
2 minute read
De karsboom.Ill
Piet van Geertjen. Het huis rechts vond ik romantischer. Het was in tweeen gedeeld door een hele lange gang. Hier woonde de familie Mink, ofzoals ze toen zeiden “Ties de keuper.” Vaak heb ik die man aan het werk gezien op de haven in de drukte van de haring- en ansjovistijd. Een vakman pur sang. Een zeer geziene figuur, die rustig zijn gang ging. De oudste zoon was schoolmeester en tevens organist in de Hervormde kerk. De tweede zoon trok naar de stad van herkomst, trouwde een Kamper meisje en bekwaamde zich in het bakken van gebakjes en heel dure koekjes. Dochter Pietje trouwde ook een vreemde, Henk Hartman; zij woont nog onder ons. Het tuintje van de Minken zag er altijd pront uit door de goede verzorging die er aan besteed werd. Met het afsluiten van de Zuiderzee werd ook Mink brodeloos. Zou hij een kleine vergoeding van de Zuiderzeesteunwet ontvangen hebben? Hij zat dicht bij het vuur, was lid van het schoolbestuur, en als je de erevoorzitter, burgemeester Gravestein, een beetje op de hand had, kwam dat wel goed. Als dat niet goed is gekomen, dan was dit de zoveelste onrechtvaardigheid die gepleegd is door de Dienst ter uitvoering van de Zuiderzeesteunwet. Ik daag een student in de sociale wetenschappen uit om hier eens een proefschrift over te schrijven. Als titel kan ik ook een hint geven, b.v. “Er zou geen onrecht geschieden, was dit ja ofnee?”, of “Bij uitvoering van de Zuiderzeesteunwet, vriendjespolitiek in optima forma de macht van de bestuurders.” Mink had echter nog een profijtelijke wrochting door misschien wel een verzekeringsagentschap, want ik zag hem vaak in het nette donkere civiel, met een boek in de hand, verschillende huizen bezoeken. Een en ander nam niet weg, dat het geen royale vetpot was, want vele jaren lang zijn commensaals onder de hoede van mevrouw Mink gevoed en gelaafd. Een oud-collega van Zuiderzeewerken, Henk Oldenhof, heeft zich heel lang de zorgen in huize Mink laten welgevallen.

Wij zijn het ginkien door; links ontwaren we een heel smal winkeltje, met daarachter de schoenmakerij van Dubbele de Boer. Zoon Evert kreeg hier van zijn vader lessen in het maken van Urker schoenen. Later, toen de winkel verplaatst werd naar de winkel en bakkerij van Lukas Brouwer, begon Riekelt Pasterkamp (de Verkos) een kleine boek- en papierwinkel en verzorgde het stencilwerk. We gaan het ‘hoogien’ neer; we kijken naar weer een piepklein winkeltje voor ons. Hier beheerde Pieter Keuter een dependance van Piet Brouwer, manufacturen. Op de hoek woonde hij zelfmet vrouw en kinderen: Hendrik Keuter en de oudste dochter die later met meester Mink is getrouwd. Riekelt Hoefnagel (van Naatje) bakte nog, maar had geen koeien meer toen ik nog op school was. Toen ik nog zo’n peuter was hield hij nog een paar koeien