Grondig 6 - 2018

Page 1

vakblad voor specialisten in groen, grond en infra

28 - GRADEREN MET DE WIELLADER 10 - HET NIEUWE METEN 20 - NIEUW ONDERKOMEN OP CASE WIELLADER 38 - WEET WAT JE KOPPELT 48 - LOONWERKER IS TE REACTIEF 56 - PAS OP; TREKKER!

6 2018


Supersnel grasherstel tegen lage kosten HAVERA 3,

KRACHTIGE DOORZAAI MET 100% TETRAPLOID GRAS Augustus en september zijn de ideale maanden om graslanden weer op te peppen. Dat is hard nodig, want op menig perceel hee� de groei door de aanhoudende droogte lange �jd s�lgestaan. Met HAVERA 3 supersnel graslandherstel is de zode er weer snel bovenop tegen lage kosten. Door zijn enorme concurren�ekracht vindt het nieuwe hoogwaardige Engels raaigras in een mum van �jd zijn weg tussen de bestaande pollen. Onkruiden worden verdrongen, kale plekken in rap tempo opgevuld en je grasbestand krijgt een gigan�sche opbrengst- en kwaliteitsinjec�e!

www.graslandadvies.nl


Colofon Grondig is het vakblad, website en digitale nieuwsbrief voor de cumelasector, specialisten in groen, grond en infra. Grondig wordt uitgegeven door CUMELA Communicatie in opdracht van CUMELA Nederland. U kunt zich via grondig.com aanmelden voor de gratis nieuwsbrief Grondig actueel. Adres CUMELA Nederland Postbus 1156, 3860 BD Nijkerk tel. (033) 247 49 00, fax (033) 247 49 01 www.cumela.nl CUMELA-infolijn (033) 247 49 99 / infolijn@cumela.nl Grondig / CUMELA Communicatie tel. (033) 247 49 50 / www.grondig.com grondig@cumela.nl / @Grondig Bladmanager Michiel Pouwels Redactie Toon van der Stok (hoofdredacteur), Gert Vreemann, Marijke Dorresteijn, Ton Herbrink (eindredacteur) Vormgeving Practicum Print Management BV, Soest Voorplaat CUMELA Communicatie Advertentiewerving Lisette Kerkhof, lkerkhof@cumela.nl Druk SMGB, Doetinchem Abonnementen Een abonnement op Grondig kan op elk moment ingaan en loopt na de eerste periode van kalenderjaar tot kalenderjaar. Een opzegging van het abonnement dient schriftelijk, vóór 1 november door ons ontvangen te zijn.

REDACTIONEEL Asbest-nee verkopen Bij één van ons is in de buurt een astbesttrein opgezet om de voor 2024 te saneren asbestdaken te bundelen. Dat geeft efficiëntere werkmethodes, bespaart gesleep en de aanbieders kunnen groot inkopen en verwerken. Mooi initiatief. U snapt dat er belangstelling voor is, maar wellicht ook dat sommigen schrikken van de kosten. En dus informeert menig bedrijf of particulier elders om te kijken of het goedkoper of anders kan. Dat levert vaak een verrassend antwoord op. In plaats van gretigheid om het scherper te doen, krijgt menigeen te horen dat de bedrijven boordevol zitten en ze op dit moment helemaal niet op kleinere projecten of particuliere schuurtjes zitten te wachten. Een gevolg van een overvolle orderportefeuille en dan word je kritisch op het werk. Het is wellicht herkenbaar nu de economie piekt. Menig cumelabedrijf vraagt zich af of het al dat werk in de GWW-sector wel moet en kan aanpakken. ‘Nee’ verkopen zit niet in onze genen, maar als het werkaanbod overvloedig is, is het toch zaak bewuste keuzes te maken. Belangrijk is natuurlijk de manier waarop je dat doet. Een cumelaondernemer die we laatst spraken, vertelde dat wel altijd zo te doen dat het contact niet verloren gaat. Je moet altijd in het achterhoofd houden dat er ook weer andere tijden zullen aanbreken. In onze (asbest)omgeving merkten we dat niet elke aannemer zo slim opereert. Er zijn er die het antwoord botweg beperken tot: “Nee, geen trek, we hebben genoeg - mooiere klussen.” Er zijn er echter ook die het wat slimmer verkopen. Die pretenderen een scherpe prijs te bieden, maar dat ze helaas niet op kunnen tegen de gezamenlijke inkoop en werkefficiëntie van het treintje. Of die eerlijk en direct adviseren om de voordelen van de efficiënte asbesttrein te benutten. Uiteindelijk zijn zij de slimme ondernemers die hun ‘nee’ op een dusdanige manier verkopen dat de klant zich daarmee geholpen voelt. Een mooie les voor ondernemers die nu door de piek in het GWW-werk even minder trek hebben in kleinere of slecht renderende klussen. Zeg niet botweg nee, maar maak een prijs die de klant het gevoel geeft dat u hem wel wilt helpen of kader meteen helder af waar u wel of geen tijd voor heeft, om teleurstellingen te voorkomen. Wil hij toch met u in zee, vanwege uw kwaliteit, dan heeft u in elk geval een goede prijs en kunt u het gezegde waarmaken. Alles draait om het goede gevoel, zeker omdat u straks, als het werk weer wat minder is, nog steeds op de bellijst van de klant wilt staan. Net als die aannemer die bij de asbestsanering wel op de vraag van de klant inging door hem te adviseren te kiezen voor de asbesttrein.

Kosten abonnement Nederland € 90,- per jaar / Buitenland € 125,- per jaar. Collectieve abonnementen: op aanvraag © Stichting CUMELA Communicatie, Nijkerk Het geheel of gedeeltelijk overnemen van artikelen uit Grondig is toegestaan na toestemming van de uitgever. Uitgever en auteurs kunnen geen aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele schade door onjuiste berichtgeving. ISSN: 2210-3260 Lidmaatschap CUMELA Nederland Lid worden? Vraag het gratis infopakket op via info@cumela.nl. Wilt u het lidmaatschap van CUMELA Nederland beëindigen, dan dient u voor 1 oktober een schriftelijke opzegging te sturen naar het secretariaat van CUMELA Nederland te Nijkerk. Het lidmaatschap eindigt dan per 31 december van dat jaar. Bij opzegging na 1 oktober eindigt het lidmaatschap op 31 december van het volgende jaar.

Redactie Grondig Toon, Gert en Marijke

GRONDIG 6 2018

3


vanaf 0,0% rente*

Stap in je nieuwe comfortzone CLAAS ARION 660 CMATIC CIS+ Comfort editie

-

Max. motorvermogen 139 kW / 205 pk** Traploze CMATIC transmissie 50 km / h Unieke op 4 punten geveerde cabine Nieuwe PRO-ACTIVE geveerde vooras 4x dubbelwerkend ventiel LS 110 l / min 4 toeren aftakas, 540 / 540E / 1000 / 1000E, elektrisch geschakeld

Actieprijs

v.a. â‚Ź 99.750,-

Bovenstaande prijzen zijn exclusief afleveringskosten en btw. en afhankelijk van uitvoering. Actieprijzen geldig zolang de voorraad strekt tot uiterlijk 31-7-2018. *Vraag uw CLAAS dealer voor meer informatie m.b.t. de gunstige financieringsmogelijkheden en opties. **Vermogens zijn aangegeven volgens max. vermogen (ECE R 120), komt overeen met ISO TR 14308 incl. CLAAS CPM. Uitvoeringen kunnen afwijken van bovenstaande afbeeldingen. Drukfouten onder voorbehoud.


INHOUD 3 Redactioneel 6 In Actie: A. den Hartog & Zn. BV 9 Commentaar 10 Het nieuwe inmeten 18 Vent & Visie: Melker Jernberg, president Volvo Construction Equipment

Ondernemen met

mensen 16 Sterk Werk: Loon- en grondverzetbedrijf F. Vereijken & Zn. 20 Profileren: Loon- en grondverzetbedrijf Olminkhof 24 Grondig.com 28 Levellen met een wiellader met Mekos-dozerbord 32 Werklust Holland gaat uitbreiden 34 Gebruikerservaringen Case G-serie-wielladers 38 Manitou kiest voor eigen combinaties 40 Ploeger Parts & Service ook voor Agco TerraGator/­ Challenger 42 Het samen rooien 45 Economie 45 In kort bestek

44 Aansprakelijkheid ZZP‘er 46 Cumelaria 47 CAO & Zo 48 Van buiten naar binnen: Claude van Dongen, ­LTO-bestuurder Bodem- en Waterkwaliteit 52 Cumela.nl 53 Voorzitter 54 Toolbox: steken van bijen, hommels en wespen 56 Rekening houden met andere verkeersdeelnemers 58 Onderschat de arbeidsovereenkomst niet 61 Richtlijn zorgvuldig grondroeren 62 Eerste resultaten plan ‘Samen werken in een eerlijke keten’ 64 Schadeclaim van netbeheerder is geen gewone factuur 66 Bedrijvig

Ondernemen met

vaktechniek

Ondernemen met

cumela

Grondig 7 ontvangt u op vrijdag 31 augustus!

GRONDIG 6 2018

5


ondernemen met

mensen

6

GRONDIG 6 2018

BEDRIJF IN ACTIE


Profiteren van de zomer 35 kilometer dijken moet Den Hartog uit Oudewater deze periode elke week twee keer nat spuiten. Een mooie zomerklus, waarmee het bedrijf profiteert van het aanhoudend mooie zomerweer en het uitblijven van regen. In het gebied liggen een groot aantal veen- en kleidijken, die lijden onder de droogte. Bij de veendijken is het gevaar dat ze uitdrogen en dan wegschuiven, zoals een aantal jaren geleden in Wilnis gebeurde. Bij een kleidijk, zoals hier langs de Wiericke bij Hekendorp, is het gevaar dat er scheuren ontstaan, waardoor ze water gaan lekken. Het risico is dan dat de dijk zijn stevigheid verliest. Den Hartog is hier aan het werk voor De Stichtse Rijnlanden. Voor dit waterschap heeft hij al twaalf jaar het onderhoud van een groot aantal dijken en watergangen in beheer. Aangenomen werk, waarmee het bedrijf van eind mei tot begin november actief is. De afgelopen jaren is het bedrijf al regelmatig ingezet om de dijken nat te houden. Dit valt voor het bedrijf buiten het aangenomen werk en wordt gewoon per uur afgerekend. Het bedrijf van Den Hartog is gespecialiseerd in het werk op en om het water en heeft alleen daarvoor al tien bootjes in de vaart. Voor dit werk heeft het bedrijf een aantal jaren geleden door Conver een speciale waterpomp en spuitkop op de boot laten bouwen. De Doda-pomp heeft een capaciteit van 50 kubieke meter per minuut, maar dat is met deze boot niet haalbaar, weet Kees den Hartog, die vandaag zelf op de boot zit. “Ik denk dat we ongeveer twintig kuub per minuut spuiten. Meer kan niet, want dan kun je de boot niet rechthouden. De motor heeft dan niet voldoende vermogen om én veel water te geven én ook op koers te blijven.” Het mooiste resultaat krijgt hij als hij het water zo hoog mogelijk kan spuiten. “Dan krijg je de mooiste nevel en verdeling op de dijk. Vaak lukt dat echter niet door de wind. Riet maakt het ook lastig, omdat je niet kunt zien waar het water neerkomt. Dan is het gokken en kun je er beter in een boogje overheen spuiten.” Begin juli was hij landelijk op tv te zien toen nieuwsprogramma’s zoals het NOS Journaal en RTL Nieuws het water spuiten oppikten als thema om de droogte te belichten. Dat leverde ook nog een natte hoogheemraad op, lacht Den Hartog. “Ik had hem nog gewaarschuwd dat ik door het riet niet kon zien waar hij stond. Toch wilden ze daar filmen met de boot op de achtergrond. Dat ging dus mis en tot zijn borst was hij drijfnat.” Hoewel hij het prachtig werk vindt om zo lekker rustig op de boot te zitten, is het meestal één van de twintig werknemers die op de boot aan het werk is. Liefst zet hij er dan een werknemer op die nog moet leren varen. “Dat is in het begin vaak wel een mooi gezicht, want dan lijkt het wel een dronken zeeman als je de boot ziet varen. Je moet namelijk echt leren om met zo’n boot om te gaan.” Toch staat niet elke werknemer te springen om het werk te doen. “Velen vinden het te eenzaam om de hele dag alleen op het water te zitten. Ik vind het prachtig. Lekker rustig en alle tijd voor jezelf. Ik spring minstens drie keer per dag zelf ook in het water. Heerlijk genieten van het mooie weer.” TEKST & FOTO'S: Toon van der Stok

GRONDIG 6 2018

7


Wij weten wat we verzekeren! De verzekeringsspecialist in de cumelasector Als onderdeel van brancheorganisatie CUMELA Nederland weten we als geen ander waar u als ondernemer mee te maken heeft, met welk materieel uw werkt en welke risico’s u daarbij loopt. Onze polisvoorwaarden zijn daar dan ook volledig op afgestemd.

“Op elke vraag hebben wij een passend antwoord!” Raymond Puntman, relatiebeheerder Onze voordelen ü Persoonlijk contact met onze specialisten ü Gemak en uitgebreide service ü Kennis van de cumelasector ü Uitstekende prijs-kwaliteitsverhouding ü Soepele afwikkeling bij schade

website: www.cumelaverzekeringen.nl | e-mail: verzekeringen@cumela.nl | telefoon: (033) 247 49 60


ondernemen met

mensen

COMMENTAAR Imagoverbetering “Hoe kunnen we als ondernemers in de agrarische sector het imago van de sector verbeteren?” Dat was de openingszin van mijn vorige column in Grondig 4 naar aanleiding van een agri-event waar ik namens CUMELA aan tafel zat. Nu, twee maanden later, ben ik apetrots: onze dochter Laura staat met een handvol aardappelen op een groot billboard langs de snelweg met de tekst ‘Hier groeit uw aardappelgratin’. Ook Alex, zoon van CUMELA-adviseur personeelsmanagement Jacqueline Tuinenga, staat net als vele andere jonge agrariërs langs de snelweg en andere hoofdwegen. Een goed imago-initiatief van de brancheorganisatie Akkerbouw en Jouwvoedingsbodem.nl. Aan tafel in de kantine van CUMELA hebben we het erover: zoiets moeten we ook met onze sector doen! Wij kunnen ook op zo’n manier laten zien wat onze ondernemers voor Nederland betekenen. Cumelaondernemers zijn overal in het land bezig zonder dat de gemiddelde burger weet wat ze eigenlijk aan het doen zijn. Nu is de vraag of het grote publiek bekend moet zijn met wat de cumelasector is en doet. Veel belangrijker is dat onze opdrachtgevers weten dat ze de deskundigheid van onze cumelaondernemers kunnen inschakelen voor een breed scala aan werkzaamheden in, op en aan de bodem. De bodem is in feite de verbindende factor tussen al onze leden. Het verenigingsbestuur besloot enige tijd geleden volop in te zetten op het thema ‘bodem’. Inmiddels hebben we daarvoor een bodembeleidsmedewerker aangesteld, die zich vanaf september volop gaat richten op alles wat met de bodem te maken heeft en wat voor onze leden van belang is om hun kennis en deskundigheid te bevorderen.

Janneke Wijnia-Lemstra Algemeen directeur

Onze leden moeten kunnen inspelen op de veranderingen in de toekomst met innovatieve en veilige technieken, of dit nu om machines gaat die een lagere bodemdruk veroorzaken, het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en meststoffen, het adviseren van onze opdrachtgevers of - om maar iets heel anders te noemen - voorlichting over veiligheid op het werk of in het verkeer. We kunnen dit allemaal gebruiken om de cumelasector beter op de kaart te krijgen en dat gaan we ook zeker doen!

GRONDIG 6 2018

9


HOOFDARTIKEL Het nieuwe meten

ondernemen met

mensen

Kavel 10 kan aanbestedingen veranderen Waarom vliegen met een drone als je met een vliegtuig dezelfde meting nauwkeuriger, sneller en goedkoper kunt doen. Kavel 10, een bureau gespecialiseerd in landmetingen, ontwikkelde een nieuwe techniek om met behulp van lidar gebieden in kaart te brengen. Wetterskip Fryslân en loonbedrijf Luimstra zijn zeer enthousiast over de mogelijkheden. Op termijn zou het zelfs een deel van de aanbestedingen fors kunnen veranderen. Met een vlucht bestrijk je ook een groter gebied en ben je sneller. Met een drone moet je altijd met twee personen zijn en kun je maar een klein gebied per keer afwerken. Het vliegtuig scant in één vlieglijn een strook van 150 meter.”

Lidar is uniek

In elke vlucht combineert het bedrijf verschillende opdrachten. Daardoor blijften de kosten beperkt.

10

GRONDIG 6 2018

Wekelijks vliegt de PH-KVL over Nederland. Het eigen vliegtuig van Kavel 10 maakt dan foto’s en lidarbeelden van bijvoorbeeld bouwterreinen, oevers, dijken, landbouwgewassen en zanddepots. Het zijn de nieuwste technieken die het bedrijf toepast om Nederland vanuit de lucht in kaart te brengen. Ze zijn deels door het bedrijf zelf ontwikkeld om met behulp van lidar de contouren van de bodem heel nauwkeurig te kunnen volgen. Het gebruik van lidar heeft grote voordelen, stelt mede-eigenaar Richard Brouwer. “Met deze techniek meten miljoenen unieke laserpulsen de grondoppervlakte. De koppeling met GPS en de stand en oriëntatiemeter zorgen voor een onderlinge nauwkeurigheid van tien millimeter.’’ Een ander voordeel van vliegen is volgens het bedrijf de snelheid waarmee kan worden gewerkt en vooral dat er geen beperkingen zijn. “In Nederland heb je nog grote no fly zones waar je met een drone niet mag vliegen, bijvoorbeeld langs hoogspanningskabels, langs wegen en boven natuur- en militaire gebieden. Daar heb je met een vliegtuig geen last van.

Het vliegen met lidar is nu nog uniek in het landmeten, volgens Brouwer. “Wij zijn de eerste die dat vanuit een vliegtuig uitvoert. Daarvoor moesten forse investeringen worden gedaan in de apparatuur. Eerst vlogen we alleen met camera’s, maar we wilden het beter doen. Dat past bij onze bedrijfsfilosofie dat we altijd op zoek zijn naar de beste methode om de omgeving in kaart te brengen. Veel werk hebben we nu van overheden, semi-overheden en aannemers die een nulmeting laten doen voor de basiskaarten waarin ze de omgeving in kaart brengen. Daarin leggen we alles vast in een afgebakend gebied, van lichtmasten tot putdeksels.” Vanuit dit werk kreeg Kavel 10 ook andere opdrachten, zoals het schouwen van een waterkering langs een rivier. Die was aanbesteed en de opdrachtnemer wilde precies in beeld hebben waar er versteviging nodig was. “Het idee was om dat met een drone te doen, maar het ging om een traject van meer dan honderd kilometer dat soms moeilijk te bereiken is. Het zou dus weken duren om dat te doen. Wij konden dat met het vliegtuig in één dag en hadden daarbij de complete oever in beeld in één film. Vanaf kantoor kon dus precies worden bepaald waar versteviging nodig was.” Een andere mogelijkheid die lidar biedt, is het inmeten van een terrein en dat daarna omzetten in een machinemodel voor de aannemer, waarbij in het model ook de te realiseren situatie wordt aangegeven. Het geeft grote mogelijkheden, want doordat het terrein vooraf heel precies is bepaald, kan de aannemer scherp calculeren op de hoeveelheid grond die moet worden aangevoerd.

Strakker en goedkoper Eén van de eerste projecten die nu in uitvoering is en volgens deze methode is ingemeten, is een kadeverbetering in Gerkesklooster. Daar vindt groot onderhoud plaats aan 2,2


Kavel 10 Kavel 10 is een nog relatief jong bedrijf met zijn roots in de cumelasector. Drie vennoten zijn namelijk zonen van Cor Brouwer, tot 2009 één van de twee vennoten van loonbedrijf Brouwer & Brouwer uit Eastermar. De middelste zoon begon het bedrijf in 2011. Naast zijn civiel technische opleiding meende hij dat het kopen van een GPS een gat in de markt was. Dat was toen nog een revolutionaire techniek, die opdrachtgevers veel tijd en geld bespaarde. Zijn broer, die een pilotenopleiding had voltooid, maar nog niet aan het werk kon, assisteerde hem daarbij. Later, toen het bedrijf succesvol bleek, kwamen daar nog een derde broer en een zwager bij. Een aantal jaren geleden heeft Kavel 10 ook nog met drones gevlogen om in te meten, maar die drone staat nu als een soort museumstuk in het kantoor. Albert besloot na een half jaar vliegen dat het ondernemen veel leuker was en dat was het startsein voor de start van het inmeten met een vliegtuig. Eerst gebeurde dat met een gehuurd toestel, maar inmiddels heeft Kavel 10 een eigen toestel. Daarmee wordt minimaal één keer per week gevlogen om

kilometer kade en dat is één van de drie kade- en oeverprojecten waar Wetterskip Fryslân een proef heeft gedaan met het inmeten door Kavel 10. In Gerkesklooster is het terrein ook nog handmatig ingemeten en daaruit een terreinmodel gemaakt. Daarna heeft Kavel 10 ook gevlogen en het hele traject omgezet in een digitaal terreinmodel (DTM). Projectmanager Rudy Damstra van Wetterskip Frieslân is enthousiast over de mogelijkheden. “Wij hebben het nu zelf nog uitgewerkt in een tekening, maar zo strak als Kavel 10 het voor de GPS op de graafmachine geschikt heeft gemaakt, lukt ons niet. Tevens is het inmeten met lidar goedkoper dan een DTM-meting door landmeters.” Kavel 10 heeft in dit geval niet alleen het terrein in kaart gebracht, maar het ook helemaal omgezet in het digitale terreinmodel van de graafmachine. Op de computer laat Brouwer zien hoe daarbij over het hele traject is te zien hoe het meest gunstigste profiel kan worden ingetekend. “Elke bult en elke slenk in het terrein zien we en berekenen we mee als het gaat om de hoeveelheden.” In het veld is het precies te zien, wijst Bert Luimstra van loon-, grondverzet en transportbedrijf Luimstra uit Surhuizum aan als we het terrein bezoeken. “Kijk, daar zie je een bult naar de dijk lopen en daar hoefden we dus minder grond aan te voeren”, vertelt hij. Luimstra is enthousiast over deze manier van werken. “Doordat ze bij Kavel 10 nu iemand hebben die de kaarten omzet in 3D-kaarten voor de graafmachine krijgen we de tekening direct goed ingelezen en hebben we geen enkele verrassing meer. En het afwerken is een feest. Moet je kijken hoe mooi die bocht erin ligt. Dat lukt nooit als het handmatig is ingetekend. Dan is het altijd hoekig en moet de machinist het bijpoetsen. Nu zit het perfect in het model.” Een ander voordeel van het systeem is volgens Damstra de veel nauwkeuriger bepaling van de hoeveelheid grond die in een project nodig is. “Kavel 10 brengt feitelijk centimeter voor centimeter in kaart en berekent voor elke strook hoeveel grond nodig is. Nu hebben wij het met de hand gedaan en dan zetten we er een percentage op, om te voorkomen dat we mis zitten. Ik ben dus heel benieuwd hoeveel Kavel 10 heeft berekend en hoeveel er straks werkelijk in is gegaan. Voor ons een groot voordeel, want als we bij een werk discussie hebben, gaat het bijna altijd over de hoeveelheid grond.”

een werk in te meten. Sinds begin dit jaar is het bedrijf ook gestart met het omzetten van de beelden in een digitaal terreinmodel. Het bedrijf is gevestigd in Drachten en heeft nu 12 werknemers in dienst.

De kade is in het werk ongeveer zestig centimeter opgehoogd.

De tekening van de kade na het inmeten en met een uitgewerkt Digitaal Terrein Model. De groene uitstulpingen laten zien waar in het veld wat diepere plekken zitten en waar dus meer grond nodig is.

Bert Luimstra (l) en Rudy Damstra hebben regelmatig overleg over de uitvoering. Beiden vinden dit erg prettig omdat alles één op één gaat.

Bij het afwerken merkt Luimstra dat het terrein nu heel precies is

GRONDIG 6 2018

11


ondernemen met

mensen

Nooit meer discussie Hoewel het project nog in uitvoering is, verwacht Damstra dat hij de komende tijd veel meer klussen op deze manier gaat inmeten. “Het bespaart ons geld, want het is veel goedkoper dan dat we zelf een landmeter het terrein insturen, dwarsprofielen maken, dat uitwerken in een tekening en dan moeten uitrekenen hoeveel grond er nodig is. Daarmee is het nog niet klaar, want de aannemer moet het daarna nog omzetten in een digitaal model dat hij in de graafmachine kan gebruiken. Laat ik het invliegen en door Kavel 10 intekenen, dan heb ik niet alleen een veel nauwkeuriger tekening, maar bespaart ook de aannemer nog geld doordat hij direct een kant-en-klaar ontwerp heeft.”

TEKST: Toon van der Stok FOTO’S: Toon van der Stok, Kavel 10

Raamcontracten

DTM en lidar

De werkwijze van Kavel 10 past goed bij Wetterskip Fryslân voor wat betreft de regionale kadeprojecten. De trajecten die vanuit de exploitatie in het kader van groot onderhoud worden uitgevoerd, worden uitbesteed aan aannemers die voor vier jaar zijn gecontracteerd in een civiel raamcontract. Het grote voordeel van deze systematiek is dat het aanbesteden heel eenvoudig is, legt Rudy Damstra uit. “We maken een werkbeschrijving/hoeveelheidstaat van de werkzaamheden. Voor het werk in Gerkesklooster bestond die uit ongeveer twintig posten, zoals de hoeveelheid grond die moest worden aangevoerd, de hekken die moesten worden geplaatst, de opbouw van de dammen enzovoort. Deze werkomschrijving/hoeveelheidstaat en de nodige tekeningen, voorwaarden en bepalingen worden in het digitale aanbestedingsprogramma Negometrix geplaatst. In dat programma worden de drie gecontracteerde aannemers uit het desbetreffende gebied en een willekeurige aannemer uit een ander gebied uitgenodigd voor een zogenaamde ‘minicompetitie’. Omdat alle inkoopvoorwaarden en bepalingen in het contract al zijn afgesproken, kan een project dankzij deze manier van aanbesteden sneller en goedkoper worden uitgevoerd.” Het grote voordeel van deze werkwijze is dat het veel goedkoper is dan een openbare of Europese aanbesteding via een RAW/EMVI-bestek. Er zijn bijvoorbeeld geen kosten voor het maken van een RAW-bestek, ingenieursbureaus, directievoering, afspraken over inkoopvoorwaarden, enzovoort. Damstra weet uit de praktijk dat de kosten bij de integrale investeringsprojecten dan oplopen van € 250,- tot € 500,- per meter. Door de projecten goed te selecteren of ze geschikt zijn voor de ‘Rudy Methode’ en ze op die manier uit te besteden, komen de totale kosten op plusminus € 100,- per meter. Deze werkmethode bevalt Wetterskip Frieslân zo goed dat het de komende jaren meer projecten binnen deze werkwijze wil brengen.

Het verschil met het inmeten met een drone is niet alleen de veel grotere strook van 150 meter die Kavel 10 in één keer inmeet, maar ook het gebruik van lidar via het vliegtuig. Lidar is een techniek waarbij met behulp van lasersignalen een vlakdekkende puntenwolk wordt gecreëerd. Het is de vervolgstap op het inmeten vanuit foto’s zoals dat met een drone kan worden gedaan. Voordeel van lidar is dat het door het gewas penetreert. Hierdoor kan de begroeiing er uitgefilterd worden. Bomen, struiken, maar ook gras verdwijnt uit het beeld en op die manier kan de exacte maaiveldhoogte worden bepaald. Hierdoor kan een Digitaal Terrein Model worden gemaakt dat tot op 20 mm nauwkeurig is. Kavel 10 gebruikt dit niet alleen om een terrein in kaart te brengen voor de aanbesteding van een werk, maar kan ook achteraf inmeten hoe het terrein erbij ligt. Een nieuwe stap is het uitwerken van een plan op basis van het model dat Kavel 10 zelf heeft gemaakt. De medewerkers tekenen dan de gewenste situatie in en verwerken dit tot een bestek. Het is dan mogelijk om precies uit te rekenen hoeveel grond of zand er nodig is of in andere gevallen hoeveel er vrijkomt.

De simpele werkbeschrijving van de kadeverbetering.

12

Voor Damstra heeft het ook nog een ander voordeel. Hij probeert bij Wetterskip Frieslân zoveel mogelijk werk onderhands aan te besteden binnen de raamcontracten (zie kader Raamcontracten) die het waterschap heeft afgesloten. “Als we Kavel 10 laten inmeten, hebben we een onafhankelijke partij die de tekening maakt en op basis van het terrein exact de juiste hoeveelheden bepaalt. Als het bedrijf waarmaakt wat het zegt - en daar lijkt het hier wel op - krijgen we nooit meer discussie over de hoeveelheden. Dat geeft ons en de aannemer zekerheid dat we altijd goed zitten.”

GRONDIG 6 2018

In een vlucht kan eenvoudig ook bijvoorbeeld een hoeveelheidsbepaling worden meegenomen.


VACATURE In verband met de sterke groei van ons bedrijf zijn we op zoek naar gemotiveerde nieuwe collega’s.

Technisch servicemedewerker binnendienst Ben jij op zoek naar de volgende stap in je carrière? Heb jij de dienstverlenende instelling en het technisch inzicht welke nodig zijn voor deze functie?, dan is deze baan met doorgroeimogelijkheden geknipt voor jou. Jij fungeert als spin in het web binnen de Service organisatie van Vredo Dodewaard BV. Samen met de klant en je collega’s binnen Vredo zoek jij naar de beste oplossing in het veld!!!

Service monteur

Klanttevredenheid en techniek zijn jouw drijfveren.Onderweg ben jij het aanspreekpunt voor de klant en zorg jij ervoor dat hij zo snel mogelijk weer aan het werk kan. Jij bent het gezicht voor Vredo in het veld. Samen met je collega’s van de service verhelp je storingen,voer je winterbeurten en modificaties uit.

Revisie monteur Voor het reviseren en klaarmaken van onze gebruikte machines zoeken wij een monteur die zich voornamelijk specialistisch met revisies zal bezighouden. Het is jouw passie om onze gebruikte machines verkoop klaar te maken, zodat deze weer volop ingezet kunnen worden in het seizoen. Je werkt nauw samen met je collega’s binnen de Serviceafdeling. Kijk voor meer informatie over deze en andere vacatures op onze website:

WWW.VREDO.COM/VACATURES

Vredo Dodewaard B.V. Tel: 0488-411254 E: info@vredo.nl W: www.vredo.com

Vredo Dodewaard B.V. is een gezond zelfstandig familiebedrijf dat zich toegespitst heeft op de ontwikkeling, productie & verkoop van machines tbv de agrarische en groene sectoren.

De beste in het veld

Mekos 3D leveler: 3-Dimensionaal profileren van zand en korrelbanen met een total station.

Mekos levelers: Volautomatisch werkende machine’ s, ook met traploos instelbare ronding. Voorzien van automatisering door middel van laser techniek, total station of gps. De Mekos machines zijn uniek, sterk en duurzaam, geschikt voor zand en korrelbanen. (op getoonde producten zijn individueel patenten van toepassing)

Partners:

Mekos Schagerbrug BV Tel. 0224-571555 www.mekos.net


ondernemen met

mensen

VENT & VISIE

Volvo maakt er geen geheim van dat er de komende tijd veel zal veranderen bij de grondverzetmachines. Toch was daar op de driejaarlijkse Volvo Days niets van te merken. Dat is echter schijn, benadrukte Melker Jernberg, president van Volvo Construction Equipment en tevens lid van de raad van bestuur van de Volvo Group, in zijn presentatie. “Elke keer als ik praat met de­ ontwikkelaars ben ik verbaasd over welke vorderingen er worden gemaakt. Ook al zit er maar vijf weken tussen.”

“Ontwikkelingen blijven me verbazen” Melker Jernberg, president Volvo Construction Equipment Wie naar de Volvo Days in het Zweedse Eskilstuna afreisde met de gedachte daar mooie nieuwe elektrische machines te zien, kwam bedrogen uit. Niets van dat al. Alleen in het bezoekerscentrum waren wat schaalmodellen van prototypen te zien, maar zelfs de op de Intermat gepresenteerde volledig elektrische minigraver was er niet. Daar zijn de Volvo Days ook niet voor bedoeld, stelde Jernberg. “Hier tonen we machines die praktijkrijp zijn en waarmee klanten kunnen proefdraaien.” Zelf liet hij zich ook van zijn beste kant zien door geroutineerd met de starre 100H-dumptruck door het viaduct te sturen dat was aangelegd voor de show. Het paste net, maar van enige onervarenheid was niets te merken. “Al had ik wel het zweet op mijn rug”, vertelde hij naderhand. Dat passen en meten past ook wel bij zijn visie op de mogelijkheden om in de grondverzetsector de CO2-emissie te verlagen. “De komende jaren zal dat nog niet gebeuren met hybride of volledig elektrische machines, dus we moeten het elders zoeken. Het meest eenvoudig is dat in onze fabrieken. Daar kunnen we door allerlei maatregelen het energieverbruik sterk terugdringen. Sinds 2015, toen Volvo is gestart met het ombouwen naar een duurzame bedrijfsvoering, hebben we al vijf miljoen ton CO2 bespaard.” Volvo heeft dat bereikt door zonnecellen te plaatsen op fabrieken, maar ook door bijvoorbeeld het terugwinnen van energie bij het testen van machines. Zo wordt in het grote testcentrum, waar motoren en machines de hele dag draaien voor duurtesten, alle opgewekte energie gebruikt om stroom op te wekken en wordt de warmte gebruikt voor de verwarming. Dankzij dit soort maatregelen zijn sommige gebouwen nu al helemaal energieneutraal. Niet alleen in de fabrieken, maar ook op de bouwplaats is volgens Jernberg met passen en meten nog een flinke besparing te halen door efficiënter te werken. “Daar liggen nog veel mogelijkheden om door een juiste inzet van de machines en training van de machinisten het brandstofverbruik te verlagen. En elke liter die je niet verbruikt, levert ook geen CO2-uitstoot op.”

14

GRONDIG 6 2018

Om dat te bereiken, wil Volvo de komende jaren meer aandacht besteden aan de total cost of ownership, een gegeven dat steeds belangrijker wordt en waarin brandstof een belangrijke rol speelt, al is arbeid ook een belangrijke factor met ongeveer 38 procent van de kosten. “Daarom is het ook zo belangrijk om machinisten goed te scholen. Hoe productiever zij zijn, hoe beter het is voor de ondernemer en het milieu.” Eén van de mogelijkheden daarvoor is een simulator die Volvo heeft ontwikkeld en die helemaal is opgebouwd met Volvo-technologie en -onderdelen. Volvo biedt zelfs aan om een 3D-plattegrond van een terrein te maken om bijvoorbeeld machinisten van een dumptruck in een praktijksituatie voor te bereiden op het werk dat ze gaan doen. “Het lijkt misschien overdreven,” reageerde Jernberg op kritische blikken, “maar in de luchtvaart vinden we het heel gewoon. Waarom zouden wij dat met onze kostbare machines dan ook niet doen. In onze simulator krijg je echt een beeld van de werkelijkheid en kan een ervaren machinist je helpen om het zo goed mogelijk te doen.”

“We laten het brandstofverbruik zien per echt gewerkt uur” Een andere mogelijkheid voor het verminderen van de CO2emissie is het beter op het werk en op elkaar afstemmen van machines, stelt Jernberg. “Bedrijven zullen veel meer moeten kijken welke machine past op welk werk. Dus geen 30-tons kraan als het met een 25-tonner ook kan. Door per project zaken beter af te stemmen, kunnen bedrijven ook hun emissie omlaag brengen.” Om het verbruik beter inzichtelijk te maken, heeft Volvo begin dit jaar ook een nieuwe versie van zijn machinevolgsysteem geïntroduceerd. Bedrijven kunnen daarmee veel beter inzichtelijk krijgen hoeveel brandstof een machine gebruikt. Dat kan voor bijvoorbeeld het hele machinepark van het bedrijf, waarbij je per maand of per week kunt bekijken of het verbruik


stijgt of daalt. Voor de wat kleinere ondernemers is er echter ook de mogelijkheid om het dashboard zo in te stellen dat je je eigen machine kunt vergelijken met alle andere machines die in de markt draaien. Bijzonder is dat Volvo niet alleen het verbruik per uur laat zien, maar ook het verbruik per uur dat de machine werkelijk werkt. Dat voorkomt vertekening van het verbruik doordat een machine veel stationair draait. Voor veel bedrijven ligt daar nog de grote winst, benadrukt Jernberg. “We zien dat machines gemiddeld nog drie procent van de tijd langer dan vijf minuten stationair draaien. Onnodig verbruik van brandstof en onnodige uren op de teller.” Nog veel groter is het aantal uren dat een motor tussen de nul en vijf minuten stationair draait. Dat loopt op een bedrijf algauw op tot meer dan tien procent van de tijd. Ook daar is dus nog veel te winnen als het gaat om CO2-uitstoot. Jernberg vindt het jammer dat dit systeem om een machinist te monitoren nog relatief weinig wordt gebruikt. “Bedrijven kunnen er zo veel van leren en daarom doen we er nu alles aan om dit te promoten. Dat is de manier voor bedrijven om met de huidige machines ook de emissie terug te dringen.”

“Ontwikkelaars waarschuwen dat ik volgens de oude tijd denk” Jernberg erkent dat het daar de komende jaren waarschijnlijk bij moet blijven. “Graafmachines, shovels en dumptrucks hebben nu eenmaal veel energie nodig om hun werk te kunnen doen. Batterijen zijn dan door hun volume en gewicht geen oplossing, al waarschuwen mijn ontwikkelaars me altijd dat ik volgens de oude tijd denk. Dat merk ik ook in de vergaderingen die ik heb met onderzoek en ontwikkeling. Ik blijf na een gesprek in week 13 hangen in wat in week 14 mogelijk is. En elke keer weer sta ik versteld wat er dan in week 18 alweer is bereikt. Dan realiseer je dat in vijf weken de ontwikkelingen veel sneller gaan dan ik me kan voorstellen. Je ziet dat ook in de praktijk. Wie had een jaar geleden gedacht dat we al met volledig elektrisch aangedreven vrachtwagens zouden rijden. En nu is het al zover. Hier in Stockholm rijden al vrachtwagens met nul emissie.” Hij wijst ook op een project dat dit najaar samen met een universiteit in Zweden wordt gestart. “Daar gaan we een mijn bijna volledig automatiseren. We ontwikkelen daarvoor nu elektrisch aangedreven dumptrucks. Zonder cabine, want deze rijden volledig automatisch hun route. Het laden zal daar gebeuren met een hybride machine met een combinatie van diesel en elektriciteit. De bedoeling is dat de hele mijn dan wordt gerund door twee mensen. Op die manier denken we de kosten met 25 procent te kunnen verlagen en de CO2-emissie met 95 procent te kunnen reduceren. Het is nu nog toekomst, maar als het lukt, kan het heel snel ook naar de praktijk.” Natuurlijk zal die automatisering niet overal mogelijk zijn, weet hij ook. “Bij werk in stedelijke gebieden of op bouwplaatsen langs de weg is de menselijke factor onmisbaar. Alles laat echter zien dat ontwikkelaars ons steeds blijven verbazen.” Op de vraag of we daar dan volgend jaar op de Bauma in München wat van zullen zien, komt geen antwoord, maar een glimlach. “We zullen zien wat er dan mogelijk is.” TEKST & FOTO: Toon van der Stok

GRONDIG 6 2018

15


STERK WERK “In de ‘bouw’ doen we alles”

ondernemen met

mensen

Loon- en grondverzetbedrijf F. Vereijken & Zn. De dingen die je kunt, goed doen. Dat is het uitgangspunt van loon- en grondverzetbedrijf F. Vereijken & Zn. Groter wil het ­cumelabedrijf uit Lieshout niet worden. “Een klein bedrijf zijn in grondverzet, wegenbouw en cultuurtechnisch werk heeft ook zo zijn voordelen.” Het werk voor Lidl in Bergeijk vond hij een van zijn voorbeeldprojecten. “Hoe we daar al onze capaciteiten hebben ingezet, dat maakt het werk mooi. Van al het grondwerk tot de riolering, de bestrating en de beplanting hebben we uitgevoerd binnen de gestelde tijd.” Dat totaalpakket, daar wordt Frans Vereijken, die samen met zijn broer Gerrit Loon- en grondverzetbedrijf F. Vereijken in Lieshout runt, steeds vaker voor benaderd, vaak via via. “We hebben nog nooit acquisitie hoeven doen. Zelfs tijdens de crisis liep de omzet niet terug. Zo hebben we enkele jaren

16

GRONDIG 6 2018

­ eleden een nieuwe parkeerplaats aangelegd bij de Fontys g ­Hogeschool in Tilburg. Twee aannemers hebben later los van elkaar onze naam genoemd bij één van hun opdrachtgevers. Zo hebben we het werk voor Lidl in onze portefeuille kregen.” Die portefeuille is tot april 2019 al goed voor één miljoen euro. “We doen alles in de grootste zin van het woord ‘bouw’. Dat kan het aanleggen van steenkorven zijn in Helmond of het aanleggen van een vijver bij een particulier. Sloop­klussen doen we ook.” De opdrachtgevers bestaan uit overheden, particulieren, bouwaannemers et cetera.


F. Vereijken & Zn. BV Dit jaar viert F. Vereijken & Zn. BV zijn zestigjarig jubileum. Vader Frans Vereijken begon het bedrijf in 1958 als boer op een melkkar. Later kocht hij er een trekker bij en zo groeide het bedrijf uit richting het agrarisch loonwerk. In 1970 werd er een grondverzettak opgezet om de continuïteit het jaar door te waarborgen. In 1976 kwamen de zonen Isidoor en Gerrit in het bedrijf en werd er een vennootschap onder firma opgericht. Vier jaar later kwam Frans ook in het bedrijf. In 2006 werd de agrarische tak afgestoten vanwege teruglopende werkzaamheden en is het bedrijf zich geheel gaan richten op de grond-, weg en cultuurtechnisch werk. Een dieptepunt voor het bedrijf was het overlijden van broer Isidoor in 2008. Nu bestaan de activiteiten van het bedrijf voor 70 procent uit zelf aangenomen werk en voor 30 procent uit verhuur. Het bedrijf heeft achttien medewerkers in dienst. Frans Vereijken runt het bedrijf nu met zijn broer Gerrit. Hijzelf houdt zich bezig met de calculatie en de werkvoorbereiding. Zijn broer doet de planning en de verhuurtak.

Drie uitgangspunten De kracht van het bedrijf is de kleinschaligheid, meent de cumelaondernemer. “Voor GWW-begrippen zijn we een ­ klein bedrijf. Voor onze opdrachtgevers betekent dat korte lijnen; ik ga elke dag zelf op elk werk kijken dat we hebben aangenomen, want ik vind het erg belangrijk om er bovenop te zitten. We werken ook al jarenlang samen met onze ­onderaannemers, dus daarmee zitten we op één lijn. Daarnaast kunnen we als klein bedrijf snel schakelen. We zijn erg flexibel. Zeker voor onze vaste klanten kan er altijd wel iets tussendoor geregeld worden.” Vereijken heeft daarbij drie uitgangspunten. “Ten eerste we zeggen nooit ‘nee’. We pakken alles aan wat tot onze mogelijkheden behoort. Ten tweede kom ik mijn beloftes na. Dat heb ik van mijn vader. Als je iets belooft, moet het ook ­gebeuren. Een derde punt is: kom je afspraken na. Zeker in de bouw is dat geen gemeengoed, maar het niet nakomen van afspraken vind ik echt ondenkbaar”, zegt hij stellig. “Ik zie dat het werkt. Als ik mijn afspraken nakom, krijg ik meer vertrouwen van mijn opdrachtgevers en meer onderhands werk toegeschoven.”

Hij merkt daarbij dat de prijs niet allesbepalend is. “Als mensen weten wat ze aan je hebben, wordt de prijs minder ­belangrijk. Het gaat erom dat je kwaliteit en een goede ­afwerking levert binnen de tijd. Daar zou meer de aandacht op moeten komen te liggen in deze sector.”

Personeelsbeleid hoog in vaandel Half mei zijn de ondernemers met al het personeel en partners een lang weekend weg geweest, naar Winterberg. Het was de tweede keer (ook bij het vijftigjarig bestaan) dat het bedrijf dit organiseerde en wederom was het geslaagd. “Vroeger organiseerden we elk jaar een open dag, maar daar heb je drie weken lang werk aan en binnen een dag is het voorbij”, zegt de ondernemer. “En voor wie doe je het? We willen met een weekendje weg juist onze medewerkers ­bedanken voor hun inzet. Dat gaat beter met een weekendje weg dan met een biertje op een open dag.” Personeelsbeleid staat bij het bedrijf in hoog vaandel. In de zestig jaar dat het bedrijf nu bestaat, zijn er al lange dienstverbanden voorbijgekomen. Zo heeft het bedrijf een medewerker in dienst die al vijftig jaar bij het bedrijf betrokken is. Vereijken pakt alles aan wat tot de kleinere klussen behoort. Veelvuldig betekent dat ook sloopwerk.

GRONDIG 6 2018

17


ondernemen met

mensen

Formulier halen Dat ook een relatief klein bedrijf als Vereijken aan VCA, ISO en andere wettelijke verplichtingen moet voldoen, ziet Frans ­Vereijken eerder als een kans dan als een noodzakelijk kwaad. “Natuurlijk is het meer papierwerk, maar we hebben er ook baat bij. Door de ISO-normering heb ik meer inzicht in het eigen bedrijf gekregen. Door VCA is de veiligheid op en rondom het ­bedrijf hoger op de agenda komen te staan. Als er nu onverhoopt iets fout gaat, kunnen we het aantonen. Dat is voor mij goed, maar ook voor de opdrachtgever. Door VCA zijn ook onze medewerkers zich veel bewuster van wat iets kost. Als ze schade rijden, moeten ze hier op kantoor een formulier komen halen. Dat doen ze natuurlijk liever niet. Dus alleen het feit al dat ze dat formuliertje hier moeten halen, zorgt ervoor dat ze oplettender te werk gaan.”

“Veel medewerkers zijn meegegroeid met het bedrijf en de werkzaamheden”, zegt de ondernemer. Momenteel telt het bedrijf achttien medewerkers. Goed ­personeel is van groot belang. Hoewel het lastig is nieuw personeel te vinden, heeft Vereijken wel het voordeel dat het een leerbedrijf is. “Momenteel lopen er drie werknemers rond die hier voorheen stage hebben gelopen. Zo komen we aan personeel. Een advertentie in de krant levert tegenwoor­ dig niets meer op.” Er is echter ook veel aandacht voor behoud van personeel. Dat gaat verder dan alleen een goede financiële beloning. “De machinisten mogen bij ons hun eigen machines uit­ kiezen. De één wil misschien een Volvo, de ander een Hitachi of Doosan. Dat maakt ons niet uit. Zij moeten er de hele dag op werken, dus geven we hen daar de vrije hand in. Ook ­geven we hen een inkijkje in de kosten, zodat ze zich ervan bewust zijn waarmee ze op pad zijn. Uiteindelijk geldt: een tevreden machinist is goud waard.” Daarnaast weet het bedrijf zijn medewerkers afwisseling te bieden. “We nemen veel werken aan waarbij we het totaal­

Het vasthouden van personeel vindt Vereijken van groot belang. Daarom hebben medewerkers veel inspraak bij de uitvoering van het werk, maar ook bij de keuze voor machines.

18

GRONDIG 6 2018

pakket omtrent infra invullen. Daar zijn algauw tien man bij betrokken. Ze werken samen vanaf de eerste steen totdat het klaar is. Dat maakt het voor hen divers. Door de diversi­ teit aan werkzaamheden kunnen ze er zelf voor kiezen: wil­ len ze van een minigraver doorgroeien naar een mobiele of rups, dan kan dat. Willen ze echter op een minikraan blijven, dan is dat ook prima.” Een visie geven op de toekomst vindt de 57-jarige onder­ nemer lastig. Hij heeft geen opvolger en wil eigenlijk ge­ woon verder hoe het nu gaat. “Meer diversiteit willen we niet. Meer medewerkers ook niet. We hebben ooit dertig man personeel gehad, maar het huidige aantal bevalt ons veel beter. We willen gewoon de dingen die we kunnen goed doen.” Hij lacht: “Ervoor zorgen dat je niet buiten je oevers treedt, is ook een strategie toch?”

TEKST: Marjolein van Woerkom FOTO’S: Marjolein van Woerkom, Vereijken

Vereijken vindt het belangrijk om vaste klanten te ontzorgen. Daarom kan er altijd wel iets tussendoor worden geregeld als dat nodig is.


Denken in oplossingen tot 9 meter !

Tiger 190/305 BIO

Lothar 305

Bio frees Vernietigen van de grasmat zonder chemie!

Overtopfrees In ĂŠĂŠn keer onderwerken van de graszode Resultaat een mooi zaaibed

Bieslook 15 6942 SG DIDAM

gerard.zweers@argi.nl 06 - 5323 6180

www.argi.nl like ons op Facebook

Betonproducten

Betonplaten

Keerwanden

Stapelblokken


ondernemen met

vaktechniek

PROFILEREN Zelfstandige medewerkers zetten het flexibel rond Loon- en grondverzetbedrijf Olminkhof in Neede werkt in onderaanneming aan realisatie N18 Realisatie van het deeltraject Groenlo-Enschede van de N18. Voor Olminkhof is het een grote klus in onderaanneming dicht in de buurt, waarbij het juist afbakenen van de capaciteit centraal stond om de nodige flexibiliteit bij meerwerk te kunnen waarborgen. Dat lukte mede doordat de medewerkers gewend zijn de klussen zelfstandig te klaren.

20

GRONDIG 6 2018


Project: N18 Opdrachtgever: Rijkswaterstaat Aannemer: consortium NoaberN18 Aanneemsom: ruim 300 miljoen euro Onderaanneming: onder andere loon- en grondverzetbedrijf Olminkhof, Neede Looptijd: augustus 2016 tot mei 2018 Werkzaamheden: Olminkhof deeltraject Groenlo-Enschede: alle voorkomende werkzaamheden, grondwerk, grondverzet, afwerken, graafwerk kabels en leidingen, vegen, machinetransport, legen en vullen sanitair, inzaaien taluds en bermen. Jeroen Olminkhof: “Een grote klus als de N18 vlakbij is voor ons een succes geworden omdat we ons niet hebben laten verleiden er alles op in te zetten. Nu hebben we extra kunnen bijspringen als het nodig was en onze andere opdrachtgevers ook kunnen helpen.”

Op zich al een mooie opdracht, de realisatie van een fietspad onder de brug aan de Buurserbeek ter hoogte van Rietmolen om het door de N18 doorsneden land te verbinden. De machinist is net een stukje kade aan het afwerken, de trekkerkippercombinatie voert grond af en de machinist van een minikraan onder de brug verwerkt vrijkomende grond in het talud. De medewerkers redden zich daar prima. Het is meerwerk dat er nog ‘even’ bij komt als de N18 anderhalve maand eerder officieel is opgeleverd voor het verkeer. Meerwerk dat goed past in het totaalplaatje van Olminkhof. De realisatie van de N18 tussen Varsseveld en Enschede was voor het deeltraject Groenlo-Enschede via hoofdaannemer KWS neergelegd bij NoaberN18. Dit consortium had, zoals de naam al doet vermoeden, de opdracht een deel van het werk aan te besteden bij regionale bedrijven. Loon- en grondverzetbedrijf Olminkhof in Neede had vanuit andere projecten al goede betrekkingen met KWS en was daarom ruwweg een half jaar voor de aanbesteding feitelijk al aan de bal. “Omdat wij relatief dicht bij het project gevestigd zijn en omdat we al connecties hadden, werden we al gevraagd als soort van ‘bufferbedrijf’ om allerhande zaken op te slaan en voor te bereiden”, vertelt Jeroen Olminkhof. Daar zag hij voor zijn bedrijf een sleutelrol weggelegd. Een bufferbedrijf vlak bij het project waar de aanneemcombinatie altijd op kan terugvallen.

Ruimte voor meerwerk Olminkhof moest ook inschrijven. “Wij rekenen uiteraard marktconform scherp op een dergelijk project, maar hebben onze tarieven wel hard neergelegd”, verklaart Jeroen. “Dat is het en daarvoor kunnen we goed werk leveren”, zegt hij. Concessies heeft het bedrijf hier niet in gedaan, al laat Jeroen merken dat het natuurlijk spannend is geweest omdat er een kans was om te verliezen van prijsvechters. “Achteraf hebben we het goed ingeschat en het is toch weer een bewijs dat je redelijke tarieven kunt vragen als je goed werk levert en de relatie goed is.” Veiligheid stond heel hoog in het vaandel bij de aanleg van de N18. Zo moest Olminkhof alle dumpers en graafmachines voorzien van achteruitrijcamera’s en gedempte achteruitrijsignalering, moesten de medewerkers speciale werkkleding dragen en moesten materieel en medewerkers (veiligheidscertificaat) zijn goedgekeurd. Dit gaf voor Olminkhof wel een beperking. “Je weet dan ook dat je als je de gevraagde capaciteit niet kunt leveren niet snel even een collega kunt vragen. We hebben mede daarom vooraf duidelijk aangegeven waar voor ons de grenzen in capaciteit liggen.” Die helderheid vooraf pakt goed uit. Olminkhof hield daarbij bewust rekening met rek voor extra werkzaamheden, bijvoorbeeld calamiteiten, onverwachte pieken en klussen als hierboven. “We wisten dat NoaberN18 ons juist graag wilde inschakelen bij plotselinge calamiteiten en pieken. Dat is in omvang niet aan te geven, maar

GRONDIG 6 2018

21


1 Na de opening van ondernemen met de N18 waren er nog diverse extra werkzaamheden, zoals hier een flinke klus, het aanleggen van een fietspad onder de N18 door. 2 De Doosan DX255LC werd onder meer ingezet met vijf gelede dumpers om in één weekeinde in 24-uursshift de aansluiting van de N18 op het lokale wegennet te realiseren.

vaktechniek

3 Even vegen bleek vrijwel continu, ruim 1000 uur op de klok, waarbij Olminkhof later op wens van NoaberN18 nog een sproei-installatie op de veger installeerde.

1

2

4 Deze 6x6vrachtwagen met dieplader is vrijwel continu aan de slag geweest met het verplaatsen van materieel en allerhande ‘scharrelwerk’.

3 je weet dat je dan meerwaarde kunt leveren en dit altijd goed betaald meerwerk oplevert, waarbij je dan geen ‘nee’ kunt zeggen. Door daarop te anticiperen, konden we dat goed waarmaken.” Volgens Jeroen is het bij calamiteiten aan de vraag kunnen voldoen belangrijker dan continu meer werk aanbieden en dan minder achter de hand hebben om bij pieken en calamiteiten bij te springen. “Dat is een afweging, maar je weet dat je de opdrachtgever dan wel uit de brand helpt. Dat is heel belangrijk in een goede relatie. Hier de juiste balans in vinden, was onze grootste uitdaging. Wel is het moeilijk om bij inschrijving niet de volle capaciteit aan te bieden”, geeft hij toe. Olminkhof geeft ook aan dat ze niet alles op één project wilden zetten. “Hoe aantrekkelijk zo’n groot project ook is, we willen ook ruimte houden voor onze andere opdrachtgevers.”

22

GRONDIG 6 2018

4 Zelfstandig Bij Olminkhof zijn de medewerkers gewend om de klussen zelfstandig te klaren. Dat stukje bedrijfscultuur leverde belangrijke meerwaarde. “De meerwaarde zie je vooral terug als het erop aankomt”, vertelt Jeroen. “Bijvoorbeeld als vanwege wegafsluitingen voor het realiseren van een viaduct (te zien op de openingsfoto) in het weekeind in 24-uursshift moet worden gewerkt. Wij hadden daar onder andere onze rupsgraafmachine draaien. Hier regelden onze mensen onderling zelf de aflossing en stemden ze ook onderling de werkzaamheden zo af dat de lasten zo goed mogelijk werden verdeeld, rekening houdend met privéomstandigheden. Ik heb mij daar niet mee hoeven bemoeien.” Een ander voorbeeld is regelmatige aflossing voor de veegcombinatie, die heel veel uren heeft gemaakt. Dat regelen de jongens onderling. “Voor NoaberN18 betekent het ook dat er bij dergelijke klussen frisse en


5 De midikraan was continu in touw voor het kabelen leidingwerk, maar moest bij gelegenheid ook worden ingezet bij het aanvullen en afwerken van kunstwerken, zoals hier bij een fietstunnel.

5

6 Olminkhof leverde voor dit project standaard de mobiele graafmachines inclusief alle bakken en sorteergrijper. Draaien op 3D-GPS was voor het bedrijf niet aan de orde.

6

7 Olminkhof draaide veel uren met zijn trekkerdumpercombinaties. Hoewel het bedrijf jong materieel inzet, werden er geen eisen gesteld aan emissie en CO2-voetprint. 8 Naast het afwerken mocht Olminkhof de bermen ook inzaaien met een speciaal bloemrijk mengsel. Hier met de trekker, maar een deel is ingezaaid met de zaaimachine aan de graafmachine.

7

8 gemotiveerde medewerkers in actie zijn, die gewend zijn zelfstandig te werken en mee te denken in oplossingen en bijspringen als het nodig is”, aldus Jeroen. Hij geeft aan dat hij vanwege de zelfstandigheid slechts een paar keer in het veld heeft hoeven zijn. “Dat scheelt ons een eigen uitvoerder”, legt hij uit. Voor de belangrijke onderlinge communicatie waren de graafmachines al voorzien van een 27mc. Olminkhof heeft voor dit project de trekker-dumpercombinaties ook voorzien van 27mc.

Veel draaiuren Een andere belangrijke factor vormt het aantal uren. “NoaberN18 had het eigenlijk altijd zo geregeld dat we ons materieel vol konden inzetten, zeker hele dagen, meestal hele weken, 40 uur factureerbaar”, vertelt Jeroen. Daarbij zijn er machines die nauwelijks van het project af zijn geweest. Denk aan de 6x6-vrachtwagen met dieplader, de veegcombinatie,

trekkers met dumpers en de midigraafmachine. In de piektijden had Olminkhof circa vijftien medewerkers op het project draaien, in de rustiger periodes vijf tot tien personen. Omdat er niet volledig is ingezet op dit project is de overgang naar andere projecten ook geleidelijk. De N18 is in mei opgeleverd, maar voor Olminkhof is het nog niet helemaal afgelopen. Jeroen schat in dat het na deze zomer nagenoeg klaar zal zijn. “Voor onze jongens die daar twee jaar hebben gewerkt, is het ook mooi geweest zo. En we hebben van de KWS al een mooie vervolgopdracht binnen in Enschede en Oldenzaal”, stelt hij tevreden vast. Met daarbij vanaf nu het fijne gevoel dat de mannen, als ze in no time van Neede over de nieuwe N18 richting Enschede rijden, hier zelf een bijdrage aan hebben geleverd. TEKST: Gert Vreemann FOTO’S Olminkhof, KWS, Vreemann

GRONDIG 6 2018

23


ondernemen met

vaktechniek

GRONDIG.COM

Op deze pagina’s samenvattingen van berichten die eerder op Grondig.com zijn geplaatst. Wilt u op de hoogte blijven van het actuele nieuws? Ga naar Grondig.com. Daar publiceert de redactie dagelijks nieuws van en voor de cumelasector.

UPDATE DEUTZ-FAHR 5-SERIE Deutz-Fahr vervangt met de 5G TB-serie de Agrofarm TB-trekkers voor het meer specifieke werk in speciale teelten of voor hovenierswerk. Ze zijn uitgerust met 76 kW en 83 kW (103 en 113 pk) viercilindermotoren. Er zijn vier transmissies van 10+10 tot 40+40 versnellingen met high-low onder belasting te schakelen, met mechanische of elektro-hydraulische omkeerinrichting. Ze halen 40 km/u bij een gereduceerd motortoerental. Als optie zijn er een Stop & Go-systeem en een snelle.

KRONE BALECOLLECT 1230-­BALENVERZAMELWAGEN GETEST

VERBETERDE MAGPROTECTBESCHERMHOEK LAADKLEP MagProtect heeft de magnetische kunststof hoekbeschermer aangepast voor een betere laadklepbescherming. Een stevig scharnier zorgt ervoor dat de beschermer blijft zitten op de laadklep en een kantelbeweging maakt wanneer de klep op en neer gaat. Met deze nieuwe variant van de MagProtect kan het wegvervoer het laden en lossen voortaan nog beter beveiligen. Deze variant biedt voor onze sector wellicht ook toepassingsmogelijkheden.

Krone’s BaleCollect 1230 onderscheidt zich doordat de wagen in transport met uitgeschoven dissel en geblokkeerde stuurinrichting op de wielen als een aanhanger achter de pers aan rolt. Het 4,30 meter brede aflegbed is goed voor drie balen van 120 centimeter of vijf van 80 centimeter. Top Agrar heeft de BaleCollect op een graanperceel getest. Twintig enkel geperste balen ophalen met de wagen op de kopakker kostte 26 minuten. Twintig met BaleCollect verzamelde balen (per drie) ophalen

advertentie

Wiellader

DL550-5 Dé keuze van gebruikers Doosan wielladers bieden uitstekende uitbreekkrachten, korte cyclustijden en bijzonder veel comfort. Onze laders zijn perfect geschikt voor alle toepassingen, bieden buitengewoon hoge prestaties en zijn economisch bij alle werkzaamheden, hoeveel materiaal u ook moet verplaatsen. Ga voor meer informatie naar www.doosanequipment.eu

Doosan, al meer dan 40 jaar fabrikant van bouwmachines.

24

Advert_Doosan_Grondig_DL550_2018_NL_200x134_(0).indd 1

GRONDIG 6 2018

11.07.2018 12:25:20


een standaard bedrijfsgewicht van 12.700 kilo, terwijl het standaard bedrijfsgewicht van het LCRD-model 13.560 kilo bedraagt. De machine heeft een maximale graafdiepte van 5,57 meter, een maximaal graafbereik van 8,22 meter en een graafkracht van 10.369 kgf.

MAGNETISCHE ASSET TRACKINGSYSTEMEN VAN GPS-BUDDY kostte achttien minuten. Ten slotte is met de wagen meegereden en werden tegelijk enkele balen (zonder BaleCollect) geladen. Dit kostte zeventien minuten.

NIEUWE HYUNDAI HX130 LCR Hyundai Construction Equipment lanceert de HX130 LCR, het derde graafmachinemodel met compacte zwenkstraal in de HX-serie. Deze dertientons machine is eveneens verkrijgbaar in standaardconfiguratie, de HX130 LCRD, met een dozerblad. Hyundai had in het dertientons segment nog geen goede vertegenwoordiger op de markt. De HX130 LCR-graafmachine is uitgerust met een 55 kW (73,6 pk) Perkins 854FStage IIIb-motor met een dieselpartikelfilter en zonder SCR (AdBlue). Het LCR-model heeft

GPS-Buddy introduceert twee magnetische asset tracking-systemen, de AT-L en de AT-S, voor het lokaliseren van bedrijfseigendommen zonder stroomvoorziening. Doordat de beide systemen zijn voorzien van magneten en de behuizing (spat)waterdicht is, zijn ze zeer eenvoudig te plaatsen op de meest uiteenlopende bedrijfseigendommen. De locatie daarvan is voor de eigenaar eenvoudig inzichtelijk via een app of een webportal.

KÖPPL CRAWLER KOMT ERAAN De nieuwe Köppl Crawler is uitgerust met een 17 kW (23 pk) Briggs & Stratton-motor in combinatie met hydraulische aandrijving van de rupsen met elektronische snelheidsregeling voor bijvoorbeeld automatisch rechtuit rijden op hellingen. De rijsnelheid kan met de afstandsbediening via een tempomatfunctie worden ingesteld tot 6 km/u en is (na het keren) weer met één druk op de knop oproepbaar. De Crawler is gebaseerd op de radiografisch bediende uitvoering van de Gekko, inclusief besturing van het aanbouwwerktuig en zweefstand. Uiteraard is de Crawler uitgerust met de bekende snelwissel voor de werktuigen.

advertentie

Die wil alleen maar laden

KRONE opraap- en transportwagen

www.krone-nederland.nl

35 modellen in vier verschillende series Geschikt voor tractoren van 80 tot 400 PK Laadvolume van 25 tot 56 m3 Brede EasyFlow pick-up zonder curvebaan = 58% minder slijtdelen en 30% hoger toerental Enorme snijrotor met gelaste brede hardox meenemers, trekt licht zelfs bij 37 mm snijlengte (hakselkwaliteit)

Zuid-Nederland: Ad van den Hurk 0653-241918

Noord-Nederland: Martijn van Middelkoop 0651-346841

GRONDIG 6 2018

25


RENAULT TRUCKS-SERIE ­ELEKTRISCHE TRUCKS

ZUNHAMMER-TANK OP 900/65R32-BANDEN

Renault Trucks onthult een complete serie vol­ ledig elektrische voertuigen: de Renault Mas­ ter Z.E., de Renault Trucks D Z.E. en de Renault Trucks D Wide Z.E. Samen dekken deze voer­ tuigen het programma van 3,1 tot 26 ton af. De voertuigen zijn bij uitstek geschikt voor ge­ bruik in de stad. De D Z.E. en D Wide Z.E. komen in 2019 op de markt. De Master Z.E. is al in 2018 beschikbaar.

RosierGreidanus heeft de eerste Zunhammermesttank afgeleverd met Alliance-banden in de maat 35.5LR32 (900/65R32). Deze gaat draaien bij Loonbedrijf Vollenhove, dat zoals u begrijpt actief is op minder draagkrachtige gronden. De Zunhammer-combinatie is uit­ gerust met een veertienkuubs tank. De com­ binatie komt met deze (zware) banden onder de vijf ton per wiel en daarmee in het gunstige gedeelte van de belasting. Dat was ook het streven van RosierGreidanus.

WACKER NEUSON: EMISSIEVRIJE MACHINETECHNIEKEN Wacker Neuson toonde op zijn Universe 2018-dagen in Hörsching veel nieuws, waarbij de nadruk lag op emissievrije machinetechnie­ ken en digitale oplossingen. Naast de eerder geïntroduceerde elektrische minigraafmachine EZ17e toonde Wacker Neuson nu ook de elektri­ sche wieldumper DW15e met vierwielaandrij­ ving en een laadvermogen van 1,5 ton. Bij de DW15e beschikt zowel de rijaandrijving als de werkhydrauliek over een eigen elektromotor. Als de machine afremt, wordt er energie terug­ gewonnen en teruggevoerd naar de accu. De onderhoudsvrije accu wordt geleverd met een geïntegreerde lader, die kan worden aangeslo­ ten op een gewoon stopcontact. De EZ17e en de DW15e zijn vanaf 2019 beschikbaar. advertentie

26

GRONDIG 3 2018


ALLIANCE F344 ELIT-LAGEDRUKBOSBOUWBANDEN Op de beurs Euroforest heeft Alliance de eerste lagedruk-bosbouwband gepresenteerd. Het gaat hier om de F344 ELIT, waarvoor Alliance claimt op de halve bandenspanning te kunnen werken met gelijke belasting als bestaande bosbouwbanden. Alliance heeft hiervoor een nieuw extra sterk karkas ontwikkeld en speciale rubbercomponenten om de band soepel en toch sterk genoeg te voor bosbouwomstandigheden. In de praktijk kun je volgens Alliance met deze banden toe met een bandenspanning van 2,5 bar. De 20 PR-banden worden eerst leverbaar in de maten 710/4024.5, 800/40-26.5, 710/45-26.5 en 750/55-26.5.

HANDIGE BOBCAT-TOOL

EXTRA ZWARE HM 400-STOBBENFREES Hissink heeft de nieuwe frees ontwikkeld voor trekkers van circa 110 tot 294 kW (150 tot 400 pk). Daarvoor is de aandrijving in een zo recht mogelijke lijn gemaakt. De frees heeft een Canbus-besturing met elektrohydraulische propor­ tionele bediening via een touchscreen en een no-stress-functie. Het freeswiel met een diameter van 100 centimeter en een dikte van drie centimeter en is uit meerdere delen opgebouwd, waarbij de beitelhouders zijn verzonken in het freeswiel. De machine heeft een zwenkbereik van ruim vier meter, kan tot één meter diep werken en heeft een uitschuif van 0,5 meter. De frees kan verder 90 graden zwenken.

Op de tractor pull in Made volop in actie was deze Bobcat T650-rupsschranklader met het originele Bobcat Egalisator-aanbouwdeel. Dat is vrij onbekend in Nederland, maar in andere werelddelen een gewaardeerde tool om land snel te egaliseren. Hierbij kan dankzij een dubbel mes tweezijdig worden gewerkt. Het is voorzien van een zeef. Verder heeft de tool een messenset om zode of bodem tot negen centimeter diep los te trekken. Uiteraard heeft hij ook egalisatiebalken. De Egalisator kan desgewenst ook worden gebruikt als een laadbak. De Egalisator is leverbaar in versies van 1,20 en 2,00 meter.

advertentie

De innovatie op het gebied van precisiezaaitechniek:

LEMKEN AZURIT. AL HET GOEDE KOMT IN DRIEËN.

10%

Een tot

hogere opbrengst

Meer ruimte voor elke plant in de DeltaRow betekent betere groei en hogere opbrengsten in vergelijking met traditionele rijenzaai.

Rijpadschakeling zonder verlies Bij het automatisch aanleggen van de rijpaden wordt een deelrij uitgeschakeld en wordt de inzaaihoeveelheid van de tweede deelrij verdubbeld. Zo ontstaat een rijpadbreedte waardoor men ook met bodemvriendelijke banden kan rijden zonder de zaaidichtheid te verminderen.

Centrale plaatsing kunstmest. Door kunstmestplaatsing tussen de deelrijen met DeltaRow zorgt dit voor optimale bereikbaarheid van meststoffen voor de wortels van de plant.

70%

meer ruimte voor de plant door het zaaien in DeltaRow-verband Door een betere spreiding van het zaaizaad worden de groeiomstandigheden duidelijk verbeterd: de planten krijgen meer voedingsstoffen, meer water en meer licht. Bij een gelijke bestandsdichtheid biedt de

DeltaRow azurit.lemken.com

elke maïsplant meer ruimte.

GRONDIG 6 2018

27


ondernemen met

vaktechniek

Naadloos passend in het ­totaal­plaatje Levellen met een wiellader met Mekos-dozerbord Een opkomend fenomeen: levellen ofwel graderen met de wiellader. We bekeken het Mekos-dozerbord bij Bloemhof in S­ taphorst en bespraken de ervaringen met De Boer in Burgum en Gebr. Coremans in Breda. In alle gevallen blijkt het een o ­ nderdeel in het totaalplaatje, waarbij de meerwaarde vooral zit in het efficiënt en flexibel inzetten van de wiellader.

We stelden na het bezoek van Bloemhof BV in Staphorst al vast dat diens verhaal representatief is voor wat we elders horen of tegenkomen, namelijk dat de wiellader steeds meer wordt ingezet voor het levellen, simpelweg omdat er tegenwoordig frontdozerborden inclusief 3D-aansturing zijn waarmee dat prima kan. Het maakt de wiellader bovendien flexibeler inzetbaar. Je pikt het dozerbord snel aan en zet het gemakkelijk af om ook andere werkzaamheden met de wiellader uit te voeren. Voor opdrachtgevers is dat meteen van meerwaarde, omdat na het voorbereidende werk alles direct wordt afgemaakt. Bovendien moeten ze anders naast een grader vaak toch een extra wiellader inzetten voor hand- en spandiensten. Daarbij is het een compactere combinatie, waarmee je dankzij

28

GRONDIG 6 2018

het hoge bord en de zijborden veel meer mee kunt nemen en dus een grotere capaciteit kunt draaien, waar de vrachtwagen voor kan lossen en waarmee je beter in de hoeken, rotondes, rondingen of einden kunt werken. Ook hoef je natuurlijk niet meer apart een grader te laten komen, die in de huidige economie niet altijd meteen beschikbaar is. Bovendien zijn er veel vaardige wielladermachinisten in onze sector en minder gradermachinisten. Gezien de goede werking kun je voor deze toepassing het gradertarief berekenen. Dan vallen de kosten te overzien. veel bedrijven hebben al 3D-machinebesturing en dan is de investering dankzij het verschil tussen de normale wielladerverhuur en het gradertarief best terug te verdienen. De investering zelf is wat lastig aan te geven, omdat daar een


grote bandbreedte in zit, afhankelijk van de individuele (soms sterk verschillende) wensen en een eventuele investering in 3D-machinebesturing. Mekos scoort in dit marktsegment goed met zijn frontdozerborden, waarmee het dankzij zijn troef, een glijplaat, extra stabiliteit en verdichting realiseert. Voor ons de reden deze variant te bekijken. Ook claimt de fabrikant een relatief snel aansturingsprogramma te hebben voor een egaal resultaat. In de praktijk blijkt dat je er inderdaad bekwame machinisten op moet zetten, die er met gevoel mee werken. Het is geen machine om te bulldozeren, het is echt een machine die je moet inzetten voor de finishing touch. Dan komt hij het best tot zijn recht. Dat en de details leest u in de ervaringen van Bloemhof, Coremans en De Boer, die elk hun eigen invalshoek hebben.

De glijplaat zorgt voor stabiliteit, extra nivellering en drukt het materiaal aan. De hoogte van het dozerblad wordt achter met cilinders geregeld door de glijplaat meer of minder naar beneden te drukken. De hoekverstelling van het dozerblad is via cilinders bij het draaipunt geregeld.

TEKST & FOTO’S: Gert Vreemann

Bloemhof, Staphorst: “Onderdeel van totaalpakket” Albert Bloemhof bestuurt zelf de Liebherr L583 met het 2,70 meter brede Mekos-frontdozerbord op een nieuwbouwwijkproject in Dronten. Bloemhof verzorgt daar al het grondwerk, inclusief het profileren van de puinlaag. Op deze en soortgelijke locaties meet Bloemhof het terrein in en daarna vertaalt hij op kantoor zelf de 2D-kaarten in 3D-kaarten. Deze worden vervolgens omgezet naar machinebesturing. “Wij berekenen ook het aantal kuubs, zodat wij en onze opdrachtgever exact weten hoeveel er moet worden aan- en afgevoerd”, vertelt Henk Bloemhof. Een belangrijk pluspunt is ook dat Bloemhof zo ter plekke kan inspelen op situaties. “Zo was hier de aansluiting op het bestaande wegdek niet helemaal sluitend. We regelen dan samen met de opdrachtgever een oplossing, passen het dan op kantoor aan en vervolgens wordt het draadloos verzonden naar de wiellader.”

Aanpikken en gaan Tijdens ons bezoek heeft Bloemhof die ochtend met de shovel de puinlaag aangebracht. “Dat is het voordeel”, legt hij ons uit. “De vrachtwagenmachinist lost het gebroken puin en ik verdeel het met de wiellader. Resthoeveelheden kan ik meteen op geschikte plekken in depot zetten”, aldus Bloemhof. Daarna pikt hij het Mekos-frontdozerblad aan. “Een kwestie van de snelkoppeling van de wiellader, twee hydrauliekslangen en een elektrische aansluiting. Het is maar een paar minuten werk”, legt hij uit. Er wordt eigenlijk altijd op total station gewerkt. “We hebben ook 3D-GPS-voorzieningen aan boord, maar dat past niet bij dit werk”, zegt hij. Bloemhof werkt met Trimble Sitech-3D-machinebesturing. Hij rijdt rustig en je ziet dan meteen waarom het graderen met het Mekos-frontdozerbord zo goed gaat. Achter het bord zit namelijk een glijplaat. Die zorgt voor een stabiele gang, mede doordat de frontschuif met grondplaat toch circa drie ton weegt. “We hebben de wiellader nu in zweefstand staan, zodat de frontschuif volledig zijn eigen weg zoekt bij het aanvullen en uitvlakken van de toplaag”, vertelt Bloemhof. Hij geeft wel aan dat je van meet af aan de baan vlak moet

houden. Dan heb je geen last van wasbordeffecten. “Het is met verstand werken”, zegt hij. Hij heeft in het verleden wel eens gewerkt met een wielstel achter de frontschuif, maar de glijplaatoplossing is volgens hem stabieler. “De regeling op de frontschuif is snel, maar als je je laat verleiden tot te snel rijden, kan het zijn dat je toch een wasbordeffect krijgt”, legt hij uit. Snel rijden is bij dit werk niet aan de orde, omdat het puin tijd nodig heeft te zakken en je niet wilt dat het te veel gaat schuiven. De glijplaat zal daardoor wel slijten, zeker op de puinbaan. Dat moet je incalculeren.

Naadloos Op het scherm is te zien dat er in dit geval een afschot van drie centimeter is naar het midden toe. “Dan is het zaak de machine zo in te stellen dat je de juiste aansluiting hebt”, zegt Bloemhof. In dit geval betekent het stijf langs de middenlijn werken en de zijkanten met overstek. Goed afwerken is bij deze machine prima te regelen met de hydraulisch verstelbare zijborden. “Daar leer je snel mee werken”, vertelt de ondernemer. Hij geeft aan dat je dankzij het 1,10 meter hoge schuifbord en de diepe zijborden ruim voldoende materiaal meeneemt om de baan in één keer te trekken met genoeg materiaal voor het bord. “Het overtollige kun je zo prima wegwerken in een hoek.” Een paar dagen later zien we de combinatie aan het werk bij het vernieuwen van een lokale weg bij Ootmarsum. Hier is de (al voorverdichte) puinlaag te dik aangebracht. Je ziet dat drie ton eigengewicht dan niet toereikend is om de bak stabiel op diepte te houden. Je moet dan met verstand afschrapen en voorkomen dat je oneffenheden krijgt (wasbordeffect). De machinist werkt dan in de lastcompensatiestand voor wat extra weerstand. “Dat gaat goed als je met verstand werkt. Ik zorg er altijd voor dat de bak rustig blijft lopen”, geeft de machinist aan. Deze werkstand heeft als voordeel dat je, als de bak vol is, de grondplaat net van de grond kunt tillen. Dat scheelt weerstand en slijtage. Als de baan is geprofileerd, gaat de combinatie op transport naar een volgende, soortgelijke klus. “We zitten nu helemaal volgeboekt op vergelijkbare projecten”, aldus Bloemhof.

GRONDIG 6 2018

29


ondernemen met

vaktechniek

De Boer Burgum BV: “Beperken tot finishing touch” De Boer Burgum BV werkt ook met een 2,7 meter Mekos. Dit bedrijf ziet het echt als een tool voor de finishing touch ter vervanging van de grader. Heinze de Boer: ”We gebruiken hem vooral op kleinere werken, waarmee je er beter mee uit de voeten kunt dan met de grader. Dan levert de Mekos meerwaarde, omdat je dan de wiellader meteen standby hebt om materiaal aan of af te voeren”, aldus De Boer. Hij streeft er altijd naar om met de wiellader, standaard uitgevoerd met 3D-GPS, met de gewone bak de zand- of puinlaag meteen op niveau te brengen, in combinatie met verdichten, zodat met de Mekos alleen de finishing touch hoeft te worden uitgevoerd. “Dan komt de machine het best tot zijn recht en is het een echte vervanger voor de grader.” De Boer heeft hiervoor zelf vergelijkend onderzoek uitgevoerd. Daaruit blijkt dat op dergelijke projecten de Mekos met wiellader een grotere capaciteit haalt dan de grader. Dat komt vooral door het hoge blad in combinatie met de zijborden en het beter kunnen afwerken in hoeken en op einden. “Voor de aannemer is er dan het voordeel dat er geen extra wiellader standby hoeft te zijn voor aan- en afvoer, omdat dat nu met dezelfde wiellader wordt uitgevoerd. Dat vertaalt zich in een lagere kostprijs per meter”, stelt De Boer vast. Voor grote projecten met lange trajecten huurt hij wel de grader in. “Dan maakt de grader voldoende uren om deze rendabel in te zetten, eventueel met onze wiellader tijdelijk erbij voor assistentie. Dat is dan de beste combinatie.”

Gebr. Coremans, Breda: kleinere ook trekkend te gebruiken Arjen Coremans van het gelijknamig bedrijf in Breda heeft een 2,70 en een 2,40 ­meter brede versie van de Mekos-dozerbordcombinatie aan het draaien. Beide zijn geschikt voor total station, laser of GPS. Coremans gebruikt de grote 2,70 meter combinatie op grotere werken puur voor het levellen. “Een vrachtwagen puin ­werken we in drie keer weg en dan profileren we zo’n anderhalve centimeter hoger af, rollen na met de wals en profileren dan nog een keer af. Dan ligt de baan er strak in voor het asfalteren.” Deze Mekos hangt voor een Volvo L70-wiellader en voldoet voor dit werk prima. “Opdrachtgevers zijn zeer tevreden en we hebben met deze combinatie de flexibiliteit om ter plekke snel om te wisselen naar een bak”, aldus Arjen. Coremans heeft bewust ook een kleinere versie voor een Volvo L30 draaien. “Met deze combinatie is hetzelfde goede resultaat te behalen”, vertelt de ondernemer. Belangrijk verschil tussen beide combinaties is dat Coremans dit dozerbord zo heeft aangepast dat dit ook trekkend te gebruiken is voor stratenwerk. Daarnaast is deze kleinere combinatie volgens Arjen handiger bij projecten waar al putten en kolken zijn gezet. “Met de L30 ben je met de smallere Mekos toch even wendbaarder.” Coremans beaamt dat het indringend vermogen bij het nivelleren van een puinbaan beperkt is. “Wij werken daarom eigenlijk nooit in zweefstand, omdat we dan extra druk kunnen zetten en als de bak vol is die wat kunnen heffen om zo sneller te verplaatsen en verdelen en minder wrijving hebben met de glijplaat”, vertelt Arjen. Hij bevestigt de stabiliteit en de goede werking van de machine dankzij het afsteunen op de glijplaat. “Dat geeft de gewenste stabiliteit en het zorgt meteen voor een extra egaliserende werking.” Coremans heeft de constructie van de glijplaat aangepast om deze bij verschillende werkdieptes van het kilverblad vlak te houden. “Bij een scheve stand slijt de plaat te hard. Bij een vlakke stand is de slijtage veel minder”, stelt Arjen vast. Verder is hij zeer te spreken over de werking van de Mekos-dozerbordcombinaties. “We zitten voor beide altijd volgepland en kunnen voor het afwerken een passende prijs vragen. De combinaties maken de aanschaf of het inhuren van een grader overbodig.”

30

GRONDIG 6 2018


Social icon

Rounded square Only use blue and/or white. For more details check out our Brand Guidelines.

EfficiĂŤnt toolboxen en werkplekinspecties uitvoeren Veilig Vakwerk maakt het uitvoeren van werkplekinspecties en toolboxen veel eenvoudiger. Medewerkers ontvangen de juiste informatie op hun telefoon en kunnen direct aan de slag. Dit kan volledig digitaal, maar het is ook mogelijk om de geprinte versie te bewaren. Veilig vakwerk zorgt voor tijdsbesparing en verbetering van het veiligheidsbewustzijn bij medewerkers. Daarnaast is hiermee de gegeven veiligheidsinstructie aantoonbaar.

Start direct via veiligvakwerk.nl

rd Gereducee r o o v f e ri ta A L CUME Nederland leden

In samenwerking met CUMELA Nederland, bedrijven uit de sector en Stigas.

NEDERLAND

NIEUW

Nu in de store s beschikbaar

Direct toepasbaar, overal beschikbaar

Digitale werkplekinspectie Dashbord op de pc met overzicht van uitgestuurde toolboxen en werkplekinspecties Automatisch archief en Rapportage


ondernemen met

vaktechniek

Focus op service Werklust Holland BV in Apeldoorn gaat uitbreiden Nadat Werklust begin 2014 de productie van wielladers beëindigde, heeft de oude fabriek plaatsgemaakt voor een nieuw ­onderkomen en is de organisatie in sterk afgeslankte vorm verder gegaan als gespecialiseerde serviceorganisatie. Met het ­onlangs verkregen importeurschap van Ljungby Maskin gaat het bedrijf nu al uitbreiden. Nog dit jaar gaat de schop in de grond. Als je in het begin van de avond de werkplaats van Werklust Holland in Apeldoorn binnenloopt, zie je aan alles dat het druk is. Het is vol. Binnen staat een Ljungby die in de zoutoverslag draait voor een servicebeurt en er wordt net een nieuwe Ljungby L18 naar binnen gereden waarbij nog een verandering moet worden doorgevoerd aan de snelwissel. Op kantoor is er een gesprek met een buitenlandse relatie om tot zaken te komen.

Jaap Tempel, één van de aandeelhouders en de huidige directeur, slaakt een zucht als we bij de nieuwe L18 staan. “Die had al klaar moeten zijn, maar levertijden zijn een steeds groter probleem”, zegt hij. Ook bij Ljungby Maskin, erkent hij, want je ben zo tien maanden verder als je nu een nieuwe bestelt. “Maar dan wordt de wiellader wel compleet volgens de wensen van de klant in één keer goed af fabriek geleverd. Dat hebben we bedongen.” Tempel geeft aan dat ze in Apeldoorn liever niet meer allerlei zaken aanpassen. “Dat kost te veel mankracht, mankracht die we hard nodig hebben voor onze servicediensten”, licht hij toe. Tempel geeft aan dat Ljungby Maskin op dit moment in de f­abriek aan het opschalen is. “Ljungby ziet in dat het de productie moet opschroeven. Het groeit nu snel door naar een productie van circa 250 stuks op jaarbasis. Dat was een paar jaar geleden nog 150.”

Boost Het binnenhalen van het importeurschap van Ljungby Maskin, begin dit jaar, geeft Werklust Holland in Apeldoorn volgens Tempel een flinke boost. “Werklust-klanten weten dat ze met Ljungby Maskin verder kunnen en dus hun Werklust kunnen inruilen of gerust een gebruikte kunnen kopen. Dat kon al omdat we de afgelopen jaren al Ljungby-dealer waren, maar nu is het sterker. Wij kunnen nog altijd goede prijzen geven voor een inruil-Werklust 18 C-E, de 35- en 45-modellen. We hebben daar nationaal en internationaal goede afzetpunten voor.” Tempel geeft aan dat Ljungby Maskin een passende opvolger is. “Dat is ook een kleinschaliger bedrijf en geen volume­bouwer, maar moet het hebben van zijn specialisme. Wij blijven zo een bedrijf waar je bij wijze van spreken laagdrempelig direct de werkplaats in loopt en niet via een gelikte dure hoofdingang met letterlijk afstand tot daar waar het echte werk gebeurt”, zegt hij. Als voorbeelden van passende Ljungby-machines noemt hij de tientons L10 (“Ideaal voor pakken laden en vervoeren.”) met 151 kW (205 pk) en de L15 voor op de kuilhoop met eventueel 221 kW (300 pk) onder de kap. De komst van Ljungby Maskin naar Apeldoorn geeft meteen een boost aan de organisatie. ”We hebben in Nederland meer dan 1000 Werklusten draaien en daar komen nu pakweg 300 Ljungby’s bij”, zegt Tempel. “Daarbij hebben we bij de klanten

32

GRONDIG 6 2018


Wishful thinking Hoe Werklust zich verder gaat ontwikkelen, staat nog niet vast. “Het kan best zijn dat we op termijn meerdere merken gaan importeren”, zegt Tempel. Eigenlijk wil hij zijn eigen zwenklader nog wel bouwen, maar dat is misschien wel wishful thinking. Ook heeft de vennootschap nog altijd de tekeningen van de Werklust. “Voor de tekeningen is internationaal nog steeds belangstelling. Het kan best zijn dat dit nog eens tot een deal komt. Verkoop of licentiebouw, we zien wel.” Ook zijn er vooruitstrevende ideeën om CO2-reductie bij wielladers te realiseren via alternatieve brandstoffen. Op dat vlak denkt Tempel hier een verschil te kunnen gaan maken met de bestaande volumebouwers. “Ik denk dat er een groeiende markt komt voor alternatieven. Daar zijn we mee bezig en dat past bij een bedrijf als Werklust, maar dat heeft tijd nodig.”

van Ljungby Nederland nog wat achterstallig werk te ver­ richten op het gebied van service en reparatie. Dat zet druk op onze organisatie en vraagt om extra ruimte om één en ander te ­servicen. Daarom gaan we uitbreiden”, aldus Tempel. Hij geeft aan dat hij de werkplaats gaat vergroten en dat het bedrijf op zoek is naar mensen om meer servicebussen op de weg te krij­ gen. “Onze troef is een goede service vanaf een centraal punt in Nederland, zoals de Werklust-gebruikers en onze nieuwe Ljung­ by-gebruikers dat gewend zijn. Dat willen we vasthouden.” Tempel geeft aan dat hij ook nog wel wat naweeën ondervindt van het Ljungby Nederland-verhaal. “Dat is logisch, want er zijn lopende afspraken en contracten. We hebben goede afspra­ ken met de fabriek om lopende zaken op te lossen. Wij gaan het daarbij op onze Werklust-manier doen. Heldere afspraken vooraf en duidelijkheid naar de klant.”

Gezonder Twee jaar geleden alweer is Werklust verhuisd naar dit voor­ malige pand van Trias Trailers in Apeldoorn. Er is sinds het be­ ëindigen van de productie en de overschakeling op Werklust als service-organisatie veel gebeurd bij Werklust. Tempel geeft aan dat de afhandeling van het beëindigen van de productie en alle rompslomp eromheen toen nog wel wat kopzorgen opleverden, maar dat dit nu nagenoeg is afgehandeld. “Dit jaar hopen we alle voormalige schulden en naheffingen weg­ gewerkt te hebben en daarmee hebben we de organisatie nu weer gezond en met toekomstperspectief draaien.” Toen was Defensie één van de belangrijke constante pijlers om door te kunnen gaan. “We hebben een nieuw vierjarig onder­ houdscontract afgesloten en zijn in de race voor andere orders. Dat verhaal gaat onverminderd door.” Op de onderdelen zit het volgens Tempel niet vast. “Dat is het gemakkelijke van de wielladermarkt. Er wordt bij Werklust ge­ bruik gemaakt van bekende componenten, denk aan ZF-assen en -transmissies, Rexroth-hydrauliek en John Deere- en Cum­ mins-motoren. Dat spul kunnen we gewoon blijven betrekken. Ljungby heeft ook ZF-bakken en dezelfde assen en dezelfde hydrauliek, dus dat sluit ook mooi op elkaar aan.”

Service op één Tempel richt zich nu vol op een goede serviceorganisatie. “Daar is behoefte aan en dan is Apeldoorn een mooie centrale plek”, stelt hij vast. “Daar hebben we alle beschikbare m ­ ankracht voor

Jaap Tempel: “We richten ons nu voor Werklust en Ljungby vooral op een sterke serviceorganisatie, zoals Werklust-klanten dat gewend zijn.”

nodig”, aldus Tempel. Hij voegt eraan toe dat nog steeds ook voor andere ­merken wielladers diensten kunnen worden uit­ gevoerd. Denk aan het reviseren van transmissies en dergelijke of een rebuildprogramma om machines een tweede leven te geven. “Daar zat onze kracht en dat moet onze kracht blijven, voor de Werklust- en de Ljungby-klanten.” Hij begrijpt dat er nog steeds scepsis is onder klanten. “De con­ currentie blijft dit uiteraard aanwakkeren, dat is een logisch spel, maar mensen moeten toch inzien dat wij dit niet zomaar kunnen laten vallen”, zegt hij. “Het feit dat we het nu financieel op de rit hebben, gaan uitbreiden en het officiële importeur­ schap van Ljungby hebben binnengehaald, moet toch veel­ zeggend zijn.” TEKST & FOTO’S: Gert Vreemann De Ljungby’s onderscheiden zich met hun relatief zware Agco Power-­ motoren. Deze achttientons L18 heeft 221 kW (300 pk) onder de kap. Ook de L15 is met dit vermogen leverbaar. De elftons L10 heeft 151 kW (205 pk) onder de kap.

Defensie is en blijft een belangrijke klant. Voor ingeruilde Werklust-machines heeft Werklust Holland nog altijd goede afzetmogelijkheden in binnen- en buitenland.

GRONDIG 6 2018

33


GEBRUIKERSERVARINGEN Machinist krijgt nieuw onderkomen

ondernemen met

vaktechniek

Gebruikerservaringen Case G-serie-wielladers Case verving vorig jaar zijn F-serie-wielladers door de G-serie. In Nederland worden vooral de 521G tot en met de 921G verkocht, machines van elf tot eenentwintig ton. Er zijn daarnaast nog enkele zwaardere types en een compact-lijn. In Nederland zijn vooral de 721G van vijftien ton en de 821G van achttien ton de snellopers.

34

GRONDIG 6 2018


­ ij het vervangen van de F- door de G-serie schonk Case B ­speciale aandacht aan het welzijn van de machinist. De ­cabine is nu, volgens Case, de ruimste op de markt en ook het zicht verbeterde fors, in de eerste plaats door de grote ge­ bogen voorruit zonder stijlen. Het glas loopt mooi tot onderaan door en verder zit er geen hoge rug achter de cabine. De machine heeft wel standaard een camera voor het zicht dicht achter de machine en op de trekhaak. Ook aan het zicht ­tijdens de nacht heeft Case gedacht. Er is een led-lichtpakket beschikbaar met maar liefst 22.000 lumen. De cabine staat op vier veerpoten, maar het grootste comfort komt van de actief geveerde Grammer-stoel. Uiteraard zitten de joysticks op de meebewegende armleuningen. Die joysticks werken nu nog fijner en gevoeliger. Op wens kan er ook worden gestuurd met de linker joystick. Met één druk op de knop wordt deze besturing geactiveerd en door het stuurwiel ter hand te nemen, kun je daar gewoon weer mee s­ turen. De gevoeligheid van de joystickbesturing is gemakkelijk in te stellen via het acht inch metende display. Dat is geen touch­ screen, maar via de bedieningsknoppen aan de zijkant loop je heel gemakkelijk door de vlakke en goed te begrijpen menu­ ­ structuur. Via dit scherm kunnen heel veel zaken ­worden ingesteld, zoals de maximale hefhoogte, de weg­ rijversnelling, het maximaal aantal te schakelen versnellingen, de olieopbrengst op de extra functie, de tijdsduur voordat de motor afslaat als de machine niet wordt bediend en nog veel meer. Verdere zaken die het leven van de machinist veraangenamen, zijn de verbeterde klimaatregeling met airco, de elektrische koelbox, de verwarmbare achterruit, de ­radio met Bluetooth en de usb-poort om de telefoon op te laden. Een sterk punt van de cabine is bovendien het uiterst lage geluidsniveau. Case geeft zelf 68 dB(A) aan en claimt dat het daarmee de stilste cabine is. De machine is af-fabriek voorbereid op telemetrie, bij Case SiteWatch geheten. Hiermee is op afstand veel data uit te ­lezen op het gebeid van prestaties en onderhoud. Dankzij deze voorbereiding is de machine ook achteraf uit te rusten met telemetrie. Het ventilatiesysteem van de cabine is zo krachtig dat de cabine zonder al te veel aanpassingen kan voldoen aan specifieke eisen, zoals het werken in de chemie of in de vuilverwerking.

Motor ver weg Wat bijdraagt aan het lage geluidsniveau is de plaats van de motor. Die staat helemaal achter op de machine, ver weg van de chauffeur. Dat is niet alleen goed voor het geluidsniveau, maar zo vormt de motor ook een prima contragewicht. Niet nieuw, maar wel belangrijk, is dat de plaats van de motor ook meteen zorgt voor een goede plaats van het koelpakket. Dit staat meteen achter de cabine. De koelers zuigen de lucht vooral van boven aan en daarmee is het vooral schone lucht die wordt aangezogen. Vooral in het agrarische werk, met het

Marco en Stefan Somers kochten twee wielladers uit de G-serie. Beide machines zijn vooral bedoeld voor het agrarische werk.

GEBRUIKERSERVARING LOONBEDRIJF SOMERS Mooie hoge bodemvrijheid Eén van de klanten van het eerste uur van de nieuwe serie is loonbedrijf Somers in Vorstenbosch. De broers Marco en Stefan Somers investeerden vorig jaar in een 821G en als deze zou voldoen, zou er ook een 721G volgen. De 821 voldoet goed en heeft inmiddels 250 uur op de klok. De 721G die er dus ook kwam, heeft er inmiddels 150 uur op staan. Marco over de keuze: “We rijden al sinds 1991 met Case-wiel­ laders. We hebben wel serieus naar andere merken gekeken, maar k­ wamen toch weer bij Case uit. Met name de service is een sterk punt. Dat is erg belangrijk voor ons, want wij gebruiken de machines vooral in het agra­rische werk. We hebben dit keer een zwaardere machine gekozen, vooral voor het aanrijden van maïskuilen die we volgens de Claas-shredlage-methode hebben ­gehakseld. De langere maïs ­vereist toch iets meer zorg bij het vastrijden.” Eén van de voordelen van de Case is volgens Somers ook dat hij aan de achterkant een heel hoge bodemvrijheid heeft en dat het contragewicht duidelijk b ­ innen de wielen blijft. “Je zit daardoor in de sleufsilo niet gauw tegen een muur.” De machine is flink zuiniger geworden, heeft hij al gemerkt. “In het grondwerk gebruikt hij vier liter per uur minder dan de D, waarmee we ook nog rijden. We hebben op beide machines wel een extra dieseltank laten zetten, omdat we lange dagen maken: laatst met het inkuilen 22 uur en dat kan dan gemakkelijk zonder tanken. “ De machinisten op het bedrijf zijn ook heel tevreden met de machines. Ze profiteren van de ruimere en stillere cabines, waarin het zicht ook beter is. Tevredenheid is er ook over de bediening. “We hebben alles op één hendel zitten. We kochten de machines zonder joystickbesturing, maar toen de 821G kwam, zat het er wel op. De machinist wil het nu niet meer missen.” Somers vindt dat de werksnelheid van de machines nog wel iets omhoog mag. “Dat gaat onze dealer, Van der Vrande in Beek en Donk, echter nog aanpassen. Daarom durf ik de machine wel aan te raden bij collega’s. Zeker vanwege de s­ ervice, maar ook vanwege de prijs-kwaliteitsverhouding.”

GRONDIG 6 2018

35


ondernemen met

vaktechniek

De cabine is ruimer en stiller dan voorheen. Ook het zicht is verbeterd, onder meer door de tot onderaan door­ lopende voorruit.

Dankzij de oscillatie van het knikpunt en de achteras houden de wielen in nage­ noeg alle omstan­ digheden contact met de grond.

Het nieuwe, acht inch grote beeld­ scherm is goed te bedienen dankzij een eenvoudige menustructuur. Het is geen touch­ screen.

De camera op de achterkant is standaard, Old Abe ook. Case is trots op zijn verleden.

Het kubus-koel­ pakket staat direct achter de cabine en zuigt daarom weinig stof op dat door de achter­ wielen wordt opgeworpen.

vastrijden van droge en stoffige kuilhopen, is dat een belang­ rijk pluspunt. De koelers zijn niet achter elkaar geplaatst, maar in een kubusvorm. Ze zijn gemakkelijk te reinigen en de laatste koelers gebruiken niet de opgewarmde lucht van de voorgaande koelers. De draairichting van de ventilator is ook nog eens om te keren, dus zit er eens wat stof voor de radia­ teurs, dan is het een kwestie van simpel even de draairichting omkeren en het meeste stof is alweer weg. De machinist kan zelf aangeven hoe vaak en hoe lang dit gebeurt. De koel­ capaciteit is dan ook enorm. Te warme olie - en daarmee het verharden van de pakkingen, met storingen als gevolg - komt dan ook eigenlijk nooit voor. We noemden al even de motor. Dit is natuurlijk een kracht­ bron uit ‘eigen’ huis, namelijk een FPT. In de 521G is dat een 4,5-liter-viercilinder, in de grotere machines is dat de 6,7-literzescilinder, die in de lengterichting in de machine is ge­ plaatst. De motor voldoet aan de Stage IV-emissie-eisen dankzij een dieseloxidatiekatalysator en een SCR-unit, maar zonder roetfilter of uitlaatgasrecirculatie. Dat betekent dus wel AdBlue toevoegen, maar niet regenereren. De 721G haalt 143 kW (195 pk) uit de zescilinder, de 821G 169 kW (230 pk). Het service-interval van deze motoren is maar liefst 1500 uur. Het dagelijks onderhoud is allemaal vanaf de grond te doen. Ook voor het tanken hoeft de machinist niet te klauteren. Een centraal smeersysteem van BekaMax staat in de optie­ lijst.

Genoeg olie beschikbaar De motor is gekoppeld aan een transmissie van ZF. Dat kan er één zijn met vier versnellingen, maar in Nederland is de vijf­ versnellingsbak het meest verkocht. De transmissie heeft een koppelomvormer, maar als er veel kracht wordt gevraagd, is er een lock-up, die de koppelomvormer overbrugt. Voor het fijnere werk is er een inching-functie op het rempedaal. De assen zijn ook van ZF, waarbij de klanten in de meeste gevallen kiezen voor de heavy duty-assen. In de vooras is er een sper leverbaar, in Nederland een veel gekozen optie in plaats van het limited-slipdifferentieel. Daarmee kan de ­machine meer trekkracht op de wielen genereren, zeker in combinatie met de lock-up van de koppelomvormer. De sper heeft een automaatstand. De hydrauliek wordt geleverd door Rexroth, met in de 821G een pomp met een capaciteit van maximaal 260 liter per ­minuut met variabele opbrengst. Deze hoeveelheid is ook beschikbaar voor het extra ventiel. Dat betekent dat een zware kuilverdeler geen probleem vormt. In combinatie met de mechanische aandrijving staat de machine daarmee zijn mannetje op de kuil. De klant kan kiezen uit een Z-kinematiek, een parallel­ kinematiek of een long-reach-arm. De Z-arm kenmerkt zich door een hoge opbreekkracht, mede als gevolg van de plaats van de motor als contragewicht. De 721G heeft bijvoorbeeld een opbreekkracht van 14,6 ton. TEKST & FOTO'S: Arend Jan Blomsma

36

GRONDIG 6 2018


: S R E P M U TREKKERB ! P O R O O V D I E H G I VEIL

ugd, je e d ij b t in eer beg k r e v t e h ing. in id le p o e k lij Veiligheid e en deg e t e m ie t a llege, Houten in or, Wellantco o eg rn in comb o K n a Arj Wij rijden nu ook met een trekkerbumper: W. v. Klompenburg Grondverzet en Aannemingsbedrijf BV, Hulshorst

Loonbedrijf A.G. van der Heiden, Everdingen

Fa. H. van de Meent en Zn., Hilversum

Loonbedrijf J. van Etten BV, Berkel en Rodenrijs

Voskuilen BV, Gellicum

Baks Loon- en grondverzetbedrijf BV, Borculo

Loonbedrijf contractteelt Rob de Wit, Pannerden

Harm Lievaart Handel en verhuur, Waardhuizen

Aannemersbedrijf van Wijlen B.V., Sprang-Capelle

Loonbedrijf R. Cobben, Geulle

Van der Plas Civiel B.V., Giessen

Ploegam bv, Oss

Gebr. Tolenaars, Nieuwendijk

Loonbedrijf Klein Rot, Buurse

Van Schie Groen, Pijnacker

J.L. Rijsdijk B.V., Hendrik Ido Ambacht

Loonbedrijf J.M. van Vliet, Ter Aar

Loonbedrijf Heldens, Melderslo-Broekhuizen

Grondverzetbedrijf Oosterveld BV, Bornerbroek

Van der Ven Loonbedrijf, Zeeland

Tussenstand deelnemers 500 400 361

H & R Groenzorg, Randwijk

Vergroot de veiligheid, rij met een trekkerbumper. CUMELA Nederland ondersteunt de aanschaf van 500 bumpers met een vergoeding van â‚Ź 500,-.

30

VEILIG

(land)bouwverkeer

Kijk op www.cumela.nl/trekkerbumpers voor de deelnemende leveranciers en de spelregels en voorwaarden.


ondernemen met

vaktechniek

Weet wat je koppelt Manitou kiest voor eigen combinaties Verreikers, maar ook mobiele kranen en zelfs wielladers, worden met steeds meer handige hulpstukken uitgerust: mooie ­oplossingen om het werk net even handiger te doen. Kijk echter uit wat je koppelt, waarschuwde Manitou op zijn Attachment Days. Een ongeval met een niet-goedgekeurde combinatie van hulpstuk en machine kan namelijk grote gevolgen hebben. ­ et gebruik van bijzondere hulpstukken neemt H een grote vlucht, merkt Manitou. Inmiddels staan er alleen al bij het bedrijf zelf meer dan 600 in de prijslijst. Dat zijn niet ­allemaal verschillende, want daaronder zitten ook verschillende uitvoeringen van bijvoorbeeld een bak voor ­diverse groottes van ­machines. Om de klanten de veelzijdigheid van het assortiment aanbouwdelen te tonen, organiseerde het bedrijf de ­Atachment Days. Daarbij was er niet alleen aandacht voor de verschillende hulpstukken, maar ook voor de veiligheid.

Werk stilgelegd Vooral bij het gebruik van bijzondere aanbouwdelen moet een bedrijf voorzichtig zijn, waarschuwde Diego Degraeve, parts- en attachmentsmanager van Manitou. “We hebben in Nederland al verschillende voorbeelden van bedrijven waar het werk werd stilgelegd na een ongeval of waar een ingewikkelde discussie ontstond met de verzekeringsmaatschappij over de rechtmatigheid van het gebruik van een hulp-

Sinds 2013 is elke verreiker uitgerust met een ­automatisch systeem om een bak te herkennen.

38

GRONDIG 6 2018

Een speciale bak voor het monteren van zonne­ panelen. Pas als de steunen onder de bak op het dak rusten, draait deze open.

Met dit aanbouwdeel kun je met een machine die op de brug staat ook de onderzijde inspecteren.


Meer verhuur met machinist Het groeiende specialistisch gebruik van de verreiker heeft ook effect op de verhuur, merkt het verhuurbedrijf van Manitou. De speciale toepassingen vragen veel van de gebruiker. Daardoor neemt de verhuur van de verreiker met machinist toe. Daar lijken kansen voor de cumelasector te liggen, omdat dit bedrijven zijn die al gewend zijn machines met machinist te verhuren. In België is er veel belangstelling voor het speciale platform waarmee je staande op de brug toch de onderzijde kunt inspecteren. In Nederland is er een goede vraag naar het asbestplatform. Dit is samen met Almat ontwikkeld. Het bijzondere is dat het is toegestaan dat er één open zijkant is. De medewerkers moeten dan wel op het platform staan met een veiligheidstuig en aangespannen. Het geeft wel de mogelijkheid om eenvoudig asbestplaten van het dak te rapen en op het platform te leggen.

stuk”, aldus Degraeve. In veel gevallen ging het daarbij om uitrustingsstukken die weliswaar wel CE-gekeurd waren, maar waarbij de combinatie niet was gekeurd. “Je moet namelijk ook officieel laten onderzoeken of de belasting van een hulpstuk overeenkomt met de toegelaten belasting van een machine. Is die keuring er niet, dan kan dit een reden zijn om een werk stil te leggen of aanleiding zijn voor discussie met de verzekering als er iets misgaat.” Het heeft alles te maken met Europese regelgeving op dit gebied. Daarbij geldt dat het ambtelijk apparaat in Brussel er wel snel bij was en er voor het koppelen van hulpstukken en machines al een echte richtlijn is. De richtlijn EN 1459 bepaalt dat er een CE-attest moet zijn voor de machine en het hulpstuk, maar ook voor de combinatie van beide. Dat moet ook zijn bepaald voor ruw terrein als daar ook wordt ­gewerkt. Het betekent dat bedrijven die een hulpstuk kopen dat niet direct aan een f­ abrikant is gekoppeld eigenlijk een test moeten laten uitvoeren voor de combinatie. Dat kan behoorlijk in de papieren lopen. In een dergelijke test moet bijvoorbeeld een last­ berekening worden gedaan, waarbij wordt ­bekeken of een maximale

Als alternatief voor de ruwterreinheftrucks zoals die veel op festivals worden gebruikt, heeft Manitou nu een kleine verreiker met een hefhoogte van vier ­meter en een maximaal toelaatbaar gewicht van twee ton. Zo’n verreiker is net iets flexibeler om lading op afstand weg te zetten.

lading nog veilig is binnen de lastbeveiliging van de machine.

Eigen aanbod Om dit soort problemen te voorkomen, werkt Manitou hard aan de uitbreiding van het eigen aanbod van aanbouwdelen. Dat gebeurt in ­eigen huis of via toeleveranciers die in eigen beheer voorzetstukken maken, maar deze wel in Manitou-uitvoering en via het Manitou-netwerk verkopen. Voor al deze aanbouwdelen geldt dat deze zijn getest met de verschillende machines waarvoor ze zijn bedoeld en zijn voorzien van een CE-keur.

Voor elk hulpstuk staat bij de Franse fabrikant in de catalogus voor welke machine en welk type ze geschikt zijn. Het is dus direct duidelijk wat wel en niet kan, waarbij Manitou de geteste combinatie ook garandeert. In de nieuwste uitvoeringen is dit ook elektronisch geregeld. Standaard zijn de nieuwe verreikers sinds 2013 uitgerust met een speciale sensor op de snelkoppeling die bij het koppelen direct contact maakt met het aanbouwdeel. In de boordcomputer wordt dan gelijk de juiste instelling gekozen. Daarbij heeft de machinist ook de gelegenheid om voor bepaalde hulpstukken de instelling vast te leggen. Binnenkort kun je ook binnen het Easy Manager-menu, het r­emote control-systeem ­ van Manitou, toezien op de juiste toepassing. Daarin kunnen aanpassingen aan de instelling ook snel worden verwerkt. Voor Manitou maken hulpstukken inmiddels een substantieel deel uit van de omzet. Vorig jaar lag de verkoop al op € 15.000.000,-, op een totale omzet van 1,2 miljard euro. Het lijkt r­ elatief weinig, maar daaronder zitten ook de een­ voudige bakken of een handige hefbok voor bigbags. TEKST: Toon van der Stok FOTO’S:

Sterke omzetgroei Door een sterk stijgende vraag naar zijn machines noteert Manitou al maanden een sterke omzetstijging. Het eerste kwartaal van dit jaar was de omzet alweer 21 procent hoger dan een jaar eerder en steeg die naar 421 miljoen. Nog groter was zelfs de orderintake. Die steeg in het eerste kwartaal naar 554 miljoen. Het gevolg is dat de levertijden flink beginnen op te lopen. Om die wat te verkorten, werkt Manitou nu aan een uitbreiding van de productiecapaciteit met vijftien procent. Dat zou in september van dit jaar moeten zijn gerealiseerd. Het probleem is dat ook de vraag bij toeleveranciers op een hoog niveau ligt. Met name op het gebied van hydrauliek en andere onderdelen van de aandrijflijn is het moeilijk om meer geleverd te krijgen.

De speciale asbestbak. Werknemers in deze bak moeten altijd aangelijnd zijn.

Voor Mustang heeft AP Machinebouw een ­schuifbord gemaakt waarmee zowel duwend als ­trekkend kan worden gewerkt.

GRONDIG 6 2018

39


TECHNIEK Het gaat door

ondernemen met

vaktechniek

Ploeger Parts & Service officieel ook voor Agco TerraGator/Challenger Met het officieel overnemen van de onderdelen- en servicetak voor de Challenger/TerraGator-mestvoertuigen van Agco en het oprichten van Ploeger Parts & Service in Belfeld (bij Venlo) is voor Ploeger de volgende stap gezet. Het bedrijf kan de mestvoertuigen uit Grubbenvorst nu volledig servicen. We zochten Ploeger op om te horen hoe het ervoor staat en wat de plannen zijn. Cirkel rond maken

Peter Egelmeers, manager van Ploeger Parts & Service in Belfeld: “Loonwerkers ­kunnen als vanouds bij ons terecht, desgewenst om zelf snel even onderdelen te halen. We gaan ook service op locatie aanbieden voor een wintercheck.”

40

GRONDIG 6 2018

Dat het menens is bij Ploeger zie je meteen als je rondkijkt in de nieuwe Ploeger Parts & Service-vestiging in Belfeld voor de mestvoertuigen. Binnen wordt een TerraGator gereviseerd en buiten staan al enkele ingeruilde TerraGators te wachten op een nieuwe toekomst, al dan niet als rebuilt. De stellingen liggen vol met onderdelen en de orders worden verwerkt alsof je in het magazijn in Grubbenvorst rondloopt. In het kantoor zie je bekende gezichten vanuit Grubbenvorst. Zoals bekend nam Ploeger ruim twee jaar geleden de stap om machines te gaan bouwen om te voldoen aan de vraag uit de markt die was ontstaan door het wegvallen van TerraGator. De machine is vorig jaar voorgesteld en diverse mensen die daaraan werken, hebben een ‘Grubbenvorst’achtergrond. Eind vorig jaar kwam daar een belangrijke stap bij, de overname van de service- en onderdelenverplichting van Agco voor de TerraGator/Challenger-mestvoertuigen.

Product- en salesmanager Dorus van Esch, één van de gangmakers die vanuit Grubbenvorst naar Ploeger vertrok voor dit project, is heel helder. “De nieuwe machine ontwikkelen, was goed te doen. Ploeger heeft de kennis en infrastructuur en met de ervaring van de ontwikkelaars uit Grubbenvorst konden we vanaf een blanco papier een prima opvolger bouwen. We lopen daarbij uiteraard aan tegen de inruil, met de bijbehorende consequenties van opknappen, service en weer verkopen”, aldus Van Esch. Hij benadrukt dat het in een goede relatie past met de klant alle alternatieven op een rij zetten, waarbij reviseren of opknappen van de eigen Terrra­ Gator of Challenger ook een optie moet kunnen zijn. “We konden daarvoor prima onderdelen bestellen bij Agco Parts & Service in Grubbenvorst, maar toch was dat de ontbrekende schakel”, zegt hij. Van Esch laat doorschemeren dat Agco zich goed aan de service-afspraken heeft gehouden. Ploeger is vorig jaar echter wel weer met Agco om tafel gegaan om de service- en onderhoudsverplichting, inclusief het complete onderdelenmagazijn in Grubbenvorst, over te nemen. Dat paste Agco, omdat het Grubbenvorst als onderdelenmagazijn wilde sluiten. “Het heeft even geduurd, maar eind vorig jaar was het officieel rond en toen hebben we in twee weken tijd het hele magazijn verhuisd naar onze nieuwe vestiging in Belfeld”, vertelt Van Esch. “En - heel belangrijk - de mensen zijn ook meegegaan. Dat wil zeggen dat Challenger/TerraGator-klanten in Belfeld dezelfde mensen aan de lijn krijgen als voorheen. Medio januari ging Parts & Service van start en inmiddels draait het volledig.”

Niet zelf Peter Egelmeers, sinds mei 2016 verantwoordelijk voor ­Ploeger Parts & Service in Belfeld, heeft onder meer zijn verleden bij Agco Parts & service in Grubbenvorst. Hij is helder over deze zet. “Je kunt zelf proberen een compleet onder­ delen- en service-apparaat op te zetten voor de bestaande TerraGator/Challenger-machines, maar dat is ondoenlijk. Je hebt daarvoor echt de achterliggende data nodig, die opgeslagen is in computerprogramma’s”, aldus Egelmeers. Het gaat niet om een enkele machine, want er rijden in ­Europa rond de duizend TerraGator/Challenger-machines rond,


waaronder nog heel oude exemplaren. Die moet je, los van die wettelijke verplichting van tien jaar, ook servicen. Egelmeers geeft aan dat het zelf opzetten van een compleet magazijn met alle coderingen iets is wat je bepaald niet in twee weken tijd doet. “Door het overnemen van de voorraad, inclusief alle bijbehorende programma’s, was dat in één keer rond. Dat betekende dat we na een pauze van slechts twee weken al de eerste onderdelen konden leveren.” Hij voegt daaraan toe dat er voor de medewerkers zo ook een eind is gekomen aan een onzekere periode. “Voor de TerraGator/ Challenger-gebruikers is er nu bovendien de zekerheid dat het verhaal onder de Ploeger-vlag doorgaat bij mensen die weten waar ze het over hebben. In Europa rechtstreeks, daarbuiten via het Agco-dealernet, zoals is overeengekomen met Agco.”

Reparaties en revisies of rebuilden van bestaande TerrraGator/ Challenger-­ machines worden ook in Belfeld uitgevoerd.

Ploeger ziet voor deze 294 kW (400 pk) variant, uitgerust met een opbouw voor vloeibare mest, ook kansen in Nederland voor het sleepslang­ bemesten.

Korte lijnen blijven Ploeger zal zich net als voorheen bij TerraGator direct op de eindgebruikers richten. In Europa gaat de verkoop naar de Benelux, Duitsland, Scandinavië en Centraal-Europa rechtstreeks vanuit Belfeld. Voor Frankrijk gebeurt die vanuit de Ploeger-vestiging daar en in het Verenigd Koninkrijk via de zusterorganisatie PMC. “In deze markt zijn die korte lijnen een must”, stelt Van Esch. “We werken voor de service wel samen met lokale partners, maar de verkoop gaat rechtstreeks via ons“, zegt hij. Ploeger gaat in het verlengde hiervan ook een jaarlijkse servicebeurt aanbieden. “We willen een jaarlijkse check door onze specialisten gaan aanbieden om de klanten te ontzorgen”, vertelt hij. Dat gaat volgens het bekende concept dat de monteurs van het loonbedrijf desgewenst zelf de machines reinigen, voor zover nodig demonteren en het gemakkelijker onderhoudswerk doen. De Ploeger-monteurs checken en servicen dan alleen de kritieke punten waarbij het om een hoge deskundigheidsgraad gaat. Dit zal komende winter al actueel zijn. Wellicht een idee voor de ­regionale studieclubs om een keer bij Ploeger in Roosendaal of Belfeld te gaan kijken en bij te praten over de internationale ont­ wikkelingen in de aanwending van mest.

Door de overname van het onder­ delencentrum van Agco plus het bijbehorende computersysteem en de mensen had Ploeger in no-time de onderdelenvoorziening op orde.

TEKST & FOTO’S: Gert Vreemann

Ontwikkelingen gaan door De ontwikkelingsafdeling van Ploeger heeft het afgelopen jaar flink opgeschaald. Naast de vorige jaar geïntroduceerde driewieler met zestienkuubs mestopbouw is voor deze m ­ achine nu de zestientons Tebbe-opbouw ook klaar, alsmede de twaalftons Bredal-kunstmestopbouw en de v­ ariant met acht- of twaalfkuubs opbouw voor het uitrijden van vloeibare kunstmest. Er wordt volop proefgedraaid met de nieuwe 405 kW (550 pk) vijfwieler met 25-tons Tebbeopbouw. Daar komt nog een vijfentwintig kuubs mestopbouw bij voor deze vijfwieler. Lees daarvoor het uitvoerige bericht op Grondig.com. Daarmee heeft Ploeger het productaanbod ook weer op het gewenste peil.

GRONDIG 6 2018

41


TECHNIEK Het samen rooien

ondernemen met

vaktechniek

Aardappelen rooien uitbesteden is een kwestie van goed afstemmen De Aardappeldemodag in Westmaas heeft dit jaar als thema ‘Sterke schakels verbinden’. Onder andere door personeelsgebrek komt de loonwerker weer in beeld voor het rooien van aardappelen. We vroegen loonwerker Kees van Dun en pootaardappelteler Dick Groot Roessink naar hun ervaringen. De gewassen in de Noordoostpolder slijten begin juli hard door de aanhoudende droogte. Akkerbouwer Dick Groot Roessink uit Rutten graaft met zijn handen in een aardappelrug en moet diep graven om vochtige grond te vinden. “Er zit nog wel wat vocht, maar een topopbrengst zit er niet meer in dit jaar”, zegt loonwerker Kees van Dun. Het is voor hem een herkenbaar beeld. Klanten zijn volop aan het beregenen om hun gewassen in de benen te houden. Voor het achtste jaar op rij laat Groot Roessink zijn achttien hectare pootaardappelen ook dit jaar weer rooien door Loonbedrijf Van Dun. “Ik was destijds aan een vervangende rooier toe en een paar vaste mensen die me altijd hielpen met de oogst konden dat niet langer doen. Daarom hebben we de keuze gemaakt om de oogst uit te besteden. Dat bevalt best. In het verleden waren we altijd met vijf man bezig, nu kan ik samen met mijn buurman en mijn vrouw het werk doen. Bovendien komen de aardappelen met zo’n moderne rooier snel en netjes binnen. Ik hoef niet zo nodig een eigen rooier. Sleutelen is niet mijn hobby, dus dit past mij prima.” Van Dun krijgt de laatste jaren weer vaker aanvragen voor offertes van telers die interesse hebben in het uitbesteden van de oogst. De personele bezetting is één van de redenen,

Aardappeldemodag op 22 augustus De aardappeldemodag heeft dit jaar als thema ‘Sterke schakels verbinden’. Rond dit onderwerp zijn een aantal lezingen en is er aandacht voor samenwerking tussen verschillende partijen. Op 22 augustus is nagenoeg elk bedrijf in Nederland dat zich met aardappels bezig houdt aanwezig in Westmaas. Er zijn meer dan 150 standhouders, waaronder alle grote aanbieders van rooimachines, die deze dag ook demonstreren. Daarnaast zijn er een groot aantal demovelden met rassen, bemestingsproeven en onkruid- en ziektebestrijding. De toegang is zoals altijd gratis en het terrein is open van 10.00 tot 19.00 uur. Toegang en parkeren is gratis en zelfs vooraf registreren is niet nodig.

42

GRONDIG 6 2018

maar er wordt ook meer gerekend, merkt hij. “Pootaardappelen vormen hier een belangrijk gewas. Er is in de afgelopen jaren flink in verdiend en je hebt hier veel goede, jonge ­ondernemers die vooruit willen. Vanwege fiscale voordelen was het voor hen lange tijd aantrekkelijk om te investeren in rooi-apparatuur en de banken financierden graag. Die banken worden echter voorzichtiger en ook de jongere telers denken langer na voordat ze zich in de schulden steken.”

Flexibiliteit Van Dun heeft een vrij vast klantenbestand voor het rooiwerk. Drie rooimachines krijgen jaarlijks elk zo’n zestig hectare pootaardappelen voor de kiezen. Meer pootaardappelen is geen optie, vindt Van Dun. “Je kunt zo’n machine niet te vol plannen, want je wilt iedereen goed kunnen bedienen.” Het voordeel van pootaardappelen is dat het gewas een lange rooiperiode kent, vanwege de grote diversiteit aan rassen en klassen. Daar staat tegenover dat per teler het werk is opgeknipt in stukken van drie of vijf hectare, die meestal niet achter elkaar kunnen worden gerooid. Om versmering van ziekten te voorkomen, moeten de moederknollen namelijk zodanig weggerot zijn dat ze bij de oogst niet tussen de


Kees van Dun doet al acht jaar het rooiwerk voor akkerbouwer Dick Groot Roessink. Door veel overleggen en wat geven en nemen, zijn ze allebei tevreden over het verloop van de werkzaamheden.

nieuwe knollen komen. “Gaan we beginnen of wachten we nog even? Soms moet je nog een paar dagen langer wachten of besluit je na een eerste gang dat het gewas nog niet zover is. Die flexibiliteit móet je hebben”, zegt Groot Roessink. In de praktijk lost zich dat prima op, vindt hij. De telers kennen elkaar allemaal en weten vaak precies hoe per ras en per perceel de vlag erbij hangt. “Vaak hebben we zelf de planning al klaar”, glimlacht hij. Het scheelt bovendien dat de Noordoostpolder vrij ‘gemakkelijke’ grond heeft, waar je vrij gauw op terecht kunt. Toch moeten er in een moeilijk jaar wel eens compromissen worden gesloten, bijvoorbeeld doordat het aantal droge dagen tegenvalt. “Dan helpt het dat je elkaar kent”, zegt Van Dun. Groot Roessink beaamt dat. “Ik wil best eens een keer een dag of twee dagen wachten op de rooier, maar langer ook niet. In goed overleg zijn we daar ­altijd uitgekomen”, vertelt hij. Ze zijn het erover eens dat dit niet voor alle typen telers opgaat; het past bij je of niet. Ook ligt de lat tegenwoordig hoger dan vroeger en is er een zekere verzakelijking opgetreden. Toch zit dat Van Dun niet in de weg: “De ene teler zal sneller van zich laten horen dan de andere. De valkuil is soms eerder andersom: je moet goed opletten dat je de boeren die zich altijd begripvol opstellen op tijd bedient.”

Personeel op de rooier Hoe denken ze eigenlijk over de beschikbaarheid van personeel in de komende jaren? Groot Roessink ziet dat er hard aan goede mensen wordt getrokken, maar tot dusver lost het zich altijd op. Ook Van Dun maakt zich nog geen zorgen, al doet hij wel zijn uiterste best om mensen binnenboord te houden. “We hebben 35 mensen die jaarrond bij ons in dienst zijn. Daar zijn we zuinig op. Alle overuren worden betaald, want de meeste mensen willen bij de winterdag helemaal niet thuis zitten. Die willen aan het werk. Verder hebben we altijd stagiairs en zijn we een erkend leerbedrijf. Daar komt een groot deel van onze nieuwe aanwas vandaan.”

Bij zijn klanten merkt Van Dun dat er steeds minder hulp beschikbaar is, zeker tijdens pieken, zoals met de aardappeloogst. Vandaar dat hij via een uitzendbureau soms Poolse medewerkers inhuurt, die op de rooimachine staan om aardappelen en moederknollen uit te lezen. “Als ik morgenmiddag om half vier bij jou kom rooien, kan dat ook half twee worden of half zes. Dan kan ik beter los personeel inhuren dan dat mijn klanten dat allemaal zelf moeten doen.” Verder waakt Van Dun ervoor dat hij zijn machines niet te vol plant. Na de oogst van de pootaardappelen vult hij het ­seizoen op met enkele tientallen hectares consumptieaardappelen, om de machines zo goed mogelijk te benutten, maar niet te veel. Van Dun is daar streng op, zeker op de moeilijker gronden in late rassen. Vorig jaar was daar weer een goed voorbeeld van. Het veelgehoorde argument van telers die vanwege de ­planning zelf willen rooien, wuift zowel Van Dun als Groot Roessink weg: “Je gaat hoe dan ook een keer forceren. In een jaar waarin het weer tegenzit, moet je allemaal wel eens een keer een dag vroeger beginnen of een dag langer doorgaan dan je eigenlijk zou willen. Of je moet al heel ruim in de ­capaciteit zitten.” Voor extra capaciteit kan juist de loonwerker een goede optie zijn. Komt bijvoorbeeld de oogst van de uien tussendoor, dan heeft die voorrang op de aardappelen. “Op zo’n moment is het misschien wel aantrekkelijk om met twee combinaties tegelijk aan de slag te gaan.” Is loonwerk de beste optie? Niet per se, vinden ze beiden. Voor Groot Roessink was het de afgelopen jaren de perfecte oplossing. Mocht zijn zoon straks in het bedrijf komen, dan kan er echter weer een heel andere situatie ontstaan. Dan moet de beschikbare arbeid goed worden benut. “Tegen die tijd maken we onze afweging opnieuw.” TEKST & FOTO’S: Egbert Jonkheer

GRONDIG 6 2018

43


ondernemen met

cumela

Wie betaalt de schade? Aansprakelijkheid van een ondernemer voor een ingehuurde zzp’er In drukke tijden een grote uitkomst: het inhuren van zzp’ers. Waar mensen werken, worden echter ook fouten gemaakt of gebeuren er ongelukken. Een aantal weken geleden kreeg ik nog een telefoontje van een ongerust lid: “Een ingehuurde zzp’er heeft voor een flink bedrag schade veroorzaakt bij het maaien van de bermen. Wie is er aansprakelijk?

De term zelfstandige zonder personeel (zzp’er) wekt de indruk dat er sprake is van een onafhankelijke zelfstandige die werkt voor eigen rekening en risico. Dat is ook zo, tenzij een zelfstandige zich in een vergelijkbare positie bevindt als werknemers. In dat geval is er een grote kans dat u als opdrachtgever toch aansprakelijk bent voor de schade door én van een zzp’er. De gedachte van de wetgever hierbij is dat degene die arbeid laat verrichten zijn aansprakelijkheid niet kan ontlopen door de werkzaamheden te laten verrichten door een ander die geen werknemer is. Volgens de wet zijn zowel de niet-ondergeschikte (zoals een zzp’er) als de opdrachtgever aansprakelijk voor schade aan een derde wanneer een niet-ondergeschikte de werkzaamheden verricht ter uitoefening van het bedrijf van de opdrachtgever. Hier zit ook logica achter. Stel, boer Piet belt Loonbedrijf Jansen omdat de bermen nodig moeten worden gemaaid. Loonbedrijf Jansen stuurt vervolgens zzp’er Klaas op pad om de bermen te maaien, die hierbij schade veroorzaakt aan eigendommen van boer Piet. Op dat moment is het voor boer Piet niet duidelijk dat de schade niet door een werknemer van Loonbedrijf Jansen is veroorzaakt, maar door een ingehuurde zzp’er. Boer Piet zal Loonbedrijf Jansen dan ook aansprakelijk kunnen stellen om hem de schade te vergoeden. Het is ook nog mogelijk dat de zzp’er schade veroorzaakt aan u, de opdrachtgever. Wanneer de zzp’er zijn werk niet goed doet en de afspraken uit de overeenkomst niet nakomt, is er sprake van contractuele aansprakelijkheid. Hiervoor wordt vereist dat er schade is, de zzp’er zijn afspraken niet is nagekomen en dit vervolgens ook toerekenbaar is aan de zzp’er. Let op: de contractuele aansprakelijkheid kan door middel van een exoneratiebeding worden uitgesloten via algemene voorwaarden of in de overeenkomst zelf. Hierdoor is het mogelijk dat u de schade toch niet of slechts in beperkte mate kunt verhalen op de zzp’er. Kijk dus goed de voorwaarden na waaronder de zzp’er werkt.

in Assen drie voorwaarden waaraan moet zijn voldaan wil de opdrachtgever aansprakelijk zijn voor door een zzp’er geleden schade. Deze voorwaarden zijn inmiddels door andere rechters overgenomen: 1. De zzp’er heeft een vergelijkbare positie met die van de eigen werknemers van de opdrachtgever. 2. Het werk dat de zzp’er verricht, valt onder de normale bedrijfsvoering. 3. Er is sprake van zeggenschap van de opdrachtgever over de uitvoering van de werkzaamheden, dus de zzp’er mag de opdracht niet geheel naar eigen inzicht invullen. In de uitspraak geeft de rechter uitleg over de wet, waarin wordt gesteld dat degene die in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf arbeid laat verrichten door een persoon met wie hij geen arbeidsovereenkomst heeft aansprakelijk is voor de schade die deze persoon in de uitoefening van zijn werkzaamheden lijdt. Naast zzp’ers kunnen ook uitzendkrachten, ingeleend personeel of stagiairs hierop een beroep doen. Er bestaat wel een uitzondering: wanneer de opdrachtgever aantoont dat hij heeft voldaan aan de op hem rustende zorgplicht kan hij aansprakelijkheid ontlopen. Dit geldt ook wanneer de schade in belangrijke mate het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de zzp’er.

Wat moet ik nu doen? Wanneer u een zzp’er inhuurt om u in drukke tijden bij te staan, is de kans groot dat de zzp’er werkzaamheden verricht die passen binnen de normale bedrijfsvoering. Het is dan ook verstandig om na te gaan of zzp’ers zijn meeverzekerd onder uw bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering. Wanneer u een overeenkomst aangaat met een zzp’er doet u er ook goed aan om te onderzoeken of de zzp’er zijn aansprakelijkheid contractueel heeft beperkt of zelfs heeft uitgesloten.

Schade die de zzp’er lijdt Een andere situatie is wanneer de zzp’er tijdens de werkzaamheden die hij voor u verricht zelf schade lijdt, bijvoorbeeld door een arbeidsongeval. In 2011 gaf de kantonrechter

44

GRONDIG 6 2018

TEKST: Geralde van de Bunt, adviseur juridische zaken


IN KORT BESTEK Lage brandstofkosten, hoog rendement

Gratis een klacht indienen

Het lijkt logisch, maar de cijfers bewijzen het ook: bedrijven die ten opzichte van de bruto marge relatief lage brandstofkosten hebben, halen hogere winsten. Dit blijkt uit een analyse van de cijfers van 356 bedrijven die hebben meegedaan aan de kengetallenvergelijking CUMELA Kompas Analyse.

Beste Nico,

Beste aannemer,

10,0% 8,0% 6,0% 4,0% 2,0% 0,0% -­‐2,0%

Een goede aanbestedingsjurist inschakelen, is vaak erg prijzig en geen garantie voor succes. Is een klacht indienen bij de Commissie van Aanbestedingsexperts gratis en hoeveel waarde kan ik hechten aan het advies van die commissie?

Grondverzet BrandstoDosten hoog

Gemengd

Agrarisch loonwerk

BrandstoDosten gemiddeld

Cumelasector

BrandstoDosten laag

Rendement cumelabedrijven met hoge, gemiddelde en lage brandstofkosten per bruto marge (%).

Nu de brandstofkosten weer stijgen, is het des te meer van belang om het brandstofverbruik in de hand te houden en stijgende kosten door te berekenen, stelt bedrijfskundig adviseur Dieuwer Heins van CUMELA Nederland. “De gemiddelde brandstofkosten liggen in de cumelasector op 12,5 procent van de bruto marge. Deze bedrijven behalen een gemiddeld rendement van 2,9 procent. Kijken we naar de groep van 25 procent bedrijven met de hoogste en de laagste brandstofkosten, dan blijkt dat daar de brandstofkosten respectievelijk 17,3 en 7,2 procent van de bruto marge bedragen. Het rendement dat deze bedrijven behalen, komt uit op respectievelijk 6,3 en 1,7 procent. Hetzelfde beeld zien we terug bij bedrijven die actief zijn in het grondverzet en in het agrarisch loonwerk.” Heins merkt op dat bij de agrarische loonbedrijven de bedrijven met lage brandstofkosten en een hoog rendement het verschil zowel aan de kosten- als aan de omzetkant behalen. “Dit zie je terug als je kijkt naar de resultaten per arbeidskracht. Dan zie je dat de brandstofkosten per arbeidskracht op de 25 procent beste bedrijven € 4.500,- lager zijn. Maar dat niet alleen, hun bruto marge per fte is duidelijk hoger dan gemiddeld, namelijk ruim € 5.300,-.” Heins ziet meerdere zaken die in de praktijk van invloed zijn op deze cijfers. “Allereerst is er natuurlijk het brandstofverbruik en de wijze waarop de machine wordt gebruikt. Trap je continu vol op het gaspedaal of rijd je met beleid? Ook de planning is van invloed. Denk aan het aantal transportkilometers tussen de verschillende werkzaamheden. Een goede planning is ook van invloed aan de omzetkant. Die zorgt immers voor meer factureerbare uren en daarmee voor meer omzet. Dit heeft een positief effect op de brandstofkosten per bruto marge.” Betekent dit dat alle bedrijven met hoge brandstofkosten in verhouding tot de bruto marge een lager rendement hebben? Volgens Dieuwer Heins is het antwoord nee. Met name bij de grondverzetbedrijven en gemengde bedrijven ziet hij dat er ook bedrijven zijn met hoge brandstofkosten per bruto marge die toch een redelijk rendement behalen. “Juist bij die bedrijven ligt de bruto marge per fte hoger. Het betekent simpelweg dat deze bedrijven in staat zijn om de hogere brandstofkosten aan de klant door te berekenen.”

Een klacht indienen bij de Commissie van Aanbestedingsexperts is inderdaad kosteloos. Het inschakelen van deze onafhankelijke en onpartijdige experts kan erg nuttig zijn. De commissie is ingesteld door het ministerie van Economische Zaken om de kwaliteit van overheidsopdrachten in Nederland te verbeteren. De commissie bemiddelt tussen partijen bij klachten in verband met aanbestedingen en geeft niet-bindende adviezen. Bent u als ondernemer ontevreden over de werkwijze bij een overheidsaanbesteding of voelt u zich onheus behandeld? Dan kunt u een klacht indienen bij de Commissie van Aanbestedingsexperts. Zij onderzoekt of een bemiddelende rol mogelijk is. Ook brengt de commissie aan partijen een nietbindend advies uit over hoe de regels in het concrete geval moeten worden toegepast. De commissie bestaat inmiddels vijf jaar en behandelt jaarlijks zo’n zestig klachten en bracht sindsdien al 460 adviezen uit. Helaas wordt meer dan de helft van de adviezen niet opgevolgd door aanbestedende diensten. Dit komt vooral doordat zij de aanbestedingsprocedure niet willen opschorten. De commissie heeft echter de laatste tijd twee van de drie klachten geheel of gedeeltelijk gegrond verklaard. Bovendien heeft dat in diverse gevallen geleid tot zeer nuttige adviezen voor de cumelasector, zoals advies 375 (disproportioneel verklaarde SROI-eis) en advies 450 (klacht over geclusterd maaibestek gegrond). Hoewel het niet in alle gevallen tot herziening van de lopende aanbestedingsprocedure leidt, hebben de adviezen van de Commissie van Aanbestedingsexperts wel degelijk toegevoegde waarde. Aanbestedende diensten zullen er ter voorkoming van nieuwe klachten rekening mee houden. U kunt ernaar verwijzen bij vragen over een aanbesteding. In juridische vakbladen wordt steeds vaker verwezen naar de adviezen van de commissie. Natuurlijk worden er ook gewoon adviezen opgevolgd. Zo krijgt het dezelfde functie als jurisprudentie. U kunt eventuele klachten zelf indienen via het klachtenformulier op de website. Desgewenst doet CUMELA dit namens u of uit naam van de sector. Dat gebeurt vertrouwelijk en rapportage van de adviezen gebeurt anoniem. Meer informatie vindt u op commissievanaanbestedingexperts.nl.

Nico Willemsen De cijfers zijn gebaseerd over een groep van 356 bedrijven die voor het jaar 2016 hebben deelgenomen aan de kengetallenvergelijking CUMELA Kompas Analyse.

beleidsmedewerker GWW

GRONDIG 6 2018

45


ondernemen met

cumela

CUMELARIA

MEEWERKEN AAN ZOMERSE ACTIVITEITEN De zomer, een tijd om naast alle drukte ook bijdragen te leveren aan genot en vermaak in de eigen streek, variërend van klein tot groot. Veel evenementen kunnen niet zonder de inzet en medewerking van cumelabedrijven. Hieronder drie treffende voorbeelden. Levert u deze zomer een bijdrage aan een evenement en hebt u een verrassende foto? Laat het ons gerust weten.

Ondersteuning theaterstuk Altyd Seumer

Knikkerzoeken Vinkelse Braderie

Drie cumelaondernemers in Het Bildt, A.G. de Vries in Westhoek, Gebr. Drijfhout in Sint Annaparochie en Miedema in Vrouwenparochie, hebben hun medewerking verleend aan het theaterstuk Altyd Seumer. De volledig uitverkochte voorstelling Altyd Seumer is een kritische voorstelling over overvloed, onze neiging tot verspilling en de weerstand daartegen. In dit stuk werden zeventien landbouwmachines geheel verweven in het stuk. Het openluchttheaterstuk speelde zich af op een akker waar de in 1715 aangelegde zeedijk het nieuw gewonnen land van de Westelijke Bildtpollen omsluit. (Foto Piet Douma)

Een treffend voorbeeld is dit knikkerzoeken tijdens de Vinkelse Braderie, georganiseerd door de plaatselijke Harmonie ODIO. Cumelabedrijf Van Lokven BV in Vinkel sponsort deze vereniging. De harmonie zocht een leuke actie om de kinderen te vermaken op de Vinkelse Braderie. Van Lokven regelde dit knikkerzoeken. De kinderen vonden het leuk en er werd volop gegraven om als beloning een zakje chips in ontvangst te mogen nemen.

In the picture in Made In actie voor volle tribunes op het grootste tractor pulling-evenement van Europa, Made’s Powerweekeind. Dat lukte loonbedrijf C. Damen uit Terheijden heel mooi met zijn John Deere omdat deze standaardtrekker de sleepwagen moest testen voordat de Amerikaanse gastrijder The General Stage IV mocht aanhaken. Een simpele dienst met een maximale belangstelling.

VIJFTIG JAAR STURRIS BV Op zaterdag 2 juni werd het vijftigjarig jubileum van Sturris BV in het Gelderse Laren gevierd met een druk bezochte open dag en een feestavond. De machines stonden mooi gepoetst in de rij, voorzien van een duidelijke omschrijving plus uitleg van het personeel. ’s Avonds barstte het feestgedruis in de grote tent los. De avondgasten feliciteerden de ondernemers, Arjan en Harry Sturris en partners, en de grondlegger, Wander Sturris en echtgenote, met deze mijlpaal. Uit handen van bedrijvenadviseur Gerwin Otten en Erik Morssink, lid van het provinciebestuur Gelderland, ontvingen Wander, Arjan en Harry de gouden CUMELA-speld als blijk van erkenning.

46

GRONDIG 6 2018


CAO & ZO TACHTIG JAAR BUIJTENHUIS IN NIJKERK In het weekend van 22 en 23 juni vierde de familie Buijtenhuis in Nijkerk het tachtigjarig bestaan van het bedrijf. Op vrijdagmiddag had de familie haar relaties uitgenodigd voor een workshop van Erben Wennemars over de synergie in denken tussen sport en ondernemen. CUMELA maakte van de gelegenheid gebruik om de familie in het zonnetje te zetten. Uit handen van Janneke Wijnia, algemeen directeur van CUMELA Nederland, en Raymond van Dorrestein, voorzitter van het provinciebestuur Utrecht, ontvingen Kees, Beppie, Carola, Arjan en Robert de gouden CUMELAspeld. Op de zaterdag was er een open huis op het bedrijf.

Pensioen moet je niet doen? Uw werknemers zullen waarschijnlijk deelnemen aan een pensioenregeling. Niet omdat ze daarvoor hebben gekozen, maar omdat ze daartoe verplicht zijn omdat ze bij u werken. Als gevolg van de aard van uw werkzaamheden is uw werknemer waarschijnlijk verplicht deel te nemen aan het bedrijfstakpensioenfonds BPL Pensioen. U heeft dus geen keuze. Maar stel nu voor dat u wel een keuze zou hebben. Zou u dan uw werknemers een pensioenregeling aanbieden? En waarom zou u dat dan doen? En waarom niet? Er zullen vast werkgevers zijn die dan liever niet kiezen voor een pensioenregeling. Ik las op internet het volgende citaat van een willekeurige werkgever: “Wij zijn niet verplicht om een pensioen aan te bieden. Ik doe het daarom ook niet. Ik geef liever de werknemers wat extra’s, zodat ze het zelf kunnen regelen. Ze lopen dan wel een belastingvoordeel mis, geloof ik, maar aan de andere kant hoeven ze nu niet bang te zijn dat ze (een deel van) hun pensioen kwijtraken als er weer een crisis is. Ook zijn ze nu geheel vrij om zelf te bepalen op welke manier ze hun geld weg willen zetten.”

JUBILARISSEN BIJ HUIBERTS BV Drie jubilarissen werden door Kees Huiberts in het zonnetje gezet tijdens een bijeenkomst bij Bowling- en Partycentrum De Zedde in Volendam: Leo Voss (twaalfenhalf jaar), Gerard Lubrecht ( 25 jaar) en Reyer van Eck (40 jaar). Opvallend: na een emotioneel betoog over 40 jaar lief en leed ontving Reyer een glasgeblazen schaalmodel van zijn Caterpillar voor de unieke prestatie van meer dan 60.000 draaiuren. Bedrijvenadviseur Ada Kieft speldde bij Reyer de gouden CUMELA-speld op. Voor Gerard Lubrecht, Piet Bos (29 jaar) en Johan Lammers (35 jaar) was er een zilveren CUMELA-speld. Na de feestelijke receptie gingen alle medewerkers nog een partijtje bowlen en samen dineren.

In dit citaat zitten bekende argumenten, zoals: ‘ik geef mijn werknemers liever een wat hoger loon’, ‘ze hoeven niet bang te zijn dat het pensioen weg is als er een crisis komt’ en ‘werknemers zijn vrij om hun geld naar eigen inzicht te beleggen’. Op zichzelf lijken dit wel redelijke argumenten, want natuurlijk zouden werknemers het fijner vinden om elke maand wat extra geld te ontvangen. Dan kunnen ze er zelf voor kiezen om dat uit te geven of te beleggen. Bovendien staat er regelmatig in de krant dat het niet goed gaat met ons pensioen. Toch is het maar de vraag of zoiets erg verstandig is. Wist u bijvoorbeeld dat het geven van extra loon vaak duurder is door de werkgeverslasten? En ook voor werknemers geldt dat zij over dat extra loon nu vaak meer belasting betalen dan later bij de pensioenuitkering. En wist u dat het pensioen in een eigen, persoonlijke pensioenpot wordt gestopt? Dat potje is van de werknemer zelf en daar mag niemand aankomen. En wat betreft dat laatste argument: zeg nu zelf, er zijn toch maar weinigen die de verleiding kunnen weerstaan om beschikbaar geld opzij te leggen. Bovendien is dat vaak veel duurder dan wanneer een pensioenfonds dat doet. .

Sander van Meer teamleider beleidsmedewerkers

GRONDIG 6 2018

47


VAN BUITEN NAAR BINNEN “De loonwerker is vaak nog te reactief”

ondernemen met

cumela

In hoeverre is CUMELA bekend buiten de sector? Hoe kijken overheden naar de sector? Hoe gaan grote aannemers om met cumelabedrijven? Waarin kan de sector zichzelf nog verbeteren? Daar zoeken we in deze serie een antwoord op. Deze keer het woord aan Claude van Dongen, LTO-bestuurder Bodem- en Waterkwaliteit. Behalve een inkijkje in de samenwerking met de cumelasector geeft hij ook nog wat tips. U viel met uw neus in de boter toen u aangesteld werd als portefeuillehouder Bodem- en Waterkwaliteit. Enkele maanden later kwam de mestfraude aan het licht. U zat meteen met CUMELA aan tafel. “Ik kende CUMELA al vanuit mijn vorige bestuursfunctie als bestuurder van de vakgroep Melkveehouderij. Maar inderdaad, op die beruchte zaterdag werden zowel LTO, CUMELA, de POV (Producenten Organisatie Varkenshouderij; red.) als de Rabobank bij het ministerie van Economische Zaken op het matje geroepen. We zaten dus meteen gezamenlijk aan tafel. We hebben lang gesproken met elkaar. Als het zo groots wordt uitgemeten in de media, moeten er stappen worden gemaakt.”

Hoe moeilijk was het om tot een consensus te ­komen? “De minister gaf ons de opdracht een plan van aanpak op te stellen om tot een andere cultuur en houding in de sector te komen. Alle partijen hadden dezelfde intentie, maar omdat de fraude door elke partij anders wordt beleefd, is dat wel een moeilijke opgave. Transparantie is het uitgangspunt ­geworden. Bedrijven die het al goed doen, moeten laten zien dat ze het goed doen. Dat zorgt voor waardering. Ik snap echter dat dat lastig uit te leggen is aan je achterban. Die ­bedrijven moeten nu extra moeite doen omwille van degenen die het slecht doen. Het credo ‘als het moeilijk wordt, ­kijken we de andere kant op’ kunnen we ons echter niet meer veroorloven. Dat moeten alle betrokken partijen beseffen.”

Was dat in uw ogen het credo van CUMELA? “Dat wil ik niet zeggen, maar niemand zal ontkennen dat de fraude er was. Het is er langzaam ingegroeid. De fraude is te lang verweven geweest in het management van bedrijven. Het is ingebakken in de kostprijsopbouw. Het vraagt om een cultuurverandering. Dat is lastig. Hoe spreek je elkaar erop aan? We konden niet meer vertrouwen op ‘het komt wel goed.’ Wij zijn het niet altijd met CUMELA eens en visa versa, maar als je elkaars punten kent en als je snapt wat de ander wil, kom je wel een heel eind. Het plan van aanpak hebben we eind vorig jaar naar de minister gestuurd, dus het is wel gelukt om tot een gezamenlijk plan te komen.”

48

GRONDIG 6 2018

U bent zelf melkveehouder en maakt gebruik van de loonwerker. Hoe kijkt u tegen de agrarische sector aan? ‘Zowel de landbouwer als de loonwerker heeft te maken met wettelijke restricties, nu en in de toekomst. Vroeger dacht ­iedereen ‘dat de storm wel weer overwaaide en dat gebeurde soms ook, maar dat is niet meer van deze tijd. Als er wette­ lijke eisen worden gesteld, kun je daar maar beter op in­ spelen. Denk aan het verbod op sleepvoetbemesting dat volgend jaar ingaat of aan de restricties die aan de maïsteelt worden gesteld. Zo is rijenbemesting in deze regio nog geen gemeengoed, maar met het oog op 2021 heb ik wel een perceel op die manier laten bemesten. Het was zoeken naar een loonwerker die dat kon doen. Ik snap dat zoiets een investering vraagt en dat zo’n wetgeving nooit komt op het moment dat je machine aan vervanging toe is, maar de loonwerker moet zich ook realiseren dat zo efficiënt en goedkoop mogelijk werken zich niet alleen en altijd vertaalt in een scherper uurtarief. Investeringen hebben ook hun prijs, maar zijn ­nodig om voorop te lopen en het biedt ruimte om verder te komen voor de langere termijn. Als je samen gaat bedenken wat er allemaal niet meer kan, kom je niet vooruit. Wacht niet op de regelgeving, maar ga iets proberen wat wel kan. Die bereidheid moet je hebben om stappen voorwaarts te ­maken.”

Geef eens een voorbeeld… “Daarbij denk ik bijvoorbeeld aan het Deltaplan Agrarisch Water. LTO probeert samen met landbouwers de waterkwaliteit per regio te verbeteren. Door het organiseren van bijeenkomsten en kennisnetwerken verhogen we het bewustzijn. Leden gaan zich afvragen: wat kan ik eraan doen? En uiteindelijk zet dat zich om in het nemen van maatregelen op het eigen bedrijf. Het zou goed zijn als loonwerkers zich daarbij zouden aansluiten. Ook zij worden zich dan wellicht bewuster van de waterkwaliteit en wat voor rol zij daarbij zouden kunnen spelen. Behalve dat het maatschappelijke betrokkenheid creëert, kunnen bepaalde investeringen omtrent die waterkwaliteit op de langere termijn best rendabel blijken te zijn. De toekomst van de landbouwers is ook de toekomst voor de agrarisch loonwerkers.”


Wie is Claude van Dongen? Voor cumelaondernemers blijft het echter lastig om op een ontwikkeling in te spelen als de klant er niet naar vraagt… “Dat snap ik. Dan ga je weer over tot de orde van de dag en loop je op een gegeven moment achter de feiten aan. In deze tijd moet je mee veranderen met de regels, want die gaan niet meer weg. Als sector moet je daar een antwoord op ­hebben. In de winter heb je genoeg tijd om daarover na te denken. Kijk als loonwerker wat er in je regio past. Bouw ervaring op met die machine. Organiseer demo’s. Op die manier krijg je mensen mee en speel je tijdig in op de veranderende wetgeving. Denk aan het mest injecteren of het nemen van mestmonsters. Twintig jaar geleden zagen weinigen hier kansen in. Toch is het nu standaard geworden. Veranderen hoort bij ondernemen.”

Nog even iets anders: hoe kijkt u aan tegen het feit dat agrarische loonwerkers bij nacht en ontij bij jullie moeten komen hakselen? “Niets moet. Het is maar hoe je het bekijkt. De loonwerker is hierin vaak nog te reactief. Het is een kwestie van slim organiseren. Natuurlijk kan niet alles op één dag, dat snappen wij ook. Dus stel tarieven in, reken een meerprijs tijdens bepaalde uren of binnen een bepaalde periode. Als ik op vakantie ga naar Spanje zijn de vliegtickets in de zomer ook duurder dan in de winter. Dus speel daarop in. Alleen maar klagen over hoe erg het is en dat het anders zou moeten, werkt niet.

Claude van Dongen is sinds 2017 portefeuillehouder Bodem- en Waterkwaliteit van LTO. Daarvoor was hij bestuurder in de vakgroep Melkveehouderij. Zo’n twee dagen in de week wijdt hij aan bestuurswerk. De rest van de week is hij te vinden op zijn bedrijf in het Brabantse Oosteind. Hij heeft met zijn gezin een melkveebedrijf van 77 melkkoeien en 25 hectare en daarnaast, sinds 2002, een sierteeltbedrijf van twee hectare. “We konden hier niet uitbreiden met onze melkveehouderij, dus hebben we ervoor gekozen om er een andere tak erbij te doen”, vertelt hij. “De combinatie vind ik erg leuk. In de melkveehouderij werk ik alleen, maar in het sierteeltbedrijf werk ik met personeel. Elk jaar is daar weer anders. Andere weersomstandigheden zorgen voor andere teeltomstandig­ heden. Daar heb ik persoonlijk contact met afnemers, maar in de melkvee­ houderij gaat mijn product anoniem weg. De afwisseling maakt het tot een uitdaging.” Omdat hij zowel bezig is met dierlijk en plantaardig op zijn eigen bedrijf vindt hij de portefeuille Bodem- en Waterkwaliteit ook goed bij hem zelf passen. “Ook hierbij draait het om het totaalplaatje. Het is een plek die bij mij past.”

Ga in gesprek met je klanten. Er kan vaak meer dan je denkt. Streef naar spreiding. De pieken worden daardoor minder hoog, je kunt je materieel efficiënter inzetten en je kunt meer aandacht voor het werk en voor je klant hebben. Dat is dus voor beiden een win-winsituatie.” TEKST & FOTO: Marjolein van Woerkom

GRONDIG 4 2018

49


Adverteren in Vakblad Grondig? Voor meer informatie: Lisette Kerkhof T 033 - 247 49 50 E lkerkhof@cumela.nl

Adverteren in Grondig is scoren, met hĂŠt best gewaardeerde vakblad in de cumelasector!

BESCHEIDEN Het maakt niet uit hoeveel land of dieren een veehouder bezit, ze zullen er nooit over opscheppen. Een veehouder blijft bescheiden. Maar die bescheidenheid is onlosmakelijk ver-

Wij kennen de eisen, beheersen de systemen en zorgen voor de beste opslag voor uw producten.

bonden met trots. Trots op zijn producten. Precies daarom investeren ze in de beste materialen. Alliance biedt de allerbeste banden aan. Meer dan 2.300 verschillende banden voor tractoren, maaidorsers, spuitmachines, karren en aanhangers. Fantastische kwaliteit voor een schappelijke prijs. En dat spreekt elke veehouder aan. Want niemand zegt nee tegen een goed koopje.

UW SPECIALIST IN BEWARINGEN EN LOODSEN Kistenbewaring

Bulkopslag

Hout en beton

KIES SLIM. KRIJG WAAR VOOR JE GELD.

T 073-503 25 27

Alliance Tire Europe BV

F 073-503 27 04

De Entree 59, 1101 BH Amsterdam-Zuidoost, Netherlands Tel: +31 (0) 20 2184 770, Fax: +31 (0) 20 2184 771 Contact: info.europe@atgtire.com, www.atgtire.com

info@steenbergen-bouw.nl

WWW.STEENBERGEN-BOUW.NL

adv grondig 2016.indd 1

05-01-16 10:10



ondernemen met

cumela

CUMELA.NL

Op deze pagina’s samenvattingen van berichten die eerder op Cumela.nl zijn geplaatst. Wilt u op de hoogte blijven van het actuele nieuws? Ga naar Cumela.nl. Daar publiceert de redactie dagelijks nieuws van en voor de cumelasector.

VRAAG NU SUBSIDIE PRAKTIJKLEREN AAN! Heeft u dit schooljaar als leerbedrijf een steentje bijgedragen aan het opleiden van een BBL’er tot aankomend vakman of -vrouw? Voor het goed en zorgvuldig begeleiden van een BBL’er is er een tegemoet­koming van maximaal € 2700,- voor de gemaakte kosten in het kader van de Subsidieregeling Praktijkleren. Ga voor meer informatie naar C ­ umela.nl.

CHECKLIST CERTIFICERING KLEINE DRIJVENDE WERKTUIGEN Samen met de keuringsinstanties heeft CUMELA Nederland een checklist opgesteld die bedrijven kunnen gebruiken als voorbereiding op de keuring van kleine drijvende werktuigen. Wie deze vooraf afwerkt, kan rekenen op een efficiëntere en daardoor voordeliger keuring. Belangrijk is om u voor 1 november aan te melden. U vindt de checklists op cumela.nl.

VOORLICHTINGSBIJEENKOMST CROW 500 De grondroerders uit Zuid-Limburg hadden ondanks de volle agenda’s toch tijd gevonden om een voorlichtingsbijeenkomst te bezoeken over de nieuwe richtlijn zorgvuldig grondroeren (CROW 500) en hoe deze richtlijn in de praktijk toepasbaar is. De graver blijft diegene die de schade veroorzaakt, maar de verantwoordelijkheden liggen voortaan in de gehele keten, dus ook bij de opdrachtgever, de ontwerper, de netbeheerder en de (hoofd)aannemer. Het is dan ook van belang dat iedereen zijn eigen verantwoordelijkheid neemt en daarbij de ander aanspreekt op zijn gedrag als dat nodig is. Op die manier kan zorgvuldig worden gegraven en worden stilstand en schades voorkomen. Een goede verzekering is van groot belang om te voorkomen dat een schade (grotendeels) voor uw eigen rekening komt. De bijeenkomst werd bezocht door leden en potentiële leden uit Limburg. Het gezelschap was te gast bij Loonbedrijf Rob Cobben in Geulle, dat de avond perfect had verzorgd. CUMELA Verzekeringen bood een hapje en een drankje aan en er was voldoende gelegenheid voor het uitwisselen van informatie en contacten.

OOK OP CUMELA.NL •N ieuwe modellen arbeidsovereenkomsten en andere brieven •W ettelijke minimumlonen per 1 juli 2018 •Z org dat u klaar bent! De nieuwe WIBON geldt vanaf 1 juli 2018 •A grarische en groene sector tekent voor nul ongevallen op het werk in 2020 •V erlengen van Duitse Sachkundenachweis •P ositie loonwerk flink verbeterd in nieuwe certificatieschema ­PlanetProof

52

GRONDIG 6 2018

GEEN MAUT VOOR DE MEESTE LANDBOUWVOERTUIGEN Vanaf 1 juli 2018 is de Duitse tolplicht (Mautplicht) uitgebreid naar alle zogenaamde Bundesstrassen, de Duitse provinciale wegen. Er geldt een algemene vrijstelling voor landbouwvoertuigen met een maximumconstructiesnelheid tot 40 km/u waarmee goederen worden vervoerd. Deze vrijstelling geldt zowel voor agrariërs als voor loonbedrijven, biogasinstallaties, mechanisatiebedrijven en fabrikanten. Agrariërs die met landbouwvoertuigen voor eigen doeleinden vervoer verrichten, zijn vrijgesteld van de Mautplicht, ongeacht de maximumconstructiesnelheid van het voertuig. Loonbedrijven zijn alleen Mautplichtig als zij goederen vervoeren met landbouwvoertuigen met een maximumconstructiesnelheid van meer dan 40 km/u. Eigen vervoer of beroepsvervoer maakt geen verschil. Wanneer deze combinaties leeg (onbeladen) rijden, is er echter geen Mautplicht.

VEELGESTELDE VRAGEN LEEST U OP CUMELA.NL • Mag ik, in het kader van de AVG, de loonstroken nog wel via e-mail naar mijn medewerkers sturen? • Het overlijden van een medewerker is een vervelend moment in een bedrijf, maar je handelt het graag goed af met de nabestaanden. Welke regels er gelden er voor de salarisbetaling? • Mag één en dezelfde cursus meerdere keren meetellen voor code 95? • Wat is de normale arbeidstijd binnen de CAO-LEO, 40, 38 of 36 uur per week? • Mijn bedrijf gaat grote waternavel, een invasieve exoot, uit een waterpartij verwijderen. Die plant staat erom bekend dat hij verontreinigingen uit het water in zich opneemt. Wat zijn hierbij de risico’s voor mijn medewerkers? U leest het op Cumela.nl.


VOORZITTER Maandelijks op deze plaats een column van één van de voorzitters van CUMELA Nederland. Deze editie Jan Vrij voorzitter sectie Grondverzet en Cultuurtechniek.

Gouden bergen

ZONNIGE ZOMEREXCURSIE FLEVOLAND Op de zomerse zaterdagmiddag 16 juni kwamen ruim twintig belangstellende leden uit de provincie Flevoland naar de jaarlijkse zomerexcursie en de barbecue. De bijeenkomst startte bij Aarnink en Ooms, van het gelijk­ namige mestdistributie-, transport- en loonwerkbedrijf. Vervolgens ging het gezelschap naar Waterman Onions, ook in Emmeloord, voor een rondleiding. Het bedrijf vierde het twintigjarig jubileum met een open dag. De leden van Flevoland kregen een uniek kijkje achter de schermen van de uienverwerking met toelichting door het personeel. Er was tevens een ­bedrijvenmarkt met ruim dertig stands van bedrijven die verbonden zijn aan Waterman. Na de boeiende excursie werd de middag afgesloten bij ­Aarnink en Ooms, waar onder het genot van een barbecue en een bierproeverijtje gezellig met de collega’s werd nagepraat.

De economie draait op volle toeren. Er kunnen niet genoeg huizen worden gebouwd, personeel is niet meer te krijgen en de files worden weer langer. Kortom, we zijn uit de crisis, zo lijkt het als we de media moeten geloven. Ja, ik denk ook dat het beter gaat dan een paar jaar geleden, maar het is soms ook de schijn die bedriegt. In het grondverzet profiteren we zeker van de groei in de bouw en de infra, dat merken we allemaal. We kunnen gemakkelijker werk aannemen, maar of het nu ook meer oplevert, vraag ik me af, want de loonkosten stijgen. Misschien niet veel vanuit de cao, maar des te meer omdat er aan ‘de jongens’ wordt getrokken. Daarnaast is de inkoop ook duurder. De zzp’ers hanteren hogere tarieven, alle prijzen gaan omhoog en soms kunnen, willen of mogen we onze prijzen niet aanpassen. Kortom, ik zeg niet dat het moet, maar probeer wel de consequenties van de prijsstijgingen te blijven overzien door een goede voorcalculatie van de uurprijzen of eenheidsprijzen en als u de mogelijkheid heeft om de prijs aan te passen, doe het dan ook. Verder nog een puntje van risico. Op de TKD hadden we een ontbijtbijeenkomst met het thema duurzaamheid en brandstof. Tijdens deze bijeenkomst werd duidelijk dat de levensduur van de motor - en dan met name van de brandstofpomp en verstuivers - direct wordt beïnvloed door de kwaliteit van de brandstof. Als je dan bedenkt dat een deel van het verhuurde materieel, bemand en onbemand, altijd draait op brandstof van de hoofdaannemer - waar de verhuurbedrijven geen invloed op hebben - voel je het al aankomen. Als je verhuurt zonder brandstof, overleg dan wel welke kwaliteit brandstof er komt of zorg anders zelf voor de brandstof.

WIJZIGING CAO LEO Op 10 juli 2018 is een tussentijdse wijziging voor de CAO LEO aangemeld bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Naast een paar tekstuele aanpassingen zijn met name van belang: Artikel 9: proeftijd De tekst in lid 2 a+b in overeenstemming gebracht met de wettelijke bepalingen. De nieuwe tekst luidt: a. geen proeftijd bij een overeenkomst van zes maanden of korter; b. een proeftijd van één maand, voor een overeenkomst van langer dan zes maanden, maar korter dan twee jaar. Lid c is ongewijzigd. Artikel 12: bijzondere bepalingen voor de arbeidsovereenkomst voor (on)bepaalde tijd In lid 2, tweede bullet, is toegevoegd de medewerker gemechaniseerd loonwerker III.

Jan Vrij Voorzitter sectie Grondverzet en Cultuurtechniek

GRONDIG 6 2018

53


ondernemen met

cumela

Voor meer info over veilig werken, kijk op www.agroarbo.nl

TOOLBOX Steken van bijen, hommels en wespen Tips en vuistregels voor de toolboxmeeting De mannelijke exemplaren van bijen, hommels en wespen kunnen niet steken. Zij leven heel kort. Je komt dus vrijwel altijd de (stekende) vrouwtjes tegen. Zij gebruiken hun angel ter verdediging. De vrouwelijke wespen en hommels kunnen meerdere malen achter elkaar steken, omdat de angel geen weerhaakjes bevat. Hierdoor kunnen ze de angel direct terugtrekken en opnieuw steken. De angel van een bij heeft wel weer­ haakjes, waardoor de angel met gifzak achterblijft in de huid.

WESP

BIJ

STEKEN VOORKOMEN Een wesp, bij of hommel steekt pas als het dier zich bedreigd voelt. Ga daarom niet slaan en laat een nest met rust. Sterke geuren trekken de dieren aan. Wees dus zuinig in het gebruik van parfum, deodorant, zeep en huidverzorgingsproducten.

Gestoken? Zuig de wond na de steek d ­ irect uit. Zuig krachtig en spuug het uit.

Insecten kunnen agressief reageren op de geur van transpiratie en alcohol, maar ook op de geur van geoxideerd materiaal tus­ sen de huid en bijvoorbeeld een ring of horlogebandje. Wespen komen af op zoe­ tigheid. Ze hebben de meeste honger in augustus en september en zijn dan ook het agressiefst.

HOMMEL

WANNEER NAAR DE HUISARTS OF EERSTE HULP? Na een steek volgt een heftige pijnscheut, die weer minder wordt. De huid wordt rood en gaat zwellen en branden. Na twee tot 24 uur is de pijn weer weg. De plaats van de steek is zichtbaar als een klein gaatje. Soms is er sprake van een allergische reactie. Dan is direct ingrijpen noodzakelijk. • Bel 112 als je gestoken bent in je mond, hals, tong of keel. Ook moet je actie ondernemen bij zwelling van de oogleden of lippen, benauwdheid, overgeven of overgevoeligheid. Daar­naast kan iemand door de schrik gaan hyperventileren en daardoor bewusteloos raken. • Als je in korte tijd tientallen steken oploopt, is dat reden om naar het ziekenhuis te gaan, omdat er dan vergiftigings­ verschijnselen kunnen ontstaan (hartritme- en adem­ halings­­stoornissen). • Er moet contact met de huisarts worden opgenomen bij jeuk over het hele lichaam, koorts of rode huiduitslag.

STEEK VAN EEN HOORNAAR OF PAARDENWESP Een hoornaar herken je aan zijn grootte, want hij is zo’n drieënhalve centimeter lang. Een steek van een hoornaar is pijnlijker dan een wespensteek, maar geen reden tot zorg. De behandeling is hetzelfde.

54

GRONDIG 6 2018


www.bumblebeestings.info

and allergies

Hummelstiche und Allergien Hommelsteken en allergieën Шмелиные укусы и аллергия на них

%

% 0-30 min

0-30 min

>38˚C >108˚F

%

%

% 0-120 min

0-60 sec

0 -120 min

48-120 hrs

Steken kunnen een allergische reactie veroorzaken. Als je een gezondheidsprobleem hebt of vermoedt, raadpleeg dan een arts.

This information is intended as an education resource only and should not be used for diagnosing or treating a health problem as it is not a substitute for medical care. If you have or suspect you may have a health problem, please consult medical care. © 2013 Koppert Biological Systems Ces informations sont uniquement fournies à titre informatif et ne doivent en aucun cas être utilisées pour diagnostiquer ou traiter des problèmes de santé, dans la mesure où elles ne peuvent pas remplacer des soins médicaux. Si vous avez ou pensez avoir des problèmes de santé, veuillez consulter un médecin afin de recevoir les soins médicaux appropriés. Esta información está pensada para servir únicamente como recurso educativo y no debería emplearse para diagnosticar ni tratar problemas sanitarios ya que no reemplaza la asistencia médica. Si tiene o cree que podría tener un problema de salud, consulte a su médico, por favor. Niniejsze informacje mają charakter wyłącznie charakter edukacyjny. Nie wolno wykorzystywać ich do diagnozowania lub leczenia problemów zdrowotnych, ponieważ nie mogą one zastąpić profesjonalnej opieki medycznej. W przypadku wystąpienia lub podejrzenia wystąpienia problemu zdrowotnego należy skonsultować się z lekarzem. Diese Hinweise dienen lediglich Informationszwecken und ersetzen auf keinen Fall die Beratung, Diagnose oder Behandlung eines Gesundheitsproblems durch einen Arzt. Wenn Sie ein Gesundheitsproblem haben oder vermuten, konsultieren Sie bitte Ihren Arzt. Deze informatie is uitsluitend bedoeld voor educatieve doeleinden en mag niet worden gebruikt voor het diagnosticeren of behandelen van een gezondheidsprobleem, aangezien deze informatie geen vervanging voor medische zorg is. Als u een gezondheidsprobleem hebt of vermoedt, raadpleeg dan een arts. Эта информация предназначена исключительно для образовательных целей и не должна использоваться для диагностики проблем со здоровьем или их лечения, поскольку не является заменой медицинской помощи. Если у вас есть проблемы со здоровьем или вы подозреваете, что они у вас могут быть, пожалуйста, обратитесь за медицинской помощью.

TIPS VOOR ALS JE GESTOKEN BENT

TIPS EN VUISTREGELS

• Verwijder direct de angel met je nagel, de stompe kant

• Vermijd sterke geuren. • Draag beschermende kleding, bedek de huid

13-005_Poster_A3.indd 1

van een mes of een pincet. Na een bijensteek blijft de angel gif pompen, ook al is de bij weg­gevlogen. Zorg ervoor dat er hierbij niet nog meer gif in je lichaam komt. Knijp niet in het gifzakje. • Zuig de wond na de steek direct uit of gebruik ­hiervoor een vacuümpompje. Zuig krachtig en spuug het uit. • Spoel de wond schoon en desinfecteer met jodium of alcohol. • Als je gestoken bent en je voelt je niet goed w­ orden, meld het dan bij je collega’s of iemand anders, zodat ze je in de gaten kunnen houden en je kunnen helpen als het slecht gaat. • Koelen: leg indien mogelijk een washandje met daarin ijsblokjes op de plaats van de steek. Bij een steek in de mond kan de zwelling worden tegengegaan door op een ijsblokje te zuigen. Als de zwelling de luchtweg afsluit, is de situatie levensbedreigend. • Tabletten of crèmes kunnen de klachten v­ erminderen. • Anti-histaminetabletten kunnen worden gebruikt bij een allergische reactie.

07-03-13 15:14

en smeer een insectenwerend middel op.

• Zorg dat je een vacuümpompje voor insecten­ beten bij je hebt

• Zorg dat wespen niet in je eten of drinken gaan zitten (bijvoorbeeld in een blikje).

• Stel je werkgever en collega’s op de hoogte van de allergieën die je hebt, zodat zij hiermee rekening kunnen houden en in geval van nood op de juiste wijze kunnen reageren. • Zorg dat je je anti-allergie medicijnen altijd bij je hebt en dien ze indien mogelijk zelf toe.

TEKST: Corina van Zoest-Meester, adviseur arbo FOTO’S: Sallandse Bijenvereniging St. Imelda in Raalte, Bumblebee Stings

Alle toolboxen zijn ook digitaal te gebruiken via de Veilig Vakwerk-dienst. Ga voor meer informatie naar www.veiligvakwerk.nl.

GRONDIG 6 2018

55


ondernemen met

cumela

Pas op, trekker! Belangrijke rol voor de bestuurder Landbouwmaterieel, recreanten en forenzen verplaatsen zich met allerlei soorten vervoermiddelen over vaak smalle (parallel)­ wegen. Materieel met brede banden, een grote bodemvrijheid en een krachtige motor zijn nodig om de agrarische werkzaam­ heden goed te kunnen uitvoeren. Juist deze constructie maakt dat fietsers en wandelaars het naderen of het passeren van ­landbouwmaterieel als bedreigend ervaren. Hoe kijken ze tegen ons aan?

Belangrijke tips bij het passeren van medeweggebruikers • Neem gas terug bij het naderen. Fietsers en wandelaars waarderen dat. Bovendien maakt je trekker o ­ f machine ook minder geluid. • Bedenk dat de ander jouw trekker of machine best eng of bedreigend kan vinden. • Maak oogcontact bij het naderen. Zo weet je of de ander je ziet en ontstaat er meer begrip. • Kijk goed in alle spiegels en blijf geduldig. • Ga zo nodig stilstaan of rijd langzaam door tot de andere weggebruiker de berm in gaat. • Bedank altijd vriendelijk als de ander aan de kant gaat. Zie www.landbouwverkeer.nl voor meer informatie over veilig weggebruik.

56

GRONDIG 6 2018


Verhaal van een fietsende forens

Verhaal van een automobilist

Paula fietst dagelijks tussen haar woonplaats en haar werklocatie, een fietstocht die voert over een parallelweg en door een bosrijke omgeving. De parallelweg wordt gebruikt door grote groepen scholieren en door landbouwverkeer. Paula: “Als fietser vind je het angstig als je wordt ingehaald door groot materieel dat je op korte afstand passeert. Ook vind ik het best eng als je denkt dat alles voorbij is en dan volgt er toch nog een aanhanger.” Ze merkt dat de loonbedrijven die gebruik maken van deze route de situatie goed kennen en hierop anticiperen. Ze houden afstand, zoeken oogcontact en passeren fietsers op plaatsen waar het kan. Kort geleden merkte ze dat ook weer. “De loonwerker zag mij aankomen en zette de combinatie even stil, zodat ik goed kon passeren. Dat vind ik echt super, want om als fietser over het grasbeton in de berm te moeten rijden, is niet te doen.”

“Recent reed ik op een weg in het buitengebied met aan weerszijden bomen. Een trekker naderde mij. Ik ging zoveel mogelijk aan de rechterzijde rijden en verlaagde uiteraard mijn snelheid. Vlak voordat de trekker op mijn hoogte was, bleek dat er een werktuig in de hefinrichting hing. De trekker vertraagde niet en het werktuig stak behoorlijk uit. De breedtemarkering ontbrak, waardoor ik op het laatste moment werd verrast.”

Het buitengebied is aantrekkelijk en iedereen mag er komen. Mooie groene weiden, golvend graan en wuivende maïspercelen worden door loonwerkers en boeren met machines bewerkt en bewonderd door burgers, boeren en buitenlui. Het buitengebied oefent op recreanten en burgers een grote aantrekkingskracht uit. Ondernemers spelen hier handig op in met theetuinen, boerencampings, kaasboerderijen et cetera. We gaan er wonen en sporten en komen elkaar allemaal op of langs de weg in het buitengebied tegen. Bestuurders van landbouwmaterieel zullen zich herkennen in het beeld van drukke wegen in het buitengebied.

Fietsers Een grote groep zwermt uit met de fiets en deze komen we dus dagelijks tegen. Niemand zit te wachten op ongevallen, dus is vaart minderen en afstand houden het devies. Uiteindelijk zul je als bestuurder van het materieel toch de fietsers moeten inhalen als deze je hebben gehoord of gezien. Hebben de fietsers je niet gezien of gehoord? Dan worden ze verrast door de manshoge banden naast zich. Ze worden angstig, gaan slingeren, remmen abrupt of wijken uit naar het grasbeton of de rand van de weg, waardoor ze kunnen vallen en zelfs onder de wielen kunnen raken. Een aandachtspunt vormen elektrische fietsen. Deze kunnen een snelheid van circa 30 km/u halen. Speed pedelecs halen zelfs maximaal 40 km/u. Het snelheidsverschil met landbouwverkeer is dus zeer klein. Dat betekent dat inhalen over een lange afstand zal plaatsvinden en dat je er zelfs beter achter kunt blijven rijden. Dat is wel iets om je goed bewust van te zijn. Automobilisten ervaren brede machines op een smalle weg als gevaarlijk. Zeker in het donker is dit lastig. Zij kunnen de breedte van landbouwmaterieel niet altijd goed inschatten en zien enkel iets groots op zich afkomen. Wanneer automobilisten op het laatste moment worden geconfronteerd met een werktuig dat buiten de trekker uitsteekt, zorgt dat voor een schrikreactie of een ongeval. Materieel dat goed in orde is, is van belang om ongevallen te voorkomen. Montage van breedtemarkering op werktuigen die meer dan tien centimeter buiten de trekker

ACTIEPUNTEN Trekkerbumper De trekkerbumper zorgt ervoor dat de breedte van trekkers goed waarneembaar is. Naast deze eigenschap is er nog een ander belangrijk voordeel: door de ­bumper wordt het risico beperkt dat de trekker op andere voertuigen ‘klimt’ bij aanrijdingen. Meer informatie: www.cumela.nl/trekkerbumpers. VOMOL Leerlingen van groep 7 en groep 8 maken bij een VOMOL-project kennis met de eigenschappen van landbouwmaterieel op de weg. Leden stellen machines en de chauffeurs ter beschikking om op een actieve manier met leerlingen (en ouders) met verkeersveiligheid bezig te zijn. Zo snijdt het mes aan twee kanten: zowel voor de leerling als de chauffeur is dit leerzaam. Overleg met wegbeheerder en wegeigenaren In overleg met wegbeheerders en wegeigenaren streven we uiteraard naar goede en veilige routes voor landbouwmaterieel. We zetten in op het scheiden van landbouwmaterieel en kwetsbare groepen verkeersdeelnemers. Overleg met partijen CUMELA Nederland neemt regelmatig deel aan overleg met gemeenten, ­provincies, VVN en Fietsersbond over verkeersveiligheid. Alle verkeersdeelnemers moeten zich verantwoord gedragen. Een goede weginrichting en veilige routes voor landbouwmaterieel zijn een voorwaarde. uitsteken, is daarbij noodzaak. Op deze manier attendeer je de medeweggebruikers erop dat er ‘iets’ buiten de machine uitsteekt.

Goed voorbeeld Je ontkomt er helaas niet altijd aan. Weggebruikers zijn niet altijd vriendelijk, kunnen soms ronduit onvriendelijk zijn. Het is belangrijk dat je nadenkt over de reden van de reactie. Wees kritisch op jezelf. Was je bijvoorbeeld in de gelegenheid om even aan de kant te gaan op de passeerstrook of inrit? Het is zinvol om dit wellicht de volgende keer te doen en zelf het goede voorbeeld te geven. Vriendelijkheid komt altijd terug. Een groet of vriendelijk gebaar wordt gewaardeerd en zorgt ervoor dat jouw collega er ook van profiteert. De functie van het buitengebied is veranderd. Boerenbedrijven stoppen, waardoor recreatie en wonen hun plaats hebben ingenomen. Het is belangrijk om ervoor te zorgen dat we met elkaar goede buren blijven, waarvoor alle partijen een inspanning moeten leveren. Zij moeten elkaar blijven ontmoeten en van elkaar leren. Projecten zoals VOMOL en de e-learning Veilig landbouwverkeer helpen daarbij. Daarnaast sluit CUMELA Nederland aan bij het overleg met betrokkenen. Heb je suggesties of mooie voorbeelden? We horen ze graag!

TEKST: Gerwin Otten, bedrijvenadviseur

GRONDIG 6 2018

57


ondernemen met

cumela

SOCIALE ZAKEN

Onderschat de arbeids­ overeenkomst niet Als u een huis koopt, gaat u een verbintenis aan voor een lange periode. U schakelt een makelaar in voor de onderhandelingen en een notaris voor de daadwerkelijke overdracht. Een andere overeenkomst voor een lange periode, een arbeidsovereenkomst, blijft vaak verstoken van al die aandacht. Terecht of niet?

Eerst een arbeidsovereenkomst

Juiste WW-premie

Het lijkt zo logisch. Je neemt iemand in dienst en gaat een arbeidsovereenkomst aan. Toch komen wij in de praktijk in dit stadium al problemen tegen. Want hoe vaak gebeurt het niet dat de medewerker al met zijn werkzaamheden is ­gestart, maar nog geen arbeidsovereenkomst heeft onder­tekend? U kent de uitspraak ‘Vertrouwen is goed, controle is beter’? Die is hier ook van toepassing. Waarom zou de medewerker een arbeidsovereenkomst voor be­ paalde tijd ondertekenen als hij al aan het werk is? Deze discussie kunt u beter voor­komen door voor­ dat de medewerker aan het werk gaat een arbeids­ overeenkomst te ondertekenen.

De Belastingdienst eist dat u de arbeids­ overeenkomst b ­ewaart en kunt tonen bij een looncontrole. De reden daarvoor is het onderscheid in WW-premie tussen een arbeidsovereenkomst korter dan een jaar en een arbeidsovereenkomst van een jaar of langer. Voor 2018 geldt voor een arbeidsovereenkomst van een jaar of langer een premie van 0,66 procent. Voor contracten korter dan een jaar betaalt u 2,78 procent. Kunt u geen arbeidsovereenkomst van een jaar of langer tonen, dan mag u de lage premie niet toepassen. Op deze hoofdregel zijn twee uitzonderingen. Voor een BBL’er betaalt u, ongeacht de duur van de arbeidsovereenkomst, de lage premie. Voor een oproepcontract betaalt u, ook als het contract een jaar of langer is, de hoge premie.

ADVIES: werkgever en medewerker tekenen beiden eerst de schriftelijke arbeidsovereenkomst, daarna kan de medewerker aan het werk.

ADVIES: controleer of de loonadministratie de juiste WW-premie opneemt in de aangifte loonheffingen.

Schriftelijk vastleggen We horen nog wel eens van de ondernemer: er is geen a­ rbeidsovereenkomst. In de huidige wetge­ ving is het uitgangspunt dat er een arbeidsovereen­ komst is als aan alle drie hierna genoemde voor­ waarden is voldaan. Deze voorwaarden zijn: persoonlijk arbeid verrichten, loonbetaling en een gezagsverhouding. Wat er in de bovenstaande alinea vaak wordt be­ doeld: er is geen schriftelijke arbeidsovereenkomst. Dat kan inderdaad. Vooral medewerkers die al lange tijd in dienst zijn, hebben niet altijd een arbeidsover­ eenkomst. Als er geen schriftelijke arbeidsovereen­ komst is, is het lastig zo niet onmogelijk om aan te tonen welke afspraken er zijn gemaakt. ADVIES: controleer of er een arbeidsovereenkomst is. Zo niet, maak deze alsnog op.

58

GRONDIG 6 2018

Afwijkingen Mogelijk denkt u dat de afspraken die u met de nieu­ we ­medewerker maakt altijd stand houden. U heeft als werk­gever maar een beperkte speelruimte om afspraken te m ­ aken. Het arbeidsrecht is zo ingericht dat werknemers ­worden beschermd. Waar de wet of de cao geen ruimte geeft voor een afwijking mag u ook echt niet afwijken. De straf hierop is dat de af­ spraak niet bestaat. U blijft dan in de waan dat de afspraak is gemaakt, maar als u er een beroep op wilt doen, blijkt deze niet te bestaan. Een voorbeeld hiervan kwam ik onlangs weer tegen. Werkgever en medewerker hadden in de arbeidsovereenkomst opgenomen dat de opzegtermijn voor beiden drie maanden was. Omdat de wet dit niet toestaat, gel­ den de wettelijke opzegtermijnen. Zowel de werk­ gever als de werknemer vond dit onbegrijpelijk. Een


proeftijd van twee maanden bij een arbeidsovereenkomst voor een jaar is ook niet toegestaan. ADVIES: als u afspraken met een nieuwe medewerker wilt m ­ aken die niet passen in de cao, bel dan met de CUMELA-infolijn. We kunnen dan kijken naar alternatieven. Mogelijk is een afwijking toch mogelijk, maar moet het anders worden verwoord.

40-urige werkweek Onder niet-toegestane afwijkingen valt bijvoorbeeld ook een 40-urige werkweek. Natuurlijk mogen werknemers wel 40 uur werken (of meer), maar u mag in de arbeidsovereenkomst geen 40-urige werkweek afspreken. De arbeidsovereenkomst kan maximaal worden aangegaan voor 38 uur per week. Alle uren die meer worden gewerkt dan 38 zijn overuren. Overuren betaalt u uit tegen (meestal) 130 procent van het bruto uurloon of compenseert u in tijd, ook tegen (meestal) 130 procent. ADVIES: kijk uw arbeidsovereenkomsten na op de omvang van het dienstverband. Voorkom discussie op een later moment. ­Mogelijk is het simpel op te lossen.

Wijzigingen vastleggen Over het algemeen is er in onze sector sprake van lang­durige dienstverbanden. Het is dus goed mogelijk dat er in de loop der jaren wijzigingen optreden. Deze wijzigingen dient u ook vast te leggen. U hoeft geen nieuwe arbeidsovereenkomst op te maken, een aanvulling op de oorspronkelijke arbeidsovereenkomst volstaat. De omvang van het dienstverband kan veranderen, maar ook de functie van een medewerker kan veranderen. Leg deze wijzigingen vast in een aanvulling op de arbeidsovereenkomst. Dit speelt bijvoorbeeld ook als een werknemer na 104 weken arbeidsongeschiktheid terugkeert in een andere functie. Deze functiewijziging dient u schriftelijk vast te leggen. Soms verandert er aan de kant van de werkgever iets. Een vennootschap onder firma kan worden omgezet in een besloten vennootschap. De formele werkgever verandert dan. Ook hiervoor maakt u een aanvulling op de arbeidsover­ eenkomst. Sinds 2015 is het ontslagrecht gewijzigd. Voor een bedrijfseconomisch ontslag moet u een afspiegeling maken van personeel met een gelijke functie. Voor 2015 gold de functie die werd uitgevoerd als criterium. Sinds 2015 kijkt het UWV naar de functie op de arbeidsovereenkomst. ADVIES: controleer met welke functie uw medewerkers op de ­ rbeidsovereenkomst staan. Voorkom nu dat u op een later a ­moment de verkeerde medewerker moet ontslaan.

De basisregels van de cao leo hebben we overzichtelijk weergegeven in de infographic. Deze is bijgevoegd in deze Grondig. Hang deze flyer op uw prikbord zodat u snel en eenvoudig de basisregels kunt terugvinden! de referentiefunctie als functie van de medewerker wordt opgenomen. Dit maakt een ontslagprocedure erg lastig en kan tot ongewenste uitkomsten leiden. Ook als er een situatie van disfunctioneren ontstaat, wordt het lastig als de functie niet overeenkomt met de functieomschrijving. ADVIES: neem in de arbeidsovereenkomst de functie van de ­ edewerker op én de referentiefunctie die u heeft gebruikt om m de functie in te delen in het functiewaarderingssysteem. De ­referentiefunctie heeft een functieomschrijving met taken en verantwoordelijkheden. Die hoeft u dan niet meer zelf te maken.

Indelen op functie Nog te vaak komen wij medewerkers tegen die zijn ingedeeld op salaris en niet op de functie die zij bekleden. Een voorbeeld: een machinist moet worden ingeschaald in C, D of E. Een machinist in G kan niet kloppen, want de taken en verantwoordelijkheden van G passen niet bij een machinist. Wilt u een machinist hoger belonen dan de cao aangeeft, dan kunt u hem een persoonlijke toeslag geven. De cao-lonen zijn de ondergrens, meer betalen mag. ADVIES: controleer of de inschaling op de loonstrook en de ­ rbeidsovereenkomst is vermeld. Kijk na of de inschaling klopt a met het werk van de medewerker.

Scholieren en studenten Ten slotte kan het best een lastige keuze zijn welke arbeidsovereenkomst het beste past in een specifieke situatie. Met name bij scholieren en studenten loont het in veel gevallen om contact op te nemen met CUMELA. ADVIES: bel met de CUMELA-infolijn.

Model-arbeidsovereenkomsten Alle hiervoor genoemde ‘fouten’ komen vaak voort uit on­ wetendheid. Om die reden hebben wij de modelarbeidsovereenkomsten aangepast. Zij geven u de keuzes die mogelijk zijn. De modellen zijn daarom ook beveiligd. De teksten die niet te wijzigen zijn, mogen niet worden aangepast. Dit kan alleen anders zijn voor de hogere functies, zoals een bedrijfsleider of een planner voor wie u een all-in afspraak heeft gemaakt. ADVIES: neem gerust contact met ons op via de CUMELA-­ infolijn. Wij helpen u graag.

Referentiefuncties In de CAO LEO zijn voor de functies referentiefuncties opgenomen. Deze referentiefuncties dienen om het niveau van de functie van de medewerker te bepalen. Te vaak zien wij dat

TEKST: Jacqueline Tuinenga adviseur personeelsmanagement

GRONDIG 6 2018

59


W W W . L M C G E N N E P. N L

www.lmcgennep.nl Locatie: Landtech te Veghel

Corridor 9 • 5466 RB Veghel • T: 0413 - 211733

NU OOK IN NEDERLAND!

Europa’s specialist in zadeldak hallen, stallen & loodsen • In 30 min. uw eigen ontwerp & bouwtekening • Unieke staalconstructie & ontwerpmethodiek voor de beste prijs/kwaliteit verhouding • Energie neutraal dus klaar voor de toekomst

Ontdek al uw voordelen en/of scherpe offerte op: www.conexx.nl

Trans-SPACE

Siroko

Silo-SPACE

EEN BREED GAMMA PRODUCTEN ! joskin.com


ondernemen met

cumela

Graafschade voorkomen we samen! Voldoet u aan de richtlijn zorgvuldig grondroeren? GRAAFSCHADE VOORKOMEN WE SAMEN

CHECK & GO

De Check & Go-kaart is door het Kabel- en Leidingoverleg ontwikkeld voor de hele graafketen om de implementatie en toepassing van de nieuwe richtlijn zorgvuldig grondroeren CROW 500 te versnellen. Deze richtlijn geeft aan wat elke schakel in

GRAAFSCHADE VOORKOMEN WE SAMEN

de graafketen moet doen om graafschade te voorkomen. Het Kabel- en Leidingoverleg ziet dat de richtlijn nog veel te weinig door de sector wordt toegepast en wil daar verandering in brengen.

Sinds 1 januari 2017 is de nieuwe richtlijn CROW 500 ‘Schade voorkomen aan kabels en leidingen’ van kracht. Deze moet door alle partijen in de graafketen worden toegepast. De richtlijn is door de sector zelf opgesteld en beschrijft voor elke fase - van initiatief tot aan gebruik - welke verantwoordelijkheid de initiatiefnemer, ontwerper, grondroerder of netbeheerder heeft en wat hij of zij moet doen om graaf­ schades te voorkomen.

Check & Go-kaart

INITIATIEFNEMER

ONTWERPER

GRONDROERDER

BEHEERDER

De Check & Go-kaart is een praktisch document en bestaat uit vijf kaarten die aaneengeschakeld de fasen van de CROW 500 weergeven. Op elke kaart staat een handige checklist waarmee u kunt nagaan of u volgens de richtlijn hebt gewerkt en of de andere partijen dat ook hebben gedaan. De vijf kaarten kunnen ook van elkaar worden losgemaakt en verdeeld. Alles aangevinkt? Draag uw kaart dan over aan de verantwoordelijke van de volgende fase. Deel informatie, werk samen, stel vragen en geef advies. Samenwerking in de keten is namelijk cruciaal om graafschade te voorkomen. De Check & Go-kaart is onderdeel van de campagne ‘Graafschade voorkomen we samen!’ Een exemplaar van de kaart treft u aan bij deze Grondig. Ook is deze gratis te downloaden op de Actiepagina van het Kabel- en Leidingoverleg (ga op www.kabelenleidingoverleg.nl naar ‘Actiepagina’).

Vragen of bijbestellen? CUMELA Nederland is actief lid van het Kabel- en Leiding­ ­ overleg. Samen met CUMELA Verzekeringen werkt de brancheorganisatie hard aan preventie en een goede afhandeling als het toch mis gaat. Heeft u vragen over de richtlijn zorgvuldig graven of wilt u een aantal van deze handige Check & Go-kaarten bijbestellen? Bel de CUMELA-infolijn: (033) 247 49 99.

Het Kabel- en Leidingoverleg is een platformsamenwerking van de belangrijkste koepelorganisaties van netbeheerders, grondroerders en de beheerders van de ondergrond. Het platform werkt samen met de wetgever, het ministerie van Economische Zaken en Klimaat, toezichthouder Agentschap Telecom en het Kadaster aan het voorkomen van graafschade.

TEKST: Nico Willemsen, beleidsmedewerker GWW

GRONDIG 6 2018

61


ondernemen met

cumela

Tabel voor eerlijke waarden Eerste resultaten plan ‘Samen werken in een eerlijke keten’ Na ruim een half jaar hard werken komen de eerste resultaten beschikbaar van de acties om mestfraude te voorkomen. Zeer ­concreet is de deze week gepresenteerde lijst met de bandbreedtes voor de ­gehalten van verschillende mestsoorten. Sterke ­vorderingen zijn er bij het opzetten van een borgingssysteem en het verder automatiseren van de gegevensverwerking van ­meststromen. Diersoort

rundvee

Omschrijving

Mestcode

Kg stikstof per ton minimaal

forfait

maximaal

vaste mest

10

4,0

6,4

8,0

drijfmest behalve van vleeskalveren

14

2,8

4,0

5,2

koek na mestscheiding

13

3,0

16,9

8,0

schroefpers

3,0

7,0

centrifuge

4,0

8,0

zeefband bewerkte kalvergier

17

1,9

4,2

15,2

vleeskalveren, wit vlees

18

2,2

3,2

7,0

vleeskalveren, rosévlees

19

2,5

5,5

7,0

kalkoenen

mest, alle systemen

23

24,2

30,1

40,2

kippen

mestband

32

15,0

26,0

35,0

mestband + nadroog

33

20,0

32,6

40,0

geheel of gedeeltelijk strooiselstal (incl. volièrestal/scharrelstal)

35

13,5

26,8

38,6

vleeskuikens en parelhoenders

mest, alle systemen

39

23,5

31,3

38,5

varkens

vaste mest

40

5,0

8,1

15,0

drijfmest fokzeugen, incl. biggen, opfokzeugen/-beren, dekberen 46

2,0

3,8

8,0

gier en filtraat na mestscheiding

41

2,0

1,5

7,8

koek na mestscheiding

43

8,0

25,7

16,0

schroefpers centrifuge

8,0

14,0

zeefband

10,0

16,0

drijfmest vleesvarkens

62

GRONDIG 6 2018

50

1,7

6,4

14,2


Acceptabele bandbreedtes gehaltes van diverse mestsoorten Deze tabel geeft voor een aantal veel vervoerde mestsoorten de mestcode en voor zowel stikstof als fosfaat de forfaitaire waarde en het mini­male en maximale gehalte, dat onder normale omstandigheden kan voorkomen. Voor het opstellen van deze tabel is gebruik gemaakt van informatie die is v­ erstrekt door enkele deskundigen uit de praktijk op het gebied van realistische waarden voor de verschillende mestsoorten. Deze informatie is ­vervolgens getoetst bij enkele grote mestdistributeurs. Daarbij werd de informatie grotendeels bevestigd en soms ook aangevuld.

Kg fosfaat per ton minimaal

forfait

maximaal

2,0

3,2

6,0

0,9

1,5

2,1

2,0

9,8

6,0

2,0

4,0

3,0

6,0

0,7

5,0

6,8

0,35

1,2

4,9

1,0

2,2

4,0

16,7

22,9

25,9

10,0

20,9

30,0

20,0

26,3

35,0

13,6

24,9

36,7

8,2

15,4

25,1

5,0

8,0

15,0

0,9

2,4

6,0

0,3

0,6

2,8

11,0

21,4

20,0

11,0

17,0

14,0

20,0

0,5

3,8

9,0

In december 2017 hebben LTO, POV, CUMELA Ne­ derland, TLN en Rabobank een plan van aanpak gemaakt en aangeboden aan minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. In het plan staan vier actielijnen beschreven met twaalf acties om mestfraude te voorkomen. Het afge­ lopen voorjaar is hard gewerkt aan het concreter maken van de acties, het opzetten van een werk­ organisatie met een besluitvormende stuurgroep en de uitvoering van de eerste zaken. Er is stevig stelling genomen tegen mestfraude en dat blijft aandacht houden, ook in ledenbijeenkomsten van de verschillende organisaties. Alle mestgerelateer­ de bestuurders van de organisaties hebben inmid­ dels een integriteitsverklaring ondertekend. Bij CUMELA Nederland heeft dit tijdens een bestuur­ dersdag ook een zeer waardevolle discussie opge­ leverd over waar je als bestuurder wel en niet voor kunt tekenen. Samen met een aantal bestuurders hebben we de verklaring daarop nog verder ver­ beterd. In de loop van het voorjaar is ook gewerkt aan het opstellen van enkele gedragsregels voor alle bedrijven in de mestketen. Na de zomer wordt hierover meer duidelijk.

Lijst met bandbreedtes Een belangrijke stap is het opzetten van een lijst met bandbreedtes voor analyse-uitslagen van een aantal mestsoorten. De tabel (zie kader) geeft voor een aantal veel vervoerde mestsoorten de mest­ code en voor zowel stikstof als fosfaat de forfaitaire waarde en het minimale en maximale gehalte aan dat onder normale omstandigheden kan voor­ komen. Voor het opstellen van deze tabel is ge­ bruik gemaakt van informatie die is verstrekt door enkele deskundigen uit de praktijk op het gebied van realistische waarden voor de verschillende mestsoorten. Deze informatie is vervolgens ge­ toetst bij enkele grote mestdistributeurs. Daarbij werd de informatie grotendeels bevestigd en soms ook aangevuld. De bedoeling is dat deze lijst ook zal worden gebruikt als signalering in de mestsoftware. Dit helpt ondernemers om elkaar aan te spreken op onwaarschijnlijke gehalten.

Borgingssysteem Veel energie is gaan zitten in de voorbereiding van een privaat borgingssysteem voor een eerlijke mestketen. Er werden gesprekken gevoerd met deskundigen. Veel aandacht is er geweest voor de vraag of het systeem door de verschillende organi­ saties apart moet worden ontwikkeld of dat we een integraal systeem over de hele mestketen (van producent tot gebruiker) moeten ontwikkelen. Uiteindelijk is voor dat laatste gekozen. De Stich­ ting Mest Afzet Controle (die tijdens varkenspesten vogelpestcrises de private borging van de af­ voer van besmette mest heeft georganiseerd) zal beheerder worden van het systeem. Het systeem wordt overigens wel modulair opgezet, omdat veel kwaliteitseisen specifiek voor een bepaalde schakel in de keten zijn. Inmiddels is een gedetail­ leerde planning voor de ontwikkeling van het ­systeem opgezet en is een marktpartij bezig om een voorstel voor de uitvoering te ontwikkelen.

Managementsysteem Tot slot is er overleg geweest met een aantal lever­ anciers van bedrijfsmanagementsystemen in de mesttransport­sector. Met hen is van gedachten gewisseld over het implementeren van meer checks en controles om ervoor te zorgen dat er in de VDM-administratie minder fout kan gaan. Ook is gezocht naar mogelijkheden om de informatie­ stromen rond het vervoer van mest veel verder te digitaliseren. We merken dat we hier echt last ­hebben van de wet van de remmende voorsprong. Juist doordat onze processen al vroeg (vanaf 1998) werden gedigitaliseerd en we zijn blijven vast­ houden aan deze processen hebben we nu deels verouderde systemen. Hier zijn veel kansen om de betrouwbaarheid van de informatie over mest­ stromen aanzienlijk te verbeteren. CUMELA ­Neder­land heeft samen met Rovecom het initiatief genomen om te werken aan een pilotproject om te kijken of we de hele mestketen digitaal kunnen sluiten.

TEKST: Hans Verkerk, secretaris sectie Mestdistributie

GRONDIG 6 2018

63


ondernemen met

cumela

Meteen betalen of niet? Schadeclaim van een netbeheerder is geen gewone factuur In Nederland werden vorig jaar 33.400 graafschades veroorzaakt. Vrijwel altijd probeert een netbeheerder de schade te verhalen, soms op de aannemer, maar in de meeste gevallen op de gravende partij. Incasso-afdelingen zijn volhardend en laten niet los, waarbij niet wordt geschuwd om deurwaarders en rechters in te schakelen. Moeten claims van netbeheerders echter altijd worden betaald of zijn er mogelijkheden om daaraan te ontkomen? Het antwoord op enkele veel voorkomende vragen.

Kan ik een schadeclaim afwijzen als de kabel zeer ondiep ligt of ineens omhoog komt? Vaak niet. Ook als u slechts ondiep in de grond werkt, rust op u de verplichting om zorgvuldig te werken. U mag geen aannames doen over gronddekking of aannemen dat in de eerste tientallen centimeters geen netten liggen. Dit geldt als u een zandbaan egaliseert met een shovel of machinaal stoeptegels verwijdert en zelfs als u de grond bij een boer bewerkt. Slechts als netten recent zijn gelegd of hersteld en er aan de netbeheerder verplichtingen over de diepteligging waren opgelegd kan het mogelijk zijn om een schadeclaim af te houden. Een netbeheerder zal zich er anders al snel op beroepen dat met name kabels in de grond niet stil liggen en ook de grond erboven wordt bewerkt. Er is wettelijk gezien niets geregeld over de diepteligging van netten en deze wordt normaal gesproken ook niet aangegeven door netbeheerders. Dan kan de ligging in het verticale vlak afwijken van hetgeen op grond van de gebiedsinformatie (en eventueel gegraven proefsleuven) mag worden verwacht. Daar dient u rekening mee te houden, evenals met de aanwezigheid van lassen, moffen, afsluiters en andere hoger liggende elementen. Doe dus geen aannames en controleer de diepteligging door te detecteren of door voor te steken. Als de netbeheerder wel informatie heeft gegeven over de diepteligging kan dit anders

In onze praktijk worden regelmatig schades afgehouden op basis van een afwijkende ligging, maar enkel het aantonen van die ligging is niet voldoende. Om te beginnen dient u rekening te houden met een marge van anderhalve meter ten opzichte van de Klic-tekening, zowel voor het bepalen van het zoekgebied als voor het opsporen van netten. De netten moeten worden opgezocht vóórdat de graafwerkzaamheden beginnen en niet gaandeweg. Als u dus naar een net toe werkt en daarbij aanneemt dat het veilig is zolang u anderhalve meter bij de ligging op de tekening wegblijft, kan het verkeerd aflopen. Als u namelijk een net niet vindt binnen de marge van anderhalve

NUTSOVERLEG Beste Netbeheerders: ZÓ moet het worden!

Effe checken, dat valt niet mee maar alles klopt!

De ontwerper zegt: DAT gaan we anders doen! maar éérst een KLIC melding!

C

RM

GRONDIG 6 2018

Als ik aantoon dat sprake is van een afwijkende ligging, hoef ik dan de schade niet te betalen?

VOORONDERZOEK

RISICOANALYSE

64

komen te liggen. Zo is er een uitspraak waarbij een rechter vond dat een grondroerder die bij het baggeren anderhalve meter boven de aangegeven diepteligging was gebleven daarmee zorgvuldig had gehandeld. Een andere rechter vond zelfs dat in elk geval overheidsorganen, maar ook netbeheerders, onder omstandigheden uit zichzelf de bij hen bekende informatie over de diepteligging moeten verstrekken. De vastgestelde feitelijke omstandigheden bepalen in dit soort gevallen of een schadeclaim (deels) kan worden afgehouden.

C

RM

C

RM


Beoordeel een claim kritisch

Verplichtingen van een netbeheerder

Beoordeel de schadeclaim van een netbeheerder kritisch en verwacht dit ook van uw verzekeraar! • Zorg altijd dat u begrijpt wat u betaalt voordat u gaat betalen! • Vraag facturen van derden op en vraag uitleg of onderbouwing als deze ontbreekt. • Wees alert op allerlei bijkomende kosten, zoals verhaals- en administratiekosten en kosten van de normale bedrijfsvoering die worden doorberekend. • Is de gekozen herstelmethode efficiënt en treedt er geen verbetering op ten opzichte van de bestaande situatie? Kunnen de monteursuren worden verklaard en stemmen ze overeen met uw eigen waarnemingen? Maak anders (beargumenteerd) bezwaar. • Laat u niet onder druk zetten door een doorlopend incassoproces, maar treed wel actief op. • Roep de hulp in van CUMELA als u er niet uitkomt, daar zijn we voor!

• De netbeheerder moet na een Klic-melding digitale tekeningen verschaffen van alle netten, waarbij voor aansluitleidingen een overgangsperiode geldt tot 1 januari 2028 • De netbeheerder moet als een grondroerder hierom vraagt zo snel mogelijk en in elk geval binnen drie werkdagen aanvullende informatie over de Klic-tekeningen verstrekken • In sommige gevallen zal een netbeheerder vanuit zichzelf informatie moeten verstrekken, maar dat is sterk afhankelijk van de omstandigheden. Als een netbeheerder ook na het nodige aandringen niet voldoet aan de genoemde verplichtingen, kunt u Agentschap Telecom inschakelen.

meter kunt u niet zonder meer doorwerken. U zult dan verder moeten zoeken en desnoods de netbeheerder erbij moeten halen. U kunt er ook voor kiezen om te graven met voorsteken of grond weg te borstelen of te zuigen, hetgeen bijvoorbeeld rondom bomen of midden in de stad goed kan werken. Het allerbelangrijkste is dat een gravende partij goed om zich heen blijft kijken, luistert naar wat mensen tegen hem zeggen en zijn gezonde verstand blijft gebruiken. Als er lantaarnpalen staan, maar er staat niets op de tekening, dan klopt er iets niet. Zo valt ook te verwachten dat er aansluitingen lopen vanaf de straat naar gebouwen, ook al heeft u daar geen informatie van.

Klopt het dat netbeheerders een mantel­ beschadiging gratis herstellen? Beheerders van elektriciteits- en gasnetten kennen inderdaad een dergelijke regeling. U moet dan wel de schade zelf direct bij de netbeheerder melden en de levering mag niet onderbroken zijn. Verder moeten de Klic-tekeningen ter plaatse zijn en moet u zorgvuldig te werk zijn gegaan. Met name dat laatste kan nog wel eens tot discussie leiden met de netbeheerder. De netbeheerders hopen hiermee te bereiken dat u het gat niet snel dicht gooit en het bedrijf na een half jaar of nog langer wordt geconfronteerd met een leveringsprobleem doordat

OMLEGGING

de kabel ter plaatse door inwateren alsnog stukgaat of alsnog bezwijkt doordat de mantelbuis uit vorm is gedrukt. Het is overigens ook in uw eigen belang om dergelijke beschadigingen niet te laten zitten omdat u denkt dat het wel meevalt en door wilt met uw werk. Als u zoiets niet meldt, kunt u namelijk een boete krijgen, schadeclaims lopen met name door allerlei opsporingswerkzaamheden hoog op en bovendien kunt u de gevolgen niet overzien. U moet de beschadiging melden aan de netbeheerder en deze kan de benodigde actie ondernemen, waarbij de kosten in veel gevallen voor zijn eigen rekening blijven. Voorbeelden van de regeling zijn te vinden op www.stedin.net (ga naar ‘Zakelijk’, kies onder ‘Kies uw branche’ voor ‘Aannemers’ en ga vervolgens onder ‘Regelingen en richtlijnen’ naar ‘Voorbereiden en uitvoeren werkzaamheden’). Meer informatie is ook te vinden op www.liander.nl (ga onder ‘Partners’ naar ‘Aannemers & Installateurs’ naar ‘Gratis reparatie na schade’. Heb je suggesties of mooie voorbeelden? We horen ze graag!

TEKST: Herman Arissen, stafmedewerker verzekeringstechniek ILLUSTRATIE: Rob Mulder

WERKINSTRUCTIE

WERKVOORBEREIDING

Graaf alleen na instructie van de aannemer!

De aannemer controleert nog één keer, je weet maar nooit wie er nog een kabeltje neer heeft gelegd......

De netbeheerders leggen kabels en buizen om

F

IJ

R

D

E

B

L

E

M

U

C

B

A

R

V B

E

D

L

U

M

O

R

C

RM

C

C

RM

RM

GRONDIG 6 2018

65


ondernemen met

cumela

BEDRIJVIG

Actualiteiten • Per 1 september 2018 is Thijs Veneklaas Slots bedrijvenadviseur in

• De N318 (Winterswijk-Varsseveld) ondergaat in 2021 groot onderhoud.

Overijssel. Nog maar sinds een jaar was dat Gerben Zijlstra, maar hij stopt daarmee eerder dan was voorzien. Gerben start namelijk op diezelfde datum als beleidsmedewerker bodem bij CUMELA Nederland. Thijs werkt sinds september 2015 bij CUMELA en kent de sector al door en door. • Keukentafelgesprekken: in een kleine groep leren ondernemers van elkaar. In Gelderland is er in totaal drie keer een kleine groep ondernemers bijeengekomen. Er werd gesproken over planning en omgang met klanten en er was een avond speciaal voor zzp’ers. Een mooie en laagdrempelige opzet, waarbij iedereen met praktische tips en ideeën naar huis ging. Interesse? Vraag Gerwin Otten naar de mogelijkheden. • Lijkt bedrijfsopvolging of een bedrijfsovername op uw bedrijf nog ver weg? Praat er toch eens over met uw bedrijvenadviseur, maak uw wensen kenbaar, bespreek de mogelijkheden. Afgelopen tijd zijn er bij diverse lidbedrijven mooie stappen gezet. • CUMELA Nederland en CUMELA Verzekeringen hebben in ZuidLimburg voor alle grondroerders een voorlichtingsbijeenkomst georganiseerd over zorgvuldig graven en het voorkomen van graafschades binnen de nieuwe richtlijn grondroeren (CROW 500).

CUMELA is gevraagd om knelpunten voor landbouwverkeer aan te geven en samen met de wegbeheerders en eigenaar te zoeken naar een oplossing. We nemen met een aantal leden deel aan het overleg met de provincie Gelderland over de inrichting en het gebruik van de N318 voor landbouwverkeer.

NIEUWE LEDEN

De afgelopen periode hebben acht bedrijven zich ingeschreven als lid van CUMELA Nederland:

• KNOOPS TRANSPORT • LAHUIS EASTERMAR • AGROSERVICE DE WINTER • GRONDVERZETBEDRIJF W. HAVERMANS • MARTON VAN BEURDEN

Het goede doen Onderweg op de A28. Bij Hattem voegt een autootje in, met drie meisjes aan boord. Het autootje schuift in één beweging achter een vrachtwagen langs door naar de (volle) linkerbaan. Op het moment dat het autootje de vrachtwagen bijna heeft ingehaald, gaat de hele linkerbaan hard in de remmen. Autoo tje zit veel te dicht achter de voorganger. Autootje bedenkt zich geen moment en rukt het stuur naar rechts. Wat helemaal niet kan, want daar rijdt de vrachtwagen (een oplegger, geladen met stenen, moet je niet mee stunten). De chauffeur reageert in een reflex. Remt bij en stuurt beheerst, zonder paniek, de zware combinatie de vluchtstrook op en rijdt daar rustig door totdat het autootje voorbij is. De man is een vakman, zoveel is duidelijk. Hij voorkwam zojuist een ernstig ongeluk. Of het autootje in de gaten had wat het (bijna) veroorzaakte, vraag ik me af. Toch deed de vrachtwagenchauffeur in een reflex het goede. In plaats daarvan had hij ook op de rechterbaan kunnen blijven. Zijn combinatie had het autootje wel kunnen hebben. Dat doe je natuurlijk niet. Je wilt geen ernstig

66

GRONDIG 6 2018

ongeluk, je wilt het goede doen. Of dat autootje dat nu in de gaten heeft of niet. Voor zulk gedrag is een woord: integriteit. Zo sprak ik pas enkele bestuursleden van CUMELA over het ondertekenen van de integriteitsverklaring. De bestuurders verklaren met het ondertekenen daarvan onder andere ‘naar eer en geweten te zullen handelen’. Als ondernemer, als bestuurder, als mens. Ook zij willen het goede doen, de ene keer in een reflex (zoals de vrachtwagenchauffeur), de andere keer vraagt een keuze denkwerk. En dat is best een uitdaging. Ook deze bestuurders weten heel goed dat ondernemen betekent dat je risico’s neemt, de grenzen opzoekt. Maar zoals één van hen zei: “De grens opzoeken is wat anders dan er overheen gaan.” Ik vind het geweldig dat wij zulke bestuurders hebben. Integriteit: het goede doen, ook als niemand kijkt. En zeg nu zelf: iedereen wil toch net zo messcherp zijn als die chauffeur? Theo Felten, bedrijvenadviseur

OSPEL EASTERMAR UITHUIZEN LAGE ZWALUWE NIEUWKUIJK


De vooruitgang ervaren.

R 920 Compact Litronic: een nieuwe eďŹƒciĂŤnte en compacte graafmachine Speciaal ontworpen voor stedelijk gebied en voor plaatsen waar weinig ruimte beschikbaar is Vele uitrustingsvarianten en opties geschikt voor elke inzet Eenvoudig te transporteren Hoge presentaties voor meer productiviteit

Wynmalen & Hausmann Import N.V. Ressenerbroek 7 6666 MP Heteren Tel.: +31 26 47 90 531 E-mail: info@wynmalenhausmann.nl www.facebook.com/LiebherrConstruction www.wynmalenhausmann.nl


DEUTZ-FAHR 6-SERIE. DE BESTE TECHNOLOGISCHE MIX IN ZIJN KLASSE NU TIJDELIJK VERKRIJGBAAR MET GRATIS OPTIES. akket Gratis optiep 0* ,0 vanaf € 9.000 Actielease: 0.49% den voor 36 maan

De 6165, 6175 en 6185 traktoren uit de 6-serie nu met een gratis optiepakket vanaf € 9.000,00*. Of u nu kiest voor een 4- of 6-cilinder motor, powershift, RCshift of TTV transmissie, u maakt uw trekker compleet door te kiezen voor een optiepakket naar uw keus. Standaard zijn de traktoren voorzien van zuinige Deutz motoren met resp. 157, 169 en 181 pk (nominaal vermogen), transmissies met zeer gereduceerd motortoerental tijdens transport (zelfs 1158 omwentelingen bij 40 km/u voor de 6185 RCshift), 4-toerige aftakas, Maxi-Vision cabine met airconditioning en InfocentrePro. Daarnaast biedt de 6-serie een scala aan opties waaronder tot max. 7 electrische ventielen, load-sensing pompen tot 170 liter per minuut, hefkracht tot 9700 kg, luchtgeveerde cabine, af fabriek gemonteerde fronthef en frontaftakas, geveerde vooras, GPS en iMonitor t.b.v. GPS-, trekker-, ISOBUS- en TIM-instellingen. Ga voor meer informatie naar uw dichstbijzijnde DEUTZ-FAHR dealer.

Aktie is geldig tot en met 30 september 2018. *informeer bij uw DEUTZ-FAHR dealer naar de condities

Bezoek ons op ATH stand 4.01 veld D.

DEUTZ-FAHR een merk van


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.