Watersnoodmuseum
De zorg voor water, nu en later De Deltawerken maakten van Zeeland en Zuid-Holland de best beschermde delta ter wereld. Toch blijft ons land kwetsbaar voor overstromingen. Het Watersnoodmuseum in Ouwerkerk laat zien hoe de mens strijdt met het water. Vroeger, nu én in de toekomst. “De situatie van nu is niet vergelijkbaar met 1953”, denkt directeur Siemco Louwerse. “Toen was de Tweede Wereldoorlog net achter de rug, waardoor de dijken niet goed waren onderhouden. Tegenwoordig is dat heel anders. Maar toch moeten we alert blijven. Als je kijkt naar de klimaatscenario’s van het KNMI, komt er heel wat op ons af.”
Meer dan de helft van Nederland ligt onder de zeespiegel. We zijn en blijven daardoor kwetsbaar voor over stromingen. “In ons museum kan je aan de hand van een kaart met postcodes zien of je in het geval van een overstroming op een veilige plek woont”, vertelt de directeur. “Ik woon zelf in Scharendijke (op Schouwen-Duiveland). Mijn huis zou geen goede plek zijn om te schuilen; het ligt te laag. De dijk zou een beter toevluchtsoord zijn.”
“Mijn huis zou geen goede plek zijn om te schuilen; het ligt te laag”
Het Watersnoodmuseum vertelt het verhaal van de Watersnoodramp in 1953, onder meer aan de hand van ontroerende verhalen, indringende foto’s en authentieke filmbeelden. Het museum is gevestigd in vier caissons. Deze afzinkbare betonnen constructies zijn in 1944 in Engeland gebouwd om door de geallieerden te worden ingezet als landingshaven bij de landing in Normandië. Nederland kocht na de watersnoodramp enkele overgebleven exemplaren die zijn gebruikt voor de sluiting van het laatste stroomgat dat tijdens de storm van 1 februari 1953 in de dijk bij Ouwerkerk werd geslagen. “Jaarlijks hebben we zo’n 100.000 bezoekers uit binnen- en buitenland”, vertelt Louwerse. “Onder hen studenten
insights
14