Grondig 3 - 2018

Page 1

vakblad voor specialisten in groen, grond en infra

52 - EGGEN OP HALFVERHARDE PADEN 10 - MESTSCAN VOORKOMT FOUTEN 32 - PRIMEUR: X SERIE JCB 36 - GROENE VOLVO 54 - SLEEPSLANGEN ZONDER TREKKER 66 - LEREN OP PRAKTIJKDAG

3 2018


ONZE HOOGPRODUCTIEVE MELKKOEIEN...

...VRAGEN OM MAÏS MET DE HOOGSTE VOEDERWAARDE

Profiteer ook van de topverteerbaarheid van LG 31-maïs en vergroot je marge per kg melk • Hoge voerbenutting • Maximaal zetmeel • Extra VEM’s uit celwanden • Betere penswerking • Meer info op lg31mais.nl

Elke keer beter, altijd de beste.

Nu leverbaar met biostimulerende STARCOVER TSSV2-COATING voor een optimale benutting van fosfaat én sporenelementen


Colofon Grondig is het vakblad, website en digitale nieuwsbrief voor de cumelasector, specialisten in groen, grond en infra. Grondig wordt uitgegeven door CUMELA Communicatie in opdracht van CUMELA Nederland. U kunt zich via grondig.com aanmelden voor de gratis nieuwsbrief Grondig actueel. Adres CUMELA Nederland Postbus 1156, 3860 BD Nijkerk tel. (033) 247 49 00, fax (033) 247 49 01 www.cumela.nl CUMELA-infolijn (033) 247 49 99 / infolijn@cumela.nl Grondig / CUMELA Communicatie tel. (033) 247 49 50 / www.grondig.com grondig@cumela.nl / @Grondig Bladmanager Michiel Pouwels Redactie Toon van der Stok (hoofdredacteur), Gert Vreemann, Marijke Dorresteijn, Ton Herbrink (eindredacteur) Vormgeving Practicum Print Management BV, Soest Voorplaat CUMELA Communicatie Advertentiewerving Lisette Kerkhof, lkerkhof@cumela.nl Druk SMGB, Doetinchem Abonnementen Een abonnement op Grondig kan op elk moment ingaan en loopt na de eerste periode van kalenderjaar tot kalenderjaar. Een opzegging van het abonnement dient schriftelijk, vóór 1 november door ons ontvangen te zijn. Kosten abonnement Nederland € 90,- per jaar / Buitenland € 125,- per jaar. Collectieve abonnementen: op aanvraag

REDACTIONEEL Zwemmen Afgelopen zomer zagen we het weer vol verbazing: bij warm weer sprong iedereen lekker in de rivier die door ons dorp stroomt. Dertig tot veertig jaar geleden was dat ondenkbaar, want dat water was toen sterk vervuild. Een mooi teken dat we flink zijn vooruitgegaan en waarmee we blij zijn. Het wordt wel eens vergeten als het gaat over vervuild water. Sommigen zien het ook wel als signaal dat we er niet zo druk meer over moeten doen. Het water is veel schoner dan vroeger, dus wat zeurt iedereen? Natuurlijk, er is veel gewonnen, door betere technieken bij het uitrijden van mest, het kunstmeststrooien en maatregelen om drift bij het spuiten te beperken. Het is echter nog niet genoeg. In Europa zijn afspraken gemaakt dat we de belasting van oppervlaktewater met vreemde stoffen zo ver mogelijk moeten terugbrengen, als onderdeel van de circulaire economie, waar je verliezen zoveel mogelijk beperkt. Dit alles is vastgelegd in de Kaderrichtlijn Water. Het is niet alleen in het belang van onze sector of de landbouw, want vooral de producenten van gewasbeschermingsmiddelen vrezen elke meting waarbij een norm wordt overschreden. Dat soort incidenten verklaren, kost bij de herregistratie voor een toelating volgens één van de mensen die we spraken al meer tijd dan het maken van dossiers voor nieuwe toelatingen. Ga daarom eens na waar het tijdens de werkzaamheden fout kan gaan. Waar het water naar toe gaat dat van de spuit afspoelt, waar deze wordt gereinigd en hoe je in het veld omgaat met verpakkingen. Het gaat namelijk om kleine dingen. Het sealtje dat een verpakking afsluit en waar een beetje een stroperig middel aan kleeft, geeft als het vlak bij een meetpunt in de sloot komt al een enorme piek in de meetwaarden, juist omdat we zo nauwkeurig meten. Uit de projecten Schoon Water Brabant en Zeeland, waar al veel cumelabedrijven aan deelnemen, weten we dat daar veel bronnen zitten. Wilt u weten wat er gebeurt na het bemesten of spuiten, zoek dan eens contact met het waterschap. Vraag of het een meetpunt in de buurt wil inrichten, zodat je samen kunt monitoren. Dan kun je inzicht krijgen in wat er werkelijk uitspoelt en of dat afkomstig is van uw handelen of dat er gewoon van nature meststoffen uitspoelen. Of dat er middelen worden gevonden die niet in uw kast staan, maar het gebied in stromen. Het samen kijken naar de oorzaak van de vervuiling is de komende jaren een doelstelling van de Unie van Waterschappen, zoals bestuurder Ingrid ter Woorst in dit nummer aangeeft. Want zoals zij stelt: pas als je weet waar een vervuiling vandaan komt, kun je handelen. Het is een mooie uitdaging om samen op te pakken, al was het maar om aan te tonen dat je het goed voor elkaar hebt. En dat je zeker weet dat je op een mooie zomerdag weer zonder zorgen in de rivier kunt springen.

© Stichting CUMELA Communicatie, Nijkerk Het geheel of gedeeltelijk overnemen van artikelen uit Grondig is toegestaan na toestemming van de uitgever. Uitgever en auteurs kunnen geen aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele schade door onjuiste berichtgeving. ISSN: 2210-3260 Lidmaatschap CUMELA Nederland Lid worden? Vraag het gratis infopakket op via info@cumela.nl. Wilt u het lidmaatschap van CUMELA Nederland beëindigen, dan dient u voor 1 oktober een schriftelijke opzegging te sturen naar het secretariaat van CUMELA Nederland te Nijkerk. Het lidmaatschap eindigt dan per 31 december van dat jaar. Bij opzegging na 1 oktober eindigt het lidmaatschap op 31 december van het volgende jaar.

Redactie Grondig Toon, Gert en Marijke

GRONDIG 3 2018

3


VELE BANDEN MAKEN LICHT WERK − Gewichtsverdeling 50% voor, 50% achter (beladen) − Speciale hoge banden 205 of 215 cm − Bandenspanning 1,3 bar in het veld, zeer bodemvriendelijk − Hoogste efficiëntie door traploze CMATIC aandrijving − Bredere inzetbaarheid jaarrond door verdere toepassingsmogelijkheden − Krachtige Mercedes motoren

kampsdewild.nl


INHOUD 3 Redactioneel 6 In Actie: Kanters Loonbedrijf BV 9 Commentaar 10 De Mestscan van CUMELA Nederland 14 Vrouw & Visie: Ingrid ter Woorst, Hoogheemraadschap van Delfland 18 Sterk Werk: Werktuig & Bouwdienst Denekamp BV

Ondernemen met

mensen 22 Profileren: Ploegam BV 28 Grondig.com 32 X-serie JCB 36 Elektrische Volvo-minigraver 38 Voorbeschouwing Intermat 44 Agrifac Condor Endurance II 48 Onkruidbestrijding in snijmaĂŻs 52 Gritfoster 54 Carrier voor slanghaspels 61 Economie 61 In kort bestek

62 Cumelaria 63 Gekruid 64 Kijk op de sector: Jan-Nico Appelman, provincie Flevoland 66 Praktijkdagen voor leerlingen Groen, Grond & Infra 70 Cumela.nl 71 Voorzitter 72 Toolbox: aanrijden van personen 74 Tien vragen over Algemene verordening gegevensbescherming 76 Bodem en banden 77 Adviespraktijk 80 Omzetopgave en contributie 82 Bedrijvig

Ondernemen met

vaktechniek

Ondernemen met

cumela

Grondig 4 ontvangt u vrijdag 11 mei!

GRONDIG 3 2018

5


ondernemen met

mensen

6

GRONDIG 3 2018

BEDRIJF IN ACTIE


Bedrijf in actie Preciezer en efficiĂŤnter bemesten van bouwland De beste ontwikkelingen in de sector beginnen door in te spelen op vragen die direct bij de eigen klanten ontstaan. Dat geldt zeker voor deze precisie-bouwlandbemester die Kanters Loonbedrijf BV uit Uden in samenwerking met landbouwmechanisatiebedrijf Leenders in Liessel ontwikkelde. Kanters kreeg met name van vollegrondstelers van onder meer spinazie, erwten, wortels, aardbeien, prei en bonen de wens om de mest preciezer aan te wenden. Dat wil zeggen een maximale rijafstand van twintig centimeter, geschikt voor lage giften en heel precieze plaatsspecifieke aanwending. Hierop inspelend is gekozen voor een driebalks opstelling met drie rijen Kongskilde Vibroflex-tanden (in totaal 44 stuks), goed voor een rijafstand van negentien centimeter. Dit in combinatie met twee verticale Slootsmid-verdelers en Slootsmid-uitlopers met luchtbalgafsluiters voor GPS. De werkbreedte bedraagt acht meter. Om de doorlaat tussen de tanden zo ruim mogelijk te maken, is er gekozen voor balkafstanden van 120 en 90 centimeter. De voorste velden zijn iets groter in verband met de zware steunwielen. De werkbreedte van acht meter is gekozen om meer capaciteit te kunnen maken bij relatief lagere rijsnelheden ten opzichte van de zes meter brede injecteurs. Dat geeft volgens Thomas Kanters een hogere precisie bij het werken op GPS. Verder heb je minder werkgangen en rijdt de combinatie rustiger. Dat scheelt ook nog eens slijtage en brandstof. Om bij transport een doorrijhoogte van minder dan vier meter te realiseren, zijn de buitenste delen naar binnen te klappen. Ook is de landbouwinjecteur voorzien van een trekhaak, zodat een mestcontainer kan worden meegenomen. De bemester wordt uitgevoerd met GPS-gestuurde sectie-afsluiters. In dit geval betreft het tien secties met een enkele ontvanger. Omdat de TerraGator in hondengang rijdt, is het programma herschreven. Er wordt gewerkt aan een GPS-aansturing waarbij desgewenst ook individuele tanden kunnen worden uitgeschakeld om zo ook te kunnen voldoen aan de wens naar rijenbemesting. Hiermee is de bouwlandbemester aangepast op de verwachte eisen van 2021. Kanters heeft vorig jaar volop proefgedraaid met de bemester. Afgelopen winter zijn er een aantal modificaties doorgevoerd. Dit voorjaar is de aangepaste bemester in definitieve uitvoering in bedrijf genomen, samen met de nieuwe containeraanvoer. Ook hier maakt Kanters een efficiĂŤntieslag door met twee mestcontainers te werken bij klanten die rundvee, varkensmest en mineralenconcentraat uitrijden. Uit beide containers wordt mest en mineralenconcentraat getrokken en die worden gemengd tijdens het rondpompen in de TerraGator. De eerste praktijkresultaten zijn goed. Kanters maakt daarmee een mooie stap voorwaarts in precisiebemesting op maat. En de machinist is natuurlijk ook trots op dit staaltje vakwerk. TEKST: Gert Vreemann FOTO'S: Gerard Hovens

GRONDIG 3 2018

7


Wij weten wat we verzekeren! De verzekeringsspecialist in de cumelasector Als dochter van brancheorganisatie CUMELA Nederland weten we als geen ander waar u als ondernemer mee te maken heeft, met welk materieel u werkt en welke risico’s u daarbij loopt. Ons advies en onze voorwaarden zijn daar dan ook volledig op afgestemd.

“Aan de telefoon wil ik dat de klant het gesprek eindigt met het gevoel dat het goed komt.” Diana van Beek, relatiebeheerder

Onze voordelen ü Persoonlijk contact met onze specialisten ü Gemak en uitgebreide service ü Kennis van de cumelasector ü Uitstekende prijs-kwaliteitsverhouding ü Soepele afwikkeling bij schade

website: www.cumelaverzekeringen.nl | e-mail: verzekeringen@cumela.nl | telefoon: (033) 247 49 60


ondernemen met

mensen

COMMENTAAR In verbinding zijn en blijven De burger heeft gesproken: landelijk zijn één op de drie stemmen uitgebracht op ‘local heroes’ en dat wordt nog een kunststuk om daarmee voor de zomer colleges uit te formeren. Wat me opviel, is dat er met alle Haagse bemoeienis in de gemeente weinig garen is gesponnen. De ijdelheid van landelijke politici maakt dat er op tv uitvoerig wordt gedebatteerd, terwijl het volk zich afvraagt waarom zij zich nu wel met ‘de burger in het land’ bezighouden. Er moest toch ooit ‘geglokaliseerd’ worden, omdat de overheid wilde afslanken door taken over te hevelen naar Europa en naar de gemeenten? Affijn, de burger vindt dat het Binnenhof zich met zijn eigen zaken moet bemoeien. Opvallend vind ik dat veel lokale partijen bijzonder vaak de begrippen ‘leefbaar’, ‘burgerbelang’, ‘stad’, ‘dorp’ of ‘lokaal’ in hun naam voeren. Bij ‘leefbaar’ vraag ik me af wat dat inhoudt. ‘Leefbaar’ klinkt als eetbaar of denkbaar, maar er gaat weinig aantrekkingskracht van uit, laat staan daadkracht. Hoe dan ook schuilt in namen als ‘leefbaar’ en ‘burgerbelang’ voor de burger een bevestiging dat deze partijen meer in verbinding zijn, beter naar hun kiezers luisteren en meer in verbinding staan met de samenleving: de burger en de regio. Dat ze er ook voor zijn om een zwembad of bibliotheek open te houden of betere zorg te organiseren. Of betere fiets- en voetpaden aan te leggen, om kale grasvelden weer om te vormen tot parken die onderhoud nodig hebben, om sportparken aan te leggen of nieuwe woonwijken of industrieterreinen. Dat betekent echter ook dat het nu niet uitsluitend aan de gemeenteraad is. Je zult als gemeenteraadslid, maar ook als burger met elkaar in verbinding moeten blijven voor de komende jaren. Luisteren naar wensen en noden, maar ook naar goede ideeën ten behoeve van de samenleving. Ideeën van het bedrijfsleven bijvoorbeeld.

Michiel Pouwels Directeur belangenbehartiging CUMELA Nederland

In het kader van regionale belangenbehartiging opereren CUMELA-bestuurders in de afdelingen en hun bedrijvenadviseurs door ook contacten te leggen met gemeenten. Afgelopen jaren hebben we op dat vlak mooie successen weten te behalen door bijvoorbeeld wegen die voor landbouwverkeer werden afgesloten na goede argumentatie toch weer open te krijgen. Of dat ze niet werden afgesloten. Of door duidelijk te maken dat agrarische loonbedrijven niet op industrieterreinen moeten zijn gevestigd. Daarmee gaan we door. Ook u - als lid van CUMELA Nederland - hebt daarin een rol. Door ons (uw bestuur, onze bedrijvenadviseur) te voeden met lokale plannen en omgekeerd door zelf ook eens in gesprek te gaan en om de wensen voor uw bedrijf of juist de diensten die u kunt bieden voor het voetlicht te brengen. ‘In verbinding zijn’ moet namelijk écht van twee kanten komen.

GRONDIG 3 2018

9


HOOFDARTIKEL Fout of fraude?

ondernemen met

mensen

Mestscan licht administratie door Bij overheidscontroles telt elk foutje algauw als fraude. Zie het onderzoek naar de identificatie en registratie in de melkvee­ houderij en het rumoer rond de mestfraude. Om bedrijven te behoeden voor ook deze kleine foutjes heeft CUMELA Nederland de Mestscan opgezet. Om fouten en vermeende fraude te voorkomen. Het NRC artikel over fraude in de mestsector heeft tot veel onrust geleid. Bij de minister, die de sectoren verplichtte om daar een eind aan te maken, maar ook bij bedrijven. Want hoe moet dat als zelfs administratieve fouten in de pers worden aangemerkt als fraude. De vragen hierover waren voor CUMELA Nederland reden voor de ontwikkeling van de Mestscan te ontwikkelen, een controle van de bedrijfsvoering en alle administratieve handelingen om fouten te voorkomen. Het instrument kon snel worden ontwikkeld, omdat de plannen er ruim voor de fraudeaffaire al lagen, vertelt Hans Verkerk, secretaris van de sectie Meststoffendistributie. “We waren daar al mee bezig omdat

10

GRONDIG 3 2018

we bij leden regelmatig merkten dat er onzekerheid was over de juiste toepassing van de regelgeving. Het maakte duidelijk dat er behoefte was aan een check op de eigen bedrijfsvoering.”

Eerste ervaringen Dankzij het plan dat al op de plank lag, konden de medewerkers van CUMELA Advies nog in 2017 de eerste tests doen met de nieuwe Mestscan. In eerste instantie werden daarbij een aantal bedrijven van bestuursleden doorgelicht. Daarna zijn ook andere bedrijven die zelf een verzoek hadden ingediend voor een controle bezocht (zie ook kader).


Aanvragen Mestscan De Mestscan is opgezet voor bedrijven die actief zijn in het intermediaire transport dan wel de bewerking of verwerking van mest, van klein tot groot. Wilt u meer informatie over de werkwijze en kosten? Neem dan contact op met de infolijn via telefoon (033) 247 49 00. De Mestscan wordt uitgevoerd door CUMELA Advies en wordt gefactureerd tegen het tarief van zakelijke dienstverlening. Op dit adviesproduct is uw saldo ‘gratis’ adviesuren van toepassing, afhankelijk van uw bedrijfsomzet twee of vier uren. De tijdbesteding van een Mestscan inclusief uitwerking en rapportage bedraagt circa vier tot zes uur. Vooraf ontvangt u een vrijblijvende offerte op maat.

Uit de eerste uitgevoerde scans blijkt volgens Richard Wolting van CUMELA Advies dat het met een bezoek van ongeveer drie uur mogelijk is om een goede indruk te krijgen van de activiteiten van het bedrijf, de werkwijze en de beheersbaarheid van vooral het administratieve proces. “We merken dat de bezochte ondernemers zeer transparant zijn en bereid zijn om veel informatie te geven over de manier waarop ze werken. De eerste bezoeken waren daardoor voor beide partijen een leerzaam proces. Wij als adviseur krijgen te horen hoe het er in de dagelijkse praktijk aan toe gaat en anderzijds kunnen wij de ondernemers wijzen op de striktheid van de regelgeving.” Ad Karelse en Richard Wolting, die de eerste Mestscans hebben uitgevoerd, hebben ervaren dat veel bedrijven bewust dan wel onbewust de regels op hun eigen manier interpreteren. “Niet omdat ze de regels willen omzeilen, maar omdat het ze onduidelijk is hoe ze moeten worden toegepast. Zo lang ze dan niet worden beboet of formulieren terug krijgen omdat het niet klopt, houden ze vast aan hun manier van werken.” Regelmatig hebben Karelse en Wolting te horen gekregen dat daar ook bij een controle geen opmerkingen over zijn gemaakt. “Tot iemand dat wel opmerkt en ze een boete krijgen, wat dan een hoop frustratie geeft.” De uitgevoerde scans hebben al een groot aantal punten opgeleverd waarop soms kleine en ook wel grote fouten worden gemaakt (zie kader). Die worden gerapporteerd aan de ondernemer, zodat hij zijn bedrijfsvoering kan aanpassen. Inmiddels zijn er echter ook knelpunten gevonden waar het onduidelijk bleef wat nu de juiste handelwijze is. “Ook daar kunnen we als organisatie wat mee, want die melden we bij onze beleidsmedewerker Hans Verkerk, zodat hij ze mee kan nemen in het overleg met de overheid. Wat Karelse en Wolting vooral is opgevallen, is dat ze met veel kleine zaken te maken kregen. “Dan snap je heel goed dat een ondernemer daarmee worstelt. Daarbij stellen we ons zelf ook de vraag of dit nu allemaal wel echt nodig is.” TEKST & FOTO’S: Toon van der Stok

Aandachtspunten Mestscan • Vermeld de juiste gegevens op het originele VDM, zoals mestcode, labcode, juiste relatienummers, gewichten en laad- en lostijden. • Breng geen handmatige wijzigingen aan op het fysieke VDM; er mogen geen ingevulde gegevens worden doorgestreept en vervolgens gewijzigd. • Op de mestopslag moet fysiek een registratienummer zijn aangebracht. • Houd u aan de voorwaarden voor een mengmonster, denk aan het maximale verschil in gewicht van de verschillende vrachten en het transport binnen een aantal dagen. • Registreer u op de juiste wijze als transporteur bij de NVWA wanneer mest wordt afgevoerd naar een mestverwerkingsinstallatie, ook wanneer u met ­opmerkingscode 61 rijdt. Registratie via www.nvwa.nl. • Zorg voor een inzichtelijke administratie bij het printen van de weegbon, ­bijvoorbeeld wanneer het Eijkelkamp-systeem wordt gebruikt. De weegbon kan niet in het witte vlak worden geprint, dus wordt die vaak in de tekstvakken geprint. Daardoor is die slecht leesbaar. Een losse weegbon raakt gauw kwijt. • Machtigingen moeten actueel zijn en moeten worden vernieuwd wanneer een leverancier of afnemer een nieuw relatienummer heeft aangevraagd. • De datum en tijd die het weegapparaat op de weegbon print, moeten overeenkomen met datum en tijd van de AGR/GPS en/of de datum en tijd die de chauffeur invult op het VDM. • Een heranalyse bij afwijkingen moet binnen tien dagen worden aangevraagd bij het laboratorium, anders heeft een bedrijf geen mogelijkheid tot het in­ dienen van een verdere zienswijze. • Een erkend bedrijf moet de weeginrichting kalibreren na het uitvoeren van een reparatie, zelfs al na het vervangen van een sensor of weegcel. • Bij storingen in het weegapparaat moet er altijd worden gewogen op een weegbrug. De bon moet bij het VDM worden gesloten. • Leeg en vol gewicht moeten worden vastgelegd en geprint door het weeg­ apparaat. • Zorg voor Categorie 2 mest-borden op de trailer bij afvoer van mest naar een verwerker of export naar het buitenland. • Denk aan het bezit van een Eurovergunning (beroepsgoederenvervoer) en een VIHB-nummer. • Doe tijdig de meldingen aan RVO bij export van mest en het intrekken van de melding bij wijzigingen. • Zorg voor een goed inzicht in relatienummers, zodat fouten kunnen worden voorkomen. Zowel de transporteur als de leverancier of afnemer ondervindt hier veel last van bij controle door de NVWA. • Breng goed in beeld welke mestcode wordt geladen en stem dit duidelijk af met leverancier en chauffeurs, zodat niet achteraf een VDM moeten worden aangepast of leveranciers achteraf melden dat ze op papier bijvoorbeeld alleen mest van vleesvarkens hebben afgevoerd, terwijl ze ook fokzeugen hebben. • Bewaar analyses en uitslagen inzichtelijk en doe dit minimaal vijf jaar.

GRONDIG 3 2018

11


ondernemen met

mensen

Mestscan voor de zekerheid Hoe werkt een Mestscan precies? We keken mee bij Meesters Mest­distributie. Dit bedrijf vroeg zelf om een controle. “We willen zeker weten dat we het goed doen en niet bij een controle worden aangemerkt als fraudeur.” Het is acht uur ’s morgens als Richard Wolting van CUMELA Advies zijn laptop openklapt op de kantinetafel op het bedrijf van Meesters Mestdistributie in Maasbommel. Niet om direct met de controle te starten, maar om de bedrijfsgegevens bij te werken in de administratie van CUMELA Nederland. Daar stond namelijk nog een oud bezoekadres. En dus stonden Wolting en ondergetekende ’s morgens vroeg op de verkeerde plek. Ook bij CUMELA Nederland gaat er administratief wel eens wat mis…

Administratie moet op orde Zekerheid verkrijgen over de manier van werken was ook voor Robert Meesters en zijn vrouw Marion van Dijk reden om zich als één van de eerste bedrijven zelf aan te melden voor de Mestscan. Ook al hebben ze maar een klein bedrijf, de administratie moet op orde zijn, vinden ze, vooral nu ze door omstandigheden steeds meer mestvervoer op de lange afstand gaan doen. “Vroeger reden we meer dan 3000 uur met onze Veenhuis-combinatie met monster- en weegsysteem, van veehouders in de buurt naar akkerbouwers. Daar is door de natuurontwikkeling misschien nog maar 1000 uur van over. Daarom hebben we een paar jaar geleden ook een vrachtwagencombinatie gekocht om de mest verder uit het gebied te transporteren”, aldus Robert. Ook heeft het bedrijf samen met een tweetal varkenshouders gezamenlijk geïnvesteerd in een mestscheider. “Daar voeren we nu de dikke fractie af met een speciaal aangeschafte Walking Floor-oplegger.”

Ontbrekend puntje Op het moment dat dit ter sprake komt, constateert Wolting het eerste ontbrekende puntje. “Zijn jullie geregistreerd voor code 23 bij RVO? In de keten van mestverwerking moet iedereen die eiwit bevattende producten vervoert namelijk geregistreerd staan.” Het blijkt onbekend bij de ondernemers. Na de verbazing en enige uitleg wordt het genoteerd en wil Marion van Dijk eigenlijk direct aan de slag gaan. “Ik ga ze vandaag nog bellen om dat te regelen.” In dezelfde categorie valt een andere tekortkoming waarop Wolting de ondernemers wijst. “Als vervoerder van mest moet je in het kader van de regelgeving achter op de trailer een bordje met ‘Code 2’ en de aanduiding ‘Mest’ hebben. Omdat Robert heeft gehoord dat er recentelijk auto’s voor dit punt aan de

12

GRONDIG 3 2018

kant zijn gezet, grijpt hij gelijk zijn telefoon om bij de leverancier van de oplegger ook de ontbrekende bordjes te bestellen.

Boel op orde Na de algemene regelgeving is het tijd voor de papieren business. Daarvoor verplaatst de controle zich naar het kantoor. Eerst laat Robert zien hoe hij alle mestbonnen verwerkt in zijn VDM-admin-systeem. In het systeem worden bonnen gecontroleerd en eventueel samengevoegd als het gaat om mengmonsters. De snelle uitleg en duidelijke werkwijze laat zien dat ze er alles aan doen om de boel op orde te houden. De volgende stap is de controle van de papieren administratie. Daarvoor haalt Wolting volkomen willekeurig een map uit de kast. Daarin worden de mestbonnen nagekeken op de wijze van invullen en of alles erop staat. Al snel vindt hij iets wat anders moet. Het gaat daarbij om de manier waarop bij gemengde mest de verschillende bestanddelen worden omschreven. Iets wat Robert verbaast, want hij doet het al jaren anders en heeft nooit opmerkingen gekregen of een bon retour. Hij neemt de tip echter ter harte, zeker omdat deze het invullen eenvoudiger maakt.

Bewerkte print Veel kan Wolting verder niet vinden in de bonnen. Alleen het ontbreken van de print van het AGR-GPS-systeem op sommige bonnen leidt tot discussie. Het gaat vooral over de vreemde regel, want waar de printer niet goed heeft gewerkt, mag je er absoluut niet iets met de pen bijschrijven, wat ze soms wel hebben gedaan. Iets wat zeker niet mag, terwijl het daarentegen geen probleem is als het door omstandigheden niet of slecht leesbaar is. Dat is geen probleem, als de rest van de bon dan maar handmatig is ingevuld. Een vreemde tegenstrijdigheid, beaamt Wolting als Robert en Marion daar een opmerking over maken. Met het nakijken van de mestbonnen is Wolting klaar. Een stap eerder dan Robert Meesters had verwacht. Uit ervaring weet hij dat de NVWA bij een controle nog verder gaat. “Die gaat ook de financiële administratie in. Van een aantal bonnen moet je dan laten zien hoe die gefactureerd zijn. Aan het laadadres, maar ook waar deze vracht weer is gelost. Dat moet je precies kunnen laten zien.” Het is voor Wolting een tip die meegaat naar kantoor voor de evaluatie van de eerste mestscans. “Als dat door de NVWA gebeurt, is het wellicht goed dat wij daar ook naar kijken, zodat we zeker weten dat de hele administratie sluitend is. Dan weten bedrijven die ons de administratie laten controleren ook zeker dat ze een eventuele NVWA-controle met vertrouwen tegemoet kunnen zien.”


Lastige onkruiden vragen om de kracht van Peak of Casper ®

Peak, tegen lastige breedbladige onkruiden • IJzersterk op o.a. kamille en zwaluwtong • Goede werking op haagwinde • Zeer veilig voor de maïs • Flexibel en makkelijk in het gebruik

®

Casper, de oplossing tegen haagwinde • Sterk op haagwinde en lastige breedbladige onkruiden • Werkt tot diep in de onkruidwortels • Veilig voor de maïs • Draagt bij aan een snelle onkruidbestrijding

Peak en Casper zijn ideaal te combineren met o.a. Calaris®, Callisto®, Milagro®40 en Gardo® Gold.

Syngenta Crop Protection B.V., Postbus 512, 4600 AM Bergen op Zoom. Tel. 0164 225 500, www.syngenta.nl. Syngenta biedt diverse oplossingen die telers helpen hun bedrijfsvoering verantwoord te optimaliseren. Zie www.syngenta.nl/stewardship Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees voor het gebruik eerst het etiket en de productinformatie. ®/TM Registered Trademark of a Syngenta Group Company.


ondernemen met

mensen

VROUW & VISIE

Gebruik van mest of gewasbeschermingsmiddelen vindt waterschapsbestuurder Ingrid ter Woorst prima, als je er maar voor zorgt dat het niet in het water komt. Ze houdt ervan om mensen aan te zetten tot handelen, want, zo vindt zij, met verboden alleen komen we nergens. Omdat over de oorzaken van vervuiling van het oppervlaktewater zo veel onbekend is, moeten we eerst meten. Dan komt het weten en kun je daarna handelen.

“Samen naar schoner water” Ingrid ter Woorst, lid van het dagelijks bestuur van het Hoogheemraadschap van Delfland Meten is weten is handelen. Het is een credo dat in dit gesprek herhaaldelijk naar voren komt. Het tekent Ingrid ter Woorst als een waterschapsbestuurder die wars is van kretologie. Van mensen en instanties zwart maken als vervuiler moet ze niets hebben. “Ik wil eerst weten waar een vervuiling vandaan komt en wie daarvoor verantwoordelijk is. Pas als je dat weet, kun je vooral gezamenlijk gaan werken aan een oplossing. Iedereen heeft namelijk belang bij schoon water.” Als bestuurslid van het Hoogheemraadschap van Delfland is Ter Woorst nauw betrokken bij het waterbeheer. Waterkwaliteit is daarbij één van haar aandachtspunten. Voor die portefeuille zit ze ook in het dagelijks bestuur van de Unie van Waterschappen. In beide besturen draait het vooral om de Kaderrichtlijn Water, die veel mensen wel kennen, maar die als beleidsinstrument met de bijbehorende regels relatief onbekend is. In veel discussies en publicaties wordt die opgevoerd als de zoveelste regeling waarbij Brussel voorschrijft wat er moet gebeuren. Een groot misverstand, dat Ter Woorst graag wil wegnemen. “De basis is inderdaad Brusselse regelgeving, die landen opdracht geeft om werk te maken van de kwaliteit van het oppervlaktewater. Brussel schrijft voor dat in het water de normen niet mogen worden overschreden, waarbij voor nutriënten geldt dat alle landen aan de hand van handreikingen en voorwaarden zelf moeten beslissen hoe hoog de normen zijn. In Nederland hebben alle waterschappen dat voor hun gebied zelf bepaald”, aldus Ter Woorst. De provincie heeft deze normen vervolgens vastgesteld. Vanuit deze normen moeten de waterschappen daarna gebiedsgericht werken aan een verbetering van de kwaliteit, legt Ter Woorst uit. “Via deelstroomgebiedsplannen moeten de betrokken partijen samen de doelen vaststellen. Inmiddels zitten we in de tweede periode, die loopt tot 2021, en helpt LTO met het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer, het DAW. Het doel van het DAW van LTO is om dan tachtig procent van de waterkwaliteitsknelpunten te hebben opgelost, zodat we daarna nog zes jaar hebben tot 2027, als overal al het water aan de normen moet voldoen.” Hoewel die doelen keihard lijken, zijn er nog best mogelijkheden om het beleid aan te passen, stelt Ter Woorst. “De normen mag je aanpassen als je verantwoord en goed onderbouwd kunt aantonen waarom aanpassingen noodzakelijk zijn. Daarvoor zijn in principe drie mogelijkheden. Allereerst nieuwe kennis die beschikbaar komt, bijvoorbeeld als de achtergrondbelasting

14

GRONDIG 3 2018

die wordt veroorzaakt door natuurlijke processen een grotere rol speelt dan bij de vaststelling van de waterkwaliteitsnormen werd bedacht. Daar doen we dus onderzoek naar. Komt daaruit dat de natuurlijke belasting hoger is dan het oorspronkelijke doel, dan zou je de waterkwaliteitsnorm kunnen aanpassen. Een tweede aanpassing is mogelijk bij nieuwe beleidsdoelen. Een derde aanleiding is wanneer blijkt dat de huidige doelen van de Kaderrichtlijn Water niet meer passend zijn. Dat kan op basis van verbeterde inzichten in maatregel-effectrelaties, maar kan ook doordat maatregelen die eerder onmogelijk werden geacht nu wel mogelijk zijn om te nemen. Ook kan blijken dat een maatregel bij nader inzien niet haalbaar is. Voor je je blind staart op de normen is het dus belangrijk dat je eerst onderzoekt waar de stoffen in het water vandaan komen.” Als boerendochter weet ze hoe belangrijk water is voor de landbouw. “Daarom is het zo belangrijk om samen met die gebruikers te werken aan schoon water. Het heeft echter geen zin om dingen alleen maar platweg te verbieden. Ik snap dat je als ondernemer een rendement moet halen, zeker op de dure grond in Nederland. Daar horen meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen bij. Geen probleem, als je dan maar zorgt dat ze niet in het water komen.”

“Ik wil eerst weten waar een vervuiling vandaan komt en wie daarvoor verantwoordelijk is.” Voorkomen dat gewasbeschermingsmiddelen in het water komen, is niet alleen een belang van de waterschappen, benadrukt Ter Woorst. “Natuurlijk, wij houden dat in de gaten, maar ons belang is daarin hetzelfde als bijvoorbeeld de producenten van gewasbeschermingsmiddelen. Ook zij hebben er een hekel aan als een middel in het water wordt gevonden. Dat leidt bij hen namelijk tot vragen over de toelating en hoe dat kan. Daarom is het zo belangrijk om de toepasser ervan te doordringen dat hij zorgvuldig werkt, want elke onnodige overschrijding kan problemen geven.” Om bedrijven daarvan te doordringen, zoekt Ter Woorst de ­samenwerking. “Alles begint met meten en daarom hebben


we meetpunten, om te monitoren wat in het water voorkomt. Pas als je dat weet, kun je handelen. Dan kun je op zoek naar de o ­ orzaak van die vervuiling en samen gaan zoeken naar mogelijkheden om de belasting terug te dringen.” En ook al zijn die meetpunten en de meetwaarden openbaar, Ter Woorst zal ze niet gebruiken om er de publiciteit mee te zoeken, maar wel voor bewustwording. “Ik vind het belangrijk om samen met de boeren en tuinders op zoek te gaan naar m ­ ogelijkheden om de belasting terug te dringen. Daar hebben we ook geen verschillende belangen, volgens mij, want net als gewasbeschermingsmiddelen wil je ook geen fosfaat en stikstof in het water. Zeker nu de bemestingsnormen zo scherp zijn, hebben boeren er alle belang bij om mest goed te benutten.” Loonwerkers kunnen in het verminderen van emissies ook een rol spelen. Bij de gewasbescherming door zorgvuldig te spuiten en je vooral niet te laten verleiden door een kantstrook toch maar mee te spuiten of als de omstandigheden niet goed zijn toch te spuiten. Dus geen bodemherbiciden spuiten als er op korte termijn veel regen wordt verwacht. Al is de bodemgesteldheid daarbij ook belangrijk. Een andere zaak om bij vluchtige stoffen rekening mee te houden, is het weer. Door op het juiste moment te spuiten, kun je de vervluchtiging verminderen en latere depositie voorkomen.” Bij de bemesting moet je er volgens haar naar streven om samen met de boer te zoeken naar het ideale moment. “Niet op de stoep staan als het 15 februari is, maar zoveel mogelijk mest uitrijden als de bodemtemperatuur goed is en de gewassen de mest snel opnemen.” Ze onderkent dat plannen mooi is, maar dat je nooit weet wat het weer gaat doen. “Natuurlijk kan er in het voorjaar altijd een keer veel regen vallen, waardoor mest weer afspoelt. Als dat gebeurt, moet je nadenken over hoe je dit in de toekomst zou kunnen voorkomen. Waterschap en LTO helpen daar graag bij, bijvoorbeeld in het kader van het DAW. Ideeën zijn ook altijd welkom.”

“Je moet altijd samen met de vervuiler zoeken naar oplossingen.”

Over Ingrid ter Woorst Ingrid ter Woorst is lid van het dagelijks bestuur van het Hoogheemraad­ schapvan Delfland en afgevaardigde in het bestuur van de Unie van ­Water­schappen. Ze is verbonden aan Water Natuurlijk, een partij die zich richt op ­waterbeheer met een brede blik. Ter Woorst is boerendochter en komt ­oorspronkelijk uit de Achterhoek.

Ter Woorst ziet nog een belangrijke rol voor cumelabedrijven bij het aanleggen van voorzieningen voor de opvang en zuivering van restvloeistoffen uit de gewasbescherming, vooral omdat uit metingen blijkt dat veel vervuilingen afkomstig zijn van het reinigen en spoelen van de veldspuit. “Ik zie het als een uitdaging voor de cumelabedrijven om een voortrekkersrol te vervullen bij de aanleg van goede wasplaatsen voor veldspuiten en van opvangvoorzieningen en zuivering van restvloeistoffen. Daar valt nog een flinke milieuwinst te boeken.” Ter Woorst probeert vanuit de Unie van Waterschappen een goede monitoring te promoten: het meten is weten is handelen, en liefst ook samen met de boeren en tuinders. Een aantal waterschappen, zoals Amstel, Gooi en Vecht en de Stichtse Rijnlanden, zijn er al mee bezig, andere zitten in de opstartfase. Alle waterschappen hebben de aanbeveling gekregen voor een goede monitoring en om dit bijvoorbeeld ook samen met de gebruikers van het buitengebied aan te pakken.” Als gebruiker in een gebied kun je daar volgens haar ook zelf het initiatief in nemen. “Vraag het waterschap om te komen meten of een meetpunt in te richten in het gebied. Dan kom je namelijk weer bij mijn mantra: meten is weten en daarmee kun je handelen. Dat kun je wellicht ook als loonbedrijf. En misschien hebben loonbedrijven nog wel meer ideeën. We horen het graag! Zo laat je namelijk zien dat je streeft naar schoon water en het behoud van middelen. Daar heeft iedereen belang bij.” TEKST: & FOTO Toon van der Stok

GRONDIG 3 2018

15


Wij kennen de eisen, beheersen de systemen en zorgen voor de beste opslag voor uw producten.

Helicon MBO Boxtel zoekt

Docent Loonwerk groen, grond en infra (0,4 - 0,8 fte)

UW SPECIALIST IN BEWARINGEN EN LOODSEN Kistenbewaring

Bulkopslag

Je verzorgt en ontwikkelt lessen op het gebied van plantenteelt en akkerbouwgewassen en over het gebruik en reparatie van machines en tractoren voor agrarisch- en cultuurtechnisch loonwerk en grondverzet.

Hout en beton

T 073-503 25 27

Ben je daarnaast ook goed in samenwerken en onderwijsontwikkeling? Dan ben jij de enthousiaste collega die we zoeken!

F 073-503 27 04 info@steenbergen-bouw.nl

WWW.STEENBERGEN-BOUW.NL

adv grondig 2016.indd 1

vacatures.helicon.nl

05-01-16 10:10

Tekort?

de juiste spoorelementen op het juiste moment borium

Bortrac 150

www.agrocentrum.nl

zink

Zintrac 700

fosfor

Hydrophos

Neem contact op met uw adviseur of bel AgroCentrum voor meer informatie: 0167 - 563 150


Oprijvrachtwagens van 7 tot 27 ton ORIJ LF 16-82K - 84 cm laadvloerhoogte - oprijhoek 9ยบ - 10 ton laadvermogen

VELDHUIZEN heeft een KNIKKENDE OPRIJ LF ontwikkeld voor transport van zware machines in stedelijke gebieden. Om gemakkelijk te laden kan de achterste 3 m van de laadvloer hydraulisch zakken naar 18 cm. Met de 1,20 m lange klep wordt de oprijhoek 9ยบ. De aluminium oprijklep is uitgevoerd met een dubbel scharnier, zodat de klep op de laadvloer gelegd kan worden. Dit bespaart veel brandstof. Voor gebruik in de winterdienst kan de knikkende laadvloer verwijderd worden; zo ontstaat een korte auto met een kleine draaicirkel.

0 stand 3.2 Groenekan T. 0346 25 96 00 | Zwolle T. 0529 46 94 00 |

www.veldhuizen.nl

| info@veldhuizen.nl


STERK WERK “Investeren in werkplezier betaalt zich terug”

ondernemen met

mensen

Binnen coöperatie Werktuig en Bouwdienst Denekamp gebeurt alles in samenspraak, met bestuur, leden, bedrijfsleider en natuurlijk personeel. Het doel is de werkzaamheden zo goedkoop en op een zo goed mogelijke manier uit te voeren voor de leden. Plezier in het werk staat daarbij in de visie van bedrijfsleider Frank Kuiper voorop. Wie het nieuwe kantoorgebouw binnenkomt, kan links naar de werkplaats en de machines, de vuile weg, en rechts naar de kantine en kantoor, de schone weg. “Toen ik ben gaan tekenen, heb ik ons varkensbedrijf in mijn achterhoofd gehouden”, lacht bedrijfsleider en voormalig varkensboer Frank Kuiper. In zijn eigen kantoor heeft hij uitzicht op het ruime erf. Links onder de overkapping staan voornamelijk de machines voor het cultuurtechnische werk, rechts de trekkers en andere machines voor de agrarische werkzaamheden. Momenteel staat een deel nog buiten in het midden, want onder de overkapping moeten nog lijnen worden getrokken, zodat iedereen zijn machine recht parkeert. De bedrijfsverplaatsing was nodig, noem het noodzakelijk. “De oude locatie beperkte ons in groei”, vertelt Kuiper. “Bij de

18

GRONDIG 2 2018

aanschaf van een nieuwe machine keken we in eerste instantie niet of het financieel rendabel was, maar of er ruimte was in de schuur. Als een werknemer de volgende ochtend met een machine op pad moest die helemaal achteraan stond, moesten we eerst de hele loods leeghalen. Dat bevordert het werkplezier zeker niet”, stelt hij vast. Daarnaast had het bedrijf logistiek een uitdaging. De coöperatie huurde meerdere hallen op diverse locaties om alle machines onder te brengen, waardoor het altijd een heen-en-weer-gerij was. Sinds kort zit Werktuig & Bouwdienst Denekamp op deze locatie aan de Brandlichterweg. “Ik weet niet hoe we door hadden gemoeten met het bedrijf als we geen andere locatie hadden kunnen vinden. Het was voor mij en voor de personeelsleden gewoon niet meer te doen.”


Coöperatie Werktuig en Bouwdienst Denekamp De coöperatie Werktuig en Bouwdienst Denekamp is in 1950 opgericht door een aantal agrariërs, onder de naam Coöperatieve Werktuigen Vereniging ‘Helpt Elkander’. Op het hoogtepunt had de coöperatie 200 leden. Door bedrijfsovernames en door boeren die stopten, staat dat aantal nu op 34 agrariërs. De laatste jaren is het aantal leden stijgende. Frank Kuiper is sinds 2004 bedrijfsleider en stuurt 42 man personeel aan. Werktuig en Bouwdienst Denekamp is sterk in agrarisch loonwerk en in cultuurtechnisch werk. Daarnaast doet het bedrijf ook grondverzet en heeft het een transporttak. Het bedrijf is sinds kort gevestigd op een nieuwe locatie aan de Brandlichterweg 66d in Denekamp. Zondag 8 april houdt het van 10.00 tot 16.00 open huis voor belangstellenden.

Werkplezier Terwijl dat juist hetgene is waar het om draait binnen de coöperatie: werkplezier. Alle keuzes die Kuiper in samenspraak met het bestuur, de leden en het personeel maakt, hebben als doel de werkzaamheden zo goedkoop en op een zo goed mogelijke manier te verrichten, waarbij het werkplezier vooropstaat. Investeren in werkplezier betaalt zich terug, stelt hij. De bedrijfsverplaatsing is daar een goed voorbeeld van, maar ook het werken met de digitale werkbon. Kuiper is er in 2015 al mee begonnen. “Ik vond de papieren werkbon totaal niet efficiënt. Het moest langs zoveel verschillende personen voordat het in het systeem stond. Dat werkt alleen maar foutgevoelig en kost een hoop tijd en dus geld.” Kuiper gokt dat de digitale werkbon hem € 30.000,- tot € 40.000,- per jaar bespaart. De coöperatie werkt daarvoor samen met Spotmaster en Agro-it. “Geen werkbon kan meer worden vergeten. Zonder werkbon geen werkuren. Het was een enorme ontwikkeling en er was veel mee gemoeid, maar ik ben blij dat we zijn overgestapt op de digitale versie.” Hoewel niet alle personeelsleden er in eerste instantie blij mee waren, heeft Kuiper ze toch over de streep gekregen. “Wil je iedereen meekrijgen, dan moet je uitleggen waarom je denkt dat dit beter is. De personeelsleden hebben allemaal

een tablet gekregen. Behalve dat ze daarmee hun werkbon kunnen invullen, zien ze daarop ook de Klic-meldingen en ontvangen ze in hun mailbox elke dag de werkbon, zodat ze achteraf gemakkelijk de werkzaamheden kunnen terugkijken. Er zitten alleen maar voordelen aan.” Dat het werkplezier voor een groot deel de bedrijfsvoering zou bepalen, had Kuiper in 2004 al voor ogen, toen hij de rol als bedrijfsleider op zich nam (zie kader). “Ik kan niet ieders wens realiseren, maar ik luister, koppel terug en iedereen heeft inzicht in de bedrijfsvoering. Ik wil een open bedrijf en het runnen zoals ik mijn eigen bedrijf zou runnen. Dat zorgt voor betrokkenheid en dat leidt uiteindelijk tot een betere kwaliteit van het werk dat we afleveren.”

‘Wij’ De oud-varkensboer volgde een bedrijfsleider op die vanaf de oprichting bij de coöperatie en de bedrijfsvoering betrokken was geweest, iemand die tot in de haarvaten met de coöperatie verweven was. Voor Kuiper de uitdaging om het bedrijf voort te zetten. “Ik wilde bij mezelf blijven en heb meteen in het begin gezegd: dit kan ik niet alleen. Ik faciliteer de machines, maar de jongens die erop rijden, hebben verstand van zaken. Ik geef ze dan ook veel verantwoording”,

Doordat het gebied al de bestemming industrie had, was het mogelijk het bedrijf te verplaatsen en ruim 2200 m2 groot te maken. Alle machines kunnen nu eenvoudig onder dag worden geplaatst.

De nieuwe locatie beslaat 2.200 vierkante meter en is geheel nieuw opgezet. Een stuk bos is ervoor gekapt (en elders gecompenseerd) en een deel was industrieterrein. De juiste bestemming zat dus al op de locatie. Het hele proces heeft uiteindelijk tien jaar geduurd, inclusief zes jaar rechtszaken. “Omwonenden vreesden onder andere voor de verkeersveiligheid. Het heeft tot de Raad van State moeten komen”, vertelt Kuiper. Die lange tijd heeft er wel voor gezorgd dat de coöperatie tijd had om financieel naar de nieuwbouw te kunnen toe werken. “In die laatste tien jaar hebben we dus geen investeringen meer gedaan in het oude pand. Daarnaast zaten we elk jaar met de bank om de tafel. We hadden open gesprekken over onze plannen. Ik denk dat ze in al die jaren vertrouwen in ons bedrijf en in onze visie hebben gekregen, en omdat we elk jaar positieve financiële cijfers konden overleggen, wilden ze ons project financieren. De rente was ook laag. Dat scheelde.” Daarnaast heeft de coöperatie net na de economische crisis de oude locatie goed kunnen verkopen wat hielp om de financiering rond te zetten.

GRONDIG 3 2018

19


ondernemen met

mensen

Het aanvullen van wegranden is één van de specialiteiten van het bedrijf.

Klanten hoeven sinds enkele jaren geen lid meer te zijn van de coöperatie. Dat was noodzakelijk om voldoende werk onder de machines te houden.

aldus Kuiper. Het personeel mag ook zelf met ideeën komen. “Als ze vinden dat iets op een andere manier moet worden georganiseerd of dat we een bepaalde machine nodig hebben, sta ik open voor hun suggesties.” Ook het bestuur heeft hij nodig. “Ik heb dat nodig om mij te begeleiden bij beslissingen. ‘Hoe zou jij dat doen?’ is een vraag die ik geregeld stel, zoals een zoon dat aan zijn vader zou vragen. Er zitten veel verschillende mensen in het bestuur en dat levert mooie discussies op. Niet ‘ik’ doe iets, ‘wij’ doen iets.” Dat zorgt voor betrokkenheid, weet hij, en dat leidt tot kwaliteit. Zo heeft de kraanmachinist inspraak als er een nieuwe mobiele kraan voor hem wordt aangeschaft. “Hij mag aangegeven welke functies hij erop wil. Ik bespreek met hem de offerte, zodat hij ook weet wat het kost. Daardoor zijn alle jongens trots op hun machine en trots op het bedrijf. We hebben maar weinig personeelsverloop.” Als personeelsleden plezier in hun werk hebben, betaalt dat zich terug, is zijn ervaring. “Winst vind ik niet zo belangrijk, zolang we maar nieuwe machines kunnen aanschaffen, de jongens een goed salaris kunnen betalen en onderhoud kunnen doen.”

Onderscheiden Het werk dat de coöperatie uitvoert, is divers: van agrarisch loonwerk en grondverzet tot cultuurtechnisch werk, zowel voor particulieren als de zakelijke markt. “We zijn heel breed inzetbaar, maar we nemen alleen werk aan waar we een

Ook in het grondverzet stijgt de hoeveelheid werk. Om machinisten betrokken te houden mogen ze meebeslissen over de aankoop van machines en hulpstukken. goed gevoel bij hebben. Ook doen we alleen de dingen die we kunnen. De kwaliteit moet wel hoog blijven.” Die kwaliteit waarborgt hij door goed personeel en goede machines. “Wij betalen de werknemers waar mogelijk graag wat meer. Daarnaast wil ik alleen werken met goede machines. Dat betekent dat je je machinepark up-to-date moet houden. We doen ons eigen onderhoud. Het is deze kleine cirkel die ik belangrijk vind.” Vroeger had de coöperatie nog de eis dat elk lid de werkzaamheden door de coöperatie moest laten uitvoeren, maar daar is Kuiper van afgestapt. “Het is wel gewenst, maar geen eis meer. We doen ook werk voor niet-leden.” Om verder te groeien als bedrijf wil Kuiper onderscheidend zijn. “Ik wil niet doen wat iedereen doet”, zegt hij. De bedrijfsleider heeft zijn pijlen gericht op de precisielandbouw. Daar heeft hij zelfs een extra kracht voor aangetrokken. “Je moet daar iemand met kennis op hebben zitten, zodat deze tak zich doorontwikkelt”, vertelt hij. Inmiddels werken ze op het bedrijf onder andere met HarvestLab van John Deere om alle opbrengsten - niet alleen van droge stof, maar ook van ruw eiwit, zetmeel, suiker en vezels - inzichtelijk te maken. Enkele jaren geleden hebben ze bovendien, in samenwerking met Evers Agro, een rijenbemester ontwikkeld. “Het mooie is dat dit systeem binnenkort wettelijk verplicht wordt gesteld en wij er dus al jaren ervaring mee hebben.” Ook in het cultuurtechnische werk staat onderscheiden voorop door ontwikkeling, zoals de wegverbreder, die wordt ingezet tijdens het leggen van grasbetonstenen. “Ook daarbij vind ik de inbreng van het bestuur of van personeelsleden, maar ook van klanten erg belangrijk”, zegt Kuiper. “Vaak komen de jongens zelf met een idee: waarom doen we dit niet zo of zo? Daar gaan we dan naar kijken en als het ons wat lijkt, pakken we het op. Hetzelfde geldt voor de klant. Als die klant niet op 30 centimeter maar op 50 centimeter bepaalde werkzaamheden uitgevoerd wil hebben, dan kijken we hoe we dat werkbaar kunnen maken. Wie weet dat er meer opdrachtgevers zijn die dit in de toekomst zo willen. Dan gaan we dat ontwikkelen. Zo groeien we langzaam verder.” TEKST: Marjolein van Woerkom FOTO’S: Marjolein van Woerkom, Denekamp

20

GRONDIG 3 2018


BRANDSTOFBESPARING GEGARANDEERD OF UW GELD TERUG * B R A N D S T O F G A R A N T IE

Als u meer brandstof verbruikt dan door ons is vermeld, dan compenseren we het verschil.

E F F I C IĂ‹ N T IE B O N U S

Als u minder brandstof verbruikt dan door ons is vermeld, dan betalen we u een bonus van 2x het verschil.

6 R - (6 C IL IN D E R ), 7R, 8 R T R AC T O R E N

De 6R (6 cilinder), 7R en 8R series tractoren kunnen nu ook profiiteren van de brandstofgarantie. Uitsluitend voor transporttoepassingen.

B R A N D S T O F G A R A N T IE P R O G R A M M A H O G E R E P R O D U C T I V I T E I T. G EG A R A N D E E R D. * Het brandstofgarantieprogramma is geldig en wordt uitsluitend aangeboden door deelnemende JohnDeere-dealers vanaf 1 november 2017 tot 31 oktober 2018 voor alle nieuwe, nooit eerder verkochte 6R- (6-cilinder), 7R- en 8R-serie tractoren, aangeschaft of geleased tussen deze datums, en vereist een uitdrukkelijk registratiedocument bij uw JohnDeere-dealer. Het garantieprogramma is alleen geldig voor transporttoepassingen (boven 20 kpu) in overeenstemming met de aangeleverde JDLink-gegevens. Neem contact op met uw JohnDeere-dealer voor meer informatie over het registratiedocument

NOTHING RUNS LIKE A DEERE


ondernemen met

vaktechniek

PROFILEREN Van ponton naar ponton Ploegam werkt met Dura Vermeer aan gebiedsontwikkeling Ooijen-Wanssum Nooit meer natte voeten en een aantrekkelijk, leefbaar gebied. Voor dat doel gaat rond de dorpen Ooijen en Wanssum een gebied van vijftien bij vier kilometer op de schop. De uitvoerders Ploegam en Dura Vermeer bedachten voor het grondtransport een bijzondere oplossing. Zij varen voor een afstand van 1200 meter van ponton naar ponton.

22

GRONDIG 3 2018


Project: gebiedsontwikkeling Ooijen-Wanssum Opdrachtgevers: provincie Limburg Aanneemsom: 115,7 miljoen euro Looptijd: oktober 2016 tot december 2020 Werkzaamheden: dijkverzwaring, grondverbetering, grondwerk, kunstwerken, waterveiligheid, bouw van wegen en bruggen, natuurontwikkeling.

Uitvoeringsmanager Rody Kusters (Ploegam): “Een groot project als dit draait om communicatie, met de omgeving en onderling. Elke dag steekt het managementteam de satéprikker erin: hangt alles nog aan elkaar?”

Op het industrieterrein van Wanssum staat het tijdelijke kantoor van combinatie Mooder Maas, de gelegenheidssamenwerking van Ploegam en Dura Vermeer. Van hieruit leiden veertig tot vijftig medewerkers de complexe herinrichting van het gebied tussen Ooijen en Wanssum in goede banen. De meesten kenden elkaar al. “Met ongeveer hetzelfde team hebben we aan het project Ruimte voor de Waal gewerkt”, zegt uitvoeringsmanager Rody Kusters, werkzaam bij Ploegam. “Dat ging zo goed dat we gezegd hebben: daar willen we nog een keer succes mee halen.” Ook in dit project draait het om meer ruimte voor de rivier. In 1993 en 1995 trad de Maas ver buiten haar oevers en liepen delen van de dorpen onder water, met grote economische schade tot gevolg. Nooddijken beschermen de dorpen nu nog, maar na dit project moet de stand van de Maas tijdens piekafvoer 37 centimeter lager liggen en moet de hoogwaterbescherming zo veel mogelijk opgaan in het landschap. Dat gebeurt onder andere door het herstellen van een oude Maasarm, waar straks weer met regelmaat water door moet gaan lopen. Tegelijkertijd wordt er 340 hectare nieuwe natuur ontwikkeld, waardoor er 540 hectare aaneengesloten waterrijke natuur ontstaat in het buitendijkse gebied. Natuur die toegankelijk moet worden voor bewoners en bezoekers. Ook komt er een rondweg rond Wanssum, een wens die al langer leeft in het gebied.

Verborgen dijk Mooder Maas - ‘moeder Maas’ - was niet de goedkoopste, maar won de aanbesteding uiteindelijk op ontwerp en aanpak. “Vooral met onze verborgen dijken hebben we gescoord”, zegt Kusters. Hij doelt hiermee op twee typen dijk die zo zijn ontworpen dat ze zo goed mogelijk aansluiten bij het historische Limburgse landschap; de steilranddijk en de dijk als hoge grond. Bij de steilranddijk komt aan de rivierzijde van het technisch profiel een steile natuuroever en sluit de dijk aan de andere kant aan op de rest van het landschap. Het tussenliggende gedeelte wordt hiervoor aangevuld, waardoor het naadloos overgaat in het kenmerkende terrassenlandschap. Hoge grond betekent dat de dijk wordt ingepakt in een glooiende terp, waardoor hij minder opvalt in het landschap. In beide gevallen kan de grond dienst blijven doen als landbouwgrond. Behalve de goede landschappelijke inpassing is deze manier van werken ook nog eens heel duurzaam. “We kunnen bijna alle gebiedseigen grond kwijt in het werk. Als we alleen een dijk zouden aanleggen, hadden we 2,5 miljoen kuub grond moeten afvoeren. Nu is onze grondbalans nagenoeg gesloten. Dat betekent minder vervoersbewegingen en maar liefst 52 procent besparing op de CO2-uitstoot”, zegt Kusters. Omdat de klei uit het gebied niet voldoet aan de normen voor het bouwen van een normale dijk was er aanvullend onderzoek nodig. De universiteit van Hannover voerde golfslagproeven uit met grond uit het gebied. “Medewerkers van ons zijn daar wekenlang bezig geweest om testopstellingen te bouwen. Met succes. Met de uitslag konden we aantonen dat onze oplossing een veilige oplossing is.”

GRONDIG 3 2018

23


1 De voorbereidingen ondernemen met voor een nieuwe rondweg bij Wanssum zijn begonnen. Dankzij de nieuwe weg hoeven er straks 7000 auto’s per etmaal minder door het centrum van Wanssum.

vaktechniek

2 Een fraai luchtbeeld van een rotonde in aanbouw. Ploegam bereidt voor, Dura Vermeer zorgt voor de bouw van wegen en bruggen in het project.

1

2

3 Speciale dassengoten moeten voorkomen dat dassen straks hinder ondervinden van het verkeer. In het gebied zijn twintig dassenburchten. 4 Rody Kusters praat een vrijwilliger bij die geïnteresseerden rondleidt in het gebied. Het is één van de manieren om de omwonenden te betrekken bij het project.

3 Vervoer per schip Het neemt niet weg dat er in totaal 3,7 miljoen kuub grond van de ene naar de andere plek moet worden gebracht. Voor de veiligheid gebeurt het vervoer voor een deel over water. In de uiterwaarden bij Wanssum zijn vandaag meerdere graafmachines tegelijk bezig met het ontgraven van landbouwgrond en het aanleggen van nieuwe geulen. Dumpers brengen de vrijkomende grond naar een ponton, waar ze hun vracht in een duwbak lossen. Ruim een kilometer verderop maakt de losploeg de duwbak leeg, waar de grond wordt gebruikt om een nieuwe dijk aan te vullen. Elders in het gebied worden de contouren van de nieuwe rondweg bij Wanssum zichtbaar. Terwijl graafmachines van Ploegam de ondergrond van de rijbaan voorbereiden, zijn medewerkers van Dura Vermeer bezig met het bouwen van de eerste brugdelen. Door de hoogteverschillen in het gebied en de aanleg van nieuwe waterlopen komen er in totaal

24

GRONDIG 3 2018

4 vijf bruggen in het gebied te liggen. De meest opvallende wordt die op het industrieterrein van Wanssum, vlakbij het kantoor van Mooder Maas. “Vanwege de beperkte ruimte komt hier een brug van een kilometer lengte, tien meter boven de haven. Speciaal voor deze klus worden prefab-liggers gemaakt van 68 meter lang.”

Heel veel partijen Om het complexe project in goede banen te leiden, is er een managementteam samengesteld dat dagelijks vanuit meerdere disciplines het werk afstemt. “Ik zeg altijd: we steken de satéprikker erin, om te kijken of alles nog aan elkaar hangt. Met een klus van deze omvang, met jarenlange voorbereiding, kunnen we ons geen missers permitteren.” Qua techniek is het allemaal niet zo moeilijk, vindt Kusters, met zijn achtergrond als waterbouwkundige. De complexiteit zit volgens hem in het


5 In de uiterwaarden wordt grond afgegraven om meer ruimte te maken voor de rivier. In totaal moet er 3,7 miljoen kuub grond worden verzet.

5

6 Rond de hele haven van Wanssum komen straks keermuren op dijkhoogte. De voorbereidingen daarvoor zijn begonnen.

6

7 Het vervoer van grote hoeveelheden grond gaat op meerdere plekken over water. Laden en lossen gebeurt via pontons. 8 Deze artist’s impression laat zien hoe een steilranddijk eruit komt te zien. Het technisch profiel wordt ‘ingepakt’ in het landschap.

7

8 grote aantal belanghebbenden. “Er zijn een paar duizend boeren, particulieren en bedrijven, die we het liefst allemaal tevreden willen hebben. Gelukkig is er veel draagvlak voor de plannen, maar klaar ben je nooit. Een project zoals dit draait vooral om communicatie, zowel intern als met de buitenwereld.” Vier mensen houden zich permanent bezig met omgevingsmanagement, waarvan één fulltime communicatiemedewerker. Alle inwoners ontvangen huis aan huis een informatiekrant, er is een uitgebreide website en vrijwilligers uit het gebied verzorgen nu al rondleidingen. “We willen dat mensen begrijpen wat er gebeurt.”

TEKST: Egbert Jonkheer FOTO’S Egbert Jonkheer en Ploegam

Fulltime veiligheidskundige Met banners langs de wegen benadrukt Mooder Maas de aandacht voor veiligheid. “We werken op pieken met 250 mensen in een gebied waar meer dan 5000 mensen wonen. We kunnen ons bouwterrein niet afschermen”, zegt Rody Kusters. Naast strikte regels voor de medewerkers loopt er een fulltime veiligheidskundige op het project en zijn er regelmatig inspecties. Ook is er bewust voor gekozen om grote hoeveelheden grond niet over de weg, maar over het water te verplaatsen. Tijdens de Nationale Veiligheidsdag liep een groep bewoners mee in het werk, om de aandacht nog eens extra op te voeren. “Ons werk is niet zonder risico’s. Het is pas geslaagd als iedereen weer thuiskomt.”

GRONDIG 3 2018

25


BEZOEK ONS OP DE INTERMAT

23-28 april 2018 DZ 2100 / 2.00 mtr. 10 cm rijafstand

Hal 5B, stand M 027

Agri Twin 4.40/5.80 mtr. 7,5 cm rijafstand Het nieuwe doorzaaien

(G)oud en vertrouwd

Wij gaan bij Vredo graag met de tijd mee, de gebruiker vraagt van onze machine in minder tijd, meer opbrengst tegen een constante hoge kwaliteit. De laatste generatie doorzaaiers met het Vredo doorzaaiprincipe is tot in de perfectie doorontwikkeld en heeft daardoor: • • • •

De hoogste efficiënte benutting van zaad; Dubbele werksnelheid door dubbele werkbreedte; Nóg beter zaaibeeld en daardoor betere ontkieming; Aantrekkelijk design.

De “oude” Vredo heeft daarmee zijn opvolger in bijvoorbeeld de DZ 344.07.5 Agri Twin gevonden, ontdek het nieuwe doorzaaien en

Investeer nu in uw Graslandopbrengst 2018! +31 (0) 488 411 254 verkoop@vredo.com

www.vredo.com

Vredo ontwikkelt, produceert en verkoopt:

De beste in het veld MestTracs

Zodenbemesters

Snijfilters

Doorzaaimachines

Adverteren in Vakblad Grondig? Voor meer informatie: Lisette Kerkhof T 033 - 247 49 50 E lkerkhof@cumela.nl

Sluit je aan bij de oranje revolutie!

vakblad voor specialisten in groen, grond en infra

Geld sparen – Kemper fahren NL(Netherlands)_Advert_Doosan_Intermat_2018_Grondig_98x178_(0).indd 1

Wereldwijd de nr. 1 bij maïsbekken

Neem voor meer informatie contact op met: Fred van der Eijk | Telefoon: +31 610 93 43 53 info@kemper-stadtlohn.de

28.03.2018 08:59:14


ondernemen met

vaktechniek

GRONDIG.COM

Op deze pagina’s samenvattingen van berichten die eerder op Grondig.com zijn geplaatst. Wilt u op de hoogte blijven van het actuele nieuws? Ga naar Grondig.com. Daar publiceert de redactie dagelijks nieuws van en voor de cumelasector.

FLINKE UPDATE ANTONIO CARRARO MACH 4 R Antonio Carraro levert de geüpdatete Mach 4 met een 72 kW (98 pk) Stage IIIb-viercilindermotor van Kubota. Het vorige model had krap 66 kW (90 pk). Achter de motor zit een verzwaarde 16/16-bak en ook de rest van de aandrijflijn is aangepast. Leverancier Soucy levert de rupsen nu met slijtvaster rubber en een roestvrijstalen karkas. De nieuwe cabine is ruimer en luxer ingericht. Denk bijvoorbeeld aan de nieuwe bediening met multicontroller. De cabine heeft aan de achterkant gebogen achter- en zijruiten voor een veel breder zicht naar achteren.

SCHUITEMAKER RAPIDE 8400 PLUS

JOSKIN-RIOLERINGSWAGENS Joskin vult het leveringsprogramma aan met vier nieuwe rioleringswagens met inhouden van 8400, 10.000 en 14.000 liter. De wagens zijn daarvoor voorzien van een industriële vacuümpomp. Een hogedrukpomp ontstopt en reinigt drainage- en andere leidingen. Elk model heeft een gegalvaniseerde tank met een watertank van 1500 of 2000 liter en een opslagcapaciteit van 6900, 8500 of 12.000 liter modder. De vacuümpomp heeft een capaciteit van 15.000 liter lucht per minuut. De hogedruk-plunjerpomp heeft bij 120 bar een capaciteit van een 40 liter of (optie) 90 liter per minuut.

Schuitemaker lanceert de Rapide 8400 Plus. Het gaat hier om een 48-kuubs drieasser die standaard op BKT 750/60R26.5-FL630 Superbanden staat. De wagen is voorbereid op een bandendrukregelsysteem. De Rapide 8400 Plus is standaard uitgerust met een 40-tons hydraulisch geveerd, elektro-hydraulisch gestuurd BPW-tridemstel. De wagen heeft touch­ screenbediening, maar bediening via Isobus is ook mogelijk. De Rapide kan worden voorzien van een NIR-sensorsysteem (voor realtime ­drogestof- en grassamenstellingmetingen) en een weegsysteem.

advertentie

DELVANO veldspuiten

Gemaakt vóór en door professionals Bel ons voor de dichtstbijzijnde dealer.

NV-SA

Informeer ook naar ons ruime aanbod gebruikte veldspuiten!

Zelfrijdende, getrokken en gedragen veldspuiten

28

GRONDIG 3 2018

Zuidweg 13-15 • 4413 NL Krabbendijke • T 0113 - 50 26 10 I www.gebrweststrate.nl • E info@gebrweststrate.nl Verkopers: Ko Smalheer, 06 - 53 24 90 27 Arjan Weststrate, 06 - 46 32 20 64


GROTERE PÖTTINGER TORRO’S

IMPORT AGRIWINBANDENDRUKWISSELSYSTEEM Techno Air Benelux BV is importeur geworden van Agriwin-bandendrukwisselsystemen. Het Agriwin-bandendrukwisselsysteem omvat een uitgebreid pakket voor trekkers en aanhangers. Het bandendrukwisselsysteem van Agriwin is standaard voorzien van een GPSmodule die continu het percentage slip meet en een signaal geeft als het ingestelde percentage wordt overschreden. Door vooraf ingeprogrammeerde bandenspanningen kan door één druk op het touchscreen van alle assen afzonderlijk de spanning worden veranderd van veld- naar transportwerk (of andersom).

Pöttinger lanceert twee grotere modellen Torro Combiline-rotorwagens. Het gaat hierbij om de Torro 7010 met een netto inhoud van 38,5 kubieke meter en de Torro 8010, die een netto inhoud heeft van 42 kubieke m ­ eter. De grootste Torro was tot nu toe de 6510 met 36,5 kubieke meter. De Torro’s hebben wel een zwaardere aandrijving voor de loswalsen gekregen. Ook zijn alle Torro’s nu desgewenst leverbaar met een viertons (oplegdruk) dissel. De nieuwe Canbus-aangestuurde bediening geeft een overzicht van alle functies en maakt het aan- en afkoppelen eenvoudiger dankzij een camera. De nieuwe weeginrichting werkt ook tijdens het laden.

DARDA WEER BIJ RIGTER Sinds 1 januari is Rigter Handelsonderneming in Eemnes weer officieel Darda-dealer voor de Benelux en West-Duitsland. Darda is een volledige dochteronderneming van de Lifco-groep, waarvan ook Kinshofer deel uitmaakt. Rigter Handelsonderneming neemt meerdere Dardaproducten op in zijn verhuurvloot. Het bedrijf zal dus ook jonge gebruikte Darda-producten uit de verhuurvloot gaan leveren. Darda heeft een breed pakket voor mini- en midigravers en slooprobots. De Darda-producten hebben een laag eigen gewicht en een enorme knipkracht en forse bek-openingen.

advertentie

Hoe zorg ik voor een optimale kieming? Quickstart vloeibare meststoffen: kiemvoeding voor een vlotte start!

● ● ●

Vloeibare meststof toegepast in breedbladige gewassen zoals zaaiuien, peen, cichorei en mais Dosering direct op het zaad bij het zaaien Direct opneembare voedingsstoffen: vlotte start Hoger opkomstpercentage resulterend in een homogeen, hoogproductief gewas Bewezen in proeven in binnen- en buitenland

Maismaster is een merk van CropSolutions. Distributie vindt plaats via de bij CropSolutions aangesloten partners: Agrea, Agriant, AR Plant, CAV Agrotheek, CLTV, CZAV, Heyboer, De Samenwerking en Vitelia Agrocultuur

www.cropsolutions.eu

GRONDIG 3 2018

29


DELCORA VOOR MOBIELE GRAAFMACHINES

KLEINERE STEYR TERRUS 6250 CVT Steyr voegt met de 184 kW (250 pk) sterke Terrus 6250 CVT een kleiner model toe aan de Terrus-serie. Dit om het gat tussen de huidige 176 kW (240 pk) 6240 en de 199 kW (270 pk) Terrus 6270 te overbruggen. De Steyr Terrus 6250-trekker heeft dezelfde basis als de eerder geïntroduceerde typen 6270 en 6300. De trekker is met een eigen gewicht van 10,25 ton netto zo’n drie ton zwaarder dan de 6240 en heeft met 184 kW (250 pk) nominaal en 201 kW (273 pk) maximaal ongeveer hetzelfde vermogen. De wielbasis is elf centimeter groter en er kunnen banden onder met een diameter tot 2,05 meter (710/70R42).

HBI Tyres & Wheels lanceert de Delcora SGX-1 voor mobiele graafmachines. De SGX-1 is een dubbelluchtband zonder tussenring. Door het versterkte middenstuk zijn de prestaties op harde ondergrond extra goed. De fabrieksnieuwe band in de maat 315/70R22.5 heeft een Load-Speed-index van 154A8, een diameter van 101,6 centimeter, is 31,2 centimeter breed en heeft een profieldiepte van 25 millimeter.

KRAMPE-HALFPIPES OOK OP 30.5-INCH-BANDEN Krampe levert zijn halfpipes nu ook op maximaal 600/60 R30.5-inch-banden. De fabrikant heeft daarvoor een 26-tons onderstel met een asafstand van 1,81 meter ontwikkeld. Dit nieuwe HP24-tandemstel is gemaakt voor een 40 centimeter langere body, goed voor netto 14,5 kuub (17,5 kuub volgens SAE 221-norm). Daarmee vult dit nieuwe model het gat tussen de bestaande 12,5-kuubs HP 20-halfpipe en de 16,5-kuubs HP 30 met tridemonderstel. advertentie

Die wil alleen maar harken

www.krone-nederland.nl

KRONE Swadro harken

Complete programma harken met werkbreedtes vanaf 3,5 tot 20 meter DuraMax geharde curvebaan met 3 jaar garantie Kogelgelagerde tandarmen uit 1 stuk = onderhoudsvrij en spelingvrij KRONE Jet-effect = heffen en laten zakken van de elementen zonder gewas verontreiniging KRONE Lift-tanden = sneller harken en minder verontreiniging Perfecte vierkant zwadvorm en schoon harkwerk

Zuid-Nederland: Ad van den Hurk 0653-241918

30

GRONDIG 3 2018

Noord-Nederland: Martijn van Middelkoop 0651-346841


AMAZONE-ZAAIMACHINE MET QUICKLINK

NIEUWE MERCEDES-BENZ SPRINTER GELANCEERD

Voor de combinatie met de nieuwe rotorkopeg KE 01 en de nieuwe rotorcultivatoren KG/ KX 01 biedt Amazone nu deze AD-P 01 Special, een drie meter brede pneumatische opbouwzaaimachine. Deze wordt met de QuickLinkkoppeling aan de grondbewerkingsmachine bevestigd. De AD-P 01 Special kan naar keuze worden uitgerust met een 850 of 1250 liter grote zaadtank. Als koutersystemen zijn zowel de WS-sleepkouters als de RoTeC-Control-zaaischijven beschikbaar, met rijenafstanden van 12,5 of 15,0 centimeter. De machine kan worden bediend met de Amadrill+-bedieningscomputer of met een Isobus-terminal.

In totaal zijn er 1700 varianten van de nieuwe Mercedes-Benz Sprinter leverbaar, variërend van een sobere uitvoering voor het bouwsegment tot aan een luxe SUV. Nieuw is de variant met voorwielaandrijving, die verkrijgbaar is met een nieuwe handgeschakelde zesbak of met de nieuwe negentrapsautomaat. De Sprinter is leverbaar met wielbases van 3,25 meter en 4,33 meter met een opbouw naar wens, in combinatie met een enkele of een dubbele cabine. Het topmodel is uitgerust met een 140 kW (190 pk) 3,0-liter-zescilindermotor. Daarnaast is er de 2,1-liter-viercilinder met 84, 105 of 120 kW (114, 143 of 163 pk). Het laadvermogen varieert van 3,0 tot 5,5 ton.

NIEUWE GIANT-SKIDSTEERS Tobroco zet nieuwe Giant-skidsteers op de markt. Het gaat om de typen SK212 G, SK212D en SK252D met een bedrijfsgewicht van respectievelijk 750, 795 en 810 kilo. Alle drie hebben ze een kiplast van 434 kilo, een hefhoogte van 210 centimeter en een werkhydrauliek met een opbrengst van 25 liter per minuut bij een werkdruk van 180 bar. Een nieuw ventielenblok zorgt voor extra gebruiksvriendelijkheid en een grotere precisie. Ze hebben een grotere hydrauliekpomp en sterkere wiel­ motoren. Daarnaast is het vanaf nu ook mogelijk om eenvoudig banden te wisselen. advertentie

WWW.VICON.NL

“Mijn collega’s die werken met een normale pers/wikkelcombinatie zijn jaloers” Vicon FastBale - de enige echte non-stop perswikkelcombinatie •

Compactste perswikkelcombinatie op de markt

Non-stop persen bespaart 15-18 seconden per baal

Geïntegreerde baalkeerder - eenvoudig per klant uitwisselbaar

Echte silagepers - std 25 messen en 800mm rotor

GRONDIG 3 2018

31


ondernemen met

vaktechniek

Slimme en slanke JCB Eerste model in nieuwe X-serie gepresenteerd Na vier jaar ontwikkelen en een investering van 125 miljoen euro presenteerde JCB onlangs de eerste graafmachine van een nieuwe generatie, met een nieuw hydraulisch systeem gericht op hergebruik van opgebouwd vermogen en een nieuwe vormgeving. Opvallend zijn de giek in het midden, de nieuwe cabine en de uitstekende bodemplaat om beschadigingen te voorkomen.

JCB heeft zijn dealernetwerk goed onder controle. Dat bleek de afgelopen maanden weer toen er werd gewerkt aan de lancering van een nieuwe generatie graafmachines. Terwijl de machine al in september voor het eerst aan de landendirecteuren en belangrijkste dealers werd getoond, kwam er namelijk niets naar buiten, ook niet nadat de dealers in januari al uitgebreid werden geïnformeerd. Ondanks de foto’s die met de mobiele telefoons werden gemaakt, bleef het stil op Twitter, Facebook en Instagram. Dat veranderde toen op 13 maart de machine tijdens een groots evenement werd getoond aan de vakpers. Toen ontploften de digitale media en kon JCB van zijn fans de eerste positieve reacties ontvangen. Een flink deel van die potentiële kopers heeft de machine inmiddels ook al gezien, want

32

GRONDIG 3 2018

na de pers kwamen de dealers met hun belangrijkste klanten naar het Engelse Rochester om de machine te bekijken en zo mogelijk de eerste orders te noteren. Die orders moeten bewijzen dat JCB goed naar zijn klanten heeft geluisterd bij het ontwerp, want uiteindelijk werden meer dan duizend gebruikers van JCB en andere machines gevraagd wat zij op hun machine willen. De resultaten daarvan en van de gedachten van de ontwerpers zijn terug te zien in het uiterlijk van de machine. Ook in details, zoals een dubbel gezette deur met versterkte deurcilinders voor het onderhoudscompartiment om te zorgen dat de deur ook na drie tot vijf jaar gebruik, als hij wordt ingeruild, nog sluit alsof hij nieuw is. Ook heeft de deur een verzwaarde sluiting met slot.


Stootranden Opvallender zijn de schuine randen in het plaatwerk, zoals aan de zijkant, waar het plaatwerk aan de onderzijde in een kleine hoek naar buiten buigt. Vergelijkbaar is de hoek aan de onderkant van het contragewicht. Ook hier loopt deze aan de onderkant schuin naar buiten. Daardoor ontstaan een soort stootranden. De gedacht is simpel. Als de machine ergens tegenaan draait - en dat gebeurt in het leven van elke machine wel een paar keer - heb je niet over de hele buitenkant krassen, maar alleen op het uitstekende deel. Het resultaat is een machine die netter blijft; mooi voor de gebruiker en goed voor de inruilwaarde. De uitwerking aan de buitenkant is één van de vele details waaraan aandacht is besteed. Dat is direct terug te zien in de cabine. Die is nog steeds één meter breed, maar is tien centimeter langer geworden. De cabine wordt helemaal in eigen huis gemaakt en heeft allemaal rechte ramen. Dat is toch wel opvallend in een tijd waarin fabrikanten zich uitleven met glas in allerlei bochten om dode hoeken te verminderen. De verklaring van JCB is simpel: vlak glas is veel goedkoper. Dat is niet alleen gunstig bij de fabricage, maar zeker ook bij breuk. Dan is bij JCB voor relatief weinig geld een ruit te vervangen.

De lichte knik naar buiten in de zijkant om beschadigingen te voorkomen

Op deze testma-

Lager geluidsniveau

chine is te zien hoe

Aandacht voor details vind je ook elders in de cabine, met een gemakkelijk uitneembare rubberen mat, rubber op de pedalen voor machinisten op sokken, extra uitstroomopeningen voor de ventilatie, een actief gekoelde ruimte voor de lunch en een luxe Grammer-stoel. Bij het ontwerp van de elektronica heeft JCB vooral naar Apple gekeken. Om te beginnen met een scherm dat snel opstart. Volgens JCB moet je binnen twee seconden op het scherm alle statussen kunnen zien. Vanaf het scherm kun je dan instellingen aanpassen en ook bepaalde functies op de joystick programmeren. Was daar in het verleden een monteur met laptop voor nodig, nu kan elke machinist dat zelf. Gebleven zijn gewone schakelaars voor belangrijke functies, zoals verlichting, radio en klimaatregeling. Dat kan gewoon op het paneel achter de joystick. Dankzij de nieuwe vormgeving en de andere opbouw van de motor is het geluidsniveau in de cabine enorm gedaald. Dit gaat van 73 dB(A) naar 68 dB(A). In geluid is dat een wereld van verschil. Bij 68 dB(A) zal de radio in veel gevallen meer geluid maken. Details zijn mooi, maar waar het echt om draait, zijn de prestaties van de machine. Ook op dat vlak blijkt JCB de nieuwe serie goed te hebben aangepakt. Vooral de bovenwagen, inclusief motor en hydrauliek, heeft daarbij een metamorfose ondergaan. De onderwagen is wel iets aangepast, maar is in opzet gelijk gebleven. Deze is alleen twintig centimeter breder geworden om een belangrijke verandering op de bovenwagen mogelijk te maken. Hier staat de giek namelijk precies

door de uitstekende randen beschadigingen beperkt blijven tot de hoeken.

In de testgroeve van JCB draait een machine die al meer dan 3000 uur heeft gewerkt met een sloophamer.

Op wens kan de machine af-fabriek worden geleverd met een voorbereiding voor het Topcon- of Trimble-systeem.

GRONDIG 3 2018

33


ondernemen met

vaktechniek

Goed jaar voor JCB Net als alle andere fabrikanten profiteert JCB flink van de wereldwijd gestegen vraag naar machines. De totale wereldwijde afzet van grondverzetmachines nam vorig jaar met 21 procent toe tot 897.000 machines. Daarmee werd het recordjaar 2008 alweer benaderd. De verwachting is het record van dat jaar in 2018 zelfs kan worden overtroffen. Ook JCB profiteerde van de afzetgroei en bouwde vorig jaar 72.000 machines. Daarmee behoort het in aantallen tot de wereldwijde top-drie. Dankzij die forse groei van de omzet kon JCB weer flink investeren in de ontwikkeling van nieuwe machines. Het resultaat daarvan zijn veertig nieuwe modellen die dit jaar op de markt zullen komen. Blikvangers zijn naast de nieuwe X-serie de nieuwe serie dumpers met een verbeterde stabiliteit en de elektrische minigraafmachine. Daaraan gekoppeld is ook een elektrische schaarlift met een lithium-ionaccu.

Het hart van de machine is het Kayaba-ventielenblok, waarin de druk uit de inkomende olie

Vijftien procent zuiniger

wordt hergebruikt.

Vooral door dit nieuwe systeem in combinatie met een betere aansturing van hydrauliek en motor is deze machine vijftien procent zuiniger dan de huidige JS-modellen, zo claimt JCB. Tegelijk zouden ook de prestaties met tien procent stijgen, dankzij het extra beschikbare vermogen. Directeur René Wetzels van JCB Benelux rekent zelfs nog op duidelijk betere resultaten. “Ik verwacht dat we door de verlaging van het motortoerental en de andere aansturing van de hydrauliek op een verbruik van acht tot tien liter per uur uitkomen.” Dankzij het nieuwe hydraulische systeem en een nieuw filtersysteem kunnen ook de onderhoudskosten van de machine omlaag. Zo is het interval voor het verwisselen van het hydraulisch filter vergroot van 1000 naar 2000 uur. De motor hoeft nu nog maar elke 500 uur een beurt. Om de kosten verder te verlagen, is ook het rijwerk aangepast. Door minder draaiende delen en een betere smering kan ook hier worden bespaard. Het beperken van onderhoudskosten is ook terug te vinden op de giek met gecentraliseerde smeerpunten en beter afgeschermde hydrauliekslangen. Daarmee zijn de grootste aanpassingen op de giek ook wel genoemd, want hieraan is verder niets veranderd. Dit onder het motto ‘wat goed is, hoef je niet aan te passen’.

In de fabriek in Rochester is een lichtstraat geplaatst om het lakwerk tot in detail te kunnen controleren.

in het midden. In de oude serie stond deze nog in een offsetpositie. Bij de onderwagen zit de belangrijkste verandering in het rijwerk. Daar is het aantal bewegende delen verminderd om het onderhoud te vereenvoudigen.

Nieuwe hydrauliek Rond de giek is de bovenwagen helemaal opnieuw ontworpen. Wel is het optische effect beperkt, omdat ervoor is gekozen de machine zo vlak en laag mogelijk te houden, net als in de vorige uitvoering. De werkelijke veranderingen zitten onderhuids. Daar ligt nog steeds de 3,3-liter-EcoMax-motor. Nu nog zonder dieselpartikelfilter, maar er is wel ruimte gemaakt om die voorziening vanaf 1 januari 2019 in te bouwen. De grootste verandering zit in het ventielenblok. Dit van het Japanse Kayaba afkomstige onderdeel werkt met de nieuwe regeneratietechniek. Dat wil zeggen dat niet alle olie terugstroomt in het reservoir, maar dat de druk van een ingaande cilinder waar mogelijk wordt gebruikt voor een andere functie waar juist olie nodig is. Dit ingenieuze systeem heeft een direct effect op het brandstofverbruik. Dat wordt nog versterkt door het gebruik van grotere leidingen. Deze zijn vergroot van 19 naar 25 millimeter. Daardoor is minder druk nodig en is er veel minder sprake van een terugslag in de leidingen bij het plotseling veranderen van functie.

34

GRONDIG 3 2018

Start in april Het eerste model dat in de nieuwe X-serie op de markt komt, is de 220 X. Daarmee stapt JCB gelijk in de markt van de meest verkochte machines. In de fabriek stonden afgelopen maand al de eerste modellen op de band om de productie te kunnen opstarten. Vanaf april zijn ze leverbaar en komen de eerste naar Nederland. Daarna zullen alle rupsgraafmachines langzaam door het nieuwe type worden vervangen. De bedoeling is dat komend najaar de dertien- en veertientons machine volgen. Begin volgend jaar zou er dan een nieuwe dertigtonner moeten zijn. TEKST & FOTO’S Toon van der Stok


Ontdek het Laudis effect:

krachtig, snel en veilig!

advies Aangepast gergras in v d la g g bestrijdin Dosering: 2,25 l/ha 1,5 l/ha Timing: 2-3 blad d la b 6 3

Zeer krachtig maïsherbicide Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie.

• breed werkingsspectrum • gewasveilig • snelle werking • snel regenvast


ondernemen met

vaktechniek

Groene Volvo zonder emissie Elektrische minigraver van Rens de Bruijn BV Om aan de vraag naar emissievrije en geluidsarme minigravers te kunnen voldoen, ontwikkelde Rens de Bruijn BV in samenwerking met Rent4All BV uit Ede een volledig elektrisch aangedreven mingraver op basis van een Volvo EC18D. De 12 kW (16 pk) dieselmotor is vervangen door een 12 kW (12 pk) elektromotor, gevoed door een lithiumaccupakket.

“Er is in het sloopwerk behoefte aan machines zonder emissie, voor het werken binnen gebouwen.” Aan het woord is Rens de Bruijn van het gelijknamige verhuurbedrijf in Lopikerkapel. “Er worden nog wel eens machines met snoer gebruikt, maar dat is niet echt veilig. We zochten naar een mogelijkheid om volledig elektrisch te gaan. Onze accountmanager Bas Lieftink heeft onderzoek gedaan en zag wel mogelijkheden. Hij is dan ook de kar gaan trekken bij ons.” De Bruijn ontwikkelde daarop in samenwerking met verhuurbedrijf Rent4All in Ede een volledig elektrische minigraver met een accupakket. Rens de Bruijn BV is ook Volvo Compact Equipment-dealer en daarom nam het bedrijf een Volvo EC18D als basis. Dit is een machine met een eigen gewicht van 1770 kilogram. Lieftink verving de 12 kW (16 pk) driecilinder-dieselmotor compleet door een 12 kW (16 pk) elektromotor, die wordt gevoed door een lithiumaccupakket. Het toerenbereik van de motor is begrensd tussen 500 en 1850 omwentelingen per minuut. Ter vergelijking, de Volvo dieselmotor die in het kraantje lag, draaide op een nominaal toerental van 2450 toeren per minuut.

36

GRONDIG 3 2018

Accu met lange levensduur De lithiumaccu bestaat uit meerdere cellen, maar vormt wel één geheel. Het is een lithiumpolymeeraccu. Deze moderne variant van de lithium-ionaccu wordt gekenmerkt door een hoge energiedichtheid en een lange levensduur. Een hoge energiedichtheid wil zeggen dat de accu relatief licht is ten opzichte van de hoeveelheid energie. De accu gaat ongeveer 5000 laadcycli mee en heeft daarna nog een maximale capaciteit van tachtig procent. Bij twee keer laden per dag en dat 250 werkdagen per jaar zou dat betekenen dat de accu theoretisch minimaal tien jaar mee kan. De machine kan, afhankelijk van de werkzaamheden, zes tot acht uur werken, waarna hij weer moet worden geladen. Dit kan via het normale laadproces op 220 volt, via het normale stopcontact dus. De laadtijd bedraagt dan acht uur. Snelladen is ook een mogelijkheid. Dit gaat via krachtstroom (380 volt) en duurt twee uur. De hydrauliek van de Volvo is ongewijzigd, zodat de bediening identiek is en de standaard uitrustingsstukken kunnen worden gebruikt. Bij de Volvo EC18D heeft de koper de keuze uit een tandwielpomp of een plunjerpomp voor de werkhy-


drauliek. Rens de Bruijn koos voor de plunjerpomp met een maximale opbrengst van 48 liter per minuut, bij een maximale druk van 170 bar. Deze pomp is ruim bemeten en de machinist kan, net als bij de traditionele diesel, ervoor kiezen op een laag toerental te gaan draaien. Net als bij de diesel spaart hij daarmee ook bij de elektrische machine energie en dus verhoogt hij de actieradius.

Bewezen componenten Natuurlijk is de keuze van componenten als accu en motor belangrijk, maar de aansturing is minstens zo belangrijk. Hiervoor zocht Lieftink een partner met veel kennis en ervaring. Hij gebruikte bewezen standaardcomponenten. De software is speciaal voor de machine geschreven, om het rendement zo hoog mogelijk te krijgen. Die software bestaat uit een motormanagementprogramma en een accumanagementprogramma. Het motormanagement zorgt er onder meer voor dat wanneer je de machine niet bedient het toerental van de elektromotor terugvalt naar 500 toeren. Zodra je één van de servo’s bedient, loopt dit weer op naar het benodigde toerental voor het werk dat je doet. Hoewel het systeem is ingeregeld op 1.850 toeren van de elektromotor levert de plunjerpomp ook op een lager toerental voldoende olie om mee te kunnen werken. Het accumanagement zorgt ervoor dat de machine in een noodmodus valt als de accuspanning te laag is. Daarbij is er nog voldoende stroom over om een stukje te kunnen rijden, bijvoorbeeld naar een stopcontact. Overigens kan de machinist op een terminal zien hoeveel stroom hij nog voorhanden heeft en daarop inspelen.

Het nieuwe hart van de machine met plaats voor de accu en de aansturing van het geheel.

In de cabine geeft een kleine terminal de resterende stroom en de opgenomen energie aan.

Lage brandstofkosten Rens de Bruijn heeft veel vertrouwen in het concept. “Volvo heeft zelf ook een elektrische machine laten zien, maar deze is nog niet in de handel. Wij hebben ernaar gestreefd om geen prototype te bouwen, maar een machine die direct kan worden ingezet. Deze eerste machine gaat in de verhuur bij Rent4All in Ede. Dat ligt mooi centraal en ik verwacht dat er veel animo voor is. Er zijn in Nederland veel gebouwen die opnieuw zullen worden ingericht, zoals leegstaande kantoorpanden die worden omgebouwd tot wooneenheden. Ik voorzie echter dat er ook in stedelijke gebieden veel vraag zal komen naar machines die stil zijn en geen schadelijke stoffen uitstoten. Ook de veiligheid van de machine is een sterk punt, omdat het voltage van de machine met maximaal 100 volt laag blijft. Bovendien heb je geen kabels op de werkvloer en alle risico’s van dien.” Over het investeringsbedrag en de meerprijs ten opzichte van de standaard EC18D willen De Bruijn en Lieftink niet zo veel kwijt. De Bruijn: “Het is een machine die vooral interessant is voor de verhuur, omdat niet alle klanten altijd behoefte zullen hebben aan een machine als deze, maar alleen voor specifieke klussen. Dan is huren interessanter dan kopen”, stelt hij vast. Wat hij wel kwijt wil, is de besparing op brandstofkosten met de elektrische uitvoering. Die zal naar zijn mening ongeveer € 20,- per dag zijn. De machine is maar vast groen gespoten om zo het duurzame karakter te onderstrepen. . TEKST & FOTO’S: Arend Jan Blomsma

Voor de gebruikers van een Volvo-mini is dit bekend. De bediening bleef exact gelijk.

De typeaanduiding is alvast gewijzigd in ECE18D, met een extra E van elektrisch.

GRONDIG 3 2018

37


ondernemen met

vaktechniek

Tussenontwikkelingen op de Intermat Bouwbeurs vindt van 23 tot en met 28 april plaats in Parijs Geen spectaculaire ontwikkelingen op de komende Intermat. Door de nieuwe emissienormen in 2019 zijn fabrikanten nog net niet klaar met hun nieuwe machines en dus wordt de Intermat de beurs van de kleine updates, al zijn er uitzonderingen. Zoals bij Mecalac, dat de eerste volledig elektrische grotere mobiele graafmachine presenteert.

Wettelijke regels bepalen tegenwoordig of een beurs veel nieuws kan presenteren of dat het een tussenrondje is. Dit keer valt de Intermat in die tussenfase. Door de nieuwe emissienormen die in 2019 ingaan, zijn veel fabrikanten nog bezig om nieuwe modellen te ontwikkelen die in de loop van dit najaar zullen worden gepresenteerd. De Intermat en daarna in Nederland de TKD zijn net te vroeg om daarvan al wat te laten zien, dus presenteren veel fabrikanten deze maanden kleine nieuwe ontwikkelingen. Toch zal er voor de oplettende bezoeker tussen de traditionele machines ook het nodige aan nieuwe ontwikkelingen te zien zijn. Het gaat dan om elektrisch aangedreven machines en het gebruik van elektronica om machines te sturen en te koppelen, want dat gaat op grote snelheid verder. Zo is er de integratie van bijvoorbeeld digitale tekeningen in de

werkinstructie van de machinist. Of nog verder: voor de aansturing van een deel van de graafmachinefuncties. Dat zijn ontwikkelingen die het beeld breed zullen bepalen, net als overal gedachtenontwikkelingen in de richting van hybride machines. Opvallend is dat twee van deze machines wel een primeur beleven. Zo is er een volledig elektrische minigraafmachine van Volvo, inclusief een alternatief systeem voor de hydrauliek. Een andere noviteit is de elektrische machine van Mecalac, met een nieuwe type accu. Dat moet een opmaat zijn naar een generatie machines met meer accucapaciteit aan boord om het ook elektrisch vol te houden. Ongetwijfeld zullen er op meer stands nog onaangekondigde verrassingen staan. Ook al zijn niet alle grote merken aanwezig (JCB en Caterpillar ontbreken dit jaar), er zal nog genoeg te zien zijn om weer een complete update te krijgen.

Debuut Galaxy De Intermat is voor de Alliance Tyre Group het ideale podium voor de lancering van een nieuw bandenmerk voor de grondverzetmarkt. Onder de uit Amerika afkomstige naam Galaxy komt er een hele lijn banden voor de offroadsector. Galaxy wordt daarbij het belangrijkste merk voor deze markt. Alleen in bepaalde maten zullen er ook Alliance-banden zijn. In Parijs wordt het debuut luister bijgezet met de introductie van een nieuwe range offroad-radiaalbanden. Dit zijn de Galaxy LDSR 300- en HTSR 400-banden. Helemaal nieuw is Galaxy overigens niet, want de afgelopen jaren werden er wel een aantal maten verkocht in de range die Alliance niet kon leveren. Vanaf de Intermat wil het bedrijf echter bekend worden als de leverancier voor de offroadsector.

38

GRONDIG 3 2018


Mecalac wint Intermat-innovatieprijs

Gratis kaarten

De volledig elektrisch aangedreven MX E 12 van Mecalac is volgens de jury de belangrijkste innovatie van de Intermat en is daarom onderscheiden met de innovatieprijs. Het is een elftons machine met een batterijpakket van 146 kWh, volgens de fabrikant voldoende voor een dag werken. Het is ook geen luchtkasteel, want hij moet begin volgend jaar op de markt zijn. In deze machine is de hele motorruimte volgepakt met batterijen. Bij elkaar levert dit één kubieke meter aan stroomopslag en 1650 kilo aan contragewicht op. Onder de kap liggen ook geen gewone lithium-ionbatterijen, maar batterijen met de nieuwste techniek, LiFePO4 (lithiumijzerfosfaat). Deze zijn niet alleen krachtiger, maar gaan volgens Mecalac ook veel langer mee. Naast de krachtbron is ook de aandrijving op deze machine veranderd. De Mecalac E 12 heeft namelijk twee elektromotoren; één voor de rijaandrijving en één voor het hydraulisch systeem.

De Intermat vindt plaats van 23 tot 28 april in het Parc des Expositions in Parijs. Voor lezers van Grondig is het mogelijk gratis toegangskaarten te bestellen. Dat kan via een link die bij internetberichten over de Intermat staat of via de website www.intermat.fr. Vul bij het bestellen van de kaartjes dan als code PROMOGRON in. De beurs is dagelijks open van 9.00 tot 18.00 uur. Wie met de auto reist, kan het volgende adres invullen: ZAC Paris Nord 2, 93420 Villepinte, France. Een prima alternatief is een reis met de Thalys. Daarmee reis je in tweeënhalf uur van Rotterdam naar Parijs. Vanaf station Parijs-Noord is er dan een rechtstreekse metroverbinding naar de beurs. Treinkaarten zijn te boeken via www. nsinternational.nl.

Draaikantelstuk tot 33 ton Engcon toont op de Intermat de tweede generatie van de zware draaikantelstukken. De nieuwe versie is geschikt voor machines tot 33 ton, is voorbereid op een volledig automatische koppeling inclusief hydrauliek en heeft een automatische koppelbeveiliging. Standaard is het draaikantelstuk ook voorbereid op het gebruik van het ePS-besturingssysteem van Engcon. Dit maakt automatische sturing van de bak vanaf de machinesoftware mogelijk. Hiermee wordt het mogelijk volautomatisch een 3D-profiel af te werken.

Toekomstmodel Volvo

Vierwielgestuurde wiellader van Kramer

Een innovatieprijs was er ook voor de volledig elektrische minigraafmachine van Volvo. Hierop is ook de hydrauliek vervangen door elektrisch werkende cilinders. Dit is echter nog een conceptmachine, die nog lang niet praktijkrijp is. Volvo spreekt van 2021, maar zelfs dat is nog de vraag, omdat de onderdelen nog veel te duur zijn. Dat geldt vooral voor de nieuwe techniek waarbij cilinders op een elektromotor in- en uitschuiven. Wie benieuwd is naar de techniek kan hem wel op de beurs bekijken.

Kramer presenteert een nieuwe wiellader in de negentons klasse. Bijzonder aan deze geheel nieuw ontwikkelde machine is de vierwielbesturing. Daarnaast komt Wacker Neuson met een elektrisch aangedreven trilplaat en een graafmachine van vijftien ton. Veel details wilde Kramer vooraf nog niet geven over de negentonner. De geheel nieuw ontwikkelde machine heeft de complete bediening op de rechter joystick, de nieuwe Eco Speed Pro-transmissie en een speciale vierwielbesturing. Die is nu voor het eerst leverbaar in de negentons klasse.

GRONDIG 3 2018

39


ondernemen met

vaktechniek

Veel Case-noviteiten Case gebruikt de Intermat om alle vernieuwingen die afgelopen jaar zijn gepresenteerd aan het publiek te showen. Daarbij wil het merk laten zien dat met Iveco en Iveco Astra er een compleet pakket machines is voor de bouwwereld. Het bijzondere aan de machines op de Case-stand zal zijn dat ze nagenoeg allemaal de laatste twaalf maanden zijn geïntroduceerd. Bijzondere aandacht is er voor de wielladers, die dit jaar al zestig jaar in het leveringspakket zitten. Inmiddels is Case toe aan de vorig jaar geïntroduceerde G-serie, die in december 2017 werd onderscheiden met de Good Design Award voor het ontwerp. Wie de Casemachines in de praktijk wil proberen, heeft daarvoor tijdens de Intermat de gelegenheid. Dagelijks rijden er bussen naar het vlakbij het beursterrein gelegen Case Experience Center.

40

Kobelco sloopt op de Intermat

Peecon start met wielladers

Bij Kobelco zijn de blikvangers de nieuwe SK 350 DC-sloopmachine met een dertig graden kantelbare cabine en een range nieuwe minigraafmachines. De Intermat is voor Kobelco een belangrijke beurs, omdat Frankrijk voor het merk een grote afzetmarkt is. Op de stand zullen bezoekers daarom een brede doorsnee van het leveringspakket vinden. De sloopmachine heeft de zogenaamde Nextsloopgiek, die dankzij een zogenaamde X-constructie snel demontabel is. Door de giek te verwijderen, komt het machinegewicht weer onder de dertig ton, wat deze machine gemakkelijker te vervoeren maakt. Voor de sloopmachines heeft Kobelco ook een eigen lijn vergruizers. Deze zullen eveneens op de Intermat worden getoond.

Machinefabrikant Peecon uit Etten-Leur heeft een echte primeur op de Intermat. Daar onthult het bedrijf zijn eerste kleine wiellader. Er is nog weinig meer bekend dan de naam, dus ga vooral kijken naar deze nieuwe Pitbull.

E-Deutz komt eraan Een stand om te bezoeken, is die van motorfabrikant Deutz. Die presenteert daar de E-Deutz, een dieselmotor met een hybride-unit. Het is de oplossing van Deutz voor elektrificatie van de off-highway-sector. Voor de accutechniek gebruikt Deutz de lithium-iontechniek van BMW. Naast de hybride-unit presenteert Deutz ook een oplossing voor een volledig elektrische aandrijflijn. Uiteraard is er ook nog een reeks gewone zware Stage V-dieselmotoren.

Zware Giant-wiellader

Veel nieuws bij Bobcat

Voor het eerst is Giant op de Intermat te vinden en dat merk presenteert daar het zwaarste model uit de vorig jaar gelanceerde G4500-serie. De nieuweling heeft afhankelijk van de gekozen opties een bedrijfsgewicht van tussen de 4400 en 5200 kilo. De machine is specifiek voor het werk in de bouw en het grondverzet ontwikkeld. Net als andere Tobrocomachines kan ook deze wiellader geheel op wens van de klant worden samengesteld. Zo is er keuze uit twee verschillende Kubota-dieselmotoren: één met 36 kW (50 pk) en een versie met 54 kW (74 pk).]

Op de stand van Bobcat staan de spotlights op een geheel nieuwe reeks minigravers. De eerste modellen in de twee- tot viertons klasse zullen op de Intermat worden geïntroduceerd en voldoen al aan de Stage V-eisen. Ook toont Bobcat bij de aanbouwdelen een opvallende zelfnivellerende sleuvenfrees. Daarnaast komt de fabrikant nog met de nieuwe compacte verreiker TL30.70 en een nieuwe versie van het topmodel van de serie compacte rupsladers, de T870.

GRONDIG 3 2018


De vooruitgang ervaren.

Bezoek ons op de:

Intermat 2018 Paris, 23.04. – 28.04. Stand: E6 B 056

Rupsbulldozers van Liebherr overtuigen door: Krachtige motoren en traploze hydrostatische rijaandrijvingen Zuinig in het verbruik dankzij constant motortoerental en ECO-modus Uitmuntend operatorcomfort en perfect zicht rondom voor optimale productiviteit

Wynmalen & Hausmann Import N.V. Ressenerbroek 7 6666 MP Heteren Tel.: +31 26 47 90 531 E-mail: info@wynmalenhausmann.nl www.facebook.com/LiebherrConstruction www.wynmalenhausmann.nl


Verhuur opslag container voor vloeistof, voor agrarische en industriële toepassingen.

Info: M.R. van Chastelet cultuurbedrijf Zeedijk 4 3329 LC DORDRECHT 06 - 53 16 92 54

NU OOK IN NEDERLAND! Europa’s specialist in zadeldak hallen, stallen & loodsen • Binnen 30 minuten uw eigen specifieke ontwerp incl. bouwtekeningen • Unieke staalconstructie & ontwerpmethodiek voor de beste prijs/kwaliteit verhouding • Energie neutraal dus klaar voor de toekomst

Voor meer informatie en /of scherpe offerte bezoek www.conexx.nl

Gedreven door: grondbewerking

Vakkennis

Correcte Service PNEUMATIC PRECISION SEED DRILLS

precisie zaaitechniek

Snelle onderdelenvoorziening

haakarm systemen

Oplossingsgerichtheid

Chr. Willemsen GmbH

Loyaliteit

ccm molens

Bieslook 15 6972 SG DIDAM

gerard.zweers@agri.nl 06-53236180

www.agri.nl


: S R E P M U TREKKERB ! P O R O O V D I E H G I VEIL

maakt g in t h c li r e v de extra n e g in r e n komt k a r a a r m e e t ig d e u t e r r e De b een vo r o o v t a w k veen elij id u d t Zn, Nijkerker h & c r a e la s ve a a D p J. ar, Timon Davela

Tussenstand deelnemers Wij rijden nu ook met een trekkerbumper:

500 400 300

Loon- en grondverzetbedrijf Wassink BV, Lattrop-Breklenkamp

Loon- en grondverzetbedrijf Grooten & zn., Bocholtz

Verkeersschool Willem Verboon BV, Oosterhout

Loonbedrijf Zandman, Beerze

Loon- en verhuurbedrijf Nicolaas Bouwman BV, Houten Otte Verhuur BV, Odijk Groen- en Grondwerken Frans Schimmel, Vaassen Verhuur- en hoveniersbedrijf P. Kastelein BV, Zegveld

Gebr. van Gelder BV, Oeffelt 30

Verkeersschool Nederveen, Hardinxveld Giessendam Maatschap de Graaff, BabyloniĂŤnbroek Hofmeijer Loonwerk en Grondverzet, Voorst Loon en grondwerkbedrijf Neijs BV, Rijsbergen Loonbedrijf Verberne, Neerkant

VEILIG

(land)bouwverkeer

Berdi BV, Nagele

Vergroot de veiligheid, rij met een trekkerbumper. CUMELA Nederland ondersteunt de aanschaf van 500 bumpers met een vergoeding van â‚Ź 500,-.

Kijk op www.cumela.nl/trekkerbumpers voor de deelnemende leveranciers en de spelregels en voorwaarden.


ondernemen met

vaktechniek

Nieuwe spuit uit nieuwe fabriek Agrifac Condor Endurance II zit vol met nieuwe technieken Onlangs presenteerde Agrifac een nieuwe spuitmachine, de Condor Endurance II. Wat meteen opvalt, is het nieuwe uiterlijk. Het karakteristieke Agrifac-rood-wit is vervangen door een chique combinatie van rood en zwart. De machine heeft gestroomlijnde vormen, met strategisch geplaatste ledlichten, geheel volgens de huidige trend. Inwendig zit de machine boordevol nieuwe technieken.

Agrifac introduceerde de Condor Endurance II 足tegelijk met de 足opening van de nieuwe fabriekshal.

44

GRONDIG 3 2018

Uiterlijk is mooi, zeker tegenwoordig, maar voor het werk is het inwendige nog veel belangrijker. Dat zit bij de nieuwe Condor Endurance II ook wel goed. Deze zit boordevol nieuwe technieken, zoals StrictSprayPlus, dat ervoor zorgt dat overal exact de ingestelde hoeveelheid wordt gespoten. Dat is mogelijk dankzij PulsWidthModulation (PWM). Hierbij gaan de doppen heel snel open en dicht. Andere fabrikanten hebben dit ook, maar daar is de frequentie van openen en sluiten maximaal 50 hertz. Agrifac doet dit nu met maximaal 100 hertz. Om dit mogelijk te maken, ontwikkelde Agrifac een speciale klep, die elektrisch opent en sluit. Door deze klep heel dicht bij de dop te plaatsen, blijft de druk altijd goed en is de druppelgrootte en daarmee ook het spuitbeeld

c足onstant. De individuele aansturing per dop en de voor Agrifac gangbare dopafstand van 25 centimeter maakt het mogelijk een raster te maken van 25 bij 25 centimeter, dat al dan niet wordt bespoten. Dat gaat dus een stuk verder dan de aansturing per sectie. PWM maakt het ook mogelijk de dosering in binnen- en 足buitenbocht gelijk te houden. Daartoe is de afgifte per dop in de binnenbocht lager, omdat daar de snelheid lager is. In de buitenbocht zijn afgifte en snelheid juist hoger. Om dit juist te kunnen doseren, rust Agrifac de spuitmachine uit met gyroscopen die de stand van het onderstel bepalen en stuurhoeksensoren. Een groot voordeel van PWM is verder dat de spuitdruk constant kan blijven. Daardoor veranderen druppel-


grootte en spuitbeeld niet tijdens het spuiten. De benodigde StrictSprayPlus-software ontwikkelde Agrifac in eigen huis. Om plantspecifiek te doseren, heb je natuurlijk de behoefte nodig per plant of per stuk van het perceel. Daarin voorziet Agrifac door met taakkaarten te werken. De kennis voor het maken van deze taakkaarten moet nog wel verder worden ontwikkeld, met bijvoorbeeld scantechnieken. De dosering per plant noemt Agrifac DynamicDosePlus, het geheel van observatie, meting en actie vat Agrifac samen onder het begrip Need Farming. Hiermee wordt optimaal ­rekening gehouden met de behoefte (need) van de plant en wordt ook de kennis van de boer meegenomen.

Injectie met groot bereik AiCPlus staat voor het camerasysteem dat Agrifac gebruikt voor onkruidherkenning. Op een onderlinge afstand van drie meter zitten meerdere camera’s op de spuitboom, die het veld scannen. Als de camera’s onkruid herkennen, volgt meteen een bespuiting. Dit kan tot een snelheid van 30 km/u. Omdat alleen wordt gespoten waar het nodig is en met precies de juiste dosering, kan hiermee veel middel worden bespaard ten opzichte van een volveldsbespuiting. AiCPlus kan ook de afgifte aanpassen aan de hoeveelheid bladmassa bij een volveldsbespuiting, bijvoorbeeld bij loofdoding in aardappels. Met technieken waarbij op plantniveau met wisselende doseringen wordt gespoten, zeker als dat gebeurt op basis van realtime scanbeelden, is niet meer vooraf te berekenen hoeveel spuitvloeistof er nodig is. Mede daarom ontwikkelde Agrifac een nieuw systeem voor middelinjectie: SmartDosePlus. Hierbij wordt zoveel middel geïnjecteerd in de spuitleiding als nodig is. Om de hoofdtank niet te vervuilen met spuitmiddel maakte Agrifac een gesloten circulatiesysteem, waarbij de vloeistof uit de spuitboom teruggaat naar de pomp. Hierdoor is er een volledige boomcirculatie en ontstaan er geen spuitdriehoeken. Omdat op de machine doppen individueel openen en sluiten en ook de dosering per dop kan verschillen, moet het injectiesysteem een enorme range hebben. De dosering van het injectiesysteem kan daarom een factor 1000 verschillen. Een voordeel van het injectiesysteem is verder dat er bij haarden met een tweede middel kan worden gespoten. En langs perceelranden kan om drift te beperken met meer water of grotere druppels worden gespoten. Bij nauwkeurig spuiten hoort een correcte en constante boomhoogte. Hiervoor ontwikkelde Agrifac StrictHeightPlus. Dit gebruikt vier groothoeksensoren. Die tasten de bodem veel beter af dan de enkele sensoren die andere merken gebruiken. Ongelijkmatigheden in de gewashoogte of d ­ iepe

sporen worden herkend en hebben geen invloed op de boomhoogte. StrictHeightPlus werkt samen met de BalancePlus-balan­ cering van de spuitbomen. Dankzij de variabele geometrie van de bomen, waarbij links en rechts onafhankelijk van elkaar kunnen bewegen, volgen de bomen de bodem goed, ook op ongelijke percelen. Uniek aan het systeem is dat de boom te allen tijde vrij hangt en dus gebalanceerd is. ­Machinebewegingen worden hierbij niet doorgegeven aan de boom.

Unieke bediening De bediening van de Agrifac-spuiten was altijd al heel overzichtelijk met een duidelijke weergave op het scherm. Het nieuwe bedieningssysteem EcoTronicPlus II gaat echter nog een stap verder. Hierin zijn de Claas-armleuning en -multifunctiehendel vervangen door een eigen ontwikkeling. Rond het grote, druppelvormige armkussen zitten de knoppen waarmee zaken rond begin en einde van het spuiten worden bediend, zoals het in- en uitklappen van de bomen. Aan de voorkant zit in het midden een numeriek toetsenbord. Als je daar de hand boven houdt, verschijnt op het beeldscherm de weergave daarvan met de achterliggende functies bij de nummers. Door op het nummer te drukken, selecteer je de functie. Op de knoppen rechts daarvan komen de meest geselecteerde waarden die bij de geselecteerde functie horen. Links zit een touchpad, waarmee je het beeld op het scherm kunt vergroten en waarmee je kunt swipen. Op het grote beeldscherm zie je standaard het veld en onderin de afgifte van de spuitdoppen. Je kunt swipen naar de lay-out zoals die nu op de Agrifac-terminal bekend is, met onder meer de vloeistofstroom. Op de joystick zitten de meest gebruikte functies. Je versnelt door de stick naar voren te bewegen en vertraagt door hem naar achteren te bewegen. Daarbij hoef je je arm niet meer te verplaatsen, zoals voorheen. De hele machine is te bedienen vanaf de armleuning. Het scherm heeft een touchscreenfunctie. Wat op het scherm te zien is, bepaalt de gebruiker zelf. In het scherm zitten ook navigatie en een routeplanner voor transport. Aan het begin van het jaar zet je alle percelen erin en dan hoef je alleen maar een perceel aan te klikken waar je naar toe moet. Deze machine zit boordevol sensoren, ongeveer 600 in ­totaal. Elke twee seconden worden de gegevens daarvan doorgestuurd naar de cloud. Elke Condor heeft zijn eigen cloudomgeving. Via een portal heeft de klant toegang tot de gegevens, waarin onder meer ook de gespoten oppervlakte en hoeveelheden wordt bijgehouden. Wanneer de waarden

Een elektrische klep vlak bij de spuitdop zorgt ervoor dat deze honderd keer per seconde kan openen en sluiten. Eén groot beeldscherm volstaat voor alle functies, voor de machine, navigatie en GPStoepassingen. De nieuwe armleuning voor de bediening. Agrifac ontwikkelde zelf de EcoTronicPlus II-bediening.

GRONDIG 3 2018

45


ondernemen met

vaktechniek

Nieuwe productiehal Agrifac presenteerde de Condor Endurance II bij de opening van de nieuwe ­fabriek in het Overijsselse Steenwijk. De oude ­productiehallen zijn vervangen door een hal van 15.000 vierkante meter. Door de betere logistiek en de betere werkomstandigheden moet een grotere efficiëntie te halen zijn bij de productie van zowel spuitmachines als bietenrooiers. Bij het ontwerp van de nieuwe ­fabriek stond duurzaamheid hoog in het vaandel. Hoewel het dak slechts voor een deel is bedekt met zonnecollectoren is de fabriek toch netto leverancier van energie. De hal heeft vloerverwarming, die wordt gevoed door een warmtepomp. Agrifac gebruikt regenwater voor het testen van de machines. Ook het aanzien van de fabriek kreeg de nodige aandacht. Twee beeldbepalende ­gebouwen, met daarin kantoren, showroom en trainingsruimten, werden ­behouden en vormen met het nieuwe deel een passend geheel, in de stijl van de beroemde architect Dudok.

van bepaalde sensoren niet het gewenste niveau hebben, kan de machine zelf verbinding maken met de fabriek, die daarmee proactief kan reageren op de onderhoudsbehoefte. Amplify Your Effectiveness noemt Agrifac dit, kortweg AYE.

Nieuwe motor

De nieuwe multifunctiehendel schuif je niet meer, maar je beweegt hem nu voorof achteruit.

De Michelin AxioBib-banden zijn 230 centimeter hoog en daarmee de grootste banden onder een zelfrijder.

De verschillen in het uiterlijk lijken groter door de andere kleurstelling: rood-zwart in plaats van rood-wit.

Een testopstelling van het camerasysteem AiCPlus met ledlamp. Het is een zelflerend systeem.

De sensor van de boomhoogtebesturing werkt naar drie kanten, voor een betere bodemvolging.

46

GRONDIG 3 2018

Voor het chique design van de nieuwe Agrifac tekende Van der Veer Designers, een ontwerpbureau dat ook bijvoorbeeld DAF Trucks tot zijn klanten mag rekenen. Een opvallend uiterlijk kenmerk vormen de grote Michelin AxioBib-IF 750/75R46banden van maar liefst 230 centimeter hoog. Dit zijn de grootste banden die onder een zelfrijdende spuit­machine passen. De Endurance is met zijn 8000-litertank toch al geen machine die op smalle banden door de aardappelruggen past. Het bekende StabiloPlus-onderstel is gebleven, maar wel versterkt en aangepast. De spoorbreedte is verstelbaar tussen 190 en 460 centimeter. De standaard bodemvrijheid is vergroot tot bijna 140 centimeter. De maximale wegsnelheid van de hydrostatisch aangedreven machine is 60 km/u, in landen waar dat wettelijk is toegestaan. De Volvo-krachtbron is vervangen door een Cummins Stage V-motor, goed voor 294 kW (400 pk). Het GreenFlowPlus-vloeistofsysteem, met pneumatische drukregelaar, is compacter gebouwd, waardoor de hoeveelheid restvloeistof nog verder is teruggebracht. De kleppen en flowmeter zijn Can-gestuurd, voor een exacte vloeistof­ regeling. De optionele centrifugaal spuitpomp is nu een meertrapspomp, die een hogere afgifte heeft bij eveneens hogere drukken. Het vulgedeelte heeft een eigen centrifugaalpomp. De schoonwatertank kreeg een nieuwe plaats, net als de vultrechter. Die zit nu links voor onder de cabine. De boombreedte is net als voorheen maximaal 55 meter. In april start de productie van de eerste vijf Condor Endurance II-machines. De eerste vijf gaan naar Australië. Prijzen van de Condor Endurance II heeft Agrifac nog niet. De technische noviteiten zijn deels al beschikbaar op andere Condormachine en voor een deel zal dit op een later tijdstip het ­geval zijn. TEKST: Arend Jan Blomsma FOTO’S: Agrifac, Blomsma


V

A

C

A

T

U

R

E

S

Allround monteur voor de binnen- en buitendienst (fulltime, standplaats Veghel) Verkoopadviseur landbouwmachines buitendienst (fulltime, standplaats Veghel) Hoofd onderdelenmagazijn (fulltime, standplaats Veghel)

Onze merken:

CLAAS • AMAZONE KAWECO • AVR • TEBBE

Allround monteur voor de binnen- en buitendienst (fulltime, standplaats Valkenburg) Meer informatie? Kijk op onze website of bel 06 - 1 1 53 90 66

www.landtech.nl krnv_0353_Adv_Vacatures_Landtech_Zuid_200x134.indd 1

28-3-2018 12:02:32


ondernemen met

vaktechniek

Gladvingergras is de uitdaging Onkruidbestrijding in snijmaïs Met enige argwaan kijken de leveranciers van gewasbeschermingsmiddelen naar het komend seizoen. Door het verdwijnen van Clio vrezen zij problemen bij de aanpak van gladvingergras, vooral omdat zij in de bestellingen voor komend seizoen opnieuw niet zien dat bedrijven rekening houden met de noodzakelijke aanpassingen van de dosering van producten die dit onkruid nog kunnen aanpakken. Voor de aanpak van gladvingergras zijn er na het verdwijnen van Clio feitelijk nog maar twee oplossingen over: het verhogen van de dosering Calaris of Laudis. In beide gevallen zal er dan wel vroeger, dus op kiemend gladvingergras, moeten worden gespoten. Wie dat met Calaris doet, moet er volgens André ten Heggeler van producent Syngenta wel vroeg bij zijn. “Calaris werkt goed op gladvingergras, maar alleen in de eerste groeistadia, dus het twee- tot driebladstadium van de maïs. Later spuiten kan, maar dan wordt het resultaat duidelijk minder goed. Je moet dus echt op tijd gaan spuiten met een verhoogde dosering van 1,5 liter Calaris. Omdat je dan een langere periode moet overbruggen tot het gewas echt dicht is, moet je de dosering bodemherbiciden verhogen. Wij hebben goede ervaringen met 0,9 liter Dual Gold in plaats van 0,6 liter. Dan kun je ook de nakiemers van het gladvingergras aanpakken.”

48

GRONDIG 3 2018

Een alternatief is het inzetten van een hogere dosering Laudis. Waar in combinatie met Clio kon worden gekozen voor de inzet van 1,5 liter moet deze nu volgens Sander Uwland van Bayer naar 2,25 liter. “Uit onze proeven blijkt dat je daarmee als je vroeg bent in elk geval een goede bestrijding haalt. Uit proeven blijkt dat 2,25 liter Laudis per hectare tot het tweebladstadium van het gladvingergras prima wordt bestreden en heb je iets meer rek dan met andere producten. Wel moet je ook bij gebruik van Laudis spuiten voor het uitstoelen van het gladvingergras. Zodra dat gebeurt, neemt het effect van de bestrijding namelijk snel af en helpt niets meer”, aldus Uwland. Hij adviseert daarbij een combinatie met 2,0 liter Akris per hectare of eventueel 2,0 liter Gardo Gold per hectare. Een mix met 2,25 liter Laudis is volgens hem ook niet duurder dan in het verleden het gebruik van 0,1 liter Clio. In prijs verschilt dat nauwelijks.


Groeiende belangstelling voor nitrificatieremmers In Brabant en Limburg constateert Basf een groeiende belangstelling voor nitrificatieremmers. Het lijkt verband te houden met de strengere controle op het naleven van de mestwetgeving. De bedrijven zoeken nu naar mogelijkheden om de beschikbare mest optimaal te benutten. Al enkele jaren is een aantal bedrijven bezig met het in de markt zetten van nitrificatieremmers. Deze vertragen het omzetten van ammoniumstikstof in het uitspoelingsgevoelige nitraat. Dit is een proces dat plaatsvindt door enzymen van bacteriën in de bodem. De nitrificatieremmers die op de markt zijn, leggen dit proces tijdelijk stil. Daardoor blijft een groter deel van de stikstof in drijfmest in de bodem aanwezig als ammonium. Omdat een plant stikstof zowel in ammonium als in nitraatvorm kan opnemen, blijft deze gewoon beschikbaar voor de groei. Volgens Guus Bergmans van Basf heeft het zelfs voordelen als de plant ammoniumstikstof opneemt. “Bijkomend voordeel is dat ook andere elementen, zoals fosfaat, kali en selenium, daardoor beter beschikbaar komen voor de plant. Dat is gunstig voor de ontwikkeling van het gewas.” Wat daarbij ook een belangrijke rol speelt, is dat de plant optimaal groeit bij een goede balans tussen ammonium en nitraat. In het voorjaar verschuift dat vaak richting nitraat, omdat de mest relatief lang op het land ligt voordat de plant echt gaat groeien. Die hele periode wordt ammonium langzaam omgezet in nitraat. Door dat af te remmen, verminder je de kans op verlies door uitspoelen en de vorming van lachgas, een belangrijk broeikasgas. Voordeel is tevens dat alle ammoniumstikstof wordt opgenomen. Bij nitraat is dat afhankelijk van de groei en kan het eventueel uitspoelen. Sinds afgelopen winter merkt Bergmans dat er duidelijk meer belangstelling komt voor het gebruik en mogelijkheden van Vizura, de nitrificatieremmer van Basf. “Veehouders worden zenuwachtig nu ze merken dat het beetje extra dat er altijd wel was niet meer mogelijk is, dus zoeken ze naar mogelijkheden om de mest beter te benutten.

Rechts rijenbemesting met nitrificatieremmer, links zonder

Nitrificatieremmers in het buitenland Opvallend is dat waar Nederland zich volledig focust op het beperken van de uitspoeling van nitraat er in het buitenland veel breder wordt gekeken naar mogelijkheden om stikstof beter te benutten. Daar is in landen zoals Duitsland, Spanje en enkele andere landen in Europa al wetgeving effectief of in de maak om emissie van stikstof naar het milieu te voorkomen. In Duitsland is bij sommige deelstaten al een ruimere uitrijperiode van toepassing bij het gebruik van nitrificatieremmers. “Zij redeneren dat als je de omzetting in nitraat voorkomt er ook geen kans op uitspoeling is. Daarom willen zij de inzet belonen door meer ruimte te geven in de aanwending.” In enkele andere landen worden op dit moment soortgelijke wetsvoorstellen uit gewerkt. In Denemarken wordt gestreefd naar een omzetting van nitraat bevattende meststoffen naar ammonium of ureum bevattende meststoffen.

Een alternatief voor het verhogen van de dosering is het combineren van Laudis en Calaris, beide in een dosering van 1,0 liter per hectare, meent Ten Heggeler. “Wij hebben in proeven daarmee uitstekende resultaten behaald. In de meeste gevallen waren die beter dan óf alleen Laudis óf alleen Calaris in een volle dosering.” Wie de resultaten van de proeven bekijkt, ziet echter dat in de meeste combinaties er geen honderd procent bestrijding is gehaald. Dat geeft aan dat we de komende jaren rekening moeten houden met gladvingergras als probleemonkruid. Enkele procenten kiemers die ontsnappen, betekent namelijk veel kiemkrachtig zaad voor een volgend teeltjaar.

Twee keer spuiten Wie niet op de verhoogde dosering durft te vertrouwen, zou ook kunnen overwegen om op gladvingergraspercelen twee keer te spuiten met een wat lagere dosering. Zowel Calaris als Laudis mag namelijk twee keer per seizoen worden gespoten. Dit heeft als voordeel dat je telkens de jonge kiemplanten kunt aanpakken. Uit ervaring is ook bekend dat een dubbele bespuiting met een lagere dosering minder groeischade geeft in de maïs. Het is dus zeker een alternatief, al zal dit wat uitleg vergen om het bij een klant verkocht te krijgen. Zowel Ten Hegeler als Uwland vreest dat het een uitdaging zal zijn om komende jaren gladvingergras onder controle te houden. “We merken in de eerste bestellingen nog niet dat er

Resultaten van verschillende middelencombinaties in twee proefvelden in 2017.

maatregelen worden genomen”, stelt Uwland vast. “Nergens is er sprake van een duidelijk hogere afzet. Als dat betekent dat iedereen gewoon doorgaat, maar dan zonder Clio, krijgen we een probleem”, zegt hij. Een vergelijkbaar beeld is er bij Syngenta. Ook daar zijn er nauwelijks signalen dat klanten kiezen voor een hogere dosering.

GRONDIG 3 2018

49


ondernemen met

vaktechniek

Onkruidbestrijding op grasland De onkruidbestrijding in grasland is al jaren grotendeels in handen van Dow. Toch wordt het pakket wel regelmatig vernieuwd met de komst van nieuwe combinaties. Afgelopen jaar is Tapir geintroduceerd als opvolger van Primstar. Tapir is een combinatie van Primstar met Lontrel. Een stap vooruit, volgens Allard Jukema van Dow, omdat de nieuwe combinatie sterker is op onder andere paardenbloemen en distels, een bredere werking heeft en ook nakiemers beter aanpakt.

strijden maar dan is de plant nog te klein aldus Jukema. “Het beste moment is spuiten in het volle rozetstadium tot begin stengelstrekking. Dan is er ook een voldoende grote neerwaartse sapstroom om de plant goed aan te pakken. Het beste moment is voor de eerste snede of na de derde snede en dan de rest van de nazomer en najaar. Tussen de eerste en de tweede en de tweede en de derde snede is iets minder ideaal omdat de plant minder blad vormt en er maar een korte tijd tussen de maaisnedes zit.

Tapir kan in nieuw ingezaaid grasland nog versterkt worden op meldes met Jepolinex Pro. Op bestaand weiland kan eventueel Cirran of Jepolinex worden toegevoegd ter versterking op bijvoorbeeld weegbree en distels. Wie zuring wil aanpakken, kan nog 0,3 l Starane Top toe te voegen. Dat kost relatief weinig maar heeft een positief effect op de aanpak van zuring. Wel blijft het bij zuring opletten dat de plant voldoende gegroeid is. Een veel gemaakte fout is dat men een week of twee na het maaien de zuringen wil be-

Een derde middel dat er is voor jong ingezaaid grasland is AZ500. Dit is een bodemherbicide dat kort na het zaaien moet worden gespoten. Het werkt alleen preventief. Er is wel vocht nodig voor een goede werking. Het middel heeft een brede werking tegen breedbladige onkruiden. Gevoelige onkruiden zijn o.a. muur, herderstasje paarse dovenetel en ereprijs. Deze laatste twee zijn na opkomst niet meer te bestrijden met het huidige middelen pakket. AZ 500 heeft een werking van 3-6 maanden.

Beide adviseurs zijn ook bang dat het probleem niet alleen ontstaat doordat de dosering niet wordt aangepast, maar ook door het onvoldoende aanpassen van het spuitmoment. Ten Heggeler: “Dat wordt ook moeilijk, omdat de tijd waarin je kunt spuiten daarmee nog korter wordt. Van een periode tussen het kiemblad tot het zesbladstadium gaan we nu naar een heel korte periode. Het zal voor loonwerkers een uitdaging zijn om in zo’n korte termijn het hele areaal te spuiten.” Voor loonwerkers betekent het vooral kiezen. Weten waar gladvingergras voorkomt en zorgen dat je daar op tijd aan het spuiten bent. Op die manier kun je de risico’s beperken. En nadenken over alternatieven zoals toch een vooropkomstbespuiting of toch een dubbele ronde met een halve dosering.

Haagwinde blijft probleem Naast gladvingergras is haagwinde al jaren het onkruid dat de meeste schade en problemen geeft, vooral doordat de meeste haagwinde boven komt nadat de bespuiting heeft plaatsgevonden en weinig gevoelig is voor de bodemherbiciden. Nu het advies is om nog eerder te gaan spuiten, zal het probleem alleen maar toenemen, want hoewel Kart nog steeds een veel gebruikte toevoeging is, wordt het effect geringer als de haagwinde nog nauwelijks boven staat bij deze vroegere bespuitingen. Om haagwinde goed aan te pakken, is de enige oplossing een tweede bespuiting. De mooiste oplossing is een onderbladbespuiting. De beschikbaarheid van apparatuur lijkt hiervoor de laatste jaren ook toe te nemen. Is die apparatuur er niet, dan kan ook de tweede helft van juni in het achtbladstadium volvelds worden gespoten. Ondanks de schaduwwerking is de bestrijding dan vaak nog wel afdoende. In veel gevallen is het overigens niet nodig om het gehele perceel te spuiten,

50

GRONDIG 3 2018

vooral omdat veel haagwinde vanuit de kant het perceel op komt. Een rondje buitenom spuiten is dan voor een klant zeker rendabel. Als loonspuiter is het een mooie mogelijkheid om de omzet nog wat te verhogen. Voor een tweede bespuiting zijn er inmiddels verschillende mogelijkheden. Vanouds is Kart het meest gebruikte middel. Dit kan in een dosering van 0,7 liter per hectare. Een alternatief is Peak van Syngenta. Dat kan in een dosering van 0,02 liter met een toevoeging van 1,5 liter Actirob. Andere alternatieven zijn Casper of Banvel. Qua veiligheid is Peak naast 0,5 l Kart de beste oplossing. Sinds vorig jaar is de derde mogelijkheid het inzetten van Monsoon Active in de onderbladbespuiting. Monsoon Active past ook in de basiscombinatie als grassenmiddel met Laudis WG of Calaris. Helaas kan Monsoon Active niet worden gemengd met Laudis OD. In de tweede bespuiting heeft Monsoon Active echter het voordeel dat het een bredere werking dan Kart heeft op grassen en breedbladigen. Het pakt dan een groot deel van de overblijvende onkruiden. Daarnaast heeft Monsoon Active het voordeel dat het middel zich heel actief verspreidt in de plant. Ondergrondse delen worden daardoor ook goed bestreden. De adviesdosering is 0,75 liter per hectare, waarbij zeker aan de buitenzijde van het perceel het belangrijk is om driftbeperkende maatregelen te nemen. TEKST : Toon van der Stok FOTO’S: Fabrikanten


NIEUWE 6 SERIE RCSHIFT. SCHAKELTECHNOLOGIE MET HOOGSTE COMFORT.

6 Serie Agrotron. Nu met volautomatische comfortshift transmissie. Voor vele inzetprofielen is het bedienings- en schakelcomfort van cruciaal belang. Met de nieuwe 6 RCshift serie (6 modellen van 156 tot 226 pk) heeft DEUTZ-FAHR het schakelcomfort in deze klasse opnieuw gedefinieerd. De nieuwe volautomatische RCshift-transmissie biedt hetzelfde schakelcomfort als die van een personenwagen. Er is keuze uit drie rijstrategieĂŤn: handbediend, semi-automatisch voor veldwerkzaamheden en volautomatisch voor wegtransport. De maximale rijsnelheid wordet in ECO of SUPERECO modus bereikt bij een sterk gereduceerd motortoerental (50 km/u 1.480 omw/min). Extreem efficient zijn de nieuwe DEUTZ 6.1 Tier4 Final motoren. Extreem veilig rijdt u met de geveerde vooras en het unieke DEUTZ-FAHR remconcept. Bij het cabinecomfort kunt u kiezen tussen de Maxivision of Maxivision 2 cabine. Wanneer u snel en comfortabel schakelen wil, contacteer dan uw DEUTZ-FAHR dealer. Ontdek meer op deutz-fahr.com.

DEUTZ-FAHR een merk van


GEWASBESCHERMING Eggen op schelpen

ondernemen met

vaktechniek

Gritfoster rekent af met onkruid op halfverhardingen Omdat hij niet vond wat hij zocht, ontwierp Thijs Eikenaar zelf een machine om halfverhardingen mechanisch onkruidvrij te houden. Het resultaat is de Gritfoster, die hij inmiddels ook aan derden levert. Er zijn van die uitvindingen waarvan je denkt: waarom was dat er nog niet? Dat geldt ook voor de Gritfoster, een basisframe waarin je allerlei wiedgarnituur kunt hangen, speciaal ontworpen voor het gebruik op halfverhardingen. Het apparaat komt uit de koker van Thijs Eikenaar uit het Groningse Lageland, die gespecialiseerd is in minitrekkerwerk. Voor veel gemeenten doet hij machinaal onderhoud aan hagen, bijvoorbeeld rond begraafplaatsen. Het zijn plekken waar vaak schelpenpaden liggen. In de aanloop naar het verbod of glyfosaat, merkte hij dat gemeenten eigenlijk nog niet wisten hoe ze hun paden zonder hulp van chemie netjes zouden gaan houden. “Er zijn allerlei nieuwe technieken op de markt gekomen, van heet water en stoom tot ultraviolet licht. Dat zijn echter dure technieken, waarvan het resultaat soms tegenvalt. Volgens mij moest dat

52

GRONDIG 3 2018

simpeler en goedkoper kunnen, door de toplaag mechanisch te bewerken”, vertelt Eikenaar. Omdat hij bij zijn zoektocht op internet geen geschikte machine tegenkwam, besloot hij er zelf één te maken. Na enkele prototypen is dat de Gritfoster geworden, die hij laat bouwen bij constructiebedrijf Bouwmeester in Sappemeer.

Tandenborstel Een rechthoekig frame van 100 centimeter breed vormt de ­basis van de machine. Daarbinnen zijn allerlei variaties mogelijk, want de machine kan met verschillen hulpstukken worden uitgerust voor verschillende typen ondergronden, zoals schelpen, zand en gebroken puin. Op schelpenpaden gebruikt Eikenaar de schijvenrol, die enigszins onder een hoek is geplaatst


Als de onderlaag erg vast zit, kan deze met in hoogte verstelbare widiabeitels worden losgewoeld.

Door de schuine stand drijven de schijven zichzelf aan en werken die het materiaal lichtjes naar binnen. Het pad houdt zo de bolle ligging voor een goede waterafvoer.

en zichzelf aandrijft. Met spindels boven de loopwieltjes stel je de be­werkingsdiepte in. Voor op de machine zit een balkje met widiabeitels, die zeer slijtvast zijn en die een harde ondergrond kunnen openbreken. Eikenaar laat de tanden er standaard aan zitten, want ook als de bovenste laag los is, zitten ze niet in de weg. Veertanden achter op de machine leggen het onkruid nog even luchtig weg, zodat het kan uitdrogen. Ook heeft hij een set platte schoffels, die hij monteert als paden lang niet bewerkt zijn geweest. Deze snijden het oppervlak over de volle breedte los. Voor zeer kwetsbare ondergronden heeft hij een soort wiedeg gemaakt, met zoveel tanden erin dat ze elkaar bijna overlappen. “Ik noem hem wel de tandenborstel”, zegt Eikenaar. “Echt voor het fijne werk”, licht hij toe. Speciaal voor een ondergrond met menggranulaat werkt hij nog aan een verstelbare schuif, om spoelgaten te kunnen dichtschuiven. En zo zijn er nog legio opties te bedenken.

Scootmobiel Eikenaar heeft de schijvenrol vandaag meegenomen naar een begraafplaats voor het maken van foto’s, maar de grond is nog stijf bevroren, dus een echte demo zit er niet in. Op een stukje met wat meer losse schelpen toont hij wat de machine doet. Het weinige mos en de kleine onkruidplantjes worden keurig losgelegd door de draaiende schijven. Eikenaar heeft bewust niet voor een X-vormige schijveneg gekozen, zoals dat bij de grote landbouwtypes gebruikelijk is. De enkele rij schijven werkt de schelpen lichtjes naar binnen toe, zodat het pad mooi bol blijft. Dat is beter voor de afwatering. Wel heeft de machine de neiging om recht te gaan lopen, maar een trekker van 11 kW (15 pk) met een gewicht van 600 kilogram is daar mans genoeg voor. Wat hij belangrijk vindt, is dat de machine zich mooi ondiep laat afstellen. “Dat is beter voor het resultaat en ook prettiger voor de bezoekers. Ik heb helaas leergeld betaald bij het uittesten van een eerdere versie: een mevrouw in een scootmobiel heeft door mijn schuld een paar uur vast gezeten in een laag losse schelpen. Dat wil je echt niet. Ik wil alleen de bovenste paar centimeter bewerken.”

Mini-opraapwagen De schijven werken niet agressief genoeg als de paden verwaarloosd zijn en er grote pollen gras staan. Dan haalt Eikenaar de schoffelset tevoorschijn. Een paar keer schoffelen bij zonnig weer is soms genoeg om definitief af te rekenen met groot onkruid. “Maar meestal moet je er de eerste keer met de hand bij

Met spindels kan via twee steunwielen de bewerkingsdiepte worden ingesteld.

De egtanden zijn niet alleen om het laatste onkruid los te trekken, maar ook om het losgewoelde onkruid goed bovenop te leggen, zodat het snel uitdroogt.

om de vrijkomende massa af te voeren. Ik stem dat af met de gemeente, voor wat extra hulp, maar ik werk ook aan een machine waarmee je die grotere pollen kunt oprapen.” Een voedingsbodem voor nieuw onkruid blijft er echter altijd, zelfs als paden veel worden belopen. Wil je het goed doen, dan moet je minimaal zeven en soms wel tien keer per jaar terugkomen, zegt Eikenaar. Dat klinkt veel. “Het blijft een weersafhankelijke klus. Ik ga wel eens na drie dagen even terug voor een extra bewerking. Dan weet ik zeker dat ik het onkruid in een jong stadium pak. Het voordeel is dat je snel kunt rijden met de machine. Je bent zo klaar. Dat drukt ook de kostprijs. Voor € 0,60 tot € 0,70 per vierkante meter per jaar kunnen wij dit werk aanbieden. Dat red je met een brander of een heetwatermachine niet.” Tegelijkertijd merkt hij dat gemeenten nog steeds aarzelen om een beheer uit te stippelen ter vervanging van glyfosaat. Met demonstraties probeert Eikenaar daar verandering in aan te brengen. De machine kost in de basisuitvoering - dat is met schijvenrol en schoffelset - € 5500,-. TEKST & FOTO’S: Egbert Jonkheer

Frans alternatief Een andere machine speciaal voor onkruidbestrijding op halfverhardingen is de StabNet van het Franse Avril. De machine is er in verschillende breedtes; een 55 en 70 centimeter brede versie als frontwerktuig voor een eenassige trekker en een 90, 120 of 160 centimeter brede versie voor achter een kleine trekker. ­Opvallend aan de machine zijn de ronde, paddenstoelvormige schoffels die het onkruid afsnijden en omhoog brengen. De stand van de schoffels is verstelbaar. De machine kan op de rol lopen en is voorzien van een egalisatiemat. Een ­impressie vindt u in Grondig 7 van 2017.

GRONDIG 3 2018

53


TECHNIEK Sleepslangen zonder trekker

ondernemen met

vaktechniek

De slangcarrier van Pieter van der Linde Om bij het sleepslangen met minder gewicht in het land te komen, bouwde Pieter van der Linde uit het Overijsselse Wanneperveen een carrier voor de slanghaspels. In combinatie met een op afstand te bedienen pompunit en de bemester achter een Vervaet-driewieler bemest hij nu met een sleepslangcombinatie zonder trekker. Loonwerker Pieter van der Linde begon het sleepslangen destijds op laag land met drie kilometer slang op een trekker. Het grote gewicht van de trekker met haspels op het lage land stond hem tegen. Hij ontwikkelde daarom een speciale ­carrier op basis van een oude Vredo-vierwieler, een zelf­ rijdende slanghaspel dus eigenlijk. Het exacte gewicht weet Van der Linde niet, maar de machine lijkt niet al te zwaar en staat op 1000/50R25-banden. Hij is vierwielgestuurd. Dat maakt hem niet alleen wendbaar, maar biedt ook de mogelijkheid tot het rijden in hondengang. Daarmee kunnen de slangen mooi strak langs de kant worden gelegd. Bovendien spoort de machine daardoor weinig in. Boeren vragen in de praktijk dan ook meer naar de carrier dan naar de trekker. Dat komt ook doordat de carrier bij het oprollen van de

54

GRONDIG 3 2018

slangen niet over het bemeste land hoeft te rijden en zo de mest uit de sleufjes drukt. De twee haspels staan namelijk op een draaikrans en kunnen haaks op de machine werken. De draaikransen zijn van Hemos, dat deze ook op de slootreinigers gebruikt. Ze werken met twee cilinders en een ketting. De draaikrans kan niet helemaal ronddraaien, maar dat is ook niet nodig. Tijdens het oprollen van de slang speelt de chauffeur wat met de bediening van de draaikrans, zodat hij de slang netjes egaal op de haspel kan draaien. Hij hoeft bij het oprollen niet te rijden. Van der Linden heeft geen transportslangen, maar gebruikt alleen sleepslangen. Die gaan niet ­kapot als er aan wordt getrokken. Om de koppelingen te ontlasten, rijdt hij bij het oprollen een klein stukje achteruit als hij begint. Er kan gemakkelijk 2800 meter slang op de haspels.


Pieter van der Linde is altijd aan het bedenken hoe iets beter kan en heeft er plezier in om het dan ook te maken.

Voor de aandrijving van de haspels gebruikte Van der Linde twee rijmotoren van een Vervaet-driewieler. De motoren zijn elk aan een andere kant geplaatst, om het gewicht gelijk over links en rechts te verdelen. De haspel hangt aan één kant in een vast lager, aan de andere kant in een kruis, om de grote krachten beter te kunnen opvangen. Camera’s houden de ­haspels in de gaten, met twee schermen in de cabine. De Claas-cabine is echter ook draaibaar gemaakt, zodat de chauffeur vanuit de cabine een goed zicht heeft op de haspels.

Praktische handigheidjes De carrier heeft nog een aantal praktische handigheidjes aan boord, zoals het wiel. Aan een hydraulische knikarm zit een wiel waarmee de slang kan worden geleid. Van der Linde gebruikt dit om een slang netjes in een hoek te kunnen leggen of om de slang over een dam te kunnen leiden en daar te houden. Hij kan het wiel echter ook gebruiken om de slang van de grond te houden, waardoor ze elkaar kunnen kruisen zonder schade aan te richten. Verder kan hij de slang even van de grond houden over bijvoorbeeld een kavelpad of toegangsweg. Het vergroot de flexibiliteit van het systeem. Aan de voorkant maakte Van der Linde een Zuidberg-fronthef, waarin een rek hangt waarop de quad zijn parkeerplaats heeft. Zo heeft de chauffeur de quad altijd bij de hand, om bijvoorbeeld even naar de pomp te rijden of naar een slangkoppeling als dat nodig is. De fronthef heeft een afstandsbediening, om ook buiten de cabine de hef te kunnen laten zakken. Gemak dient de mens. Onder de machine hangt een slangbrug voor als de slang een weg over moet. De chauffeur kan deze hydraulisch laten zakken. Na het loshalen van een paar pennen kan hij de hydraulische cilinders weer intrekken en heeft hij de brug op zijn plek liggen. De cilinders zijn vanaf de beide zijkanten van de machine te bedienen. Dan is het nog even een kwestie van de slang door de brug leiden, de borden en pylonen erbij zetten en aan de overkant kan verder worden bemest. Borden en pylonen hebben ook een plaatsje op de machine. Aan de zijkant van de machine zit een aftakas. Wanneer de afstand naar de bemester te groot wordt om nog een mooie capaciteit te kunnen halen, zet Van der Linde er een extra pomp tussen, zodat de bemester voldoende aanvoer houdt.

Voor de haspels zit er in de cabine een kleine terminal, waarop essentiële informatie te zien is.

Voor het monitoren en bedienen van de meststroom is er een grotere ­terminal, die ook op de bemester zit.

De quad is altijd bij de hand, bijvoorbeeld voor een rit naar de pomp of bij een euvel met een slang.

GRONDIG 3 2018

55


ondernemen met

vaktechniek

Met het hydraulisch verstelbare wiel kan de slang gemakkelijk worden omgeleid.

De door Hemos gebouwde haspels worden hydraulisch aan­ gedreven door oude wielmotoren van een Vervaet.

De pompunit annex mestbuffer. Voorop de motor en de hydrauliek, dan een watertank en dan de mesttank.

Met de Vervaet met buffertank en zwaaiarm wordt goed door­ gereden, zodat een hoge capaciteit mogelijk is.

Met twee man op pad

ze voor een automatische afslag van de pomp, zodat de bak nooit overstroomt, ook niet als hij enigszins schuin in een berm staat. Via een draadloze verbinding staat de pompunit in contact met zowel de bemester als de carrier. In principe zorgt de man op de bemester voor de bediening, maar ook de man op de carrier kan ingrijpen. Automatische kleppen zorgen voor voldoende veiligheid. De bediening loopt via touchscreen-terminals. Van der Linde heeft die laten ontwikkelen door iemand uit de buurt. Bij het transport komt de pompunit achter de Vervaet te hangen. De waterpomp en een eventuele tweede mestpomp komen achter de carrier, zodat Van der Linde ook het transport volledig met de beide machines kan doen.

Van der Linde heeft van het geheel een tweemanssysteem gemaakt. Bij de put staat een op afstand bediende pompunit. Deze bestaat uit een aluminium bak met een inhoud van tien kubieke meter water en 38 kubieke meter mest. Voor op het vierassige onderstel staat een DAF-motor van 353 kW (480 pk). Van der Linde rijdt mest met negen vrachtautocombinaties van trekker en tankoplegger. Van zijn oudste vracht­wagen heeft hij de motor afgehaald en deze dient nu voor de aandrijving van de pompen. Hemos Machinefabriek heeft de hydrauliek aan de motor gekoppeld. Deze is zo bemeten dat de DAF aan 1200 motortoeren voldoende heeft om alles op gang te houden. De olie in het systeem warmt nauwelijks op. De hydrauliek drijft onder meer een 9000-literBörger-­ verdringerpomp aan. Deze vult de buffertank via twee zesduims slangen. Een Doda-centrifugaalpomp drukt de mest naar de bemester in het land. Sensoren meten de niveauhoogte in de buffertank. Op negentig procent zorgen

De slangbrug over de weg, in een oogwenk neer­ gelegd en duidelijk gemarkeerd met borden en pylonen.

56

GRONDIG 3 2018

1800 kuub per dag De capaciteit van het systeem is prima. Met een Vervaetdriewieler met buffertank, zwaaiarm en een elf meter brede ­zodenbemester kan Van der Linde redelijk gemakkelijk 1800 tot 1900 kuub per dag in de grond brengen, met een beetje ingespeeld team en niet al te moeilijke percelen. Bij zijn tweede systeem, waarbij hij een trekker inzet voor het slangentransport, blijft de capaciteit toch vaak een 300 tot 400 kuub achter. Het brandstofverbruik van de beide sleepslangcombinaties heeft Van der Linde niet bijgehouden. Ondanks het hogere vermogen van de DAF ten opzichte van een trekker voor de pomp zal dit niet hoger liggen dan dat van de trekker, die meestal op vol vermogen voor de pomp staat te brullen. Met de carrier en de Vervaet op het land en de op afstand bediende en door een stationaire motor aangedreven ­ pompunit kan Van der Linde dus sleepslangen zonder trekker. TEKST & FOTO’S Arend Jan Blomsma


891012 3,7 456789101116118191161718191 21311314151613461112 2.255 789101112191235 311 4,5 16171 11.951 81912354678901912354 4101212311234611213141516123456181920212 56789,510111213141675,38910121516123456 613141161718192021222242526100012345678 2829303110.000234564891254891011181920212 GEEN 912234567891078910123 15 567891011 WOORDEN MAAR 2312 0 51623414567 6 89111125181920212 CIJFERS 314151171 1,5 819123546789021516 % brandstofbesparing

€ kostenbesparing

% meer koppel

kg CO2 reductie

% Minder NOx

% Minder fijn stof

% klimaatneutraal

KLANTEN GEBRUIKEN DAGELIJKS TRAXX

Jaar productontwikkeling

bacterieproblemen

unieke producteigenschappen

Bij 1,5% brandstofbesparing is de investering terugverdiend

Berekening op basis van een verbruik van 100.000 liter standaard EN590 diesel, uitgaande van een dieselprijs van € 1,00 per liter (excl. BTW). Dit is een rekenvoorbeeld, actuele prijzen verkrijgbaar op aanvraag.

TRAXX DIESEL DE ZUINIGE, SCHONE EN BETROUWBARE DIESELBRANDSTOF DIE DOET WAT HIJ BELOOFT

Verlaagt uw brandstofverbruik

Reduceert uw CO2-uitstoot

Voorkomt verstopte brandstoffilters

Compenseert alle CO2-restuitstoot

De ene diesel is de andere niet. Sommige diesels beloven namelijk meer. En andere diesels dóen ook daadwerkelijk meer. Zoals TRAXX, de zuinige, schone en betrouwbare dieselbrandstoffen die speciaal zijn ontwikkeld voor bedrijven met moderne dieselmotoren en een eigen tankinstallatie. Onze brandstoffen TRAXX Diesel en TRAXX Zero zijn het resultaat van 15 jaar productontwikkeling, strenge testprocedures én hebben zich in de praktijk bewezen. Niet voor niets kiezen meer dan 10.000 bedrijven in heel Nederland dagelijks voor TRAXX dieselbrandstof. Benieuwd wat TRAXX voor uw bedrijf waard is? Neem snel contact op en kom dit met 1 gesprek te weten.

Vermindert uw uitstoot van NOx en fijnstof

Dalhuisen Olie B.V. Epe (regio Oost) T 0578 - 61 24 56 info@dalhuisen.nl

Bezorgd door leveranciers die Lean & Green zijn

Schouten Olie B.V. Alphen a/d Rijn (regio West) T 0172 - 42 32 00 info@schoutenolie.nl

Slump Oil B.V. Heerenveen (regio Noord) T 0513 - 65 70 10 info@slumpoil.nl

Van Kessel Olie B.V. Milheeze (regio Zuid) T 0492 - 34 12 21 verkoop@vankesselolie.nl


www.TKD.nl 31 mei, 1 en 2 juni 2018 Nobelhorst Almere


VOOR ALLES EEN MASSEY FERGUSON

FOR A NEW GENERATION FROM MASSEY FERGUSON

Kijk voor alles op www.masseyferguson.nl


Jan Veenhuis Machinefabriek B.V. Kipper opbouw

Jan Veenhuis Machinefabriek B.V. Heesweg 45 - 8102 NB RAALTE Tel: 0572 - 363629 Fax: 0572- 362133

www.jan-veenhuis.com info@jan-veenhuis.com


ondernemen met

vaktechniek

ECONOMIE

IN KORT BESTEK Bij minderwerk recht op tien procent van het verschil

CUMELA Kompas Analyse: liquiditeitspositie cumelabedrijven stabiel

Beste Nico,

Current ra5o cumelasector 2013 -­‐ 2017

Ik heb een baggerwerk aangenomen. Daar zit wat meerwerk in, maar ook veel minderwerk. Dit werk levert me daardoor veel minder op dan ik had verwacht en daar had ik niet op gerekend. Mag dat zo maar?

1,5 1,4 1,3

Beste aannemer,

1,2 1,1 1,0 0,9 0,8

2013 Grondverzet

2014 Gemengd

2015

2016

Agrarisch loonwerk

2017* Cumelasector

Zoals u zelf ongetwijfeld ook zult weten, is het voor baggerwerk heel gebruikelijk dat er sprake is van meer- en minderwerk. De baggervolumes worden gemeten, maar deze hoeveelheden blijven een schatting. In de praktijk komt het niet vaak voor dat de hoeveelheden exact overeenkomen met deze schatting. Er moet echter wel een betrouwbare schatting worden gemaakt waarop u uw prijs kunt baseren. Daarom is er in de regelgeving ook voorzien in de situatie dat de afwijking te groot is.

*Voorlopige cijfers 2017

De liquiditeitspositie in de cumelasector is de laatste jaren stabiel, zo blijkt uit deze grafiek, die de current ratio over de laatste vijf jaar weergeeft. Gemiddeld schommelt deze de afgelopen jaren tussen de 1,2 en 1,3. Opvallend is dat de liquiditeitspositie bij de agrarische loonbedrijven de laatste twee jaar duidelijk beter is dan bij de gemengde bedrijven en grondverzetbedrijven. Duiken we dieper in de cijfers, dan lijkt het erop dat de investeringen bij de agrarische loonbedrijven in de afgelopen twee jaar iets minder zijn gestegen dan bij de andere bedrijfstypen, waardoor vooral de rekening-courantpositie is verbeterd. De current ratio geeft weer of op korte termijn aan de kortlopende verplichtingen kan worden voldaan. Het is de verhouding tussen de vlottende activa en de kortlopende schulden. Vlottende activa bestaan onder meer uit voorraden, debiteuren, overige vorderingen en liquide middelen. De kortlopende schulden bestaan uit rekening courant, crediteuren en overige kortlopende schulden. Bij een current ratio groter dan 1,0 zijn de vlottende activa groter dan de kortlopende schulden. Er is dan sprake van een gezonde situatie. Hoe groter de current ratio, des te beter de liquiditeitspositie van een bedrijf. Een te hoge current ratio kan echter wijzen op een minder efficiënte financiering van het bedrijf. Een current ratio van rond de 1,5 is optimaal. De current ratio is een momentopname op 31 december. Gedurende het jaar treden duidelijke fluctuaties op.

In de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012) leest u in paragraaf 35, lid 1, wanneer er verrekening van meer- en minderwerk plaatsvindt. In uw geval is er sprake van een afwijking in geschatte hoeveelheden. Deze afwijking wordt conform UAV 2012, paragraaf 38, lid 2, verrekend “indien en voor zover er sprake is van een afwijking die meer bedraagt dan tien procent van die geschatte hoeveelheid, tenzij zulks aanleiding tot onbillijkheid zou geven”. In de UAV 2012, paragraaf 35, lid 5, is voor dit soort situaties bepaald: “Indien bij de eindafrekening van het werk blijkt dat het totaal van het reeds verrekende en het nog te verrekenen minderwerk dat van het reeds verrekende en het nog te verrekenen meerwerk overtreft, heeft de aannemer recht op een bedrag gelijk aan tien procent van het verschil van deze totalen. Het in dit lid bepaalde lijdt uitzondering voor zover het minderwerk het gevolg is van een verzoek van de aannemer om minder te mogen uitvoeren dan in de overeenkomst is bepaald.” Kortom, u mag dus tien procent van dit ‘misgelopen werk’ aan de opdrachtgever factureren. Meer informatie vindt u op http://wetten. overheid.nl/BWBR0031190/2012-03-01.

Wilt u weten hoe uw kengetallen zijn, doe dan mee aan de kengetallenvergelijking CUMELA Kompas Analyse. Neem hiervoor contact op met één van de bedrijfskundig adviseurs, uw bedrijvenadviseur, de infolijn op (033) 247 49 99 of stuur een e-mail naar kengetallen@cumela.nl.

Nico Willemsen beleidsmedewerker GWW

GRONDIG 3 2018

61


ondernemen met

cumela

CUMELARIA

WESSELINK BV UIT MANDERVEEN VIERT HET 70-JARIG JUBILEUM Derde-generatie-ondernemer Gijs Wesselink had het een verrassing weten te houden voor zijn ouders Guus en Anja. Ze werden namelijk verrast met de gouden CUMELA-speld en -hanger door voorzitter van het afdelingsbestuur Overijssel Jan-Nico Reimink en Erna Berends van CUMELA Nederland. In de toespraak gingen Jan-Nico en Erna in op het mooie bedrijf dat mede is opgericht door grootvader Harrie Wesselink. De medewerkers en natuurlijk ook de familie Wesselink waren zichtbaar blij verrast met deze blijk van waardering. Wesselink had flink uitgepakt met een open dag op zondag voor alle belangstellenden en een feestavond de avond ervoor. Het allround cumelabedrijf kon zich zo presenteren aan zijn relaties, die ook in groten getale kwamen.

STUDIECLUBBIJEENKOMST KRING UTRECHT BIJ VAN GINKEL MACHINES Op donderdagavond 8 februari was de studieclub Kring Utrecht te gast bij Van Ginkel Machines in Groenekan. Thema van de avond was timemanagement, of zoals spreker Jan van der Zee het noemde ‘lifemanagement’. Hoe komt het dat we altijd zo druk zijn? En waarmee dan wel? En kunnen we daar iets aan doen? De aanwezigen werden in een inspirerende en humorvolle workshop meegenomen in het dagelijkse gevoel van drukte. Door de familie Van Ginkel werd het gezelschap vorstelijk ontvangen. De uitgebreide rondleiding door het prachtige bedrijf maakte veel indruk.

STUDIECLUBAVOND OVER FINANCIEREN VAN STUDIECLUB GEFFEN Op maandag 5 februari was de studieclub Geffen (Noord-Oost Brabant) te gast bij ABN-Amro in Den Bosch. Thema van de avond was ‘U, de omgeving of uw bank’. Maurice Vossen en Robert Stienen van ABN-Amro gaven de aanwezigen een kijkje in hoe de bank tegen de sector aankijkt qua financieringsmogelijkheden, nu en in de toekomst. Patrick van Oijen en Niels Kanters van financieel bedrijfskundig adviesbureau Exitus uit Veghel brachten de verschillende mogelijkheden van financieren onder de aandacht. Daarin zijn de laatste jaren veel veranderingen te zien. Al met al een leerzaam kijkje achter de schermen van de financiële wereld.

CONTACTDAG FLEVOLAND: OP BEZOEK BIJ LELYSTAD AIRPORT De provinciale ledenvergadering en Contactdag Flevoland vond dit jaar plaats bij Lelystad Airport Na de bijeenkomst met informatie over regionale en algemene actualiteiten van CUMELA gaf Hero Dijkema uitleg over de stand van zaken rondom het kenteken en de huidige eisen aan het (land)bouwverkeer. Na de vergadering en de uitleg over verkeerszaken werden de aanwezige leden van CUMELA Flevoland bijgepraat over hoe de plannen van de luchthaven tot stand zijn gekomen. Er werd een toelichting gegeven op de verschillende stadia van de bouw- en verbouwactiviteiten.

62

GRONDIG 3 2018


GEKRUID STUDIECLUBBIJEENKOMST MET PERSONEEL BIJ LAND VAN CUIJK & MAASDUINEN Op dinsdagavond 6 februari hield de studieclub Land van Cuijk & Maasduinen weer haar studieavond met personeel. Thema van deze avond was ‘Gedrag’. Welk effect heeft uw gedrag in het verkeer en in uw werk? En dan met name het cognitieve aspect daarvan, ontstaan uit met name gewoonte. Sjoek van der Maarl, veiligheidskundige bij Stigas, gaf deze avond vorm. Door de interactie op te zoeken met de aanwezigen en hen te confronteren met alledaagse praktische zaken ontstond er een golf van herkenning in de zaal. Met ruim honderd aanwezigen was deze avond wederom goed bezocht en succesvol.

CONTACTDAG ZUID-HOLLAND IN HET TEKEN VAN ONDERNEMEN IN DE TOEKOMST Op 15 maart vond bij Koppert Biological Systems in Berkel en Rodenrijs de Contactdag Zuid-Holland plaats, met als hoofdthema ‘ondernemen in de toekomst’. Hans Verkerk vertelde over de geleerde lessen van de mestfraude. Sander van Meer blikte vooruit op de arbeidsmarkt van de toekomst aan de hand van het personeelsbeleid bij Netflix. Ten slotte was er uitgebreid de mogelijkheid om kennis te maken met Koppert, zijn visie en innovaties door middel van een rondleiding door het experience center. Tijdens deze avond werd afscheid genomen van Maurice van Chastelet als bestuurslid. Hij mocht als dank voor zijn jarenlange inzet een gouden CUMELA-speld in ontvangst nemen.

Bloemetjes en de bijtjes De bloemetjes en de bijtjes, een onderwerp van alle tijden. Een spannend onderwerp, vandaar dat velen er dan ook erg tegen opzien om dit onderwerp aan te snijden. Toch wil ik het er graag een keertje over hebben. Ik vind het ook spannend, maar het moet me toch van het hart. We weten inmiddels allemaal wel hoe het leven op deze aarde begint. En als we er dan toch zijn, willen we ook graag zo lang mogelijk van het leven genieten. We weten ook dat de aarde niet van ons is, maar van onze kinderen. We hebben haar in bruikleen en dienen er dus goed op te passen. Dat laatste dat lukt ons de laatste honderd jaar echter niet meer zo goed. Door onze hoge levensstandaard is onze footprint veel te groot geworden. We willen steeds meer: lekker eten, mooie huizen, luxe vakanties en ga zo maar door. Dit alles heeft echter als keerzijde dat we steeds meer van onze aardbol vragen dan goed voor haar is. Wie dit onder andere moeten ontgelden, zijn onze insecten en met name vlinders en bijen. Eerlijk gezegd begin ik me daar net als vele anderen toch wel enige zorgen over te maken, want zonder deze nuttige insecten is er geen leven meer mogelijk op deze aarde. Af en toe voel ik mij als loonwerkersvrouw in een spagaat. Wat is wijsheid? Onze sector heeft namelijk toch wel enig aandeel in deze ontwikkeling met al onze grondbewerkingen en spuitwerkzaamheden. En vele mensen zien gewasbeschermingsmiddelen als de grote boosdoener. Of ze nu wel of niet gelijk hebben, doet eigenlijk niet eens ter zake. We liggen onder een vergrootglas! Wij hebben als loonwerkers allemaal onze verantwoordelijkheid om hier zo verstandig mogelijk mee om te gaan. Ook al kunnen we dan niet geheel zonder deze middelen, het kan misschien wel een stukje minder! Misschien kunnen wij met elkaar het tij keren en de teloorgang stoppen door nu met z’n allen het goede voorbeeld te geven. Laten we andere mogelijkheden onderzoeken, nieuwe wegen bewandelen. Positief staan tegen het meer aaneengesloten inzaaien van bermen en percelen met diverse bloemen- en kruidenmengsels en streven naar meer diversiteit, zodat we het bodemleven en onze insecten en zo uiteindelijk ook onszelf een kans geven er weer iets moois van te maken. Zodat ook wij het verhaal van de bloemetjes en de bijtjes kunnen doorvertellen aan de volgende generatie.

Gretha Toering Toering Loon- en Grondverzetbedrijf

GRONDIG 3 2018

63


VAN BUITEN NAAR BINNEN “Er ontstaat een nieuwe dienst voor de loonwerker: data-analyse”

ondernemen met

cumela

Jan-Nico Appelman, gedeputeerde provincie Flevoland In hoeverre is CUMELA bekend buiten de sector? Hoe kijken overheden naar de sector? Hoe gaan grote aannemers om met cumelabedrijven? Waarin kan de sector zichzelf nog verbeteren? Daar zoeken we in deze serie een antwoord op. Deze keer­ Jan-Nico Appelman, gedeputeerde van de provincie Flevoland, een provincie waarin cumelabedrijven al sinds de Zuiderzeewerken letterlijk aan de weg timmeren. Met de Floriade van 2022 in aantocht komt de agro- en foodsector van Flevoland in de schijnwerpers te staan. Een kans voor ‘de groentetuin van de Randstad’, zoals Jan-Nico Appelman het noemt. De cumelasector speelt daarbij ook een grote rol. Niet alleen als het gaat om het bouwtechnisch ­realiseren van deze wereldexpo, maar ook de laatste innovaties van bedrijven krijgen een podium.

Hoe ziet u dat voor zich? “We hebben als provincie een challenge uitgeschreven, waarbij we ondernemers en ondernemende studenten hebben gevraagd oplossingen aan te dragen voor een duurzame voedselvoorziening. De winnaars krijgen de kans om deze innovatie met een team van experts versneld te realiseren en mogen deze aan de wereld presenteren tijdens de Floriade. De challenge bestaat uit drie opgaven, waarvan de opgave

‘Slimme bodem, duurzamer bodemgebruik’ precies past bij de huidige uitdagingen van de cumelasector.”

Legt u dat eens uit... “Bodemverdichting is ook in onze provincie een groot probleem. Willen we een gezonde bodem behouden, dan moeten we andere machines en trekkers ontwikkelen. Zoals de Multi Tool Trac, een machine die is ontwikkeld door zeven ­akkerbouwers, die de bodem ontziet. Het is één van de winnaars van onze challenge. Omdat de machine elektrisch werkt en bij alle 600 windmolens in Flevoland kan worden opgeladen, is Flevoland de ideale proeftuin voor het uit­ proberen van zulke innovaties. Wij zien elektrische landbouw als de toekomst en willen dan ook graag ruimte bieden aan innovatieve bedrijven.”

Hoe doen jullie dat? “Goede samenwerking met CUMELA” Verkeersveiligheid – portefeuille gedeputeerde Jaap Lodders “Landbouwverkeer hoort bij onze provincie. Deze categorie mag gebruik maken van alle 80 km/u-wegen, behalve die wegen waar sprake is van een parallelweg. We maken veel gebruik van parallelwegen in onze provincie, bijvoorbeeld de Marknesserweg, Larserweg/Ganzenweg en het Nijkerkerpad. Daarnaast hebben we een proef gedaan met een passeerstrook op de Domineesweg tussen de A6 en Urk. Daar bleek niet elk landbouwvoertuig gebruik van te maken. De afronding van de evaluatie van de proef volgt nog. Daarnaast hebben we een goede samenwerking met CUMELA Nederland en LTO als het gaat om landbouwverkeer en verkeersveiligheid. De samenwerking gaat zowel over gedragsbeïnvloeding (campagnes) en handhaving als over infrastructuur. Zo hebben we onlangs samen met CUMELA en LTO een inventarisatie uitgevoerd naar knelpunten in het landbouwverkeer. Het is de bedoeling om hier samen met gemeenten een vervolg aan te geven. Ook hebben we samen met de brancheorganisaties een campagne ontwikkeld om agrariërs te stimuleren om - door de provincie ontwikkelde - modderborden aan te schaffen en te plaatsen. De campagne ‘Veilig thuiskomen in de oogsttijd’ is daar ook een voorbeeld van.”

64

GRONDIG 3 2018

“We willen een proeftuin zijn voor alles wat te maken heeft met smart farming en natuurinclusieve landbouw. Dat zijn twee snel groeiende takken binnen de landbouw. Daarin speelt de cumelasector ook een grote rol: duurzame mechanisatie, het ontzien van de bodem, het doorontwikkelen van elektrificatie. In Flevoland bieden we ondernemers de ruimte voor ontwikkeling, zie het als een ‘living lab’. We zijn een agrarische provincie, een hoogstaand landbouwgebied, en dat willen we graag blijven. Vandaar dat de provincie die proeftuinen wil faciliteren.”

Wat zijn uw eigen ervaringen met de sector? “Ik ken de cumelasector goed. Ik kom van een akkerbouw­ bedrijf, dus daar kwam en komt geregeld de loonwerker op het erf. We telen pootaardappelen, uien, graan en suikerbieten. Veel werkzaamheden besteden we uit, want we kunnen als individuele boer niet tippen aan de professionaliseringsslag die cumelabedrijven maken op het gebied van machines en technologie. De loonwerker geeft boeren de mogelijkheid om gebruik te maken van de nieuwste technieken en machines. Dat is een grote meerwaarde in deze tijd van ­professionalisering en specialisering.”


Wie is Jan-Nico Appelman?

Waar liggen volgens u nog kansen voor de cumela­ondernemer? “De sector wordt steeds meer datagedreven door sensoren en meetapparatuur op de machines. Daardoor ontstaat er een nieuwe dienst die de loonwerker volgens mij heel goed kan aanbieden: data-analyse. Het gaat niet meer om ‘hoeveel hectare kan ik doen in een uur?’, maar ‘hoe kan mijn klant - in dit geval de boer - meer verdienen aan zijn product?’ Als je hem daarmee kunt helpen, bied je toegevoegde waarde. Als je al die kennis en data van bodem, gewas en producten kan analyseren en afstemmen op de behoefte van de boer heb je er een dienst en dus een inkomstenbron bij.”

Appelman heeft zelf een agrarische achtergrond en zit sinds 2015 in het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland. Zijn portefeuille omvat onder andere economische zaken, landbouw, visserij, onderwijs, Floriade werkt! (economisch programma van de provincie als onderdeel van de Floriade), maritieme strategie (onder andere Flevokust) en nieuwe natuur. Hij zet met het economische programma in op groei en ondernemerschap van met name het MKB. Daarnaast werkt hij aan de maritieme sector bij Lelystad (Flevokust Haven, ­medio 2018 operationeel) en Urk (Maritieme Servicehaven Noordelijk Flevoland). Met de ontwikkeling van Flevoland als logistiek knooppunt voor weg, spoor, water en door de lucht onderscheidt de provincie zich als regio, stelt hij. Door bij te dragen aan een goed vestigingsklimaat bevordert de provincie ­banengroei. Samen met initiatiefnemers (natuurorganisaties, bedrijven en particulieren) realiseert de provincie ruim twintig projecten binnen het programma Nieuwe Natuur. Het doel is om toegankelijke natuur dicht bij de stad te creëren met ruimte voor recreatie. Voor deze collegeperiode was Appelman acht jaar lid (2003-2011) van de ­Provinciale Staten, waarbij hij in de periode van 2007 tot 2011 voorzitter was van de statencommissie Ruimte en vice-voorzitter van de CDA-fractie. Van 1993 tot 2003 was hij regionaal bestuurslid van het CDA.

Trekken er wel eens loonwerkers aan uw ­provinciale jas? “Nee, dat niet. In dat opzicht staat de provincie te ver weg. Gemeenten zijn het eerste aanspreekpunt voor onder­ nemers. We doen wel aanbestedingen waarop ook cumelabedrijven kunnen inschrijven, maar vaker zijn cumelabedrijven voor ons aan het werk als onderaannemer.”

Ook niet als het gaat om verkeersveiligheid en landbouwverkeer? “Dat onderwerp ligt bij mijn collega Jaap Lodders (zie kader; red.). De infrastructuur is in Flevoland niet zo fijnmazig als in andere provincies. We kennen hier geen lintbebouwing of

dorpen waar grote trekkers doorheen moeten. Wel hebben we een agenda Kavelruil Vitaal Platteland, waarbij we boeren en landbouwgerelateerde bedrijven met meerdere locaties proberen te herpositioneren, zodat er minder transport plaatsvindt. Daarnaast merken we dat de sector hierin zelf ook het voortouw neemt. Zo zijn er al cumelabedrijven die diepladers aanschaffen om hun machines te vervoeren, zodat ze er niet mee over de openbare weg hoeven. Dat ze hierop inspelen, past bij een volwassen sector.” TEKST & FOTO: Marjolein van Woerkom

GRONDIG 3 2018

65


ondernemen met

cumela

Praktijkdag in het veld Sleuven graven met een Komatsu PC35MR Om de aansluiting met de praktijk te waarborgen, heeft CUMELA Nederland in samenwerking met haar sociale partners, de ­opleidingen Groen, Grond & Infra en enkele cumelabedrijven zogeheten praktijkdagen opgezet. Leerlingen krijgen hierbij letterlijk een ‘kijkje in het veld’. Echt ervaring met een minigraver hebben de meesten nog niet. Sommigen hebben alleen met een shovel een kipper ­geladen, anderen hebben alleen met een trekker gereden. Een enkeling heeft bij een stagebedrijf al ervaring opgedaan met deze graafmachine. Vandaag mogen zes tweedejaars BOL-leerlingen van AOC Oost uit Doetinchem met onder ­andere een Komatsu PC35MR aan de slag. In het echt, op de rondweg bij Voorst, waar aannemerscombinatie LiebrechtsBAM een nieuwe weg aan het aanleggen is. Onder leiding van loonbedrijf Hofmeijer uit dezelfde plaats mogen de leerlingen in groepjes van twee, een kraanmachinist en een grond­ werker, een sleuf van een halve meter diep graven voor het leggen van leidingen.

66

GRONDIG 3 2018

De praktijkdag begint met koffie en theorie in de kantine. ­Eigenaar Herbert Hofmeijer geeft uitleg over het werken met een hydraulische kraan. “De jongens willen natuurlijk zo snel mogelijk op pad,” vertelt hij naderhand, “maar het is belangrijk dat ze eerst wat basisafspraken en veiligheidsaspecten mee krijgen. Hebben ze de juiste veiligheidskleding? Is er een geldige Klic-melding? Hoe creëer je een veilige werk­­­­­ omgeving?” De praktijkdag bij Hofmeijer maakt onderdeel uit van het ­project ‘Leren door de praktijk te ervaren’. Nadat de praktijkleergelden zijn afgeschaft, is CUMELA Nederland samen met haar sociale partners op zoek gegaan naar een alternatief. “De eisen die door bedrijven worden gesteld aan de praktische


i­nzetbaarheid van leerlingen - zowel BOL als BBL - nemen toe door de steeds ingewikkelder en groter wordende machines en door de eisen van klanten”, zegt Dick Klop van CUMELA. “Tegelijk hebben mbo-opleidingen steeds meer moeite om plekken te vinden waar zij hun leerlingen in de praktijk - al dan niet gesimuleerd - van het beroep kunnen opleiden. Door het grote scala van werkzaamheden in de sector en specialisatie van bedrijven is het onder andere vaak noodzakelijk om de praktijk op meerdere bedrijven te ervaren. De reguliere BPV is daarvoor veelal onvoldoende. Vandaar dit project.”

Breed inzetbaar Zowel BOL- als BBL-leerlingen van de opleiding Groen, Grond & Infra krijgen drie dagen in het jaar extra praktijktraining en -ervaring aangeboden op diverse cumelabedrijven in de ­regio. Het is de bedoeling dat scholen die een GGI-opleiding verzorgen zelf in hun regio samenwerkingsverbanden aangaan met zogeheten ‘praktijkbedrijven’, die een praktijkdag willen organiseren. “We hebben afgelopen oktober enkele bedrijven benaderd met deze vraag”, vertelt Rik Luimes, docent bij AOC Oost. “Niet elk bedrijf stond te springen, want zoiets moet natuurlijk wel in de bedrijfsvoering passen. Daarnaast moet er een medewerker beschikbaar zijn die het verhaal kan overbrengen. Ook wij hebben echter onze voorwaarden. Zo is het voor ons belangrijk dat het bedrijf uiteenlopende werkzaamheden doet, zodat de leerlingen zo breed mogelijk ervaring kunnen opdoen. Op die manier zijn deze toekomstige medewerkers straks tijdens stage of werk breder inzetbaar.” Zo volgen de leerlingen bij Hofmeijer nu een praktijkdag met de minigraver, maar in mei staat er een praktijkdag veldspuiten op de agenda. Als laatste is het van belang dat de bedrijven goed bereikbaar zijn, ook met openbaar vervoer, benadrukt de d ­ ocent, “want nog niet iedere leerling heeft een autorijbewijs”. AOC Oost werkt sinds dit schooljaar samen met drie praktijkbedrijven. Behalve bij loonbedrijf Hofmeijer kunnen de GGIleerlingen van deze school terecht bij Loonbedrijf De Weer in Bornerbroek en bij Van Hal in Voorst (gemeente Oude IJsselstreek). “Door de cumelabedrijven op deze manier direct bij het onderwijs te betrekken, vindt er een betere afstemming plaats en er kan een kwaliteitsslag worden gemaakt”, stelt Luimes. “Zo hebben de leerlingen op school de theorie over geografische informatiesystemen meegekregen en op dit bedrijf zijn de machines ermee uitgerust.”

BOK-check De zes leerlingen zijn ondertussen naar de werkplaats gegaan om de Komatsu te checken op brandstof, koeling, motorolie en hydrauliekolie, de zogenaamde BOK-check. Voor sommigen is het even zoeken waar het oliereservoir zit. Daarna moet de minigraver op de dieplader worden gereden. Eén van de leerlingen staat al klaar en manoeuvreert de graafmachine behendig via de rijplaten op de dieplader. “Ik vind het erg belangrijk dat de leerlingen ervaring opdoen in de praktijk”, zegt Hofmeijer. “Zo’n praktijkdag maakt meer indruk dan een cursus minigraven op school.” Het is niet alleen voor de leerlingen een goede leerschool, want ook het bedrijf leert ervan. “Je moet continu blijven

Het belang van praktijkdagen 1. Leerlingen (BOL en BBL) komen in aanraking met en doen basisvaardigheden op met zware en complexe machines (zoals de maïshakselaar), waar ze ­normaal gesproken in hun opleidingstijd niet mee te maken krijgen. 2. Cumelabedrijven zijn vaak óf meer gericht op het agrarisch loonwerk óf op het cultuurtechnisch loonwerk en kunnen dan niet beide ‘takken van sport’ aan­ bieden. Leerlingen krijgen de gelegenheid om op verschillende loonwerkbe­ drijven ‘in de keuken te kijken’ en verbreden daarmee hun kennis van de sector. 3. Leerlingen worden breder opgeleid en kunnen op basis van hun kennismaking en ervaring met alle facetten binnen het loonwerk bewust kiezen voor de werk­ zaamheden die hun voorkeur genieten. Het plezier in het werk kan hiermee wor­ den vergroot. Zij kunnen door hun ervaring met diverse typen loonwerkbedrij­ ven in de toekomst eventueel gerichter kiezen voor een bedrijf dat bij hen past. 4. Leerlingen zijn in een sneller tempo van meer toegevoegde waarde op hun (leer)bedrijf omdat zij ervaringen opdoen met meer en andere machines. ­Medewerkers zijn zo eventueel op diverse klussen in te zetten. 5. Het plezier in de opleiding wordt vergroot, omdat leerling-medewerkers op echte bedrijven met echte (vaak de nieuwste) machines aan het werk mogen. 6. Praktijkdagen zijn erg belangrijk binnen de opleiding Groen, Grond & Infra ­(zowel agrarisch loonwerk als groen & cultuurtechniek) om de aansluiting met de beroepspraktijk te borgen, want met het wegvallen van de praktijkleer­ gelden staat het praktijkleergedeelte onder grote druk.

­ pletten”, zegt Hofmeijer. “We merken dat het van belang is o om de leerlingen op de veiligheidsaspecten te wijzen. Het is goed om daar als bedrijf ook zelf weer even bij stil te staan. Daarnaast laat ik de leerlingen zichzelf voorstellen, zodat ik weet hoeveel ervaring ze hebben, en ik zet een leerling die minder ervaring heeft bij een leerling met meer ervaring, ­zodat ze ook van elkaar kunnen leren.”

Leren kost tijd Vaste kraanmachinist Jeroen Ilbrink begeleidt de leerlingen vandaag op het werk. Hij legt uit hoe je met een laser de hoogte kunt afstellen, hoe je een bak moet wisselen en hij doet voor hoe je een sleuf graaft. “Het is leuk om de jongens mee te nemen naar een werk”, zegt hij. “Ik vind het leuk om erover te vertellen, om het vak over te dragen. Het is mooi als je later ziet dat ze de dingen hebben onthouden die je hebt verteld”, aldus Jeroen. Daarbij probeert hij het allemaal zo laagdrempelig mogelijk te houden. “Ik verwacht niet dat deze jongens al iets kunnen. Ze zijn hier om te leren en daar wil ik ze graag bij helpen.” Het project ‘Leren door de praktijk te ervaren’ wordt gefinancierd met Colland-gelden en een subsidie vanuit het Aequorfonds. De praktijkbedrijven krijgen een subsidie van € 320,per uitgevoerde praktijkdag. “Leren kost tijd en tijd is geld”, beaamt Ilbrink. “Het zou mooi zijn als deze leerlingen tijdens stage als extra kracht mee konden naar het werk, maar vaak worden ze meteen ingezet als grondwerker, waardoor ze geen ervaring opdoen met die minigraver. De vraag ‘wie gaat dat betalen?’ komt altijd om de hoek kijken. Dat is jammer. ­Gelukkig kunnen zijn er nu wel deze praktijkdagen. Op die manier geef je deze jongens net dat beetje meer praktijk­ ervaring mee.” TEKST & FOTO’S: Marjolein van Woerkom

GRONDIG 3 2018

67


Mekos 3D leveler: 3-Dimensionaal profileren van zand en korrelbanen met een total station.

Mekos levelers: Volautomatisch werkende machine’ s, ook met traploos instelbare ronding. Voorzien van automatisering door middel van laser techniek, total station of gps. De Mekos machines zijn uniek, sterk en duurzaam, geschikt voor zand en korrelbanen. (op getoonde producten zijn individueel patenten van toepassing)

Partners:

Mekos Schagerbrug BV Tel. 0224-571555 www.mekos.net


Alstublieft, opgeruimd staat netjes!

Tegen grassen en moeilijke breedbladige onkruiden in maïs

Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie.


ondernemen met

cumela

CUMELA.NL

Op deze pagina’s samenvattingen van berichten die eerder op Cumela.nl zijn geplaatst. Wilt u op de hoogte blijven van het actuele nieuws? Ga naar Cumela.nl. Daar publiceert de redactie dagelijks nieuws van en voor de cumelasector.

VEILIG VAKWERK DIENST ONLINE Om veilig werken te bevorderen, heeft CUMELA Nederland in samenwerking met Stigas en FiftyTwoDegreesNorth een speciale app ontwikkeld. Via de Veilig Vakwerk dienst, zoals de app heet, kunnen werkgevers hun werknemers direct een toolbox sturen of een werkplaatsinspectie laten uitvoeren. De app is voor een klein bedrag per jaar per werknemer beschikbaar. Voor leden van CUMELA Nederland geldt een sterk gereduceerd tarief. In de Veilig Vakwerk-app van deze dienst staan tientallen toolboxen. Werkgevers kunnen deze aan het begin van een werk of wanneer een nieuwe werknemer op een klus komt digitaal naar de medewerker sturen. Verder biedt de app de mogelijkheid om snel en eenvoudig werkplekinspecties uit te voeren. Voor meer informatie en uw aanmelding gaat u naar https://veiligvakwerk.nl.

300 TREKKERBUMPERS OP DE WEG De trekkerbumpercampagne van CUMELA Nederland is voortvarend van start gegaan. In ruim een jaar tijd zijn vanuit het initiatief 300 trekkerbumpers gesubsidieerd. Hiermee geeft de sector aan de verkeersveiligheid serieus te nemen. Er is voor nog eens bijna 200 trekkerbumpers een subsidie beschikbaar. Bestuurders die rijden met een trekkerbumper voor op hun trekker geven aan dat het zeker zijn voordelen heeft. “Je merkt dat auto’s wat eerder remmen of je wat extra ruimte geven”, is de meest gehoorde reactie. Er wordt opgemerkt dat andere weggebruikers de trekkerbumper een welkome aanvulling op de weg vinden. Het handje of het duimpje van de automobilist gaat wat vaker omhoog wanneer ze passeren. Ondernemers maken de overweging tussen een bumper die een zo groot mogelijk gedeelte voor de trekker afschermt, een bumper die breder inzetbaar is of een bumper die door de extra verfraaiing aandacht trekt. Het wordt allemaal aangeboden door de diverse leveranciers. Inmiddels zijn er vijftien verschillende trekkerbumpers die - na aanschaf door lidbedrijven - door CUMELA Nederland worden gesubsidieerd met € 500,- per bumper. Meer informatie over de campagne leest u op cumela.nl/trekkerbumpers.

VEELGESTELDE VRAGEN LEEST U OP CUMELA.NL

• Wat is er sinds 1 januari 2018 veranderd met betrekking tot de opbouw van rolsteigers? • Ik voer transport voor derden uit met landbouwtrekkers. Moeten de chauffeurs een werkgeversverklaring bij zich hebben?

• Mag ik voor mijn beroepsgoederenvervoer een chauffeur inlenen bij een ander bedrijf met een Euro-vergunning?

• Hoe lang moet ik een kopie van een identiteitsbewijs van een werknemer bewaren? • Wat mag er met mijn identiteitsbewijs als ik op een bouwplaats kom?

70

GRONDIG 3 2018

KEUZEDEEL ‘ONDERHOUD VAN SPORTVELDEN EN GOLFBANEN’ VOOR MBO-STUDENTEN De vraag naar beginnende beroepsbeoefenaren met specifieke kennis en vaardigheden op het gebied van onderhoud en beheer van sportvelden en golfbanen neemt sterk toe. Daarom hebben CUMELA Nederland, VHG, BSNC en NGAGolf onlangs het landelijke keuzedeel ‘Onderhoud van sportvelden en golfbanen’ gepresenteerd. Dit initiatief is ontwikkeld in samenwerking met de onderwijspartners AOC Oost, Wellant, Aeres MBO Barneveld en Helicon. Mbo-studenten die zich in dit vakgebied willen verdiepen, kunnen nu dit speciaal ontwikkelde keuzedeel volgen, onafhankelijk van de onderwijsinstelling waar zij een opleiding volgen. Ze leren via e-learning, praktijkdagen bij bedrijven, stages en stageopdrachten en leggen tot slot een branche-examen af.

CUMELA-EXCLUSIEFARTIKELEN

• Pensioen, iets van toen? De 24 meest gestelde vragen over pensioen

• Algemene verordening gegevensbescherming. In tien stappen klaar voor de nieuwe privacyregels.

PRIJSINDEX DIESELOLIE De gemiddelde prijs van dieselolie is in februari met maar liefst 2,7 procent gedaald. Op de slotdagen in februari was de prijs weer aan het stijgen. De prijs volgt daarmee de algemene olieprijs. Intussen is het prijsniveau vergelijkbaar met dat van een jaar geleden.

OOK OP CUMELA.NL

• Meer konvooien voor landbouwverkeer op Zeelandbrug • Oriënterende missie Roemenië • Handelsmissie mestverwerkingsproducten Tsjechië • Wetsvoorstel uitbreiding partnerverlof bij geboorte • Belangrijkste eisen ISO 9001 op een rij • Op zoek naar een student in uw bedrijf?


VOORZITTER Maandelijks op deze plaats een column van één van de voorzitters van CUMELA Nederland. Deze editie Corné Vinke voorzitter sectie Agrarisch Loonwerk CUMELA Nederland.

DE TOP BEREIK JE MET VERTROUWEN Tijdens de algemene ledenvergadering op 27 maart zijn de jaarrekeningen van 2017 goedgekeurd. Verder is de begroting voor dit jaar aangenomen. Een onderdeel hiervan is de verbouwing van het kantoor in Nijkerk. Het contributievoorstel, waarbij de contributie wordt aangepast met de CBS-prijsindex (CPI oktober: 1,3 procent), werd met applaus aangenomen.

Bergbeklimmer en duiker Melvin Redeker vertelde voorafgaand aan de ALV inspirerend over de parallellen tussen zijn avonturen en de uitdaging in de cumelasector. Hoe creëer je vertrouwen? Kan vertrouwen zonder controle? Wanneer besluit je om toch niet naar de top te klimmen en om te draaien? Vertrouw jij op collega’s op hun woord? Is het gebruikelijk om werkzaamheden te bespreken met collega’s? Vertrouwen wordt volgens Redeker in vier stappen gecreëerd: 1. D oor te investeren in relaties (zorg dat je jouw collega’s echt leert kennen). 2. C ommitteer je in gezamenlijke waarden en normen (stel werkprocessen op). 3. Wees consistent (voer werkzaamheden altijd uit zoals afgesproken). 4. Voorspelbaar (zorg dat jouw collega’s weten wat jij uitvoert). Voor een avonturier is het van levensbelang om op elkaar te vertrouwen. Je wilt immers niet dat jouw touw losschiet boven op een berg. Vertrouwen kan echter nooit zonder controle. Zorg dat je elkaar controleert. Vraag elkaar naar de werkwijze en de uitgevoerde handelingen. In een open bedrijfscultuur moet hiervoor altijd ruimte zijn. Door met elkaar te praten en niet over elkaar te praten, wordt tunnelvisie voorkomen. Door een goede samenwerking is het mogelijk om de top veilig te halen en de gewenste resultaat te halen. Iets wat volgens hem niet alleen geldt voor bergbeklimmers, maar net zo goed voor ondernemers. De middag werd afgesloten met een Lef & Trots demonstratie van medewerkers van de CUMELA-organisatie. De medewerkers in veiligheidsvestjes brachten tijdens de borrel de vele diensten en producten van de organisatie onder de aandacht.

Frohe Ostern, 5+1 Terwijl het eind maart lang wachten was op het goede voorjaarsweer moest een collega-ondernemer, net voor Pasen, vaststellen dat er nog lang geen sprake is van één (samenwerkend) Europa. Wat is namelijk het geval. Nederland en Duitsland hebben elkaars vakbekwaamheidsbewijzen voor gewasbescherming wederzijds erkend. Dit komt voort uit de Europese wetgeving, die aangeeft dat lidstaten elkaars vakbekwaamheidsbewijzen dienen te erkennen. Een Nederlandse toepasser kan dus op basis van zijn Nederlandse vakbekwaamheid de Duitse vakbekwaamheid verkrijgen en omgekeerd. So far, so good. Nu blijkt dat Duitsland wat betreft de verlenging van deze vakbekwaamheid toch vasthoudt aan de Duitse lijn. Uw collega kreeg namelijk van de Landwirtschaftskammer (de Duitse tegenhanger van Bureau Erkenningen) te horen dat hij een extra verlengingsbijeenkomst in Duitsland dient te volgen. En dat terwijl hij al vijf verlengingsbijeenkomsten in Nederland heeft gevolgd voor het verlengen van de Nederlandse vakbekwaamheid. Omgekeerd kan een Duitse boer of loonwerker met zijn Duitse vakbekwaamheid, verlengd door middel van het volgen van één kennisbijeenkomst, de Nederlandse vakbekwaamheid verkrijgen. Hoezo één Europa. Is de rekensom 5+1 dan toch gelijk aan 1? In een eerste telefonisch contact met de oosterburen werd door de Landwirtschaftskammer medegedeeld dat de Nederlanders op de hoogte dienen te zijn van de Duitse wetgeving. We hebben die instantie fijntjes voorgehouden dat qua gewasbeschermingsbeleid er weinig onderscheid is tussen Duitsland en Nederland (en de andere lidstaten). Er zijn namelijk een Europese verordening en richtlijn van kracht. Deze Duitse uitleg kan toch niet de bedoeling zijn. De basis van het gewasbeschermingsbeleid is in heel Europa toch hetzelfde. Na Pasen (Ostern) volgt er een nader gesprek met de Duitse overheid. Frohe Ostern klonk het nog aan de andere kant van de lijn. Inderdaad Frohe Ostern, maar niet voor de Nederlandse bedrijven die weer extra in actie moeten komen net nu het voorjaarswerk ‘in Schwung’ dreigt te geraken. Intussen blijft bij ons een gevoel achter dat Duitsland net als Trump voor niet-Amerikaans staal een drempel opwerpt voor Nederlandse dienstverleners en boeren. Weer (ongewenst) werk aan de winkel voor uw belangenbehartiger. Ik hoop dat u intussen toch Frohe Ostern heeft mogen vieren met uw geliefden en volop bezig bent met de voorjaarswerkzaamheden.

Corné Vinke Voorzitter sectie Agrarisch loonwerk

GRONDIG 3 2018

71


ondernemen met

cumela

TOOLBOX Aanrijden van personen Tips en vuistregels voor de toolboxmeeting

Voor meer info over veilig werken, kijk op www.agroarbo.nl

Als je iemand aanrijdt met een grote machine geeft dat altijd ernstig letsel en soms heeft het zelfs de dood tot gevolg. Voor het slachtoffer is dat verschrikkelijk, maar onderschat niet wat voor effect het op jezelf heeft als je te dealen hebt met schuldgevoelens van een aanrijding. Denk niet dat het jou niet overkomt, want elk jaar vallen er slachtoffers. Een aanrijding is te voorkomen. Neem deze adviezen daarom serieus.

ACHTERUIT RIJDEN

DE HOEK OM

Bij het achteruit rijden is het onmogelijk om alles te overzien. Je ziet maar een deel van wat er achter je gebeurt. Ook met camera’s kun je als chauffeur niet continu op het scherm kijken. Als voetganger moet je uit de buurt blijven van een machine die achteruit rijdt. Als chauffeur mag je geen risico’s nemen en alleen gaan rijden als er niemand is of als iedereen die er is gewaarschuwd is. Akoestische signalen neigen hun effect te verliezen doordat ze vaak klinken en soms door het andere lawaai helemaal niet worden gehoord. Radarsystemen hebben daarom de voorkeur.

Onoverzichtelijke situaties geven gemakkelijk aanrijdingen. Rijd rustig de hoek om en claxonneer. Probeer als voetganger niet daar te lopen waar ook machines rijden. Beoordeel of de hoek overzichtelijker kan worden gemaakt door bijvoorbeeld spiegels.

RIJDEN IN EEN LOODS Rijd altijd rustig de loods in. Er is weinig tijdsbesparing te halen door met 25 km/u in plaats van 10 km/u per uur een loods in te rijden.

Met hoge snelheid een slecht verlichte loods inrijden, is vragen om problemen. Rijd altijd rustig de loods in. Er is weinig tijdsbesparing te halen als je niet met 10 km/u, maar met 25 km/u een loods in rijdt. Het is maar een kleine afstand en de haast zit vooral in je hoofd. Als je in een loods loopt waarin ook machines rijden, zorg dan dat je goed te zien bent. Beoordeel of het mogelijk is om daar niet te lopen als er machines rijden. Maak hierover afspraken met elkaar.

AANHANGERS Als je met grote aanhangers moet rijden, beoordeel dan hoe het zicht kan worden verbeterd. In elk geval moeten de spiegels zo afgesteld staan dat tien meter achter het voertuig een vlak weggedeelte met een breedte van 2,50 meter te zien is. Moet je de loods in, vraag dan een collega te begeleiden.

DODE HOEK Test alle machines uit, ga erin zitten en beoordeel samen of je voldoende kunt zien. Zet een pion of collega neer en kijk wanneer je deze nog wel kunt zien en wanneer niet meer. Wat kun je doen om het zicht te verbeteren? In welke machine is het zicht goed en in welke niet?

GEHOORBESCHERMING/LAWAAI Door het dragen van gehoorbescherming of de aanwezigheid van lawaai worden de akoestische signalen niet opgemerkt. Houd hier rekening mee!

VERANTWOORDELIJKHEID MACHINIST Een chauffeur is altijd zelf verantwoordelijk voor zijn rijgedrag en heeft de plicht ervoor te zorgen dat niemand in de buurt van de machine is als hij gaat rijden. Een akoestisch signaal is daarbij een hulpmiddel. Het ontslaat de chauffeur niet van zijn plicht.

72

GRONDIG 3 2018


TIPS EN VUISTREGELS Algemeen Ga na wat bij jullie in het bedrijf momenten zijn dat ­iemand kan worden aangereden. Beoordeel vervolgens wat jullie samen kunnen doen om dit te voorkomen: • Het scheiden van rijdende machines en personen. • Beoordelen op welke machines en in welke situaties het zicht onvoldoende is. Wat kan daaraan worden ­gedaan? Denk aan camera’s, spiegels of een collega die meehelpt. • Verbeteren van de zichtbaarheid door bijvoorbeeld ­voldoende verlichting in de loods en het dragen van sig­ naalkleding.

Tips voor de chauffeur • Stel spiegels en camera’s goed af. • Controleer vooraf op spiegels en ramen schoon zijn. Neem een doek mee om ook tijdens het werk de ramen en spiegels schoon te kunnen houden. • Zorg voor voldoende zicht. Heb je toch onvoldoende zicht, neem de gok dan niet, maar vraag een collega om te helpen • Pas je rijsnelheid aan de situatie aan. • Werk je bij grondwerkers in de buurt, zorg dan dat je weet wat de grondwerker gaat doen en waar. Houd contact met elkaar als de kraan wordt verplaatst. Maak vooraf afspraken met elkaar over het voorkomen van een aanrijding. • Houd er rekening mee dat als iemand gehoorbescher­ ming draagt hij het waarschuwingssignaal niet kan horen (bijvoorbeeld bij het werken met een trilplaat). Als iemand ook nog met zijn rug naar de kraan toe staat, heeft hij bovendien niet in de gaten dat de achteruit­ rijlichten branden.

Tips voor de voetganger • Ga er altijd van uit dat de machinist jou niet ziet. Pas na het hebben van oogcontact kun je aannemen dat je gezien bent (Zie jij mij, zie ik jou!). Het blijft wel con­ tinu opletten. De machinist is met zijn werk bezig en kan jou onmogelijk continu in de gaten houden. Zorg dat je wordt gezien. • Draag opvallende kleding. • Ga nooit in de draaicirkel van een kraan staan. • Ga op plaatsen staan waar je niet kunt worden geraakt door een kraan of a ­ nder wegrijdend verkeer. Zorg ook dat lading niet op je kan vallen.

Test alle machines uit waarmee je rijdt, ga erin z­ itten en beoordeel ­samen of je vol­ doende kunt zien.

TEKST: Corina van Zoest-Meester, adviseur arbo FOTO’S: Stigas, CUMELA Communicatie

GRONDIG 3 2018

73


ondernemen met

cumela

Personeelsadministratie Algemene verordening gegevensbescherming in de praktijk De nieuwe wet Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) betekent bij cumelabedrijven vooral aandacht voor een goed georganiseerde personeelsadministratie. In de meest gestelde vragen zetten we uiteen aan welke eisen een goede personeelsadministratie moet voldoen.

Welke gegevens mag ik wel en niet bewaren van mijn medewerkers? De hoofdregel is dat een werkgever alleen gegevens in het personeelsdossier mag opnemen die noodzakelijk zijn voor het doel van het personeelsdossier. In het personeelsdossier worden de gegevens opgenomen die de werkgever nodig heeft om de arbeidsovereenkomst met de werknemer te kun­ nen uitvoeren (de grondslag). Een goed personeelsdossier be­ vat alle gegevens op basis waarvan een werkgever zijn beslis­ singen over zijn werknemer kan onderbouwen, bijvoorbeeld met betrekking tot een salarisverhoging of ontslag. Sommige gegevens heeft de werkgever nodig om te kunnen voldoen aan wettelijke verplichtingen, zoals het betalen van belasting en premies. Andere gegevens zijn belangrijk voor bijvoorbeeld het personeelsbeleid. Een werkgever mag onder meer de volgende persoonsge­ gevens in het personeelsdossier opnemen: • Een kopie van het identiteitsbewijs dat geldig is op het ­moment van indiensttreding. • Het burgerservicenummer (BSN). • Verslagen van beoordelings- en functioneringsgesprekken. • Verzuimfrequentie (hoe vaak een medewerker afwezig is). • Eventuele klachten en/of waarschuwingen. • Persoonlijke werkaantekeningen van de leidinggevende.

Hoe omgaan met identiteitsbewijs? Als werkgever bent u verplicht om bij indiensttreding de identi­ teit van uw werknemers te controleren. U controleert voor aan­ vang van het dienstverband het originele identiteitsbewijs en bewaart een kopie ervan in uw administratie. Als het identiteits­ bewijs van een werknemer tijdens zijn dienstverband verloopt, hoeft u geen nieuwe kopie te maken. U moet wel de kopie van het verlopen ID-bewijs bewaren. Dit is immers het bewijs ten tijde van de datum van indiensttreding. Deze moet u tot vijf jaar na het einde van het dienstverband bewaren.

Hoe lang bewaar ik een personeelsdossier? Het uitgangspunt is dat u gegevens niet langer mag bewaren dan noodzakelijk voor het doel van de verwerking. In een per­ soneelsdossier zijn verschillende gegevens opgenomen die ook een verschillende bewaartermijn kennen. In onderstaande tabel is een overzicht te vinden van de bewaartermijn van de

74

GRONDIG 3 2018

meeste documenten in een personeelsdossier. Er zijn ook gege­ vens zonder een wettelijke bewaartermijn, zoals verslagen van functionerings- en beoordelingsgesprekken en administratieve verzuimgegevens. Voor die gegevens geldt over het algemeen een bewaartermijn van twee jaar nadat het dienstverband is beëindigd. Zijn de gegevens al eerder niet meer nodig? Dan moet u ze direct verwijderen. Langer bewaren? Een werkgever mag gegevens van een (ex-) werknemer langer bewaren als er een arbeidsconflict is (geweest) of als er een rechtszaak loopt. Houd er rekening mee dat een werknemer gedurende vijf jaar het recht heeft om een vordering bij een oud-werkgever in te stellen voor bijvoorbeeld vakantiedagen, atv-dagen en vakan­ tierecht en twee jaar voor vakantietoeslag. Het is dus belangrijk om zorgvuldig te handelen bij het opruimen van een perso­ neelsdossier.

Mag een werknemer zijn personeelsdossier ­inzien? Ja, dat mag. Een werknemer heeft het recht om zijn personeels­ dossier in te zien. Ook mag hij een verzoek doen om gegevens in zijn personeelsdossier te laten corrigeren of verwijderen.

Wat mag ik registreren als mijn werknemer zich ziek meldt? Als werkgever mag u een aantal gegevens registreren als een werknemer zich ziek meldt, bijvoorbeeld om te kunnen beoor­ delen hoe het verder moet met de werkzaamheden of om te kunnen (laten) controleren of de werknemer wel echt ziek is. Maar de werkgever moet hierbij wel rekening houden met de privacy van de werknemer. Een werkgever mag daarom alleen gegevens vragen die noodzakelijk zijn. U mag vragen naar de volgende gegevens: • Het telefoonnummer en (verpleeg)adres. • De vermoedelijke duur van het verzuim • De lopende werkzaamheden, afspraken en vervanging. • Of de werknemer onder één van de vangnetbepalingen van de Ziektewet valt (maar niet onder welke, zoals zwanger­ schap/bevalling, orgaandonatie, no-riskpolis of compensatie­ regeling). • Of de ziekte verband houdt met een arbeidsongeval. • Of er sprake is van een verkeersongeval met regresmogelijk­ heid.


Document/gegevens

Minimale bewaartermijn

Sollicitatiebrieven en correspondentie omtrent de sollicitatie Arbeidsovereenkomst en wijzigingen

Maximale bewaartermijn

Ingangsdatum bewaartermijn

vier weken zonder toestemming, één jaar met toestemming van de sollicitant

na beëindiging sollicitatieprocedure

twee jaar

einde dienstverband

Afspraken over benoemingen, ­promotie, demotie en ontslag

twee jaar

einde dienstverband

Verslagen van functionerings­ gesprekken

twee jaar

einde dienstverband

Verslaglegging in het kader van de Wet verbetering poortwachter

twee jaar

einde dienstverband

Loonbelastingverklaringen

vijf jaar

einde dienstverband

Kopieën van identiteitsbewijzen

vijf jaar

einde dienstverband

Afspraken betreffende salaris en arbeidsvoorwaarden

zeven jaar

einde dienstverband

Vut-regeling

twee jaar

einde dienstverband

Afspraken inzake werk OR

twee jaar

einde lidmaatschap

Loonbeslagen

tot opheffing

De werkgever mag niet informeren naar de aard en oorzaak van de ziekte van de werknemer. U mag dus niet vragen wat de werknemer precies heeft en waardoor dat komt. Natuurlijk mag de werknemer wel vrijwillig gegevens over de ziekte aan zijn werkgever doorgeven. Doet de werknemer dit, dan mag de werkgever deze gegevens alleen in uitzonderlijke situaties in het personeelsdossier opnemen. Een voorbeeld is wanneer de medewerker epilepsie heeft en de collega’s hiervan op de hoogte moeten zijn, zodat ze weten wat ze moeten doen als hij of zij een aanval krijgt.

Welke gegevens mag een werkgever niet vragen en/of vastleggen? • De (spontaan vertelde) oorzaak van het verzuim. • Eigen waarnemingen over de gezondheidstoestand van de werknemer. • Informatie over therapieën. • Afspraken met artsen, therapeuten of begeleiders. • Problemen uit het verleden of uit de privésfeer.

Mag ik het burgerservicenummer op de mandagen­staten vermelden? Het verwerken van het burgerservicenummmer (BSN) is en blijft verboden, tenzij er een wettelijke verplichting bestaat. Sinds 1 januari 2017 is er voor de cumelasector een belangrijke uitzondering opgenomen in de wet. Op grond van de Uitvoeringsregeling verplicht gebruik BSN is er een grondslag gecreëerd voor het delen van BSN met opdrachtgevers vanwege de Wet ketenaansprakelijkheid. In de regeling is opgenomen dat de uitlener of onderaannemer het BSN van de door hem op het werk ingezette werknemers mag verstrekken aan de inlener of aannemer door vermelding op het mandagenregister. Let op: u mag geen kopieën van ID-bewijzen aan de opdrachtgever verstrekken! Alleen de werkgever mag een kopie van een ID-bewijs van een werknemer in zijn bezit hebben. De opdrachtgever mag van ingehuurde werknemers of werknemers van onderaannemers gegevens overnemen van het ID-bewijs, maar geen kopie of foto maken. Van zzp’ers mag u geen kopie of foto maken van het ID-bewijs en ook geen gegevens over-

nemen. Meer informatie op https://www.cumela.nl/recht-enregelingen/avg onder ‘Veelgestelde vragen’.

Moet ik mijn medewerkers informeren? Als werkgever heeft u een informatieplicht en moet u dus ook uw personeel informeren over het gebruik van hun persoonsgegevens. De werkgever moet onder andere duidelijk maken: • welke gegevens er worden verwerkt; • wat het doel daarvan is; • of die gegevens worden doorgegeven aan verwerkers en welke dat zijn (bijvoorbeeld een externe salarisadministratie, pensioenfonds, arbodienst, verzuimverzekeraar en andere externe administrateurs); • of gegevens naar het buitenland worden gezonden en welke passende waarborgen daarvoor zijn getroffen; • welke bewaartermijnen er in acht worden genomen; • welke rechten de werknemer heeft, zoals recht op inzage, rectificatie, verwijderen van gegevens, beperking, bezwaar en intrekken van de gegeven toestemming; • bij wie de werknemer moet zijn als over de verwerking van persoonsgegevens vragen of klachten zijn. Als u een personeelshandboek hebt, kan hier een hoofdstuk ‘Privacy’ aan worden toegevoegd waarin u deze informatie verstrekt. Met bijvoorbeeld een informatiebrief kunnen nieuwe werknemers voor het aangaan van de arbeidsverhouding worden geïnformeerd. Ook met een volledige privacyverklaring kunt u aan deze verplichting voldoen. U kunt via een website van onder meer het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en het ministerie van Justitie en Veiligheid een privacyverklaring opstellen om zowel uw werknemers als uw klanten te informeren (https://veiliginternetten.nl/privacyverklaring/). Wilt u begeleiding bij het inventariseren van wat de AVG betekent voor uw organisatie, dan kunt u daarvoor terecht bij CUMELA Advies (advies@cumela.nl).

Geralde van de Bunt, adviseur juridische zaken

GRONDIG 3 2018

75


EEN BETERE BODEM (DEEL 2) Een band met en een band voor de bodem

ondernemen met

cumela

Gevoel hebben met de bodem en kiezen voor de juiste banden(spanning) voor die bodem zijn wezenlijk voor goed bodembeheer. Het kiezen van de beste banden voor de werkzaamheden is van groot belang. Door die onder de juiste weersomstandigheden toe te passen op een bodem met een goede structuur, een optimaal organische-stofgehalte en een juiste pH en CEC (kleihumuscomplex) ontstaat de beste kans op een optimaal resultaat.

Door de toenemende bodemverdichting in Nederland (meer dan 45 procent) is de discussie over de juiste banden weer opgelaaid. Banden zijn echter niet als enige verantwoordelijk voor deze verdichting. Wel leveren ze een positieve of negatieve bijdrage aan het resultaat. Verdichting in de bodem ontstaat niet alleen door grote machines en een hoge bandenspanning. Er zijn meerdere soorten verdichting: • Antropogeen (door menselijke invloed, bijvoorbeeld machines). • Pedrogeen (door processen in de bodem). • Hydrogeen (ontstaan door water, slemp). • Geogeen (ontstaan door afzettingen uit het verleden). Het belangrijkste is om alle werkzaamheden en acties integraal op elkaar af te stemmen. Besef dat je door eerst te denken en dan te doen veel narigheid kunt voorkomen.

Juiste druk en spanning De druk op de bodem neemt toe en ook de wens om zo efficiënt mogelijk te werken, wordt steeds groter. Een goede, gezonde bodem is de uitgangssituatie om met machines op

en in de bodem te werken. Dit is vaak niet het geval. Als je zo min mogelijk schade via de banden aan de bodem wilt toebrengen, is de juiste bandenspanning een noodzaak. We weten dat een lage spanning van circa 0,8 bar wenselijk is om zo min mogelijk verdichting te krijgen, maar de situaties zijn zo gevarieerd dat er niet één algemene richtlijn is. Het werken met aangekoppelde werktuigen op het land en het transport over de weg geven een sterk wisselende belasting. De bandenspanning moet altijd aan de hoogste belasting worden aangepast. Een drukwisselsysteem zal hiervoor zeer geschikt zijn, maar is lang niet altijd haalbaar. Een band met een grotere luchtkamer is een optie, als die kan worden toegepast bij de uit te voeren werkzaamheden. Andere factoren spelen ook een rol bij een betere bodem. Een hoger organische-stofgehalte zorgt voor meer watervasthoudend en waterafvoerend vermogen. Ook zorgt dit voor een betere draagkracht. Een goed werkende drainage, een goede CEC (kleihumuscomplex) en dergelijke zijn ook mede bepalend. In de GWW-sector zal de bodem vooral een grote draagkracht moeten hebben. De bodem moet geschikt zijn of geschikt worden gemaakt voor het doel waarvoor deze moet worden gebruikt.

Overzicht van de belasting bij verschillende spanningen van een standaard radiaalband ten opzichte van een IF- en een VF-band. 1,0 bar

1,2 bar

1,6 bar

2,0 bar

2,4 bar

2,8 bar

3,2 bar

3,6 bar

4 bar

1050/50R32

-

5150 kg

6300 kg

7100 kg

7500 kg

8250 kg

9000 kg

-

-

IF 1050/50R32

5600 kg

-

7750 kg

8500 kg

9250 kg

10.000 kg

10.900 kg

11.500 kg

12.150 kg

VF 1050/50R32

6500 kg

7335 kg

9000 kg

10.000 kg

10.600 kg

11.800 kg

12.500 kg

13.200 kg

14.000 kg

IF geeft 20 procent meer draagvermogen ten opzichte van standaard radiaalband VF geeft 40 procent meer draagvermogen ten opzichte van standaard radiaalband

76

GRONDIG 3 2018


ADVIESPRAKTIJK Werknemer met schulden

1,0 bar

1,2 bar

1,6 bar

2,0 bar

2,4 bar

Werkgevers worden regelmatig geconfronteerd met een loonbeslag voor één van hun werknemers. Volgens een schatting uit 2016 gebeurt dit 500.000 keer per jaar. Een schrikbarend aantal, zeker als je je realiseert dat achter elk loonbeslag een verhaal van verdriet, zorg en schaamte schuilgaat. Een loonbeslag kan pas worden gelegd met een vonnis van de rechter of een dwangbevel van de overheid. Slechts in een klein deel van de gevallen leiden schulden tot een loonbeslag; de hoeveelheid werknemers met schulden zal dus zeker vele malen groter zijn.

Schematische weergave van de ideale bandenspanning van een trekkerband.

Bandenkeuze en -uitvoering Er zijn heel veel typen banden. De standaard trekkerband met kammen kent iedereen. IF- en VF-banden mag en kun je op een lagere spanning gebruiken (zelfs op circa 0,6 bar). IF staat voor Increased Flexion en deze band kan zo’n twintig procent meer gewicht dragen dan standaard radiaalbanden. VF staat voor Very Increased Flexion, waarbij de band zo’n veertig procent zwaarder kan worden belast. Anders gezegd: de bandenspanning kan zo’n veertig procent worden verlaagd ten opzichte van een standaard band in dezelfde omstandigheden. De nieuwste VF-banden (ook wel Ultraflex genoemd) leveren volgens opgave vier procent oogstvoordeel op als gevolg van minder bodemverdichting en minder oogstschade. Ook zouden deze banden goed zijn voor een brandstofbesparing van tien tot dertig procent en een langere levensduur. De wielbelasting en de snelheden zijn mede bepalend voor de bandenspanning. Gebruik geen algemene tabel, maar de tabel die past bij het gebruikte bandenmerk. Alles zal wel moeten zijn afgestemd op de juiste acties, op het juiste moment en onder de juiste weersomstandigheden voor een optimaal resultaat.

Herstel bodem door... Alle werkzaamheden en technieken dragen bij aan een betere bodem. De bodem rust geven, zodat die kan herstellen, is veel belangrijker dan we denken. In de praktijk gebeurt dat niet zo vaak. Hou rekening met de bodemgesteldheid in uw bouwplan. Afwisseling van granen met rooivruchten en het kiezen van vroege rassen geven de grond meer tijd voor herstel. Geef de bodem rust! Dat was vijftig jaar geleden goed en dat is nu nog steeds zo. Vele studies, data en andere gegevens leveren een bijdrage aan meer inzicht en juiste keuzes. Het boerenverstand is nog steeds een heel waardevolle raadgever. .

Er zijn legio aanwijzingen die laten zien dat een medewerker in de financiële problemen zit. Vooral grotere bedrijven zien echter pas door het loonbeslag dat een werknemer schulden heeft. Het is verstandig om als werkgever je oor te luister te leggen om signalen op te vangen op de werkvloer. Wees ook toegankelijk voor medewerkers die bij je aankloppen. Werknemers met schulden kosten werkgevers veel geld. Berekend is dat één op de zes ziekmeldingen te maken heeft met schulden. De productiviteit holt achteruit. U kunt zich wel voorstellen dat een medewerker met schulden zijn of haar hoofd er niet altijd bij heeft. De vaakst voorkomende oorzaak van schulden is een echtscheiding. Ook het verlies van de baan van een partner leidt tot een inkomensdaling die niet altijd kan worden opgevangen. Geen kennis van zaken of geen overzicht in de eigen administratie hebben, komt ook vaak voor. Vaak doet één van de partners de administratie en weet de ander totaal niet wat er speelt. En wat denkt u van risico’s die worden genomen met leningen of een eigen bedrijfje van de partner? Is een echtpaar in zo’n geval in gemeenschap van goederen getrouwd, dan komen die schulden op last van de gemeenschappelijke boedel. Schulden beginnen vaak met een klein bedrag, maar zo’n bedrag kan snel oplopen. En sommigen liggen al wakker van een schuld van € 1000,-. Anderen laten echter pas van zich horen als de schuld torenhoog is opgelopen. Het is niet verstandig dat je als werkgever deze mensen laat aanmodderen. De werknemer met schulden die hulp krijgt, is productiever. Dat is voor iedereen beter. Maak het eens bespreekbaar in uw bedrijf.

Sander van Meer, John Holleman, adviseur bodembeheer

teamleider Advies en Arbeidsmarkt

GRONDIG 3 2018

77


NEDERLAND

• ISOBUS FRONTTANK VOOR VLOEIBAREOF VASTE KUNSTMEST TOEPASSING • GEEN VERSPILLING VAN ZAAD EN KUNSTMEST

• E-DRIVE ZAAIRIJEN MET GEOCONTROL SECTIE AANSTURING • AUTOMATISCH IN- EN UITSCHAKELEN VAN DE RIJEN • 37.5, 50 OF 75CM RIJ-AFSTAND IS MOGELIJK

WHEN FARMING MEANS BUSINESS kverneland.nl

Kverneland Optima precies wat u zoekt!


Calaris , het vertrouwde middel waarmee Kees zo klaar is ®

Calaris, hét basismiddel tegen onkruiden in maïs. • Flexibel en gemakkelijk • Veilig • Snel en breedwerkend Bij gladvin gergras • Vroeg s • Lange duurwerking puit en: 2-3 blad m aïs • Hogere dosering: 1,5 l/ha

www.calariskees.nl

Syngenta Crop Protection B.V., Postbus 512, 4600 AM Bergen op Zoom. Tel. 0164 225 500, www.syngenta.nl. Syngenta biedt diverse oplossingen die telers helpen hun bedrijfsvoering verantwoord te optimaliseren. Zie www.syngenta.nl/stewardship Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees voor het gebruik eerst het etiket en de productinformatie. ®/TM Registered Trademark of a Syngenta Group Company.


ondernemen met

cumela

Omzetopgave en contributie Waarom en hoe? Als lid van brancheorganisatie CUMELA Nederland betaalt u elk jaar contributie. De hoogte van de contributie is afhankelijk van uw ondernemingsomzet. Op welke manier dat is geregeld, hebben we vastgelegd in de contributieregeling. In dit artikel leggen we uit hoe dat in zijn werk gaat en hoe u daar gebruik van maakt.

Rond deze tijd ontvangt u als lid van CUMELA Nederland de contributiefactuur voor uw lidmaatschap in 2018. Waar is die factuur eigenlijk op gebaseerd? Waarom is uw omzetopgave zo belangrijk en wat doet CUMELA eigenlijk met de contributiegelden?

Lid van CUMELA Nederland? Log in op de website en ga naar ‘Organisatie-informatie’ en vervolgens naar ‘Jaarstukken CUMELA Nederland’. Daar vindt u naast de vragen en antwoorden van dit artikel nog meer vragen over de contributie en omzetopgave.

80

GRONDIG 3 2018

1. W AARAAN BESTEEDT CUMELA MIJN CONTRIBUTIEGELD? Dat is best veel om hier te benoemen. Natuurlijk hoort in dat rijtje het onderhouden van het persoonlijke contact met u, onder andere door bedrijfsbezoeken en studieclubs, maar ook de CUMELA-Infolijn, het vakblad Grondig en nog veel meer. Veel gebeurt achter de schermen. Het complete beeld krijgt u door het jaarverslag erop na te slaan. Dit vindt u op www.cumela.nl/jaarverslag2017.

2. W AAR VIND IK DE CONTRIBUTIEREGELING? De contributieregeling vindt u op de website. Nadat u bent ingelogd, gaat u naar www.cumela.nl/cr18.


3. WIE BEPAALT OF DE CONTRIBUTIE WORDT AANGEPAST? Het verenigingsbestuur beoordeelt elk jaar in welke mate de contributie dient te worden aangepast. Aanpassingen vinden plaats op basis van de CBS-consumentenprijsindex per 1 oktober van het voorgaande jaar. Tijdens de algemene ledenvergadering legt het verenigingsbestuur de voorgestelde verhoging ter goedkeuring voor.

4. HOE KAN HET DAT IK EEN CONTRIBUTIE­ FACTUUR KRIJG TERWIJL IK NOG GEEN OMZETOPGAVE HEB GEDAAN? In dat geval is de hoogte van de contributie gebaseerd op de laatst bekende omzetopgave die wij van u hebben ontvangen.

5 DE CONTRIBUTIEKLASSE EN HET BEDRAG OP DE FACTUUR KLOPPEN NIET. HOE KAN DAT? Dat kan twee oorzaken hebben. Het is mogelijk dat sinds uw laatste omzetopgave uw bedrijfsactiviteiten dusdanig zijn veranderd dat de contributieklasse niet meer overeenkomt met de werkelijkheid. Een andere oorzaak kan zijn dat u in het voorgaande jaar geen omzetopgave heeft ingeleverd. In dat geval delen we u een jaar later één klasse hoger in.

6 HOE GEEF IK MIJN OMZET DOOR AAN CUMELA? U ontvangt van ons een mail met een link naar een beveiligde website. Op deze website zijn uw gegevens voor het grootste deel al ingevuld. U vult uw omzetbedrag in en past indien nodig de al ingevulde gegevens aan. Nadat u de akkoordverklaring heeft ingevuld, verstuurt u uw opgave. U ontvangt een kopie van uw opgave in uw mailbox.

7 IK HEB DE MAIL ONTVANGEN WAARIN CUMELA OM MIJN ONDERNEMINGSOMZET VAN VORIG JAAR VRAAGT, MAAR IK WEET DE OMZET NOG NIET. WAT DOE IK? Bewaart u de mail alstublieft. Zodra u uw omzet wel weet, kunt u deze mail alsnog gebruiken om uw omzet door te geven.

8. WAAROM IS MIJN OMZETOPGAVE BELANGRIJK? Om meerdere redenen. Uw omzetopgave vormt de basis voor het vaststellen van de hoogte van de door u te betalen contributie. Daarnaast bevat uw opgave belangrijke informatie voor CUMELA als brancheorganisatie. Door uw opgave zijn we in staat de omvang van de cumelasector aantoonbaar te maken. Dat is belangrijk als we in gesprek zijn met externe partijen, zoals politici (zowel landelijk als lokaal), beleidsmakers en andere partijen. Daarnaast dienen we bij een accountantscontrole aan te tonen waarom we u in een bepaalde contributieklasse hebben ingedeeld.

LA-lid in mindering brengen op uw opgave. Twijfelt u of uw collega lid is van CUMELA? Bel even met de CUMELA-infolijn.

10 I K KOOP MATERIALEN IN DIE WIJ IN ONZE WERKEN GEBRUIKEN. IN HOEVERRE MOET IK DAT MEETELLEN BIJ DE OMZETOPGAVE? Enkele voorbeelden van zulke materialen zijn rioleringsmateriaal bij het bouwrijp maken van een bedrijventerrein en kuilplastic dat u levert tijdens het inkuilen. De inkoop van deze hulp- en grondstoffen die u verwerkt in de dienst wordt onderdeel van de omzet die u maakt. Om te voorkomen dat, vooral wanneer u relatief veel of duur materiaal verwerkt, een vertekend beeld van uw omzet zou ontstaan, hebben we afgesproken dat u maximaal twintig procent van de verkoopwaarde van de verwerkte hulp- en grondstoffen meetelt bij uw omzetopgave.

11 TOT WANNEER KAN IK DE OMZETOPGAVE INLEVEREN? U kunt uw opgave tot 31 december van het lopende kalenderjaar inleveren.

12 D E OMZET VAN MIJN ONDERNEMING IS GEGROEID. KRIJG IK NU EEN HOGERE CONTRIBUTIEFACTUUR? Dat is mogelijk. Een hogere ondernemingsomzet kan betekenen dat we u in een hogere contributieklasse indelen. In het geval dat nog niet was verwerkt in de contributiefactuur ontvangt u een aanvullende factuur. Overigens hebben we daarbij afgesproken dat u niet meer dan één klasse tegelijk stijgt als er sprake is van autonome groei (groei die is ontstaan door meer omzet onder dezelfde bedrijfsvoering). In het geval u meer omzet maakt, omdat u bijvoorbeeld uw werkzaamheden door een overname heeft uitgebreid, is er geen sprake van autonome groei. In dat geval delen we u direct in de juiste klasse in.

13 D E OMZET VAN MIJN ONDERNEMING IS GEDAALD. BETAAL IK NU MINDER? Het is inderdaad mogelijk dat uw ondernemingsomzet dusdanig lager is dat u in een lagere contributieklasse valt. Als de oorspronkelijke contributiefactuur op een hogere klasse is gebaseerd, corrigeren we die met een creditfactuur.

14 A AN WIE KAN IK MIJN VRAGEN OVER DE CONTRIBUTIEFACTUUR STELLEN? Vragen over uw factuur, over de omzetopgave en de contributieregeling stelt u aan uw bedrijvenadviseur, aan de collega’s van de CUMELA-infolijn via (033) 247 49 99 of van de financiële administratie via (033) 247 49 00.

9 IK HUUR REGELMATIG EEN COLLEGA IN, DIE OOK LID VAN CUMELA IS. WE GEVEN DE OMZET DIE WE SAMEN MAKEN ALLEBEI OP BIJ CUMELA. Dat hoeft niet. Als u beiden deze omzet opgeeft, betaalt u beiden contributie over dezelfde omzet. Als inhurende partij mag u de omzet die u maakt door de inhuur van een ander CUME-

Theo Felten, bedrijvenadviseur binnendienst

GRONDIG 3 2018

81


ondernemen met

cumela

BEDRIJVIG

Actualiteiten • Via de CUMELA studieclub Zuid Oost Brabant-app werden alle leden uit

• De bedrijvenadviseur in Groningen is uitgenodigd om mee te denken

de regio op de hoogte gebracht van diefstal van Trimble-GPS-apparatuur in de regio Neerkant en Liessel, zodat iedereen gewaarschuwd was en maatregelen kon treffen. • Marie José Peters uit Swalmen nam contact op met CUMELA Nederland omdat ze geïnspireerd was geraakt door de Kahootquiz die werd gepresenteerd door de bedrijvenadviseur tijdens de Contactdag Limburg. Ze gebruikt deze tool voor het maken van een toolbox voor het personeel. Het is haar gelukt met vragen uit de toolboxen die op www.cumela.nl zijn geplaatst. • Als uw bedrijf groeit, heeft u een uitdaging. Is personeel aannemen verstandig? Samen met de bedrijvenadviseur kunt u de alternatieven en de bijkomende kosten bespreken. • Dankzij drie leden (Leenders in Mariahout, Kuijpers in Son en Bouw in Beek en Donk) is een VOMOL-project tot stand gekomen voor een basisschool in Nuenen met 75 kinderen • De provincie Zuid-Holland buigt zich opnieuw over de vraag of landbouwverkeer moet worden toegestaan op de busbaan van de N207 bij Leimuiden. • De leerlingen van de opleiding Groen, Grond & Infra van het Nordwin College in Leeuwarden organiseren de komende weken negen lesdagen VOMOL in de Friese gemeenten.

bij de ontwikkeling van een fusiegemeente. Waar moet de gemeente allemaal aan denken op het gebied van landbouwverkeer? • De proef met de openstelling van de Zeelandbrug voor het landbouwverkeer is uitgebreid naar vijf dagen, mede dankzij de inzet van de bedrijvenadviseur in Zeeland. • Zet uw medewerkers in het zonnetje tijdens een jubileum. Onze bedrijvenadviseurs huldigen hen graag. De medewerkers waarderen deze aandacht enorm en het zorgt voor een mooie verbinding met het bedrijf.

NIEUWE LEDEN

De afgelopen periode hebben drie bedrijven zich ingeschreven als lid van CUMELA Nederland: • Loon- en grondverzetbedrijf Van Lieshout ROSMALEN • Groendiensten Reinaerde BUNNIK • Chris Engel STOMPETOREN

Cybercrime Toen ik onlangs van een professioneel hacker meer over cybercrime hoorde, opende dat mijn ogen, moet ik eerlijk bekennen. Aan de hand van drie vragen met bijbehorende tips liet hij zien dat we thuis eenvoudig maatregelen kunnen treffen. Ik ben meteen aan de slag gegaan. Ook na deze bijeenkomst kreeg ik regelmatig de opmerking: “Ik ga binnen mijn bedrijf ook eens een aantal zaken checken, want je hoeft echt geen computerexpert te zijn om zaken beter te beveiligen.” De deelnemers aan de bijeenkomst controleerden ter plekke of hun e-mailadres en wachtwoord voorkwamen op de lijst van één van de bekende datalekken van bijvoorbeeld LinkedIn, Dropbox en Adobe. Er bleek zelfs een lid van CUMELA Nederland die op de gehackte lijst voorkwam met als wachtwoord CUMELA. Ik heb dit bedrijf op de hoogte gebracht. Het advies is om overal verschillende wachtwoorden voor te gebruiken, zodat de impact van een eventueel datalek op uw bedrijf een stuk kleiner wordt. Een ander advies is het gebruik van een tweestapsverificatie. Dit betekent eigenlijk dat u twee wachtwoorden of codes gebruikt om in uw systeem te komen. Ik ontdekte dat wij als CUMELA Nederland dit systeem toepassen en het stelde mij als bedrijvenadviseur gerust. Uw gegevens zijn in de cloud bij CUMELA Nederland op deze manier beschermd.

82

GRONDIG 2 2018

Drive-by-download is de methode waarbij een hacker uw systeem binnendringt als u de laatste beveiligingsupdates niet hebt geïnstalleerd. In de praktijk merk ik dat de updates vaak worden uitgesteld en te laat of niet worden geïnstalleerd. Ik zet hem voortaan op automatisch installeren. U kunt dit ook doen, maar u kunt ook goede afspraken maken met uw IT-leverancier over de tijdige installatie van dit soort updates. Zodra cybercriminelen toegang tot uw systeem hebben, installeren ze software en gebruiken ze deze malware voor aanvallen op internetbankieren op uw computer, het versleutelen van bestanden of het onderscheppen van toetsaanslagen. Ik schrok wel van de manier waarop een hacker uw systeem kan overnemen. De spookfacturen en e-mailadressen zijn bijna niet van echt te onderscheiden. De conclusie is dan ook dat het belangrijk is om jezelf goed te beschermen tegen malware door bijlagen en linkjes niet te openen en goede beschermingspakketten te installeren. Ik heb gemerkt dat we met enkele basistips en een dosis gezond verstand al een stuk veiliger digitaal kunnen werken.

Irma Gottenbos bedrijvenadviseur


Medailles voor de beste maïs voor 2018.

1

ENGST R B P O E D R A A ERW Nr. 1 in VOED NGST E R B P O L E R R Nr. 1 in KO ERHEID K E Z T S G O O Nr. 1 in

In FAO 230 gekroond

vroegtot mi d den vroegrij p FAO 2 30

GENIALIS        

1

KORRELMAÏS OPBRENGST EN OOGSTZEKERHEID

FAO 230

Silomaïs / Korrelmaïs / CCM / Geplette maïs / MKS Vroeg- tot middenvroeg rijp Top korrel (= zetmeel) opbrengst Als silomaïs: - Top zetmeelopbrengst - Top voederwaardeopbrengst Goede stay-green Goede oogstzekerheid Zeer goede tolerantie tegen bladvlekkenziekte Goede kopbrandresistentie

Voor meer informatie: Tel. B +32-(0)3-449 02 20 Tel. NL +31-(0)76 50 30 003 www.kwsbenelux.com

SEEDING THE FUTURE SINCE 1856

1

SILOMAÏS OPBRENGST EN OOGSTZEKERHEID


KUHN VELDSPUITEN www.rth.nl

KUHN METRIS 4102

MULTIS

PRAY do p

selectie

E-Set: vol automatische reiniging Equilibra spuitboomophanging met onafhankelijke zwiepdemping MULTISPRAY dopselectie 4-voudige vering Laag eigen gewicht Reesink Technische Handel B.V. Woudhuizermark 79, NL-7325 AC Apeldoorn T +31 (0)575 59 94 69 E info@rth.reesink.nl W rth.nl

Bel of mail voor een passend advies met één van onze specialisten, zij staan u graag te woord.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.