6 minute read
‘Techneut met een groot hart’
Anton en Frits Philips hebben beiden een beeld in Eindhoven. Gerard Philips, de grondlegger van het Philipsconcern, moest het tot voor kort doen met een bescheiden plaquette in het Philips Museum. Hoog tijd om hier na ruim 130 jaar verandering in te brengen, vond men bij Philips. Het concern pakte uit met een reusachtig beeld van de ‘Grote vriendelijke Gerard’. Kunstenaar Andreas Hetfeld werkte er ruim negen maanden aan.
In het Gloeilampplantsoen op Strijp-T in Eindhoven is onlangs de buste van Gerard Philips (1858-1942) onthuld. En niet zomaar een buste: het beeld is zo’n zeven meter hoog, acht meter breed en weegt 22 ton. Het is opgetrokken uit cortenstaal, met een doorgang van spiegelend roestvrij staal in het midden. Dit is ‘Poort naar de toekomst/Gateway to the Future’, het portret van Gerard Philips, dat onlangs vanuit Millingen aan de Rijn op een ponton en later per vrachtwagen hierheen vervoerd is, een spectaculaire tocht met een feestelijke tussenstop in Zaltbommel, de geboorteplaats van Gerard Philips. En nu staat het in Eindhoven: een groots eerbetoon aan de man zonder wie het Philipsconcern er nooit was geweest, zonder wie Eindhoven en omgeving nooit zouden zijn uitgegroeid tot Brainportregio.
Advertisement
Voorstel
In de loods van Shipyard Millingen, waar dit indrukwekkende beeld het levenslicht zag, vertelt een bevlogen
Andreas Hetfeld hoe het tot stand kwam. Hij werd door Philips gekozen uit een shortlist van drie gerenommeerde kunstenaars, samengesteld door Kunstloc Brabant. „Philips wilde een eigentijds beeld, maar Gerard Philips moest wel herkenbaar zijn. Het moest anders worden dan de beelden van broer Anton en neef Frits; het moest verder gaan dan een klassiek beeld op een sokkel”, aldus Hetfeld. Zijn voorstel voor een enorm uitvergroot en letterlijk toegankelijk portret met een doorgang bracht volgens de selectiecommissie de menselijkheid en toekomstgerichtheid van de grondlegger van het Philipsconcern, en daarmee de kernwaarden van het huidige Philips, het beste tot uiting. „Ik maak vaker portretten en dan probeer ik het karakter van de persoon te vangen”, licht Hetfeld toe. „Maar tot nog toe waren dit altijd levende modellen en werkte ik nauwelijks naar foto’s. Ik trek meestal een tijdje op met de mensen die ik ga portretteren, knoop een gesprek aan… Met iemand die tachtig jaar geleden is overleden, kan dat natuurlijk niet. Toch wilde ik Gerard Philips leren kennen en zijn karakter doorgronden om hem een gezicht te kunnen geven. Dus wat doe je dan? Veel lezen en zoveel mogelijk informatie vergaren. Een paar persoonlijkheidskenmerken sprongen er voor mij echt uit: zijn menselijkheid, zijn wetenschappelijke nieuwsgierigheid en zijn blik op de toekomst. Hij komt uit de verhalen naar voren als een vriendelijke en bescheiden man. Dát zijn eigenschappen die ik wil benadrukken.”
Buste
Na zijn onderzoek besloot Hetfeld om Gerard op een traditionele manier en met behulp van foto´s te boetseren en zó letterlijk uit de klei te trekken. „Op een gegeven moment begon de buste te leven en kon ik hem in de ogen kijken. Hij was een oude wijze man geworden met wie ik in dialoog kon gaan. Toen werd me duidelijk dat het een groot toch ingetogen beeld moest worden, een vriendelijk en benaderbaar beeld dat ontspruit uit de aarde, zonder sokkel of plint. Zo ben ik uiteindelijk uitgekomen bij deze vorm: een buste van cortenstaal van zo’n zeven meter hoog en acht meter breed, met een doorgang van gepolijst roestvrijstaal met de contour van een gloeilamp”, legt Hetfeld uit. „In die doorgang wordt de omgeving weerspiegeld, mensen kunnen er doorheen lopen. Gerard is op die manier letterlijk benaderbaar, toegankelijk. Niet voor niets heet het officieel ‘Poort naar de toekomst / Gateway to the Future‘. Het gaat niet alleen over Gerard Philips, maar ook over transitie. De transitie die we op het moment als maatschappij doormaken. Die doorgang van spiegelend rvs symboliseert dat.”
Cortenstaal
„Ik heb gekozen voor cortenstaal vanwege de mooie warme kleurGerard Philips waardig. Bij de presentatie van mijn plannen, echter, werd ik door landschapsarchitect Adriaan Geuze gewezen op het gevaar van spleetcorrosie... Spleetcorrosie? Ik had geen idee wat dat was. Blijkt dat, wanneer twee metalen zodanig op elkaar rusten dat daartussen een nauwe spleet aanwezig is, deze spleet zich bij buitentoepas- sing of in een vochtige omgeving snel zal vullen met vocht. Water aan de buitenzijde van de spleet wordt door capillaire werking snel naar binnen gezogen. Dit leidt tot een versneld verweringsproces waardoor de platen in een mum van tijd doorroesten. Daar moest een oplossing voor gevonden worden. Toen ben ik gaan experimenteren. In mijn achtertuin heb ik, met de gieter in de hand, proeven genomen met allerlei in elkaar gelaste schaalmodellenik voelde op dat moment een grote verwantschap met Gerard Philips en zijn experimenten met gloeidraden.” Na overleg met corrosie-experts en enkele proeven, bleek dat een tussenruimte van zo’n vier millimeter tussen de platen voldoende was om doorroesten te voorkomen.
Hetfeld en zijn team van vijf à zes ervaren vaklui negen maanden bezig geweest met het vervaardigen van de kolos. Hetfeld legt uit hoe in een eerder stadium een 3D-scan en 3D-computermodellen van de buste gemaakt werden. Deze vormden de basis voor sterkteberekeningen en snijtekeningen van alle 4.659 te verwerken onderdelen. Ook werd berekend hoe zoveel mogelijk onderdelen uit één plaat gesneden en aan elkaar gelast konden worden. De ruim vijfhonderd lagen zijn met een plasmasnijder uit achttien grote platen cortenstaal gesneden; iedere laag bestaat uit circa tien stukken die ook allemaal genummerd zijn. „Ik begon dus heel traditioneel met een beeld van klei, en toen is er heel veel techniek bijgekomen. Ik vond dat proces heel spannend. Blijft het gevoel dat je oorspronkelijk had bij het beeld gehandhaafd als je zoveel techniek toepast? Het spanningsveld tussen emotie, ambacht, handwerk en modernste technologieën met het uiteindelijk zeer hoogtechnische beeld dat daaruit voortkomt, vind ik heel interessant. Het resultaat komt heel dicht bij wat ik zoek, de emotie bleef overeind.”
Cadeau
Opbouw
„Uiteindelijk heb ik besloten om het beeld op te bouwen uit zo’n vijfhonderd lagen cortenstaal van elk één centimeter dik, die steeds met een tussenruimte van vier millimeter gestapeld worden. Tussen de lagen zijn ongeveer 50.000 afstandshouders gelast. Om die ruimten tussen de platen mooi gelijkmatig te krijgen, hebben we zelf een soort gemodificeerde lijmklemmen ontwikkeld, zodat we tijdens het lassen alles goed konden fixeren.” De aanpassingen brachten heel wat extra werk met zich mee: uiteindelijk zijn
De aanpassing heeft het kunstwerk een nieuwe dimensie gegeven. „Door die ventilatiespleten is het werk heel transparant geworden”, zegt Hetfeld daarover. „Het geeft een soort lichtheid en dynamiek, die ik niet voorzien had - heel mooi. Een onverwacht groot cadeau! En je kunt er een verwijzing in zien naar het huidige Philips, met zijn accent op medische apparatuur: door de lagen doet het ook denken aan een MRI-scan.” Zo is een beeld ontstaan met onverwacht veel lagen en betekenissen. Hetfeld wil uitdrukkelijk aandacht vestigen op de volledige naam van het beeld: ‘Poort naar de toekomst/ Gateway to the Future, Monument voor menselijkheid en innovatie’. „In die volgorde: menselijkheid en innovatie, dat is mijn boodschap
De in Reutlingen (D) geboren Andreas Hetfeld (1965) heeft naam gemaakt met portretten en monumentale kunst voor de openbare ruimte. Voordat hij in 1989 naar Nederland kwam, had Hetfeld al diverse technische studies afgerond en de nodige ervaring opgedaan met metaalbewerking. In Nederland vestigde hij zich in Nijmegen. Hier kreeg zijn belang- voor de wereld. Gerard Philips is daarvan voor mij de verpersoonlijking: in alles wat ik over hem gelezen heb, komt hij naar voren als een hele vriendelijke man, die goed was voor zijn personeel, en die gedreven werd door innovatie.”
Hij refereert aan de geschiedenis van het Philipsconcern: hoe Gerard begon met een gloeilampenfabriek in 1891, die pas een commercieel succes werd toen zijn broer Anton in 1895 toetrad tot de firma. Hoe de techneut Gerard stug bleef doorwerken aan verbeteringen van ‘zijn’ gloeilamp, wat leidde tot een lamp met een stabiele metalen gloeidraad stelling voor kunst een grote impuls. Hij ging studeren aan onder andere ArtEZ University of the Arts in Arnhem en was vervolgens artist in residence in respectievelijk Bedburg Hau (D) en Wachau (D). In 2019 maakte hij furore met ´het gezicht van Nijmegen´, het zes meter hoge masker, dat sinds 2019 over de Waal bij Nijmegen uitkijkt. die op industriële schaal geproduceerd kon worden. In 1907 werd een fabriek geopend voor de productie van dit nieuwe type gloeilampen.
„Dat innovatie Gerard na aan het hart lag, blijkt ook uit de opening van het Natuurkundig Laboratorium in 1914, waar hij het initiatief voor nam”, aldus Hetfeld, „maar de grote sociale betrokkenheid van Gerard spreekt mij nog het meest aan: hij zette zich in voor goede arbeidsomstandigheden en huisvesting voor het Philipspersoneel. En de oprichting van het naar zijn echtgenote vernoemde Philips-van der Willigen Studiefonds, dat tussen 1916 en 2015 vele kinderen van Philipsmedewerkers een financiële ondersteuning verstrekte voor het volgen van een opleiding, was natuurlijk een fantastische investering in de toekomst.” En zo is het niet verwonderlijk dat Gerard Philips wordt geëerd met een ‘poort naar de toekomst’. Met zijn ‘Grote Vriendelijke Gerard’ heeft Hetfeld een beeld geschapen dat over veel meer gaat dan over het Philipsconcern en zijn grondlegger. „Het gaat over nieuwsgierigheid, inspiratie, humanitaire waarden… Het gaat over de toekomst van ons allemaal! Het is een beeld dat thuishoort in Eindhoven”, besluit Hetfeld.
EEN EERBETOON DAT EMOTIE OPROEPT, EEN VERHAAL VERTELT ÉN INSPIREERT