CloudWorks #1 2021

Page 1

Alles over innovatie in ICT

Jaargang 11, mei / 2021

Eagle Eye Networks

Hoe moet een datacenter fysiek beveiligd worden?

Datacenters spelen hoofdrol in duurzaamheid

Edge helpt data te verwerken waar het gegenereerd wordt

Climate Neutral Data Center Pact belangrijke versterking voor SDIA’s roadmap

Edge computing biedt volop kansen - mits infrastructuur op orde is

En verder SITA en Orange Business Services implementeren SD-WAN op 60 vliegvelden | Power over Ethernet biedt volop kansen | ‘Spreek de taal van de CFO en krijg budget vrij voor cybersecurity‘ | CRM, maar dan helemaal anders | ‘Bedrijven zijn realistisch in de verwachte voordelen van SD-WAN’ | www. cloudworks.nu In samenwerking met:


EÉN NETWERK, ÉÉN OPLOSSING – VOLLEDIGE INTEGRATIE

GEEF UW BEDRIJF EEN BOOST DOOR MIDDEL VAN EEN HOOGWAARDIGE NETWERKINFRASTRUCTUUR VOOR AL UW VESTIGINGEN. Hangt uw succes af van de naadloze communicatie tussen het hoofdkantoor en uw vestigingen? Dan zijn onze bekroonde „one-stop-shop“ netwerkoplossingen precies wat u zoekt. Met behulp van de intelligente LANCOM Management Cloud kunt u uw gehele netwerkinfrastructuur virtualiseren en centraal organiseren. Maak direct verbinding met uw vestigingen en wissel veilig gegevens uit met externe dienstverleners, terwijl u alle netwerkprocessen centraal via de Cloud orkestreert.

ONTEK DE MOGELIJKHEDEN! Doe mee aan onze exclusieve webinar!

8 april 2021, 10:00-11:00 uur CEST

www.lancom-systems.com/cloud-managed-networks/


Cloud talk

Generatiewisseling

In de wereld van ICT zien we steeds meer een splitsing optreden. Veel business managers hebben moeite om de snelheid waarmee veranderingen op ons afkomen bij te houden, blijkt uit onderzoek waarover we in deze editie van CloudWorks publiceren. Ze kennen de vele nieuwe tools die beschikbaar komen veelal niet, maar waar ze vooral moeite mee hebben is de impact van deze software op de manier waarmee we (zij!) werken. Waarom naar kantoor gaan als werken ook remote kan? Klassieke enterprise software die steeds meer te maken krijgt met concurrentie van nieuwe ideeën als blockchain en smart contracts. Nieuwe, jonge medewerkers snappen niet waarom daar weerstand tegen bestaat, oudere managers zien de voordelen niet. Of benadrukken vooral de risico’s en niet de kansen. Ook bij CloudWorks komt nu een generatiewisseling. Niet dat ik de ontwikkelingen niet meer kan bijhouden - verre van dat zelfs - maar het is goed als er met enige regelmaat ruimte is voor nieuwe, frisse ideeën. Edwin Feldmann en Eric Luteijn hebben die in overvloed. Ik wens hen de komende jaren veel succes!

verdiend. Daarom ga ik samen met Eric Luteijn en tal van auteurs, designers en salesmensen dit jaar een aantal magazines maken over de essentie van de cloud, uitdagingen, mogelijkheden, problemen en security-issues. Edwin Feldmann – lead redactie CloudWorks

Ideeën in overvloed Afgelopen maand ben ik eigenaar geworden van CloudWorks. Cloud-toepassingen bestaan al jaren, maar in het afgelopen jaar is er meer gebeurd dan in de 8 jaren ervoor. De digitale transformatie zit in een enorme versnelling en daar gaan we uitgebreid over berichten in deze uitgave, maar vooral ook online. Eric Luteijn – uitgever & hoofdredacteur

Zonder cloud? Waar zouden we zijn zonder de cloud? De cloud is toch gewoon iemand anders zijn computer, zou je ironisch kunnen zeggen. Maar een wereld zonder de cloud is bijna niet meer voor te stellen. Het is groot en ongrijpbaar en er wordt veel geld mee

Colofon In CloudWorks staat innovatie centraal. Met traditionele ICT-omgevingen is het steeds moeilijker om de business goed te ondersteunen. Innovatieve oplossingen op het gebied van bijvoorbeeld cloud computing, mobility, Big Data, software defined datacenters en open source kunnen echter helpen om de IT-omgeving ingrijpend te moderniseren en klaar te maken voor de toekomst. Abonnementen kunnen iedere maand ingaan en worden jaarlijks automatisch verlengd. Opzeggingen, uitsluitend schriftelijk, dienen uiterlijk twee maanden voor het einde van de abonnementsperiode in ons bezit te zijn.

Uitgever Eric Luteijn Associate Editor Robbert Hoeffnagel +31 (0)6 - 51 28 20 40 redactie@cloudworks.nu Communicatie en marketing Jos Raaphorst +31 (0)6 - 34 73 54 24 jos@cloudworks.nu Vormgeving Content Innovators, Den Haag

Abonnementen abonnementen@vakbladen.com +31 (0)88 - 22 666 80 Druk Veldhuis Media B.V., Raalte Kennnispartners BTG, Cloud Community Europe, DHPA, IT Room Infra, FHI, Green IT Amsterdam, ISPConnect Een uitgave van LuteijnMedia BV Varenmeent 5 1218 AN Hilversum www.cloudworks.nu

CloudWorks – mei / 2021

3


WIRESHARK UNIVERSITY WIRESHARK TOOLS AND TRAINING Wireshark University Certified Training Partner SCOS Software Amsterdam/Hoofddorp offers these official Wireshark University courses as the European Wireshark University Certified Training Partner of Gerald Combs, the creator of Wireshark. With more than 1 million downloads of Wireshark per month from Wireshark.org it has become the de facto open source analysis tool.

TCP/IP Analysis and Troubleshooting with Wireshark This course is designed for Networking, Government and Security personnel that need to develop a set of packet investigation and network optimization techniques through study of the Networking Protocols using Wireshark and other Open-Source Analysis tools.

Advanced Network/Security Advanced Network/Security Analysis with Open

WiFi Network

Source Tools. This course is designed for Networking, and Security Engineers that need to further enhance their Network Analysis skills through study of

WiFi / 802.11 Network Analysis and Security. This

Advanced Network Analysis using Wireshark and

course is designed for Wireless Network Engineers

other Open-Source Network / Security Analysis

and Ethernet Network engineers, desiring to add

tools.

wireless capabilities to an existing network that possess a basic to intermediate general networking knowledge.

Course location:

NEW: Virtual Classroom Training or Amsterdam/Hoofddorp

MORE INFO: WWW.SCOS.TRAINING


06

Jonge leidinggevenden worstelen met processen, 55+ sceptisch over nieuwe tech Leidinggevenden van boven de 55 jaar hebben de drastische veranderingen in hun werksituatie tijdens de Covid-19-pandemie beter verteerd dan hun digital native-collega’s. Dat blijkt uit onderzoek dat ABBYY, een Digital Intelligence-onderneming, heeft laten uitvoeren naar het gebruik van technologie en productiviteit.

14

Climate Neutral Data Center Pact belangrijke versterking voor SDIA’s roadmap

inhoud En verder 11

Voorzichtige start voor Digital Twins voor datacenters

12

Load balancer-specialist Kemp breidt uit met overname Flowmon Networks

16

Edge computing biedt volop kansen - mits infrastructuur op orde is

18

‘Power management maakt dataservers 10 procent zuiniger’

20

85 procent van C-level managers worstelt met aanpassen aan virtueel werken

24

Hoe moet een datacenter fysiek beveiligd worden?

De SDIA is verheugd over de recente aankondiging van het Climate Neutral Data Center Pact. Het pact opgesteld door de Europese datacenter- en cloudindustrie - is een nieuwe poging tot zelfregulering namens een aantal vooraanstaande aanbieders van datacenterinfrastructuur.

www.cloudworks.nu CloudWorks – mei / 2021

5


Research Onderzoek van ABBYY naar houding ten aanzien van tech:

Jonge leidinggevenden worstelen met processen, 55+ sceptisch over nieuwe tech Leidinggevenden van boven de 55 jaar hebben de drastische veranderingen in hun werksituatie tijdens de Covid-19-pandemie beter verteerd dan hun digital native-collega’s. Dat blijkt uit onderzoek dat ABBYY, een Digital Intelligence-onderneming, heeft laten uitvoeren naar het gebruik van technologie en productiviteit. Voor dit onderzoek werden 4000 medewerkers uit vier landen bevraagd (de VS, GrootBrittannië, Duitsland en Frankrijk).

Het ‘COVID-19 Technology and Business Process’ geheten onderzoek polste naar de uitdagingen met betrekking tot het thuiswerken.Vragen waren onder meer hoe medewerkers wereldwijd dachten over bedrijfsprocessen en welke rol slimme technologieën zoals digitale assistenten, data-analyses en -inzichten en productiviteit daarin spelen.

Tijd verspillen met bedrijfsprocessen Een opvallend resultaat uit dit onderzoek is dat 61 procent van de digital natives zegt dat processen hun werk uitdagender maakte, terwijl slechts 36 procent van de 55+-generatie uitdagingen ondervond tijdens de pandemie.Veel meer jonge leidinggevenden vinden bovendien dat ze hun tijd verspillen met bedrijfsprocessen (maar liefst 85 procent tegen 20 procent binnen de groep 55+). Bedrijfsdirecties moeten hun sleutelprocessen dus opnieuw bekijken, omdat ze mogelijk niet voldoende intuïtief zijn voor digital natives en daardoor een negatieve impact hebben op hun mentale gezondheid, motivatie, vertrouwen en loyaliteit.

6

Alles over innovatie in ICT


{

‘Een opvallend resultaat uit dit onderzoek is dat 61 procent van de digital natives zegt dat processen hun werk uitdagender maakte’

CloudWorks – mei / 2021

7


Research

Daarnaast vindt twee derde van de jonge leidinggevenden dat ze onvoldoende geïnformeerd worden over bedrijfsprocessen. Daar is slechts 26 procent van de 55-plussers het mee eens. Wellicht valt dat verschil te wijten aan hiërarchische niveaus binnen het management, maar organisaties moeten hoe dan ook werken aan een cultuur van transparantie en begrip voor processen creëren onder alle medewerkers die met systemen en applicaties werken.

Gebrek aan motivatie & isolement Voor jongere leidinggevenden was motivatie om aan de slag te gaan de grootste uitdaging tijdens de pandemie (39 procent). Bij de oudere collega’s was dat slechts 19 procent. Dat kan aan een verschil in levensfase liggen. Werken combineren met een jong gezin is nu eenmaal uitdagender dan een situatie waarin de kinderen al wat ouder zijn of zelfs al op kamers wonen. Organisaties moeten dan ook voorzieningen overwegen zoals opvang of ondersteuning bij thuisonderwijs om de stress thuis te verminderen. Een andere grote uitdaging voor de leeftijdsgroepen 18-34 en 35-54 was ‘het gevoel van isolement bij het thuiswerken’ (28 en 27 procent respectievelijk). Dat duidt erop dat het management meer aandacht moet besteden aan gemeenschapszin binnen de thuiswerkende medewerkers. Denk aan toegang tot wellness of mogelijkheden om zaken als stress of angst te bespreken. “Hoewel bedrijven snel nieuwe technologie implementeerden om thuiswerkers te helpen, werd er te weinig aandacht besteed aan het gebruiksgemak en de impact op de werkprocessen, wat digital natives frustreert en hun motivatie en productiviteit beïnvloedt”, zegt Maxime Vermeir, Director of Customer Innovation bij ABBYY. “Naast betere technologie en procestools moeten bedrijven ook nadenken over hoe ze werknemers kunnen helpen hun thuiswerkleven in balans te brengen door middel van nieuwe programma’s en diensten, training en bijscholing.”

8

Alles over innovatie in ICT

Appreciatie voor digitale collega’s Ook wat het inzetten van zogenoemde digital workers betreft, zijn er grote verschillen tussen de verschillende generaties. Jonge managers maken momenteel 19% meer gebruik van digitale medewerkers en slimme technologieën dan hun oudere collega’s, wat niet wil zeggen dat die laatsten het nut van digitale medewerkers betwisten.Van degenen die de technologieën nog niet gebruiken, denkt vier vijfde van de jongere respondenten dat ze een aanzienlijke impact op hun productiviteit zouden hebben, vergeleken met twee derde van de 55+-respondenten en 71% van de 35-54-jarigen. Onder de oudere beroepsbevolking heerst dus in sommige kringen nog wat meer scepsis ten aanzien van digitale werknemers of nieuwe technologieën die zij nog nooit hebben gebruikt. Zoals verwacht gebruiken digital natives meer slimme technologieën zoals digitale assistenten, monitoringsoftware, data-analysetools en mobiele productiviteitsapps dan andere leeftijdsgroepen. Leidinggevenden van middelbare leeftijd waren relatief verdeeld over hun gebruik van geavanceerde technologieën, terwijl senioren er het minst gebruik van maakten. Van de redactie


CLOUDCUP Speel mee met de grootste IT voetbalpool van Nederland • Iedere dag mooie prijzen • Speel individueel & samen met collega’s • Creëer je eigen bedrijfspool • Pas op elk moment je voorspelling aan

CLOUDCUP Speel mee met de grootste IT voetbalpool

Speel ook mee via de CloudCup app

van Nederland!

Sponsoren

Via Web & App Meespelen kan door je aan te melden op cloudcup.nl of download onze Android & IOS app


Security Onderzoek laat zien:

Aantal incidenten met inloggegevens verdubbeld, hoeveelheid gestolen data omlaag Het aantal jaarlijkse incidenten met inloggegevens is tussen 2016 en 2020 bijna verdubbeld. In dezelfde periode daalde echter de totale hoeveelheid aan gelekte data met 46 procent. Dit blijkt uit het nieuwste Credential Stuffing Report van F5, het meest uitgebreide onderzoek op dit gebied. De gemiddelde omvang van een datalek is ook afgenomen, van 63 miljoen records in 2016 tot 17 miljoen vorig jaar. Bij credential stuffing worden grote hoeveelheden gecompromitteerde gebruikersnamen en wachtwoorden misbruikt. Dit is wereldwijd een groeiend probleem. De FBI waarschuwde middels een Private Industry Notification vorig jaar dat de dreiging tussen 2017 en 2020 verantwoordelijk was voor het grootste aantal veiligheidsincidenten tegen de Amerikaanse financiële sector (41 procent).

Groeiende consensus Ondanks een groeiende consensus over best practices in de branche, is een van de belangrijkste bevindingen van het rapport dat slechte opslag van wachtwoorden een voortdurend probleem blijft. “Credential stuffing is een van de grootste cyber security bedreigingen waarmee we worden geconfronteerd, en dat zal niet snel veranderen”, zegt Sara Boddy, Senior Director van F5 Communities - F5 Labs en DevCentral. “Hoewel het interessant is dat het totale volume en de omvang van de gelekte inloggegevens in 2020 zijn gedaald, moeten we dit zeker nog niet vieren. Het is hoogst onwaarschijnlijk dat beveiligingsteams de oorlog winnen tegen diefstal van gegevens en gegevensfraude.

{ 10

Alles over innovatie in ICT

Het lijkt er meer op dat we een voorheen chaotische markt zien stabiliseren nu hij volwassener wordt.” Hoewel de meeste organisaties geen hash-algoritmen voor wachtwoorden bekendmaken, was F5 in staat om 90 specifieke incidenten te bestuderen om een idee te krijgen van de meest waarschijnlijke boosdoeners. In de afgelopen drie jaar was de opslag in platte tekst verantwoordelijk voor het grootste aantal gelekte inloggegevens (42,6 procent). Op de tweede plek staat met 20 procent van de gelekte gegevens het wachtwoord-hash-algoritme SHA-1 dat wachtwoorden ‘unsalted’ bewaart, ofwel zonder een unieke waarde die aan het einde van het wachtwoord kan worden toegevoegd om een andere hash-waarde te creëren. Dat dit geen garantie biedt, is te zien aan de derde plek: het ‘salted’ bcryptalgoritme met 16,7 procent. Het bekritiseerde hash-algoritme MD5 was verantwoordelijk voor slechts een klein deel van de gelekte inloggegevens; ook deze hashes waren salted (0,4 procent). MD5 wordt al decennia lang als een zwakke en slechte methode beschouwd, salted of niet. Het onderzoek wijst ook op de toename van ‘fuzzing’technieken om het succesvolle misbruik van legitimatiegegevens te optimaliseren. Fuzzing is het proces van het vinden van beveiligingsproblemen in input-parsing code door de parser herhaaldelijk te testen met aangepaste invoer. F5 ontdekte dat de meeste fuzzing-aanvallen plaatsvonden voordat de gecompromitteerde inloggegevens openbaar werden gemaakt, wat suggereert dat dit meer voorkomt bij ervaren aanvallers. Van de redactie

‘In de afgelopen drie jaar was de opslag in platte tekst verantwoordelijk voor het grootste aantal gelekte inloggegevens’


Innovatie Praktijkervaring ontbreekt nog

Voorzichtige start voor Digital Twin voor datacenters Digital twin-technologie biedt ook voor datacenters grote kansen. We staan in datacenter-land echter pas aan het begin van deze ontwikkeling. In de industrie is men echter al ver-der. Alle aanleiding dus om ontwikkelingen in die sector als de start van het eerste Nederlands-Duitse FieldLab Digital Twin op de voet te volgen.

Onlangs gaven Katrien Schütz (staatssecretaris van economische Zaken, Arbeid en Huisvesting van de Duitse deelstaat Baden-Württemberg, en Martijn van Gruijthuijsen, gedeputeerde van de Provincie Noord-Brabant voor Economische Zaken, Onderwijs en Kennisontwikkeling, het start-schot voor het eerste Duits-Nederlandse Fieldlab Digital twin. Weliswaar opgezet voor de indus-trie biedt dit field lab ook voor de datacentersector interessante kansen om digital twin-technologie van dichtbij te bestuderen. Bij digital twin-technologie wordt een fysieke omgeving exact in software nagebouwd. Daarmee ontstaat een digitaal model van de werkelijkheid - bijvoorbeeld een zaal in een datacenter of zelfs een complete datacenter-site.Vervolgens kan dit digitale model met behulp van tools variërend van what if-simulaties tot machine learning en AI worden geanalyseerd. Op die manier kan vooraf de impact van maatregelen of aanpassingen worden bekeken. Daarmee kunnen beheer, de dage-lijkse operatie maar bijvoorbeeld ook onderhoudsschema’s drastisch verbeterd

{

worden. Het Ne-derlands-Duitse field lab dat nu geopend is, heeft dan ook nadrukkelijk de bedoeling om de uitwisseling en toepassingen op het gebied van kunstmatige intelligentie (AI) tussen bedrijven te bevorderen. De mogelijkheden voor bedrijven en in de waardeketens zijn enorm. Met name middelgrote en kleine bedrijven (MKB) worden echter geconfronteerd met de vele uitdagingen bij het ontwerp, de toepassing en het gebruik van digitale tweelingen en kunstmatige intelligentie. De kwesties en onzekerheden hebben betrekking op bedrijfsmodellen, technologieën, beveiligingsaspecten, software, integratie, competenties van werknemers en toegang tot objectieve informatie. Deze aspecten maken het moeilijk om de potentie van digitale tweelingen daadwerkelijk te realiseren.

Artificial Intelligence for Digital Twins De oprichting van een gezamenlijk Nederlands-Duits Fieldlab ‘Artificial Intelligence for Digital Twins (AI4DT)’ is een eerste stap om deze uitdagingen aan te gaan. Fieldlabs zijn omgevingen waarin

bedrijven en onderzoeksinstellingen intelligente industriële oplossingen kunnen ontwikke-len, testen en implementeren. Het zijn plekken waar deskundigen fysiek of virtueel samenkomen met ondernemers en zich bezighouden met de praktische toepassing van oplossingen. Het zijn netwerken van kennisinstellingen, onderwijs, overheid en commerciële bedrijven die samen ko-men op een specifiek technisch onderwerp. Het AI4DT-netwerk bestaat uit bedrijven, experts en technologie aanbieders die elkaar regelmatig ontmoeten, informeren en ervaringen delen tijdens gezamenlijke evenementen. Hiervoor is een b2bsamenwerkingsplatform permanent beschikbaar op www.ai4dt.com voor b2b-matchmaking activiteiten en virtuele evenementen. Daarnaast kunnen oplossingen worden gedemonstreerd op de fysieke locaties in het project, de Brainport Industry Campus Eindhoven en de Werk150 - de fabriek op de campus van de Universiteit van Reutlingen. VAN DE REDACTIE

‘Een digitale tweeling staat voor de verbinding van de echte en de digitale wereld’

CloudWorks – mei / 2021

11


Security ’Mix van load balancing en security maakt ons aanbod uniek’

Load balancer-specialist Kemp breidt uit met overname Flowmon Networks 2021 wordt een jaar vol nieuwe kansen voor Kemp Technologies, specialist in load balancers. Na de recente overname van Flowmon Networks moet er intern nog van alles worden samengevoegd. Ook de channelpartners worden getraind in de nieuwe mix van producten op het gebied van cybersecurity en netwerkmonitoring, vertelt Maarten Labadie, Benelux-directeur bij Kemp.

Het is een hele verandering voor Kemp. Hoewel bij het horen van het bedrijf wellicht niet bij iedereen een belletje gaat rinkelen, is Kemp leider op het vlak load balancing met wereldwijd meer dan 100.000 deployments. Onder andere ASOS en Audi maken gebruik van hun technologie. Load balancers zijn als het ware verkeersagenten die op een kruising tussen het netwerk en servers het verkeer soepel moeten laten door lopen. Hiermee garandeer je volgens Kemp een optimale ‘applicatie experience’ ofwel AX. “We hebben Flowmon overgenomen omdat we een aantal mooie kansen zien: de integratie met Flowmons securityoplossingen past perfect in onze bestaande propositie, onze aspiraties en de usecases die we bij eindklanten zien. Kemp zit met load balancing al dicht aan tegen security, denk aan de WAF (Web Application Firewall) als onderdeel van de oplossingen die we leveren. Flowmon is daarmee een strategische uitbreiding op ons portfolio met betrekking tot security. “Bovendien sluit het goed aan op het channel zoals we dat hier willen ontwikkelen”, legt Labadie uit.

Waarom Flowmon? Flowmon is erg goed in netwerk performance monitoring, netwerkdetectie en response, vertelt hij. Het bedrijf is op dit moment groot in Oost-Europa en Azië, en dan vooral in Japan. “In het algemeen ziet Kemp groei op het vlak van security en daar past de overname van Flowmon precies in.

12

Alles over innovatie in ICT

Kemp is een dedicated load balancing bedrijf maar als je kijkt naar het hele segment van oplossingen waar we tussen zitten, dan schurken we al vaak aan tegen de security-partijen, zoals bijvoorbeeld firewall-leveranciers. En we kunnen goed opschuiven in die richting”, aldus Labadie. “We zullen nooit een firewall-leverancier worden maar de kant van cybersecurity is een heel logische strategische stap voor ons.” Alles om de application experience te optimaliseren. Dat is ook de primaire reden van die overname. Flowmon past ook qua cultuur goed bij Kemp, vindt hij. Daarbij is niet alleen gekeken naar de groei voor de komende jaren, maar ook naar het bedrijf en de mensen. “In de Benelux krijg ik er bovendien twee topcollega’s bij, Mathias van der San en Tonny van der Cammen”, aldus Labadie.

Security-partijen Door de overname wordt het productaanbod van Kemp verbreed en ook het scala aan potentiële klanten is uitgebreid. De combinatie die we hebben gemaakt nu met Flowmon, van load balancing gecombineerd met netwerk monitoringtools, is echt uniek in de markt omdat de concurrentie niet in staat is dat te doen. “We willen kwaliteit van enterpriseniveau leveren aan onze klanten. Dat doen wij op het vlak van load balancien vaak voordeliger omdat je bij ons alleen betaalt wat je gebruikt terwijl je bij sommige andere partijen betaalt voor een heel scala

{

‘We schurken al vaak aan tegen de securitypartijen’


aan opties die je misschien helemaal niet gebruikt. Je koopt dus vaak meer dan je nodig hebt bij de andere partijen.”

Focus op thuiswerken Dit jaar wil Kemp inspelen op de tendens van het thuiswerken en mobiel werken en situaties waarbij meer gebruikers buiten de deur gaan werken in plaats van op kantoor. “Wij moeten reageren op de populariteit van de cloud met ons load balancing aanbod.Veel bedrijven migreren naar de cloud en denken dat ze daarmee klaar zijn, maar dat is niet zo eenvoudig. De migratie is een stap waarin load balancing een rol in kan spelen, ook is het centraal management niet altijd helder”, legt Labadie uit. Daarin kan Kemp ook een rol spelen. “Dus we passen onze strategie aan aan de trend waarbij bedrijven naar de cloud verhuizen.” Verder moet de integratie met Flowmon worden afgerond en wil Kemp groeien op het security-vlak met wat Flowmon te bieden heeft.

Plannen voor dit jaar In de Benelux gaan we focussen op ontwikkeling van het partnerkanaal, met een select aantal partners. Dat zullen deels bestaande partners zijn en deels nieuw te werven partners. Kemp Technologies is daarom nog wel op zoek naar goede nieuwe partners. “We zoeken maar een beperkt aantal specialistische partners en we letten daarbij op een aantal aspecten zoals of er bij de partner kennis is van netwerkdetectie- en response-oplossingen, en algemene securitykennis. Maar ook partners met een relevante klantenset die die kennis misschien nu nog niet hebben maar dat wel graag willen. We gaan ervoor zorgen dat het partnermodel en de wijze van opereren van Kemp en Flowmon op elkaar wordt afgestemd”, verzekert Labadie. “We zorgen ervoor dat we partners gaan trainen en certificeren in het nieuwe portfolio van Flowmon. Uiteindelijk is het zo dat wij alleen groeien als onze partners groeien.” Maarten Labadie is Benelux-directeur bij Kemp

Edwin Feldmann CloudWorks – mei / 2021

13


Duurzaamheid Datacenters spelen hoofdrol in duurzaamheid

Climate Neutral Data Center Pact belangrijke versterking voor SDIA’s roadmap De SDIA is verheugd over de recente aankondiging van het Climate Neutral Data Center Pact. Het pact opgesteld door de Europese datacenter- en cloudindustrie - is een nieuwe poging tot zelfregulering namens een aantal vooraanstaande aanbieders van datacenterinfrastructuur. Dit collectief van exploitanten en gebruikers van datacenters komen in actie om manieren te onderzoeken om vitale huurders van duurzaamheid aan te spreken, waaronder energie-efficiëntie, koolstofvrije stroom en waterefficiëntie. Interessant genoeg sluit het pact nauw aan bij de doelstellingen die verwoord staan in de roadmap die SDIA heeft gepubliceerd. Deze ontwikkeling onderstreept het toenemende bewustzijn in de hightech-industrie in heel Europa van de noodzaak om duurzame oplossingen te creëren die technologische innovaties ondersteunen. Het implementeren van duurzame maatregelen in het playbook voor datacenterbeheer is een kerncomponent voor het creëren van een echt duurzame digitale infrastructuur. Datacenters kunnen sterk bijdragen aan negatieve milieueffecten en de SDIA is er vast van overtuigd dat deze operaties kunnen worden verbeterd om bedrijfskritische diensten te leveren en tegelijkertijd de schade die ze aan het milieu veroorzaken te verminderen. Naarmate de samenleving meer en meer afhankelijk wordt van digitale oplossingen die de ecologische hulpbronnen onder druk dreigen te zetten en een duurzame toekomst in gevaar brengen, bevestigt dit nieuwe initiatief de oproep van de SDIA tot bewustwording en de bredere erkenning van de noodzaak van verandering.

14

Alles over innovatie in ICT

Mohan Gandi is Head of Research & Policy bij Green IT Amsterdam en Sustainable Digital Infrastructure Alliance

{

‘De SDIA moedigt zijn deelnemers aan om hun steun te betuigen aan het gemeenschappelijke doel om een duurzame digitale infrastructuur te creëren in de hele Europese Unie’


Meer weten? Sleutel De aandacht in het pact voor recycling en het verminderen van het verbruik van hulpbronnen en materialen is dé sleutel tot het implementeren van bredere inspanningen die rekening houden met duurzaamheidsprotocollen die zowel uitvoerbaar als meetbaar zijn. Het collectief van datacenter- en cloud-aanbieders lijkt plannen te hebben om de voortgang te volgen en feedback van zijn leden te verzamelen in een poging om productieve maatregelen te identificeren en het delen van ideeën te stimuleren. De SDIA vindt deze intentie om datacenter operators als het ware over te zetten naar een duurzame digitale economie bemoedigend, gezien de grootschalige impact die datacenters hebben op het totale energieverbruik van de EU. Datacenters hebben zelfs een van de snelst groeiende CO2-voetafdrukken, wat sterk bijdraagt aan de CO2-uitstoot. De ‘SDIA Roadmap to Sustainable Digital Infrastructure by 2030’ gaan in op de impact van datacenters als onderdeel van het grotere raamwerk van digitale infrastructuur. De SDIA splitst de componenten voor een duurzame digitale infrastructuur verder op in adresseerbare clusters met precieze doelen die gericht zijn op kwantificeerbare resultaten. Door te onderzoeken hoe emissies, vervuiling, energie- en hulpbronnenverbruik en afval de hele waardeketen van digitale diensten beïnvloeden, pleit SDIA voor goed uitvoerbare en bovendien schaalbare benaderingen die kunnen worden toegepast door datacenters, maar ook door bouwbedrijven, fabrikanten van elektrische en mechanische infrastructuur, leveranciers, hardware- en softwareontwerpers en andere belangenorganisaties.

Roadmap-activiteiten Alle activiteiten in de roadmap van SDIA zijn ontworpen om te schalen, te meten, te rapporteren en te innoveren met benchmarks die specifiek bepalen hoe digitale infrastructuur duurzame praktijken kan implementeren en verfijnen. Door rekening te houden met de impact en verwevenheid van de hele hightechwaardeketen, probeert de SDIA hiaten in processen, materialen en consumptiepatronen te overbruggen die meer dan één sector overspannen of beïnvloeden. Infrastructuur is van nature een systeem of netwerk van componenten die de basis vormen van een entiteit. Als het gaat om digitale infrastructuur, zijn datacenters een essentieel onderdeel van een geïntegreerd netwerk dat moet worden geëvalueerd. Het hele Bondgenootschap, zijn leden en het netwerk zijn van plan middelen vrij te maken ter ondersteuning van de inspanningen van het pact. De SDIA zelf is van plan om zich bij het pact aan te sluiten om ervaring en stem te geven aan de zaak en het grotere doel van gezamenlijke duurzaamheidsresultaten. Met een routekaart naar een duurzame digitale infrastructuur tegen 2030, zetten de SDIA en zijn leden zich in om gelijkgestemde organisaties te ondersteunen en samen te werken om concrete plannen te ontwikkelen, promoten en versnellen met tijdlijnen en doelen die praktisch toepasbaar zijn.

-B ekijk de roadmap van SDIA voor meer informatie over de eigen plannen van de SDIA om een duurzame digitale economie mogelijk te maken op https:// sdialliance.org/roadmap. -L ees hier de originele aankondiging van het Climate Neutral Data Center Pact: https://www.climateneutraldatacentre.net/2021/01/21/climate-neutral-data-centre-pact-commits-european-cloud-and-data-centre-industry-to-ambitious-sustainability-action-2/

Milieuresultaten Inspanningen om de bijdragen van datacenters aan negatieve milieuresultaten te beperken, zijn essentieel voor het creëren van een duurzame hightech-infrastructuur voor de EU. SDIA staat te popelen om specifieke projecten en initiatieven verder uit te werken die leden van beide groepen kunnen gebruiken om bruikbare stappen te implementeren om afval en emissies te verminderen. Door deze stappen te koppelen aan mijlpalen en doelen die met leden worden gedeeld, kunnen organisaties gebruikmaken van de duurzaamheidsstatistieken van SDIA en transparante rapportage creëren binnen het kader van de Roadmap. Met regelmatige rapportage en inzicht kunnen alle betrokkenen plannen opnieuw kalibreren en gegevens uit een dwarsdoorsnede van de sector gebruiken om de besluitvorming te begeleiden en duurzaamheidsinspanningen te verfijnen. Het uiteindelijke doel is om acties te definiëren die leiden tot duurzame digitale oplossingen die innovatie op het gebied van van cloud en internet te ondersteunen en tegelijkertijd negatieve milieueffecten te verminderen. Het implementeren van duurzame maatregelen vereist duidelijke stappen die van onderaf kunnen worden uitgevoerd. Het betrekken van eindgebruikers, bedrijven en besluitvormers bij de planning en het bewustzijn dat nodig is om beleid te maken, is van cruciaal belang voor een succesvolle acceptatie. De SDIA kijkt ernaar uit om meer te weten te komen over de plannen van het pact om exploitanten te betrekken bij de uitvoering van maatregelen die de zelfregulering die in het initiatief wordt genoemd, aanmoedigen. Er kan alleen op verantwoording worden geanticipeerd als aanbieders begrijpen hoe, en niet alleen waarom, duurzaamheid kan worden geïntegreerd in bestaande processen, systemen en datacenters. Het afwegen van prioriteiten, kosten, effecten en maatregelen voor deze acties kan succes op dit gebied belemmeren of stimuleren. De SDIA is bereid om datacenterpartners en operators te ondersteunen bij het definiëren van meetbare manieren om duurzame praktijken te implementeren die schaalbaar, uitvoerbaar en haalbaar zijn. Het pact is een nieuwe kans voor de SDIA-partners en -leden om hun expertise en input toe te voegen aan een sector die steeds meer openstaat voor verandering. De SDIA moedigt zijn deelnemers aan om hun steun te betuigen aan het gemeenschappelijke doel om een duurzame digitale infrastructuur te creëren in de hele Europese Unie. CloudWorks – mei / 2021

15


Infrastructuur Edge helpt data te verwerken waar het gegenereerd wordt

Edge computing biedt volop kansen mits infrastructuur op orde is Edge computing is dé nieuwe modekreet van de ICT-sector. Men doelt hiermee op een trend waarbij data voor verwerking niet eerst naar een centrale locatie - serverruimte of cloud-datacenter - wordt gestuurd, maar dat de verwerking van die gegevens op precies dezelfde plaats gebeurt als waar deze data oorspronkelijk werd gegenereerd. ‘Ergens’ aan de rand van het netwerk dus. Dit is een erg belangrijke ontwikkeling, al was het maar vanwege de snelheid waarmee de verwerkte data beschikbaar is. Dat stelt de aanbieder van netwerkinfrastructuren Panduit in een nieuwe whitepaper getiteld ‘Infrastructure Implications for Edge Deployments; Moving Compute Functions to the Edge Makes Infrastructure More Critical’. Eigenlijk is edge computing vooral een verschuiving van een gecentraliseerde manier van data verwerken naar een hybride, gedistribueerd model, lezen we in deze whitepaper. Wat houdt dat precies in? De afgelopen twintig jaar was de manier van data verwerken vrijwel uitsluitend gecentraliseerd (zie figuur 1). Of een bedrijf nu een on-premise datacenter, via cloud computing of met een hybride cloud-model gebruikte, het is een gecentraliseerd rekenmodel. Alle gegevens worden verwerkt en opgeslagen op één centrale locatie. Edge computing vult dat model aan met extra rekenfaciliteiten aan de randen van het netwerk en daarmee dus dichter bij de plek waar de data wordt gegenereerd en waar de eenmaal verwerkte data vaak ook weer wordt toegepast. Dat klinkt wellicht abstract. Daarom geeft Panduit een voorbeeld. Content Delivery Networks of CDN’s zijn een service waarvan onder andere consumenten profiteren iedere keer dat men een video bekijkt of iets download van internet. Met een CDN wordt inhoud geüpload naar een server, waarna het CDN deze video distribueert naar alle Points of Presence (PoP’s) in het CDN. PoP’s zijn zeg maar de invoegstroken van het internet, dus de locaties waar gebruikers toegang tot internet krijgen. Eenmaal door het CDN verspreid, halen eindgebruikers de inhoud van de CDN PoP die het dichtst bij hen in de buurt is en dus niet van de oorspronkelijke server. Neem een consument in de buurt van Amsterdam. Deze persoon wil inhoud downloaden die is opgeslagen op een server in San Francisco. Zonder CDN zal het downloaden van die inhoud last

16

Alles over innovatie in ICT

hebben van een forse latency, mogelijk 220 ms of meer, omdat de data helemaal uit Californië moet komen. Dit wordt merkbaar in de vorm van buffering, vertraging of pixilatie. Als er een CDN aanwezig is met een PoP bij Amsterdam dan wordt de inhoud snel en consistent gedownload met een latency van hooguit 10 ms. De eindgebruikerservaring is dan dus veel beter (zie figuur 2).

Industriële edge-toepasssingen Een Content Delivery Network is een mooi voorbeeld van de voordelen die we kunnen behalen door data zo dicht mogelijk bij de gebruiker op te slaan en te verwerken. In dit voorbeeld gebeurt dit in de vorm van video. Maar het kan ook om data in een IoT-applicatie gaan. Of denk aan meetdata die door monitoringsoftware in een machine of installatie wordt voorgebracht en die op een of andere manier verwerkt dient te worden. Kunnen we dat niet het beste dicht in de buurt van die machine of installatie doen, zodat de bewerkte gegevens heel snel weer beschikbaar zijn? Bijvoorbeeld om in te kunnen grijpen in de status van die machine? Edge computing speelt dus in op een aantal problemen die het wijdverbreide gebruik van colocatie-datacenters met zich mee brengt, lezen we in de whitepaper. Een colocatie-datacenter is een datacenter waar bedrijven - letterlijk - ruimte huren voor het plaatsen van IT-apparatuur. Het kan gaan om een handvol IT-apparaten. Maar ook om enkele racks vol met servers en storage-apparaten. Deze colocatie-markt groeit al decennia. De groei werd voor het grootste deel gedreven door colocatie-faciliteiten in of nabij grote(re) Tier 1-steden zoals Amsterdam of Londen. Toepassingen die in deze faciliteiten werden uitgevoerd, waren niet bijzonder latency-gevoelig. Met andere woorden, het was voor het functioneren van deze applicaties niet zo vreselijk belangrijk of een gebruiker 2 of 20 of 50 milliseconden moet wachten voordat de applicatie reageert. De afstand van de colocatie-faciliteit tot de feitelijke locatie van een kantoor of productievestiging was dus niet zo belangrijk. De edge computing-trend verandert die visie. Sommige applicaties worden gevoeliger voor latency, dus geldt nu: hoe dichter een faciliteit bij de eindgebruiker is, hoe beter de prestaties van die applicatie. Edge colocatie speelt in op de trend om colocatie-faciliteiten te verplaatsen naar Tier 2- en Tier 3-steden. Hierdoor kunnen bedrijven met activiteiten op meer landelijke locaties profiteren van de voordelen van colocatie, zonder daarbij de latency-gevoeligheid in gevaar te brengen.


Figuur 1. De afgelopen twintig jaar was de manier van data verwerken

Figuur 2. De eindgebruikerservaring is bij gebruik van een edge-

vrijwel uitsluitend gecentraliseerd.

omgeving vaak veel beter.

4 soorten infrastructuren

toegepast met een gecontroleerde omgeving, maar met beperkte koeling en basisbeveiliging.Voorbeelden zijn winkels en zorginstellingen.

Hoe vertaalt zich dit nu naar de dagelijkse praktijk in een productie-omgeving? Of een detailbedrijf? In de wereld van industriële automatisering en logistiek verzamelen en analyseren we al heel lang data. Deze gegevens worden van oudsher verwerkt in gecentraliseerde datacenters, die zich in veel gevallen op een behoorlijke afstand van de werkvloer bevinden.Veel nieuwere automatiseringstoepassingen vereisen realtime of bijna-realtime interactie met computerbronnen.Vanwege deze vereisten verplaatsen veel organisaties de rekenresources - zeg maar: de servers - dichter bij de productiefaciliteit of de magazijnvloer. Dat idee ligt natuurlijk erg voor de hand, maar veroorzaakt tegelijkertijd wel een hele reeks van nieuwe problemen, met name in de in alle opzichten fysiek toch wat ruigere omgeving van dit soort omgevingen. Denk aan verontreiniging of beschadiging door water, stof, bijtende stoffen of trillingen. Er zijn dus speciale behuizingen, apparaten en fysieke infrastructuren nodig om in IT-voorzieningen in dit soort edge-omgevingen te laten functioneren.

• Ruwe binnenomgeving De Harsh Indoor-omgeving is waar de vertrouwdheid begint te eindigen. Een goed voorbeeld van deze omgeving is de productievloer of een magazijn.Veel toepassingen op de productievloer vereisen een lagere latency om optimaal te presteren. Dit vereist dat apparatuur dichter bij het eindgebruik wordt geplaatst. Wanneer het gebruik zich in een industriële omgeving, een magazijn of een vergelijkbare omgeving bevindt, kan het gebruik van een kast en connectiviteit vereist zijn die geschikt zijn voor een zwaardere en uitdagender omgeving die bescherming biedt tegen bijvoorbeeld water of stof. Het biedt een beperkte bescherming tegen de buitenomgeving en beperkte beveiliging. Ook beschermd het tegen droge of vloeibare gevaren (stof, water)

• Buitenshuis Panduit maakt tenslotte onderscheid in vier soorten fysieke infrastructuuromgevingen die veel voorkomen in edge computingomgevingen:

• Sterk beschermd binnenshuis De Highly Protected Indoor-omgeving zal heel vertrouwd aanvoelen. Het is in feite de datacenterruimte die u momenteel heeft, hooguit op een locatie die u niet gewend bent. Deze omgeving heeft de meeste of alle voorzieningen van een traditionele datacenterruimte, inclusief stroom, koeling, connectiviteit, fysieke beveiliging en een sterk beschermde omgeving die je zou verwachten in een traditioneel datacenter.Vaak is er echter geen getraind datacenterpersoneel beschikbaar op de edge-locatie, dus beheer op afstand is de sleutel tot een succesvolle implementatie. Een goed voorbeeld van deze omgeving is edge colocatie. Verschillende colocatie-bedrijven hebben de edge reeds opgenomen in hun bedrijfsstrategie. Deze veelal kleinere colocatie-datacenters bevinden zich in niet alleen in traditionele locaties als Amsterdam en Londen, maar ook in kleinere steden. Bijvoorbeeld Rotterdam of Breda. In ieder geval dichter bij de eindgebruiker.

• De algemene binnenruimte De algemene binnenomgeving zal ook enigszins vertrouwd aanvoelen. Een goed voorbeeld van deze omgeving is een telecomruimte, serverruimte of kast. Het wordt binnenshuis

De buitenomgeving is waar de vertrouwdheid volledig voorbij is. Wanneer er rekenapparatuur moet worden geplaatst, moet dit in een behuizing worden geplaatst die in staat is om een ‘datacenter’achtige ruimte binnen die behuizing te bieden of deze dient zo verhard te zijn dat het bestand is tegen de extremen die de buitenomgeving kan brengen. Bij het omgaan met de buitenomgeving moeten verschillende factoren in overweging worden genomen bij de keuze van de apparatuur en de behuizing. Denk aan: - Temperatuurregeling (verwarming, koeling, zonnelading) - Afdichting (tegen vloeistoffen, deeltjes, bijtende stoffen, en flora en fauna) - Fysieke beveiliging (toegangscontrole, vandalisme) - Elektromagnetische afscherming - Trillings- en schokisolatie Van de redactie

Meer weten? De Panduit-whitepaper getiteld ‘Infrastructure Implications for Edge Deployments; Moving Compute Functions to the Edge Makes Infrastructure More Critical’ is hier te vinden: https://connected-infrastructures.info/nl/

CloudWorks – mei / 2021

17


Power management Resutaten van Leap-project bekend gemaakt:

‘Power management maakt dataservers 10 procent zuiniger’

Een coalitie van bedrijven en overheden uit de Amsterdamse datacenterketen heeft de af-gelopen maanden een energiebesparing gerealiseerd van 10 procent. Dit is gerealiseerd door dataservers, zonder prestatieverlies, in de ‘spaarstand’ te laten draaien. Met andere woorden: de powermanagementfunctionaliteit van servers optimaal toe te passen. Hiermee boekt datacenter-energiebesparingscoalitie ‘LEAP’ (Lower Energy Acceleration Program) haar eerste aantoonbare succes in het doel om het energieverbruik met 20 tot 40 procent te redu-ceren in de komende drie jaar. De positieve resultaten van de pilots bij onder andere Schiphol, KPN, Rabobank en de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied zijn inmiddels actief gedeeld met de partijen in de LEAP-coalitie. Het actief delen van de resultaten, aan de hand van informatie, instructie- en trainingsmateriaal, de zogenaamde ‘Happy Flow Manual’, moet de overstap naar brede ingebruikname van de energiezuinige ecomodus snel en efficiënt toepasbaar maken voor iedere organisatie.

10 jaar MJA3 De afgelopen tien jaar hebben ICT-energie-efficiëntieprogramma’s in Nederland, zoals de MJA3-ICT, geleid tot energie-efficiënte datacenters. De vraag naar energie in de ICT-sector zal de

18

Alles over innovatie in ICT

ko-mende jaren toenemen als gevolg van een enorme toename van dataverkeer. LEAP is een initia-tief om energie-efficiëntie van datagebruik met behulp van ICT verder te optimaliseren. Overheden, bedrijven en kennisinstellingen trekken hierin samen op om in een hoger tempo een duurzame digitale economie te realiseren. “Uit deelname aan deze pilot blijkt dat je met een kleine inspanning een energiebesparing van 10 tot 13 procent voor elkaar krijgt. Dat is echt bijzonder. Het is vooral een kwestie van je instellingen nog eens nalopen en zorgen dat je servers draaien als ze ook echt performance moeten leveren. De angst dat daardoor je prestaties worden beïnvloed, is onterecht”, aldus Mark Spronk, Senior Project Manager bij Schiphol.

Eerste energie-optimalisatieslag gemaakt Het aantal fysieke servers dat momenteel in Nederland actief is, ligt boven de miljoen. In dit onder-zoek is naar 60 daarvan gekeken. Om deze dataservers in eco-modus te zetten, is geen technologische vernieuwing nodig. Het is een instelling die de klanten van datacenters zelf kunnen active-ren in de hardware of de software, maar waar nog niet optimaal gebruik van wordt gemaakt.


{

‘Ondanks dat sommige bedrijven zich wel degelijk bewust zijn van de winst die energiebesparing kan opleveren, blijft het op grote schaal daadwerkelijk activeren van deze modus tot nu toe uit’

Uit de pilots blijkt dat power management een gemiddelde besparing van 10% oplevert. Daarnaast blijkt dat beter gebruik van virtualisatie (taken samenvoegen in minder servers) kan resulteren in een nog groter effect. De pilots toonden aan dat veel server capaciteit onbenut is en dat door virtu-alisatie beter in te zetten het aantal servers omlaag kan. Dit bespaart zowel energie als materiaal. “Virtualisatie en consolidatie van 10 of meer van deze onderbenutte servers is gemakkelijk te doen en leidt tot veel hogere energiebesparingen dan door alleen powermanagement toe te passen op elke individuele server. Bovendien leidt het tot financiële besparingen en minder gebruik van kritieke materialen. Kort ge-zegd betekenen deze technieken dat bestaande servers meer werk verrichten, waardoor er minder fysieke servers hoeven te draaien in een datacenter.”, aldus Jelle Eric de Vries, Sustainability Ad-visor bij KPN. De combinatie van virtualisatie en powermanagement lijkt de beste mogelijkheden te bieden voor energiebesparing van dataservers.

Handleiding voor powermanagement en virtualisatie Ondanks dat sommige bedrijven zich wel degelijk bewust zijn van de winst die energiebesparing kan opleveren, blijft het op grote schaal daadwerkelijk activeren van deze modus tot nu toe uit. Dat heeft drie redenen: een gebrek aan technische kennis over de kansen

van virtualisatie, onterechte vooroordelen over prestatieverlies bij gebruik van powermanagement en een gebrek aan prioriteit en beleid. LEAP gaat organisaties helpen de stap naar powermanagement te zetten door de ‘Happy Flow Manual’ toegankelijk te maken, die met de hardware vendoren is opgesteld. Een sim-pel eerste stappenplan waarmee alle organisaties die beschikken over dataservers, in eigen kan-toor of in een datacenter, powermanagement leren activeren en zich bewust worden van de kan-sen van virtualisatie en energie-efficiënter te werken. “We zijn erg verheugd dat we kunnen laten zien dat het toepassen van powermanagement op da-taservers leidt tot een directe verlaging van het energieverbruik van servers met gemiddeld 10 pro-cent. Zonder prestatieverlies. Daarmee kan opgeteld energie ter waarde van 61.000 Nederlandse huishoudens worden bespaard. Een mooie eerste stap in een proces waarbij de focus vanaf nu verschuift van optimalisatie op basis van bestaande technologie naar onderzoek en ontwikkeling van nieuwe technologie, circulaire ICT-inkoop en gedistribueerde oplossingen.Vernieuwende ont-wikkelingen en innovaties die ons dichterbij een duurzame digitale economie brengen.”, aldus Mar-jolein Bot, Energy Lead bij de Amsterdam Economic Board. VAN DE REDACTIE CloudWorks – mei / 2021

19


Trend Onderzoek Oracle en Workplace Intelligence:

85 procent van C-level managers worstelt met aanpassen aan virtueel werken De impact van de COVID-19 pandemie op de mentale gezondheid van werknemers loopt uiteen en is afhankelijk van factoren als leeftijd, functie en locatie. Dat blijkt uit onderzoek van Oracle en Workplace Intelligence, een HR-onderzoeks- en adviesbureau. Het onderzoek onder meer dan 12.000 werknemers, managers, HR-leiders en C-level managers uit 11 landen, toont aan dat C-level managers meer moeite hebben zich aan te passen dan hun werknemers en dat jongere generaties de meeste kans lopen een burn-out. Werknemers uit India, China, de VS en de Verenigde Arabische Emiraten rapporteerden het vaakst dat de pandemie negatieve invloed heeft op hun mentale gezondheid.

C-level managers hebben het meest geworsteld met werken op afstand en geven aan meer last te hebben van psychische problemen dan hun werknemers. Tegelijkertijd staan zij ook het meest open voor het vinden van hulp met behulp van Artificial Intelligence (AI): - 53% van de managers heeft geworsteld met mentale problemen op het werk. Dat is meer dan hun werknemers (45%). - C-level managers hadden het ook het moeilijkst om zich aan te passen aan een virtuele levensstijl: 85% meldde aanzienlijke problemen met remote werken. - Managers hadden 29% meer kans dan hun werknemers op moeilijkheden bij het aanleren van nieuwe technologieën voor werken op afstand; eenmaal aangepast aan het nieuwe normaal, hadden C-Suite executives 26% meer kans op een verhoogde productiviteit dan hun werknemers.

20

Alles over innovatie in ICT

- C-level managers staan het meest open voor het gebruik van AI voor wat betreft ondersteuning van hun mentale gezondheid: 73% zou liever met een robot over zijn of haar mentale gezondheid praten dan met een collega. 61% van de werknemers denkt daar hetzelfde over. - De managers zien 23% meer voordelen in AI dan werknemers en 80% van de ondervraagde managers heeft al ervaren dat AI hun mentale gezondheid heeft verbeterd.

Generatie Z en Millennials zoeken AIsupport Jonge werknemers ervaren het vaakst een burnout als gevolg van de effecten die de pandemie heeft op hun mentale gezondheid. Zij vragen openlijker om AI-support. - Generatie Z (Gen Z), de generatie - Werknemers in India (89%),VAE (86%), China (83%) en de VS (81%) antwoordden het vaakst dat de impact

van de pandemie op hun mentale gezondheid negatief is. Werknemers in China (43%) en India (32%) hebben het meest last van burn-outs als gevolg van overwerk dat is ontstaan door de COVID-19 crisis.Italië meldde het laagste aantal mensen dat een negatief effect van de pandemie op hun mentale gezondheid ondervond (65%). Werknemers in Duitsland gaven het minst vaak aan dat 2020 het meest stressvolle jaar op het werk ooit was (52%). - 29% van de Japanners zegt weinig problemen te hebben ervaren met werken op afstand of virtueel samenwerken met teams. Daarentegen zegt 96% van de mensen in India dat het een uitdaging is geweest om het tempo van de technologie op het werk bij te houden. - Chinezen (97%) en mensen uit India (92%) staan het meest open voor een robot die de rol van therapeut of coach op zich neemt. Fransen (68%) en inwoners


{

‘Onze bevindingen laten (…) zien dat werkgevers ondersteuning willen bieden, onder andere door de inzet van technologische oplossingen zoals AI

van het Verenigd Koninkrijk (69%) zijn het meest terughoudend. - Werknemers in India en China zijn 33% meer geneigd om met een robot te praten dan hun leeftijdsgenoten in andere landen: 91% van de Indiase werknemers en 91% van de Chinese werknemers krijgen liever hulp van een robot dan van hun manager als het gaat om stress en angsten op het werk.

Tijd voor actie Ondanks verschillen in functieniveau, generatie en locatie, zijn werknemers het er wereldwijd over eens: de coronapandemie heeft negatieve invloed op de mentale gezondheid van de internationale beroepsbevolking en vragen om hulp: - 78% van de werknemers zegt dat de pandemie negatieve invloed heeft gehad op hun mentale gezondheid. - 76% van de mensen vindt dat de werkgever meer zou moeten doen om

hun mentale gezondheid te beschermen. - 83% zou graag zien dat hun bedrijf technologie aanbiedt om de mentale gezondheid te ondersteunen. “Door te onderzoeken wat de verschillen zijn tussen onder andere demografie en regio, wordt duidelijk dat de pandemie grote impact heeft op de mentale gezondheid van werknemers met verschillende leeftijdsgroepen, functies en locaties,” zegt Dan Schawbel, research director van Future Workplace.”Te midden van de uitdagingen van de pandemie kunnen bedrijven deze periode echter ook gebruiken als katalysator voor positieve verandering. De inspanningen die bedrijven nu doen om de mentale gezondheid van hun mensen te beschermen, zullen de komende decennia leiden tot gelukkigere, gezondere en meer betrokken werknemers.”

schijnwerpers, maar onze bevindingen laten ook zien dat werkgevers ondersteuning willen bieden, onder andere door de inzet van technologische oplossingen zoals AI”, zegt Emile He, Senior Vice President, Oracle Cloud HCM. “De manier waarop de pandemie onze werkroutines heeft veranderd, maakte werknemers kwetsbaarder voor een burn-out, stress en andere mentale gezondheidsproblemen. Op de een of andere manier had dit op iedereen invloed. De oplossingen die organisaties hiervoor bieden, moeten aansluiten bij de unieke uitdagingen waarmee werknemers te maken hebben. Maar over het algemeen tonen de onderzoeksresultaten aan dat het implementeren van technologie om de mentale gezondheid van werknemers te verbeteren, een prioriteit moet zijn voor elke organisatie.” Van de redactie

“De pandemie zette de mentale gezondheid van werknemers wereldwijd in de CloudWorks – mei / 2021

21


Marktnieuws Colin Wright van Altaro en George van Brugge van Portland Europe:

‘Veel IT-afdelingen weten niet dat Office 365 een backup-oplossing nodig heeft’ Eind 2020 sprak CloudWorks met Colin Wright, Vice President EMEA bij Altaro en George van Brugge, CEO en oprichter van Portland Europe. Kort na het interview volgde het nieuws over de overname van Altaro door HornetSecurity.

interessant voor ons en het kanaal.” Hij merkt wel op dat met name de noodzaak van een Office 365 backup-applicatie nog redelijk onbekend is in de markt. “Microsoft garandeert een retentie van 30 dagen.Veel mensen denken dat daarmee de data veilig is, maar retentie heeft natuurlijk niets met een backup te maken. We moeten hier de markt nog veel uitleg over geven. Dat is ook een taak voor distributeurs als Portland naar hun resellers.”

Altaro is in 2009 begonnen uit onvrede met het beperkte aanbod van backup-software voor kleinere bedrijven. Wat men voor het eigen gebruik ontwikkelde, voldeed zo goed aan de wensen dat het idee kwam er een commercieel product van te maken. Met Altaro VM Backup biedt het een complete oplossing voor backup, recovery en replicatie van op Hyper-V en VMware gebaseerde virtual machines (VM’s).

Recent is het portfolio uitgebreid met een end-point oplossing. Het maakt een overzichtelijke cloud based console snapshots van folders, mappen en applicaties zonder dat de gebruiker van het device daar hinder van ondervindt. Wright: “Deze toevoeging aan ons portfolio is extra belangrijk, omdat door Covid-19 de manier waarop we werken is veranderd. Snapshots dragen bij aan hogere bedrijfscontinuïteit tot op werkplek niveau en maken snellere disaster recovery mogelijk.”

Altaro heeft wereldwijd meer dan 65.000 eindklanten. Het levert rechtstreeks en via distributeurs aan met name de Managed Service Providers. Het zijn allang niet meer uitsluitend kleine bedrijven die worden bediend. Bedrijven die 200 hosts met Altaro VM Backup beschermen zitten aan de bovenkant van met MKB.Voor Altaro maakt de omvang van een klant niet uit voor de ondersteuning. Het bedrijf gaat er prat op voor elke klant binnen 16 seconden de telefoon op te nemen en dat de support gratis is. Portland Europe is ruim zeven jaar partner van Altaro. De producten van het softwarebedrijf uit Malta passen goed in het portfolio van de distributeur.

Office 365 backup en endpoint oplossing “Altaro VM Backup is ons bekendste product, maar niet het enige”, zegt Wright. “Voortbordurend op dat succes leveren we ook makkelijk te bedienen backup-oplossingen voor Windows Server en Office 365. De markt voor deze twee is ook heel groot en

Altaro een natuurlijke match Dat laatste herkent Van Brugge. Bij Portland merkt men een grotere vraag van partners naar degelijke en makkelijk te bedienen oplossingen om de werkplekken en IT bij bedrijven te beschermen. “We zien dat Altaro heel vaak de natuurlijke match is. Je ziet aan

{

‘Het maakt een overzichtelijke cloud based console snapshots van folders, mappen en applicaties’

George van Brugge

22

Alles over innovatie in ICT


Colin Wright

alles dat dit producten zijn gemaakt op basis van input van de gebruikers. Daarom is het vast bestanddeel van onze vierde pijler”.

Vier pijlers van Portland Europe Portland heeft de afgelopen periode goed naar de markt en de eigen positie gekeken. Dat heeft geleid tot een nieuwe website en veranderingen achter de schermen. Er is gekozen voor de logische opbouw met vier pijlers. Het aanbod voor de MSPs is gegroepeerd rond infrastructuur tools, communicatie tools, productivity tools en continuity tools. Het aanbod van Altaro is in die laatste pijler opgenomen.

Sneller en efficiënter werken Van Brugge: “Er zijn verschillen tussen de VAR en de MSP, maar ze hebben ook een hoop gemeen. Wat ze allebei willen is sneller en efficiënter de dagelijkse werkzaamheden verrichten. Daardoor werken ze goedkoper, kunnen ze meer klanten bedienen en dat komt de omzet ten goede.” Portland en Altaro maken dat mogelijk. De MSP of VAR die voor Altaro kiest, heeft een one-stop-shop oplossing voor alle backup en recovery vragen van zijn klanten. Alles is snel en makkelijk te installeren. Beheer gaat via een single pane of glass.

Van Brugge: “We zijn nu beter dan ooit in staat efficiënter te werken. We kunnen sneller bij de informatie en de MSP ziet dat we hem beter kunnen helpen. Waarschijnlijk zijn er MSPs die naar ons interne verandertraject kijken omdat ze met iets vergelijkbaars bezig zijn.”

Met Altaro is het makkelijk heel snel de backup en recovery aan te passen al het IT gebruik van de klant verandert, zonder dat die van die aanpassingen enige hinder ondervindt. De MSP of VAR heeft een vast contactpersoon bij Altaro en een overzichtelijke factuur, waarvoor uiteraard een API beschikbaar is.

Altaro is vier jaar geleden, in navolging van Microsoft, begonnen met een zogeheten MSP annuity model. De meeste MSPs hebben daar inmiddels brede ervaring mee en weten dat goed te combineren met het perpetual model. Portland helpt hen daarbij.

“Met Altaro werken is echt een verademing,” zegt Van Brugge. “Simpel, goed en zeer interessant geprijsd. Dat wil de MSP en VAR. En het sluit naadloos op de filosofie van Portland.“

VARs zijn ook interessant voor Portland. Dat ze bij de grotere partijen aan tafel zitten is geen belemmering, het portfolio van Portland en alle diensten van Altaro zijn namelijk ook voor grotere eindklanten geschikt. Wright en Van Brugge zien dat voor veel VARs de eenmalige afrekeningen met de klant en de vergoedingen van de vendor of distributeur voor het behalen van targets nog leidend zijn. Wright. “We willen de VAR goed bedienen en dan moet er dus ook een goed vergoedingssysteem zijn. We hebben daar een eerste model voor, maar we zijn het nog aan het verbeteren”.

{

Van Brugge laat tenslotte weten dat de overname van Altaro door HornetSecurity verder geen gevolgen heeft voor de resellers en eindklanten in de Benelux. Ook voor Portland verandert er niets. “Wij blijven de vaste distributeur voor Altaro. Wie meer wil weten over de producten van Altaro en de filosofie van Portland nodig ik van harte uit contact met mij of en van mijn collega’s op te nemen.” Van de redactie

‘Recent is het portfolio uitgebreid met een end-point oplossing met een overzichtelijke console met snapshots van folders, mappen en applicaties’ CloudWorks – mei / 2021

23


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.