aan kabels en leidingen, maar de indirecte schade door leveringsonderbreking is natuurlijk veel groter. Grote storingen spreken tot de verbeelding. Wat te denken van al die thuiswerkers en zzp’ers die gedwongen zijn tot nietsdoen doordat een stroomkabel of datakabel in hun straat is stukgeraakt door graafwerkzaamheden.

Niet alleen de graver is verantwoordelijk Hoe voorkom je nu dat schade aan kabels en leidingen ontstaat? Naast het graafteam hebben ook de werkvoorberei-

62

GRONDIG 3 2017

der, aannemer, netbeheerder, ontwerper en opdrachtgever hun verantwoordelijkheid. Daarom heeft de graafsector in de CROW-richtlijn 500 ‘Schade voorkomen aan kabels en leidingen, richtlijn zorgvuldig grondroeren van initiatief- tot gebruiksfase’ hierover duidelijke afspraken gemaakt. Hoe gaat iedereen zich gedragen en waar kunnen we elkaar op aanspreken?

JE MAG VAN DE WERKVOORBEREIDER VERWACHTEN DAT HIJ: • een nieuwe graafmelding doet; • de gebiedsinformatie beoordeelt en vergelijkt met de informatie van de opdrachtgever op juistheid, volledigheid en eventuele veiligheidsgebieden; • bij onduidelijkheden contact opneemt met netbeheerder en de eventuele opdrachtgever; • bij een eis voorzorgsmaatregelen met de netbeheerder afspraken maakt over planning en maatregelen; • contact heeft met de beheerder van een veiligheidsgebied (defensie, vliegveld); • op de projectlocatie kijkt naar eventuele aanwijzingen voor eerder uitgevoerde (verleggings)werkzaamheden aan kabels en leidingen;


• het bij het plan/bestek gevoegde maatregelenplan kabels en leidingen uit de ontwerpfase beoordeelt; • zo nodig aanvullende maatregelen opstelt als de uitvoeringsmethode of zijn kennis daarom vraagt; •h et maatregelenplan uitwerkt naar werkinstructies voor de verschillende grondroeringen.

WERKINSTRUCTIE Graaf alleen na instructie van de aannemer! F

IJ

R

D

E

B

L

E

M

U

C

WAT BEVATTEN DIE WERKINSTRUCTIES • E en toelichting op het totaalproject en de deelplannen. • Actuele gebiedsinformatie van kabels en leidingen wordt doorgenomen met en beschikbaar gesteld aan het graafteam. • Revisiegegevens van eventueel uitgevoerde werkzaamheden door netbeheerders. • Werkafspraken tussen initiatiefnemer, ontwerper, aannemer en netbeheerder. • Werkafspraken van de werkvoorbereider met de beheerder van een veiligheidsgebied. • Gegevens van de contactpersoon van de netbeheerder in geval van een gebied met een eis voorzorgsmaatregelen. • I nformatie over wanneer je mag starten. • Informatie over wat een bepaalde risico aan maatregelen vraagt. • Informatie over het lokaliseren van kabels en leidingen; waar doe je dat, wanneer en hoe markeer je ze?

B

A

R

V B

E

D

L

U

M

O

R

C

RM

• Informatie over hoe zorgvuldig te graven; inzet van een voorsteker? • Informatie over hoe om te gaan met verleggen van kabels en leidingen? • Informatie over hoe om te gaan met oude buiten gebruik zijnde kabels en leidingen? • Gegevens van contactpersoon bij calamiteiten.

TIPS VOOR HET GRAAFTEAM

Ligging en lokaliseren kabels en leidingen • Zet de liggingsgegevens uit en benut de voordelen van een detectieapparaat en/of andere technische en/of digitale hulpmiddelen. • Let op veranderingen in de grond, bijvoorbeeld kleur of verdichting. • Let op je omgeving, bijvoorbeeld schakelkasten, verhardingsverschillen en/of straatpotten. • Vóór het aanvullen van de proefsleuven de situatie inmeten en/of een foto maken. • Vóór het aanvullen van de proefsleuven de ligging markeren op maaiveld. • Wees alert op huisaansluitingen; deze zitten niet altijd in de Klic-gegevens.

Mogelijke afwijkingen tijdens het graven • Ga niet zomaar ergens anders, of buiten de grens van je klus graven. •W ees bedacht op plotselinge verhoogde ligging. • Wees bedacht op veranderingen in het lengteprofiel. Kabels en leidingen liggen niet altijd recht tussen twee proefsleuven. • De gronddekking langs sloten is vaak minder dan verwacht. •M eld afwijkende liggingen.

• Graaf niet te steil, voorkom instorten van omringende verharding en grond. • Voorkom te hoge puntlasten, bijvoorbeeld door aslast of stempels. • Vul aan zonder scherpe delen (puin, stenen en grind).

Initiatief, overleg en communicatie • Weiger te graven zonder goede werkinstructie. • Neem als graafteam het initiatief. • Overleg als je de situatie niet vertrouwt. • Je bent nooit verplicht om door te gaan in een onzekere situatie. • Veiligheid voor alles, zomaar graven is gevaarlijk voor je collega en jezelf. • Bij schade sleuven en putten niet dichtgooien. • Meld ook kleine schades bij de netbeheerder. • Motiveer en inspireer elkaar positief.

Raakvlakken en overig

Zorg tijdens het graven

• Werk netjes en veilig voor je omgeving. • Zorg voor voldoende afdekking en afzettingen. • Zorg dat je werk steeds goed zichtbaar is. • Een vreemde geur of kleur kan duiden op verontreiniging. Graaf niet verder als er aanwijzingen voor verontreiniging en/of asbest zijn. • Meld archeologische sporen.

• Houd de graafbak gestrekt in ongeroerde grond en draai de bak pas in bij het scheppen van losse grond. •G ebruik nabij kabels en leidingen een vlakke graafbak. • L et op (ver)schuiven bij breek- en sloopwerk.

TEKST: Jan van der Leij, beleidsmedewerker GWW BEELD: CUMELA Communicatie en Rob Mulder

GRONDIG 3 2017

63


ondernemen met

cumela

VERZEKERINGEN

Denk na over spuitrisico’s Voorkom schade door moment van onachtzaamheid Elk jaar komt het wel een keer voor: een flinke schade door een misser bij het spuiten. Overwaaien, verkeerde doseringen en verkeerde middelen zijn de grootste boosdoeners. Dan blijkt ook dat niet elke verzekeraar deze schade goed afdekt. Alle reden dus om de risico’s goed te bekijken. We geven ook een aantal tips om die risico’s te verminderen.

Een bedrijf dat zich bezig houdt met gewasbescherming loopt grote financiële risico’s en helaas zijn niet alle bedrijven zich daarvan bewust. Risico’s die bedrijven lopen, zijn het beschadigd raken van bespoten gewassen, het overwaaien van spuitmiddelen naar aangrenzende percelen en dat er schade wordt toegebracht aan gewassen en bomen, maar ook aan dieren en zelfs mensen. In de praktijk komen we elk jaar wel schades van meerdere tienduizenden euro’s tegen. Een heel ander risico voor spuitbedrijven is het toenemende aantal wettelijke verplichtingen waaraan moet worden voldaan, waardoor je het risico loopt op soms forse boetes bij overtredingen. Een laatste, vaak vergeten risico is het imago van het bedrijf.

Risico’s verminderen Het grootste risico bij spuitwerkzaamheden vormt de menselijke factor. Denk aan afleiding in de voorbereiding van werkzaamheden (mobiele telefoon!), het verkeerd inschatten van wind(stilte) en de effecten bij spuiten. Ook zijn er elk jaar schades door het niet (goed) reinigen van de spuit bij het

Tip-top-vijf Agrarisch expert Sam Veldboer geeft vanuit zijn jarenlange ervaringen de volgende top-vijf met tips om spuitschade te voorkomen. 1. Weet wat je spuit: lees het advies van de teeltbegeleider of leverancier en het etiket van de te spuiten middelen goed. Stel vragen of zoek het uit als iets niet duidelijk is! 2. Controleer de windrichting en -snelheid op de spuitlocatie en houd die in de gaten. 3. Let op aangrenzende gewassen in relatie tot windrichting en de te spuiten middelen. 4. Wees geconcentreerd tijdens het spoelen en vullen van de tank. Zet de telefoon uit! 5. Zet de middelen in de opslagruimte van gewasbeschermingsmiddelen gesorteerd naar werking bij elkaar, dus niet-selectieve herbiciden apart van overige herbiciden.

64

GRONDIG 3 2017

wisselen van herbiciden of gewas. Fout gaat het ook door het ontbreken van een heldere communicatie tussen partijen. U kunt de risico’s verminderen door enerzijds technische en organisatorische maatregelen te treffen en anderzijds door het gedrag van uzelf en van uw medewerkers te beïnvloeden. Vanuit CUMELA Nederland is de checklist voor veilig spuitwerk opgesteld (zie kader). Deze lijst bevat aandachtspunten en tips voor zowel de planner op kantoor als de medewerker in het veld.

Risico’s vermijden Hoe kun je nu ook van het spuiten een goed renderende activiteit maken? De eerste vraag is natuurlijk of het wel rendabel is. Hou daarbij ook rekening met de vraag of de noodzakelijke kennis binnen het bedrijf aanwezig is en wat het kost het om die op peil te houden. Lukt het daarbij om te blijven voldoen aan de toenemende wettelijke eisen? Het is ook het moment om je af te vragen of de werkzaamheden nog passen in de keuzes die worden gemaakt en de richting die het bedrijf opgaat. Wellicht is samenwerking met een collegabedrijf ook een mogelijkheid en kun je de klanten zo toch een goed alternatief bieden. Om risico’s te verminderen, kan het ook een overweging zijn om bepaalde gewassen niet te bespuiten, bijvoorbeeld omdat u er weinig of geen verstand van heeft en/of omdat het kostbare gewassen zijn. Denk aan (tulpen)bollen of groenten voor de conservenindustrie. Ook kun je ervoor kiezen om niet meer te werken voor bepaalde klanten, bijvoorbeeld omdat de klant slecht meewerkt of altijd moeilijk doet.

Checklist De checklist voor veilig spuitwerk is te vinden op de site van CUMELA Nederland. Ga naar www.cumela.nl en zoek op ‘Checklist voor veilig spuitwerk’. Een papieren versie is op te vragen via de infolijn van CUMELA Nederland op (033) 247 49 99.


CUMELA-voorwaarden Risico’s overdragen Het beperken van de risico’s begint bij het hanteren van goede algemene werkvoorwaarden en het sluiten van een verzekering. Voor spuitwerkzaamheden zijn de CUMELA-voorwaarden aan te raden. Ze zijn toegesneden op onze branche en worden vanuit CUMELA Nederland steeds actueel gehouden, waardoor ze breed in de sector worden toegepast. Deze voorwaarden leggen verplichtingen op aan de opdrachtgever en mede daardoor beschermen ze het bedrijf tegen schadeclaims van de opdrachtgever zelf en van anderen. Deze voorwaarden moet je dan wel op juiste wijze gebruiken (zie kader). Natuurlijk kun je ervoor kiezen om de risico’s te accepteren, geen algemene voorwaarden te gebruiken en geen verzekering af te sluiten. Als zich dan een schade voordoet of er wordt een boete opgelegd, behoort dit tot de bedrijfsrisico’s. Besef wel dat je dan altijd scherp en alert moet zijn. Gaat het toch fout, dan kun je de schade vaak beperken door snel overleg te plegen en te handelen, bijvoorbeeld door zelf nieuw gras of nieuwe maïs te (laten) leveren als het in die gewassen fout gaat. Besef wel dat je jezelf dan wel de vraag moet stellen of je deze risico’s kunt en wilt dragen. Zijn er voldoende liquide middelen om uit te keren bij een schade en komt de bedrijfsvoering daardoor niet in gevaar? Draag je zelf de risico’s, dan moet je wellicht daarvoor geld reserveren en een potje vormen. En is dat potje dan voldoende voor je gemoedsrust, of anders gezegd: slaap je er goed bij of lig je er wakker van? Veel bedrijven onderkennen echter de risico’s en verzekeren zich tegen de financiële gevolgen van een schade. Verstandig als je de gevolgen van een schade niet kunt overzien, laat staan zelf dragen. Denk dan aan een overwaaischade van herbiciden in een fruitboomgaard of op een bollenveld. Voordeel van een verzekering is ook dat een verzekeraar bij schade bijstand kan verlenen met zijn deskundige advies en zijn netwerken, terwijl u anders alles zelf moet regelen. Ten slotte zijn er nog wettelijk verplichte verzekeringen die bij het spuiten altijd verplicht zijn. Wie met een spuitmachine de weg opgaat, dient daarvoor altijd een wettelijke-aansprakelijkheidsverzekering af te sluiten.

Hoe gebruik je de CUMELA-voorwaarden op de juiste wijze? • Gebruik alleen de CUMELA-voorwaarden. • Gebruik de meest recente versie (2013). • Verklaar de voorwaarden schriftelijk van toepassing én zorg dat de klant de tekst van de voorwaarden krijgt. • Verstrek de voorwaarden bij voorkeur vooraf, bijvoorbeeld via een offerte of een mailactie richting vaste opdrachtgevers. • Stuur de voorwaarden in elk geval mee via de facturen: verwijs op de voorzijde naar de voorwaarden en print ze op de achterzijde. • Vermeld de voorwaarden op uw website en maak duidelijk dat ze van toepassing zijn op al uw werkzaamheden.

Weinig verzekeraars Waar wij als tussenpersoon mee te maken hebben, is dat er nog maar een handjevol verzekeraars is die nog een goede spuitdekking aanbieden. De groep loonspuiters is relatief klein en de spuitactiviteiten zijn risicovol. Wat we zien, is dat verzekeraars ook niet altijd de goede kennis in huis hebben of bereidwillig zijn om deze risico’s volledig over te nemen. Laat je bij het afsluiten van een verzekering goed voorlichten of controleer dat in de voorwaarden. Welk bedrag is verzekerd en is dit voldoende voor de risico’s die bij het werk horen? Welke eisen worden gesteld? Voldoe je hieraan en wat zijn de gevolgen als dit niet zo is? Wordt dan het eigen risico verhoogd of is er zelfs helemaal geen dekking meer? Gezien de complexiteit van de materie en de grote risico’s die samenhangen met gewasbescherming, adviseren wij u deze risico’s te laten checken door een deskundige adviseur, zoals één van de buitendienstmedewerkers van CUMELA Verzekeringen. Wij kunnen bedrijven helpen om inzicht te krijgen in de specifieke risico’s en hoe je daarmee kunt omgaan. Daarnaast kunnen wij helpen met het op orde krijgen van de contracten en indien gewenst het sluiten van een goede verzekering.

TEKST: Herman Arissen, schadebehandelaar CUMELA Verzekeringen FOTO: CUMELA Communicatie

GRONDIG 3 2017

65


ondernemen met

cumela

Veel te winnen door samen te werken Verslag themabijeenkomst ‘Geïntegreerde contractvormen in groene projecten’ Groene adviesbureaus en cumelabedrijven werken vaak aan dezelfde cultuurtechnische werken en infraprojecten. Een goede aansluiting tussen advies en uitvoering leidt tot tevreden opdrachtgevers, zo luidde de belangrijkste conclusie van de op 7 maart in Kampen gehouden themabijeenkomst, georganiseerd door CUMELA Nederland en Netwerk Groene Bureaus. Het gezamenlijk belang van groene adviesbureaus, cumelabedrijven en opdrachtgevers was aanleiding om opgedane ervaringen en ideeën voor de toekomst te delen. In haar openingswoord ging Hannie Zweverink, algemeen directeur van CUMELA Nederland, vooral in op samenwerking. Als je samen een optimaal product wilt leveren, zul je een gezamenlijk doel voor ogen moeten hebben en dat ook samen moeten willen organiseren; ieder in zijn eigen rol en ook en met respect voor ieders verantwoordelijkheid. Daarna ging de zaal met 70 deelnemers direct stevig aan de bak. In de kaders vindt u een korte impressie van de soms pittige inleidingen.

De themadag werd onder leiding van Johannes Regelink, bestuurslid Netwerk Groene Bureaus, afgesloten met een plenaire evaluatie van de dag en een bespreking van de leerpunten. Het was een goede zet om groene advies­ bureaus, cultuurtechnische aannemers en opdrachtgevers te verzamelen rond één thema. Het kweekt begrip, je leert van elkaar en je leert elkaar kennen. De overall-conclusie was dat er door samen te werken in groene projecten veel te winnen is.

HENBERTO REMMERTS VAN INGENIEURSBUREAU TAUW

WILCO VAN HEEREWAARDEN, VESTIGINGSMANAGER BIJ BTL ADVIES IN OISTERWIJK

Wat zijn de consequenties van (samen)werken onder UAVGC en het omgaan met risicomanagement. Het credo dat Remmerts ons voorhield, was: je moet je risico’s kennen, prioriteren, communiceren, (ver)delen en beheersen. Ook pleitte hij voor relationeel risicomanagement: heb aandacht voor de samenwerkingsrisico’s en zorg voor invloed op houding en gedrag van alle partijen. Samenvattend: ga risicogestuurd werken.

HARMEN ZIELMAN VAN HAZ GROEN, GROND EN INFRA BV, CUMELAONDERNEMER UIT HASSELT/RADEWIJK Zielman liet vanuit de praktijk zien waar hij tegenaan loopt in de samenwerking met groene adviesbureaus. Wiens belang dienen die, vroeg hij zich af. Hij zou graag in een vergaande vorm van samenwerking willen optrekken. Waarom niet in combinatie? Veel kleine adviesbureaus zien daar tegenop. Ze hebben niet het vermogen om eventuele risico’s op te vangen, zo vinden zij. Een kwestie van goede afspraken maken, zegt Zielman.

66

GRONDIG 3 2017

Hij vroeg zich af of de groene adviseur of ecoloog wel (voldoende) invloed heeft bij geïntegreerde contracten. Zij conclusie: ja, maar dit vraagt wel wat van het groene adviesbureau of ecoloog, namelijk flexibiliteit, creatieve oplossingen, commitment aan het doel van de opdrachtgever of eindgebruiker, deskundigheid (proces en communicatie), invulling van de kwaliteitsborging en actieve risicobeheersing. Het vraagt ook wat van de opdrachtgever of hoofdaannemer, namelijk volledige informatie, ruimte voor alternatieve oplossingen en loslaten. De laagste prijs past meestal niet bij het inbrengen van expertise en bij meedenken

HELEEN BROIER VAN AVECO DE BONDT Broier verzorgt de ecologische begeleiding van projecten in het veld. Zij ziet vooral het belang van goede communicatie bij de uitvoering van projecten. Haar stelling is: een succesvol project kan alleen plaatsvinden met een tevreden omgeving. Een goede ecologische begeleiding begint met intensief contact met de (hoofd)uitvoerders en werkvoorbereiders. “Wij spreken hun taal”, zo stelt zij, “en we willen meedenken met de mensen in de uitvoering.”


KEES VAN DER VAART VAN HET INKOOPBUREAU VAN STAATSBOSBEHEER De enig juiste overweging om gebruik te maken van UAV-GC is het willen benutten van kennis en creativiteit van de markt. “Spelen andere overwegingen een rol of is de houding niet goed, kies dan niet voor UAV-GC. Kies alleen daarvoor als je werkelijk los durft laten”, aldus Van der Vaart. De opdrachtgever moet behoefte hebben aan innovatie bij de uitvoering. De inzet van kennis en ervaring vanuit de markt bij groene projecten blijft van groot belang; UAV-GC is daarvoor een geschikt hulpmiddel. Het gebruik daarvan bij Staatsbosbeheer zal naar verwachting voorlopig echter beperkt blijven. De projectleiders daar moeten meer kennis en ervaring krijgen met UAV-GC om tijdig bij elk project de afweging te maken tussen een traditionele of innovatieve marktbenadering. Ook is Van der Vaart van mening dat de groene adviseurs en aannemers moeten investeren in kennis en ervaring om samen met de groene opdrachtgevers een passend antwoord te vinden op de specifieke uitdagingen van UAV-GC in het groen.

RICHARD LODEWEGES VAN RHDHV/RIJKSWATERSTAAT EN ARJAN OTTEN VAN DE PROVINCIE OVERIJSSEL ‘s Middags was er een veldbezoek aan het project Ruimte voor de Rivier IJsseldelta (waaronder Reevediep/bypass Kampen). Beide heren zijn nauw betrokken bij dit project. Ze gaven een toelichting op het project en deelden hun ervaringen met de deelnemers. Zo werd als tip mee gegeven: doe vooraf een goede screening op de vergunningsvoorwaarden. Ook werd duidelijk dat natuurontwikkeling niet voor honderd procent stuurbaar is, laat staan dat er kan worden gegarandeerd dat de doelsoorten na afloop aanwezig zullen zijn. Wees daarom als opdrachtgever realistisch en maak als opdrachtnemer door middel van een inspanning aannemelijk dat er alles aan is gedaan om de habitat geschikt te maken. Bevoegde gezagen spelen een grote rol bij natuur. Ze stellen vergunningsvoorwaarden en handhaven als er zaken niet goed gaan. Neem deze partijen vanaf het begin goed mee. Het loslaten van bepaalde verantwoordelijkheden bleek in het project soms lastig, maar noodzakelijk. Risicogestuurd werken en strategisch omgevingsmanagement zijn geen vanzelfsprekendheid gebleken: de agenda wordt te vaak ad hoc en door actualiteit en hectiek bepaald. Omgevingsmanagement is mensenwerk, zo luidde hun conclusie.

ADVIESPRAKTIJK Betalen, inpakken en wegwezen Stel: via de website www.uweetnietwatukoopt.nl vindt u een bedrijf dat aanhangers en tuingereedschap te koop aanbiedt. U bent geïnteresseerd en u koopt deze zaken. Een week later ontvangt u een brief van een bank waarin u wordt verzocht om de zaken niet te gebruiken en deze af te staan aan die bank; ze worden binnenkort opgehaald en u krijgt de vraag of u de volgende dag thuis bent. Dan blijkt dat de verkoper een pandrecht op deze zaken had gevestigd om zodoende een lening bij die bank te verkrijgen. Deze verkoper zag echter al aankomen dat hij die lening nooit zou kunnen afbetalen, was al van plan om het eigen faillissement aan te vragen en verkoopt nog snel wat gereedschap en andere zaken. En nu? De wet zegt dat een pandrecht altijd meeverhuist met de zaken die in pand zijn gegeven. De bank heeft ontdekt dat dit werkmaterieel nu bij u staat en klopt bij u aan. Moet u die spullen nu dan ook echt teruggeven aan die bank? Een poging uw geld terug te halen bij de verkoper zal niet succesvol zijn. Het antwoord is: nee, u hoeft die spullen niet terug te geven, want u hebt immers voor die aanhanger en het tuingereedschap betaald; bovendien heeft u die aanhanger met daarin dat gereedschap meteen achter uw auto gekoppeld en staat alles nu bij u op het terrein. En uiteraard wist u niets af van dit pandrecht! Dit zou wel anders zijn wanneer de verkoper u uiteindelijk niets zou hebben gerekend of wanneer u er wel voor had betaald, maar de spullen nog even bij de verkoper liet staan omdat u eerst twee weken op vakantie ging, want dán mag de bank de zaken ondertussen wel ophalen. Dus: koopt u iets van een ander bedrijf, reken dan direct af en neem alles meteen mee. Dan gaat u een stuk geruster op vakantie!

Hugo Voskamp, TEKST: Jan van der Leij, secretaris sectie Grondverzet en cultuurtechniek

adviseur juridische zaken

GRONDIG 3 2017

67


ondernemen met

cumela

Grondroerder niet altijd aansprakelijk Netbeheerder aan te spreken op foutief kaartmateriaal De invoering van de WION en de daaruit voortvloeiende wetgeving hebben ertoe geleid dat het vertrouwen dat de grondroerder mag hebben in de nauwkeurigheid van Klic-tekeningen zwaarder weegt dan voorheen. In geval van schade kan de netbeheerder niet zomaar stellen dat “de grondroerder de kabel maar had moeten opzoeken�. De rechter in Amsterdam heeft hierover een uitspraak gedaan.

68

GRONDIG 3 2017


Wat was het geval? Een grondroerder wilde een bestaande damwand renoveren door een nieuwe damwand aan de waterzijde te plaatsen. Uit de gedane Klic-melding bleek een kabel mogelijk in de buurt van de voorgenomen graafwerkzaamheden te liggen en wel aan de straatzijde van de oude damwand. De grondroerder groef twee proefsleuven op een afstand van 75 centimeter en trof de kabel daarbij aan op de aangegeven plaats, aan de straatzijde. Bij het slaan van de damwand, enkele meters verderop, werd de kabel vervolgens geraakt, omdat de kabel onder de oude damwand doorliep (en ook enige meters verder weer terugkwam naar de straatzijde). De netbeheerder stelde de grondroerder aansprakelijk, omdat de grond niet over het gehele traject van de aan te brengen nieuwe wand over een breedte van 1,50 meter was onderzocht. Zowel de kantonrechter als in hoger beroep het Amsterdamse gerechtshof stelde in dit geval de netbeheerder in het ongelijk en dus hoeft de grondroerder de schade niet te vergoeden. Welke overwegingen lagen hieraan ten grondslag en wat betekent dat voor u als grondroerder?

Afwijkende ligging Er moet in elk geval sprake zijn van een aantoonbare afwijkende ligging. Voor het bepalen daarvan zoekt de rechter aansluiting bij de wetgeving. Daarin is vastgelegd dat de netbeheerder zo exact mogelijke informatie over ondergrondse netten moet verschaffen, met een marge van maximaal één meter aan beide zijden van de theoretische ligging. In dit geval waren de grondroerder en de netbeheerder het erover eens dat de afwijkende ligging iets meer dan één meter bedroeg. Bij een afwijking van meer dan één meter zijn de herstel­ kosten voor rekening van de netbeheerder, ook als deze afwijking niet door de netbeheerder zelf is veroorzaakt en hij er zelfs geen weet van kan hebben, zoals in dit geval. Vermoedelijk heeft een aannemer tientallen jaren eerder de oude damwand over de kabel geplaatst (door één of twee planken in te korten). Uit een eerdere uitspraak van het Amsterdamse gerechtshof inzake maaikorven blijkt de achtergrond hiervan: de netbeheerder geniet de (financiële) voordelen van zijn netwerk en daar staat tegenover dat hij controle moet uitoefenen op de ligging van zijn netwerk, dan wel in sommige gevallen schades daaraan zelf moet dragen.

Nooit aansprakelijk? Het Amsterdamse gerechtshof spreekt uit dat het enkele gegeven dat de kabel niet binnen de één-metergrens ligt niet

voldoende is voor de conclusie dat de grondroerder niet aansprakelijk is. Een grondroerder mag uitgaan van de juistheid van Klic-tekeningen binnen de gegeven marge van één meter, tenzij er concrete aanwijzingen zijn dat de tekeningen mogelijk niet aan de eisen voldoen. De rechter noemt als voorbeeld van dergelijke aanwijzingen recente terreinveranderingen of zichtbare of bekende obstakels in de grond. Als in dit geval geen damwand had gestaan, maar een rij bomen, zou een grondroerder bij elke boom wel rekening moeten houden met een afwijking van meer dan één meter en daar actief naar moeten zoeken. Andere voorbeelden zijn de aanwezigheid van (zinker)borden waarmee een andere ligging dan op de tekeningen is aangegeven of het niet vinden van de kabel of leiding in het graafgebied. Bij schade door een afwijkende ligging is het aan de netbeheerder om deze hiervoor genoemde aanwijzingen te stellen en zo nodig te bewijzen. Lukt dat om welke reden dan ook niet, dan blijft de schade voor rekening van de netbeheerder. In dit geval was de aanwezigheid van de oude damwand zelfs een aanwijzing dat de kabel overeenkomstig de tekening zou liggen en dat mocht de grondroerder sterken in zijn overtuiging om niet verder te zoeken naar de ligging van de kabel.

En dus? De onderzoeksplicht van de grondroerder is een inspanningsverplichting. Als de grondroerder de nodige inspanningen levert, wat in dit geval zo was, dan is dat voldoende. De basisregels zijn eenvoudig. Zoek alle netten op die op de Klictekeningen in het graafgebied of binnen 1,50 meter uit de uiterste insteek liggen. Blijf goed om je heen kijken en blijf je gezonde verstand gebruiken. Begin niet met graven of graaf niet door als onduidelijkheid bestaat over de situatie in de ondergrond. Juist de netbeheerder moet meer dan voor de invoering van de WION worden aangesproken op zijn informatieplicht. Als het kaartmateriaal niet voldoet aan de wettelijke verplichtingen en de grondroerder de vereiste inspanningen heeft geleverd, dient een schade voor rekening te blijven van de netbeheerder.

TEKST: Herman Arissen, schadebehandelaar CUMELA Verzekeringen FOTO: CUMELA Communicatie

GRONDIG 3 2017

69


DE PERFECT OPLOSSING

‘

’

Van Wamel B.V.

KLEPELMAAIERS Wij bouwen onze klepelmaaiers geheel in eigen beheer. Dit stelt ons in staat de veel geroemde kwaliteit en betrouwbaarheid van onze machines te garanderen, ook bij inzet onder de moeilijkste omstandigheden. Kies kwaliteit, kies PERFECT. Van Wamel B.V. | Beneden-Leeuwen T: +31 (0)487 59 29 44 | www.vanwamel.nl

Tekort aan? Borium

de juiste spoorelementen op het juiste moment

IJzer Koper Mangaan Molybdeen Zink

Yaravita omvat een complete lijn spoorelementen-meststoffen. Ideaal om op het juiste moment exact de juiste dosering toe te passen. En makkelijk mengbaar met gewasbeschermingsmiddelen.

Calcium Magnesium Zwavel Fosfor Kalium Stikstof

www.agrocentrum.nl

Neem contact op met uw adviseur of bel AgroCentrum voor meer informatie: 0167 - 563 150


KENTEKENING Lastig voldoen aan Europese eisen

ONDERNEMEN MET

CUMELA

Nederland blijft het enige land in Europa dat geen kentekens heeft voor landbouwtrekkers en hun aanhangwagens. Hierdoor kunnen Europese eisen aan deze voertuigen niet worden ingevoerd. Het gevaar dreigt dat Nederland hierdoor de regie verliest bij de manier waarop de registratie wordt ingevoerd.

De Tweede Kamer heeft in december het wetsvoorstel voor de kentekenplicht van (land)bouwvoertuigen met een krappe meerderheid verworpen, namelijk met 71 stemmen tegen en 69 stemmen voor. Argumenten waren dat het een lastenverzwaring voor het agrarisch bedrijfsleven is en dat het kenteken niet bijdraagt aan de verkeersveiligheid. Voorlopig is de kentekenplicht daarmee van de baan, maar de vraag is voor hoe lang. Europese regelgeving maakt namelijk dat Nederland niet ontkomt aan een vorm van registratie van ten minste alle landbouwtrekkers.

APK-richtlijn Nederland moet de Europese APK-richtlijn 2014/45 invoeren, waardoor er een periodieke keuringsplicht van landbouwtrekkers met een constructiesnelheid van meer dan 40 km/u komt. Door de kentekenplicht zou van alle landbouwtrekkers bekend zijn wat de constructiesnelheid is en of een trekker al dan niet apk-plichtig is. Om alsnog te kunnen voldoen aan de Europese apk-plicht voor snelle trekkers ontkomt Nederland niet aan de invoering van een registratiesysteem van alle landbouwtrekkers. Een apart registratiesysteem voor alleen landbouwtrekkers zonder kentekenafgifte vereist echter aanpassing van de RDW-systemen, met alle extra kosten van dien. Bij algehele kentekenplicht van alle landbouwvoertuigen zou het kentekenbewijs â‚Ź 18,- per voertuig kosten. Bij aparte registratie van alleen landbouwtrekkers is de inschatting dat dit per voertuig een veelvoud van dat bedrag wordt. Nederland dient uiterlijk op 20 mei 2017 aan de Europese Commissie te berichten op welke wijze de apk-plicht in de nationale wetgeving

is geregeld. EĂŠn jaar later, op 20 mei 2018, dient deze apk-regelgeving effectief te zijn. 20 mei 2018 was niet voor niets de einddatum van de kentekenplicht voor landbouwvoertuigen. Duidelijk is wel dat Nederland in gebreke blijft bij de invoering van Europese apk-regelgeving. Hierdoor loopt Nederland het risico op een zogenaamde infractieprocedure van de Europese Commissie. Die kan vragen naar de reden waarom Nederland de apk-plicht voor trekkers nog niet heeft ingevoerd. Ze kan echter ook direct boetes opleggen aan Nederland en dat zijn bedragen met ten minste zes nullen voor de komma.

Verordening 167/2013 Nederland moet ook nog de Europese Verordening 167/2013 uitvoeren, terwijl deze al sinds 1 januari 2016 van kracht is. In deze verordening staan de eisen aan de goedkeuring van landbouwtrekkers, aanhangwagens en getrokken werktuigen. Vanwege het ontbreken van de kentekenplicht worden nieuwe landbouwvoertuigen niet toegelaten en geregistreerd. Er is nog steeds geen controle op nieuwe landbouwvoertuigen of ze voldoen aan de voertuigeisen van de Verordening 167/2013. Ook met de Verordening 167/2013 is het waarschijnlijk wachten op de Europese Commissie die vragen gaat stellen over de invoering ervan. In het ergste geval kan het Europese Hof gaan bepalen op welke wijze Nederland de landbouwvoertuigen moet gaan registreren. Een eis kan zijn dat alle voertuigen eerst moeten worden geschouwd of gekeurd voordat ze worden geregistreerd. Dit zal een veelvoud gaan kosten dan het systeem van kentekening zoals dat in het wetsvoorstel in december voorlag.

Politiek aan zet De conclusie is dan ook dat Nederland niet ontkomt aan registratie en kentekening van alle landbouwvoertuigen. Met het kenteken moet de maximumsnelheid naar 40 km/u en komt er ook een betere toegang tot gebiedsontsluitingswegen en rondwegen voor landbouwvoertuigen. Dit is geheel in lijn met de aangenomen motie Van Helvert. Wanneer partijen als VVD en CDA zich serieus druk maken om de lasten voor het bedrijfsleven, dient het wetsvoorstel snel te worden afgestoft en weer te worden behandeld. Wachten tot de Europese Commissie ingrijpt, leidt namelijk pas echt tot een lastenverzwaring voor het bedrijfsleven.

TEKST: Hero Dijkema, beleidsadviseur (land)bouwverkeer en vervoer

GRONDIG 3 2017

71


Calaris , het vertrouwde middel waarmee Kees zo klaar is ®

Calaris, hét basismiddel tegen onkruiden in maïs. • Flexibel en gemakkelijk • Veilig • Snel en breedwerkend Bij gladvin gergras • Vroeg s • Lange duurwerking puit en: 2-3 blad m aïs • Hogere dosering: 1,5 l/ha

www.calariskees.nl

Syngenta Crop Protection B.V., Postbus 512, 4600 AM Bergen op Zoom. Tel. 0164 225 500, Fax 0164 225 502, www.syngenta.nl. Syngenta stimuleert de aanleg van biodiversiteitsstroken. Zie www.syngenta.nl/operationpollinator (of scan de QR code). Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees voor het gebruik eerst het etiket en de productinformatie. ®/ TM Registered Trademark of a Syngenta Group Company.


ONDERNEMEN MET

CUMELA

Neem uw verantwoordelijkheid Ethiek in uw bedrijfsvoering Ethiek: bestudeert en bevraagt kritisch en systematisch de juiste manier van handelen. Moraal: is het samenhangend geheel van opvattingen dat een persoon of groep als leidraad hanteert om als mens goed (samen) te leven of juist te handelen. In ons werk en leven hebben we allemaal dagelijks te maken met ethiek. Veel ervaringen krijgen een morele kleuring. Dat kan betrekking hebben op ons eigen handelen, maar ook op het handelen van anderen. Daarover vellen we een moreel oordeel. Het gaat er dan om wat wij vinden hoe iets zou moeten of hoe iets zou horen. Dat is ook wat een bedrijvenadviseur met grote regelmaat te horen krijgt tijdens de bedrijfsbezoeken. Er wordt veel naar de ander gekeken. Wat de ander doet of laat, daar heeft ieder een mening over, zowel vanuit de kennis over wet- en regelgeving als vanuit de eigen moraal. Maar wanneer heeft u nu eigenlijk recht van spreken? Wanneer u alles goed doet en u zich perfect aan alle wetten houdt? Laten we eerlijk zijn: dat doet bijna niemand. En dat is veelal geen onwil. Elke Nederlander wordt geacht de wet te kennen, maar wie kent alle artikelen? Ik durf te stellen dat dat er niet zoveel zijn. En moreel? Iedereen heeft wel van die acties waarvan je op het moment zelf denkt: dat had eigenlijk niet zo gemoeten. Dat is niet netjes zo. Dit beoordeelt u dan vanuit uw eigen moraal. Wanneer zou een bedrijf bezoek moeten krijgen van de handhaving? Wat zouden dan de sancties moeten zijn? Boetes? Of nog zwaardere sancties? En een nog moeilijker vraag: wie zou de handhaving dan op het spoor moeten zetten? Verwacht u als ondernemer dat CUMELA Nederland actie onderneemt richting de handhaving wanneer u in een gesprek aangeeft dat er bij een andere ondernemer in de regio zaken gebeuren die niet kunnen of wettelijk niet mogen? Of is dat geen taak van de brancheorganisatie, maar juist van de omgeving? Of van u, omdat u vanuit uw moraal vindt dat iets niet kan of mag, hoogstwaarschijnlijk gesteund door het wetboek, voor zover u weet.

pelijke collega wel helemaal niet op de hoogte van de wetgeving en is hij niet op de hoogte van het feit dat wat hij doet fout is. Of kan hij heel goed onderbouwen waarom hij bepaalde acties onderneemt en bent u het die het mis heeft. Als brancheorganisatie kunnen we wel aansturen op een goede en adequate handhaving. We kunnen daarvoor in gesprek gaan met de handhavers of met de regelgevers. Dit kan op lokaal, maar ook op landelijk niveau. Een bedrijf aangeven bij de handhavers zal echter niet snel gebeuren. Ook met het aansturen op een strengere of betere handhaving moet je als CUMELA voorzichtig zijn. Wanneer de brancheorganisatie bijvoorbeeld aanspoort tot het handhaven op een NIWO-vergunning omdat een ieder die vervoer voor derden doet over deze vergunning moet beschikken, lopen we het risico dat er vanuit de handhavers alleen laaghangende vruchten worden geplukt. Er wordt dan in het systeem van NIWO gekeken en de daar bekende bedrijven worden dan gecontroleerd. De bedrijven die het allemaal goed hebben geregeld, worden dan belast met een handhaving die veel tijd en energie kost. Diegenen die zonder vergunning rondrijden en dus ook niet in de systemen voorkomen, ontspringen de dans alsnog. Dus hoe bereik je dat de juiste personen worden aangepakt?

Bedrijfsbezoeken Natuurlijk kunt u zaken waarmee u zit altijd bespreken met uw bedrijvenadviseur. Ook daar zijn de bedrijfsbezoeken zeer geschikt voor. Misschien kan hij u wel vertellen of uw collega goed bezig is of met u bespreken wat de mogelijkheden zijn om verandering in de zaken te brengen.

Op de man af Persoonlijk denk ik inderdaad het laatste. Wanneer u vindt dat iets wat een ander doet niet kan of mag, spreek diegene dan daarop aan. Gewoon, direct en op de man af, want dat gebeurt nu ook bijna nooit. Misschien is die moreel verwer-

TEKST: Wilco Emons, bedrijvenadviseur

GRONDIG 3 2017

73


ondernemen met

cumela

BEDRIJVIG Activiteiten­ rapport

NIEUWE LEDEN De afgelopen periode hebben zes bedrijven zich ingeschreven als lid van CUMELA Nederland.

• E. Smids Loon- en Grondverzetbedrijf Driel DRIEL • Loon- en Verhuurbedrijf A. van Dijke GIESSENBURG • Boom Agriservices DUSSEN • HAWIKO ZUIDLAND • Loonbedrijf Webo IJSSELMUIDEN • Luijendijk & Van der Wal ZUIDLAND

• De voor het viaduct in de gemeente Putten opgelegde be­perking van de totaal toegestane massa staat ter discussie. Er worden proeven genomen. • De politie Limburg heeft voor cumelaondernemers en hun ­personeel twee studieclubavonden verzorgd over landbouw­verkeer. Een avond op locatie in de sector met veel nieuwe ­gezichten. • De ‘denktank’ Vrouwendagen buigt zich over het programma voor de editie van november 2017 en een nieuwe naam voor deze dagen. • Een ingediende zienswijze heeft ertoe geleid dat het voorstel voor een geslotenverklaring voor landbouwverkeer tijdens v­ enstertijden in Hummelo teruggaat naar het college van burgemeester en wethouders voor een heroverweging. • De werkzaamheden aan de N302 Westfrisiaweg zijn hervat en de lopende arbitragezaak is opgeschort. • De cursus Planner; schakel tussen klant en collega wordt wegens succes regionaal georganiseerd. • De verkeersveiligheid bij wegwerkzaamheden wordt in Noord-Nederland onder de aandacht gebracht in een nieuw project.

Veilig Omgaan Met Opvallend Landbouwverkeer Een verkeersongeval. Je hoopt het nooit mee te maken, maar vaak schuilt het gevaar in een klein hoekje. En laat dit kleine hoekje bij een groot (land)bouwvoertuig nu net niet altijd even goed zichtbaar zijn. Chauffeurs van (land)bouwvoertuigen hebben maar één paar ogen en andere weggebruikers schatten verkeerssituaties niet altijd op de juiste manier in. Een ongeluk is hierdoor niet altijd te voorkomen. Wat elke weggebruiker - dus u ook - wél kan doen, is op de juiste manier leren omgaan met (land)bouwverkeer. Kent u VOMOL? Deze naam staat voor Veilig Omgaan Met Opvallend Landbouwverkeer en is een verkeerseducatieprogramma waarin drie doelgroepen bij elkaar worden gebracht, namelijk de jonge fietsers van elf tot twaalf jaar, de toekomstige trekkerchauffeurs en de huidige trekkerchauffeurs. De jongste doelgroep is vaak goed in staat om alle aspecten van het verkeer te begrijpen. Ze kunnen situaties vanuit meerdere oogpunten bekijken en verschillende regels en omstandigheden combineren. Toekomstige trekkerchauffeurs hebben nog niet veel ervaring met het rijden met grote (land)bouwvoertuigen op de openbare weg. Het rijgedrag heeft nog geen vast patroon, waardoor dit het ideale moment is om samen met de kinderen te kijken naar de risico’s van

74

GRONDIG 3 2017

het (land)bouwverkeer. Ook voor de ervarener trekkerchauffeurs is deze manier van voorlichting zinvol. Zij worden herinnerd aan de gevaren van het voertuig waarop ze vaak al jaren rijden. Tijdens een praktijkdag geven de toekomstige en huidige trekkerchauffeurs voorlichting met (land)bouwvoertuigen en machines van lokale cumelaondernemers. Waar zit de dode hoek? Hoort een chauffeur een kind roepen wanneer de motor van een hakselaar draait? Hoe ver zwenkt een ploeg uit? Tijdens de praktijkdag ontdekken de jonge kinderen het antwoord op deze vragen en leren de toekomstige chauffeurs hoe andere weggebruikers de voertuigen ervaren. In meerdere provincies wordt VOMOL al met succes en regelmaat georganiseerd en in Friesland en Drenthe vinden binnenkort pilotprojecten plaats. Wij werken ondertussen verder om VOMOL in alle provincies op de kaart te zetten. Mocht uw interesse ondertussen zijn gewekt en wilt u ook een bijdrage leveren, maar weet u nog niet hoe? Vraag er dan naar bij uw bedrijvenadviseur. Thijs Veneklaas Slots, bedrijvenadviseur


GEWASBESCHERMING OPNIEUW GEDEFINIEERD

POWRSPR TOUR 201AY 7 23 & 24 m

+

GESCHEIDEN VLOEISTOF SYSTEEM 1200 L/MIN VULCAPPCITEIT

+

POWRSPRAY-SPUITPOMP 750 OF 1000 LITER

+

SNELLE AANPASSING SPUITDRUK DOOR DIRECTE DRUKREGELING

+

MINIMALE ONDERHOUDSKOSTEN VAN POMPEN

+

STRESSVRIJ VULLEN MET UNIEKE ACTIEVE VUL PAUZE FUNCTIE

ei

POWRSPRAY: WINT MOEITELOOS DE RACE IN HET VULLEN VAN DE TANK Gewasbescherming op een volledig nieuw niveau van nauwkeurigheid en efficiëntie met het nieuwe hydraulisch aangedreven PowrSpray vloeistof systeem. Met een vul capaciteit van 1200 l/min. is supersnel vullen mogelijk, vullen van gewasbeschermingsmiddelen met ActivePause functie op met de PowrFill-vulspoelbak zorgt ervoor dat u de race tegen vul-capaciteit van de machine niet verliest. Nauwkeurigheid Snelheid en productiviteit komen samen in een machine.

Kunt u iets langer wachten? Dan wordt u beloond met meer korting!

Nieuwsgierig naar de techniek van de toekomst neem vandaag nog contact op met uw John Deere dealer voor meer informatie. 2 maanden

3 maanden

4 maanden

5 maanden

6 maanden

JohnDeere.nl


CAT® TECHNOLOGY In the age of smart iron, is het slimmer, efficiënter en veiliger uitvoeren van projecten binnen de bouwsector, waar de concurrentiestrijd hevig woedt, belangrijker dan ooit. Dit brengt behoorlijke uitdagingen met zich mee. Ontdek hoe de juiste Cat technologieën het verschil kunnen maken en hoe u de competitie voor kunt blijven. Bij Pon Equipment adviseren wij u graag over welke rol Cat® Technology kan spelen in het optimaliseren van uw productiviteit, het verminderen van uw machinestilstand en het besparen van kosten. Bel ons voor meer informatie 088 - 7377500 www.pon-cat.com


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.