#11 FIRST THINGS FIRST | HERFST 2016
INNOVATIE MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
Rekruteren met
Select Actiris,
eenvoudig en gratis.
biedt diensten aan die uw aanwerving vereenvoudigen. • Een consultant gespecialiseerd in uw activiteitensector • Een selectie van maximum 6 kandidaten die aan het gewenste profiel voldoen • Tips om uw loonkosten te optimaliseren • Administratieve ondersteuning bij het aanwerven van jongeren en stagiairs
Om gratis gebruik te maken van onze diensten, surf naar www.actiris.be
Werkgevers vertrouwen ons! Ontdek de getuigenis van
Actiris verandert de toekomst van uw bedrijf
op pagina 15.
www.actiris.be Met de steun van de Europees sociaal fonds
VOORWOORD
N
og nooit waren zoveel wetenschappers, ingenieurs en onderzoekers aan de slag in ons land. De voorbije jaren investeerden we opvallend meer in O&O. Meer dan Nederland en Frankrijk. Van onze buurlanden doet alleen Duitsland beter. Onze peiling bij bijna 500 bedrijven leert dat 76% vandaag één of meerdere innovatieprojecten heeft lopen. En toch stoot ons land volgens de Global Innovation Index 2016 niet door tot de top tien van ‘s werelds meest innovatieve economieën. Nederland staat op 9, Duitsland op 10. Maar we versterken onze positie. Vorig jaar stonden we 25ste, vandaag
twee plaatsen hoger. Binnen de EU bekleedt ons land volgens het Innovation Scoreboard van de Europese Commissie een 7de plaats qua innovatiegraad. Daarmee vallen we net buiten het Europese koppeloton van ‘Innovation Leaders’, maar behoren we tot de eerste groep achtervolgers. VERMARKTBARE INNOVATIE Ondanks onze toenemende investeringen in O&O verbeterden de relatieve groeiprestaties van ons land niet echt. Misschien is het nog te vroeg om nu al resultaten te zien? Spelen andere factoren een negatieve rol (vergrijzing, traDE GROOTSTE ge begrotingsconsolidatie…)? Of SUCCESSEN WORDEN is de impact van de hedendaagse innovaties op het groeipotentieel GEBOEKT WANNEER minder ingrijpend dan pakweg INNOVATIE BEHALVE de uitvinding van de elektriciteit, DE BEDRIJFSGRENZEN de telefonie en het internet? Of slagen we er gewoon te weinig in DOORBREEKT, OOK om onze toenemende O&O-inDIE VAN SECTOREN spanningen om te zetten in vermarktbare goederen en diensten? OVERSCHRIJDT Blijft de feitelijke realiteit dat het zonder klassieke, ‘monetaire’ economische groei moeilijk wordt om jobs te creëren of de financiering van onze sociale zekerheid te verzekeren. Vandaar het belang dat innovatie ook leidt tot betere, vermarktbare producten en diensten en tot businessmodellen die welvaart en jobs creëren. Daartoe moeten we een aantal klassieke innovatieremmers verder wegwerken: de te hoge loonkosten, het beperkte aantal technisch en PIETER TIMMERMANS technologisch geschoolden GEDELEGEERD (o.a. de STEM-richtingen) BESTUURDER VBO en een te uitgebreide
en rigide regelgeving die innovatie belemmert. Daarnaast is er natuurlijk meer dynamisch ondernemerschap nodig. OVER GRENZEN HEEN Ten slotte zullen bedrijven, sectoren, onderzoekscentra, universiteiten en overheidsdiensten nog nauwer moeten samenwerken, los van geografische, sector- en bedrijfsgrenzen. Succesvolle innovatieprojecten spelen zich immers steeds vaker af over deze grenzen heen. En dat besef groeit, zo blijkt uit onze peiling. Meer dan 60% van de bedrijven innoveert vandaag al samen met derden. Dat is ook logisch, want het is enkel door de krachten te bundelen en gebruik te maken van de bestaande expertise bij de talrijke innovatieactoren in ons land, dat we elkaars zwaktes kunnen opheffen en snel en efficiënt de vereiste kritische massa bereiken voor succesvolle innovatie. Anno 21ste eeuw wordt het succes van innovatie bepaald door de gedeelde ambitie van verschillende spelers die samen uit hun natuurlijke comfortzone en bekende denkwereld treden om echt te innoveren. Die boodschap stond centraal op het VBO-Forum ‘Innovation across Borders’ van 20 september 2016. Zowat 1.000 C-levels, briljante denkers en academici, innovatieve ondernemers en disruptieve start-ups verzamelden in de Brusselse kunsttempel BOZAR om zich te laten inspireren of ideeën, ervaringen en knowhow uit te wisselen. In deze editie van REFLECT gaan we dieper in op het belang van die innovatie ‘zonder grenzen’, zetten we 40 best practices in de kijker en geven we als bruggenbouwer aanbevelingen om zowel bedrijfsleiders, jonge ondernemers, academici als beleidsmakers vooruit te helpen en zo te zorgen dat België binnenkort de Europese kopgroep innovatieve landen vervoegt. Veel leesplezier!
MICHÈLE SIOEN VOORZITTER VBO
© DANIEL RYS 1
INNOVATIE - MINDER GR
IN DIT NUMMER
WHY
WHAT
04 INNOVATIE CRUCIAAL VOOR CONCURRENTIEKRACHT EN WELVAART
16 INNOVATIE 40 BEST PRACTICES
Nog nooit werd zoveel aandacht besteed aan innovatie, ondernemerschap en onderzoek & ontwikkeling (O&O). Of stonden de verwachtingen van de technologie zo hooggespannen. Even zelden waren zoveel wetenschappers, ingenieurs en onderzoekers aan de slag. En dat is maar goed ook, want innovatie is cruciaal voor de competitiviteit en welvaart van ons land.
2 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
Wat zijn sterke innovatievoorbeelden? In de zoektocht naar best practices tastten we het innovatielandschap bij onze ondernemingen af. Eén boodschap staat als een paal boven water: het succes van een innovatieproject is recht evenredig met de mate waarin het slaagt grenzen te overschrijden. Grenzen van welke aard ook: tussen landen, regio’s, culturen, sectoren of bedrijven. Synergie en samenwerking zijn de sleutels tot succes.
ENZEN, MEER KANSEN
© TOON COUSSEMENT
Edward Roosens, Chief Economist, Executive Manager van het Competentiecentrum Economie & Conjunctuur, Morgane Haid en Raf Van Bulck, beiden attaché bij het Competentiecentrum Economie & Conjunctuur, hebben de redactionele inhoud van dit nieuwe REFLECT-nummer verzorgd.
WHO
HOW
THEMA’S 62 VENNOOTSCHAPSBELASTING HET VBO BLIJFT VOORSTANDER VAN EEN SUBSTANTIËLE VERLAGING
64 MOBILITEITSBUDGET CONCREET VOORSTEL LIGT KLAAR
42 PASSION AND PURPOSE Tien jaar geleden heetten de hoofdspelers in de gsm-markt Nokia en Blackberry, en waren Scandinavië en Japan de globale hotspots. Sindsdien zette Silicon Valley die sector naar zijn hand en deelt onder meer Google vandaag de lakens uit. Het toont aan in welke mate de uitvindingen die ten zuiden van San Francisco worden gelanceerd heel snel een directe impact hebben op het dagelijkse leven van mensen wereldwijd. Over het wel en wee achter het stormachtige succes van Google, Thierry Geerts, CEO Google België.
52 VAN INNOVATIEVOLGER NAAR -LEIDER
65 INVESTERINGSKLIMAAT LOONMATIGING, INDEXSPRONG EN TAX SHIFT ZORGEN VOOR INVESTERINGEN ÉN JOBS
66 BTW VBO-PRIORITEIT VERWEZENLIJKT DANKZIJ BESTEMMINGSDOCUMENT
67 BREXIT NAAR EEN DUURZAME RELATIE MET DE BRITTEN
Zowel de overheid als de bedrijfswereld moeten inspanningen leveren om van België een Europese innovatieleider te maken. Vandaag is ons land immers nog altijd meer ‘volger’ dan pionier. Dit hoofdstuk bundelt een aantal aanbevelingen zowel voor de bedrijven als de overheid om onze innovatieslagkracht op een hoger niveau te tillen.
68 AUDITHERVORMING EEN PRAGMATISCHE AANPAK
60 THEMA’S Een selectie van dossiers waarop onze experts vandaag actief zijn.
70 SOCIALE RECHTSPRAAK 72 VBO AGENDA 3
INNOVATIE CRUCIAAL VOOR CONCURRENTIEKRACHT EN WELVAART
WHY Nog nooit werd zoveel aandacht besteed aan innovatie, ondernemerschap en onderzoek & ontwikkeling (O&O). Of stonden de verwachtingen van de technologie zo hooggespannen. Even zelden waren zoveel wetenschappers, ingenieurs en onderzoekers aan de slag. En dat is maar goed ook, want innovatie is cruciaal voor de competitiviteit en welvaart van ons land.
Technologische vooruitgang en innovatie creëren een comfortabeler leven voor iedereen. Daarnaast kan innovatie ook oplossingen bieden voor de grote maatschappelijke uitdagingen waarmee onze samenleving wordt geconfronteerd. Sommigen waarschuwen dan weer voor de risico’s en gevaren van automatisering en artificiële intelligentie, o.a. voor de werkgelegenheid. De antwoorden zijn even talrijk als de vragen. Is innovatie absoluut noodzakelijk? Wat houdt innovatie nu eigenlijk in? Is België nog wel een aantrekkelijke plaats om te innoveren? En zo ja, innoveren Belgische bedrijven voldoende?
1.
Een mogelijke verklaring volgens de Franse economist Philippe Aghion is dat de geïndustrialiseerde wereld een technologische grens heeft bereikt. Na de Tweede Wereldoorlog stuwden de Verenigde Staten de wereld vooruit op technologisch vlak, terwijl Europa zijn economie heropbouwde. Later, in de periode 19501980, werden Amerikaanse ideeën en best practices door Europa overgenomen waardoor de productiviteit en economische groei decennialang in sneltempo toenamen. Diezelfde economische groei stelde België ook in staat om zijn sociaal model uit te bouwen.
1.1. INNOVATIE STUWT ECONOMISCHE GROEI Innovatie helpt om de beschikbare middelen efficiënter te benutten, problemen op te lossen en nieuwe technologie en producten te ontwikkelen. Op langere termijn is het de belangrijkste bron van economische groei en een hogere levensstandaard.
Maar vandaag staat onze economische BOTST EUROPA, EN groei lager dan een vierde van het niveau DUS OOK BELGIË, OP van de jaren 60. Botsen EEN TECHNOLOGISCHE we, samen met de GRENS? Verenigde Staten en andere geïndustrialiseerde landen, op een technologische grens? Het kopiëren van best practices volstaat niet langer om de economische groei te stuwen. In veel gevallen passen we die immers al toe. In de toekomst bestaat de enige weg voorwaarts er dus uit om die technologische grens zelf te verschuiven. Of zoals het werd geformuleerd op het recente Wereld Economisch Forum: “We must shift from efficiency driven growth to innovation driven growth”.
Sinds de financieel-economische crisis in 2009 worden België en tal van andere landen geconfronteerd met een structurele vertraging van de economische groei en dus een stagnerende welvaartstoename. We kunnen enkel nog dromen van de groei die we in de jaren 60 kenden: gemiddeld 4,8% per jaar. In de jaren 70 ging het iets trager, maar realiseerde ons land nog altijd een gemiddelde groei van 3,6% per jaar. In de jaren 80 en 90 was dat gemiddeld nog slechts 2,2% om vanaf de financiële crisis te zakken tot gemiddeld 1,1% per jaar.
Willen we ons welvaartspeil behouden en ons sociaal model betaalbaar houden, moeten we de economische groei opnieuw aanzwengelen. Sterker inzetten op innovatie en zo het technologische plafond doorbreken, is het beste middel waarover we beschikken om te blijven groeien. Want niet groeien betekent minder werkgelegenheid, wat de facto leidt tot de onbetaalbaarheid van ons sociaal model.
HET BELANG VAN INNOVATIE
De innovatieperformantie van een land is cruciaal voor de nationale competitiviteit en welvaart. Concreet worden België en andere geïndustrialiseerde landen geconfronteerd met drie belangrijke uitdagingen die we enkel zullen kunnen oplossen door in te zetten op innovatie: • een verzwakking van de trendmatige economische groei; • toenemende internationale concurrentie; • megatrends, zoals klimaatverandering, vergrijzing en toenemende verstedelijking.
5
WHY 1.2. ANTWOORD OP TOENEMENDE CONCURRENTIE Niet enkel de economische groei en welvaartstoename stagneren. Bedrijven worden door de globalisering ook geconfronteerd met toenemende internationale concurrentie. Vijftig jaar geleden moesten bedrijven enkel rekening houden met enkele lokale concurrenten om competitief te blijven. Vandaag de dag krijgt eenzelfde bedrijf concurrentie uit Oost-Europa, Azië en de rest van de wereld. Dankzij de globalisering is het eenvoudiger dan ooit om prijzen en producten online te vergelijken en producten aan de andere kant van de wereld te bestellen. Bovendien lijkt het tempo van verandering almaar te versnellen. Technologische innovaties verstoren steeds vaker de status quo in bestaande markten en sectoren. Denk maar aan bedrijven als Uber, Airbnb®, Apple en Google die bestaande markten en businessmodellen fundamenteel omgooien en de harde concurrentie aangaan met lokale spelers. De reactie van bedrijven op die evolutie kan in drie groepen worden verdeeld: 1. bedrijven die zich niet kunnen aanpassen, zullen moeten herstructureren of zullen zelfs niet overleven; 2. bedrijven die continu de productiviteit en kostenpositie verbeteren om competitief te blijven; 3. en bedrijven die behalve concurreren op prijs, ook proberen een uniek product of dienst aan te bieden waarmee ze zelf de internationale markt veroveren. Het zijn vooral de ondernemingen uit de derde categorie, de bedrijven die inzetten op innovatie, die zullen slagen om internationaal marktaandeel te winnen. Dat zijn immers de bedrijven die zichzelf continu uitdagen om hun producten en diensten te verbeteren, om hun organisatie efficiënter te maken en om innovatieve producten op de markt te brengen die zorgen voor potentiële groei in een globaal competitieve omgeving.
* Frascati Manual (OECD, 2002), P.254. 6 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
1.3. MEGATRENDS AANPAKKEN Tot slot is innovatie de drijvende kracht in de zoektocht naar oplossingen voor wereldwijde uitdagingen. Terwijl we streven naar meer economische groei, moeten we tegelijk minder broeikasgassen uitstoten en de beschikbare natuurlijke grondstoffen efficiënter benutten. We moeten bovendien meer voedsel produceren voor een steeds groeiende en rijker wordende wereldbevolking en simultaan de milieuvervuiling terugdringen, de ontbossing tegengaan en de waterverspilling beperken. Ten slotte worden we op het vlak van gezondheidszorg geconfronteerd met een verouderende bevolking die nood heeft aan betere – maar ook steeds duurdere – medische zorg. Die uitdaging en voorbeelden tonen duidelijk het belang aan om onze innovatiekracht te stimuleren. Zonder verdere economische groei kunnen we onmogelijk ons economisch model behouden. Zonder competitieve bedrijven zullen we wereldwijd kansen missen. En zonder de grote maatschappelijke uitdagingen te bedwingen, zal de wereld een minder aangename plaats worden voor ons om te leven. Kortom, innovatie is cruciaal voor onze maatschappij.
INNOVATIE GAAT VEEL VERDER DAN HET LOUTER CREËREN VAN NIEUWE KENNIS OF ONTWERPEN VAN PROTOTYPES
2.
INNOVATIE IS MEER DAN O&O
Vaak worden Onderzoek en Ontwikkeling (O&O) en innovatie door elkaar gebruikt alsof ze dezelfde betekenis hebben. Eigenlijk zijn het twee verschillende concepten. O&O vormt slechts één, zij het belangrijk, onderdeel van het innovatieproces. De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) hanteert de volgende definitie van O&O*: “Al het creatief werk dat op systematische wijze verricht wordt ter vergroting van de hoeveelheid kennis, met inbegrip van de kennis van de mens, de cultuur en de samenleving, evenals het gebruik van deze hoeveelheid kennis voor het ontwerpen van nieuwe toepassingen”. O&O heeft dus tot doel om nieuwe kennis te produceren en eventueel nieuwe toepassingen (prototypes) hiervan te ontwerpen. Opvallend afwezig in deze definitie is het luik ‘effectief vermarkten en zorgen voor toegevoegde waarde en tewerkstelling’ wat wel fundamenteel deel uitmaakt van innovatie.
WHY Innovatie gaat namelijk veel verder dan het louter creëren van nieuwe kennis of ontwerpen van prototypes. Naast onderzoek en ontwikkeling omvat het innovatieproces andere componenten, zoals de marktintroductie van nieuwe of verbeterde producten en de vormgeving ervan, de verwerving van ‘geïntegreerde’ (bv. aankoop van geavanceerde machines) en ‘niet-geïntegreerde’ technologieën (bv. aankoop van octrooirechten en licenties) en het uitwerken van nieuwe businessmodellen waarbinnen innovatie beter gedijt. O&O kan dus beschouwd worden als een inputfactor in het innovatieproces. Beide zijn aan elkaar gelinkt, maar ze moeten niet noodzakelijk samen plaatsvinden. Een onderneming kan zich baseren op intern of extern ontwikkelde kennis en die toepassen om een nieuw of verbeterd product te lanceren (productinnovatie). Of om in te spelen op nieuwe marktomstandigheden (markt- of businessmodelinnovatie). Of nog, om het productieproces anders te organiseren (procesinnovatie). Met andere woorden, een onderneming kan innovatief zijn zonder zelf aan O&O te doen.
EEN ONDERNEMING KAN BEST WEL INNOVATIEF ZIJN ZONDER ZELF AAN O&O TE DOEN
3.
Naarmate de toegang tot scholing en de arbeidsmobiliteit toenamen, werd het almaar moeilijker om alle expertise binnen één organisatie te verzamelen en onderzoeksresultaten binnen de onderneming te houden. Bovendien kwamen steeds meer innovatieinitiatieven van andere bedrijven in de waardeketen. Samenwerking kon dus niet langer uitblijven. De maatschappelijke uitdagingen die een oplossing vereisten, werden met de dag complexer en de innovatie geavanceerder. Veel innovaties combineren vandaag immers uiteenlopende technologietypes en vereisen dus expertise uit verschillende bedrijven en sectoren. Om met die veranderingen om te gaan, zochten bedrijven alternatieve manieren om het innovatieproces te beheren. Het resultaat is ‘open innovatie’ (figuur 2), een concept van Henry Chesbrough, professor aan de HAAS Business School van de Universiteit van Californië - Berkeley, die het in 2003 bedacht in zijn gelijknamige boek. FIGUUR 2 - OPEN INNOVATIE ONDERZOEK
ONTWIKKELING
Nieuwe markt
VAN GESLOTEN NAAR OPEN INNOVATIE
Onderzoeksprojecten
Tot midden jaren 90 vond innovatie vooral plaats in ‘gesloten innovatie’-systemen (figuur 1). Het volledige innovatieproces werd binnen de grenzen van individuele – hoofdzakelijk grote – ondernemingen beheerd. De verworven kennis en onderzoeksresultaten bleven zoveel mogelijk onder de controle van diezelfde onderneming en werden zoveel mogelijk beschermd en geheimgehouden. Maar sociaaleconomische evoluties zetten dit systeem van gesloten innovatie onder druk waardoor het innovatieproces zelf aan vernieuwing toe was. FIGUUR 1 - GESLOTEN INNOVATIE ONDERZOEK
ONTWIKKELING Grenzen van het bedrijf
Onderzoeksprojecten De markt
REPRINTED WITH PERMISSION OF HARVARD BUSINESS PUBLISHING, COPYRIGHT 2003; ALL RIGHTS RESERVED
Huidige markt
Grenzen van het bedrijf
In een open innovatiesysteem zoekt een onderneming niet enkel binnen de eigen muren naar ideeën en kennis, maar ook bij universiteiten, publieke onderzoekscentra, start-ups en andere bedrijven (klanten, leveranciers en zelfs concurrenten). Voor intern ontwikkelde kennis wordt dan weer naar alternatieve afzetmarkten gezocht via licenties, joint ventures of spin-offs. Bovendien wordt het ‘first mover advantage’ belangrijker omdat de bescherming van kennis moeilijker is geworden en almaar meer doorbraakinnovaties netwerkgebonden zijn. Vliegwieleffecten zijn dus legio. Wie als eerste een kritische massa aan gebruikers of businesspartners kan bereiken, staat uiterst sterk.
REPRINTED WITH PERMISSION OF HARVARD BUSINESS PUBLISHING, COPYRIGHT 2003; ALL RIGHTS RESERVED
7
WHY
EFFICIËNTE CLUSTERS VERKORTEN DE TIME-TOMARKET
Vandaag zijn samenwerking, (al dan niet) open innovatie en clusters noodzakelijk voor Belgische bedrijven die zich willen onderscheiden en competitief blijven. Kwaliteitsvolle onderzoeks- en kennissystemen dragen bij tot een betere verspreiding van kennis en de realisatie van innovatie. Dat stelt op zijn beurt de ondernemingen in staat om meer gesofisticeerde activiteiten en producten te ontwikkelen die moeilijker door anderen te kopiëren zijn. Efficiënte clusters verkorten ook de time-to-market dankzij de ruimere testmogelijkheden en het hergebruik van bestaande technologische componenten. Bovendien kunnen bedrijven via de clusters de expertise en contacten van partners genieten om sneller en efficiënter toegang te krijgen tot markten. De Belgische voorbeelden van sectorale, open innovatie zijn talrijk. Denk maar aan de clusters rond het Vlaamse imec (Interuniversitair centrum voor micro-elektronica) en VIB (Vlaams Instituut voor Biotechnologie). In het zuiden van het land maakte het Waalse Marshallplan technologieclusters zoals BioWin – gespecialiseerd in biotechnologie en gezondheid – mogelijk. En in verscheidene sectoren creëerden de sectorfederaties collectieve centra voor sectorale O&O die zorgen dat O&O ook toegankelijk wordt voor kmo’s. Tot slot vormen ook ondernemingen onderling innovatieclusters. Voorbeelden daarvan zijn de chemiecluster in Antwerpen en de textiel- en voedingscluster in West-Vlaanderen. Toch is er inzake open innovatie over geografische en sectorgrenzen heen nog altijd verbetering mogelijk in ons land. Hoewel veel bedrijven al samenwerken op sectoraal niveau, blijft de samenwerking tussen clusters onderling of over sectorgrenzen heen nog vrij beperkt. Jammer, want de grootste successen zijn het resultaat van innovatie over de bedrijfs- en de sectorgrenzen heen. Denk maar aan de koffiepadrevolutie, een huwelijk tussen de huishoudelektro- en de voedingssector, of de samenwerking tussen de materiaaltechnologie- (batterijen), de auto- en energiesector voor de ontwikkeling van elektrische auto’s.
4.
BELGIË IS EEN EUROPESE INNOVATIEVOLGER
In een Europese context presteert België niet slecht op het vlak van innovatie, maar er is ruimte voor verbetering. Volgens de jaarlijkse Innovation Union Scoreboard van de Europese Commissie komt België op de 7de plaats in de EU-rangschikking. Hiermee zijn we één van de Europese ‘innovation followers’ (innovatievolgers), een groep van zeven landen die in de buurt van het EU-gemiddelde presteren. Hierin bevinden zich ook het Verenigd Koninkrijk, Luxemburg en Frankrijk. Dit jaar sluit Nederland aan bij de groep van ‘innovation leaders’ (innovatieleiders) die significant beter presteren dan het EU-gemiddelde en dus aan kop van het Europese peloton staan. Tot deze groep behoren ook Duitsland, Finland, Denemarken en Zweden. België maakte dit jaar de twee plaatsen die het vorig jaar verloor in het klassement opnieuw goed. Gezien de snelheid waarmee onze buurlanden vooruitgaan, is er werk aan de winkel om onze positie in de rangschikking te behouden en hopelijk te verbeteren.
FIGUUR 3 - INNOVATIEPRESTATIES VAN EU-LIDSTATEN 0,8
Score tussen 0 en 1
0,7 0,6 0,5 0,4 0,3 0,2 0,1 0 RO BG HR LV LT PL SK HU ES EL PT IT CZ MT EE CY Beperkte innovators
Matige innovators
SI EU FR AT LU UK BE IE NL DE FI DK SE
Innovatievolgers
Innovatieleiders
BRON: INNOVATION UNION SCOREBOARD 2016, EUROPESE COMMISSIE
8 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
Vergelijken we de EU-prestaties wereldwijd met enkele belangrijke economieën, dan blijkt dat de EU zelf middelmatig presteert.
BUSINESS IN HET BUITENLAND? Met BDO geen fiscale verrassingen!
BDO TELT
1.400 KANTOREN
Ons wereldwijde netwerk brengt de fiscale risico’s en opportuniteiten in kaart... ...Waarom zou u daar dan zelf tijd in stoppen of expertise over opbouwen?
154
VERSPREID OVER
LANDEN Ź Bent u zeker dat u aan alle fiscale verplichtingen voldoet? Ź Of dat u alle juridische en fiscale opportuniteiten benut? Ź Kent u de impact van de meest omvangrijke internationale fiscale omwenteling sinds decennia (“BEPS”) op uw business?
Onze experten zetten uw business op het juiste buitenlandse spoor! Neem contact op met Werner Lapage via werner.lapage@bdo.be Lees ook onze praktische leidraad: ‘Grenzen Verleggen’. Gratis te downloaden op www.bdo.be (ga naar Academy/ Publicaties/ Brochures) Ź Follow us Ź www.bdo.be
WHY BELGIË BLIJFT EEN INNOVATIEVOLGER IN DE RANKING VAN EUROPESE LANDEN Zo scoort Zwitserland hoger dan alle EU-landen. Buiten Europa doen vooral Zuid-Korea, de Verenigde Staten en Japan het beter dan het EU-gemiddelde. Australië en Canada presteren dan weer dicht bij het EU-gemiddelde, terwijl de BRICS-landen (Brazilie, Rusland, India, China en Zuid Afrika) veel minder goed presteren. Enkel China verkleint langzaam maar zeker zijn achterstand op de EU. 4.1. STERKTES EN ZWAKTES BELGISCH INNOVATIELANDSCHAP Wat zijn de sterktes en zwaktes van het Belgische innovatielandschap? Figuur 4 geeft een overzicht van de belangrijkste stimuli en obstakels voor innovatie in België. FIGUUR 4 - STERKTES EN ZWAKTES BELGISCH INNOVATIELANDSCHAP
STERKTES Menselijk kapitaal Sterke clusters Fiscale stimuli
ZWAKTES Hoge loonkosten Mismatch op de arbeidsmarkt Complexiteit van de regelgeving BRON: VBO
Met zijn kwalitatief hoogstaand menselijk kapitaal heeft België een belangrijke troef in handen. Volgens Eurostat-cijfers beschikte in 2015 36,9% van de 25- tot 64-jarigen over een diploma hoger onderwijs. Hiermee presteren we aanzienlijk beter dan het EU-gemiddelde (30,1%), én ook beter dan Nederland (35,3%), Frankrijk (34,1%) en Duitsland (27,6%). Bovendien is het Belgische onderwijs uitermate kwalitatief. Zo bereikt onze onderwijskwaliteit de 5de plaats op de wereldwijde competitiviteitsindex van het World Economic Forum. Ons wiskundig en wetenschappelijk onderwijs eindigt zelfs op de 3de plaats. Anderzijds kampt België wel met een functionele mismatch tussen aanbod en vraag van arbeidskrachten, waardoor veel bedrijven maar moeilijk geschikte werknemers vinden. * Bron: Eurostat. ** Bron: EY, ‘Barometer van de Belgische Attractiviteit 2015’. 10 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
Slechts 17,8% van de studenten die in 2014 een diploma hoger onderwijs behaalden, kwam uit een STEM-domein (Science, Technology, Engineering, Mathematics). Dat is minder dan het EU-gemiddelde (24,4%). Maar ook veel minder dan Duitsland (met 34,8% de Europese nummer één) en Frankrijk (24,7%)*. Met als gevolg dat veel arbeidsplaatsen waarvoor STEM-profielen nodig zijn, vacant blijven. Liefst 15% van de ondernemingen ervaart dat als een belangrijke hinderpaal voor hun innovatie-inspanningen*. Een sterk punt zijn dan weer onze sterke clusters, zowel bij universiteiten als ondernemingen en andere instellingen. Zoals de voorbeelden hierboven illustreren, beschikt België over heel wat publiek-private partnerschappen en samenwerkingen tussen innovatieve ondernemingen. In geen enkel Europees land werken meer bedrijven samen dan in België (24,3% van alle bedrijven). Nemen we enkel de innovatieve bedrijven in ogenschouw, dan loopt dit zelfs op tot 52%. Merk wel op dat vooral de grote ondernemingen samenwerken. Bij de kleine ondernemingen (tot 49 werknemers) werken 47,2% van de bedrijven samen, terwijl het percentage bij de grote ondernemingen (met meer dan 250 werknemers) oploopt tot 75,7%. En dat terwijl de potentiële voordelen groter zijn voor kleinere ondernemingen*. Een laatste pluspunt zijn de fiscale stimuli die O&O in België bevorderen. De gedeeltelijke vrijstelling van bedrijfsvoorheffing voor onderzoekers en de fiscale aftrek voor 80% van de inkomsten uit octrooien zijn cruciale hefbomen om investeringen in België te stimuleren en aldus aan te zetten tot meer onderzoek.
FISCALE STIMULI VOOR O&O VORMEN BELANGRIJKE INNOVATIEHEFBOMEN De belangrijkste innovatiehandicap waarmee België kampt, zijn de hoge loonkosten. Hogere loonkosten betekenen immers een kleiner budget voor andere uitgaven, zoals O&O, machines, ICT-uitrusting en innovatie. Bovendien doet het buitenlandse investeerders aarzelen om onderzoekscentra en andere activiteiten te vestigen op een plaats waar de loonkosten hun competitiviteit zouden kunnen schaden. Meer dan de helft van de buitenlandse ondernemingen in België aanwezig vindt de loonkostenhandicap een probleem voor de competitiviteit in vergelijking met andere landen. Meer dan twee derden is van mening dat de afschaffing van de automatische loonindexering een positieve impact zal hebben op de Belgische competitiviteit als investeringslocatie**. Bovendien blijft ondernemen in België te complex. Ons land staat op de 43ste plaats in de ‘Doing Business 2016’-ranglijst van de Wereldbank. Of één plaats lager dan vorig jaar.
SAMEN WETEN WE VAN AANPAKKEN
600.000 ton bedrijfsverpakkingsafval wordt jaarlijks gerecycleerd
Belgische bedrijven en afvalophalers leveren al 17 jaar samen met VAL-I-PAC groot werk in het beheren van bedrijfsverpakkingsafval. Vorig jaar werd er, van de 700.000 ton bedrijfsverpakkingen die op de Belgische markt gekomen zijn, maar liefst 600.000 ton gerecycleerd. Zo krijgt bijvoorbeeld zo goed als 100% van de kartonnen ]LYWHRRPUNLU ]HUKHHN UH NLIY\PR LLU UPL\^ SL]LU ,Ń?JPwU[ LJVUVTPZJO LU IL[LY ]VVY OL[ TPSPL\ 7YVWLY NLKHHU
SAMEN BEDRIJFSVERPAKKINGSAFVAL BEHEREN EN RECYCLEREN Ontdek hoe op www.valipac.be
Terwijl we in 2008 nog de 16de plaats bekleedden. De Belgische regelgeving is dan ook vaak erg ingewikkeld, wat leidt tot hoge administratieve kosten, vooral voor de kmo’s. Bovendien is het juridische kader vaak onduidelijk en weinig voorspelbaar (niet rechtszeker) en is het gerechtelijk apparaat traag en duur.
maat kon in 2012 55% van de Belgische ondernemingen als innovatief bestempeld worden (figuur 5). Hiermee presteren we beter dan het EU-gemiddelde en moeten we van onze buurlanden enkel Duitsland laten voorgaan. Van de Belgische bedrijven innoveerde 18% op het vlak van producten of processen, 9% op het gebied van organisatie of marketing en 29% combineerde beide soorten innovaties.
FIGUUR 5 - AANDEEL INNOVATIEVE BEDRIJVEN 80% % van totaal aantal bedrijven
4.2. BELGISCHE BEDRIJVEN STERK IN O&O Ondanks die pijnpunten in het innovatiekli-
70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% DE LU IE IT SE BE PT AT FR Beperkte innovators
(met inbegrip van de overheid, het hoger onderwijs en de private non-profitsector) liepen in 2014 op tot 2,5% van het bbp. Ook de O&O-uitgaven stegen sinds 2005 jaar na jaar. Toch haalt ons land nog altijd niet de Europese doelstelling van 3% van het bbp. Maar veel relevanter dan wat er geïnvesteerd wordt in O&O is natuurlijk wat er aan output uit voortvloeit.
BRON: EUROSTAT
FIGUUR 6 - INVESTERINGEN IN ONDERZOEK EN ONTWIKKELING IN 2014 3,5% 3,0% 2,5% % van het bbp
Vooral op het vlak van O&O – een belangrijk aspect van het innovatieproces – presteren Belgische bedrijven relatief goed. De Belgische bedrijven gaven in 2014 1,8% van het bbp uit aan O&O. Van onze buurlanden presteert enkel Duitsland beter (figuur 6). Bovendien stegen de uitgaven sinds 2005 voortdurend. De totale O&O-uitgaven
FI EL NL DK MT UK EU EE SI CZ CY HR SK ES LT HU LV BG PL RO (28) Innovatievolgers Innovatieleiders
Matige innovators
2,0% 1,5% 1,0% 0,5% 0,0% FI SE AT DK DE SI BE FR EU CZ NL IE UK HU IT LU ES EE PT BG MT PL HR SK LT EL LV RO CY Bedrijfsinvesteringen:
Innovatieleiders
Innovatievolgers
Eén van de belangrijkste indicatoren voor het O&O-resultaat is het aantal octrooiaanvragen (de stap die meestal, maar niet altijd, volgt op kenniscreatie of de ontwikkeling van een prototype). België doet per miljoen inwoners meer octrooiaanvragen (138) dan het Europese gemiddelde (113), maar minder dan sommige buurlanden. Er is een duidelijk verschil met Duitsland, dat met 275 octrooien per miljoen inwoners derde in de rangschikking staat. Gezien de hoge O&O-inspanningen en goede samenwerking van de Belgische bedrijven in clusters zijn die resultaten misschien wat minder goed dan verwacht. Dat valt onder andere te verklaren door de Belgische onderspecialisatie in sectoren, zoals de vervaardiging van informatica-, elektronische en optische producten, waar octrooien schering en inslag zijn. Als de octrooi-intensieve sectoren zwaarder zouden wegen in de Belgische economie, zouden de octrooiaanvragen aanzienlijk toenemen. Bovendien innoveren sommige sectoren wel sterk, maar vereisen hun innovaties (op het gebied van marketing en processen bijvoorbeeld) geen octrooien. Andere sectoren gebruiken dan weer andere beschermingsmiddelen, zoals de fabrieksmerken in de voedingsindustrie. 12 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
Matige innovators
Beperkte innovators
Totale investeringen (bedrijven, overheid, onderwijs en private nonprofit) BRON: EUROSTAT
BELGIË DOET PER MILJOEN INWONERS MEER OCTROOIAANVRAGEN DAN HET EUROPESE GEMIDDELDE
VERHOOG UW PRODUCTIVITEIT! Het nieuwe gamma mono laser printers van Brother werd speciaal ontwikkeld voor atletische printomgevingen, waar snelheid en volume belangrijk zijn. De mono laser printers kunnen tot wel 50 ppm in zwartwit afdrukken, en kunnen uitgerust worden met verschillende papierladen. Ze zijn uiterst betrouwbaar en hebben 3 jaar garantie*. Qua verbruik hoeft u zich geen zorgen te maken, want alle toestellen
kunnen in een economy modus afdrukken. Voeg daar nog eens de Managed Print Services aan toe en als onderneming hoeft u zich bovendien geen zorgen meer te maken i.v.m. verbruiksartikelen, service en lage afdrukkost gedurende een periode van 3 tot 5 jaar.
TOT
â‚Ź
240 CASHBACK** CASHBACK ** AFHANKELIJK VAN HET MODEL
Reeds beschikbaar vanaf â‚Ź235 incl. BTW
* Na registratie op www.brother.be ** Actie geldig vanaf 1 juli t.e.m. 30 september 2016. Meer informatie www.brother.be/cashback
w w w. b r o t h e r. b e
WHY Maar O&O en octrooien zeggen niet alles. De vraag is vooral of en hoe deze uitvindingen en octrooien vertalen in groei en jobs. 4.3. O&O-PRESTATIES VERTALEN ZICH TE WEINIG IN INNOVATIE, GROEI EN JOBS De Europese Commissie berekent daartoe een samengestelde indicator voor de economische effecten van de innovatie-inspanningen (figuur 7). Die indicator houdt onder andere rekening met de tewerkstelling in kennisintensieve activiteiten, de export van medium- en hightechproducten en de licentie- en patentinkomsten uit het buitenland. Ondanks de significante vooruitgang op het vlak van inkomsten uit licenties en octrooien en de verkoop van nieuwe innovatieve producten scoort België op deze outputindicator slechter dan Frankrijk, Nederland en Duitsland, en ook slechter dan het EU-gemiddelde. Op het vlak van vermarkting van innovatie moeten we dus duidelijk nog een tandje bijsteken.
FIGUUR 7 – ECONOMISCHE EFFECTEN O&O
innovatierangschikking (figuur 3) presteert België al bij al niet slecht, maar er blijft ruimte voor verbetering. Vooral op het vlak van innovatie over grenzen heen en het vermarkten van O&O-inspanningen. Hoewel bedrijven, meestal binnen sectoren, relatief goed samenwerken, blijven bepaalde opportuniteiten on(der)benut. Dat valt op voor de innovatie rond sommige complexe maatschappelijke uitdagingen waar bedrijven nog te weinig over sector- en geografische grenzen heen werken waardoor ze onvoldoende schaalgrootte bereiken. Dat heeft natuurlijk deels te maken met de sectorale en geografische versnippering van het Belgische innovatielandschap. Het is dan ook meer dan tijd dat de verschillende innovatieactoren elkaar beter leren kennen en nauwer gaan samenwerken, over de bedrijfs-, sector- en geografische grenzen heen. Met zijn Forum ‘Innovation across Borders’ (september 2016, www.innovationforum.be) poogt het VBO alvast een fundamentele bijdrage te leveren in het sensibiliseren en motiveren van zowel bedrijfsleiders, academici als beleidsmakers om te durven gaan voor innovatie over sectorale, bedrijfs- en geografische grenzen heen.
0,9 0,8 Score tussen 0 en 1
4.4. BESLUIT Met een 7de plaats op de globale Europese
0,7 0,6 0,5 0,4 0,3 0,2 0,1 0 LT BG HR LV RO PL EL EE PT SI ES IT AT CY SK CZ FI BE HU EU FR MT SE DE NL UK DK LU IE Beperkte innovators
Matige innovators
Innovatievolgers
Innovatieleiders
BRON: INNOVATION UNION SCOREBOARD 2016, EUROPESE COMMISSIE
14 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
Publireportage
Dominique Leroy, CEO van Proximus. ‘De instapstage is een weldoordachte formule om jongeren een kans te geven. Dankzij een eerste werkervaring kan de jongere tonen wat hij in zijn mars heeft en nieuwe vaardigheden verwerven. Actiris heeft ons bovendien bijgestaan bij het administratieve aspect van de stage, onder meer bij de uitwerking van het opleidingsplan.’
Jonge Brusselaars een eerste werkervaring bieden en dat onder gunstige voorwaarden. Wilt u ook de instapstages uitproberen? Het principe is eenvoudig: een onderneming biedt een jongere onder de 30 jaar een stageplaats aan gedurende 3 of 6 maanden en geniet hiervoor een financieel voordeel. De onderneming zorgt voor de omkadering en het opleidingsplan van de jongere en beslist na afloop of de stagiair al dan niet wordt aangenomen. Actiris verzorgt de preselectie van de kandidaten en organiseert een ontmoeting tussen de werkgever en toekomstige stagiairs: een win-winsituatie voor alle partijen. Proximus doet beroep op Actiris voor de aanwerving van stagiairs. Hoe verliep dit? Eind 2014 solliciteerden er heel wat nieuwe kandidaten bij Proximus. Op datzelfde moment stelde de Brusselse regering een nieuwe stageformule voor. Die instapstage wilden we graag uittesten om de jongeren een eerste werkervaring te bieden bij Proximus. Voor welke functies stelde Proximus stageplaatsen open? Heel uiteenlopende functies: administratief medewerker, dispatching operator, boekhoudkundig medewerker, beheerder klantendossiers, magazijnier,… Na de stage heeft een groot deel van de jongeren meteen werk gevonden.
De samenwerking in cijfers
216
werkaanbiedingen
95 stagiairs
10 profielen
Welke financiële voordelen biedt deze nieuwe maatregel voor werkgevers? Wij betalen de stagiair een maandelijkse vergoeding van €200. Daar moet je uiteraard ook nog de kosten van de interne begeleiding bijrekenen, maar het voordeel blijft interessant. Verder ontvangt de stagiair ook een stageuitkering van de RVA, €26.82 per gewerkte dag. Hoe kijkt u terug op de samenwerking met Actiris ? De samenwerking met de consultants van Actiris verliep uitstekend. Ze zijn elk specialist in hun domein en door goed te luisteren naar onze behoeften, begrepen ze snel welke competenties wij zoeken bij een kandidaat. Persoonlijkheid en motivatie zijn voor ons heel belangrijk. Actiris heeft goed begrepen dat er meer nodig is dan het uitsorteren van een hoop cv’s.
Wilt u ook onze diensten uitproberen? Contacteer ons op het nummer 02 505 79 15 of via werkgevers@actiris.be of surf naar actiris.be/werkgevers
Rekruteren met Select Actiris, eenvoudig en gratis!
www.actiris.be
verschillende
Met de steun van het Europees sociaal fonds
WHAT
INNOVATIE 40 BEST PRACTICES Wat zijn sterke innovatievoorbeelden? In de zoektocht naar best practices tastten we het innovatielandschap bij onze ondernemingen af. Eén boodschap staat als een paal boven water: het succes van een innovatieproject is recht evenredig met de mate waarin het slaagt grenzen te overschrijden. Grenzen van welke aard ook: tussen landen, regio’s, culturen, sectoren of bedrijven. Synergie en samenwerking zijn de sleutels tot succes. Hoe kunnen we ondernemers aanmoedigen om grensoverschrijdend te innoveren, om de traditionele patronen te doorbreken? Door ze voorbeelden aan te reiken van projecten die ondanks een soms hobbelig parcours succesvol werden. In dit hoofdstuk stellen we 40 best practices kort en bondig voor. De helft daarvan kreeg een extra platform tijdens de ‘inspiring sessions’ op het VBO-Forum ‘Innovation across Borders’ van 20 september 2016. De zoektocht naar inspirerende voorbeelden startte met een kick-off event begin april 2016 waar zo’n 50 innovatie-experts van de sectorfederaties van het VBO projecten of cases identificeerden binnen zes domeinen:
1. Ageing & Health
2. Energy & Climate
3. Free Time & New Media
4. Digital as a cross-cutting innovation force
5. Mobility & Urbanisation
6. Tasty and Healthy Food
Elk domein omvat een grote maatschappelijke uitdaging waarvoor een belangrijke innovatiegolf in aantocht is. Vervolgens organiseerden we per thema een rondetafel met alle innovatieactoren binnen het domein: onderzoekcentra, competitiviteitspolen, openbare instellingen (federaal, regionaal), universiteiten, sectorale innovatiecentra... De vertegenwoordigers van de geselecteerde ‘cases’ kregen nu de kans om hun innovatieproject in detail toe te lichten. En antwoorden te formuleren op vragen als ‘Wat waren katalysatoren of obstakels?’, ‘Welke lessen hebben we getrokken?’… De 40 innovatieprojecten in dit hoofdstuk zijn gegroepeerd binnen de zes domeinen of thema’s en hebben allemaal enkele constanten. Zo heeft ieder project een sterke link met België, speelt het in of heeft het een impact op één van de zes grote maatschappelijke uitdagingen en is het een treffend voorbeeld van innovatie over grenzen heen (geografisch, sectoraal of tussen ondernemingen). Elk project wordt krachtig en gebald voorgesteld. Meer uitgebreide informatie en details per case vindt u terug op de website van het VBO-Forum: www.innovationforum.be (ga naar ‘Get Inspired’). Daar vindt u ‘achter’ elke case een uitgebreide infofiche. 17
WHAT
AGEIN NG & HEALTH BONE THERAPEUTICS – CERACELL Botceltherapie en 3D-printing combineren om beenderletsels en -trauma’s beter te genezen
Le s le son ar s nt
Ka en taly ob sa st tor ak en el s
Im pa ct
W
ha
t
W
ho
“Het et bestaa bestaande de wettelijk ette kader is nog niet volle volledig voorzien op medische producten med van v de volgende generatie gener die geavanceerde therapieën ce combineren.” comb Enrico Bastianelli, CEO Bone Therapeutics
ACTIVE84HEALTH EXPLORER Laat ouderen virtueel fietsen in vertrouwde omgeving “Activ84Health zoekt voortdurend win-winsituaties. De uitdaging blijft de financiering voor oplossingen met behalve een economische ook een maatschappelijke meerwaarde.” Roel Smolders, CEO Activ84Health
3D-SIDE 3D-printing voor complexe botchirurgie
“Ons innovatief gepa gepatenteerd product voldoet vol aan de reële behoeften van de chirurgen en wij groeien snel in de markt!” Christine Kinet, Application Engineer
• Bone Therapeutics (Gosselies), biotechbedrijf gespecialiseerd in botceltherapie • Image Analysis (UK), specialist in medische 3D-beeldvorming • Sirris, collectief onderzoekscentrum voor de technologische industrie gespecialiseerd in technieken voor 3D-design en -printing
Active84Health (start-up) werkt samen met VITO, het Woonzorgcentrum Witte Meren (Mol) en de KU Leuven (faculteit computerwetenschappen). Andere partners zijn StartIt@KBC, Microsoft Innovation Center, Voka Health Community, Netwerk Ondernemen en PRoF (Patient Room of the Future).
Spelers betrokken bij het project: • 3D-Side is een fusie van twee spin-offs van de UCL (CENTIS en Visyos) • CENTIS specialiseerde zich in 3D-printing in de medische sfeer • Visyos assisteerde chirurgie rond bottumoren: aanvankelijk met een navigatiesysteem, nadien met patiëntspecifieke implantaten
Doel? Een staaltje weefseltechnologie op maat ontwikkelen voor het botdefect van de individuele patiënt, mikkend op een vlotte genezing met minimale afstotingsverschijnselen. Via medische beeldvorming wordt het defect in 3D gereconstrueerd. Op basis daarvan wordt een synthetische botvervanger geprint (3D) en gecombineerd met menselijke botcellen om zo een beter ‘klimaat’ te creëren voor de botregeneratie.
Activ84Health ontwikkelt technologie (de Activ84Health Explorer) waarmee (oudere) personen met een fysieke, cognitieve of logistieke beperking fysiek actief kunnen blijven in een prettige, veilige en motiverende omgeving. Met de Explorer o.b.v. Google Streetviewbeelden kan elke gebruiker rondfietsen of wandelen in een straat of buurt van zijn keuze en zelf het traject kiezen.
3D-Side assisteert chirurgen bij complexe operaties aan het beendergestel (o.a. de schedel) met innovatieve technologieën in het operatiekwartier. Bij schedelimplantaten biedt 3D-Side een innovatief schedelreconstructiesysteem om patiëntspecifieke implantaten te maken die de chirurg toelaat om tijdens de operatie het schedelimplantaat nog aan te passen.
Bottransplantaties vereisen vandaag nog vaak heel invasieve chirurgische ingrepen. Een botstuk op maat gecombineerd met menselijke botcellen zal die zware chirurgie op termijn kunnen vervangen.
De Activ84Health Explorer geeft zorgen revalidatiecentra een nieuwe mogelijkheid om hun klanten actief en gezond te houden in een omgeving die zowel hun fysieke als cognitieve gezondheid bevordert.
De technologie voldoet aan de reële behoeften van de chirurgen dankzij haar aanpassingsvermogen, nauwkeurigheid en kosten- en tijdefficiëntie. Vandaag gebruikt al 90% van de Waalse chirurgen de technologie.
Het is niet evident om zo’n complexe medische oplossing (gecombineerde ATMP – Advanced Therapy Medicinal Product) in te passen in de bestaande regels voor de Europese goedkeuring van medicijnen (EMA). Ook de onderhandelingen over prijszetting en terugbetaalbaarheid door het RIZIV zijn een grote uitdaging.
Dankzij partnerschappen en open innovatie kwam een vermarktbaar product tot stand. Nu de oplossing er staat, is het zaak om de nodige financiering te vinden om het product op grotere schaal en ook in het buitenland aan de man te brengen.
Om medische producten goedgekeurd te krijgen, moeten logischerwijze uitgebreide testen gebeuren om een veilig, accuraat en flexibel product te verkrijgen dat bovendien kostenefficiënt is. Na de patentering is het vermarkten van het product bij chirurgen complex en duur.
Het project zit nog in de fase van preklinische en klinische proeven, maar het is nu al duidelijk dat de expertise en complementariteit van de drie spelers belangrijk zijn voor het welslagen van het project. Andere uitdaging: de medische wereld overtuigen van het superieure karakter van de medische oplossing.
Het vooruitgaan met kleine, voorzichtige stappen in win-winpartnerschappen én met een open innovatie-aanpak bleek uiterst succesvol. Het patenteren van de intellectuele eigendom is in de softwarewereld weinig zinvol wegens moeilijk afdwingbaar.
Het is heel belangrijk om in een project de intellectuele eigendom (IP) zo snel als mogelijk goed af te bakenen. Voor verschillende producten kan een verschillende IP-behandeling nodig zijn (auteursrecht, merkbescherming, octrooi, juridische verantwoordelijkheid…).
18 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
Achter al uw businessideeën zit een goed financieringsidee
Ontdek onze innovatieve financieringsoplossingen op ing.be/financiering U start een business op? Net zoals u blijk geeft van creativiteit om alle kansen te geven aan uw project, doen wij hetzelfde om financieringsoplossingen te vinden op maat van uw behoeften. Of het nu via klassieke kredieten is, diverse vormen van leasing, crowdfunding of nog heel wat andere alternatieven. Samen kiezen we de formule die het best bij uw plannen past.
ING België nv – Bank/Kredietgever – Vennootschapszetel: Marnixlaan 24, B-1000 Brussel – RPR Brussel – Btw: BE 0403.200.393 – BIC: BBRUBEBB – IBAN: BE45 3109 1560 2789. Verantwoordelijke uitgever: Inge Ampe – Sint-Michielswarande 60, B-1040 Brussel.
WHAT
AGEIN NG & HEALTH HOSPITAL OF THE FUTURE Collaboratieve digitale innovatieprojecten in Belgische & Luxemburgse ziekenhuizen
Le s le son ar s nt
Ka en taly ob sa st tor ak en el s
Im pa ct
W
ha
t
W
ho
“Ziekenhuizen kunnen nog veel winnen innovatie en digitale transbij innovat formatie. De ‘innovation form across borders’ was essentieel voor een veresse snelde vermarkting van de oplossingen.” Laurent oplo Casu, Sales Specialist Cas Digital Solutions for Healthcare Econocom Belux
LIFY.IO – OSIMIS-ORTHANC Efficiënter opslaan, bekijken, bewerken en uitwisselen van medische beelden via opensourcesoftware “Open source is een innovatieversneller. Eens in een leefbaar businessmodel gevonden, ging de mo bal b aan het rollen. Maar CE-label en ISO-certificaat CEzijn geldverslindend.” Frédéric Lambrechts, CEO
ZEBRA ACADEMY Telecare in ambulance
“Er ontbreekt een duidelijk wettelijk wett kader voor telegeneeskunde ge zowel inzake za terugbetaling als afbakening van verantafb woordelijkheden en a aansprakelijkheden.” Bas Bastien Ritzen, CEO & Co-Founder Zebra Academy
Bij de innovatieprojecten zijn een tiental bedrijven en stakeholders betrokken uit België (Econocom, Barco, Hôpital Marie Curie, Grand Hôpital de Charleroi), Frankrijk (Care & Comfort, Clinifit, Clubster Santé, Vidyo) en Duitsland (Escape, Brainlab).
• Osimis (spin-off van Luiks Universitair Ziekenhuis) • Orthanc (opensourceserver voor medisch beeldmateriaal – ontwikkeld in Luiks Universitair Ziekenhuis) • Binnen- en buitenlandse ziekenhuizen • Researchcentra: IRCAD in Frankrijk en UCLA in de VS • Softwarevendors gebruiken Orthanc als een ‘DICOM library’
Spelers betrokken bij het project: Zebra Academy i.s.m.: • UZ Brussel (Jette) en de VUB • Europese Commissie (subsidie Fiware, Kmo-subsidie) • ViaSat (subsidie satellietcommunicatie) • Lifetech Brussels • DTS • Buro Imagin • Microsoft Innovation Center
De succesvolle innovaties in de ziekenhuissector ontstonden uit digitale transformatieprojecten over de taal- en landsgrenzen heen. Door ‘cross-border’ samenwerking en cocreatie worden grootschalige digitale projecten in de praktijk mogelijk. Resultaten? Een versneld revalidatieproces, verhoogde autonomie van en betere dienstverlening aan patiënten, directe toegang tot alle patiëntdata van om het even waar en wanneer.
De Orthanc-software laat toe om medische beelden te bewaren en te beheren op een open manier die uitwisseling aanzienlijk vergemakkelijkt. Dankzij de opensourcesoftware kan iedereen over de broncode beschikken. Ook de architectuur is open zodat iedereen plug-ins kan ontwikkelen op het systeem. Met de API krijgt iedereen eenvoudig en gestandaardiseerd toegang tot de data.
De oplossing van Zebra Academy zet tijdens een ambulancerit al een contact op tussen de patiënt en een arts van het ziekenhuis. Zo kunnen acties worden genomen om een diagnose te stellen en kan de arts al een aantal kritieke vaststellingen in het systeem registreren van belang voor de medewerkers op de spoedafdeling. Dat alles kan voor de patiënt levensbelangrijke minuten tijd winnen.
Een bredere uitrol van de ontwikkelde concepten kan een grote impact hebben op de kwaliteit van de medische zorg en revalidatie en leiden tot een efficiëntere werking van de ziekenhuizen.
Ziekenhuizen gebruiken vaak moeilijk te ontsluiten systemen om hun medische beelden te beheren. Nu kan de uitwisseling van medische gegevens doorzichtiger en vlotter, wat leidt tot een betere en efficiëntere gezondheidszorg.
Snelle diagnose en eerste handelingen zijn cruciaal bij levensbedreigende situaties (bv. hersen- of hartinfarcten, verkeersongevallen). Dankzij de oplossing kunnen ambulancier, arts en spoedteam doeltreffender samenwerken.
Cocreatie en cross-border samenwerking zijn absolute succesfactoren. Uitdagingen? Blijvend vernieuwen van de partnerships in functie van de digitale marktevoluties. Een projectbeheer dat de belangen van de eindklant en alle partners op elkaar afstemt. Hindernissen? Lange homologatie- en RFPprocessen die vaak haaks staan op de snelle technologische evolutie.
Het opensourcekarakter van de software is een belangrijke troef. Moeilijkheden zijn dat veranderingen in de ziekenhuissector nogal traag verlopen omdat heel wat stakeholders bereid moeten zijn zich aan te passen. Ook het halen van EC-labels en ISO-normen vormt een zware en dure obstakel.
Ondersteuning Innoviris en Impulse (LIfetech) waren erg nuttig, bv. inzake intellectuele eigendom of veroveren van buitenlandse markten o.a. via stands op gespecialiseerde beurzen. Microsoft stelde gratis serverruimte ter beschikking. CEmarkering is een duur en complex labyrint.
Het snel en op grote schaal vermarkten van innovatieprojecten in de zorgsector is niet evident. Van belang is om alle stakeholders vroeg bij de innovatie te betrekken, om vanuit de reële businessbehoeften te vertrekken en om voldoende rekening te houden met mensen en interne cultuur als potentiële showstoppers.
Om de meermaals bekroonde opensourcesoftware van Orthanc te kunnen vermarkten, werd een servicebedrijf Osimis opgericht. Zo kon een leefbaar zakelijk model worden gevonden. Ook partnerschappen met andere grote spelers in dit domein (Microsoft) en de steun van Wing en Biowin waren erg nuttig.
Er is nood aan een duidelijk wettelijk kader rond de terugbetaling en de afbakening van verantwoordelijkheden met betrekking tot telegeneeskunde. Daarnaast is het moeilijk om in het innovatietraject steun te vinden voor proefprojecten. En er zijn duidelijkere en eenvoudige richtlijnen nodig inzake CE-markering.
20 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
ENER RGY & CLIM MATE DOMOBI DOMOBIOS DOMO BIOS OS Huisstofmijt en andere schadelijke insecten in huis efficiënt bestrijden
ECOGRID EU Flexibiliseer de vraag naar elektriciteit bij 1.900 Europese gezinnen via een slimme meter
WHAT ORI – HAVEN VAN GENT Circulaire economie: op zoek naar synergieën in Gentse haven
“Dankzij de sterke samenwerking tussen de partners en de combinatie van kennis en expertises konden we de technische hinderpalen overwinnen.” Patrick Reyniers, Eandis programma manager Smart Grids
“De workshops met bedrijven die al meedoen, vormen de o opstap voor andere b bedrijven om aan te slui sluiten. Het stimuleert om over de eigen muren te kijken.” A Annick Van Hyfte, commercieel manager Milieu Arcadis
• Domobios is een R&D-vennootschap, spin-off van de UCL en van de ULB • Samenwerking met ULg, Ulb, CHU de Nice, DB Innovative France, Fyteco en Icosa • Partners: Acar’Up SPRL, Mymicroinvest, Carrying for entrepreneurship, Innoviris, Impulse, Theodorus en LTTO
EcoGrid EU is een Europees project met een budget van 21 miljoen euro (50% van de Europese Commissie). De Belgische transmissienetbeheerder Elia en de distributienetbeheerders Eandis en ORES speelden een sleutelrol. Andere stakeholders waren bedrijven als Siemens of IBM en Europese universiteiten.
Met het ‘circulaire economie’-project moedigt het Havenbedrijf Gent de bedrijven in de Kanaalzone aan om na te denken over de kansen en meerwaarde van industriële symbiose. Arcadis lichtte 400 bedrijven door en bracht de rest- en nevenstromen van het hele havengebied in kaart.
Domobios ontwikkelt producten om schadelijke insecten, zoals (huisstof)mijten, vlooien, bedwantsen e.d. uit te roeien. Domobios bestudeert hun biologisch gedrag en bootst vervolgens hun communicatie na (biomimetisme). Zo lokt de oplossing de insecten uit hun schuilplaats richting dodelijke vallen, zonder synthetische insecticide en dus zonder gevaar voor de gezondheid.
1.900 Europese gezinnen werkten aan een project inzake flexibiliteit van het elektriciteitsnet door hun vraag aan te passen op basis van een realtime prijssignaal, via een slimme meter en een software-interface. Flexibiliteit van het net maakt het ook mogelijk de hernieuwbare energie beter te integreren en minder gebruik te maken van conventionele centrales.
Bedrijven die goederen maken of bepaalde diensten aanbieden, produceren vaak naast hun eindproduct nog rest- en nevenstromen waar ze zelf niets mee kunnen aanvangen. Maar die kunnen voor andere bedrijven wel bijzonder nuttig en waardevol zijn. Op zoek naar opportuniteiten bracht Arcadis de rest- en nevenstromen van het hele havengebied in kaart.
Domobios brengt een gamma aan producten op de markt (Acar’Up, Acar’Up for Dogs, anti Bed Bugs) tegen een laagd rempelilige prijs. prijs. ij Dankzij Dankkzijij die die prod di ductten kan kan drempelige producten het gebruik van pesticides, antiallergische antiallergische behandelingen en medicijnen (tegen allergieverspreidende insecten) dalen.
Bedrijven en netbeheerders krijgen nieuwe marktopportuniteiten. Voor de gezinnen kan de energiefactuur dalen. En op maatschappelijk vlak vermindert de uitstoot van broeikasgassen.
Het project bewijst dat de industriële symbiose in de haven groeimogelijkheden heeft en kan leiden tot nieuwe waardeketens met een sterke maatschappelijke impact.
Het enthousiasme voor het eerste product, het netwerk en de economische en financiële partners maakten een sterke verkoopsspurt mogelijk. Een moeilijkheid is het simultaan beheren van meerdere projecten met een verschillend doelpubliek en doelmarkt.
Een van de grootste moeilijkheden was de omvang van het project, vanwege het grote aantal gezinnen (1.900). De goede organisatie en de samenwerking tussen de partners waren de sleutel tot succes. De participatie en de motivatie van de betrokken gebruikers waren belangrijke katalysatoren.
Het feit dat de studie rekening houdt met een meerderheid van alle bedrijven in de Gentse Kanaalzone biedt duidelijk meerwaarde. De combinatie van individuele en groepsgesprekken (via events, brainstormsessies en workshops) leidt tot een ideale match tussen de nood aan gedetailleerde info en de inbreng van innovatieve ideeën.
Nood aan duidelijkere regelgeving rond en een duidelijke classificatie van innoverende ‘borderline products’. Samenwerkingen uitbouwen met ervaren vertrouwenspersonen, minder tussenschakels tot de eindafnemer, minder procedures om een financiering/subsidie te verkrijgen.
Evenwicht tussen administratieve lasten (verbonden aan de financiering) en de voor dit soort projecten vereiste flexibiliteit is cruciaal. Overigens is de Europese eis om verschillende landen te betrekken een goede aanpak omdat elk demonstratiemodel toepasbaar moet zijn in andere lidstaten.
Bedrijven verwachten al een antwoord op de ‘what’s in it for me’-vraag vooraleer zelf informatie vrij te geven… ‘De kip of het ei’-stelling kan de procesvoortgang verlammen. Een actief managen van de vertrouwelijkheid van gegevens kan een oplossing bieden.
“Ons Ons eerste product, pro Acar’Up, helpt al duizenden personen mett hun allergie dankzij me onze doeltreffende, ecologische (pesticidevrije) en betaalbare oplossing.” Anne-Catherine Mailleux, CEO
WHAT
ENER RGY & CLIM MATE
Le
s le son ar s nt
Ka en taly ob sa st tor ak en el s
Im
pa
ct
W
ha
t
W
ho
SMET GROUP Bouwheer en initiatiefnemer innovatieproject diepe geothermie
AIR LIQUIDE Eerste openbare waterstofstation in België. Ontworpen, gebouwd en geïnstalleerd door Air Liquide
JANSSEN PHARMACEUTICA Janssen Pharmaceutica (Beerse) wil 30% van zijn totale energiebehoefte via diepe geothermie opwekken
“Onze ambitie? De volgende decennia een 80 tot 100 gelijkaardige projecten uitrollen in de Antwerpse en Limburgse Kempen.” Wim Smet, gedelegeerd bestuurder Smet Group
“Het project kon tot stand komen dankzij een uitstekende samenwerking tussen sam publieke en private alle p partners.” Christian Nachtergaele, Christ Director Public Affairs Belgium Air Liquide
“Grootste uitdaging? Integratie van bestaande infrastructuur (met hoge vereisten naar betrouwbaarheid) b in het nieuwe energienetwerk.” Leen Hartwin, Manager EnergieM systemen Janssen sy Pharmaceutica
De partners in het project zijn de Tijdelijke Handelsvennootschap van Smet Group met Daldrup & Söhne en VITO (Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek), en meer in het bijzonder het strategisch onderzoekscentrum op het vlak van cleantech en duurzame ontwikkeling.
Met de steun van een Europese financiering ‘Fuel Cells and Hydrogen-Joint Undertaking’ (publiek-privaat partnerschap – SWARM-project) bouwde Air Liquide het eerste openbare waterstofstation op de Toyota-site in Zaventem. Toyota Motor Europe stelde zijn terrein ter beschikking.
Janssen Pharmaceutica ontwikkelde het project met tal van actoren uit evenveel sectoren, zoals SCK, KULeuven, VITO, Fluxys, Halmstad University, Arup, University of Auckland, Siemens…
Doel van het innovatieve diep geothermische project is bewijzen dat dergelijke boringen uitvoerbaar en economisch haalbaar zijn in de Antwerpse en Limburgse Kempen. Het project is innovatief omdat tot nog toe nooit op dergelijke dieptes werd geboord.
Air Liquide ontwierp, bouwde en installeerde het eerste openbare waterstofstation in België. En baat het ook uit. Het station heeft een waterstofcapaciteit van minimum 30 tot 40 auto’s op waterstof/dag. Dat station betekent de start van waterstof als duurzame energiebron in België. Zo wordt ons land ook aangesloten op het Europese waterstofnetwerk (SWARM-project).
Janssen Pharmaceutica legt met zijn ‘diepe geothermie’ de focus op intelligente energiesystemen. Diepe geothermie wordt als een volwaardige bron van groene energie ingeschakeld binnen een streng industrieel gereglementeerde omgeving. Het innovatieve warmtenet van de 4de generatie zorgt voor een maximale verduurzaming dankzij het watervalsysteem waarbij verschillende gebruikers op maat van hun energiebehoefte worden bediend.
Diep geothermische projecten kunnen een bijdrage leveren op het vlak van duurzame energiebevoorrading. Wanneer een aantal gelijkaardige projecten kunnen worden uitgerold, zal dat een nieuwe markt creëren.
Air Liquide is actief betrokken bij de ontwikkeling van de waterstofsector en de grootschalige toepassing van waterstof als duurzame energie. Waterstof is als energiebron een van de oplossingen voor de uitdagingen van duurzaam vervoer.
Het project zal ongeveer 30% van de totale energiebehoefte van de site leveren. Tegelijk wordt ruim 12.000 ton minder CO2 uitgestoten.
Een belangrijk aspect was de steun van de Vlaamse overheid. Aangezien de eerste boringen als ‘verkenningsboringen’ kunnen worden beschouwd, wordt een meerwaarde gecreëerd voor alle projecten die daarna volgen.
Er bestond geen reglementering voor de bouw (noch milieuvoorwaarden) van een waterstofinstallatie. Dankzij goed beheer en de prima samenwerking van de publieke en private partners kon het project worden gerealiseerd. De steun van de Vlaamse regering en alle stakeholders – bewust dat snel reageren noodzakelijk was – is een pluspunt.
Er waren talrijke obstakels. Zowel op wettelijk vlak (zo moest het decreet ‘Diepe Ondergrond’ worden aangepast), als juridisch (geothermie bestaat niet als categorie in de aanvraagprocedure voor de milieuvergunning) en technisch (specifieke hindernissen omdat de site onder de SEVESO-regels valt). Alsook de implementatie van een verzekeringsconcept voor ‘diepe geothermie’-projecten.
De lessons learnt kunnen niet zozeer worden uitgedrukt als ‘wat kon beter?’. Aangezien de allereerste exploratieboring op sommige vlakken een sprong in het duister was, kunnen de partners vandaag dankzij de verworven kennis nieuwe boringen efficiënter uitvoeren.
Regelgeving bouw en milieu is een must om volgende projecten te versnellen. Nood aan maatregelen om de businesscase leefbaar te maken. Bv. door veel meer waterstofvoertuigen (en merken) op de markt en in het verkeer te brengen. Dat biedt een draagvlak voor nieuwe installaties.
Er is nood aan een meer evenwichtige en transparante behandeling van groene warmte in het beleidskader ‘hernieuwbare energie’. En aan meer duidelijkheid over de rol en verantwoordelijkheden van kennisinstellingen en private spelers en over het gebruik van de beschikbare kennis.
22 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
ADVERTORIAL
“VAL-I-PAC is het resultaat van een innovatieve samenwerking” VAL-I-PAC is zelfs meer dan een innovatieve samenwerking. “De vzw is opgericht door en voor bedrijven,” vult Johan Sneyers, Algemeen Directeur van VAL-I-PAC, aan. De wettelijke verplichtingen voor recyclage van bedrijfsverpakkingen stimuleerden zo’n vijftig bedrijven uit diverse sectoren en beroepsfederaties om de hoofden bij elkaar te steken. De scherpe doelstellingen en verplichtingen rond informatievergaring vereisten een coördinerend orgaan. Dat doopten ze VAL-I-PAC. Nu bijna 20 jaar later verzamelt VAL-I-PAC voor meer dan 7.200 Belgische ondernemingen de recyclage- en valorisatiebewijzen. En behalen de Belgische bedrijven glansrijk de recyclagedoelstellingen. Hoe belangrijk is samenwerking in het kader van innovatie? “Zonder samenwerking was VAL-I-PAC er nooit geweest. De 49 stichters vormen een heel breed platform van sectoren en bedrijven: 26 ondernemingen, 20 sectorfederaties en 3 regionale werkgeversorganisaties. Binnen de bedrijfswereld zitten alle betrokken partijen aan tafel, wat op zich al innovatief is. Dat concept werkt. VAL-I-PAC behaalde al elk jaar de recyclagedoelstelling (nu 80%) en bereikt vandaag 86% recyclage van alle bedrijfsverpakkingsafval dat op de markt komt. We zetten op hetzelfde elan door met onze innovatieve concepten. In de bouwsec tor bijvoorbeeld ontwikkelden we het Clean Site System. Daarmee halen we plastic verpakkingsafval op dat vaak blijft rondzwerven op een bouwwerf en recycleren het. Ook dat project was onmogelijk zonder de nauwe samenwerking tussen aannemers, producenten van bouwmaterialen, handelaars in bouwmaterialen en VAL-I-PAC.”
“VAL-I-PAC BIEDT EEN RESULTAATGERICHT SYSTEEM”
2015 was voor VAL-I-PAC een jaar van groei. Wat zijn de uitdagingen voor de toekomst? “Het aantrekken van nieuwe klanten en het behouden van bestaande klanten zijn cruciaal. Daarom blijft VAL-I-PAC inzetten op wat de klant wil: een resultaatgericht en succesvol systeem, met een minimale administratie tegen een scherpe prijs. Dat laatste doel vormt een van de grootste uitdagingen.
Johan Sneyers Algemeen Directeur van VAL-I-PAC
We hanteren in 2016 nog altijd dezelfde tarieven als in 2002 en willen dat ook zo houden. Ook al verdubbelde het aantal premiegerechtigde bedrijven dat we bedienen (van 15.000 in 2002 naar 30.000 vandaag). Om dat op te vangen, moeten we efficiënter en innovatiever werken. Dus zetten we in op nieuwe IT-tools en webtoepassingen die het werk voor onze klanten en medewerkers vereenvoudigen. En dat alles binnen een veilige dataomgeving. VAL-I-PAC hecht veel belang aan de veiligheid van zijn onlinetoepassingen. Ons werk steunt immers op vertrouwen. De confidentialiteit van de klantengegevens is voor VAL-I-PAC prioritair.”
VAL-I-PAC in cijfers: • 7.200 bedrijven • 86% recyclage van het op de markt gebrachte bedrijfsverpakkingsafval • 220 ophalers en recyclers • 30.000 bedrijven in aanmerking voor recyclagepremie
• 10.400 bedrijven zijn de voorbije vier jaar gestart met selectieve inzameling • 1 miljoen verkochte Clean Site-zakken op 10 jaar tijd • 100% van het karton, 75 % hout & 56% van het plastic afval krijgen een nieuw leven na inzameling (Bron: jaarverslag 2015)
Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom
Grenzeloos innoveren en beschermen België is een exportland bij uitstek. Als ondernemer die veel exporteert, bent u op de hoogte van wet- en regelgeving hieromtrent. Denkt u echter ook na over intellectuele eigendomsrechten, zodat u in het buitenland niet voor verrassingen komt te staan? Lees hier hoe u uw merk in het buitenland kunt beschermen en hoe u inbreuk kunt vermijden. Innovatie Innovatie is geen modewoord meer voor de Belgische bedrijven. Elke ondernemer weet dat hij zichzelf blijvend moet heruitvinden om concurrentieel te blijven. Dit proces stopt niet bij R&D en uiteindelijke productie, maar vraagt ook om de juiste bescherming, zodat de geleverde inspanningen niet verloren gaan. Intellectueel eigendom (IE) is hier het sleutelwoord en biedt de ondernemer de gepaste rechten om zijn innovatie op een veilige manier te exploiteren. Nieuwe producten of diensten moeten benoemd worden en hiervoor kunt u merken creëren. Merken Merken zijn intellectueel eigendom. Een merk is bedoeld om uw producten of diensten te onderscheiden van die van uw concurrent. Het merk is het visitekaartje van uw onderneming. Het toont uw klanten waar uw bedrijf voor staat en kan zelfs een aanzienlijke financiële waarde vertegenwoordigen. Als KMO heeft u er dus alle belang bij om uw merk te beschermen, zodat u kunt optreden tegen bijvoorbeeld namaak. Een merkregistratie beschermt de naam en/of het logo van uw product of dienst. Dit merkrecht kan elke 10 jaar worden vernieuwd.
www.boip.int
Aanvullende tips 1. Ga na of uw merknaam een betekenis heeft in uw exportland. De registratie van beschrijvende namen zou geweigerd kunnen worden. Daarnaast kunnen sommige namen bij de consument een verkeerde indruk geven van uw product. Zo betekent ‘Chevrolet Nova’ in het Spaans ‘Chevrolet gaat niet’.
Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom
Medegedeeld
Registreren ř ¢¢¥ § ¨ ¡ ¥ ¥ ¦§¥ § ¡©¥ §Ĭ ¦ § goed vast te stellen in welke gebieden u het merk wenst te gebruiken. Merkregistratie wordt immers geregeld door nationale wetten en internationale verdragen. Afhankelijk van uw exportlanden kiest u een registratietraject. ř § © ¥¦ ¢ ¡ ¢ ¨ª ¥ ¡ ¡ § ¨ § ¡ ¡ § ¦ ¥ ¡ĭ ¢¢¥ ¥ ¨ § ¥ gaat exporteren en/of registreren is het aan te raden om na te gaan of uw merk al niet reeds bestaat in uw exportlanden. Raadpleeg hiervoor TMview (www.tmdn.org). ř ¡¡ ¥ ¨ ¡ § ¡§ ¡ ÁÁ¡ ¡ Ĭ ©¢ ¦§ § een nationale registratie. In België vraagt u een merkregistratie aan bij het BBIE (geldig in de hele Benelux, www.boip.int). Dit kan al vanaf € 240 ©¢¢¥ Ά΅ ¥ĭ ª ¥ ¦§¥ § ¡ § ¡¦ § Ά΅ ¥ verlengd worden. ř ¨¡§ ¨ª ¥ ¢¢ ¥ ¦§¥ ¥ ¡ ¡ · Ļ ¦§ § ¡ § ĭ § ¡ § ňhttps://euipo. europa.eu) tegen relatief lage kosten. Heeft uw merk een beschrijvende betekenis voor uw product ¡ ÁÁ¡ © ¡ Ļ§ ¡ ¢ ¦§ § ¥ ¡ ¡ ¡ § ¢¡ ¥ ¡ ÁÁ¡ © ¡ ¦§ § ¡Ĭ ¡ ¦ kans groot dat uw merk niet geregistreerd kan worden. ř ¡ ¡ § ¢¡ ¥ ¥ ¦§¥ § ¨¡§ ¨ © ¡§¨ uitbreiden naar een internationale registratie. Dit ¡ ¡ Ä © § ª¢¥ ¡ ¡ ©¥ ĭ heeft de keuze uit 113 landen. Mocht uw merk geª ¥ ª¢¥ ¡ ¡ ÁÁ¡ © ¡ ¡ ¨ ¡ ¡Ĭ dan vervalt uw recht enkel voor dit land en blijft het merk geregistreerd voor de andere landen.
Een sterk merk ¥©¢ ¡¦ ¦ § ¡ ¥ ¢ ¨ª «£¢¥§ ¥ § ¡ ¢ ¡ ¥§ § ¥ ¡ ¡ĭ ¡ ¨ª ¢¡ ¨¥¥ ¡§ ¡ı Hoe gedragen de klanten zich? Hoe kunt u uw merk opbouwen in een nieuwe markt? Bereid u dus goed voor, zodat u in het exportland een sterk merk kunt uitbouwen. Een merk dat overal herkenbaar is, al of niet met een logo of kleuren.
2. Het kan natuurlijk zijn dat uw merk al bestaat in het exportland. Dit kan misschien opgelost worden via een co-existentieovereenkomst of door het merk over te nemen.
4. Gebruik het ®-teken zodra uw merk is geregistreerd. Dit draagt bij aan vertrouwen in uw merk en een positief imago.
Goede reis!
Praktijkvoorbeeld Curana is een toonaangevend bedrijf in de wereld van de fietsonderdelen en -accessoires. Sinds april 2009 is de naam beschermd in de Benelux. Binnen 6 maanden werd de merkregistratie uitgebreid ¡ ¥ ¨¥¢£ ¦ ¡ ň ŊĬ ¡ Ĭ £ ¡ ¡ Zwitserland. ¨¥ ¡ Ŭ¦ ¥ § ¨¥Ĭ ¥ ¡¦Ĭ §¢¢¡§ § belang van merkbescherming: Ŧ ¡¦ ¥ ¨¥ ¡ ¦ ¡ ¡ ¡ ¡ Zwitserland. In Azië zijn we niet echt bezig met merkontwikkeling. Daar zijn het voornamelijk assembleurs die de Curana-producten monteren voor Europese fietsmerken omdat onze producten ¦§ §Á ¢¢ ª ¥ ¡ ©¢¢¥ ¦§ Aziatische markten. In de toekomst willen we ons ¥ ¡ ¥ ¥ ¡ ¡ ¨ § ¥ ¡ĭ ª ¥ ¡ © een merkgemachtigde wegens hun kennis van de geldende reglementeringen en het afhandelen van de administratieve zaken.”
5. ‘Bewaak’ uw merk en treed tijdig op tegen inbreuken. 3. Controleer de juridische vereisten waaraan een merkregistratie moet voldoen. Bijvoorbeeld het gebruiksrecht (binnen x aantal jaren moet het merk effectief gebruikt worden). Deze vereisten kunnen per land verschillen.
6. Ga na of licenties op uw merk nuttig kunnen zijn. Mogelijk kunt u hiermee extra inkomsten genereren. 7. Maak gebruik van een merkenadviseur (www.bmm.eu) of informeer u grondig bij het BBIE (www.boip.int).
WHAT
ENER RGY & CLIM MATE STEELANOL Koolstofmonoxide uit staalhoogovens wordt bio-ethanol dankzij microben
Le s le son ar s nt
Ka en taly ob sa st tor ak en el s
Im
pa
ct
W
ha
t
W
ho
“Uitdaging is om de technologie te upscatech le len en optimaal te integreren in een bestaand staalproductieproces.” Carl de M Maré, Technology Director ArcelorMittal
BORIT Innovatieve hydroformingtechniek voor de vervaardiging van assemblages “Essentieel was dat van bij het beg begin over de deal werd on onderhandeld met een vo volledige bescherming van de intellectuele e eigendom (exclusieve licentie).” Luc Wanten, CEO Borit
TURBULENT Elektriciteitsproductie via microwaterkrachtturbine op rivieren met een heel laag verval “Op één jaar tijd groeide het project op papier uit tot een werkbaar prototype. Snel schakelen was mogelijk dankzij juiste planning en ‘lean’ management.” Jasper Verreydt & Geert Slachmuylders, Co-founders
Steelanol is het resultaat van een samenwerking tussen het OCAS (OnderzoeksCentrum voor de Aanwending van Staal), ArcelorMittal, Finindus en het Amerikaanse Lanzatech.
Borit NV is een spin-off van het OCAS (OnderzoeksCentrum voor de Aanwending van Staal) en Borit Leichtbau-Technik GmbH. De belangrijkste aandeelhouders van Borit zijn ArcelorMittal, Finindus en het Vlaams Gewest (via het regionale investeringsfonds PMV-TINA).
De start-up Turbulent is het resultaat van de samenwerking tussen de co-oprichters en KULeuven, VITO en de incubatoren iMinds en LCIE. Werkten ook mee om het product te vermarkten: StreamLines, Comate en IBM Software.
Met het Steelanol-project wil ArcelorMittal koolstofmonoxide die vrijkomt bij de productie van staal omzetten in bioethanol dankzij een fermentatieproces met behulp van microben. De innovatiefocus van Steelanol is om verder te schakelen naar een industrieel stadium en het transformatieproces competitief te maken t.o.v. andere vormen van bio-ethanol (rietsuiker, graan…).
De innovatie van Borit is gebaseerd op de technologie van een nieuw type hydroformingpers dat in staat is continu gevormde producten te produceren vanaf een rol. Dankzij die techniek is het mogelijk in grote volumes ‘assemblies’ van stalen bipolaire platen te produceren. Die platen zijn essentiele componenten voor elektrolysetoepassingen en brandstofcellen, nodig voor de snelle ontwikkeling van de waterstoftechnologie.
Innovatief bij de micro-waterkrachtturbine is het dieper inzicht in de stromingen van een draaikolk om zo minimale hoogteverschillen efficiënter om te zetten in elektriciteit. Ook de ontwikkeling van een heel performante schroef gebaseerd op de draaikolkstromingsprofielen, het gebruik van standaardcomponenten en de installatie zonder civiele werken zijn innovatief.
Het milieuvoordeel: minder broeikasgasuitstoot in de transportsector zonder negatieve impact op ‘land use’ en voedselbevoorrading. En er zijn nieuwe toepassingen mogelijk omdat ethanol geproduceerd op basis van CO2 kan worden gedehydreerd tot ethyleen voor plastics gemaakt van polyethyleen.
De innovatie van Borit maakt het mogelijk om performantere ‘assemblies’ te vervaardigen tegen een lagere kost. Dat heeft een positieve impact op de markt van brandstofcellen en elektrolysetoepassingen.
De heropening van een kleine waterkrachtbron voor groene energie in België/Europa zonder nood aan subsidies. Het is een visvriendelijk en impactloos alternatief voor waterkrachtprojecten in het buitenland.
Het project werd mogelijk dankzij o.m. 10,2 miljoen euro steun van de Europese Commissie (Horizon 2020). De grootste uitdagingen zijn het upgraden van het technologische proces en het transformatieproces laten erkennen door de milieuwetgeving.
De geloofwaardigheid van een innovatieproject staat centraal. De steun van het OCAS en van ArcelorMittal was hiervoor een belangrijke hefboom. De toegang tot kapitaal, via Finindus en PMV-TINA, was één van de voornaamste katalysatoren. Bovendien was het een hele uitdaging om het juiste, gekwalificeerde talent te vinden (talentmanagement).
De steun van incubatoren bracht vaart in het project. De kleinschaligheid (ook budgettair) laat private bedrijven toe om een project op te starten terwijl de contracten worden uitgewerkt. De mismatch tussen start innovatie en financiering vanwege de snelle tijdslijn vormde een obstakel.
Dit soort innovatie lanceren valt vaak duurder uit dan fossiele energie gebruiken. Daarom is het van cruciaal belang om innovatieve projecten te steunen en aandacht te besteden aan de wetgevende aspecten (in dit geval de richtlijn Hernieuwbare energie). Dat moet de commercialisering van nieuwe producten mogelijk maken.
Van bij het begin werd over de deal onderhandeld met een volledige bescherming van de intellectuele eigendom (exclusieve licentie). Daarnaast positioneerde Borit zich, eens het marktsegment brandstofcellen en elektrolysetoepassingen in kaart gebracht, meteen goed (netwerk, internationale beurzen...) in de markt.
Binnen de samenwerking konden de einddoelen en het samenwerkingsproces duidelijker worden gedefinieerd. Voor de financiering van het innovatieproject (fiscaal beleid, beschikbaarheid van kapitaal, investeringssubsidies, enz), is een duidelijk zicht op timing van innovatiebudget nodig vanwege de lange doorlooptijd van innovatiesubsidies.
26 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
WHAT
FREE TIME & NEW MEDIA A EVS C-Cast: een geconnecteerd contentplatform “Eén van de belangrijkste katalysatoren was ‘AGILE’, de in het kader van dit project gebruikte ontwikkelingsmethode die meer flexibiliteit en snelheid in het proces bracht.” Stéphane Houet, Product Manager C-Cast
SAMSONITE Track&Go: betrouwbaar en anoniem bagage opsporen “Samsonite, bekend voor zijn innovatieve en betrouwbare koffers en tassen, wilde met koffer een even betrouwbare ttechnologische partner samenwerken. Dat werd Google.” Lotte De Vreese, Director Samsonite Travel Europe
APPINESS Spott legt de brug tussen video & e-commerce “Met Spott brengen we een uniek product op de Belgische markt, waarmee de consument kan kopen wat hij op het scherm ziet. We nodigen iedereen uit om Spott te downloaden en uit te proberen.” Jonas De Cooman Jo en Michel De Wachter, co-CEO’s & co-founders Appiness
C-Cast werd ontwikkeld door een onafhankelijk team binnen een interne EVS-incubator. Sinds de commercialisatie is het C-Cast team geïntegreerd in de organisatie. EVS vertrouwt op Amazon Cloud voor o.a. dataopslagservices. Voor de commercialisatie en indienststelling wordt gewerkt met ad-hocpartners.
Samsonite Track&Go-koffers bevatten een bluetooth-baken, ontworpen en geproduceerd door het Spaanse Accent Systems en gebaseerd op de Eddystone-standaard van Google. De bijbehorende ‘Travlr’-app werd ontwikkeld door het Belgische ‘In The Pocket’.
Het project startte met een O&O-subsidie van IWT aan Appiness waarbij de UGent de rol van technologiepartner opnam en iMinds Living Labs het onderzoek begeleidde.
C-Cast is een ‘software as a service’-platform (SaaS) uit de koker van EVS dat klanten helpt om de waarde van hun mediacontent te maximaliseren door de afstand tussen de kijkers en de productieteams te verkleinen. C-Cast maakt het mogelijk om videocontent (zoals videoclips met slow motion vanuit meerdere hoeken) in een recordtijd in het juiste formaat naar alle soorten schermen te sturen.
Track&Go biedt een oplossing voor verloren bagage. Via een ingebouwde bluetooth-baken wordt de bagage met de ‘Travlr’-applicatie wereldwijd traceerbaar dankzij de hulp van de gebruikersgemeenschap. Bovendien is Track&Go betrouwbaar en veilig, werkt het wereldwijd, is het onafhankelijk van gsm- of gps-signalen. Bovendien verloopt de bakeninteractie zonder tussenkomst van de gebruiker.
SPOTT van Appiness (AppTVate voor de b2b-markt) is een ‘second screen’app voor smartphones en tablets en laat kijkers toe om producten te kopen die ze te zien krijgen op hun tv, pc, smartphone… Tegelijk verzamelt de app informatie over de gebruiker (profiel). Die data kan op zijn beurt worden aangeboden aan de content providers voor marketingdoeleinden.
C-Cast biedt kijkers een betere en gepersonaliseerde beleving en creëert meerwaarde voor klanten door in te spelen op een groeimarkt en te focussen op twee trends: ‘connected devices’ en ‘hapklare content’.
In 2014 raakten 24,1 miljoen stuks bagage zoek. 5,5% werd nooit teruggevonden. Samsonite zal in 2016 de eerste Track&Gokoffer lanceren. Het bedrijf hoopt het gamma in de toekomst uit te breiden.
Appiness maakt gerichtere en efficiëntere product placement mogelijk en biedt de consument de keuze om productinformatie op te vragen. Appiness draait de markt om van push naar pull advertising.
De ontwikkeling door een klein, onafhankelijk team maakte een flexibel en snel ontwikkelingsproces mogelijk. Anderzijds is het beheer van de contentrechten, rekening houdend met de verschillende toestellen (tv, smartphone en tablet) en verschillende landen, heel complex.
Het idee leefde al langer, maar het was wachten op de juiste technologie. Het project ging van start toen de gebruikte bluetooth-bakens op de markt kwamen. Een belangrijke uitdaging is voldoende gebruikers aantrekken. Hoe groter de gebruikersgemeenschap, hoe sneller verloren bagage efficiënt kan worden opgespoord. De kracht van het systeem hangt af van de schaal van de gemeenschap.
Door van bij de start sterk in te zetten op samenwerking, kon Appiness o.a. Medialaan, BBDO, VRT, RTL & Proximus overtuigen om mee in het consortium te stappen. Belangrijkste uitdaging vandaag is meer naamsbekendheid en voldoende gebruikers verwerven. In een eerste fase mikt Appiness op 50.000 downloads tegen einde van de zomer.
De ontwikkeling in een onafhankelijke, interne incubator droeg bij tot de snelle ontwikkeling en het succes, en wordt vandaag in meerdere afdelingen toegepast. Daarnaast bleek het luik digitale rechten complexer dan verwacht en vormt het nog altijd een hinderpaal bij de verdere commercialisering.
Samsonite is een bagagefabrikant. Om een nieuwe technologie (die geen kerncompetentie is) te implementeren, is een gepaste partner cruciaal. ‘Smart devices’ en toepassingen zijn complex. Idealiter biedt de partner best een compleet pakket om een complexe samenwerking met veel spelers te vermijden.
Kritische massa is cruciaal om als platform voldoende meerwaarde te krijgen in de markt. De business werd daarom samen met de industrie gecreëerd: Medialaan, BBDO en Universiteit Gent stonden mee aan de wieg. Daarnaast was de betrokkenheid van consumenten en klanten (VRT, Medialaan, BBDO, RTL & Proximus) een meerwaarde.
27
WHAT
DIG GIT TAL AS A CRO OSSCUTTIN NG IN NNOVATIO ON FOR RCE E
Le s le son ar s nt
Ka en taly ob sa st tor ak en el s
Im
pa
ct
W
ha
t
W
ho
CARTAMUNDI PING: flexibele en interactieve speelkaarten van lab naar markt
NEWTEC Hoe Newtec een ‘Factory of the Future’ werd
ASSURPHARMA Digitaal platform informatieuitwisseling apotheker/ verzekeraar
“Cartamundi heeft niet alle knowhow in h huis, maar heeft stevige voet aan de een stevi grond in ttal van markten joint dankzij overnames, ov ventures en partnerships.” Steven Nietvelt, N Chief Technology and Te Innovation Officer Cartamundi
“De zeven elementen van ‘Factory of the Future’ gaven Newtec de inspiratie om dankzij digitalisatie d een hoger n niveau te bereiken van ‘World Class Manufacturing’.” Guy De Winne, Plant Manager Newtec
sectorover“Zonder efficiënt, eff schrijdend s overleg tuss tussen alle betrokken partijen p maakt een innovatief project als inn As AssurPharma weinig slaagkans.” Melissa Thirion, adviseur Gezondheid Assuralia
PING is een consortium van zes partners (het Belgische Cartamundi, Van Genechten Packaging en imec, het Nederlandse TNO en Smartrac en het Britse Pragmatic) die samen de volledige waardeketen invullen, van chipontwikkeling over productie tot eindproduct.
Agoria, de federatie van de technologische industrie, en Sirris, haar technologiecentrum, liggen aan de basis van het ‘Made Different’-programma. Dat stoelt op zeven elementen die een onderneming ‘omvormen’ tot ‘Factory of the Future’. Newtec, specialist in communicatietechnologie per satelliet, voerde die transformaties door.
AssurPharma is een toonvoorbeeld van samenwerking tussen acht verzekeraars (87% marktaandeel private hospitalisatieverzekeringen), 5.000 apotheken, negen softwarehuizen, Accenture, FarmaFlux en Assuralia, Algemene Pharmaceutische Bond (APB) en de Vereniging der Coöperatieve Apotheken in België (OPHACO).
PING ontwikkelt speelkaarten en verpakkingen die uit te lezen zijn met smart devices, zoals smartphones, tablets en laptops dankzij een geïntegreerde NFCchip. Bovendien mag die chip de look-andfeel van de speelkaarten niet veranderen. Cartamundi wil met die technologie hybride spellen ontwikkelen die de traditionele, tactiele kaart- en bordspellen linken met de digitale wereld.
Newtec kreeg een evaluatiescan en stelde een stappenplan op om zijn productiesite om te vormen en de productietijd te verkorten. De medewerkers werden nauw betrokken bij het uitwerken van oplossingen. Doel: verbeteren van feedback, informatie en opvolging van de productieprocessen, traceerbaarheid van de producten, beschikbare informatie, betrokkenheid en verantwoordelijkheid van de medewerkers.
Wanneer een verzekeraar geneesmiddelen vergoedt, moet de verzekerde een BVACattest (dat hij krijgt van zijn apotheker) met de post toesturen naar de verzekeraar. Dankzij AssurPharma wordt de BVAC-informatie automatisch via een beveiligde verbinding naar de verzekeraar gestuurd. Doel? Minder administratie voor verzekerde, verzekeraar en apotheker waardoor de verzekerde sneller wordt terugbetaald.
Met de PING-technologie en hybride spellen kan Cartamundi inspelen op de digitalisering zonder zijn corebusiness (speelkaarten) te verlaten. Dergelijke projecten versterken bovendien het imago van Cartamundi.
De planning en opvolging van en feedback en informatie over de productieprocessen zijn transparanter en zichtbaarder. Hogere betrokkenheid van de medewerkers, meer verantwoordelijkheid. Minder kosten, kortere productietijd, hogere kwaliteit.
AssurPharma zorgt voor een snellere terugbetaling van de patiënt, een efficiëntere schadeafhandeling door de verzekeraar en een betere dienstverlening door de apotheker.
Belangrijke uitdaging: een technologie ontwikkelen die de look-and-feel van een speelkaart behoudt, goedkoop is en in grote oplages kan worden geproduceerd. Daarom ontwikkelde men een dunne, flexibele chip, een printbare antenne en een unieke machine om de verschillende lagen aan elkaar te lijmen.
Goede analyse en voorbereiding, dankzij het kader en de expertise van Made Different. Het was een must om alle medewerkers bij het project te betrekken, los van of buiten hun domein (IT, operationeel, verkoop…). En ze te overtuigen van de noodzaak van het project. Uitdaging was om te veranderen zonder de lopende processen te storen.
Het groot aantal partijen vertraagt het beslissingsproces. Ook juridisch is het heel complex vanwege de vertrouwelijke medische data en de patiënt-identificatie. Dankzij een gemotiveerde stuurgroep, het bestaande platform TIP en het sterk bewustzijn van de oprukkende digitalisering in de gezondheidszorg, kon het project starten.
Aangezien het project gesubsidieerd is door het Horizon 2020-programma (Europese Commissie), moest er vooraf een allesomvattend dossier worden ingediend. Dankzij dit dossier is het volledige project uitgetekend en op voorhand doorgesproken zodat er zich weinig of geen moeilijkheden voordoen.
Belang van de cultuur om continu te verbeteren en ‘out of the box’ te denken. Rekening houdend met aspecten die op het eerste gezicht minder relevant lijken (bv. HR). Externe financiering voor innovatie in startfase is moeilijk. Leer daar mee omgaan. Bovendien kun je niet aan risicospreiding doen.
Het projectmanagement van zo’n veelpartijenproject blijft een uitdaging. Het is daarom belangrijk om te blijven investeren in tijdbeheer, efficiënte communicatie en technische flexibiliteit. Beleidsmatig kan de overheid de cross-sectorale initiatieven blijven stimuleren.
28 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
Mijn bedrijf is heel bedreven in het recycleren. Wij laten onze gebruikte smeerolie ophalen door een geregistreerd inzamelaar.
Gebruikte smeerolie is een gevaarlijke afvalstof. Daarom gelden er strenge regels voor de opslag, het transport en de verwerking ervan. Alleen als de smeerolie van uw bedrijf wordt opgehaald volgens de procedure die OVAM, LB of OWD voorschrijft, kan ze op een milieuvriendelijke manier worden verwerkt. Reken dus op een geregistreerd inzamelaar om uw olie op te halen. Dan bent u zeker dat bij u in het bedrijf alles gesmeerd loopt.
TIP: kleine hoeveelheden gebruikte smeerolie kunnen recht geven op een forfaitaire vergoeding. Ontdek alle details op www.valorlub.be
EERST SMEREN, DAN RECYCLEREN
valorlub.be
WHAT
DIG GIT TAL AS A CRO OSSCUTTIN NG IN NNOVATIO ON FOR RCE E BIM (BUILDING INFORMATION MODELING) Het bouwwerk in modellen gieten om het project efficiënter te beheren
Le s le son ar s nt
Ka en taly ob sa st tor ak en el s
Im
pa
ct
W
ha
t
W
ho
“Het in modellen gieten “H van bouwwerkinformatie wijzigt het ontwerpen en bouwen van gebouwen en infrastructuur grondig.” Wim W Straetmans, BAM C Contractors, Director, Manager Business Development
ITEA C³PO Opensourceplatform voor cocreatie inzake stadsontwikkeling “De multidisciplinaire internationale samenwerking via d digitale instrumenten garandeert een co complete expertise en biedt nieuwe businesskansen.” Andy De Mets, C³PO-project leader Barco
PWC Naar een beter onderhoud van de fabrieken dankzij internetgeconnecteerde mobiele toestellen - industrie 4.0 “Elke betrokken partij kon haar expertise inbrengen. Dat leidde tot een heel soepel en transparant project.” Johan Van der Straeten, projectverantwoordelijke PwC
Meerdere bouwondernemingen brachten een BIM-dynamiek op gang: BAM Contractors, Bezes, Kumpen, Willemen General Contractor, Cordeel, MBG, Monument. Andere volgden. De beroepsorganisaties (o.a. het Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf – WTCB) spelen een ondersteunende rol.
Project gesteund door ITEA, cluster van EUREKA. Verenigt Belgische, Finse en Turkse bedrijven, steden en O&O-instituten. In België: Assar Architects, Barco, Centrum voor informatica voor het Brusselse gewest, Stad Kortrijk, Createlli, Noesis Solutions, Sirris, Studio Dot.
De ideale oplossing werd uitgewerkt door drie projectpartners: Philips Lighting Turnhout, productie-eenheid; PwC, consultant met technologisch en operationeel perspectief, en Proceedix, start-up die software levert voor mobiele voorzieningen (smartphone, smart glasses).
BIM (Building Information Model) maakt een 3D-model van een constructie. Daar worden alle intelligente objecten aan gekoppeld die in hun kenmerken de informatie kunnen bevatten om ze te identificeren en om de prestatie, de opbouw, de installatie en het onderhoud ervan te beschrijven. Ook de uitvoeringsplanning (4D) en de kostenberekening kunnen erin worden opgenomen.
C³PO is een opensourceplatform, in de cloud, voor stadsontwikkeling. Steden, bedrijven en O&O-instituten bedenken oplossingen voor stadsontwikkeling. Het platform gebruikt ICT-oplossingen om informatie zoals GIS-, BIM-, elektriciteitsnet- en verkeersgegevens te verzamelen en te delen en de ontwikkeling van stedenbouwkundige projecten door steden en andere partners te vergemakkelijken.
De consultants van PwC en softwareontwikkelaar Proceedix stelden een oplossing voor die de onderhoudsroutine van de installaties van Philips Lighting digitaliseert. Via smartphones, tablets en QR-codes op de machines kunnen de technici efficiënter controleren. Ze hebben nu immers alle nodige informatie en parameters voor elke machine binnen handbereik en kunnen de data direct centraliseren.
Toegang tot bepaalde overheidsopdrachten. Anticipatie op problemen en directe behandeling op scherm, vermindering van de non-kwaliteitskosten, verhoging van de productiviteit. Optimalisering van maintenance en onderhoud.
Minder kosten en sneller besluitvormingsproces, betere planning van het project, sterke betrokkenheid van de burgers, nieuwe businesskansen, beter gebruik van de gegevens.
Efficiënter onderhoud, tijdwinst administratie (30 min/dag of 6% jaarbudget van het team), minder vergissingen en vergetelheden, toegankelijkere informatie en technische handleiding met de smartphone.
BIM door de meesten laten invoeren was een uitdaging. We moesten beschikken over een algemeen kader, een gemeenschappelijke classificatie, uitwisselingsprotocollen en aangepaste opleidingen (verscheidene universiteiten integreren BIM al in hun cursussen). Een katalysator: het WTCB, via werkgroepen.
Katalysatoren: complementariteit tussen de partners, toegang tot kennis en expertise in België, betrokkenheid van de steden en overheidsorganisaties. Maar: extra kosten vanwege de Europese dimensie, verschillen in cultuur en timing, trage besluitvorming door het consortium.
De projectontwikkeling volgde de LEAN start-up-principes. Een eenvoudige basisoplossing met smartphone, die vervolgens werd verbeterd met de feedback van de gebruikers. Door de samenwerking tussen drie partners werd een bijzondere, speciaal aangepaste en duurzame oplossing gevonden.
In België wordt het gebruik van BIM niet aangemoedigd door de overheid, terwijl dat overal in Europa wel gebeurt (zelfs verplicht). Het WTCB ontwikkelt ook databanken van e-producten voor de bouw en behandelt de juridische kwesties met betrekking tot de invoering van BIM.
Vooraf moeten de deelnemers duidelijke akkoorden en regels afspreken over de intellectuele eigendom, de communicatie, de omgang met problemen. De tijd tussen het idee en de start moet korter, vooral vanuit het oogpunt van de nationale beslissingen inzake de financiering.
Begin klein, denk groot. Omschrijf het probleem duidelijk en start kleinschalig om snel tot resultaat te komen. Denk anderzijds vooruit om de algemene businessimpact in te schatten en het kleine proefproject te koppelen aan de algemene strategie. De beste oplossing komt er dankzij intense samenwerking en kennisdeling.
30 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
WHAT FLAVR Verse en authentieke maaltijden, op aanvraag bereid door chef-koks “De doelstelling van FLAVR gaat verder dan een klassieke onlineservice voor meeneemmaaltijden. We willen authentieke huisbereide maaltijden voor iedereen toegankelijk en betaalbaar maken.” Alexander Van Laer, CEO FLAVR
BIRDEE Nieuwe, 100% digitale oplossing voor slim beheer van spaargelden “Dankzij ons onlinespaargeldenbeheerplatform kunnen we de eenvoud van een sspaarrekening koppelen aan de prestaties van de a beste beleggingsfondsen.” Geoffroy de Schrevel, CEO Birdee
ENGIE M2M Bouwt specifiek IoTconnectiviteitsnetwerk uit in België “Dankzij het Engie M2M“Dankz netwerk ontstaan nieuwe netwer ‘smart’-oplossingen die ‘smar dagelijkse leven van het da bedrijven, overheden en bedrijv mensen gemakkelijker men maken.” Dirk D Indigne, CEO Engie M2M
FLAVR werd begin 2016 in Antwerpen opgericht. Eind 2015 wonnen zijn oprichters de Accenture Innovation Challenge en konden ze het Accenture’s Innovation Delivery Accelerator Program volgen. Daar kunnen werknemers van Accenture gedurende enkele maanden innovatieve projecten bedenken en ontwikkelen.
Birdee werd opgericht door Gambit Financial Solutions (vroegere spin-off van HEC-Ulg). Die start-up wordt eind 2016 een volwaardige vennootschap. Partners zijn: HEC-Ulg, Lux Future Lab, KPMG hub for entrepreneurship, Digital Wallonia, Fintech Belgium & Holland, Eggsplore.
Engie M2M werkt continu samen met verschillende bedrijven (groot en klein), universiteiten (Antwerpen en Gent) en onderzoeksinstellingen, zoals imec, iMinds en City of Things. Bovendien helpt het IoTstart-ups en kleine bedrijven om hun nieuw aanbod aan diensten te ontwikkelen en te vermarkten.
FLAVR is een webplatform voor foodsharing tussen particulieren. Iedereen kan er gerechten bestellen die de dag zelf zijn bereid door (thuis)koks uit de omgeving. FLAVR wil geen klassieke onlineservice voor meeneemmaaltijden zijn, maar iedereen laten genieten van een smakelijke maaltijd. De start-up legt de klemtoon op gezonde, authentieke gerechten, met verse producten.
Birdee is een 100% digitale en geautomatiseerde applicatie voor spaargeldenbeheer. Ze wordt aangeboden aan zowel de financiële instellingen als het grote publiek en biedt iedereen de mogelijkheid rendementen als van de beste fondsen te genieten, zonder bijzonder financiële kennis noch een groot vermogen. Birdee koppelt de eenvoud van een spaarrekening aan de kwaliteit van privébeheer.
Engie M2M is een IoT-netwerk specifiek gericht op het connecteren van slimme objecten met een eindtoepassing. Hiervoor maakt Engie M2M gebruik van de disruptieve Sigfox-communicatietechnologie die het mogelijk maakt kleine datapakketjes aan een laag energieverbruik door te sturen. Deze energiezuinige communicatietechnologie heeft een positieve impact op de projectkosten.
FLAVR geeft iedereen toegang tot authentieke en gezonde huisbereide maaltijden. De start-up zet lokale (thuis)koks aan om hun kooktalent te delen met hun buren en zo het ondernemerschap te promoten.
Minder kosten, democratische en eenvoudiger toegang tot discretionair beheer. B2b geeft financiële instellingen meer tijd voor de klantrelatie: de oplossing beheert automatisch het Asset Management.
Engie M2M creëert mogelijkheden voor optimalisatie van bestaande werkprocessen, voor een nieuw aanbod aan producten en diensten en voor een nieuw op IoT-gebaseerd ecosysteem.
FLAVR heeft de eerste versie (na de bètaversie) van zijn platform gelanceerd in mei 2016. Grote uitdaging vandaag is de zoektocht naar een passende financiering om deze grootvolumebusiness (maar kleine winstmarges) krachtig te laten groeien.
Katalysatoren: medewerkers met ervaring in beleggingsgebonden IT-oplossingen, wat de kosten, onvoorziene omstandigheden en installatietijd vermindert. Obstakels: de moeilijkheid om een depositobank te vinden. De regelgeving en de veiligheidseisen zijn log en complex.
Een stimulans vanuit de overheid (bv. project ‘water-link’ in Antwerpen) is een katalysator voor deze nieuwe technologie. De diversiteit aan actoren of regelgeving waarmee er in de verschillende regio’s in België rekening moet worden gehouden, bemoeilijkt de realisatie van deze technologie in het land.
Nog meer de lean-startup-methode volgen en vroeger een Minimum Viable Product (MVP) lanceren. Nood aan een meer innovatieve en stabiele wetgeving die oplossingen voor de peer-to-peereconomie biedt, meer bepaald op het vlak van belasting en voedselveiligheid.
Behoefte aan meer eenvoudige regelgeving om de time-to-market te verbeteren. Gezien het wantrouwen van de markt (professioneel en particulier), behoefte aan herstel van het vertrouwen in en overtuigen van de geloofwaardigheid en de gegrondheid van de oplossingen.
De uitrol van het project ontketende een snelle evolutie: bedrijven onderzoeken hoe ze IoT in hun manier van werken kunnen integreren, start-ups werken hierrond een aanbod uit en overheden zetten IoTprojecten op. Een eenvoudiger landschap aan actoren zou die evolutie nog vergemakkelijken.
31
WHAT
MOBIL LITY Y & URBANISA ATIO ON
Le s le son ar s nt
Ka en taly ob sa st tor ak en el s
Im
pa
ct
W
ha
t
W
ho
“De CogniStreamer“D tools bieden een antw antwoord op de ‘need for speed’ bij innovaties.” Hein De Keyzer, CEO CogniStreamer
SMART MOBILITY PROJECT Vind gemakkelijk een parkeerplaats
“Technologie kan de leefbaarheid in een stad verbeteren en tegelijk de efficiëntie van de werking van stadsdiensten optimaliseren.” Philip Taillieu, CEO FLOW
PULSAR De metro van de toekomst
© TOM D’HAENENS
COGNISTREAMER Helpt organisaties met collaboratieve innovatie en cocreatie
“Met het automatiseren van het metronetwerk m en de u uitbreiding richting Brussel noord, werkt B SWECO vandaag al S mee aan Brussels leef leefbare mobiliteit van morgen.” Erwin Malcorps, Managing Director SWECO Belgium
CogniStreamer investeert continu in nieuwe collaboratieve innovatiemethodieken en -technologie en werkt hiervoor samen met onderzoekspartners, zoals Sirris en andere Europese onderzoeksinstellingen – in het kader van Itea2-(IWT) en H2020-(EU) projecten.
Het Smart Mobility Project is een initiatief van de Stad Kortrijk en zijn parkeerbedrijf Parko. In partnerschap met veel bedrijven, zoals Be-Mobile (een uit de fusie van Flow, Mobile-For en Be-Mobile ontstane Belgische vennootschap van de Proximus-groep). Proximus levert de draadloze verbinding.
Het PULSAR-project ontstond uit een publiek-private samenwerking. De MIVB, BELIRIS en Bruxelles Mobilité zijn de belangrijkste publieke betrokkenen. Deze laatste genieten de expertise van de studiebureaus SWECO Belgium, TPF Engineering, Amberg Engineering, Transamo en Van Campenhout.
CogniStreamer is een Belgisch softwareen consultancybedrijf met hoofdzetel in Kortrijk en filialen in de VS, India en Frankrijk. Het bedrijf faciliteert de volledige innovatieketting, van idee tot businessmodel, met als doel een duurzaam innovatieproces te installeren en innovatie te versnellen. De processen en tools van CogniStreamer bieden een antwoord op de ‘need for speed’ bij innovaties.
Het project wil parkeren in de stad gemakkelijker maken. Draadloze sensoren op openbare parkeerplaatsen detecteren een geparkeerd voertuig en monitoren de parkeerduur (maximum 30 minuten). Die informatie wordt naar een virtueel platform gezonden. Dat laat op zijn beurt de parkeerwachters weten wanneer een auto de toegestane parkeertijd heeft overschreden en leidt de automobilisten naar de beschikbare parkeerplekken.
Het PULSAR-project wil een nieuwe ultramoderne metrolijn bouwen die het centrum van Brussel verbindt met het noorden van de regio. Het project is in meer dan één opzicht innovatief: het wordt de eerste volledig geautomatiseerde metrolijn in België. Op engineeringgebied wordt de tunnel volledig ondergronds gegraven, zonder een open sleuf, wat een echte technische uitdaging vormt.
De impact op het bedrijf hangt af van de innovatiedoelen (incrementele innovatie zorgt bv. voor efficiëntiewinsten). Op de markt zien we dat de top-downbenadering verandert naar een ecosysteem.
Het project leidt tot betere bereikbare kleinhandelaars. Hierdoor stijgt hun omzet en de aantrekkelijkheid van de binnenstad voor bezoekers. Het is ook een inspiratiebron voor de andere steden.
De ontwikkeling van de nieuwe metro vormt een veelbelovende markt voor de verschillende private partners. Voor de MIVB is het project onontbeerlijk om het vervoersaanbod in Brussel uit te breiden.
De voorsprong van CogniStreamer inzake methodologie, software en ervaring in een ontluikende markt vergemakkelijkte het proces. Uitdaging is nu de internationalisering en de organisatie aanpassen.
Het project verliep in drie fasen: de installatie van de sensoren, de ontwikkeling van de back-endapplicatie, en het opzetten van de geleiding van de automobilisten en koppeling aan het handhavingssysteem. Het dankt zijn succes vooral aan een professioneel projectmanagement en aan de expertise van de partners.
Het PULSAR-project (gestart in 2011) moet in 2024 af zijn. De mobiliteitsproblemen in Brussel zijn een essentiële katalysator voor de ontwikkeling ervan. Door het graven van de tunnel, de automatisering en de vereiste investeringen vergt dit complexe project een professioneel management.
De start-upmentaliteit van experimenteren en R&D, in combinatie met steun van de academische wereld, bood een goede groeiomgeving. Ook de samenwerking met onze klanten en researchpartners was een must. Nu is er nood aan een internationale structuur, waarvoor we een partnerschap sloten met EY.
Wegens de relatieve complexiteit van het systeem hebben weinig steden en gemeenten de expertise om een dergelijk project uit te rollen. De private partners moeten het initiatief nemen en aan de plaatselijke overheden pasklare oplossingen voorstellen opdat de steden de sprong zouden wagen.
Een project met een dergelijke omvang bewijst het belang van een proactief beheer, met duidelijke doelen voor iedere partner en een permanente monitoring. Een strikte budgettaire opvolging en een voorzichtig risicobeheer zijn eveneens essentieel.
32 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
ADVERTORIAL
“Voor Rittal is innovatie essentieel om haar toppositie te behouden” Dixit Koen Wolfcarius, Managing Director van Rittal België. Rittal, met hoofdzetel in het Duitse Herborn (Hessen), biedt wereldwijd oplossingen voor industriële kasten, stroomverdeelsystemen, systeemklimatisering en IT-infrastruc tuur. De systeemoplossingen van Rittal worden toegepast in nagenoeg alle sectoren, hoofdzakelijk in de automobielindustrie, energieproductie, machine- en installatiebouw, alsook in de IT- en telecomsector. “In ons domein, industriële oplossingen, zijn we marktleider in België en wereldwijd. We hebben een sterk en stabiel marktaandeel op de industriemarkt”, vult Koen Wolfcarius aan. “Maar het is ook een snel veranderende markt, waardoor innovatie een must is.”
Hoe gaat Rittal om met veranderingen op de industriemarkt? “Onze doelmarkt evolueert razendsnel. Denk maar aan de autosector. Vijftien jaar geleden telde België vijf autoconstructeurs, vandaag nog twee. Die inkrimping heeft belangrijke gevolgen voor onze business. Rittal moet creatiever uit de hoek komen. Zo blijven we nieuwe markten opzoeken en exploreren. De voedingssector, de grootste industrie in België, is daar één van. Hij is ook heel uitdagend vanwege de steeds strengere vereisten op vlak van houdbaarheid en voedselveiligheid. En het design van de oplossingen in de voedingssector moet focussen op hygiënische produc tie (in vak termen Hygienic Design genoemd). Wij ontwikkelden een totaal nieuw produc tas sor timent, volledig compliant met die eisen. Dat nieuwe assortiment is het resultaat van een bevraging bij zo’n driehonderd klanten, en speelt specifiek in op de noden van de sector. De Rittal Hygienic Design kasten zijn zo ontworpen dat het onmogelijk is dat er na het reinigen nog voedselresten achterblijven.”
“DE INDUSTRIEMARKT DAAGT ONS UIT OM CREATIEF EN INNOVATIEF UIT DE HOEK TE KOMEN”
Koen Wolfcarius Managing Director van Rittal België
Op welke manier zet Rittal in op nieuwe tendensen in de industriemarkt? “We zien de laatste jaren drie tendensen: energiebesparende oplossingen, IT-vooruitgang en ergonomisch werken. Energiebesparing is essentieel in onze sector. Bij de kastenbouw bijvoorbeeld is het cruciaal dat de apparatuur in de kast in het juiste klimaat (temperatuur, vochtigheidsgraad…) functioneert. Dat vergt (veel) energie. Dus lanceerden we een nieuw product met een bewezen energiebesparing van 70 tot 80%. De return on investment is zo snel dat het de moeite loont om bestaande installaties te vervangen. Naast de energiebesparing kan de technologie ook via de smartphone worden bediend. Zo kan de gebruiker op afstand de temperatuur lezen, foutenanalyses maken, instellingen wijzigen, en dat voor meerdere machines tegelijkertijd. Met onze Rittal Automation Systems focussen we op ergonomie. We proberen de last van het bewerken en verplaatsen van kasten en onderdelen te minimaliseren. Onze innovaties spelen dus in op de tendensen, maar het gebruiks- en installatiecomfort van de klant primeert altijd.”
WHAT
MOBIL LITY Y & URBANISA ATIO ON BRUCLOUD Een innovatief Cargo Community Platform voor Brucargo
Le s le son ar s nt
Ka en taly ob sa st tor ak en el s
Im pa ct
W
ha
t
W
ho
“Het cloudplatform van Brucargo leidt tot efficiëntere planning, kortere wachttijden, een betere bezettingsgraad en nauwere samenwerking tussen partners.” Steven Polmans, Head of Cargo, Brussels Airport Company
CONNECTED VEHICLES Troef voor vlot en veilig verkeer “Het Connected Vehicles-project biedt heel veelbelovende vooruitzichten inzake verkeersveiligheid en mobiliteit.” Etienne Willame, directeur-generaal Operationeel Directoraatgeneraal Wegen en Gebouwen
ON WHEELS Een opensource app voor personen met beperkte mobiliteit “Alle app-gebruikers zijn verschillend, omdat personen met een beperking ook verschillend zijn. Dat was ons vertrekpunt en is onze sterkte. Het biedt de mogelijkheid te differentiëren!” Joke Van der Auwera, vicevoorzitster On Wheels
BRUCloud ontstond uit een partnerschap tussen Brussels Airport en tal van bedrijven actief op de luchthaven. De technologie komt van de Belgische starter Nallian. Ook Voka (netwerk van Vlaamse ondernemingen) en het VIL (Vlaams Instituut Logistiek) droegen bij tot het project.
Het project ‘Connected Vehicles’ werd ontwikkeld door de Directie Veiligheid Wegeninfrastructuur van de Waalse Overheidsdienst, in samenwerking met IBM en de PSA-groep.
On Wheels is een starter opgericht in 2013. Voor zijn ontwikkeling kreeg On Wheels de steun van IBM, dat zijn ontwikkelingsplatform ‘Bluemix’ ter beschikking stelde. En van Deloitte, dat bijdroeg aan de ontwikkeling van de smartphone-app.
BRUCloud is een virtueel integratieplatform voor de gemeenschap van actoren op Brucargo, de logistieke zone van Brussels Airport. Het doel is deze gemeenschap van autonome, maar onderling afhankelijke actoren te integreren. Om dat te bereiken, biedt het platform de stakeholders de mogelijkheid om in real time informatie over planningen, machines en goederen uit te wisselen en oplossing aan te reiken via individuele apps.
De innovatie bestaat in het gebruik van gegevens die afkomstig zijn van voertuigen in beweging. Die maken het mogelijk de circulatie en de veiligheid op de baan te observeren en te verbeteren, alsook potentieel gevaarlijke situaties te analyseren (plotse remmanoeuvres, files inhalen bij afritten…). De gegevens worden geanalyseerd en geïntegreerd in het cartografisch systeem van het Waals Gewest om acties te ontplooien op het terrein.
On Wheels wil het leven van mensen met beperkte mobiliteit vergemakkelijken met een smartphone-app die de gebruiker naar rolstoeltoegankelijke plaatsen leidt (toiletten, restaurants, winkels, enz.). De gebruikersgemeenschap helpt de lijst en de ligging van de toegankelijke inrichtingen bijwerken. Het systeem gebruikt het ‘Bluemix’-platform van IBM, een innovatieve technologische oplossing.
BRUCloud optimaliseert de goederenstromen, faciliteert elektronische communicatie, automatiseert processen en bevordert de multimodaliteit. Dat alles versterkt het concurrentievermogen van de bedrijven en verhoogt de aantrekkelijkheid van Brussels Airport als logistieke poort.
Dit project stelt de betrokken partners in staat innovatieve en veelbelovende oplossingen inzake slim verkeersbeheer uit te werken en zo te zorgen voor vlotter en veiliger verkeer.
On Wheels vergemakkelijkt de mobiliteit van mensen in een rolstoel, sensibiliseert steden en inrichtingen om hun toegankelijkheid te verbeteren en moedigt het delen binnen de gebruikersgemeenschap aan.
BRUCloud werd gelanceerd in 2014 binnen het START-project van de Vlaamse regering om de luchthavenregio te stimuleren. Ondanks een zekere weerstand tegen verandering is het project een succes, vooral dankzij de inspanningen van Brussels Airport om er alle actoren actief bij te betrekken.
Het Waals Gewest zag snel het potentieel van deze innovatie in en besloot te investeren in een researchpartnerschap om na te gaan in welke mate de oplossing aansloot bij zijn eigen behoeften. De nauwe samenwerking tussen de Waalse overheidsdienst en IBM/PSA is ongetwijfeld een katalysator.
On Wheels is een project in expansie dat steeds meer steden overtuigt. De communicatie en het noeste werk van de start-up droegen bij tot het succes ervan, evenals de netwerking met uiteenlopende stakeholders. De grootste uitdaging blijft de groei van het project, en meer specifiek de datacollectie.
BRUCloud opereert binnen een complexe omgeving die een individueel bedrijf niet in zijn eentje aankan. Een op samenwerking gebaseerde en gemeenschappelijke aanpak is dus essentieel. Voorts is het cruciaal de actoren aan te moedigen om voortdurend te innoveren om competitief te blijven.
De gezamenlijke realisatie had duidelijk voordeel bij 1) de open opstelling van het Waals Gewest, bereid om een samenwerking op poten te zetten met industriële partners om hun werkwijzen en modellen te versterken en 2) de open opstelling van de industriële partners, die zich aanpasten aan de overheidssector.
Om te zorgen voor groei van het project en zijn expertise is het nuttig een beroep te doen op ervaren partners. De communicatie, de public relations en de partnerschappen met andere ondernemingen met sociale doeleinden zijn ook belangrijk voor een organisatie als On Wheels.
34 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
Uw ideale adviseur begrijpt uw business. En loopt liefst twee stappen voor op uw vragen. IdentiďŹ ceert bedreigingen en kansen en heeft al antwoorden voordat u ernaar vraagt. De wereld is een dorp. En u heeft behoefte aan een optimale interactie tussen wereldwijde visie en lokale kennis. Een partner die anticipeert in plaats van reageert.
RSM, the power of being understood.
www.rsmbelgium.be
T +32 (0)2 725 50 04 - www.rsmbelgium.be Kantoren in Antwerpen, Brussel, Charleroi, Bergen, Zaventem Vanaf juni 2016 nieuwe Kantoren in Aalst THE POWER OF BEING UNDERSTOOD AUDIT | TAX | CONSULTING RSM Belgium is a member of the RSM network and trades as RSM. RSM is the trading name used by the members of the RSM network. Each member of the RSM network is an independent accounting and consulting ďŹ rm each of which practices in its own right. The RSM network is not itself a separate legal entity of any description in any jurisdiction. The RSM network is administered by RSM International Limited, a company registered in England and Wales (company number 4040598) whose registered office is at 50 Cannon Street, London, EC4N 6JJ. The brand and trademark RSM and other intellectual property rights used by members of the network are owned by RSM International Association, an association governed by article 60 et seq of the Civil Code of Switzerland whose seat is in Zug.
WHAT
TASTY & HEALTHY FOOD THE SMART GASTRONOMY LAB 3D Foodprinting
Le
s le son ar s nt
Ka en taly ob sa st tor ak en el s
Im
pa
ct
W
ha
t
W
ho
“Deze nieuwe horizon in de wereld we van voedsel stimuleert stimule nu creativiteit en in innovatie bij ‘early users’, maar wordt in de ko komende decennia onon onontkoombaar voor alle a actoren.” Eric Haubruge, eerste vicerector ULg
STARTECH Uitbouw tarweketen in Wallonië door innoverende voedingsmiddelen “Doel? De hoge toegevoegde waarde vvan Waalse tarwe beter uitspelen door functionele d meelsoorten te produceren.” Maud Quaniers, M verantwoordelijke ver R&D, Kwaliteit Belourthe
VEGETABLE LIGHT RECIPE (VeLiRe) Om teelten te stimuleren en laboratoriumonderzoek te vergemakkelijken “De toepassingen toe zijn veelzijdi zijdig: wetenschappelijk onder onderzoek, glastuinbouw, stimulering groei gazons stimu sportterreinen, i vitro kweek algen, in ch champignonkweek,...” G Georges Ferdinand, manager GDTech
Wie zijn de partners in het project? • Living Lab (innovatielab) • Sector: gastronomie • Founding partners: Universiteit van Luik, Génération W, Kikk, BEP, TRAKK (creatieve hub uit Namen)
Aan de basis van het STARTECH-project ligt een samenwerking tussen het landbouwtoeleveringsbedrijf Wal.Agri, dat voor de coördinatie zorgt, drie industriële partners (Belourthe, Moulins de Statte en Dumoulin) en twee partners uit de wetenschappelijke wereld (CRA-W, het Waalse centrum voor landbouwkundig onderzoek en de Universiteit van Luik).
Het VeLiRe-project is het resultaat van een samenwerking tussen drie bedrijven (Global Design Technology (GDTech), TaiPRO Engineering (spin-off van de Universiteit van Luik) en Araponics) en twee wetenschappelijke partners (Universiteit van Luik en Gembloux Agro-Bio Tech).
Met deze innovatie wil men 3D-printing toepassen in de voeding. Het project omvat onder meer het ontwikkelen van een prototype, R&D op verschillende matrices, het produceren van 3D-stukken en het opzetten van start-ups in deze activiteitensector.
Dit project moet het diversificatiepotentieel vergroten van de actoren in de ‘tarweketen’ in Wallonië, zowel in de primaire productie als in de eerste en tweede verwerking van het graan. Het doel is de toegevoegde waarde van het graan in Wallonië te houden door functionele meelsoorten met hoge toegevoegde waarde te produceren.
De ontwikkeling van revolutionaire LED-verlichtingstoestellen die het lichtspectrum zo kunnen sturen dat bij de kweek echte ‘lichtrecepten’ kunnen worden gebruikt. Of het nu gaat om het vergemakkelijken van laboratoriumonderzoek of om het stimuleren van aspecten van de massaproductieteelt (smaak, wortel- of bovengrondse groei, kleur van de plant…), de toepassingen zijn talrijk.
Uitrollen van een nieuwe markt, realiseren van nieuwe vormen die onmogelijk kunnen worden verkregen met conventionele technieken. De start-up werkt aan zijn eigen printer voor chocolade.
Deelname aan dit project helpt de functionele meelsoorten die al in Wallonië worden geproduceerd beter te karakteriseren. Voorts moet dit de weg openen naar nieuwe toepassingen naast de gemodificeerde zetmeelsoorten die al op de markt zijn.
Dankzij de jongste verlichtingstechnologie (LED) zal de tuinbouwsector aanzienlijke (ecologische) energiewinst boeken, gekoppeld aan een verhoging van de toegevoegde waarde van de teelt.
De katalysator is het samenbrengen van expertises die elkaar aanvullen. We benaderden een expert die ons helpt met alles wat bij de economische ontwikkeling komt kijken. De moeilijkheden doen zich vooral voor bij het uitwerken van het prototype.
Het project loopt 42 maanden. De partners wonen zesmaandelijkse bijeenkomsten bij die vlot verlopen dankzij gestroomlijnde communicatie. De tussentijdse rapporten worden gecentraliseerd. Voor industriëlen kan deelname aan die bijeenkomsten logistieke en organisatorische problemen stellen.
Katalysatoren waren de goede complementariteit van de competenties van de projectpartners, en de aanwezigheid, bij meerdere spelers, van personen met sterk polyvalente kwaliteiten.
Op het domein van de intellectuele eigendom hebben wij geen expertise. We vragen ons af vanaf wanneer een wijziging van een object kan worden beschermd, aangezien wij een open source-printer gebruiken die wij wijzigen en aanpassen aan chocolade.
Het was zaak om contact te leggen met de industriële actoren en zo zicht te krijgen op hun verwachtingen. Dankzij de samenwerking met de concurrentiepool WagrALIM verliepen die contacten vlotter. Het hielp de partners in het project ook in een sterkere positie en dat was dan weer nuttig om enkele specifieke financieringsproblemen van de baan te krijgen.
We leerden in team werken, efficiënt te communiceren en een rolverdeling te hanteren. Alsook de projecten te beheren in overeenstemming met de aanbevelingen van het Waalse gewest en van de ‘Pôle Wagralim’ (VeLiRe is voor de meeste partners het eerste Wagralim-project).
36 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
DE NIEUWE VOLVO S90 HET RESULTAAT VAN ANDERS DENKEN Wij hebben sinds ons ontstaan een andere visie op hoe we de auto van morgen kunnen ontwerpen. Sinds 1927 bouwen we de veiligste wagens ter wereld. En we hebben ze steeds eenvoudiger gemaakt om mee te rijden. Ook hun impact op onze leefomgeving hebben we fors verminderd. Vandaag lanceren we een nieuwe Volvo waarvan elk detail een reden heeft. Ontwerp, technologie en veiligheid … alles is rondom u gebouwd om u te beschermen. De standaard Pilot Assist houdt automatisch een snelheid aan en blijft op een veilige afstand van uw voorligger. En het geraffineerde interieur straalt rust en comfort uit. Met de nieuwe Volvo S90 rijden we een nieuw tijdperk van luxe en innovatie binnen. Maar we zullen nooit vergeten waar we vandaan komen. STANDA ARD ME T PILOT ASSIST ONTDEK HEM BIJ UW VOLVO-VERDELER
4,3 - 7,2 L/100 KM I 113 - 165 G CO2/KM Milieu-informatie KB 19/03/2004: www.volvocars.be.
WHAT
TASTY & HEALTHY FOOD FOODPAIRING Identificeert de succesvolle smaken van morgen
Ka en taly Le ob sa ss st tor o le n ak en ar s el nt s
Im pa ct
W
ha
t
W
ho
“Dankzij aangepaste eetgewoontes kunnen we onze planeet redden en een gezond leven leiden. Foodpairing wil deel van de oplossing zijn en wereldleider in de foodtechindustrie worden.” Bernard Lahousse, mede-oprichter
EURO EI Omega 3 verrijkte eieren
“Veel meer dan vroeger is voeding vandaag fundamenteel voor het totale welzijn van de mens, de maatschappij. Innovaties in de hele keten maken het voedsel uiterst gezond én lekker!” Nicolas Duyck, Managing Director Euro Ei
FSE NETWORK Food Waste Challenge
“Iedereen kan helpen om minder voedsel te verspillen. Niet alleen de bedrijven, maar ook de consument moet zijn steentje bijdragen.” Joris Depouillon, mede-oprichter
Partners in het project: • Foodpairing (Foodtech-kmo) • Creatieve chefs van overal (culinaire trends) • Voedingsindustrie en specifieke voedingsmerken • E-commerce voor voeding (datapartnerships) Softwareontwikkelaars (API-services) • MeBioS (KU Leuven) • Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO) • Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie (IWT).
In het project zijn drie partners betrokken: Lodewijckx Groep (specialisatie in eieren en eiproducten), Euro El bvba Tessenderlo (onderdeel van de Lodewijckx Groep) en KULeuven-KULAK (Food & Lipids Laboratorium, prof. Imogen Foubert).
Partners die bij het project betrokken zijn: • voedingsbedrijven, zoals retailers en verwerkende bedrijven • FSE Network: Europees innovatienetwerk rond voedselverlies • ondernemers en innovatoren uit het FSE Network
Foodpairing doet aan marktonderzoek en informatietechnologie om de succesvolle smaken van morgen te identificeren. Door de combinatie van wetenschappelijk onderzoek en consumentendata verkleinen we de time-to-market en vergroten we het succes van nieuwe producten.
Doel was de geïntegreerde effecten te onderzoeken van ‘supplementatie’ van voeder van legkippen met volledige biomassa van microalgen, rijk aan LC-PUFA. Zo werd het effect nagegaan van de soort microalg, de dosis en het supplementatieschema op de aanrijking van eieren met LC-PUFA, de algemene kwaliteit van de eieren en de zoötechnische prestaties en de gezondheid van de kip.
Een innovatieproces dat bedrijven helpt met uitdagingen rond voedselverspilling. Enerzijds helpt het de reststromen te valoriseren, anderzijds om voedselverlies te reduceren. De uitkomst van de Food Waste Challenge is ofwel een start-up/ spin-off, ofwel een businesscase voor het bedrijf.
Foodpairing heeft de ambitie om uit te groeien tot hét ‘go-to’-platform voor consumenten, dat hen helpt om gevarieerd en verrassend te eten, maar ook gezond en duurzaam. Een pionier zijn in het digitaliseren van voeding.
De productie van consumptie-eieren voor de retail wordt gedomineerd door de huismerken van de supermarkten. Een eigen merk geeft aanleiding tot een sterkere positie van het bedrijf.
Ontwikkeling van nieuwe producten op basis van voedseloverschotten, of kostenen CO2-besparing door reductie. Creatie van tewerkstelling en sensibilisering rond voedselverlies via een nieuw product.
De Raad van Advies die in 2016 werd opgesteld, was een sterke katalysator in het bestaan van het bedrijf. Vandaag is dit het klankbord voor belangrijke beslissingen. Een belangrijk obstakel is de instroom van nieuw talent. Vlaamse technologie zet zich nog te weinig om naar wereldniveau.
Een state-of-the-artstudie inventariseerde de mogelijkheden en beperkingen van verschillende omega 3-bronnen. Er werd een experimentele voederformulering geëvalueerd op basis van een combinatie van lijnzaadolie en gedroogde algen.
Het FSE Network is momenteel in gesprek met verschillende bedrijven om de eerste Food Waste Challenge te organiseren.
Focus. Focus. Focus. Zoek een niche en wordt de beste in dat domein.
De organisatie en de samenwerking verliepen goed. Het project kreeg toegang tot de markt van supermarkten Spar, Okay, Colruyt, AVEVE, Carrefour, Makro, Alvo & Champion. Na afloop was het traject vrij kort, waardoor de financiering geen groot issue was.
Met events zoals ‘Feeding the 5000’ hebben we bewezen dat je met een beetje inspiratie overschotten kan omtoveren tot een heerlijke maaltijd voor heel veel mensen.
38 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
GRATIS* DATABASE > 20.000 freelancers Zoek een Freelancer
Functie
T
Regio
ZOEKEN
T
Naam
Regio Plaats
Functie
Ervaring Details
Walter
Antwerpen
digital marketeer
10
Phillipe
Gent
vertaler Frans-Nederlands
5
Wendy
Aalst
copywriter
24
6RÀH
5RHVHODUH
JUDÀVFK YRUPJHYHU
Carine
Hasselt
administratie
15
Luc
Brussel
WHFKQLVFK WHNHQDDU
Een freelancer schakel je in • voor 1 keer – 1 uur – 1 dag – 1 maand – 1 jaar • om kennis in te huren of werkpieken op te vangen • en factureert zijn prestaties.
Zo werkt Freelancenetwork.be 1. maak je keuze uit het aanbod van freelancers op functie of regio, 2. contacteer de freelancers gratis, 3. freelancer gevonden, dan factureert de freelancer rechtstreeks aan jou, 4. je betaalt dus niks aan Freelancenetwork.be. * Gratis voor wie freelancers zoekt omdat freelancers zelf een bijdrage betalen aan Freelancenetwork.be.
20.000 experts on demand
WHAT
TASTY & HEALTHY FOOD PURATOS De innovaties van Puratos maken bakkers, patissiers en chocolatiers succesvoller
ho
Puratos biedt een volledig assortiment aan innovatieve producten en oplossingen voor de bakkerij-, patisserie- en chocoladesector. Puratos innoveert om zijn klanten succesvoller te maken in hun zaak. En doet dat met innovatieve producten (zoals fermentatieproducten), diensten (bv. Puratos Sensobus) en processen waardoor bv. minder bewaarmiddelen nodig zijn in vullingen.
Le
s le son ar s nt
Ka en taly ob sa st tor ak en el s
Im
pa
ct
W
ha
W
De groep Puratos innoveert samen met partners uit België en de hele wereld, zoals • KU Leuven, UGent, ULG in België • Paris Agrotech, Universiteit Bari (IT), Universiteit Maastricht, Nofima (NO) en TU Munich in Europa • Jiangnan Universiteit Wuxi, Universiteit Cordoba Argentinië
t
“De groei van Puratos (6-8%) steunt op innovatie.” Filip Arnaut, R&D Director GRS Lab
De groei van Puratos (6-8%) wordt systematisch gemeten via de Innovation Puramid en steunt op innovatie. De voornaamste katalysatoren zijn de partners, de steun van de overheid en de nabijheid bij de consument (bv. op Tastetomorrow(.com). Obstakels? Het wettelijke kader dat voortdurend verandert, de complexiteit van de materie en het opschalen van een artisanaal naar een industrieel proces. De ervaring leert dat een ‘fail fast’aanpak en stevige win-wincontracten met partners nodig zijn. Elke innovatie heeft bovendien nood aan een volgehouden ondersteuning, ook na de lancering, en aan een goed innovatieproces, zoals de Puratos Innovation Track.
40 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
kleine en middelgrote ondernemingen
beschermen waar u goed in bent een must voor uw bedrijf
talensia verzekeringspackage
www.axa.be AXA Belgium, NV van verzekeringen toegelaten onder het nr. 0039 om de takken leven en niet-leven te beoefenen (KB 04-07-1979, BS 14-07-1979) Maatschappelijke zetel : Vorstlaan 25 - B-1170 Brussel (BelgiĂŤ) - Internet : www.axa.be Tel. : 02 678 61 11 - Fax : 02 678 93 40 - KBO nr. : BTW BE 0404.483.367 RPR Brussel - 7.06.5226
© TOON COUSSEMENT
PASSION AND PURPOSE
TOPMAN BELGIË OVER GOOGLES INNOVATIEFORMULE
WHO Tien jaar geleden heetten de hoofdspelers in de gsm-markt Nokia en Blackberry, en waren Scandinavië en Japan de globale hotspots. Sindsdien zette Silicon Valley die sector naar zijn hand en deelt onder meer Google vandaag de lakens uit. Het toont aan in welke mate de uitvindingen die ten zuiden van San Francisco worden gelanceerd heel snel een directe impact hebben op het dagelijkse leven van mensen wereldwijd. Over het wel en wee achter het stormachtige succes van Google, Thierry Geerts, CEO Google België.
I
Wat is de visie van Google rond het belang van het grensoverschrijdend innoveren? Wat zijn kansen, wat zijn bedreigingen? “Vandaag zijn 2,7 miljard mensen en miljoenen bedrijven wereldwijd met elkaar geconnecteerd. Die open grenzen bieden heel wat versnellingsfactoren die ideeën uitwisselen, samen nadenken en dus innoveren gemakkelijker maken. Of niet-innoveren riskanter. Door het potentieel van de geconnecteerde, digitale wereld moet alles wat ooit werd uitgevonden worden herbekeken. De mogelijkheden en de nood om te innoveren zijn vandaag gigantisch. Met dien verstande dat innoveren de uitvinding overstijgt. Innovatie uit zich ook in kleine dingen, zoals de facturatie digitaliseren, permanent en online converseren met de klanten… De sleutel tot innovatie vandaag is de eindklant. Wie luistert naar de klant – ook dat is grensoverschrijdend samenwerken – ontvangt een overvloed aan ideeën of suggesties waarmee hij aan de slag kan om het beter, innovatiever te doen. Dus ver van de O&O-afdeling is innovatie anno 2016 een permanente noodzaak en opportuniteit voor iedere bedrijfsleider.”
I Is innovatie altijd even zinvol? “Absoluut. Of je dat nu leuk vindt of niet. Zelfs een puur maakbedrijf kan niet onder de digitalisering en het ‘internet of things’ uit. Elke innovatie, hoe minimaal ook, kan grote productiviteitswinsten opleveren. Maar verwar diversificatie niet met innovatie. Innovatie betekent niet dat je moet afwijken van je corebusiness of iets helemaal anders moet gaan doen. Kranten verzamelen en verspreiden vandaag nog altijd nieuws zoals 100 jaar geleden, maar ze gebruiken hedendaagse tools en kanalen. Het bedrijf moet vasthouden aan zijn echte toegevoegde waarde – in casu maken van nieuws, niet nieuws met inkt op papier zetten – in relatie met zijn eindklant. Airbnb is de grootste hotelketen ter wereld, maar bezit geen enkele kamer. Het heeft wel een veel betere
relatie met zijn eindklant dan het gemiddelde, klassieke hotel waar de klant online geen kamer kan boeken via zijn smartphone. Moet het dan verbaasd zijn als een intermediair die service wel biedt?”
NIET INNOVEREN IS ALS TERUGKEREN VAN MOBIELE NAAR VASTE TELEFOONS. GEK
I
Een voorbeeld van die continue innovatie bij Google? “De communicatie met onze medewerkers. Iedere week maken Google-oprichters Larry Page en Sergey Brin een vol uur vrij voor al hun medewerkers wereldwijd. Dertig minuten over de businessstrategie en een half uur Q&A. Geen enkele vraag gaan ze uit de weg. Integendeel. Ook dat is innovatie. De moderne medewerker wil voeling met de missie en cultuur van het bedrijf. En die relevantie willen ze horen van de bedrijfsleiders. De technologie maakt vandaag die wereldwijde communicatie met iedereen ook mogelijk. Uitvluchten zijn niet meer mogelijk.” 43
© TOON COUSSEMENT
WHO
DE TECHNOLOGIE VAN EEN GEFAALD PRODUCT KAN IN ANDERE TOEPASSINGEN TOT NIEUWE INNOVATIES LEIDEN I Op 4 september werd Google 18 jaar. Volwassen! “Maar we willen blijven puberen. We zijn nooit tevreden. Het kan altijd beter. Zo blijven we investeren in de innovatie van onze zoekmotor. We beseffen heel goed dat we het ons niet kunnen veroorloven op dezelfde technologie te blijven teren. We moeten voortdurend blijven innoveren, want vandaag komt de concurrentie van overal. Doen we dat niet, dan zou ons kroonjuweel ongemerkt beetje per beetje aan relevantie verliezen om uiteindelijk geen waarde meer te hebben. Jezelf permanent heruitvinden vereist geen rocketscience, maar besef heel goed dat dankzij de huidige technologie een kleine start-up met amper twee man al ontzettend innovatieve zaken kan ontwikkelen.” 44 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
I
Hoe verwerkt Google innovatieprojecten die niet het verhoopte succes halen? “Wie niet faalt, heeft te weinig geprobeerd. Niemand kan onmogelijk vanaf de eerste poging de roos raken. Nochtans is dat het doel van het gros van de Belgische ondernemers. De Belg gaat eerst twee jaar nadenken over een nieuwe applicatie, wil anticiperen op alle mogelijke problemen. Daarna gaat hij drie jaar programmeren en lanceert uiteindelijk een verouderd product. Google lanceert veel sneller betaversies en luistert vervolgens heel aandachtig naar de feedback van de gebruikers om zoveel mogelijk te leren. Inderdaad, niet elk Googleproject groeit uit tot een kassucces. Toen de smartphone nog niet was doorgebroken, lanceerde Google ooit een dienst waarmee gebruikers konden bellen om telefonisch het resultaat van een zoekactie te krijgen. De dienst draaide op een grote flop uit, maar Google hield er wel een database aan over met gesproken zoektermen in zowat alle Amerikaanse accenten. Dat zou later de basis worden van ‘voice search’, een manier om de Google-zoekmachine mondeling aan te sturen. Vandaag trouwens een van onze grootste groeiers.”
Horta Hall - © Regina-Jules Hayois
CENTRE FOR FINE ARTS BRUSSELS Contact: corp@bozar.be / +32 2 507 84 45
PALEIS VOOR SCHONE KUNSTEN BRUSSEL PALAIS DES BEAUX-ARTS BRUXELLES Rue Ravensteinstraat 23 1000 Brussels www.bozar.be
CORPORATE
“Enjoy a backdrop of unique performing arts, fascinating exhibition halls and magnificent reception rooms for your event. With BOZAR, you can experience a true partnership for inspired and tailor-made gala dinners, presentations, events, conferences or seminars for 20 to 2200 people. BOZAR’s passion, emotion and professionalism will shine through your event – with the influence of BOZAR’s unique artistic programme.”
© TOON COUSSEMENT
WHO
I
Falen is meer dan een recht. Het is ook strategie? “Een ander facet van falen is zorgen dat je als ondernemer de trends waar je moet meespelen niet mist. Neem nu Google Video. Onze webgebaseerde zoekmachine voor video- en filmbestanden kwam maar niet van de grond, terwijl een kleine start-up met de naam YouTube wel succesvol was. Google mocht en kon de videotrend niet missen. Zelf faalden we, maar we vonden een oplossing en kochten YouTube. De digitalisering is zo’n overkoepelende, niet te missen trend die je kunt opdelen in verschillende subtrends (lees kader ‘Niet te missen’), waaronder cloud computing. Het is bovendien een mythe te denken dat je de digitalisering controleert, laat staan kunt controleren. Maar dat is een ander verhaal.”
I
BELGEN WILLEN EERST ALLE POTENTIËLE PROBLEMEN UIT DE WEG VOORALEER ZE AAN INNOVATIE DOEN. IN SILICON VALLEY GAAT MEN ER VOOR EN PAST DE ONDERNEMER ZICH ONDERWEG AAN
46 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
Hoe gaat Google om met het vermarkten van zijn innovaties in een wereld met verschillende regio’s, markten en culturen? “Dankzij de geconnecteerde wereld is het meer dan ooit tevoren minder complex om een innovatie wereldwijd in de markt te zetten. De impactsnelheid van ‘Pokémon Go’ was 10 jaar geleden ondenkbaar. Het is Googles missie om alle beschikbare informatie aan elke mens waar ook ter beschikking te stellen. Met respect voor de lokale cultuur, taal, regulering… Belgische bedrijven onderschatten de kracht van de geconnecteerde wereld. Elke kmo is maar één klik verwijderd van liefst 2,7 miljard mensen, potentiële klanten. Belgische ondernemers zijn veel geremder dan pakweg de Amerikaanse. ‘Mijn pralines verkopen aan de hele wereld? ‘Neen, want…’ is vaak het antwoord. Ze kijken te veel naar de drempels, te weinig naar de kansen. Problemen zijn er om onderweg te worden opgelost en vormen op zich zelfs nieuwe opportuniteiten. Let wel, Google speelt geen kamikaze, maar onze houding verschilt fundamenteel van de Belgische.”
OB66784
www.innovationforum.be
Inspiratiebron voor ondernemers Begin dit jaar heeft studiebureau Profacts 505 beslissingsnemers uit het bedrijfsleven telefonisch gecontacteerd om hun mening over Kanaal Z en Canal Z te kennen. Bijna alle respondenten in Vlaanderen kennen Kanaal Z. In het zuiden van het land is Canal Z bekend bij drie vierde van de Franstaligen. Zowat alle respondenten weten het nieuwsaanbod van de zender te appreciëren. Beide zenders bekleden een mooie tweede plaats als het gaat over het aanbod van de meest waardevolle informatie om bedrijfsvoering te schragen,
innovation
net na de grote publieke algemene zenders (één en La Une). Ondernemers vinden er informatie en inspiratie om belangrijke zakelijke beslissingen te motiveren. Bron: Profacts Studie, februari 2016
Dankzij deze televisiezender bereikt u een interessant zakelijk publiek om uw producten en diensten in de kijker te zetten. Contacteer ons om samen uw doeltreffende campagne te definiëren. Kanaal Z/Canal Z bereikt dagelijks 504.661, wekelijks 2.094.060 en maandelijks 4.731.149 kijkers (*). Dankzij deze televisiezender informeert u dus een talrijk en interessant zakelijk publiek over uw producten en diensten. Contacteer ons om een optimale audiovisuele bedrijfscommunicatie op te zetten. (*) Bron: CIM TV/Transfer/Arianna, National, Total Day, Live+7, 4+, Timeperiods, RCH, March 2016
Kanaal Z/Canal Z: alles over business, economie en financiële topics. Christel Veris - Content manager Kanaal Z/Canal Z christel.veris@roularta.be - 0495 59 52 55 www.kanaalz.be - www.canalz.be
Alex Coene - Netmanager Kanaal Z/Canal Z alex.coene@roularta.be - 02 467 57 17
WHO
I
Google houdt dus nauwelijks rekening met grenzen en verschillen om de juiste innovatie, bij de juiste consument, op het juiste moment te introduceren? “Subtieler. We bedenken het nieuwe product/service zonder met grenzen rekening te houden. Zodra we het vermarkten, rollen we het land per land uit. En dat kan razendsnel als je de visie en ambitie hebt om de wereld te veranderen. Waakzaam blijvend dat we de kracht van het product niet uithollen door het te vermarkten ‘à la tête du client’. We willen de wereldwijde informatie ter beschikking van iedereen in alle landen, maar zonder onszelf te verloochenen.”
I Kunnen we de wereld veranderen? “Dankzij de digitale, 4de industriële revolutie liggen de innovatiekansen voor het grijpen en heb je veel minder resources nodig om echt te veranderen. Je moet vandaag de dag niet langer in elk land fysiek aanwezig zijn om de wereld te veroveren. De kleine interne Belgische markt speelt wel niet in ons voordeel (lees het kader ‘Innovatievermogen van België’). En de eengemaakte Europese markt van 500 miljoen consumenten is nog verre van één in vergelijking met de Amerikaanse. De complexiteit, afwijkende regulering… helpen geen enkel bedrijf vooruit. Daarom is Google zo’n groot pleitbezorger van de ‘single digital market’. Minder uit eigenbelang, maar omdat de Europese bedrijven dan veel meer de innovatiekansen van de digitale economie zouden kunnen benutten.”
I
Welke ingrijpende innovaties zitten vandaag al bij Google in de pijplijn? “Onze kern is Google Search en daar blijven we zoals gezegd continu innoveren. Onze ‘search’ evolueert naar een volwaardige ‘assistant’. In plaats van alleen gerichte vragen te beantwoorden met gerichte antwoorden, willen we echt assisteren. Bijvoorbeeld door te anticiperen op vragen. Een voorbeeld: heb je een afspraak bij de
tandarts, dan zal de virtuele assistent Google Now je een kaart tonen met de route naar de praktijk. Vervolgens stuurt hij je een melding dat je moet vertrekken of, als er een file is, een waarschuwing dat je vroeger dan gepland moet vertrekken. Al die informatie haalt Google Now uit Google Calendar, Gmail, Google Maps enz. Vroeger had alleen de CEO een ‘personal assistant’. Wij willen iedereen zo’n assistent aanbieden. Een tweede ingrijpende evolutie is ‘voice’. Ook daarvoor hebben we zoals gezegd al de fundamenten gelegd. We hanteren geen masterplan, maar zien overal opportuniteiten. Tel daarbij op dat we nooit tevreden zijn en je hebt de optimale innovatieformule.”
WAAROM KOMEN DE MEEST SUCCESVOLLE BEDRIJVEN UIT AMERIKA OF AZIË? EUROPA IS NOG TE COMPLEX EN TE ON-EENGEMAAKT
I
Eigenlijk wel frustrerend als het aanbod kansen groter is dan wat je kunt behappen? “Maar ook heel boeiend. Daarom filteren we gefocust. En zetten we kleine teams in die zoeken naar oplossingen voor een wereldprobleem. Google Car is daar een voorbeeld van.
HET INNOVATIEVERMOGEN VAN BELGIË DOOR DE BRIL VAN GOOGLE België telt veel sterke voorbeelden van innovatieve bedrijven, maar in generieke termen • hebben de Belgen te weinig ambitie om ver te springen. “Daardoor rem je het enthousiasme van de medewerkers. Vaak reikt de ambitie niet verder dan het product in Vlaanderen/België verkopen. Eenmaal dat lukt, gaat de Belg misschien de internationale stap zetten.”; • zijn ze te conservatief. “Onze digitale economie is maar half zo groot als die van Nederland.”; • denken en handelen ze te versnipperd. “Zij die wel grensoverschrijdend denken, zoeken hun geluk in het buitenland. Jammer.”;
48 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
• beschikken ze over een te kleine interne markt. “Waardoor ze te traag voldoende schaalgrootte kunnen realiseren om uit te rukken naar een grotere markt.”; • beschouwen ze falen nog te veel als mislukken. “Een ondernemer die in België faalt, wordt gebrandmerkt. In Silicon Valley sta je opnieuw recht, leer je uit de fouten en probeer je het opnieuw. Zonder vingerwijzing.”.
Hoe het plan
aanpassen aan de wetgeving? Hoe
Hoe
vernieuwen
financieren
om het aantrekkelijk te maken?
en boeken volgens IAS19?
PENSIOENPLAN Hoe het (laten) beheren op professionele wijze en aan een lagere kost?
Hoe de werknemers het plan laten waarderen" Hoe de plannen van bedienden en arbeiders
harmoniseren "
BENEFIT FROM OUR EXPERIENCE Nexyan, een team van actuarissen en consultants gespecialiseerd in employee benefits, is er om u raad te geven en u efficiĂŤnt te helpen in de snel veranderende wereld van de aanvullende pensioenen.
Voor meer informatie over onze diensten : www.nexyan.be Excelsiorlaan 23, 1930 Zaventem
WHO NIET TE MISSEN Geen enkel bedrijf kan voorbijgaan aan de oprukkende digitalisering. Vijf vragen zijn daarbij essentieel: 1. Wat doe ik met 2,7 miljard mensen die wereldwijd zijn geconnecteerd? 2 Wat doe ik met al mijn medewerkers die met elkaar zijn geconnecteerd, binnen en buiten het bedrijf? 3. Op welke manier integreer ik de mobiele wereld? 4. Hoe actief word ik in de cloud – elke consument heeft dankzij de cloud toegang tot een gigantisch computervermogen. En uw bedrijf? 5. In welke mate sta ik klaar en open voor artificiële intelligentie – wetende dat het sowieso in de cloud zit ingebed?
I Nog één boodschap voor bedrijfsleiders en ondernemers? “De 21ste eeuw is een fantastisch tijdperk om te innoveren. Net zoals de jaren 60 van vorige eeuw dat waren. België stond toen in het centrum van de wereld – denk aan Expo ’58. Vandaag speelt de digitale revolutie zich vooral af in Silicon Valley en Azië. Waarom niet ambiëren dat het hier moet gebeuren? Ik geloof dat het nog kan, op voorwaarde dat alle actoren enkele versnellingen hoger schakelen.”
© TOON COUSSEMENT
Liever dan in heel veel dingen middelmatig te zijn (en geen echte verandering te realiseren), bijten we ons liever met passie en overtuiging vast. We missen niets, maar selecteren bewust. Besef wel dat het geen gemakkelijke wereld is. Alles evolueert immers zo snel en de concurrentie neemt overhand toe. De lat ligt hoog voor een bedrijf als Google, waarvan wordt verwacht dat zowat elke dienst of elk product uitgroeit tot een instant succes. Door die druk lopen we constant op de toppen van onze tenen. En hebben we ons businessmodel de voorbije vijf jaar al twee keer opnieuw uitgevonden: van desktop naar mobiel en van klassieke advertising naar programmamarketing. Dat zijn fundamentele veranderingen binnen ons ecosysteem.” I Verandering is geen last, maar een kans? “We houden niet krampachtig vast aan het bestaande. Een klant verliezen, een verouderd proces, een nieuw model… mag je niet als een probleem beschouwen. Verandering is voor onze medewerkers een doel en een passie. Passion and purpose zijn nog belangrijker dan de innovatie op zich. Werk met gepassioneerde medewerkers die weten voor welk doel en missie ze werken, en de innovatie zal vanzelf opborrelen. Ondervraag binnen om het even welk bedrijf de mensen en je krijgt duizend ideeën.”
I
Hoe groot is het risico dat Google wel overal aanwezig en actief is, maar op termijn minder als een sleutelspeler zou kunnen worden beschouwd door de eindgebruiker? “Voor de buitenwereld lijkt het alsof Google alles wil doen: bank spelen, uitgever worden... Voor alle duidelijkheid, dat zijn en willen we niet. We focussen op weldoordachte projecten en stimuleren concurrentie, want dat helpt ons vooruit. Stel dat een concurrent sneller dan wij een zelfrijdende auto op de markt brengt, dan is dat zo. Door het open te spelen – en niet verstopt in een laboratorium – versnellen we onze vooruitgang. Tegelijk zijn we inspirerend en tonen we dat falen geen mislukking is. Google hanteert de 70-20-10-regel. 70% van onze tijd investeren we in het goed doen van onze corebusiness, 20% is innoveren binnen de bestaande activiteiten en 10% zijn ‘moonshots’ of toegepast fundamenteel onderzoek. Maar wat we ook doen, de focus ligt altijd op de noden van en de relevantie voor de eindgebruiker. We zijn niet relevant door ons verleden. Dat is een fout die teveel bedrijven maken.”
50 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
WE HANTEREN GEEN MASTERPLAN, MAAR ZIEN EN GRIJPEN OVERAL OPPORTUNITEITEN
WHO
IT’S EARLY MORNING ON THE WEB
ARTIFICIËLE INTELLIGENTIE EN ‘MACHINE LEARNING’ ZIJN DE TOEKOMST
Matt Brittin, President, EMEA Business and Operations Google, was keynotespreker op het VBO-Forum ‘Innovation across Borders’. Zijn visie balt hij treffend samen in het motto ‘It’s early morning on the web’.
I
We staan dus nog maar aan het begin van het digitale tijdperk? “Vandaag heeft bijna drie miljard mensen toegang tot het web. Binnen 10 jaar zal zo goed als de hele wereld geconnecteerd zijn. Goed voor 8 miljard mensen die ‘s werelds informatie binnen handbereik hebben. Onze rol is dubbel: de toegang tot het net voor iedereen faciliteren, maar tegelijk alle mensen, waar ook, helpen om het beste te halen uit die ongelofelijke omwenteling. Google beschouwt technologie veel ruimer dan alleen maar toestellen. Het is meer dan wat je in je broekzak stopt, in je oren plugt of rond je pols draagt. Het is de mensen toegang bieden tot die informatie die hun leven beter maakt. Het is voor iedereen.”
I
Bedrijven moeten relevant zijn door wat ze doen in de toekomst, niet door hun verleden? “Nog niet zo lang geleden was ik in Oost-Europa, Praag, waar alles draait om de bescherming van de toekomst tegen het verleden. De mensen daar hebben geen gemakkelijk verleden gekend en omarmen de toekomst. Ze kijken vooruit en over de grenzen heen. Ze versterken hun technologische vaardigheden; beschikken over uitstekende ondernemers in de digitale ruimte. Wanneer ik echter tijd doorbreng in meer West-Europese landen voel ik dat ze het verleden willen beschermen tegen de toekomst… Kijk naar wat er op geopolitiek vlak gebeurt, het Trump-effect, de Brexit in het VK, Poetin in Rusland… Het gevaar dreigt dat men steeds meer naar binnen plooit en naar het verleden teruggrijpt dan over de grenzen heen naar de toekomst kijkt.”
Hoe zal artificiële intelligentie de computerwereld veranderen? “Artificiële intelligentie en ‘machine learning’ zijn de toekomst. Daar twijfel ik niet aan. Het is belangrijk. Punt. ‘Machine learning’ onderbouwt onze zoekmotor met gesproken taalprocessen. Dankzij machineleren daalde de foutmarge bij Google op twee jaar tijd van zo’n 25% tot 5 à 6%. Met minder datapunten kunnen we de gebruiker meer en sneller accurate zoekresultaten bieden. Kortom, onderschat de transformatiekracht van ‘machine learning’ niet.”
Bron: ‘Marketing week Europe’ van 18/4/2016. www.marketingweek.com/2016/04/18/nicola-mendelsohn-and-matt-brittin-on-vr-ai-and-why-the-future-is-bright-for-marketing/
I
I De eindklant krijgt altijd het laatste woord? “In veel gevallen staan ‘oude’ taal en denkpatronen in de weg. Maar het helpt wanneer je je 100% probeert te focussen op wat mensen doen en denken over hoe je met hen kunt connecteren. Neem mijn zoon van 16. Hij kan naar dezelfde content kijken op vijf of zes verschillende platformen. Hij kan kijken via de klassieke tv, op Netflix, TVCatchup, Amazon Prime of YouTube en dat vanop verschillende toestellen: zijn smartphone, tablet, laptop of televisietoestel. Hij kan het op vijf verschillende manieren bekijken en iedere vorm heeft een andere advertentiewaarde. Te gek om los te lopen. Dat moet veranderen. Gemakkelijk is het niet, want het betekent economische en datacollectiemodellen veranderen. Anders gezegd, we moeten nadenken over wat de mensen doen en wat bedrijven/merken zouden kunnen doen met al die eindgebruikers.”
51
HOW
VAN INNOVATIEVOLGER NAAR -LEIDER Zowel de overheid als de bedrijfswereld moeten inspanningen leveren om van België een Europese innovatieleider te maken. Vandaag is ons land immers nog altijd meer ‘volger’ dan pionier. Dit hoofdstuk bundelt een aantal aanbevelingen zowel voor de bedrijven als de overheid om onze innovatieslagkracht op een hoger niveau te tillen.
1.
WAT KUNNEN DE BEDRIJVEN BETER DOEN?
Veel bedrijven innoveren, maar ronden niet alle innovatieprojecten met succes af. Falen betekent daarom niet mislukken. Maar wie aandacht heeft voor een aantal fundamentele principes en ‘recepten’ verhoogt zijn slaagkansen om doelgericht, efficiënt en succesvol te innoveren. 1.1. SAMENWERKEN IS ONONTBEERLIJK Zoals in het hoofdstuk ‘Fundament voor concurrentiekracht en welvaart’ (p. 4) werd uitgelegd, neemt de internationale concurrentie toe en versnelt het tempo van verandering. Bovendien worden maatschappelijke uitdagingen complexer en vereisen ze expertise uit meerdere sectoren. Veel bedrijven, niet op zijn minst kmo’s, beschikken niet over alle nodige resources, zoals relevante technologische kennis, voldoende gekwalificeerd personeel, relevante ervaring en financiële middelen om een innovatieproject succesvol te voltooien. Samenwerkingsverbanden kunnen bedrijven helpen om toegang te krijgen tot de resources waarover ze zelf niet beschikken. Dat gebeurt dan vaak in het kader van wat generiek ‘open innovatie’* wordt genoemd.
* Bij open innovatie zoeken ondernemingen niet enkel binnen de eigen organisatie naar ideeën en kennis, maar ook bij universiteiten, publieke onderzoekscentra, start-ups en andere bedrijven.
De belangrijkste motivatie om open te innoveren is dus dat bedrijven zelf niet over alle noodzakelijke kennis en middelen (hoeven te) beschikken om te innoveren. Die kennis van buiten de eigen onderneming kan op verschillende manieren worden gezocht en toegepast. • In een eerste fase kan de onderneming een beroep doen op ‘externen’ om ideeën te genereren. Klanten, leveranciers en experts kunnen een belangrijke bijdrage leveren bij het identificeren van opportuniteiten, technologische en markttrends. Zo helpen ze bij het uitstippelen van de innovatiestrategie. Eén mogelijkheid is om één of meer innovatie- of ‘nieuwe technologie’-experts geregeld te consulteren of zelfs structureel te betrekken bij de onderneming (bv. in de raad van bestuur). Ook werkgeversfederaties en collectieve onderzoekscentra kunnen een belangrijke rol spelen als klankbord of inspiratiebron. 53
HOW • Zodra de strategie op punt staat, zijn in een tweede fase samenwerkingsverbanden met complementaire bedrijven waardevol om de innovatiestrategie uit te rollen in nieuwe producten of processen. Hoewel de meeste publieke ondersteuningsvormen focussen op samenwerking binnen eenzelfde industrie, zijn ook sectoroverschrijdende samenwerkingsverbanden vaak erg inspirerend en succesvol*. • Ook coverkoop is een optie. De ‘Hospital of the future’ (lees de meer uitgebreide casestory op p. 20) is bijvoorbeeld een samenwerking tussen een 30-tal bedrijven. Elke partner is gespecialiseerd in een specifiek aspect van de ‘Hospital of the future’. Door de producten van de partners samen te vermarkten, bieden ze een geïntegreerde oplossing aan. Duidelijke afspraken over wie hoofd- en onderaannemer is, zijn hierbij onontbeerlijk. • Een open innovatiestrategie veronderstelt ook een actief beheer van de intellectuele eigendom. Zo kunnen de intellectuele-eigendomsrechten van een technologie die niet aansluit bij de kernactiviteit van de onderneming, via licenties worden toegekend aan een derde partij. Die op zijn beurt wel is gespecialiseerd in het vermarkten van die technologie. Omgekeerd hoeft een onderneming niet altijd zelf het warm water uit te vinden. Het is belangrijk om ook zelf aan technologiescouting te doen en oplossingen die de eigen corebusiness ondersteunen, eventueel in licentie te nemen in plaats van zelf te investeren in de ontwikkeling ervan. • Een aandelenbelang nemen in start-ups om zo de hand te leggen op beloftevolle nieuwe technologie, kan ook deel zijn van de open innovatiestrategie.
* We stellen bijvoorbeeld vast dat heel wat innovaties inzake gezondheidszorg zich vandaag de dag afspelen op een kruispunt tussen biotechnologie, 3D-printing, materiaalkunde, digitale technologie en geneeskunde. En inzake energie, klimaat en mobiliteit zitten er grote innovaties in de pijplijn die steunen op een combinatie van slimme digitale netwerken, nieuwe materialen en innovatieve scheikundige processen. 54 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
• Tot slot kan het nuttig zijn om de regulerende instanties op tijd en waar relevant te raadplegen en te informeren over de op stapel staande technologie (de zgn. ‘early dialogue’). Uiteraard moeten de overheidsdiensten in kwestie ook openstaan voor zo’n dialoog. Bovendien leert de ervaring dat u best de samenwerking zo snel mogelijk opstart. Zo waren voor Appiness, een in 2013 opgerichte appontwikkelaar uit Gent (lees de meer uitgebreide casestory op p. 27) samenwerking (met onder andere Proximus en VRT) en openheid cruciale succesfactoren bij de ontwikkeling van SPOTT, een smartphoneapplicatie die tv-programma’s interactief maakt.
OPEN INNOVATIE VERONDERSTELT EEN ACTIEF BEHEER VAN DE INTELLECTUELE EIGENDOM 1.2. SNEL AFSPRAKEN MAKEN OVER INTELLECTUELE EIGENDOM Intellectuele eigendom (IE) voorkomt dat innovaties onterecht gebruikt en verkocht worden door concurrenten, waardoor het resultaat van maanden of soms zelfs jaren onderzoek verloren gaat. Bovendien stelt IE ondernemingen in staat zich te beschermen tegen namaak en zich te verzekeren van een exploitatiemonopolie op een technische innovatie of merknaam. Behalve bescherming biedt IE ook businessopportuniteiten. Als immaterieel actief kan het inkomsten genereren in de vorm van licentieovereenkomsten, overdracht van intellectuele-eigendomsrechten, enz. Aangezien het succes of falen van een onderneming vaak afhangt van het vermogen om haar intellectuele eigendom effectief te benutten en de betrokken risico’s adequaat te evalueren, mag de ondernemer het belang van goede afspraken over intellectuele eigendom niet onderschatten. Om discussies en onzekerheid te vermijden, is het bovendien belangrijk dat er zo snel mogelijk, liefst nog voor de start van het project, concrete afspraken worden gemaakt. Zo zijn er verschillende punten waarvoor het bedrijf aandacht moet hebben: • Wie zal eigenaar worden van de intellectuele-eigendomsrechten? • Hoe worden de inkomsten uit de onderzoeksresultaten verdeeld onder de partners? • Moeten partners intellectuele eigendom inbrengen in de samenwerking om het innovatieproject mogelijk te maken? Zo ja, hoe zal hiermee worden omgegaan? Bedrijven moeten bovendien de juiste keuze maken tussen de verschillende vormen van intellectuele eigendom. Zo beschermen merken het imago en de naam van de onderneming. Tekeningen en modellen definiëren dan weer het uitzicht van producten. Het octrooi beschermt uitvindingen die technische problemen oplossen en in aanmerking komen voor industriële toepassingen.
HOW Auteursrechten beschermen creaties van de geest, zoals teksten, muziek, beeldende kunst en films. Maar ook software en databanken. Auteursrechten vereisen in tegenstelling tot de andere intellectueleeigendomsrechten geen registratie, maar worden automatisch verworven. Een bedrijf kan kiezen om geen octrooi aan te vragen voor een technische uitvinding, maar om een vertrouwelijkheidsbeleid uit te werken om zijn intellectuele eigendom te beschermen. Zo’n beleid biedt specifieke voordelen. Zo gaan er geen kosten mee gepaard, is de geheimhouding niet beperkt in de tijd en moet de uitvinding niet publiek worden gemaakt. De keuze tussen een octrooi of een beleid tot zakelijke geheimhouding vormt dus een belangrijke economische en strategische keuze. Over het strategische belang en het gebruik van intellectuele eigendom publiceerde het VBO een REFLECT-magazine ‘Waarde winnen met intellectuele eigendom’. U kunt het gratis downloaden op de VBO-website (www.vbo.be > publicaties > REFLECT). 1.3. CULTURE OF CHANGE Innovatief zijn en blijven veronderstelt een bedrijfscultuur die efficiënt omgaat met disruptie en verandering. Een rigide bedrijfscultuur remt innovatie immers af of staat ze zelfs in de weg.
EEN RIGIDE BEDRIJFSCULTUUR STAAT INNOVATIE IN DE WEG Succesvolle bedrijven worden al te vaak de gevangene van hun eigen geschiedenis of erfenis waardoor ze moeilijker innovatief kunnen reageren op veranderingen in hun omgeving. Ze focussen te sterk op de kerncompetenties en kenmerken die in het verleden succesvol waren en staan daardoor weigerachtig tegenover verandering. In een snel veranderende markt kan zo’n houding tot problemen leiden.
Een bedrijf dat nieuwe opportuniteiten wil grijpen en flexibel wil inspelen op een veranderende omgeving, moet een bedrijfscultuur ontwikkelen die openstaat voor verandering en strategische flexibiliteit. Flexibiliteit en agiliteit om nieuwe kerncompetenties te ontwikkelen, om bestaande praktijken in vraag te stellen en om voortdurend na te denken wat nodig is om vooruit te gaan. De hele organisatie moet doordrongen zijn van zo’n cultuur. Geef alle medewerkers de vrijheid om opportuniteiten te identificeren en bij te dragen aan een efficiënte en doeltreffende organisatie. Ontwikkel een opleidingsbeleid dat de kennis en flexibiliteit van alle medewerkers bevordert en een HR-beleid dat doordacht bestaande functies schrapt en nieuwe creëert in functie van de business- en innovatiestrategie.
2.
WAT KAN DE OVERHEID BETER DOEN?
Uiteraard spelen ook de overheden op de verschillende bevoegdheidsniveaus een belangrijke rol om van België een innovatieleider te maken. Alle overheden zijn verantwoordelijk voor het scheppen van een aantrekkelijk ondernemings- en innovatieklimaat. Daartoe beschikken ze over verschillende hefbomen: • een aantrekkelijk fiscaal klimaat voor ondernemen, O&O en innovatie (federaal); • een eenvoudige en efficiënte financierings- en innovatiesteun (regionaal); • snel en efficiënt opstellen van technische standaarden op Europees of internationaal niveau; • een regelgevend kader dat innovatie op geen enkel niveau in de weg staat. 2.1. AANTREKKELIJK FISCAAL KLIMAAT VOOR ONDERNEMEN, O&O EN INNOVATIE België levert al heel wat inspanningen die volgens de meerderheid van de ondernemers significant bijdragen tot een aantrekkelijk innovatieklimaat. Zo laten het O&O-belastingkrediet en de investeringsaftrek toe de kosten voor onderzoek en ontwikkeling te drukken. Kmo’s bijvoorbeeld kunnen dankzij de investeringsaftrek 13,5% van de aanschaffingswaarde van een octrooi aftrekken van hun belastbare winst. Bovendien wordt dankzij de octrooiaftrek (bij de publicatie van dit nummer in hervorming) de winst uit succesvol onderzoek voor 80% vrijgesteld. De overheid komt ook tegemoet aan de hoge loonlasten voor onderzoekers. Zo moet de werkgever 80% van de bedrijfsvoorheffing van de onderzoeker niet doorstorten. En dankzij de innovatiepremie kunnen werknemers die met een sterk idee een reële meerwaarde 55
HOW voor het bedrijf creëren, een financiële vergoeding krijgen die is vrijgesteld van socialezekerheidsbijdragen en niet wordt belast.
BELGIË MOET DE BESTAANDE FISCALE STIMULI NOG UITDIEPEN WIL HET DE WERELDWIJDE INNOVATIEVERSNELLING NIET MISSEN In 2015 keurde de federale regering een maatregel goed om startende ondernemingen te steunen. Zo kan iemand die investeert in een starter een belastingvermindering in zijn personenbelasting genieten van 30 of 45% van het geïnvesteerde bedrag. En voor de digitale deeleconomie werkte dezelfde regering een aantrekkelijk fiscaal stelsel uit. Inkomsten van particulieren actief in die deeleconomie worden tot 5.000 euro per jaar slechts belast aan een effectief tarief van 10%. Er bestaan dus al tal van fiscale stimuli om onderzoek en ontwikkeling aan te moedigen. België mag de huidige, wereldwijde innovatieversnelling niet missen en moet die maatregelen behouden en zelfs nog verdiepen waar mogelijk. 2.2. INNOVATIE- EN ONDERNEMERSSTEUN: EENVOUDIGER EN DOELGERICHTER De overheden bieden naast fiscale stimuli nog een breed gamma aan directe steunmaatregelen om bedrijven en innovatieve projecten te steunen. Dat gaat van financieringssteun over subsidies voor innovatieprojecten (bv. via het Agentschap Innoveren & Ondernemen (VLAIO), het Brussels Instituut voor onderzoek en innovatie (Innoviris) of het Agence pour l’Entreprise & l’Innovation (AEI)) tot adviescheques. Sommige van die maatregelen bieden een belangrijke meerwaarde en helpen startende bedrijven de inherente onzekerheden en kapitaalbehoeften die gepaard gaan met innovatie, te overwinnen. Toch zijn die maatregelen voor verbetering, uitbreiding of vereenvoudiging vatbaar op uiteenlopende domeinen: • er is nood aan verdere vereenvoudiging en stroomlijning van de verschillende steunmechanismen. Heel wat ondernemers zien door de bomen het bos niet meer; • de regionale overheden moeten (taal)grensoverschrijdende projecten makkelijker maken. Het is voor Vlaamse bedrijven nog te moeilijk om steun te krijgen voor innovatieprojecten in Wallonïë en omgekeerd; • bedrijven die opschalen (de zgn. ‘scale-ups’) verdienen meer aandacht. Te veel beloftevolle bedrijven slagen er na één of twee initiële kapitaalrondes niet in om daarna de volgende grote stap te zetten richting voldoende schaalgrootte om op langere termijn succes te realiseren (de zogenaamde ‘Valley of Death’*). De overheid kan hier zelf ingrijpen of het aanbod van privéspelers aanmoedigen; * Valley of Death verwijst naar de hoge probabiliteit dat een start-up failliet zal gaan voordat hij voldoende kan groeien om een stabiele inkomstenstroom te realiseren. Na de initiële financieringsrondes maakt een start-up immers veel kosten zonder dat er al sprake is van een significante inkomstenstroom. 56 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
HOW • tot slot is er meer aandacht nodig voor de financiering van proefprojecten, prototypes en LSDs (Large Scale Demonstrators). Tot op vandaag is het erg moeilijk om hier een vorm van overheidsondersteuning te krijgen. Nochtans is dit een belangrijke en vaak ook heel dure stap in het innovatieproces. 2.3. NOOD AAN SNELLERE TECHNISCHE STANDAARDISERING OP EUROPEES NIVEAU Standaarden zijn in tal van sectoren (telecom, elektriciteit, bouw, mobiliteit…) onontbeerlijk en vormen de basis van (industriële) processen. Veel technische producten kunnen pas worden vermarkt als de interoperabiliteit is gegarandeerd en ze kunnen worden geïntegreerd in wereldwijde (informatie) netwerken. Dat is in het bijzonder het geval binnen de digitale economie. De interoperabiliteit van intelligente machines bijvoorbeeld is cruciaal om het potentieel van de digitalisering en het internet of things te realiseren.
TRAGE STANDAARDISERING HINDERT HET INNOVATIEPROCES
Vandaag verloopt dit standaardiseringsproces relatief traag. Een onderneming kan zich onder andere via het Belgisch Instituut voor Normalisatie (BIN) richten tot de Europese organisaties ter zake (ETSI, CENELEC en CEN)* die op hun beurt rekening houden met wat er op internationaal vlak beweegt (International Electrotechnical Commission - IEC; International Organization for Standardization - ISO…) Standaardisering is een complexe evenwichtsoefening (vaak tussen grote multinationale ondernemingen) die vaak jaren in beslag neemt vooraleer er eensgezindheid wordt bereikt over een technische basisnorm. Voor de Belgische ondernemingen is het lang uitblijven van dergelijke technische normen op allerlei domeinen (bv. mobiliteitsdata, thermostaten…) vaak een belangrijke hinderpaal voor innovatie en vermarkting.
Het is dan ook aangewezen dat de Europese innovatiestrategie aandacht heeft om sneller en efficiënter afspraken over technische standaarden te bereiken. 2.4. INNOVATIEVRIENDELIJKE REGELGEVING Tal van innovatieprojecten botsen op sectorspecifieke regelgeving die innovatie in de weg staat omdat de wetgeving te rigide is of onvoldoende mee evolueert met de innovatie. Voorbeelden zijn nuttig afvalmateriaal dat niet mag worden hergebruikt omdat het is geclassificeerd als afval. Of bestaande vestigingsregels die nieuwe innovatieve platformen met particuliere aanbieders bemoeilijken (denk aan Uber of aan bedrijven uit de deeleconomie die maaltijden ter beschikking stellen). Het zou bijzonder nuttig zijn als er een algemeen ‘innovatieprincipe’ wordt ingevoerd. Dat betekent dat de overheid alle nieuwe regelgeving toetst aan de vraag of ze geen belemmering vormt voor innovatie. Aan de overheid om zelfs verder te gaan en ook de bestaande regelgeving in die zin te evalueren. Bovendien moet de overheid vaker en intensere contacten onderhouden met de bedrijfswereld. Op die manier kan ze voldoende snel de richting van de wereldwijde innovatie inschatten en erop inspelen. Vandaag lopen overheid en regulering immers vaak achter op de ontwikkelingen binnen de bedrijven zelf. Dat creëert rechtsonzekerheid bij ondernemingen en remt tegelijk innovatie af. Hierna geven we drie voorbeelden van innoverende technologie waarvan de mogelijkheden vandaag de dag nog onderbenut worden omdat de regulering in kwestie te beperkend is of achterophinkt op de realiteit.
* ETSI: European Telecommunications Standards Institute CENELEC: European Committee for Electrotechnical Standardization CEN: European Committee for Standardization 57
HOW Deeleconomie Veel bestaande regelgeving is niet aangepast aan de hedendaagse zogenaamde ‘deeleconomie’. We kennen intussen allemaal wel de controverse rond Uber en Airbnb, maar ook andere deeleconomie-platformen, zoals FLAVR en Menu Next Door, botsen op rigide regelgeving. Op beide digitale platformen kunnen hobbykoks beperkte hoeveelheden maaltijden verkopen aan geïnteresseerde klanten. De Belgische inspectie- en controledienst voor voedselproductie (AFSCA – FAVV) beschouwt die particuliere hobbykoks als traiteurs en dus moeten ze voldoen aan een aantal evidente hygiënevereisten, maar ook aan formele, administratieve vereisten (btw-nummer, attest ‘basiskennis bedrijfsbeheer’, toelating FAVV) die voor de hobbykoks buiten proportie zijn. De vereisten worden gericht gecontroleerd en bij overtreding met boetes bestraft. Veel hobbykoks dreigen daardoor af te haken.
VANDAAG LOPEN OVERHEID EN REGULERING VAAK ACHTER OP DE ONTWIKKELINGEN BINNEN DE BEDRIJVEN
Tegelijk stelt het recent in het federaal parlement goedgekeurde wetsontwerp van minister Alexander De Croo particulieren in staat om bij te verdienen zonder btw-verplichting. Dat botst met het koninklijk besluit van het FAVV die die verplichting wel oplegt voor wie occasioneel maaltijden bereidt in het kader van de nieuwe deeleconomieplatformen. Ook het behalen van een attest ‘basiskennis bedrijfsbeheer’ is voor deze hobbykoks niet evident en bovendien volstrekt nutteloos gezien hun beperkte economische activiteit. Het is dan ook aangewezen dat in de wetgeving van het FAVV een uitzondering wordt ingebouwd voor deze specifieke vormen van de deeleconomie. 58 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
Gezondheidszorg In de gezondheidszorg moet het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten (fagg) een nieuwe behandeling of medicijn goedkeuren en het RIZIV beslissen over de terugbetaalbaarheid. Dan pas mag het op de markt worden gebracht. Het is uiteraard niet meer dan normaal dat er streng wordt toegezien op de kwaliteit van geneesmiddelen en medische behandelingen. Maar de procedures kunnen wel sneller en de regulerende instanties kunnen zich beter voorbereiden op innovaties die in de pijplijn zitten. Bij medicijnen voor mensen die celtherapie, gentherapie of weefselmanipulatie combineren met een medisch hulpmiddel (Combined Advanced-Therapy Medicinal Products) bijvoorbeeld loopt de procedure nog moeilijk. Zo verloopt de evaluatie van dit soort producten door het EMA (European Medicines Agency) momenteel nog moeizaam. Er moet dan ook dringend werk worden gemaakt van een efficiëntere communicatie tussen de regulerende instanties en de innoverende bedrijven. In het voordeel van beide partijen trouwens. Want, enerzijds kunnen de regulerende instanties de innovaties die op til staan nauwer opvolgen en zich er beter op voorbereiden. Anderzijds hebben bedrijven die aan een innovatieve medische behandeling werken, er alle belang bij om zo snel mogelijk samen te werken met de regulerende instanties en zo het regulerende kader (zowel nationaal als internationaal) mee vorm te geven. Wetgeving – Drones Drones bieden heel wat industriële opportuniteiten en het gebruik zal de komende jaren alleen maar toenemen. Meer in het kielzog van de nieuwe technologie duiken ook nieuwe risico’s en bezorgdheden op, bijvoorbeeld inzake privacy, de beveiliging van industriële sites en de wet die het gebruik van bewakingscamera’s regelt. De huidige wetgeving is echter onvoldoende toekomstgericht, legt het gebruik onnodig streng aan banden en houdt zo innovatie tegen. Zo verbiedt ze expliciet het gebruik van drones voor post- en vrachtvervoer en voor het droppen van voorwerpen of het sproeien tijdens de vlucht. Ook autonoom vliegen wordt volledig verboden. Een drone moet te allen tijde door een mens worden bestuurd. Op die manier verbiedt de wetgeving expliciet nuttige, veelbelovende toepassingen. De onlineretailer Amazon bijvoorbeeld test intensief het bezorgen van pakjes per drone en in het buitenland worden al drones ingezet om gewassen te sproeien. Vandaag zijn autonome drones misschien nog onvoldoende veilig, maar de kans is groot dat op korte termijn volledig autonome drones zullen worden ontwikkeld die veiliger zullen zijn dan de mensbestuurde versies.
HOW DE REGULERENDE INSTANTIES MOETEN ZICH BETER VOORBEREIDEN OP INNOVATIES IN DE PIJPLIJN
3.
BESLUIT
Innovatie is belangrijk en is mogelijk voor elke onderneming zolang ze bereid is om samen te werken met anderen en de krachten te bundelen. Een strategie op maat inzake intellectuele eigendom vormt hierbij een belangrijk aandachtspunt. Enerzijds omdat het de innovatie-inspanningen van ondernemingen beschermt en anderzijds een belangrijke bron van inkomsten kan genereren die toekomstige innovaties kunnen financieren. Bestaande bedrijven moeten bovendien aan een sterke veranderingscultuur werken om ‘agile’ te kunnen reageren op een veranderende omgeving en te voorkomen dat ze gevangene worden van hun eigen verleden. Hoewel Belgische bedrijven al heel wat innovatie-inspanningen leveren, strandt België nog altijd als een ‘innovation follower’ in de Europese rangschikking. Om van volger naar leider door te groeien, moet de overheid het innovatiekader aantrekkelijker en efficiënter maken. Aan de overheid om in de eerste plaats het bestaande fiscaal kader, dat al goede punten krijgt, te behouden en waar mogelijk nog te versterken. Bovendien kan de directe innovatie- en ondernemerssteun eenvoudiger en moet er meer aandacht gaan naar ‘scale-ups’, proefprojecten en prototypes. En op Europees niveau is er nood aan een sneller standaardiseringsbeleid. Tot slot moet de overheid werk maken van innovatievriendelijke wetten en regels die geen nutteloze barrières opwerpen. Een overheid die zich steunt op het ‘innovatieprincipe’ en in een vroeg stadium openstaat voor dialoog met de bedrijfswereld (early dialogue), kan de innovatietrends tijdig identificeren en een toekomstgericht regelgevend kader scheppen.
59
THEMA’S 62 VENNOOTSCHAPSBELASTING HET VBO BLIJFT VOORSTANDER VAN EEN SUBSTANTIËLE VERLAGING
64 MOBILITEITSBUDGET CONCREET VOORSTEL LIGT KLAAR
65 INVESTERINGSKLIMAAT LOONMATIGING, INDEXSPRONG EN TAX SHIFT ZORGEN VOOR INVESTERINGEN ÉN JOBS
66 BTW VBO-PRIORITEIT VERWEZENLIJKT DANKZIJ BESTEMMINGSDOCUMENT
67 BREXIT NAAR EEN DUURZAME RELATIE MET DE BRITTEN
68 AUDITHERVORMING EEN PRAGMATISCHE AANPAK
BESTE LEZER Graag houden we voor u in REFLECT ook de vinger aan de pols van de actualiteit. In elke uitgave krijgt u een overzicht van voor het bedrijfsleven belangrijke thema’s die onze experts nauw en secuur aansturen, onderhandelen en opvolgen op zowel economische, sociale, juridische als fiscale domeinen. In de nu volgende bladzijden van REFLECT vindt u een selectie van dossiers waarop onze experts vandaag actief zijn om de belangen van onze lidfederaties en de aangesloten bedrijven maximaal te behartigen, dit zowel op federaal, Europees als internationaal niveau. Per thema krijgt u een status van het dossier, de positionering van het VBO en lichten we ook de ‘next steps’ toe. Op die manier hebt u een 360°-kijk op dossiers met een mogelijke belangrijke impact op uw business. Per thema vindt u eveneens de contactcoördinaten van de respectieve VBO-medewerker en verwijzingen naar andere relevante informatiebronnen. Een totaaloverzicht van alle dossiers en thema’s die onze experts opvolgen, vindt u op www.vbo.be (Actiedomeinen).
VBO RADAR – Eén klik naar de sterkste indicatoren!
Houdt u graag de vinger aan de pols van de recentste socio-economische evoluties van ons land? Krijgt u graag snel toegang tot de up-to-date analyses van de VBO-experts? Zo biedt de VBO RADAR vandaag informatie en harde cijfers over vier luiken: de arbeidsmarkt en de sociale zekerheid, de conjunctuurupdate, de concurrentiekracht, en de fiscaliteit. VBO RADAR werd uitgebreid met een nieuwe rubriek: Agility@work. www.vboradar.be
61
THEMA1
STRUCTURELE HERVORMING | FINANCIERING | 2 FASEN | VBO-PLAN
VENNOOTSCHAPSBELASTING HET VBO BLIJFT VOORSTANDER VAN EEN SUBSTANTIËLE VERLAGING
H
34% naar 24% – indien moet VBO is al lanHET VBO STEUNT TEN gelijk nog lager – terug te ge tijd vragenVOLLE HET INITIATIEF brengen? Op kruissnelheid de partij voor zal die daling ongeveer een structurele VAN MINISTER VAN 3,8 miljard euro kosten. en diepgaande hervorOVERTVELDT EN ALLE De daling gebeurt in twee ming van de vennootANDERE INITIATIEVEN fasen, waarvan de eerste schapsbelasting. Het fase (van 34% naar 24% steunt dan ook ten volle IN DIE RICHTING DIE voor de eerste 50.000 euro het initiatief van minister DE ONDERNEMINGEN belastbare winst en 29% Van Overtveldt. En alle ONDERSTEUNEN voor alles hierboven, vanaf andere initiatieven in die 2017) 2,2 miljard kost. richting trouwens die onDie verdient de overheid dernemingen, nationaal terug dankzij de spontane en internationaal, groot meeropbrengsten door het verdwijnen van alleren klein ondersteunen zodat ze maximale kansen lei internationale uitwijkmogelijkheden (BEPS) krijgen om te investeren, jobs te creëren en dus en de afschaffing van fiscale uitzonderingen. de koopkracht te versterken. Bovendien stellen we een doorgedreven vereenvoudiging voor. Schrap allerlei kleine aftrekposZelf heeft het VBO een evenwichtig plan uitgeten, bevries en plafonneer het tarief van de notiowerkt dat steunt op drie strategische uitgangsnele interesten (met een hoger percentage voor punten *: kmo’s) en stuur bepaalde verworpen en gemeng• een drastische vereenvoudiging die kmo’s en de uitgaven bij. starters ten goede komt;
CONTACT
• een substantiële verlaging van het tarief naar 24% en indien mogelijk naar een nog lager tarief; • een budgettair neutrale aanpak via compenserende maatreg maatregelen die geen nefaste econ economische ‘collateral damage’ damag veroorzaken.
Pieter Timmermans Gedelegeerd bestuurderr cva@vbo-feb.be * www.vbo.be > Actiedomeinen > Fiscaliteit > Vennootschapsbelasting g> Het VBO is en blijft voorstander van een substantiële verlaging van de vennootschapsbelasting 62 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
Budgettair neutraal Welke budgettair neu neutrale financierin ring stellen we vvoor om het ffaciaal tarief vvan de vennootschapsbelasting met 10 procentpunten van
De bijkomende verlaging van het nominale tarief (van 29% naar 24% tegen 2019) kost 1,6 miljard. Dat kan gefinancierd worden met compenserende maatregelen die geen negatief effect hebben op de economische groei en het ondernemerschap. En op voorwaarde dat het tarief in één hervorming wordt verlaagd tot 24%. In dat geval zijn maatregelen m.b.t. voorafbetalingen, overdraagbare verliezen, afschrijvingen en de notionele interest mogelijke pistes. Ten slotte is het VBO natuurlijk niet tegen een verlaging tot 20%, maar als je dat moet compenseren bij de consument met hogere btw en bij de ondernemer door zijn gecreëerde meerwaarde te belasten via een vermogenswinstbelasting, dan ziet het daar geen heil in.
Excellence,
this is what matters to business people!
logistics...
internet of things...
enviroment...
License holder of 47 envelopes with the EU label Better for the environment better for you
Elep envelopes.
Envelopes produced by ELEP: the excellent quality.
Direct mail envelopes are produced by millions every day, automatically inserted and sent towards the addressee. Mass production? Yes, but with the highest production standards of ELEP and printed in flexo or in offset. • Optimization of logistics is reached with Elep's lightbox (IWT-innovation), realizing savings up to 40% on storage and transport. • Participation in a FP7 European R&D project as an SME, investigating connectivity of paperbased wireless devices (www.ropas-project.eu). • Creation as the first SME in Europe an Ecolabeld collection of envelopes by screening its production facilities.
"We build our future by Innovation and Corporate Social Responsibility" Yves Peiffer
envelopes
an eye for detail • all sizes and shapes • optimized production • small and large runs • printed or unprinted Kerkhovensesteenweg 92 • B-3920 Lommel • Tel. +32 11 55 01 11 • Fax +32 11 54 26 86 • info@elep.be • www.elep.be
THEMA2
VEREENVOUDIGING | VOORDELIGE FISCALE BEHANDELING | INDIVIDUELE KAART
MOBILITEITSBUDGET CONCREET VOORSTEL LIGT KLAAR
N
aar aanleiding van verschillende studies over het belang van het
mobiliteitsbudget, zoals die van het Vlaams Instituut voor Mobiliteit (VIM), is het duidelijk dat de maatschappij klaar is voor de invoering ervan. Begin maart presenteerde het VBO een globaal masterplan* dat inzet op drie doelstellingen: de competitiviteit van onze on-
HET DOOR HET VBO UITGEWERKTE VOORSTEL GENIET OOK EEN VOORDELIGE FISCALE EN PARAFISCALE BEHANDELING
dernemingen, tegemoet komen aan de verzuchtingen van de burgers en een bijdrage leveren aan het milieu, de levenskwaliteit en de volksgezondheid. Onderdeel van dat plan was reeds het mobiliteitsbudget, dat ondertussen concreet is uitgewerkt.
CONTACT Marie-Noëlle Vanderhoven Competentiecentrum Werk & Sociale Zekerheid mnv@vbo-feb.be In samenwerking met Nicolas Coomans Competentiecentrum Duurzame Ontwikkeling & Mobiliteit nc@vbo-feb.be * www.vbo.be > Actiedomeinen > Energie, Mobiliteit & Milieu > Mobiliteit > De mobiliteitsknoop ontwarren in België: Time to act now > Zie ook het document als bijlage bij het artikel: Contouren van een mobiliteitsvisie voor België
Het mobiliteitsbudget kan, in de vorm van een mobiliteitskaart, door de werkgever aan zijn werknemer aangeboden worden om hem de keuze te bieden tussen verschillende mobiliteitsoplossingen. Het heeft als doel het woon-werktraject te optimaliseren zonder de salariswagen te verbannen, en dit door in te zetten op verschillende vormen van vervoer. Zo kan de werknemer immers het meest geschikte vervoersmiddel kiezen, terwijl de bedrijfswagen wordt geïntegreerd in een ruimer budget. Meer flexibiliteit in de keuze van verschillende vervoersmodi komt tegemoet aan de verzuchtingen van zowel werkgevers als werknemers. In het voorstel van het VBO kan de werkgever autonoom beslissen om een mobiliteitsbudget in te voeren. Op basis van zijn loonbeleid bepaalt hij ook zelf welke werknemers in aanmerking komen en welk budget wordt toegekend. Belangrijk is dat de invoering ervan moet leiden tot een zekere administratieve vereenvoudiging: zo ligt de drempel om de kaart aan
64 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
werknemers toe te kennen erg laag, gebeurt het opladen ervan heel gemakkelijk en kan de werknemer zelf beslissen hoe hij zijn budget gebruikt, afhankelijk van de budgettaire grenzen die door de werkgever worden gesteld.
Daarnaast is het ook cruciaal dat het mobiliteitsbudget niet leidt tot extra kosten voor de werkgever: het komt dan ook ter vervanging van de verplichte terugbetalingen in de prijs van een abonnement (alsook van eventuele kilometervergoedingen) en het maakt deel uit van de loonkosten in de zin van de loonnormwet van 1996. Het door het VBO uitgewerkte voorstel geniet ook een voordelige en geharmoniseerde fiscale en parafiscale behandeling. Zolang het toegekende budget niet hoger is dan 200 euro per maand, is er sprake van een mogelijkheid voor de werkgever om dit fiscaal (voor 100%) in te brengen, een vrijstelling van belastingen voor de werknemer, een vrijstelling van socialezekerheidsbijdragen en een fiscale aftrekbaarheid van de kosten van woon-werkverplaatsing voor de werknemer als beroepskosten, en dit verminderd met het bedrag van het mobiliteitsbudget. Een voorbeeld: als een werknemer een maandelijks budget krijgt van 850 euro en daarvan 500 euro besteedt aan een bedrijfswagen, zal 350 euro op de kaart worden gestort. 200 euro wordt vrijgesteld van fiscale en parafiscale heffingen en de overige 150 euro zal een Voordeel van Alle Aard (VAA) vormen dat aan een solidariteitsbijdrage en aan de personenbelasting onderworpen is. Daarnaast voorziet het VBO in de mogelijkheid om een gebruikslimiet in de tijd te voorzien.
BUITENLANDSE INVESTERINGEN | AANTREKKINGSKRACHT | +17% JOBS
THEMA3
INVESTERINGSKLIMAAT LOONMATIGING, INDEXSPRONG EN TAX SHIFT ZORGEN VOOR INVESTERINGEN ÉN JOBS
V
olgens een jaarlijks rapport van IBM Plant Location International is het aantal jobs dat tot stand komt door nieuwe directe buitenlandse investeringen (DBI) in België in 2015 met 17% gestegen t.o.v. 2014 en met bijna 80% t.o.v. 2012. Daarenboven is ook het jobverlies als gevolg van delokalisaties van buitenlandse bedrijven fors afgenomen van bijna 14.000 in 2012 tot nog maar 3.400 in 2015. Gegevens vanuit de sectorfederaties van het VBO geven aan dat er ook in 2016 nog heel wat grote investeringsprojecten op stapel staan. Een niet-exhaustieve enquête bij de VBO-leden wijst op een geplande investeringsportefeuille van 3,5 miljard. Het aantrekken van de bedrijfsinvesteringen hangt in het algemeen samen met de prille economische herleving. Maar dat buitenlandse bedrijven opnieuw investeringsprojecten met een grotere arbeidsintensiteit naar ons land brengen en beduidend minder jobs delokaliseren, heeft alles te maken met de gecumu-
belasting noodzakelijk, evenals een goede loonnormwet. Het VBO is ervan overtuigd dat we nog betere resultaten kunnen boeken. Daartoe moeten we blijven investeren in onderwijs, onderzoek en ontwikkeling, technologische vooruitgang en ondernemerschap. Ten slotte blijft het VBO pleiten voor een wet op het structureel ‘herstel’ van het concurrentievermogen via een grondige hervorming van de wet van 1996 (de loonnormwet). Eind 2016 zal de loonkostenhandicap immers nog steeds om en bij de 10,5% bedragen. En potentiële buitenlandse investeerders baseren zich op vergelijkingen van werkelijke loonkostenverschillen (niet van relatieve t.o.v. 1996) om te bepalen of een productievestiging al dan niet naar België komt. De ‘macro-economische’ productiviteit mag in België dan wel iets hoger liggen dan in de drie buurlanden (DE, FR, NL), een buitenlandse inves-
HET VBO BLIJFT PLEITEN VOOR EEN WET OP HET STRUCTUREEL ‘HERSTEL’ VAN HET CONCURRENTIEVERMOGEN
leerde invloed van loonmatiging, indexsprong en tax shift. De gemaakte beleidskeuzes van deze regering en het gematigde loonakkoord van de sociale partners beginnen duidelijk hun vruchten af te werpen voor de groei en de werkgelegenheid.
Meer jobs, meer investeringen, minder faillissementen… Als men op dit elan wil voortgaan in 2017-2019, dan is een hervorming van de vennootschaps-
teerder die een investering plant, gaat er vanuit dat hij in België of één van zijn drie buurlanden een vergelijkbare oductiviproductiviteitt op drijfsnibedrijfsniau zal veau en. halen. Hett ele-
ment dat de weegschaal nu nog in ons nadeel doet doorwegen, is en blijft hett loonkostenverschil (43 euro per uur in België tegenover gemiddeld 39 euro per uur in de drie buurlanden).
CONTACT Carole Dembour Competentiecentrum Economie & Conjunctuur cad@vbo-feb.be 65
THEMA4
BESTEMMINGSDOCUMENT | BEWIJSREGELING | VEREENVOUDIGING
BTW VBO-PRIORITEIT VERWEZENLIJKT DANKZIJ BESTEMMINGSDOCUMENT
D
Een bestemmingsdocument is eigenlijk een attest, dat aan bepaalde voorwaarden moet voldoen en waaruit blijkt dat de goederen die het voorwerp uitmaken van een intracommunautaire levering, in het bezit zijn van de koper in een andere lidstaat. Zowel de leverancier als de koper kunnen het document opstellen. U vindt de nieuwe administratieve beslissing op fisconetplus HET BESTEMMINGS(Beslissing nr. ET 129.460 van 1 juli 2016). DOCUMENT
e btw-regeling wordt er weer net iets gemakkelijker op. De bewijsregeling voor zgn. intracommunautaire leveringen is namelijk versoepeld. Dat zijn leveringen tussen btw-belastingplichtigen binnen de Europese Unie.
Voor een btw-vrijstelling eist de Belgische fiscus dat de leverancier het bewijs levert van het intracommunautaire ZAL ZORGEN VOOR Resultaat van een intensieve vervoer. De vervoersMEER RECHTSZEKERHEID samenwerking documenten worden In de toekomst zal het door daarbij als essentieel EN EEN VEREENhet bestemmingsdocument beschouwd. In de praktijk VOUDIGING VAN makkelijker worden voor de waren er veel problemen DE BEWIJSREGELING leverancier om een intraomdat de vrachtbrief communautaire levering vrij te (CMR) niet voor stellen. Het document moet ontvangst werd onderdan ook zorgen voor: tekend door de bestemmeling. Dat gebeurde door allerlei redenen, bv. omdat de koper instaat voor • zekerheid; het vervoer van de goederen. De bewijslast was • vereenvoudiging; moeilijk en te verregaand. De Belgische fiscus • vermindering van administratieve lasten; stelde zich soms ook zeer hard op, met boetes en • vermijden van bijkomende kosten; nalatigheidsinteresten tot gevolg. Het VBO stelde • bevordering van de groei van de handel binnen zich tot doel deze problemen op te lossen en zette de EU. het bestemmingsdocument hoog op de agenda.
CONTACT Jean Baeten Competentiecentrum Fiscaliteit & Investeringen jb@vbo-feb.be
Aan de problematiek komt nu dus een einde met het bestemmingsdocument. Het gaat om een optionele en alternatieve bewijsregeling waardoor de meeste problemen van het verleden opgelost kunnen worden. Het bestemmingsdocument is natuurlijk geen one-fits all oplossing. Er blijven problemen bestaan, vooral in een Business to Business omgeving (B2B). Oplossingen daarvoor worden onderzocht.
66 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
Het bestemmingsdocument was één van de grote prioriteiten van het VBO op btw-vlak. Wij zijn dan ook verheugd met deze realisatie die het resultaat is van ettelijke maanden hard werk. Deze mooie verwezenlijking was enkel mogelijk door een intensieve en constructieve samenwerking tussen het VBO, zijn leden, het kabinet van Financiën en de administratie. Het bestemmingsdocument zal zorgen voor meer rechtszekerheid, een vereenvoudiging van de bewijsregeling inzake btw en is een bijzonder positieve ontwikkeling! Het zal zeker bijdragen aan de versterking van de Belgische competitiviteit.
THEMA5
GEVOLGEN | ORDENTELIJKE SCHEIDING | ONZEKERHEID
BREXIT NAAR EEN DUURZAME RELATIE MET DE BRITTEN
O
p 23 juni stemde een meerderheid van de Britten voor een vertrek uit de Europese Unie. Het VBO respecteert de keuze van de Britse bevolking, maar betreurt die. Voor ons land is het Verenigd Koninkrijk een belangrijke economische partner en een Brexit zal echter onze handelsrelaties verzwakken met een potentieel welvaartsverlies. In eerste instantie is het wachten op de Britse regering die artikel 50 van het Verdrag van de EU moet activeren om de uittredingsonderhandelingen aan te vangen. Dan begint een proces dat tot twee jaar kan duren (verlengbaar met unanimiteit). Gedurende deze periode blijft het VK lid van de EU en tot dan blijven alle rechten en plichten van kracht. Toch is het VBO zich bewust van de ongerustheid en eventuele onzekerheden bij de werkgevers. Om onze ondernemingen zo goed mogelijk te infor-
behouden. Bovendien moet BelgiÍ z’n troeven uitspelen om buitenlandse investeringen en EU-instellingen die in het VK gevestigd zijn, aan te trekken. Om hierin succesvol te zijn, moet ons land volop blijven inzetten op de versterking van onze competitiviteit en aantrekkingskracht. Ten slotte moet ons land zich beraden over hoe we de rol van de Britten, die trekker waren van betere regelgeving, een verdere verdieping van de Europese interne markt en het sluiten van ambitieuze vrijhandelsakkoorden, op Europees niveau zullen compenseren. Brexit moet eveneens een wake-up call zijn voor de Europese politici en beleidsmakers. Om meer affiniteit van de bevolking te krijgen, moet Europa zich meer focussen op zijn ARTIKEL 50 kerntaken en de grote uit-
VAN ZODRA GEACTIVEERD WORDT, MOET SNEL EEN ORDENTELIJKE SCHEIDING GEORGANISEERD WORDEN
dagingen die op ons afkomen doeltreffend aanpakken, en moet de EU haar troeven beter uitspelen.
meren, heeft het VBO een online vragentool opgezet via hetwelk de werkgevers vragen kunnen stellen over de gevolgen van een Brexit. De reeds binnengekomen vragen gaan over verschillende beleidsdomeinen. Het VBO zal dan ook de evoluties in die domeinen van dichtbij opvolgen.
Van zodra artikel 50 geactiveerd t, wordt, moet snel een ordentelijke orscheiding georganiseerd wor-
Rol van de Britten compenseren In tussentijd roept het VBO de regeringen in ons land op om zich goed voor te bereiden en actie te onder-
den om een nieuwe en duur-zame relatie met de Britten te onderhandelen, met een hgoed evenwicht tussen rech-
nemen op bepaalde terreinen. Gelet op de belangrijke economische banden pleit het VBO voor een monitoring van de Belgische export en import naar en van het VK en moet er nagedacht worden over hoe we in de toekomst een sterke handelsrelatie kunnen
or den om de onzekerheid voor ken elke actor die hierbij betrokken ast is, te minimaliseren. Daarnaast moet Europa zich voorberei--
ten en plichten, om zo de belangrijke handelsstromen tussen de EU en het VK niet te ondermijnen.
CONTACT Benoit Monteyne Competentiecentrum Europa & Internationaal bm@vbo-feb.be 67
THEMA6
REVISOR | ONAFHANKELIJKHEID | GENOTEERDE VENNOOTSCHAPPEN | HEFFEN VAN OPTIES
AUDITHERVORMING EEN PRAGMATISCHE AANPAK
S
inds 2008 heeft de Europese Unie meerdere maatregelen genomen om de stabiliteit van het financiële stelsel en het herstel van de economie veilig te stellen. Een aantal daarvan hebben te maken met de audit. In 2014 werd een Europese regelgeving aangenomen. Het Belgische ontwerp van audithervorming, dat in de loop van het najaar door het Parlement moet worden goedgekeurd, past in dit kader. Voor de bedrijfsleider zijn de betrouwbaarheid en de kwaliteit van de audit cruciale factoren om investeerders aan te trekken en het vertrouwen van de gebruikers van de financiële overzichten te vergroten.
genoteerde vennootschappen. Dat mechanisme moet voorkomen dat tussen de genoteerde vennootschap en de revisor een te grote familiariteit zou groeien. In plaats van de maximale duur van 10 jaar die de Europese tekst als principe naar voren schuift, kiest het wetsontwerp er terecht voor één van de opties van de EU-tekst te activeren, waardoor de maximumduur op 18 à 24 jaar wordt gebr gebracht, naargelang het geval. Daarnaas is de lijst van verboden nietDaarnaast aud auditdiensten in principe uitgebreider vvoor genoteerde dan voor nietgenoteerde vennootschappen. Het wetsontwerp gaat echter verstandig tewerk door − steeds binnen grenzen van de Europese verordening − de opties te lich-
Wat betekent de hervorming voor de ondernemingen? Om te beginnen zijn genoteerde vennootschappen gebonden door striktere regels dan niet-genoteer-
ten waarin de Europese tekst voorziet voor het realiseren van niet-auditdiensten door de revisor, zoals bepaalde fiscale adviezen of bepaalde HET WETSONTWERP juridische diensten. Dit is een GEEFT HET AUDITCOMITÉ belangrijk punt omdat de MEER BEVOEGDHEID bedrijfsrevisor het raderwerk van de onderneming het bes-
de vennootschappen. Denk aan de regels inzake de onafhankelijkheid van de bedrijfsrevisor of de auditverslagen. Reden hiervoor is niet enkel dat de activiteiten van genoteerde vennootschappen in principe grootschaliger en complexer zijn, maar ook dat de financiële markten hiervoor vragende partij zijn.
CONTACT Christine Darville Competentiecentrum Recht & Onderneming cda@vbo-feb.be
Vervolgens bestaat één van de krachtlijnen van de hervorming in het bijsturen van de regels inzake de onafhankelijkheid van de revisor. Op dat principe steunt immers voor een belangrijk deel diens professionele integriteit. Opvallend in dit verband is de invoering in ons land van een verplicht systeem van externe rotatie tussen revisorenkantoren in
68 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
te kent en deze aldus nodeloze kosten kan besparen. Het auditcomité, dat een beslissende rol speelt in het garanderen van een hoog niveau van de wettelijke controle van de rekeningen, krijgt in het wetsontwerp meer bevoegdheid, met name wat betreft de selectie van de revisor en de controle van zijn onafhankelijkheid. Kortom, het wetsontwerp kiest voor een getrouwe omzetting van de geest van de Europese regelgeving met gepaste realiteitszin in het lichten van de opties.
‘Misschien is niet elke dag even goed, maar er is wel altijd iets goeds in elke dag.’ Pieter Timmermans Gedelegeerd Bestuurder VBO
Zeg goeiendag tegen iemand die je niet kent, elke dag, maak samen een selfie en deel ’m met #zegmaargoeiendag #zegmaargoeiendag..
SOCIALE RECHTSPRAAK SELECTIE VAN UITGEGEVEN EN NIET-UITGEGEVEN RECHTSPRAAK VAN ARBEIDSGERECHTEN EN -HOVEN
ACHTERSTALLIG LOON Algemeen rechtsbeginsel fraus omnia corrumpit – Geen aangifte aan de sociale en fiscale administratie – Loon ontvangen als tegenprestatie voor arbeid gepresteerd in uitvoering van de arbeidsovereenkomst – Weerslag van het bedrog Het algemeen rechtsbeginsel fraus omnia corrumpit belet hem die een bedrag ontvangen heeft dat niet werd aangegeven aan de fiscale en sociale administratie, niet te doen gelden tegenover hem die dat bedrag betaald heeft dat het een loon is dat de tegenprestatie vormt van arbeid gepresteerd in uitvoering van een arbeidsovereenkomst. Hof van Cassatie, 15 februari 2016, JTT, 2016, p. 156. VERPLICHTINGEN VAN DE WERKGEVER Contractuele wanprestatie – Niet verschaffen van werk – Schadevergoeding – Herstel in natura Het niet verschaffen van werk maakt een contractuele wanprestatie van de werkgever uit. De werknemer kan aanspraak maken op een herstel in natura, met name een schadevergoeding gelijk aan het gederfde loon voor de uren werk die ten onrechte niet werden verschaft. De vordering tot herstel in natura vereist dat het bewijs wordt geleverd van de fout, de schade en het oorzakelijk verband. Arbeidshof Brussel, 16 november 2015, JTT, 2016, p. 102. MOEDERSCHAPSBESCHERMING Ontslagbescherming – Voldoende reden tot ontslag – Redenen die vreemd zijn aan de lichamelijke toestand – Herhaaldelijke tekortkomingen Naast bewust gewild foutief gedrag kan ook niet foutief gedrag of verstoring van de organisatie van het bedrijf een voldoende reden tot ontslag van een zwangere werkneemster uitmaken, voor zover niet te wijten aan de lichamelijke toestand van zwangere werkneemster. Steeds weerkerende missers waarvan de werkneemster de realiteit erkent waarvoor ze herhaaldelijk in gebreke werd gesteld en die de bedrijfsreputatie van de werkgever ernstig in het gedrang kunnen brengen, zijn redenen die vreemd zijn aan haar lichamelijke toestand van zwangere werkneemster.
NADINE BEAUFILS ADVOCAAT-VENNOOT TAQUET, CLESSE & VAN EECKHOUTTE N.BEAUFILS@BELLAW.BE WWW.BELLAW.BE 70 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
Arbeidshof Brussel, 2 juni 2015, Juridat, 2014 /AB/468, N-20150602-11. KANDIDAAT BIJ DE SOCIALE VERKIEZINGEN Weigering om een mandaat als plaatsvervangend afgevaardigde uit te oefenen – Ontslagbescherming –
Geldigheidsvoorwaarden van de overeenkomsten – Instemming – Dwaling Uit de omstandigheid dat de werknemer die zich kandidaat heeft gesteld bij de sociale verkiezingen aan zijn vakorganisatie heeft meegedeeld dat hij geen mandaat als plaatsvervangende verkozene wil bekleden, volgt niet dat zijn bescherming als kandidaat ophoudt. Ontslag is een eenzijdige rechtshandeling onderworpen aan dezelfde geldigheidsvoorwaarden als voor een overeenkomst. Er dient een volwaardige wilsuiting te zijn die niet door een wilsgebrek wordt aangetast. De toekenning aan een werknemer die kandidaat was bij de sociale verkiezingen van een opzeggingsvergoeding op basis van de beschermingswetgeving van 19 maart 1991 berust niet op een dwaling. Arbeidshof Brussel, 19 mei 2015, Juridat, 2014 /AB/ 752, N 20150519-10. ONTSLAG – DRINGENDE REDEN • Fouten begaan uit onbekwaamheid tegenover opzettelijke nonchalance Fouten die blijk geven van onbekwaamheid maken in de regel geen dringende reden uit. Onbekwaamheid die het gevolg is van opzettelijke nonchalance kan wel een dringende reden uitmaken. Arbeidshof Brussel, 6 november 2015, JTT, 2016, p. 105. • Misprijzende uitlatingen van een kaderlid tegenover een derde betreffende het beleid van zijn onderneming De kaderleden van een handelsvennootschap hebben het recht, en zelfs soms de plicht, kritiek te formuleren op het beleid of de financiële structuur van hun onderneming, maar uitsluitend intern tegenover de personen die bevoegd zijn om ze te aanhoren en in overweging te nemen met het oog op de verbetering van het ondernemingsbeleid. Het gedrag van een kaderlid dat erin bestaat scherpe en misprijzende kritiek te spuien omtrent het slechte beleid en de rampzalige financiële toestand van zijn onderneming in het bijzijn van derden al dan niet klant, is een dringende reden. Arbeidshof Luik, 16 oktober 2015, JTT, 2016, p. 83. SOCIALE ZEKERHEID VAN DE WERKNEMERS • Bijdragen – Ontslag van vakbondsafgevaardigden – Verhogingen van de vergoedingen voor bestaanszekerheid Socialezekerheidsbijdragen zijn niet verschuldigd op de verhogingen van de vergoedingen voor bestaanszekerheid die als aanvulling van de werkloosheidsuitkeringen aan vakbondsafgevaardigden worden betaald. Arbeidshof Brussel, 17 december 2015, JTT, 2016, p. 97.
• Bijdragen – Berekeningsbasis – Loon – Begrip – Bescherming van het loon – Uitsluiting uit het loon – Aanvulling op de voordelen toegekend door de onderscheiden takken van de sociale zekerheid De vergoeding met als voorwerp de compensatie van het verlies aan arbeidsinkomsten of de toename van de uitgaven veroorzaakt door het voorvallen van een risico dat gedekt is door de onderscheiden takken van de sociale zekerheid, zelfs indien de weerslag onderworpen is aan voorwaarden die vreemd zijn aan die risico’s, moet worden beschouwd als een aanvulling van de voordelen toegekend door de onderscheiden takken van de sociale zekerheid in de zin van het artikel 2, lid 3, van de Wet van 12 april 1965. Artikel 45, lid 1, van de Wet van 27 juni 1969 dat aan de werkgevers een verplichting oplegt, beïnvloedt niet het begrip loon bepaald in artikel 14, §§ 1 en 2 van die wet. Artikel 2, lid 3, 1°, c, van de Wet van 12 april 1965 sluit uit het begrip loon de vergoeding die rechtstreeks of onrechtstreeks betaald wordt door de werkgever als aanvulling van een voordeel toegekend door een van de takken van de sociale zekerheid, zelfs indien die vergoeding voorbehouden is aan sommige werknemers in strijd met artikel 45 van de Wet van 27 juni 1969. Hof van Cassatie, 15 februari 2016, JTT, 2016, p. 155. ARBEIDSONGEVAL • Gebeurd tijdens de uitvoering van de arbeidsovereenkomst – Begrip – Ongeval tijdens een sportmanifestatie Het ongeval dat een werknemer tijdens een sportmanifestatie overkomt, kan als arbeidsongeval worden beschouwd indien wordt vastgesteld dat de werkgever ook tijdens de competitie, waaraan de werknemer zelfs vrijwillig deelneemt, zijn gezag uitoefent of kan uitoefenen, zelfs indien deze sportmanifestatie buiten de normale arbeidsuren plaatsvindt. Hof van Cassatie, 9 november 2015, JTT, 2016, p. 50. • Verzekeringsonderneming – Weigering het ongeval ten laste te nemen of twijfel inzake de toepassing van de wet op het ongeval – Wijziging van de graad van de arbeidsongeschiktheid – Verwittiging van de verzekeringsinstelling binnen een bepaalde termijn – Uitbreiding van deze verplichting De op de verzekeringsonderneming rustende verplichting de verzekeringsinstelling te verwittigen, geldt ook wanneer de arbeidsongeschiktheid naar het oordeel van de verzekeringsonderneming niet meer het gevolg is van het arbeidsongeval, maar van een andere oorzaak. Hof van Cassatie, 23 november 2015, JTT, 2016, p. 49. 71
VBO AGENDA MEER INFO: WWW.VBO.BE > EVENTS VAN JANUARI 2016 TOT JANUARI 2017
VBO SD WORX SOCIAL ACADEMY: NIEUW SEIZOEN Bouwen aan een constructieve sociale dialoog en een beter sociaal klimaat in uw bedrijf. Dat is de essentie van de ‘social academy’. In de actieve en interactieve sessies stellen gerenommeerde specialisten denken en doen centraal. Doorgewinterde CEO’s getuigen daarnaast over de interne keuken. In hands-on workshops tackelt u zelf een aantal reële crisissituaties samen met een mediatrainer of brengt een rollenspel u op verfrissende ideeën om een wendbaar bedrijf te creëren met geëngageerde medewerkers. - Sociaal overleg: rem of motor voor innovatie? – 22/09/2016 - Sociale dialoog ondergaan of sturen? 18/10/2016
Slotsessie 22/11/2016 PLAATS: VBO, BRUSSEL INFO: WWW.SOCIALACADEMY.BE, DF@VBO-FEB.BE, T 02 515 07 77
VAN 23 SEPTEMBER 2016 TOT 23 JUNI 2017
BRUSSELS SCHOOL OF COMPETITION Wenst u uw kennis van het mededingingsrecht en de mededingingseconomie up-to-date te brengen? De Brussels School of Competition organiseert jaarlijks het gespecialiseerde studieprogramma ‘Competition Law and Economics’ dat wordt gegeven in het Engels en 8 maanden duurt. Schrijf je nu in voor het volledige programma of voor een specifieke sessie in de loop van het jaar. PLAATS: VBO, BRUSSEL INFO: WWW.BSC.BRUSSELS, INFO@BSC.BRUSSELS, T 02 515 09 83
VAN SEPTEMBER 2016 TOT DECEMBER 2016
DE ATELIERS ‘DATA PROTECTION’ Vanaf de lente 2018 zullen bedrijven en organisaties de regels van de ‘General Data Protection Regulation’, kortweg GDPR, in acht moeten nemen. Dat zijn bijna honderd artikels met een belangrijke impact op de rechten en plichten van ondernemingen inzake privacy en gegevensverwerking. Ziet u ook door de bomen het bos niet meer? Nood aan concrete en praktische informatie over een specifiek thema? Dan zijn onze Ateliers iets voor u! - Human resources en data protection, data protection op het werk – 28/9/2016 - Verantwoordelijkheid en sancties - Verdeling van de verplichtingen tussen verantwoordelijke voor de verwerking en onderaannemer – 25/10/2016 - Data Security: Hoe persoonsgegevens goed beveiligen en data breaches voorkomen? ‘Do’s and Don’ts’ – 6/12/2016 PLAATS: VBO, BRUSSEL INFO: WWW.VBO.BE, CGR@VBO-FEB.BE, T 02 515 08 36
Ravensteinstraat 4, 1000 Brussel Tel. 02 515 08 11 - Fax 02 515 09 99 info@vbo-feb.be - www.vbo.be
REDACTIE Jean Baeten, Nadine Beaufils, Christine Darville, Carole Dembour, Morgane Haid, Benoit Monteyne, Edward Roosens, Pieter Timmermans, Raf Van Bulck, Marie-Noëlle Vanderhoven, Johan Van Praet EINDREDACTIE Linda Janssens, Anne Michiels VERTALING Vertaaldienst VBO PUBLICATIEVERANTWOORDELIJKE Stefan Maes OPMAAK Landmarks CONCEPT Stapel Magazinemakers FOTOGRAFIE Toon Coussement ILLUSTRATIES Peter Willems, Vec-star DRUK Graphius VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Stefan Maes, Ravensteinstraat 4, 1000 Brussel RECLAMEREGIE ADeMar, Graaf de Fienneslaan 21, 2650 Edegem (Antwerpen) Contact: Nele Brauers, Tel. 03 448 07 57, nele.brauers@ademaronline.com
Ce magazine est également disponible en français. Dit magazine kunt u ook lezen op www.vbo.be > Publicaties > REFLECT
72 REFLECT INNOVATIE - MINDER GRENZEN, MEER KANSEN
Powered by C9 Communication -
Een visitekaartje voor uw bedrijf
EITEN
B E R E I K B A A R H E I D
Régie Communale Autonome
Rue Arthur Delaby, 7 T +32 (0)64 77 33 33
B-7100 LA LOUVIÈRE info@louvexpo.be
:
www.louvexpo.be
Ideale locaties voor perfecte meetings
België Wallonië
k :%7ĭ ' (UUR\DX[
www.meetinbelgium.be
Om de brochure gratis te ontvangen of voor suggesties i.v.m. MEETINGS EN INCENTIVES, stuur een mail met uw contactgegevens naar : PHHWLQJV LQFHQWLYHV#ZDOORQLHEUX[HOOHVWRXULVPH EH HHWLQJV LQFHQWLYHV#ZDOORQLHEUX[HOOHVWRXULVPH EH 3LQR )UDX 7HO