OMSLAGVERHAAL paardje is van de liberale verenigingen zie je in namen als ‘Vrank en Vrij’, de ‘Vrije burgers’ of ‘De vrijheidsvrienden’. Na de Eerste Wereldoorlog vinden heel wat arbeiders, bedienden en landbouwers muzikaal vertier in de verenigingen. Voor de zuilen is dit een vorm van volksverheffing. Op hun hoogdagen zoals het Feest van de Arbeid en Rerum Novarum zijn de fanfares dan ook steevast van de partij.
Majoretten Hoewel het in onze dorpen nog meevalt, krijgen muziekverenigingen het na de Tweede Wereldoorlog moeilijk. Ontzuiling, de toegenomen levensstandaard en vrijetijdsmogelijkheden doen hun populariteit dalen. Om te overleven moeten ze verjongen, vervrouwelijken en hun repertoire moderniseren.
Eind jaren 1950 zoeken heel wat fanfares daarom hun heil in majorettes naar Amerikaans model. Ze lopen voor de fanfare uit en trekken de aandacht met glitter en spektakel. Het maakt fanfares weer jonger en hipper. Maar ook deze hype is eindig. Vanaf de jaren 1980 zien ze zich genoodzaakt vooral in te zetten op jeugdorkesten. Daarin zijn ook meisjes toegelaten. Van gemengde orkesten, los van de vrouwelijke majorettes, was voordien geen sprake. Vandaag verleggen heel wat fanfares en harmonies hun focus van de straat naar een meer professionele concerttraditie. Al blijven er gelukkig nog die de straat op gaan bij belangrijke evenementen in stad en dorp. (Bronnen: boek ‘En avant, marche!’ van Jan Matthys over majorettes, harmonies, fanfares en andere blaasorkesten - website ‘Huis van Alijn’ het museum van het dagelijks leven, Gent).
Sint-Catharina Hoogstraten
De muzikale afspiegeling van de maatschappij Hoogstraten telde lange tijd twee muziekverenigingen. Al in 1839 ontstond de Toon- en Toneelvereniging Sint-Cecilia, in 1880 kwam daarnaast (of daaruit) ook fanfare Sint-Catharina. Het was een van de eerste fanfares van de provincie. Het was de schoolstrijd die ervoor zorgde dat er een afsplitsing of breuk kwam. Nadat de liberalen bij de verkiezingen in 1878 de absolute meerderheid behaalden, deed de regering Frére - Van Humbeek er alles aan om te breken met al wat naar godsdienst rook. Dat veroorzaakte een schokgolf van verontwaardiging in de katholieke Kempen. De parochies organiseerden prompt katholiek onderwijs (zoals in het klooster van Meer) en ook in het verenigingsleven kwam er tweespalt.
Den Bond Die tweespalt kwam er dus ook binnen Sint-Cecilia, waarin zowel katholieken als liberalen zaten. De politieke onenigheid leidde ertoe dat de katholieken uit Sint Cecilia stapten en in 1880 een eigen ‘Katholieken Kring’ oprichtten, in Hoogstraten gekend als ‘den Bond’. De eerste dirigent was Jozef Van Der Mueren, hij kon rekenen op de medewerking van de plaatselijke bevolking en in de daaropvolgende jaren werd ‘den Bond’ een begrip in de streek. De toneelavonden, onder regie van Charel Croes en Louis Van Hoeck waren daar zeker niet vreemd aan. De vlag van Sint-Cecilia, een ontwerp van Karel Boom Na de Eerste Wereldoorlog zorgde voorzitter - dirigent Jozef Bellens voor een tweede bloeiperiode. Ook na de Tweede Wereldoorlog kreeg de fanfare een tweede adem, Henri Rigouts trok de werking terug op gang. Na een terugval in de jaren ’60 wordt orde op zaken gesteld door voorzitter Stan Van Hemelen, die 25 jaar lang kan rekenen op dirigent Staf Mertens. Het katholieke karakter van de kring verdween langzaam en begin jaren zeventig werd afgestapt van het gebruik van de naam ‘Katholieke Kring’. Maar pas in 1978 werd de naam gewijzigd in ‘Koninklijke Fanfare Sinte Catharina’ en werd de naam ‘Den Bond’ steeds minder gebruikt. Sint Catharina bleef Hoogstraten van muziek voorzien…
Op de bank Sint-Cecilia ontstond in 1839 en was daarmee een van de oudste fanfares van de provincie.
4 JANUARI 2024 - DE HOOGSTRAATSE MAAND
De fanfaremuziek onderging sindsdien een hele evolutie. “De muzikale lat werd met di-