3 minute read

De Philips OneBlade: blijven inspelen op veranderende behoeftes

In de jaren vijftig van de vorige eeuw liep bijna iedere man gladgeschoren rond, tegenwoordig zie je gezichtsbeharing in meerdere vormen. Als producent wil je het product blijven verbeteren om aan te blijven sluiten bij de wensen van de klant. Philips zoekt constant naar manieren om levens van mensen te verbeteren. Een goed voorbeeld daarvan is de Philips OneBlade, een innovatief apparaat waarmee je kunt scheren, stylen en trimmen.

Het apparaat wordt ontwikkeld op productie- en innovatielocatie van Philips Drachten. Hier vindt al sinds de vijftigerjaren van de vorige eeuw een deel van de wereldwijde productie van scheerapparaten plaats.

Advertisement

De OneBlade werd in korte tijd zeer populair en dat had een duidelijke reden. „We zagen dat veel mensen een apparaat gebruikten voor scheren en weer een ander apparaat voor trimmen of stylen”, zegt Onno Hoitinga, Development Leader Grooming & Beauty bij Philips: „Dat is veel ‘gedoe’. We bedachten één apparaat waarmee je recht kunt stylen en gladder kunt scheren dan met een trimmer. Zo sloten we perfect aan op de wensen van de gebruikers.”

Voor hem zit de werkelijke innovatie op het kruispunt van het maken van betere producten en het zoeken naar manieren om klanten blijer te maken. Het is essentieel om daarbij de gebruiker centraal te stellen. Hoitinga: „We denken na over alle verzorgingsroutines en de bijbehorende apparaten. We zoeken binnen die segmenten constant naar zichtbare en onzichtbare behoeftes en bedenken oplossingen om mensen blij te maken met onze producten. Bijvoorbeeld door nog gladder te kunnen scheren, ook als we tegen de grens zitten van wat technisch mogelijk is.”

Net als de zoektocht van Gerard naar het ideale productieproces van de gloeilamp (zie kader), bleek de productie bij de OneBlade ook een uitdaging. De OneBlade is uiteindelijk een combinatie van verschillende technie- ken en materialen die bij Philips op meerdere locaties wereldwijd worden ontwikkeld. „We bouwden voort op de kennis die we hadden en door onderdelen slim te combineren, konden we een betaalbaar element bouwen dat onze concurrenten niet hebben”, zegt Hoitin ga. „De OneBlade werd daardoor aan trekkelijk in functies en in prijs voor deze doelgroep.”

INNOVATIE EN ONDERNEMERSCHAP OP EEN MAATSCHAPPELIJK BETROKKEN MANIER

Gerard had oog voor het welzijn en de ontwikkeling van zijn werknemers

Gerard was zijn tijd ver vooruit als het gaat om sociaal en maatschappelijk verantwoord ondernemen. Toen hij Philips oprichtte in 1891 waren bedrijven vooral gericht op winstmaximalisatie en arbeidsomstandigheden waren ronduit slecht. Werknemers van jong tot oud maakten lange dagen om het schamele gezinsinkomen aan te vullen. Vaak onder zware omstandigheden en met weinig rechten. Ze mochten blij zijn dat ze überhaupt een betaalde baan hadden, was de heersende gedachte.

Gerard deed het anders. Hij zag de waarde van zijn medewerkers en besefte dat hun welzijn en ontwikkeling het succes van het bedrijf op de lange termijn kon bepalen. In zijn ogen verhoogde een positieve en gezonde werkomgeving de productiviteit en betrokkenheid van zijn werknemers. En dat daarmee ook de kwaliteit van de producten zou toenemen, wat uiteindelijk weer zou resulteren in de winstgevendheid van het bedrijf.

Gerard groeide op in een sociaal betrokken familie die veel deed aan armoedebestrijding. Het zat in de familietraditie om goed voor een ander te zorgen. Het bedrijf voelde zich geroepen om een aantal taken van de nationale en lokale overheid op zich te nemen, omdat het daar niet of niet snel genoeg van kwam. Binnen zijn eigen bedrijf ontwikkelde hij daarom verschillende initiatieven om de levensomstandigheden te verbeteren, zodat het bedrijf daar ook van zou profiteren.

Gerard geloofde bijvoorbeeld dat goede huisvesting essentieel was voor het welzijn van zijn werknemers. Het bedrijf bood zijn werknemers uitgebreide medische zorg aan, inclusief een eigen ziekenhuis en tandartspraktijk. Hij realiseerde dat kennis en ontwikkeling een belangrijke katalysator konden vormen voor vooruitgang en innovatie. Gerard wilde dat zijn medewerkers zichzelf konden blijven ontwikkelen en groeien.

Een voorbeeld is de oprichting van het Natuurkundig Laboratorium (Natlab). In dit wetenschappelijk onderzoeks- centrum zouden werknemers continu worden uitgedaagd hun creativiteit en talenten te ontwikkelen, waar uiteindelijk het bedrijf weer van kon profiteren. Andere voorbeelden zijn het Philips-Van der Willigen Fonds als een soort private studiebeurs en het opzetten van interne opleidingen. „Een goede opleiding is een zegen voor zowel mens als bedrijf”, aldus Gerard.

Vanaf de jaren zestig speelde de overheid uiteindelijk steeds beter -en sneller- ook zelf in op maatschappelijke vraagstukken. De behoefte aan een paternalistische rol vanuit de werkgever werd minder en minder. En ook door andere sociaal-maatschappelijke ontwikkelingen nam die behoefte af. Medewerkers wilden zich zelfstandiger en onafhankelijk van hun werkgevers opstellen door het emancipatieproces. Op veel plekken ontstonden doublures; bij het ‘Philips-Van der Willigen’-studiefonds ontvingen kinderen van de latere generaties een toelage boven op de studiebeurs vanuit de overheid.

Het was ook Gerard die al in 1898 een van de initiatiefnemers was van de Vereniging Eindhoven Vooruit met als doelstelling onder andere 'volkswelstand, volksgezondheid en volksontspanning'. Dat Philips als groot bedrijf de maatschappelijke verantwoordelijkheid nam, was dus nagenoeg vanzelfsprekend. Dat is tot op de dag van vandaag het uitgangspunt voor het bedrijf. Gerard legde de basis voor de cultuur van Philips én droeg bij aan de ontwikkeling van de moderne bedrijfscultuur.

HET WERKGELEGENHEIDSPLAN VAN PHILIPS BESTAAT 40 JAAR

This article is from: