Globe Magazine - januari 2015

Page 1

GLOBE MAGAZINE

Januari 2015 / Nr. 394

1



Magazine voor internationaal ondernemen

GLOBE MAGAZINE

Op de cover Colofon Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen is het maandblad van Fenedex en richt zich op exporterende en internationaliserende Nederlandse bedrijven. Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen verschijnt 11x per jaar. Redactie Bart Jan Koopman (hoofdredacteur) Elmar Otten (eindredacteur) Marianne Elissen (redacteur) Frannie Flinterman (redacteur) Willemijn Gwanmesia (redacteur) Dorine Noordam (redacteur)

Mieke Veldhuis Chief sales officer Bugaboo International B.V. Mieke Veldhuis is Exportmanager van het Jaar 2014. Mede dank zij haar is kinderwagenfabrikant Bugaboo er in geslaagd om in vijftien jaar tijd in vijftig landen succesvol te zijn. Lees het interview op pagina 14.

Contact redactie Fenedex Postbus 90409, 2509 LK DEN HAAG T 070 – 330 56 20 F 070 – 330 56 56 E redactie@globemagazine.nl Vormgeving Silo, Den Haag Druk Veenman+, Rotterdam Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen wordt milieuvriendelijk en op chloorvrij papier (TCF) gedrukt. Advertenties Mooijman Marketing & Sales, Julius Röntgenstraat 17 2551 KS DEN HAAG T 070 – 323 40 70 E dm@mooijmanmarketing.nl Abonnementen Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen wordt verspreid onder leden van Fenedex. Ontvangt u het magazine nog niet? Neem dan contact op met de redactie. Overige verspreiding Relaties van Fenedex in de politiek, bij ambassades en consulaten in het buitenland, werkgeversorganisaties, branche­ organisaties en docenten internationaal ondernemen in het HBO en MBO kunnen Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen toegestuurd krijgen. Verspreiding vindt plaats in controlled circulation. Overname Overname van artikelen en andere informatie is alleen toegestaan na voorafgaande schriftelijke toestemming van de redactie, mits met bronvermelding. Disclaimer Aan de totstandkoming van deze uitgave is uiterste zorg besteed. Fenedex en haar auteurs aanvaarden geen enkele aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden noch voor de gevolgen hiervan. De inhoud van de artikelen hebben een informatieve strekking, zijn globaal en beschrijvend van opzet en kunnen niet worden gezien als juridisch advies. Aan deze informatie kunnen geen rechten worden ontleend.

“Bugaboo is een eigenwijs bedrijf. We doen dingen op onze eigen manier en soms tegen het advies van anderen in. Tot nu toe heeft ons dat geen windeieren gelegd.”

ISSN: 2352-5843 Januari 2015 / Nr. 394

3



GLOBE MAGAZINE

Voorwoord

Samen sterker in 2015 Zonder enige twijfel beleven we opnieuw een zeer turbulent jaar. Grote onrust en gespannen verhoudingen met Rusland en Turkije plaatsen deze voormalige groeibeloften in een ander daglicht. Een brandend Midden-Oosten, de ebola-uitbraak in West-Afrika en in eigen land nu de vogelgriep maken het kerstnieuws niet bepaald vrolijker. Toch zijn er best goede redenen om in ieder geval wat onze economie be­ treft positief vooruit te kijken.Was economisch herstel in Europa in 2014 nog slechts mondjesmaat aanwezig, de laatste cijfers wijzen op een versnelling van deze groei. De koers van de euro vis-à-vis vooral de dollar is duidelijk lager en betekent normaliter een positieve extra bijdrage aan de groei en de export. Een fors lagere olie- (en gas)prijs geeft extra steun aan dit plaatje. Ook de wereldeconomie staat meer in de groeistand en de verwachtingen voor de wereldhandel worden opgeschroefd, mede op basis van de blijvend positieve verwachtingen over de Amerikaanse economie en vooral ook de opkomende markten in met name Azië. Wat voor Nederland geldt als belangrijk land in de EU, en wat voor de EU geldt als belangrijk machtsblok in de wereld, is eveneens van toepassing op Fenedex, door samen te werken sta je sterker! Met deze gedachte in het achterhoofd hebben de verenigingen EVO en Fenedex het laatste jaar hard gewerkt aan het voorbereiden van een strategische samenwerking. Deze stap zal per 1 januari van 2015 ook daadwerkelijk worden genomen. Elders in Globe leest U meer over deze bijzondere stap in de ontwikkeling van Fenedex en EVO om klaar te zijn voor verdere groei in de toekomst. Uiteraard zullen wij ook op tal van andere manieren u gaan berichten over de voordelen van deze samenwerking. Dit in de overtuiging dat de leden en achterban van beide verenigingen, maar ook onze stakeholders, veel winnen bij deze aanpak. Met de verbinding tussen internationaal ondernemen en logistiek zijn we uiteindelijk een van ‘s werelds grootste exporteurs geworden! Ik wens u van deze plek uit een zeer goed jaareinde en vanzelfsprekend een zowel privé als zakelijk voorspoedig 2015 en dank u voor het in ons gestelde vertrouwen.

Bart Jan Koopman Directeur Fenedex Januari 2015 / Nr. 394

5


GLOBE MAGAZINE

Inhouds opgave Voorwoord 05 Samen sterker in 2015 Column

The little red dot is hot

Singapore is de poort naar Azië. Vanuit deze dwerg­ staat zijn de grote buurlanden uitstekend te bewerken. Een vereiste is wel om vanuit een vestiging te werken. Barbara Voskamp van DBLA schetst voor u de mogelijkheden en het juridische raamwerk. 

36

09 Het verhaal van Piketty Ervaringen 14 ‘We are Bugaboo’ Opinie 20 Een goede exportmanager Verkenningen 22 Oostenrijk: het hart van Europa 28 Minimumloon en tolplannen in Duitsland 34 Colombia: land vol mogelijkheden Expertise 10 Vooruitblik 2015 26 Financieringsbehoefte: Creëer een win-winsituatie 30 Douane: Grensverleggend & state-of-the-art 36 Vestiging opzetten in Singapore 38 Bewijsvoering Exportdocumenten Vereniging 40 Terugblik: jubileumviering Fenedex Elke maand 03 Colofon 13 Vreemde Zaken 39 Fenedex Member Benefits 39 Verenigingsnieuws 42 Export matters: Q&A 44 Agenda 46 Fenedex contact 6

Januari 2015 / Nr. 394

Het hart van Europa

Oostenrijk, een klein land in het centrum van Europa. Al jaren sturen we er voor 5 miljard euro aan goederen heen. Dit kan echter veel meer zijn, een aantal sectoren is zeer kansrijk. 

22


GLOBE MAGAZINE

Creëer een win-winsituatie

Wanneer lever je en wanneer krijg je betaald? Iedere exporteur moet hier een goede balans in zien te vinden. Maarten van den Bosch reikt u een aantal tools aan waar u, maar ook uw klant, voordeel van heeft. 

26 30 Grensverleggend & state-of-the-art Innovatie is de sleutel naar de toekomst, ook voor de Douane. De nieuwe grensverleggende handhavingsvisie zorgt er voor dat de Douane haar werk beter kan doen, zonder dat het bedrijfsleven extra hinder ondervindt. 

‘We are Bugaboo’

Nieuwe exportmarkten betreden zonder tussenkomst van distributeurs en agenten, Bugaboo doet het en met veel succes. De kinderwagens zijn al in meer dan vijftig landen te vinden. 

14

20 Een goede exportmanager

Wat onderscheidt een top exportmanager van de rest? Welke kwaliteiten moet hij of zij absoluut bezitten voor succes in het buitenland? Wij vroegen het aan vijf experts.  Januari 2015 / Nr. 394

7



GLOBE MAGAZINE

PAUL SCHNABEL

Het verhaal van Piketty

Column

Columnist en oudSCP-voorzitter Paul Schnabel observeert vanuit New York de Nederlandse handels­ inspanningen.

Veel besproken, veel verkocht, maar ook veel gelezen? ‘Kapitaal in de 21e eeuw’ van de Franse econoom Thomas Piketty is een internationale bestseller geworden, maar het is wel taaie kost. Honderden bladzijden over de verhouding tussen kapitaal en arbeid in Frankrijk en Engeland van 1800 tot nu. De conclusie is duidelijk. Van werken word je zelden rijk en wie rijk is kan zijn geld steeds harder laten werken en wordt ook steeds rijker. Onze kinderen zullen het weer moeten hebben van het geld dat ze erven. En net als vroeger zal dat geluk en gemak maar voor weinigen weggelegd zijn. Ik zie als tijdelijke NewYorker elke dag om me heen wat Piketty beschrijft. Op de 160e straat in Harlem, vlak bij mij, zijn net 150 appartementen in de sociale woningbouw beschikbaar gekomen. Huur tussen 400 dollar voor een éénkamerflat en 1500 dollar voor vier kamers. Er hadden zich bijna 50.000 belangstellenden voor aangemeld. Geen wonder, wie niet het geluk heeft in een appartement met een vorm van ‘rent control’ te wonen, betaalt hier onwaarschijnlijk hoge bedragen voor heel weinig vierkante meters. Beneden de tweeduizend dollar is op Manhattan niets te vinden. Wie het kan betalen huurt voor twintigduizend dollar en meer per maand. Koopprijzen variëren van één tot meer dan honderd miljoen dollar. De meeste New Yorkers zijn allerminst rijk en het leven is er zo duur dat ze ook altijd arm zullen blijven. Piketty laat zien dat het minimumloon in Amerika van iets meer dan 7 dollar per uur nu lager is dan vijftig jaar ge­ leden. In Frankrijk en in Nederland – waar Piketty niets over zegt - is het ongeveer 9,50 euro, bijna 12 dollar. Daartegenover staat in de VS en ook in Engeland een enorme stijging van vooral de allerhoogste inkomens. CEO’s met jaarsalarissen die elk op zich al vermogens zijn. Wanneer we niet naar deze bovenste 0,1 procent van de absolute topverdieners kijken, maar naar de tien procent bestverdienenden dan is hun aandeel in de Verenigde Staten in een halve eeuw van een derde naar bijna de helft van de totale loonsom gestegen en in Europa van gemiddeld ruim een kwart naar een derde. De kapitaalsverdeling is nog veel ongelijker. Piketty vat het kort samen: de meeste mensen hebben niks en heel wei­ nig mensen hebben bijna alles. Dat geldt voor de Verenigde Staten met 450 miljardairs en nog meer voor Rusland met 1100 miljardairs. Het geldt zelfs een beetje voor Nederland, met Skandinavië verder de uitzondering op de regel. De eenentwintigste eeuw begint weer verdacht veel op de achttiende eeuw te lijken. En ja, die eindigde in revolutie. Januari 2015 / Nr. 394

9


GLOBE MAGAZINE

Vooruitblik

Kort

Vooruitblik 2015 Vervallen tarief­ preferenties onder het APS voor bepaalde landen Als gevolg van een herziening worden landen die in drie achtereenvolgende jaren door de Wereldbank worden geclassificeerd als hogere midden­inkomens­landen verwijderd van de lijst met begunstigde landen binnen het APS. Ook landen die reeds op andere basis genieten van betere of gelijk­ waardige tariefpreferenties tot de EU, zoals onder een vrijhandelsakkoord of autonome tariefpreferenties, vallen sinds de hervorming van het APS buiten de lijst met begunstigde landen.

Voor 2015 en 2016 zijn er in verband hiermee de volgende wijzigingen: • Per 1 januari 2015 vallen de Volksrepubliek China, Ecuador, de Maladiven en Thailand buiten het APS (PB L 355, d.d. 31-12-2013) • Per 1 januari 2016 vallen Turkmenistan, Peru, Colombia, Honduras, Nicaragua, Panama, Costa Rica, El Salvador en Guatemala buiten het APS (PB L 283, d.d. 27-9-2014) De genoemde landen kunnen vanaf deze datum niet langer gebruik maken van de tariefpreferenties binnen het APS. Landen die geen vrijhandelsakkoord hebben met de EU – zoals Thailand – vallen terug op het derdelandenrecht. Op dit 10

Januari 2015 / Nr. 394

moment is er nog geen zicht op definitieve afronding van het vrijhandels­ akkoord met Thailand. Landen die wel een vrijhandels­akkoord hebben met de EU – zoals Peru, Colombia, Honduras, Nicaragua, Panama, Costa Rica, El Salvador en Guatemala – kunnen gebruik maken van de tariefpreferenties in het betreffende akkoord. Voor de meest actuele tarief­ informatie verwijzen wij u naar de EU export helpdesk. Voor meer informatie over het herziene APS kunt u terecht op de website van de Europese Commissie.  7,5t

Handelsakkoorden De WTO onderhandelingen over het multilaterale Doha-akkoord bereikte een hoogtepunt in december 2013. Het zogenaamde Bali-akkoord maakt douaneprocedures en andere procedures aan de grens minder complex. Belangrijk onderdeel van het akkoord is een structureel overleg tussen overheid en bedrijfsleven. In Nederland is dit goed geregeld, maar in andere landen kan dit nog een stuk beter. Gedurende 2015 moeten alle WTO-landen het akkoord goedkeuren. Het is aan het bedrijfsleven en de Nederlandse overheid om te laten zien welke voordelen daarmee te behalen zijn. Fenedex en EVO voeren hierover regelmatig overleg met het ministerie van Buitenlandse Zaken.

In 2015 wordt er ook verder onderhandeld over een EU-VS handels­ akkoord. Dit Transatlantic Trade and Investment Partnership (TTIP) moet leiden tot een opening van grenzen en verlaging van invoer­rechten. Vanuit NGO’s is veel weerstand tegen dit akkoord. Het exporterende bedrijfsleven moet meer doen om de voordelen te benadrukken, 2015 wordt een cruciaal jaar voor het succes van dit akkoord. Fenedex en EVO zullen komend jaar het belang van dit akkoord bij de Nederlandse regering en de Europese commissie blijven benadrukken. Daarbij is bijzondere aandacht voor de ‘quick wins’, zoals 7,5t Facilitation en vereenvoudiging Trade van de exportcontrolemaatregelen. 

Douane actualiteiten AGS2 is inmiddels aardig in gebruik bij het bedrijfsleven, DSI blijft voorlopig echter in de lucht totdat alle problemen zijn opgelost. AGS levert enerzijds nog wat technische problemen op, maar vereist ook meer nauwkeurigheid bij het doen van de aangiften. Dit zorgt voor een aangepast werkproces en maakt dat het systeem in aanvang soms minder positief wordt beoordeeld. Na een periode van gewenning wordt het systeem over het algemeen als prettig ervaren. In 2015 worden ook de voorbereidingen getroffen voor de implementatie van AGS 3 als vervanger van DSU.

Met veel dank aan www.btwplaza.nl, een initiatief van Van Driel Fruijtier btw-specialisten, voor hun bijdrage aan dit artikel.


GLOBE MAGAZINE

Vooruitblik

Inmiddels zijn de voorbereidingen voor de implementatie van het UCC ook in volle gang. De uitvoeringsbepalingen worden in mei 2015 vastgesteld en gepubliceerd. Omdat er twee soorten uitvoeringsbepalingen zijn, de invoerings- en de gedelegeerde bepalingen, is deze wetgeving wat minder toegankelijk dan de huidige Toepassingsverordening CDW. De komst van de UCC zal gevolgen hebben voor vergunninghouders vereenvoudigde procedures, maar ook voor vergunninghouders van economische douaneregelingen. Op het gebied van de ‘normale’ invoer en uitvoer valt het wel mee. Fenedex en EVO voeren in 2015 regelmatig overleg met de douane over de wijze waarop deze nieuwe wetgeving in Nederland wordt geïmplementeerd. De komst van de UCC en de automatiseringsslag met AGS4 zijn voor de Douane wel aanleiding om het proces van de domicilieringsprocedure en de regeling met de koeriersbedrijven waar nodig te herzien. Onder druk van Brussel en de UCC lijkt het erop dat de vereenvoudiging van de domicilieringsprocedure niet kan blijven bestaan in de huidige vorm. De normale aangifte is daarmee in een goed geautomatiseerd en ingeregeld proces wellicht te verkiezen boven een vereenvoudigde procedure waarin achteraf een deel van de gegevens wordt verstrekt. Natuurlijk is het bedrijfsleven nog wel in gesprek met de Douane om te voorkomen dat deze werkwijze meer controles en logistieke verstoringen oplevert. 

Wijzigingen in Duitse Maut voor vrachtauto’s in 2015 Het Duitse parlement is in november 2014 akkoord gegaan met een nieuwe Maut-structuur. In 2013 bracht de Maut 4,4 miljard op. De tarieven gaan in 2015 omlaag vanwege lagere rentekosten voor de infrastructuur. Als compensatie voor de schatkist wordt het wegennet waarop de Maut wordt geheven in juli uitgebreid met 1100 kilometer en gaat in oktober de ondergrens voor Mautplichtige vrachtauto’s omlaag van 12 ton naar 7,5 ton. In 2018 volgt een uitbreiding naar alle Bundesstraßen.  7,5t

Duitse verpakkings­ verordening gaat op de schop Er staan een aantal wetswijzigingen op stapel, die belangrijke gevolgen hebben voor de manier waarop in Duitsland de zogenaamde duale systemen de recycling van 7,5t verpakkingen regelen. Als gevolg van de wetswijziging zullen de tarieven van de duale systemen naar verwachting veranderen. De Duits Nederlandse Handels Kamer (DNHK) adviseert ondernemers om

hun bestaande contracten niet zomaar te verlengen, maar nog voor afloop een offerte voor 2015 aan te vragen. De Handelskamer ondersteunt bedrijven kosteloos bij het opvragen van offertes. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van het onlineofferte­formulier. Contact: DNHK, Johanna Maukner, Tel. 070 3114 169, e-mail: j.maukner@dnhk.org

Zie voor meer informatie over de wijzigingen Globe Magazine december 2013. 

Mini One Stop Shop-systeem Per 1 januari 2015 wijzigen de regels voor de plaats van dienst in de gehele EU voor elektronische diensten, telecommunicatie­ diensten en omroepdiensten die een btw-ondernemer binnen de EU verleent aan particulieren of niet-ondernemers (bijvoorbeeld de overheid) in andere EU-lidstaten.

Vanaf die datum zullen deze diensten niet langer belast zijn in het vestigingsland van de dienstverlener, maar in het land van de afnemer. Deze wijziging van de plaats-van-dienstregels betekent dat een Nederlandse btwondernemer die dergelijke diensten verkoopt aan particulieren in andere EU-lidstaten in al deze lidstaten btw verschuldigd is. Voorbeeld: een Nederlandse btw-onderJanuari 2015 / Nr. 394

11


GLOBE MAGAZINE

Vooruitblik

7,5t

nemer die via internet e-books verkoopt aan particulieren in België, Duitsland, Luxemburg, Zweden en Oostenrijk is tot 1 januari 2015 hierover 21% Nederlandse btw verschuldigd. Vanaf 1 januari 2015 is de ondernemer hierover 21% Belgische, 19% Duitse, 20% Oostenrijkse en 25% Zweedse btw verschuldigd. Om te voorkomen dat Nederlandse btwondernemers, zoals de btw-ondernemer uit het voorbeeld, zich in al deze EU-lidstaten moet registreren voor de btw en periodiek lokale btw-aangiften moet indienen, is de Mini One Stop Shop-regeling (MOSS) in het leven geroepen. Op grond van deze regeling kunnen Nederlandse btw-ondernemers die elektronische, telecommunicatie- of omroep­ diensten verrichten aan particulieren in andere EU-lidstaten de te betalen buitenlandse btw per kwartaal in Nederland melden en betalen. Registratie voor de MOSS moet in één EU-lidstaat, maar hoeft niet per se in de EU-lidstaat van vestiging. Als u vanaf 2015 in Nederland gebruik wilt maken van de MOSS om btw-registraties en btw-aangifte­verplichtingen in het buitenland te voorkomen, dan is het van belang dat u zich tijdig – vóór 2015 – aanmeldt bij de Belastingdienst. 

Nieuwe regel­geving Arbitrage­wetgeving Op 1 januari 2015 treedt de herziene arbitragewet in werking, waarmee de regels voor arbitrage worden vereenvoudigd en de administratieve lasten zullen worden verlicht.

De belangrijkste wijzigingen waarin de wet voorziet zijn de volgende: • Het wordt mogelijk om proces­stukken digitaal in te dienen. • Arbitraal beding consumenten­overeenkomst: het arbitraal beding komt op de zwarte lijst van onredelijk bezwarende bedingen bij consumentenovereenkomsten te staan (artikel 6:236 sub n BW). • Deponering arbitraal vonnis niet meer verplicht. • Vernietiging arbitraal vonnis: de procedure tot vernietiging van een arbitraal vonnis wordt terug­ gebracht tot een rechtsgang in één instantie, het gerechtshof (artikel 1064a Rv). De rechtsgang bij de rechtbank vervalt. • Mogelijkheid afwijkende partijafspraken: partijen krijgen meer mogelijkheden om zelf afwijkende afspraken te maken voor hun arbitrage­procedure. Dit geldt bijvoorbeeld voor de bewijsvoering en voor het hoger beroep.  Bron: amweb.nl

Toetreding Litouwen tot eurozone Litouwen zal op 1 januari 2015 als negentiende euroland toetreden tot de eurozone. Het land is sinds 2004 lid van de Europese Unie en is de laat­ste van de drie Baltische staten die de euro invoert. Letland wisselde de eigen munt begin 2014 in voor de euro en Estland deed dat in 2011.  12

Januari 2015 / Nr. 394

Luxemburg verhoogt btw-tarieven per 1 januari 2015 Per 1 januari worden de btw-tarieven in Luxemburg met twee procentpunten verhoogd. Dit ter compensatie voor de per 2015 veranderende Europese plaatsvan-dienst-regels voor tele­communicatie-, omroepen elektronische diensten, waar Luxemburg veel nadeel van ondervindt. 


GLOBE MAGAZINE

Vreemde zaken

ELMAR OTTEN

De olieveegarm Koseq maakt al sinds de jaren zeventig (toen nog onder de naam Doseq) veegarmen die op zee en binnenwateren worden ingezet bij olievervuilingen. Het nieuwe model Compact 502 betekent een belangrijke innovatie. Van olierampen op tv kennen we de drijvende olieafscheidingen, hoe werkt jullie nieuwe olieveegarm precies? ‘Met een veegarm kun je direct als een stofzuiger door een olievlek heen varen om de olie op te ruimen. Drijvende olieaf­ scheidingen (booms) moet je eerst om de olievlek heen trekken. Pas als dat gelukt is, en op zee met slecht weer is dat niet zo eenvoudig, kan je de olie van het water skimmen. Op zich bestaat de veegarm al veertig jaar, het innovatieve van het Compact 502 systeem is dat de veegarm is ingebouwd in een 20 ft. ISO-container, samen met een power pack, een kraan en een door één operator te bedienen bedieningsunit.’ Jullie markt is bij uitstek internationaal, lijkt me. ‘Wij hebben zo’n zeventig olieveegarm­ systemen nationaal en internationaal geleverd. Voor ons nieuwe Compact 502 systeem zien we zowel binnen als buiten Europa kansen. Klanten zijn bijvoorbeeld overheden evenals gespecialiseerde olie-opruimbedrijven en bergers, maar ook oliemaatschappijen zelf en offshore facili­ terende bedrijven.’

Veel concurrentie? ‘Er zijn een aantal specialistische bedrijven actief op de markt van oliebestrijdingsma­ teriaal, maar deze bedrijven produceren voornamelijk booms en skimmers. Koseq heeft een eigen unieke productassortiment op basis van de rigid sweeping arm, die we steeds verder ontwikkelen om aan te sluiten op de vraag in de markt.’ Kan het systeem op elk schip geplaatst worden? ‘Dat is het sterke van het nieuwe systeem: als er ruimte is voor een 20 voets contai­ ner op het dek, dan kan het al aan boord worden gezet. Verder heeft het schip niets nodig, behalve ruimte voor opslag van de geruimde olie.’

Koseq B.V. Hoofdkantoor: Ridderkerk Aantal medewerkers: 4 Belangrijkste producten: veegarmsystemen ter bestrijding van olie(vervuiling) op water Focus export­landen: Zuid- en Midden-Amerika, Midden- en Verre Oosten Exportomzet: bijna 100%

Op welke oliebestrijdingsoperatie zijn jullie het meest trots? ‘Dat is toch wel de ramp met de Prestige geweest, de olietanker die in 2002 voor de Spaanse kust is gezonken. Er kwam veel olie vrij en Spanje had zelf geen mogelijkheid om dat op te ruimen. Vanuit heel Europa kwamen in totaal twaalf schepen met verschillende olieopruimsystemen helpen, maar door de slechte weersomstandigheden konden de meeste schepen niets doen. Twee Nederlandse schepen met Koseqveegarmen konden dat wél en samen waren ze goed voor 87% van de totale hoeveelheid geruimde olie. Daar heeft de veegarm zich echt definitief bewezen.’ Januari 2015 / Nr. 394

13


GLOBE MAGAZINE

ARLETTE VAN DER VLIET, FRANNIE FLINTERMAN IVO VAN DER BENT

In korte tijd de wereld veroveren, het is kinderwagenfabrikant Bugaboo gelukt door continu te innoveren en niet bang te zijn een eigen pad te volgen. Kortom: door een beetje eigenwijs zijn.

‘We are Bugaboo’ Tijdens het Nationaal Export Event wist CSO Mieke Veldhuis van kinderwagenfabrikant Bugaboo met een ijzersterke presentatie de titel van Exportmanager van het jaar 2014 te bemachtigen. Reden genoeg voor Globe Magazine om haar aan de tand te voelen over de internationale successen die dit nog slechts vijftien jaar jonge bedrijf heeft weten te boeken.

Bugaboo bestaat pas vijftien jaar en is al te vinden in meer dan vijftig landen. Wat is het geheim van jullie succes? ‘Bugaboo is een eigenwijs bedrijf. We doen dingen op onze eigen manier en soms tegen het advies van anderen in. Tot nu toe heeft ons dat geen windeieren gelegd. Dat wil niet zeggen dat het ons is komen aanwaaien. De oprichters van Bugaboo, Max Barenburg en Eduard Zanen, hebben in 1999 de wereld van de kinderwagens volledig op zijn kop gezet. De Bugaboo was compleet anders dan de kinderwagens die op dat moment op de markt waren. Het succes volgde en Bugaboo groeide snel. Deze snelle groei ging echter wel gepaard met de 14

Januari 2015 / Nr. 394

bekende groeipijnen. Toen eind 2008 de crisis uitbrak werden we gedwongen om kritisch naar onszelf te kijken en maatregelen te nemen. Het ligt dan voor de hand om in de kosten te snijden, personeel te saneren en snel te cashen op het sterke merk. Echter, de aandeelhouders durfden te kiezen voor innovatie. Juist in moeilijke tijden. In die periode maakte ik nog onderdeel uit van het marketingteam. Maar toen bleek dat marketing en sales ver uit elkaar lagen en er weinig wederzijds begrip was, heb ik gezegd, “laat mij het dan maar doen en dan kan ik in ieder geval waarborgen dat er vanuit het merk wordt gedacht en gewerkt, ook in de landen waar we verkopen.’ En, is sales moeilijk? ‘Nee, ik vind het niet moeilijk, wel uitdagend. Belangrijk is dat je blijft werken vanuit de kernwaarden van je bedrijf, dan gaat het goed. Toen ik startte met sales bleek dat er in het buitenland weinig terecht kwam van de uitrol van onze langetermijnvisie om een sterk mobiliteitsmerk neer


GLOBE MAGAZINE

 Mieke Veldhuis “Sales is niet moeilijk, wel uitdagend.”

Januari 2015 / Nr. 394

15


GLOBE MAGAZINE

te zetten. De marketingcampagnes vonden vaak niet de weg naar de winkel of werden niet goed doorvertaald. In plaats van het duurzaam opbouwen van het merk, werd gekozen voor quick wins zoals het op korte termijn halen van verkoop­doelen. Het was lastig om die attitude te veranderen binnen de verkoopteams. Ook daar moesten we dus terug naar de basis. Wie zijn we, waar komen we vandaan en waar willen we naar toe. Denken vanuit het merk en te allen tijde met het oog op de lange termijn. In de praktijk betekende dit dat ik die eerste periode constant op reis was. Ik vloog de wereld letterlijk in twee weken rond om zo veel mogelijk kennis op te doen van de 16

Januari 2015 / Nr. 394

markten en de mensen. Er werden forse veranderingen doorgevoerd en sales en marketing werden volledig geïntegreerd. De integratie van deze twee disciplines is voor ons de kritieke succesfactor gebleken. Het heeft ons ontzettend veel gebracht. Na een moeilijk jaar in 2009 laten we jaar op jaar hoge groeicijfers van tussen de 15-25% zien. Onze strategie met een focus op innovatie, het openen van nieuwe markten en het toevoegen van nieuwe kanalen en producten werpt zijn vruchten af.’ Het klinkt alsof je direct wist hoe je het wilde aanpakken? ‘Natuurlijk had ik wel een doel voor ogen en een idee hoe ik dat doel kon

bereiken. Dat wil niet zeggen dat ik geen fouten heb gemaakt. Ik had die eerste jaren nog niet door welke impact het betreden van een nieuwe exportmarkt op je organisatie heeft. Ik deed het voorwerk, zocht de mensen, zette de organisatie op en dacht dan: ok, en nu aan het werk. Ik besefte niet hoeveel impact het opzetten van een lokale entiteit heeft op bijvoorbeeld de afdelingen legal, compliance, HR, finance, logistiek en ict. Nu, ruim vijf jaar later, is focus mijn toverwoord. Ik leerde al snel dat je niet te veel markten tegelijkertijd moet betreden. Tegenwoordig doen we één, maximaal twee nieuwe markten per jaar. Rustig bouwen en dan verder. Nee zeggen is minstens zo belangrijk als kansen pakken.’


GLOBE MAGAZINE

Hoe betreden jullie nieuwe markten? ‘Allereerst doen we veel onderzoek, ik besteed veel tijd in het land en er wordt een gedetailleerd exportplan geschreven. Bugaboo werkt zo min mogelijk met distributeurs. In het verleden deden we dit wel, maar voor ons werkt het beter om lokaal een eigen organisatie op te richten of directe export vanuit Nederland te doen. Ook dit heeft weer te maken met het bouwen van ons merk. Een distributeur moet een bepaalde omzet halen en heeft vaak geen langetermijnfocus. Daarnaast hebben veel distributeurs ook andere merken in hun portfolio waardoor, in onze ogen, nooit dezelfde tijd kan worden besteed aan het merk Bugaboo zoals wij dit zelf wel kunnen. Dit is ook logisch, maar voor ons wel de reden om bij voorkeur alles zelf te doen.’ Heeft Bugaboo helemaal geen distributeurs? ‘Er zijn uitzonderingen. In bijvoorbeeld Zwitserland en Israël werken we wel met een distributeur. Deze zijn vanaf het begin af aan betrokken geweest en eigenlijk onderdeel geworden van de Bugaboo-organisatie. Op dit moment zijn we de Braziliaanse markt aan het onderzoeken, we willen hier in 2015 starten. Maar Brazilië is een moeilijke markt, niet alleen door de invoerrechten maar ook door het gedrag van de consument. De Braziliaanse consument bestelt vanuit Brazilië online onze producten in de Verenigde Staten en laat ze afleveren in Miami bij speciale magazijnen of opslagfaciliteiten. Vervolgens vliegen ze naar Miami om de producten op te halen. Heel anders dus dan we gewend zijn. Hoe pak je dat dan aan? Eerst willen we zeker zijn dat de consument onze producten in Brazilië wil kopen. Ook moeten we onderzoeken wat de beste manier wordt om de markt te be-

“Het woord exportmanager ruikt naar sigaren” dienen. Is dat export of gaan we een eigen (assemblage)fabriek opzetten? Kortom er zijn nog te veel onzekerheden om direct zelf een entiteit op te zetten, daarom gaan we van start met een distributeur. Op deze manier kunnen we de markt leren kennen. Met hem is wel vanaf het eerste moment gecommuniceerd dat dit slechts voor de eerste jaren zal zijn. Ons uiteindelijke doel blijft het oprichten van een eigen entiteit. Eventueel samen met deze distributeur.’ Hoe zorg je er voor dat de merkwaarden overal op dezelfde manier worden gecommuniceerd? ‘Dat is een enorme uitdaging. Het gaat niet alleen om de merkbeleving en -waarden maar om de gehele Bugaboo-bedrijfscultuur die je wilt overbrengen. Bugaboo is een informele organisatie en dat willen we ook in het buitenland zijn. Maar om bijvoorbeeld Japans en Koreaans personeel op de Bugaboo-manier te laten werken en denken kost tijd. Het begint bij het trainen van onze eigen mensen. We hebben hier een programma voor ontwikkeld: ‘We are Bugaboo’. Dit programma wordt niet alleen gevolgd wanneer iemand in dienst komt, maar blijft terugkomen gedurende je gehele Bugaboocarrière. We organiseren twee keer per jaar internationale bijeenkomsten waarbij alle sales- en marketingmensen vanuit de gehele wereld samen komen, de countrymanagers komen

daarnaast meerdere keren per jaar naar Amsterdam en ik reis zelf de wereld over. Onze mensen worden dus regelmatig bijgepraat, opgefrist en geïnspireerd, dit alles om het merk te laten leven. De filosoof Confucius zei het al: ‘Vertel het me en ik zal het vergeten. Laat het me zien en ik zal het onthouden. Laat het me ervaren en ik zal het me eigen maken’. Wij proberen onze eigen mensen het merk te laten ervaren, zodat zij op hun beurt de retailers, zowel inkoop als het winkelpersoneel ook de Bugaboo-mindset kunnen geven. Dat is immers de volgende stap.’ We blikken nog even terug naar de finale van de Exportmanager Award. Hoe heb je deze dag beleefd? ‘Om eerlijk te zijn voelt het nog steeds een beetje onwerkelijk. Ik heb pas op het laatste moment besloten mee te dingen naar de prijs en heb me daarom van te voren nauwelijks beseft wat voor dag het zou worden. Ik ken Bugaboo zo door en door dat het me geen moeite kost het verhaal te vertellen. Mede daarom ging ik ontspannen de finale in. Het was lastig dat ik maar tien minuten had, want als ik eenmaal begin te praten dan word ik snel heel erg enthousiast en weet ik niet meer van ophouden. Mijn concurrenten kwamen bij mooie bedrijven met sterke merken vandaan (red. Farm Frites en Go-Tan) dus ik had me wel ingesteld op een flinke strijd. Ik hoop dat ik met het winnen van Januari 2015 / Nr. 394

17


GLOBE MAGAZINE

de award inspiratie kan bieden voor de volgende generatie international salesmanagers en dan vooral ook de vrouwen. Export is toch nog steeds een mannenwereld en dat is jammer. Het is ontzettend leuk en afwisselend werk, meer vrouwen zouden dit beroep moeten overwegen.’ Welke competenties moet je als exportmanager hebben? ‘Voordat ik hier antwoord op geef, wil ik toch even kwijt dat ik de term exportmanager niet sexy vind, het ruikt naar sigaren. Dit woord geeft voor mij de dynamische wereld waar je in terecht komt niet goed weer. Je zult een kind nooit horen zeggen: Later wil ik exportmanager worden. Terwijl als je zou uitleggen dat je de hele wereld over reist, geen dag het zelfde is en je altijd op zoek gaat naar nieuwe kansen en mogelijkheden, veel kinderen het vast en zeker een spannend beroep zouden vinden. Je bent ook met veel meer bezig dan export, dat klinkt alsof je een proces beheert, maar het gaat juist om mensen. Dat brengt mij op de competenties die je nodig hebt. Je moet met andere culturen en mensen op allerlei niveaus kunnen omgaan, een kameleon zijn. Ik kom zelf vanuit de marketing en had toen ik net begon met internationaal zakendoen geen benul van de verschillende belastingstelsels, compliance en andere meer exporttechnische zaken. Dit zijn dingen die goed aan te leren zijn, werken met mensen moet in je zitten.’ Tijdens de finale vertelde je dat je de industrie nog minstens één keer volledig op zijn kop wilde zetten door middel van een nieuw innovatief mobiliteitsconcept. Hoe denkbaar is het dat Bugaboo de markt bestormt met een rollator? ‘Leuk bedacht, en ook helemaal geen gek idee. Maar nee, onze eerstvolgende categorie wordt geen rollator. 18

Januari 2015 / Nr. 394

Ik zeg nog niet wat het wel wordt, maar het is iets wat opnieuw zal verrassen. De traditionele marketing zegt vaak dat je niet moet differentiëren. Voor de hand liggend is om expansie te zoeken binnen de huidige categorie zodat je maximaal gebruik maakt van het bestaande kanaal. Dat gaan wij dus niet doen. Echter, we blijven wel bij onze kern, namelijk innovatieve mobiliteitsconcepten. Jullie zullen tot 2016 moeten wachten, dan komen we er mee naar buiten.’

“Meer vrouwen zouden dit beroep moeten overwegen”



GLOBE MAGAZINE

Uit welk hout moet een export­ manager van wereldklasse gesneden zijn? Vijf kenners geven hun antwoord.

ELMAR OTTEN

De perfecte export­manager Fenedex reikt jaarlijks met ExportSelect de Export­manager Award uit, die dit jaar door Mieke Veldhuis van Bugaboo werd gewonnen. Wij vroegen vijf experts naar de eigenschappen van een goede exportmanager.

Raymond Smid Partner ExportSelect Succesvol exportmanagement is gebaseerd op drie uitgangspunten: Inleven in de marktbehoefte: zich afvragen wat de lokale behoeften zijn onder invloed van andere culture­ le gewoonten en gebruiken, zich daarin kunnen verplaatsen met een passende marktentree strategie en product­aanbod. Integratie met de lokale markt­ werking: kunnen aansluiten bij de gangbare marktstructuren en distributie­structuren, die passen bij het exportproduct. Daarin kunnen volgen en innoveren tegelijk, met gebruik­making van lokale partners en aan deze partners een team­ 20

Januari 2015 / Nr. 394

gevoel kunnen overbrengen. Inspiratie van de interne organisatie: exporteren is een teamgedachte, daarbij moet de eigen organisatie wil­ len meedenken, mede geïnspireerd door de overtuiging van de export­ manager, zodat in de organisatie kan worden waargemaakt wat in de markt wordt afgesproken. Het geheim van een succesvolle exportmanager ligt daarbij besloten in de ideale combinatie van persoon­ lijke eigenschappen, zoals inlevings­ vermogen, flexibiliteit en aanpas­ singsvermogen aan de ene kant en inhoudelijke expertise zoals talen-, export-, product- en marktkennis aan de andere kant. 

Tom Ambaum Global Sales Director Neptunus en Export­manager van het Jaar 2013 ‘Als goede exportmanager kom je altijd je afspraken na, ben je eerlijk en doe je wat je belooft. Kortom, je zorgt dat je geloofwaardig bent. Houd lijnen kort zodat je snel kunt schakelen. Doe dat ook daadwerkelijk. Heb respect voor an­ dere culturen. En last but not least: volg je intuïtie en blijf jezelf. Authenticiteit en pas­ sie voor wat je doet zijn zeer belangrijk. Ik geloof dat dit de eigenschappen zijn van een succesvolle exportmanager, en de waarden die je uit moet dragen. Uiteraard buiten de vakkennis die je dient te hebben: als exportmanager moet je alle sleutelfactoren in beeld hebben. Pas dan kun je stappen maken en succesvol zijn.’ 


GLOBE MAGAZINE

“Exportmanagers die ‘outside-­the-­box’ durven te denken, zijn vaker succesvol.”

Monique Ansink Directeur Excellent Products en jurylid Exportmanager Award

Johan Theunissen Managing director ISPS en docent Export Manager voor Fenedex

Monique Kuylaars Sales Director EMEA bij NovuPak en finalist Exportmanager Award 2008

Een goede exportmanager gaat vooraf op marktonderzoek en neemt stroopwafels mee! Naast alle standaard en bekende kwaliteiten is belangrijk dat een exportmanager zich niet alleen ver­ diept in de klant maar ook in het land waar de klant zich bevindt. Dit betekent dat de exportmanager, voordat hij of zij een klant bezoekt, eerst afreist naar het betreffende land om daar zelf marktonderzoek te doen. Hoe ziet de markt er uit? Welke concurrenten zijn er, wat is het prijsniveau, welke voorkeuren hebben consumenten of bedrijven? Door zo’n onderzoek is het mogelijk de producten of diensten op de markt en klant af te stemmen waardoor de verkoopkans wordt vergroot. Verder is het erg belangrijk om de klant ook persoonlijk te spreken; een goede deal wordt toch vaak aan de vergadertafel gesloten. Neem vooral ook de aan de markt en klant aangepaste monsters mee. En dus iets lekkers uit Holland: een stuk kaas of stroopwafels! 

Een succesvolle exportmanager is in staat kritisch naar de eigen exportac­ tiviteiten te kijken en zich af te vragen of een aangepast beleid voor de toekomst ontwikkeld dient te worden om succesvol te blijven of soms zelfs om succesvol te worden. Een goede exportmanager is een combinatie van een manager die een geweldige intuïtie heeft (ontwik­ keld) en tegelijkertijd ook iemand die strategisch kan analyseren. Daarbij is de accountmanager een teamworker die waardevolle feedback van zowel de in- als externe organisatie weet te verkrijgen en actief gebruikt om het verkoopbeleid steeds te optimali­ seren. Door de betrokkenheid en in­ vloed op het beleid van de organisatie zorgt de accountmanager ervoor dat de motivatie en drive vanuit de orga­ nisatie en zichzelf maximaal is. Een succesvolle exportmanager denkt in oplossingen en sluit dogma’s uit waar nodig. Exportmanagers die ‘outside-the-box’ durven te denken, kansen inzien, analyseren en ook daadwerkelijk pakken, zijn degenen die succesvol zijn in deze tijden! 

Een uitstekende exportmanager verkoopt buitenlandse kansen vaak twee keer: eerst in de eigen organisatie, daarna nog eens bij de potentiële klant. Een export­ manager maakt risico’s inzichtelijk en ontwikkelt passende strategie­ ën; vaak met de nodige creativiteit om een internationale deal binnen te halen.Passie voor het vak is een voorwaarde, net als cultu­rele affiniteit. Nederlanders komen vaak belerend of arrogant over, bekend om directe communicatie stijl; eigenschappen die in het buitenland meestal niet op prijs gesteld worden. Je moet eerder als een kameleon op een authen­ tieke manier kunnen schakelen op alle mogelijke niveaus en in alle mogelijke omstandigheden. Een uitstekende exportmanager heeft daarnaast veel geduld en een groot doorzettingsvermogen, is integer en heeft excellente communicatie­vaardigheden in meerdere talen. Eigenlijk een “schaap met vijf poten”, die graag en veel in het buitenland is. 

Januari 2015 / Nr. 394

21


GLOBE MAGAZINE

Welk land heeft het op een na grootste handelsnetwerk ter wereld? Oostenrijk dus. Zakendoen in het hart van Europa heeft zo zijn voordelen.

ELLEN CATTENSTART ERIK VAN HOUWELINGEN

Ondernemen in Oostenrijk

Het hart van Europa Oostenrijk is voor veel Nederlanders bekend terrein. Het land is wintersportbestemming nummer één en jaarlijks gaan er bijna twee miljoen Nederlanders op vakantie. Naast uitstekende wintersport­bestemmingen heeft Oostenrijk ook op andere terreinen veel te bieden: het land kent een sterke economie en een hoge levensstandaard en wordt beschouwd als de poort naar de markten van Centraalen Oost-Europa. Ook voor Nederlandse ondernemingen en bedrijven liggen er in Oostenrijk interessante kansen, vooral op het gebied van logistiek, energie, creatieve industrie, water en life sciences. 22

Januari 2015 / Nr. 394

Oostenrijk is met een oppervlakte van 83.878 km² twee keer zo groot als Nederland, terwijl het inwonertal slechts de helft bedraagt. Er is kortom veel ruimte, die voor een groot deel wordt bedekt door bergen en bossen. Van de ruim acht miljoen inwoners leven er 1,8 miljoen in de hoofdstad Wenen. Andere grote steden zijn de industriesteden Graz en Linz. Oostenrijk is net als Duitsland een federale parlementaire republiek, bestaande uit negen tamelijk zelfstandige Bundesländer. Een groot aantal internationale organisaties heeft zich in Wenen gevestigd, waaronder het Internationaal Atoomenergieagentschap van de Verenigde Naties (IAEA), de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in

Logistieke Sector: Oostenrijk prioriteitsland In 2015 is Oostenrijk één van de tien prioriteitslanden voor Nederland binnen de topsector Logistiek. Een speerpunt is het verbeteren van bestaande en het creëren van nieuwe ladingstromen naar en door Oostenrijk om de bereikbaarheid van Nederlandse havens te vergroten. Ook Oostenrijk zet sterk in op innovatie binnen de logistieke sector: het totaal aan geplande investeringen in telematica-toepassingen in het Oostenrijkse verkeerssysteem bedraagt ongeveer een miljard euro in de periode 2005 – 2020.


GLOBE MAGAZINE

Wenen

Europa (OVSE) en de Organisatie van Olie-Exporterende Landen (OPEC). Ook internationale ondernemingen, waaronder steeds meer Nederlandse, vinden hun weg naar Oostenrijk. Het land is momenteel – na Luxemburg – de rijkste lidstaat van de EU en heeft relatief weinig last van de economische crisis gehad. De strategische ligging en het gunstige economische klimaat bieden volop kansen voor Nederlandse bedrijven. Voor een Nederlandse ondernemer die de Oostenrijkse markt wil betreden, is het van belang zich bewust te zijn van de verschillen in omgangsvormen tussen Oostenrijk en Nederland. Zo gaat het zakendoen er in Oostenrijk een stuk formeler aan toe dan in Nederland. De Oostenrijkse bedrijfscultuur is in vergelijking met de Nederlandse zeer hiërarchisch ingesteld. Bovendien wordt groot belang gehecht aan posities en academische titels. De Oostenrijker prefereert langdurige partnerschappen boven snelle deals en stelt hoge kwaliteitseisen. Het wordt niet gewaardeerd als bezoekers de indruk wekken dat zij weinig verschil zien tussen Oostenrijk en Duitsland (wat niet wil zeggen dat er geen overeenkomsten zijn, met name tussen Oostenrijk en Beieren). De Nederlandse ambassade in Wenen ondersteunt Nederlandse ondernemers die in Oostenrijk actief zijn of dat willen worden op diverse manieren. De ambassade maakt hen wegwijs in het zakendoen in Oostenrijk en geeft advies bij de identificatie van geschikte zaken­partners. Hiertoe kan onder andere een ‘zakenpartnerscan’ worden uitgevoerd (in overleg met de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland). Oostenrijk importland Oostenrijk is een landlocked country: het land heeft geen directe toegang tot de open zee. Het beschikt evenmin over grote grondstofvoorraden. Opvallende economische pijlers zijn de agrarische sector (landbouw, veeteelt en bosbouw), toerisme en duurzame energie, naast een stevige industriële basis. Net als in Nederland wordt een aanzienlijk deel van

het BNP in het buitenland verdiend. Omgekeerd is de importsector ook zeer omvangrijk. Buurland Duitsland staat uiteraard met stip op nummer één als belangrijkste handelspartner, maar ook voor ons land is Oostenrijk belangrijk. De Oostenrijkse importen uit Nederland zijn de afgelopen jaren vrij constant en belopen bijna 5 miljard euro. Deze import bestaat voor bijna een derde uit machines en transportmateriaal en valt verder vooral in de categorieën voeding, (half )fabricaten en chemie. De Oostenrijkse export naar Nederland bestaat voornamelijk uit machines, (half )fabricaten, papier en karton en heeft een totale waarde van ongeveer 1,8 miljard euro. Omdat handel voor Oostenrijk van groot belang is, investeert het land hier sterk in. Na de Verenigde Staten heeft Oostenrijk het grootste netwerk voor handels­ bevordering. Aangestuurd door de Wirtschaftskammer Österreich (WKÖ) opereert een groot aantal Oostenrijkse Kamers van Koophandel in het buitenland. Deze werken samen met de Oostenrijkse ambassades en kennen een – zeker voor Nederlandse begrippen – forse bezetting. Ze ondersteunen Oostenrijkse bedrijven bij het betreden van markten en zijn eveneens bedrijven die naar Oostenrijk willen exporteren behulpzaam. Duurzame energie Meer dan een kwart van het totale energieverbruik van Oostenrijk wordt door duurzame energie gedekt, waarmee het land wereldwijd tot de kopgroep behoort. Het heeft zich ten doel gesteld het aandeel van duurzame energiebronnen uiterlijk in 2020 op 34% te brengen. Om dit te bereiken moeten de waterkracht- en de zonneenergiecapaciteit tot 2020 elk met 1000 MW toenemen ten opzichte van 2010, de windkrachtcapaciteit met 2000 MW en de capaciteit op het gebied van biomassa en -gas met 200 MW. Daarnaast wil Oostenrijk een hogere efficiëntie­graad bij het verbruik realiseren, zodat het totale energieverbruik daalt. Januari 2015 / Nr. 394

23


GLOBE MAGAZINE

Life Sciences & Health Voor de Oostenrijkse economie is Life Sciences & Health een belangrijke en groeiende sector waarin 723 grote en kleine bedrijven actief zijn. Wenen is het centrum van de activiteiten op dit gebied. De sector draagt 5,4% bij aan het bruto binnenlands product. De overkoepelende brancheorganisatie LISA (Life Sciences Austria) zet zich actief in om de branche te promoten en internationale samenwerking te bevorderen. Oncologie is één van de speerpunten. Oostenrijk heeft internationaal een voortrekkersrol in de strijd tegen kanker. De overlevingspercentages voor kanker liggen in Oostenrijk hoger dan in veel andere Europese landen. Aangezien er veel verschillende vormen van kanker zijn, is samenwerking en informatie-uitwisseling van het grootste nut. Oostenrijkse onderzoekscentra werken nauw samen met de gezondheidssector en het internationale bedrijfsleven. Logistiek en E-mobility Aangezien Oostenrijk zich positioneert als poort naar Centraal- en Oost-Europa, is het land ook voor logistieke ondernemingen een interessante partner. Via Wenen bereiken exporteurs eenvoudig Bratislava, Boedapest, Boekarest en zelfs Istanbul. Wegtransport vormt nog steeds een belangrijk element van de logistieke sector, al bieden de scheepvaart en het treinvervoer ook steeds meer kansen. Sinds september 2014 rijdt er vier keer per week een containertrein van Rotterdam naar Oostenrijk. Elektrische auto’s zijn in Oostenrijk in opkomst. Hun absolute aantal is weliswaar nog zeer gering (in 2013 werd slechts 0,03% van de meer dan 4,6 miljoen Oostenrijkse personenauto’s elektrisch aangedreven), maar wel in twee jaar tijd verdubbeld. De branche rekent erop dat dit jaar 26.000 nieuwe elektrische auto’s zullen worden toegelaten en naar verwachting zal de groei aanhouden. Dutch Design In Oostenrijk is veel belangstelling voor Dutch Design, zowel voor architectuur als voor interior design en mode. Namen als Rem Koolhaas, Marcel Wanders en Victor & Rolf zijn bij een breed publiek bekend, maar ook creatieve ontwerpen van aanstormend Nederlands designtalent vallen in de smaak bij het Oostenrijkse publiek. Verschillende grote designevenementen vinden jaarlijks plaats, waaronder de Vienna Fashion Week, de Vienna Design Herbst en Blickfang Vienna. Deze evenementen bieden een goed podium voor de presentatie van Dutch Design. Watermanagement De Donau verbindt 14 landen in Centraal- en OostEuropa. De rivier stroomt ook door Oostenrijk en doet onder andere de steden Linz en Wenen aan. De recent 24

Januari 2015 / Nr. 394

ontwikkelde Europese Donauraumstrategie (EUSDR) biedt kansen voor de scheepvaart en voor bedrijven op het gebied van watermanagement. Oostenrijk richt zich vooral op de Donau als waterweg en op “ruimte voor de rivier”-initiatieven. Wenen speelt in de Donauraum een centrale rol: diverse internationale Donau-organisaties zijn in Wenen gevestigd, waaronder de International Commission for the Protection of the Danube River (ICPDR). Tot slot De sterke positie van Oostenrijk biedt in diverse sectoren kansen voor Nederlandse bedrijven. Omdat in Oostenrijk veel waarde wordt gehecht aan kwaliteit, duurzaamheid en langdurige partnerships, is het voor Nederlandse ondernemingen belangrijk om goed beslagen ten ijs te komen. De ambassade in Wenen ondersteunt ondernemingen hierbij en maakt hen wegwijs in het zakendoen in het hart van Europa.

Nederlandse ambassade in Oostenrijk De Nederlandse ambassade in Wenen zet zich in om de economi­ sche betrekkingen tussen Nederland en Oostenrijk te verstevigen. De economische afdeling ondersteunt Nederlandse bedrijven die de Oostenrijkse markt willen betreden. U kunt zich wenden tot: Nicole van der Pauw E-mail: wen-ea@minbuza.nl Telefoon: +43 1 589 39 – 223 Website: oostenrijk.nlambassade.org


GLOBE MAGAZINE

Bent u al AGS-proof? Wij wel! De douanemodules van CustomsController®, direct duidelijk AGS is de nieuwe standaard voor uw douaneaangiften. Bestaande aangiftesystemen als Sagitta Invoer en Sagitta Uitvoer komen te vervallen. Bent u nog niet klaar voor AGS? Of heeft u uw douaneaangifte uitbesteed en wilt u in de toekomst meer grip op uw aangiften en écht in control zijn? Met CustomsController bent u optimaal voorbereid op de komst van AGS. Profiteer van onze direct duidelijke aanpak en dito support. Kijk voor meer informatie over AGS en de mogelijkheden van CustomsController op www.beurtvaartadres.nl/douane.

Over CustomsController® Met CustomsController doet u gemakkelijk en snel uw douaneaangifte. CustomsController is een webbased applicatie met een scala aan functionaliteiten. Een efficiënt online loket waarbij u zich nooit zorgen hoeft te maken over updates. Daar zorgen wij namelijk voor. CustomsController biedt onder andere de volgende modules: • AGS • Sagitta • Transit (Doorvoer) • EMCS • Trader at Exit • Portbase • E-Balie (APCS Antwerpen) • Management • Koppeling ERP/WMS/TMS • Automatische aangifteverwerking

Januari 2015 / Nr. 394

Postbus 24023, 2490 AA Den Haag E info@beurtvaartadres.nl I www.beurtvaartadres.nl T 088 55 22 152 F 088 55 22 103

25


GLOBE MAGAZINE

MAARTEN VAN DEN BOSCH

Iedere exporteur heeft er mee te maken; u wilt het liefst vooruitbetaald worden, terwijl uw afnemer zo laat mogelijk wil betalen. Dit spanningsveld is te doorbreken door een regeling in te richten waar beide partijen voordeel bij hebben.

Financieringsbehoefte

Creëer een win-winsituatie Betalen en betaald krijgen het is een terugkerend thema. U zult het met mij eens zijn, dat de werkkapitaal­ behoefte steeds verder toeneemt. Ik heb het daarbij over de totale cash conversion cycle. Het begint immers al bij de inkoop van de grondstoffen, onderdelen of handelsgoederen. Heeft u, als er al betaald is, zekerheid dat de goederen tijdig geleverd worden? Voor u als exportmanager is het antwoord op deze vraag van belang, want u wilt uw afnemers ook tijdig beleveren. Ik maak regelmatig mee dat ondernemers besluiten om grotere voorraden aan te houden vanwege deze problematiek. Maar is dat de oplossing? Knelpunten en risico’s Om een goed beeld te krijgen van eventuele knelpunten probeer ik allereerst een goed beeld te krijgen hoe de processen van inkoop tot verkoop zijn ingericht. Welke risico’s bestaan en op welke wijze worden deze gemiti­ 26

Januari 2015 / Nr. 394

geerd. Het gezamenlijk doorlopen van dit proces is voor de ondernemer en bank vaak zeer verhelderend. De uitkomst van de analyse bepaalt de mogelijke strate­ gische opties, om daarmee het beleid te vormen. Het gaat daarbij om onder meer de volgende afwegingen: Welke risico’s zijn acceptabel? Met welke landen mogen zaken worden gedaan? Welke betalingscondities gaan gehanteerd worden? Breid uw werkkapitaalfaciliteit niet te snel uit Om meer ruimte te krijgen in uw werkkapitaal, ligt het voor de hand om een bestaande werkkapitaalfaciliteit uit te breiden. Eigenlijk trekt u hiermee meer vreemd vermo­ gen aan, wat een negatieve impact kan hebben op uw financiële gezondheid. Daarom adviseer ik om allereerst bovengenoemde processen te optimaliseren alvorens de werkkapitaalfaciliteit uit te breiden.


GLOBE MAGAZINE

Inkoop

Levering

Productie

Opslag

Verkoop

Debiteur

Management werkkapitaal

Benoem milestones voor een win-winsituatie Exporteren maakt onderdeel uit van de order-tocash cyclus. Vanaf het moment dat uw afnemer de order heeft geplaatst wilt u zo spoedig mogelijk uw geld ontvangen. Daarvoor zult u op het afgesproken moment moeten leveren. Uw afnemer heeft ook een werkkapitaalbehoefte en zal zo laat mogelijk willen betalen. Het is belangrijk om een goed creditmanagement in te richten, waardoor de kans groter wordt dat afnemers sneller betalen. Echter, in de praktijk hoor ik regelmatig dat afnemers pas betalen na ontvangst van een aanmaning. Voor dit proces in de cash conversion cycle bestaan alternatie­ ven om werkkapitaal te genereren. Ik adviseer vaak om zogenaamde milestones te benoemen, momenten waarop een deelprestatie wordt ge­ leverd en betaald. Zodat u een win-winsituatie kunt realiseren. Voor een handelsonderneming kunnen dit deelleveringen zijn, maar voor een producent van machines kan dat de opmaak van de tekeningen, start productie, levering, instal­ latie, test­periode en finale overdracht zijn. Vanzelf­sprekend kunt u een vooruitbetaling vragen, maar als uw afnemer daar tegenover een bancaire zekerheid eist die loopt tot na de fysieke levering dan levert dat weinig op. Een lager vooruitbetalingsbedrag zonder bancaire zekerheid is dan een betere oplossing. Sneller uw geld ontvangen Uw afnemer zoekt ook naar de beste oplossing. Voor hem gaat het afgeven van betalingsze­ kerheid ten koste van de kredietfaciliteit die hij bij de bank heeft. Het wordt voor hem wel inte­ ressant als u daaraan koppelt dat de afnemer later mag betalen, bijvoorbeeld 60 of 90 dagen na levering van de goederen, dan wel na de gekozen milestones. U heeft dan zekerheid van

betaling, hetgeen het om te doen is. Afhankelijk van de gekozen zekerheidsstelling, bijvoor­ beeld een geavaleerde wissel of geconfirmeerd export L/C, kan uw bank bereid zijn u direct te betalen onder aftrek van de lopende rente. De handelsonderneming zou kunnen vragen om een zekerheid ter waarde van een aantal deel­ leveranties. Voor de afnemer betekent dit een lagere inperking van de kredietfaciliteit. Zolang bij elke volgende deelleverantie de vorige betaald is, blijft de zekerheid voor de volgende levering intact.

Maarten van den Bosch heeft ruim 33 jaar ervaring in de internationale handel. Hij werkt als Senior Trade Consultant bij Rabobank. Tevens is hij ruim 20 jaar gastdocent voor Fenedex bij diverse opleidingen en inhouse-trainingen. m.w.bosch@rn.rabobank.nl

Hierbij is wel sprake van een op maat gemaak­ te oplossing. De keuze voor een oplossing is afhankelijk van verschillende omstandigheden. Denk hierbij aan onder andere het land van de afnemer, betrokken bank, voorschriften in het land, aard van de producten, de grootte van de transactie en last but not least uw wensen. Juist daarom adviseer ik om in het offertestadium met uw bank te sparren zodat u de meest optimale oplossing kunt kiezen. Uw bank is gebaat bij uw financiële gezondheid. Het werkt, gelooft u mij.

Liquiditeit Eerst investeren, dan incasseren…

Debiteuren

Working Capital Cycle

Crediteuren

• Leveranciers­krediet verlengen • Debiteuren betaal­ termijn verkorten • Bepalen van financierings­behoefte • En uw partners in de keten helpen

Voorraad Januari 2015 / Nr. 394

27


GLOBE MAGAZINE

GÜNTER GÜLKER

Gaat u in 2016 tolheffing betalen op de Duitse Autobahn of loopt het wel los? Met het minimumloon krijgt u in ieder geval wél te maken.

Minimumloon en tolplannen in Duitsland Voor bedrijven die zaken doen met Duitsland waren er in het afgelopen jaar twee belangrijke thema’s die de gemoederen bezighielden: de invoering van een wettelijk minimumloon per 1 januari 2015 en de geplande invoering van een tolheffing voor personenauto’s vanaf 2016. Het minimumloon is inmiddels van kracht geworden. Over de tolheffing is de discussie nog in volle gang. Wat is de actuele stand van zaken en wat zijn de (mogelijke) gevolgen voor Nederlandse ondernemers?

Minimumloon Tot voor kort bestond er in Duitsland geen wettelijk minimumloon zoals in Nederland. Wel werden er binnen de verschillende branches loontarieven vastgesteld tussen werkgevers en werknemers. Deze golden echter alleen voor werknemers met een vast contract. Uitzendkrachten en mensen met alleen een werkovereenkomst, vaak werkzaam voor een onderaan­ nemer, vielen hier dus niet onder. Als gevolg hadden deze werknemers weinig plichten maar daarmee ook nauwelijks rechten. Al jaren werd er daarom in Duitsland gediscussieerd over de noodzaak van een mini­ mumloon. Daarbij werd vaak op het Nederlandse model gewezen. 28

Januari 2015 / Nr. 394

Per 1 januari 2015 is er in Duitsland nu ook een algemeen geldend minimum­loon van toepassing. An­ ders dan in Nederland gaat het hier echter om een minimum uurloon en niet om een minimum maandloon. Het Duitse minimumloon bedraagt 8,50 euro bruto per uur, onafhankelijk van leeftijd. Dit loon moet om de twee jaar opnieuw worden vastgelegd en geldt niet alleen voor werknemers, maar in principe ook voor stagiaires. Voor een aantal reeds bestaande algemeen verbindende cao’s en rechtsverordeningen evenals voor bezorgers van kranten en tijdschrif­ ten is er een overgangsregeling van toepassing. Deze houdt in dat tot en met 31 december 2017 mag worden

afgeweken van het minimumloon. Voor zover er voor bepaalde bedrijfstakken nu al een hoger algemeen bindend minimumloon bestaat, blijft dit hogere loon uiteraard van toepassing. Nederlandse opdrachtgevers doen er verstan­ dig aan om hun aansprakelijkheid voor de beta­ ling van het minimumloon in de gaten houden. Wanneer hun aannemer of onderaannemer het minimumloon niet betaalt, zijn zij namelijk voor de nettoloonbedragen aansprakelijk. Tolplannen De plannen voor een tolheffing voor personen­ auto’s op Duitse Autobahnen en Bundesstrassen hebben de gemoederen in Nederland én Duitsland het afgelopen jaar flink bezig gehou­ den. Doel van het wetsvoorstel van verkeers­ minister Dobrindt (CSU) is om buitenlandse automobilisten te laten meebetalen voor het


GLOBE MAGAZINE

gebruik van het Duitse wegennet. Alle voertui­ gen met een totaalgewicht tot 3,5 ton zouden daarom vanaf 2016 een heffing moeten gaan betalen, waarbij de hoogte afhankelijk wordt van de milieu­vriendelijkheid van het voertuig, de cilinderinhoud en het bouwjaar.

per jaar. Na aftrek van alle systeemkosten zou er dan slechts zo’n 200 tot 250 miljoen euro overblijven. Daartegenover staan inkomsten­ dervingen voor detailhandel, tankstations en horeca in de gehele grensregio, waarvan de omvang op dit moment nog niet te overzien is.

Aanvankelijk zou de tol niet alleen voor auto­ snelwegen, maar ook voor alle B-wegen gaan gelden. Dit om sluipverkeer door kleine dorpen te voorkomen. Daarmee zouden echter ook alle mensen getroffen worden die slechts een klein stukje de grens over hoeven. Na hevige protesten van bur­ gemeesters en ondernemers uit Nederlandse en Duitse grensgemeenten werden de plannen aangepast, zodat buitenlandse weggebruikers alleen nog voor het gebruik van de Autobanen hoeven te betalen. Voor Duitse automo­ bilisten blijft de tol ook op Bundesstrassen gel­ den, maar zij worden voor de tol gecompenseerd door een verlaging van de wegenbelasting.

Nu lijkt de ambitieuze planning om het systeem al in 2016 in werking te laten treden bovendien in gevaar te komen. Het ministerie van Financiën, dat de compensatie voor de Duitse automobi­ listen moet verzorgen, zegt voorlopig nog geen groen licht te kunnen geven. Coalitiepartij SPD, die van begin af aan al weinig in het plan zag, dreigt daarom het wetsvoorstel te blokkeren zolang niet gegarandeerd kan worden dat de Duitse automobilist niet extra belast wordt.

Günter Gülker is directeur van de Nederlands-Duitse Handelskamer (DNHK), het grootste bilaterale zakennetwerk met meer dan 1.100 leden.

“Het ministerie van Financiën zegt voorlopig geen groen licht te kunnen geven.”

Het Duitse ministerie van Verkeer heeft bere­ kend dat de tolheffing – na aftrek van de kosten – jaarlijks 600 miljoen euro zal opleveren. An­ dere instanties komen echter met heel andere getallen. Een onderzoek van Schmid Mobility Solutions in opdracht van de liberale partij FDP komt op bruto inkomsten van 500 miljoen euro

Ook de wetenschappelijke adviesraad van het ministerie van Economische Zaken komt met kritiek op de tolplannen. Zij zien meer in een soort ‘filetol’, een vorm van rekeningrijden met een hoger tarief in de spitsuren. Europese stadscentra als Londen en Stockholm hebben hier al goede ervaringen mee opgedaan. In Duitsland zouden dergelijke systemen echter al snel botsen met de strenge privacywetgeving. Wanneer en in welke vorm de Duitse tol er komt is dus nog zeer onzeker.

Januari 2015 / Nr. 394

29


GLOBE MAGAZINE

FRANK HEIJMANN

Vertragingen door douanecontroles zijn exporteurs een doorn in het oog. Door de nieuwe innovatieve handhavingsvisie van de Nederlandse Douane wordt 100%-controle mogelijk zonder dat u daar hinder van ondervindt. Een enorme stap vooruit voor zowel het bedrijfsleven als de Douane.

Nieuwe handhavingsvisie Douane

Grensverleggend & state-of-the-art De Douane is van toezicht op de fiscale integriteit en veiligheid van EU-grensoverschrijdende goederenstromen. De Douane vervult een dubbelrol: enerzijds goederen controleren en stoppen, anderzijds goederen ongehinderd doorlaten, ter verbetering van de concurrentie positie van Nederland. De Douane wil deze veeleisende functie ook in de toekomst op een efficiënte en doeltreffende wijze blijven vervullen. Frank Heijmann – hoofd handelsrelaties van Douane Nederland – initieerde de ontwikkeling van een concept van gelaagde handhaving, waarvan zowel de Douane zelf als het bonafide bedrijfsleven de vruchten kunnen plukken.

Groei handelsstromen De internationale handelsstromen zullen op termijn waarschijnlijk blijven groeien, terwijl de controlecapaciteit van Douane Nederland naar verwachting gelijk blijft of misschien zelfs krimpt. Dit dwingt tot het aanscherpen van het toezichtproces. Daarom heeft de Douane een handhavingsvisie ontwikkeld: een opvatting van hoe de organisatie in de nabije toekomst het slimste kan toezichthouden 30

Januari 2015 / Nr. 394

op het EU-grensoverschrijdend goederenverkeer. Kern hiervan, is dat 100% van de vervoermiddelen en goederen die onze grenzen passeren onder toezicht staat. Dit wil niet zeggen dat de Douane dan alles controleert, maar wel dat men van elk vervoermiddel dat binnenkomt of uitgaat kan nagaan of de vereiste meldingen en aangiften zijn gedaan. In deze ideale situatie kan de Douane, nog meer dan nu het geval is, zeer gerichte fysieke en administratieve controles uitvoeren. Hieraan gaat de verzameling en weging van informatie en risicodetectie en -selectie vooraf. Automatische detectie Om deze werkwijze volledig in praktijk te kunnen brengen, zal de Douane vooral moeten doorgaan met investeren in innovatieve (informatie-)technologie. Nu al helpen diverse moderne technische hulpmiddelen het douanetoezicht effectiever en efficiënter te maken. Zo heeft de Douane nucleaire detectiepoorten in het Rotterdamse havengebied, voor de controle van per vrachtwagen vervoerde containers. Deze poorten staan op logische plekken langs de gangbare route; niemand hoeft ervoor om te rijden of te stoppen. De apparatuur detecteert zelfstandig


GLOBE MAGAZINE

of goederen straling afgeven, en zolang er geen afwijkingen worden waargenomen, hoeft men niet te interveniëren. Met andere woorden: een vorm van 100%-controle waarvan het bedrijfsleven in principe geen enkele hinder ondervindt. Een tweede state-of-the-art controlemiddel uit het Douane-arsenaal is de treinscan op de Maasvlakte. Goederenwagons rijden hier met een snelheid van 60 kilometer per uur doorheen, terwijl de scan voor de Douane beelden van de lading maakt. Andere manier van denken Al deze ontwikkelingen zullen leiden tot een andere manier van werken en denken binnen Douane Nederland. De dienst creëert 2 losstaande stromen: één van goederen en één van informatie. Beiden worden volledig doorgelicht. De Douane matcht in alle gevallen de bevindingen uit het fysieke proces – de scanbeelden – met de data uit het administratieve traject. Pas wanneer dan iets niet lijkt te kloppen, wordt een zending voor een diepgaandere controle geselecteerd. Die gang van zaken is geheel anders dan de huidige aanpak. Nu analyseert de Douane allerlei gegevens uit documenten, waaruit de conclusie kan worden getrokken dat een bepaalde container of pallet voor controle in aanmerking komt. Die wordt dan uit het logistieke proces gehaald en gescand. Het scanbeeld wordt geanalyseerd, en het resultaat vergeleken met de kennis die de Douane heeft van de betreffende goederen. Ten slotte wordt besloten of een nader onderzoek nodig is. Al met al heeft elke beslissing om goederen te scannen nu een tamelijk ingrijpende interventie in de logistiek tot gevolg. De Douane kan die last voor het bedrijfsleven flink reduceren door de gehele goederenstroom standaard te onderwerpen aan scanning – en zo mogelijk detectie – waarvan zoals gezegd feitelijk niemand iets merkt. Zo faciliteert de dienst enerzijds de handel, en verhoogt hij anderzijds de kwaliteit en het rendement van zijn toezicht. Blauwe stroom Binnen zijn model van gelaagd toezicht onderscheidt de Douane drie goederen bewegingen. De eerste is de zogenaamde blauwe stroom. Deze betreft de stroom goederen van onbekende marktpartijen. De eerder geschetste werkwijze heeft een hoge toegevoegde waarde voor de Douane, juist bij deze stroom. Van veel zendingen weet de dienst immers niet wie er feitelijk achter zit; de eigenaar is niet bekend, en over zijn betrouwbaarheid valt niets te zeggen. Die goederen gaat de dienst nog scherper fysiek controleren

‘Pushing boundaries’

100% van de vervoermiddelen en goederen die onze grenzen passeren staat onder toezicht.

Januari 2015 / Nr. 394

31


GLOBE MAGAZINE

aan de grens dan nu al het geval is; de bijbehorende documenten zullen veelal worden gecheckt terwijl de goederen stilstaan. Trusted Trader (groene stroom) Een tweede generieke stroom goederen is die van bekende en betrouwbare marktpartijen, dit is de groene stroom (zie infographic bij dit artikel). De inzet van innovatieve (informatie-) technologie alleen is immers niet zaligmakend. Om bij de voorziene ontwikkeling van het wereldwijde goederenverkeer de fiscale en nietfiscale belangen van de samenleving te kunnen blijven beschermen, maakt de Douane slim gebruik van het fenomeen Authorised Economic Operator (AEO). Bij dit certificeringstelsel kan een bedrijf de AEO-status verwerven, als de Douane voldoende vertrouwen heeft in de interne beheersingssystemen en controlemechanismen. Het AEO-certificaat levert de houder, conform de EU-uitgangspunten, bepaalde douanefaciliteiten op. Zo kan de Douane het toezicht op de goederen van deze in beginsel bewezen betrouwbare marktpartij op een andere wijze vormgeven. De goederen van een bewezen betrouwbaar AEO-bedrijf hoeven als regel niet langer aan de grens te worden geïnspecteerd, tenzij er sprake is van een directe dreiging. De Douane controleert op meer logische momenten en plekken in de keten, bijvoorbeeld ter bestemming. Als regel wordt iedere AEO’er op dezelfde manier behandeld, met betrouwbaarheid en compliance als uitgangspunten. Smart & Secure Trade Lanes (gele stroom) De derde, gele goederenbeweging (zie infographic bij dit artikel) is die van de Smart & Secure Trade Lanes – een concept uit de koker van de Wereld Douane Organisatie. Smart staat voor de kwaliteit van de data, secure voor de fysieke integriteit van de goederenstroom binnen de keten. Het betreft ketens waarvan de Douane elke schakel kent, vanaf dan wel terug tot aan de bron. Bij deze in- en uitgaande stromen kan de dienst zeggen: we know who packed the box. De fysieke veiligheid in zo’n keten is gewaarborgd, evenals de kwaliteit en de betrouwbaarheid van de data die de betrokken partijen uitwisselen. 32

Januari 2015 / Nr. 394

Coordinated border management Cruciaal voor het welslagen van gelaagd toezicht op het goederenverkeer, is dat collegahandhavingsdiensten meegaan in de visie en de operationele aanpak van de Douane. Want pas dan worden de voordelen voor ondernemend Nederland werkelijk voelbaar. Conclusie Samenvattend kunnen we stellen dat de Douane een beweging doormaakt richting gelaagde handhaving, met toezicht in een blauwe, een groene en een gele variant. De Douane: intervenieert in de logistiek, aan de grens, op basis van risicoanalyse in de blauwe goederenstroom; doet waarnemingen – liefst buiten het logistieke proces – om de juistheid van het handelen te toetsen van marktpartijen in de groene goederenstroom; en werkt aan het veilig maken van complete ketens in de gele goederenstroom. Het succes van dit concept is echter niet alleen afhankelijk van de Douane zelf; het staat of valt evenzeer met de mate van vertrouwen en inzet van het bedrijfsleven. Het AEO-stelsel bijvoorbeeld stoelt feitelijk geheel op het vertrouwen van marktpartijen. En trusted trade lanes werken alleen, als ondernemers er voor zichzelf pluspunten in zien en op basis daarvan bereid zijn te investeren in innovatie.

Goederen- en informatiestromen

 Frank Heijmann is hoofd handelsrelaties voor de Nederlandse Douane.



GLOBE MAGAZINE

JAN WILLEM VAN BOKHOVEN

Mede door haar gevaarlijke reputatie liet het Nederlandse bedrijfsleven Colombia jarenlang links liggen als afzetmarkt. Volledig onterecht vindt Jan Willem van Bokhoven, directeur van het eerste Holland House ter wereld. Er liggen kansen voor een groot aantal sectoren en zakendoen is er vaak makkelijker dan in Brazilië.

Colombia

Land vol mogelijkheden In het voorjaar van 2012 luidde Jan Bestebreurtje, op dat moment voorzitter van de Netherlands-Latin American Business Council (NLABC), de noodklok in De Telegraaf: “Nederland dreigt de slag te missen in Colombia, een grondstofrijke, investeringsvriendelijke groei-economie”. Belangrijkste oorzaken: koudwatervrees en het imago dat Colombia in Nederland bezit. Een kleine 2,5 jaar na dato lijkt de situatie 180 graden gedraaid te zijn. Colombia is voor de Nederlandse overheid één van de (drie) transitielanden, hoofdstad Bogotá huisvest het eerste Holland House in de wereld en de handelscijfers zitten in de lift. Toch valt er nog veel te winnen voor Nederlandse ondernemers stelt Jan Willem van Bokhoven, directeur van het hetzelfde Holland House. Colombia doet het met haar ruim 48 miljoen inwoners, een gemiddelde economische groei van 4,5% in de afgelopen jaren en een reeks afgesloten vrijhandelsverdragen goed in allerlei internationale lijstjes. Het land behoort tot de zogenaamde CIVETS en bekleedt volgens de Wereld­ 34

Januari 2015 / Nr. 394

bank de derde plek, vlak achter Chili en Peru, voor wat betreft ondernemersklimaat in Zuid Amerika. Colombia laat daarmee Brazilië en Argentinië ver achter zich. De vredesbesprekingen met de FARC sterken het vertrou­ wen van internationale bedrijven om te investeren in de Colombiaanse economie. Deze directe buitenlandse investeringen bereikten in 2013 een recordhoogte van 16,7 miljard dollar. Vrijhandelsverdrag Dankzij het vrijhandelsverdrag met de Europese Unie, dat op 1 augustus 2013 in werking trad, wordt de Colombiaanse markt door Europese exporteurs bestem­ peld als aanmerkelijk toegankelijker dan bijvoorbeeld grootmacht Brazilië. Ook diverse Nederlandse bedrijven hebben relatief recent hun weg gevonden. Volgens het CBS groeide de Nederlandse export naar Colombia met maar liefst 40,7% in 2013. Jan Willem voegt daar aan toe dat volgens cijfers van het Holland House vijftien van origine Nederlandse bedrijven er in de afgelopen twaalf maanden een vestiging hebben geopend.


GLOBE MAGAZINE

Werklunch met minister Ploumen in het Holland House Colombia.

Kansen in agro en water Anderzijds kenmerkt het land zich door sociale verschillen, een gebrekkige infrastructuur en een landbouwsector die hard toe is aan modernisering na de massale stakingen die in 2013 plaatsvonden. “Dit biedt Nederlandse partijen kansen,” zegt Jan Willem. ‘Zij kunnen met hun expertise een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van binnenvaart en havens, de ver­ betering van de waterhuishouding, alsmede de mechanisatie en verduurzaming van de land- en tuinbouwsector. Ook in tal van andere sectoren bestaat behoefte naar Nederlandse kennis en technologie. Denk hierbij aan afvalverwerking, biomassa, medische technologie, olie & gas, duurzame energie, industriële toelevering en retail food & non-food.” De `palanca` Zakendoen in Colombia is niet vrij van obstakels en valkuilen. Corruptie blijft in met name de pu­ blieke sector een barrière. Colombia is tevens een land waar hiërarchie en status alom aanwe­ zig zijn. Succes staat of valt met het hebben van de juiste contacten, de zogenaamde `palanca` om binnen te komen op het juiste niveau. Verder raadt Jan Willem aan het land en potentiële partners ter plaatse te bezoeken. “Spreek niet af in het hotel. Schijn bedriegt soms. Laat je niet leiden door die mooie website of goedgeklede

persoon. Soms is de werkelijkheid minder mooi, hier kom je alleen achter als je zelf een kijkje in de keuken neemt.” Sander Jansen van de firma Altrex - fabrikant van onder meer steigers, bruggen, ladders en trappen - is inmiddels kind aan huis in Colombia. Hij heeft er hard voor moeten werken en Colombia dit jaar reeds drie keer bezocht, maar het lokale dealernetwerk krijgt vorm. Hij vertelt: “Deelname aan een goed voorbereide handelsmissie met daarop­ volgend follow-up per e-mail en telefoon is belangrijk, maar niet voldoende. Referenties van Europese klanten doen er toe, maar met regelmaat je gezicht laten zien en het gevoel geven dat je er bent om samen met hen de markt voor de producten van Altrex te ontwik­ kelen, is doorslaggevend. In offertes neem ik extra beeldmateriaal en illustraties op. Men ziet een bepaalde toepassing liever uitgebeeld dan tekstueel beschreven.”

 Jan Willem van Bokhoven is directeur van het Holland House Colombia, een uniek publiek-privaat initiatief gericht op de ondersteu­ ning van de Nederlandse ondernemer op de Colombiaanse markt.

De sleutel tot succes ligt voor hem in de combi­ natie van goede voorbereiding, professionele ondersteuning, volhouden in de follow-up en geduld. “Wij willen de klant het gevoel geven dat we serieus, kapitaalkrachtig, maar bovenal ook bereid zijn kennis en kunde over te dragen. Dat wordt gewaardeerd in Colombia.” Januari 2015 / Nr. 394

35


GLOBE MAGAZINE

BARBARA VOSKAMP

Verover Azië vanuit Singapore! Wel eerst even een lokale vestiging oprichten. En je juridisch raamwerk op de lokale situatie aanpassen.

Opzetten vestiging in Singapore

“The Little Red Dot is Hot” Singapore is met haar bijna zes miljoen inwoners natuurlijk een klein duimpje tussen de Aziatische giganten. Iedereen kent de gigantische markten van China en India, maar laten we niet vergeten dat ASEAN (Filipijnen, Indonesië, Maleisië, Thailand, Brunei, Myanmar, Cambodja, Laos en Vietnam) een markt heeft van bijna 600 miljoen mensen. En daar in het midden ligt – zoals de Singaporesen zelf zeggen – the little red dot. Een klein stadsstaatje met een geavanceerde infrastructuur, zowel letterlijk als figuurlijk; met een zeer stabiel politiek klimaat en een goed ecosysteem voor buitenlandse investeerders.

Het mag dan ook niet verbazen dat vele Europese en Amerikaanse bedrijven voor hun regionale hoofdkantoor hun bivak opslaan in Singapore. Vanuit Singapore sturen ze hun, veelal operationele, dochtermaatschappijen in de regio aan. Maar ook bedrijven die hun producten in Azië willen verkopen kiezen veelal voor Singapore: vaak hebben zij geen dochtermaatschappijen in de verschillende landen, maar agenten die gestationeerd zijn in Singapore en vanuit hier de regio bestrijken. Kortom, of het nu is om de regio aan te sturen of om een voet tussen 36

Januari 2015 / Nr. 394

de deur te krijgen in het gigantische achterland: Singapore is interessant en de laatste jaren zonder twijfel hot. Welnu: wanneer een bedrijf overweegt om uit te breiden naar Singapore, waar moet dan aan gedacht worden? Om te beginnen is het goed om je te realiseren dat je als buitenlands bedrijf geen business mag ontwikkelen zonder je daartoe eerst te registreren. Er zijn daarvoor verschillende vormen beschikbaar, maar de meest voor de hand liggende figuren zijn (i) de registratie van een rep office, (ii) de registratie van een branch en (iii) de oprichting van een vennootschap.

De verschillende rechtsvormen Een rep office – of voluit een representative office - is een vorm waarbij de Nederlandse entiteit zich registreert in Singapore om, doorgaans voor een beperkte duur, te inventariseren middels marketingen marktonderzoek of er voldoende appetijt is voor hun producten of diensten. Let wel: een rep office mag geen winst­genererende activiteiten ontwikkelen. Gegeven deze zeer beperkte reikwijdte van toegestane werkzaamheden, is een rep office maar in een zeer beperkt aantal gevallen een rechtsvorm die aansluit bij de ambities van bedrijven.

Download de handige brochure ‘Executive summary of doing business in Singapore’ op voskamplawyers.com/brochures.html


GLOBE MAGAZINE

de vennootschap. Wordt er een lening verstrekt Een branch is in feite een registratie van het vanuit het hoofdkantoor? Of heeft het de Nederlandse hoofdkantoor. Het heeft geen voorkeur om het gestort kapitaal te verhogen? zelfstandige rechtspersoonlijkheid en kan Uiteraard dienen daarvan de fiscale aspecten derhalve niet zelfstandig contracten aangaan. ook goed meegewogen te worden. Gevolg daarvan is dat het Nederlandse hoofdWanneer er werknemers worden uitgezonden kantoor volledig aansprakelijk is voor het reilen naar Singapore zullen werkvergunningen aanen zeilen van de branch. Dat kan, bijvoorbeeld gevraagd moeten worden en dienen arbeidswanneer via de branch geparticipeerd wordt in overeenkomsten aangepast te worden. Ook zeer risicovolle projecten, tot een direct risico is het zaak goed na te denken over het pakket leiden voor het Nederlandse hoofdkantoor. met voordelen: zoals ongetwijfeld bekend, kent Een vennootschap met besloten aansprakeSingapore een veel lager inkomstenbelasting lijkheid – een private limited, of in jargon een tarief dan Nederland. Het Pte Ltd —lijkt erg op onze is goed om vooraf duideNederlandse BV. Het heeft “Bedrijven moeten lijk af te spreken hoe om rechtspersoonlijkheid en wel hun ‘oude’ te gaan met dit verschil in kan zelfstandig contracten aangaan. Het risico van de juridisch raamwerk belastingdruk. Tenslotte is dit ook het moaandeelhouders is beperkt aanpassen.” ment om ervoor te zorgen tot hun gestort kapitaal en de dat ook het commercieelbestuurders vertegenwoorjuridische raamwerk van de onderneming zodigen de vennootschap. Er gelden in beginsel genoemd wordt gelokaliseerd. Waarbij gekeken geen restricties ten aanzien van de nationaliteit moet worden in hoeverre de bepalingen in lijn van de aandeelhouders en dus kan de vennootzijn met lokaal recht en ook daadwerkelijk schap voor 100% gehouden worden door haar afdwingbaar zijn. Je kunt dan denken aan de Nederlandse moedermaatschappij. Wel geldt algemene voorwaarden en standaardcontracten. dat elke Singapore Pte Ltd een bestuurder moet We zien helaas te vaak dat Nederlandse partijen aanstellen die woonachtig is in Singapore en met hun ‘oude’ Nederlandse contracten de boer eveneens verplicht is om een company secretary op gaan en in het geval van een conflict van een te benoemen die verantwoordelijk is voor het koude kermis thuiskomen. tijdig indienen van bijvoorbeeld de jaarstukken. “Zo, de vennootschap staat, en nu?” Uiteraard is dit het moment om tijdrovende zaken als de opening van een bankrekening te regelen, maar ook om goed na te denken – als dat niet al is gedaan - over de financiering van

DBLA-serie Dit artikel is de vierde in een serie van tien artikelen die geschreven worden door verschillende leden van de Dutch Business Lawyers Abroad (DBLA). DBLA is een uniek samen­ werkingsverband van on­ afhankelijke Nederlandse advocaten en juristen in het buitenland. Voor meer informatie: www.dbla.nl

 Barbara Voskamp is de managing partner van VoskampLawyers, een advocatenkantoor met vestigingen in Singapore, Kuala Lumpur, Sydney en Amsterdam.

“Let’s roll...” Wanneer het bovenstaande raamwerk goed in elkaar zit, dan is in principe aan de randvoorwaarden voldaan om vanuit the little red dot de regio te gaan veroveren.

Januari 2015 / Nr. 394

37


GLOBE MAGAZINE

KARST LOHMAN

Bewijsvoering exportdocumenten Alle exportdocumenten die in Nederland worden aangevraagd bij de Kamer van Koophandel moeten voldoen aan de wettelijke bepalingen. Dit betekent dat aanvragen moeten zijn voorzien van een (digitale) handtekening en dat u als exporteur de bewijsstukken bij de Kamer van Koophandel heeft gedeponeerd. Dit geldt zowel voor exportdocumenten die digitaal als per post worden aangeleverd. Bij de aanvraag van Certificaten van Oorsprong en/of certificaten betreffende goederenverkeer EUR-1 en/of EURMED zijn geldige bewijsstukken nodig, bijvoorbeeld: leveranciersverklaringen, productbeschrijvingen-/overzichten en/of kostprijscalculaties. Vervalt de geldigheid van uw bewijsvoering aan het einde van dit jaar, vernieuwt u deze dan tijdig. Zo blijft de afgifte van uw exportdocumenten ook in 2015 gewaarborgd. Aanleveren van bewijsstukken bij de Kamer van Koophandel Exporteurs kunnen bewijsvoering op twee manieren aanleveren bij de Kamer van Koophandel. Wanneer zij gebruik maken van een digitale koppeling met de Kamer van Koophandel, kunnen zij deze als bijla­ ge meesturen bij iedere aanvraag van een exportdocument. Hierdoor kan de Kamer van Koophandel de aanvraag sneller beoordelen en afhandelen. Uiteraard moet 38

Januari 2015 / Nr. 394

dit voor u als exporteur wel eenvoudig te realiseren zijn binnen het administratieve proces van uw Supply Chain. Het is ook mogelijk om uw bewijslast per (kalender)jaar te deponeren bij de Kamer van Koophandel, zodat u deze niet bij iedere aanvraag opnieuw hoeft mee te sturen. Hierbij is het wel van belang voor u als exporteur om bij iedere aanvraag bij de Kamer van Koophandel te verwijzen naar de gedeponeerde bewijsstukken. Deze bewijs­stukken kunnen alleen per e-mail als aparte pdf-bestanden worden aangele­ verd bij één van de Kamer van Koophandel regiokantoren. De originele exemplaren van de bewijsvoering bewaart u als expor­ teur, voor eventuele nacontrole, zeven jaar in uw eigen archief. Vragen over de bewijsvoering voor export­documenten Exporteurs die vragen hebben over het aanleveren van bewijsstukken of twijfelen over welke aanlevermethode het beste bij hun past, kunnen contact opnemen met één van de regiokantoren van de Kamer van Koophandel. Dit kan telefonisch via 088 – 585 15 85 of door een e-mail te stu­ ren naar hun eigen Kamer van Koophandel regiokantoor. Op de website van de Kamer van Koophandel vindt u een overzicht van de contactgegevens van de verschillende regiokantoren.

 Karst Lohman is productmanager Logistiek & Industrie bij Stratech. Stratech heeft software­ oplossingen voor het efficiënt opmaken en het volledig afhandelen van alle denkbare (export) documenten bij het zendingen­proces.


Member Benefits Fenedex Member Benefits zijn diensten en producten die uw export versterken. Omdat Fenedex een grote groep exporteurs vertegenwoordigt, hebben wij bij diverse aanbieders scherpe prijzen en voorwaarden onderhandeld voor onze leden. De kortingen kunnen oplopen van 10% tot 75% ten opzichte van de reguliere prijzen. Sommige diensten zijn zelfs gratis voor onze leden. Exclusief Fenedex-leden kunnen gebruik maken van de acties binnen Fenedex Member Benefits. Het Fenedex Membership Benefits-programma wordt mede mogelijk gemaakt door:

Btw-advisering 20% korting op het uurtarief en een half jaar gratis toegang tot BTW-PLAZA.

Douaneopleidingen en AEO-advisering 15% korting op douane­ vakopleidingen en op het uurtarief voor AEO-advisering.

Expresszendingen 20% tot 75% korting op de Expressvervoer.

Innovatie en subsidies Kosteloos en vrij­blijvend subsidie- en financierings­ onderzoek.

Int.bedrijvendatabase 25% korting op de online B2B adressendatabase.

Kredietmanagement Tot 70% korting op krediet­ informatie­rapporten.

L/C-advies Kosteloze risico-inventarisatie van geopende Letters of Credit.

Legalisatie- & Visumdienstverlening Twee gratis opdrachten voor legalisatie van export­ documenten en aanvraag van visa.

Persondersteuning Tot 15% korting op support bij uw internationale persbeleid en -benadering.

Reizen & overnachtingen Kosteloos exclusieve toegang tot de Fenedex Travel Portal.

Taaltrainingen 10% tot 15% korting op individuele of groeps­ taaltrainingen.

Werving & selectie 20% Verlaging van de wervings­ kosten voor het invullen van een exportmanager vacature.

Kijk voor het complete aanbod op www.fenedex.nl/ memberbenefits

GLOBE MAGAZINE

Verenigings nieuws EVO en Fenedex gaan samenwerken! Vanaf 1 januari 2015 zullen de ondernemersorganisaties EVO en Fenedex intensief gaan samenwerken op het gebied van internationale handel. EVO en Fenedex zien de samenwerking als een kans om het internationale bedrijfsleven en in het bijzonder de eigen leden, nog beter te bedienen. Dit is belangrijk omdat steeds meer ondernemers, groot en klein, internationaal actief zijn, dan wel afhankelijk zijn van het internationale speelveld. De organisaties beogen hiermee de positie van het Nederlandse bedrijfsleven als exportkampioen op deze manier te versterken. De komende maanden zullen EVO en Fenedex hun leden nader informeren over wat dit voor hen betekent.

Over EVO EVO is de belangenbehartiger van 20.000 bedrijven in alle branches die goederen te vervoeren hebben. Dat doen zij met eigen voertuigen of besteden ze uit aan een transportonderneming. 

Onderzoek Trends in Export Doe mee met het onderzoek Trends in Export 2015 en maak kans op een Apple IPad Mini. Door de enquête in te vullen helpt u mee de vooruitzichten van exporterend Nederland in kaart te brengen. Verwachten exporteurs een groei of juist een daling? Welke nieuwe markten gaan zij het komende jaar betreden? Wat wordt beschouwd als de grootste uitdaging voor export? Dit jaar staat het thema: ‘Kansen en bedreigingen in een snel veranderende wereld’ centraal. De wereld waarin exporteurs opereren is zeer dynamisch. Trends in Export is benieuwd hoe bedrijven inspelen op de verschuivingen op hun exportmarkten. U kunt tot uiterlijk 26 januari meedoen aan Trends in Export 2014. Dit kan door de online vragenlijst in te vullen via: http://www.fenedex.nl/trends2015  Januari 2015 / Nr. 394

39


GLOBE MAGAZINE

DORINE NOORDAM

2014 stond voor Fenedex in het teken van haar zestigjarig jubileum. Kijk met ons terug op een aantal mooie momenten.

Terugblik

Jubileum viering Fenedex Het kan u bijna niet ontgaan zijn. Fenedex vierde dit jaar haar zestigste verjaardag en had dus reden voor een feestje. Gedurende 2014 hebben we met een aantal uiteenlopende activiteiten voor leden, medewerkers en bestuursleden aandacht besteed aan deze mijlpaal. Hierbij een selectie van de mooiste momenten van het afgelopen jaar. Op de kop af 60 jaar na onze oprichtingsdatum (17 maart 1954) was er een samenkomst in Rotterdam, waar het eens ooit begon. Voorzit足 ters, oud-voorzitters, bestuursleden en medewerkers troffen elkaar in het Wereld足museum en haalden herinneringen op en filosofeerden over de toekomst van Fenedex.

40

Januari 2015 / Nr. 394

Trends in Export Voor de leden werd het jubileumjaar ingeluid met een bijzonder Trends in Export Event. Onder een stralende aprilzon, uitkijkend over Maarseveense Plassen, versloeg BNR-Nieuwsradio vanaf het terras een groot deel van het evenement live op de radio. Bestuurslid en exportdirecteur Cees Ruijgrok van Friesland Campina zette zijn schat aan erva足 ring daarbij in! Binnen vond de plenaire bijeenkomst plaats rondom de uitkomsten van het onderzoek Trends in Export. De uitkomsten droegen bij aan de feeststemming. Internationaal ondernemend Nederland bleek weer vol vertrouwen naar de toekomst en naar nieuwe geografische gebieden te kijken. Het optimisme van exporteurs was voelbaar in het zonnetje.


GLOBE MAGAZINE

DAF Trucks

Heineken

Nationaal Export Event

Half mei was er een inspirerende bijeenkomst bij DAF Trucks. Een groot aantal leden toog naar Eindhoven, om daar met een treintje door de imposante fabriek te rijden en vervolgens geïnspireerd te worden door de exportaanpak van de gastheer.

Een tweede inspiratiesessie vond in het najaar plaats bij Heineken. Ruim 120 leden hadden zich verzameld in Amsterdam voor The Heineken Experience en een boeiende middag over de marketingaanpak van Heineken Western Europe Export & Global Duty Free. Marketinggoeroe Cor Hospes doorspekte de aanwezigen van het belang van storytelling, een bijdrage waar lang over nagepraat werd. De middag werd vanzelf­sprekend afgesloten met een biertje aan de Heinekenbar.

Als klap op de vuurpijl vond een paar weken geleden het Nationaal Export Event plaats, wederom in Rotterdam. Ruim 750 gasten genoten volop van de Export Draait Door Show, onder leiding van de dynamische presen­ tator Rens de Jong. Zijn motto was ‘Denk niet te klein, de wereld is ons werkterrein’, hetgeen naadloos aan­ sloot bij ons jubileumthema ‘verruim je wereld’.

Exportbinnendienst Event Op 19 juni monsterden deelnemers aan op de S.S. Rotterdam voor een evenement met de focus op issues voor de exportbinnendienst. Na een zeer interessant programma, inclusief een aantal workshops, begaven de deelnemers zich naar een boot van Spido voor een tocht door de Rotterdams Haven.

Dit grootse evenement vormde de afsluiting van ons jubileumjaar. Rest ons alleen nog om te zeggen: op naar de volgende zestig jaar! Januari 2015 / Nr. 394

41


GLOBE MAGAZINE

Q&A

Export matters Advies indeling douanetarief ‘Voor onze producten zijn diverse HS-codes mogelijk en deze worden momenteel ook door elkaar gebruikt. Zo hanteert onze leverancier bijvoorbeeld een andere code dan onze logistieke dienstverlener bij inklaring gebruikt. Dit veroorzaakt vertraging bij zowel onze import als export. Hoewel er voor de gebruikte HS-codes 0%-invoer­recht van toepassing is, willen we in de toekomst in alle gevallen één en dezelfde code hanteren. Uitgangspunt zou wel moeten zijn dat de vast te stellen code in onze exportmarkten onder het 0%-invoertarief valt. Kan Fenedex ons helpen bij het maken van een shortlist van codes die van toepassing kunnen zijn, het evalueren van invoer­consequenties in een aantal van onze exportmarkten en ons adviseren of een BTI noodzakelijk is.’

► Anneke Huybens Accountmanager bij het Kennisen Adviescentrum Fenedex. “Samen met mijn collega’s beantwoord ik jaarlijks meer dan duizend vragen van aangesloten leden. Ik help u graag om de juiste gesprekspartner bij collega-exporteurs te vinden of u in contact te brengen met een specialist uit ons netwerk.”

42

Januari 2015 / Nr. 394

Fenedex kan in dit geval een advi­ seur inzetten. Plan van aanpak: 1. De indeling van het onderhavige product vaststellen op basis van productspecificaties, inclusief gebruik/bestemming. 2. Informatie over de importeur: doet deze nog iets met de producten? Bijvoorbeeld ompakken van grote naar kleine verpakkingen?


GLOBE MAGAZINE

Q&A

3. Waar komen deze producten vandaan en waar gaan ze naartoe? Een en ander in verband met moge­ lijke preferenties aan de invoerkant. 4. Op basis van deze informatie moet een indeling mogelijk zijn. 5. Vaststellen of codes die in het verleden zijn gebruikt mogelijk verkeerd zijn (denk aan mogelijke CNI). Daarvoor opgave van alle tot nu toe gebruikte codes. 6. Vaststellen of BTI inderdaad nood­ zakelijk/gewenst is. Tip: Heeft u ook interesse om voor een specifiek douanevraagstuk via Fenedex een adviseur in te schake­ len, neemt u dan contact op met uw accountmanager. 

Incoterms® en eigendoms­ overdracht ‘Op welk moment gaat het eigendom van onze producten over op de klant? We leveren op basis van CIP.’ Eén van de zaken waarover de ICC Incoterms® geen uitsluitsel geven, is het moment van eigendomsover­ dracht. Indien partijen dit onderwerp niet expliciet hebben geregeld dan gelden de regels van het recht dat op de overeenkomst van toepassing is. Bij toepasselijkheid van Nederlands recht is de hoofd­regel dat de eigen­ dom van een zaak pas overgaat op de koper nadat de zaak geleverd is. Dit in tegenstelling tot de gedachte die wijd verbreid is en bijvoorbeeld in

Frankrijk en België wel overeenstemt met de praktijk dat de eigendom van een zaak wisselt zodra de koop is gesloten. 

Geldigheid GOST-R certificaten ‘Wij hebben informatie ont­ vangen dat de certificering inzake automaterialen voor Rusland verandert per 1 januari 2015. We zouden in dit kader graag een tweetal vragen aan Fenedex voorleggen: • Is het correct dat onze huidige certificaten geldig zijn tot 1 juli 2016, ondanks de geldigheid die momenteel op het certificaat is vermeld? • Is het verplicht om per 1 januari 2015 alle goederen/technische documenten te markeren met het label EAC (Eurasian Conformity)?’ We kunnen bevestigen dat per 1 januari 2015 de Technische Regulering van kracht is voor de Customs Union (Rusland, Kazach­ stan, Wit-Rusland), maar dat er een overgangs­periode geldt voor be­ staande certificaten die per branche en productgroep kan verschillen. Onze juridische partner van de Fene­ dex Rusland Desk heeft uitgezocht dat voor de autobranche een over­ gangstermijn tot 1 juli 2016 geldt. De letterlijke wettekst luidt: “Up to July 1, 2016 the production and release into circulation of products is allowed in accordance with the

mandatory requirements previously established by normative legal acts of the Customs Union or the law of the State which is a member of the Customs Union, provided docu­ ments are available on the evalua­ tion (confirmation) of conformity of products to the specified mandatory requirements that had been issued or adopted before the effective date of the Technical Regulations.” Dit betekent dat tot 1 juli 2016 nog certificering kan plaatsvinden volgens de “oude” regels van de individuele lidstaten van de Customs Union, die golden voordat TR van kracht werd. Ten aanzien van de labelmarkering wordt het volgende gezegd: “Said products are marked by the national conformity mark (a mark of distribution onto the market) in accordance with the laws of members of the Customs Union and the Decision of the Commission of 20 September, 2010 N 386.” “Labeling of such products with the single mark of distribution onto the market of the states who are members of the Customs Union is not allowed.” Hieruit blijkt dat markering dient te gebeuren met het “oude” conformiteitsteken van de individuele lidstaten van de Customs Union, dus het Rosstandart ‘Rst’ teken. Markering met het nieuwe gezamenlijke TR Customs Union conformiteitsteken (EAC) is hier niet toegestaan zolang de producten niet gecertificeerd zijn onder de nieuwe Technische Regulering.  Januari 2015 / Nr. 394

43


GLOBE MAGAZINE

Agenda Januari do 8

do 15

vr 23

Douane en logistieke zaken in Brazilië

Masterclass Sales Duitsland

Selecteren en managen van exportpartners

Workshop · Nijkerk

Masterclass · Nijmegen

Training · Drachten

Examentraining Export Binnendienst

Sales across cultures Africa

di 13

Training · Utrecht

Incoterms® Workshop · Nijkerk

wo 14

wo 21

Douane en logistieke zaken in Rusland

Customs en Supply Chain Compliance

Workshop · Leiden

Executive Master · Rotterdam

Masterclass Incoterms®     Intensieve verdiepingstraining · Eindhoven

Deze Masterclass is speciaal ontwik­ keld voor iedereen die minimaal drie jaar exportervaring heeft en regel­ matig werkt met de ICC Incoterms® 2010. Tijdens deze Masterclass maakt u met onze specialisten een verdiepingsslag op de verschillende juridische, financiële en praktische kanten van de Incoterms 2010. Het programma heeft een afwisselend en interactief karakter. Compacte inleidingen van de trainers worden onderbouwd door veel praktijkvoor­ beelden en cases. 44

Januari 2015 / Nr. 394

Training · Nijkerk

Het succesvol profileren van uw bedrijf, product of dienst in een buitenlandse markt vraagt een cultureel doordachte en samenhangende aanpak. Werk samen met cross-cultural trainers Sheriff Aligbeh en Esther Janssen aan een actieplan om uw sales­inspanningen in Afrika naar een hoger plan te tillen. Culturele bewust­ wording is de eerste stap naar effec­ tievere marketing. Tijdens de training wordt onder meer ingegaan op: • Cultuur en communicatie m.b.t. Afrikaanse markten • Belangrijke waarden / drijvers / koopgedrag vanuit Afrikaans perspectief • Cross-cultural marketing • USP’s vanuit ander cultureel perspectief

di 27 Transport en logistiek Cursus · Leiden


GLOBE MAGAZINE

di 24

do 5

Documenten bij export

Certificaten van Oorsprong

Cursus · Eindhoven

Training · Veenendaal

do 5

vr 27

do 13

Letter of Credit (L/C) bij export

Cursus · Zwolle

Februari     Export Binnendienst

Workshop · Arnhem

Douaneplanning   Workshop · Utrecht

Als ondernemer bent u gewend om vooruit te denken en te plannen. Maar doet uw onderneming dat ook al op het gebied van douanezaken? Maakt uw onderneming maximaal gebruik van alle douaneregelingen die bij invoer, opslag of uitvoer van toepas­ sing kunnen zijn? Laat u informeren en inspireren tijdens de workshop Douaneplanning. De trainer daagt u uit kritisch te kijken naar uw eigen supply chain om processen soepeler te laten verlopen tegen en uw kosten te verlagen.

Documenten bij export Cursus · Rotterdam

Wilt u verder groeien in het export­ binnendienstvak? Deze cursus brengt u naar een hoger niveau. Na het behalen van het officiële diploma Export Binnendienst, bent u in staat om exportprosessen binnen de eigen organisatie te optimaliseren en efficiënt aan te sturen.

Selecteren en managen van exportpartners Training · Den Bosch

Maart

di 10

di 3

Masterclass Letter of Credit

Export Binnendienst Cursus · Eindhoven

Intensieve verdiepingstraining · Eindhoven

Optimaliseer de eigen L/C-processen door deze Masterclass te volgen. Met kleine aanpassingen in processen en communicatie kunt u vaak al een hogere kwaliteit van de afhandeling van L/C’s realiseren. Enige kennis en erva­ ring met L/C’s is een vereiste om deel te kunnen nemen aan deze Masterclass.

wo 4 Export van A t/m Z Cursus · Eindhoven

Meer info over de trainingen of inschrijven: www.exporttrainingen.nl Vragen: per e-mail oet@fenedex.nl of telefonisch 070-330 56 60

Januari 2015 / Nr. 394

45


GLOBE MAGAZINE

Komend nummer In het februarinummer van Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen kunt u lezen over o.m. de volgende onderwerpen:

Fenedex Fenedex heeft 1200 leden en duizenden klanten die zij dagelijks verbindt, adviseert, opleidt en waarvan zij de belangen behartigt. Kortom een branche-overschrijdende partner voor expansie in het buitenland. Postadres Postbus 90409 2509 LK Den Haag

Compliance bij inter­ nationaal zakendoen

Zakendoen in Marokko

Bezoekadres Raamweg 14 2596 HL Den Haag T 070-330 56 00 F 070-330 56 56 E info@fenedex.nl Bestuur Ir. A.M.G. van Hamburg (Voorzitter) Oud-managing director DHV Holding B.V.

Juridische aspecten van ondernemen in Japan

Fiscale aspecten investeren buitenland

Online www.globemagazine.nl Website met het archief van Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen en Fenedexpress. www.export.nl Al jaren hét startpunt voor exporterende ondernemers. twitter.com/fenedex Volg Fenedex op Twitter voor het laatste nieuws over Fenedex en internationaal ondernemen. www.linkedin.com/groups?gid=42534 Discussieer mee met meer dan 1500 betrokkenen in de LinkedIn groep Export en Internationaal Ondernemen. www.fenedex.nl/exportnieuwsbrief Gratis nieuwsbrief met het laatste nieuws en artikelen over export en internationaal ondernemen. 46

Januari 2015 / Nr. 394

A.C.G.M Bastiaansen President iLoc Group B. Bruning Director Atradius Dutch State Business Drs. J.J. Cramer Directeur Grolsch International Mw. M.A.C. van Dijk Algemeen directeur Royal Duyvis Wiener B.V. C.E. van Esch Managing Director B&S Bosman Global Supply D.P. Schuilwerve Managing Director ABN AMRO Bank N.V. Mr. E.W. Mehring (Vice-voorzitter) Rechtsanwalt, Advocaat en Partner Van Till Advocaten C.H.M. Ruijgrok Managing Director FrieslandCampina Export R.R.J. Smeets RA (Penningmeester) Partner KPMG Accountants B. van de Vrie Head of Marketing for Business Clients ING Netherlands Ere-Leden Jhr. H.J.M. van der Wyck E.Th. Vroom N.P. Knape Jhr. Mr. A.W.G. van Riemsdijk J.P. Kostense

Mr. C.W.H. van Dam F. Hauwert Organisatie Bart Jan Koopman Directeur Directie- en Bestuurszaken 070-330 56 20 directie@fenedex.nl Kennis- en adviescentrum 070-330 56 80 keac@fenedex.nl Juridische desk 070-3305690 juridischedesk@fenedex.nl Ledenservice en -werving 070-330 56 80 accountmanagers@fenedex.nl Opleiding en training 070-330 56 60 oet@fenedex.nl Communicatie 070-330 56 70 communicatie@fenedex.nl Financiële administratie 070-330 56 40 administratie@fenedex.nl China Desk 070-330 56 83 chinadesk@fenedex.nl Rusland Desk 070- 330 56 88 ruslanddesk@fenedex.nl Turkije Desk 070-330 56 82 turkijedesk@fenedex.nl




Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.