Nederlands zakenleven omarmt iPad
D
e tablet maakt zijn opmars in het Nederlandse zakenleven. 14 procent van de Nederlandse organisaties beschikt over minimaal 1 tablet. De iPad van Apple wordt het meest gebruikt. Dat blijkt uit een onderzoek van Heliview onder zeshonderd ICT-beslissers van bedrijven en overheidsinstellingen vanaf een medewerker. Tot nu toe lijkt de tablet meer een apparaat dat zich naast de meer traditionele computer hee genesteld. Wel verdringt de tablet de netbook, aldus Heliview. “Vooralsnog staan de penetratiecijfers en installed base cijfers van pc’s niet extra onder druk als gevolg van de tablet. Als er dan al sprake is van vervanging of bedreiging in de pc-markt, dan geldt dat met name meer voor de netbooks die nu door de doorbraak van tablets zoals de Apple iPad en de Samsung Galaxy Tab definitief naar de achtergrond zijn verdwenen.” In de Nederlandse zakelijke markt gebruikt 14 procent van de vestigingen tablets, aldus Heliview. “De tablet penetratie is bij grotere bedrijven hoger dan bij kleinere, waar de verwachting was dat met name in het MKB deze relatief hoog zou zijn. Het blijkt toch meer een kwestie van de omvang waardoor de kans op tablet gebruik groter is. Opvallend is wel dat in de bovenkant van de Nederlandse zakelijke markt al bijna 40 procent van de vestigingen tablets in huis hee .” Apple’s iPad domineert het tablet-segment met een productpenetratie van boven de 95 procent. “Alleen de HP Touchpad en de Samsung Galaxy Tab lijken enigszins voet aan de grond te hebben gekregen in de Nederlandse zakelijke markt. Maar deze cijfers zijn bijna verwaarloosbaar laag in vergelijking met Apple’s marktpenetratie”, aldus Heliview. Aan de basis van Apple’s grote voorsprong staat ook een periode waarin de iPad vrijwel de enige tablet is geweest die beschikbaar was in de Nederlandse markt. De concurrentie van Apple lijkt vooral in het mkb het wat beter te doen dan bij (middel)grote bedrijven, zo besluit Heliview.
Mitel benoemt Apply tot selectPARTNER
M
itel hee Apply bevorderd van authorized- tot selectPARTNER. Deze partnerstatus is de op één na hoogst haalbare partnerstatus. Apply B.V. verdient deze partnerstatus door succesvolle, complexe implementaties, zoals bij Eurofiber, Blue Sky Group en Stichting Woon-Zorgcentra De Rijnhoven en voldoet daarnaast aan strengere certificeringseisen. De selectPARTNER status gee Apply, naast een aantal extra voordelen, toegang tot Mitels brede portfolio, waaronder hosted telefonie en telefonie onder VMware. Na behaalde specialisaties op Mitels Contact Center portfolio en Mitels mobiliteitsoplossingen, focust Apply zich op de toenemende vraag naar de VMware Ready-toepassingen van Mitel. De nieuwe status stelt Apply in staat zowel Unified Communications als traditionele telefooncentrale te leveren, alsook als so ware onder VMware of vanuit de cloud. Dit uitgangspunt sluit goed aan bij de Freedom-architectuur die Mitel begin dit jaar introduceerde. Gijs Borsboom, Sales Director Northern Europe Mitel: “Apply B.V. hee de selectPARTNER status ruimschoots verdiend. De afgelopen jaren APPLY continu zien investeren in meer Mitel-kennis. Daarnaast hebben zij aangetoond deze kennis gedegen in de praktijk te kunnen brengen bij klanten met brede en complexe communicatievraagstukken.” Emile Jongerius, directeur bij Apply: “We zijn erg trots op de behaalde nieuwe status. Mitel en Apply zijn de afgelopen jaren steeds dichter naar elkaar toegegroeid. Met mooi resultaat als gevolg. Door Mitels focus op Cloud-oplossingen en telefonie onder VMware, beschikt Apply bovendien over een partnership waarmee we de komende jaren vooruit kunnen. Zo biedt dit partnership ons ook nog eens continuïteit naar onze klanten.”
tbm
7 COlUMn maarten oBerman
Voorkomen van een selectieproces als ultiem doel
B
eheerorganisaties van bedrijven passen hun communicatie-infrastructuren in de zogenaamde gebruiksfase voortdurend aan om veranderingen in de interne organisatie en invloeden uit de buitenwereld te vertalen naar communicatiefuncties om de bedrijfsprocessen effectiever te ondersteunen. Er komt echter eens een moment dat het verschil tussen de gewenste situatie en de nieuwe mogelijkheden knellend wordt en er een fundamentele vernieuwing nodig is in de infrastructuur. Op dat moment zal een organisatie de selectiefase moeten ingaan voor de aanschaf van een nieuwe infrastructuur. Op het moment dat een klant de selectiefase in gaat, lopen zowel de fabrikant van de aanwezige producten als de wederverkoper of reseller (leverancier?) een hoog a reukrisico. De klant is zich namelijk aan het heroriënteren op vrijwel alle functionaliteiten en apparatuur in zijn complete infrastructuur en dus in het ‘gunstigste geval’ impliciet ook op de reseller die daar al zo lang in huis is. Er kan namelijk ook een andere leverancier uit zo’n oriëntatieproces naar voren komen. Daarom is het vanuit het perspectief van de reseller zinvol een strategie te hebben die deze heroriëntatie bij een klant kan voorkomen. Met een chique woord heet één van die strategieën productdoorontwikkeling en die strategie kan ervoor zorgen dat de levensduur van de apparatuur niet eindig lijkt voor de klant. Er zijn echter meer strategieën, dan die van de productdoorontwikkeling denkbaar. Leveranciers met een (te) breed productportfolio kunnen klanten namelijk meer ’verschillende’ aanbiedingen doen. Een klant hee dan het gevoel dat hij een keuze hee . Die keuze is echter voorbereid door de leverancier zelf omdat hij uiteraard alleen merken uit zijn portfolio aanbiedt. Onder het mo o; “We hebben alles al voor u onderzocht en vanzelfsprekend het beste voor u geselecteerd.” In de praktijk is dit een ongezonde situatie voor zowel producenten als klanten. Uiteraard niet voor resellers want voor hen maakt het niet uit welk merk een klant afneemt, zolang hij z’n klant behoudt met één van de merken uit zijn portfolio. Het is dus een interessante strategie om selectieprocessen bij klanten te voorkomen en tegelijkertijd in te spelen op mogelijke veranderingen in de infrastructuur bij klanten. In de praktijk blijkt echter dat het eeuwig actuele product niet bestaat. Productlijnen komen en gaan. Producten hebben namelijk last van de ‘wet op de remmende voorsprong’. Mede veroorzaakt door een hoog R&D (Research en Development) budget weten bepaalde producten een voorsprong in de markt te nemen. In een latere periode komt er echter een fase waarin het product zijn investeringen weer moet waarmaken. Juist op dat moment kunnen concurrenten instappen en in een ander tijdvenster hun eigen voorsprong met hun product ontwikkelen. Dit proces heet marktdynamiek en deze dynamiek is nu precies de reden voor een beheerorganisatie (de klant) om een productlijn niet voor eeuwig voort te ze en. Het blijkt steeds weer dat een klant juist voor een complex onderwerp als communicatie-infrastructuren toch een (grondige en objectieve) selectie wil kunnen maken om voor de komende zes tot acht jaar tot een optimale match te komen voor zijn organisatie. Voor een effectieve keuze is het echter essentieel dat dit niet per se gebeurt voor een, de laagste prijs. Infrastructuren vervangen is ingrijpend voor een organisatie en daarom leidt alleen een beste prijs/prestatie verhouding met de nadruk op prestatie overigens, tot een succesvolle keuze, invoerings- en gebruiksfase. Maarten Oberman Directeur Oberman Telecom Management Consultants (OTMC)
| oktober 2011 | vakbLaD voor De teLeCoMHanDeL
7