Globe Magazine - mei 2015

Page 1



Magazine voor internationaal ondernemen

GLOBE MAGAZINE

Op de cover Colofon Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen is het maandblad van Fenedex en richt zich op exporterende en internationaliserende Nederlandse bedrijven. Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen verschijnt 11x per jaar. Redactie Bart Jan Koopman (hoofdredacteur) Elmar Otten (eindredacteur) Marianne Elissen (redacteur) Frannie Flinterman (redacteur) Willemijn Gwanmesia (redacteur) Dorine Noordam (redacteur)

Thom Albers Managing director export FrieslandCampina Thom Albers volgt per 1 april Cees Ruijgrok op als managing director export bij FrieslandCampina én neemt zijn stoel over in het bestuur van Fenedex. Lees ons interview met hem op pagina 12.

Contact redactie Fenedex Postbus 90409, 2509 LK DEN HAAG T 070 – 330 56 20 F 070 – 330 56 56 E redactie@globemagazine.nl Vormgeving Silo, Den Haag Druk Veenman+, Rotterdam Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen wordt milieuvriendelijk en op chloorvrij papier (TCF) gedrukt. Advertenties Mooijman Marketing & Sales, Julius Röntgenstraat 17 2551 KS DEN HAAG T 070 – 323 40 70 E dm@mooijmanmarketing.nl Abonnementen Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen wordt verspreid onder leden van Fenedex. Ontvangt u het magazine nog niet? Neem dan contact op met de redactie. Overige verspreiding Relaties van Fenedex in de politiek, bij ambassades en consulaten in het buitenland, werkgeversorganisaties, branche­ organisaties en docenten internationaal ondernemen in het HBO en MBO kunnen Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen toegestuurd krijgen. Verspreiding vindt plaats in controlled circulation. Overname Overname van artikelen en andere informatie is alleen toegestaan na voorafgaande schriftelijke toestemming van de redactie, mits met bronvermelding. Disclaimer Aan de totstandkoming van deze uitgave is uiterste zorg besteed. Fenedex en haar auteurs aanvaarden geen enkele aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden noch voor de gevolgen hiervan. De inhoud van de artikelen hebben een informatieve strekking, zijn globaal en beschrijvend van opzet en kunnen niet worden gezien als juridisch advies. Aan deze informatie kunnen geen rechten worden ontleend.

“Export is van oudsher een belangrijke tak van sport geweest bij ­FrieslandCampina. De afgelopen twee jaar is de melkproductie al behoorlijk toegenomen, maar nu het melk­ quotum verdwijnt, neemt het belang van de export alleen nog maar toe.”

ISSN: 2352-5843 Mei 2015 / Nr. 398

3



GLOBE MAGAZINE

Voorwoord

Cuba De tijd heelt de meeste wonden. Het gesprek van de Amerikaanse president Obama met Raul Castro markeert waarschijnlijk het begin van het einde van de ruim 50 jaar durende sancties tegen Cuba. Ook het uitzicht op een akkoord met Iran na tientallen jaren van slechte betrekkingen zou kunnen betekenen dat de sancties daartegen worden versoepeld en op termijn zelfs opgeheven. Ongetwijfeld biedt dat kansen voor het exporterende bedrijfsleven, gezien de deplorabele staat van de economie in beide landen. De recente missie van de minister-president naar Panama inclusief een korte ontmoeting met Obama en Castro getuigde in dat opzicht van een prima gevoel voor timing. Uit “Trends in Export” bleek al de verhoogde belangstelling voor de VS als bestemming en werken aan de modernisering van Cuba geeft eveneens mogelijkheden op tal van terreinen. De aanleiding van de missie was overigens meer direct Panama zelf en haar rol in de regio. Het nieuwe verbrede Panama-kanaal is vrijwel gereed. De groeiende infrastructuur aan beide kanten van het kanaal en de toenemende investeringen van grote bedrijven die de regio willen gebruiken als een regionale hub tonen de potentie nog eens goed aan. De driehoek van Panama, onze eigen Caribische eilanden, met het zeer actieve Aruba voorop, en het alsmaar verder groeiende Miami, toont aan dat de groeimotor hier volop loopt. In het Midden-Oosten zou een versoepeling van de sancties eveneens een opsteker zijn. Goed nieuws is schaars in deze regio. Vanuit het ondernemers­ panel op onze bijeenkomst Trends in Export konden wij uit de mond van bedrijven en keynotespreker Bernard Hammelburg optekenen hoeveel potentie Iran als land heeft, waarbij het ook nog eens wordt ervaren als een land waar het met de meeste mensen prettig zaken doen is. Met de start van het voorjaar zou het extra welkom zijn Herman Gorter’s beroemde dichtregel “een nieuwe lente en een nieuw geluid” in de praktijk te brengen. Obama geeft het goede voorbeeld. Als we dan op ons wensenlijstje Rusland nog zouden mogen bijschrijven als het gaat om het oplossen van het conflict in de Oekraïne en de daaraan gekoppelde versoepeling van de sancties, dan wordt het tijd een goede Cubaanse sigaar te gaan bestellen.

Bart Jan Koopman Directeur Fenedex Mei 2015 / Nr. 398

5


GLOBE MAGAZINE

Inhouds opgave

Een eigen vestiging in Italië

Als een ondernemer geregeld zaken doet in een bepaald land zal vroeg of laat de vraag zich voordoen of het verstandig is daar een vestiging te openen. Hoe werkt dat in Italië? 

18 Voorwoord 05 Cuba Column 09 Geen nieuws Ervaring 12 FrieslandCampina: het land van melk en honing Expertise 18 Het openen van een vestiging in Italië 26 Sanctieregeling in een roerige wereld 28 Regelgeving buitenlandse investeringen in China op de schop 32 Factuurverklaringen Verkenningen 22 Filippijnen: parel van de Oriënt 31 Tips voor succes in China Elke maand 03 Colofon 10 Kort 11 Vreemde zaken 33 Fenedex Member Benefits 33 Verenigingsnieuws 34 Export matters: Q&A 36 Agenda 38 Fenedex contact 6

Mei 2015 / Nr. 398

Investeerders in China opgelet!

De wetgeving rond buitenlandse investeringen in China is vrij complex, maar daar wordt aan gewerkt. De belangrijkste voorgenomen wijziging is de af­ schaffing van het algemene goedkeuringsvereiste. 

28


GLOBE MAGAZINE

Parel van de Oriënt

De Filippijnen haalt vooral het nieuws bij natuurrampen en binnenlandse conflicten. Als Parel van de Oriënt is de Filippijnen veel minder bekend. Economisch gaat het heel goed. 

12

22

Een keten van melk

Het wegvallen van het melkquotum betekent nieuwe groeikansen voor FrieslandCampina. Globe Magazine spreekt met de nieuwe managing director export, Thom Albers. 

Sancties in een roerige wereld

Voor een verzekeraar kan het knap lastig zijn om na te gaan of een klant met een doorlopende verzekering zich aan de sanctiewetgeving houdt. 

26 11 De ‘Kaassmaker’

Wat begon als studieproject zou binnenkort wel eens een bloeiend exportbedrijfje in doe-het-zelf kaasmaaksets kunnen zijn.  Mei 2015 / Nr. 398

7



GLOBE MAGAZINE

HEIN SCHOTSMAN

Geen nieuws

Column

Vanuit zijn optiek als econoom geeft Hein Schotsman commentaar op internationale handels­ ontwikkelingen.

Geen nieuws is goed nieuws, zeggen ze wel. Je kunt het ook omdraaien: goed nieuws is geen nieuws. Als u de krant van vandaag openslaat, ziet u dat ik gelijk heb. U kunt deze column dan ook beter niet lezen, want ik heb goed nieuws. Dat goede nieuws betreft de Nederlandse economie. Nog maar zes jaar geleden maakte deze economie de diepste crisis sinds de tweede wereldoorlog door. Nu staan verreweg de meeste lichten op groen. Wat dacht u bijvoorbeeld van de exportcijfers over januari? Het uitvoervolume was ruim 10% hoger dan in januari 2014. En de indicator van het consumentenvertrouwen bereikte in maart het hoogste niveau sinds 2007. Ik voelde me de afgelopen jaren wel eens ongemakkelijk. Ik was bang dat de toon van onze voorspellingen te juichend was. Dat onze voor­ uitblikken niet aansloten bij de belevingswereld van de lezers. Deels is dat onvermijdelijk. Ik analyseer op macroniveau. Als ik bijvoorbeeld het nationale werkloosheidscijfer zie dalen, maakt dat mijn net werkloos ge­ worden vriend niet vrolijker. Feit is dat de Nederlandse economie in 2014 op stoom kwam. Anders dan in 2012 en 2013 trok de conjunctuur echt aan en hield de economische groei in ons land gelijke tred met de hele eurozone. De eerste cijfers over 2015 laten zien dat de opmars doorgaat. Zoals meestal is de uitvoer de aanjager. Het mondiale conjunctuurbeeld is hoopvol. En de euro verzwakte in een jaar van bijna 1,40 naar 1,07 tegenover de dollar. Twee keer goed nieuws voor exporteurs. Maar de belangrijkste verbeteringen vinden dichter bij huis, of eigenlijk in huis, plaats. De consument gaf jarenlang niet thuis. In 2014 deden de consumptieve bestedingen het eindelijk wat beter. Op de achtergrond speelde dat veel inkomens voor het eerst sinds lange tijd weer toena­ men. Er waren vorig jaar drie in dit kader belangrijke ontwikkelingen. Ten eerste de dalende inflatie. In 2013 bedroeg de inflatie 2,5%, vorig jaar was dat 1%; nu is de inflatie vrijwel verdwenen. Lage inflatie betekent dat inkomens en vermogens minder afbrokkelen. Dan de pensioenen. Vóór 2014 stonden pensioenpremies en –uitkeringen onder druk. In 2014 was dat niet zo. Tot slot de huizenmarkt, die in 2014 de malaise te boven kwam. Het economisch herstel en de lagere hypotheekrente bliezen de markt nieuw leven in. De tijdelijk versoepelde fiscale behandeling van schenkingen hielp ook.

Hein Schotsman is Senior Economist bij ABN-AMRO

Zo kan het dus ook: zomaar een periode waarin goed nieuws domineert. Slaapverwekkend, maar veel leuker dan slecht nieuws. Mei 2015 / Nr. 398

9


GLOBE MAGAZINE

Kort nieuws

Kort Afrika wordt steeds belangrijker voor de Nederlandse export De export van 3,3% ­Nederlandse goederen naar Afrika stijgt traag maar gestaag. Dat blijkt uit cijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vanoch+5,3% tend publiceerde. De afgelopen zeven jaar steeg het Afrikaanse exportaandeel van 2,6 naar 3,3 procent.

In 2014 bedroeg de exportwaarde 14,2 miljard euro, daarmee overtreft het continent Spanje. Afrika telt volgens het CBS negen van de twintig belangrijkste groeilanden. Togo, ­Ghana en Senegal behoren tot de top5 van die groeilanden. De export naar deze drie landen vanuit Nederland is dan ook fors gestegen.  Bron: nrc.nl Volledig bericht: http://ow.ly/LxviQ

CBS: opnieuw sterke groei export Het volume van de export van goederen was in februari 6,6 procent groter dan in februari 2014. De stijging is wat kleiner dan in januari. In februari was vooral de export van transportmiddelen, aardgas en aardolieproducten hoger, meldt het CBS vandaag. Verder groeide de export van 10

3,3%

Mei 2015 / Nr. 398

voedings- en genotmiddelen, machines en apparaten, en chemische producten licht. Zowel de uitvoer van Nederlands product als de wederuitvoer groeide.

De Chinese bank probeert met renteverlagingen het tij te keren, tot dusver nauwelijks succesvol. Als bijwerking heeft het wel het effect dat kapitaal het land ontvlucht.

De omstandigheden voor de export in april 2015 zijn volgens de Exportradar van het CBS verder verbeterd. De ontwikkeling van de reële wisselkoersen op jaarbasis was veel gunstiger dan een maand eerder. Het producentenvertrouwen van de eurozone en Duitsland was minder negatief. 

Zet de groeivertraging in China door, dan gaat dat ook de Europese economieën raken. Voor veel westerse bedrijven is China het land waar zij de tegenvallende resultaten op de Europese thuismarkt proberen te compenseren. 

Bron: cbs.nl Volledige bericht: ow.ly/LzSo9

Exportcijfers China belabberd

Bron: volkskrant.nl Originele bericht: http://ow.ly/ LzWJG

3,3% Groeiend exportvolume

2014 was een goed jaar voor exporterend Nederland: de uitvoer van goederen en diensten groeide in 2014 met 5,3% in volume. Ook voor 2015 en 2016 voorziet het Centraal Plan Bureau (CPB) een voorspoedige ontwikkeling van de Nederlandse uitvoergroei. +5,3%

De tweede economie ter wereld maakte onlangs zijn exportcijfers over de maand maart bekend: een krimp van 15 procent. Ter relativering: over het eerste kwartaal is nog altijd een groei van 4,6% ge3,3% realiseerd. Dat blijft voor Chinese begrippen belabberd, schrijft De Volkskrant in een analyse. China houdt voor dit jaar vast aan een +5,3% groei van 7%, het IMF en veel economen achten dat niet haalbaar.

Kern van het probleem zijn te lage consumentenbestedingen – Chinezen sparen liever voor hun pensioen en medische hulp – en een groei die jarenlang is aangedreven door investeringen in productiecapaciteit. Overcapaciteit zoals nu pijnlijk duidelijk wordt.

Volgens het CPB groeit het export­ volume in 2015 en 2016 opnieuw stevig. De bijbehorende risico’s en onzekerheden zijn echter flink. Denk aan de conflicten in het Midden-Oosten en Oekraïne. De exportkansen voor Nederlandse ondernemers lijken volgens analisten op veel export­markten redelijk gunstig. Bron: CPB Volledig bericht: http://ow.ly/LJIcX


GLOBE MAGAZINE

Vreemde zaken

ELMAR OTTEN

Vreemde Zaken

De kaassmaker Larisse Blok en Berber Galema zijn eigenaar van Food Design Studio ‘Smakerij’ met als belangrijkste product de ‘Kaassmaker’, bedoeld om thuis zelf verse kaasjes te maken. Dat moet over de grens ook aan kunnen slaan!

Wat is eigenlijk een Food Design Studio? ‘Wij hebben allebei Food Design & Innovation gestudeerd aan de HAS Den Bosch. De nadruk ligt daarbij op het creatieve aspect en het daadwerkelijk ontwikkelen van foodconcepts. Dat is ook wat we met de Smakerij doen. We ontwerpen van alles rondom en met eten.’ Bijvoorbeeld een Kaassmaker? ‘Dat was een studieopdracht van Berber. Haar gedachte ging meteen uit naar een concept waarbij men weer met eigen kennis, kunde en spierballen de keuken ingaat. Vroeger maakte iedereen namelijk kaas, maar tegenwoordig weet bijna niemand meer hoe dat moet. Het idee voor de Kaassmaker was geboren en nu kan iedereen binnen een dag een eigen verse kaas maken. We verkopen de Kaassmaker via onze web­ shop, maar doen ook demonstraties en liggen al bij de Kookzaak in Breda. Hij wordt voor ons met veel liefde gemaakt in de sociale werk­ plaats Multa in Assen.’ Jullie hebben crowdfunding gebruikt, wat heel hip is maar ook vaak mislukt. Wat was jullie ‘geheim’? ‘Je moet je doel zo concreet en duidelijk mogelijk overbrengen. Investeerders wisten precies waar hun geld naar toe ging. We

hebben ervoor gekozen om het platform Oneplanetcrowd te gebruiken. Die richt zich specifiek op Nederlandse, duurzame en sociale projecten. Met een filmpje lieten we zien hoe de Kaassmaker werkt. Verder hebben we gebruik gemaakt van verschillende investeringsmogelijkheden van tien euro, waar je een set ansichtkaarten voor kreeg, tot 595 euro: een workshop voor vijf personen met voor ieder een Kaassmaker. Verder hebben we ervoor gekozen om 40 dagen lang de actie te laten lopen. Het lijkt misschien kort, maar zo houd je de investeerders wel scherp om snel te beslissen of ze aan je project willen meehelpen. We hebben ruim 10.000 euro opgehaald.’

Smakerij Hoofdkantoor: Den Bosch Aantal medewerkers: 3 Belangrijkste product: Kaassmaker Export: incidenteel Info: www.kaassmaker.nl

Al plannen voor het buitenland? ‘Wij zijn sinds een paar weken gestart met het Starters International Business-traject. Wij heb­ ben de ambitie om met de Kaassmaker naar het buitenland te gaan en we kunnen via dit traject de juiste informatie krijgen over de ins en outs van de export. Wij hebben zelf geen kennis over de export en doordat je begeleiding ontvangt bij het maken van de juiste keuzes, was het snel besloten om dit traject te volgen. Wij hopen in juli klaar te zijn met het opstellen van het ex­ portplan en dan daadwerkelijk de Kaassmakers in het buitenland af te zetten.’ Mei 2015 / Nr. 398

11


GLOBE MAGAZINE

 Thom Albers “We zijn in Nederland altijd al goed geweest in het produceren van melk. De boeren hebben veel kennis en het klimaat is gunstig.”

12

Mei 2015 / Nr. 398


GLOBE MAGAZINE

ELMAR OTTEN, BART JAN KOOPMAN

FrieslandCampina wil duurzaam groeien. Mensen wereldwijd voorzien van de juiste voedingsstoffen is dé uitdaging!

Een keten van melk Globe Magazine heeft op het evenement Trends in Export een afspraak met Thom Albers, één dag voor hij Cees Ruijgrok als managing director export van FrieslandCampina opvolgt. En bovendien ook één dag voor het EU-melkquotum vervalt.

Welkom op Trends in Export. Nederlandse exporteurs verwachten voor 2015 in zijn algemeenheid een groei van 9%. Hoe liggen de verwachtingen voor FrieslandCampina? ‘We verwachten voor 2015 zeker groei en die zal met name uit de export moeten komen. Export is van oudsher een belangrijke tak van sport geweest bij FrieslandCampina. We zijn in Nederland altijd al goed geweest in het produceren van melk. De boeren hebben veel kennis en kunde, het klimaat is zeer gunstig, alleen... er wonen hier niet zoveel mensen. De meeste melkproducten gaan dus naar het buitenland. De afgelopen twee jaar is de melkproductie al behoorlijk toegenomen, maar nu het melkquotum verdwijnt, neemt het belang van de export alleen nog maar toe. De melkprijs is lager dan vorig jaar, terwijl de euro-dollar-

koers nu zeer gunstig is. Dat zorgt er bij ons voor dat de meer commodity-achtige business acuut aantrekt. Er wordt in de internationale zuivelhandel toch veel in dollars afgerekend.’ Zijn er ook tegenvallers? ‘Rusland natuurlijk, dat was voor ons een heel belangrijke exportmarkt. Het is zeer de vraag of Rusland weer opengaat en in welke mate. Daar hebben we helaas geen invloed op, maar het heeft wel invloed op ons. We hebben de productstroom naar Rusland wel deels succesvol kunnen verleggen, maar toch heeft de sluiting van Rusland aanvankelijk een hoop geld gekost. Neem bijvoorbeeld kaas. Die kaas is er al, maar kan niet oneindig bewaard worden. Dan zal je dus niet de beste prijzen krijgen. Natuurlijk kijken we dan naar andere markten.’

“Nu het melk­ quotum verdwijnt, neemt het belang van de export alleen maar toe.”

Welke landen zijn voor FrieslandCampina verder de groeimotoren in de komende jaren? ‘In een traditionele exportregio als Afrika bestaan nog Mei 2015 / Nr. 398

13


GLOBE MAGAZINE

Het drankje Yes! op een schap van ‘Frisian Flag’ in een Aziatische winkel.

steeds veel mogelijkheden voor groei. In het oosten blijft China een belangrijke groeimarkt, maar ook andere markten zijn interessant voor export­ ontwikkeling. Tenslotte kijken we ook naar het Westen: de Amerika’s’. Stoort de grijze export van babyvoeding naar China jullie? ‘Als grijze export betekent dat Chinese consumenten met verpakkingen worden geconfronteerd, waar Nederlandse teksten op staan, dan vinden we dat geen goede zaak: het gaat tenslotte om een zeer kwetsbare gebruikersgroep. Overigens zijn wij op de Nederlandse markt nauwelijks actief met babyvoeding’. Je noemde net al kort Afrika. Wat zijn daar de hotspots voor jullie? ‘Traditioneel zijn we groot in Nigeria en de landen er om heen. Nigeria is alleen al door de verwachte bevolkingsgroei in de komende jaren veelbelovend, maar we hebben onze activiteiten in heel Afrika aanzienlijk opgevoerd. In Noord-Afrika is zuivel heel populair, maar we kijken nu ook naar andere delen van Afrika. Daar wordt soms veel zuivel geconsumeerd, maar is de markt ervoor heel klein. Er is nauwelijks handel in, laat staan via de retailkanalen. Het zijn soms lastige landen om actief te worden door hoge importbarrières.’ Hoe slagen jullie daar dan toch in? ‘Het is een groeimodel. Vaak be14

Mei 2015 / Nr. 398

gint het met export; als een markt veel perspectief biedt en de eerste bewezen successen er zijn, dan krijg je het eerste mannetje of vrouwtje op de grond. Er gaat een distributeur voor ons aan de slag en vaak reduceren we uiteindelijk die rol weer tot voornamelijk de fysieke distributie en nemen we de touwtjes in eigen handen. We werken graag en veel samen met partijen. Niet alleen met distributeurs; voor een aantal dochters hebben we een joint venture met een lokale investeerder, daar hebben we goede ervaringen mee. Het is belangrijk om ook met de lokale overheid samen te werken, zoals we bijvoorbeeld in China doen. We exporteren naar China, hebben daar zelf een werkmaatschappij, maar we hebben ook een uitgebreid traject met de Chinese overheid om de melkvee­sector-infrastructuur op te bouwen. Dat is een samenwerking op kennis en onderwijs, samenwerking op het gebied van opleiding van veehouders, op het gebied van research and development. In de landen waar we zelf een vestiging hebben, werken we vaker wel dan niet samen met overheden of andere instanties om de lokale zuivel­infrastructuur op te bouwen.

Curriculum vitae van Thom Albers Thom is afgestudeerd aan Wageningen University and Research Centre (1987) in de studierichting Agrarische Economie. 2015 -heden Managing Director Export FrieslandCampina 2013-2015 Director Cooperative Affairs FrieslandCampina 2013-2015 Board member ZO Nederlandse Zuivelorganisatie 2010-2013 Corporate Strategy Director FrieslandCampina 2009 Corporate Innovation Director FrieslandCampina

“Voor een aantal dochters hebben we een joint venture met een lokale investeerder. Dat werkt goed.”


GLOBE MAGAZINE

We doen dat met veel passie. Letterlijk door veehouders uit Nederland op stage te sturen naar landen als Maleisië. En ook door veehouders naar Nederland uit te nodigen. Dat is in het belang van onze lokale melkvoorziening, als onderdeel van de grondstoffenstroom, maar er zit ook een sociale verantwoordelijkheid achter. Bovendien maak je je in landen als China, waar we geen lokale productie hebben, ook minder kwetsbaar als je actief iets teruggeeft aan het land.’ Werken jullie veel met expats? ‘Het aantal en de rol is afgenomen, maar op elke lokale vestiging zitten er wel een paar. Veel landen waar we opereren maken zelf een grote ontwikkeling door en dus kun je aan betere lokale mensen komen. Het spreken van de lokale taal is ongelofelijk belangrijk. Er is maar zoveel wat je kunt doen als witneus. Ik denk dat banen in finance het langste blijven bestaan als expatfunctie. Onze

expats komen trouwens niet alleen uit ­Nederland. Het wordt allemaal steeds internationaler. Dat zie je ook in ons executive board, met Nederlandse, Griekse, Belgische en voorheen ook Indiase nationaliteiten. Echt compleet multinationaal zullen we niet worden vanwege de band met de toch vooral Nederlandse coöperatie. Al hebben we wel een paar Belgische en een flink groep Duitse boeren als lid. Maar een niet-Nederlandstalige CEO zie ik niet snel gebeuren.’ Morgen vervalt het EU-melkquotum. Hoe uniek was dat in de wereld? ‘Dat er zo lang (ruim 30 jaar!) zo’n sterk volumebeperkend systeem bestond is uniek. Je ziet wel dat steeds meer landen een voedselpolitiek voeren, maar dan vooral om de eigen internationale afhankelijkheid te beperken. Vrije handel is niet meer de heilige graal die het eerst was. China is bijvoorbeeld actief bezig

om de lokale zuivelproductie op te voeren. In China zie je momenteel nog veel kleine boeren met een paar dieren en tegelijk staatsbedrijven met duizenden koeien. Ze zijn zeer geïnteresseerd in ons succesvolle familiebedrijvenmodel. Dat zien we overigens niet als bedreiging, daar is het land veel te groot voor. Zelfs als China zich weet te organiseren, is het maar een druppel op de gloeiende plaat. In Rusland zie je min of meer hetzelfde patroon. Nieuw-Zeeland is de andere grote zuivel­ producent in de wereld. Die voert een behoorlijk stevige expansiestrategie. Ook NoordAmerika is belangrijk.’ Verwacht je dat Nederlandse boeren met elkaar gaan concurreren op groei? ‘Nee, want groei moet maar net passen op je mogelijkheden. Je moet de ruimte hebben, milieuvergunningen, financiële draagkracht, de bedrijfsopvolging moet goed geregeld zijn. Er zijn nu wel veel boeren die hun bedrijf vergroten, maar dat leidt niet tot onderlinge concurrentie omdat de coöperatie 100% afname garandeert.

Dozen met melkpoeder en geconden­ seerde melk op een Afrikaanse markt.

Het is wel zo dat als er heel veel meer melk komt, er iets meer spanning kan ontstaan tusMei 2015 / Nr. 398

15



GLOBE MAGAZINE

“Het meest inspirerende om te zien, is hoe de keten zichzelf sterker kan maken.” melkveehouders in Nederland met onze managing director in Hong Kong, die over straat en winkels in en uit loopt om ons mee te nemen. Het verhaal werkt ook de andere kant op. Als we klanten of medische professionals laten zien hoe er bij FrieslandCampina gewerkt wordt, waar het product vandaan komt, dan schept dat enorm vertrouwen. Dus in mijn nieuwe baan zal ik me zeker de vraag stellen hoe ik de keten nog beter zichtbaar kan maken, zodat we zowel aan de melkveehouderij- als aan de marktkant daar ons voordeel mee doen.’ Een melkveehouder van FrieslandCampina bij het melken.

sen de groeiers en de niet-groeiers. Heel veel extra melk in een korte periode kan tijdelijk voor een lagere toegevoegde waarde zorgen, waar een niet groeier dan relatief meer last van heeft. Maar tot nog toe lijkt dit allemaal onder controle te zijn. Het is wel een uiteraard wel onderwerp van gesprek.’ U bent vandaag nog directeur cooperative affairs. Welke lessen zou u mee willen nemen naar de nieuwe functie morgen? ‘Het meest inspirerende om te zien, is hoe de keten zichzelf sterker kan maken. Kijk, we vragen van veehouders om onweersproken kwaliteit te leveren, als basis voor ketenkwaliteit. Het helpt dan enorm als we onze afzetmarkten zichtbaar maken voor veehouders. En aangezien we steeds meer wereldwijd actief zijn, is dat ook steeds meer een uitdaging. Hoe breng je nu over dat je, om succesvol te zijn in China, die kwaliteit zo hoog mogelijk moet houden? Door de markt te laten zien, letterlijk. Dus dan organiseren we bijvoorbeeld een chatsessie voor

Wat kan er verder nog beter bij FrieslandCampina? ‘Wat beter kan is meer volumegroei. Die hebben we nodig omdat onze aanvoer groeit. Export speelt daarbij een belangrijke rol, maar zo makkelijk is het niet. Aan de export van eenvoudig melkpoeder wordt relatief weinig verdiend. De uitdaging is om de export van producten met veel toegevoegde waarde te laten groeien. Daar ligt een mooie opdracht.’ U volgt Cees Ruijgrok niet alleen op als managing director export, maar ook als bestuurslid bij Fenedex. Wat verwacht u daarvan? ‘Ik was tot vorige week actief als bestuurslid van de NZO, de Nederlandse Zuivel Organisatie. Daar heb ik ervaren wat de kracht kan zijn van samenwerking met branchegenoten op gemeenschappelijke pre-competitieve doelen. Bijvoorbeeld richting de overheid, richting publiek, richting NGO’s. Als je in zo’n organisatie op bestuurlijk niveau goed opereert en vervolgens op vakniveau in allerlei werkgroepen je kennis en ervaring deelt, kun je fantastische dingen doen. Dus ik kijk er zeer naar uit om mijn bijdrage te leveren aan Fenedex en natuurlijk aan de samenwerking met EVO.’ Mei 2015 / Nr. 398

17


GLOBE MAGAZINE

JOHAN DE FLINES

Als een ondernemer geregeld zaken doet in een bepaald land zal vroeg of laat de vraag zich voordoen of het verstandig is daar een vestiging te openen. Hoe werkt dat in Italië?

Het openen van een vestiging in Italië Grotere ondernemingen zijn vaak geneigd een vennootschap naar Italiaans recht op te richten (een dochteronderneming) om aansprakelijkheid te beperken of om imagotechnische redenen. Kleinere ondernemingen laten zich bij de beslissing over het openen van een vestiging eerder leiden door andere, overwegend praktische redenen. Het komt bijvoorbeeld bij regelmatige opdrachten van Italiaanse cliënten voor dat als vereiste gesteld wordt een nevenvestiging of een separate Italiaanse doch­ teronderneming te openen. Dergelijke eisen kunnen bijvoorbeeld hun oorsprong vinden in fiscale noodzaak van de Italiaanse clientèle. Zo is btw-restitutie vaak een doorslaggevende reden van Italiaanse cliënten om op zijn minst een Italiaans btw-nummer te verlangen van hun Nederlandse leverancier. Anderzijds is het mogelijk dat tot oprichting in Italië wordt overgegaan vanwege sociale premie-technische dan wel fiscaal-technische redenen van de Nederlandse ondernemer. De relevantie van een vaste inrichting Buitenlandse ondernemers die al actief zijn via een infor­ mele vorm van vestiging in Italië dienen het volgende in 18

Mei 2015 / Nr. 398

overweging te nemen. Oprichting van een dochteronder­ neming of nevenvestiging in Italië (en mitsdien aangifte van inkomsten en afdracht van belastingen) voorkomen een onverwachte kwalificatie als vaste inrichting tezamen met belastingaanslagen inclusief boetes en strafrechte­ lijke maatregelen. Een vaste inrichting is een met zekere duurzaamheid geëxploiteerde bedrijfsinrichting in Italië van een onder­ nemer met zetel in het buitenland, vanuit welke inrich­ ting levering van goederen plaats vindt of diensten aan derden worden verleend. De jurisprudentie vereist, met betrekking tot de vestiging in fysieke zin, dat er aan drie vereisten moet worden voldaan: Een plaats van vestiging waar de buitenlandse ­onderneming in Italië over beschikt; De plaats van vestiging moet tijdelijk of ruimtelijk bepaalbaar zijn; De bedrijfsvoering moet overwegend via de plaats van vestiging plaats vinden, dan wel te herleiden zijn. Hoofdkenmerk van de vaste inrichting is dat in het land waar men activiteiten verricht (i.c. Italië), deze geacht wordt belastbaar inkomen te genereren. Voorkomen dient te worden dat volgens Italiaanse fiscale autoriteiten


GLOBE MAGAZINE

Uitzicht op het oude centrum van Milaan.

een de facto vaste inrichting in Italië van een Nederlandse onderneming bestaat. Dat zou immers de consequentie hebben dat de fiscus met terugwerkende kracht directe en indirecte belastingen gaat heffen met boetes over in Ita­ lië gerealiseerde vermoedelijke omzet en winst. Een voorbeeld uit de praktijk Een vaste inrichting kan ook worden gevormd indien een buitenlandse vennootschap feitelijk het uitvoeren van haar zaken in Italië toever­ trouwt aan een plaatselijke organisatie. Dit principe is vastgelegd in de uitspraak nr. 46980 van de Italiaanse Hoge Raad (Corte di cas­ sazione) van 26 oktober 2011. In casu betrof het een Sloveens transport bedrijf wiens zaken in Italië werden behartigd door een Italiaanse vennootschap. Dit Italiaanse bedrijf betaalde het personeel en de leveranciers van de (de facto) Italiaanse permanente inrichting van het Sloveense bedrijf. Facturatie van de diensten vond echter in Slovenië plaats. De Italiaanse vennootschap verrichtte dan ook diensten en genereerde omzet voor het Sloveense trans­ portbedrijf in Italië. Zolang de omzet werd gefactureerd in Slovenië werd deze niet belast in Italië waardoor de Italiaanse fiscus achter het net viste. Naar het oordeel van de Italiaanse Hoge Raad is al sprake van een vaste inrich­ ting in Italië daar waar een structuur bestaat die (naast voornoemde kenmerken) beschikt

over ‘materiële en menselijke bronnen’. Uit deze zaak blijkt dat de (inter)nationale crite­ ria voor de definitie van een vaste inrichting steeds strenger worden geïnterpreteerd door de Italiaanse fiscus en de rechterlijke macht. De Italiaanse belastingdienst staat overigens niet open voor dialoog. Bij het vermoedelijke bestaan van een vaste inrichting zal eenvoudig­ weg een boete met naheffing worden opgelegd eventueel met strafrechtelijke consequenties waartegen beroep kan worden ingesteld. Pas na jaren procederen (tegen de beslissing van de fiscale autoriteiten en tegen het Openbaar Ministerie voor wat betreft de eventuele straf­ rechtelijke sancties en eventuele strafrechtelij­ ke beslag) weet men pas wie gelijk heeft. In de beste situatie komt men dan ook zeer gehavend de strijd uit; of de kosten de eventuele baten zullen overwegen is zeer de vraag.

DBLA-serie Dit artikel is de achtste in een serie van tien artikelen die geschreven worden door verschillende leden van de Dutch Business Lawyers Abroad (DBLA). DBLA is een uniek samenwerkingsverband van onafhankelijke Nederlandse advocaten en juristen in het buitenland. Voor meer informatie: www.dbla.nl

Een nevenvestiging / sede secondaria / branch; definitie en kenmerken Een nevenvestiging is een officiële permanente vestiging van een Nederlandse rechtspersoon in Italië voor de omzet die wordt gegenereerd in Italië m.b.t. daar ontwikkelde commerciële activiteiten. De Nederlandse rechtspersoon breidt zich daarmee (civielrechtelijk gezien) uit. Zij blijft wel ongelimiteerd aansprakelijk voor de verplichtingen aangegaan door de neven­ vestiging. Fiscaal gezien is de nevenvestiging Mei 2015 / Nr. 398

19


Bent u al AGS-proof? Wij wel! De douanemodules van CustomsController®, direct duidelijk AGS is de nieuwe standaard voor uw douaneaangiften. Bestaande aangiftesystemen als Sagitta Invoer en Sagitta Uitvoer komen te vervallen. Bent u nog niet klaar voor AGS? Of heeft u uw douaneaangifte uitbesteed en wilt u in de toekomst meer grip op uw aangiften en écht in control zijn? Met CustomsController bent u optimaal voorbereid op de komst van AGS. Profiteer van onze direct duidelijke aanpak en dito support. Kijk voor meer informatie over AGS en de mogelijkheden van CustomsController op www.beurtvaartadres.nl/douane.

Over CustomsController® Met CustomsController doet u gemakkelijk en snel uw douaneaangifte. CustomsController is een webbased applicatie met een scala aan functionaliteiten. Een efficiënt online loket waarbij u zich nooit zorgen hoeft te maken over updates. Daar zorgen wij namelijk voor. CustomsController biedt onder andere de volgende modules: • AGS • Sagitta • Transit (Doorvoer) • EMCS • Trader at Exit • Portbase • E-Balie (APCS Antwerpen) • Management • Koppeling ERP/WMS/TMS • Automatische aangifteverwerking

Postbus 24023, 2490 AA Den Haag E info@beurtvaartadres.nl I www.beurtvaartadres.nl T 088 55 22 152 F 088 55 22 103


GLOBE MAGAZINE

in ­Italië autonoom en moet dus niet alleen haar boekhouding conform Italiaans recht voeren maar ook aangifte doen van directe en indi­ recte belastingen en voor afdracht van deze belastingen zorg dragen. Boekhouding en nakoming van fis­ cale verplichtingen van de Italiaanse nevenvestiging zijn onderhevig aan Italiaans recht. De winst uit de com­ merciële activiteiten kan 100% in Nederland worden genomen maar is wel volledig belastbaar in Italië. Transfer pricing regels gelden onver­ kort, de winst kan dus niet achteraf willekeurig worden afgeroomd. Meest gebruikte rechtsvormen van vennootschappen met rechtspersoonlijkheid Dit zijn de zogeheten Società di responsabilità limitata (s.r.l.) en de Società per azioni (s.p.a.), beide zijn vennootschappen met beperkte aan­ sprakelijkheid. Net als onder Neder­ lands recht zijn de aandeelhouders in principe niet aansprakelijk voor het nakomen van de verbintenissen van deze vennootschappen. De oprich­ ters zijn wel tot aan de voltooiing van het oprichtingsproces (de inschrijving in het handelsregister) hoofdelijk aansprakelijk voor de verplichtingen die de vennootschap gedurende de oprichting is aangegaan. Bekrachti­ gingen van de betreffende handelin­ gen na oprichting heft de persoon­ lijke aansprakelijkheid op. De s.r.l. is vergelijkbaar met een besloten vennootschap naar ­Nederlands recht. Zij heeft in prin­ cipe een minimum aandelenkapitaal ter waarde van minimaal €10.000 en is eenvoudiger te besturen dan een s.p.a, met een minimum aandelen­ kapitaal van €120.000. Sinds 23 augustus 2013 is het mogelijk een s.r.l. op te richten met een aande­ lenkapitaal van €1, in afwijking van het minimumvereiste. Voorwaarde is

“De Italiaanse belasting­dienst staat niet open voor dialoog.”

dat 1/5° van de winst wordt gereser­ veerd totdat het minimum aandelen­ kapitaal van €10.000 wordt bereikt. Zodra dat het geval is, dient nog slechts 5% van de winst te worden gereserveerd. Indien een s.r.l. wordt opgericht door een enkele aandeelhouder, dient deze het hele aandelen­kapitaal bij de oprichting te storten. De s.p.a. is te vergelij­ ken met een naamloze vennoot­ schap. Zij kan op de beurs worden genoteerd en mag diverse soorten aandelen en obligaties uitgeven. Oprichting Een nevenvestiging is minder snel opgericht dan een gewone dochter­ onderneming. Voor de oprichting van een dochteronderneming is onder­ tekening van de akte van oprichting met statuten en storting van het aandelenkapitaal vereist. Daarnaast is aanvraag van fiscale nummer van de aandeelhouder(s) en de bestuurder(s) noodzakelijk. Voor oprichting van een neven­ vestiging dient een (a) formeel op­ richtingsbesluit genomen te worden door het bevoegde orgaan van de Stichting. In dit besluit dient de reden van oprichting te worden toegelicht, de zetel van de nevenvestiging te worden besloten en zullen een of meer wettelijke vertegenwoordigers moeten worden benoemd. Boven­ dien is het noodzakelijk een volmacht te verstrekken om de oprichting uit te

voeren. Dit besluit moet worden ge­ legaliseerd tezamen met (b) de statu­ ten van de Stichting. Voor oprichting van nevenvestiging en dochter­ onderneming is bovendien nodig dat de uiteindelijke belanghebbende(n) van de buitenlandse onderneming in de zin van de Wwft (c) notarieel worden geïdentificeerd. In Italië moeten de stukken (a) en (b) van een beëdigde vertaling worden voorzien. Hierna zal de notaris de oprichting per akte formaliseren. Na het verlijden van de oprichtingsakte kan het vereiste btw nummer worden aangevraagd. Het oprichtingsproces wordt in alle gevallen voltooid door deponering van de oprichtingsakte in het Handelsregister van de bevoegde kamer van koophandel.

 Johan de Flines is advocaat en avvocato te Milaan. dbla.nl/italie

Mei 2015 / Nr. 398

21


GLOBE MAGAZINE

RUTH EMMERINK

De Filippijnen haalt vooral het nieuws bij natuurrampen en binnenlandse conflicten. Als Parel van de Oriënt is de Filippijnen veel minder bekend. Ook weet niet iedereen dat het er economisch heel goed gaat.

De Filippijnen

Parel van de Oriënt De eerste contacten met de Filippijnen dateren van 1600. Twee jaar na het begin van zijn expeditie om een zeeweg naar Indië te vinden, ging ontdekkingsreiziger Olivier van Noort voor anker in de Baai van Albay. Na een zeeslag met de Spanjaarden voer hij met zijn enig overgebleven, zwaargehavende schip richting Borneo. Een jaar later bereikte hij Rotterdam, waarmee de eerste Nederlandse reis om de wereld een feit was. In de tweede helft van de 17e eeuw heeft de VOC handelsrelaties ontwikkeld tussen Manilla en Batavia. Nadat de Filippijnen van Spaanse in Amerikaanse handen was gekomen, begonnen de economische relaties tussen Nederland en de Filippijnen vorm te krijgen. Anno 2015 zijn meer dan 150 Nederlandse bedrijven actief in de Filippijnen. In 2013 was Nederland er de vierde buitenlandse investeerder en in 2012 zelfs de grootste. Voor de Filippijnen is Nederland een belangrijke exportmarkt in Europa.

Het gaat de Filippijnen economisch voor de wind. Het beeld van de “the sick man of Asia” gaat al lang niet meer op. De economische groei is indrukwekkend, niet alleen in verhouding tot het kwakkelende Europa of het wereldwijde gemiddelde, maar ook in vergelijking met andere landen in de regio. De Filippijnse economie groeide in 2013 met 7,2% en in 2012 met 6,8%. Ook in 2014 mag de Filippijnen zich met een groeipercentage van 6,1% een van snelst groeiende economieën in Azië noemen. De Filippijnen heeft de financiële en economische schokken in de wereld goed doorstaan. Het is niet afhankelijk van export maar gezegend met een veerkrachtige binnenlandse consumptie. Het heeft het voordeel van stabiele geldovermakingen, die zo’n 10% van het BNP 22

Mei 2015 / Nr. 398

uitmaken dankzij de tien miljoen Filipino’s in het buitenland. De Business Processes ­O utsourcing (BPO) sector groeit al jaren met dubbele cijfers. De Filippijnen is wereld­ wijd marktleider voor voice-based BPO (call centers, instant live chat, voice chat) en tweede na India voor overige BPO (human ressources, accounting, IT). De ­F ilippijnen kent sinds 2003 een overschot op de betalings­ balans, internationale reserves zijn recordhoog, het financiële systeem is stabiel en de aandelenmarkt presteert goed. Pogingen om belastinginning te verbeteren en uitgaven te beheersen, hebben de fiscale positie van het land verbeterd en schulden naar beneden gebracht. Gevolgen: opeenvolgende opwaarderingen van kredietwaardigheid en buitenlandse investeringen stijgen in rap tempo.


GLOBE MAGAZINE

Zakendoen in de Filippijnen Zakendoen in de Filippijnen is niet zonder uitdagingen. Ondanks politieke en economische hervormingen, is corruptie nog steeds een realiteit en doen ook de gebrekkige infrastructuur en energievoorzieningen afbreuk aan het potentieel van de Filippijnen. Aan verdere versoepeling van eigendomsregels, grotere transparantie en vrede met rebellenbewegingen in het zuiden wordt al heel lang gewerkt, maar nog niet met het gewenste resultaat. Toch komen steeds meer bedrijven naar de Filippijnen en bedrijven die er al actief zijn breiden uit. De afgelopen vijftien jaar laten forse Nederlandse investeringen zien in vooral olie en gas, BPO en productiecapaciteit. Het is aantrekkelijker en eenvoudiger geworden om in de Filippijnen te investeren. Buitenlandse investeringen zijn in steeds meer sectoren toegestaan en eigendomsbeperkingen zijn deels opgeheven. Zo is er een einde gekomen aan beperkende voorschriften in het bankwezen, verzekeringswezen, de scheepvaart en de telecommunicatie. Voor bedrijven die zich vestigen in een van de bijzondere commerciële en industriële zones die het land rijk is, gelden gunstige voorwaarden bijvoorbeeld op het gebied van belastingen. Na 300 jaar Spaanse en 50 jaar Amerikaanse overheersing, is de Filippijnse cultuur divers

en hebben Filipino’s geen enkele moeite in de omgang met buitenlanders. Culturele verschillen, die er zeker zijn, zijn relatief gemakkelijk te overbruggen. Omdat Engels de voertaal is in het onderwijs en de zakenwereld, heeft de ­Filippijnen met de taal een belangrijk comparatief voordeel ten opzichte van andere landen in de regio. In 2013 waren de buitenlandse investeringen in de Filip“Modernisering van pijnen, Maleisië, ­Indonesië, de land­bouw­­sector Singapore en Thailand samen biedt kansen voor voor het eerst hoger dan die Nederlandse expertise in China. Omdat de Zuiden technologieën.” Oost ­Aziatische economieën verenigd in ASEAN hard op weg zijn om een onderling vrijhandels­akkoord te sluiten, zullen samen­ werking, handel en investeringen in ASEAN nog een impuls krijgen. Goederen­verkeer tussen de landen onderling wordt financieel en logistiek aantrekkelijker door versimpeling van procedures en lagere kosten. Een andere ontwikkeling is dat de Filippijnen per 1 januari 2015 onder de APS+ regeling van de EU valt. Dat betekent dat meer dan 6.000 producten uit de Filippijnen zonder importheffingen op de Europese markt mogen worden afgezet. Dit zal vooral de productie en export van kleding, meubels, kokos­olie en tonijn stimuleren. Ook de export van andere vetten en oliën, levens­middelen, textiel, schoeisel en

Mei 2015 / Nr. 398

23


GLOBE MAGAZINE

“Vooral water­management is een grote uitdaging in een land dat gemiddeld 20 tropische stormen per jaar ervaart en daarnaast kwetsbaar is voor andere natuurrampen zoals aard- en zeebevingen”

nisatie onvermijdelijk. De landbouwsector in Nederland, waarin nog geen 9% van de beroepsbevolking werkzaam is, maar die wel 9% bijdraagt aan het BNP en Nederland de tweede exporteur van landbouwproducten ter wereld maakt, kan daar veel bij betekenen. Modernisering van de landbouwsector in de Filippijnen biedt kansen voor de inzet van Nederlandse expertise en technologieën. In Mindanao, het grootste, zuidelijke eiland van de Filippijnen, met de meeste en beste landbouwgrond, speelt de veiligheidssituatie parten. Vrede met het Moro Islamic Liberation Front en andere rebellenbewegingen zou ­Mindanao eindelijk in staat stellen aansluiting te vinden bij de economische ontwikkeling in de rest van het land. Met de mijlpalen in het vredesproces de afgelopen jaren, kijken veel bedrijven rijkhalzend uit naar kansen om in Mindanao actief te worden of uit te breiden. Kansen in de watersector Ook in de watersector zijn Nederlandse expertise en technologie veelgevraagd. De bevolkingsgroei legt grote druk op de al tekortschietende voorzieningen op het gebied van water en sanitatie. Maar er is meer.

transportonderdelen neemt naar verwachting toe. De inwerkingtreding van APS+ zal ertoe leiden dat buitenlandse investeringen in de Filippijnen verder aantrekken en er komen naar verwachting zo’n 250.000 nieuwe banen bij in hoofdzakelijk de landbouw en industrie. Kansen in de landbouwsector Landbouw, veeteelt en visserij vormen een belangrijke component van de Filippijnse economie. Niet alleen export naar de Filippijnen, maar ook overdracht van technologie biedt kansen voor Nederlandse bedrijven. Landbouwproducten die het meest naar Nederland worden geëxporteerd zijn ruwe en geraffineerde kokosolie, ananas en ananasproducten. Andersom voert de Filippijnen vooral vlees, verse en bevroren groente, machines en apparatuur en veterinaire producten uit Nederland in. Kansen voor Nederland en Nederlandse bedrijven zijn ook te vinden in de verwerking van landbouwproducten en daaraan verbonden transport en logistiek. Landbouw in de Filippijnen is grotendeels kleinschalig en productietechnieken zijn verouderd. In de landbouwsector werken twaalf miljoen mensen, 34% van de beroepsbevolking. Tegelijkertijd is de bijdrage van de landbouwsector aan het BNP nog maar 1%. Wil de sector ooit proportioneel bijdragen aan de Filippijnse economie (en economische groei worden gemaximaliseerd), zijn reorganisatie en mecha24

Mei 2015 / Nr. 398


GLOBE MAGAZINE

Vooral watermanagement is een uitdaging in een land dat gemiddeld 20 tropische stormen per jaar ervaart en daarnaast kwetsbaar is voor andere natuurrampen zoals aard- en zeebevingen. Klimaatverandering maakt stormen heviger en verwoesting, vooral als gevolg van overstromingen, groter. Overstromingen komen nu ook voor in delen van het land die voorheen gespaard bleven. De Filippijnse overheid doet steeds nadrukkelijker een beroep op ­Nederlandse kennis op het gebied van watermanagement. In de Filippijnen is een geïntegreerde benadering, met aandacht voor het voorspellen van en inspelen op risico’s op natuurrampen, landgebruik, waterscheiding en institutionele versterking essentieel. Eind 2013 trof tyfoon Haiyan, de krachtigste tyfoon ooit boven land gemeten, de Visayas. Daarna is het Nederlandse Disaster Risk Reduction team met vertegenwoordigers van bedrijven, NGO’s en de overheid ingezet. Dat werkt met de Filippijnen aan een integraal plan voor kustbescherming bij Tacloban en omgeving. Niet alleen de Filippijnse overheid en private investeerders zijn interessante partners voor de Nederlandse watersector. Ook voor de Wereldbank en de Asian Development Bank, die hoofdkantoor houdt in Manilla, staat watermanagement hoog op de agenda. Kansen zijn er bijvoorbeeld in relatie tot het masterplan om overstromingen in Metro Manilla en omliggende gebieden het hoofd te bieden. Naar verwachting kost het 23 jaar om het plan, met alle grote werken die daaruit voortkomen, helemaal uit te voeren.

Wist u dat? • de Filippijnen uit meer dan 7.000 eilanden bestaat? • de koloniale tijd ook wel “300 jaar nonnen en 50 jaar Hollywood” wordt genoemd? • de Filippijnen sindsdien is uitgegroeid tot een nieuwe Aziatische tijger? • de Filippijnen het enige land ter wereld is met een Kerstseizoen, dat begint op 1 september? • de kleurrijke “jeepney” is voortgekomen uit de G.I. Jeeps die Amerikaanse soldaten in de jaren veertig van de vorige eeuw naar de Filippijnen hebben gebracht? • Filipino’s 53 uur per week besteden aan sociale me­ dia, 11 uur meer dan het wereldwijde gemiddelde? • in de Filippijnen dagelijks 450 miljoen sms-jes worden verstuurd? • de Filippijnen het op twee na grootste Engels­ sprekende land ter wereld is na de VS en het VK? • Nederland hechte maritieme betrekkingen met de Filippijnen onderhoudt? • op Nederlandse cruise- en koopvaardijschepen 15.000 Filippijnse zeevarenden werken?

Ruth Emmerink is plaatsvervangend Chef de Poste van de Nederlandse Ambassade te Manilla.

Tot slot Uit surveys van Bloomberg komt de Filippijnen naar voren als één van de vijf snelstgroeiende economieën ter wereld in 2015. HSBC Global Research ziet in de Filippijnen de 16e economie ter wereld in 2050, in Azië achter alleen China, India, Japan en Zuid Korea. Het is wijs om niet af te wachten. De Filippijnen heeft nu al veel te bieden. Om succesvol zaken te doen is kennis van hoe een sector in elkaar zit cruciaal. Het is belangrijk informatie in te winnen over hoe het er lokaal aan toe gaat, over gevestigde belangen en culturele en andere gevoeligheden. Daarnaast kan het nuttig zijn informatie te vergaren over instrumenten die openstaan voor de Filippijnen. Denk aan financiering van studies of matchmaking en het Europees gefinancierde EU – Philippines Business Network. De Filippijnen is een prachtig land, met meer dan 100 miljoen goedlachse en veerkrachtige Filipino’s als grootste rijkdom. Het is ook een prettig land voor expats. Zoals ze in de Filippijnen zeggen: “Doing business. It’s more fun in The Philippines”. Neemt u contact op met de Nederlandse ambassade in Manilla als we u daarbij kunnen helpen. Contact Nederlandse Ambassade Manilla: filipijnen.nlambassade.org of tel (+63) 2-786 6666

Mei 2015 / Nr. 398

25


GLOBE MAGAZINE

DIES KOOLE

Los van de ethische kant, is het verzekeringstechnisch verstandig een sanctie te omzeilen door indirect via een ander land te leveren? Ik denk dat u het antwoord wel weet.

Transportverzekering

Sanctieregeling in een roerige wereld Bij de laatste verkiezingen van de Provinciale staten werd vooral door propagandisten uit de regerende coalitie sterk de nadruk gelegd op de sterke exportpositie van ons land, waardoor het met de economische positie van Nederland weer in opwaartse richting lijkt te gaan. Een terechte constatering. Bij het enthousiasme daarover past wel enige ingehoudenheid als in aanmerking wordt genomen dat internationaal de politieke en militaire machtsverhoudingen roet in het eten kunnen gooien. Met name de ontwikkelingen in Oost-Europa zijn onberekenbaar, in het bijzonder als het gaat om landen 26

Mei 2015 / Nr. 398

die onder de internationaal geldende sanctie­regels vallen. In veel delen van de wereld is het politiek en militair roerig. In vorige bijdragen is over de medeverzekering van oorlogs- en sta­ kersrisico uitvoerig geschreven. Daar­ voor hanteren transport­verzekeraars internationaal erkende condities. In een van de vorige edities is daarover uitvoerig geschreven. Deze bijdrage richt zich op wat de “Handreiking Sanctieregeling” wordt genoemd, tot stand gekomen in een uitgebreid overleg tussen het Verbond van Verzekeraars en de Nederlandse Bank. In een speciale circulaire van het Verbond van Verzekeraars wordt het doel van deze handreiking als volgt

omschreven: “Door het oplopen van internationale spanningen rondom Iran en Rusland, nemen sancties vanuit de Verenigde Naties, Europa en nationale wetgeving een steeds belangrijkere positie in. Sancties treffen altijd landen, gebie­ den, personen en/of instellingen en zijn steeds vaker gericht op het bevriezen van tegoeden, het verbieden van het ter beschikking stellen van financiële mid­ delen en het verbieden van financiële diensten. Dat betreft ook het afsluiten van (bepaalde) verzekeringen. De verzekeringssector was op grond van de Sanctiewet van 1977 (verder: Sanctiewet) altijd al gehouden om langs de bestaande sanctielijsten te controleren. Nu de Sancties zich


GLOBE MAGAZINE

De Russische havenstad Novorossiysk aan de Zwarte Zee ontvangt veel schepen vanuit Turkije.

steeds vaker tot de verzekeringssector richten, is het risico op het verzeke­ ren van gesanctioneerde belangen vergroot. Veel verzekeraars hebben moeite invulling te geven aan de open norm die in de Leidraad Wwft en SW (1 januari 2014) gehanteerd wordt voor de naleving van de Sanctiewet. Dit docu­ ment beoogt een invulling te geven aan die open norm om verzekeraars meer houvast te geven voor de naleving van de Sanctieregeling. Uiteraard staat het verzekeraars altijd vrij een eigen invul­ ling aan de naleving van de Sanctiere­ geling te geven.” Voor verzekeraars is naleving niet gemakkelijk Dit laatste sluit echter niet uit dat verzekeraars een zekere mate van verantwoordelijkheid hebben voor wat die risicoanalyse betreft. En die ver­ antwoordelijkheid voor het overtreden van de Sanctieregeling is bepaald niet gemakkelijk bij goederentransport­ verzekeringen. Allereerst is de klant zelf verantwoordelijk voor eventuele

overtreding van de Sanctieregeling. Alles is voor de verzekeraar niet te overzien, maar het wordt wel tot de ver­ antwoordelijkheid van de verzekeraar gerekend, bekend te zijn met de landen waarmee de verzekerden zaken doen, het soort projecten waarin een verze­ kerde actief is en welke klanten men in het land van bestemming bedient. Het is namelijk zo dat de aard van de te verzekeren goederen, de eindbestem­ ming en de eindgebruiker ervan in het kader van de situatie van dit moment belangrijke criteria zijn. Terecht wordt er in de Handreiking van het Verbond van Verzekeraars op gewezen dat het bij een doorlopende goederentransport­ verzekering niet bekend is welke goe­ deren op termijn naar welke landen ver­ voerd zullen worden. Gerekend naar het karakter van deze verzekeringsvorm is hierbij sprake van een verhoogd risico op overtreding van de Sanctieregeling. Een sprekend

voorbeeld hiervan is de volgende vraag die ik enkele weken geleden vanuit de exportwereld toegespeeld kreeg. Het betrof een exporterend bedrijf dat goederen exporteerde naar een land dat “gesanctioneerd” is. Men had bedacht en ook geëffectueerd de “ge­ sanctioneerde” goederen langs andere trajecten en middels heretikettering on­ derweg toch op de “gesanctioneerde” goederenbestemming te krijgen. Hoe de transportverzekeraar bij schade onderweg onder de geschetste situatie zou reageren was de vraag. Ik heb met het antwoord op deze vraag gewacht op het verschijnen van de “Handreiking Sanctieregeling”, waarin het duidelijk besloten ligt… Transportverzekeraars weten waar ze aan toe zijn. Exporteurs evenzeer. Overigens kreeg ik bij het gereedkomen van deze bijdrage de neerslag toegezonden van een thema­ dag, die op initiatief van het Verbond van Verzekeraars is gehouden voor overleg met transportverzekeraars en het inventariseren van hun reacties. Ik hoop daarop na bestudering in een vol­ gende bijdrage aandacht te geven.

“Exporteurs weten waar ze aan toe zijn.”

Mei 2015 / Nr. 398

27


GLOBE MAGAZINE

BEHNAM SOBHANI

De wetgeving rond buitenlandse investeringen in China is vrij complex, maar daar wordt aan gewerkt. De belangrijkste voorgenomen wijziging is de afschaffing van het algemene goedkeuringsvereiste.

China

Regelgeving buitenlandse investeringen op de schop

MOFCOM Vice Minister Gao Hucheng

Op 19 januari jl. publiceerde het Chinese ministerie van handel (“MOFCOM”) een concept wetswijziging (“Concept Wet”). Deze heeft als doel de nu bestaande wetgeving op het gebied van buitenlandse investeringen (te weten: de Sino-foreign Equity Joint Venture Law, de Sino-foreign Cooperative Joint Venture Law en de Law on Wholly Foreign-owned Enterprises) te bundelen en daarin enkele belangrijke inhoudelijke wijzigingen aan te brengen. In dit artikel worden de meest in het oog springende voorgenomen wijzigingen besproken. 28

Mei 2015 / Nr. 398

De Concept Wet schaft het algemene goedkeuringsvereiste voor alle buitenlandse investeringen af. In plaats daarvan introduceert de Concept Wet een zogenaamde “Negatieve Lijst”. Alleen handel die onder deze Negatieve Lijst valt vereist goedkeuring door de autoriteiten. Dit betekent andersom dus dat het buitenlandse investeerders is toegestaan om zonder goedkeuringsvereisten of andere beperkingen te investeren in sectoren die niet opgenomen zijn in de Negatieve Lijst. Deze werkwijze voorkomt tevens dat lokale overheden andere (dus buiten de Negatieve Lijst om) hun eigen beperkingen opleggen aan buitenlandse investeringen. Volgens informatie verstrekt door de Kamer van Koophandel van de EU in China zien de beperkingen met name op twee categorieën: (i) investeringen die een vooraf door de State Council vastgestelde grens overschrijden en (ii) sectoren die sowieso niet toegankelijk zijn voor buitenlandse investeringen.

National security review De Concept Wet schrijft een “national security review” (nationaal veiligheidsonderzoek) voor. Dit onderzoek staat los van de vraag of de investering op de Negatieve Lijst staat. Indien de bevoegde autoriteiten die de investering beoordelen van mening zijn dat een buitenlandse investering bij markttoegang een bedreiging vormt of kan vormen voor de nationale veiligheid, wordt het markttoegangsonderzoek geschorst en wordt de aanvrager verzocht eerst een national security review aan te vragen. De Concept Wet schrijft niet voor onder welke concrete omstandigheden een national security review uitgevoerd dient te worden, maar de verwachting is dat een nadere uitwerking hiervan nog zal volgen. Gelijke behandeling ondernemingen met buitenlandse investeringen Zoals eerder vermeld streeft de Concept Wet ernaar de huidige wetgeving te bundelen. Dit betekent dat buitenlandse investeringen in China, voor zover deze niet op de Negatieve Lijst staan, worden


GLOBE MAGAZINE

behandeld als binnenlandse investeringen. Hierbij dient wel te worden opgemerkt dat de Concept Wet alle “foreign invested enterprises” (“FIEs”) verplicht om zakelijke informatie te rapporteren, ongeacht of het een investering binnen de Negatieve Lijst betreft of niet. Dergelijke rapportage dient jaarlijks of ieder kwartaal plaats te vinden, afhankelijk van de omvang van de investering. Definities FIEs en buitenlandse investeerders Onder het huidige recht worden FIEs gedefinieerd als ofwel joint ventures, ofwel als ondernemingen die volledig in buitenlandse handen zijn (“wholly foreign-owned enterprises”). De Concept Wet schaft deze categorieën af en introduceert bredere definities voor zowel FIEs als buitenlandse investeerders. FIEs worden straks gedefinieerd als ondernemingen, naar Chinees recht gevestigd in China, die geheel of gedeeltelijk gefinancierd worden door buitenlandse investeringen (artikel 14 Concept Wet). Alle FIEs dienen opgericht te zijn in overeenstemming met het Chinese vennootschapsrecht. Buitenlandse investeerders omvatten alle natuurlijke personen zonder Chinese nationaliteit, ondernemingen die naar buitenlands recht zijn opgericht, buitenlandse regeringen, internationale organisaties en iedere binnenlandse entiteit die gecontroleerd wordt door voornoemde personen of entiteiten (artikel 11 Concept Wet). Er is gekozen voor brede definities om alle entiteiten die daadwerkelijk gecontroleerd worden door buitenlandse investeerders onder de werking van de Concept Wet te vangen. Gevolgen voor “variable interest entities” (“VIEs”) VIEs zijn investeringsvehikels die gebruikt worden door buitenlandse investeerders om, door middel van contractuele verhoudingen in plaats van aandeelhouderschap, controle uit te oefenen op Chinese werkmaatschappijen. Dergelijke vehikels worden doorgaans gebruikt door buitenlandse ondernemingen om te investeringen in Chinese sectoren waarin buitenlandse investeringen beperkt worden of helemaal niet toegestaan zijn. Eerder genoemde definitiewijzigingen zullen grote gevolgen hebben voor dergelijke VIE-structuren, aangezien

ze beschouwd zullen worden als FIEs en dus onderworpen worden aan beperkingen. De Concept Wet laat vooralsnog in het midden hoe om te gaan met bestaande VIEstructuren. Vooruitzicht Er dienen momenteel nog vele stadia doorlopen te worden voordat een finale versie van de Concept Wet aan de Chinese wetgever ter goedkeuring voorgelegd kan worden. Het gehele wetgevingsproces kan meer dan twee jaar in beslag nemen en hoewel het onduidelijk is hoe de finale versie eruit zal zien, zijn de doelstellingen van de Concept Wet te prijzen: het ontsluiten en uitbreiden van de binnenlandse markt, het bevorderen en reguleren van buitenlandse investeringen, het beschermen van de rechten van buitenlandse investeerders, alsmede de nationale veiligheid en sociaalpublieke belangen. Wij raden investeerders dan ook aan om ontwikkelingen op dit gebied scherp in de gaten te houden.

China Desk Hil Lawyers is partner van de Fenedex China Desk en adviseert u graag met betrekking tot investeren in China. Kijk op www.fenedex.nl/china-desk of neem contact op met Yoan Chung (070-3305683).

Behnam Sobhani is advocaat bij HIL I­ nternational Lawyers & Advisers. Hij adviseert bedrijven met name op het gebied van ondernemingsrecht en contractenrecht.

Nieuwe ondernemingen verrijzen aan de Chinese oostkust. Mei 2015 / Nr. 398

29


Improving your business in China

China Symposium 2015 Wilt u succesvoller worden op de Chinese markt? Kom dan naar het China Symposium. Volg workshops, schuif aan voor een adviesgesprek met onze China Desk-partners en kom in contact met andere collega-ondernemers. Informatie & inschrijven: www.exporttrainingen.nl/ chinasymposium

China Symposium 28 mei 2015 ► Ermelo ► ►


GLOBE MAGAZINE

Groot worden in China, wie wil dat niet? Lees ons 10-stappenplan.

ILSE KERLING

China

Succes in 10 stappen China, het land van enorme groei en kansen, oplichters en corruptie. Wat is nou waarheid? Liggen er echt kansen? Wat zijn reële verwachtingen? Hoe kunt u het beter doen dan uw vele concurrentie?

Kunt u een cluster vormen? Samen zijn we sterk geldt zeker in China. Als u te samen met een aantal Nederlandse bedrijven uw aanbod kunt vergroten, vergroot u uw slagings­kansen.

Allereerst het slechte nieuws: volgens een on­ derzoek, gepresenteerd in een BNR uitzending, faalt 80% van het MKB in China. Waarom? China doet u er niet zomaar ‘bij’. Tenzij uw product schreeuwend aantrekkelijk is zoals de iPhone, worden kansen doorgaans niet in uw schoot geworpen. Hier is een 10 stappenplan om uw kansen te vergroten:

De juiste zakenrelaties vinden. Zelf deze bedrijven aanschrijven is geen optie; dat is not done in China, u moet geïntroduceerd worden. Dit kan middels lokale consultants, beurzen en onderschat de overheid niet. Omdat de overheid zo ontzettend belangrijk is in China, nemen zij aan dat de overheid reuze belangrijk is in Nederland. En dat ú reuze belangrijk bent omdat u door de over­ heid wordt meegenomen. Het geeft u status en betrouwbaarheid, twee belangrijke factoren in China.

China vraagt focus, tijd en geld. Beraam uw budget en tijdsbestek in. Vermenigvuldig deze verwachting met drie, dan heeft u een meer realistische inschatting. Wees niet te verliefd op uw product of service en laat professioneel marktonderzoek uitvoeren. Registreer uw IP, zelfs als u gaat produce­ ren. Degene die het merkenrecht het eerst registreert in China, krijgt het recht, zelfs als u aan kunt tonen dat u uw bedrijf veel langer bestaat. Het komt voor dat Chinese fabrikanten het merkenrecht van hun klant registreren. Als de klant wil switchen van fabrikant, dan kunnen ze geen producten produceren met hun merknaam of logo erop, omdat de IP eigendom is van de oude fabrikant.

Komend nummer In het juninummer van Globe Magazine volgt deel twee, met de stappen zes tot en met tien.

Ilse Kerling is de oprichtster van Kerling Consulting. Ilse doet inmiddels al 20 jaar zaken in Azië, waarvan ze 13 jaar in Azië heeft gewoond en gewerkt. kerlingconsulting.com

De juiste voorbereiding. Weet u wie u gaat ontmoeten? Wat weet u over het bedrijf? Wat weet u over de markt? Hoe meer u weet over de Chinese partij, hoe meer indruk u maakt. Hoe meer u weet over de markt, hoe minder de andere partij u kan bedotten. Heeft u een naamkaartje en marketing­ materiaal in het Chinees? Uw gespreks­ partner spreekt misschien wel Engels, maar de beslisser vaak niet dus wilt u deze echt ­Engels materiaal voorschotelen? Heeft u een eigen tolk geregeld zodat u zich niet open stelt voor Sun-Tzu praktijken en deze ook persoonlijk gesproken om te vertellen wat u doet, zodat het beter vertaald kan worden? Mei 2015 / Nr. 398

31


GLOBE MAGAZINE

HANS KOKJE

Factuurverklaringen

Made in the EU Wanneer u een product gaat exporteren naar een land buiten de Europese Unie kan het zijn dat er invoerrechten betaald moeten worden. De hoogte van dit bedrag is mede afhankelijk van de oorsprong van uw product. De ­Europese Unie heeft met een groot aantal landen een vrijhandels­overeenkomst gesloten waardoor in veel gevallen korting of vrijstelling op het invoerrecht kan worden verleend. Voorwaarde is wel dat uw product aan de oorsprongsregels van desbetreffende handelsovereenkomst voldoet. U dient hiervoor de preferentiële oorsprong van uw product aan te tonen. Het meest bekende bewijsstuk om deze preferentiële oorsprong aan te tonen is het EUR.1 certificaat. Dit certificaat moet worden aangeboden bij de Kamer van Koophandel en vervolgens bij de Douane. Daarnaast dient dit certificaat te worden aangeboden bij de douaneautoriteiten in het land van bestemming. Al deze hande­ lingen kosten tijd en geld en u kunt hierop besparen! Het bovengenoemde certificaat kunt u vervangen door een specifieke ver­ klaring op uw factuur of ander handelsbe­ scheid te plaatsen. Dit is de zogenaamde factuurverklaring. Er bestaan twee soorten factuurverkla­ ringen. De factuurverklaring voor kleine zendingen die u kunt gebruiken voor goederen met preferentiële oorsprong 32

Mei 2015 / Nr. 398

Met een factuurverklaring kunt u prima de preferentiële oorsprong van uw product aantonen en zo in veel gevallen de invoerrechten in het bestemmingsland verlagen.

tot een waarde van €6000 en de verkla­ ring voor goederen met preferentiële oorsprong ongeacht de waarde van deze goederen. Om deze laatst genoemde verklaring te mogen gebruiken dient u bij ­ ouane de vergunning de Nederlandse D Toegelaten Exporteur aan te vragen. De keuze om de factuurverklaringen of het EUR.1 certificaat te gebruiken is dus aan u, alhoewel sommige handelsovereen­ komsten, waaronder die met Zuid-Korea, niet voorzien in een EUR.1 certificaat. Hier kan alleen gebruik kan worden gemaakt van de “factuur­verklaring Toegelaten Exporteur” (TE). Uit het voorgaande blijkt dat de factuurver­ klaring, naast een administratieve lasten­ verlichting, u een besparing kan opleveren van zowel kosten én tijd want u bent niet meer afhankelijk van de afgifte-instanties. Wel moet u rekening houden dat voor het gebruik van beide factuurverklaringen dezelfde oorsprongsregels gelden als voor een EUR.1 certificaat. Daarnaast zult u een goede en inzichtelijke administratie moeten voeren waaruit blijkt dat de pre­ ferentiële oorsprong terecht is toegepast. Last but not least mag binnen uw bedrijf de kennis van de oorsprongsregels niet ontbreken. U moet immers op de hoogte zijn en blijven van de oorsprongsregels die gelden voor uw product. Het toepassen van deze regels kan gecompliceerd zijn, maar uiteraard zijn hiervoor diverse par­ tijen, waaronder Fenedex, die u hiermee behulpzaam kunnen zijn.

Training Certificaten van Oorsprong, EUR.1 en factuurverklaringen 19 mei · Eindhoven Het invullen van een document is niet lastig maar weet u eigenlijk waarom u het document invult en wat u mag invullen? Een EUR.1 verklaring kan bijvoorbeeld invoerrechten schelen en dus de inkoopprijs van uw product ver­ lagen. Een factuurverklaring kan ook leiden tot een lager invoertarief maar leidt bij verkeerd gebruik nogal eens tot vervelende financiële gevolgen. Kortom, reden genoeg om u te laten informeren en duidelijkheid te krijgen hoe u met deze materie op een efficiënte manier om kunt gaan.

 Hans Kokje is product­manager Opleiding & Training bij Fenedex en gespecialiseerd in de oorsprongs­ aspecten.


Member Benefits Fenedex Member Benefits zijn diensten en producten die uw export versterken. Omdat Fenedex een grote groep exporteurs vertegenwoordigt, hebben wij bij diverse aanbieders scherpe prijzen en voorwaarden onderhandeld voor onze leden. De kortingen kunnen oplopen van 10% tot 75% ten opzichte van de reguliere prijzen. Sommige diensten zijn zelfs gratis voor onze leden. Exclusief Fenedex-leden kunnen gebruik maken van de acties binnen Fenedex Member Benefits. Het Fenedex Membership Benefits-programma wordt mede mogelijk gemaakt door:

Btw-advisering 20% korting op diverse diensten van BTW-PLAZA.

Douaneopleidingen en AEO-advisering 15% korting op douane­ vakopleidingen en op het uurtarief voor AEO-advisering.

Expresszendingen 20% tot 75% korting op de Expressvervoer.

Innovatie en subsidies Kosteloos en vrij­blijvend subsidie- en financierings­ onderzoek.

Kredietmanagement Tot 70% korting op krediet­ informatie­rapporten.

L/C-advies Kosteloze risico-inventarisatie van geopende Letters of Credit.

Legalisatie- & Visumdienstverlening Twee gratis opdrachten voor legalisatie van export­ documenten en aanvraag van visa.

Persondersteuning Tot 15% korting op support bij uw internationale persbeleid en -benadering.

Reizen & overnachtingen Kosteloos exclusieve toegang tot de Fenedex Travel Portal.

Taaltrainingen 10% tot 15% korting op individuele of groeps­ taaltrainingen.

Vertalingen 15 tot 20% korting op vertalingen.

Werving & selectie 20% Verlaging van de wervings­ kosten voor het invullen van een exportmanager vacature.

GLOBE MAGAZINE

Verenigings nieuws Douane, bedrijfsleven en wetenschap bundelen krachten In maart zijn 27 professionals uit vijf landen gestart met de Executive Master in Customs & ­Supply Chain Compliance aan de Rotterdam School of Management. De opleiding is op initiatief van de Nederlandse Douane in nauwe samenwerking met het Nederlandse bedrijfs­ leven en de wetenschap ontwikkeld. Ook Fenedex heeft hieraan bijgedragen, via het Overleg Douane Bedrijfsleven. Bijzonder aan de opleiding is de multidisciplinaire aanpak. Prof. Rob Zuidwijk, Academic Director van de master: “Dit programma geeft professionals de unieke gelegenheid om te leren van onze meest recente inzichten uit onderzoek op het gebied van global supply chains, maar – door de mix van deel­ nemers werkzaam bij de overheid en het bedrijfs­ leven – ook van elkaar.’ 

Checklist ‘De buitenlandse zakenpartner’ Op www.exportpublicaties.nl is vanaf nu de checklist ‘De buitenlandse zakenpartner’ verkrijgbaar. Het vinden van een goede en betrouwbare zaken­ partner en bovenal de samenwerking met deze part­ ner staat al jarenlang bovenin de lijstjes met belang­ rijkste knelpunten bij het internationaal zakendoen. De nieuwe checklist ‘De buitenlandse zakenpartner’ helpt u bij de keuze tussen een agent en een im­ porteur, laat zien hoe u deze kunt selecteren en als belangrijkste: hoe u de samenwerking tot een succes brengt. De checklist gaat zowel op de juridische als de commerciële aspecten in en is tot stand gekomen door bijdrages van een aantal ervaren exporteurs en relaties van Fenedex. Ga naar www.exportpublicaties.nl om de checklist te bestellen. 

Kijk voor het complete aanbod op www.fenedex.nl/ memberbenefits

Mei 2015 / Nr. 398

33


GLOBE MAGAZINE

Q&A

Export matters Due diligence onderzoek ‘Wij zijn voornemens onze distributeur in Duitsland over te nemen. Ik heb vernomen dat ergens in het overnameproces een due diligence onderzoek uitgevoerd moet worden. Wat houdt dit precies in en welk doel dient het?’

► Marianne Elissen Juridisch adviseur bij het Kennisen Adviescentrum van Fenedex “Samen met mijn collega’s behandel ik jaarlijks meer dan duizend vragen van aangesloten leden. Voor juridische kwesties kunt u mij benaderen. Ik zal uw vragen, al dan niet met behulp van ons (internationale) netwerk van advocaten en juristen, beantwoorden. Tevens ondersteun ik u graag bij het opstellen en beoordelen van internationale contracten. Voorkomen is immers beter dan genezen!” 34

Mei 2015 / Nr. 398

Nadat de intentieovereenkomst (‘letter of intent’) is gesloten vindt er afhankelijk van de gekozen vorm van overname, een boekenonderzoek plaats. De Engelse term ‘due diligence’ betekent letterlijk gepaste zorgvuldigheid. Het is precies deze gepaste zorgvuldigheid die u als potentieel koper in acht kunt en moet nemen om te voorkomen dat u achteraf geconfronteerd wordt met verrassingen. Het due diligence onderzoek beoogt de vele risicogebieden van de door koper over te nemen onderneming in kaart te brengen. De reikwijdte van dit onderzoek is afhankelijk van de hoogte van de investering, de aard van de over te nemen onderneming en allerbelangrijkst uw eigen voorkeur en die van uw onderhandelingspartner. Het doel van het onderzoek is om erachter te komen wat de onderneming heeft opgebouwd en of de waarde van uw investering daadwerkelijk


GLOBE MAGAZINE

Q&A

overeenkomt met de waarde van de onderneming. De mogelijkheid bestaat dat na het uitvoeren van het onderzoek de transactievoorwaarden aangepast moeten worden. Uw uitgebrachte bod kan mogelijk te hoog zijn indien er een belangrijke klant is weggevallen of er sprake is van een kostbare juridische procedure waarin de onderneming verwikkeld is geraakt en waarvan de uitkomst nog onbekend is. In het kader van een due diligence onderzoek kan een aanzienlijke hoeveelheid informatie over de onderneming worden opgevraagd en vrijgegeven. De te verschaffen informatie kan vooraf contractueel worden bepaald; dit kan ook nauw verbonden zijn met de status van de voorgenomen transactie. Onderwerpen: overnames en fusies, Duitsland 

Visum aanvraag voor medewerker naar Rusland ‘Wij hebben een project in Rusland, waar wij in de loop van de maand mei een aantal Nederlandse werknemers heen zullen sturen. Het betreft twee supervisors (elektro en mechanisch) en later volgt een lasser. Deze medewerkers zullen

in circa drie aaneengesloten weken een aantal keer afreizen naar het project. Wat moeten wij voor deze medewerkers regelen en hoe kunnen we dit het beste aanlopen?’ Om het land in te komen en om er te verblijven heeft men een visum nodig. Er zijn verschillende visumtypes, al naar gelang het doel van het verblijf. Als de persoon naar Rusland gaat om zakelijke meetings te hebben, (potentiële) klanten te ontmoeten, de zakelijke mogelijkheden in kaart te brengen, dan is een businessvisum voldoende. Gaat hij echter in Rusland werken, lokaal werk verrichten, dan heeft hij een werkvisum nodig, gebaseerd op een werkvergunning. Er zijn twee soorten werkvergunning, waarvan de meest gebruikelijke al meteen afvalt, omdat daarvoor een testcertificaat Russisch voor nodig is. De test is best moeilijk. De procedure duurt drie maanden. De andere soort werkvergunning waarvoor geen Russische test nodig is, is een Highly Qualified Specialist (HQS) werkvergunning. Het enige criterium op basis waarvan men vaststelt of iemand een HQS is, betreft het salaris – niet minder dan 2,1 miljoen roebel per jaar (ongeveer 2600 euro per maand). Dit salaris moet –in roebels- betaald worden; het wordt ook gecontroleerd. Deze

procedure duurt één maand. Op het eerste gezicht zou men – gezien al het gedoe- geneigd zijn om helemaal geen werkvergunningen aan te vragen en de heren op een businessvisum naar Rusland te sturen. Echter, bij bouwplaatsen komen vaak controles voor, omdat daar op grote schaal gebruik wordt gemaakt van illegale en half legale krachten. Als er een inval is van de migratiedienst en een buitenlander wordt gepakt zonder geldige papieren dan hangt hem persoonlijk een boete van 7500 euro boven het hoofd en de werkgever een boete van 25.000 euro, plus onmiddellijke deportatie en blacklisting. Onderwerpen: Rusland, medewerkers in het buitenland, reisbeleid internationaal 

Onze partner van Fenedex Rusland Desk, Juralink heeft veel ervaring met het adviseren over en verzorgen van werkvergunningen en visa in alle delen van Rusland. Voor meer informatie kunt u dan contact opnemen met de Rusland Desk: Finn van Naamen ­(070-3305688). Tip: Kom ook naar de rondetafel­ bijeenkomst over Rusland op 19 mei. Voor meer informatie kijk op onze site www.exporttrainingen.nl Mei 2015 / Nr. 398

35


GLOBE MAGAZINE

Agenda

di 19 Certificaten van Oorsprong Training · Eindhoven

Mei

Rusland Rondetafel · Zoetermeer

Juni

vr 8

wo 20

di 2

Export Manager

Consultative Selling in een internationale setting

Documenten bij export

Cursus · Nijkerk

Cursus · Ermelo

di 12     Export van A t/m Z Cursus · Utrecht

Leg samen met andere exportcollega’s een goede basis voor uw export car­ rière. Ervaren exportmanagers nemen u mee in het exportproces van A t/m Z. In korte tijd raakt u zo bekend met de ins en outs van export aan de hand van sprekende praktijkcases.

Wilt u ook uw scorekans verhogen in het buitenland? Tijdens deze driedaag­ se cursus dagen we u uit om u verder te ontwikkelen in de vaardigheden van consultative selling. Hiermee vergroot u de efficiency van uw internationale verkoopgesprekken en verhoogt u uw marge en klantloyaliteit.

Cursus · Utrecht

Het effectief selecteren en managen van agent/ importeur in het buitenland Workshop · Ermelo

do 28

wo 3

Improving your business in China

Incoterms® 2010

Symposium · Ermelo

Indeling douanetarief

Workshop · Ermelo

Supply Chain Management Congres · Breukelen · EVO

Workshop · Utrecht

wo 13     Documenten bij Export

do 4 Logistiek & Transport

Cursus · Heerenveen

Cursus · Ermelo

Bent u op zoek naar praktische tips over het hoe, waarom en invulling van exportdocumenten? Neem dan deel aan deze driedaagse cursus. Onze experts geven u een helder inzicht in het woud van exportdocumenten.

di 9

36

Mei 2015 / Nr. 398

Sales Duitsland Masterclass · Utrecht


GLOBE MAGAZINE

wo 17 Sales in de UK Masterclass · Bunnik

Valutarisico bij Export,   de vertaling naar de praktijk

Juli

Workshop · Den Bosch

do 11 High Growth Forum Forum · Maarssen · Port4Growth

Douane en Logistieke zaken in Brazilië

Onze experts en uw mededeelnemers aan deze workshop sparren graag met u over mogelijkheden om bewust en doelgericht valutarisico’s te nemen, dan wel af te dekken.

wo 1 Incoterms® 2010 Masterclass · Noordwijk

Workshop · Leiden

Heeft u ook de indruk dat er steeds iets wijzigt aan de wet- en regelgeving voor invoer in Brazilië? Onze trainers geven u een kijkje in de keuken van douane en logistieke uitdagingen in Brazilië. Aan de hand van praktische cases en inzicht in lokale regelgeving laten zij u zien hoe u zelf als exporteur de logis­ tieke uitdagingen kunt managen.

do 18

do 2

Export Binnendienst Event

Het effectief selecteren en managen van agent/ importeur in het buitenland

Evenement · Rotterdam

Workshop · Arnhem Mis het niet! Op 18 juni vindt weer het jaarlijkse Export Binnendienst Event plaats. Eigenlijk een must voor iedere exportmedewerker, om u bij te laten praten over de laatste ontwikkelingen, uw kennis op te frissen en uw netwerk te onderhouden.

di 16

do 25

BTW en intra­commu­ nautaire transacties

Productaansprakelijkheid en het verkoopcontract in de VS

Training · Den Bosch

Contracten met agenten/ distributeurs in het buitenland Workshop · Den Bosch

Training · Leiden

vr 3 Export Sales for Young Professionals Cursus · Vianen

Meer info over de trainingen of inschrijven: www.exporttrainingen.nl Vragen: per e-mail oet@fenedex.nl of telefonisch 070-330 56 60

di 30 Zuid-Amerika Netwerkbijeenkomst · Vught Fenedex i.s.m. Regina Coeli en NCH

Mei 2015 / Nr. 398

37


GLOBE MAGAZINE

Komend nummer In het juninummer van Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen kunt u lezen over o.m. de volgende onderwerpen:

Fenedex Fenedex heeft 1200 leden en duizenden klanten die zij dagelijks verbindt, adviseert, opleidt en waarvan zij de belangen behartigt. Kortom een branche-overschrijdende partner voor expansie in het buitenland. Postadres Postbus 90409 2509 LK Den Haag

Zakendoen in Saoedi-Arabië

Politiek en de Turkse economie

Bezoekadres Raamweg 14 2596 HL Den Haag T 070-330 56 00 F 070-330 56 56 E info@fenedex.nl Bestuur Ir. A.M.G. van Hamburg (Voorzitter) Oud-managing director DHV Holding B.V.

TransFollow

Kansen in Nigeria en Mozambique

Online www.globemagazine.nl Website met het archief van Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen en Fenedexpress. www.export.nl Al jaren hét startpunt voor exporterende ondernemers. twitter.com/fenedex Volg Fenedex op Twitter voor het laatste nieuws over Fenedex en internationaal ondernemen. www.linkedin.com/groups?gid=42534 Discussieer mee met meer dan 1500 betrokkenen in de LinkedIn groep Export en Internationaal Ondernemen. www.fenedex.nl/exportnieuwsbrief Gratis nieuwsbrief met het laatste nieuws en artikelen over export en internationaal ondernemen. 38

Mei 2015 / Nr. 398

A.C.G.M Bastiaansen President iLoc Group B. Bruning Director Atradius Dutch State Business Drs. J.J. Cramer Directeur Grolsch International Mw. M.A.C. van Dijk Algemeen directeur Royal Duyvis Wiener B.V. C.E. van Esch Managing Director B&S Bosman Global Supply D.P. Schuilwerve Managing Director ABN AMRO Bank N.V. Mr. E.W. Mehring (Vice-voorzitter) Rechtsanwalt, Advocaat en Partner Van Till Advocaten C.H.M. Ruijgrok Managing Director FrieslandCampina Export R.R.J. Smeets RA (Penningmeester) Partner KPMG Accountants B. van de Vrie Head of Marketing for Business Clients ING Netherlands Ere-Leden Jhr. H.J.M. van der Wyck E.Th. Vroom N.P. Knape Jhr. Mr. A.W.G. van Riemsdijk

Mr. C.W.H. van Dam F. Hauwert Organisatie Bart Jan Koopman Directeur Directie- en Bestuurszaken 070-330 56 20 directie@fenedex.nl Kennis- en adviescentrum 070-330 56 80 keac@fenedex.nl Juridische desk 070-3305690 juridischedesk@fenedex.nl Ledenservice en -werving 070-330 56 80 accountmanagers@fenedex.nl Opleiding en training 070-330 56 60 oet@fenedex.nl Communicatie 070-330 56 70 communicatie@fenedex.nl Financiële administratie 070-330 56 40 administratie@fenedex.nl China Desk 070-330 56 83 chinadesk@fenedex.nl Rusland Desk 070- 330 56 88 ruslanddesk@fenedex.nl Turkije Desk 070-330 56 82 turkijedesk@fenedex.nl




Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.