Globe Magazine - januari 2016

Page 1



Magazine voor internationaal ondernemen

GLOBE MAGAZINE

Op de cover Colofon Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen is het maandblad van Fenedex en richt zich op exporterende en internationaliserende Nederlandse bedrijven. Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen verschijnt 11x per jaar. Redactie Bart Jan Koopman (hoofdredacteur) Elmar Otten (eindredacteur) Marianne Elissen (redacteur) Frannie Flinterman (redacteur) Willemijn Gwanmesia (redacteur) Dorine Noordam (redacteur)

René van Geer CEO Secrid De portemonnees met card-protector van Secrid zijn in meer dan vijfenvijftig landen te vinden. Maar ze worden gewoon in Nederland gemaakt.

Contact redactie Fenedex Postbus 90409, 2509 LK DEN HAAG T 070 – 330 56 20 F 070 – 330 56 56 E redactie@globemagazine.nl Vormgeving Silo, Den Haag Druk Veenman+, Rotterdam Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen wordt milieuvriendelijk en op chloorvrij papier (TCF) gedrukt.

Abonnementen Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen wordt verspreid onder leden van Fenedex. Ontvangt u het magazine nog niet? Neem dan contact op met de redactie. Overige verspreiding Relaties van Fenedex in de politiek, bij ambassades en consulaten in het buitenland, werkgeversorganisaties, branche­ organisaties en docenten internationaal ondernemen in het HBO en MBO kunnen Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen toegestuurd krijgen. Verspreiding vindt plaats in controlled circulation. Overname Overname van artikelen en andere informatie is alleen toegestaan na voorafgaande schriftelijke toestemming van de redactie, mits met bronvermelding. Disclaimer Aan de totstandkoming van deze uitgave is uiterste zorg besteed. Fenedex en haar auteurs aanvaarden geen enkele aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden noch voor de gevolgen hiervan. De inhoud van de artikelen hebben een informatieve strekking, zijn globaal en beschrijvend van opzet en kunnen niet worden gezien als juridisch advies. Aan deze informatie kunnen geen rechten worden ontleend.

Foto: Ivo van der Bent

Advertenties Mooijman Marketing & Sales, Julius Röntgenstraat 17 2551 KS DEN HAAG T 070 – 323 40 70 E dm@mooijmanmarketing.nl

“Internationaal zakendoen is een ontzettend mooi spel. Het is schaken op een hoop borden tegelijk. We staan met Secrid nog maar aan het begin.”

ISSN: 2352-5843 Januari 2016 / Nr. 405

3



GLOBE MAGAZINE

Voorwoord

Luchtballon Recent werd ik in een presentatie over strategie geconfronteerd met het voorbeeld van de luchtballon. U weet wel, voor strategie moeten we altijd proberen een beetje van de dagelijkse werkelijkheid los te komen. Het idee is dat je van boven en op afstand de boel wat beter kan overzien. Je werpt wat overbodige ballast af, brengt in relatieve stilte het strategische landschap in kaart en gaat waar nodig een nieuwe koers varen. Een dergelijk moment van ‘strategische reflectie’, is geen overbodige luxe. De waan van de dag is natuurlijk niet alleen een mediafenomeen maar overkomt uzelf binnen uw bedrijf waarschijnlijk ook regelmatig. Niet toevallig is dit een thema dat prima past bij de aankomende jaarwisseling. Wat is er van uw strategie en goede voornemens in het oude jaar terecht gekomen en welke zaken gaat u komend jaar echt anders doen? Een eerlijk zicht op eigen functioneren of het zicht op de richting van de onderneming vraagt om reflectie. Onderzoek in ieder geval de tevredenheid onder uw klanten. Weten zij waar u met de onderneming naar toe wilt? Vraag het vooral ook aan uw eigen medewerkers, zeker de mensen die vanuit hun functie regelmatig contact met de buitenwereld hebben. Een goed zicht op die buitenwereld en de context waarin uw bedrijf opereert helpt daar natuurlijk bij. De wereld ziet er opnieuw weer anders uit dan een jaar geleden en helemaal als u een meerjarig strategisch plan had gemaakt. In dit hele proces hoopt Fenedex u natuurlijk een bijpassend gerust gevoel te geven. Vragen over export kunt u ook in 2016 weer aan ons stellen en wij zullen u dan weer zo goed mogelijk vertellen wat ons perspectief op tal van ingewikkelde en exportgerelateerde ontwikkelingen en regels zijn. Wijzelf zijn ook onderdeel van verandering met onze nieuwe complete samenwerking met de EVO-organisatie in 2016. Zo denken wij strategisch optimaal in te kunnen spelen op juist alle behoeftes die u als bedrijf heeft. Je zou willen dat je op oudejaarsavond kon opstijgen in een luchtballon en heel 2016 aan je voeten zag liggen (zonder dat je door vuurpijlen wordt geraakt) en kon denken, ja we zijn er klaar voor, 2016 wordt een prachtig jaar! Wij wensen u in ieder geval een succesvol en gelukkig nieuwjaar!

Bart Jan Koopman Directeur Fenedex Januari 2016 / Nr. 405

5


GLOBE MAGAZINE

Inhouds opgave

Btw-wijzigingen 2016

Internationale btw-regels zijn voortdurend aan verandering onderhevig. We hebben de belangrijkste wijzigingen voor u op een rij gezet. 

30

Voorwoord 05 Luchtballon Column 09 Vuurwerk Ervaringen 12 Secrid: “Not made in China.” Verkenningen 18 Iran, nu en straks Expertise 22 Dropshipments en de Bill of Lading 24 Elektronisch factureren 27 Actieve veredeling 2016 28 Douane-ontwikkelingen 2016 30 Btw-wijzigingen 2016 Elke maand 10 Kort 11 Vreemde zaken 32 Q&A: Export matters 34 Agenda 36 Fenedex Member Benefits 36 Verenigingsnieuws 37 Expats 6

Januari 2016 / Nr. 405

“Not made in China”

Het bedrijf Secrid heeft een bewuste keuze gemaakt om haar anti-skimming pashouders in Nederland te laten produceren. CEO René van Geer vertelt waarom. 

12


GLOBE MAGAZINE

Dropshipments: grip op uw naam Met dropshipments verkort u levertijden én hoeft u in Nederland minder voorraad aan te houden. Maar hoe zit dat met de B/L? Hoe zorgt u dat de klant niet achter de naam van uw leverancier komt? 

22 18 Iran, nu en straks

De sancties tegen Iran worden de komende jaren mogelijk stapsgewijs verplicht. Ondernemers bereiden zich vast op deze kans voor. Wij zochten uit wat er nú al wel en niet kan. 

Elektronisch factureren

Elektronisch factureren is de grote gedroomde tijdsbespaarder voor zowel verzenders al ontvangers. Toch komt dit fenomeen slechts langzaam van de grond. 

28

24

Douane-ontwikkelingen 2016

Komend jaar treedt het Douane Wetboek van de Unie in werking. Globe Magazine geeft overzicht van de gevolgen voor douane en logistieke processen.  Januari 2016 / Nr. 405

7



GLOBE MAGAZINE

HEIN SCHOTSMAN

Vuurwerk

Column

Vanuit zijn optiek als econoom geeft Hein Schotsman commentaar op internationale handels­ ontwikkelingen.

Schrijven over 2015 terwijl het nog 2015 is: spelen met vuurwerk. Met dat voorbehoud doe ik alsof ik terugblik. Hoe zag 2015 er conjunctureel gezien uit? Bij ons Economisch Bureau richten we ons gemakshalve vooral op de grote blokken, de VS, de eurozone en de opkomende landen. Een bont gezelschap: een land, een muntunie en een vergaarbak van landen die gemeenschappelijk hebben dat ze de armoede ontgroeien. Al jarenlang beginnen zulke terugblikken met koppen als “de opkomende landen liepen opnieuw voorop.” Op zich gold dat voor 2015 ook. De groei was daar met gemiddeld bijna 4% duidelijk hoger dan in de VS en de eurozone (respectievelijk rond 2,5 en 1,5%). Toch was 2015 conjunctureel gezien anders dan anders. De afgelopen jaren waren de opkomende landen de snelle jongens en sukkelde de eurozone achteraan. In 2015 zag je een subtiele verschuiving. De economie van de eurozone trok aan, terwijl de groei in de opkomende landen terugliep. Een aantal opkomende landen belandde in zwaar weer. Voorbeelden zijn Rusland en Brazilië. Rusland had te kampen met lage olieprijzen en boycotten. Brazilië had als exporteur van grondstoffen last van lagere grondstoffenprijzen. Het land kende politieke onrust en is kwetsbaar dankzij een hoge buitenlandse schuld. In beide landen is de economie in 2015 gekrompen. Andere opkomende economieën doen het verrassend goed: Polen en Tsjechië bijvoorbeeld. Voor de Amerikaanse economie was 2015 een licht golvend, maar per saldo bevredigend jaar. Positief was dat de arbeidsmarkt fors verkrapte en dat de huizenmarkt aantrok. Goedkope olie hielp ook. De eurozone groeide in 2015 in een bescheiden tempo. Het was voldoende om de werkloosheid wat te laten afnemen en de overheidsfinanciën in de meeste landen te laten verbeteren. Toch had ik op meer gehoopt. Op veel fronten had de muntunie namelijk wind mee: goedkope olie, goedkope euro (leuk voor exporteurs), lage rente en verbeterde kredietvoorwaarden.

Hein Schotsman is Senior Economist bij ABN-AMRO

De economieën van de eurozone en de VS werden beide geremd door de groeivertraging in de opkomende landen. Het herstel moest vooral van de binnenlandse economie komen. Omgekeerd ondervonden de opkomende economieën hinder van de dreigende renteverhoging in de VS. Die zorgde voor uitstroom van kapitaal naar de VS. Vooral landen als Brazilië, die afhankelijk zijn van buitenlandse leningen, hebben daar last van. De wederzijdse afhankelijkheden zijn groot. Als u dit leest, is 2016 al bijna begonnen. U zult snel weten of ik het spelen met vuurwerk beter aan anderen had kunnen overlaten. Januari 2016 / Nr. 405

9


GLOBE MAGAZINE

Kort nieuws

Kort Wet Meldplicht datalekken Zowel private als publieke organisaties die persoonsgegevens verwerken worden met ingang van 1 januari 2016 verplicht om inbreuken op de beveiliging te melden die leiden tot bijvoorbeeld diefstal, verlies of misbruik van persoonsgegevens. Het doel van de meldplicht is om tot een betere bescherming van persoons­ gegevens te komen. > 3,5 ton

Verder kan het College bescherming persoonsgegevens (Cbp) in meer ge34% een bestuurlijke boete opleggen vallen 20% aan overtreders van privacyregels. Het Cbp mag nu alleen een bestuurlijke boete opleggen bij een overtreding van een administratief voorschrift, bijvoorbeeld de verplichting om de verwerking van persoonsgegevens te melden. Vanaf 1 januari 2016 is dat ook mogelijk bij schending van meer algemene verplichtingen die de wet stelt aan gebruik en verwerking van persoonsgegevens. Bron: Fenedex / Cbp Meer informatie: http://ow.ly/VjyyU

IMDG Tweejaarlijks zijn er wijzigingen in de IMDG (International Maritime Dangerous Goods) Code. > 3,5 ton

Sinds 1 januari 2014 is Amendment 36-12 van kracht. Amendment 37-14 34% 20%

10

Januari 2016 / Nr. 405

treedt op 1 januari 2016 in werking. Bron: Evo Meer informatie: http://ow.ly/VkaI1

IATA Dangerous Goods Regulations Voor de luchtvracht van gevaarlijke stoffen gelden de IATA Dangerous Goods Regulations. De voorschriften zijn gebaseerd op de ICAO Technical Instructions.

Jaarlijks worden er nieuwe voorschriften opgenomen en bestaande voor> 3,5 ton schriften worden zo nodig aangepast. Bron: Evo 34%informatie: http://ow.ly/Vkcbc Meer

Unit (OBU) aan de hand van GNSS(satelliet) en GSM-technologie. De te betalen tol wordt bepaald aan de hand van vier parameters: het aantal gereden kilometers, het wegtype, de Maximaal Toegelaten Massa (MTM) en de EURO-emissieklasse. Vanaf 1 oktober 2015 kunnen eigenaars van vrachtwagens (+3,5t) zich registreren via http://www.satellic.be, of via service punten in België en in de omringende landen. Na registratie van het voertuig en betaling van een waarborg wordt een On Board Unit ter beschikking gesteld. Een OBU is een mobiel toestel waarover elke vrachtwagen (+3,5t) die vanaf 1 april 2016 op de Belgische wegen rijdt moet beschikken. Bron: Fenedex

20%

Invoering Belgische tol Op 1 april 2016 treedt het kilometerheffings­ systeem voor binnen- en buitenlandse vrachtwagens boven 3,534% ton in België in werking. Deze 20% heffing zal minstens van toepassing zijn op het huidige ­Eurovignet-wegennet, dat bestaat uit de autosnelwegen, de ring­ wegen rond de belangrijkste steden, en een aantal belangrijke hoofdwegen. > 3,5 ton

Het kilometerheffingssysteem maakt gebruik van technologie om tol te innen namens de drie gewesten in België vanaf 1 april 2016. De tol wordt berekend via een On Board

Meer dan helft internationaal transport is doorvoer of wederuitvoer > 3,5 ton

Meer dan de helft van de goederen die 34% 20% Nederland binnenkomen wordt doorgevoerd of wederuitgevoerd.

In 2014 kwam er 591 miljard kilo goederen ons land binnen. Daarvan werd 34 procent doorgevoerd en 20 procent wederuitgevoerd. Bron: CBS Volledig bericht: http://ow.ly/VkdOW


GLOBE MAGAZINE

Vreemde zaken

ELMAR OTTEN

Vreemde Zaken

De skipiste­ verlichting Slope Lighting Solutions maakt led­ verlichting voor skipistes, een echte nichemarkt. Hun belangrijkste product heet Arctic Beam. Globe Magazine sprak met managing director Bram Cohen. Hoe zijn jullie in dit wereldje terecht gekomen? “Via onze voormalige aandeelhouder. Die had een relatie in Noorwegen en die relatie had weer een vriend die als operations manager in een skiresort werkte. Van hem kwam de vraag naar ledverlichting. We hebben toen marktonderzoek gedaan en kwamen tot de conclusie dat het een interessante nichemarkt is om een product voor te ontwikkelen. Ook skiresorts willen en moeten duurzamer opereren. Het benutten van de berg buiten de daglichturen is ook steeds meer een noodzaak om de exploitatie in skiresorts gezond te houden. De populariteit van avondskieën neemt toe. Is een piste verlichten anders dan bijvoorbeeld een weg of sportveld? “Lichtplantechnisch gezien is er wel verschil. Pistes zijn geen egale vlakken, maar vaak bochtig, hobbelig en met een hellingsgraad. Daar moet je rekening mee houden. Maar verder denk ik dat de overwegingen en procedures hetzelfde zijn: vergunningen, verlichtingseisen, zorgen om strooilicht et cetera.” Waar zijn jullie actief? “We zijn in de Alpenlanden actief, maar ook in Canada en Verenigde Staten - de lastigste maar ook de grootste markt –, in Scandinavië

en in een aantal Oost-Europese landen. Wij maken gebruik van agenten/distributeurs en zij staan op beurzen voor toeleveranciers aan de ski-industrie. Wij ondersteunen on- en offline.” Zijn jullie ook leverancier bij wedstrijden? “Dat is de volgende stap. Tot nu toe installeren we onze verlichting ten behoeve van zogenaamde klasse III en klasse II ski-activiteiten. Dat wil zeggen op recreatieniveau en amateurtrainingen. Dat is de grootste markt. Op wedstrijdniveau komt ook al snel de eis om het te kunnen uitzenden op televisie. Dat vereist lichtniveaus die vijftien keer zo hoog liggen. Kan wel met ledverlichting, maar je hebt dan heel veel armaturen nodig of veel grotere ledarmaturen om de warmte, die de veel krachtiger leds genereren, af te voeren. Een van onze agenten werkt deels voor de FIS (Federation Internationale du Ski), die eindverantwoordelijk is voor wedstrijdorganisatie wereldwijd. Dus qua netwerk zitten we wel goed.”

Slope Lighting Solutions Opgericht: 2013 Hoofdkantoor: Amsterdam Aantal werknemers: 7 Voornaamste export­ product: Arctic Beam Voornaamste export­ landen: Oostenrijk, Zwitserland, Finland Exportomzet: 99%

Op welk project zijn jullie het meest trots? “Dat is een project dat we samen met onze distributeur hebben gedaan in Hochfugen, Oostenrijk. Het had nogal wat voeten in de aarde door een tijdrovende millieugerelateerde vergunningenprocedure. We zijn uiteindelijk samen met de distributeur en de bedrijfsleider van het skiresort naar de Tiroler Umwelt­anwaltschaft in Innsbruck gegaan - zeg maar de milieu­ ombudsman van Tirol - en hebben daar een overtuigende presentatie gegeven. Dat hele traject duurde bijna een jaar.” Januari 2016 / Nr. 405

11


GLOBE MAGAZINE

 René van het Geer “Groei is meer een kwestie van op de rem trappen dan gas geven.”

12

Januari 2016 / Nr. 405


GLOBE MAGAZINE

ARLETTTE VAN DER VLIET, FRANNIE FLINTERMAN IVO VAN DER BENT

Steeds minder contant geld en steeds meer pasjes in je portemonnee. Secrid speelt in op deze trend en bedacht daarom de ultieme kaarthouder. Het merk verovert gestaag de wereld.

Not made in China In de oude Caballero fabriek in Den Haag, geflankeerd door designers, evenementenbureaus en architecten, heeft Secrid haar kantoor. De locatie ademt innovativiteit en creativiteit en past daarmee perfect bij het snel groeiende portemonneemerk Secrid. In slechts zes jaar tijd wisten zij van start-up naar succesverhaal te gaan. Globe Magazine is benieuwd naar het geheim van Secrid en vraagt daarom CEO René van Geer het hemd van het lijf.

In een display liggen de verschillende kleuren en modellen van de portemonnee van Secrid. Wat direct opvalt is het kleine formaat en de aluminium cardprotector die is geïntegreerd in het ontwerp. René: “Het uitgangspunt van onze portemonnee is dat je hem makkelijk met je mee kunt nemen in je broekzak, terwijl je pasjes en je privacy beschermd worden. De aluminium cardprotector zorgt er namelijk voor dat betaalpassen met een op afstand uitleesbare chip beschermd zijn tegen skimming. Het is een ontwerp van mijn partner Marianne, Paul van Diepen en mijzelf. We zagen eind jaren negentig al dat consumenten steeds meer passen kregen. De traditionele portemonnee bood hier onvoldoende bescherming en plek voor. In 1997 ontwierpen we onze eerste kaarthouder, de Bodycard. Deze hebben we een aantal jaren in Nederland verkocht. We deden dit naast ons werk voor ons industrieel ontwerp­bureau en de

Bodycard kwam mede daarom nooit helemaal van de grond. De ontwerpbranche kreeg tijdens de crisis een enorme klap, in 2008 stond het water ons aan de lippen en werden we gedwongen om na te denken over de toekomst. We besloten onze droom, een eigen productlijn, te gaan najagen. Zo is Secrid geboren. Negen maanden later brachten we onze eerste kaarthouder op de markt. Het ontwerp werd al snel opgemerkt, nog geen jaar later werden we onderscheiden met een Red Dot Design Award. Maar nog belangrijker, er bleek ook markt voor ons product. We hebben sinds de lancering onze omzet ieder jaar weten te verdubbelen en zijn ondertussen in meer dan vijfenvijftig landen te vinden.” Remmen of gasgeven “Wat we de afgelopen zes jaar bereikt hebben is natuurlijk fantastisch, vervolgt René. Groei blijkt desalniettemin meer een kwestie van op de rem trappen dan gas geven. Bij elke fase kwamen we een andere beperkende factor tegen. In het begin was geld het grootste struikelblok. Groei vraagt om investeringen, maar waar haal je die vandaan? Wij wilden koste wat het kost onze onafhankelijkheid behouden, ook al betekende dat, dat grote investeringsclubs geen optie waren. Via ons eigen netwerk hebben we de benodigde investeringen kunnen vinden. Dat dit een langzamere groei tot gevolg had, hebben we voor lief genomen. De volgende beperkende factor die wij hebben moeten overwinnen, is Januari 2016 / Nr. 405

13


GLOBE MAGAZINE

het tekort aan productiecapaciteit. Ook dit hebben we kunnen oplossen. De nieuwe uitdaging is de interne organisatie. Groei en dan vooral internationale groei vraagt veel van de organisatie. Het contact met en het opleiden van agenten en winkels in het buitenland kost veel tijd, we zijn druk bezig er voor te zorgen dat we dit op hoog niveau kunnen blijven doen.”

Stap naar het buitenland In zo’n korte periode export naar vijfenveertig landen opzetten is zeer indrukwekkend. Had Secrid vanaf de start al internationale ambities? René: “Nederland is een heel klein landje. Dus ja, het buitenland was voor ons altijd in beeld. We waren er van overtuigd dat ons merk ook internationaal succes kon behalen. Gelukkig klopt dit, maar het gaat niet vanzelf. Neem Duitsland, dat blijkt een veel moeilijkere markt dan we in eerste instantie dachten. Het is een traditionele markt waar we moeizaam voet aan de grond krijgen. Wat ook niet helpt is dat de agent die we hadden aangesteld er niets van bakte. De eerste jaren was onze policy: vinden we je aardig, dan doen we zaken met je en anders niet. Dit gaat soms goed, maar zoals in het geval van Duitsland, soms ook niet. Tegenwoordig zijn we selectiever. Maar nog steeds zoeken we mensen met wie we een klik 14

Januari 2016 / Nr. 405

hebben en die bij onze bedrijfsfilosofie passen. Tot onze verbazing bleek Scandinavië veel gemakkelijker. De agenten en de winkels waren enthousiast en de stijl van zakendoen sluit goed aan op die van Secrid.” Retail Dus bij een citytrip naar bijvoorbeeld Stockholm vinden we een Secrid display in Åhléns, een van de bekende Scandinavische warenhuizen? “Nee”, lacht René. “Onze strategie is zakendoen met de zelfstandige retailer. Persoonlijk vind ik al die grote ketens een verarming van het culturele landschap. Juist de zelfstandige retailers geven sfeer. Vergeet daarbij niet dat wij een merk proberen te bouwen. Natuurlijk hebben we direct landelijke dekking wanneer Secrid wordt opgenomen in het assortiment van een groot warenhuis. We zijn dan wel een hele kleine vis in een grote oceaan. We vallen onvoldoende op en kunnen te weinig persoonlijke aandacht geven. De kleinere retailers fungeren als ambassadeur voor ons merk. We trainen en enthousiasmeren ze voor onze producten, zodat zij op hun beurt klanten aanraden Secrid te kopen. Voor deze winkels zijn wij een belangrijk merk geworden en dit koesteren we. We adverteren niet, onze ambassadeurs weten tot nu toe nog steeds een groeiende groep consumenten te bereiken. Deze persoonlijke benadering is ook een van de redenen waarom wij met agenten werken en niet met distributeurs. Wij willen zelf contact met de winkels, zo houden we grip. Bij een distributeur weet je soms niet waar je product terecht komt. Daarbij zal een distributeur, vooral in het begin van een samenwerking, vaak kiezen voor een beperkt aantal modellen uit de collectie. Wij zien graag dat onze hele lijn in de winkels ligt. Daarom zorgen we ervoor dat we zelf altijd alle modellen op voorraad hebben.” Online verkoop Als jullie zelf grip willen houden, is e-commerce dan niet de ideale entreestrategie voor Secrid? René: “Tot nu toe zijn onze belangrijkste online partners de winkels die ook een website hebben. Eigenlijk is de online strategie niet anders dan de offline. We hebben er voor gekozen om niet te leveren aan de grote online retailers zoals Bol.com of Amazon. Vanaf dag één is de Secrid-collectie wel te koop op onze eigen website, maar deze


GLOBE MAGAZINE

“Tot onze verbazing bleek Scandinavië veel gemakkelijker. De stijl van zakendoen sluit goed aan op die van Secrid.”

promoten we niet actief. Ik denk dat je als merk niet zonder eigen website en webwinkel kan, maar dat wil niet zeggen dat dit ten koste gaat van de winkels. Voor ons is onze webshop wel de snelste antenne op de markt. Je leert ontzettend veel over je doelgroep. Waar zoeken ze op? Waar klikken ze op? Zijn er trends te zien in het ruilgedrag van je klanten? Slaan nieuwe producten aan? Kortom, een hoop onmisbare informatie. Volgend jaar hopen we wel te starten met een webshop specifiek voor de VS. We zijn al drie jaar bezig met de VS maar het is een moeilijke markt. Grote retailketens bepalen veelal het gezicht van steden en winkelcentra en dat past niet bij ons. Het aantal onafhankelijke winkels waarin Secrid te vinden is, groeit wel gestaag maar we hopen met de webshop een boost te kunnen geven aan het merk.”

René en ontwerpster Marianne van Geer-van Sasse van Ysselt inspecteren stofrollen.

Succes betekent vaak ook dat je idee gekopieerd wordt. Heeft Secrid daar al last van? René: “We hebben het geluk dat onze producten niet makkelijk te produceren zijn. Het ziet er misschien simpel uit, maar schijn bedriegt. Dit houdt mensen helaas niet tegen om het toch te proberen. Er zijn al verschillende goedkope, slecht werkende kopieën op de markt gebracht. Wij hebben gelukkig een aantal patenten op onze producten en kunnen copycats daarom aanpakken. Dit doen we ook actief, want slecht Januari 2016 / Nr. 405

15



GLOBE MAGAZINE

werkende knock offs zijn schadelijk voor ons merk. Tot nu toe hebben we al zeven bedrijven succesvol van de markt gehaald. Ook in China hebben we op dit moment een procedure lopen. Gelukkig is het tegenwoordig ook daar mogelijk inbreuk op je intellectueel eigendom aan te pakken. We hebben zelfs de support van de grote online marktplaats Alibaba. We hoeven maar een mail te sturen en binnen vierentwintig uur wordt het nepproduct verwijderd.”

grote bergen producten af zetten in het buitenland. Het kost tijd een merk volwassen te maken en ik denk dat we nog maar aan het begin staan. We zijn nog steeds onze weg aan het zoeken. Gelukkig vind ik internationaal zakendoen een ontzettend mooi spel. Het is schaken op een hoop borden tegelijkertijd.”

Not made in China Wat is de belangrijkste misconceptie over Secrid? “Veel mensen denken dat wij een ‘made in China’ product hebben. Dat is absoluut niet waar. Sterker nog ‘not made in China’ is voor ons heel belangrijk. We hebben dus bewust voor productie in Nederland gekozen. Inmiddels zijn we de grootste portemonneefabriek in Nederland. Het ontwerp is zo aangepast dat het hier kan worden gemaakt op een schone, goede, verantwoorde en betaalbare manier. Ik merk dat veel consumenten geen idee meer hebben wat echte prijzen zijn. Producten liggen voor kostprijs in de schappen en men sluit de ogen voor het feit dat ze in de lage lonen landen vaak onder slechte werkomstandigheden gemaakt zijn. Wij willen hier niet aan meewerken. De verschillende onderdelen van de portemonnee komen van vijfentwintig productielocaties in Nederland en worden in sociale werkplaatsen geassembleerd. En nee, de sociale werkplaatsen hebben we niet puur uit kostenoverweging gekozen. Werk is een belangrijk sociaal aspect in het leven van mensen. Hier dragen wij graag aan bij door ook mensen met een beperking werk te bieden. Ze leveren uitstekende kwaliteit, zijn trots op hun werk en wij betalen ze daar een eerlijke prijs voor. Gelukkig doen steeds meer bedrijven dat. Met als gevolg dat de sociale werkplaats in Leiden sinds kort zonder subsidie haar hoofd boven water kan houden. Al met al hebben we ondertussen aan de productiekant honderdtwintig en op kantoor vijftig banen gecreëerd in Nederland en daar ben ik best trots op.” Tenslotte vragen we René naar de ambities van Secrid. “Een droom voor de toekomst hebben we zeker. We willen wereldwijd een sterk merk bouwen, waarbij we trouw blijven aan onze eigen uitgangspunten. Dit vinden we belangrijker dan

Medewerker Luuk is bezig met de assemblage van displays. Januari 2016 / Nr. 405

17


GLOBE MAGAZINE

SEBASTIAAN BENNINK, YVO AMAR

De opschorting van het Iraanse sanctieregime biedt het Nederlandse bedrijfsleven kansen. Wat is er op dit moment wel en niet mogelijk?

Sanctieverlichtingen

Iran, nu en straks Op 14 juli 2015 hebben de E3+3 en Iran een alomvattend akkoord over het nucleaire programma van Iran bereikt. Dit betreft een raamwerkakkoord gericht op een beperking van het Iraanse nucleaire programma, dat voorts uitsluitend voor vreedzame doeleinden zal mogen worden aangewend. Indien het Internationale Atoomenergie Agentschap (“IAEA”) geverifieerd heeft dat Iran aan alle voorwaarden uit het akkoord heeft voldaan, staat daar een gefaseerde afbouw van de sancties van de VN, EU en VS tegenover. Indien Iran op enig moment gedurende de looptijd van het akkoord niet voldoet aan de voorwaarden van het akkoord zullen door middel van een ”snapback” mechanisme de sancties automatisch opnieuw kunnen worden

ingesteld. Het akkoord voorziet niet in een opheffing van de EU humanitaire sancties die gelden tegen Iran. Afbouw sancties Wat gaat er veranderen? Het akkoord voorziet in 3 fasen waarin het sanctieregime tegen Iran wordt opgeschort. Tijdens de eerste fase worden de sancties ten aanzien van de financiële en verzekeringssector, de olie- en gassector, de scheeps- en transportsector, goud, edelmetaal, bankbiljetten en munten opgeschort. Dit gebeurt nadat de IAEA heeft geverifieerd dat Iran aan de voorwaarden van het akkoord heeft voldaan. Dat zal naar verwachting op zijn vroegst in de eerste helft van 2016 gebeuren. Daarnaast worden ook sancties tegen bepaalde individuen opgeheven. Tijdens de tweede fase, ongeveer acht jaar na aanvang De bazaar van Tabriz.

18

Januari 2016 / Nr. 405


GLOBE MAGAZINE

van de eerste fase, of wanneer het IAEA heeft geconcludeerd dat Iraans nucleaire programma enkel nog een vreedzaam karakter heeft, worden de sancties die zien op goederen voor tweeërlei gebruik, het vervoer van goederen en technologieën die op de gemeenschappelijke EU-lijst van militaire goederen staan, bepaalde software, technologie en wapens opgeheven. Ook tijdens deze fase worden sancties geldend tegen individuen verlicht. Tijdens de derde fase, naar verwachting tien jaar na aanvang van de eerste fase, worden de resterende sancties tegen Iran en Iraanse personen opgeheven. Huidige mogelijkheden Het Nederlandse bedrijfsleven is druk aan het onderzoeken wat de mogelijkheden zijn om de handelsrelaties met Iran te herstellen. Indien men naar Iran wenst te reizen en met potentiële zakenpartners wenst te spreken over mogelijk te sluiten overeenkomsten, zal men zich moeten realiseren dat de sancties vooralsnog onverkort gelden. Dat betekent dat men in bepaalde sectoren, zoals de olieen gasindustrie, niet zonder meer mag overgaan tot contracteren en dat men niet met direct of indirect gesanctioneerde partijen een contract mag aangaan. Zolang de sancties nog gelden, blijven financiële instellingen bovendien zeer terughoudend voor wat betreft het uitvoeren van transacties met (een) Iraanse component. Gelet hierop is het van belang dat u een zorgvuldige inschatting maakt van de risico’s die u en uw bedrijf (mogelijk) lopen wanneer u voornemens bent uw product of dienst af te zetten op de Iraanse markt.

Eram Park in Shiraz.

Hieronder bespreken wij enkele beperkende maatregelen waar u rekening mee dient te houden wanneer u zaken wenst te doen met Iran. Verbod technische bijstand Het is verboden of het vereist een vergunning om direct of indirect “technische bijstand” te verlenen aan een Iraanse (rechts)persoon, entiteit of lichaam. Het begrip “technische bijstand” dient ruim te worden opgevat en omvat elke steun in verband met bijvoorbeeld reparaties, ontwikkeling en onderhoud ten aanzien van goederen of technologie en kan ook de vorm aannemen van instructies, advies, opleiding en mondelinge bijstand, mits uiteraard de goederen en technologie waarop dit betrekking heeft, onder de sancties vallen.

Verbod aangaan overeenkomsten met gesanctioneerde partijen Het is verboden overeenkomsten te sluiten met een direct of indirect gesanctioneerde Iraanse (rechts) persoon. Gaat u daarom goed na met welk bedrijf u zaken doet, wie direct of indirect (economisch) eigenaar is van dat bedrijf en of wellicht een gesanctioneerde (rechts)persoon zeggenschap uitoefent over dat bedrijf, bijvoorbeeld doordat hij bestuurder van dat bedrijf is. Het is verstandig om de mate waarin u dergelijk onderzoek verricht, te laten afhangen van de potentiële risico’s. Bij aanwijzingen dat er mogelijk gesanctioneerde partijen betrokken zijn, zal van u nader onderzoek worden verwacht.

“Voorlopig blijven financiële instellingen zeer terughoudend.”

Tussenhandeldiensten Voor tussenhandeldiensten gelden ook beperkingen. Dit betekent dat het verboden is of dat een vergunning vereist is om te onderhandelen over, of het regelen van, transacties ten aanzien van bepaalde goederen, diensten of technologie van een derde land voor gebruik door een derde land, of met het oog op het overbrengen daarvan naar een derde land, wanneer deze zich bevinden in een derde land.

Het sluiten van een overeenkomst waarin u over en weer verplichtingen aangaat, kan op zichzelf al worden beschouwd als het ter beschikking stellen van een economisch middel aan de betreffende partij. Kennelijk sluiten verscheidene Europese partijen momenteel reeds intentieovereenkomsten of zelfs overeenkomsten onder de opschortende voorwaarde dat de sancties definitief worden opgeheven. Daarmee dient echter uiterst voorzichtig te worden omgegaan. Op zijn minst dient te worden voorkomen dat er Januari 2016 / Nr. 405

19



GLOBE MAGAZINE

De Tohid tunnel in Teheran, met op de achtergrond het Alborz gebergte.

afdwingbare verplichtingen ontstaan voordat het Iraanse sanctieregime is opgeheven. Dit omdat men anders de sancties overtreedt, hetgeen een strafbaar feit oplevert. Het dient dus voor alle partijen volkomen duidelijk te zijn dat een dergelijke overeenkomst niet afdwingbaar is totdat de sancties zijn opgeheven. Beperkingen in het betalings­ verkeer Het betalingsverkeer tussen de EU en Iran is op dit moment beperkt. Geldovermakingen tussen Iraanse banken en Europese banken zijn in beginsel verboden. Iraanse banken zijn ook afgesloten van het SWIFTsysteem. Overschrijvingen tussen niet-Iraanse banken en Europese banken in het kader van transacties met een Iraanse component zijn in beginsel wel toegestaan, maar vereisen (met gebruik van drempelbedragen) een melding aan, of toestemming van, de bevoegde toezichthouder. In de praktijk blijkt dat Europese banken een strenger beleid voeren ten aanzien van Iran dan volgens de sanctieregelgeving is vereist. Soms weigeren zij zelfs transacties met een Iraanse component uit te voeren. De verwachting is dat dit beleid de komende tijd niet zal veranderen. Veel Europese banken zijn ook actief in de VS en dat betekent dat

zij kunnen worden bestraft als zij de Amerikaanse sanctiewetgeving niet naleven. Nu bepaalde sancties die geen verband houden met het Iraanse nucleaire programma, zoals de VS-sancties ten aanzien van terrorisme, mensenrechten en ballistische raketten, van toepassing blijven, zal het naar alle waarschijnlijkheid nog enige tijd ingewikkeld blijven om transacties met een Iraanse nexus uit te voeren. Dual-use Verordening Uiteraard blijft de bestaande exportcontrole regelgeving, zoals deze onder andere staat beschreven in de EU Dual-use Verordening, onverminderd van kracht. Dat betekent dat het verboden is of het vereist een vergunning om dual-use goederen of technologie direct of indirect te verkopen, te leveren of over te dragen een Iraanse (rechts)persoon wanneer deze geheel of gedeeltelijk bedoeld zijn of kunnen zijn voor militair gebruik of een militair eindgebruiker.

tegen Iran. Tot die tijd blijven de bestaande sancties van kracht en is overtreding daarvan nog steeds strafbaar. Het is daarom van groot belang goed te identificeren welke eventuele risico’s u loopt wanneer u van plan bent naar Iran af te reizen en er voor te zorgen dat uw compliance op orde is. Mocht u meer willen weten over de mogelijkheden voor uw bedrijf, de (reikwijdte van de) voor Iran geldende sancties en de eventuele gevolgen daarvan voor uw bedrijf, of op de hoogte gehouden willen worden van de ontwikkelingen ten aanzien van Iran, dan vernemen wij dat uiteraard graag van u.

Mr Sebastiaan Bennink en Mr Yvo Amar zijn beiden advocaat bij B&A Law te Amsterdam. www.balaw.nl

Conclusie en aanbevelingen Het opheffen van het Iraanse sanctieregime zal veel investeringsmogelijkheden bieden de komende jaren. De voorgestelde sanctieverlichting is echter gekoppeld aan de uitvoering van het akkoord door Iran en op de korte termijn betekent het dat er geen directe verandering is in de sancties of andere restrictieve maatregelen Januari 2016 / Nr. 405

21


GLOBE MAGAZINE

Bij rechtstreekse belevering van uw afnemer door uw leverancier verkort u de levertijd en bespaart u voorraaden transportkosten. Maar wat te doen als u niet wilt dat uw afnemer uw leverancier bij naam kent?

IVO VERAART

Drop shipments en Bill of Lading

Grip op uw naam Het kan voorkomen dat het niet wenselijk is dat de naam van de fabrikant op de B/L wordt vermeld. Hieronder zal ik ingaan op een aantal motieven daarvoor en hoe u er vervolgens voor kunt zorgen dat de transport­ documenten met úw naam als shipper worden opgemaakt.

De eerste, meest voor de hand liggende reden is een commerciële. In veel situaties is het wellicht geen probleem dat klant A te weten komt wie leverancier C is. Bijvoorbeeld als levering plaatsvindt vanuit een van uw eigen fabrieken. Er kan echter ook sprake zijn van een situatie waarin u er belang bij heeft dat uw klant niet te weten komt wie uw leverancier is, en het is dan dus wenselijk dat deze gegevens worden afgeschermd, anders belt uw klant (A) hem (C) voor­ taan direct. U (B) verliest dan uw marktpositie. Afschermen van de identiteit heeft dan een commercieel belang.

gebruik van een Letter of Credit tussen u (B) en de eindklant (A) zult u documenten - waaronder de B/L - onder het L/C moeten inleveren met uw naam er op als shipper om gecrediteerd te worden door de bank. Een B/L met de naam van de leverancier als verscheper zal niet worden geaccepteerd.

“Uw eigen naam op de B/L?”

Er is ook een directe financiële reden. Bij 22

Januari 2016 / Nr. 405

Daarnaast is er ook een logistieke reden om de transportdocumenten op te laten maken met uw naam er op; als op alle documenten dezelfde (uw) naam als shipper/seller/exporter vermeld staat, dan zal de douane in het land van bestemming waarschijnlijk minder snel geneigd zijn vragen te stellen en/of de lading te blokkeren in verband


GLOBE MAGAZINE

ik

met afwijkingen in naamgeving in documenten. Uniformiteit in documenten verkleint de kans op oponthoud in de keten en daarmee kosten. Wat kunt u doen? Er zijn twee mogelijkheden om ‘grip’ op de (opmaak van) transportdocumenten te houden. Optie 1 Inkoop bij de leverancier op basis van FCA laadhaven (of desnoods FOB), vervolgens zelf verkopen op een C- of D term, en zelf de organisatie van het transport ter hand nemen, al dan niet via een expediteur. In de boeking en verschepingsinstructie vervolgens expliciet, duidelijk aangeven dat u als shipper vermeld wilt worden op de B/L. Eigenlijk dubbelop omdat u in dit geval sowieso de contractuele wederpartij van de carrier bent, maar carriers hebben er nogal een handje van om in deze situatie tóch de naam van de leverancier als shipper te vermelden. Indien u de organisatie van de logistiek heeft uitbesteed, spreek dit dan goed door met uw logistiek dienstverlener, en zorg dat ze goede instructies uitsturen. Laat ze geen foutief opgemaakte B/L’s accepteren. ik

Optie 2 Inkoop bij de leverancier op basis van een C- of D term, uw leverancier regelt en betaalt het transport tot aan de loshaven, maar de de originele B/L zal nu worden opgemaakt met de naam van de leverancier erop als shipper. Dat is onwenselijk, om de eerder gemelde redenen. In de scheepvaart is hier een oplossing voor; de zogenaamde Switch B/L. Deze switch B/L wordt opgemaakt naast / ter vervanging van de originele B/L. Belangrijk is dat u hier duidelijk om vraagt bij de leverancier, en hij zal vervolgens via zijn expediteur de carrier moeten instrueren, u blijft dus wel afhankelijk van uw leverancier (doet hij dit wel goed?). Daarnaast zijn met de opmaak van een Switch B/L kosten gemoeid, 150 USD is geen uitzondering.

Serie Dropshipments Komend nummer behandelen we in Globe Magazine het onderwerp Dropshipments & BTW.

Ivo Veraart is directeureigenaar van Avontade, auteur van de poster ‘documenten bij export’ en als gastdocent verbonden aan Fenedex.

Andere documenten Naast de transportdocumenten is het eveneens van belang om bij drop shipments te kijken naar de overige benodigde documenten, zoals het certificaat van oorsprong. Wat zijn de mogelijkheden om dat op uw naam af te geven in het land van export? Hierop zal in een vervolgartikel nader worden ingegaan.

Januari 2016 / Nr. 405

23


GLOBE MAGAZINE

GERARD BOTTEMANNE

Elektronisch factureren levert aantoonbaar voordelen op en mag zich al jaren verheugen op een grote belangstelling vanuit zowel overheden als het bedrijfsleven. Waarom is elektronisch factureren dan nu nog niet op grote schaal doorgebroken?

Elektronisch factureren

Het wachten is op één internationale standaard Het louter aanmaken en verzenden van een factuur in PDF-formaat is geen elektronisch factureren in optimale zin. Dit levert voor de afzender weliswaar een besparing op (met name in de zin van portokosten), maar voor de ontvanger van een dergelijke factuur niet. Deze laatste moet een in PDFformaat ontvangen factuur veelal nog handmatig inboeken. Het ontvangen en verwerken van elektronische facturen, aangeduid als ‘elektronische factuurverwerking’, levert wel een significante tijdsbesparing op voor de ontvanger. Elektronische factuurverwerking wordt ook gezien als onderdeel van het omvangrijkere ‘purchase to pay’ proces dat duidt op het traject, bekeken vanuit de afnemer, dat start met de aankoop en dat eindigt met de betaling van de inkoopfactuur. 24

Januari 2016 / Nr. 405

Exporterende bedrijven hebben te maken met uitgaande- en inkomende facturen gericht op en ter ondersteuning van primaire exportactiviteiten. Gezien het internationale karakter en dito regelgeving is er sprake van een grote variëteit aan factuurvoorschriften en factuurstandaarden. Zo is bijvoorbeeld in de Europese Unie digitaal factureren toegestaan in alle lidstaten, maar ieder land bepaalt zelf zijn eigen regels en voorwaarden. Om het proces van elektronisch factureren internationaal te ondersteunen kan een Billing Service Provider (BSP) ingeschakeld worden. BSP’s treden op als intermediair tussen (veelal internationale) afzenders en ontvangers van facturen. Dit kan door het beschikbaar stellen van een portal waar afzenders facturen kunnen aanleveren en ontvangers facturen kunnen inzien; of bijvoor-

XML XML ‘Extensible Markup Language’ is een veelgebruikte standaard waarmee de structuur van documenten wordt vastgelegd. In dit artikel wordt niet ingegaan op de opbouw van XML. Noemenswaardig is wel dat tegenwoordig verreweg de meeste berichtenstandaarden op XML zijn gebaseerd. Dat laatste geldt ook voor de standaarden die betrekking hebben op elektronisch factureren. XML kan dus gezien worden als de moeder van vele berichten- of documentstandaarden. Meer informatie over XML is te vinden op www.xml.org.

BPS


GLOBE MAGAZINE

BPS

BPS

BPS

beeld door het omzetten van facturen in juiste formaten om door te sturen aan de legacy systemen van ontvangers of precies andersom. BSP’s kunnen hun kennis van internationale regelgeving, denk aan verschillende BTW-regimes, daarbij inzetten als onderdeel van de dienstverlening. Als afzender en ontvanger werken met verschillende BSP’s wordt gesproken over het 4-corner model, waarbij BSP’s onderling berichten (factuur en desgewenst andere documenten) uitwisselen. Bij het inschakelen van een BSP moet wel rekening gehouden worden met extra afhandelings­kosten, die afhankelijk zijn van factoren als de soort d ­ ienst­verlening en het aantal (factuur)transacties.

positief, maar is louter gericht op elektronisch factureren in de keten ‘Business to Governance’ (B2G) en dus (nog) niet in de keten ‘Business to Business’ (B2B) die vele malen omvangrijker is. Er zijn internationaal de nodige organisaties en initiatieven om te komen tot standaardisatie op het gebied van elektronisch factureren. Om een indruk te geven en zonder limitatief te zijn, worden genoemd:

“Een internationale standaard is nodig voor succes.”

Richtlijn 2014/55/EU In het Publicatieblad van de Europese Unie is op 6 mei 2014 de Richtlijn 2014/55/EU van het Europees Parlement betreffende elektronische facturering bij overheidsopdrachten verschenen. De lidstaten moeten uiterlijk 27 november 2018 aan deze richtlijn voldoen. In het kader van deze Richtlijn ontwikkelt CEN, de Europese normalisatieorganisatie, een Europese norm voor het datamodel voor elektronisch factureren, evenals een aantal ondersteunende normdocumenten. Dit klinkt op het eerste gezicht erg

• OASIS OASIS (Organization for the Advancement of Structured information Standards) is een private (wereldwijde) organisatie op het gebied van standaardisatie.

• UBL OASIS heeft UBL (Universal Business Language) op de markt gebracht. UBL is een standaard voor het elektronisch uitwisselen van (bedrijfs)documenten, zoals inkooporders en facturen. UBL maakt gebruik van de standaard XML en gebruik van de UBL standaard is gratis (royalty-free). Denemarken loopt sinds 2005 voorop met het gebruik van UBL. Landen als Noorwegen, Zweden en IJsland maken eveneens gebruik van UBL. Het gaat dan om UBL 2.0 en sinds vorig jaar ook 2.1. Een uitgebreid overzicht van landen en segmenten

waar UBL wordt toegepast is terug te vinden op Oasis-open.org. • UN/CEFACT UN/CEFACT (Centre for Trade Facilitation and Ebusiness) had als eerste doel het vertalen van de al langer bestaande EDIFACT standaarden naar XML. Op het gebied van e ­ Factureren is UN/CEFACT een standaard die parallel loopt aan UBL. OASIS heeft UBL echter op de markt gebracht om de adoptie van XML-berichten te versnellen. • GS1 GS1 is een internationale onafhankelijke non-profit organisatie die zakelijke partijen (retailers, leveranciers, logistieke dienstverleners) bij elkaar brengt. GS1 verschaft globale standaarden, gericht op het elektronisch uitwisselen van handelsdocumenten als orders, pakbonnen en facturen.

BPS

• ISO ISO (International Organization for Standardization) met onder andere de standaards ISO 3166 t.b.v. landencodes en ISO 4217 t.b.v. valutacodes. Januari 2016 / Nr. 405

25


GLOBE MAGAZINE

• Peppol PEPPOL staat voor Pan European Public Procurement Online. Het PEPPOL project is in 2008 gestart als een testproject van de Europese Commissie. Met het initiatief werd de UBL-adoptie in de publieke sector naar elf landen opgeschaald: Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Italië, Noorwegen, Oostenrijk, Portugal, het Verenigd Koninkrijk en Zweden. In de kern verschaft PEPPOL een elektronische (data)transport infrastructuur, die het voor overheden en bedrijven in Europa mogelijk maakt via hun IT-systemen op een eenvoudige, efficiënte en betrouwbare wijze data en zakelijke documenten (elektronisch) uit te wisselen. Sinds 1 september 2012 is de OpenPEPPOL vereniging opgericht, nadat de oorspronkelijke PEPPOL pilot succesvol was afgerond. Bovenstaande is slechts een deel van de initiatieven op het gebied van standaardisatie van berichtenverkeer. Natuurlijk worden er ook bilaterale afspraken gemaakt tussen bedrijven over elektronische gegevensuitwisseling van orders, facturen en andere handelsdocumenten. Al dan niet rekening houdend met en gebaseerd op genoemde standaarden. Niet in de laatste plaats zijn het de multinationals die eigen formaten (er wordt hier bewust niet gesproken over standaards) soms dwingend opleggen aan handelsrelaties. Nederland Een van de standaards die momenteel succesvol is opgenomen in met name standaard (MKB) boekhoudsoftware voor de Nederlandse markt is de eerder genoemde UBL-standaard. Met name organisaties gericht op ondersteunende zaken als huisvesting, telecomdiensten en 26

Januari 2016 / Nr. 405

energiediensten lijken deze UBL-standaard BPS te omarmen. Zo kan een factuur van een energiebedrijf automatisch terecht komen in de (veelal online) boekhouding van de ondernemer en feitelijk met één druk op de knop geboekt, en zo nodig gefiatteerd worden door een procuratiehouder zonder verder handmatige handelingen. UBL wordt in Nederland ook door de (rijks)overheid toegepast, echter onder de eigen variant UBL-OHNL. De bouw en onder andere woningcoöperaties richten zich vooral op GS1 en binnen de uitzendbranche kennen we SETU voor standaardisatie van elektronisch berichtenverkeer. Van één universele standaard BPS is in Nederland en daarbuiten dan ook geen sprake. UBL lijkt een goede kanshebber op dit moment als universele standaard, mits daarvan niet teveel eigen varianten ontstaan. Het afgelopen jaar hebben zich meer dan vijftig softwareleveranciers aangesloten bij het initiatief “UBL Ketentest” en daarmee aangetoond UBL-facturen onderling te kunnen uitwisselen tussen hun softwaresystemen. In deze situatie is de rol van de eerder genoemde BSP’s overbodig en maakt elektronisch factureren nog aantrekkelijker als het gaat om kostenbesparing. Doorbreken Elektronisch factureren zal op grote schaal doorbreken als overheden en het bedrijfsleven in meerdere landen dezelfde grens­overschrijdende standaards (en richtlijnen) voor elektronisch factureren gaan toepassen. Met eerder genoemde initiatieven, zoals de UBL-standaard, zijn de eerste stappen in de goede richting gezet. Iets om in elk geval de komende jaren goed in de gaten te houden en af te stemmen met uw IT-leveranciers, zodat tijdig ingespeeld kan worden op deze ontwikkelingen.

Vormvrij Aan elektronisch factureren worden in Nederland geen specifieke eisen gesteld, behalve dat aan de wettelijke vereisten voor factureren voldaan moet worden. Al in 2009 heeft de toenmalige Staatssecretaris Jan Kees de Jager (­Financiën) regels geschrapt over strikte voorwaarden waaraan een elektronische factuur daarvoor moest voldoen. Facturen mogen op grond van de wet op papier of elektronisch worden uitgereikt. Er worden geen eisen gesteld aan het formaat en het transportmedium dat wordt gebruikt om elektronische facturen uit te wisselen.

Gerard Bottemanne is eigenaar van onderzoeks­ bureau GBNED en tevens auteur van “De complete gids Elektronisch factureren” die gratis verkrijgbaar is via www.softwarepakketten.nl.


GLOBE MAGAZINE

In 2016 veranderen de regels voor actieve veredeling op een aantal onderdelen. Lees ons overzicht.

ANNEMIE MORBEE

Vernieuwde Europese douanewetgeving in 2016

Vereenvoudiging actieve veredeling De invoering van de nieuwe Europese douanewetgeving (UCC) op 1 mei 2016 voorziet enkele wijzigingen in het economisch douanestelsel ‘actieve veredeling’. Wij sommen ze even voor u op.

De term ‘economische douaneregeling’ wordt vervangen door ‘speciale procedures’. De wettelijke bepalingen van douaneregeling actieve veredeling worden in grote lijnen samengevoegd met deze van ‘behandeling onder douanetoezicht’, waardoor deze laatste regeling wordt afgeschaft. Een tweede belangrijke wijziging die voor de meeste speciale procedures zal gelden, is de verplichte financiële borgstelling. Vermindering of vrijstelling van borgstelling kan toegekend worden indien een bedrijf AEO-gecertificeerd is. Een AEO-certificaat is trouwens in de nieuwe Europese douanewetgeving een bijzondere plus. De mogelijkheid om als onderneming te kiezen voor een terugbetaling van de invoerrechten, vervalt in de nieuwe wetgeving. Vanaf 2016 geldt nog enkel de schorsingsregeling. Op zich niet slecht, want de terugbetaling bracht een hele administratieve rompslomp met zich mee en de uitbetaling liet behoorlijk lang op zich wachten. Het enige voordeel bij deze regeling was dat je geen financiële borg diende te stellen. Vanaf 2016 dus wel, wat in lijn ligt met de alge-

mene bepalingen van het UCC inzake borgstelling. Veruit de belangrijkste wijziging in deze regeling is het feit dat de exportverplichting vervalt. In de huidige regeling moet de vergunninghouder de intentie kunnen aantonen om de goederen na veredeling te exporteren. In de nieuwe regeling is het voldoende indien de (basis)producten uit een niet-EU land worden ingevoerd om binnen de EU veredeld te worden. Een logisch gevolg is dat de compenserende interest (de som die de vergunninghouder moest betalen indien hij de veredelde goederen in het vrije verkeer bracht) wordt afgeschaft. Europa voorziet voor de definitieve invoering van deze regeling een overgangsperiode van drie jaar, tijdens dewelke bedrijven een nieuwe vergunning kunnen aanvragen.

Annemie Morbee is tekstschrijver voor Intris en eigenaar van De Formulering. www.intris.be

Software voor laagste invoerrechten De Belgische softwareleverancier Intris heeft binnen zijn module TRIS Customs samen met klanten een submodule ‘actieve veredeling’ ontwikkeld. Deze bevat een interessante beslissingstabel die ervoor kan zorgen dat - indien er toch invoerrechten moeten betaald worden - deze zo laag mogelijk zijn. Via de voorraadadministratie heeft het systeem een overzicht van alle grondstoffen die in het magazijn van de producent voorhanden zijn en vanuit welk land ze werden ingevoerd: • EU-lidstaat • derde landen • FTA-landen • GSP-landen. Afhankelijk van de export­bestemming van het afgewerkte veredelde product, zal de beslissingstabel voorstellen welke grondstoffen moeten gebruikt worden om de invoerrechten zo laag mogelijk te houden.

Januari 2016 / Nr. 405

27


GLOBE MAGAZINE

In 2016 staan u veel veranderingen op het gebied van douane en sancties te wachten. We noemen de vier opvallendste.

DENNIS HEIJNEN

Vooruitblik regelgeving 2016

Douane en sancties in beweging De wereld van de douane en exportcontrole is continue in beweging. Dit is ook niet zo vreemd, als je bedenkt dat de wereld continue in beweging is. Aan de ene kant nemen handelsstromen toe, tegelijkertijd wordt de wereld steeds complexer. Toenemende bescherming van de eigen markt en een grotere behoefte van de (Europese) overheid om goederenstromen te controleren, zorgen ervoor dat goederen over de grens krijgen er niet eenvoudiger op wordt. Wat zijn voor de exporteur nu de belangrijkste wijzigingen en ontwikkelingen in 2016, een top vier.

gewerkt door de Nederlandse douane om de wetgeving te implementeren. EVO en Fenedex zijn in verschillende overleggen betrokken om de implementatie zo gunstig mogelijk te laten uitpakken voor bedrijven, met oog voor de wettelijke kaders. Het DWU wordt gefaseerd ingevoerd tussen 2016 en 2020. Zaken waarvoor grote IT-technische aanpassingen moeten worden gedaan zitten verder in de tijd. Op 1 mei 2016 zal worden aangevangen met de implementatie van de onderdelen: douanewaarde, AEO, bindende inlichtingen en bijzondere regelingen (opslag en veredeling). • Douanewaarde: de douane­waarde van de goederen kan op verschillende manier worden vastgesteld. De definitie van de meest gebruikte methode (de transactiewaarde) wordt echter geherformuleerd. De transactiewaarde zal nu worden vastgesteld door de laatste verkoopwaarde direct voordat de goederen het grond­gebied van de Unie worden binnengebracht. • AEO: De wijzigingen in de AEO-regels vallen mee. Wel wordt AEO nog meer een basisvoorwaarde voor andere douanevereenvoudigingen en -vergunningen dan nu. Ook komen er aanvullende eisen aan praktische beroepservaringen of -kwalificaties. Zo is er minimaal drie jaar praktische beroepservaring of een gekwalificeerde

“Het DWU wordt gefaseerd ingevoerd tussen 2016 en 2020.”

DWU Op de eerste plaats staat zonder twijfel de invoering van het Douane Wetboek van de Unie (DWU) op 1 mei 2016, voorheen beter bekend als het UCC. Deze nieuwe Europese douanewet, waar als sinds 2004 over wordt onderhandeld, moet zorgen voor een modernisering van het douaneproces. De huidige wet is bijvoorbeeld nog geschreven op papieren procedures, terwijl de nieuwe wet uitgaat van uitsluitend elektronische communicatie tussen bedrijfsleven en douane. Een vooruitgang, maar helaas is dat ook een van de weinige. Onder druk van verschillende afdelingen in Europa gaat de wet vooral uit van traditionele controlemiddelen. Momenteel wordt er hard 28

Januari 2016 / Nr. 405


GLOBE MAGAZINE

opleiding nodig. • Bindende Inlichtingen: Momenteel is het gebruik van een Bindende Tarief Inlichting (BTI) of Bindende OorsprongsInlichting (BOI) niet verplicht, maar dat verandert. Zodra een bedrijf een BTI of BOI aanvraagt, moet het nummer van de inlichting verplicht worden gemeld in de aangiften. Dit geldt ook voor BTI en BOI die nu al is afgegeven. De geldigheidsduur voor nieuwe BTI en BOI wordt per 1 mei 2016 verlaagd van zes naar drie jaar. • De huidige indeling van douaneentrepots (type A tot en met F) vervalt. In plaats daarvan komen er drie typen publieke entrepots en één type particulier entrepot. Het particuliere entrepot is een mix van de huidige entrepottypes C en E. De regelingen actieve veredeling (AV) schorsing, AV-terugbetaling en behandeling onder douane­toezicht worden alle samengevoegd onder één regeling AV. Deze regeling is vergelijkbaar met de huidige regeling AV-schorsing. Zie ook pagina 27. Alle huidige douanevergunningen met een einddatum moeten opnieuw worden beoordeeld door de douane voor deze einddatum. Alle douanevergunningen zonder einddatum moeten uiterlijk op 30 april 2019 opnieuw zijn beoordeeld en zijn overgezet. EVO en Fenedex zullen vanaf begin 2016 op meer detailniveau communiceren over de wijzigingen van het DWU, bijvoorbeeld in enkele masterclasses. AGS 3 In 2016 wordt AGS 3 geïmplementeerd. Dit is nodig omdat de huidige software voor uitvoeraangiften (DSU) begin jaren ‘90 is gebouwd en zodoende niet geschikt is voor het toenemende aantal aangiften in Nederland. De implementatie van AGS 3 bestaat uit twee onderdelen, namelijk een update van AGS 2 (in-

voer) en het beschikbaar maken van de uitvoerfaciliteit. De update van AGS 2 (invoer) vindt plaats in maart en gebeurt ineens. Het beschikbaar maken van de uitvoerfaciliteit (de vervanging van DSU) gaat in fases. Via de douane en de software­ leveranciers worden alle exporteurs, die zelf uitvoeraangiftes doen, benaderd. Ook EVO en Fenedex zullen hier in 2016 nader over communiceren. Indien exporteurs nu grote hoeveelheden uitvoeraangiften doen in DSU, is het verstandig vast voorbereidingen te treffen op de overgang naar AGS 3, bijvoorbeeld door vroegtijdig in contact te treden met de software­leverancier. Sancties Iran en Rusland In 2016 worden de sancties naar Iran naar verwachting voor een groot deel verlicht. Alle bestaande sancties blijven van kracht totdat het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA) bevestigt dat Iran aan alle afgesproken voorwaarden voldoet. De resultaten daarvan worden in het voorjaar van 2016 verwacht. Er is afgesproken dat de huidige sancties in drie stappen worden afgebouwd. De eerste stap bestaat uit het wegnemen van de VN-sancties (nucleair) en VS- en EU-sancties ten aanzien van de financiële en verzekeringssector, de olie- en gassector, de scheep- en transportsector, goud en edelmetaal. Ook wordt een deel van de personen en entiteiten van de sanctielijst geschrapt. De overige sancties blijven voorlopig van kracht. Zie ook pagina 18. Het is nog niet duidelijk wat er gaat gebeuren met de in 2014 ingestelde sancties tegen Rusland. De officiële einddatum van deze sancties is 31 januari 2016, maar er is een mogelijkheid dat ze worden verlengd. Gezien de continue veranderde situatie op het politieke wereldtoneel is het erg lastig te voorspellen wat er met deze sancties gaat gebeuren. Dit geldt ook voor de Russische tegensancties die

een verbod instelde op invoer van agrarische producten, grondstoffen en voedsel uit Europa, Verenigde Staten, Canada, Australië en Noorwegen. Douaneheffingen Turkije In 2013 stelde Turkije voor het eerst ‘extra’ douaneheffingen in op textiel, kleding en schoeisel. In 2015 heeft Turkije ook extra heffingen ingevoerd op: metalen handgereedschap, vloerkleden en tapijten, bepaalde lampen, meubilair (voornamelijk stoelen), stofzuigers en andere elektrische huishoudelijke artikelen, alle soorten lederen tassen en ijzeren en stalen staven en andere producten zoals gaas en spijkers. De extra douane­rechten kunnen oplopen tot 50%. Dit zorgt voor een forse beperking van de exportmogelijkheden naar Turkije. De reden achter deze verhoging ligt vooral in de bescherming van de eigen Turkse markt. Verwacht wordt dat Turkije in 2016 nog meer producten aan de lijst zal gaan toevoegen, zoals medische apparatuur. De handel met Turkije wordt hierdoor aanzienlijk bemoeilijkt.

Dennis Heijnen is beleidsadviseur Internationaal Ondernemen EVO en Fenedex.

Januari 2016 / Nr. 405

29


GLOBE MAGAZINE

VAN DRIEL FRUIJTIER

Blijf op de hoogte van alle veranderingen op btw-gebied met ons overzicht voor 2016.

Btw en aan­verwante ­wijzigingen per 2016 Alle internationale btw-regelgeving bijhouden is specialisme op zich, daarom heeft Fenedex-partner BTW-PLAZA de belangrijkste veranderingen in de EU voor u op een rij gezet. Van afstandsverkopen in Frankrijk tot de btw-tarieven in Roemenië.

Nederland verlaagd kwartaaldrempel Opgaaf ICP De staatssecretaris ziet zich op aandringen van de Europese Commissie genoodzaakt om het kwartaal drempelbedrag met ingang van 1 januari 2016 te verlagen van € 100.000 naar € 50.000. De verlaging van het drempelbedrag voor Opgaaf ICP betekent dat in 2016 meer bedrijven maandelijks in plaats van per kwartaal Opgaaf ICP moeten indienen. Voor deze bedrijven betekent dit een administratieve lastenverzwaring. Daarom raden wij aan om tijdig te inventariseren of deze wijziging ook voor uw onderneming gevolgen heeft. Frankrijk wijzigt per 1 januari 2016 het drempelbedrag voor afstandsverkopen Voor verkopen aan particulieren in andere EU-lidstaten geldt de regeling afstandsverkopen. Boven een voor een EU-lidstaat geldend drempelbedrag is btw in de EU-lidstaat van de koper verschuldigd. Om deze btw af te dragen, dient de leverancier zich in die EU-lidstaat te registreren en periodiek aangifte te doen. Voor Frankrijk geldt nu een drempelbedrag van € 100.000. Per 1 30

Januari 2016 / Nr. 405

januari 2016 vindt er een wijziging plaats, de drempel wordt verlaagd naar € 35.000. Dat betekent dat een Nederlandse onderneming zich eerder voor de btw in Frankrijk moet registreren. Met name webshops, die regelmatig goederen verkopen aan Franse particulieren, hebben te maken met deze regeling en dienen bewust te zijn van het feit dat men zich eerder in Frankrijk dient te registreren. Omdat het btw-hoogtarief in Frankrijk 20% is, tegen 21% in Nederland kan het voordelig zijn om zo snel mogelijk te registeren in Frankrijk. Een btw-specialist kan u bij de Franse registratieprocedure en aangifteverplichtingen assisteren. Eerder btw-registratieplicht voor buitenlandse ondernemingen in Zwitserland In Zwitserland is de registratiedrempel voor buitenlandse ondernemingen CHF 100.000 Zwitserse omzet. Per 1 januari 2016 is dit CHF 100.000 wereldomzet. Dit betekent dat buitenlandse ondernemingen eerder in aanmerking komen voor registratie indien zij verkopen of andere activiteiten verrichten in Zwitserland.


GLOBE MAGAZINE

stimuleringsbeleid van de ECB, een zwakkere euro en de lagere olieprijzen gaat deze verhoging vooralsnog niet door. Roemenië verlaagt standaard btw-tarief Het standaard btw-tarief in Roemenië zal verlaagd worden van 24% naar 20% en een verdere verlaging in 2017 naar 19% wordt beoogd. Hogere btw-tarieven werden in 2010 ingevoerd naar aanleiding van de internationale financiële crises. Nu wil Roemenië door middel van de verlaging van de btw-tarieven de consumptie stimuleren en de koopkracht dichter bij het niveau brengen van de westelijke staten van de Europese Unie.

Frankrijk stelt nieuw betalingssysteem voor afdracht btw verplicht voor buitenlandse ondernemingen Reeds vanaf 1 december 2015 is het verplicht voor buitenlandse ondernemingen die een bankrekening hebben in de SEPA (IBANnummer) om via een automatisch direct debit systeem te betalen in Frankrijk. Hiervoor moeten ondernemingen zich registreren bij de Franse belastingdienst. Noorwegen en Oostenrijk verhogen het verlaagde btw-tarief vanaf 1 januari 2016 Noorwegen verhoogt vanaf 2016 haar verlaagde tarief van 8 naar 10% en Oostenrijk van 10 naar 13%. Deze verhogingen betekenen meer btw op onder meer hotel en accommodatie, culturele evenementen en binnenlands personenvervoer. De verhoging betekent voor aftrekgerechtigde ondernemingen meer voorfinanciering. De Noorse en Oostenrijkse btw op deze kosten kan door ondernemingen via een teruggaveverzoek bij de Noorse belastingdienst teruggevorderd worden en in Oostenrijk via de portal bij de Nederlandse belastingdienst. Oostenrijk maakt een uitzondering voor de btw op hotelkosten. Deze verhoging gaat niet in op 1 januari maar op 1 april 2016. Italië verhoogt btw-tarief toch niet per 1 januari 2016 Op aandringen van de Europese Commissie kondigde Italië een btw-verhoging aan van 22 naar 24%. Het standaard tarief zou in 2018 mogelijk nog verder omhoog gaan. Dankzij het

Italië schrapt eis bankgarantie in geval van btw-teruggave voor buitenlandse ondernemingen Buitenlandse ondernemingen die in Italië voor de btw geregistreerd zijn en in de aangifte een teruggavesaldo hebben, hoeven niet langer een bankgarantie af te geven voordat Italië overgaat tot uitbetaling. Italië stelde de eis van een bankgarantie in geval het saldo van de btw-aangifte een teruggave van meer dan € 15.000 voor de onderneming betekende. In plaats van de bankgarantie moet de onderneming een ‘’visto di conformitta’’ overleggen. Een verklaring van een registeraccountant dat de btw-bedragen in de aangifte corresponderen met de btwbedragen op de facturen..

“Het registreren van buitenlandse ondernemingen gaat langer duren.”

Registratieprocedures: langduriger en meer papierwerk Al in 2015 is gebleken dat EU-lidstaten het registreren van buitenlandse ondernemingen grondiger controleren en vaker aanvullende vragen stellen, alvorens tot toekenning van een btw-nummer over te gaan. Ook wordt vaker gebruikgemaakt van speciale formulieren (zoals bijvoorbeeld Duitsland). Kenmerkend is dat men verder kijkt dan de onderneming zelf, men wil ook weten wie de aandeelhouders zijn inclusief de zogenoemde ultimate beneficial owner. Al met al duren registratieprocedures langer. Naar verwachting zet deze trend zich in 2016 door en moeten bedrijven bedacht zijn op een langere doorlooptijd en kritische blik op ingediende verzoeken met de daarbij behorende bijlagen.

BTW-PLAZA is een initiatief van Van Driel Fruijtier btw-specialisten te Dordrecht, en heeft als doelstelling om het meest actuele en onafhankelijke btw-platform van Nederland te zijn. Leden van Fenedex hebben gratis toegang tot BTW-PLAZA lite. www.btwplaza.nl Januari 2016 / Nr. 405

31


GLOBE MAGAZINE

Q&A

Export matters Factuurverklaring gebruiken namens buitenlandse vestiging “Wij hebben een vergunning toegelaten exporteur. Onze Spaanse vestiging heeft bij ons een order geplaatst voor een levering aan een klant in Guatamala. Deze wordt rechtstreeks beleverd vanuit de Nederlandse vestiging. De Spaanse vestiging heeft ons hiervoor gemachtigd. Wij vragen ons nu af of we hiervoor ons vergunningsnummer mogen gebruiken, want de ontvangende partij in Guatamala is niet onze klant. En zo ja, waarop kan dit nummer dan het beste vermeld worden? Mag dit bijvoorbeeld op de factuur van de Spaanse vestiging?”

► Finn van Naamen Accountmanager bij het Kennis- en Adviescentrum van Fenedex. “Het geeft mij en mijn collega’s veel energie om onze leden met elkaar te verbinden. Door te sparren met collegaexporteurs, hebben aangesloten leden de mogelijkheid om kennis en ervaring van buitenlandse markten, opgedaan uit de praktijk, met elkaar uit te wisselen.” 32

Januari 2016 / Nr. 405

Preferentiële oorsprongsdocumenten volgen in beginsel altijd de goederenbewegingen. Het is van belang om na te gaan wie formeel de exporteur is. Dat kan zijn: • de Nederlandse exporteur • de Nederlandse exporteur namens de Spaanse vestiging • de Spaanse vestiging (volgens het CDW kan je op iedere plaats in de EU een aangifte ten in- of uitvoer doen Er zijn verschillende scenario’s mogelijk:


GLOBE MAGAZINE

Q&A

1. Als de Nederlandse exporteur ook de exporteur is op wiens naam de uitvoeraangifte gemaakt wordt en die ook factureert aan Guatemala, dan kan hij gebruik maken van zijn Nederlandse vergunning TE. (Waarschijnlijk wil de Spaanse vestiging dat niet, omdat zij de verkopende partij zijn.) 2. Als de Nederlandse exporteur de goederen exporteert in opdracht van de Spaanse vestiging, dan is er sprake van Nederlandse export en moet er dus ook een Nederlands preferentieel oorsprongsbewijs gebruikt worden. Als je exporteert met gebruikmaking van een oorsprongsverklaring dan is dat lastig, omdat er een Spaanse factuur zal zijn en de oorsprongsverklaring dan op de “paklijst of enig ander handelsbescheid” vermeld zal moeten worden. Formeel kan dat prima. In de praktijk leidt dat vaak tot vragen van de Douane in het bestemmingsland, omdat ze dan een Spaanse factuur krijgen zonder oorsprongsverklaring en de oorsprongsverklaring bijvoorbeeld op de paklijst staat. 3. Als de Spaanse vestiging formeel de exporteur is en zij beschikken over een “grensoverschrijdende vergunning toegelaten exporteur zelfafgifte oorsprongsverklaringen” dan kan de Spaanse vestiging gewoon op haar exportfactuur een oorsprongsverklaring opnemen. Ze moeten dan wel onderliggend bewijs in de vorm van een leveranciersverklaring volgens VO 1207/2001 van de Nederlandse Exporteur krijgen.

Tot slot heb je nog een laatste optie. 4. De Nederlandse exporteur zou kunnen overwegen om in plaats van van de oorsprongsverklaring gebruik te maken van een EUR.1 certificaat. Daarin moet hij dan in vak 1 vermelden: [naam Nederlandse exporteur], [adres], [postcode woonplaats], Nederland by order of [naam Spaanse vestiging]. Ook zal hij dan een machtiging moeten hebben van de Spaanse vestiging. Verder het advies om in vak 10 ( facultatief) niet het nummer en de datum van de factuur te vermelden. (Voor export uit Nederland wordt een Nederlandse factuur gebruikt en voor invoer in Guatemala een Spaanse factuur). De uitvoeraangifte kan in dat geval ook gewoon op naam van de N ­ ederlandse exporteur. Om praktische redenen wordt geadviseerd om optie 4 te gebruiken. 

Drempelbedrag afstandverkopen voor webshop in Duitsland “Wij verkopen via onze webshop aan klanten in Duitsland en nu gaan we over het drempelbedrag van € 100.000,heen waardoor we ons nu zouden moeten registreren in Duitsland en Duitse btw dienen af te dragen. Klopt dit? Zo ja, wat moeten we doen met de oude registratie van de Nederlandse BTW?”

Als een webshop goederen verkoopt en deze zelf of via een transporteur / pakketdienst bij particulieren aflevert, is in beginsel 21% btw verschuldigd. Dit geldt voor particuliere afnemers in Nederland en de overige lidstaten van de EU. Uitgangspunt is, behoudens de leveringen met een bestemming buiten de EU (toepassing 0%-tarief in verband met export), dat de webshop 21% of 6% Nederlandse btw is verschuldigd. Om te voorkomen de menig webshop zich in de EUlidstaat met het laagste btw-tarief zou vestigen, is een regeling ingevoerd die bekend staat als de regeling afstandsverkopen. Voor elke EU-lidstaat geldt een bepaald drempelbedrag: blijven de verkopen op jaarbasis onder die drempel, dan volstaat de webshop met het afdragen van Nederlandse btw. Wordt een drempelbedrag overschreden, dan dient de webshop vanaf de zending waarmee deze overschrijding plaatsvindt btw af te dragen in die EU-lidstaat. Als een webshop bijvoorbeeld veel producten verkoopt aan Duitse klanten en het voor Duitsland geldende drempelbedrag overschrijdt, moet de webshop het btw-tarief gaan berekenen dat in Duitsland geldt (thans 19% of 7%). Ten gevolge hiervan dient de webshop zich dan ook als ondernemer in Duitsland te registreren alsmede daar btw-aangiften in te dienen. In elk land geldt een andere drempel. Zo is het drempelbedrag in Duitsland €100.000, maar in België € 35.000. 

December 2015 / Nr. 404

33


GLOBE MAGAZINE

Agenda Januari

Februari

wo 13

di 2

Beurzentraining voor exporteurs

Documenten bij export Cursus · Rotterdam

Workshop · Rosmalen

Export Binnendienst Cursus · Leiden

Meer rendement uit uw buitenlandse beursdeelname halen? Tijdens deze praktische training gaan we aan de slag met de drie kritische succesfactoren van een beursdeelname: voorbereiding, uitvoering en de follow-up.

di 26 Incoterms® 2010 Training · Vianen

Exportcontrole & Sanctiebeleid

di 19 Documenten bij export Cursus · Amersfoort

Logistiek & Transport Cursus · Amersfoort

Training · Zoetermeer

Laat u informeren en inspireren over het optimaliseren van compliance processen. Onze experts geven u tools om zelf aan de slag te gaan met het (verder)opzetten van (interne) procedures m.b.t. exportcontrole en sanctiebeleid.

Wilt u verder groeien in het Export Binnendienstvak? Deze cursus helpt u zich verder te ontwikkelen in het exportvak. Na het behalen van het officiële diploma Export Binnendienst, bent u in staat om exportprocessen binnen de eigen organisatie te optimaliseren en efficiënt aan te sturen.

wo 3 Letter of Credit bij export (L/C) Workshop · Ermelo

wo 27 Intensieve Masterclass Incoterms® 2010 Opleiding · Ermelo

34

Januari 2016 / Nr. 405


GLOBE MAGAZINE

vrij 5    Export Sales for Young Professionals Cursus · Vianen

Wilt u zich als young professional profileren in export sales? Laat u dan inspireren en informeren tijdens de workshop Export Sales.

Maart di 1 Export van A t/m Z Cursus · Eindhoven

wo 10

do 3

do 17

Het organiseren van luchttransport door exporteurs

Documenten bij export

Export Binnendienst

Cursus · Eindhoven

Cursus · Ermelo

di 8

di 22

Certificaten van Oorsprong, EUR.1 en Factuurverklaringen

Leveranciersverklaringen

Praktijktraining · Utrecht

do 18    BTW en E-commerce Workshop · Rotterdam

Workshop · Utrecht

Training · Utrecht Ervaart u ook de btw-uitdagingen bij grensoverschrijdende E-commerce activiteiten? Tijdens de workshop nemen onze btw-experts u mee in de complete Europese wet- en regelgeving rondom E-commerce activiteiten. Zowel B2B als B2C transacties komen aan bod.

do 10

do 31

Export van A t/m Z

Douanezaken in de praktijk!

Cursus · Arnhem

Cursus · Rotterdam

di 15 Documenten bij export Cursus · Arnhem

Fenedex verzorgt ook in company maatwerktrainingen. Kijk op www.exporttrainingen.nl of bel 070-330 56 60.

Januari 2016 / Nr. 405

35


GLOBE MAGAZINE

Verenigings nieuws Trends in Export 2016 Voor 2015 verwachtten exporteurs een groei van 9% en werden de Verenigde Staten bestempeld als dé nieuwe exportmarkt. Benieuwd of deze voorspellingen zijn uitgekomen? Doe dan mee met het onderzoek Trends in Export 2016. Kijk met ons terug op het exportjaar 2015 en laat ons uw verwachtingen voor 2016 weten. Dit jaar staat het thema: ‘Handel binnen de Europese interne markt’ centraal. Al jaren gaat het overgrote merendeel van onze export naar landen binnen de Europese Unie. Vanaf 1 januari 2016 is Nederland voorzitter van de EU. Trends in Export wil daarom graag de handel met de eigen interne Europese markt onder de loep nemen. Brengt de EU voordelen voor exporteurs? Wat zijn de knelpunten? Maar ook: wat vindt exporterend Nederland van de recente geopolitieke ontwikkelingen? Ga naar www.trendsinexport.nl en vul de enquête in. Onder de respondenten verloten wij een smartwatch.

Member Benefits Fenedex Member Benefits zijn diensten en producten die uw export versterken. Omdat Fenedex een grote groep exporteurs vertegenwoordigt, hebben wij bij diverse aanbieders scherpe prijzen en voorwaarden onderhandeld voor onze leden. De kortingen kunnen oplopen van 10% tot 75% ten opzichte van de reguliere prijzen. Sommige diensten zijn zelfs gratis voor onze leden. Exclusief Fenedex-leden kunnen gebruik maken van de acties binnen Fenedex Member Benefits. Het Fenedex Membership Benefits-programma wordt mede mogelijk gemaakt door:

Btw-advisering 20% korting op diverse diensten van BTW-PLAZA.

Douaneopleidingen en AEO-advisering 15% korting op douane­ vakopleidingen en op het uurtarief voor AEO-advisering.

Expresszendingen 20% tot 75% korting op de Expressvervoer.

Wekelijkse exportupdate Ontvangt u onze wekelijkse exportupdate al? Als werknemer bij een lidbedrijf van Fenedex kunt u op my.fenedex.nl een profiel aanmaken en daarin uw interesses aangeven. Bent u geïnteresseerd in exporttrends en MiddenAmerika ? Geef het aan in uw profiel en u ontvangt elke week een overzicht met nieuws dat voor u relevant is! Bovendien kunt u op my.fenedex.nl vragen stellen aan collega-exporteurs. Uw vraag komt automatisch bij collega-exporteurs met de juiste kennis terecht. Natuurlijk staat ook het Kennis- en Adviescentrum van Fenedex voor u klaar.

Innovatie en subsidies Kosteloos en vrij­blijvend subsidie- en financierings­ onderzoek.

Kredietmanagement Tot 70% korting op krediet­ informatie­rapporten.

L/C-advies Kostelozeadvisering en scan van uw L/C.

Legalisatie- & Visumdienstverlening Twee gratis opdrachten voor legalisatie van export­ documenten en aanvraag van visa.

Persondersteuning 15% korting op het All-in-PR pakket.

Reizen & overnachtingen Kosteloos exclusieve toegang tot de Fenedex Travel Portal.

Taaltrainingen 10% tot 15% korting op individuele of groeps­ taaltrainingen.

Vertalingen 15 tot 20% korting op vertalingen.

Werving & selectie 20% Verlaging van de wervings­ kosten voor het invullen van een exportmanager vacature.

Meer weten? Kijk op my.fenedex.nl 36

Januari 2016 / Nr. 405

Kijk voor het complete aanbod op www.fenedex.nl/ memberbenefits


GLOBE MAGAZINE

Expats

ELMAR OTTEN, WILLEMIJN GWANMESIA

Expats

Standplaats Dubai Hoe is het om als Nederlandse expat in het buitenland te wonen? Globe Magazine vroeg het aan general manager Hans van der Wulp in Dubai.

Wat was de reden om naar het buitenland te vertrekken? “Na ruim vijf jaar general manager te zijn geweest bij Nutricia Export was ik toe aan een nieuwe uitdaging. In een aantal gesprekken met mijn manager en HR heb ik aangegeven dat ik op zoek was naar verdere persoonlijke groei in een andere business context. Uiteindelijk is dat het Midden-Oosten geworden met als standplaats Dubai. In principe blijf ik minimaal drie jaar.” Hoe zijn de eerste ervaringen? “Het Midden-Oosten is een zeer diverse regio. In totaal vallen er tien landen onder mijn verantwoordelijkheid. Niet alleen zijn er grote culturele en godsdienstige verschillen tussen deze landen maar we hebben ook nog te maken met bevolkingsgroepen die obese zijn of juist te maken hebben met ondervoeding. Hier denk je niet direct aan. Dubai heeft een zeer grote internationale gemeenschap waar het redelijk eenvoudig is om te integreren. Engels wordt in voldoende mate gesproken. Ik moest het meest wennen aan de hitte en het feit dat je van mei tot en met oktober zo’n beetje alles binnen doet. Het is gewoonweg

te heet om activiteiten buiten te ondernemen. Ik hou van outdoor sporten maar de enige sport die ik buiten kon doen, is zwemmen, omdat het zwembad bij ons appartement gekoeld water heeft!” Moest u zich sterk aanpassen? “Voordat we naar Dubai zijn verhuisd, hebben we een tweedaagse cultuurtraining gehad waarbij zowel zakelijk als privé de do’s & don’ts zijn besproken. Dit was zeer leerzaam en heeft zeker geholpen bij een snelle integratie in de cultuur. Ik ben me terdege bewust van een aantal zaken die we in Nederland als normaal ervaren en door de inwoners van het Midden Oosten anders worden gezien. Iets geven en ontvangen doe je met je rechterhand omdat de linkerhand onrein is. Afgezien van werkgerelateerde zaken heb ik weinig contact met de Emirati. De meerderheid van de bevolking in Dubai zijn namelijk expats. Sinds een aantal jaren wonen er een aantal vrienden van me in Dubai en daar trek ik nu regelmatig mee op.”

Naam: Hans van der Wulp Bedrijf: Danone Nutricia Early Life Nutrition Middle East Functie: General Manager Land, Plaats: Verenigde Arabische Emiraten

25° 16 NB, 55° 17 OL

Welke tips heeft u voor collega-exporteurs? “Investeer voldoende tijd in het opbouwen van een goede relatie met je klanten. Dit is zeer belangrijk voor de Arabieren. Verder zou ik willen adviseren om je te verdiepen in de cultuur en een paar woorden Arabisch te leren. Dit wordt enorm gewaardeerd!”   Januari 2016 / Nr. 405

37


GLOBE MAGAZINE

Komend nummer In het februarinummer van Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen kunt u lezen over o.m. de volgende onderwerpen:

Fenedex Fenedex heeft 1200 leden en duizenden klanten die zij dagelijks verbindt, adviseert, opleidt en waarvan zij de belangen behartigt. Kortom een branche-overschrijdende partner voor expansie in het buitenland. Postadres Postbus 90409 2509 LK Den Haag

Dropshipments & BTW

Agent / distributeur Iran

Intellectueel eigendom

Withholding tax buitenland

Online www.globemagazine.nl Website met het archief van Globe Magazine voor Internationaal Ondernemen en Fenedexpress. www.export.nl Al jaren hĂŠt startpunt voor exporterende ondernemers. twitter.com/fenedex Volg Fenedex op Twitter voor het laatste nieuws over Fenedex en internationaal ondernemen. www.linkedin.com/groups?gid=42534 Discussieer mee met meer dan 1500 betrokkenen in de LinkedIn groep Export en Internationaal Ondernemen. www.fenedex.nl/exportnieuwsbrief Gratis nieuwsbrief met het laatste nieuws en artikelen over export en internationaal ondernemen. 38

Januari 2016 / Nr. 405

Bezoekadres Raamweg 14 2596 HL Den Haag T 070-330 56 00 F 070-330 56 56 E info@fenedex.nl Bestuur Ir. A.M.G. van Hamburg (Voorzitter) Oud-managing director DHV Holding B.V. J.C.M. Albers Managing director export FrieslandCampina A.C.G.M Bastiaansen President iLoc Group B. Bruning Director Atradius Dutch State Business Drs. J.J. Cramer Directeur Grolsch International Mw. M.A.C. van Dijk Algemeen directeur Royal Duyvis Wiener B.V. C.E. van Esch Managing Director B&S Bosman Global Supply Mr. E.W. Mehring (Vice-voorzitter) Rechtsanwalt, Advocaat en Partner Van Till Advocaten D.P. Schuilwerve Managing Director ABN AMRO Bank N.V. R.R.J. Smeets RA (Penningmeester) Partner KPMG Accountants B. van de Vrie Head of Marketing for Business Clients ING Netherlands Ere-Leden Jhr. H.J.M. van der Wyck E.Th. Vroom N.P. Knape Jhr. Mr. A.W.G. van Riemsdijk

Mr. C.W.H. van Dam F. Hauwert Organisatie Bart Jan Koopman Directeur Directie- en Bestuurszaken 070-330 56 20 directie@fenedex.nl Kennis- en adviescentrum 070-330 56 80 keac@fenedex.nl Juridische desk 070-3305690 juridischedesk@fenedex.nl Ledenservice en -werving 070-330 56 80 accountmanagers@fenedex.nl Opleiding en training 070-330 56 60 oet@fenedex.nl Communicatie 070-330 56 70 communicatie@fenedex.nl FinanciĂŤle administratie 070-330 56 40 administratie@fenedex.nl China Desk 070-330 56 83 chinadesk@fenedex.nl Rusland Desk 070- 330 56 88 ruslanddesk@fenedex.nl Turkije Desk 070-330 56 82 turkijedesk@fenedex.nl




Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.