De Schildwacht
September - Oktober 2023 - nr. 05
Voorwoord Tweemaandelijks tijdschrift van de Algemene Centrale van het Militair Personeel Verantwoordelijke uitgever: Yves Huwart - Afgiftekantoor: Brussel X - P109013
Gewetensonderzoek de militaire vakbond
Voorwoord
Gewetensonderzoek VOORWOORD DOOR YVES HUWART | VOORZITTER
We hebben een mooie muur om ons heen gemaakt en we leven in ons land heel vreedzaam binnen die muur. Maar de mens is nu eenmaal een gewelddadig dier. Er zijn ook mensen nodig om op die muur te staan. Burgers slapen 's nachts alleen vredig in hun bed omdat er ruige mannen – militairen - klaarstaan om namens hen geweld te gebruiken. De samenleving heeft het vuile werk uitbesteed aan beroepssoldaten. Ze doen dingen voor hun landgenoten. Maar zelfs op een moment dat de oorlogen in Oekraïne en Israël ons met de neus op de feiten drukken dat burgers enkel geweld kunnen afzweren omdat anderen bereid zijn geweld voor hen te verdragen, komt mensen doodschieten en dingen opblazen in geen enkel wervingsspotje van Defensie voor. Dat stoppen we weg. Heel vreemd is dat. Deze oorlogen nopen nochtans tot een gewetensonderzoek over hoe velen de voorbije decennia de neus ophaalden voor het leger, Defensie al die tijd als sluitpost van de begroting gebruikten en jarenlang negeerden en kapot bespaarden. Waar staan ze nu, al die ‘staatsmannen’, bewindslui, opiniemakers en andere bureaustoelstrategen die van het leger een sterfhuisconstructie gemaakt hebben? Je hoort ze nu niet piepen! Vanachter hun veilige toetsenbord,
2
De Schildwacht
ver weg van die muur, wisten ze precies wat anderen (lees: de Amerikanen) moesten doen. Ze wilden de waarheid dat de wereld nog steeds een onveilige plaats gebleven is niet onder ogen zien. Omdat zij diep in hun binnenste, op plekken waarover zij niet spreken op hun feestjes, die anderen – en als het niet anders kan - ons militairen op die verdedigingsmuur wilden hebben. Maar tegelijk ondergroeven ze de fundamenten van die muur en lieten ze toe dat deze verder afbrokkelde. Dat het ressentiment hierover diep zit bij de militaire gemeenschap, schijnen zij nog steeds onvoldoende te begrijpen. Ze hebben ons nodig op die muur, maar toch zwijgen zij het liefst erover. Of gebruiken ze ons op een oneigenlijke manier als ‘goedkoop’ alternatief voor één of andere bewakingsopdracht die niks te maken heeft met de finaliteit van het leger. Zouden ze nu stilstaan bij het morele aspect van hun verzuimbeleid en hun duikgedrag? Nu dat het op
vele plaatsen in de wereld brandt en het Belgisch leger verworden is tot een tandeloze krijger, niet in staat om de samenleving correct te beschermen of om wezenlijke bijdragen toe te zeggen aan zijn bondgenoten, zouden ze nu nadenken over hun laakbare houding? Ik hoop het. Maar ik vrees van niet. Als deze generatie politieke leiders ooit écht getest gaat worden met een groot conflict, zouden ze dan over hun schaduw kunnen springen en plaatsnemen op die muur, naast hun militairen? De vraag stellen is ze wellicht beantwoorden. En verder maak ik me ook geen illusie dat dit gewetensonderzoek er ooit gaat komen. Omdat het juist de factor karakter is die ertoe bijdraagt dat leiders het juiste doen – en niet wat populair is of het meeste applaus of de hoogste cijfers in de peilingen zal opleveren.
De Schildwacht September - Oktober 2023 - nr. 05
Foto: Bordignon Vincent
Colofon De Schildwacht is het tweemaandelijkse tijdschrift van de Algemene Centrale van het Militair Personeel. Alle leden krijgen een exemplaar toegestuurd. Oplage: 9.600 exemplaren. Adresgegevens worden behandeld overeenkomstig de wet op de privacy (wet 8/12/1992 & GDPR). Verantwoordelijke uitgever: Yves Huwart Coördinatie: Concetto Bandinelli & Laurent Schmitz Algemene gegevens - ACMP: Romboutsstraat 1 – Bus 021 1932 Zaventem srt@acmp-cgpm.be www.acmp-cgpm.be Tel.: 02 245 72 14
BE32 2100 6234 6602 BIC: GEBABEBB
2
Gewetensonderzoek
4
DG HR aan het woord
8
Wijziging weddeanciënniteit op 1 januari 2024
10
Een medisch mirakel… of toch niet?
12
Huisvesting dicht bij de kazerne
14
Appel!
15
Schande!
16
Een oorlog of twee achterop!
18
De netelige vraag…
BE57 0682 3639 9535 BIC: GKCCBEBB Foto cover: BAF Moors Michael
Facebook “f ” Logo
CMYK / .ai
Facebook “f ” Logo
CMYK / .ai
Volg ons op Facebook EUROMIL
European Organisation of Military Associations
De Schildwacht
3
Interview
DG HR aan het woord Sinds 1 september van dit jaar is luitenant-generaal Thierry Esser de nieuwe baas van de Algemene Directie Human Resources (DG HR). Hij is de man die vanaf nu betreffende alle personeelszaken bij Defensie een leidinggevende rol zal spelen. Het perfecte moment om hem te vragen hoe hij de toekomst ziet voor de militairen; voor jou en mij... Sinds 1 september 2023 bent u de nieuwe DG HR. Wat maakt dat u de uitverkorene was voor deze nieuwe job? Human Resources is een zaak van iedereen, niet alleen van de DG HR. Mijn militaire loopbaan heeft er wel te verstaan toe geleid dat ik 'leiding heb kunnen geven, maar vooral ook collega's en personeel heb kunnen ondersteunen en begeleiden. Of het nu tijdens operaties was, als onderrichter of als Korpscommandant, ik heb er altijd op gelet dat mijn personeel zich binnen het uitoefenen van haar functies kon ontplooien. Natuurlijk is mijn periode op het kabinet van de minister van Defensie niet verwonderlijk voor mijn huidige visie op Human Resources. Bovenop de verrijkende ervaring, die mijn achtergrond compleet maakte, heb ik duidelijk een goed gedefinieerde visie kunnen ontwikkelen over de uitdagingen die Defensie op personeelsvlak te wachten staan. In die zin denk ik dat ik aardig op mijn plek zit (glimlach). Waar liggen voor u de grootste uitdagingen op het vlak van het personeel voor de komende jaren? Er zijn duidelijk talrijke uitdagingen, waarvan we sommige al lang kennen. Ik denk natuurlijk aan de attritie
4
De Schildwacht
tijdens opleidingen, de technische knelpuntberoepen of ‘STEM’, meer in het algemeen, het halen van onze wervingsdoelstellingen. De beperkte aanwerving die we tot 2019 hebben gekend, heeft nu een zichtbare impact op bepaalde leeftijdsgroepen, precies op deze die vandaag het kaderpersoneel vormen. Dit zet onze onderrichters onder druk en dit juist op een moment dat we massaal moeten opleiden. Concreet is het personeel de meest beperkende factor geworden voor de groei van Defensie! Een visie, waar de mensen centraal staan, is daarom de natuurlijke weg vooruit. Kort na uw aanstelling aan het hoofd van DG HR konden we in diverse kranten lezen dat u jaarlijks op zoek moet naar 2.500 militairen. U sprak over ‘een enorme uitdaging’ in de kranteninterviews. Waar moet dan volgens u prioritair op worden ingezet om zoveel jonge mensen warm te maken voor een job bij het leger? Op dit moment zijn we de grootste werkgever op de arbeidsmarkt wat de rekrutering betreft en dat moeten we structureel blijven. Natuurlijk zijn we niet de enigen die op zoek zijn naar talent. Daarom moeten we samenwerken met de andere spelers op de arbeidsmarkt
en hen partners maken in het traject van het ‘aanwakkeren van de interesse’. Werken aan het aanwakkeren van de interesse is essentieel om jonge en minder jonge mensen aan te trekken. Er zijn voordelen om bij ons te komen werken, en dat is precies nu de militaire specificiteit. Ten eerste ben je ‘militair voordat je chauffeur bent’. En eenmaal je lid van de organisatie bent, zijn er tal van mogelijkheden: verandering van personeelscategorie, verandering van functie/beroep, bijscholing, enz. We bieden zo'n breed scala aan functies dat ik denk dat het mogelijk is om aan de verwachtingen van jonge sollicitanten te voldoen. Initiatieven zoals de studierichting Defensie en Veiligheid op middelbare scholen laten bovendien zien dat er echt vraag is naar veiligheidsberoepen. Op de meeste deelnemende scholen zitten de klassen vol en zijn er wachtlijsten! We zijn ook aan het uitzoeken hoe we meer ervaren profielen kunnen aantrekken door de mogelijkheden voor laterale-instroom te onderzoeken. Gaan we ook de komende jaren 2.500 militairen kunnen opleiden? Hebben we genoeg instructeurs, opleidingscentra,
kandidatuur, is ongeveer 1,6%, een extreem laag cijfer vergeleken met de arbeidsmarkt. Wat betreft de overgang van het burger- naar het militaire leven moeten we dus drempelverlagend aan de slag gaan. Om dit te bereiken moeten we ons ambitieniveau zeker niet verlagen, maar we moeten wel aan onze medeburgers uitleggen waar we mee bezig zijn! Het studietraject Defensie en Veiligheid, het DCN (Dienst van Collectief Nut) project en de bruggen die we slaan naar de civiele wereld via de Reserve zijn manieren om deze overgang misschien minder abrupt te maken.
Foto: ACMP-CGPM
uitrusting, logement enz. om deze ongelooflijke rekruteringsinspanningen waar te maken? We hebben een moeilijke personeelssituatie geërfd, die vooral te wijten is aan een daling van de aanwervingen in de afgelopen tien jaar, waardoor er een tekort aan kaderpersoneel is ontstaan. Daarom is de militaire basisopleiding in de eenheden zelf een deel van de oplossing. Sollicitanten krijgen de kans om het militaire leven direct in hun toekomstige eenheid te leren kennen, en waarschijnlijk zelfs dichter bij huis. In die zin is het duidelijk dat de eenheden een belangrijke rol spelen en we zijn ons ervan bewust dat dit veel energie opslorpt. We moeten tevens vermelden dat er ook andere initiatieven lopen, zoals het ‘Baracks Plan’ en het ‘Masterplan Huisvesting’ van
CDSCA, waaraan we hebben meegewerkt. De visie op het personeel en de rekrutering is daarom ook een belangrijk onderdeel van andere ontwikkelingsinitiatieven met onze collega's in de verschillende componenten, DG's en ACOS. De attritie blijft ook na vele jaren een belangrijk probleem binnen Defensie. Welke maatregelen overweegt u om de retentie te stimuleren? Eerst moeten we definiëren wat we bedoelen met het woord attritie. We maken vaak geen onderscheid tussen attritie tijdens de opleiding, attritie tijdens de stage en evaluatiefase in de eenheid en attritie tijdens de loopbaan. We gooien alles op één hoop, ook al laten de cijfers zien dat attritie vooral een probleem is tijdens de opleidingsen stage/evaluatiefase. Loopbaanuitval, d.w.z. weggaan na de
Natuurlijk moeten we ook werken aan het concept van ‘onboarding’ om jonge rekruten in onze organisatie te begeleiden en hun de mogelijkheden uitleggen op welke manier hun loopbaan verder te ontwikkelen. Zal er van het defensiebudget een grotere hap naar het domein van het personeel moeten vloeien om de enorme ambities waar te maken? Een van de grote successen van het Star-plan is dat we onze wervingsambities hebben opgenomen in een programmawet. De groei van het personeelsbestand, en het bijbehorende budget, is daarmee gekoppeld aan de toename van het ambitieniveau van onze Defensiecapaciteiten. Het budget voor personeel mag nu eens niet meer de primaire bekommernis zijn. De militaire loopbaan met al zijn verplichtingen heeft een grote impact op de militaire gezinnen. Heeft u de intentie om acties te ondernemen om deze impact te verminderen en zo ja, dewelke?
De Schildwacht
5
Het ontplooid worden in operaties en het vertrek op oefeningen om onze troepen voor te bereiden, hebben natuurlijk een impact op de gezinnen van de militairen. Dat was zo in het verleden en dat zal zeker zo blijven in de toekomst. We mogen de primaire opdrachten van het leger en de specifieke aard van het militaire beroep niet vergeten. Maar dat betekent niet dat we niet moeten werken aan het verminderen van de nadelige effecten van zendingen, overplaatsingen en de verplichtingen die inherent zijn aan onze status. Er zijn al inspanningen geleverd op het gebied van welzijn op het werk, het benefits platform, maar ook de instrumenten van de ‘New Way Of Working’ die veel personeelsleden in staat zullen stellen een betere balans tussen werk en privéleven te vinden. Zelfs in eenheden waar telewerken niet mogelijk is, werken we aan initiatieven zoals een betere regionalisering (een gedelokaliseerde Cie of Eskadron) om de negatieve impact op het privéleven van onze medewerkers te beperken.
redmiddel moeten blijven wanneer andere middelen, waaronder adequaat leiderschap, zijn uitgeput. Een groot punt van kritiek vanwege de militaire vakbond ACMP-CGPM is reeds vele jaren het pijnlijke gedrocht van de jaarlijkse ‘professionele evaluatie’. Wij hebben de indruk dat op vele plaatsen binnen Defensie deze jaarlijkse evaluatie uiteindelijk herleid is geworden tot een lege doos. Acht u het nodig om hier iets aan te veranderen? Ik ben ervan overtuigd dat een formele, jaarlijkse beoordeling de verdienste heeft dat het elk diensthoofd verplicht om de tijd te nemen om met zijn of haar personeel te praten over hoe ze presteren,
zowel als militair of als burger bij Defensie, en ook specifiek over de functie die ze bekleden. Op dit moment gaat er te veel tijd verloren aan de complexiteit van de procedure en het werktuig, en dit ten koste van de inhoudelijke discussie. Er is momenteel een project gaande om deze tekortkomingen te verbeteren. Veel van onze leden vragen om het personeelsbeheer weer voor een stuk te ‘de-digitaliseren’ en terug te ‘vermenselijken’. Hoe staat u tegenover deze verzuchting? Wat acht u desgevallend mogelijk? Het is duidelijk dat gepersonaliseerde ondersteuning voor onze werknemers essentieel is, vooral in
Vindt u dat er nood is aan een modernisering van het militaire tuchtstelsel? En zo ja, hoe zou die dan moeten verlopen en welke concrete bijsturingen dienen er dan te gebeuren? Toen ik zelf nog een jonge soldaat was, werd ons tuchtstelsel gemoderniseerd, door straffen uit een ander tijdperk, zoals straffen die ons van onze vrijheid beroofden, te schrappen. Hierdoor kregen bepaalde straffen geen betekenis meer en kunnen we terecht hun effectiviteit in vraag stellen, al is het maar in termen van afschrikking. Ik blijf er echter diep van overtuigd dat tuchtmaatregelen een laatste
6
De Schildwacht
Foto: ACMP-CGPM
Foto: Defensie - Gert-Jan D’haene
HR-domein. Digitale tools moeten 'tools' blijven, ten dienste van de gebruikers. Hoewel het duidelijk is dat de digitalisering van bepaalde taken het mogelijk heeft gemaakt om enige vooruitgang te boeken en het werk sneller uit te voeren, heeft het ook een zekere afstand en frustratie bij het personeel veroorzaakt. Daarom moeten we de rol van DAES en FSU versterken en het personeel in staat stellen om de tools die hen ter beschikking worden gesteld, beter te gebruiken.
medewerkers. Ik begrijp hen! Het is duidelijk dat we de specificiteit van ons personeel en onze opdrachten verdedigen en zullen blijven verdedigen - en bij uitbreiding een pensioenstelsel dat rekening houdt met deze specificiteiten. We wachten af hoe een volgende regering deze kwestie zal aanpakken, rekening houdend met het feit dat de debatten over de zware beroepen tot nu toe tot niets hebben geleid. We houden in elk geval nauwlettend in de gaten wat er op politiek niveau gebeurt.
Hoe staat u tegenover de intentie van heel wat politieke bewindslui om het militaire pensioenstelsel te doen ‘convergeren’ naar dit van andere beroepsgroepen, zoals werknemers uit de privé en zelfstandigen?
Hoe ziet u de rol van de vakorganisaties in gans dit verhaal?
Het 'pensioendebat' is duidelijk een onderwerp dat in elke legislatuur weer ter sprake komt en dat veel angst oproept bij onze
Ik ben ervan overtuigd dat de vakbonden partners zijn bij de uitvoering van ons personeelsbeleid. De positieve samenwerking tussen Defensie en de vakbonden, namelijk in het kader van de weddeverhogingen, laat duidelijk zien dat als we onze krachten bundelen, we samen snel uitstekende resultaten
kunnen bereiken ten gunste van het personeel. Ik blijf me dan ook inzetten om dit niveau van samenwerking te handhaven en ik luister naar de signalen van de vakorganisaties. U heeft ongetwijfeld de handen meer dan vol om alle uitdagingen om te zetten in de werkelijkheid. Heeft u nog tijd om af en toe uw zinnen te verzetten? Hobby’s? De vrijdag is een belangrijke dag in de week. Niet omdat het weldra weekend is maar omdat spotify dan tjokvol zit met nieuwe singles en albums. Regelmatig een concert of festival bijwonen waar Gothic Rock, Dark Wave en Neue Deutsche Härte gespeeld wordt, is voor mij de beste manier om te ontspannen.
😊
De Schildwacht
7
Rechtspositie
Wijziging weddeanciënniteit op 1 januari 2024 De derde en laatste fase van de herwaardering van de wedden gaat in op 1 januari 2024. De totale actieve diensttijd, vervuld als lid van de strijdkrachten, zal vanaf de leeftijd van 18 jaar meetellen bij de toekenning van loonsverhogingen. De leeftijdsdrempels van 20 jaar voor onderofficieren van het niveau C, 23 jaar voor onderofficieren van niveau B en 24 jaar voor officieren van niveau A zullen verdwijnen.
Nieuwe salaristabellen Vanaf 1 januari 2024 zijn nieuwe salaristabellen van toepassing, inclusief een verhoging van de maximumbedragen (essentiële gegevens om op 1 januari 2025 de perequatie voor gepensioneerde militairen te verzekeren). Bovendien zal de loopbaantoelage voor 100% worden toegepast, vergeleken met maar 60% in 2022 en 65% in 2023. Met andere woorden, de salarisverhoging is volledig van toepassing op 1 januari 2024. Voor sommige militairen zal er ook een positieve sprong zijn in de weddetabellen, omdat de leeftijdsgrens van 18 jaar, voor het in aanmerking nemen van dienstjaren, zal gelden voor alle militairen, en dus niet enkel meer voor de categorie van de vrijwilligers. We willen er u aan herinneren dat vanaf 1 januari 2024 de commandotoelage voor officieren wordt afgeschaft, aangezien het bedrag ervan volledig zal worden opgenomen in de nieuwe
8
De Schildwacht
weddeschalen. Dit geldt ook voor de meesterschapstoelage voor eerste korporaalchefs, welke momenteel jaarlijks in augustus wordt uitbetaald. Voor de referentieperiode van 1 augustus 2023 tot en met 31 december 2023 wordt het overschot tegelijk met het salaris van januari 2024 uitbetaald. Weddeanciënniteit Tot 31 december 2023 werd de weddeanciënniteit berekend vanaf de leeftijd van 18 jaar voor vrijwilligers, vanaf de leeftijd van 20 jaar voor onderofficieren van niveau C, vanaf de leeftijd van 23 jaar voor onderofficieren en officieren van het niveau B en vanaf de leeftijd van 24 jaar voor officieren van het niveau A. Bij de overgang naar de categorie van de officieren is de 2/3-regel van toepassing. Krachtens deze regel wordt de weddeanciënniteit, die tussen de minimumleeftijd (23 of 24, afhankelijk van Niv B of Niv A) en de aanstelling in de rang van onderluitenant opgebouwd is, vermenigvuldigd met 2/3 (naar boven afgerond tot het eerste hele getal).
Deze regel verdwijnt eveneens vanaf 1 januari 2024. Bijvoorbeeld, een militair die op 18-jarige leeftijd als vrijwilliger bij Defensie startte en sindsdien officier van niveau B is geworden door sociale promotie, zal al zijn dienstjaren kunnen laten meetellen vanaf zijn 18e en niet vanaf zijn 23e. Een sprong van 5 jaar op de loonschaal van 2024 als officier van niveau B. Vrijwilligers die op 18-jarige leeftijd bij het leger gingen en vervolgens onderofficier van niveau C werden, kunnen 2 jaar extra weddeanciënniteit krijgen. De weddeanciënniteit neemt enkel toe met hele eenheden per volledig gepresteerde kalendermaand. Bovendien is er voor elk verworven compleet jaar in aanmerking komende dienst een evolutie in de toepasselijke weddetabel. Dit principe blijft ongewijzigd op 1 januari 2024. Vanaf dan zullen militairen een jaarlijkse verhoging ontvangen. Vernietiging van opleidingsduur of opleidingscycli Voor een kandidaat-militair telt de
Foto: Pixabay
effectieve opleidingsperiode die leidt tot een bachelor- of masterdiploma echter niet mee voor de toekenning van tussentijdse verhogingen. Dit is ook het geval voor een kandidaat-hulpofficier, maar dan voor de effectieve periode van de opleidingscyclus met het oog op het behalen, naargelang het geval, van een vliegbrevet, een hoger vliegbrevet of een brevet van luchtverkeersleider. OPGELET, dit verwijst naar ALLE schoolopleidingsperiodes, of trainingsperiodes die verlengd werden als gevolg van een trainingsincident en die al dan niet hebben geleid tot de toekenning van een bachelorsdiploma, masterdiploma, vliegbrevet, hoger vliegbrevet of brevet van luchtverkeersleider. Als echter de normale duur voor het behalen van een bachelor of een master in hetzelfde studiegebied
echter niet dezelfde is in de verschillende Gemeenschappen, is het de kortste opleidingsduur die niet in aanmerking genomen wordt voor het toekennen van tussentijdse verhogingen na het behalen van de bachelor of de master. De opleidingsperiode of opleidingscyclus eindigt ofwel bij benoeming in de basisrang na het behalen van het diploma of brevet, ofwel bij toelating of goedkeuring als militair in een andere hoedanigheid, categorie of niveau, ofwel bij re-integratie in een eerder statuut. Bescherming – vrijwaringsclausules
ofwel dezelfde anciënniteit, meer anciënniteit of minder anciënniteit verkrijgen. De meest gunstige zal op hem van toepassing zijn. Defensie is van plan om (vóór eind 2023) twee weddeanciënniteiten op de loonstrook te tonen: zij die geldt onder de huidige regels en zij die volgens de nieuwe regels van 1 januari 2024 van kracht zal zijn. Zo kan elke militair zelf de vergelijking maken en kennis nemen van waar hij of zij op 1 januari 2024 recht op heeft. Voor alle vragen over dit onderwerp, kun je altijd contact opnemen met ons Vast Secretariaat op het nummer 02/245.72.14 of via srt@acmp-cgpm.be.
Het spreekt voor zich dat de implementatie van de bovengenoemde nieuwe principes op 1 januari 2024 niet nadelig mag zijn voor militairen. Met andere woorden, na herberekening zal de militair
De Schildwacht
9
Info
Een medisch mirakel… of toch niet? De attritie flitst als een helse bliksem aan de Horizon 2030. Zoals de militaire vakbond ACMP-CGPM al eerder schreef, gaat Defensie aan dit tempo zeker niet de levensnoodzakelijke stijging van haar personeelsbestand behalen. Zowat overal loopt de getalsterkte en de opgebouwde ervaring snel terug. Overal, behalve bij de Medische Component. Spreken we hier nu van een mirakel of is er meer aan de hand?
Deze wat vreemde eend in de bijt van de Belgische Krijgsmacht lijkt het op het eerste gezicht zelfs opmerkelijk goed te doen. Zoals Medisch Majoor Marien van COMOPSMED heel mooi verwoordt ‘De rekruteringscijfers doen het bij de Medische Component zeer goed maar vooral de profielen zoals ambulanciers en aidmen zijn echt populair’. Dit is op lange termijn echter onvoldoende voor het behoud én de opbouw van de expertise. Recent realiseerde Defensie de verwerving en werkt nu aan de mogelijke paraatstelling van een nieuw en ultramodern Role 2 ‘Medical Treatment Facility’, zeg maar een volwaardig modulair veldhospitaal om gewonden te behandelen in de eerste uren na hun opgelopen letsels. Dit knap staaltje van hoe de Medische Component zich klaarstoomt naar 2030, dreigt echter te moeten afrekenen met één probleem. Ingebeelde zieke De vraag van één miljoen die zich stelt is: volgt het personeelsbestand recht evenredig met het nieuwe plaatje van Material
10 De Schildwacht
Resources, of heeft de Medische Component net als de rest van Defensie last van materiële welvaart in combinatie met een pijnlijke schaarste aan Human Resources? Degelijk gevormde en voldoende gemotiveerde mensen zullen de toekomstige werkkrachten moeten vormen, die al dit nieuwe materieel zullen gebruiken, onderhouden én er onderricht over geven aan de volgende generaties. Echter blijkt dit veel moeilijker te worden dan gedacht. Wanneer we er de officiële cijfers bijhalen dan lijkt er inderdaad sprake te zijn van een heel positief verhaal qua globale getalsterkte. De Medische Component heeft momenteel als enige haar organieke tabellen nagenoeg compleet opgevuld met personeel. In de soldatenmond zou men kunnen spreken van ‘zo goed als op 100 procent’ en dus zou men wel eens durven opperen dat net zoals in het stuk ‘De ingebeelde zieke’ van Molière, de Medische Component deze kwalijke rol in het personeelstekort speelt. Sleutelpersoneel De eerdergenoemde etalagecijfers
geven echter een zeer vertekend beeld. Sterker nog, de Medische Component mag dan misschien wel zo goed als volledig bemand lijken, achter het gordijn van de arts huist een kritiek tekort van essentieel medisch personeel. Op zowat alle gespecialiseerde diensten zijn apothekers, artsen, chirurgen en verplegend personeel dermate kritiek onderbemand, dat dit wel eens voor een heel groot operationeel probleem kan zorgen. Een deel van de onzichtbare tekorten in de statistieken zijn voornamelijk te wijten aan de mensen die momenteel nog in opleiding zijn. De vaak jarenlange opleiding van een verpleegkundige of arts betekent concreet dat die wel hernomen zijn op de slagorde van hun eenheden doch absoluut niet inzetbaar zijn gedurende de hele lange periode van vormingen en studies. De tekorten van deze hoge en uiterst gewilde profielen op de civiele arbeidsmarkt brengen met zich mee dat er aan de aantrekkelijkheid en promotie van deze profielen constant en intensief gesleuteld moet worden, wil Defensie nog mee kunnen concurreren in deze ‘War on Talent’. Voor deze knelpuntberoepen
Foto: MedComponent
betekent de recente progressie in de militaire lonen niet de doorslaggevende factor om hen voor Defensie te laten kiezen. Onrechtstreeks volgt hieruit dus een zeer ernstig probleem wanneer de medische zorgen van ons overige personeel ontplooid tijdens oefeningen en operaties niet meer ten volle gegarandeerd kan worden. Sommige vooral geïsoleerde buitenlandse operaties zien hun urgente medische zorgen al uitbesteed aan burgers van natievreemde organisaties, die kwalitatief zelden tot aan de knieën reiken van onze eigen experten in de breede waaier van medische en militaire expertise. Zo vernamen we dat tijdens een zending te Niger de Role 1 werd uitgebaat door een multinationaal concern met vrij middelmatig gemotiveerde burgers afkomstig uit alle windstreken, die bovendien soms bedroevend onderlegd leken in het correct uitvoeren van Medevac-procedures gecombineerd met levensreddende Role-1-taken onder de stress van een gesimuleerde aanval op de compound. Dit zijn specifiek
gespecialiseerde taken die enkel door degelijk medisch onderlegde militairen op een tactisch verantwoorde manier uitgevoerd kunnen worden. Defensie put hiervoor soms uit een heel schaarse bron van welwillende militairen die zich vaak, in combinatie met hun zeer intensieve loopbaan, bijscholen tot bachelor in de geneeskunde Dit zijn stuk voor stuk mensen die blijk geven van doorzettingsvermogen en besluiten om met hun rijkdom aan tactische vaardigheden er een degelijk levensreddend diploma bovenop te behalen. Ze zijn van onschatbare waarde, maar worden jammer genoeg niet altijd ten volle beloond wanneer het bestaande rotatiesysteem van kaderleden hen al snel professioneel uit hun vertrouwde competenties wegrukt om ergens een management ondersteunende functie in te vullen. Dit wekt frustraties op die nog te weinig gehoor krijgen. Een reserve-oplossing? Het reservekader bevat momenteel een nog te klein aantal medische specialisten, verplegers, artsen en
chirurgen die bovendien maar enkele dagen per jaar militair ingezet kunnen worden voor militaire training en eerder beperkt in elk hun specifieke niche. Op dit moment kan nog niet van een gigantisch succes gesproken worden maar die piste verder uitdiepen lijkt wel een mooie win-winsituatie. Durft men nog verder en out of the box te denken bij HR? De bestaande onderwijsrichting Defensie en Veiligheid die momenteel vanaf de derde graad in het technisch secundair onderwijs wordt gegeven, kan wel het ballonnetje in de slagader betekenen om de weg open te gooien om zo potentieel te halen uit andere technische richtingen. Denken we maar eens aan al die zorg-, logistieke en andere knelpuntberoepen die vaker dan gedacht meespelen in de ondersteuning van wat een goed geoliede machine als Defensie mee tot een succesverhaal helpt te maken. En dit zowel door een degelijk gevormd en gemotiveerd beroeps- als reservekader!
De Schildwacht
11
Welzijn
Huisvesting dicht bij de kazerne DG HR heeft zojuist de resultaten gepubliceerd van haar recente enquête over de huisvestingsbehoeften van het personeel. Deze nieuwe studie is zowel qua inhoud als vorm interessant. Ze bevestigt de eisen van onze organisatie.
‘Pfft! Weer een nutteloze enquête’, zou je zeggen... Deze keer stellen we echter een echte toegevoegde waarde vast in vergelijking met bepaalde verslagen die in het verleden gepubliceerd werden. Laten we beginnen met de timing: de bevraagden werden geïnterviewd tussen juni en juli 2023, wat relatief recent is. We zijn eerder gewend om het rapport een eeuwigheid na de enquête te ontvangen, of zelfs nooit, wanneer de antwoorden niet de verhoopte richting uitgaan... Maar hier heeft DG HR niets opgesmukt. Ze presenteert de feiten kort en bondig, zonder enige poging tot misplaatst triomfalisme. De poll heeft trouwens 5.000 mensen bereikt, een populatie groot genoeg om echt representatief te zijn. Laten we dus deze twee pagina's boordevol relevante informatie eens onder de loep nemen. Reële noodzaak De belangrijkste conclusie van de poll is dat het defensiepersoneel een reële behoefte heeft aan huisvesting, zowel in de vorm van gezinswoningen als kamers in kazernes. Nu, dit is geen ‘waanzinnig nieuws’: de militaire vakbond ACMP-CGPM eist al lang een gegarandeerde toegang tot huisvesting voor onze collega's. De antwoorden bevestigen wat we al lang wisten en geven een gedetailleerd beeld van de behoeften van de militairen. Bijna de helft van de bevraagden reist bijvoorbeeld minstens een uur om op het werk te geraken. Meer dan twee uur pendelen is enorm in vergelijking met andere Belgische werknemers. Volgens SD Works(1) bevindt slechts één burger op vijf zich in dezelfde situatie. Het is dan ook niet verwonderlijk dat 96% van het defensiepersoneel zo'n pendeltijd onaanvaardbaar vindt. Maar hoe ver willen ze gaan? Twee derde vindt een afstand van 30 km aanvaardbaar. Voor hen is het dus belangrijk om relatief dicht bij de kazerne te wonen. Het zijn vooral (1)
jongeren die interesse tonen in een woongelegenheid van Defensie. Boven de 35 jaar hebben veel militairen de kans gehad om 'hun nestje te bouwen', waarvan tevens een groot aandeel huiseigenaar zijn. Afstand en kwaliteit Voor de deelnemers aan de enquête is de nabijheid van de werkplek het belangrijkste criterium, samen met de kostprijs uiteraard. Maar ook de kwaliteit van de accommodatie zelf en de omgeving, zoals de woonomgeving, de toegang tot diensten en winkels, openbaar vervoer, enz. zijn bepalende factoren. Het rapport van DG HR onderstreept ook de grote belangstelling voor werk in de stad, dat steeds populairder wordt. De projecten 'kwartieren van de toekomst’ van het STAR-plan gaan al in die richting. Tot slot zouden twee derden van de werknemers naar het werk willen fietsen, als ze hiertoe de kans kregen, gevolgd door het gebruik van de eigen auto als tweede keuze. Het openbaar vervoer hinkt ver achterop; zelfs te voet gaan, is populairder. Ons advies Voor de militaire vakbond ACMP-CGPM, is het duidelijk dat de mogelijkheid tot huisvesting en een aanvaardbare afstand tussen de woon- en werkplaats belangrijke aandachtspunten blijven voor militairen. Het zijn ook essentiële argumenten om jongeren aan te moedigen zich kandidaat te stellen. De specifieke aard van het beroep van de militair betekent dat onze werkgever de plicht heeft om efficiënte huisvestingshulp aan te bieden die in voldoende mate en op relatief korte termijn beschikbaar is. Zoals we het al uitgelegd hebben in De Schildwacht, had het Belgische leger in de jaren 80 geen problemen om burgers te motiveren om dienst te nemen, ondanks een veel groter aantal beroepsmilitairen.
https://www.fleet.be/een-op-vijf-belgische-werknemers-pendelt-meer-dan-2-uur-per-dag/
12 De Schildwacht
Foto: Defensie
Het aanbod van huisvesting voor collega's die bij de Belgische strijdkrachten in Duitsland geaffecteerd waren, was destijds een sterke motivatie voor kandidaten. Als Defensie de mogelijkheid tot huisvesting voor militairen zou garanderen, zou het veel minder moeite hebben om te rekruteren. Dit zou mogelijk zijn door het CDSCA-aanbod uit te breiden, waarom niet met koopoptie? Militairen hebben immers, net als alle Belgen, een 'baksteen in de maag'. We denken dat hier een zekere creativiteit op zijn plaats is, met voordelige, innovatieve vormen van bijstand, zoals de financiële tussenkomst in een deel van de rente op een lening voor de aankoop en/of renovatie van de woning, de terugbetaling van de BTW of garant staan voor een deel van de huur op de particuliere markt. Bij een verre mutatie van een personeelslid zou Defensie een stevige financiële compensatie kunnen voorzien voor de verhuiskosten, voor het verlies geleden bij de verkoop van de eigen woning of voor de huur van een andere woning tijdens het afbetalen van een hypothecaire lening voor de eigen woning. Geografische vrijgezellen
cheerd' dat ze een kamer in of in de nabijheid van hun kazerne nodig hebben. Ze gebruiken dit logement wanneer ze werken, want met de mogelijkheden tot 4/5, halftijds, thuiswerk en dienstontheffing is de 'standaard' werkweek bijna een uitzondering geworden. Sommigen bezetten hun kamer dus niet de hele tijd. We moeten het geval van elke militair apart bekijken en er flexibel mee omgaan. Andere behoeften duiken plotseling op in het kader van een crisis, vaak van sociale aard. Een scheiding bijvoorbeeld, of de ernstige ziekte van een kind of echtgenoot dwingt militairen soms om een snelle overplaatsing naar een minder afgelegen kwartier aan te vragen. Helaas is dit niet altijd mogelijk. De beschikbaarheid van een accommodatie dicht bij de werkplek, al dan niet tijdelijk, zou een oplossing kunnen bieden en de operationele behoeften van Defensie verzoenen met de sociale verplichtingen van de militairen. Op die manier wordt Defensie niet alleen aantrekkelijker als werkgever, maar voorkomen we ook dat we personeel kwijtraken, dat het leger - met tegenzin – verplicht dient te verlaten om geografische redenen.
Ook moeten we rekening houden met het fenomeen van de 'geografische vrijgezellen', dat eigen is aan het leger, voornamelijk om operationele redenen. Veel collega's zijn zo ver van huis geaffecteerd of 'gedeta-
De Schildwacht 13
Satire
Appel! Herinner je je nog de tijden dat militairen hun dag begonnen met het traditionele 'appel' tijdens de vlaggengroet? Een collega stelde zich onlangs de vraag: hoeveel militairen zouden er eigenlijk aanwezig zijn op het appel van de ganse Defensie op een doordeweekse ochtend?
😉
Stel je eventjes een gigantisch paradeplein voor waar alle beschikbare militairen op het grondgebied van het koninkrijk zich zouden kunnen verzamelen. Het strand van Lombardsijde misschien? Een officier zou dan roepen: ‘VERRRZAAAMELING - RRRRASSSEMBLEMMENT!’. Tegenover de netjes in rijen opgestelde pelotons zou de Chef Defensie (CHOD) dan voor de Koning, opperbevelhebber van het Belgisch Leger, gaan staan: ‘Sire, ik stel u de Belgische strijdkrachten voor, verzameld voor het ochtendappel. Effectieven: voorzien 23.521, tegenwoordig: 9.987’. ‘Pardon!?!’ Dat had onze vorst niet verwacht. We weten dat Defensie personeelsproblemen heeft, maar toch! Het was dan ook met enige verbijstering dat hij de CHOD aan het eind van de plechtigheid aan een ondervraging onderwierp... De admiraal zit in een lastig parket omdat hij enkel maar de verkregen cijfers heeft herhaald van zijn Directeur Generaal Human Resources (DG HR), wie hij in alle stilte, maar druk gesticulerend om hulp roept. Generaal Esser komt vanuit het kleine peloton van Evere aangerend, zijn voeten kletsnat van het opkomende tij. Op zijn niet-Huawei-tablet zoekt hij koortsachtig naar de gegevens in de HRM-software. Na een pijnlijke wachttijd vult het scherm zich met getallen. ‘Even kijken, Sire, Admiraal, vanmorgen starten we met een getalssterkte van 23.521 militairen in actieve dienst. Maar voor het appel kunnen we de kandidaten niet mobiliseren omdat, Zijne Majesteit, we ze niet kunnen rekenen tot de 'beschikbare en inzetbare' troepen. We hebben het toch over 5.522 jonge mannen en vrouwen. En om ze allemaal te omkaderen, zijn er 1.037 kaderleden nodig. Dit zijn niet alleen de instructeurs, maar ook al het ondersteunend personeel, zoals secretarissen, chauffeurs, logistiekers, enzovoort. Zonder al diegenen
14 De Schildwacht
Foto: RMA
te vergeten die betrokken zijn bij de opleidingen op de Generale Staf alsook de rekrutering en selectie van het personeel.’ De CHOD schudt zijn hoofd: er klopt hier iets niet, de cijfers zijn niet correct. Maar DG HR is nog niet aan het einde van zijn betoog. Even naar beneden scrollen en dan verschijnen er nog meer statistieken. ‘Ah, kijk hier eens: we hebben 401 zieken thuis of in afwachting van een doktersbezoek.’ De enigszins verveelde CHOD wendt zich tot de Koning: ‘Nu ja, Sire, maar we zijn ook maandag, en het regent...’. Generaal Esser gaat verder met zijn verslag: ‘Ah, ik noteer 625 internationale posten en posten buiten Defensie, 392 collega's op een statutaire cursus of met langdurige vorming en 331 langdurige zieken. Dat is drie keer meer dan in 2021, maar dat komt omdat we sinds 2022 het aantal zieken beter kunnen registreren dan voorheen.’ De kolom met cijfers wordt nog langer. ‘HRM vermeldt ook dat er 412 militairen met eindeloopbaanverlof zijn, 392 van wacht- of op wachtrust, 1.040 in operatie, 1.381 met verlof of met een dienstvrijstelling, 48 deserteurs of achterwege en 227 in deeltijds werken, die maandag als hun vrije dag hebben gekozen.’ De CHOD maakt woedend een snelle optelsom: ‘Maar generaal, dat zijn er 11.713, geen 9.987!’ ‘Ja, Admiraal, maar vandaag zijn er 1.726 militairen die telewerken!’
Opinie
Schande! Eind augustus vierde Oekraïne zijn onafhankelijkheid met tal van videoboodschappen waarin het alle landen bedankte die Kiev helpen in de strijd tegen Rusland. Met dank aan Nederland, Duitsland, Luxemburg... maar niet aan België!
Volgens het Global Wealth Report(1) van de Crédit Suisse zijn de Belgen in 2023 de rijkste mensen ter wereld. Toch is België een bijzonder slechte betaler als het op internationale solidariteit aankomt. Binnen de NAVO profiteert ons land al tientallen jaren van de vrijgevigheid van zijn bondgenoten, terwijl het zijn eigen militaire budgetten ver onder het vereiste niveau houdt. Onze politici zijn de kampioenen van de hypocrisie geworden door de deugden van een sterke gemeenschappelijke Defensie aan te prijzen, terwijl ze de bijdrage van België op een beschamend laag niveau houden. Ondertussen herbergen we graag de NAVO in Brussel en de SHAPE in Casteau, een 'Win for Life' die ons ook aan de top van de rijkste landen helpt te houden. Staatsbonnen Vandaag vechten Oekraïense troepen in onze plaats tegen Rusland. Zolang de Russen Oekraïne verwoesten, houden ze zich niet bezig met Antwerpen, denkt de doorsnee Belgische politicus. Hij en zijn collega’s zullen pas wakker schieten als onze bedrijven in opdracht van de EU Kherson en Odessa moeten heropbouwen. Maar niet te snel, want ondertussen vullen onze wapenhandelaars
hun zakken, wat de economie van het koninkrijk ontegensprekelijk ten goede komt. Het is dus niet verwonderlijk dat de Oekraïners 'wat kwaad’ zijn op de Belgen, zelfs in die mate dat ze hen vergeten in hun dankwoord... Maar de kranten hebben het toch over miljoenenhulp aan de Oekraïners? De Belgische hulp aan Oekraïne bedraagt in totaal 424 miljoen. Dat lijkt veel, maar dat bedrag is maar een fractie van ons BBP. Om precies te zijn: 0,05% van het BBP in 2022. Ter vergelijking: in dezelfde periode bood Estland meer dan één procent van zijn BBP aan Oekraïne en was Nederland drie keer zo gul als België(2). 424 miljoen in 18 maanden, terwijl de Belgen in enkele dagen tijd 22 miljard euro aan Staatsbonnen gekocht hebben en er 300 miljard euro van onze medeburgers op spaarrekeningen blijven sluimeren... Leopard 1 Niet alleen hebben we bitter weinig geschonken, maar in het begin van het conflict hebben we zelfs wapens en uitrusting gestuurd die ronduit verouderd waren, zoals de oude FNC-geweren. We zijn nu betrokken bij de 'F-16 coalitie', maar in de praktijk is dit een
Foto: Wikimedia
symbolisch gebaar dat beperkt zal blijven tot het trainen van enkele Oekraïners, daar ons land vandaag geen gevechtsvliegtuigen heeft om te doneren(3). Ons handjevol F-16's dat nog in staat is om te vliegen, is onmisbaar tot de komst van de F-35's, tussen 2025 en 2030. Het toppunt van schande is dat Duitsland onze oude Leopard 1 tanks van een privébedrijf kocht om ze aan Kiev cadeau te doen, een operatie die onze politici te duur achtten! Oekraïne bezit nu dus meer Belgische tanks dan het Belgische leger, dat in feite helemaal niets meer heeft, noch oud, noch nieuw. Laten we bidden dat de Russen niet al te geïnteresseerd zijn in Antwerpen...
https://www.ubs.com/global/en/family-office-uhnw/reports/global-wealth-report-2023.html https://www.ifw-kiel.de/topics/war-against-ukraine/ukraine-support-tracker/ (3) https://www.standaard.be/cnt/dmf20231011_92461201 (1) (2)
De Schildwacht 15
Info
Een oorlog of twee achterop! Het conflict in Oekraïne bevestigt de kwetsbaarheid van 'zware' wapens: vliegtuigen, tanks en oorlogsschepen. De grote wapensystemen vallen ten prooi aan steeds performantere low-cost apparaten: draagbare raketten, rondzwervende munitie en drones. Intussen rust Defensie zich weer uit met gevechtsvliegtuigen, fregatten en pantservoertuigen... Opnieuw hinkt het Belgische leger een oorlog of twee achterop. Dat was al zo in 1940, toen ons land de Messerschmitt van de Luftwaffe en de mitrailleurs van de Wehrmacht wilde tegenhouden met oude tweedekkers en grendelgeweren. Vandaag lijkt de ambitie van de Generale Staf terug te keren naar de situatie van voor de besparingen: krachtige pantserbrigades ondersteund door escadrilles van jachtbommenwerpers. Zoals het was sinds de Tweede Wereldoorlog, maar met behoud van de 'vredestijd'-geest van de afgelopen 30 jaar, met bijvoorbeeld luchtmachtbases waar niets voorzien is om de kraters op te vullen die vijandelijke raketten in de landingsbanen geschoten hebben. Volgens de Belgische doctrine is de vijand vriendelijk en zorgzaam en slaat hij nooit terug. Helaas gaat het er op het terrein anders aan toe. Aan het Oekraïense front zijn voertuigen uitgelezen doelwitten geworden van draagbare raketten, rondzwervende munitie en drones, zelfs in die mate dat het commando aarzelt om ze te verplaatsen vanwege hun kwetsbaarheid. In de lucht kan zelfs de machtige Russische luchtmacht het overwicht niet bekomen. Jachtbommenwerpers, aanvalshelikopters, grote gevechtsdrones en zelfs kruisraketten vallen ten
16 De Schildwacht
prooi aan luchtafweer. De roemrijke Russische vloot zoekt zijn toevlucht in de havens, teruggedrongen door een Oekraïense, dat geen oorlogsschepen heeft, maar wel is uitgerust met zeedrones en antischeepsraketten. Het slagveld is nu het domein van de infanterie en drones, in een hightech versie van de hel van de loopgraven van 14-18. Het Oekraïense conflict heeft geleid tot de opkomst van een gamma 'hightech' luchtdrones, oorspronkelijk geïntroduceerd door de Oekraïners zelf maar al snel overgenomen door de Russen. We kunnen ze indelen volgens grootte. De kleinste passen in een hand. Ze worden gebruikt in close combat om 'achter de muur te kijken'. Het mag dan Chinees speelgoed zijn dat minder dan €100 kost, maar er bestaan ook gemilitariseerde versies, die honderd keer duurder zijn, zoals de Britse Black Hornet. Het assortiment quadcopters van het Chinese bedrijf DJI domineert zowel de civiele markt als het slagveld. De Mini3, die slechts 250 gram weegt, verstuurt beelden van zijn HD-camera tot op 12 kilometer afstand. De Mavic van minder dan een kilo kan een granaat rechtstreeks in vijandelijke loopgraven droppen, terwijl de Inspire van 4 kg dit doet met een antitanklading. De Oekraïense militairen hebben ook
hun eigen drones ontwikkeld, op aanvraag in 3D geprint en uitgerust met motoren en besturingssystemen die ontworpen zijn voor modelvliegtuigen. Deze apparaten kosten nog minder en kunnen massaal geproduceerd worden, terwijl commerciële producten niet altijd beschikbaar zijn. Lokaal vervaardigde drones zijn ontworpen voor gevechtsdoeleinden. De grootste dragen meerdere soorten munitie en een thermische camera. De strijdende partijen hebben ook gevleugelde drones. Met een spanwijdte tot een paar meter worden ze met de hand of met een elastiek vanaf een veld gelanceerd. Ze worden gebruikt als bommenwerpers, voor verkenning, of om troepen te bevoorraden en kunnen urenlang vliegen. Rondhangende munitie of kamikazemunitie stelt de operator in staat om een gelegenheidsdoelwit (voertuig, infanteristen, houwitser, helikopter, enz.) tot tientallen kilometers van het front te neutraliseren. Artillerie en ondersteunende troepen zijn dus niet langer veilig. De grootste drones lijken op vliegtuigen en worden aangedreven door een thermische motor, zoals de Iraanse Shahed of de Turkse Bayraktar. Met een zware, explosieve lading hebben ze een bereik van meer dan 1.000 km. Ze zijn gemakkelijk neer te schieten, maar luchtdoelraketten zijn vaak duurder
Foto: Ukrainian Armed Forces
Oekraïense drone bewapend met een holle lading RKG3-EM van 1,7kg: een antitankraket tegen de prijs van een fiets.
dan drones en bovendien is er veel personeel nodig om het hele bedreigde gebied te verdedigen. Tot slot laat het gebruik van kleine, bewapende drones een eenzame saboteur toe om doelen aan te vallen zonder ze te hoeven benaderen, midden in vijandelijk gebied. Er zijn al multikopters die enkele honderden kilo's kunnen vervoeren. Uiteindelijk zullen transportdrones naar alle waarschijnlijkheid helikopters en vrachtwagens vervangen voor bevoorrading, infiltratie door troepen of medische evacuatie. De wapenindustrie erkent het succes van burgertoestellen en 'professionaliseert' de sector. De Russische 'Lancet' van Kalasjnikov is bijvoorbeeld een geducht wapen. Hij is veel moeilijker te onderscheppen dan een burgerdrone, dankzij militaire avionica. Nog verbijsteren-
der is de Australische CORVO, een 100% autonome, vliegende vleugel met een structuur gemaakt van... karton! De Verenigde Staten hebben aangekondigd dat ze in de komende 18 tot 24 maanden duizenden toestellen zullen leveren met nog mysterieuzere kenmerken. Dit initiatief, de 'Replicator' genaamd, is bedoeld om de militaire macht van China tegen te gaan. Op dit moment is het verweer tegen kleine drones nog primitief: individuele wapens en GPS-stoorzenders. Maar industrieleiders ontwikkelen snel tegenmaatregelen, met name gebaseerd op millimetrische radars en hoge-energielasers. De Amerikanen onthulden onlangs een laser van 10 kilowatt, dat door twee soldaten gedragen kan worden.
anderen de tactische en strategische dimensie van conflicten. Oekraïne heeft Rusland laten zien dat horden tanks, bommenwerpers, schepen en soldaten de overwinning niet garanderen. Motivatie, initiatief en de snelle toepassing van nieuwe technologieën zijn minstens even belangrijk. Dit is een les die we blijkbaar nog niet geleerd hebben in België, waar de Defensiestaf vooral lijkt te willen heroveren wat ze dertig jaar geleden verloren heeft, alsof de wereld sinds de Koude Oorlog tot stilstand is gekomen. Voor het ACMP-CGPM zou de heropbouw van onze Defensie haar integendeel de 21ste eeuw moeten inloodsen, zowel qua mentaliteit als qua investeringen.
Deze recente ontwikkelingen ver-
De Schildwacht 17
Info
De netelige vraag… Naast de dringende behoeften van bepaalde leden van de regering, heeft een ander debat het parlement dooreen geschud: kan ons land F-16's aanbieden aan Oekraïne? Ja, nee, misschien? Hoe zit dat nu precies? Een artikel in de VRT(1) verzekert dat Defensie F-16's zou kunnen aanbieden aan Oekraïne, in tegenstelling tot wat de Defensiestaf beweert. Volgens de cijfers is het potentieel, dat nog in onze vloot overblijft, voldoende om de nodige 200 vlieguren per jaar per toestel te garanderen tot de komst van de nieuwe F-35's. Volgens deze berekening zou er zelfs een comfortabel overschot zijn waardoor we vliegtuigen aan Kiev kunnen leveren zonder de huidige opdrachten van de Luchtcomponent in gevaar te brengen: lucht politie, versterking aan de Baltische staten, training, enz. Hoewel deze redenering wiskundig correct blijkt te zijn, wordt er echter alleen rekening gehouden met het 'vredestijdscenario'. In het geval van een conflict zouden de F-16's veel meer vliegen, ingezet tijdens missies die erg belastend zouden zijn voor de vliegtuigframes. Om nog maar te zwijgen over de verliezen, waar blijkbaar niemand het ooit over heeft. Dit geldt ook voor de Oekraïners. Zeggen dat een F-16 met 400 potentiële uren twee jaar kan vliegen, geldt alleen in vredestijd. In Oekraïne zouden die 400 uur heel snel wegsmelten. Strike Ons land moet voldoende vliegtuigen overhouden, ook al vliegen ze niet veel. Het leger bereidt zich voor om tegen een agressor te vechten. Het moet dus voldoende in staat zijn om jachtbommenwerpers te kunnen inzetten. Maar, actueel beschikken we over iets meer dan een vijftigtal toestellen (tegenover enkele honderden tijdens de Koude Oorlog)... Bovendien is de basis van Kleine-Brogel uitgerust om thermonucleaire wapens te huisvesten, als onderdeel van de Belgische ‘Strike’ opdracht. Deze capaciteit maakt deel uit van de afschrikkingscomponent van de NAVO. Om geloofwaardig te zijn, moet het 31ste Smaldeel dus over voldoende vliegtuigen beschikken, zelfs als ze in vredestijd 'nergens toe dienen'. Ze aan Oekraïne schenken, zou neerkomen op het verminderen van onze slagkracht op een moment dat juist deze kracht essentieel is om te voorkomen dat het conflict zich verder uitbreidt. (1)
Leasing Kan ons land dan echt geen gevechtsvliegtuigen aan Oekraïne geven vóór de levering van de F-35's? Ja, natuurlijk, maar niet gratis! Er zijn verschillende 'betalende' opties om onze capaciteiten op peil te houden en tegelijkertijd Oekraïne te helpen. De eerste is om andere F-16's aan de Oekraïners aan te bieden. Dit toestel is tegen een goede prijs beschikbaar op de tweedehandsmarkt. België kan ook opteren voor een ander type gevechtsvliegtuig. De Zweedse Saab Gripen en de Franse Mirage 2000 worden dikwijls vermeld. Een andere oplossing zou zijn om F-16's te leasen van onze bondgenoten teneinde onze vloot aan te vullen tot de komst van de F-35. Er zijn dus oplossingen, maar er hangt wel een prijskaartje aan vast. Onze politici zien het leger echter nog steeds als een koe die ze naar believen kunnen uitmelken: ‘De Oekraïners hebben vliegtuigen nodig? Laten we ze met onze oude F-16's opsolferen zodat we niet hoeven te betalen voor de ontmanteling ervan’. Het is deze wijze van simplistisch denken dat onze nationale Defensie al ernstig gecompromitteerd heeft en ons op internationaal vlak een erg kwalijke reputatie heeft bezorgd. Uiteindelijk is het veel meer een politieke kwestie dan een technische.
https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2023/09/19/belgie-kan-wel-degelijk-f-16s-naar-oekraine-sturen-als-het-dat/
18 De Schildwacht
Foto: Belgian Air Force
Volg ons!
HUWELIJKEN 16/08/2023 VANSTEENKISTE Heidi en HOREMANS Bert (Grobbendonk) 05/04/2023 WILLEMART Alexandre en DIANA Sandrine (Overton, Nevada – Verenigde Staten)
19/08/2023 DETOURBE Alexandre en CARREL Marie-Ève (Avesnelles – Frankrijk)
10/06/2023 HOULLEZ Cédric en DONNEZ Marie-Hélène (Nijvel)
23/08/2023 VANTHOURNOUT Julien en LEFEBVRE Sarah (Leuze-en-Hainaut) (Wettelijke samenwoning)
24/06/2023 FORMATIN Julie en DEWEZ Simon (Verviers) 15/07/2023 DEL CASALE Dino en WAWRZYNIAK Cécile (Bergen) 21/07/2023 VERBRUGGE Peter en MEYER Birgit (Rodenberg – Duitsland) 03/08/2023 VANDOOREN Tom en NABWAMI Brendah (Abou Dhabi – Verenigde Arabische Emiraten) 11/08/2023 VANLONDERSEELE Alix en GEVAERT Julie (Brugge) 12/08/2023 BORREMANS Robin en SANTANA TOMAZ Danieli (Kortenberg)
28/08/2023 PUT Johnny en LOUWET Sara (Houthalen-Helchteren) 09/09/2023 DESTERCKE-HOCK Jérusalem en DUEZ Sylvie (Ukkel) 16/09/2023 BODART Serge en DELOOZ Isabelle (Hoei) 22/09/2023 VIERENDEELS Jore en MICIELS Julie (Roosendaal) 23/09/2023 RENIER Arvin en BERNARD Céline (Charleroi)
OVERLIJDENS
GEBOORTEN
COWEZ MICHEL (Namen) 1956 - 09/08/2023 LILLIE – 10/07/2023 In het gezin van Jan VISSCHERS (Hasselt) JULES – 23/09/2023 In het gezin van Gustave CLAES (Luik)
PAQUAY JACQUES (Aarlen) 1946 - 13/08/2023 COENEGRACHT DENIS (Croix-en-Ternois – Frankrijk) 1988 - 24/07/2023
Indexcijfer van de consumptieprijzen - Juli: 128,14 punten - Aug.: 129,12 punten - Sept.: 128,23 punten
Gezondheidsindexcijfer - Juli: 128,22 punten - Aug.: 128,82 punten - Sept.: 127,52 punten De afgevlakte gezondheidsindex bedraagt in juli 125,35 punten, net onder de spilindex voor het openbaar ambt en de sociale uitkeringen (vastgelegd op 125,60 punten). Als gevolg daarvan zouden de sociale uitkeringen in november 2023 en de wedden van het overheidspersoneel in december 2023 met 2% stijgen. De volgende spilindex voor het openbaar ambt en de sociale uitkeringen zal dan vastgelegd worden op 128,11 punten. Bron: Statbel De Schildwacht 19
U bent uitgenodigd op ons Congres! Om de vijf jaar organiseert de militaire vakbond ACMP-CGPM een Congres. Dit belangrijk evenement zal plaatsvinden op zaterdag 2 december 2023. Elk lid is welkom. U dus ook! De richting van onze syndicale acties worden beschreven in een document dat het 'Algemeen Programma' heet. Gedurende de komende vijf jaar zal de ACMP-CGPM dit Algemeen Programma gebruiken als leidraad om onze syndicale doelstellingen te bereiken. Tijdens het Congres leggen de verantwoordelijken van uw militaire vakbond u de belangrijkste thema's van dit Algemeen Programma ter goedkeuring voor. U kunt dan vrij uw mening geven over het engagement van de ACMP-CGPM voor de komende vijf jaar. De nieuwe Directieraad, verantwoordelijk voor de goede werking van de militaire vakbond, zal eveneens tijdens het Congres worden benoemd. Als u de presentatie van het nieuwe Algemeen Programma en de voorstelling van de nieuwe Directieraad van de ACMP-CGPM wenst bij te wonen, gelieve u dan online in te schrijven via dit formulier: http://tinyurl.com/ACMP-CGPM-2023 of scan de QR code
Indien u niet over internet beschikt, kunt u zich ook inschrijven bij het Vast Secretariaat: Romboutsstraat 1 Bus 021 te 1932 ZAVENTEM Adres van het gebeuren: Elewijt Center Tervuursesteenweg 564 1982 ZEMST Programma zaterdag 2 december 2023:
08u15 Onthaal + koffie 09u00 Aanvang Congres - Officiële opening - Benoemen nieuwe Directieraad - Stemming Algemeen Programma – Deel 1 10u30 Pauze 11u00 Stemming Algemeen Programma – Deel 2 12u30 Slottoespraak 12u45 Lunch 14u45 Einde van het Congres De deelname aan het Congres is gratis (inclusief de lunch) voor elk lid dat in orde is met zijn/haar lidgeld.