Landgenoten Winter 2010

Page 1

landgenoten

www.vilt.be

magazine voor boer en buiten winter 2010  |  24

Wildschade ANB-topman in de Biechtstoel

Boerenzonen op de fiets Gorik Gardeyn en Wim Vansevenant

Advies en opleiding

Goeie raad driemaandelijks | kwartaal 4 | Gent X | P509285

kan nooit kwaad DOSSIER Een gekleurde andere culturen

afzetmarkt

+ Biggencastratie, drinkwater uit mest, Europese onderhandelingen, landschapsonderhoud en veel meer


" De zoveelste klimaatparadox: we hebben veel water, maar weinig water dat leven stimuleer t. " Geert Noels, Econoshock

ar empla x e n e Om e ck nosho o c E n va d pl e eg a a r , n vange p t e on t r den o a a w r be de voo rediet. k w u o andb www.l

Vandaag moet een belegging duurzaam en transparant zijn. Landbouwkrediet en Geert Noels delen deze visie en willen die uitdragen. En Ăş, bent u al overtuigd? Ontdek alles over deze filosofie op www.landbouwkrediet.be en laat u er duurzaam door inspireren voor uw beleggingen.

Geert Noels, stichter van de vermogensbeheerder Econowealth, is de auteur van de bestseller Econoshock.


3 Beste

landgenoten Hitte, overvloedige regen, overstromingen en sneeuwbuien. Het hele gamma passeerde dit jaar de revue. Gevolg: eerst zwetend en puffend afwachten of de gewassen de hitte zouden doorstaan, vervolgens in de modder wroeten om de oogst binnen te halen, nadien moesten de echte pechvogels pompen en zandzakjes bovenhalen om have en goed droog te houden en tot slot was het alle hens aan dek om na een vroege winterprik de vorst uit stallen en loodsen te weren. Een zeer extreem jaar dus, maar als we de klimaatexperten mogen geloven, wordt dit in de toekomst eerder regel dan uitzondering. Als landbouwer heb je op dat moment weinig andere keuze dan je met een sterk staaltje doorzettingsvermogen aan te passen aan deze nieuwe context. En de veerkracht van onze sector kennende, ben ik ervan overtuigd dat we dit met brio zullen doen. Kijk maar naar varkenshouders Luc en Conny Dumolein. Ondanks de zware crisis die de sector treft, werken zij vol enthousiasme mee aan een proefproject rond biggencastratie.

06

18

Voor 2011 wens ik ieder van jullie dan ook bergen visie om te ontdekken welke richting je met jouw bedrijf uit kan en daar bovenop tonnen moed en doorzettingsvermogen om consequent de gekozen richting verder te zetten. O, en vergeet niet, je hoeft dit niet alleen te doen. Er zijn tal van organisaties en diensten die je daarbij kunnen helpen. Vraag maar aan sierteler Raf Rombouts…

Veel leesplezier! Griet Lemaire Hoofdredacteur

22 in dit nummer 06 focus andere culturen Van alle markten thuis: welke kansen bieden nieuwe Belgen als doelgroep en hoe bereik je hen?

12 ondernemer van nature Glastuinder Raf Rombouts uit Loenhout over hoe opleiding en advies hem meer opbrengen dan het kost.

18 biechtstoel Dirk Lips voelt Filiep Cardoen van het Agentschap Natuur en Bos aan de tand over wildschade.

22 buitenlander Tussen fiets en stal: oud-renner Wim Vansevenant en zijn trainingsmaatje Gorik Gardeyn bezoeken de boerderij van broer Gerdie Gardeyn

en verder …

04 11 14 17 20 26

koetjes & kalfjes gewikt en gewogen burenbabbel uit de provincie ten huize van frontaal

12

colofon Landgenoten wordt u aangeboden door vilt. Het Vlaams infocentrum land- en tuinbouw informeert een breed publiek over de hedendaagse land- en tuinbouw. Daarvoor krijgt het middelen van privé-organisaties en de overheid. verantwoordelijke uitgever vilt-voorzitter Dirk Lips redactie en realisatie Jansen & Janssen Customer Media, www.jaja. be redactieadres vilt vzw, Koning Albert II-laan 35, bus 57, 1030 Brussel tel +32 (0)2 552 81 91 fax +32 (0)2 552 80 01 e-mail info@landgenoten.be hoofdredacteur Griet Lemaire redactieraad Dirk Lips, Wim Fobelets, Freddy Robberecht, Jan Mosselmans, Hubert Hernalsteen, Guy Depraetere, Filip Matthijs, Didier Huygens, Joris Relaes, Jan Coessens, Anneleen De Vos, Leen Guffens, Jona Lambrechts, Ine Vervaecke, Veroniek Denys, Maarten Puls, An Van Acker, Bernard Biesbrouck fotografie Filip Vanoutrive, iStockphoto, Vilda de meningen die derden in dit magazine vertolken, vallen buiten de verantwoordelijkheid van vilt.


4

Op een dag vind je de job van je leven…........

Wie studeerde aan ‘De Pes’? Elke Leuvenaar kent wellicht provinciale school De Wijnpers. Al bijna 100 jaar siert de school het straatbeeld van de studentenstad bij uitstek. Gestart als tuinbouwschool zijn er intussen al veel studierichtingen bijgekomen: kunstonderwijs, sanitaire installaties, centrale verwarming en biotechnieken. Ben jij ook een pak wijzer geworden op

de schoolbanken van De Wijnpers? Het Centrum Agrarische Geschiedenis maakt naar aanleiding van het eeuwfeest een overzichtsboek over de school en is nog op zoek naar boeiende verhalen, leuke anekdotes en oude foto’s. Help jij hen verder?

… en dan ben je weg natuurlijk! Heb jij je droomjob nog steeds niet gevonden? Dan moet je op Agriflanders, de landbouwbeurs in Gent, zijn. Al geruime tijd kampen heel wat bedrijven in de land- en tuinbouw en de agrovoedingsketen met problemen om geschikte arbeidskrachten te vinden. Tijdens een jobbeurs op Agriflanders ontdek je welke vacatures er in deze sectoren nog openstaan. Je kan er ook meteen je cv achterlaten. Ook bedrijven die op zoek zijn naar gemotiveerd personeel kunnen zich nog steeds inschrijven voor deze jobbeurs bij VDAB (mariepaule.melkebeek@vdab.be).

info 016 32 35 41 of

mathias.cheyns@cagnet.be

‘ In de Aldi kan je wel voedingsmiddelen kopen, maar niet aan een eerlijke prijs voor de boer’ Tom Lenaerts in De Pappenheimers toen een kandidaat wat voorbarig ‘Aldi’ antwoordde op de vraag waar je voedingsproducten kan kopen… aan een eerlijke prijs voor de landbouwers. Het juiste antwoord was Oxfam Wereldwinkels.

info De jobbeurs gaat door op vrijdag 14 januari

van 9 tot 13u in Flanders Expo te Gent

13.0

Boer + Natuur = Boerennatuur

Volg VILT op

Beheerovereenkomsten, biodiversiteit, natuurbeheer,… De verwachtingen ten aanzien van landbouw worden steeds groter. Heel wat landen tuinbouwers hebben vaak veel goede bedoelingen, maar het ontbreekt hen aan praktische kennis om op het terrein het verschil te maken. Welke soorten plant ik best aan in mijn streekeigen haag?, Wat kan ik doen opdat de boerenzwaluw zich op mijn bedrijf thuis voelt?,… Via het

Voor de vele trouwe lezers van het landen tuinbouwnieuws op VILT hebben we een nieuwigheidje in petto. Vanaf nu kan je VILT ook volgen via Twitter en Facebook. Zo ben je nog sneller op de hoogte van wat er zich afspeelt in landbouwland. Bovendien kan je een kijkje nemen achter de schermen van de VILT-redactie. Zo ontdek je hoe het nieuws ‘gemaakt’ wordt en zit je op de eerste rij bij persconferenties, betogingen en andere acties. Ook

internetforum ‘Boerennatuur’ willen Proclam en het Regionaal Landschap Haspengouw en Voeren de kennis over biodiversiteit en natuur voor boeren bundelen en doorspelen. Al je vragen over landbouw en natuur worden er gratis beantwoord door collega-landbouwers, experts en een ­moderator. INFO www.boerennatuur.be


koetjes & kalfjes

Van kop tot staart

Dat het leven in een slagerij soms vol onverwachte wendingen zit, hoeft na de populaire televisiereeks Van vlees en bloed geen betoog. Ook bij de befaamde slagerij Rondou uit Leuven zijn ze wel één en ander gewoon. Zo denken sommige kinderen dat brochetten in het supermarktbakje groeien. Om de verwarring over de courante, Vlaamse vleesterminologie de wereld uit te helpen, bundelde de slagersfamilie al haar kennis in het boek Rundvlees: van kop tot staart. Nadat je dit boek hebt gelezen, weet je als de beste hoe je de perfecte rosbief kan klaarmaken of welke steak jou op het lijf is geschreven.

053

Agenda

Op Agriflanders kan je van 13 tot 16 januari niet alleen prachtige machines en hoogtechnologische staluitrusting bewonderen. Wist je dat er ook tal van interessante studiedagen op het programma staan? Wij zetten er voor jou alvast een aantal op een rijtje:

WIN!

Maak kans op één van de vijf exemplaren van het boek ‘Rundvlees: van kop tot staart’ en stuur je naam en adres naar info@ landgenoten.be

13

do. 13-01 (9u-12.30u)

14

vrij. 14/01 (9-13u)

januari

Dat is het aantal land- en tuinbouwers

op vrijdag 14 januari 2011, organiseert

die al gebruik maken van het e-loket.

de Vlaamse landbouwadministratie een

Complexe steunaanvragen invullen of

infosessie over het e-loket. Inschrijven

bedrijfsgegevens aanpassen of raad-

kan via www.landbouwvlaanderen.be.

januari

plegen? Met een paar muisklikken op ministratieve last op je bedrijf ook terugschroeven, maar weet je niet waar je moet beginnen? Tijdens Agriflanders,

ons magazine Melk & honing heeft al een heuse Facebookpagina. Kom tijdens Agriflanders langs op onze stand in hal 4 en word Facebook-vriend. Aan onze eerste ‘vrienden’ geven we tal van leuke prijzen weg!

(zoek naar vilt of naar Melk & honing) of www.twitter. com (zoek naar vilt_nieuws)

Kansen en knelpunten bij de biologische landbouw INFO www.vlaanderen.be/ landbouw

het e-loket is het gebeurd. Wil jij de ad vrij. 14/1 (9.30-12.30u)

INFO­SESS

Platteland gisteren, vandaag… en morgen! INFO www.oost-vlaanderen.be > land- en tuinbouw

IE

E‑LOKET

Facebook

info www.facebook.com

Ganzen, duiven en rattenals overlast INFO www.oost-vlaanderen.be > land- en tuinbouw

vrij. 14/1 (9-13u)

E-loket landbouw en visserij INFO www.landbouwvlaanderen.be

15

zat. 15/1 (9-12.30u)

16

zon. 16/1 (9.20-12.30u )

januari

januari

Functionele agrobiodiversiteit. Nuttige insecten voor landen tuinbouw INFO www.oost-vlaanderen.be > land- en tuinbouw

Uw erf leeft! + prijsuitreiking Erfbeplanting INFO www.oost-vlaanderen.be > land- en tuinbouw

5


6

focus andere culturen

Iets meer dan 20 procent van wie in België woont, heeft een allochtone achtergrond. Over tien jaar zou dat percentage zelfs oplopen tot 30 procent. Welke kansen biedt het om je toe te spitsen op produceren voor andere eetpatronen? En hoe pak je dat doordacht aan?

Nieuwe Belgen, nieuwe kansen A

llochtone werknemers in de land- en tuinbouw zijn al lang geen uitzondering meer. Verschillende boeren en tuinders richten zich specifiek tot die doelgroep om de nodige werkkrachten te vinden. Maar ook in de zoektocht naar consumenten kunnen allochtonen een meerwaarde betekenen. Zij vormen een aanzienlijk en groeiend deel van de bevolking, dat door de klassieke afzetkanalen nog niet optimaal wordt bereikt.

De macht der getallen De cijfers liegen niet: op dit ogenblik zou een op de vijf inwoners in België van allochtone afkomst zijn. Dat becijferde socioloog Jan Hertogen dit voorjaar. Belangrijke kanttekening is wel dat in dit cijfer zowel nieuwe inwijkelingen, de Belg geworden vreemde-

Een op de vijf inwoners van België is van allochtone afkomst

lingen, als hun kinderen worden meegeteld. Nuttig om weten is ook dat iets meer dan de helft van de allochtonen inwijkelingen uit Nederland of andere EU-landen zijn. Lang niet alle ‘allochtonen’ zullen dus een even exotisch eetpatroon hebben. Toch tonen bovenstaande cijfers aan hoe prominent andere culturen in onze maatschappij aanwezig zijn. Vooral in de grote steden loopt het percentage bewoners van niet-Europese oorsprong op: Brussel (35 procent), Antwerpen (25 procent), Mechelen (21 procent) en Gent (18 procent). Maar ook in kleinere steden en gemeenten zoals Lokeren (18 procent), Beringen (17 procent), Ronse (15 procent) of Zele (13 procent) zijn de aantallen aanzienlijk. Binnen tien jaar zou ongeveer 30 procent van de inwoners in ons land een ‘vreemde’ achtergrond hebben, weet Jan Hertogen. Als je die verhoudingen uitrekent voor de huidige 10,7 miljoen Belgen (­cijfers FOD Economie), dan praten we hier toch over een behoorlijk aantal potentiële klanten.

Etnomarketing en omzet Ook in andere economische sectoren wordt sinds een aantal jaar meer en meer op ‘etnomarketing’ ingezet. Er is zelfs een aanbod van gespeciali-

seerde bureaus en adviseurs ontstaan, die zich specifiek hierop hebben toegelegd. Zij helpen bedrijven om nieuwe producten te ontwikkelen en reclamecampagnes op te zetten op maat van allochtonen. Het bekendste voorbeeld van dit soort marketingacties is de lancering van Ay Yildiz, een zeer succesvol merk van mobiele telefonie op maat van allochtonen, dat in de markt is gezet door telecomoperator Base. Terug naar de landbouw nu. In februari 2010 stelde het Nederlandse universitaire onderzoekscentrum LEI haar onderzoek ‘Marktkansen voor etnisch voedsel en etnische diensten’ voor op een studiedag in Wageningen. De conclusie van het rapport: er liggen op dat vlak heel wat kansen voor de Nederlandse land- en tuinbouwsector. Schatten hoe groot het marktpotentieel is, blijft volgens de onderzoekers nattevingerwerk. Al ging Rabobank er in 2007 van uit dat er toen in Nederland al 2,7 miljard euro omzet werd gedraaid op de markt voor etnisch voedsel. Ook rekent de bank op een jaarlijkse groei van 3,5 procent.

De couscous-keten doorgelicht Wat voor Nederland geldt op het vlak van et-


7

Turken en Marokkanen spenderen een groter deel van hun inkomen aan voeding nisch voedsel, geldt grotendeels ook voor Vlaanderen. Inwijkelingen uit de Nederlandse ex-kolonies­Suriname en de Antillen zijn bij ons eerder uitzonderlijk­. Maar het rapport bevat heel wat nuttige informatie over de Marokkaanse en Turkse gemeenschap, die ook in België ruim vertegen­woordigd zijn. Beide lijken een veel groter­deel van hun inkomen aan het huishoudbudget te spenderen dan de Nederlander en de Belg. Dat kan samenhangen met een lager gemiddeld­inkomen­, maar zeker ook met de andere eetcultuur. Veel Turken eten zowel ’s middags als ’s avonds een warme maaltijd. En zowel Turken als Marokkanen eten veel meer vlees dan de gemiddelde Nederlander of Belg.

Volgens het LEI-onderzoek eet de doorsnee Nederlander­­­op jaarbasis 45 kilogram vlees, wat nog iets meer is dan de 32,7 kilogram die de Belg volgens onze statistieken op zijn bord ziet passeren. De Turken daarentegen zouden 80 kilogram vlees eten en de Marokkanen 76 kilogram. Allochtone­consumenten blijken hun groenten het liefst vers en los in plaats van verpakt te kopen­. Ze eten nauwelijks diepvriesgroenten en vinden markten en kleine winkels ideaal omdat inkopen doen een sociale belevenis is en ze veel seizoensproducten eten.

Gezocht: Turkse komkommers Het rapport stipt ook aan dat er logischerwijs grote verschillen bestaan tussen migranten van de eerste en van de tweede generatie. Die laatsten kiezen iets meer voor gemak en voor westerse producten. In de Turkse keukens komen vaak peulvruchten, gevulde groenten en yoghurt op tafel. Het vlees dat men eet, is meestal afkomstig van runderen, kippen of kalveren en wordt vaak tot gehakt verwerkt. Men kookt veel soepen en stoofpotten, die begeleid worden door een salade. Ook in de Marokkaanse keuken houdt men van

stoofpotjes. Marokkanen eten veel kikkererwten en nauwelijks pasta. Couscous koken de meeste gezinnen alleen op speciale gelegenheden. Door vermenging van de traditionele keuken met lokale producten ontstaan ook nieuwe gerechten. Zo zou het broodje döner kebab zoals we dat hier kennen eigenlijk voor het eerst in Duitsland zijn geserveerd. Op de vraag welke producten ze in Nederland missen, gaven de bevraagde allochtonen vooral okra, rode knoflook, Turkse komkommers en Marokkaanse watermeloenen op. Het LEI suggereert ook dat de landbouw het best kan samenwerken met etnische ondernemers uit de steden om de allochtone doelgroep zo goed mogelijk te bereiken. Voorts gaat het onderzoek dieper in op de plattelands- en natuurbeleving van allochtonen. Die beperkt zich bij heel wat allochtonen tot stadsparken in hun woonomgeving. Toch blijkt er ook heel wat interesse voor kinderboerderijen, barbecueplaatsen waar voldoende ruimte is voor grote gezinnen, en slachtplaatsen voor het offerfeest. Info www.lei.wur.nl > publicaties > rapporten >

zoeken op: etnisch voedsel


8

focus andere culturen

Van mono- naar multicultuur

4

cases Verschillende land- en tuinbouwers produceren al voor de allochtone markt, maar de meesten maken liever niet te veel reclame voor de nichemarkt waarin ze actief zijn. Op hun vraag zijn voorbeeld 1 en 2 anoniem.

1

2

‘In de regio rond Antwerpen werken we met een aantal melkveehouders samen om met de wensen van de joodse gemeenschap rekening te houden. Dat is niet nieuw: sommige collega’s doen dat al sinds de Tweede Wereldoorlog. Joods voedsel moet koosjer zijn en voor melk komt het erop neer dat er tijdens het melken iemand op de boerderij aanwezig moet zijn. Daarna wordt de melktank in diens aanwezigheid verzegeld. ­Vroeger kwam er ook om de twee à drie jaar een rabbi op bezoek op de boerderij, al is dat niet zo strikt geregeld, denk ik. In theorie brengt ­koosjere melk iets meer op dan wat we aan de melkerij leveren, maar echt groot zijn de marges niet.’

‘Op vraag van een klant zijn wij een vijftal jaar geleden gestart met de verkoop van halal melk en andere zuivelproducten. Intussen verkopen we ook halal vlees en is zowat 90 procent van onze klanten van allochtone afkomst. Wij wonen niet zo ver van Antwerpen en de mond-aanmondreclame in de Marokkaanse gemeenschap gaat snel. Voor zuivel heeft halal niet zo veel om het lijf. Voor het vlees werken we samen met het Slachthuis Mechelen, dat hierop voorzien is. Voor ons biedt deze markt extra afzetmogelijkheden, maar hogere prijzen krijgen we niet. Marokkanen kunnen goed onderhandelen en zitten er niet mee in om voor een goedkoper product 15 kilometer verder te rijden.’

Melk voor de joodse gemeenschap

Hoeveverkoop van halal zuivel en vlees

Halal in cijfers en letters Halal voedsel is big business. De gezaghebbende krant The Economist schat dat de wereldwijde omzet van halal voedsel momenteel 630 miljard dollar bedraagt. Daarvan heeft 14 procent op Europese handel betrekking. Wereldwijd wordt een groei van 10 procent per jaar verwacht. Over de uitreiking van halal-certificaten blijkt echter veel

onduidelijkheid te bestaan. In België varieert de prijs voor een certificering van 1000 tot 20.000 euro, afhankelijk van de uitreikende instantie. Voor de meeste certificaten wordt o ­ nder andere­gecontroleerd of: • er geen ingrediënten van verboden dieren zoals

varkens of reptielen worden g ­ ebruikt, • er geen alcohol in is verwerkt, • de slachting manueel door moslims gebeurt, met de slachtvloer in de richting van Mekka, • er geen vermenging van halal en niet-halal producten­kan optreden.

Bron: www.vacature.com


9

Okra’s en bataten

3

4

Melkveehouder Jan Van Der Perre uit Merchtem richt zich al een aantal jaar op het islamitische Offerfeest. ‘We verkopen schapen en richten onze oude koeienstal in als tijdelijke slachtplaats. Daar komt heel wat bij kijken: je moet voldoende water hebben, afvaltonnen, een aparte in- en uitgang, enzovoort. Zeker de eerste keren was het ook niet evident om alle nodige vergunningen te krijgen. Er zijn eisen van het Voedselagentschap, de gemeente, een controlerende veearts, Rendac, een erkende offeraar, … Ook de dag zelf moet het organisatorisch kloppen. Vergeet niet dat we op twee dagen tijd zo’n 300 gezinnen over de vloer krijgen. Je moet dus alle betalingen in de gaten houden, parkeerplaatsen voorzien, en ga zo maar door.’

Danny en Petra Salens-Franco uit Sint-Andries telen prei, tomaten, paprika’s,­chrysanten, sla en als specialiteit puntpaprika’s. ‘We hadden van Kosovaarse personeelsleden gehoord­dat ze die erg graag eten en dat je in België­nauwelijks lekkere verse puntpaprika’s vindt. Toen zijn we ons beginnen te informeren en hebben we met een aantal planten geëxperimenteerd. Vandaag­komen heel wat mensen uit het Oostblok speciaal voor puntpaprika’s naar onze hoevewinkel. Ze geven­ons adres aan elkaar door en komen hier hun inkopen doen. Het is zeker niet zo dat de puntpaprika plots de hoofdteelt vormt op ons bedrijf. Maar doordat we het product rechtstreeks en dus supervers aan de man brengen, vormt de teelt toch een welkom extraatje.’

Schapen en slachtplaats voor het Offerfeest

Puntpaprika’s voor mensen uit het Oostblok

€ 2500 voor jouw (allochtone) burenplan Heb je een idee om dichte of verre, al dan niet allochtone buren bij je bedrijf te betrekken? Dan moet je zeker deelnemen aan de wedstrijd ‘Boerenburenplan’ van Cera. De 10 beste inzendingen­worden namelijk beloond met 2500 euro om het ingestuurde project uit te werken. De jury is vooral op zoek naar plannen die innovatie­aan sociale meerwaarde koppelen.­

Dat kan gaan van consumenten die een fruitboom adopteren, tot een tuinder die in overleg met allochtone buren groenten uit hun land van herkomst wil gaan telen. Projectoproepen indienen­kan tot 14 januari. Info www.cera.be, T 016 27 96 79

of Hilde.Talloen@cera.be

Naast de puntpaprika’s die stilaan ingang vinden in de sector, gelden okra’s en bataten als populaire exotische groenten die perfect in Vlaanderen kunnen worden geteeld. De okra kan 4 tot 15 centimeter lang zijn, afhankelijk van de variëteit. In de vruchten zitten kleine eetbare zaadjes omringd door zacht vruchtvlees. De okra bevat weinig calorieën en veel vitamine C, provitamine­ A­en koolhydraten en wordt ook in Frankrijk geteeld. De smaak is zacht tot licht pittig en doet enigszins denken aan bonen of groene kruisbessen. Bataten of ­zoete aardappelen zijn winterharde, over de grond kruipende planten met knoldragende wortels. Ze zijn meestal 10 tot 30 centimeter lang en wegen ongeveer 1 kilogram. Het vruchtvlees is bloemig en het smaakt vrij zoet. Naast zetmeel zijn bataten rijk aan koolhydraten, ­vitamine A, vitamine C, en vitamine B6. (Bron: www.innovatiesteunpunt.be )


Limagrain Belgium op Agriflanders met grote vroegboekactie maïs 3 € korting per dosis bij bestelling vóór 16 januari (einde Agriflanders)

n o b k e o b g e o r v LG

2210 us op Agriflanders stand nb ve rie -b LG in n re ne po Te de ..................

..................

Actie 2011

.................

..................

..................

..................

........

.......... .. Naam maïsteler . . . . . . . . . . .................. .................. .................. .................. . . . . . . . . . . . . . . . Straat .................. e................................ . . . . Gemeent . . . . . . . . . . . e .. Postcod .................. .................. .................. .................. . . . . . . . . . . . . . . E-mail ..... .................. nte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ee m ge + ar ela nd ha Naam .................. ..................

de maïszaden :

Bestelt hierbij volgen

resident

dos LG 30.218 - VEM-p s LG 30.211 . . . . . . . . . . . . . . . . do s LG 30.225 . . . . . . . . . . . . . . . . do

................

kuilmaïs

dos ES MARCO s LOGO . . . . . . . . . . . . . . . . do s SENSATION . . . . . . . . . . . . . . . . do s LG 32.47 . . . . . . . . . . . . . . . . do

................

korrelmaïs / dubbeldoelmaïs

Geldig voor zaden met

standaard- of Mesurol

Quadri M100J80

ontsmetting

ar: nkoopfactuur door na en stuurt kopie van aa em-Kerkhove Kaaistraat 5, 8581 Avelg , NV um lgi Be in ra ag Lim 3€/dosis Wenst de storting van . . . . . . . . . . . . . .. . . . . ........ - ..... op rekeningnummer . .

..........

®


gewikt en gewogen

‘ Europese neuzen

in dezelfde richting krijgen’ Wat is uw rol tijdens het Belgisch voorzitterschap?

Sinds 2002 zetel ik voor België in het Speciaal Comité Landbouw, maar tijdens het Belgisch voorzitterschap ben ik een half jaar lang voorzitter van dit Comité. In de praktijk wil dat zeggen dat ik – naast de 2 à 3 vergaderinge n per maand met de 27 lidstaten – constant heen en weer pendel tussen Commissie, Raad van mini sters en Europees Parlement om de neuzen zove el mogelijk in dezelfde richting te krijgen.

Gezocht m/v die de belangen van de Vlaamse boeren verdedigt tijdens het Belgisch EU-voorzitterschap. Gevonden Herman Hooyberghs, voorzitter van het Speciaal Comité Landbouw (SCL), dat de vergaderingen van de EU-Raad van ministers van Landbouw voorbereidt.

info h erman.hooyberghs@lv.vlaanderen.be

of 02 233 14 17, www.eutrio.be

Welke dossiers heeft u de afgelope n maanden behandeld?

Op dit ogenblik hebben we vooral te maken met het aanpassen van een aantal regle menteringen aan het nieuwe Lissabonverdrag, zoals de gratis bedeling van voedsel aan de hulpbeho evenden. We zijn ook met meer concrete doss iers zoals het verlengen van het alcoholmonopo lie voor Duitsland (waar de middelgrote prod ucenten van alcohol op basis van graan en aard appels hun activiteiten moeten beëindigen in 2013, nvdr.). En natuurlijk hebben we tussendoo r het 50-jarig bestaan gevierd van het SCL, dat van in het prille begin een hoeksteen is geweest van de Europese besluitvorming op het vlak van land bouw.

Werden er in bepaalde dossiers doorbraken bereikt?

Onze belangrijkste verwezenlijkin

g tot hiertoe

is allicht de ruime meerderheid van lidstaten die we hebben kunnen scharen achter de aanbevelingen van de High Level Groep Melk , waarin ik als zuivelexpert overigens zelf heb gezeteld. Daarmee heeft de Raad een duid elijk signaal gegeven dat die sector speciale aand acht verdient met het oog op het verdwijn en van de melkquota in 2015. Ik hoop dat heel snel een soortgelijk initiatief kan opgezet worden voor de varkenshouders want ook zij hebb en het al enkele jaren heel moeilijk.

Hoe viel het contact met de nieuwe Europese Commissaris voor Land bouw, Dacian Ciolos, mee?

Uitstekend. De Commissaris is enke le jaren geleden nog lid van het SCL geweest voor Roemenië, dus we kennen elkaar al langer persoonlijk. Nadien is hij overigens nog minister van Landbouw geweest . De man kent dus het klappen van de zweep.

Voelt u al de gevolgen van het nieuwe Lissabonverdrag?

Zeker en vast . Het Europees Parle ment heeft met het nieuwe verdrag medebes lissingsrecht gekregen voor Land bouw, terwijl het vroeger enkel een adviserende functie had. Je merkt nu al dat het besluitvormingspr oces trager zal verlopen dan we gewend ware n binnen de landbouw.

11


12

ondernemer van nature

Toen Raf Rombouts uit Loenhout vijf jaar geleden­het glastuinbouwbedrijf van zijn vader­overnam, stelde hij zichzelf twee voorwaarden. Eén: ik doe dit niet alleen. Twee: ik ga me goed laten a ­ dviseren. Tot vandaag heeft hij woord gehouden.

‘Samen

A

naam

Raf Rombouts

leeftijd 30

diploma

Industrieel ingenieur landbouw

woonplaats

Loenhout (Wuustwezel)

an de eerste voorwaarde werd snel voldaan. Broer Ben bleek bereid om samen met Raf de sprong te wagen. ‘Onze sector is bijzonder professioneel geworden en zo gespecialiseerd dat je dit niet meer alleen kan doen’, vindt Raf. Door zijn gebrek aan ervaring besloot Raf zich te laten adviseren. ‘Voor ik met dit bedrijf begon was ik in dienst bij een boomkwekerij en tuinder in de buurt. Op een keer hadden we daar bij wijze van experiment een paar rijen kleinfruit geplant. Hij had weinig kennis van zaken en werd ook minder begeleid. Toch werd het zo’n succes dat we het volgende jaar beslisten om uit te breiden. Maar dit keer kregen we met zoveel problemen te kampen dat ik ’s nachts op de duur geen oog meer dicht deed. Op dat moment dacht ik bij mezelf: “Als ik hier toch maar lig te piekeren, dan kan ik evengoed mijn eigen zaak opstarten. En dan laat ik me van in het begin goed adviseren ook.’ Toen het aanbod van zijn vader kort daarop volgde, kwam Raf zijn eigen belofte na: hij ging langs bij DLV (Dienstverlening voor Landbouwers en Verwante Sectoren) om te overleggen of hij beter het statuut van cvba dan wel van een bvba zou aannemen. Hij informeerde bij het VLIF voor welke premies hij zoal in aanmerking kwam. SBB liet hij alle overnamepapieren in orde brengen. En

3 opleidings- & 1 ‘Agrocoach is een initiatief van het Innovatiesteunpunt van Boerenbond. Onder begeleiding van innovatieconsulenten en experten komen groepjes van een tiental boeren zes keer samen in het najaar. Via een aantal oefeningen leer je om voor je bedrijf de specifieke sterktes en zwaktes in beeld te brengen.’ info Koen Symons, 016 28 61 22


13

weet je meer’ bij het ondernemingsloket bestudeerde hij welke voor- en nadelen het had om als vennootschap werknemers in dienst te hebben. Of zou hij toch beter zelfstandige worden?…

Kerstbloemen en bessen Vandaag is bvba Romberama een tot ver over de grenzen gerespecteerde kweker van amaryllis, een snijbloem die vooral tussen oktober en maart wordt verhandeld. Als wij op een zonnige herfstdag binnenspringen is het een drukte van jewelste: met de hulp van 15 Roemeense en B ­ elgische seizoensarbeiders worden van ’s morgens­vroeg tot ’s avonds laat bloemen geoogst, in­dozen verpakt en naar de veiling gebracht. Vorig jaar werden nog eens 1,3 hectare nieuwe serres in gebruik genomen, wat de totale oppervlakte op 2,1 hectare bracht. De nieuwe loods, die nodig was om alle bloemen te kunnen stockeren, geeft Romberama het aanzicht van een heuse kmo. Even verderop huurt Romberama ook nog een serre waar sinds twee jaar 1 hectare rode ­bessen wordt geteeld. Die worden geoogst in het v­ oorjaar, wanneer er amper werk is aan de amaryllissen. Dat bevalt Raf alsmaar beter: ­‘Vorige lente was het bij de oogst nog hyper­druk, maar dit jaar hadden we het al veel beter in de vingers.’

Out of the box Vijf jaar na de opstart houdt Raf er trouwens nog steeds aan om zich goed te laten adviseren. Voor teelttechnisch advies doet hij een beroep op voorlichters: voor de rode bes komt er één keer per maand in het voorjaar iemand van het Proefcentrum Fruitteelt in Tongeren, voor de amaryllis een Nederlandse zelfstandige één keer per maand gedurende het ganse jaar. Nuttig economisch advies vindt hij vaak in de sessies van het Innovatiesteunpunt. Zoals de opleiding Achter de schermen, waarbij je de meest uiteenlopende bedrijven bezoekt: ‘We zijn al bij Boss Paints geweest, bij Duvel, Java Coffee, C ­ olruyt… ’t Is toch iedere keer interes-

Opleiding en advies brengt meer op dan het kost sant om, hoe noemen ze dat, eens out of the box te denken.’ Het meest enthousiast is hij echter over een andere cursus van het Innovatiesteunpunt: Agrocoach. ‘Die is super, omdat ze een programma specifiek op jouw maat samenstel-

adviestips van Raf 2 Achter de schermen: ‘Tijdens de zomermaanden organiseert het Innovatiesteunpunt ook verschillende bezoeken ‘achter de schermen’. Met die reeks bedrijfsbezoeken wil het ondernemers uit de land- en tuinbouw in contact brengen met inspirerende ondernemers uit andere sectoren.’ info Lieven Vandeputte, 016 28 61 20

3 Teeltvoorlichters: ‘Zowel proefcen-

tra als commerciële bedrijven stellen voorlichters ter beschikking die je gespecialiseerd advies geven over jouw specifieke gewassen. De voorlichter bezoekt tegen betaling meermaals per teeltseizoen je bedrijf en geeft je advies inzake gewasbescherming, bemesting en teelttechniek.’

len. Interessant is ook dat elke vergadering op het bedrijf van een van de cursisten plaatsvindt en dat het om vrij heterogene groepen gaat. Zo kom je eens in contact met een koeienboer, een tomatenkweker…’

Hulplijn bellen Dat is anders bij de cursussen van zijn eigen sectorverenigingen zoals het AVBS (Algemeen Verbond van de Belgische Siertelers en Groenvoorzieningen) of het VMS (Vlaams Milieuplan Sierteelt) waar hij onder sectorgenoten is: ‘Maar ook die sessies zijn altijd interessant, al was het maar omdat je daar veel dezelfde mensen tegenkomt en zo een netwerk kunt uitbouwen. Ik aarzel bijvoorbeeld niet om eens naar een collega te bellen als ik met een probleem zit. Samen weet je meer.’ Het resultaat van al die opleidingen en adviezen is dat bvba Romberama zowel zijn amarylissen als zijn rode bessen op de veiling in de bovenste prijsklassen kan aanbieden: ‘We kunnen het ons permitteren om een strenge selectie te maken en enkel de beste bloemen en vruchten op de markt te brengen, knikt Raf. ‘En door de meeropbrengst die dat oplevert, halen we het cursusgeld er gemakkelijk weer uit.’


14

burenbabbel

Landschappelijk onderhoud

Kosten én kansen J

e kunt voor of tegen de evolutie zijn, maar onze maatschappij heeft meer en meer aandacht voor recreatie op de boerenbuiten. Zoals­elke verandering brengt dat groei­ pijnen met zich mee en die liggen in dit geval­ vooral bij het onderhoud van al die nieuwe initiatieven­. ‘Een typisch voorbeeld is het plaatsen van een picknickbankje’, legt Peter Vleugels uit. Hij werkt binnen de afdeling Platteland van de VLM mee aan een Vlaams geïntegreerd plattelandsbeleid. ‘Ineens heb je ook een vuilnisbak nodig die regelmatig moet worden leeggemaakt, de haag moet worden geschoren en de berm gemaaid. En misschien staat er in de buurt ook wel een kapelletje dat regelmatig moet worden opgeknapt … Een kleine ingreep zorgt zo meteen voor heel wat meerwerk.’

Loketten voor onderhoudswerk? Concreet ontbreekt het de verantwoordelijke overheid – vaak de gemeente – aan drie zaken: geld, onderhoudspersoneel en coördinatie. Het probleem werd zo nijpend dat er in 2006 binnen de schoot van het IPO (Interbestuurlijk Plattelandsoverleg) een werkgroep werd opgericht, die na een enquête bij 24 belanghebbenden meerdere aanbevelingen formuleerde aan de Vlaamse overheid. Een van die voorstellen is het oprichten van verschillende LOB’s (Loketten Onderhoud Buitengebied), en die voorzien van structurele financiering om onderhoudswerken te laten coördineren. ‘De bedoeling is niet dat zij het onderhoudswerk zouden overnemen, wel dat het loket ervoor zorgt dat het regulier landschapsonderhoud gebiedsdekkend gebeurt,


15

Op zoek naar frisse lucht en een gevoel van ruimte vinden almaar meer mensen de weg naar het platteland. De overheid speelt daar gretig op in door te investeren in landschappelijk groen en boerennatuur. Wie betaalt het prijskaartje en welke kansen biedt groenonderhoud voor de sector? Peter Vleugels (VLM): ‘Een kleine ingreep zorgt meteen voor heel wat meerwerk.’

wat nu vaak niet het geval is’, zegt Peter Vleugels, verslaggever van de werkgroep. Helaas vielen de aanbevelingen van de werkgroep net op het moment dat de financiële crisis uitbrak. Daarop besliste de Vlaamse regering om alle extra investeringen die niet dringend waren te schrappen. Einde verhaal zou je denken? Niet voor de werkgroepleden. Zij gingen op zoek naar alternatieve manieren om hun voorstellen te financieren en vonden die bij het plattelandsontwikkelingsprogramma van de EU (PDPO). ‘Er is wel een verschil’, merkt Peter Vleugels op. ‘In tegenstelling tot de Vlaamse overheid voorziet de EU geen structurele financiering, maar werkt ze op basis van projectvoorstellen. Europa, Vlaanderen en de provincies financieren 65 procent van het project, de overige 35 procent is voor eigen rekening. Bij deze doe ik dan ook een warme oproep aan alle gemeenten om, eventueel via bestaande regionale samenwerkingsverbanden, met enkele buurgemeenten een Loket Onderhoud Buitengebied op te richten en samen een projectvoorstel in te dienen!’

Gemeente zkt. geld Intussen wordt de hoop op een structurele financiering niet opgeborgen. In het regeerakkoord van de nieuwe Vlaamse regering staat expliciet dat er een Plattelandsfonds zal worden opgericht. Onlangs overhandigde de VVSG (Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten) een ‘Manifest van de Plattelandsgemeenten’ aan minister van Plattelandsbeleid Kris Peeters. Daarin worden alle verzuchtingen van de plattelandsgemeenten op

een rijtje gezet. ‘Ook het onderhoud van de landschappelijke infrastructuur komt erin aan bod’, merkt Alex Verhoeven van VVSG op. ‘Een plattelandsgemeente als Sint-Laureins bijvoorbeeld telt per inwoner vier keer meer kilometer wegen dan een gemiddelde Vlaamse gemeente. Het overgro-

Een gemeente als Sint-Laureins heeft voor haar plattelandswegen 60 % extra budget nodig te deel daarvan zijn landbouwwegen. Om die te vernieuwen en onderhouden heeft de gemeente in principe jaarlijks 1 miljoen euro nodig, terwijl ze het in werkelijkheid met minder dan 40 procent hiervan moet doen.’ Volgens Alex Verhoeven komt het hierop neer: ‘De maatschappij gebruikt het platteland steeds meer als een plaats om te ontspannen en vraagt de plattelandsgemeenten om zoveel mogelijk openbare ruimte te behouden en te onderhouden. Onze gemeenten willen wel ingaan op die vraag, maar mislopen daardoor heel wat inkomsten die andere gemeenten halen uit bewoning en bedrijven. Het is dus maar logisch dat daar een structurele financiering tegenover staat.’

Machines beter benutten Omdat gemeentearbeiders het vele onderhoudswerk niet meer gedaan krijgen, besteden gemeentebesturen steeds vaker een deel van hun onder-

houdswerk uit. Meer en meer kloppen ze daarvoor aan bij agro|aanneming. De coöperatieve vennootschap telt inmiddels 400 landbouwers-leden. ‘Onze landbouwers kunnen hun machines beter benutten en ontvangen een bijkomend inkomen’, zegt coördinator Tom Van Craenem. ‘De opdrachtgever kan de leef- en woonkwaliteit van de plaatselijke gemeenschap tegen een aantrekkelijke prijs verbeteren. De laatste twee jaar hebben heel wat gemeenten en andere organisaties onze diensten ontdekt. Intussen onderhouden we op tal van locaties bermen, hagen en bomen, we zaaien stukken land in en graven poelen, we strooien zout en ruimen sneeuw of plaatsen afsluitingen om maar een paar zaken te noemen.’ Een van de troeven van agro|aanneming is dat de organisatie potentiële uitvoerders in heel Vlaanderen heeft die ervaren zijn om op een zelfstandige wijze met hun machines te werken. ‘Waar er een aanleiding en voldoende draagvlak voor bestaat, kunnen we ook landbouwers groeperen om zo het beheer van het landschap in een regio te organiseren.’ Daarnaast besteedt de coöperatie veel aandacht aan een nauwkeurige coördinatie. ‘Om zo goed mogelijk op vragen van gemeenten in te spelen, bieden we hen één aanspreek- en adviespunt aan. Onze aanpak valt bij heel wat organisaties in de smaak en ik ben ervan overtuigd dat er nog vele zullen volgen. Voor landbouwers kan dit soort werk dus zeker een welkome aanvulling op hun inkomen zijn. Hoe meer collega’s zich bij onze cvba willen aansluiten, hoe beter.’ INFO www.ipo-online.be, www.agrodiensten.be


Op zoek naar een buitenkans ?

TLS * € 1 r o vo ! Koop nu

ONTDEK ONZE ACTIEPRIJZEN* OP HEEL HET TREKKERGAMMA : - Nettoprijsactie : • 5080 M (max. 88 pk) : € 31.990 • 6330 Standaard (max. 110 pk) : € 45.490 • 6630 Edition (max. 142 pk) : € 59.990 - Gratis optiepacks (o.a. TLS) op alle 6030 Premium & 7030 Premium modellen (van 100 tot 210 pk) om het comfort en de productiviteit van uw John Deere nog meer te verhogen. - Gratis AutoTrac Ready op alle 7030 Waterloo modellen. Vraag ook naar de uitzonderlijke voorwaarden op de 7730 & 7930 Edition. - Gratis GPS StarFire300 Pack op 6330 Standaard & 6230 Premium Voor meer informatie over al deze acties neem snel contact op met Cofabel of uw locale dealer.

*Actieprijzen zijn excl. BTW, zonder overname en geldig tot 7 januari 2011.

Peperstraat 4A - 3071 Erps-Kwerps Tel. : 02 759 40 93 - Fax. : 02 759 99 28 E-mail : Info@cofabel.be


uit de provincie

Een glaasje gerecycleerd water? De nieuwe generatie mestverwerkingstechnieken wil zo veel mogelijk waarde creëren uit mest. Onderzoekers van het POVLT gingen samen met de Universiteit Gent na of het mogelijk is om effluent te recycleren tot drinkbaar water. Hun (theoretisch) ­antwoord: yes, we can!

W

ater wordt een steeds schaarser en duurder goed, dat ervaren we ook hier bij ons: omdat vergunningen voor het oppompen van (eindig) grondwater alsmaar moeizamer worden toegekend, zien meer en meer land- en tuinbouwers­zich verplicht om terug te grijpen naar duur l­eidingwater.

De tussenstand In hun zoektocht naar goedkopere alternatieven besloten de Universiteit Gent en het Provinciaal Onderzoekscentrum voor Land- en Tuinbouw (POVLT)­in Beitem om de handen in elkaar te slaan. Samen zetten zij een proefproject op dat moet nagaan of het mogelijk is om effluent van mestverwerking om te zetten in herbruikbaar water­. 18 maanden later zit het theoretische gedeelte van het onderzoek erop en is het tijd voor

een stand van zaken. Evi Michels van de Universiteit Gent: ‘De eerste resultaten zijn veelbelovend. Uit ons labonderzoek blijkt dat heel wat parameters van het effluent nu al voldoen aan de normen voor hoogwaardig gebruik, met andere woorden, het drinken van water. Slechts voor enkele probleemparameters (vb. hardheid, ijzer- en sulfaat­ gehalte) is er nood aan zuiveringstechnieken.’ ‘Die hebben we intussen ook gevonden’, vult Annelies Pollentier van het POVLT haar aan, en ook over de theoretische richtkostprijs van zo’n zuivering heeft ze goed nieuws: ‘De kost voor de behandeling van de probleemparameters zou neerkomen op ongeveer 1 euro/m³, bijna de helft van wat leidingwater kost (1,9 euro/m³). Dit bedrag slaat alleen op de extra nabehandeling, waarbij de investeringskost voor de installatie, de interestderving, de energiekost, de onderhoudskost en eventuele extra kosten zijn meegerekend.’

Tot zover de theorie Om na te gaan of het ook in de praktijk mogelijk is om drinkbaar water te zuiveren uit mesteffluent­, zal er een mobiel waterzuiveringssysteem proefdraaien op verschillende landbouwbedrijven. Draaien de tests ook daar positief uit, dan staat niks het gebruik van gezuiverd effluent voor laagwaardige toepassingen zoals spoelwater en koelwater nog in de weg, denkt Evi Michels. Voor hoogwaardig gebruik is de weg nog net iets langer: ‘Daarvoor zullen toch eerst nog dierproeven noodzakelijk zijn.’ Hoe lang het dus nog zal duren vooraleer gerecycleerd water echt drinkbaar wordt, is ook voor Michels nog een vraagteken. Maar dat het ooit die kant uitgaat, daar twijfelt ze niet aan. Zeker niet voor dieren. Of daarna ook mensen zullen volgen? ‘In theorie kan het, maar ik vrees dat het perceptieprobleem bij ons toch net iets te groot is (lacht)’.

Info w ww.povlt.be,

annelies.pollentier@west-vlaanderen.be of 051 27 33 88, www.UGent.be, evi.michels@UGent.be, erik.meers@UGent.be of 0494 33 53 37

17


18

biechtstoel

ANB over wildschade

‘Overleg is onmisbaar’ Landbouw en natuur zijn in het verleden al vaker gezworen vijanden geweest, zeker als het gaat over wildschade en de vergoeding daarvan. Filiep Cardoen, afdelingshoofd Beleid van het Agentschap voor Natuur en Bos, is de eerste om toe te geven dat de ‘ivorentoren-mentaliteit’ uit het verleden hen nog geregeld parten speelt. Hoewel nog pril, merkt hij toch dat via nauw overleg het vertrouwen tussen beide partijen groeit.

Dirk Lips: Hoe is de relatie tussen het Agentschap voor Natuur en bos en de landbouwsector? Filiep Cardoen: Sinds 2006 hebben wij hard gewerkt aan een interne reorganisatie. Het Agentschap voor Natuur en Bos streeft nog steeds naar meer en betere natuur, maar die moet duidelijk maatschappelijk ingebed zijn. Drie keer per jaar zitten wij tijdens individuele overlegfora samen met vertegenwoordigers van de landbouwsector, net zoals we dit doen met de natuursector, de visserijsector en de jagers. Daarnaast is er twee keer per jaar een koepeloverleg waarin al deze sectoren samen vertegenwoordigd zijn. Zo gebeurt de toetsing van nieuwe wetgeving en beleidsinitiatieven in een veel vroeger stadium. We weten ook veel beter wat er op het terrein leeft. Eerlijk gezegd, we zouden dit overleg niet meer kunnen missen.

Boerenbond spaart de kritiek nochtans niet. Een poosje geleden becijferde de organisatie dat de wildschade jaarlijks oploopt tot één miljoen euro. Erkent u dit probleem? Het valt niet te ontkennen dat bepaalde soorten het zeer goed doen. En wanneer de populaties stijgen, is er uiteraard meer kans op schade. Exacte cijfers hebben we nog niet voor alle diersoorten, maar voor een aantal populaties zijn die heel

grondig in kaart gebracht. Neem nu bijvoorbeeld de ree. We weten exact hoeveel reeën er zijn en hoeveel er worden geschoten. Die cijfers dienen als basis om een afschotplan op te maken. Zo mochten er vijftien jaar geleden binnen de provincie Limburg alleen 600 tot 700 reeën gedood worden, nu is dat opgelopen tot 4.600. Dit maakt

Jagers zijn zich doorgaans goed bewust van hun rol als wildbeheerder duidelijk dat deze soort het heel goed doet. We werken momenteel samen met de jagers aan een databank wildbeheer. Voor elke diersoort gaan we op een gestandaardiseerde manier cijfers verzamelen, waardoor we de evolutie van de populaties en de impact van de jacht in kaart kunnen brengen. Tegen volgend voorjaar moet die operationeel zijn.

bepaald dat zij niet mogen bejaagd worden, zoals de rietgans, de steenmarter of de kievit. Wanneer zij schade toebrengen aan landbouwgewassen, dan is het normaal dat die vergoed wordt door de overheid. Dan is er nog een hele resem bejaagbaar wild. In het jachtopeningsbesluit staat voor elke soort uitgebreid beschreven tijdens welke periode er op gejaagd mag worden. Naast de gewone jacht heb je ook de bestrijding van wild. Wanneer een bepaalde soort schade veroorzaakt, dan kan je dit eenvoudigweg melden bij het Agentschap voor Natuur en Bos en dan mag de veroorzaker van de schade bejaagd worden. Dat geldt voor bijna alle diersoorten. Tot slot heb je nog bijzondere jacht. Hier is het voldoende dat er schade dreigt te ontstaan. Dit kan slechts voor een beperkt aantal soorten: grauwe gans, Canadese gans, wilde eend, houtduif, konijn, everzwijn en edelhert. Zo kan bijvoorbeeld de houtduif, één van de grootste veroorzakers van schade aan landbouwgewassen, een heel jaar door bejaagd worden.

Kan de jacht dan gewoonweg niet opgedreven worden om de schade terug te dringen?

Voor het bejaagbaar wild kan een landbouwer dus geen schadevergoeding krijgen als zijn gewassen zijn vernield? Is hij dan niet sterk afhankelijk van de jagers?

Eerst en vooral moet er een onderscheid gemaakt worden tussen bejaagbaar en niet-bejaagbaar wild. Voor bepaalde dieren heeft de wetgever

Het klopt dat de overheid geen schade vergoedt voor bejaagbaar wild. Uiteraard hangt er dan veel af van de jagers, maar de meesten onder hen zijn


19

© Ludo Goossens

zich zeer goed bewust van hun rol in het duurzaam beheer van wild. De opleiding tot jager is geen lachertje. Zij moeten een zeer moeilijk theoretisch en praktisch examen afleggen. Anderzijds is het al meermaals gebeurd dat een boer een jager voor het gerecht daagt nadat zijn gewassen zijn vernield door wild. Het is dan aan de jager om te bewijzen dat hij alles heeft gedaan wat binnen zijn vermogen lag om de populatie van die diersoort terug te dringen. Dat is geen sinecure en in het verleden werd al menig jager veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding. De meeste jagers hebben enkel goede bedoelingen en ik denk dat het er op het terrein vooral op aankomt om goede afspraken met elkaar te maken.

Sinds vorig jaar is de schade veroorzaakt door niet-bejaagbaar wild geregeld in het Wildschadebesluit. Een goede zaak zou je denken, ware het niet dat ruim 40 procent van de aanvragen voor vergoeding onontvankelijk werd verklaard.? Vroeger moest een vergoeding voor wildschade via gerechtelijke weg afgedwongen worden. Het Wildschadebesluit heeft deze procedure versneld en vereenvoudigd. Wanneer landbouwers binnen een redelijke termijn schade vaststellen aan hun gewassen moeten zij dit binnen de vijf werkdagen bij het Agentschap voor Natuur en Bos melden.

Toch stellen we vast dat dit niet van een leien dakje loopt. Zo wordt er nog vaak schade gemeld door bejaagbaar wild, maar dat kan de overheid niet vergoeden. Ook zien we dat bij ongeveer de helft van de afgewezen dossiers de aanvraag tot schadevergoeding schromelijk laat werd ingediend. Nochtans zijn we heel soepel geweest op dit criterium. Er is duidelijk nood aan meer communicatie en sensibilisering over deze administratieve procedure.

Maar u blijft wel geloven in het Wildschadebesluit? Absoluut. Tot op 1 oktober van dit jaar werd er al 29.000 euro uitbetaald aan 30 landbouwers via het Wildschadebesluit. Een aantal dossiers wacht nog op uitbetaling. We vermoeden dat we na één jaar zullen uitkomen op 32.000 tot 35.000 euro aan vergoedingen. Uiteraard zijn er nog aanpassingen aan het besluit nodig. De ontwerptekst met voorstellen tot aanpassing is klaar om voorgelegd te worden aan de overlegfora. Ik vermoed dat die in het vroege voorjaar van 2011 in voege kan gaan.

Toch moeten we vaststellen dat er nog een aantal land- en tuinbouwers naar het gerecht trekken om een vergoeding voor wildschade te bekomen. Ik vind dat bijzonder jammer. Het is kiezen voor

naam

Filiep Cardoen

leeftijd 50

functie

Afdelingshoofd Beleid bij het Agentschap Natuur en Bos

de moeilijkste weg. Uiteindelijk holt dat de administratieve procedure die vastgelegd is in het Wildschadebesluit helemaal uit. Bovendien staat dit gelijk aan het kiezen voor een conflictmodel, terwijl wij de laatste jaren heel wat energie hebben gestoken in overleg en consensus. Niet alleen inzake wildbeheer maar ook in complexe dossiers zoals het uitwerken van instandhoudingsdoelstellingen, betrekken we stakeholders zo vroeg mogelijk in het beleidsproces. Onze missie is dan ook samen werken aan meer en betere natuur. INFO A lle formulieren voor het aanvragen

van ­bestrijding, bijzondere jacht of wildschadevergoeding kan je vinden op ­www.­natuurenbos.be.


20

ten huize van

Het varkensbedrijf van Luc en Conny Dumolein uit Westrozebeke heet al sinds de tijd van zijn overgrootvader ‘Het Jagershof’, maar buiten de naam herinnert weinig nog aan die tijd. Jagen doen de Dumoleins al lang niet meer, behalve misschien op betere prijzen.

‘Stilstaan is achteruit L

uc en Conny baten een gesloten varkensbedrijf uit met 300 zeugen en 2800 mestvarkens. Ze verbouwen zo’n 45 hectare maïs, wintertarwe en aardappelen: ruim voldoende om al hun dieren te voederen. Sinds kort gebeurt ook de mestverwerking in eigen beheer. Samen met vijf andere varkenshouders verenigden ze zich in de bvba Bio-zes en bouwden ze een mestverwerkingsinstallatie die groot genoeg is om ook andere collega’s in de streek te bedienen.

De Dumolein-driehoek ‘Ons bedrijf heeft net de juiste grootte om de taken onder elkaar te kunnen verdelen’, zegt Luc. Ook dochter Annelies, die over een paar jaar de boerderij zal overnemen, steekt een paar dagen per week een handje toe. Het plan is dat zij dan naar het ouderlijke huis verhuist, terwijl Luc en Conny hun intrek nemen in de aanpalende woning die ze enkele jaren geleden kochten. ‘En ook mijn vader woont nog in de hoeve aan de overkant van de straat’, lacht Luc. ‘Zo woont de hele familie op een 200 meter grote driehoek van elkaar.’

In afwachting van de opvolging werkt dochter Annelies deeltijds aan het project STIM (Stimulering Inventieve Mestverwerking), een samenwerking van Boerenbond met de Katholieke Hogeschool Roeselare. ‘De ideale combinatie om haar netwerk­en kennis uit te breiden, en toch een band te behouden met het bedrijf hier’, vindt Luc. Jongere­broer Pieter-Jan (18) is net begonnen aan zijn eerste­jaar handelswetenschappen in Gent.

Betere arbeidsefficiëntie Toen Luc en Conny in 1988 het bedrijf van zijn ouders overnamen, was er plaats voor 150 zeugen en de bijhorende mestvarkens. Onvoldoende om vandaag nog een gezond bedrijf te kunnen leiden, vindt Luc: ‘Als je tegenwoordig wil overleven, moet je wel uitbreiden. Stilstaan is achteruitgaan. Gelukkig wonen we in een streek waar dat nog mogelijk is.’ Soms helpt het toeval daarbij een handje: enkele jaren nadat Luc en Conny het bedrijf overnamen, verhuisden de ouders van Conny naar de boerderij aan de overkant van de straat. Toen zij er op hun beurt mee ophielden, kon Luc 5 hectare­

land van hen bij zijn bedrijf voegen. Eerst in 1992 en daarna in 2007 werden nieuwe stallen

Als je vandaag wil overleven, moet je wel uitbreiden gebouwd­waarin veel rekening is gehouden met dierenwelzijn en arbeidsefficiëntie. De gebouwen zijn opvallend licht en ruim en ze zijn uitgerust met chemische luchtwassers en automatische voedermachines. Zonder extra mankracht te moeten inschakelen, is het aantal varkens op Het Jagershof op 20 jaar verdubbeld.

De geknipte methode? Net als 19 andere varkensbedrijven nemen Luc en Conny deel aan een project van ILVO (Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek) rond biggencastratie. Ze engageerden zich om de vier gangbare alternatieven voor onverdoofd castreren uit te proberen. Hun bevindingen tot hiertoe?

Volg de varkensprijzen online In het kader van meer transparantie over de prijsvorming in de keten kun je voortaan de recentste marktevoluties in de varkenssector volgen. Zeven slachthuizen geven op vrijdag hun basisprijs voor de komende week en het aantal te verwachten slach-

tingen door aan de landbouwadministratie. Die publiceert iedere vrijdag vanaf 16 uur de prijzen van vleesvarkens in een Excel-file op haar website. info www.vlaanderen.be/prijzenslachthuizen


21

gaan’ ‘We hebben net alle opties getest en ze vielen allemaal redelijk mee, zowel qua kostprijs, arbeidsintensiviteit als qua eindresultaat’, zegt Luc. Het minst positief is Conny over het verdoven met Metacam, omdat je de dieren dan al 10 minuten voor castratie moet inspuiten. ‘Maar zelfs dat is overkomelijk’, voegt ze eraan toe. ‘Hetzelfde geldt voor castratie met CO2-verdoving, waarbij je met een vrij brede kar door de gangen in je stal moet rijden.’ Het voordeel van castratie met het geneesmiddel Improvac is dat het niet tot wondes en dus tot ontstekingen kan leiden. Dat is uiteraard ook geen probleem bij de vierde optie: de beren niet castreren. ‘Als je ze niet zwaarder dan 100 kilogram laat worden, geeft dat normaal geen probleem van berengeur’, zegt Luc. De doelstelling van het ILVO-project is om uiteindelijk tot enkele geüniformiseerde methodes te komen. Welke dat worden, maakt Luc niet zo veel uit. ‘Zolang ze consequent worden toegepast en in overeenstemming zijn met de normen die onze buurlanden erop na houden. Want zij moeten ons vlees natuurlijk nog altijd willen importeren.’

naam

naam

leeftijd

leeftijd

diploma Technisch onderwijs

diploma A2 Landbouw

hobby’s ‘Dezelfde als Luc, we doen alles samen!’

hobby’s ‘Fietsen met de vrouw en naar het voetbal van onze zoon gaan kijken’

Conny Forrez 44

taken De zeugen verzorgen, volgens een driewekensysteem waarin de dekfase, werpfase en speenfase elk in een andere week valt.

Luc Dumolein 46

taken De varkens vetmesten en naar het slachthuis brengen, voeders bijhalen en het land bewerken.


22

buitenlander

De lokroep van vrijheid en buitenlucht

naam

Gorik Gardeyn

leeftijd 30 jaar

job

profrenner bij Vacansoleil

naam

Wim Vansevenant

leeftijd 39 jaar

job

ex-profrenner en akkerbouwer


23

Het bloed gaat waar het niet kruipen kan. Na een carrière van 15 jaar als professioneel wielrenner nam Wim Vansevenant tot zijn eigen verrassing alsnog de boerderij van zijn ouders over. Hij is niet de enige boerenzoon in het wielerpeloton die zich weer aangetrokken voelt tot de stiel.

W

e hebben afgesproken met Wim Vansevenant op de ouderlijke boerderij van zijn streekgenoot Gorik Gardeyn – Gorki voor de vrienden, de witte van Egem voor de wielerfans. Toen ze nog allebei koersten spraken de twee boerenzonen hier in de winter dagelijks af om te gaan trainen. Drie jaar lang waren ze ook ploegmaats: eerst twee jaar bij Lotto-Domo, enkele jaren later nog een seizoen bij Silence-Lotto. Tegenwoordig is de 39-jarige Vansevenant al twee jaar met wielerpensioen, terwijl de 9 jaar jongere Gardeyn net zijn eerste seizoen bij Vacansoleil achter de rug heeft. Op het moment dat Wim de oprit komt opgereden, krijgen we telefoon van Gorik: hij is juist terug van een mountainbiketraining en zal een half uurtje later zijn. In afwachting van zijn komst krijgen we al een rondleiding op de boerderij door Gerdie, de broer van Gorik die de boerderij tien jaar geleden heeft overgenomen. Wim kijkt met belangstelling naar de 65 Holstein-koeien in de stal. Hij vraagt naar de melkprijzen – ‘30 cent per liter, allez, da’s toch al een stuk beter dan vorig jaar’ –, bekijkt de nieuwe koeltank van 8000 liter – ‘hoe heb je dat hier in gekregen!?’ – en fluit bewonderend als hij de David Brown-tractor uit 1965 in het vizier krijgt.

Intussen is Gorik erbij komen staan, fris gewassen en gedoucht. ‘Ik zou het zelf ook wel zien zitten om na mijn carrière in het bedrijf van mijn broer te stappen’, knikt hij. Wim en Gerdie kijken alsof ze het horen donderen in Keulen. ‘t Is het eerste dat ze ervan horen: ‘Ja ja, ik weet wel dat ik vroeger altijd bezig was over auto’s en motoren, maar de laatste tijd ben ik daar toch een beetje van teruggekomen’, zegt Gorik bijna verontschuldigend.

De siertuin van Europa Misschien zijn de carrièrewending van Wim en de ‘bekentenis’ van Gorik wel minder verrassend dan ze op het eerste gezicht lijken. De interesse voor de landbouw is er bij de twee wielrenners immers nooit helemaal uitgegaan. ‘Ik heb in mijn vijftienjarige carrière de ganse wereld gezien en dan voornamelijk het platteland’, zegt Wim. ‘Tijdens zo’n rit van 200 kilometer kon ik urenlang rond mij heen kijken: naar de kilometers lange wijngaarden in Australië, de weiden met duizenden koeien in de Verenigde Staten of de eindeloze graanvelden in Frankrijk.’ Gorik lacht: ‘Ik had meer belangstelling voor de tractoren. Van die kleine met rupsbanden die in Italië tegen de heuvels reden. En dan die grond daar: kurkdroog en met van die dikke stenen ertussen!’

Wim maakt de vergelijking met hier: ‘Vlaanderen is de siertuin van Europa. De meeste boeren hebben hier een hectare en daar nog een. Als je 100 ha hebt, ben je al een grootgrondbezitter. Daartegenover staat natuurlijk dat de grond hier veel vruchtbaarder is dan op veel andere plaatsen. Ik vind niet dat we mogen klagen. ’t Is hier klein en fijn.’

Papierwinkel Zijn er Wim nog andere zaken opgevallen nu hij terug in de boerenstiel is beland? ‘Het is ongelooflijk hoeveel strenger alles geworden is sinds ik 15 jaar geleden mijn diploma Landbouw behaalde’, schudt hij het hoofd. Dezelfde woorden herhaalt hij even later wanneer Gerdie uitlegt wat hij allemaal moet doen als er een kalfje is geboren, of wanneer één van de koeien zijn oormerk verliest. ‘Ik ben zo blij dat ik de dieren van mijn ouders niet heb overgenomen’, zegt Wim. ‘Ik heb al meer dan werk genoeg op mijn land, waar ik aardappelen, gras, vlas en graan teel. In totaal zo’n 25 ha.’ Gerdie relativeert: ‘Tegenwoordig kun je al een eigen managementprogramma koppelen aan Veeportaal. Dat maakt de administratieve rompslomp al iets kleiner. Maar het kan natuurlijk nog altijd beter.’ Intussen is er een vrachtwagen met pulp van suikerbieten aangekomen, die gebruikt wordt als veevoeder. Om de dampende lading te kunnen lossen, gaat de laadbak volledig omhoog. Wim en Gorik staan erbij en kijken ernaar met rennersogen: ‘Welk hellingspercentage zou zo’n laadbak eigenlijk hebben?’ vraagt Gorik. Waarop Wim glimlacht: ‘Goeie vraag. Ik denk alleszins te veel om nog met de fiets te beklimmen.’

Late roeping Toen hij twee jaar geleden zijn fiets aan de haak hing, nam Wim zelf het bedrijf van zijn ouders over. Een beetje tot zijn eigen verrassing, toch wel: ‘Zolang ik koerste was ik totaal niet bezig met later. Het was geen droom van me om de boerderij over te nemen, of zo. Pas de laatste jaren van mijn carrière ben ik erover beginnen na te denken.’ Eén ding was zeker: in een fabriek of kantoor zag hij zich absoluut niet werken: ‘Ik zocht een job in de frisse buitenlucht en met evenveel vrijheid als bij het wielrennen. Zo ben ik bij het boeren terechtgekomen.’

Wim Vansevenant: ‘Ik zocht een job in de frisse buitenlucht en met evenveel vrijheid als bij het wielrennen’


E N E O GR NDER HET W O us ing per b s t a la p r e jk V e mogeli n g a m u o naar S

G N I G G I D N I O G N I UIT OD

N T I U

n e g a d e l ne te ontdekken o i s s e f o r P l nieuwigheden g - Vee ndleidin o r s k ie r b plaatse r - Fa e t id e genh - Eetgele

Donderdag

Vrijdag

Zaterdag

Zondag

Januari

Januari

Januari

Januari

6

www.joskin.com

7

8

9

Tel.: +32 (0)43 77 35 45 • Fax: +32 (0)43 77 10 15 • info@joskin.com rue de Wergifosse, 39 - B-4630 SOUMAGNE • E40 - Afrit 37 Herve - Soumagne


G


26

frontaal

In Vlaanderen vindt 54,3 procent van de werknemers dat ze ‘werkbaar werk’ hebben. Hoe tevreden ben jij met je job? Welke aspecten van de huidige landbouwstiel vind je leuk en waarvan krijg je buikpijn? De mening van een jonge starter, een professor arbeidspsychologie en een begeleider van boeren in nood.

Boeren: een droom Riccy Fokke, coördinator Boeren op een Kruispunt ‘Als vzw voor boeren in nood komen wij vooral met de minder aangename verhalen in aanraking. Ik denk dat boeren in veel gevallen zeker een droomjob is en blijft, maar ik pleit ook voor realisme. We mogen probleemsituaties niet verdringen of in een hoekje wegstoppen. Boeren zijn zelfstandige ondernemers met een gepassioneerd levensplan: door hard en efficiënt te werken willen ze een eerlijk, gezond voedingsproduct leveren. Vaak willen ze net als vorige familiegeneraties doen wat ze graag en goed doen: het verzorgen van dieren en planten. Als je de VLIF-steun bestudeert, ontdek je dat boeren en tuinders nog altijd indrukwekkende investeringen doen. Toch merken we in veel gevallen dat de goesting en de dromen er nog zijn, maar dat het zoeken is naar de mogelijkheden binnen de stijgende beperkingen.’ ‘De voorbije 20 jaar zijn er gigantisch veel ondernemerseisen bijgekomen. Er zijn extra maatschappelijke eisen (bv. inzake ruimtelijke ordering,

dierwelzijn), administratieve verplichtingen, eisen op het vlak van financieel beheer, men verwacht technische topprestaties, dat je een personeelsploeg motiveert, enzovoort. Ook binnen de gezinnen zijn de verwachtingen veranderd: men wil vakantie, qualitytime met de kinderen, er is de rol van de nieuwe papa, die ook rekening houdt met de geëmancipeerde mama… Daartegenover staat dat ook de dienstverlening van de landbouworganisaties sterk gestegen is. Je kunt als boer meer en meer gebruikmaken van syndicale of commerciële dienstverlening om je carrière uit te bouwen.’ ‘De laatste jaren werden we met enkele serieuze crisissen geconfronteerd: de melk-, de grondstoffen- en de energiecrisis. Die ontwikkelingen op de wereldmarkt hebben onze ondernemers veel geld gekost: in bepaalde sectoren zijn meerdere jaarinkomens in één keer verloren. Het gemiddeld inkomen van land- en tuinbouwers ligt rond de 30.000 euro per jaar voor 5000 uur werk. Dat

komt overeen met een gemiddeld ondernemersloon van 6 euro per uur. Gemiddeld wil ook zeggen dat velen zelfs dit uurloon niet halen.
Vaak investeren die bedrijven niet meer in advies of andere zaken, waardoor ze in een vicieuze cirkel terechtkomen. Gelukkig leven we in Vlaanderen, we vinden altijd wel een oplossing. Al wie betrokken is bij het beleid, erkent immers de knelpunten en zoekt geëngageerd mee naar nieuwe oplossingen. Onze vzw is opgericht door Boerenbond, ABS en KVLV-Agra, maar ook mensen die geen lid zijn, kunnen op hulp rekenen. Sinds de opstart in januari 2007, belden 850 gezinnen voor een discrete ondersteuning. Sommige oplossingen liggen wel buiten het verwachtingspatroon van de ondernemer, bijvoorbeeld in een carrièreverandering binnen of buiten de sector. Ook op onze website www.boerenopeenkruispunt.be kan je trouwens op eigen tempo naar oplossingen zoeken. Onze gratis hulplijn is 0800 99 138.’


27

Mathias Morlion, starter met gemengd bedrijf uit Leisele

job?

‘Voor mij is boeren zonder twijfel een droomjob. Ik heb zo’n drie jaar geleden naast mijn broer een stuk van het bedrijf van mijn ouders overgenomen. Eerst was dat niet de bedoeling, maar doordat het bedrijf zo sterk geëvolueerd is, was er genoeg werk voor een extra kracht. Mijn broer houdt zich vooral met het vleesvee en de zeugen

tijden komen goede tijden. Die onzekerheid is een van de zaken waarmee je moet omkunnen als bedrijfsleider. Het blijft uiteraard frustrerend als, na een jaar je best doen om kwalitatief hoogstaande aardappelen af te leveren, blijkt dat je aan die inspanningen niets overhoudt. En ook administratie zal nooit mijn favoriete bezigheid worden. Maar je

bezig, ik heb van kinds af een echte passie voor akkerbouw. Anders gezegd: ik doe niets liever dan op het veld zitten met de tractor. Tot drie jaar geleden heb ik buitenshuis gewerkt, op het PCLT in Roeselare en bij Joskin. In tegenstelling tot veel collega’s, kan ik dus vergelijken. Mij zul je niet horen klagen over verlof, een auto van de firma, of mooie uren. Ik weet hoe het is om voor een baas te werken, en ik weet wat het is om je eigen baas te zijn. Alles heeft voor- en nadelen.’ ‘Vooraleer je een bedrijf mee overneemt, denk je natuurlijk wel eens na over de financiële haalbaarheid. Iets graag doen, betekent nog niet dat je er ook van kunt leven. Hoewel het niet goed gaat van-

hebt als landbouwer wel de luxe om je werk volledig zelf te organiseren, zoals jij het wil. En als je een druk weekend hebt, weet je dat het voor je eigen zaak is.’ ‘Hoe fascinerend ik akkerbouw zelf ook vind, een nadeel van die sector is dat je moeilijk kunt plannen. Als het mooi weer is, werk je in het voorjaar zeven dagen op zeven van ’s morgens tot een stuk in de nacht. Als het slecht weer is, kun je onverwacht thuiszitten. Ik heb gelukkig een vriendin die hier veel begrip voor heeft. We wonen nog niet samen, maar ze komt zelf uit de sector en weet dus dat sommige dingen niet kunnen wachten. Ik hoop alleszins dat ik deze job nog lang kan doen en ik geniet er elke dag van om te zien hoe onze aardappelen en maïs groeien.’

daag, heb ik vertrouwen in de toekomst. Na slechte

Nele De Cuyper, professor Personeelspsychologie aan de KULeuven ‘Er bestaat heel wat vakliteratuur over wat de arbeidsvreugde of bevlogenheid van mensen bepaalt. Uit onderzoek blijkt dat onze Vlaamse land- en tuinbouwers, in vergelijking met andere beroepscategorieën, zeer bevlogen zijn. De verklaring hiervoor is dat een aantal hulpbronnen je werk aangenaam maken. Je beschikt als landbouwer bijvoorbeeld over een grote autonomie. Je kunt je werk zelf organiseren en invullen. Een andere factor is de mate waarin je controle of invloed hebt op het product dat je aflevert. Als je alleen een deksel op een pot draait in een fabriek, heb je weinig binding met de confituurpot die je aflevert. Als boer zie je echter van dag tot dag hoe je fruit, groenten of dieren tot je eindproduct evolueren. Bovendien heb je het voordeel dat je vaak met mensen werkt die

je volledig kunt vertrouwen, bijvoorbeeld binnen een familiale context.’ ‘Tegenover die positieve factoren staan ook een aantal stressfactoren, waardoor land- en tuinbouwers ook gevoelig zijn voor burn-outs of andere vormen van negatieve emoties. Er zijn minder leuke aspecten van je job, zoals administratie, die belangrijker worden. Dat kan erg zwaar doorwegen. Ook het financiële aspect kan een enorme impact hebben. Als jongere moet je gigantische investeringen doen, terwijl je altijd met een aantal onzekerheden zit. Je werkt met levend materiaal dat vatbaar is voor ziektes of plagen. Er zijn de weersomstandigheden en ook het politieke en economische kader kan veranderen. Bovendien zijn boeren zo bevlogen, dat ze hun leven sterk met hun job identificeren. Als je dan

met professionele tegenslagen kampt, kun je die minder relativeren dan iemand voor wie een job minder belangrijk is.’ ‘Tot slot werk je als land- of tuinbouwer vrij geïsoleerd­. Je hebt geen directe collega’s, en daardoor reflecteer je minder over je situatie en problemen. Ik denk dat daardoor sommige negatieve­ontwikkelingen te lang blijven aanslepen of dat boeren onderweg de mogelijke uitwegen niet zien. Dit is dan ook mijn belangrijkste raad: als land- of tuinbouwer lijkt het me vandaag uiterst­belangrijk om je goed te omringen en veel met experts en collega’s te praten. Door hun advies kun je zaken waarin je zelf minder thuis bent, toch goed afronden. Iedereen weet dat het een slecht idee is om te veel hooi op de vork te nemen. En het klankbord dat die mensen bieden, krijg je er gratis bovenop.’


Organisatie: Agriflora c.v., Kortrijksesteenweg 1097 c, b-9051 Gent Pagina 28: Advertentie 6

iedereen wint [Eventueel: p. 20 adv. 4, p. 21-22 Huize, p. 23 adv 5,p. 24-25 Buitenlander?]

13–16 januari 2011 • Flanders Expo Gent

www.agriflanders.be Agriflanders_QU_Landgenoten_210x238.indd 1

Afgiftekantoor Gent X Landgenoten 24 Tijdschrift-kwartaalblad Kwartaal 4, 2010

P509285

België-Belgique23/11/10 9099 Gent X bc 10292

V.u. Dirk Lips, p.a. Vilt Koning Albert II-laan 35, 1030 Brussel

16:09


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.