Globe Magazine - december 2015

Page 1



Magazine voor internationaal ondernemen

GLOBE MAGAZINE

Op de cover Colofon Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen is het maandblad van Fenedex en richt zich op exporterende en internationaliserende Nederlandse bedrijven. Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen verschijnt 11x per jaar. Redactie Bart Jan Koopman (hoofdredacteur) Elmar Otten (eindredacteur) Marianne Elissen (redacteur) Frannie Flinterman (redacteur) Willemijn Gwanmesia (redacteur) Dorine Noordam (redacteur)

Meyn Food Processing Technology Robbert Birkhoff Sales Director Elke dag eten meer dan een miljard mensen kip die op een machine van Meyn is verwerkt. Het bedrijf is marktleider op de markt van kippenvleesmachines. Lees het interview met Exportmanager van het Jaar Robbert Birkhoff op pagina 12.

Contact redactie Fenedex Postbus 90409, 2509 LK DEN HAAG T 070 – 330 56 20 F 070 – 330 56 56 E redactie@globemagazine.nl Vormgeving Silo, Den Haag Druk Veenman+, Rotterdam Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen wordt milieuvriendelijk en op chloorvrij papier (TCF) gedrukt. Advertenties Mooijman Marketing & Sales, Julius Röntgenstraat 17 2551 KS DEN HAAG T 070 – 323 40 70 E dm@mooijmanmarketing.nl Abonnementen Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen wordt verspreid onder leden van Fenedex. Ontvangt u het magazine nog niet? Neem dan contact op met de redactie. Overige verspreiding Relaties van Fenedex in de politiek, bij ambassades en consulaten in het buitenland, werkgeversorganisaties, branche­ organisaties en docenten internationaal ondernemen in het HBO en MBO kunnen Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen toegestuurd krijgen. Verspreiding vindt plaats in controlled circulation. Overname Overname van artikelen en andere informatie is alleen toegestaan na voorafgaande schriftelijke toestemming van de redactie, mits met bronvermelding. Disclaimer Aan de totstandkoming van deze uitgave is uiterste zorg besteed. Fenedex en haar auteurs aanvaarden geen enkele aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden noch voor de gevolgen hiervan. De inhoud van de artikelen hebben een informatieve strekking, zijn globaal en beschrijvend van opzet en kunnen niet worden gezien als juridisch advies. Aan deze informatie kunnen geen rechten worden ontleend.

“Ik ben gevallen en weer opgestaan en hamer daarom zo op het delen van kennis met elkaar. Je weet namelijk nooit alles. Beter een keer teveel gevraagd dan een fout maken die een ander ook al eens heeft gemaakt.”

ISSN: 2352-5843 December 2015 / Nr. 404

3



GLOBE MAGAZINE

Voorwoord

Het valt echt niet mee? Op 4 november vond wederom een zeer geslaagd Nationaal Export Event plaats. Met meer dan vijfhonderd bedrijven op de dag zelf een geweldige mogelijkheid voor de organisatoren om hun kennis over te brengen en hun netwerk te delen. De deeleconomie in optima forma. Het viel niet mee om bedrijven een persoonlijk programma op maat te bieden. Van de meer dan honderd aanwezige medewerkers van ambassades en andere posten in het buitenland tot en met de tientallen adviseurs van Fenedex, RVO.nl, DHL en ING: iedereen was volgeboekt om bedrijven te adviseren en te woord te staan. Een bijzonder onderdeel van de programmering is al jaren de verkiezing van de Exportmanager van het jaar. Het valt echt niet mee om in zeven minuten een goed en sterk inhoudelijk verhaal te vertellen én het publiek ook nog eens te boeien. Exportstrategie en beleid succesvol neerzetten en uitvoeren is een ding, maar het ‘verkopen’ van dit verhaal is nog eens een dimensie extra. Dit jaar kon de zaal via ‘Buzzmaster’ hun eigen oordeel over de presentaties geven, wat de spanning nog eens extra verhoogde. Vanzelfsprekend alle lof voor winnaar Robbert Birkhoff van Meyn Food Processing Technology, maar hierbij van mijn kant ook nog een extra ondersteu­ ning voor de twee personen en bedrijven die weliswaar niet met de prijs naar huis gingen maar verder in alle opzichten ‘meevielen’. Applikon Biotechnology, met Erik Kakes, liet zien hoe ongelooflijk succesvol dit prachtige hightechbedrijf is, niet in de laatste plaats vanwege zijn visie en enthousiasme. En als zo’n bedrijf dan weer 10 procent van de revenuen investeert in R&D dan vervult je dat met trots. Eenzelfde observatie geldt voor Resato waar de salesmanager Herman Egges een enorme inspanning levert om het eigen personeel op te leiden en hen het verschil te laten maken. Een gemeenschappelijke droom realiseren, zeer inspirerend. Exporteurs kunnen slecht stilzitten, maar als de kwaliteit van de aanwezige exportmanagers en bedrijven plus de enorme buzz en drive die dag een indicatie is voor de stand van de economie in Nederland dan begrijp ik het positieve gevoel voor 2016 wel. Conclusie: het valt mee!

Bart Jan Koopman Directeur Fenedex December 2015 / Nr. 404

5


GLOBE MAGAZINE

Inhouds opgave

De Perzische Poorten gaan open

Ondernemen in Iran was voor Nederlandse bedrijven jarenlang niet mogelijk. Nu de poorten weer op een kier staan, is het hoog tijd om opnieuw kennis te maken met dit land. 

18 Voorwoord 05 Het valt echt niet mee? Column 09 Tonnen en kilometers Ervaringen 12 “We gaan voor goud” 21 Afrika: Samen sociale én businessdoelen behalen 32 L/C: Waarborg voor omzetgroei Verkenningen 18 De Perzische Poorten gaan open 28 Standplaats Londen Expertise 22 Dropshipments : Supply Chain Management avant la lettre 24 Van Sagitta naar AGS: Wat verandert er voor u? Elke maand 10 Kort 11 Vreemde Zaken 36 Ontmoetingen: Ondernemen in India 38 Q&A: Export matters 40 Agenda 35 Fenedex Member Benefits 35 Verenigingsnieuws 42 Contact Fenedex 6

December 2015 / Nr. 404

Standplaats Londen

De kersverse Nederlandse ambassadeur in Londen, Simon Smits, vertelt over zijn werk en het belang van het Verenigd Koninkrijk voor Europa en Nederland. 

26


GLOBE MAGAZINE

Dé exportmanager van 2015

Robbert Birkhoff is winnaar van de Exportmanager Award 2015. In dit nummer vertelt hij over het succes van zijn werkgever Meyn Food Processing Technology. 

36

12

Ontmoetingen: Ondernemen in India

Twee ondernemers interviewen elkaar over de kansen en uitdagingen van ondernemen in India. 

Van Sagitta naar AGS

U weet het ongetwijfeld al: in 2016 gaat Sagitta Uitvoer over naar AGS. Wat is de stand van zaken op dit moment en wat zal er voor u veranderen? Globe Magazine geeft een overzicht. 

24 22 Dropshipments

Wat in de B2C-wereld al jaren normaal is, verovert nu ook de B2B-wereld: dropshipments. Ofwel: het direct laten bezorgen door uw (buitenlandse) leverancier aan de (buitenlandse) eindklant.  December 2015 / Nr. 404

7



GLOBE MAGAZINE

PAUL SCHNABEL

Tonnen en kilometers

Column

Senator, hoogleraar en voormalig SCPdirecteur Paul Schnabel observeert de Nederlandse handelsinspanningen.

Meer nog dan de personenauto-RAI, die dit jaar waarschijnlijk voor het laatst werd gehouden, is de bedrijfsauto-RAI een mannenzaak. Stevige Hollandse mannen in makkelijke kleren, maar vaak wel met overgewicht, want zeker in het internationale wegvervoer is het lang zitten, veel cola drinken en stevig eten. Nog indrukwekkender dan de mannen zelf zijn hun toekomstige vervoermiddelen. Vrachtauto’s worden steeds groter en zijn ook steeds meer voorzien van elektronica die het werk van de chauffeur vergemakkelijken. Heel imponerend zijn de hijs- en tilinstallaties die op de opleggers gemonteerd kunnen worden. Ze worden vaak gemaakt door technisch heel gespecialiseerde, relatief kleine bedrijven die op maat leveren. Een markt vol niches, waar ook veel Nederlandse aanbieders als exporteur aanwezig zijn. Nederland is in logistiek en vervoer een hoofdrolspeler in Europa. Het vervoer per trein is hier niet zo belangrijk, maar meer dan de helft van de Europese binnenvaart wordt door de ongeveer 5000 schepen met een Nederlandse thuishaven verzorgd. Schiphol is na Frankfurt de grootste vrachtluchthaven en staat ook nog altijd op de vierde plaats voor het personenvervoer, met een hoog aandeel transitpassagiers. Nederlandse vrachtauto’s rijden 40% van hun kilometers over de grens en hebben dan bijna 90 miljoen ton aan goederen weggebracht. Meer dan 100 miljoen ton komt ook via de weg Nederland binnen en volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek, die dit allemaal optekent, heeft een op de tien vrachtauto’s in Nederland een buitenlands nummerbord. Dat zijn er dan toch een kleine 10.000, maar helaas is uit de cijfers niet op te maken of het hier om vrachtauto’s gaat die alleen goederen komen brengen of ook om buitenlandse rijders die hier actief zijn in het binnenlands vervoer. De Europese dienstenrichtlijn maakt het voor bedrijven uit vooral Oost-Europa mogelijk om hier langere tijd voor een lagere prijs te werken dan Nederlandse bedrijven dat kunnen. Dat verklaart minstens ten dele ook het feit dat er nu behoorlijk wat minder Nederlandse vrachtauto’s rondrijden dan in 2008 en dat er ook zo’n 12% minder kilometers gemaakt worden. Uiteraard heeft de economische crisis ook hier zijn tol geëist en zijn vooral de trucks met oplegger steeds groter geworden. Dat laatste draagt er ook wel toe bij dat je als gewone autorijder vaak het gevoel hebt dat de rechterbaan van de snelweg één eindeloze rij van vrachtauto’s is. Toch is maar een op de honderd auto’s van het Nederlandse wagenpark een vrachtauto, maar gemiddeld rijdt die dan wel vijf keer meer kilometers per jaar dan een gewone auto en doet daar ook langer over. Meer dan de helft van de bijna 600 miljoen ton aan import is bedoeld voor de landen om ons heen en een belangrijk deel van onze export is dus transport. December 2015 / Nr. 404

9


GLOBE MAGAZINE

Kort nieuws

Kort Douane stelt release AGS 3 uit 1 2 3 4 5

JPN CHN KOR SGP TWN

De douane stelt de release van AGS 3, die stond gepland voor het weekend van 28 en 29 november, uit tot maart 2016. Dit besluit is genomen omdat geen van de betrokken partijen (dus ook vanuit het bedrijfsleven) kan garanderen op tijd klaar te zijn voor de overstap. Dit komt voornamelijk door gebreken in de testsystemen van de douane en het late starten met testen door softwareleveranciers.

De release van AGS 3 bevat enkele belangrijke wijzigingen. Met name de wijzigingen op het invoervlak (overgang WDO datamodel) heeft voor de huidige invoeraangevers mogelijk grote impact, vooral omdat de invoering niet gefaseerd kan plaatsvinden. AGS 3 bevat ook de techniek voor uitvoeraangiften. Het overzetten van DSU-gebruikers naar AGS 3 vindt in een later stadium wel gefaseerd plaats.  Bron: EVO.nl Volledig bericht:ow.ly/Uszd9 1 2 3 4 5

JPN CHN KOR SGP TWN

’Exportmodel nadert einde houdbaarheid’ Het exportmodel van ons land moet minder op Europa gericht zijn en veel efficiënter worden. Door de sterke vergrijzing in West10

December 2015 / Nr. 404

Europa en toenemende concurrentie van de havens in België en Duitsland moet daar ook haast mee gemaakt worden. Dat zei INGhoofdeconoom Marieke Blom naar aanleiding van een verschenen exportrapport.

De export is hoofdzakelijk op Europa gericht, en dan met name Duitsland. De vergrijzing leidt daar de komende jaren tot lagere bestedingen en dus krimpende afzet. „Ons exportmodel nadert het einde van zijn houdbaarheid, maar zowel de betreffende bedrijven als de overheid zien de urgentie van deze ontwikkeling nog niet voldoende”, aldus Blom. Bron: DFT.nl

CBS: Japan achter­blijver bij export­groei naar Azië Japan is sinds 2002 vier plaatsen gezakt op de ranglijst van belangrijkste Aziatische afnemers van goederen van Nederlandse makelij. In 2002 was Japan nog de grootste Aziatische afnemer, in 2010 stond Japan op de derde plaats en dit jaar is Japan gezakt naar plaats vijf, na China, Zuid-Korea, Singapore en Taiwan. De uitvoer naar Japan nam in waarde niet af, maar de uitvoer naar andere Aziatische landen nam sterker toe. 1 2 3 4 5

JPN CHN KOR SGP TWN

Het aandeel van Japan in de totale export van Nederlandse producten

is afgenomen van 1,2 procent in 2002 tot 1,0 procent in 2015. Het aandeel van heel Azië nam toe van 8,3 procent in 2002 tot 15,0 procent in1 2015. JPN 2 3 4 5

CHN KOR SGP TWN

Bron: CBS.nl Volledig bericht: ow.ly/UsC8T

E-commerce belangrijk voor exporterend MKB Uit onderzoek van UPS onder ruim 10.000 MKBbedrijven in 7 Europese landen blijkt dat Nederland het grootste aandeel bedrijven kent, dat gebruikmaakt van online kanalen (74 procent), gevolgd door het Verenigd Koninkrijk (70 procent) en Polen (63 procent). De groei van online handel in Nederland is wel minder sterk dan in andere markten; UPS stelt dat dat komt doordat Nederland al voorloopt in e-commerce. Hoewel de zorgen over internetveiligheid in de meeste Europese markten afnemen, bestempelen Nederlandse mkb-­ bedrijven dit nog steeds als de derde meest belangrijke kwestie rondom exportbelemmeringen.

In Nederland exporteren relatief veel mkb’ers – zestien procent van de mkb’ers zijn exporteurs; alleen in Duitsland en het Verenigd ­Koninkrijk ligt dit percentage mkb-­ exporteurs iets hoger. Bron: Brisk.nl Volledig bericht: ow.ly/UsC1B


GLOBE MAGAZINE

Vreemde zaken

ELMAR OTTEN

Vreemde Zaken

Het herdenkings­ juweel See You Memorial Jewelry maakt sieraden waarin mensen de as van een overleden dierbare met zich mee kunnen dragen. Een concept dat ook over de grens zeer aanspreekt. Globe Magazine spreekt met juwelier en ontwerper Rob Leurs. Wie heeft het bedacht? “Gedenksieraden bestaan natuurlijk al lang. Vroeger werden dan vooral haren verwerkt in sieraden. De afgelopen tien jaar zijn houdertjes om as in te bewaren populair geworden, maar sieraden kon je dat niet echt noemen. Daarin hebben wij verandering gebracht door het op de markt brengen van See You gedenksieraden waarbij de asresten of haar zichtbaar blijven. Door mijn achtergrond als juwelier heb ik prachtige sieraden ontworpen die modieus en stijlvol zijn. In 2008 zijn we genomineerd voor de International Funeral Award. Sindsdien hebben wij gestaag gewerkt aan een landelijke dekking met driehonderd verkooppunten in de juweliers en uitvaartbranche. Na de uitrol in Nederland hebben wij een agent gezocht voor de uitvaart en een agent voor de juweliers in België. Hier hebben wij ook ongeveer tweehonderd verkooppunten.” Waar bent u in het al buitenland actief? “Na Nederland en België zijn wij dit jaar met een eigen vertegenwoordiger gestart in Duitsland en met agenten in Engeland. Verder hebben wij enkele weken geleden onze sieraden geïntroduceerd op de Amerikaanse markt tijdens een grote internationale beurs. Onze dochter Claire woont in Los Angeles, we gaan

daar een kantoor openen en vandaar ook uit voorraad leveren. We hebben inmiddels diverse bestellingen ontvangen, ook een van een Japanse groothandel die ons wil gaan vertegenwoordigen. Verder horen ook Frankrijk en Spanje tot de plannen. We sporen al onze distributeurs aan zoveel mogelijk voorraadhoudend te opereren, korte levertijden en lage verzendkosten zijn belangrijk.”

See You Memorial Jewelry Hoofdkantoor: Panningen Aantal werknemers: 8 Belangrijkste exportland: België en VK Exportomzet: 50%

Uitvaarttradities verschillen per land, is dat een probleem? Dat is inderdaad lastig. Ook de wetgeving omtrent crematieresten verschilt enorm per land. Met uitzondering van Nederland is de juweliersbranche in veel landen nog niet toe aan het voeren van gedenksieraden in hun assortiment. Wij zijn ervan overtuigd dat dit in de loop van de jaren zeker zal veranderen waardoor onze afzetmogelijkheden voorlopig alleen maar zullen blijven groeien. Alleen in onze eigen juwelierszaak, die ook fungeert als pilotstore, hebben wij dagelijks te doen met nabestaanden. Dit leert ons als geen ander hoe delicaat en compleet anders de benadering van nabestaanden is in vergelijking met onze juweliersklanten. Zijn jullie ook buiten de uitvaartbranche actief? Onze gedenksieraden zijn ook bijzonder geschikt voor verliefde stelletjes en ouders en kinderen. Je moet dan denken aan haarlokken of vingerafdrukken of een combinatie. In 2016 zullen wij hiermee actief gaan communiceren. December 2015 / Nr. 404

11


GLOBE MAGAZINE

ELEONORE FENNE IVO VAN DER BENT

Meyn is misschien niet zo bekend bij het grote publiek, maar wereldwijd eten elke dag meer dan een miljard mensen kip die op een machine van Meyn is verwerkt.

“We gaan voor goud.” “Gewoon fantastisch”, zegt Robbert Birkhoff over het winnen van de Exportmanager Award 2015. Als Sales Director van Meyn Food Processing Technology staat Birkhoff mede aan het roer van de marktleider in het ontwikkelen en verkopen van machines voor het maken van kippenvlees. Hij doet hier uit de doeken hoe een goede basis, focus op kennisdeling en racen op Zandvoort je exportpositie ijzersterk maken.

“We zijn geen sexy bedrijf, zeg ik wel eens”, grijnst Robbert Birkhoff, “het slachten van kippen is een aparte markt, die niet altijd tot de verbeelding spreekt.” Daarom verraste het hem des te meer dat hij er met de titel van exportmanager van het jaar vandoor ging tijdens het Nationaal Export Event van Fenedex en ExportSelect. Birkhoff overtuigde de jury met een inhoudelijk sterke en heldere presentatie, waar hij inging op de ontwikkelingen en groei van Meyn in de afgelopen vijftien jaar. “Het is ongelofelijk leuk om zo’n prijs in de wacht te slepen. Ik ben vereerd als persoon, maar ik doe het natuurlijk niet alleen. ” Haast liefkozend zegt hij over zijn collega’s: “De club heeft het gedaan.”

Ken je kern De resultaten van Meyn Food Processing Technology, kortweg Meyn, liegen er niet om. Met een marktaandeel van ongeveer veertig procent is het bedrijf wereldmarktleider als het over de productie en verkoop van complete kippenslachtlijnen gaat. Het bedrijf, dat in 1959 als familiebedrijf is opgericht en hoofdkantoor in Oostzaan heeft, is 470 procent gegroeid sinds 2000. Deze indrukwekkende opmars is mede te danken aan het maken van keuzes en je daaraan houden, vertelt Birkhoff: “Je kunt maar op één gebied de beste zijn. We hebben ervoor gekozen om ons te beperken tot de kern van de zaak en voor ons is dat het ontwikkelen en verkopen van machines voor kippenslacht. We slachten niet zelf en we leveren ook geen verpakkingsmachines. En dat heeft goed gewerkt.” Andere factoren die het succes kunnen verklaren, zijn de aandacht voor het ontwikkelen van gebruiksvriendelijke apparatuur, lokale aanwezigheid en goede service- en onderhoudscontracten. “Downtime is dodelijk voor onze klanten. Met de huidige lijnsnelheden, we praten over 12-14.000 kippen per uur, kunnen onze klanten het zich

“Ons gezamen­ lijk streven is dat we de beste willen zijn.”

12

December 2015 / Nr. 404


GLOBE MAGAZINE

 Robbert Birkhoff “Het is ongelofelijk leuk om zo’n prijs in de wacht te slepen, maar ik doe het natuurlijk niet alleen. De club heeft het gedaan.” December 2015 / Nr. 404

13


GLOBE MAGAZINE

Nationaal Export Event 2015 in Beeld Van boven naar beneden: advies­ gesprekken met o.a. ambassade­ medewerkers, borrel na afloop in ‘t Spant, Exportmanager Award-finalist Hermann Egges, napraten bij de workshop Nieuwe Europese Douane­ wetgeving, de Export Draait Door Show, Workshophost, econoom Marieke Blom en dagvoorzitter Rens de Jong, Export­ manager Award-finalist en winnaar Robbert Birkhoff, workshopdeelnemers, Export­manager Award-finalist Erik Kakes.

14

December 2015 / Nr. 404


GLOBE MAGAZINE

niet veroorloven om stil te staan. We zorgen daarom voor een goede dekking met onze lokale aanwezigheid en komen snel in actie als er iets stuk gaat.” Willen winnen Die goede dekking wordt verzorgd door ruim duizend medewerkers verdeeld over zeventien eigen kantoren wereldwijd, onder andere in China, Brazilië en de Verenigde Staten. Meyn heeft naast zijn eigen vestigingen ook vertegenwoordigers in landen zitten, waar er geen eigen kantoor is. Birkhoff: “Het is mijn taak om van al deze individuen een wereldwijd salesteam te smeden.” Hij heeft een duidelijke visie op hoe je dat doet. Zijn competitieve natuur helpt hem daarbij. De tweede plaats vindt hij maar niks. Deze mentaliteit neemt hij elke dag mee naar de werkvloer. “Ik ga altijd voor de gouden plak. Dat geldt voor de pitch die ik deed bij de Exportmanager Award en ook in mijn werk als Sales Director. Je moet altijd laten zien wat je waard bent. Ik ga ervan uit dat iedereen in mijn salesteam, en bij Meyn als geheel, een gezamenlijk streven heeft, namelijk dat je de beste wilt zijn. Als je die gemene deler goed uitrolt over de hele wereld, dan beweeg je je vooruit.” Een manier om alle neuzen dezelfde kant op te laten wijzen, is het creëren van een goed functionerend platform waar kennis open en spontaan wordt gedeeld. “Een aantal jaren geleden zijn we begonnen met het houden van onze Global Sales Meetings, waar alle salesteams aanwezig zijn. Tijdens deze

bijeenkomsten delen we alles met elkaar. Daar zie je al gauw de voordelen van. Het is heel goed om te weten dat je collega in Brazilië precies hetzelfde probleem heeft als jij. Dan is het ineens een gemeenschappelijk probleem, in plaats van een individueel ding. Het oplossen van gemeenschappelijke problemen geeft veel positieve energie.” Creëer saamhorigheid “De openheid die we hebben tijdens onze meetings is een kenmerkend onderdeel van Meyns bedrijfscultuur. Hoewel Meyn inmiddels geen familiebedrijf meer is, kun je nog goed die familiecultuur merken in onze manier van met elkaar omgaan. Hier spreken mensen elkaar “Het is mijn taak om aan op zaken.” van al deze individuen Dit is af en toe lastig te volgen voor medewerkers en wereldwijd uit andere culturen: salesteam te smeden.” “Niet elke cultuur is gewend aan een directe aanpak. Toch willen we dit niet weghalen. Er moet ruimte zijn voor spontaniteit, anders maak je een bedrijf dood. In plaats daarvan hebben we onze processen vastgelegd, zodat alle medewerkers, waar ze December 2015 / Nr. 404

15



GLOBE MAGAZINE

ook zitten, altijd weten waar ze aan toe zijn. Maar binnen die grenzen is er ruimte voor spontaniteit.” Een andere manier om cultuurverschillen te minimaliseren, is door iedereen tegelijkertijd uit te nodigen voor een voor velen misschien grensverleggende activiteit. “Een aantal jaren geleden hadden we de hele boel uitgenodigd in Zandvoort en zijn we gaan racen op het circuit daar. Dat was ongelofelijk leuk. Iedereen is al gauw vergeten waar hij vandaan komt, iedereen is aan het strijden voor de winst. Je creëert daarmee een saamhorigheidsgevoel en dan stap je over culturen heen. Maar het belangrijkste is uiteindelijk – en ik weet het, het klinkt heel cliché – dat mensen respect voor elkaar hebben. En dat is wat je hier binnen de club ook ziet, gewoon respect hebben voor elkaar. Klaar.”

Award heb ik het ook genoemd: export begint thuis. Export is niet zomaar een dingetje, je moet je zaken op orde hebben, voordat je succesvol kunt exporteren. Ik heb dan wel de Award gewonnen, maar ik heb ook mijn fouten gemaakt en daarvan geleerd. Ik ben gevallen en weer opgestaan en hamer daarom zo op het delen van kennis met elkaar. Je weet namelijk nooit alles. Beter een keer teveel gevraagd dan een fout maken die een ander ook al eens heeft gemaakt.”

“Ik ben gevallen en weer opgestaan en hamer daarom op het delen van kennis.”

Begin op tijd Zelf is Birkhoff begonnen bij Meyn als Regional Manager Asia. Grappend zegt hij: “Als je maar lang genoeg blijft zitten, krijg je er gewoon steeds meer landen bij, totdat je ze allemaal onder je paraplu hebt.” Serieuzer vervolgt hij: “Nee, je komt niet binnen als directeur. Je groeit in je rol en je medewerkers groeien met je mee, dat is geweldig om getuige van te zijn.” Als hij dan toch een kleine kritische noot moet plaatsen bij zijn eigen bedrijf, zegt hij: “Voor iemand die in de verkoop zit, gaat het nooit snel genoeg. Verkopers zijn de facto ongeduldige mensen en ontwikkelingen laten te lang op zich wachten in onze ogen. De truc is echter om op tijd te beginnen en daar zijn we continu mee bezig. We luisteren naar de feedback van onze klanten en de ontwikkelaars in onze fabriek zijn altijd bezig om efficiënte en verantwoorde oplossingen te vinden. Onze afdeling Product Management heeft zijn tentakels in de markt en het hele salesapparaat verzamelt informatie. En die informatie is goud waard, want het kan zijn dat de Chinese behoeften ook van toepassing zijn op de Europese markt. Dat stukje kennis delen doen we echt heel goed.” Fenedex verdient ook een pluim, meent Birkhoff: “In mijn pitch voor de Exportmanager December 2015 / Nr. 404

17


GLOBE MAGAZINE

SEBASTIAAN STRATEN

Met het nucleair akkoord van juli dit jaar is een eerste aanzet gedaan tot het normaliseren van de handelsbetrekkingen met Iran, een land dat tot de jaren tachtig een goede handelspartner van Nederland was. Wat is dit eigenlijk voor een land en waar liggen de kansen?

Kansen op de Iraanse markt

De Perzische Poorten gaan open Iran (Perzië) is door de eeuwen heen een toonaangevend handels­land geweest. Reeds 2500 jaar geleden in het Perzische Rijk onder Darius de Grote verbond de Koningsweg de Middelandse zee met het gebied rondom de Perzische Golf. In de eeuwen daarna ontstond de zijderoute, een netwerk van wegen waarover handelskaravanen trokken. In de honderden karavanserai ‘hotels’ op de route konden kooplui veilig overnachten en handelen in onder andere zijde en specerijen. In de 17e eeuw bloeide onder Shah Abbas de handel op met de Vereenigde Oostindische Compagnie. In 1623 sloot de VOC een overeenkomst met Shah Abbas waarin de vrijheid van handelen met Perzië en een onbelemmer­ de inkoop was vastgelegd. In de steden Esfahan, Shiraz en Bandar-e Abbas werden Nederlandse handelsposten gevestigd. De Nederlanders kochten graag zijde, wol, rozenwater en wijn. Tot aan de revolutie in 1979 waren de handelsbetrekkin­ gen tussen Nederland en Iran uitstekend. Nederlandse bedrijven als Philips, Fokker en DAF deden goede zaken onder de Shah. In 1975 exporteerde DAF 1000 trucks De stadspoort van Shiraz in de avond

18

December 2015 / Nr. 404


GLOBE MAGAZINE

Panorama van Tabriz, de op drie na grootste stad van Iran.

met oplegger naar Iran. Met de Iraakse inval in Iran en de verbroken relatie met de Verenigde Staten ten tijde van Ayatollah Khomeini zakte de handel in. Behalve dan voor de Westerse wapen­industrie, die vooral het Irak van Saddam Hoessein beleverde. Het Iran akkoord van Genève In 2013 kreeg president Hassan Rouhani het mandaat van Ayatollah Khamenei en de Iraanse bevolking om een nieuwe koers te varen. Deze voormalig diplomaat met een universitaire opleiding in Glasgow zocht direct toenadering met Amerika en het Westen, onder andere door een telefoontje met president Obama. Het eerste contact op presidents­ niveau sinds 1979. Met het nucleair akkoord van 17 juli 2015 in Genève zijn de internationale relaties sterk verbeterd. Hiermee ontstaan grote kansen en export­mogelijkheden op de interessante Iraanse markt. De Iraanse markt in een notendop • 75 miljoen consumenten; • Een jonge bevolking: 70% is onder de 30 jaar; • Goede opleidingsgraad; • Grote drang naar Westerse producten en technologie; • Een hoog internetgebruik; • Uitgebreid mobiel netwerk met zeer veel gebruikers; • Een zeer actief social media network.

De goed opgeleide Iraniërs met koopkracht wonen vooral in Teheran, Karaj, Esfahan, Shiraz, Tabriz en Mashad. Deze miljoenen­ steden zijn verbonden via een prima infrastructuur van snelwegen, treinverbindingen en internationale vliegvelden. Bovendien heeft Iran zeehavens in de Perzische Golf, waaronder Busher en Bandarabas. In de periferie van de grote steden vind je de Iraanse industrie en nijverheid. Onder andere de chocoladefabriek Dadash and Baradar in Tabriz, Het Zob Ahan staalbedrijf bij Esfahan, de Rowhani saffron company in Mashad en de Pars Khodro autofabrieken in Teheran. Zakencultuur: Iraanse beleefdheid versus Nederlandse directheid In het dagelijkse leven speelt de familie, respect en gastvrijheid een grote rol. Zo ook in het zakenleven. Veel Iraanse bedrijven zijn familiebedrijven en zakendoen heeft een sterk sociaal aspect. Een ontvangst begint vaak met sterke thee en zoetwaren, pistaches en fruit. Het is gebruikelijk om te worden uitgenodigd voor een zakenlunch of diner om elkaar beter te leren kennen. Gespreksonderwerpen zijn veelal op politiek en cultureel vlak. Kijk dan ook niet vreemd op als de gastheer een vers voordraagt van de 14e eeuwse dichter Hafez. Weinig Iraniërs spreken Engels maar ze hebben een verrassende kennis van de Westerse levensstijl en technologie. Bovendien zijn ze erg nieuws­

Importbehoeften van Iran • Voedingsindustrie: onder andere verpakkingsen afvulmachines, automatisering, proces­ technologie, voorraad­ beheer en logistiek; • Petrochemicals; • Gaswinning; • Power Plant Equipment; • Solar power systems (consument/industrieel); • Bouw en constructie: on­ dermeer air-conditioning en liftsystemen; • Parkeergarages: onder­ meer geautomatiseerde parkeersystemen; • Mijnbouw: onder andere het verwerken van erts.

December 2015 / Nr. 404

19


GLOBE MAGAZINE

De Pol-e-Tabiat, of Natuurbrug, is een icoon in Teheran.

gierig naar onze ideeën en opvattingen. Dit leidt vaak tot levendige gesprekken die het zaken­ doen faciliteren. Tegenover de Nederlandse directheid staat de Iraanse beleefdheid. Dit kan misverstanden opleveren. Het is dan ook goed een culturele tolk te betrekken bij het bouwen van zakenrelaties. Handelsbevordering in het moderne Iran Iran heeft sinds 1979 een stabiele staatsvorm, te omschrijven als een theocratie met demo­ cratische kenmerken. De regering Rouhani is pragmatisch ingesteld en zoekt naar betere handelsbetrekkingen. Door implementatie van het Iran akkoord is de verwachting dat: Betalingsverkeer weer spoedig mogelijk is Handelsbeperkende exportregulering wordt opgeheven Import en buitenlandse investeringen vanuit de Iraanse overheid worden bevorderd

rader. Een handelsreis met bedrijfsbezoeken en ontmoetingen met Iraanse counterparts is de beste manier om de locale markt te verkennen. Wat niet werkt is het versturen van een e-mail ter introductie. Iraanse zakenlieden zien het persoonlijke contact als essentieel om zaken te doen. Uiteraard is het uitnodigen van potenti­ ële Iraanse zakenpartners in uw Nederlandse vestiging ook een prima manier om kwaliteit en technologie te demonstreren. Nederland loopt voorop als het gaat om distributie, logistiek, automatisering, efficiency, agricultuur, voorraadbeheer, watermanagement, bouw­ technologie en projectontwikkeling. Zelf doen we hier vaak nuchter over. Maar het demonstre­ ren van eigen kunnen is essentieel voor succes op de Iraanse markt. Er zijn namelijk meer kapers op de Iraanse kust. Die misschien wel wat eerder zijn uitgevaren. Maar een gezonde Hollandse handels­geest kan gouden tijden doen herleven.

Iran is qua natuurlijke hulpbronnen compleet onafhankelijk van het buitenland. Het land beschikt over een enorme ‘voorraadschuur’ aan olie, gas, koper, zilver, goud, ijzer, zink etcetera. Bovendien zijn grote delen van het land zeer vruchtbaar met veel zonuren. Goed waterma­ nagement is daarbij wel een noodzakelijke voorwaarde. Iran is in potentie de belangrijkste en grootste economie in het Midden-Oosten. Om deze status te behalen zijn investeringen in Westerse technologie, logistiek en manage­ ment noodzakelijk. De huidige Iraanse overheid en bevolking beseffen goed dat internationale handel met het Westen het land economische en technologische vooruitgang brengt. Het verzilveren van kansen Om de kansen op de Iraanse markt te verzilve­ ren is een bezoek aan dit unieke land een aan­ Het Naqsh-e Jahan plein in Isfahan.

20

December 2015 / Nr. 404

Sebastiaan Straten MBA (42 jaar) is oprichter van Silk Road company. Al bijna 10 jaar actief als investeerder in de Iraanse toeristische sector. Hij woonde ruim 3 jaar in Iran, kent de Iraanse cultuur en spreekt Farsi. Met zijn Iraanse counterpart in Teheran begeleidt hij bedrijven bij het betreden van de Iraanse markt. www.iransilkroad.nl


GLOBE MAGAZINE

AMREF

Heeft u wel eens gedacht aan samenwerken met een ngo om zo de Afrikaanse markt te bewerken? Philips Healthcare sloeg de handen ineen met Amref Flying Doctors.

Afrika

Samen sociale én business­ doelen behalen Afrika is booming. In zeven Afrikaanse landen zal de economie de komende jaren zo hard groeien dat ze in de top-10 wereldwijd zullen staan. Geen wonder dat steeds meer (Nederlandse) bedrijven de weg naar het continent weten te vinden. Samen­werking met een NGO (Non-Gouvernementele Organisatie) kan de slagingskans sterk vergroten. In dit artikel noemen we als voorbeeld de samenwerking tussen Philips Healthcare en Amref Flying Doctors. Dat de gezondheidsproblematiek in Afrika nog groot is, mag bekend zijn. Om een voorbeeld te geven: nog steeds sterven jaarlijks gemiddeld 162.000 Afrikaanse vrouwen tijdens hun zwangerschap of bevalling. Deels komt dat door het enorme tekort aan geschoold personeel, medicijnen en apparatuur om diagnoses te stellen en patiënten te behandelen. De medische apparatuur van bedrijven als Philips kan uitkomst bieden, maar dan moeten er wel genoeg zorgverleners zijn die de apparatuur op de juiste manier gebruiken. Het partnerschap richt zich voor een groot deel op het trainen van medisch personeel. Dat levert voordelen voor beide partijen op.

Door samen te werken krijgt Philips de kans om zijn aanwezigheid en profiel in Afrika te vergroten. Het bedrijf krijgt de mogelijkheid om te bouwen op Amref’s ervaring, kennis en connecties met betrek­ king tot lokale gezondheidszorg. “Door samen te werken met Amref, een interna­ tionaal zeer gerespecteerde Afrikaanse gezondheidsorganisatie, en de ondersteu­ ning vanuit het ministerie, zijn we overtuigd dat we kunnen werken aan onze doelen: een belangrijke bijdrage leveren aan het verbeteren van de zorg in Afrika, het uitbrei­ den van de activiteiten om mensen klinisch en technisch te trainen en onze organisatie doen groeien op dit continent,” aldus Peter van de Ven, Vice-President en General Manager van Philips Healthcare Africa.

Amref Health Africa is de grootste Afrikaanse gezondheidsorganisatie, met een hoofdkantoor in Nairobi (Kenia). Amref werkt samen met de bevolking, zorgverleners, private sector en de overheid aan een betere gezondheid voor kwetsbare mensen in Afrika.

Het perspectief van een moeder Door de samenwerking tussen bedrijven als Philips en Amref zijn ontwikkelingen mogelijk zoals het realiseren van effectieve en vernieuwende gezondheidscentra. Een voorbeeld van een dergelijk ziekenhuis is het Community Life Center (CLC) in Kiambu County in Kenia, dat kwalitatief hoogstaande gezondheidszorg voor veel vrouwen binnen handbereik brengt. De introductie van dergelijke gezondheids­centra is essentieel voor het verbeteren van de gezondheid van moeders én hun kinderen, omdat daardoor de prenatale zorg voor meer vrouwen verbetert. Dit resul­ teert in een betere gezondheid voor zowel de moeder als het kind.

December 2015 / Nr. 404

21


GLOBE MAGAZINE

FRED KONING

Laat uw leverancier rechtstreeks aan de eindklant leveren en bespaar tijd en logistieke kosten. Wat al jaren normaal is in de B2Cwereld, wordt nu ook de norm voor B2B-handel.

Supply chain management avant la lettre

Dropshipments Het is nog maar kort geleden dat het de normaalste zaak van de wereld was dat retailers een levertijd hadden van drie tot vijf werkdagen. Tijden zijn echter veranderd. Twee jaar geleden ging mijn koelkast kapot. Ik bestelde via internet een nieuwe… de volgende werkdag stond de bestelde koelkast, uitgepakt en aangesloten in mijn keuken. ‘Vandaag besteld, morgen in huis’ - zelfs voor een assortiment van meer dan 9.000.000 artikelen (bol.com) blijkt dit in de praktijk mogelijk. Retailorganisaties zijn erin geslaagd om levertijden drastisch terug te dringen, door middel van dropshipments.

retail (B2C) ruimschoots bewezen. Ook in Business to Business (B2B) kan dropshipment van grote toegevoegde waarde zijn.

Het dropshipment is een logistiek concept waarbij de leverancier in plaats van naar de (tussen)handel, rechtstreeks levert aan de eind­ gebruiker. Met andere woorden: leveren aan de klant van de klant. Dropshipment heeft zijn waarde in de

Nieuw leven voor ketenintegratie! Dropshipment kan de supply chain aardig overhoop halen. De levertijden worden korter maar de ICT-stromen worden juist langer en vooral complexer. Dat de ICT-stromen langer en complexer worden, hoeft geen na-

22

December 2015 / Nr. 404

Voordelen van dropshipment: • Geen overslag- of cross-dock kosten; • De levertijd wordt korter; • Terugdringen van de voorraadpositie; • Afhankelijk van de gekozen ­Incoterm: het reduceren van ­transportrisico; • Verkorten van de supply chain. Kort samengevat: bij dropshipment kunnen de logistieke kosten worden verlaagd en de snelheid van leveren gaat omhoog.

Bezorgers in Venetië brengen hun lading aan wal.


GLOBE MAGAZINE

deel te zijn. Zeker niet wanneer deze softwarematig goed ingericht zijn. Software hiervoor is goed verkrijgbaar in de vorm van een DRP-pakket (Distributie Requirement Planning) of Electronic Data Interchange (EDI), waar veel organisaties al goed bekend mee zijn. Mijn conclusie is dan ook dat dropshipment een belangrijke bijdrage kan leveren aan ketenintegratie. Zijn er geen nadelen? Helaas wel, op diverse niveaus zelfs. Om maar met de meest voor de hand liggende te beginnen: vertrouwen! Dropshipment kan niet functioneren wanneer er geen openheid van zaken wordt geboden. De leverancier die het dropshipmentconcept uitvoert, moet over data kunnen beschikken, op zijn minst over de afleveradressen. Het gevaar dat dreigt is dat de leverancier de klant van de klant rechtstreeks gaat benaderen. Wan-

neer dit vertrouwen er niet in afdoende mate, zeg maar gerust 100%, is, dan is dropshipment de kat op het spek binden. Het is een belangrijke taak voor het management, en met name de inkoopmanager, de afdeling procurement of de supply chain manager, om dit onderdeel contractueel goed dicht te timmeren. Wanneer ‘vertrouwen’ in de leverancier geen issue meer is, zie ik binnen de EU hoegenaamd geen operationele problemen in welke zin dan ook en kan dropshipment eenvoudig worden gebruikt. In het ‘ergste’ geval toont de CMR-vrachtbrief de werkelijke afzender. Maar omdat er geen factuur bij de zending aanwezig hoeft te zijn, zal de (uw) klant geen inzage in uw inkoopprijs krijgen. De operationele nadelen of potentiële gevaren nemen toe naarmate de suppy chain in absolute zin (afstand) langer wordt. Bijvoorbeeld inkopen in China en vervolgens rechtstreeks naar uw klant of afnemer in de EU af laten leveren. Dit levert veel operationele hoofdbrekers op: wie maakt de uitvoerdocumenten op? Of de Bill of Lading? Welke Incoterm past het beste bij deze dropshipmenttransactie? Bovendien moet er bij invoer aangifte gedaan worden op basis van de commerciële factuur. Dit kan niet de factuur van de leverancier zijn. Wanneer de klant van de klant (uw klant) deze factuur onder ogen krijgt, weet ik zeker dat de volgende onderhandelingsronde over de prijs gaat. Toch veel aandachtspunten. Moet ik dit wel willen? Dat ligt eraan hoe graag u uw logistieke kosten wilt terugdringen. Zoals gezegd heeft het dropshipmentconcept haar waarde in de retail al lang bewezen. Ook in business to business kan dropshipment succesvol worden geïmplementeerd, het gebeurt ook al. Maar er is wel committent en breed draagvlak nodig. Het is een strategisch besluit

“Dropshipment kan niet zonder vertrouwen in de leverancier.”

om met het dropshipment­concept te gaan werken. Op zowel commercieel (contracten) als op operationeel vlak (processen) moet er veel gebeuren. Dropshipment is ook voor business to business een interessante ontwikkeling. Het biedt logistieke mogelijkheden voor de handel, zeker bij export. Binnen de EU is de concurrentie enorm toegenomen en daarmee ook de druk op de levertijden. Korte levertijden, wie wil dat nu niet? Maar ook het terugdringen van voorraden en cross-docking kosten is een interessant gegeven. Samenwerken in de (internationale) keten resulteert bijna altijd in een verlaging van de logistieke kosten. Dat is een goede ontwikkeling waar Nederland een voorsprong op de concurrentie kan nemen. Supply Chain Management avant la lettre.

Fred Koning is directeur van de Import-Export Specialist (Eindhoven) en als gastdocent verbonden aan Fenedex.

December 2015 / Nr. 404

23


GLOBE MAGAZINE

STEFAN TIBBE

In 2016 gaat de Douane van start met de overgang van Sagitta Uitvoer naar AGS. Wat is de laatste stand van zaken en wat verandert er voor u? We geven een overzicht.

Van Sagitta Uitvoer naar AGS

Wat verandert er voor u? Door de Douane en het bedrijfsleven wordt hard gewerkt aan de realisatie van AGS. Dit nieuwe douanesysteem vervangt het huidige Sagitta en wordt in vier fasen, zogenaamde increments ingevoerd. AGS1 en AGS2, voor opslag- en invoeraangiften, zijn inmiddels volledig in productie. Tijdens de derde increment van AGS wordt het huidige Douane Sagitta Uitvoer (DSU) vervangen. Volgens de laatste berichtgeving zal de Douane in 2016 starten met de overgang van Sagitta Uitvoer naar AGS. Sinds 2004 wordt er in Europa onderhandeld over een nieuwe douanewetgeving, de Union Customs Code (UCC), oftewel het Douanewetboek van de Unie (DWU). De UCC vervangt het huidige Communautair Douane Wetboek (CDW). De bedoeling is dat de nieuwe wetgeving UCC vanaf 1 mei 2016 geleidelijk aan van kracht zal worden. De invoering van AGS is volgens de Douane nood­zakelijk om in te kunnen haken op de nieuwste Europese wet- en regel­geving. Sagitta bestaat 30 jaar, is verouderd en aan vervanging toe. Het kost de Douane steeds meer moeite om veranderingen in de wetgeving in Sagitta te implementeren. Als gevolg van de invoering van UCC moeten alle douanevergunningen opnieuw worden beoordeeld op hun geldigheid. De Douane heeft nog geen beslissing genomen over de manier waarop dit moet gebeuren. Hierover zullen zij 24

December 2015 / Nr. 404

nog communiceren met de vergunninghouders. Andere wijzigingen als gevolg van UCC hebben betrekking op AEO, Douanewaarde en Bindende Tarief Inlichting. De belangrijkste verschillen tussen Sagitta Uitvoer en AGS Uitvoer AGS wordt de nieuwe standaard voor alle douane­ aangiften. Een nieuw douanesysteem is niet alleen een technische IT-wijziging, maar ook een functionele wijziging welke invloed heeft op het douaneproces en het opstellen van de uitvoeraangifte. Bij de introductie van AGS Uitvoer kunt u de volgende verschillen verwachten ten opzichte van het huidige Sagitta Uitvoer:

Vervallen productschappen (NVWA) Door de invoering van AGS hoeft het bevoegd product­ schap niet meer in de uitvoeraangifte te worden vermeld. Voorheen moest u per artikel een bevoegd productschap opgeven, en moest daarnaast binnen een aangifte voor alle artikelregels hetzelfde bevoegd productschap vermeld zijn. In AGS is dit element vervallen. Dit betekent dat u als aangever voortaan nog maar één douaneaangifte per zending hoeft in te dienen als goederen onder verschillende productschappen vallen. T5 document In AGS Uitvoer wordt de registratie van T5 documentgegevens functioneel niet meer ondersteund. In AGS


GLOBE MAGAZINE

moet u als aangever deze gegevens als bescheid document in de uitvoeraangiften vermelden.

Onvolledige aangifte (geladen / te laden situatie) Aangiften kunnen niet meer in “Te Laden” situatie worden ingediend. Echter, in tegenstelling tot Sagitta Uitvoer is het in AGS Uitvoer wel mogelijk om een voorafaangifte in te dienen, zelfs een (nog) onvolledige voorafaangifte wordt mogelijk. Via een aanvullend aangiftebericht kan de (onvolledige) voorafaangifte volledig worden gemaakt op het moment dat de gegevens bekend zijn en de goederen gereed zijn voor vertrek. Indien u nu in Sagitta Uitvoer de “Te Laden” situatie gebruikt gaat u waarschijnlijk gebruik maken van de voorafaangifte en de aanvullende aangifte in AGS. Geautomatiseerde controles en gegevenskwaliteit Aangevers krijgen in tegenstelling tot Sagitta Uitvoer ook een bericht dat een aangifte in controle is gevallen. In AGS zijn ten opzichte van Sagitta Uitvoer meer auto­ matische controles op aangiftegegevens toegevoegd om te kunnen voldoen aan Europese wetgeving en te voorkomen dat onjuiste aangiften worden ingediend bij de Douane. Aangevers moeten hierdoor (wellicht) zorgvuldiger werken dan voorheen. Striktere con­ troles bij het indienen van de uitvoeraangiften zullen leiden tot een snellere en efficiëntere afhandeling. Dit heeft als voordeel dat er achteraf minder problemen ontstaan, bijvoorbeeld containers die vaststaan aan de grens door fouten in de aangifte.

Mogelijkheid tot buitenwerking stelling en corrigeren uitvoeraangifte Alle voorkomende handelingen worden vanuit AGS ondersteund. Dat betekent dat het buitenwerking stellen van aangiften ook via een aanvullend bericht kan worden ingediend. Ook het corrigeren van de aangiften is mogelijk, bijvoorbeeld wanneer het containernummer onjuist is ingegeven. Deze twee handelingen door de aangever worden in Sagitta Uitvoer niet ondersteund. Voor aangevers is het belangrijk om te weten dat al­ leen via AGS aanpassingen kunnen worden door­ gevoerd in de aangifte. Douanebeambten hebben dus niet meer de mogelijkheid om na een telefoontje even wat aanpassingen door te voeren en/of alsnog toestemming tot vertrek te geven.

De voordelen van AGS Uitvoer voor u als exporteur Alle berichtgeving van aangever naar Douane en vice versa is met de komst van AGS gedigitaliseerd. Dit heeft als voordeel dat de aangever in control is over zijn aangifte, omdat alle berichtgeving binnen het AGSsysteem beschikbaar is. In de situatie dat u bijvoorbeeld extra bescheid moet aanleveren bij de Douane kunt u als exporteur sneller uw aangifte afhandelen. Hierdoor kunt u eenvoudiger compliant blijven met de gestelde wet- en regelgeving van de Douane. Het reduceren van manuele handelingen door zoveel mo­ gelijk activiteiten binnen AGS aan te bieden bespaart de Douane, en daarmee uiteindelijk ook u als aangever, veel

December 2015 / Nr. 404

25


Export Controle en Sancties Laat u informeren en inspireren over het optimaliseren van compliance processen. Onze experts geven u tools om zelf aan de slag te gaan met het (verder)opzetten van (interne) procedures m.b.t. exportcontrole en sanctiebeleid. Informatie: www.exporttrainingen.nl

► Training ► 26 januari 2016 ► 1 middag ► Zoetermeer


GLOBE MAGAZINE

tijd. Doordat er geautomatiseerde controles plaatsvinden bij het indienen, wordt het doua­ neproces eenvoudiger en beter beheersbaar voor bedrijven die zelf hun uitvoeraangiften verzorgen. Tot slot verwacht de Douane dat de stabiliteit van het systeem AGS vele malen groter zal zijn dan het huidige Sagitta. De voorlopige planning van AGS Uitvoer Met het douanesysteem AGS kunnen op dit mo­ ment alleen opslag- en invoeraangiften worden afgehandeld. Het huidige AGS systeem zal eerst een update krijgen naar het WDO-datamodel versie 3.20 en enkele functionele wijzigingen. De Douane was voornemens om eind november 2015 deze nieuwe versie van AGS in gebruik te nemen. Inmiddels is bekend dat de update is uitgesteld tot maart 2016. Nadat deze nieuwe versie van AGS in productie is genomen door de Douane kunnen bedrijven (de zelfbouwers) en softwareleveranciers starten met hun testactiviteiten voor de uitvoeraangiften. Zodra deze testen succesvol zijn afgerond zal worden gestart met de implementatie van AGS Uitvoer. De implementatiestrategie is vergelijkbaar met de overgang van Sagitta Invoer naar AGS Invoer. De implementatie­strategie be­ staat uit verschillende fasen.

Voorbereiden op de overgang van Sagitta naar AGS Vanwege de impact op uw bedrijfsprocessen is het advies om ruim op tijd een AGS-projectteam binnen uw organisatie te vormen, bestaande uit: een douane-expert, logistiek manager, IT-afdeling en enkele medewerkers van uw exportafdeling. Besteed met dit team periodiek aandacht aan het onderwerp AGS. Hieronder vindt u nog meer belangrijke handvatten: • Reserveer budget in zowel tijd als geld; • Definieer uw eigen AGS implementatie-­ strategie; • Inventariseer alle interfaces met uw douane­ systeem; • Betrek uw softwareleverancier op tijd bij de voorbereidingen; • Bepaal het effect van AGS op uw WMS/ERPsysteem; • Blijf actief alle ontwikkelingen betreffende AGS monitoren.

Stefan Tibbe is marketeer & coördinator Verkoop Binnendienst bij Stratech. Stratech is kennispartner voor exporterende bedrijven en maakt deel uit van de Alliantie Douane Software (ADS). Dit samenwerkingsverband van softwareleveranciers communiceert intensief met de Douane over de invoering van douanewijzigingen welke invloed hebben op ICT en geeft hierover advies. www.stratech.nl

De overgang van Sagitta Uitvoer naar AGS be­ tekent voor veel exporteurs dat zij opnieuw zul­ len moeten investeren in hun douane­software, soms moet er zelfs een compleet nieuw pakket worden aangeschaft. Een goed moment om het aanbod van de verschillende softwareleveranciers met elkaar te vergelijken. Door te investeren in juiste softwareoplossing kunt u het proces rondom uw uitvoeraangiften verder optimaliseren.

“Veel exporteurs zullen opnieuw moeten investeren in douanesoftware.”

Fase 1: Pré-fase Het is de bedoeling in de pré-fase met een beperkt aantal softwareleveranciers en aangevers de kinderziektes uit het systeem te halen, zodat het na verbetering verder kan worden uitge­ rold naar de overige softwareontwikkelaars en aangevers. Fase 2: Implementatiefase Tijdens de implementatiefase zullen de overige softwareleveranciers en aangevers stapsgewijs worden aangesloten op AGS, zodat de overgang van Sagitta Uitvoer naar AGS beheersbaar blijft. De definitieve stra­ tegie voor de implementatiefase wordt in de komende maanden vastgesteld in overleg met de koepelorganisaties (zoals Fenedex, EVO, Fenex, etc...), Alliantie Douane Soft­ ware (ADS) en de Douane.

Webinar De Douane zal in aanloop naar AGS3 weer diverse webinars organiseren om aangevers te informeren over de belangrijkste wijzigingen. Meer informatie hierover treft u binnenkort aan op www.douane.nl

December 2015 / Nr. 404

27


GLOBE MAGAZINE

SIMON SMITS

Het belang van het Verenigd Koninkrijk voor Nederland

Standplaats Londen Ambassadeur zijn in Londen is echt een fantastische baan. Gemeten naar politiek belang is het Verenigd Koninkrijk (VK) natuurlijk een zwaargewicht. Het VK speelt een actieve rol op het politieke wereldtoneel. Maar ook financieel en economisch is dit land voor ons heel belangrijk. Ik wil het hier vooral hebben over het belang van het VK voor het Nederlandse bedrijfsleven, want dat zie ik als een van mijn prioriteiten als ambassadeur in dit mooie land.

Het komende half jaar zal voor Nederland voor een belangrijk deel in het teken staan van ons voorzitterschap van de Europese Unie. Dat brengt ook voor de Nederlandse ambassades in het buitenland extra werk met zich mee. Voor ons in Londen is er nog een extra dimensie: Het Britse lidmaatschap van de EU is onderwerp van een intensieve discussie in dit land. Mogelijk zal nog in 2016 28

December 2015 / Nr. 404

het referendum worden gehouden over de vraag of het VK wel in de EU moet blijven. De keuze is aan de Britten zelf en de andere Europese landen zullen die keuze uiteraard moeten respecteren. Persoonlijk zou ik het erg jammer vinden als het VK besluit om uit de EU te stappen. Dat zou volgens mij niet goed zijn voor het land zelf, maar ook niet voor de EU als geheel, en zeker ook niet voor Nederland. Over veel EU-dossiers zitten wij namelijk met de Britten op één lijn. Wij kunnen de steun van een belangrijke lidstaat als het VK bij de discussies in Brussel goed gebruiken.

geklommen dan andere G-7 landen. De groei van het BNP in 2015 en in de komende jaren schommelt rond de 2,4 %. De werkloosheid is relatief laag met ca. 5 %. Daarnaast is sprake van een snelle bevolkingsgroei. Terwijl de bevolking van andere grote Europese landen als Duitsland, Italië en Frankrijk in de komende decennia zal afnemen, groeit de Britse bevolking gestaag. Migratie is hierbij een van de belangrijkste factoren. Het VK zal naar verwachting in 2050 het Europese land zijn met de meeste inwoners, zo’n 77 miljoen.

“Het Britse EUlidmaatschap is onderwerp van intensieve discussie.”

Economie Het gaat goed met de Britse economie. Het VK is sneller uit de crisis

Nederlands-Britse handel Het VK staat altijd al bovenaan de lijstjes van Nederlandse exportbestemmingen. Maar als je kijkt naar de toegevoegde waarde en de eindbestemming van de export, staat


GLOBE MAGAZINE

voorbij gestreefd als het belangrijkste financiële centrum ter wereld. Alle grote internationale financiële instellingen, waaronder ook de grote Nederlandse banken en verzekeraars, zijn hier vertegenwoordigd. Daar gaat een grote impuls van uit naar de Britse economie. Zowel direct, in termen van veel hoogwaardige (en goedbetaalde) werkgelegenheid in de City zelf, maar ook indirect bij toeleveranciers van de financiële dienstverleners.

Voetgangers lopen over de Millennium Footbridge van Bankside naar Londen City.

dit land na Duitsland op de tweede plaats van de Nederlandse export. Vóór de VS, China en de andere EU-landen. Agro-food Agro-food is de belangrijkste sector in de Nederlandse export naar het Verenigd Koninkrijk (ruim € 7 miljard per jaar). De groeiende bevolking geeft steeds meer uit aan levensmiddelen. Een groeiende trend die zich in de komende jaren verder zal versnellen is online retail. In 2018 zal 7% van de aankopen van levensmiddelen online gebeuren. In 2013 was dat nog 3,8%. De belangrijkste retailers bieden allen online-verkoop aan. Amazon is net gestart met twee trials, het aanbieden van food online (Amazon Fresh) en bezorging binnen een uur, wat je ook bestelt. Wij associëren Engeland met tuinen. Tuinieren is hier de nationale hobby lijkt het wel en kaartjes voor de beroemde Chelsea Flower Show

zijn felbegeerd. Dan is het extra leuk om te kunnen zeggen dat 70% van alle Britse sierteeltproducten uit Nederland komt, van tulpen tot bomen tot kant-en-klare heggen! Financieel centrum Als we aan Londen denken, denken we aan de City. Velen van u zullen het bekende boek van Joris Luijendijk over de City hebben gelezen. Londen is - als we de Britse denktank Z/Yen mogen geloven - in 2015 New York

FinTech Londen is hét centrum geworden van FinTech, de verzamelnaam voor jonge bedrijven gespecialiseerd in financiële technologie. Inmiddels werken ruim 130.000 mensen in de Britse FinTech industrie en draagt deze sector GBP 20 miljard bij aan het Britse BNP. Zo is in Londen een bloeiend FinTech ‘ecosysteem’ ontstaan. Belangrijke factoren daarin zijn de nabijheid van de financiële instellingen als potentiële klanten, de beschikbaarheid van investeringskapitaal én een actieve en meedenkende regering. De Britse overheid heeft maatregelen genomen die bijdragen aan een gunstig belasting- en investeringsklimaat voor innovatieve sectoren als FinTech. Meerdere Nederlandse FinTech start-ups hebben al de weg naar Londen gevonden. De Ambassade in Londen probeert daarbij te helpen. We hebben bijvoorbeeld voor

Het financieel district van Londen streeft mogelijk dit jaar New York voorbij als belangrijkste financiële centrum ter wereld. December 2015 / Nr. 404

29


GLOBE MAGAZINE

“Londen verdient bijna een kwart van het nationaal inkomen.”

Simon Smits en Martin Esom (Waltham Forest) bij de opening van Mini-Holland.

Nederlandse start-ups een mentorennetwerk opgezet. Via dit netwerk informeren we de Nederlandse start-ups over de mogelijkheden in Londen (en in de rest van het land) en brengen we ze in contact met hier al gevestigde en succesvolle Nederlandse start-ups. Infrastructuur Om gelijke tred te houden met de snelle bevolkingsgroei zijn grote investeringen in woningbouw nodig. Ook investeringen in infrastructuur staan voor de komende decennia hoog op de nationale en regionale agenda. Het gaat hier om miljardenprojecten als de aanleg van nieuwe snelle trein/metro verbindingen in Londen (Crossrail en Crossrail 2), de aanleg van een hoge-snelheidslijn naar het noorden van het VK (High Speed 2), de aanleg van een ‘super30

December 2015 / Nr. 404

riool’ in Londen (de Thames Tideway Tunnel) en de geplande uitbreiding van vliegvelden bij Londen en Manchester. Daarnaast zijn er grote ontwikkelingen in de noordelijke havengebieden met o.a. de komst van de nieuwe post-Panamax containerterminal in Liverpool en de constructie van Port Salford, de eerste inlandse tri-modale (weg, spoor en water) transporthub van het land. Hier liggen zeker kansen voor Nederlandse ondernemers. De medewerkers van het economisch team , bestaande uit de Ambassade en het Netherlands Business Support Office (NBSO) in Manchester, zijn u graag van dienst om meer informatie te geven. Northern Powerhouse Het Verenigd Koninkrijk is natuurlijk meer dan alleen Londen, hoe groot en fascinerend deze stad ook is. Terwijl Londen al sinds oudsher het centrum is van de financiële dienstenindustrie, lag het zwaartepunt van de maakindustrie meer in noordelijke steden als Manchester, Liverpool, Newcastle en Sheffield. In de jaren ‘70 en ’80 is veel van die traditionele (zware) industrie verdwenen. Sindsdien blijft de ontwikkeling van deze regio achter bij die van Londen, zowel in economische termen als in de groei van de bevolking. Bijna een kwart van het Britse nationale inkomen wordt verdiend in Londen, terwijl de noordelijke steden samen goed zijn voor 13%. Ook de bevolking van Londen groeit veel

sneller, tussen 2004 en 2013 meer dan twee keer zo snel als de noordelijke steden samen. De regering wil dit aanpakken door in de komende jaren de economische ontwikkeling van Noord-Engeland een extra impuls te geven. Minister van Financiën George Osborne maakte ruim een jaar geleden de plannen bekend voor een zogenaamd ‘Northern Powerhouse’. Dat betekent onder meer grotere lokale bevoegdheden in het kader van de Greater Manchester Devolution Deal en de aankondiging van grote investeringen in infrastructuur om de onderlinge verbindingen tussen de noordelijke steden te verbeteren. Door onze aanwezigheid in Manchester zijn we optimaal in staat om Nederlandse ondernemers van dienst te zijn bij het benutten van de kansen die zich in het Noorden voordoen. De collega’s van het NBSO in Manchester volgen de ontwikkelingen op de voet en staan klaar om Nederlandse ondernemers te helpen met informatie over de mogelijkheden in hun regio.

Ambassadeur Simon Smits bij de Big Ben.


GLOBE MAGAZINE

Offshore wind Een sector waar hier heel veel gebeurt, is wind op zee. De Britse regering wil het aandeel hernieuwbare energie in de totale Britse energiebehoefte in 2020 op 15% brengen. De opwekking van elektriciteit uit hernieuwbare bronnen moet worden verdubbeld van 15% naar 30%. De offshore-windindustrie is in de afgelopen jaren snel gegroeid. Het VK is op dit moment de grootste offshore-windmarkt ter wereld. In verschillende windparken voor de Britse kust staan ruim 1.450 turbines, goed voor een gezamenlijk vermogen van ruim 5000 Megawatt. Dat is op dit moment 56% van de totale geïnstalleerde offshore capaciteit in Europa! Met nog veel projecten in de pijplijn moet de capaciteit groeien tot circa 10 GW in 2020. Daarmee zal dan 10% van de totale Britse elektriciteitsbehoefte kunnen worden geproduceerd. De offshore-windmarktsector is potentieel een interessante markt voor de Nederlandse aanbieders van goederen en diensten. Ook is er veel belangstelling voor samenwerking met Nederlandse kennisinstellingen.

noeg gratis gezondheidszorg biedt. U kunt zich voorstellen hoeveel dat de Britse schatkist kost. In een tijd van noodzakelijke harde bezuinigingen wordt de NHS weliswaar nog de hand boven het hoofd gehouden, maar modernisering is hard nodig en versobering onvermijdelijk. De komende vijf jaar stelt de NHS zich tot doel patiëntbeleving te verbeteren tegen lagere kosten, en hier kan het Nederlandse aanbod van Medische Technologie een rol in spelen. Wij zijn in nauw contact met de Task Force Health Care in Nederland over vervolgactiviteiten om Nederlandse bedrijven verder te helpen.

Gezondheidszorg Een andere sector waar wij goede kansen zien voor innovatieve Nederlandse ondernemers is de gezondheidszorg. In september was ik op een innovatiebeurs van de National Health Service (NHS) in Manchester. Het NBSO had een Holland Paviljoen georganiseerd waarop 16 jonge, vooruitstrevende Nederlandse bedrijven zich presenteerden met hun innovatieve en kostenbesparende producten en oplossingen. Want kostenbesparing is hard nodig hier. De National Health Service is een kolossale organisatie (1,3 miljoen werknemers) die nage-

Fietsen Waar het gebruik van de fiets om naar je werk of naar school te gaan bij ons de gewoonste zaak van de wereld is, is dat hier nog lang niet het geval. Het is wel aan het veranderen. De overheid probeert de Britten aan het fietsen te krijgen. Beter voor de gezondheid en het milieu. Londen heeft een zeer actieve burgemeester, Boris Johnson, die in 2013 een revolutionair fietsplan lanceerde voor het verbeteren van fietsinfrastructuur in Londen. Nederland wordt daarbij vaak genoemd als voorbeeld. Wij spelen daar op in door regelmatig activiteiten te organiseren om

De Millennium Bridge bij Salford Quay in Manchester.

Nederlandse expertise en producten op het gebied van fietsen en fiets­ infrastructuur te promoten. Gelet op de grote achterstand ligt hier nog voor jaren werk. Tot slot In dit korte bestek is het natuurlijk onmogelijk om een volledig overzicht te geven van het belang van de Britse markt voor Nederland en de kansen en mogelijkheden voor Nederlandse ondernemers. Meer informatie vindt u op de website van economisch team in het Verenigd Koninkrijk: www.hollanduktrade.nl Neem contact met ons op als u meer informatie wilt. Wij staan graag voor u klaar. Tot ziens in Londen en Manchester!

Simon Smits is sinds september dit jaar de Nederlandse ambassadeur in Londen. Hiervoor was hij DirecteurGeneraal Buitenlandse Economische Betrekkingen bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag.

December 2015 / Nr. 404

31


GLOBE MAGAZINE

De Letter of Credit is een van de meest taaie onderwerpen van het exportvak. Gelukkig hoeft u geen specialist te zijn: u kunt het werken met L/C’s ook uitbesteden.

MARLOES WITTEBROEK

Letter of Credit

Waarborg voor omzetgroei Op een herfstachtige dag in oktober spreken Ralph Teunissen, commercieel directeur Edel Grass, en Marloes Wittebroek, algemeen directeur Elceco, over L/C’s. De twee ontmoeten elkaar in de tot voetbalarena getransformeerde vergaderzaal van Edel Grass in Genemuiden. Het bedrijf is al jarenlang lid van Fenedex en producent van kunstgras. Elceco handelt al meer dan tien jaar de letters of credit voor Edel Grass af. Een gesprek over de ontwikkelingen binnen het vakgebied. Edel Grass gebruikt regelmatig L/C’s. Welke voordelen zien jullie? Ralph: “Het moge duidelijk zijn dat wanneer wij op vooruitbetaling kunnen leveren, of eventu­ eel Cash Against Documents met daarin een gedeeltelijke vooruitbetaling verweven, dat onze voorkeur heeft. Maar tijden veranderen. Zelf betalen we als bedrijf niet graag vooruit, 32

December 2015 / Nr. 404

dus we realiseren ons dat onze afnemers daar ook geen voorkeur aan geven. Het L/C is dan een uitkomst. Als wij niet met L/C’s hadden kunnen werken, waren wij niet in staat geweest om in verschillende landen de gerealiseerde omzetgroei te bereiken. Voor ons is het een goede mogelijkheid gebleken om onze export uit te breiden.” Betalen op open account heeft de voorkeur van de klant. Hoe wegen jullie dit af tegen het debiteurenrisico en het beslag op liquide middelen? “Als wij naar nieuwe landen of klanten kijken, dan wordt direct de kredietwaardigheid onder de loep genomen. Klopt dit niet en blijkt dat wij risico’s lopen, dan gaan we voor een scala aan opties van vooruitbetaling tot een L/C om betalingszekerheid te krijgen. Lukt dit niet, dan gaat de order simpelweg niet door. Wij zijn een zeer exportgedreven organisatie,


GLOBE MAGAZINE

waarbij 85% van onze omzet buiten Nederland ligt. Op Australië na, is onze afzetmarkt wereld­ wijd met een focus op Noord-Afrika, Azië, het Midden-Oosten, Verre-Oosten en ZuidAmerika. In culturen waar je de weg niet kent, biedt een L/C vele voordelen. Zolang er maar voldaan kan worden aan kredietconforme do­ cumenten, zien wij onze betaling vrijwel zeker tegemoet.” Marloes: “Je hebt het over ‘vrijwel zeker’ en dat begrijp ik wel. Je moet je er als exporteur toch altijd van bewust blijven dat je toch nog te maken hebt met de bereidheid van de klant om de documenten te accepteren. In het geval van een geconfirmeerd L/C, waarbij de betalings­ verplichting naar jullie eigen bank is verlegd, biedt het L/C zekerheid, maar wanneer dit niet het geval is, blijf je ergens toch nog afhankelijk van je klant. Tenslotte ontvang je geen betaling als de klant de documenten niet accepteert. Wat we ook regelmatig bij klanten zien, is dat de buitenlandse afnemer aangeeft afwijkingen in de documenten te accepteren, om daarmee het proces te versnellen en eerder over hun

goederen te kunnen beschikken. Deze staan met enige regelmaat al op de (lucht)haven van bestemming te wachten, wat kosten met zich meebrengt. Dat is echter een oplossing die niet werkt. Een verklaring per e-mail of brief vanuit de klant heeft geen enkele waarde voor de bank(en) in het controleproces. Feitelijk moet er een originele wijziging via Swift, dus via het bankentraject, worden opgemaakt. Bedrijven weten dit vaak wel, maar omdat een Swift-wijziging in veel gevallen redelijk wat tijd kost en ze discussies met de klant willen voorkomen, wordt toch de ‘oplossing’ met een klantverklaring geprobeerd. De teleurstelling volgt uiteindelijk dan toch, het enige dat echt werkt is vooraf zorgen dat er geen afwijkingen in het L/C staan.” Edel Grass heeft destijds besloten om de L/C gerelateerde werkzaamheden uit te besteden. Daarmee verlies je (diepgaande) kennis binnen de organisatie. Wat was de reden om dit toch te doen? Ralph: “Als bedrijf kun je niet uitblinken in elk

Over Elceco Marloes Wittebroek is eigenaar en managing director van Elceco. Elceco is een onafhankelijk bureau dat voor meer dan zestig exporterende bedrijven de volledige afhandeling van Letters of Credit op zich neemt, als onderdeel van het internationale betalingsverkeer. Naast Letters of Credit richten zij zich ook op de afhandeling van Cash-Against-­ Documents-zendingen en dienen zij als vraagbaak voor de opdrachtgevers, maar ook al jarenlang voor de Fenedex-leden vanuit het Member Benefits-­ programma. Marloes Wittebroek en Ralph Teunissen. December 2015 / Nr. 404

33


GLOBE MAGAZINE

“L/C’s vormen voor ons een waarborg voor omzetgroei.”

onderdeel van het totale business traject. Wij zijn een relatief klein bedrijf dat meer dan hon­ derd verschillende landen bedient. Daarbij is het moeilijk om de kennis van het internationaal betalingsverkeer, waarvan de L/C’s onderdeel uitmaken, in een zelfstandige functie onder te brengen. Je hebt dan grote kans om zaken te missen omdat je er simpelweg niet van op de hoogte bent. Onze kracht ligt in de marketing, distributie, verkoop en installatie van kunstgrassystemen en niet in financiële dienstverlening. Dat is juist wel de hoofdactiviteit van een dienstver­ lener als Elceco. Zij zijn in staat om ons snel respons te geven, zodat wij op onze beurt ook snel richting onze klant kunnen communiceren. Wij weten als geen ander dat snelheid in het offertestadium geboden is. Elceco fungeert hierin als achtervang. Wij kijken samen met hen hoe we een L/C opbouwen bij nieuwe opko­ mende markten, zoals bijvoorbeeld India. In het offertestadium wordt dan ook regelmatig met Elceco geschakeld over welke onderdelen in de offerte consequenties kunnen hebben voor het L/C. De praktijkervaring die Elceco heeft, doordat zij voor vele exporteurs werken, is voor ons waardevol. Ook voor het volume dat wij hebben kunnen wij ons geen specialist veroorloven. Bovendien geldt wat ons betreft: één specialist is geen specialist. In geval van verlof, ziekte of andere onvoorziene afwezigheid heb je dan geen conti­ nuïteit. Dit biedt Elceco ons wel, doordat zij met meerdere mensen uit het team op de hoogte zijn van onze zendingen.” Marloes: “Continuïteit en doorlopende opvolging van L/C’s is inderdaad erg belangrijk. Wij registre­ ren alle L/C’s in ons op maat gemaakte systeem, waarbij wij altijd in staat zijn om onze klanten te informeren over de status van het L/C.” 34

December 2015 / Nr. 404

Uiteraard gaan met het uitbesteden van werkzaamheden kosten gepaard, maar wat heeft het opgeleverd, wat zijn de baten? Ralph: “Alle afgehandelde L/C’s, inmiddels meer dan tweehonderd, zijn conform de ge­ stelde voorwaarden betaald. Ze vormen voor ons dus een waarborg van de omzetgroei. Voor ons is het efficiënt en kosteneffectief gebleken om het aan een gespecialiseerde partij uit te besteden. Overigens geldt dit natuurlijk voor verschillende aspecten binnen de organisatie, denk daarbij bijvoorbeeld aan het uitbesteden van het boeken van zakenreizen. Wij maken bewust de keuze om diensten in te kopen, het is in vertrouwde handen. Beide orga­ nisaties gaan bij voorkeur voor samenwerkin­ gen op de lange termijn en gezien de duur van onze samenwerking met Elceco mag duidelijk zijn dat wij erop vertrouwen dat Elceco op de hoogte is van de laatste ontwikkelingen op het gebied van L/C’s. Interne mensen binnen onze organisatie worden jaarlijks bijgepraat tijdens een incompany training van Elceco. Tijdens dit soort sessies worden de verschillende ­disciplines zoals sales, finance en transport bij elkaar gebracht en ontstaan de mooiste en leerzaamste discussies. Het blijft een wissel­ werking van praktijk en theorie.

Profiteer van de kosteloze L/C-scan Leden van Fenedex kunnen hun Letter of Credit kosteloos laten scannen door Elceco via het M ­ ember Benefits P ­ rogramma. Ook kunt u als lid bij Elceco terecht voor (gratis) advies over uw L/C-vragen. Meer info: www.fenedex.nl/ elceco-ledenvoordeel.html

Workshop Letter of Credit Alles weten over de Letter of Credit bij export? Kom dan naar de workshop van Fenedex op 3 februari 2016 in Ermelo. www.exporttrainingen.nl


Member Benefits Fenedex Member Benefits zijn diensten en producten die uw export versterken. Omdat Fenedex een grote groep exporteurs vertegenwoordigt, hebben wij bij diverse aanbieders scherpe prijzen en voorwaarden onderhandeld voor onze leden. De kortingen kunnen oplopen van 10% tot 75% ten opzichte van de reguliere prijzen. Sommige diensten zijn zelfs gratis voor onze leden. Exclusief Fenedex-leden kunnen gebruik maken van de acties binnen Fenedex Member Benefits. Het Fenedex Membership Benefits-programma wordt mede mogelijk gemaakt door:

Btw-advisering 20% korting op diverse diensten van BTW-PLAZA.

Douaneopleidingen en AEO-advisering 15% korting op douane­ vakopleidingen en op het uurtarief voor AEO-advisering.

Expresszendingen 20% tot 75% korting op de Expressvervoer.

Innovatie en subsidies Kosteloos en vrij­blijvend subsidie- en financierings­ onderzoek.

Kredietmanagement Tot 70% korting op krediet­ informatie­rapporten.

L/C-advies Kostelozeadvisering en scan van uw L/C.

Legalisatie- & Visumdienstverlening Twee gratis opdrachten voor legalisatie van export­ documenten en aanvraag van visa.

Persondersteuning Tot 15% korting op support bij uw internationale persbeleid en -benadering.

Reizen & overnachtingen Kosteloos exclusieve toegang tot de Fenedex Travel Portal.

Taaltrainingen 10% tot 15% korting op individuele of groeps­ taaltrainingen.

Vertalingen 15 tot 20% korting op vertalingen.

Werving & selectie 20% Verlaging van de wervings­ kosten voor het invullen van een exportmanager vacature.

Kijk voor het complete aanbod op www.fenedex.nl/ memberbenefits

GLOBE MAGAZINE

Verenigings nieuws Spannende finale Export­ manager Award Robbert Birkhoff van Meyn Food Processing Technology is uitgeroepen tot winnaar van de E ­ xport­manager Award 2015. Tijdens de spannende finale op het Nationaal Export Event in Bussum wist hij Hermann Egges, van Resato International en Erik Kakes van Applikon Biotechnology voor te blijven. De jury feliciteert de drie finalisten met de goede en inspirerende presentaties. Ieder heeft op zijn eigen wijze een belangrijke bijdrage geleverd aan de internationale ontwikkeling van hun onderneming. Alle drie kandidaten kunnen bogen op de realisatie van substantiële exportgroei. Kenmerkend zijn het maken van keuzes en vooral lokaal en klantgericht opereren. Het zijn drie prachtige voorbeelden van internationaal ondernemerschap. “Erik Kakes werkt met overgave in en aan een inno­ vatief bedrijf met een uitgebalanceerde internationa­ le spreiding,” aldus het juryrapport. “Door middel van creatieve allianties en marktbewerkingsmethoden is Applikon in staat als relatief kleine speler te con­ curreren met de grote multinationals, hetgeen een bijzondere prestatie is. De resultaten maken indruk.” Ook over Herman Egges is de jury vol lof: “Een inspi­ rerende presentatie vol passie waarbij Herman op creatieve wijze zijn credo overbrengt ‘Willen is kun­ nen’. Hij zet een onorthodoxe methode als diagnostic marketing in om zijn doelen te bereiken. Hij stuurt zijn team aan op gedrag en geeft daarbij zelf het beste voorbeeld. Hij heeft met zijn team een substantiële exportgroei en geografische spreiding gerealiseerd.” Over de winnaar Robbert Birkhoff is de jury van oordeel dat hij een “inhoudelijk sterke en heldere presentatie” neerzette, “met alle elementen die van belang zijn bij de internationale ontwikkeling van Meyn.” De jury is onder de indruk van het aanpassingsvermogen, de groei en het gerealiseerde marktaandeel van de onderneming via nieuwe concepten als ‘wall to wall’ oplossingen.  December 2015 / Nr. 404

35


GLOBE MAGAZINE

ELMAR OTTEN, MARIANNE ELISSEN

Met 1,2 miljard inwoners en een economische groei van 5,6% in 2014 is India nog altijd een zeer interessant exportland. In Ontmoetingen ditmaal twee ondernemers over de (on)mogelijkheden van ondernemen in India.

Ontmoetingen

Ontmoetingen Globe Magazine nodigde Erik Kakes, International Sales & Marketing Director bij Applikon Biotechnology, en Eugène Burgers, Managing Director bij AkappStemmann, uit voor een gesprek over ondernemen in India. Beide bedrijven zijn al geruime tijd in het land aanwezig.

partner bevindt zich in Chennai, maar men heeft achttien kantoren met sales- en service-organisaties verdeeld over geheel India. Onze aandachtsgebieden met de meeste biotech-activiteiten zijn: Delhi, Bangalore, Hyderabad, Mumbai en Pune. Hoe lang is Akapp al in India aanwezig?”

Eugène: “In welk deel van het land zijn jullie actief ?”

Eugène: “Wij zijn nu zo’n 12 jaar actief in India en zien de laatste jaren een duidelijke groei. Ook wij hebben van een distributeur afscheid moeten nemen, die van ons zat in Mumbai. Drie jaar geleden zijn we in zee gegaan met een Duits-Indiaas bureau, dat speciaal helpt bij het opstarten van ondernemingen in India. Het bureau heeft een vijftal vestigingen, verspreid over het land. Men neemt alle ‘zorgen’ over die horen bij de begeleiding van medewerkers op afstand. Dit houdt onder andere in: toezicht, hulp, ondersteuning en huisvesting. Het bureau zit in Pune, van daaruit werkt een medewerker die ons bedrijf vertegenwoordigt en 100% toegewijd is aan onze organisatie.”

Erik: “Applikon Biotechnology is

sinds de midden jaren ‘90 van de vorige eeuw actief in India. Wij hebben jarenlang zaken gedaan via een distributeur die het hoofdkantoor in Delhi had, maar deze kon onze groei- en professionaliseringsambitie niet volgen. De omzet in India bleef in verhouding achter bij onze groei in de rest van de wereld, terwijl de Indiase markt juist groeiende was. Na lang zoeken hebben wij een partner gevonden die kantoren in heel India heeft, een goede reputatie heeft op het gebied van verkoop en onderhoud van wetenschappelijke apparatuur en de ambitie heeft om markt­leider te worden op ons gebied in India. Het hoofdkantoor van onze 36

December 2015 / Nr. 404

Erik: “Concurreren jullie met lokale

producenten?”

Eugène: “Nauwelijks, die zitten

voornamelijk in het lage kwaliteitssegment, wij richten ons op klanten uit het midden en hogere segment. Als klanten voor ons product kiezen, doen ze dat meestal op basis van de hogere kwaliteitseisen die eraan worden gesteld. Onze concurrenten zijn hoofdzakelijk de overige Europese aanbieders. Wij onderscheiden ons door het bieden van goede service en ondersteuning.

Deze verrijdbare kraan is een project van Akapp-Stemmann in India


GLOBE MAGAZINE

Ontmoetingen

management. Daarnaast worden er regelmatig trainingen in Nederland georganiseerd, waaraan ook door de Indiase medewerker(s) wordt deelgenomen. Onze Sales & Marketing Manager bezoekt India een paar maal per jaar om samen de voortgang en (nieuwe) markten te bespreken en eventueel klanten te bezoeken. Merken jullie veel van cultuurverschillen binnen India?” Technici van Applikon Biotechnology aan het werk bij een bioreactor.

In India zien we momenteel een ommekeer van de goedkope ‘lower quality’ producten naar het hogere segment. Dat laatste vooral bij bedrijven die onderdeel zijn van internationale ondernemingen. Die dienen dan als voorbeeld voor de Indiase tegenhanger. De gewenste prijs/ kwaliteitverhouding gaat steeds meer die van de overige landen waarmee wij zaken doen benaderen. Voor wat betreft de levertijden zien we vrijwel geen verschil met andere landen. Invoerrechten Eugène: “Hoe gaan jullie om met de invoerrechten die India oplegt?” Erik: “De invoerrechten in India

zijn inderdaad een probleem. Onze oplossing is het direct leveren aan de eindgebruiker en niet via onze distributeur. De distributeur doet de zaken in India en krijgt een commissie op de orders. Deze commissie is het verschil tussen onze exportprijs en de prijs waarvoor hij de apparatuur heeft verkocht. Als wij direct aan de klant leveren valt onze apparatuur onder gereedschap voor onderzoek of productie en betaalt men minder invoerrechten. Als wij via onze distributeur leveren wordt het gezien als handelswaar en moet men lokaal veel invoerrechten betalen. Dit is dezelfde situatie in een aantal andere landen waar wij zaken doen (bijvoorbeeld

Brazilië). Bijkomend probleem is natuurlijk wel dat de betalingen direct van de klant naar ons gaan. Wij zijn dus erg precies in de betalingscondities (bijvoorbeeld L/C’s of vooruitbetalingen). Om wat lokale druk te houden op het financiële proces krijgt de lokale distributeur pas zijn commissie als alle betalingen tussen Applikon en de klant zijn afgehandeld.” Cultuur

Eugène: “Zijn jullie wel eens tegen

corruptie aangelopen?”

Erik: “Wij doen nergens in de wereld

mee aan corruptiepraktijken. Wij zijn er van overtuigd dat kwaliteit en goede relaties de basis moeten zijn voor langetermijnsucces. Er zal uiteraard corruptie plaatsvinden, maar wij stellen uitdrukkelijk dat wij daar niets van willen weten of zien en dat onze lokale distributeurs verantwoordelijk zijn voor het realiseren van de omzet in hun land. Zij zullen handelen via de lokale gebruiken. Hebben jullie de Nederlandse organisatie aan moeten passen aan het zaken doen met India?”

Eugène: “Nee, India wordt, evenals de overige landen, behandeld als ‘gewoon’ exportland. Wél hebben we regelmatig (2 à 3 keer per week) Skypecontact met onze man in India. Zowel op het niveau van verkoop als van

Erik: “Onze distributeur heeft kantoren door

geheel India maar onze contactpersonen (salesmanager en productmanager) bevinden zich in Chennai. Wij zien dus alleen wat van de lokale verschillen als wij met deze mensen op stap zijn in India. Wat opvalt zijn natuurlijk de extreme verschillen tussen arm en rijk, daar heb ik tijdens mijn eerste bezoeken aan India wel even aan moeten wennen. De cultuurverschillen tussen Nederland en India zijn natuurlijk groot. Ook de manier van zaken doen vereist wel een aanpassing. Onze eigen mensen zijn vaak erg gefocust op zaken doen en om de werkzaamheden binnen de afgesproken tijd af te ronden. In India is het soms belangrijker om in de relatie te investeren, zelf als dit ten koste gaat van het afronden van werkzaamheden binnen de afgesproken tijd. Eten met een klant gaat dan voor het afronden van de werkzaamheden die dag. Ook moet je er rekening mee houden dat er altijd een dag voor culturele zaken wordt ingepland bij een meerdaagse zakenreis door India.”

Eugène Burgers is Managing Director bij Akapp-Stemmann. Akapp-Stemmann levert mobiele energietoevoer-­ oplossingen zoals stroomrails, kabelhaspels en festoen­ systemen voor diverse secto­ ren en toepassingsgebieden.

Erik Kakes is International Sales & Marketing Director bij Applikon Biotechnology B.V. Applikon maakt en levert bio­ reactorsystemen.

December 2015 / Nr. 404

37


GLOBE MAGAZINE

Q&A

Export matters Vastzetten goederen “Wie is verantwoordelijk voor het vastzetten van de goederen bij vervoer per truck onder de Incoterm® FCA?”

► Anneke Huybens Accountmanager bij het Kennisen Adviescentrum Fenedex. “Samen met mijn collega’s beantwoord ik jaarlijks meer dan duizend vragen van aangesloten leden. Ik help u graag om de juiste gesprekspartner bij collegaexporteurs te vinden of u in contact te brengen met een specialist uit ons netwerk.” 38

December 2015 / Nr. 404

Bij FCA dient de exporteur de goederen minimaal te laden in het ter beschikking gesteld vervoermid­ del. De Incoterms regelen niet wie de lading moet vastzetten. Aangezien de vervoerder aansprake­ lijk is voor schade onderweg, heeft de vervoerder een controleplicht met be­ trekking tot de belading. Als de lading tijdens het vervoer omvalt, omdat de lading niet goed vaststond, dan is de vervoerder sowieso aansprakelijk. De vervoerder zal namelijk in regel tekenen voor de schadevrije ont­ vangst van de goederen. Als de exporteur weet dat de goederen onveilig geladen zijn en hij laat de chauffeur toch wegrijden, dan is de exporteur mede verantwoordelijk voor de schade. Tenzij er met de klant nadrukkelijk is afgesproken dat de verkoper de goederen vastzet. Dan is de verkoper verantwoordelijk. Beide partijen hebben een verant­ woordelijkheid in deze, maar het is de vervoerder op wie deze verant­ woordelijkheid het meeste drukt. De vervoerder zal tenslotte als eerste aansprakelijk gehouden worden voor de schade en die zal dan moeten


GLOBE MAGAZINE

Q&A

bewijzen dat de schade ontstaan is door een slechte belading én dat hij deze slechte belading niet had kun­ nen voorkomen. Afhankelijk van de omstandigheden zal bepaald worden wie aansprakelijk is, waarbij de ver­ voerder meestal de pineut zal zijn. De vervoerscondities kennen wel een ‘beperkte aansprakelijkheid’ bij schade aan vervoerde goederen. Het kan daarom van belang zijn om als ladingbelanghebbende (verkoper/ koper) zelf een transportverzekering af te sluiten voor de waarde van de goederen. 

AEO overdraag­ baar? “Wij zijn voor ons concern het distributiecentrum voor de EMEA en veel landen buiten deze regio en bezig met een uitbreiding van ons pand. Er is een aparte entiteit op een andere lokatie opgezet voor het inkopen van de goederen. Als DC hebben wij vergunningen en certificeringen (AEO, KC, Toegelaten Exporteur). De vraag is of de nieuwe entiteit deze zo mag overnemen of dat deze de vergunningen apart moet aanvragen.” Op basis van bovenstaande infor­ matie is het oordeel dat de vergun­ ningen niet gedeeld kunnen worden met de nieuwe entiteit die een eigen EORI- en BTW-nummer heeft. De procedures en dus ook de controle staan immers op een ander entiteit/ rechtspersoon geregistreerd. Wel is het advies om goed te kijken welke functies en activiteiten de

nieuwe entiteit op zich zal nemen. Op basis daarvan kan gekeken worden of bepaalde vergunningen nodig zijn en zo ja, aan welke voorwaarden moet worden voldaan.  Exportadvisering Fenedex werkt op het gebied van exportadvisering op maat met een aantal specialisten die voor uiteenlopende onderwerpen kun­ nen worden ingezet. Veelal kan deze specialist gedurende een ochtend of middag bij u kantoor analyseren wat de huidige gang van zaken rondom bepaalde thema’s is, inventariseren wat de risico’s daarbij zijn en de ver­ beterpunten aangeven voor de toekomst. Onderwerpen waarvoor een specialist kan worden ingezet zijn bijv.: • Douaneprocedures • Oorsprongsregels • BTW • HS-goederencodes • Incoterms www.fenedex.nl/exportadvisering

ven in Duitsland wonen en krijgen een Nederlandse arbeidsovereenkomst. De ritten zullen voornamelijk in Duitsland plaatsvinden maar ook in België. Hoe zit het met de betaling van sociale verzekeringspremies en loonbelasting?” Voor de sociale verzekeringspre­ mie geldt dat, als de vestigingsplaats van de werkgever en het woonland van de werknemer niet gelijk zijn, de premies voor de sociale verze­ keringswetgeving moeten worden betaald in het woonland, als daar een substantieel gedeelte van het werk wordt verricht. Substantieel is 25% van de arbeidstijd. Voor wat betreft de loonbelasting: voor het deel dat in Duitsland wordt gewerkt, moet loonbelasting worden betaald in Duitsland. Voor het deel dat in België wordt gewerkt, dient loonbelasting te worden betaald in België, tenzij de werknemer korter dan 183 dagen in België verblijft en er geen sprake is van materieel werkgever­schap in België en er geen vaste inrichting in België is. Of er sprake is van materieel werkgever­ schap of een vaste inrichting zal aan de hand van feiten en omstandig­ heden moeten worden beoordeeld. 

Sociale verzekerings­ premie en loonbelasting “Wij gaan chauffeurs werven in Duitsland. Deze chauffeurs hebben de Duitse nationaliteit, ze blijDecember 2015 / Nr. 404

39


GLOBE MAGAZINE

Agenda

vrij 11 Export in Healthcare – dag 2 Cursus · regio Utrecht

December

Export Manager Cursus · Nijkerk

wo 2     Documenten bij export Cursus · Utrecht

Bent u op zoek naar praktische tips over het hoe, waarom en invulling van exportdocumenten? Neem dan deel aan deze driedaagse cursus. Onze experts geven u een helder inzicht in het woud van exportdocumenten.

di 8 Verdieping in de BTW en internationaal ondernemen

Ga samen met andere exportmana­ gers de uitdaging aan om uw eigen exportaanpak aan te scherpen. In 12 modules diepen experts onderwerpen uit, zoals het bepalen van de grootte van de markt of de financiële haal­ baarheid van je exportplan. Maar ook culturele en juridische aspecten. Een intensief traject, waarbij u niet alleen investeert in kennis, maar ook werkt aan een exportbeleidsplan.

Training · Den Bosch

do 3

do 10

Agentuur en distributierelaties in de VS

Export in Healthcare – dag 1

Training · Vianen

Cursus · regio Utrecht

BTW en ABC-transacties

Masterclass Leveranciersverklaringen

Training · Utrecht

Inkoop – BTW (basisbeginselen) Training · Utrecht

Masterclass · Eindhoven

Basisbeginselen samenloop BTW en Douane

wo 16 Export van A t/m Z     Cursus · Zwolle

Training · Utrecht Leg samen met andere exportcollega’s een goede basis voor uw export car­ rière. Ervaren exportmanagers nemen u mee in het exportproces van A t/m Z. In korte tijd raakt u zo bekend met de ins en outs van export aan de hand van sprekende praktijkcases.

40

December 2015 / Nr. 404


GLOBE MAGAZINE

Januari

Februari

wo 13

di 2

Beurzentraining voor exporteurs

Export Binnendienst     Cursus · Leiden

Workshop · Rosmalen

di 19 Logistiek & Transport Cursus · Amersfoort

Wilt u verder groeien in het Export Binnendienstvak? Deze cursus helpt u zich verder te ontwikkelen in het export­vak. Na het behalen van het officiële diploma Export Binnendienst, bent u in staat om exportprocessen binnen de eigen organisatie te optima­ liseren en efficiënt aan te sturen.

di 26

wo 3

wo 10

Exportcontrole & Sanctiebeleid     Training · Zoetermeer

Letter of Credit bij export (L/C)     Workshop · Ermelo

Het organiseren van luchttransport door exporteurs Praktijktraining · Utrecht

Laat u informeren en inspireren over het optimaliseren van compliance processen. Onze experts geven u tools om zelf aan de slag te gaan met het (verder)opzetten van (interne) procedures m.b.t. exportcontrole en sanctiebeleid.

Het L/C bij export geeft exporteurs een grote mate van zekerheid dat zij de order tijdig betaald krijgen. Maar vaak staat die zekerheid op het spel, doordat de documenten niet correct en tijdig overhandigd kunnen worden. Tijdens deze workshop krijgt u alle ins en outs, om efficiënter L/C’s af te wikkelen.

Meer info over de trainingen of inschrijven: www.exporttrainingen.nl Vragen: per e-mail oet@fenedex.nl of telefonisch 070-330 56 60

wo 27 Intensieve Masterclass Incoterms 2010 Opleiding · Ermelo

December 2015 / Nr. 404

41


GLOBE MAGAZINE

Komend nummer In het januarinummer van Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen kunt u lezen over o.m. de volgende onderwerpen:

Fenedex Fenedex heeft 1200 leden en duizenden klanten die zij dagelijks verbindt, adviseert, opleidt en waarvan zij de belangen behartigt. Kortom een branche-overschrijdende partner voor expansie in het buitenland. Postadres Postbus 90409 2509 LK Den Haag

E-commerce Duitsland

Dropshipments en transportdocumenten

Actieve veredeling

Iran, wat kan nu al?

Online www.globemagazine.nl Website met het archief van Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen en Fenedexpress. www.export.nl Al jaren hĂŠt startpunt voor exporterende ondernemers. twitter.com/fenedex Volg Fenedex op Twitter voor het laatste nieuws over Fenedex en internationaal ondernemen. www.linkedin.com/groups?gid=42534 Discussieer mee met meer dan 1500 betrokkenen in de LinkedIn groep Export en Internationaal Ondernemen. www.fenedex.nl/exportnieuwsbrief Gratis nieuwsbrief met het laatste nieuws en artikelen over export en internationaal ondernemen. 42

December 2015 / Nr. 404

Bezoekadres Raamweg 14 2596 HL Den Haag T 070-330 56 00 F 070-330 56 56 E info@fenedex.nl Bestuur Ir. A.M.G. van Hamburg (Voorzitter) Oud-managing director DHV Holding B.V. J.C.M. Albers Managing director export FrieslandCampina A.C.G.M Bastiaansen President iLoc Group B. Bruning Director Atradius Dutch State Business Drs. J.J. Cramer Directeur Grolsch International Mw. M.A.C. van Dijk Algemeen directeur Royal Duyvis Wiener B.V. C.E. van Esch Managing Director B&S Bosman Global Supply Mr. E.W. Mehring (Vice-voorzitter) Rechtsanwalt, Advocaat en Partner Van Till Advocaten D.P. Schuilwerve Managing Director ABN AMRO Bank N.V. R.R.J. Smeets RA (Penningmeester) Partner KPMG Accountants B. van de Vrie Head of Marketing for Business Clients ING Netherlands Ere-Leden Jhr. H.J.M. van der Wyck E.Th. Vroom N.P. Knape Jhr. Mr. A.W.G. van Riemsdijk

Mr. C.W.H. van Dam F. Hauwert Organisatie Bart Jan Koopman Directeur Directie- en Bestuurszaken 070-330 56 20 directie@fenedex.nl Kennis- en adviescentrum 070-330 56 80 keac@fenedex.nl Juridische desk 070-3305690 juridischedesk@fenedex.nl Ledenservice en -werving 070-330 56 80 accountmanagers@fenedex.nl Opleiding en training 070-330 56 60 oet@fenedex.nl Communicatie 070-330 56 70 communicatie@fenedex.nl FinanciĂŤle administratie 070-330 56 40 administratie@fenedex.nl China Desk 070-330 56 83 chinadesk@fenedex.nl Rusland Desk 070- 330 56 88 ruslanddesk@fenedex.nl Turkije Desk 070-330 56 82 turkijedesk@fenedex.nl




Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.