![](https://assets.isu.pub/document-structure/210622104221-db823970b383821becc8beefecf4185f/v1/4c0129103cb02ceadbb1eb19b436b80b.jpeg?width=720&quality=85%2C50)
2 minute read
Organisatie-en-materialen
Organiseren van de materialen.
Voorafgaand aan de start van de activiteiten moet je een aantal zaken hebben geregeld: • Heb je alle materialen die je voor je organisatie nodig hebt klaarstaan? • Is de accommodatie klaar voor je activiteit? • Weten je sporters of gasten waar ze moeten zijn?
Tips!
• Zorg ervoor dat de opstelling van het materiaal veilig is. Zet materialen bijvoorbeeld niet te dicht bij de muren. • Verdeel het materiaal goed over de beschikbare ruimte. Zet de materialen niet te dicht op elkaar of te ver uit elkaar. • Stel het materiaal eenvoudig en begrijpelijk op. • Werk ook eens zonder materiaal. Dit scheelt tijd met neerzetten en opruimen. • Gebruik materialen om te beveiligen. Bijvoorbeeld een mat, als je sporters of gasten ergens vanaf moeten springen. • Gebruik materiaal om te sturen en te corrigeren. Bijvoorbeeld: je moet om het paaltje heen. • Pas de hoeveelheid materiaal aan de beschikbare tijd aan. Gebruik niet te veel materiaal in korte tijd. • Zorg dat het materiaal snel weggehaald, aangepast of opgeruimd kan worden. • Gebruik niet voor elk onderdeel van je activiteit ander materiaal. • Benut alle ruimte die je hebt. Heb je drie velden, gebruik deze dan! • Zet je materialen al neer voordat je activiteit begint. • Gebruik de materialen op een andere manier. Touwen, een trapezium en een matje en je hebt een grote schommel. Dit geeft een heel andere opstelling.
Opdracht 7 Fietspuzzeltocht
Je organiseert een fietspuzzeltocht. Deze fietstocht mag je zelf gaan uitzetten. a. Zoek een mooie route uit in je eigen omgeving. Ga deze fietsen en maak een routekaartje.
b. Maak onderweg vijf opdrachten voor je gasten. Deze opdrachten zet je in een formulier, zodat je gasten het formulier tijdens de fietstocht kunnen invullen. c. Bepaal voor welke doelgroep deze fietspuzzeltocht geschikt is en voor welke doelgroep de fietspuzzeltocht niet geschikt is. Waarom is je tocht voor de ene doelgroep wel en voor de andere niet geschikt?
d. Met welke onvoorziene omstandigheden moet je rekening houden bij deze fietspuzzeltocht?
e. Maak een planning voor de fietspuzzeltocht. Gebruik hierbij het werkplan.
WERKPLAN
Voorbereiding
Doel
Waarom:
Waar:
Wanneer (volgorde/tijd) Wat Werkzaamheden: Wie Middelen Opmerking
Uitvoering
Wanneer (volgorde/tijd) Wat Werkzaamheden: Wie Middelen Opmerking
Na afloop
Wanneer (volgorde/tijd) Wat Werkzaamheden: Wie Middelen Opmerking
Evaluatie:
f. Bereid ook de instructies voor de fietspuzzeltocht voor. Deze instructies zijn bedoeld voor de deelnemers van de fietstocht. Je geeft ze voorafgaand aan de fietspuzzeltocht, zodat ze de goede route fietsen. Waar ga je de instructie uitvoeren? Welk materiaal moet je uitdelen?
Wat ga je vertellen, wat moeten je gasten allemaal weten? • Locatie instructie: • Waar sta je zelf de instructie te geven? • Welke materialen deel je uit? • Wat ga je vertellen?
g. Werk nu samen met drie klasgenoten. Je instrueert je klasgenoten over je fietspuzzeltocht. h. Evalueer de fietspuzzeltocht met je klasgenoten.
Je kunt de uitwerking van deze opdracht in je portfolio opnemen. Maak hierover dan afspraken met je docent. Geef bij de uitwerking aan welke bijdrage jij aan het resultaat van deze opdracht hebt geleverd. i.