FRATERS CMM m aga zine 2/22
| Nieuw: Portrettengalerij | Gods liefde in quarantaine | 100 jaar CMM Indonesië | Award voor frater Andrea Sifuna | 12½ jaar inlooplunch |
Neem ook eens een kijkje op de website www.cmmbrothers.org
Inhoud ONZE MISSIE We zijn geroepen om barmhartige mensen te zijn en te doen wat Jezus heeft voorgeleefd: dienen en verlichten, een verlossend woord spreken, een helpende hand zijn. Ons werk ligt vooral op het terrein van onderwijs, begeleiding van jongeren en pastoraat, in het bijzonder voor armen en behoeftigen. Door goed onderwijs en goede religieuze vorming willen we jonge mensen in hun kracht zetten en bijdragen aan de ontwikkeling van de samenleving. We dragen zorg voor zieken en kwetsbaren, maken werk van gastvrijheid en helpen mensen om zin en geluk te vinden in hun leven. Samen met anderen zetten wij ons in voor de opbouw van een menselijker wereld van gerechtigheid en vrede. We zijn religieuzen en leven in gemeenschap, moedig en vreugdevol, open voor de wereld om ons heen. Vertrouwen in God, eenvoud, broederschap en barmhartigheid kenmerken ons leven en ons werk. We eren Maria als onze Moeder van Barmhartigheid, koesteren de herinnering aan onze stichter Joannes Zwijsen en volgen het voorbeeld van de heilige Vincentius: God dienen in de armen en behoeftigen. In ons hart dragen we het woord van Jezus: "Al wat gij gedaan hebt voor een van de minste van mijn broeders, hebt gij voor Mij gedaan."
2
gesprek met de algemene overste
4
Portrettengalerij
Colofon Fraters CMM is het drie keer per jaar verschijnende contactblad van de Congregatie van de Fraters van Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid. Een abonnement is gratis. Een vrijwillige bijdrage is welkom op IBAN: NL30INGB0001068517 (BIC: INGBNL2A). ISSN 1574-9193 Redactie: Nathalie Bastiaansen (hoofd- en eindredacteur), frater Edward Gresnigt, frater Ad de Kok, frater Benyamin T. Robiwala. Met bijdragen van: fr. Lawrence Obiko, Charles van Leeuwen, fr. Januario Sani Quehi, fr. Manuel Barreto Amaral, fr. Wout van den Hout, fr. Yonas Paso, fr. Damasus Dobat, fr. Rosario de Jesus Martins, Anton van der Lee, fr. Andrea Sifuna, fr. Paul Damen, fr. Ad de Kok. Vertaling: Nathalie Bastiaansen, fr. Edward Gresnigt. Ontwerp: Opmaak en druk:
Heldergroen (www.heldergroen.nl)
Contact:
Fraters CMM Gasthuisring 54 5041 DT Tilburg 013 5432777 (Nathalie Bastiaansen) magazine@cmmbrothers.nl www.cmmbrothers.org
Tel.: E-mail: Website:
DekoVerdivas (www.DekoVerdivas.nl)
Foto omslag voor: Casa de Apoio in Belo Horizonte, Brazilië. Foto: Rosario de Jesus Martins. Foto omslag achter: Glas-in-loodraam in de kapel van het fraterhuis in Nakuru, Kenia. Foto: frater Ad de Kok.
5
Gods liefde in quarantaine
6
In de kijker
8
11
100 jaar CMM in Indonesië
Van de redactie Op pagina 5 start een nieuwe reeks: de Portrettengalerij. Het Generalaat van de Fraters heeft een prachtige galerij met portretten van alle algemeen oversten. Op dit moment bevat die galerij dertien portretten, want de veertiende algemeen overste, frater Lawrence Obiko, is nog in functie. Het is traditie dat een portret pas wordt opgehangen als een algemeen overste zijn bestuursperiode heeft afgerond. Over besturen gesproken: de nieuwe besturen van de provincie Kenia en de regio Oost-Timor zijn inmiddels benoemd, zie daarvoor pagina 18. Twee fraters uit Oost-Timor schrijven over hun ervaringen tijdens een periode van quarantaine, en Gods liefde is ook daar aanwezig. We besteden alvast aandacht aan het 100-jarig jubileum van de provincie Indonesië. De provincie zelf bestaat sinds 1989, maar al in 1923 – volgend jaar 100 jaar geleden – gingen vijf fraters vanuit Nederland op missie naar Indonesië. Een ander jubileum werd gevierd bij de inlooplunch in Tilburg, Nederland. En in Kenia ontving frater Andrea Sifuna de IChange Nations Award, als erkenning voor zijn bijdrage op het gebied van onderwijs in Kenia. Voor de serie ‘In de Kijker’ gingen we op bezoek bij frater Wout van den Hout, die prachtige tekeningen maakt. In de serie ‘Apostolaat in beeld’ nemen we u mee naar Casa de Apoio in Belo Horizonte, Brazilië. In ‘Verhalen van vroeger’ haalt Anton van der Lee herinneringen op aan frater Realinus Donders. Tot slot vertelt frater Ad de Kok in de rubriek ‘Zie mijn mensen’ hoe het verhaal over de barmhartige Samaritaan voor hem een bron van inspiratie is.
12
Apostolaat in beeld
Verhalen van vroeger
14
Award voor fr. Andrea Sifuna
17
12½ jaar inlooplunch
Korte berichten
18
16
Zie mijn mensen
19 3
gesprek
met de algemene overste
Na de verkiezing van het nieuwe generaal bestuur in november 2021 zijn nu de provinciale en regionale besturen voor de periode 2022-2027 benoemd. Wat voor soort leiderschap verwacht u in de nieuwe besturen te zien?
Ik zou als antwoord op deze vraag iets kunnen vertellen over de verschillende soorten leiderschap, maar die zijn vrij algemeen bekend. Laat ik in plaats daarvan iets zeggen over leiderschap met een visie op de wereld van vandaag en de wereld van morgen. Het motto van het Generaal Kapittel bevat enkele kernpunten die van toepassing zijn op de context van leiderschap. Ons motto zegt dat we zijn "geroepen om barmhartige broeders te zijn". Dat betekent dat we dit zichtbaar moeten maken in het apostolaat waartoe we geroepen zijn. Dit geldt ook voor alle leiders. De taken van bestuursleden laten meestal niet veel ruimte om zich bezig te houden met het dagelijkse apostolaat. Hoe kunnen zij bijdragen aan ons apostolaat? Als we het over leiderschap hebben, zijn we geneigd ons te richten op de leiders in de besturen, maar in feite begint het allemaal in de communiteit. Dáár begint leiderschap, niet alleen op het moment dat je gekozen of benoemd wordt als leider in het algemeen bestuur of in een provinciaal of regionaal bestuur. In onze communiteiten is het belangrijk om de menselijke en geestelijke kwaliteiten van ons leven te waarborgen. En ten tweede, leider zijn is niet alleen een titel, of anderen zeggen wat ze moeten doen. Je moet tijd investeren, je laten uitdagen, je medebroeders en ook anderen aanmoedigen en hen in staat stellen de beste versie van zichzelf te zijn, zodat ze vanuit de communiteit ten volle kunnen bijdragen aan onze zending en ons apostolaat. 4
Wat kunnen we doen om het leiderschap in onze congregatie te versterken, en daarmee de toekomst van ons apostolaat? Het is belangrijk dat we investeren in de ontwikkeling van leiderschap en opleiding. We moeten ook onze provincies en regio's ontwikkelen en in staat stellen om meer zelfvoorzienend te worden. En met het oog op leiderschap in de toekomst zijn roeping en vorming belangrijke aandachtspunten. De jonge mannen die intreden in onze congregatie hebben begeleiding nodig: zij zijn onze toekomstige leiders. Met het oog op de toekomst zijn ook onze geschiedenis en ons erfgoed belangrijk. Ze maken deel uit van wie we zijn, van onze identiteit en ons charisma. We moeten er zorg voor dragen en ze beschikbaar en toegankelijk maken voor onze toekomstige generatie. Kun je in het kort omschrijven wat 'goed leiderschap' in onze congregatie is? Onze missie moet altijd het uitgangspunt zijn. Het mag nooit gaan om persoonlijk gewin of 'status'. Het gaat er niet om dat je die titel hebt, maar om wat je als leider doet om dingen te laten werken. En het gaat niet alleen om de leider: het gaat ook om de bereidheid om geleid te worden; dat mogen we niet vergeten. Zoals ik het zie, is goed leiderschap een gezamenlijke inspanning om goede dingen te laten gebeuren. frater Lawrence Obiko in gesprek met Nathalie Bastiaansen
PORTRETTENGALERIJ
De lijnen uitzetten Het Generalaat van de Fraters heeft een prachtige galerij met portretten van alle algemeen oversten. Charles van Leeuwen neemt u mee en vertelt de verhalen.
Het oudste portret is bijzonder strak en statig. Niet iedereen vindt het geslaagd, al is het is van de hand van een bekend kunstschilder, Petrus Slager. Voor sommigen is het te plechtig, voor anderen te donker of te ouderwets. Zelf was de geportretteerde er niet blij mee. Het was volgens hem te dromerig en te romantisch, het liet niet duidelijk genoeg zien hoe streng hij als religieus leefde. Pater Superior De Beer (1820-1901), want over hem hebben we het, had liever een eenvoudig portret gehad, een paneeltje dat door een van de fraters zelf was gemaakt. Maar ja, het zou ook traditie worden dat oversten niets te zeggen kregen over hun eigen portret. Dat moesten ze gewoon ondergaan en accepteren. Pater Superior De Beer leidde de congregatie 54 jaar, dat was een record dat niemand meer zou evenaren. Ook in andere opzichten was De Beer een bijzonder leidinggevende. Meer dan 120 jaar na zijn dood maken sommige dingen nog steeds indruk. Zoals de warme aandacht die De Beer voor zijn medebroeders had. Hij kende iedereen bij naam en voerde graag met iedereen een persoonlijk gesprek. Het was riskant om De Beer tegen te komen als je naar een afspraak moest, dan kwam je zeker te laat. En je kon hem maar het beste ontlopen als je een trein moest halen.
Pater Superior Franciscus Salesius De Beer.
De Beer had veel aandacht voor zieke en kwetsbare medebroeders. Elke ochtend vierde hij de eucharistie in de ziekenafdeling en elke middag ging hij er eten: dat was voor hem de eerste toepassing van barmhartigheid. Hij wilde er zijn voor fraters die het moeilijk hadden. De tweede toepassing was gastvrijheid. In heel Europa stond De Beer bekend om de hartelijke manier waarop hij religieuzen ontving. Er kwamen dan ook veel gasten langs, heel veel gasten.
regels en die precisie ging bij de congregatie horen: bijna álle fraters werden zo. En De Beer hield van eenvoud. Zelf kwam hij uit een rijke familie maar daardoor werd hij nog strenger voor zichzelf. Hij had een eenvoudige kamer en zorgde ervoor dat het leven in een fraterhuis heel sober was. Niets te rijk of te ruim, alles zéér afgepast. Juist daarom had De Beer een gemengd gevoel bij zijn staatsieportret: het was gewoon te groot en te mooi.
Maar er waren nog twee dingen waarmee De Beer naam maakte. Iedereen kende zijn regelvastheid. Hij was uiterst precies in het toepassen van de religieuze
Charles van Leeuwen
5
OOST-TIMOR
Gods liefde in quarantaine In het voorjaar van 2021 reisden frater Januario Sani Quehi en frater Manuel Barreto Amaral, die net hun eerste tijdelijke geloften hadden afgelegd, van Indonesië naar Oost-Timor, om in hun thuisland het werk van de congregatie te gaan ondersteunen. Toen ze bij de grens aankwamen, moesten ze eerst in quarantaine. Ze beschrijven wat dat met hen deed.
We verbleven ongeveer 14 dagen in het quarantainehotel. Het viel ons op dat mensen er in angst leefden. Het maakte me verdrietig. De covid-19 pandemie heeft invloed op hoe we ons tot anderen verhouden. Uit angst voor besmetting worden we een beetje bang voor elkaar, en we zonderen ons liever af van anderen. Het hotel werd niet zo goed verzorgd. Niet omdat het personeel lui was, maar omdat ze bang waren, en dat is best begrijpelijk. Maar we moeten niet in die angst blijven leven. We kunnen iets doen. Toen we de situatie zagen, besloten we om samen de boel schoon te maken, met name het sanitair. We volgden het gezondheidsprotocol en droegen maskers en handschoenen. Dat had effect op anderen die bij ons in quarantaine zaten. Eén voor één kwamen ze dichterbij om ons te helpen. Samen ruimden we op en maakten we schoon. We voelden ons meteen een stuk beter en minder bang. Als er iets moet gebeuren, moeten we als religieuzen niet afwachten of eisen dat het door anderen wordt gedaan, zelfs niet als dat medewerkers zijn die ervoor betaald krijgen. Het is onze plicht om te helpen, en
6
om met de liefde van God die in ons is aandacht te schenken aan de kleine dingen om ons heen. Een nederig persoon, levend vanuit liefde, hoopt niet per se iets groots te doen. Hij begint met kleine dingen en doet dat omwille van de liefde voor God. De mensen in het hotel waren ons dankbaar. Ze waren minder gestrest en ze voelden zich getroost. Ik voelde me ook dankbaar. Want hoewel we in isolatie zaten: God was bij ons. Zelfs in quarantaine is er nog steeds een mogelijkheid om open te staan voor elkaar. Misschien is dit zelfs een manier waarop God ons kan samenbrengen. Liefde betekent niet dat er geen conflicten meer zijn, of dat er geen angst meer is. Maar liefde is altijd het beste antwoord. Jezus zegt ons: “Wees niet bang, ik zal altijd bij je zijn tot het einde der tijden” (Mat. 28,20). En ook: “Mijn geliefde broeders en zusters, laten we elkaar liefhebben, want liefde komt van God en iedereen die liefheeft, is uit God geboren. Wie niet liefheeft, kent God niet, want God is liefde” (1 Joh. 4,7-8). frater Januario Sani Quehi CMM (Oost-Timor)
Bidden helpt De eerste dagen van mijn quarantaine voelde ik me ongemakkelijk. Ik was bang dat ik positief zou zijn, bang om ziek te worden, ik voelde me opgesloten en buitengesloten. Omdat wij uit Medan in Indonesië kwamen leken andere mensen in het quarantainehotel ons te mijden, want Medan was destijds een rode zone met veel besmettingen. Voordat we het hotel ingingen waren we al getest. Ik was erg zenuwachtig voor de uitslag, maar die was gelukkig negatief. Die eerste dagen was ik gestrest en angstig, en ik was bang voor de verveling, omdat dat kan leiden tot nog meer negatieve gedachten. In moeilijke situaties bid ik altijd veel en vraag altijd om bescherming van God. Zoals in de brief van de apostel Paulus staat: "Verblijd u in hoop, wees geduldig in nood en volhard in gebed" (Romeinen 12:12). Na een paar dagen was ik meer ontspannen. Bidden helpt. In feite is het leven in een quarantainehotel best comfortabel. Je hebt een bed om te slapen, voor eten en drinken werd gezorgd, en we konden overdag wat klusjes doen, dat hield ons bezig. We konden alles op ons eigen tempo doen. Toch was niet iedereen zo positief. Veel mensen klaagden dat ze veel tijd verloren, tijd die ze hadden willen gebruiken voor belangrijkere zaken. Maar de tijd die we doorbrengen in een quarantainehotel kun je ook zien als extra tijd, die we zomaar toebedeeld krijgen. Ik zou zeggen: geniet er gewoon van. frater Manuel Barreto Amaral CMM (Oost-Timor)
“En toen hij nog veraf was, zag zijn vader hem en werd met ontferming bewogen. Hij liep hem tegemoet, viel hem om de hals en kuste hem” (Lucas 15,20).
7
IN DE KIJKER
Frater Wout van den Hout Er zijn en waren nogal wat fraters met een zeker creatief talent. Ze maken schilderijen, tekeningen, beeldhouwwerken of ander bijzonder vakwerk. Het geeft een andere, soms onbekende kijk op de makers. Deze rubriek presenteert steeds een selectie uit dit werk. Voor deel 14 van deze rubriek gingen we op bezoek bij frater Wout van den Hout.
De liefde voor tekenen begon voor frater Wout van den Hout (1938) toen hij in de 6 e klas van de Thomasschool in Goirle zat, en er op 5 december bezoek kwam van Sinterklaas. Die sinterklaas was frater Justus van den Boom, dat zag Wout wel. Wout wilde toen al frater worden. “Als jij later frater wilt worden, dan moet je wel beter leren tekenen,” zei Sinterklaas. Wout vatte dit op als een aanmoediging en deed zijn best. Hij kreeg tekenles van frater Justus, en later, op de St. Stanislausschool, van frater Meinulphus van Grootel. Wout had talent, en het verlangen om mooie dingen te maken groeide. In 1963 – hij was inmiddels zelf frater – vertrok hij naar de missie in Namibië. Daar las hij in weekblad Elzevier een artikel over het afstandsonderwijs van de Famous Artists School. Er waren locaties in New York, Londen, Parijs, Rome, en in Amsterdam-Osdorp. Dit wilde hij. Frater Wout kreeg toestemming van zijn overste om zich in te schrijven. Om de zes weken, drie jaar lang, moest hij vanuit Namibië een opdracht insturen naar het kantoor in Osdorp. Dat ging toen nog per post. Frater Wout tekende graag en veel, en om dat te combineren met zijn baan als onderwijzer zat hij vaak tot middernacht in zijn klaslokaal te tekenen. Regelmatig vroegen leerlingen hem iets voor hen te maken. Menig poëziealbum werd verfraaid door een tekening van frater Wout. “Vaak wilden ze een tekening van een dier”, vertelt frater Wout, “en dat vind ik zelf ook leuk. Het mooiste dier vind ik het paard.” Het talent van frater Wout werd ook door anderen opgemerkt. De hoofdredacteur van het bisdomblad ‘Angelus’ in Namibië vroeg hem om illustraties te maken, en daar gaf Wout graag gehoor aan. 8
Frater Wout van den Hout in zijn kamer in WZC Joannes Zwijsen.
Voor echte modellen was geen tijd en geen geld, dus voor portretten zocht frater Wout foto’s in tijdschriften om na te tekenen. De reeks portretten van Namibische vrouwen in traditionele kledij is zo ontstaan. Het liefst werkt frater Wout met oliepastels. Ook maakte hij het ontwerp voor de kruiswegstaties in mozaïek, in Döbra, Namibië. Hierover verscheen een uitgebreid artikel in Fraters CMM nr. 1/2014. Twee keer deed hij mee aan een groepstentoonstelling: in Windhoek en in Walvisbaai. Voor frater Wout is tekenen een manier om dienstbaar te zijn. Hij gaf zijn tekeningen dan ook vaak cadeau aan mensen in zijn omgeving. “Iets moois maken is fijn. En iets moois geven aan iemand is ook fijn.” Nathalie Bastiaansen
Herero vrouw (oliepastel).
Himba vrouw (oliepastel).
Himba vrouw (oliepastel).
Kaart met vlinders, frater Wout maakte deze voor zijn zus (oliepastel). Paard (oliepastel).
9
IN DE KIJKER
Mantelmadonna (uit een reeks pentekeningen).
Herdershond (oliepastel).
Een van de kruiswegstaties in mozaïek in Döbra, Namibië.
Barmhartige Samaritaan (collage van gekleurd, gescheurd papier).
Kaart ter gelegenheid van een kloosterfeest (potloodtekening).
10
Voorblad van ‘Angelus’, het bisdomblad van Windhoek, met een illustratie van frater Wout (pentekening).
INDONESIË
Van Padang naar Provincie Indonesië Op 21 mei 2022 werd het jubileumjaar (100 jaar) van de Fraters CMM in Indonesië officieel geopend. Dit kan zeker niet los worden gezien van de voorgangers die zich lieten inspireren door de spiritualiteit van barmhartig en broederschap toen zij voet aan wal zetten op de archipel.
Padang Het begon allemaal in de stad Padang, op WestSumatra. Op 21 mei 1923 begonnen de fraters Paulus Jacobs, Severinus Aarts, Hermenigildus Fromm, Theodatus van Oers, en Claudius Kok hun missie in Indonesië. Zij openden twee lagere scholen: de Europese Lagere School en de Hollands Chinese School. De invloed van de Fraters CMM was groot, vooral op het gebied van onderwijs en jongerenwerk. Er was een liturgiegroep, een toneelgroep, een koor, een muziekband, een sportteam, een bibliotheek en Engelse groep. In 1924 kreeg de school van de fraters een subsidie van de regering en werd erkend als de beste school van die tijd. In 1928 openden de fraters in Padang een MULO (middelbare school). Na de tweede wereldoorlog ontwikkelde deze school zich tot ‘SMA (hogere middelbare school) Don Bosco Padang’. De situatie in Indonesië was in die tijd niet gemakkelijk. In alle streken van Indonesië, ook in de stad Padang, deden zich onlusten voor. Er waren bijna geen Nederlandse fraters meer, terwijl er onder Indonesische jongens nog weinig roeping was. In december 1976 werd de CMMcommuniteit in de stad Padang overgedragen aan het bisdom.
Van Padang naar Manado, Tomohon, Medan… Ondertussen was het prille werk van de congregatie uitgebreid naar andere delen van Indonesië. Al op 4 september 1924 zetten frater Ernest Adriaanse en frater Radulf Bax voet aan wal in Manado en Tomohon. In Manado namen ze het onderwijs op de Hollands Chinese School over. In 1927 gingen de fraters ook in Medan aan de slag, met pater Hermenigild Mimpen als directeur van de Hollands Chinese School aldaar.
De eerste vijf fraters in Indonesië, Padang 1923.
… En verder Geleidelijk aan kwamen er steeds meer communiteiten in verschillende delen van Indonesië, en meer en meer Indonesische jonge mannen sloten zich aan. Momenteel zijn er ongeveer 120 fraters in Indonesië. Zij wonen en werken in Bisdom Sibolga, Aartsbisdom Medan, Aartsbisdom Semarang, Bisdom Manado, Aartsbisdom Makassar, Bisdom Banjarmasin, Bisdom Tanjung Selor, Aartsbisdom Kupang en Bisdom Larantuka. Er is goede hoop dat de congregatie in Indonesië zich zal blijven ontwikkelen volgens de verwachtingen van de stichter Mgr. Joannes Zwijsen. “Vreugde en hoop, verdriet en angst van de kerk ter plaatse, van de wereldkerk en van alle mensen zullen ook de onze zijn” (Constituties I, 177). frater Yonas Paso, CMM (Indonesië)
Bron: Frater CMM di Indonesia. Sebuah Sejarah dari Tahun 1923 sampai Tahun 1997 (Fraters CMM in Indonesië. Een geschiedenis van 1923 tot 1997), door fr. Pieter Jan van Lierop CMM, 1997.
11
APOSTOLAAT IN BEELD
Frater Rosario de Jesus Martins met enkele leerlingen.
Bijles in Brazilië De congregatie wordt wereldwijd geconfronteerd met allerlei vormen van materiële en geestelijke noden. In hun apostolaat proberen fraters deze samen met anderen te verlichten. In de eenentwintigste aflevering van deze rubriek laten we iets zien van de activiteiten van de fraters in Brazilië. Een van de kerntaken van de Fraters CMM is opvoeding en onderwijs, met name voor kansarme jongeren en kinderen. "Casa de Apoio ao estudante" (Huis voor steun aan leerlingen) in Belo Horizonte is door de fraters in Brazilië opgericht ten behoeve van kinderen die naar openbare basisscholen gaan waar de kwaliteit van het onderwijs wat minder goed is dan aan de – veel duurdere - particuliere scholen in Brazilië. In Casa de Apoio krijgen deze leerlingen bijles en kunnen ze onder begeleiding hun huiswerk maken. De kinderen worden begeleid door een aantal door de congregatie betaalde vakkrachten en enkele vrijwilligers. Naast bijles in de reguliere vakken worden er ook andere activiteiten aangeboden zoals computerles, educatieve spelletjes, sport en schilderen.
Vóór Covid-19 was Casa de Apoio steeds drukbezet.
Het is interessant dat de ‘Broederschapscampagne’, gepromoot door de Katholieke Kerk van Brazilië, dit jaar "Broederschap en Onderwijs" als thema heeft, met als motto: "Spreek met wijsheid, onderwijs met liefde" (Spreuken 31, 26). Dit motto is een uitnodiging en inspiratie voor de congregationele scholen en andere vormen van apostolaat waarin we kinderen en jongeren mogen begeleiden en onderwijzen. frater Damasus Dobat CMM (voorheen missionaris in Brazilië, nu lid generaal bestuur)
12
Sinds Covid-19 zijn de groepen noodgedwongen veel kleiner.
Touwtjespringen.
Het computerlokaal
Een potje dammen.
Huiswerkbegeleiding en bijles.
Samen huiswerk maken.
Tijd voor een versnapering.
13
VERHALEN APOSTOLAAT IN BEELD VAN VROEGER
Dierbare herinneringen Ieder mens ontmoet op zijn levenspad een aantal figuren die bepalend zijn voor je verdere toekomst en die je als sterren van Bethlehem blijven begeleiden voor de rest van je leven. Anton van der Lee deelt zijn herinneringen aan frater Realinus Donders.
Frater Realinus Donders (1879-1966) zal altijd in mijn herinnering blijven als de meest sympathieke onderwijzer die ik ooit heb gehad. In 1943 leerde ik hem kennen in de derde klas van de St. Emiliusschool te Loon op Zand, dat kleine corpulente fraterke met zijn gemillimeterde stekeltjesharen, wat toen nog heel uitzonderlijk was. Hij was een ware kindervriend, vooral voor de allerkleinsten, goedmoedig, een gemotiveerde onderwijzer en ook niet meer de jongste (63).
Realinus was muziek Ik weet nog dat hij een trucje kende om zijn mond te bewegen als een konijn en op de speelplaats kreeg hij daarom van de eersteklassertjes nogal eens het verzoek: “Frater, doe nog eens als een konijntje”, wat hij dan ook prompt deed, tot grote hilariteit van zijn jeugdig publiek. Maar wie Realinus zei, zei ook muziek. Hij was één en al muziek en het was dan ook geen wonder dat hij een zangmethode had geschreven met als titel: “Geniet van het lied”, zoals gebruikelijk uitgegeven door de eigen Drukkerij van het Jongensweeshuis in Tilburg. Elke frater die op onderwijsgebied iets bijzonders in zijn mars had, kreeg van de overste steevast opdracht tot het samenstellen van een methode, want dat was voor de congregatie een aardige bijverdienste.
Frater Realinus Donders.
14
Realinus tekende op karton muziekborden met de tekst van een liedje met bijbehorende notenbalk, zo groot als het blad van het schoolbord waaraan hij
het kon ophangen. Alle kinderen konden het vanuit hun bankje gemakkelijk lezen. Hij spaarde tijd noch moeite om zijn leerlingen goed en met plezier liedjes aan te leren. Daarnaast schijnt hij ook nog de nodige buitenschoolse activiteiten te hebben gehad, maar daar had je als kind geen zicht op. Wel heb ik me ooit laten vertellen dat hij in alle Brabantse kerktorens de klokken inventariseerde met opschriften, toonhoogte en dergelijke, een enorm karwei van groot cultureel belang. Weet een van de lezers hier misschien iets meer van? [*]
Geluk en ongeluk In de vijfde klas, in 1945, trof ik hem tot mijn geluk opnieuw. Hij moet toen eigenlijk al pensioengerechtigd zijn geweest, maar het verwondert mij niet dat deze idealist dan toch nog een jaartje is doorgegaan. Het liep dramatisch af. In deze klas zaten een aantal ongemotiveerde belhamels, die al zó vaak hadden gedoubleerd dat ze alleen nog zaten te wachten op hun veertiende verjaardag, waarop hun leerplicht ophield en zij onmiddellijk de school konden verlaten. Zij maakten hem het lesgeven vrijwel onmogelijk en hij leed daar zodanig onder, dat hij met Pasen van dat leerjaar overspannen alsnog met pensioen moest gaan, terwijl hij zoveel beter verdiend had.
Vele jaren later In 1965 zocht ik hem op in Huize Steenwijk te Vught, destijds het tehuis voor oude fraters, om hem te gaan zeggen wat voor een fantastische onderwijzer ik hem altijd had gevonden. Zelf had ik inmiddels een akte van volledig bevoegd onderwijzer gehaald, hoewel ik daarna nooit in die branche werkzaam ben geweest. Aanvankelijk had hij moeite om mij in zijn geheugen terug te vinden, te meer omdat hij inmiddels volslagen blind was geworden, maar al spoedig kwamen de beelden van vroeger terug. Hij herinnerde zich toen ook mijn drie oudere broers, die allemaal bij hem in de klas hadden gezeten.
geworden. Hij kende niet alleen alle vaste gezangen, maar zelfs alle wisselende gezangen van het kerkelijk jaar uit zijn hoofd. Dat waren er vele honderden. Onvoorstelbaar!
Die ene die terugkwam Toen ik afscheid nam, heb ik mijn bezoek aan mijn favoriete onderwijzer in het licht geplaatst van het Bijbelverhaal over de tien melaatsen, die door Jezus naar de priesters werden gestuurd om genezen verklaard te worden, zodat ze zich daarna weer onder de mensen zouden mogen begeven. Onderweg werden ze gereinigd en negen haastten zich meteen verder voor hun gezondheidsverklaring. Slechts één ervan keerde eerst terug om Jezus te gaan bedanken. “Beschouw mij maar als die ene die terugkwam. Maar al die anderen waren net zo blij met u als ik.” Ik zag tranen van ontroering in de blinde ogen van frater Realinus. Een jaar later overleed hij, 87 jaar oud. Ik had niet veel langer kunnen wachten met mijn dankbetuiging… Anton van der Lee (Nederland)
* Noot van de redactie: het was frater Getulius Arts die de inventarisatie van zeer vele klokken in NoordBrabant en daarbuiten maakte. Frater Realinus Donders vergezelde hem vaak op zijn tochten om de klokken te bekijken en beluisteren. Frater Hermenegildus Beris deed onlangs archiefonderzoek naar fraters musici en bundelde zijn bevindingen in een boek. Hierin is een hoofdstuk gewijd aan frater Realinus Donders, en ook aan frater Getulius Arts.
Het deed hem kennelijk goed dat er na zoveel jaren nog een oud-leerling terug kwam om zijn respect voor hem te betuigen. We praatten over het verleden en het actuele. Daarbij bleek dat hij nog steeds het Gregoriaans koortje van de fraters in Huize Steenwijk dirigeerde, ondanks het feit dat hij intussen blind was
15
KENIA
Ichange Nations Award voor frater Andrea Sifuna Op 26 februari 2022 werd frater Andrea Sifuna geëerd met de IChange Nations Award in het Kamel Park Hotel, in Kisii stad, Kenia. De onderscheiding werd uitgereikt als erkenning voor zijn bijdrage op het gebied van onderwijs, met name in het creëren van kansen voor gemarginaliseerde jongeren in de onderwijssector via de zogenaamde CP-scholen. Hij ontving de IChange Nations Regional Statesman Award. IChange Nations is een in de Verenigde Staten gevestigde NGO die mensen identificeert en eert die zich hebben onderscheiden door anderen sterker te maken.
De transformerende kracht van onderwijs Frater Andrea Sifuna werd voor de prijs voorgedragen door twee van zijn oud-leerlingen, van wie er een in de VS woont en werkt. Frater Andrea is een leraar met een lange staat van dienst, die op veel middelbare scholen in verschillende delen van Kenia heeft lesgegeven. Hij is een hartstochtelijk voorstander van de transformerende kracht van onderwijs voor gemarginaliseerde jongeren. Momenteel is hij verbonden aan de Masinde Muliro University of Science and Technology in het departement onderwijspsychologie, waar hij zijn proefschrift afrondt over “de invloed van seksuele attitudes, normen en waarden op de onderwijsparticipatie van middelbare schoolmeisjes in Homa Bay County”.
Coachingsprogramma Op onderwijsgebied heeft frater Andrea een belangrijke rol gespeeld bij het opstarten van het Coachingsprogramma in Mosocho, in de volksmond bekend als “CP”. CP was eenvoudigweg een betaalbare middelbare school die zich enkel richtte op goed onderwijs. Andere scholen kwamen doorgaans met extra kosten, bijvoorbeeld voor schooluniformen en verplichte schoolreisjes, die ertoe bijdroegen dat het voortgezet onderwijs buiten het bereik van de armen
16
kwam. Het Coachingsprogramma richtte zich op wat noodzakelijk was voor certificering op KCSE-niveau. Om de eindjes aan elkaar te knopen, stimuleerde de CP-geest onder het personeel de geest van "teruggeven" aan de gemeenschap door als vrijwilliger de nodige diensten te verlenen. Dit trok veel pas opgeleide leraren aan die nog niet door de regering waren opgenomen, om als vrijwilliger les te geven in ruil voor een symbolische vergoeding.
De oogst Het idee werd snel opgemerkt en overgenomen door mensen zowel binnen CMM als daarbuiten. Spoedig daarna ontstonden er op verschillende plaatsen scholen naar het voorbeeld van St. Patrick's, de eerste CP-school uit 1995. We mogen niet vergeten dat in de tijd dat deze scholen ontstonden, het middelbaar onderwijs in Kenia nog niet gratis was zoals nu het geval is. Deze betaalbare scholen voor voortgezet onderwijs waren destijds van cruciaal belang om tegemoet te komen aan de dorst naar voortgezet onderwijs van zoveel jonge mensen in Kenia. Vandaag de dag zijn duizenden afgestudeerden van deze scholen te vinden in bijna elke sector van de werkgelegenheid, zowel in Kenia als daarbuiten.
NEDERLAND
Elim Inlooplunch 12½ Jaar De Elim inlooplunch is een van de weinige werken van apostolaat die nog mogelijk zijn in de steeds kleiner wordende Nederlandse Provincie van de fraters CMM. In het Missiestatement van de Congregatie lezen we: “We dragen zorg voor zieken en kwetsbaren, maken werk van gastvrijheid en helpen mensen om zin en geluk te vinden in hun leven.” We denken dat de Inlooplunch hier op een mooie manier vorm aan geeft en we zijn met name de coördinatoren en vrijwilligers dankbaar dat het al zo lang een succesvolle activiteit is.
Onlangs werd het 12½-jarig bestaan van de Inlooplunch in de Elim gevierd. Het project ging eind 2009 van start en werd bedacht, uitgewerkt en tot uitvoering gebracht door frater Jan Koppens CMM, Zuster Mariëtte Kinker SCMM en Trees Versteegen (toenmalig teamleider van de parochie Frater Andreas). Het project wordt geleid door coördinatoren vanuit de parochie die ook voor de werving van vrijwilligers zorgen. Deze laatsten vormen een hechte en trouwe groep waarvan sommigen al de volledige 12½ jaar hun inzet geven. Aanvankelijk elke dinsdag en donderdag en nu elke dinsdag komen bezoekers bijeen. Voorheen was het fraterhuis Elim plaats van samenkomst maar sinds de opheffing van die communiteit heeft men onderdak gevonden in het gebouw van de Stichting Jeugdbelangen vlakbij het voormalige fraterhuis. De bezoekers komen uit heel Tilburg, niet alleen uit de wijk waar de inlooplunch plaats vindt. De viering van het jubileum was hartverwarmend. Er waren veel ‘inloopgasten’, vrijwilligers, oudvrijwilligers en vertegenwoordigers van de provinciale besturen van de fraters en de zusters.
Frater Ad de Kok aan tafel met bezoekers en vrijwilligers van de inlooplunch. Frater Paul Damen, die elke week helpt bij de lunch, was ceremoniemeester. Het gaf een fijn gevoel dat bezoekers nog vaak lovende woorden spraken over frater Jan Koppens die vaak maar even binnenliep maar altijd een belangstellend woordje hier en daar voor de gasten had. Eén van de gasten had een lied gemaakt. Een paar zinnen uit dat lied geven de gevoelens weer die de inlooplunch bij de gasten oproept: “Zomaar een dak boven wat hoofden, deur die voor mensen open gaat; plek die een dag zo anders maakt; voel je hier thuis, wie je ook bent; word samen oud maar blijf ook jong; altijd verbonden met wie ooit kwam”. Het was een mooi feest. De sfeer van gastvrijheid en saamhorigheid gaf aan dat de inlooplunch nog vele jaren zal blijven bestaan. frater Ad de Kok CMM, Nederland
17
KORTE BERICHTEN
Nieuw leiderschap in provincies en regio’s Na de verkiezing van het nieuwe generaal bestuur tijdens het generaal kapittel in november 2021 liep ook de bestuurstermijn van de provinciale en regionale besturen ten einde. In het vorige nummer presenteerden we de nieuwe besturen van de provincies Nederland en Indonesië en de regio Brazilië. Deze keer zijn de provincie Kenia en de regio’s Namibië en Oost-Timor aan de beurt.
Nieuw provinciaal bestuur Kenia
Nieuw regionaal bestuur Oost-Timor
Op 23 april 2022 werd het nieuwe provinciale bestuur van Kenia bekendgemaakt. De algemene overste frater Lawrence Obiko benoemde, met instemming van de leden van het generaal bestuur en na het provinciaal kapittel gehoord te hebben (volgens Constituties II, 201 en 213) de volgende fraters: • fr. Elijah Agilo Osena CMM: provinciaal overste • fr. Augustine Monari Nyansimora CMM: 1e bestuurslid en plaatsvervangend overste • fr. Patrick Munyua Muhoro CMM: 2e bestuurslid • fr. Martin Mwau Kasiva CMM: 3e bestuurslid • fr. Eric Magoka CMM: 4e bestuurslid
Op 1 april 2022 heeft de algemene overste, frater Lawrence Obiko, met instemming van de leden van het generaal bestuur en na de regio te hebben gehoord, een nieuw regionaal bestuur voor de regio Oost-Timor benoemd (Constituties II, 233-235): • fr. Cancio da Costa Gama CMM: regionaal overste • fr. Henrique de Fatima Marques CMM: 1e bestuurslid en plaatsvervangend overste • fr. Silvino Freitas Belo CMM: 2e bestuurslid De benoemingen gingen in op 1 april 2022, en zullen aan het einde van een periode van drie jaar (2022 – 2024) worden geëvalueerd.
Deze benoemingen zijn voor de bestuursperiode 2022 – 2027 en gingen in per 23 april 2022.
Provinciaal bestuur Kenia, v.l.n.r.: fr. Eric, fr. Martin, fr. Patrick , fr. Augustine, fr. Elijah.
Regionaal bestuur Oost-Timor, v.l.n.r.: fr. Silvino, fr. Henrique, fr. Cancio.
Ontwikkelingen in Namibië
dat er een einde komt aan de aanwezigheid van fraters in Namibië. De twee communiteiten in Windhoek blijven bestaan, maar vallen nu direct onder het generaal bestuur. De fraters kunnen terugkijken op een goede traditie van gedegen onderwijs en ander apostolaat in Namibië. In de komende jaren zal worden gezocht naar manieren om de presentie en het werk van de fraters in Namibië weer meer op de kaart te zetten.
Na rijp beraad over de bestuurbaarheid van de regio Namibië heeft het generaal bestuur met pijn in het hart moeten besluiten om per 8 juni 2022 de regio als zodanig op te heffen. Er zijn momenteel slechts drie fraters in Namibië, en dat is te weinig om op een zinvolle manier als regio – met een eigen regionaal bestuur – te functioneren. Dat betekent gelukkig niet
18
‘Zie mijn mensen’
Aandacht voor de mens aan de kant van de weg Wie zijn die fraters eigenlijk? Wat houdt hen bezig? Wat zijn hun dromen, hun idealen? Hoe geven ze in het dagelijks leven gestalte aan ‘barmhartigheid’ en ‘broederschap’ - de twee kernbegrippen in het charisma van de Fraters CMM? In deze rubriek ‘Zie mijn mensen’ laten we steeds één van de fraters aan het woord. Aandacht voor de mens aan de kant van de weg. Ik heb geprobeerd dit een leidraad voor mijn leven en werken te laten zijn. In het onderwijs koos ik voor het speciaal onderwijs. Jonge mensen die het moeilijk hadden, geplaagd door allerlei leerproblemen. Het niet gemakkelijk hadden in hun gezin en hun groei naar een menswaardig bestaan. Vluchtelingen die vanwege oorlog en andere ellende hun land verlaten hadden en in Nederland niet welkom waren.
Vincent van Gogh, De barmhartige Samaritaan, 1890. We kennen het waarschijnlijk allemaal. Het verhaal uit het evangelie over de barmhartige Samaritaan. Ik ben er altijd erg door geboeid. Zeker nadat het bij de herbronning van de spiritualiteit van onze congregatie een belangrijke rol ging spelen en uiteindelijk verwoord werd in de drieslag: zien, bewogen worden en in beweging komen. Onlangs schreef ik een liedtekst (melodie: Mens voor de mens te zijn), gebaseerd op dit mooie verhaal. Refrein: Mens van de weg te zijn, ziende of stekeblind. Bewogen mens te zijn die zijn naaste vindt. Lopend naar Jericho: priester van God. Man op de grond gegooid blijft in zijn lot. Refrein Vanuit Jerusalem komt een Leviet die naar van alles kijkt en niemand ziet. Refrein Hij was een vreemdeling: Samaritaan, trok zich het lot van de lijdende aan. Refrein Verzorgde wonden met olie en wijn, gaf geld voor onderdak. Hij zou er zijn. Refrein Wie is de naaste dan ? Wie stond hem bij? Word als die vreemdeling, doe zoals hij! Refrein
Tijdens mijn verblijf in De Vuurhaard, het fraterhuis waar vluchtelingen werden opgevangen, was er elke week een eetcafé. Na die maaltijd vertelde ik de gasten over vluchtelingen. Waarbij ik aangaf dat mijn inspiratie tot het werken met vluchtelingen voortkwam uit het verhaal van de barmhartige Samaritaan. Waarbij ik ze ook liet zien dat eigenlijk iedereen in zijn leven te maken krijgt met het zien, bewogen worden en in beweging komen. En dat we dus allemaal, soms in het klein, soms ook in het groot, zijn als die Samaritaan, die zich het lot van die man aan de kant van de weg aantrekt. En dat we dus allemaal op onze eigen wijze barmhartig kunnen zijn. frater Ad de Kok CMM (Nederland)
Frater Ad de Kok met een vluchtelingenkind in fraterhuis De Vuurhaard. 19
Alle uitoefening van gezag binnen de congregatie zal de christelijke liefde tot drijfveer hebben. (uit de leefregel van de Fraters CMM)
Blad van de Congregatie van de Fraters van Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid