Embuild Magazine februari 2025

Page 1


Maandblad van en voor de aannemer en de installateur Uitgave van Embuild • Kunstlaan 20, 1000 Brussel • afgiftekantoor Gent X • 6 euro

DOSSIER Diefstallen op de bouwplaats

TIJDELIJKE WERKLOOSHEID

Verplicht gebruik elektronische controlekaart

BOUWFORUM

Bouw in beweging: Digitale innovatie

GEBOUWEN EN MILIEU

Bouwen met een lagere milieu-impact

Zorgt AI ook voor Aantrekkelijke Innovatie?

Ik dacht er eerst aan om deze tekst door ChatGPT te laten schrijven, maar ben toch zelf maar in mijn pen gekropen. Niet dat ChatGPT en consoorten geen goede teksten kunnen voortbrengen, maar toegang tot de gedachten in mijn hoofd hebben ze (vooralsnog?) niet ��. Ik trap een open deur in wanneer ik zeg dat AI onze hele samenleving grondig aan het veranderen is. Misschien zelfs nog veel meer dan de opkomst van het internet in de jaren ’90 van de vorige eeuw. AI bevindt zich nog in zijn kinderschoenen, maar heeft nu al een onmiskenbaar grote impact. Maar zorgt AI ook voor Aantrekkelijke Innovatie in onze sector?

‘Ja, voor het schrijven van teksten en zo’, hoor ik jullie nu denken. En dat klopt voor een stuk. Het is soms, alle kinderziektes ten spijt, verbluffend wat zo’n Large Language Model (LLM) kan. Al blijft het wel oppassen, want als ChatGPT het niet weet, begint het te hallucineren en letterlijk de fabeltjeskrant te produceren. Maar AI zal ook onze bouw- en installatiesector ten gronde veranderen en die (r) evolutie is nu al volop bezig. Bijvoorbeeld op het vlak van controle van offertes en contracten, maar ook qua databeheer en -analyse. Door AI in te zetten zullen we repetitieve taken in het hele bouwproces kunnen automatiseren, wat het aantal menselijke fouten vermindert en de veiligheid op werven verhoogt. AI zal geen jobs op zich vernietigen, maar iedereen zal wel AI moeten inzetten om zijn/haar job nog beter te kunnen doen… Bouwen en renoveren zelf zal natuurlijk een fysieke activiteit blijven: enkel een avatar kan in een artificieel huis wonen ��

Door AI zal het bouwproces er heel anders uitzien dan dat van vandaag. En dat is dus het vertrekpunt van ons BouwForum op vrijdag 21 februari: het staat volledig in het teken van digitale innovatie en AI en de effecten ervan op de bouw- en installatiesector. Nieuw aan het BouwForum dit jaar is dat we het traditionele plenair gedeelte laten voorafgaan door 3 praktische workshops, waar je zelf concrete zaken kan leren over AI in de bouw, nl. goed leren prompten, minder administratie in het bouwproces en meer veiligheid op de werf. Schrijf je dus zeker in voor het Bouwforum via www.bouwforumconstruction.be.Snel zijn is wel de boodschap, want de plaatsen voor de workshops vliegen de deur uit! Hopelijk kunnen we elkaar daar live tegenkomen.

Niko Demeester

CEO Embuild

" AI zal ook onze sector ten gronde veranderen en die revolutie is nu al volop bezig. Daarom staat ons BouwForum op 21 februari volledig in het teken van digitale innovatie en kan je er praktische workshops volgen "

VERPLICHT

3 ● Edito

Zorgt AI ook voor Aantrekkelijke Innovatie?

7 ● Gewestelijk standpunt

Niet wachten tot de klimaatbom in Vlaanderen valt.

EVENEMENT

8 ● Batibouw

Ontdek de nieuwe vormen van wonen op de 66ste editie van Batibouw.

9 ● Bouwforum 2025

Bouw in beweging: Digitale innovatie.

BOUWBELANGEN

10 ● Tijdelijke werkloosheid

Verplicht gebruik elektronische controlekaart.

12 ● Juridisch

Is de werkgever aansprakelijk voor de fout van zijn werknemer?

DOSSIER

15 ● Inleiding

Diefstallen op de bouwplaats.

16 ● Politie/enquête

"Er moet een budget worden uitgetrokken voor de beveiliging van bouwplaatsen."

20 ● HPS Construct

"Dit is een realiteit die vrijwel alle ondernemingen van de sector raakt."

CONTROLEKAART

Sinds 1 januari 2025 moeten werknemers verplicht gebruik maken van de elektronische controlekaart of eC3.2 voor de tijdelijke werkloosheid. Misschien is in uw bedrijf de overstap naar de digitale controlekaart probleemloos verlopen of wordt er nog verder gebruik gemaakt van papieren controlekaarten zolang de voorziene overgangsperiode loopt.

DOSSIER : DIEFSTALLEN OP BOUWPLAATSEN

Hoewel de cijfers een dalende trend laten zien tussen 2022 en 2023 (n.v.d.r.: de cijfers van 2024 zijn nog niet beschikbaar), blijven diefstallen op bouwplaatsen een probleem voor onze sector. In dit dossier geeft de politie enkele adviezen om jouw bouwplaats te beveiligen. Een van onze leden deelt ook zijn ervaringen met dit probleem. Tot slot zijn er diverse uitrustingen beschikbaar om jou tegen deze plaag te beschermen.

BOUWEN MET EEN LAGERE MILIEU-IMPACT

Er is een grote rol weggelegd voor onze gebouwen als het gaat over het reduceren van de wereldwijde koolstofemissies. Zo is gemiddeld 45-50% van de milieu-impact te wijten aan de ingebedde impact, d.w.z. de impact gerelateerd aan de gebruikte materialen. Het lopend COOCK+ project MI²B heeft als doel om bouwbedrijven inzichten te geven over hoe ze de milieu-impact van gebouwen kunnen reduceren.

DE COLLEGIALE SINT-GERTRUDISKERK VAN NIJVEL HEEFT AL HAAR LUISTER TERUG

De in maart 2022 gestarte renovatie van de gevels, daken en bepaalde buitendelen van de collegiale Sint-Gertrudiskerk van Nijvel (Waals-Brabant) werd eind vorig jaar voltooid. Nu de steigers verdwenen zijn, heeft de kerk, de trots van de Nijvelaars, al haar luister terug. De werken werden uitgevoerd door ons lid Rc RENO, in samenwerking met het Architectuurbureau Thierry Musch en onder toezicht van het Agence wallonne du patrimoine (AWaP) en de Stad Nijvel.

22 ● NAN Technics

Toegangscontrole wint aan belang.

24 ● BPI Security

Masten met slimme camera’s zorgen voor efficiëntere beveiliging.

SECTOR & BEROEPEN

26 ● Digitale innovaties

Inspirerende voorbeelden voor energietransitie en veiligheid

28 ● Milieu-impact als motor voor duurzame innovatie

Bouwen met een lagere milieu-impact.

31 ● Leefmilieu Brussel

Schrijf in voor de tweede editie van de Green Deal Stadslogistiek!

32 ● Build Circular Brussels

Build Circular.Brussels viert zijn bedrijven in de Bassin.

34 ● Stadsbader Rail

Stadsbader Rail officieel onderdeel van Stadsbader Group

44 ● Buildwise

• Welke voordelen biedt de compartimentering van de isolatie van een plat dak?.

• Langs binnen isoleren van hellende daken: sleutelrol van het onderdak

PROJECTEN & BEDRIJVEN

40 ● Project

De collegiale Sint-Gertrudiskerk van Nijvel heeft al haar luister terug.

42 ● Ledenvoordelen Uw lidmaatschap rendeert!

45 ● Bouwmarkt

• Reynaers Aluminium.

• New Security beurs

46 ● Markant

• 16de energiecongres

• Cijfer van de maand

Embuild versterkt alle bedrijven actief in de bouw

Een aannemer die lid is van Embuild - de voormalige Confederatie Bouw - mag op beide oren slapen. Er bestaat geen betere partner voor:

• advies

• informatie

• ondersteuning

• belangenbehartiging

• netwerking

• promotie van jouw bedrijf bij het grote publiek onder meer via buildyourhome.be

Word nu lid op embuild.be/nl/lid-worden

Niet wachten tot de klimaatbom in Vlaanderen valt

In tijden dat regeringsonderhandelaars maanden hebben besteed aan socio-economische hervormingen en de vakbonden betogen voor een sterke sociale zekerheid dreigt er onder de waterlijn een nieuw, onverzekerd sociaal risico te ontstaan: dat van de gevolgen van de klimaatverandering. En Vlaanderen blijkt daar bijzonder kwetsbaar voor te zijn. De voorbije maanden werden we opgeschrikt door klimaatgeweld in de VS en in grote delen van Europa met enorme menselijke en materiële schade als gevolg. We zijn er als samenleving nog niet op georganiseerd om die op te vangen, laat staan te vermijden.

Grote bosbranden zoals in Los Angeles zullen bij ons niet direct voorkomen, maar andere klimaatrisico’s zoals langdurige en hevige regenval, evenals aanhoudende droogte wel. Hevige regenval zal steeds vaker voorkomen en een waterbom kan grote delen van Vlaanderen overspoelen. Terwijl vandaag 4,5% van de gebouwen risico loopt op wateroverlast, neemt dat tegen 2050 toe tot 8%. Het gaat evenwel om een gemiddelde, want in enkele steden en gemeenten zal 20 tot 30% van de gebouwen in de problemen kunnen komen. Maar Vlaanderen worstelt ook met droogte omdat het regenwater onvoldoende wordt vastgehouden. Daardoor hebben meer en meer woningen te maken met scheuren en verzakkingen.

Niet alle individuele schadegevallen bij een krimpende bodem of bij wateroverlast zijn vandaag gedekt door de verzekering. In de toekomst kunnen grote klimaatrisico’s de verzekerbaarheid van woningen verder ondergraven. Dit gebeurt vandaag in Los Angeles. In Vlaanderen is het dankzij het solidariteitsprincipe verplicht om natuurrampen op te nemen binnen de brandverzekering en worden de lasten bij een ramp verdeeld tussen de verzekeringssector en

de overheid. Topvrouw van AG Insurance, Heidi Delobelle, waarschuwde onlangs dat een ramp zoals in de Vesdervallei in 2021, in Vlaanderen tot 6,5 miljard schade aanleiding zou geven. Onverzekerbaar, want onbetaalbaar, luidde de conclusie.

Dat moet ons wakker schudden. Met de Blue Deal zijn er stappen gezet, maar we gaan te traag. De financiering liep voornamelijk via het Europees Herstelplan. Voor deze legislatuur werd slechts 255 miljoen euro ingeschreven en zakt het investeringstempo de eerste twee jaar. Nochtans moet er jaarlijks minstens 420 miljoen euro extra geïnvesteerd worden om onze basisinfrastructuur op orde te krijgen. Dit is een kost, maar tegelijk ook een investering die miljardenschade kan voorkomen.

Ook woningeigenaars moeten hun eigendom beter beschermen. Klimaatrisico’s en waterveiligheid verdienen evenveel aandacht als de energiezuinigheid van een woning. Preventieve maatregelen moeten kunnen rekenen op een beloning. Want het risico op waterellende of verzakkingen en scheuren neemt af.

De vraag is niet of maar wanneer de klimaatbom op Vlaanderen valt. Mijn oproep is om niet af te wachten, maar om een zo groot mogelijke paraplu te bouwen, waar we met zijn allen onder kunnen schuilen. Alleen door voldoende preventieve maatregelen kunnen we vermijden dat er een nieuw sociaal risico ontstaat dat een belangrijke hap uit onze welvaartstaat zou kunnen wegnemen.

Caroline Deiteren

Directeur-generaal van Embuild Vlaanderen

" De minimale extra investering van 420 miljoen per jaar om onze basisinfrastructuur op orde te krijgen, is een kost maar tegelijk ook een investering die miljardenschade kan voorkomen. "

Ontdek de nieuwe vormen van wonen op de 66ste editie van Batibouw!

Batibouw vindt dit jaar van zaterdag 15 tot zondag 23 februari plaats in de vijf paleizen van Brussels Expo. Deze 66ste editie focust op betaalbaar wonen en de nieuwe vormen van wonen en bouwen. Embuild organiseert zijn traditionele BouwForum op vrijdag 21 februari, de dag van de professionals (zie pagina 9).

at is dus niets nieuws.

DBatibouw is DE onmisbare afspraak voor de bouw en renovatie in België. Na de schok van de pandemie was de beurs in 2024 weer een groot succes met meer dan 175.000 bezoekers, ongeveer 10% meer dan in 2023. In termen van profielen spreken we van 85% particulieren en 15% professionals.

Tijdens de persvoorstelling in december vorig jaar legde Joan Condijts, de CEO van Deficom (het koepelbedrijf van Fisa, de organisator van Batibouw) uit dat de voorverkoop beter vlotte dan in dezelfde periode van het jaar voordien. Hij hoopte op meer dan 300 exposanten, dus evenveel als tijdens de vorige editie.

De organisatoren passen hun evenement uiteraard aan de actualiteit van de sector aan. Zo staan dit jaar de nieuwe manieren van wonen in de

kijker. “Nu de beschikbare oppervlakten kleiner worden, moeten de huidige en toekomstige generaties innoveren. Batibouw volgt de trends, zoals de toenemende voorkeur voor kleinere woningen. De droom van een eigen woning blijft bestaan, maar is geëvolueerd. Als antwoord op die behoeften stellen wij innoverende oplossingen voor, zoals tiny houses en co-housing”, vertelt Joan Condijts.

iVox-enquête

Volgens een door iVox uitgevoerde enquête zeggen gemiddeld 6 op 10 Belgen dat ze de nieuwe woon- en bouwformaten kennen. Dat zijn onder meer tiny houses van minder dan 40 m² (70%); co-living, dus een kamer in een groot huis met gemeenschappelijke ruimten (67%); het containerhuis, zoals hergebruikte transportcontainers (63%); drijvende huizen of floating homes, zoals woonboten (59%); de modulaire woning, een voorgeassembleerde wooneenheid (59%); het intelligente huis of smart home vol technologie (58%). Ze zijn minder goed vertrouwd met de laatste trends, zoals het stedelijk wonen/urban living, de combinatie van een werk- en leefruimte (46%), of met de 3D-geprinte huizen (41%).

De enquête bewijst dus dat de mees-

te Belgen de nieuwe formaten kennen. Wat niet betekent dat ze er in de praktijk klaar voor zijn. Slechts 25% zou overwegen om bijvoorbeeld in een tiny house of co-housing te wonen.

Batibouw Academy

Ook interessant om te weten: de Batibouw Academy opent voor het derde opeenvolgende jaar haar deuren. Het is een openbare ruimte voor de uitwisseling van kennis tussen exposanten, experts en het grote publiek. Een nieuwigheid voor dit jaar zijn de Belgian Architectural Excellence Awards, die op donderdag 20 februari zullen worden uitgereikt tijdens een gala in samenwerking met de Orde van Architecten van België. De verzamelde fondsen zullen worden uitgekeerd aan Solidariteit Huisvesting, een in 2009 opgerichte Belgische vereniging voor de bouw van woningen voor de maatschappelijke integratie van kwetsbare mensen. Op 15 februari wordt het startschot van Batibouw gegeven. De dag na Sint Valentijn is dan ook de ideale datum om de droom van een nieuwe woning of een renovatie in vervulling te doen gaan.

INFO : www.batibouw.com

BouwForum 2025: “Bouw in beweging: Digitale innovatie”

Dit jaar vindt ons BouwForum “Bouw in beweging: Digitale innovatie” plaats op vrijdag 21 februari in Paleis 10 van Brussels Expo. Het thema van het forum is de digitale innovatie, een onderwerp dat een dagelijkse realiteit geworden is.

Vorig jaar kon je in ons forumdebat meer leren over de intenties van de verschillende politieke partijen voor onze sector in het kader van de verkiezingen. Voor de editie 2025 hebben we een voor onze sector heel belangrijk thema gekozen: de digitale innovatie. Ze maakt – of we dat willen of niet – voortaan deel uit van ons leven en ons dagelijks werk. We moeten ze dus benutten. Dat is hoe dan ook het doel dat we met de organisatie van dit evenement voor onze leden nastreven.

Zoals je weet, blijven wij bij Embuild altijd innoveren. Daarom hebben we voor een nieuwe interactieve formule gekozen. In de aanloop naar het traditionele panel van experts kan je namelijk actief deelnemen aan verscheidene workshops. In die workshops leggen we uit hoe we in het bouwbedrijf artificiële intelligentie optimaal kunnen gebruiken. Ze zijn vast en zeker de ideale gelegenheid om nuttige informatie te krijgen.

Plenaire zitting

Na dat eerste deel zal Hanne Decoutere, journaliste bij de VRT, een debat over digitale innovatie modereren met Thomas Vandenbergh (Besix), Stijn D’hoore (Furnibo), Asmae Ben Bahida (JustBimIt) en An Parewyck (Industrial Construction Services). Het debat zal worden gevolgd door een uiteenzetting door de keynote speaker van de dag: Koen De Leus, chief economist BNP Paribas Fortis.

Interesseert dit onderwerp je? Ben je er nog niet mee vertrouwd en wil je er meer

PRAKTISCHE INFORMATIE

● WANNEER?

Vrijdag 21 februari van 09.30 u tot 12.30 u (deuren open om 08.30 u).

● WAAR?

In Paleis 10 van Brussels Expo, Miramarlaan 11, 1000 Brussel.

● INFO EN INSCHRIJVINGEN: bouwforumconstruction.be

● NETWORKING:

Na het forum is er tijd om te netwerken en bieden we je een gratis walking dinner aan. De deelnemers zullen een gratis toegang voor Batibouw ontvangen.

over weten om je processen op en buiten de werf te verbeteren? Je weet wat je te doen staat.

Programma

● 8u30 - 10u15 : ontvangst.

● 9u30 – 10u of 10u20 – 10u50 : 3 workshops. Je kan kiezen tussen 3 workshops. Elke workshop wordt gegeven tijdens 2 opeenvolgende tijdslots. Zo kan je toch aan 2 van de 3 workshops deelnemen.

Workshop 1: Hoe generatieve AI het beste uit iedere medewerker haalt (Wim Van Rompuy - schrijf.be).

Workshop 2: Slimme veiligheid op de werf: ontdek de kracht van AI en virtuele avatars (Daan Van de Walle en Frederic Vermeulen - Constructiv).

Workshop 3: Artificiële intelligentie voor het bouwproces van morgen: waar staan we en waar gaan we naar toe? (Tycho De Back en Cédric Driesen - Buildwise).

● 11u15 - 12u30 : (plenaire zitting. Verwelkoming en intro door Christophe Maes (voorzitter van Embuild).

Panel over het thema van de dag. Uiteenzetting door keynote speaker Koen De Leus en slotwoord door Niko Demeester (CEO Embuild).

● 12u00 - 14u00 : networking & walking dinner.

Verplicht gebruik elektronische controlekaart

Sinds 1 januari 2025 moeten werknemers verplicht gebruik maken van de elektronische controlekaart of eC3.2 voor de tijdelijke werkloosheid.

Misschien is in uw bedrijf de overstap naar de digitale controlekaart probleemloos verlopen of wordt er nog verder gebruik gemaakt van papieren controlekaarten zolang de voorziene overgangsperiode loopt. In dit artikel zetten we nog eens alles op een rijtje over de eC3.2.

Sinds 1 september 2023 kon elke werknemer vrijwillig (mits akkoord van de werkgever) al overstappen naar de elektronische controlekaart. Vanaf dit jaar is het gebruik van de eC3.2 evenwel verplicht. De regelgeving bepaalt wel een overgangsperiode (tot 30 juni 2025) waarin zowel werkgever als werknemer nog een uitzondering kunnen vragen op het verplicht gebruik van de eC3.2. De overgangsperiode kan nog eenmaal verlengd worden tot eind 2025 door een beslissing van de RVA.

Veel voordelen, maar ook hinderpalen

De elektronische kaart biedt ongetwijfeld heel wat voordelen. Voor de werkgever valt de administratie weg van de verdeling van de papieren kaarten. De eC3.2 kan niet verloren gaan, zodat men ook geen formaliteiten meer moet vervullen voor de vervanging van een kaart. Het belangrijkste pluspunt is misschien dat er steeds wijzigingen kunnen worden aangebracht zolang de kaart niet verzonden is. Als een werknemer zich vergist bij het invullen, kan hij de situatie nog wijzigen, mits het ingeven van een toelichting waar nodig. Bij de papieren kaart was het veel minder evident om vergissingen te laten rechtzetten.

Wanneer de controlekaart op de bouwplaats wordt ingevuld kunnen er hinderpalen opduiken zoals een gebrekkige internetconnectie. Dit moet evenwel gerelativeerd worden. Zo nodig kan de werknemer op die problemen anticiperen en de kaart op voorhand invullen. Als hij op de werf vaststelt dat hij toch niet kan werken wegens het slechte weer, dan kan hij de kaart nog wijzigen mits het geven van de nodige toelichting.

De groep van werknemers die niet of moeilijk overweg kunnen met elektronische toepassingen is niet te verwaarlozen. Maar er is geen andere weg. Als de overgangsperiode verstreken is, zullen ook zij de eC3.2 moeten

gebruiken willen zij nog uitkeringen ontvangen. Als werkgever kan je hen begeleiden in de overstap of zien hoe collega’s hen daarbij kunnen helpen.

App op de smartphone of invullen via PC

Om de elektronische controlekaart te gebruiken, kan de werknemer de eC3.2-app downloaden op zijn smartphone (via Google Play of App Store). De controlekaart is ook toegankelijk via de website van de sociale zekerheid (www.socialsecurity.be) en kan dus altijd ook via de PC worden ingevuld.

Inloggen gebeurt via ItsMe, eID of een andere digitale sleutel bekomen bij CSAM. Werknemers van buitenlandse nationaliteit kunnen echter geen gebruik maken van ItsMe en moeten dus een andere methode gebruiken. Werknemers met de nationaliteit van landen aangesloten op eIDAS (Electronic Identification And Trust Services) kunnen zich aanmelden met het elektronisch identificatiemiddel uit hun land van herkomst. Dit is het geval voor de meeste ons omringende landen, met uitzondering van Frankrijk. Als er geen elektronisch identificatiemiddel erkend op Europees niveau beschikbaar is, moet de werknemer een afspraak maken met de RVA. Hij zal zich dan fysiek moeten aanmelden om een digitale sleutel te bekomen.

TIP: werknemers vinken best het onthouden van hun inloggegevens aan. Zo vermijden ze dat ze zich telkens opnieuw moeten aanmelden bij het gebruik van de eC3.2-app.

Verantwoordelijkheid

De elektronische controlekaart is een werknemerstoepassing. Dit betekent dat de verantwoordelijkheid voor het tijdig en correct invullen van de kaart volledig bij de werknemer ligt. Het betekent ook dat de werknemer zelf moeten zorgen voor een elektronisch apparaat (smartphone of PC) om de eC3.2 te kunnen invullen. De werkgever kan de werknemer wel begeleiden en coachen in de overstap naar en het gebruik van de eC3.2, maar het is niet de bedoeling (en ook wettelijk niet verplicht) om een toestel ter beschikking te stellen.

Nu de eC3.2 reglementair verplicht is, moet het gebruik ervan niet meer geregeld worden in een individuele overeenkomst, het arbeidsreglement of cao.

Invullen en versturen controlekaart

De eC3.2-app is gebruiksvriendelijk en het invullen van de controlekaart gebeurt zeer eenvoudig. Voor het invullen gelden dezelfde regels als voor de papieren kaart. De werknemer duidt voor elke dag de toepasselijke situatie aan en slaat die op. In geval van werkloosheid moet niks ingevuld worden. Als op het einde van de maand de kaart volledig is ingevuld, klikt de werknemer op controlekaart verzenden om ze op die manier aan zijn uitbetalingsinstelling te bezorgen. Hij moet zich dus niet meer verplaatsen om zijn controlekaart binnen te brengen.

Voor de arbeiders PC 124 blijft de verplichting behouden om de kaart altijd in te vullen voor de volledige maand, ook al is er geen tijdelijke werkloosheid.

We kregen veel vragen over de controle door de RVA. Elke wijziging wordt nu opgeslagen in de app en dus ook tijdstip. De RVA verzekerde ons dat het geenszins de bedoeling is om een heksenjacht te openen op toevallige vergissingen of vergetelheden die te goeder trouw door de werknemer worden begaan. De controlekaart is en blijft een instrument om fraude op te sporen. Wie systematisch in de fout gaat, riskeert natuurlijk wel daarop aangesproken te worden met mogelijks vervolging als er fraudepatronen aanwezig zouden zijn.

BELANGRIJK: de werknemer moet op de bouwplaats niet in het bezit zijn van zijn smartphone of andere toestel waarop de eC3.2 is ingevuld. De inspecteurs kunnen bij controle zelf de status van de controlekaart nagaan. De werknemer moet dus niet op zijn smartphone kunnen tonen dat zijn kaart is ingevuld.

Problemen bij het gebruik

In geval van problemen bij het aanmelden kan de werknemer zich richten tot het contactcenter van de sociale zekerheid (02/545 50 70). Heeft hij, eens aangemeld, problemen met het gebruik van de applicatie, dan is zijn uitbetalingsinstelling het eerste aanspreekpunt (contactgegevens beschikbaar in de app). Wie niet tijdig arbeid kan vermelden op de controlekaart, verwittigt de RVA hetzij telefonisch (02/515 44 44), hetzij via het contactformulier op de RVA-website. Zo is de werknemer gedekt bij eventuele controle.

" Om

de elektronische controlekaart te gebruiken, kan de werknemer de eC3.2-app downloaden op zijn smartphone (via Google Play of de App Store). "

INFO : Alle info over de eC3.2 alsook over de overgangsregeling om tijdelijk nog papieren formulieren te gebruiken, vind je op de website van de RVA: https://www.rva.be/ bladzijde/ec3.2-werknemer Of contacteer je lokale Embuild. Onze adviseurs helpen je graag verder.

Is de werkgever aansprakelijk voor de fout van zijn werknemer?

In ons nummer van december 2024-januari 2025 (p.14-15) hebben we de nieuwe ontwikkelingen van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek en hun invloed op de contractuele relaties tussen aannemers, namelijk de relatie tussen een aannemer en zijn onderaannemer, uit de doeken gedaan. We hebben ook kort verwezen naar de gevolgen voor de relatie tussen de werkgever en zijn werknemer. In dit artikel gaan we hier dieper op in.

Het is mogelijk dat een werknemer tijdens of naar aanleiding van de uitvoering van zijn werk een fout maakt die schade veroorzaakt aan de opdrachtgever (bijv. een arbeider veroorzaakt een kortsluiting en een brand op een bouwplaats) en/of aan een derde partij (bijv. tijdens een verplaatsing tussen twee bouwplaatsen verliest een arbeider de controle over de bestelwagen van de onderneming die tegen de gevel van een huis botst) enz. Elke werkgever kan namelijk op een gegeven moment geconfronteerd worden met de gevolgen van een fout begaan door een van zijn werknemers. Wie is in dat geval aansprakelijk?

Burgerlijke aansprakelijkheid als aansteller

Boek 6 behoudt de belangrijkste principes die van toepassing zijn op buitencontractuele aansprakelijkheid (schuld, schade, oorzakelijk verband tussen schuld en schade). Het behoudt ook de aansprakelijkheid van de werkgever voor de fouten van zijn werknemers bij de uitvoering van hun arbeidsovereenkomst. Artikel 6.14 bepaalt dat de aansteller, zijnde de werkgever met betrekking tot de arbeidsovereenkomst, "foutloos aansprakelijk is voor de schade veroorzaakt aan derden door zijn aangestelde (n.v.d.r. de werknemer, arbeider of bediende) tijdens en naar aanleiding van de uitoefening van zijn functie als gevolg van zijn fout of een ander tot aansprakelijkheid leidend feit". Concreet blijft de mogelijkheid bestaan om schadevergoeding te eisen van de werkgever. De werkgever (of zijn verzekeraar) moet schade vergoeden.

De aansprakelijkheid van de aansteller vereist een ondergeschiktverband, wat impliceert dat er een mogelijkheid moet zijn

om gezag en toezicht uit te oefenen op de handelingen van de werknemer, zonder dat er daadwerkelijk gezag hoeft te worden uitgeoefend op het moment van de schadeveroorzakende handeling. De fout moet gemaakt worden tijdens de werkuren (d.w.z. wanneer de werknemer ter beschikking staat van zijn werkgever). De werkgever is niet aansprakelijk voor de gevolgen van een fout die een van zijn werknemers in zijn privéleven maakt.

Aanvullende mogelijkheden voor de contractant

Boek 6 voegt de mogelijkheid toe voor de contractant van de aannemer om een directe aansprakelijkheidsvordering in te stellen tegen de foutieve werknemer (afschaffing van de quasi-immuniteit van de hulppersoon).

Boek 6 introduceert ook een samenloop van aansprakelijkheid. Concreet betekent dit dat de contractant in het kader van de uitvoering van het contract tussen de contractant en de aannemer niet langer hoeft te kiezen tussen het inroepen van een contractuele fout (slechte uitvoering van het contract) of een buitencontractuele fout (ongepast gedrag), maar dat hij beide soorten fouten tegelijkertijd kan inroepen (artikel 6.3).

Wanneer de werknemer rechtstreeks aansprakelijk wordt gesteld, kan hij tegenover de contractant van zijn werkgever de verweermiddelen inroepen die voortvloeien uit de aannemingsovereenkomst en die welke voortvloeien uit de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.

Aanvullende mogelijkheden voor de derde partij

Dit Boek 6 betreft ook de fouten die de werknemer maakt ten opzichte van derden waarmee geen contractuele relatie bestaat (bijv. de eigenaar van het huis waarvan de ge-

vel is beschadigd door de bestelwagen van de onderneming). Deze derden kunnen ook schadevergoeding eisen, maar uitsluitend op basis van de buitencontractuele fout. Er is geen samenloop van aansprakelijkheid in deze situatie. De derden kunnen zich ook rechtstreeks tot de werknemer wenden naast het inroepen van de aansprakelijkheid van de aansteller.

Wanneer de werknemer rechtstreeks aansprakelijk wordt gesteld, kan hij de verweermiddelen inroepen die voortvloeien uit de wet op de arbeidsovereenkomsten.

Beperking van de aansprakelijkheid van de werknemer

Artikel 18 van de wet op de arbeidsovereenkomsten bepaalt dat de werknemer persoonlijk aansprakelijk is voor zijn bedrog, zijn zware schuld en zijn regelmatig voorkomende lichte schuld.

Bedrog is een opzettelijke fout begaan met de wil om te schaden.

Een zware schuld is een fout die niet opzettelijk wordt begaan maar die zo grof en onvergeeflijk is dat een normaal verstandig en voorzichtig mens ze niet zou hebben begaan.

Een lichte schuld is elke fout die een normaal persoon onder normale omstandigheden begaat, met een normale frequentie. Een gewone, normaal voorzichtige en bedachtzame persoon met een vergelijkbare bekwaamheid als de betrokken werknemer zou deze wellicht ook begaan als hij zich in dezelfde omstandigheden bevond. De werknemer is alleen aansprakelijk als het om een terugkerende lichte schuld gaat. De herhaling van de fout maakt ze niet meer vergeeflijk.

Clausules in arbeidsovereenkomsten opnemen?

Artikel 6.3 van Boek 6 is geen dwingende

bepaling. Het is mogelijk om hiervan af te wijken binnen de vastgestelde grenzen. Het is raadzaam om clausules op te nemen in de aannemingsovereenkomsten. Dergelijke clausules zijn overigens ontwikkeld door het juridisch departement van onze beroepsfederatie en zijn beschikbaar via de website van Embuild (https://members.embuild.be/nl/bibliotheek/ private-opdrachten/buitencontractuele-aansprakelijkheid).

Het is echter niet nodig om clausules op te nemen in de arbeidsovereenkomsten om de volgende drie redenen:

1 Artikel 6.3 bepaalt al dat, wanneer de werknemer rechtstreeks aansprakelijk wordt gesteld, hij de clausules kan inroepen die zijn opgenomen in de aannemingsovereenkomst met de opdrachtgever;

2 Ditzelfde artikel bepaalt ook dat de werknemer in deze situatie de verweermiddelen kan inroepen die zijn voorzien door de wetgeving op de bijzondere overeenkomsten en dus de aansprakelijkheidsbeperkingen die zijn voorzien in artikel 18 van de wet op de arbeidsovereenkomsten (bedrog, zware schuld, herhaalde lichte schuld);

3 Artikel 18 van deze wet bepaalt ook dat "Op straffe van nietigheid niet mag worden afgeweken van de bij het eerste en het tweede lid vastgestelde aansprakelijkheid, tenzij en alleen wat de aansprakelijkheid tegenover de werkgever betreft, bij een door de Koning algemeen verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst.” Het is dus niet toegestaan de regels gesteld in artikel 18 te wijzigen. Een clausule in de arbeidsovereenkomst zou dus niet meer kunnen doen dan de wet te herhalen.

Zie het groot. Ook voor je spaargeld.

2,60% bruto gewaarborgd, 3 jaar lang *

*Iedere beslissing tot intekening moet gebaseerd zijn op een uitgebreid onderzoek van het EssentiëleInformatiedocument, de productfiche en de algemene voorwaarden. Je vindt deze documenten op www.federale.be/nl/nova-invest-3y-2025. Meer info op federale.be

Federale Verzekering – Stoofstraat 12 – 1000 Brussel Vereniging van Onderlinge Levensverzekeringen – RPR Brussel 0408.183.324. V.U. : Tom De Troch. www.federale.be.

Diefstallen op bouwplaatsen

Hoewel de cijfers een dalende trend laten zien tussen 2022 en 2023 (n.v.d.r.: de cijfers van 2024 zijn nog niet beschikbaar), blijven diefstallen op bouwplaatsen een probleem voor onze sector. Volgens de laatste enquête van Embuild uit 2024, is 52% van de bouw- en installatiebedrijven de afgelopen twaalf maanden slachtoffer geworden van een diefstal op de bouwplaats. In dit dossier geeft de politie maatregelen en enkele adviezen om jouw bouwplaats te beveiligen. Een van onze leden deelt ook zijn ervaringen met dit probleem. Tot slot zijn er diverse uitrustingen beschikbaar om jou tegen deze plaag te beschermen. We presenteren ze aan jou.

"Er moet een budget worden uitgetrokken voor de beveiliging van bouwplaatsen"

Volgens het laatste onderzoek van Embuild, uitgevoerd in 2024, is 52% van de bouw- en installatiebedrijven het afgelopen jaar slachtoffer geweest van diefstal op de bouwplaats. In 39% van de gevallen werden de bedrijven zelfs geconfronteerd met meerdere diefstallen. Om ons te vertellen over deze plaag die onze sector treft, hebben we Marc De Vijlder, Eerste Inspecteur, en Eddy Mauzen bijeengebracht. Beiden zijn diefstalpreventieadviseurs bij de politiezone Brussel-Hoofdstad Elsene.

In hun respectieve carrières hebben deze twee leden van de Brusselse politie vaak dossiers behandeld van diefstallen op bouwplaatsen in de hoofdstad. Hun expertise op dit gebied en hun adviezen zijn dus zeer interessant voor onze bouwbedrijven, ongeacht waar hun activiteiten zich bevinden. Over dit probleem trekt Eddy Mauzen de volgende eerste conclusie. "Met de stijging van de materiaalprijzen hebben bedrijven geprobeerd te besparen op andere posten, met name de beveiliging van bouwplaatsen", benadrukt hij. "Wanneer ik met werfleiders praat die voor een of andere overheidsinstantie werken, antwoorden de meesten dat er geen budget is uitgetrokken voor de beveiliging van de werken. Dat is betreurenswaardig. Ik denk dat de partijen rond de tafel moeten gaan zitten en een budget moeten uittrekken voor de beveiliging van het bouwterrein. Waarom het niet opnemen in het bestek? Een diefstal voor een aannemer is een zuivere verliespost, vooral voor een kleine KMO!", benadrukt hij.

Volgens Eddy Mauzen staan gereedschappen op de eerste plaats van gestolen goederen, gevolgd door bouwmaterialen en accessoires. Dit wordt ook bevestigd door ons onderzoek (zie kader).

Vier soorten maatregelen

Om bouwplaatsen te helpen beschermen, beveelt deze politiezone aan dat aannemers vier soorten maatregelen nemen. De eerste zijn organisatorische maatregelen. "De werfleider moet zijn personeel bewust maken van het diefstalrisico en hen wijzen op hun verantwoordelijkheden voor diefstalpreventie. Dat is gezond verstand, maar daar wordt niet altijd op ingezet. Het ophangen van instructies kan nuttig zijn. Hij moet ook zorgen voor een veilige en georganiseerde bouwplaats en een volledige inventaris maken van zijn gereedschap aan het begin en einde van de dag en identificatienummers aanbrengen. Wat leveringen betreft, vermijd te vroege leveringen die te lang worden opgeslagen", benadrukt Eddy Mauzen.

Vervolgens komen de mechanische maatregelen, die betrekking hebben op het afsluiten van de bouwplaats. "Omhein de bouwplaats met hekken die aan elkaar zijn bevestigd en ondoorzichtige dekzeilen om nieuwsgierige blikken buiten te houden. Sluit containers goed af en leg gereedschap dat op de locatie moet blijven in afgesloten kisten en bewaar ze op een veilige plaats. Gebruik kwalitatieve hangsloten en zaagbestendige kettingen en antidiefstalwielklemmen voor uw voertuigen."

" De werfleider moet zijn personeel bewust maken van diefstalpreventie en wijzen op hun verantwoordelijkheden voor diefstalpreventie. Dat is gezond verstand, maar het wordt niet altijd ingezet."

WAT TE ONTHOUDEN VAN HET ONDERZOEK?

In ons nummer van april 2024 publiceerden we een artikel over ons onderzoek naar diefstallen. Naast de cijfers die in de inleiding van het hoofdartikel worden genoemd, geven we hier enkele opvallende resultaten mee.

Het zijn vooral de kleine gereedschappen en machines (boormachines, zagen of hamers) die worden gestolen (44%), gevolgd door bouwmaterialen (30%) en grote gereedschappen en machines, zoals betonmolens en pleistermachines (10%). Bouwplaatsmachines (3%), zoals generatoren en compressoren, en voertuigen (1%) worden zelden gestolen.

Wat betreft de maatregelen, plaatst 49% altijd een omheining rond de

bouwplaats, plaatst 43% soms camera's op de bouwplaats, verlicht 42% soms de bouwplaats 's nachts, gebruikt 21% soms een bewegingsdetectiesysteem en doet 15% soms een beroep op een bewakingsbedrijf.

Wat betreft tracering, gebeurt dit in de meeste gevallen alleen voor voertuigen (58%), maar veel minder voor bouwplaatsmachines (43%), grote machines (36%) en kleine machines (26%).

De enquête heeft ook aangetoond dat 34% van de slachtoffers van de diefstal van materialen deze diefstal niet aangeven en dat 29% geen klacht indienen bij de diefstal van klein gereedschap en van kleine machines.

Technologie

Technologie kan ook helpen beschermen tegen diefstal en inbraak. Het valt onder elektronische maatregelen. "Er zijn veel hulpmiddelen op dit gebied: intensieve verlichting, alarmsystemen, camera's, bewegings-, geluids- en branddetectoren... die zijn aangesloten op een alarm- of bewakingscentrale die 24/7 kan reageren en op afstand kan communiceren om de dieven aan te spreken. Wist je dat in Nederland bijna 90% van de diefstallen eindigt op het moment dat men de daders aanspreekt, die zich dan realiseren dat ze betrapt zijn", legt Marc De Vijlder uit. De wet is heel duidelijk in geval van een alarmsignaal. "Er moet altijd een bevestiging zijn! Ofwel fysiek, ofwel door een derde persoon, ofwel door een of andere technologie, om de politie naar een bouwplaats te laten komen", waarschuwt hij.

Deze Brusselse politieagent beveelt aannemers aan om hierin te investeren. "Een cameratoren kost ongeveer 10.000 euro/ jaar. Ik hoor dat er geen budget is voorzien. Maar wat is 10.000 euro in een bouwproject tegenwoordig? De aannemer kan dit opnemen in zijn beroepskosten en aftrekken. Weet je, een hoogwaardige drilboor kan oplopen tot enkele duizenden euro's. Dan is de berekening snel gemaakt."

Hoe zit het met tracering, vaak track and trace genoemd? "Het is altijd nuttig voor grote machines. Ook voor gereedschap, maar het is moeilijker om deze diefstallen op te sporen. Het kan naar rommelmarkten gaan, naar het buitenland...", benadrukt hij.

Toegang tot de bouwplaats

De Eerste Inspecteur Diefstalpreventie bij de politiezone Brussel-Hoofdstad Elsene benadrukt ook het belang van het beheer van de

toegang tot de bouwplaats. "Het controleren van in- en uitgangen is niet altijd eenvoudig. Een bouwplaats is een echte mierenhoop. Wie is aanwezig en wie niet? Moeilijk te zeggen, vooral op grote bouwplaatsen met veel onderaanneming. Een onbekende die laarzen en een hesje aantrekt, heeft zijn slag snel geslagen. We zien steeds meer bouwplaatsen uitgerust met een draaipoort met een scan om binnen te komen. Het is niet alleen interessant voor de personeelscontrole, maar ook voor de veiligheid."

Ten slotte zijn er de signalisatiemaatregelen. "Plaats jouw container aan de voorkant, in het zicht van iedereen, en niet aan de achterkant van de bouwplaats in een verborgen hoek. Waarom til je die container 's nachts niet op met een kraan, als dat mogelijk is? Het stimuleert de sociale controle. Meld ons de misdrijven en geef gedetailleerd aan welk materiaal is gestolen. Ten slotte is de politie

" Ik hoor dat er geen budget is voorzien. Maar wat is 10.000 euro in een bouwproject tegenwoordig? "

DE NATIONALE EN GEWESTELIJKE STATISTIEKEN

De federale politie heeft ons de cijfers van diefstallen op bouwplaatsen meegedeeld. De definitie die in deze rapporten wordt gebruikt voor 'diefstal op bouwplaatsen' is als volgt: bouwvoertuigen (kranen, bulldozers...), bouwplaatsspecifieke objecten (materialen, grondstoffen...) en andere objecten (zoals persoonlijke bezittingen van arbeiders die zich in de bouwkeet bevinden).

Deze statistieken zijn gebaseerd op het aantal geregistreerde processenverbaal in de Algemene Nationale Gegevensbank (ANG) door de lokale en federale politiediensten. Voor een volledig jaar zijn de cijfers van 2024 nog niet beschikbaar. De politie heeft ons uitgelegd dat deze cijfers met een aanzienlijke vertraging worden geactualiseerd om ervoor te zorgen dat ze volledig zijn. We kunnen dus de cijfers van 2023 bespreken.

Op nationaal niveau werden in 2023 2499 feiten geregistreerd, tegenover 2789 in 2022, wat een daling van 10,4% betekent. Wat Wallonië betreft, werden in 2023 806 feiten geregistreerd, tegenover 1004 in 2022; een daling van 19,7%. Voor Brussel waren er 266 feiten in 2023, tegenover 305 in 2022, wat een daling van 12,8% betekent, en ten slotte in Vlaanderen waren er 1427 diefstallen in 2023, tegenover 1480 in 2022, wat een daling van 3,6% betekent.

Geef diefstal geen kans dankzij de TowerEye bewakingstoren van Citymesh!

• Cameradetectie en alarm

• Verlichting

• Live beelden raadplegen

• A.I. video analyse

• 24/7 meldkamer

Mail naar towereye@citymesh.com en wij zorgen voor een oplossing op maat van jouw project!

altijd beschikbaar om toezicht te houden, op verzoek. Je kunt ook een beroep doen op de diensten van een bewakingsbedrijf", zegt Eddy Mauzen.

Je begrijpt het door, om dit fenomeen tegen te gaan, bestaan er oplossingen. "Diefstallen hebben altijd bestaan en zullen altijd blijven bestaan. Maar veiligheid is de zaak van iedereen en als iedereen een kleine inspanning levert, kunnen we tegen dit fenomeen optreden", benadrukt Marc De Vijlder. "En

www.citymesh.com/towereye

dat begint met een goede organisatie van de bouwplaats vanaf het begin", besluit Eddy Mauzen.

Weet ten slotte dat de FOD Binnenlandse Zaken Veiligheid en Preventie al bewustmakingscampagnes over dit onderwerp heeft georganiseerd, in samenwerking met de federale politie en onze federatie.

“Dit

is een realiteit die vrijwel alle ondernemingen van de sector raakt”

Eind vorig jaar meldde de pers verscheidene diefstallen op werven in de Luikse regio. Ons lid HPS Construct, dat in Verlaine gevestigd is, bevestigt die trend. We praten met Nicolas Snoeck, bestuurder van HPS Construct, over dit probleem waarmee jammer genoeg veel bouw- en installatiebedrijven te maken krijgen.

Volgens de laatste enquête van Embuild in 2024 werd 52% van de bouw- en installatiebedrijven het slachtoffer van werfdiefstallen en werd 39% zelfs herhaaldelijk bestolen. Dat is opvallend.

Die cijfers verbazen me niet. Ze bevestigen trouwens de vele diefstallen die men eind 2024 in de regio heeft vastgesteld (nvdr.: het interview vond op 18 december plaats). In de afgelopen maanden is het aantal diefstallen, ook bij particulieren, over het algemeen in stijgende lijn gegaan. Wij werden in 2024 het slachtoffer van twee grote diefstallen van gereedschap, de ene keer uit een bestelwagen, de andere uit een container. Dit is een realiteit die vrijwel alle ondernemingen van de sector raakt.

U hebt het over gereedschap. Dat blijkt ook uit onze enquête. In 44% van de gevallen werden vooral kleine gereedschappen en kleine machines gestolen.

Die zijn erg in trek en ook het gemakkelijkst te stelen. Uit een vrachtwagen in een stadscentrum kunnen overdag gereedschappen worden gestolen. De dieven schrikken er niet voor terug om een bestelwagen open te breken terwijl de arbeiders bijvoorbeeld een pauze nemen in een werfkeet. Anderzijds

wordt duurder en groter werfmaterieel vaker ’s nachts gestolen, buiten de werkuren.

Volgens wat ik hoor, gaan de dieven het vaakst met gereedschap zoals boor- of schroefmachines aan de haal. Daarna hebben ze een voorkeur voor materialen die gemakkelijk te verkopen zijn, zoals elektrische of koperen kabels. En ten slotte zijn er de zware en erg kostbare werfmachines, die moeilijk te vervoeren zijn. Bouwmaterialen zoals pallets met cement zullen ook wel worden gestolen, maar dat is bij ons nog nooit gebeurd.

Dient u altijd klacht in bij de politie?

Ja, dat vinden we noodzakelijk. Maar we moeten ook erkennen dat we nog nooit gestolen gereedschap hebben teruggekregen.

Hoe gaat u dit verschijnsel tegen?

Ten eerste met een strenge organisatie. De eerste reflex, nog voor elke investering, die we onze arbeiders moeten bijbrengen, is dat op het eind van de dag niets op de werf mag achterblijven. Daar letten we heel stipt op en dat herhalen we altijd aan ons personeel. We moeten hun dat inprenten, want het is belangrijk. Om het risico op diefstal te beperken, vermijden we een langdurige opslag van materialen en materieel op de werf en plannen we waardevolle leveringen. De werven zijn vaak slecht beveiligd en als er lange tijd materiaal aanwezig is, trekt dat

Ons lid was het slachtoffer van de diefstal van een container, spijtig genoeg een klassieker onder de werfdiefstallen.

"

De eerste reflex, nog voor elke investering, die wij onze arbeiders moeten bijbrengen, is dat op het eind van de dag niets op de werf mag achterblijven."

de aandacht van de dieven. Het plannen van de leveringen net voor ze worden gebruikt, vermindert de duur van de blootstelling van uitrusting die kostbaar of erg in trek is, zodat een diefstal minder waarschijnlijk is.

Ten tweede, de identificatie van het materieel. We hebben een systeem voor de markering met ons bedrijfslogo van al ons gereedschap en onze machines ingevoerd. We nummeren ook ons gereedschap en onze laders per bestelwagen. We weten dus precies welk gereedschap naar welke bestelwagen gaat.

Ten slotte, de ingebouwde technologie. We hebben onze voertuigen, bestelwagens, stroomaggregaten en grote uitrusting van een GPS-trackingsysteem voorzien. Dat kost geld, maar we vinden het nodig, want het heeft een dubbel nut: de lokalisatie na een diefstal en het interne beheer.

Geen camerasystemen?

Wij zijn een bescheiden kmo, ingedeeld in categorie 4 voor de overheidsopdrachten, met een team van ongeveer twintig mensen. Onze werven zijn niet erg groot en duren gemiddeld tussen 1,5 en 2 jaar. De investering in een systeem voor videobewaking is duur: ongeveer 10.000 euro per jaar, dus 20.000 euro voor de duur van een typisch project. Door die uitgave op de klant te verhalen, zouden we benadeeld zijn tegenover concurrenten die deze keuze niet zouden maken. Maar als het nodig zou blijken, is het mogelijk dat we die optie in de toekomst toch zullen overwegen.

Vindt u het opleggen in het bestek van een systeem voor de bewaking van de werf een goed idee?

Voor de overheidsopdrachten is dat een mogelijkheid, op voorwaarde dat de kosten

correct tussen de aannemer en de opdrachtgever worden verdeeld. Anderzijds lijkt het voor de privésector veel moeilijker toe te passen, want iedereen pakt de beveiliging op zijn eigen manier aan.

Hebt u een idee van het profiel van de daders?

In veel gevallen lijken de diefstallen het werk van mensen die de site en de uitrusting goed kennen. Dat blijkt uit hun vertrouwdheid met de uren en de plaats van het materieel. Maar het is heel moeilijk om een dader te identificeren of te beschuldigen. We hebben een diefstal vastgesteld kort na het vertrek van een medewerker. Maar dat was een uitzondering.

Denkt u dat er voldoende verzekeringen bestaan om u te beschermen?

Ja, afhankelijk van ons budget, want de kosten kunnen snel hoog oplopen. We hebben twee soorten verzekeringen: de ene voor de dekking van het kleine gereedschap en de andere voor bepaalde specifieke machines die we op onze werven gebruiken.

Praat u over dit thema wanneer u collega’s ontmoet?

Vast en zeker. Onder aannemers praten we vaak over onze problemen. Uitwisselingen met de collega’s om te weten hoe zij die uitdagingen aanpakken, zijn altijd verrijkend. Embuild is een ideale federatie voor dat soort gesprekken. De meeste mensen met wie ik praat, hebben in de afgelopen maanden ook een duidelijke toename van de diefstallen vastgesteld. Toch is diefstal altijd een realiteit voor onze sector geweest, een probleem dat jammer genoeg nooit zal weggaan.

Hebt u tot slot nog een goede raad?

Wees alert, sensibiliseer je personeel en organiseer je efficiënt! Ik kan iedereen die het nog niet heeft gedaan stellig aanbevelen om te investeren in systemen voor de tracking en markering van het materieel. Dat zijn goede en betaalbare oplossingen. De technologie evolueert trouwens snel en is steeds vaker in het gereedschap ingebouwd. Sommige merken bieden al gereedschap met GPS aan, een trend die in de komende jaren algemeen zou moeten worden.

Toegangscontrole wint aan belang

Nick Vandenbroucke is zaakvoerder van het bedrijf NAN Technics. NAN staat voor New Access Network. Het bedrijf is gespecialiseerd in de elektromechanische aspecten van de toegang tot gebouwen en terreinen: van slagbomen, draaitrommels en speedgates tot het verzorgen van de toegangscontrole. NAN Technics installeert niet alleen maar staat ook in voor interventies bij defecten en voor het onderhoud van de installaties.

NAN Technics legt zich al sinds 2001 toe op alles wat te maken heeft met de toegang tot gebouwen en terreinen. Nick Vandenbroucke: “Ik werkte reeds als jobstudent bij een bedrijf dat in de sector van de fysieke afsluitingen actief was. Toen dat bedrijf failliet ging, heb ik zelf op 21-jarige leeftijd mijn bedrijf opgestart. Wij bestaan dus bijna 25 jaar en werken intussen met een 10-tal elektriciens en elektromecaniciens. Die ressorteren trouwens onder het paritair comité van de elektriciens. Met de recente naamsverandering van BAM naar NAN Technics hebben wij ons gamma nog gevoelig uitgebreid.”

Nick Vandenbroucke is ervan overtuigd dat zijn sector nog heel wat toekomstmogelijkheden biedt. Sinds een 7-tal jaar beschikt het bedrijf over een vestiging in Bellegem met een uitgebreide showroom en in 2020 heeft Nick, in het midden van de coronacrisis, een tweede vestiging geopend in Kallo. Omdat zijn bedrijf een elektrotechnisch bedrijf is, behoorde het toen tot de essentiële beroepen en kon het open blijven.

Expertise in toegangscontrole

NAN Technics is dé expert in de plaatsing van slagbomen, speedgates, draaitrommels en toegangscontrole, poorten en draaipoorten en is actief in België, Nederland en Frankrijk. De actieradius blijft daartoe beperkt omdat de interventietijd bij elektromechanische defecten zo kort mogelijk moet zijn.

Het bedrijf werkt voor zeer diverse klanten: voor de zware industrie (zoals Arcelor-

Mittal) en de voedingsnijverheid (zoals Alpro) maar ook voor steden, gemeenten en intercommunales, voor exploitanten van betaalparkeerterreinen en luchthavens, voor ziekenhuizen en voor recreatieparken (zoals Plopsaland). Hun noden kunnen eveneens zeer divers zijn. De toegangscontrole bij een voedingsbedrijf verloopt nu eenmaal anders dan bijvoorbeeld bij een zandwinning.

Toegangsinfrastructuur voor bouwplaatsen

Daarnaast werkt NAN Technics ook voor aannemers: niet alleen voor de afsluiting van bouwplaatsen maar bijvoorbeeld ook voor de uiteindelijke toegangsregeling op de terreinen die wegenbouwers hebben aangelegd.

Nick Vandenbroucke: “Zo werden wij ingeschakeld bij de realisatie van de Oosterweelverbinding om de toegangen tot de bouwplaatsen van slagbomen te voorzien met zowel vaste als mobiele opstellingen. Wij kunnen onze installaties verkopen (meestal bij grotere projecten) of verhuren (vaker bij kleinere werken) en kunnen met onze specifieke elektriciteitsknowhow ook het onderhoud van die installaties voor onze rekening nemen.

Bij grotere werken wordt het de gewoonte om wie betrokken is bij de werfvoorbereiding, -leiding en -opvolging onder te brengen in mobiele kantoorunits op de werven in plaats in de hoofdkantoren van de bouwfirma. NAN Technics werkt dan als onderaannemer voor de aannemers die zo’n ‘werfdorpen’ aanleggen, om de toegangscontrole daarvoor op punt te stellen door middel van slagbomen en draaitrommels.”

"

Dankzij speedgates vermindert het risico dat onbevoegde personen mee kunnen binnenglippen. "

De speedgate, ook ‘snelvouwpoort’ genoemd, is ideaal voor doorgangen met hogere veiligheidseisen. Op de foto een speedgate voor de luchthaven van Zaventem.

Toenemende vraag naar speedgates

Voor de toegang van terreinen worden steeds meer speedgates verkocht. De speedgate wordt ook ‘snelvouwpoort’ genoemd en is ideaal voor doorgangen met hogere veiligheidseisen. Denk daarbij bijvoorbeeld aan de beveiliging van sites met duurdere producten of veiligheidsgevoelige zaken, zoals sites van farmaceutische bedrijven en militaire sites. Speedgates openen en sluiten zo snel als een slagboom. De personen die bevoegd zijn om op het terrein of op de bouwplaats binnen te rijden, moeten daardoor minder lang wachten. Tegelijk vermindert het risico dat onbevoegde personen mee kunnen binnenglippen. Bovendien zijn speedgates even veilig als poorten en vormen ook zij een betrouwbare afbakening voor elk terrein. De speedgates kan NAN Technics vast installeren maar zij zijn ook verplaatsbaar en kunnen dus bij een mobiele bouwplaats mee evolueren.

Extra nood aan toegangscontrole

In het algemeen is de nood aan afsluitingen en toegangscontroles de laatste jaren sterk toegenomen. Nick Vandenbroucke: “Door de coronacrisis is er al een sterke nood gegroeid om mensen gecontroleerd binnen en buiten te loodsen. Vervolgens zien wij dat de toegang tot de recyclageparken bijvoorbeeld werd aangepast met weegbruggen en digitale identiteitscontrole. Door de toevloed van transmigranten naar het Verenigd Koninkrijk moesten haven- en parkeerterreinen extra worden beveiligd.”

Specifiek voor de bouw is een goede elektromechanische afsluiting van de bouwplaatsen belangrijk om de toegang beter te kunnen controleren en om te voorkomen dat onbevoegden, zoals dieven, gemakkelijk de bouwplaats kunnen betreden.

Extra toegangscontrole op bouwplaatsen

Nick Vandenbroucke: “Camera’s zijn vooral geschikt om diefstallen te registreren en eventueel alarm te slaan en af te schrikken. Maar dan bevindt de dief zich al op de bouwplaats. Het blijft belangrijk om eerst te verhinderen dat dieven op de bouwplaatsen kunnen komen. En daarvoor dienen dus hekken, slagbomen, draaitrommels en speedgates. Hekken plaatsen wij niet. Maar de overige zaken wel. Er zijn trouwens nog andere redenen dan veiligheidsredenen om bouwplaatsen goed af te sluiten, onder meer in het kader van de verplichtingen voor checkinatwork. Daarvoor is het belangrijk de aanwezigheid van eigen werknemers en van onderaannemers goed te controleren. Een sluitende toegangscontrole is daarbij cruciaal. Daarnaast wordt het almaar belangrijker om de aan- en afvoer van gronden grondig te controleren. Denk maar aan de problematiek van met PFAS verontreinigde gronden. Vandaar dat nu bij heel wat infrastructuurwerken weegbruggen met slagbomen staan. Op de bouwplaatsen gaan aannemers ook hun afvalcontainers steeds meer gecontroleerd afsluiten, met name om sluitstorten door de buurtbewoners te voorkomen.”

Masten met slimme camera’s zorgen voor efficiëntere beveiliging

“Om een bouwplaats goed te beveiligen moet een bouwbedrijf drie soorten van maatregelen nemen: organisatorische, mechanische en technische. Zorgen voor een opgeruimde bouwplaats is een van de mogelijke organisatorische maatregelen. Een chaotische bouwplaats nodigt eerder uit tot diefstal dan een nette bouwplaats. Op mechanisch vlak komt het er vooral op aan al de hekken goed te sluiten tot slot van de werkdag. Op technisch vlak kan het bedrijf deze beveiliging aanvullen met technische tools zoals cameramasten die gekoppeld zijn aan een meldkamer.”, aldus Patrick Dieleman van BPI Security. En juist daarin is BPI Security gespecialiseerd.

BPI Security maakt deel uit van BPI Service. BPI Service kan een totaaloplossing voor alle werfinrichting bieden: van tijdelijke kantoorunits, toilet- en douchecontainers tot stroom- en watervoorziening. Business manager Patrick Dieleman is verantwoordelijk voor de afdeling BPI Security. BPI Security beschikt over een uitgebreid gamma van beveiligingsmateriaal en biedt onder meer werfhekken, schuifpoorten, mobiele tourniquets, slagbomen en lichtmasten aan.

Patrick Dieleman: “Ongeveer 80% van de sites die wij beveiligen, zijn bouwplaatsen. Bouwbedrijven maken voor de beveiliging van hun bouwplaatsen nu vooral gebruik van onze cameramasten. Vooral grotere firma’s plaatsen vaker zelf hun hekken. Tien jaar geleden kwamen cameramasten amper op de bouwplaatsen voor. Maar alleen al op de Belgische bouwplaatsen staan nu zeker zo’n 3.500 masten. Per jaar wordt nu voor ongeveer 80 miljoen euro gestolen op de Belgische bouwplaatsen. Maar dat cijfer geeft maar een deel van de kosten weer. Daarnaast moet je rekening houden met de kosten omwille van de stilstand van de werken door diefstal van toestellen en kabels”.

Innovatieve cameramast

BPI Security heeft voor de beveiliging van de bouwplaatsen een innovatieve cameramast ontwikkeld, de BPEye. Deze mast is uitgerust

met twee camera’s met elk een hoek van 100°. Bovendien is de mast voorzien van intelligente software.

Patrick Dieleman: “Zodra een dief op de bouwplaats rondloopt, gaat een signaal naar een permanent bemande meldkamer. Simultaan activeert het software-systeem een sirene die 95 decibel produceert. De operator van de meldkamer analyseert de beelden en verwittigt, indien nodig, de politie. De camera’s werken op basis van artificiële intelligentie. Zij kunnen personen en voertuigen herkennen en reageren dus niet als zij bijvoorbeeld katten

of bladeren van bomen in het vizier krijgen. Valse meldingen worden daardoor volledig uitgesloten. BPI Service is trouwens erkend door de Federale Overheidsdienst van Binnenlandse Zaken. En via een smartphone-app kan de aannemer het alarmsysteem beheren en livebeelden monitoren.”

Permanente werking

Voor de werking van de camera’s is het niet nodig te bouwplaats te verlichten. Zij werken ook verder als vandalen de stroom afsluiten dankzij een back-upbatterij die 72 uur (een weekend plus één dag) autonoom blijft functioneren. BPI Security beschikt nu ook over de variant BPEye Solar. Die werkt voor 100% autonoom op basis van drie uitklapbare zonnepanelen en is daardoor CO2-neutraal.

Patrick Dieleman: “Wij hechten veel belang aan het voorafgaandelijke werfbezoek en gesprek met de aannemers die op ons een beroep doen, met name om de exacte positie van de mast(en) te bepalen. Stel dat een bouwproject uit verschillende fasen bestaat of zich gaandeweg verplaatst, zoals bij infrastructuurwerken vaker gebeurt. Dan gaan wij gaandeweg de plaatsing van de masten herzien, in overleg met de aannemer. Op die manier verwijden wij een ‘overkill’ van geplaatste camera’s. De (ver)plaatsing van de masten kan op één dag gebeuren.”

OBSERVATION MONITORING

DETECTION

Voordelen van de mobiele cameramasten van BPI Security:

- Smartphone app -> live view, aanpassen alarmschema, ontvangen detectieclips

- 2 HD-camera’s per cameramast-> 200 graden detectie

- Back-up batterij -> >3 dagen autonomie bij eventuele stroomonderbreking

- Artificial Intelligence detectiesysteem -> Geen valse meldingen.

- Meldkamerdiensten -> Heldere communicatie

- Full Service - Etc.

Een vrijblijvend beveiligingsadvies en/ of offerte?

+32 3 254 15 19 of info@bpisecurity.be www.bpisecurity.be

RECOGNITION

Inspirerende voorbeelden voor energietransitie en veiligheid

Ongeveer een kwart van de bouwgerelateerde projecten bij de subsidiedossiers van VLAIO (Vlaams Agentschap Innoveren en Ondernemen) heeft een digitale component. De voorbeelden in dit tweede artikel over digitale innovaties in de bouw tonen aan hoe digitalisering een noodzakelijke bijdrage levert aan de energietransitie en aan de veiligheid binnen gebouwen.

Startup GRNRG (https://grnrg. eu) van Hans Cornelis biedt een energiemanagementsysteem voor particuliere woningen en kmo’s dat, merkonafhankelijk, de in-house efficiëntie maximaliseert voor de eindgebruiker. GRNRG stuurt via zelflerende algoritmes thuisbatterijen, autoladers en warmtepompen aan om de eindfactuur voor de consument maximaal te verlagen en de impact op de energie-infrastructuur te minimaliseren. De uniciteit van het systeem zit in de unieke samenwerking tussen alle toestellen .

Slim aansturen van gebouwen

Eniris (https://eniris.io) biedt hardware- en softwareoplossingen aan voor het monitoren en slim aansturen van gebouwen, zonnepanelen, energie-opslag, EV laadpalen en warmtepompen, afgestemd op de energieprijzen, met ‘loadbalancing’ en ‘peakshaving’. Hiermee willen ze de impact van energiegebruik op het klimaat en de portemonnee van hun klanten minimaliseren. Aan de basis van dit alles ligt hun in-house ontwikkelde controller, de SmartgridOne. Deze hardware fungeert als een persoonlijke energiemanager voor je bedrijf of woning en maakt real-time aanpassingen op basis van zonne-energie. Het businessmodel is gebaseerd op een samenwerking met partners die de controller installeren bij de eindgebruiker. Eniris is gestart met innovatieve starterssteun en maakt nu stappen richting scale-up met de schaalklaar subsidie.

De startup NOX Energy (https://nox.energy)

zorgt op een andere manier dat haar gebruikers geld verdienen met energiemanagement. Ze ontwikkelt met innovatieve starterssteun van VLAIO een systeem voor warmtepompen, gericht op deelname aan reservemarkten van Elia. Het toenemende gebruik van wind- en zonne-energie heeft geleid tot een grotere variabiliteit en onvoorspelbaarheid in het elektriciteitsnetwerk. Het platform van NOX Energy stelt residentiële en commerciële warmtepompeigenaren in staat om extra inkomsten te genereren door hun vermogen te bundelen en ter beschikking te stellen op het moment dat er te weinig elektriciteit geleverd wordt op het net.

Flexibel inspelen op zon- en windenergie

Lifepowr (https://lifepowr.io) heeft reeds een licentie om rechtstreeks flexibiliteitsdiensten aan de Belgische netwerkbeheerder Elia aan te bieden. Hun systeem FlexiO biedt een slimme sturing van zonne-energie, batterij en laadpalen zodat het totale systeem energie op het juiste moment afneemt en op andere momenten injecteert zonder je dagelijkse routine te verstoren. Zij hebben VLAIO-steun gekregen in de vorm van onder andere een ontwikkelingsproject en een kmo-groeisubsidie.

Thermovault (www.thermovault.com) biedt volautomatische energiebesparing voor residentiële verwarmingsapparatuur en levert flexibiliteit aan hoogspanningsbeheerders in meerdere landen. ThermoVault heeft onder andere meegewerkt aan een door VLAIO gesubsidieerd coöperatief onderzoeksproject. Door middel van een soft- en hardware (I.o.T.)

systeem optimaliseert hun controller bestaande ruimte- en waterverwarmers. Zo worden deze apparaten omgevormd tot energiebesparende opslagsystemen, die een grotere capaciteit bieden dan thuisbatterijen, tegen lagere kosten, waarbij ze tegelijkertijd de stabiliteit van het elektriciteitsnet ondersteunen.

Slimme branddetectie

Ook bij branddetectie binnen gebouwen komen digitalisatie en artificiële intelligentie kijken. Araani (www.araani.com) is gespecialiseerd in videoanalyse voor brandveiligheidstoepassingen. Hierbij worden camera’s ingezet met intelligente software die de omgeving voortdurend afspeurt op tekenen van rook en/of vlammen. De slimme videoanalyses van Araani maken het mogelijk om rook, vlammen, hitte, temperatuuranomaliën en andere gevaren in kritieke omgevingen in een zeer vroeg stadium te detecteren.

In gevallen waarin traditionele detectietechnologieën falen, zijn de videoanalyses van Araani een betrouwbare, feilloze oplossing om

mensen, infrastructuur en processen te beschermen. De gecertifieerde producten koppelen rechtstreeks met bestaande brandcentrales. Het digitale aspect van de netwerkcamera's laat bovendien communicatie toe met Video en Building Management Systemen waardoor onmiddellijk visuele verificatie en exacte lokalisatie mogelijk is.

Infrastructure as a service

Smarteye (www.smarteye.eu) biedt dan weer ‘infrastructure as a service’ voor verhuurders en syndici aan voor projecten vanaf 8 aansluitingen in hetzelfde gebouw. Daarmee ontzorgen ze hun klanten voor de volledige infrastructuur: ontwerp en coördinatie, configuratie, installatie en beheer. Ze houden daarbij rekening met de integratie van smart building systemen zoals toegangscontrole, camerabewaking, domotica, gebouwbeheersysteem en andere IoT sensoren die kunnen worden aangesloten.

Een andere pionier op het gebied van energiemanagement is Scoptvision (https://scoptvision.com) van Lars Cappelle en Kristof Borgions. Deze startup helpt de aanbieders van thuislaadpalen hun eigen ‘slim laden app’ op de markt te brengen. Hun software zorgt ervoor dat eindgebruikers besparen tijdens elke laadsessie en zelfs vergoedingen ontvangen wanneer de laadpaal wordt in- of uitgeschakeld om ons elektriciteitsnet te balanceren. Zij bieden een schaalbare en goedkope oplossing omdat ze een open laadpaalprotocol gebruiken (via de cloud). Daardoor is ook geen installatiekost nodig.

Dyamand is een spin-off van imec en de Universiteit Gent die zich richt op het mogelijk maken van gegevensuitwisseling tussen fysieke apparatuur en applicaties op een dynamische en leveranciersonafhankelijke manier.

Ze hebben met eSave een draadloze slimme radiatoroplossing ontwikkeld die warmteverspilling elimineert (wanneer een raam openstaat en de radiator werkt) en die een realtime warmtebalans mogelijk maakt, zodat elke kamer het thermische comfortniveau van elke gebruiker in de best mogelijke tijd kan bereiken. Hun technologie maakt gebruik van AI-gestuurde systemen om realtime inzichten, geautomatiseerde aanpassingen en aangepaste controle van thermisch energieverbruik te bieden, waardoor vastgoedbeheerders de operationele kosten kunnen verlagen en tegelijkertijd het comfort van huurders kunnen verbeteren.

Bouwen met een lagere milieu-impact

Er is een grote rol weggelegd voor onze gebouwen als het gaat over het reduceren van de wereldwijde koolstofemissies. Zo is gemiddeld 45-50% van de milieu-impact te wijten aan de ingebedde impact, i.e. de impact gerelateerd aan de gebruikte materialen1. Het lopend COOCK+ project Milieu-Impact als Motor voor duurzame Innovatie bij Bouwbedrijven (MI²B) waaraan Buildwise, UGent en Embuild Vlaanderen werken, heeft als doel om bouwbedrijven inzichten te geven over hoe ze de milieuimpact van gebouwen kunnen reduceren.

De eerste resultaten tonen dat het maken van de juiste materiaalkeuzes reeds voor grote verbeteringsmogelijkheden kan zorgen. Voor eengezinswoningen geldt dat de vloeren typisch de grootste milieubelasting met zich meebrengen en dat bouwen met materialen met een lage milieu-impact de totale milieubelasting van de woning tot 58% kan reduceren.

Bouwen met een lage milieu-impact is belangrijker dan ooit. In de herziene EPB-richtlijn is bovendien vastgelegd dat we over enkele jaren de milieuprestaties van onze gebouwen op het energieprestatiecertificaat (EPC) zullen moeten vermelden. Bouwbedrijven zijn zich

bewust van de urgentie, maar missen vaak praktische kennis over hoe te bouwen met een lage milieu-impact.

Het COOCK+ project MI²B, uitgevoerd met steun van VLAIO (Vlaams Agentschap Innoveren en Ondernemen), wil hieraan tegemoet komen. Samen met een begeleidingsgroep van een 20-tal bouwbedrijven wordt nagedacht welke inzichten qua milieu-impact in welke fase van het bouwproces nodig zijn.

Levenscyclusanalyse (LCA) van courante eengezinswoningen

Een eerste stap is het in kaart brengen van de milieu-impact van de huidige bouwpraktijk. Dit laat toe na te gaan waar zich de grootste impacten bevinden en welke keuzes bouwbedrijven kunnen maken om de impact te verkleinen.

Voor een set van bestaande woningen die variëren in type (vrijstaand – halfopen – gesloten), grootte (klein – medium – groot), constructiemethode (massiefbouw – houtskeletbouw), dakvorm (plat dak – hellend dak) en milieubelasting van gebouwelementen (hoog – medium – laag), wordt via LCA de milieu-impact bepaald. Op die manier worden 108 verschillende woningvarianten meegenomen.

Inzichten op element- en gebouwniveau

Uit de analyse van de ingebedde milieu-impact, dit is de impact gerelateerd aan de gebruikte bouwmaterialen, blijkt dat de vloeren, onafhankelijk van het woningtype, typisch het

1 M. Röck, M.R.M. Saade, M. Balouktsi, F.N. Ramussen, H. Birgisdottir, R. Frischknecht, G. Habert, T. Lützkendorf, A. Passer, Embodied GHG emissions of buildings – the hidden challenge for effective climate change mitigation, Appl. Energy 258 (2020) 114107, https://dio.org/10.1016/J.APENERGY.2019.114107.

meest negatieve effect op het milieu hebben. Dit wijst erop dat aan dit gebouwelement extra aandacht moet worden geschonken. In figuur 1 wordt het reductiepotentieel bekeken door het stapsgewijs vervangen van materialen met een hoge milieubelasting door materialen met een lage milieu-impact. De resultaten worden steeds weergegeven voor een middelgrote woning per type.

De referentiecase is telkens opgebouwd uit materialen met een hoge impact zoals keramische tegels als vloerbekleding, PUR-isolatie in vloer, gevel en dak en betonnen vloerplaten en dekvloeren. Om de milieu-impact te reduceren worden, in een eerste stap, de keramische tegels, waar mogelijk, vervangen door parket. Dit levert op gebouwniveau een milieuwinst van 15-18% op, met de milieu-impact uitgedrukt in milieupunten per m².

In een volgende stap wordt alle PUR-isolatie vervangen door biogebaseerde alternatieven, wat resulteert in een daling van 21-22%. Vervolgens maken de betonnen vloerplaten plaats voor een houten roostervloer of in geval van de vloer op volle grond voor een alternatieve opbouw met schelpen. Dit leidt tot een verdere reductie van de milieuscore tot 29-32%

Daarnaast is het ook mogelijk om voor de overige elementen zoals bakstenen en afwerkingsmaterialen, … alternatieve materialen te gebruiken met een lagere milieu-impact.

Dit laatste scenario, waarbij een combinatie ontstaat van massief- en houtskeletbouw, toont aan dat door een bewuste keuze voor materialen met een lage impact, de milieubelasting van een gebouw kan worden gehalveerd, tot een maximale daling van 58%.

Verdere verloop van het onderzoek

In een volgende stap zal ook de milieu-impact van kantoren, scholen en meergezins-

Figuur 1: Verbeteringspotentieel na stapsgewijze vervanging van materialen met een hoge milieubelasting door materialen met een lage milieubelasting, voor ééngezinswoningen. (Ref. = referentiecase, Vloerafw. = aanpassing keramische tegels naar parket, Isolatie = aanpassing PUR-isolatie, Beton = vervangen van alle betonnen elementen, Best = overige materialen vervangen door materialen met een lagere impact)

woningen worden geanalyseerd om zo de opportuniteiten voor een lagere milieu-impact bij andere gebouwtypologieën te identificeren. Op die manier hopen we bouwbedrijven hands-on inzichten te kunnen verschaffen zodat ze klaar zijn voor de toekomst!

Daarnaast wordt in het COOCK+-project Milieu-Impact als Motor voor duurzame Innovatie bij Bouwbedrijven ook de milieu-impact van de bouwplaats in kaart gebracht en worden acties en maatregelen opgelijst die een bouwbedrijf kan nemen om de impact van de bouwplaats te verminderen.

"

Door een bewuste keuze voor materialen met een lage impact kan de milieubelasting van een gebouw worden gehalveerd tot een maximale daling van 58%. "

van

Meer informatie over het project:
Project met steun

16.000 BOUWBEDRIJVEN

Daar kan je niet omheen

16.000 bouwondernemers in héél België rekenen op ons. Klein en groot. Actief in alle activiteiten en technieken van de brede bouwsector. Embuild is hun stem en partner. Wij verdedigen hun belangen en promoten hun innovatief vakmanschap.

Samen Bouwen, Samen groeien.

Schrijf in voor de tweede editie van de Green Deal Stadslogistiek!

In het kader van Shifting Economy, de gewestelijke strategie voor de economische transitie, lanceert het Brussels Gewest de tweede editie van de Green Deal Stadslogistiek. Het betreft een publiek-private alliantie van 63 actoren, waaronder Embuild.Brussels, die de transitie van de logistieke sector naar een minder vervuilende mobiliteit wil versnellen. De inschrijvingen voor de nieuwe cyclus 2025-2027 zijn geopend.

Het transport van het bouwbedrijf vertegenwoordigt een derde van het goederenverkeer in het Brussels Gewest. Om hun milieu-impact te verminderen, hebben verscheidene actoren van de sector zich samen geëngageerd voor de Green Deal Stadslogistiek: Embuild.Brussels, de Haven van Brussel, Eurovia, Ready Beton en Shipit. Neem ook deel aan het avontuur: schrijf je in voor de nieuwe cyclus 2025-2027.

Voordelen

Je bij de alliantie aansluiten, heeft veel voordelen voor je bedrijf: je wordt lid van een community van geëngageerde actoren, krijgt advies van experts om je mobiliteit koolstofarm te maken, identificeert mogelijkheden om financiële steun te krijgen, geeft je realisaties en engagement meer zichtbaarheid, blijft op de hoogte van de nieuwste initiatieven en bereidt je voor op de huidige en toekomstige reglementeringen.

Verbintenissen

Door de conventie van de Green Deal te ondertekenen, verbinden de organisaties zich ertoe om innovatieve, precieze en haalbare acties uit te voeren tegen 2027, via een aantal middelen: het vrachtwagenverkeer verminderen door de volumes en de leveringsronden te optimaliseren en de verplaatsingen te delen; het vrachtwagenvervoer verschuiven naar

De Haven van Brussel is een actor in de Green Deal Stadslogistiek.

andere modi, zoals de waterweg of bakfietsen, en de voertuigen met verbrandingsmotor vervangen door emissievrije systemen. Mark Goosenaerts is de COO van Shipit, een multimodaal logistiek platform dat lid is van de Green Deal 2022-2025 en bijtekent voor deze nieuwe editie. “Wij nemen deel aan de Green Deal omdat wij ervan overtuigd zijn dat de logistieke oplossingen die wij aanbieden een belangrijke positieve impact hebben op het klimaat, de mobiliteit en de levenskwaliteit in de stad. Wij vinden dat die initiatieven navolging verdienen.”

INFO : Scan deze QR-code en vul het formulier in om deel te nemen aan de Green Deal. Je kan ook een mail sturen naar facilitator.logistiek@ leefmilieu.brussels.

@ Le Port de Bruxelles

Build Circular.Brussels viert zijn bedrijven in de Bassin

Vorige december organiseerde het team van Build Circular.Brussels zijn jaarlijkse evenement in de Bassin, een bar in het hart van de hoofdstad. De avond had tot doel een stand van zaken van het programma te maken en de bedrijven die zich voor de circulaire dynamiek engageren te vieren. Foto's : @

Het project Build Circular. Brussels, dat sinds september 2020 wordt geleid door Embuild.Brussels en Construcity.Brussels, in samenwerking met Buildwise, past perfect in RENOLUTION, de Brusselse renovatiestrategie. Het wil de transitie van het bouwbedrijf naar een circulair economie bevorderen. Elke onderneming die actief is op het Brusselse grondgebied kan deelnemen aan het programma met gratis opleidingen en persoonlijke begeleiding. Na vier jaar werking hebben 731 bedrijven zich voor de dynamiek geëngageerd.

114 concrete praktijken op het terrein

“Alleen al in 2024 hebben we de begeleide bedrijven meer dan 114 concrete praktijken op het terrein voorgesteld”, zei een tevreden Laurent Schiltz, secretaris-generaal van Embuild. Brussels. Het Reno-traject, een gloednieuwe opleiding met verscheidene modules over de energierenovatie, heeft het aanbod van al bijna dertig verschillende begeleidingen rond acht verschillende thema’s verrijkt. De secretaris-generaal spoorde de 65 aanwezigen aan om vooral niet te aarzelen: “We hebben ongetwijfeld een begeleiding die aan uw huidige behoeften en prioriteiten beantwoordt.”

Marion Anbergen, referente circulaire bouw, benadrukte dat “wij sinds 2020 de uitdaging aangaan om de bouwbedrijven te begeleiden naar meer duurzaamheid, in een evolutie op hun eigen tempo. Van jaar tot jaar verwerven de bedrijven dankzij de be-

Laurent Schiltz, secretarisgeneraal van Embuild.Brussels, sprak de 65 deelnemers toe die waren gekomen om te netwerken en de uitreiking van de awards bij te wonen.

" Alleen al in 2024 hebben we de begeleide bedrijven meer dan 114 concrete praktijken op het terrein voorgesteld. "

geleidingen nieuwe competenties en dat is echt verheugend! Met het programma Build Circular.Brussels breiden we het aanbod van opleidingen uit met zogenaamde ‘transversale’ thema’s, zoals DNSH, CSRD en de milieu-impact van CO2 . Die begeleidingen zijn nu beschikbaar, net als de opleidingen in hergebruik, afvalbeheer enzovoort. De populairste begeleidingen in 2024 waren die van RENOLUTION, dus de energierenovatie, en het afvalbeheer. We hebben ook getracht u tips te geven, advies voor het terrein. Daarnaast krijgen we veel vragen over hergebruik en over de actoren tot wie u zich kan richten.” In 2024 hebben de verschillende actoren van de sector 66 keer feedback van het terrein gekregen.

De trofeeën voor de laureaten zijn het werk van

Laurent Schiltz, secretaris-generaal van Embuild. Brussels, overhandigde ze aan de laureaten.. ↘

Awards, een favoriet en totems

Het team besloot dit jaar drie bedrijven te bekronen die zich met hun inzet voor het programma van Build Circular.Brussels onderscheiden. De kmo-prijs ging naar H&K Bateco, “een jong, buitengewoon gemotiveerd bedrijf dat zich van bij de start goed heeft laten begeleiden”, benadrukte Sophie Foccroulle, referente circulaire bouw, die de laureaten presenteerde. De prijs voor grote ondernemingen werd uitgereikt aan Senec, een in speciale verwarmings- en klimaatregelingstechnieken gespecialiseerd bedrijf dat verscheidene begeleidingen heeft gekregen, in het bijzonder voor zijn mobiliteitsstrategie. Panthère 3, dat zich toelegt op duurzame renovatie, kreeg een prijs als favoriet van het team voor zijn inzet, van bij het begin, voor het programma. “Steve Ondo Mebale heeft een video over het gebruik van het EPB-certificaat gemaakt. U vindt hem op alle promotiekanalen van RENOLUTION.”

Naast deze awards ontvingen 24 bedrijven die zich voor het Brusselse circulaire programma engageren een totem. De trofee is gemaakt in de schrijnwerkerij Bout2Bois van La Ferme Nos Pilifs, waar mensen met een beperking bouwhout dat anders vernietigd zou worden een nieuw leven geven.

Hajar Adib, bestuurder en werfbeheerder van H&K Bateco, ontving de kmo-prijs.

Panthère 3, de structuur van Steve Ondo Mebale, won een prijs als favoriet van het team van Build Circular.Brussels.

Giancarlo D’Ortona, District Manager Wallonie (links) en Christoph Pfyffer, algemeen directeur van Senec (rechts), winnaar van de prijs voor grote ondernemingen.

Nieuwe competenties verwerven

“Het Reno-traject stelt de bouwbedrijven in staat nieuwe competenties te verwerven en zich in de energierenovatie te specialiseren”, verklaarde Nicolas Sterckx, de ontwerper van het traject. “Er is een theoretisch deel over het gebruik van het EPB-certificaat. En een meer praktisch deel over het opstellen van een goed bestek dat op het einde van de werken duidelijk is voor de EPB-certificeerder. Daarnaast is er een deel over de planning van de werf en het opstellen van eenheidsprijzen. We bieden ook verscheidene opleidingen aan: luchtdichtheid, akoestiek, ventilatie. We zullen heel binnenkort ook een opleiding starten over het beheer van de bouwknopen van de schil.” “Het Reno-traject wil ervoor zorgen dat de aannemer een ambassadeur van de energierenovatie wordt, als een soort one stop shop voor zijn klanten om premies te verkrijgen en in een hele reeks domeinen in verband met de energierenovatie”, verduidelijkte Laurent Schiltz.

Hoewel hij alleen werkt, neemt Steve Ondo Mebale de tijd om verschillende opleidingen van Build Circular.Brussels te volgen, om zijn vakkennis te vergroten en zijn bedrijf, Panthère 3, te ontwikkelen. Hetzelfde geldt voor Hajar Adib, bestuurder en werfbeheerder van H&K Bateco. “We moeten profiteren van alle middelen waarover we beschikken en ze zo oordeelkundig mogelijk gebruiken voor de circulariteit en voor een betere leefomgeving.”

Senec is van plan zijn strategie voor een duurzamere werking voort te zetten om tegen 2050 koolstofneutraal te zijn. “Wij willen de afvalproblematiek beter aanpakken door vooraf met de leveranciers te analyseren hoe we alle verpakkingen van karton, piepschuim en plastic kunnen beperken in de nieuwe systemen die we aan de klant leveren”, vertelde Christoph Pfyffer, algemeen directeur. “Wat de mobiliteit betreft, zullen we niet heel onze vloot van 150 voertuigen kunnen elektrificeren, maar zoeken we andere mogelijkheden, zoals bakfietsen, kleinere bestelwagens, de aanpassing van de oplossingen aan de grootte van de gemeenten, ...”

Sonian Wood.↑

Stadsbader Rail officieel onderdeel van Stadsbader Group

Eind 2024 nam de Stadsbader Group, een klasse 8-bedrijf met expertise in bouw, civiele werken, infrastructuur en technologie, EQOS Energie Belgium NV over, een voormalig dochterbedrijf van EQOS Deutschland, actief in spoor- en bovenleidingswerken. Deze overname vond plaats na groen licht van de mededingingsautoriteiten. Het nieuwe bedrijf zal de activiteiten voortzetten onder een nieuwe naam: Stadsbader Rail.

Het bedrijf met de nieuwe naam zal autonoom functioneren binnen de Stadsbader Group, terwijl het kan rekenen op de strategische aansturing van Stadsbader Contractors en diens ervaren spoorafdeling. Dominique Valcke, CEO van Stadsbader Group: "Met deze overname versterken we opnieuw onze positie als multidisciplinaire speler in de bouwsector. Sinds de acquisitie van Stadsbader Contractors in 2022 is onze focus op civiele werken, waaronder spoor- en bovenleidingswerken, verder gegroeid. Met de toevoeging van Stadsbader Rail breiden we onze slagkracht op dit vlak nu aanzienlijk uit, kunnen we nog sterker inzetten op duurzame transportoplossingen en bijdragen aan de vermindering van CO₂-uitstoot in de mobiliteitssector. Samen met onze andere expertises in infra, bouw, technieken en civiel bouwen we steeds meer aan de omgeving van de toekomst.”

Hoofdzetel in Edingen

Stadsbader Rail zal vanuit de vertrouwde hoofdzetel in Edingen de activiteiten voortzetten met het huidige managementteam en hun 130 geëngageerde medewerkers. Erwin Gelaes, Algemeen Directeur van Stadsbader Rail: "Met deze overname brengen we onze expertise onder in Stadsbader Group, een groep die vertrouwen en samenwerking uitademt naar onze medewerkers, klanten, partners en andere stakeholders. Dankzij de ondersteuning van de collega’s van Stadsbader Contractors kunnen we ons nog verder

profileren als dé totaalpartner in België voor de aanleg en elektrificatie van spoorwegen. Of het nu gaat om de infrastructuur of technologie voor trein, tram of metro: we kiezen resoluut voor duurzaamheid, flexibiliteit en slagkracht. Samen versterken we onze impact. We build as one!”

" Met deze overname versterken we opnieuw onze positie als multidisciplinaire speler in de bouwsector. "

Stadsbader Contractors

Stadsbader Contractors kijkt alvast uit naar de versterking. Jan Folens, Executive Director: “Met Stadsbader Rail kunnen we onze klanten nog beter ondersteunen in de uitdagingen waar zij voor staan met de renovatie en uitbreiding van het spoor- en tramnetwerk. Deze overname geeft ons de mogelijkheid om het voortouw te nemen in de transitie van deze sector.”

BOUWEN, SAMEN GROEIEN

www.buildyourhome.be

Welke voordelen biedt de compartimentering van de isolatie van een plat dak?

De aanwezigheid van een dampscherm in een plat dak maakt het moeilijk om eventuele waterinfiltraties op te sporen. Dit is zeker het geval wanneer het dampscherm waterdicht is (bv. bij gebruik als tijdelijke afdichting), omdat het dan de verspreiding van water in de dakopbouw toelaat. Dit probleem kan echter verholpen worden door de isolatielaag op regelmatige tussenafstanden te compartimenteren. Deze praktijk, die vooralsnog weinig gebruikelijk is, wordt nader besproken in de TV 280.

Principe van de compartimentering

De compartimentering bestaat erin om de dakafdichting en het dampscherm met elkaar te verbinden, voor zover ze onderling verenigbaar zijn (zie afbeelding 1). Er bestaan evenwel ook een aantal oplossingen voor onverenigbare materialen of voor het complexere geval van een tweelaagse isolatie (zie Buildwise-artikel 2019/2.3).

De techniek van het compartimenteren verschilt van de loutere afsluiting aan het einde van de dag. Deze laatste is immers slechts een tijdelijke maatregel om de isolatie tegen de weersomstandigheden te beschermen en volstaat niet noodzakelijk om de in dit artikel beoogde functie te vervullen.

Afb. 1 Compartimentering van de isolatie indien de dakafdichting en het dampscherm onderling verenigbaar zijn.

De compartimentering heeft als voornaamste doel om de verspreiding van het geïnfiltreerde water en de veralgemeende bevochtiging van de isolatie te beperken en dit, ongeacht de plaatsingstechniek van de dakopbouw (volvlakkige hechting, partiële hechting, met ballastlaag of mechanische bevestiging). Deze techniek kan eveneens van pas komen om eventuele lekken te lokaliseren, op voorwaarde dat:

● de compartimentering gepaard gaat met niet-destructieve lekdetectiemetingen ● en/of het dampscherm waterdicht is (geen

Afb. 2 Dubbele dakwaterafvoer en compartimentering rondom de dakdoorbreking.

polyethyleenfolie of mechanische bevestiging die het dampscherm doorboort) en in volvlakkige hechting geplaatst wordt op een materiaal dat de watercirculatie verhindert (bv. beton, in plaats van een meer poreuze afschotlaag zoals een schuimbeton).

Implicaties

Door de compartimentering krijgt het dampscherm een bijkomende functie die nauwer aanleunt bij deze van een dakafdichting. Dit is een doorslaggevend aspect bij de keuze van het dampscherm.

Aangezien deze techniek – omwille van de bijkomende materialen en handelingen die ermee gepaard gaan – een meerkost met zich meebrengt, is het bovendien van belang om deze reeds in de ontwerpfase te voorzien.

De ontwerper moet er tevens op toezien dat de afmetingen van de compartimenten in het bestek gespecificeerd zijn

Vermits de compartimentering ook later nog van pas kan komen, moet deze door de in het bestek aangewezen verantwoordelijke aangeduid worden op de as-builtplannen

Wanneer moet er gecompartimenteerd worden?

De compartimentering is vooralsnog geen courante techniek. Om te beslissen of men deze al dan niet toepast en om de afmetingen van de compartimenten te bepalen, moet de

ontwerper elk geval afzonderlijk beoordelen in functie van de risico’s en de gevolgen (van een eventuele verspreiding van vocht, voor het later opsporen van infiltraties ...).

Wanneer de dakafdichting moeilijk toegankelijk is (bv. terras, tuin, technische installaties, zonnepanelen of parking), is het des te meer aangewezen om te compartimenteren.

Details en aansluitingen

De TV 244 raadt aan om de isolatie rondom de dakdoorbrekingen – en meer in het bijzonder rondom de waterafvoeren (zie afbeelding 2) – te compartimenteren opdat de verspreiding van water in geval van infiltraties of terugstroming beperkt zou blijven.

Samenvatting van een artikel, verschenen op de pagina’s 8-9 van het Buildwise Magazine 2021/4. Enkel het originele Buildwise-artikel geldt als referentie.

Langs binnen isoleren van hellende daken: sleutelrol van het onderdak

Hellende daken langs binnen isoleren geniet vaak de voorkeur bij renovatieprojecten, vooral wanneer de dakbedekking in goede staat verkeert. Deze techniek verbetert de energieprestaties van het gebouw aanzienlijk zonder dat het dak vervangen hoeft te worden. Het is dus een vrij goedkope en snelle isolatietechniek die goede prestaties oplevert, op voorwaarde dat de technische aspecten gerespecteerd worden.

Het onderdak: een belangrijk element

Voordat er ingrepen uitgevoerd worden, moet eerst de staat van het dak en het eventuele onderdak gecontroleerd worden. De membranen uit kunstvezels, die zeer dampdoorlatend zijn, vormen een ideale oplossing om het risico op condensatie te verminderen. Andere materialen, zoals microgeperforeerde kunststoffen of gebitumineerd bouwpapier (minder dampdoorlatend) vereisen daarentegen bijzondere aandacht om problemen door condensatie en waterinfiltraties te vermijden. Als deze materialen in goede staat zijn, dan moet het dampscherm aangepast worden om het risico op condensatie te beperken.

Bij een bestaand onderdak moet beoordeeld worden of het in goede staat is en, zo niet, of het hersteld kan worden. Als er twijfel bestaat over de dampdoorlatendheid van het onderdak, dan is het aangeraden om aan de warme zijde van de isolatie (binnenzijde) een dampscherm van klasse E2 (S d,eq > 5 m) te plaatsen en een binnenklimaatklasse II aan te houden (20 °C en 50 % RV). Hiervoor moeten de ruimtes correct geventileerd worden. Als dat niet het geval is, dan moet er in een dampscherm van klasse E3 (S d,eq > 25 m) voorzien worden.

Als er geen onderdak is en het dak in goede staat verkeert, dan raden we aan om de zoldervloer te isoleren (zie Buildwise-artikel 2024/05.04). Als het echter op korte termijn

Samenvatting van een artikel, verschenen op de pagina’s 12-13 van het Buildwise Magazine 2024/5. Enkel het originele Buildwiseartikel geldt als referentie.

voorzien is om de dakbedekking te vervangen, dan kan het aangewezen zijn om een ersatz-onderdak aan te brengen alvorens het dakschild te isoleren.

Keuze van de isolatie en minimale dikte

Momenteel is er een minimale warmteweerstand van 4,17 m².K/W (wat overeenkomt met een Umax- coëfficiënt van 0,24 W/m².K) vereist voor gebouwen die onder de EPB-regelgeving vallen (d.w.z. voor renovaties waarvoor een vergunning nodig is). Bij hogere warmteweerstanden kan je in aanmerking komen voor gewestelijke premies (*). De isolatie kan tussen de kepers of gordingen geplaatst worden, afhankelijk van de configuratie van het daktimmerwerk.

Als er tussen de kepers al isolatie aanwezig is, dan kan deze onder bepaalde voorwaarden behouden blijven. De eerste voorwaarde is dat de staat van de isolatie dit toelaat (droog, los ....). Er moet ook op toegezien worden dat aan de buitenzijde van een meer dampdoorlatende isolatie geen minder dampdoorlatende isolatie geplaatst wordt, tenzij de warmteweerstand van de buitenste isolatie minstens 1,5 keer groter is dan die van de binnenste.

Dit artikel werd opgesteld in het kader van het RENO+-project, met de steun van Buildwise, Embuild en Greenwin, gesubsidieerd door Wallonië.

(*) Op het moment van publicatie van dit artikel vragen de gewesten de volgende waarden om in aanmerking te komen voor premies:

• Brussels Hoofdstedelijk Gewest: Rmin = 4 m².K/W, zonder rekening te houden met de bestaande isolatie

• Vlaanderen: Rmin = 4,5 m².K/W, rekening houdend met de bestaande isolatie

• Wallonië: Rmin = 5 m².K/W, zonder rekening te houden met de bestaande isolatie.

Illustratie van het renovatieproces van een dak door de toevoeging van isolatie ter verbetering van de energie-efficiëntie en het comfort van het huis.

Verbeter de energieprestatie van elk dak

Professionele tips voor hellende en platte daken

• Bouwdetails voor foutloze aansluitingen

• Artikels over de beste technieken

• Video’s over dakrenovatie

• Checklists om je werk voor te bereiden

De collegiale SintGertrudiskerk van Nijvel heeft al haar luister terug

De in maart 2022 gestarte renovatie van de gevels, daken en bepaalde buitendelen van de collegiale Sint-Gertrudiskerk van Nijvel (Waals-Brabant) werd eind vorig jaar voltooid. Nu de steigers verdwenen zijn, heeft de kerk, de trots van de Nijvelaars, al haar luister terug. De werken werden uitgevoerd door ons lid Rc RENO, in samenwerking met het Architectuurbureau Thierry Musch en onder toezicht van het Agence wallonne du patrimoine (AWaP) en de Stad Nijvel.

De in 1046 ingewijde kerk in het historische centrum van Nijvel is een van de oudste romaanse kerken van Europa. In haar lange bestaan heeft ze al veel renovaties ondergaan, na tal van branden en na een Duits bombardement in 1940. Meer dan tien jaar geleden, in 2011, werd het interieur gerenoveerd. De renovatie van de buitenkant moest volgen. Aangezien men de nodige toelatingen moest krijgen om aan de gevels en de daken van een geklasseerd gebouw te mogen werken, was het dossier complex en kostte het veel tijd. De werken, die uiteindelijk in 2022 van start gingen, hebben ongeveer tweeënhalf jaar geduurd

Voorgebouw

Christophe Knop, de beheerder van de werf, heeft ons een rondleiding van de drukbezochte site gegeven om de werken uit te leggen. Vertrekpunt: het voorgebouw van de collegiale kerk. “Om aan dit eerste deel te werken, moesten we een 62 meter hoge steiger installeren. We hebben de drie loden bollen van de spitsen van de twee torens en de klokkentoren vervangen. Het kruis is op zijn plaats gebleven en de kerkfabriek heeft de restauratie van de weerhaan en van de figuur van Jan van Nijvel, onder de spits van de zuidelijke toren, voor haar rekening genomen. We hebben de leistenen daken van de torens, van de klokkentoren, van de barlong (nvdr. het gedeelte boven de kruising van het

transept, onder de klokkentoren) en van de apsis (nvdr. de ronde constructie die op het einde van een gebouw opent) volledig vervangen, wat overeenkomt met 741 m² daken”, vertelt hij.

De daken zijn als volgt vervangen: “Verwijdering van de bestaande daken, vervanging van de bebording/het gebint van populierenhout, aanbrengen van de dakgoten en valpijpen. Daarna hebben de mannen de nieuwe gesneden leien geplaatst en gespijkerd. De leien waren bijgesneden om op een kegelvormige toren te passen. De afwerking is gebeurd met hoekbalken, zijbalken, kielgoten, slabben en tegenslabben”, legt Christophe Knop uit. “De bekleding met lood van de galmborden van de klokkentoren, die de klokken beschermen, is eveneens vervangen.”

De werfbeheerder wijst naar het voorgebouw van de collegiale kerk: “De vijf niveaus kordonbanden van stenen zijn met lood bekleed om het regenwater beter langs de gevels af te voeren. Heel de gevel van het voorgebouw is schoongemaakt en de gebarsten voegen zijn vervangen. Voor dit deel van het gebouw komt dat overeen met 3.350 m². Op sommige plaatsen hebben we stenen moeten verwijderen en vervangen.”

De twee ingangen van de collegiale kerk bevinden zich aan weerszijden van de apsis: het Samsonportaal en het Sint-Michielsportaal. “Om aan de twee bogen te werken, hebben we een schoorsysteem ontwikkeld en 6 m³ vloeibare kalk in de holten van de muren geïnjecteerd, om het metselwerk te stabiliseren en

Jan van Nijvel troont weer aan de top van de zuidelijke toren. We zien ook het kruis en de weerhaan op de spits van de klokkentoren.

Op het voorgebouw van de collegiale kerk is een verlichtingssysteem geïnstalleerd.

Om aan de twee bogen van de ingangen te werken, werd een schoorsysteem ontwikkeld.

de vele lege plekken te vullen. De stenen zijn door identieke exemplaren vervangen en alles is opnieuw gevoegd.” Om het gebouw tegen de uitwerpselen van duiven te beschermen, heeft de aannemer 310 m² duivennetten geplaatst. Tot slot is een verlichtingssysteem geïnstalleerd (zie foto) en is een nieuw voorplein met 110 ton Belgische blauwe hardsteen aangelegd.

Kerkschip en transepten

We lopen om de collegiale Sint-Gertrudiskerk heen en Christophe Knop blijft commentaar geven over het werk dat de teams van Rc RENO hebben verricht. “Op de daken van de transepten en het kerkschip hebben we ongeveer 3.000 leien vervangen, naast 148 strekkende meter loden nokkappen en 415 strekkende meter dakgoten. Aan de achterkant van de collegiale kerk hebben we het dak van de apsiskapel gerestaureerd, een halfcirkelvormig kapelletje.” Aan de zijkant van de zuidelijke toren zien we een tiental dakvensters. “De bekleding van lood en leien is gerestaureerd, net als het houtwerk van de dakvensters”, zegt Christophe Knop.

De verschillende gevels van het schip en de transepten zijn schoongemaakt en de beschadigde voegen zijn over een oppervlakte van 4.098 m² uitgekapt en vernieuwd. Dat cijfer zegt alles over de omvang van het werk. “De teams hebben ook metselwerk van bloksteen vervangen en hier en daar nieuwe stenen geplaatst.”

Van april tot augustus maken gierzwalu-

Aan de achterkant trekt de gevelspits van Sint-Pieters op een van de twee transepten de aandacht met zijn rode kleur.

wen hun nesten in alle bulstergaten van de collegiale kerk. Bulstergaten zijn gaten die achterbleven toen na de bouw de steigers werden verwijderd. “We hebben bijna 250 gaten aangepast om de nestvorming van de zwaluw mogelijk te maken, volgens de aanbevelingen van Natagora om hun habitat duurzaam te maken.” Er is ook gewerkt aan de zijpoort, de zogenaamde marktpoort: de stenen en het fresco zijn gerestaureerd.

Aan de achterkant trekt de gevelspits van Sint-Pieters op een van de transepten de aandacht met zijn rode kleur. “De bogen en de kolommen van de gevelspits zijn gerestaureerd. En we hebben nieuwe muurkalk aangebracht. Het is een mengsel van water, kalk en pigmenten, die dit deel van het gebouw een rode kleur geven.”

Een uitzonderlijk project!

Na onze rondleiding is het duidelijk: het gebouw is indrukwekkend schoon. De muren zien niet langer zwart van de verontreiniging en het groene mos en de bomen die links en rechts opschoten zijn verdwenen. De inwoners van Nijvel zijn ongetwijfeld heel blij met deze werken … en ons lid is dat ook. “Een project als dit is uitzonderlijk! Het was niet gemakkelijk , er waren in de loop van de werken aanpassingen nodig en we hebben veel budgettaire problemen moeten oplossen. Maar het eindresultaat is er en iedereen is tevreden. De kerk is weer klaar voor de 20 komende jaar”, besluit Christophe Knop.

PROMO VAN DE MAAND SEPTEMBER 2024

OTTO Office biedt ondernemingen een uitgebreid aanbod van kantoorartikelen, kantooruitrusting en –inrichting via een uitgebreide catalogus en online op www.otto-office.be

Ledenkorting:

Blijvend 10% korting op alle catalogus- en internetprijzen (uitgezonderd postzegels).

Bijkomende korting van 2% indien u voor meer dan 2000 € op jaarbasis bestelt. Na de éénmalige registratie wordt uw korting automatisch verrekend bij elke bestelling.

Contact:

Klantendienst OTTO Office 070 234 000 service@otto-office.be

Opdracht tot het uitvoeren van meerwerken

De bouwheer geeft u de opdracht om een bijkomend werk uit te voeren op de bouwplaats.

Omdat hiervoor vaak een schriftelijke opdracht is vereist geeft Embuild een handig reçuboekje uit in NCR papier (doorslagpapier) dat u onmiddellijk kunt invullen met de melding van de verlenging van de uitvoeringstermijn, prijsaanpassing … Eenmaal ingevuld kunt u direct ter plaatse een kopie bezorgen aan de architect en bouwheer.

Dit handig heruitgegeven boekje kost slechts 8,00 €/stuk (voor de leden van Embuild) en 15,00 €/stuk voor de niet-leden.

PROMOTIE (enkel voor de leden): 5 exemplaren = 35,00 € (prijzen exclusief BTW)

Speciale verkoopprijs enkel voor de maand september 2024 Ledenprijs voor deze publicatie: € 8,00 excl. btw Niet-ledenprijs voor deze publicatie: € 15,00 excl. btw

Deze uitgave kan besteld worden via de website www.embuild.be, e-shop, categorie juridisch of door een mail te sturen naar bestellingen@embuild.be

Embuild Magazine is het maandblad van de vzw Embuild, Kunstlaan 20, 1000 Brussel

Verantwoordelijke uitgever: Filip Coveliers, Kunstlaan 20, 1000 Brussel

Afgiftekantoor: Gent X

Redactie: Peter Graller, Marc Guéret, Gerrit De Goignies. tel. 02 545 57 30 peter.graller@embuild.be

Vormgeving: nikka.cuypers@embuild.be abder-razzaaq.boujdaini@embuild.be

Druk: Graphius

Reacties - vragen: communicatie@embuild.be

Met de medewerking van: de studiedienst van Embuild tel. 02 545 56 36 officeteam@embuild.be

• Embuild Vlaanderen Johan Walewijns, tel. 02 545 57 49 johan.walewijns@embuild.be

• Embuild.Brussels Morgane Cendoya, tel. 02 545 58 29 morgane.cendoya@embuild.be

• Embuild Wallonie Katia Bogaard tel. 02 545 56 68 katia.bogaard@embuild.be

Abonnementen: Ann Cooreman, tel. 02 545 57 20 ann.cooreman@embuild.be

Reclame: Kristel Dekempeneer, tel. 02 545 56 99 - fax 02 545 59 08, kristel.dekempeneer@embuild.be of kde@embuild.be.

Prijs jaarabonnement Leden van Embuild: begrepen in het lidgeld

Niet-leden: € 137,80 (incl. BTW en portkosten) / buitenland: € 300 (incl. btw en portkosten)

Lid van de Unie van de Uitgevers van de Periodieke Pers

Vanaf nu wordt Embuild Magazine gedrukt op papier geproduceerd met hout uit duurzaam beheerde bossen. De duurzaamheid wordt gegarandeerd door de internationale organisatie Forest Stewardship Council (FSC), die niet alleen het bos controleert maar de hele handelsketen tot aan de drukker.

GO DIGITAL!

Kom alles te weten over beveiliging op de beurs New Security in Leuven

Op 26 en 27 februari vindt de beurs New Security plaats in de Brabanthal in Leuven. Een honderdtal exposanten uit binnen- en buitenland tonen hun nieuwste securityoplossingen op gebied van brandpreventie, diefstalpreventie en camerabewaking. Deze beurs bezoeken kan helemaal gratis na registratie op de website van het evenement.

INFO : www.newsecurity.be

Reynaers Aluminium wintertuinen, een slimme manier om appartementen uit te breiden

Als een veranda een ideale uitbreiding is voor een huis, is een wintertuin net zo ideaal voor een appartement, omdat het extra leefruimte toevoegt. Deze oplossing kan in de herfst en winter worden gesloten om je te beschermen tegen regen en wind, en kan in het voorjaar en de zomer worden geopend om optimaal te profiteren van de omgeving. Wintertuinen bevinden zich buiten gebouwen en vergen daarom een materiaal dat tegen een stootje kan, en duurzaam en onderhoudsvriendelijk is. Aluminium voldoet aan al deze eisen en maakt slanke en elegante ontwerpen mogelijk. De sterkte van aluminium maakt slanke profielen mogelijk, terwijl het uitgebreide aanbod van zowel nietgeïsoleerde als uitstekend isolerende oplossingen jou de vrijheid biedt om te kiezen wat het beste past bij jouw project.

INFO : www.reynaers.be

16DE ENERGIECONGRES IN TEKEN VAN COLLECTIEVE EN INTEGRALE RENOVATIES

Hoe halen we de renovatierace naar 2030? Daarover gaat het 16de energiecongres. Dat heeft plaats op 27 maart in de Lamotsite te Mechelen. Experts van Embuild Vlaanderen, Flux50, VEKA, ... komen spreken en Goedele Wachters modereert deze dag. Ook Vlaams minister van Wonen, Energie en Klimaat Melissa Depraetere zal erbij zijn.

Het 16de energiecongres staat in het teken van de uitvoering van collectieve en integrale renovaties. Na het plenaire gedeelte in de voormiddag zijn in de

namiddag drie parallelle workshops gepland. Die focussen op de aanpak van wijkrenovatie, de renovatie van flatgebouwen en de renovatie van tertiaire gebouwen. Tijdens die sessies ligt de klemtoon op praktijkcases, nieuwe technologische oplossingen, businesscases en getuigenissen van eindgebruikers. Door woningrenovaties op grotere schaal uit te voeren, kan er kostenbesparend en efficiënter gewerkt worden en kunnen innovatieve technieken op het vlak van industrieel bouwen en digitalisering sneller worden toegepast. Op de

workshop over wijkrenovatie komen een aantal concrete wijken aan bod.

Het op één lijn krijgen van alle mede-eigenaars is tijdrovend. De kosten van een renovatie kunnen hoog zijn en niet alle eigenaren hebben dezelfde financiële mogelijkheden. Hoe deze uitdagingen aanpakken? Daar gaat de namiddagsessie over de renovatie van flatgebouwen dieper op in.

Tertiaire gebouwen, zoals kantoren, scholen en industriële panden, moeten in 2050 allemaal koolstofneutraal zijn. Omdat de vraag naar kantoorgebouwen vermindert en er nood is aan betaalbare woningen, is ook reconversie aan de orde. De herstructurering van bestaande verouderde gebouwen die een nieuwe functie kunnen krijgen en tegelijk een energetische facelift ondergaan: dat is het onderwerp van de derde sessie.

Het energiecongres is een co-organisatie van Embuild, Flux50 en Techlink. Meer informatie op de agenda van www. embuildvlaanderen.be.

206.656 werknemers

In het tweede kwartaal van 2024 telde de bouwsector 206.656 werknemers. Dit is 1,5% minder dan in hetzelfde kwartaal een jaar geleden, toen nog 209.824 arbeiders en bedienden tewerkgesteld waren in deze sector. De afname was het sterkst bij de arbeiders met 2,7% of 151.796. De bouwsector telde 54.860 bedienden in het tweede kwartaal van dit jaar, een daling van 2% ten opzichte van vorig jaar. Ook het aantal werkgevers liep terug in dezelfde periode: in het tweede kwartaal van dit jaar waren er 28.881 werkgevers actief. Een jaar geleden waren dit nog 29.358 werkgevers.

DIG I T ALISERING IS ESSENTIEEL VOOR AANNEMERS DIE ZICH

W I LLEN PROFESSIONALISEREN EN EMBUILD MOET HEN DAAROP VOORBEREIDEN.

AI transformeert de sectoren bouw, architectuur en vastgoed.

Artificiële intelligentie (AI) revolutioneert de bouw-, vastgoed- en architectuursector. Batibouw, dat inzet op vernieuwing, kiest voor actuele inhoud om sectorprofessionals aan te trekken. Een van de hoogtepunten van Batibouw 2025 is een B2B-programma gewijd aan artificiële intelligentie.

Het evenement, georganiseerd in samenwerking met de Solvay Brussels School, draagt de titel “Building the Future: Artificial Intelligence in Construction & Real Estate” en belicht de ingrijpende veranderingen die AI kan brengen in de vastgoedsector. “We willen niet wachten tot de grote veranderingen die AI met zich meebrengt ons overvallen, maar ze proactief aanpakken,” verklaart Vincent Gérin, academisch codirecteur van een executive programma rond duurzaam vastgoed aan de Solvay Brussels School (ULB).

Innovatie en pragmatisme

Het praktische aspect staat centraal. “We willen dat deelnemers vertrekken met tools die ze de

volgende dag al kunnen toepassen,” benadrukt Vincent Gérin. De integratie van AI in vastgoed biedt namelijk enorme mogelijkheden: tijdsbesparing, kostenverlaging en procesoptimalisatie. “Een AI-tool zou bijvoorbeeld een vergunningsdossier in enkele minuten kunnen analyseren,” legt Vincent Gérin uit. In een van de workshops

leren deelnemers hoe ze instructies (“prompts”) kunnen formuleren om AI-tools optimaal te benutten. Zo kunnen ze bijvoorbeeld in enkele stappen een volledige inventaris opstellen of een brief schrijven om een juridisch geschil op te lossen.

Een inzet voor ethiek en duurzaamheid

“Deze pragmatische aanpak sluit aan bij de ambitie van Batibouw om de beurs te positioneren als een betrokken speler in de grote transities binnen de sector,” zegt Joan Condijts, CEO van FISA, de organisator van Batibouw. Vincent Gérin voegt hieraan toe: “Als AI kan bijdragen aan kostenverlaging en betere stedenbouw, moet het vooral ten goede komen aan de eindgebruiker, of dat nu een toekomstige eigenaar of huurder is,” benadrukt hij.

Batibouw Business Insights Building the Future

Vrijdag 21 februari 2025, van 14u30 tot 18u30 Paleis 10, Brussels Expo

Schrijf je nu gratis in via: → batibouw.com/nl/bbi

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.