Polarisatie IN DE GEMEENTERAAD?
AFGELOPEN TWEE JAAR STONDEN IN HET NEDERLANDSE POLITIEKE LANDSCHAP VOORAL DE TOEGENOMEN TEGENSTELLINGEN CENTRAAL. IN HOEVERRE ZIJN DIE TERUG TE VINDEN IN DE LOKALE POLITIEK? EN IN WELKE MATE ZIJN DIE VAN INVLOED OP DE KOMENDE GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN? Tekst CHARLES DE VRIES Beeld ISTOCKPHOTO
E
IND 2021 HEERSTE BIJ veel mensen wantrouwen jegens de overheid. Dat was grotendeels toegenomen door het beleid ten aanzien van de coronacrisis en de toeslagenaffaire die eind 2020 naar buiten kwam met het rapport Ongekend Onrecht. Ook het langdurige verloop van de kabinetsformatie na de Tweede Kamerverkiezingen van 17 maart 2021 maakte het vertrouwen niet groter. Volgens het opiniepanel van EenVandaag (van de Nederlandse Publieke Omroep) had tegen het einde van het vorig jaar nog maar een kwart (26%) van de mensen vertrouwen in de politiek. De moeizame kabinetsformatie werd onder meer veroorzaakt doordat het politieke landschap was versnipperd. Veel partijen werden uitgesloten, waardoor de vier coalitiepartijen VVD, D66, CDA, en Christen Unie tot elkaar veroordeeld waren. Het politieke midden was steeds kleiner geworden, terwijl op de flanken de kleinere partijen juist waren gegroeid. Bovendien was in de Tweede Kamer een 22 Sociologie MAGAZINE | MAART 2022
recordaantal nieuwe partijen opgenomen. In 2010 waren er tien Tweede Kamerfracties, eind 2021 maar liefst 19.
PRAKTISCH GERICHT Julien van Ostaaijen (universitair docent lokale bestuurskunde aan Tilburg University) heeft diverse onderzoeken gedaan naar lokaal bestuur, naar onder meer nieuwkomers in de lokale politiek en naar wat succesvariabelen in de lokale context kunnen zijn. “Landelijk spelen andere thema’s dan in de lokale politiek”, geeft hij aan. “Lokaal spelen er minder ideologische vraagstukken. De standpuntbepaling is vooral praktisch gericht. Landelijk gaat het om vraagstukken op het terrein van inkomen, defensie en veiligheid. Maar op lokaal gebied zijn er heel andere onderwerpen die aan bod moeten komen. Een deel daarvan gaat over uitvoering. De lantaarnpalen moeten het gewoon doen, die hebben geen politieke kleur. Dat zie je terug in lokale coalities. In sommige gemeenten kan daarom de SP bijvoorbeeld prima samenwerken met zowel VVD als GroenLinks.”
Uit onderzoek van Van Ostaaijen blijkt dat na de uitslag van de gemeenteraadsverkiezingen de grootste partij het initiatief neemt om tot een college te komen. “Maar bij tien procent van de Nederlandse gemeenten doen de grootste partijen echter toch niet mee met een nieuwe coalitie. Dan blijkt dat er sprake is van verstoorde persoonlijke politieke verhoudingen. Dat kan een politieke afrekening na een eerdere coalitievorming zijn. Dat nieuwe lokale partijen bij gemeenteraadsverkiezingen zich stevig afzetten omdat zij zich willen onderscheiden, dat zie je veel gebeuren. En dat werkt in veel gevallen ook. Of je dan ook in een coalitie kunt komen is een tweede.”
VOORBEELDFUNCTIE Het komt volgens Van Ostaaijen ook wel voor dat in navolging van een landelijke politieke partij met een harde debatstijl, lokale politici van deze partij deze debatstijl overnemen. “Het is dan alsof men de stijl van de landelijke partij kopieert of denkt dat politiek bedrijven nu eenmaal zo