Inzicht 2 2018 epub

Page 1

In Zich t non-dualiteit en zelfonderzoek

Verlichting, een illusie armer of rijker?

Jaargang 20 - 2.2018 - mei - b 7,50


In Zich t InZicht is een tijdschrift voor allen die op weg zijn naar een groter inzicht in zichzelf en in de eigen situatie. Het biedt materiaal dat bij dit onderzoek behulpzaam kan zijn: suggesties voor te nemen stappen, voorbeelden, stimulansen en verwijzingen. InZicht is niet gebonden aan een bepaalde traditie en geeft verschillende zienswijzen een plaats om de lezer te prikkelen tot een verdere bewustwording. InZicht is gericht op het laten wegvallen van beperkingen, op bevrijding door zelfkennis. Een verdiept inzicht in zichzelf betekent een relativering van beperkende factoren, een sterkere werking van ontgrenzende liefde, en de ontplooiing van de ervaring dat er in het geheel geen beperkende grenzen zijn. Het ontstaan van dit inzicht in de nondualiteit is de Bevrijding, de Verlichting, die grote consequenties heeft voor het leven en samenleven.

Woord vooraf Rupert Spira

De essentie aan het licht brengen Olette Luitwieler

Verlichting, mythe of realiteit? Douwe Halbesma

Een liquidatie in de binnenwereld Elias Amidon

Zo dichtbij Douglas Harding

De mystieke ervaring

Na transformatie: het leven van een volwassen vlinder Joan Halifax

Het probleem met verlichting Sharlih

Ramana Maharshi

Vaste medewerkers Mieke Berger Han van den Boogaard Unmani

Geen veilig themapark

Jaarabonnement voor vier nummers euro 27,90 Losse nummers euro 7,50 Postbank NL42 INGB 0009 1853 58 BelgiÍ Bank van de Post BE43 0003 0017 6301 onder vermelding van uw abonnementsnr. U kunt uw abonnement opzeggen tot 1 oktober van het lopende abonnementsjaar. Na 1 oktober wordt uw abonnement automatisch verlengd met 1 jaar. Verschijnt in februari, mei, september en november. ISSN 1389-5400 www.inzicht.org Afbeelding omslag: Š 2006 summer in St. Plaisir, theodora plas

14 18 22

Bernadette Roberts

Weten versus Zijn

Abonnementen en advertenties Uitgeverij InZicht Maurick 20, 2181 LB Hillegom email: info@inzicht.org internet: www.inzicht.org

10

op zijn blote voeten schatert de hoeder tien stadia van verlichting volgens zen 28

Redactie Karin Visser redactie@inzicht.org Katja Teunissen katjateunissen@yahoo.com Justus Kramer Schippers Kees Schreuders case@ods.nl

Vormgeving/opmaak Ivar Hamelink Tekstcorrectie Geerta Pluut

4

Geert Verbeke

Angst een onbegrepen vriend Colofon

3

Wouter Schopman

Het verlichtings-classificatie-systeem Jed McKenna

32 38 40 44 50 54

Han van den Boogaard

Wat je van de verlichte mens kunt verwachten Nisargadatta

Wat weet je?

59 61

Rubrieken

Column - Han van den Boogaard Column - Dick Sinnige Column - Unmani Klassieke tekst Boeken Reacties van lezers Advaita 45

9 49 55 48 56 62 63


Woord vooraf - Karin Visser

Parel der Parelen

B

ij mijn eerste leraar maakten we aan het begin van elke retraite een wenslijst. Het was net Sinterklaas: je mocht opschrijven wat je wilde. Omdat ik lang in de leer was bij deze leraar heb ik door de jaren heen vele wenslijsten gemaakt. Op de eerste lijsten stonden dingen als ‘een ruimer huis’ en ‘wat meer geld’. Later schreef ik zaken als bijvoorbeeld ‘liefdevoller zijn voor man en kinderen’ en ‘vaker mijn ongelukkige moeder bezoeken’. Na het schrijven van de lijst traceerden we dan de oorsprong van onze wensen, wat steevast terugleidde naar de ingeboren drive om te overleven.

op de parel in je eigen broekzak. Daar was ze natuurlijk de hele tijd al. Dan blijkt het steentje er bovendien niet erg spectaculair uit te zien. Daar zit je dan. Geen kroon. Geen medaille. Geen euforie. Maar een mens die eindelijk kijkt en Ziet, en het leven gaat gewoon door. Als de verbazing en de laatste restjes twijfel verdwijnen is dit het.

Ik herinner me nog goed het moment waarop ik de meest integere en onzelfzuchtige wenslijst ooit had geschreven. Hij bevatte zaken als ‘een stralend licht zijn voor mijn omgeving’ en ‘de eenheid in alles steeds ervaren’. Na het gebruikelijke traceren volgden de schok en het inzicht: ook deze verlangens waren in hun kern niets anders dan basale overlevingsstrategieën.

De laatste tijd verschijnen er steeds meer geluiden dat we op dit punt pas net de kinderschoenen ontgroeid zijn. Als dat zo is, dan transformeert ook de vraag naar verlichting. Misschien is het zinvoller om nieuwsgierig te zijn naar het volle potentieel van een werkelijk volwassen mens? Kennen we hier stimulerende voorbeelden van? In levenden lijve? In onze directe omgeving? Via internet? Meer dan één? Wat als dit opgroeien de norm zou zijn? Laat u inspireren...

Ja, het ego is een veelkoppige draak die uit alle macht de parel der parelen bewaakt. Hoe listig metamorfoseert het niet mee naar een al maar verfijndere spirituele persoonlijkheid. Hoe vaak heb ik er niet naar geluisterd en gedacht dat ik ‘goed op weg was naar verlichting’! Maar waar die onschatbare parel precies was, daarvan had ik destijds geen idee. Tot je alles geprobeerd hebt wat de draak je toefluistert, tot je uitgeput niet meer weet waar je het zoeken moet en tot je van ellende naar je zakdoek tast om je zweet en tranen te drogen, tot dat moment stuit je niet

Wat gebeurt er daarna? Is er iets verloren? Is er iets gewonnen? Zo ja, wat dan? Is er groei of ontwikkeling mogelijk na de ontmanteling van de draak? Of is dit het eindpunt van de rit?

PS We zijn blij u te kunnen mededelen dat, na het wegvallen van Raf Pype, we Katja Teunissen bereid hebben gevonden ons redactieteam te komen versterken. Katja is geen onbekende in InZicht: in de afgelopen jaren heeft ze naast een aantal interviews ook een aantal artikelen geschreven voor ons blad. Nieuw is ook dat zoals u misschien al gemerkt hebt de agenda genaamd ‘Mededelingen’ achter in het blad vervallen is. We zijn bezig deze te vervangen door een online agenda.

3


De essentie aan

4

InZicht 2.2018


het licht brengen Rupert Spira Ons hele leven hebben we geluk gezocht. Toen we nog kinderen waren zochten we naar geluk in spelletjes en speelgoed, later in vriendschappen en romantiek, en nog later in succes, gezin enzovoorts. Dat kan ons even hebben laten proeven wat geluk is, maar geen van alle hebben ze gezorgd voor het blijvende geluk waar we naar verlangen. We gaan van object naar object (middelen, activiteiten, geestestoestanden, relaties) en iedere keer als een object ons niet biedt wat we zo graag willen, gaan we verder naar het volgende, tot we op een dag alles onderzocht hebben. Dan horen we over ‘verlichting’ en stellen we ons voor dat dat de ultieme ervaring moet zijn die ons eindelijk het geluk zal brengen.

© 2003 zomer, theodora plas

H

eb je een suggestie voor iemand die verlangt naar verlichting? Wat moet je dan doen? Waar begin je? We zouden niet op zoek moeten gaan naar verlichting, maar degene moeten onderzoeken die zoekt. De ontdekking wie degene die zoekt werkelijk is, zal korte metten maken met de zoektocht naar verlichting. Verlichting is herkennen wat ons zelf is, degene die we ‘ik’ noemen. We zijn al ons zelf, dus verlichting is geen nieuwe ervaring, maar een aan het licht brengen van wat we altijd nu al zijn. In de meeste gevallen is wat we wezenlijk zijn zo grondig vermengd geraakt met gedachten, beelden, gevoelens, relaties, enzovoorts dat het niet meer ervaren wordt

als dat wat het is. Het wordt in plaats daarvan op een verwarde en gefragmenteerde manier ervaren. Met andere woorden, iedereen kent de ervaring van zichzelf - het weten dat in ieder van ons straalt als ‘ik ben’ - maar niet iedereen kent zichzelf duidelijk als wat we zijn. Verlichting is ons zelf helder zien als wat we wezenlijk zijn. Alles wat gekend of ervaren wordt, wordt gekend of ervaren door onszelf. Daarom kan er geen hogere kennis bestaan dan datgene kennen waarmee alle kennis en ervaring gekend wordt. Sterker nog, tot we weten wie of wat de kenner is, kunnen we niets zeker weten over alles wat gekend wordt, want onze kennis van het gekende verschijnt altijd als weerspiegeling van onze kennis over de kenner. w De belangrijkste vraag die we kunnen stellen is

5


Rupert Spira (1960, UK) begon met mediteren op zijn 17e o.l.v. Dr. Francis Roles en studeerde twintig jaar bij Shantananda Saraswati in NoordIndia. Daarnaast onderzocht hij vele andere richtingen tot hij in 1997 zijn leermeester Francis Lucille ontmoette. Deze introduceerde hem tot het Directe Pad van Atmanada Krishnamenon, Jean Klein en de tantrische traditie van Kashmir shaivism, wat leidde tot de ontdekking van zijn ware natuur. Naast spiritueel leraar is Rupert een internationaal bekend keramisch kunstenaar. Hij is auteur van vele boeken waarvan De helderheid der dingen, Wat rest is liefde en Bewustzijn als enige werkelijkheid (maart 2018) verschenen zijn in het Nederlands bij uitgeverij Samsara. Info www.rupertspira.com

dus: ‘Wie is het zelf dat zoekt?’ ‘Wat is dat “ik”?’ Die vraag zal een onderzoek in gang zetten naar de ware aard van onszelf. De ware aard van onszelf is dat element van onszelf dat we niet kwijt kunnen raken, dat nooit verdwijnt. Het is het onafgebroken element in onze ervaring van onszelf. Alleen dat element is de naam ‘ik’ waardig. Gedachten, beelden, gevoelens, gewaarwordingen, waarnemingen, activiteiten en relaties zijn niet wezenlijk voor ons. Ik noem die, alles bij elkaar, de ‘objecten’ van de ervaring. In de diepe slaap verdwijnen de objecten van de ervaring en laten ze ons helemaal alleen achter. Op dezelfde manier zijn er tussen twee gedachten of waarnemingen geen objecten aanwezig, maar blijven we alleen over. Wat is het dat dan overblijft? Alleen maar ‘ik’, alleen maar de niet-objectieve ervaring van het je bewust zijn, alleen maar bewustzijn zelf. Verlichting is dus het helder worden van dat wat onafgebroken aanwezig blijft in alle ervaringen maar zelf geen ervaring is. Dat kan een grote teleurstelling zijn. Ja. Ons hele leven hebben we geluk gezocht in een objectieve ervaring. Toen we nog kinderen waren zochten we naar geluk in spelletjes en speelgoed, later in vriendschappen en romantiek, en nog weer later in succes, gezin enzovoorts. Dat kan ons even hebben laten proeven wat geluk is, maar geen van alle hebben ze gezorgd voor het blijvende geluk waar we naar verlangen. We gaan dus van object naar object - middelen, activiteiten, geestestoestanden en relaties - en iedere keer als het object ons niet biedt wat we zo graag willen, gaan we verder naar het volgende, tot we op een dag alles onderzocht hebben. Dan horen we over ‘verlichting’ en stellen we ons voor dat dat de ultieme ervaring moet zijn die ons eindelijk het geluk zal brengen. Dus beginnen we

6

aan een grootse zoektocht. Maar iedere ervaring die niet nu aanwezig is, die er misschien op een dag in de toekomst zal zijn, moet wel een objectieve ervaring zijn die op den duur weer zal verdwijnen. Alles wat gevonden kan worden, kan ook weer verloren gaan. Dus vroeg of laat gaan we erachter komen, spontaan of omdat een vriend het zegt of omdat we het in een boek lezen, dat we de verkeerde kant op kijken. Eén richting is dan echter nog niet onderzocht: het subject, het zelf, de kenner van de ervaring, ‘ik’. Dus op een gegeven moment, als we zijn gaan aanvoelen of begrijpen dat het geluk waar we naar verlangen nooit door een object geboden kan worden, vindt er een omkering plaats, van het gekende naar de kenner. Dat is het begin van het eind van onze zoektocht naar geluk. Het onderzoek naar het subject van de ervaring vormt eigenlijk de laatste fase van de spirituele weg; het is de weg waarvoor alle andere wegen slechts een voorbereiding vormen. We beginnen dat onderzoek naar wie we werkelijk zijn met het verwerpen van alles wat niet wezenlijk voor ons is. Wat er dan overblijft is niet iets wat we vinden, maar iets wat onthuld of aan het licht gebracht wordt. Als alles wat wel van ons afgenomen kan worden ook daadwerkelijk van ons afgenomen wordt, blijft ons wezenlijke, onherleidbare zelf over. Ons wezenlijke, onherleidbare zelf is daarom altijd vrij van iedere gedachte, gewaarwording en waarneming, en van ieder gevoel. Het bestaat derhalve uit vrede. Het heeft nooit iets te winnen of te verliezen op basis van welke ervaring dan ook, en is daardoor volmaakt en vanzelf vervuld. Met andere woorden, het bestaat uit geluk. Op die manier ontdekken we in de diepste kern van onszelf de vrede en het geluk waar we zo lang buiten onszelf naar gezocht hebben. Je hebt het gehad over het belang van de integratie van dat inzicht in het dagelijks

InZicht 2.2018


Verlichting gaat niet alleen over inzicht; het gaat over

vrede, geluk en liefde leven. Er bestaat enige verwarring over die integratie: sommige mensen zeggen dat er vanuit het absolute perspectief niets te integreren valt. We beginnen met onderzoeken wat het zelf dat zoekt werkelijk is, en vroeg of laat herkennen we dan: ‘Ik ben gewaarzijn’ of ‘Ik ben bewustzijn’. Ik ben degene die mijn ervaring kent of zich er bewust van is, maar zelf ben ik geen enkele specifieke ervaring. Die herkenning is nog niet wat verlichting genoemd wordt, maar het is wel een belangrijke stap in de goede richting. Verlichting of ontwaken is niet alleen de herkenning ‘Ik ben bewustzijn’; het is de herkenning van wat het bewustzijn dat ik werkelijk ben is. De herkenning ‘Ik ben bewustzijn’ zegt ons nog niets over wat dat bewustzijn dan is. Er is dus een onderzoek nodig dat verder of dieper gaat, waarin we ontdekken dat wat we in wezen zijn altijd aanwezig is en daarom niet onderhevig is aan geboorte of dood. Het is onbegrensd en deelt daarom niet de grenzen of bestemming van het lichaam. Met andere woorden, we ontdekken dat wat we wezenlijk zijn eeuwig en oneindig is. Die herkenning wordt traditioneel ‘verlichting’ of ‘ontwaken’ genoemd. Zoals ons vroegere begrip van onszelf tot uitdrukking kwam in onze gedachten, gevoelens, activiteiten en relaties, zo is ons nieuwe inzicht nu opgenomen in de manier waarop we denken en voelen, en vervolgens ook in de manier waarop we handelen

en met anderen omgaan. Met andere woorden, er is dan sprake van een geleidelijke transformatie van alle aspecten van onze ervaring. Die integratie vindt op natuurlijke wijze plaats, maar je kunt haar wel helpen om tot stand te komen en faciliteren. Kun je een voorbeeld geven van hoe dat dan in zijn werk gaat? Veel mensen op de non-duale weg begrijpen dat hun ervaring van het lichaam en de wereld verschijnt als een stroom gewaarwordingen en waarnemingen binnen bewustzijn die bestaan uit bewustzijn, maar blijven het gevoel houden dat ze iets zijn dat een vaste vorm heeft, compact en beperkt is en gelokaliseerd is op een bepaalde plaats, en dat objecten en anderen los van hen staan. Met andere woorden, er is sprake van een discrepantie tussen wat ze begrijpen en hoe ze zich voelen, hoe ze waarnemen, handelen en met anderen omgaan. Er bestaat dus een volgende fase waarin die discrepantie teniet wordt gedaan. Die fase behelst een onderzoek naar hoe we het lichaam voelen en de wereld waarnemen in het licht van ons nieuwe inzicht. Het lichaam wordt nooit ervaren zoals erover gedacht wordt. In feite wordt het ervaren als een stroom gewaarwordingen die in bewustzijn ronddrijven als wolken in de lucht. Hoofdpijn weegt niets. Maar waarom hebben we dan het gevoel dat de druk van onze benen op de stoel, wat gewoon maar een gewaarwording is, een bepaald gewicht heeft? Als

7


we ons strikt aan het bewijs van de ervaring houden, hangen beide gewaarwordingen gewichtloos in bewustzijn. Onderzoek je lichaam zoals het nu op dit moment aan je verschijnt als een stroom gewaarwordingen en waarnemingen in bewustzijn. Hoe oud is de gewaarwording van het tintelen van je handen? Welke vorm heeft ze? Heeft ze een geslacht, omvang of nationaliteit? Zit er een rand aan die gewaarwording? Sluit je ogen en neem het totaal aan gewaarwordingen die je lichaam vormen in je op en stel jezelf die vragen dan nog eens. Kun je de rand van die gewaarwording vinden? Bezit zij een zekere dichtheid of is het gewoon een transparante, tintelende vibratie die gewichtloos in bewustzijn hangt? Ga naar de ervaring van je benen op de stoel. Die ervaring is niet meer dan een gewaarwording. Hoeveel weegt die gewaarwording? Bezit zij een duidelijke omtrek? Heeft zij een omvang, een vorm, een massa of een dichtheid? Is de ervaring van het lichaam begrensd door de huid of is de huid zelf in de feitelijke ervaring van dit moment geen onbegrensde gewaarwording die gewichtloos ronddrijft in bewustzijn? Op die manier ontdekken we dat onze ervaring

van het lichaam heel erg verschilt van ons concept ervan. In dat op de concrete ervaring gebaseerde onderzoek wordt het lichaam geleidelijk aan ontdaan van alle overtuigingen en gevoelens die eraan zijn toegevoegd en laat het zich zien als zuiver bewustzijn. Het is niet iets wat een vaste vorm heeft en begrensd, omhuld en compact is en waar een zelf in huist. Het is uitgestrekt, doorzichtig, leeg, liefdevol en er huist geen zelf in. We beginnen het lichaam te ervaren op een manier die overeenstemt met wat we weten. Dit is een voorbeeld van het soort onderzoek dat we kunnen doen om de manier waarop we het lichaam voelen en de wereld waarnemen in overeenstemming te brengen met wat we weten. Het is het verwerken van wat we weten in ieder onderdeel van de ervaring. Verlichting gaat niet alleen over inzicht; het gaat over vrede, geluk en liefde. En als die niet stabiel en zichtbaar zijn in onze feitelijke ervaring, dan moeten we vraagtekens zetten bij de diepte of geldigheid van onze zogenaamde verlichting. Als we erover spreken, moeten we het ook laten zien. t Interview: KarinVisser Vertaling: Han van den Boogaard

OPROEP AAN DE LEZER Het thema van het komende nummer van InZicht is Wie zoekt Geluk? De redactie nodigt je uit om een korte bijdrage (maximaal 225 woorden) te leveren op basis van dit thema. De uiterste inzenddatum is 15 Juli 2018. De redactie houdt zich wel het recht voor om al dan niet tot plaatsing over te gaan. Waar zoek je geluk? Hoe zoek je geluk? Zit geluk in dingen, in onszelf? Kan een ander ons gelukkig maken? Kan geluk groter zijn dan een kortstondig euforisch moment van ‘geluktheid’? Is geluk de ene kant van de medaille? Of is het weer een onder-

8

werp waarmee het ego zijn bestaan denkt te rechtvaardigen? Bestaat er geluk dat onvoorwaardelijk en onpersoonlijk is? Geluk dat niemand toevalt of toebehoort? Geluk zonder tegendeel? En een zeer essentiële vraag: wie zoekt geluk voor wie? En is geluk dat wat we werkelijk zoeken? Allemaal vragen die uitnodigen tot beschouwing. Wij stellen het op prijs als je je beschouwingen met ons wilt delen. Tot slot een citaat van een goede vriend: Gelukkig ben ik als ik dat niet hoef te zijn.

InZicht 2.2018


C olumn - Han van den Boogaard

Een verrukkelijke vanillepudding

P

as geleden vroeg iemand me of ik wel eens doerian had gegeten. Nu ben ik een paar keer in de tropen geweest, maar uiteindelijk heb ik het nooit aangedurfd om te proeven hoe die fameuze vrucht smaakt. En dat terwijl geen enkele andere vrucht in Zuidoost-Azië een reputatie heeft die het haalt bij de faam van de doerian. De plaats van de doerian in de culturen van die regio is wel vergeleken met de rol van champagne in het Westen. Toch wordt hij niet alom gewaardeerd, want hij combineert een heerlijke smaak met een weerzinwekkende stank. In de Filipijnen bestaat het gezegde ‘De doerian stinkt als de hel, maar smaakt hemels’. En de Engelse schrijver Anthony Burgess, die een tijd in Zuidoost-Azië gewoond heeft, liet zijn gevoel voor understatement even voor wat het was toen hij beschreef wat het eten van een doerian met hem deed: ‘Het is of je de meest verrukkelijke vanillepudding zit te eten in een openbaar urinoir.’ Ik heb ze wel uitgestald zien liggen op de markt: vruchten zo groot als mensenschedels en bewapend met grote, harde en messcherpe piramidevormige stekels. Bij vlagen steeg er een vreemde, zoete maar weerzinwekkend weeë geur uit de rijpere exemplaren op. Geen haar op mijn hoofd die eraan dacht om er een te kopen. Dus nee, ik zou niet weten hoe de doerian smaakt. En toen viel het zo’n beetje stil tussen mij en degene die me de vraag had gesteld. Hij droeg ter illustratie nog wel woorden aan als ‘heel apart’, ‘heftig’ en ‘ongeëvenaard’, maar die vertelden me natuurlijk niets over hoe een doerian nu werkelijk smaakt. Andersom zou uiteraard hetzelfde gelden. Als ik met mijn ogen dicht een stuk doerian zou proeven en vervolgens iemand anders zou proberen uit te leggen wat ik had gegeten en hoe het smaakte, dan is de kans groot dat de ander geen flauw idee zou hebben welke vrucht als een engeltje over mijn tong was gegleden. Dat is het lot van de mens, dat hij zijn rechtstreekse ervaring nooit op een ander kan overbrengen, en dat we ons eigenlijk niet meer dan een mentale voorstelling kunnen maken van waar de ander het over heeft

of wat hij of zij bedoelt. We tasten in ons contact met elkaar onophoudelijk in het duister, als blinden die elkaar vertellen over de kleur blauw, en als doven die elkaar met gebaren duidelijk proberen te maken wat geluid is. Hoe bijzonder is het dan dat sommige mensen precies denken te weten en uit te kunnen leggen wat verlichting is; dat ze YouTube en internetfora over mystiek en non-dualiteit afstruinen en iedereen de maat nemen van wie beweerd wordt dat hij of zij verlicht is of zou kunnen zijn. En ook al bestaat er in de zenwereld een traditie waarbij een meester ‘brevetten van verlichting’ toekent aan hen die iets diepzinnigs over het onzegbare hebben weten aan te geven, het moge duidelijk zijn dat die traditie in de voor ons soms onpeilbare culturen van China en Japan geworteld is, waarin rituelen een belangrijke rol spelen en het erkenningsritueel van de meester zijn sociale functie in een spirituele gemeenschap mag en kan vervullen. Verder zegt het niets, noch over de meester, noch over de leerling. Verlichting is weten dat er niemand is die verlicht zou kunnen zijn, naar zijn werk zou kunnen fietsen, verbaasd zou kunnen staan of een doerian zou kunnen eten. En als dat weten er is, zomaar uit het niets verschenen is en onmiddellijk onbetwijfelbaar is omdat het onophoudelijk gezien en ervaren wordt, dan hoeft dat weten bij niemand geverifieerd te worden als echt, authentiek en van de hoogste orde. Verlichting spreekt voor zichzelf, uit zichzelf, tot zichzelf. Daar is verder niemand bij nodig, noch bij mogelijk, want verlichting is de leegte zien die gevuld is met alles. En natuurlijk zijn dit ook weer woorden die iets proberen te beschrijven dat iedere beschrijving tart en kunnen ze met een gerust hart terzijde gelegd worden of zelfs ongelezen blijven. We zijn doof en blind, maar er is iets dat we blind kunnen zien en doof kunnen horen omdat het ons meer eigen is dan ons zelf: onze eigen aanwezigheid; niet als persoon, maar als de leegte die zichzelf ziet.

9


Verlichting,

Verlichting verschijnt zodra jij verdwijnt

10

InZicht 2.2018


mythe of realiteit?

Š 2018 hans tibben

Olette Luitwieler

11


Olette Luitwieler is schrijfster van de romans Zielewind, Godenkind, en het non-fictie boek De Levensdroom. Ze geeft op uitnodiging workshops en lezingen over haar laatste boek. Meer informatie vind je op www.oletteluitwieler.nl

D

e term verlichting roept allerlei beelden op die in mijn ogen tot verwarring leiden. Dat is begrijpelijk want het is volkomen ongrijpbaar, onzichtbaar, niet definieerbaar en alles wat je erover zegt of denkt, is hooguit een verbeelding van wat het werkelijk is. Dit betekent niet dat verlichting een illusie is. Bovendien is het verlangen ernaar voor velen heel reëel en echt, en het zet een spirituele zoektocht in gang. Toch weten we eigenlijk niet wat we precies zoeken. Wel vormen we ons er allerlei beelden bij die we vervolgens gaan najagen. Dit kan niet anders dan op teleurstelling uitlopen, omdat het beeld nooit gevonden zal worden. Verlichting is geen beeld en komt ook niet overeen met wat voor beeld dan ook. Het is juist een ‘val’ uit alle verbeelding, die tegelijkertijd een val uit tijd en ruimte is. Direct voorhanden

Verlichting is direct voorhanden, het is het onmiddellijke dat altijd aanwezig en alomtegenwoordig is, en gaat elke waarneming en alle mentale concepten en ideeën voorbij. Het gaat zelfs voorbij ervaring, omdat onze ervaring nog gekoppeld is aan het ik; het ik dat iets ervaart. Verlichting heeft met ‘iets’ en met het ik (dat ervaart) niets te maken. Voor mij is een eenheidservaring dan ook niet hetzelfde als verlichting, omdat een ervaring tijdelijk is, dus komt en gaat, terwijl verlichting niet afhankelijk is van tijd, noch van een persoon die die ervaring heeft. Het breekt dwars door het ruimte- en tijdsbesef heen, en daarmee wordt gezien dat tijd en ruimte slechts concepten zijn en geen realiteit. Maar dat wordt dan niet gezien door iemand, maar door het Ene dat zichzelf ziet. Het valt niet uit te leggen omdat het woorden, beelden en begrip voorbijgaat.

Het wordt gezocht waar het niet is: in de wereld van tijd en ruimte, of de dualiteit. In de wereld van tegenstellingen en verdeeldheid is verlichting verborgen omdat de focus daar ligt op zintuiglijke waarnemingen en denken. Dit brengt ons in een wereld van delen, van begrenzen, van de ene helft nastreven en de tegenpool vermijden of bestrijden. Bovendien wordt in deze dualistische wereld altijd - subtiel of minder subtiel - een gevoel van tekort, van ‘iets missen’ of incompleetheid ervaren. Dit gevoel zet een zoektocht in gang naar het oplossen van dat gevoel van incompleetheid. Maar de bevrediging van het verlangen wordt in de wereld gezocht en daar is het niet te vinden. Verlichting is er zodra de wereld van het ik, van de dualiteit, ophoudt te bestaan. Wie?

Het wordt gezocht door degene die het nooit kan vinden: de persoon, het individu. Het ik heeft de neiging zich toe te eigenen wat het verlangt. Het wil het verkrijgen, hebben. Daarom gaat de persoon zijn best doen om het te verwerven. En als hij het vindt, of denkt te ‘hebben’, identificeert hij zich ermee. Hij hoopt dat zijn identiteit zal veranderen van een niet-verlicht iemand naar een verlicht persoon, en hij meent dat deze laatste identiteit een betere zal zijn, een die hem gelukkiger zal maken. Het treurige is dat er niet zoiets bestaat als een verlicht persoon, dus zijn verlangen zal nooit bevredigd worden. Verlichting is juist het einde van de persoon die in en met beelden leeft. Je kunt dus nooit van een verlicht iemand spreken. Verlichting bestaat alleen in ‘niemandsland’. Waarmee?

Over de zoektocht naar verlichting bestaan in mijn ogen de nodige misverstanden of mythes. Ik zal er een aantal benoemen en toelichten.

Het wordt gezocht met gereedschap (methoden, technieken, spirituele kennis) dat eerder een belemmering vormt en het vinden tegenhoudt. Zoals de zoeker niet alleen gelooft dat hij een weg te gaan heeft om er te komen, gelooft hij ook dat er kennis, methoden en technieken bestaan die hem helpen op

12

InZicht 2.2018

Waar?


Uit de lege huls van het ik in de armen van het zijn de weg naar zijn doel. Hij denkt dus dat hij iets nodig heeft. Maar dat is een illusie; een illusie waarin hij wil blijven geloven. Hij wordt ook telkens verleid erin te blijven geloven. De spirituele markt bijvoorbeeld biedt voortdurend allerlei methodes en hulpmiddelen aan die het altijd hongerende en vragende ik voeden, of zoet houden met valse beloftes van verlichting in de toekomst. Ook met uitspraken als ‘de weg is het doel’, kunnen mensen jarenlang beziggehouden worden zonder dat er noemenswaardige veranderingen plaatsvinden (maar in hun beleving net genoeg om door te blijven gaan). Zelfs zoiets als ‘doe niets, dan bereik je het’, kan tot een methode verworden; nietsdoen wordt dan dat wat je doet om er te komen. Zo blijf je aan de gang. Het is een gebed zonder eind. Wat?

Er wordt gezocht naar wat het niet is: iets, een verlangen dat verwerkelijkt dient te worden, een doel, een beeld, bijvoorbeeld een voortdurend gevoel van gelukzaligheid. Omdat van verlichting een beeld of voorstelling wordt gemaakt, wordt het onvermijdelijk tot iets gemaakt. Iets dat geprojecteerd wordt in een toekomst. Er wordt volledig over het hoofd gezien dat het er nu al is. Dit wordt helder zodra alle beelden wegvallen. Zodra tijd wegvalt. Zodra het ik wegvalt. Verlies en bevrijding

Verlichting zou je kunnen opvatten als (een val in de) realiteit. En deze is met geen pen te beschrijven en komt met geen beeld overeen. Het is het einde van alles waarin we ooit geloofd hebben. In die zin is het een verlies. Het is het verlies van al onze illusies, maar dat is een bevrijding, want we lijden onder onze gehechtheid aan of geloof in illusies. Toch zijn al deze illusies niet te voorkomen. Er is evenmin iets mis mee. Het is gewoon de manier waarop eenheid zich kenbaar maakt in de dualiteit. Zodra er dualiteit is, ontstaat het verlangen naar

eenheid, naar het opheffen van het gevoel van afgescheidenheid. Daarom zal waarschijnlijk niemand stoppen met zoeken voordat hij gevonden heeft. Zoeken is het onschuldige spel van eenheid die zich afscheidt van zichzelf en zich opeens als ‘twee’ ervaart en opnieuw één wil worden. Verlichting is er al, maar wordt enkel zogenaamd overschaduwd door de illusies van het ik en het ik zelf. Het ik gaat zoeken omdat het het contact met wat is verloren heeft. Maar in wezen kan het contact nooit verloren gaan. De realiteit is er altijd, en is altijd wat ze is, maar zolang het ik een andere realiteit droomt en deze voor echt aanziet, lijkt verlichting afwezig te zijn. In vol ornaat

Verlichting is alles verliezen wat niet is, opdat alleen overblijft wat is: zijn, alleen maar zijn. Zijn in of met wat is. Stilte. Leegte. Volheid. Levenslust, levenskracht die zich uit zoals deze zich uit. Dit is groots en overweldigend, omdat het alles is, terwijl het tegelijkertijd heel gewoon en eenvoudig is. Want het is een samenvallen met je ware, onbegrensde natuur. Het is echt, natuurlijk, spontaan, puur, waarachtig zijn. Het is één worden met alles wat is zoals het is. Het is de realiteit in vol ornaat. Je zou ook kunnen zeggen: verlichting is waar worden, waar laten zijn wat waar is. En dat gebeurt vanzelf door te zien wat niet waar is. Het is ophouden met zijn wie je niet bent: een afgescheiden ik. Het is definitief stoppen je van alles voor te wenden waardoor het ware zich kan tonen. Of beter gezegd: waardoor je het ware wordt. De realiteit is altijd het enige wat er is. En dat ben je. Je bent dat nu al, je bent nooit iets anders geweest en zal nooit iets anders zijn. Wat een zegen en een opluchting. Verlichting tilt je op uit de lege huls van het ik en legt je in de armen van het zijn. Het is als het ware op je eigen grond vallen die niet eigen blijkt te zijn maar universeel. Alles en niets. Eén. t

13


Een liquidatie in Douwe Halbesma

Als wij niets kunnen doen om vrijheid en verlichting te verwezenlijken, wat dan? Blijven zitten met materialisme, jachtigheid en onevenwichtigheid kan toch niet de bedoeling zijn? Er zit voor ons mensen maar één ding op: ophouden!

14

© 2018 geert verbeke

M

ensen onderwerpen zich graag aan een visie, doctrine of discipline. Om zelf het leven met een beschouwing te kunnen sturen, heeft hun voorkeur. De een onderwerpt zich aan oeroude disciplines waarmee hij aardig uit de voeten kan omdat de leer van generatie op generatie wordt overgedragen. Denk aan orthodoxe joden die alle autoriteit afleiden van de Thora, de eerste van de vijf boeken van de Hebreeuwse Bijbel (het Oude Testament). De ander onderwerpt zich weer aan moderne disciplines om vrijheid, geluk en welvaren te bemachtigen. Denk aan hen die in de new age opgaan en zich openstellen voor spirituele ontwikkelingen, bewustzijnsverruiming, het bepalen van het eigen lot en uitgaan van gevoel in plaats van verstand. En weer een ander pakt het rigoureuzer aan: hem staat het liquideren van levensbeschouwingen voor ogen en in het bijzonder het ego (het ik). Deze mens wil graag vrij zijn van ik-zucht. Maar het is ik-zucht die w de liquidatie ervan wil voltrekken. Hij weet niet

InZicht 2.2018


de binnenwereld

15


Douwe Halbesma was 36 jaar werkzaam als lasser in de metaalsector. Door een faillissement maakte hij de overstap naar de boekhandel waar hij nog steeds werkt. Al vanaf zijn 19de is hij geïnteresseerd in een leven zonder zorgen en problemen en heeft hij tot zijn grote vreugde deze probleemloosheid of vrijheid 21 jaar geleden voorgoed verwezenlijkt: het is inderdaad mogelijk om uitgesproken gelukkig te zijn. Via schrijven wil hij anderen helpen hiertoe te komen. Douwe is auteur van Zeilen op de wind van vandaag en De odyssee van het inzicht.

hoe het liquideren gebeuren moet om een vrij en verlicht mens te kunnen zijn. Het is als vuur met vuur bestrijden. Degene die het ego of ik wil liquideren, is onderdeel van dit ik, dus blijft er altijd een ik, oftewel een doener bestaan die liquideert. Daarom zeggen wijze meesters dat uiteindelijk ook de meester het veld moet ruimen. Ophouden

Er zijn mensen die letterlijk sober gaan leven om met soberheid recht te doen aan vrijheid en verlichting. Zij wensen materialisme te liquideren. Er zijn mensen die onthaasting invoeren omdat zij in hun optiek bezig zijn zichzelf over de kop te werken. Zij wensen jachtigheid te liquideren. Ook zijn er mensen die via meditatie een hoger bewustzijnsniveau proberen te bereiken, met als doel evenwichtigheid. Zij wensen een huis-, tuin- en keukenbewustzijn te liquideren. Wie, wat en hoe er ook geliquideerd wordt, het idee dat óns iets te doen staat moet juist opgeheven worden. Doen volgt namelijk een methode, precies zoals ook iedere levensbeschouwing een methode behelst. Als wij niets kunnen doen om vrijheid en verlichting te verwezenlijken, wat dan? Blijven zitten met materialisme, jachtigheid en onevenwichtigheid kan toch ook niet de bedoeling zijn? Er zit voor ons mensen maar één ding op: ophouden. En met ophouden wordt bedoeld: niet doorgaan. Niet verdergaan. Eindigen. Stoppen. Waarmee dan? kunnen we ons afvragen. Eindig ook dit ‘afvragen’. Er is niets dat wij kunnen doen om vrij en verlicht te worden. We kunnen er veel over lezen, maar uiteindelijk zal kennis er niet toe doen. Leef het leven nú! We heb-

16

ben maar één leven, dus grijp deze kans. Er kunnen geen zorgen, problemen en vragen bestaan als er nu wordt geleefd. Eenmaal geconfronteerd met directheid, oftewel met het nu, wordt er vanzelf plaats geruimd voor spontaniteit, openheid en eerlijkheid. Wees, in optima forma

Wees direct met de dingen. Wees direct met de gedachten en gevoelens die opkomen. Zonder enige vorm van verzet en opzet is alles wat wij uiten mooi, ook al falen en mislukken wij faliekant. Verzin geen verhaal waarom wij niet angstig of bedroefd zouden mogen zijn. Wij mogen alles zijn! Wees, in optima forma. Geen mooier mens dan een spontaan mens. In het nu zal het ons ontbreken aan opzettelijkheid, achterbaksheid en listigheid omdat deze zaken voorbereiding betreffen. Wees onvoorbereid en onvoorbedacht, niet bij een examen, wel bij het aangaan van leven. Zelfs als wij stuntelen zijn wij mooi. Geen gevoeliger snaar dan het punt waarop wij het leven hier en nu aanvangen. t [advertentie]

IVAR

grafisch ontwerper m 06 24 27 41 31 e ivar@ivarhamelink.nl w ivarhamelink.nl

InZicht 2.2018

hamelink

•huisstijlen•tijdschriften•boekomslagen •logo’s•boeken•affiches •kaarten•etc.



Zo

18

InZicht 2.2018


Elias Amidon is sinds 2004 de geestelijk leider (Pir) van de Sufi Way. Zijn voornaamste leraar was Fazal Inayat-Khan. Daarnaast was hij leerling van Qadiri Sufi’s in Marokko, boeddhistische Theravada-leermeesters in Thailand, Amerikaans-Indiaanse leraren van de Assemblies of the Morning Star, christelijke monniken in Syrië en zenmeesters van de White Plum Sangha. Een van zijn belangrijkste activiteiten binnen de Sufi Way is het organiseren van Open Pad Trainingen, die zich richten op de realisatie van zuiver non-duaal bewustzijn. Voor meer informatie kijk op www.sufiway.nl of neem contact op met Umtul Valeton-Kiekens muvaleton@gmail.com

dichtbij Elias Amidon

terracottaleger china

‘t Is zo dichtbij, dat je het niet kunt zien. ‘t Is zo diepgaand, dat je het niet kunt doorgronden. ‘t Is zo eenvoudig, dat je het niet kunt geloven. ‘t Is zo volmaakt, dat je het niet kunt aanvaarden. Wat is het?

19


D

it uitgelezen raadsel, dat uit de Tibetaanse Shangpa Kagyu-traditie stamt, is samengesteld uit wonderbaarlijke paradoxen: volkomen positief (zo dichtbij, zo diepgaand, zo eenvoudig, zo volmaakt) en volkomen negatief (je kunt het niet zien, niet doorgronden, niet geloven en niet aanvaarden). Er staat dat - hoezeer we er ook naar zoeken of hoe we het ook noemen - dit ‘het’ aan het zoeken of benoemen ontsnapt. In de meeste teksten worden deze regels geen raadsel genoemd, maar krijgen ze de zonderlinge titel ‘De vier fouten van bewustzijn’. Maar als we denken dat ‘bewustzijn’ het antwoord op het raadsel is, missen we de bedoeling. Door het ‘bewustzijn’ te noemen komen we tot een bedachte conclusie, maar wat dit ‘het’ ook mag zijn, het is niet objectief als een bedenksel en niet vaststaand als een conclusie. Natuurlijk, de regels verwijzen naar het bewustzijn, maar begrijpen we werkelijk wat dat is, behalve een idee? De schoonheid van het raadsel is dat het ons tot aan de rand van de taal brengt en ons er dan overheen duwt. Hoewel deze vier regels zeker niet te verbeteren zijn, wil ik toch graag enkele gedachten delen in de hoop dat ze hierbij een beetje kunnen helpen.

Volgens de grote leermeester van het non-dualisme, Jean Klein, is het “dat wat ons het meest na staat”. Het is ons zo nabij dat het geen afstand hoeft af te leggen om ons nog nader te komen. Soefi’s vinden “nabijheid tot God” van groot belang en bedoelen daarmee hetzelfde. “Ik ben u nader dan uw halsslagader,” zegt de Koran. In dit geval duiden de woorden ‘dichtbij’ en ‘nabij’ niet op locatie of afstand, ze verwijzen naar identiteit, zo nabij dat we het zijn. En zo is het ook met ons bewustzijn. Is er iets dat dichter bij ons staat dan bewustzijn? ‘t Is zo dichtbij dat we het niet kunnen zien, evenmin als het oog zichzelf kan zien. Bewustzijn is niet zichtbaar, ook al is het vanzelfsprekend. En ook al kan de overeenkomst tussen bewustzijn en het zijn ‘als ruimte’ misschien helpen, toch is bewustzijn, anders dan onze perceptie van ruimte, niet te meten. ‘t Is zo diepgaand, dat je het niet kunt doorgronden

Eén manier om het geheim van deze regel te benaderen is je ruimte voor te stellen. Ruimte is zowel dichtbij als onzichtbaar. Is het niet buitengewoon dat we een gevoel van ruimte kunnen hebben zonder dat we die daadwerkelijk kunnen zien of voelen? Ons lichaam beweegt zich door ruimte en, ook al wijkt die niet uiteen om ons door te laten, toch voelen we geen weerstand, ze gaat dwars door ons heen. Zo dichtbij is waar ons raadsel naar verwijst.

Deze regel slaat de bodem eronderuit. Ze stelt dat we gewoon niet kunnen begrijpen wat het is. Het ‘bewustzijn’ noemen brengt ons niet veel verder, want nog nooit heeft iemand bewustzijn kunnen doorgronden. Mystici hebben er voortdurend op gewezen dat bewustzijn de basis is van alle zijn en nu beginnen natuurkundigen tot dezelfde ontdekking te komen. Maar enkel beweren dat dit niet hetzelfde is als het te doorgronden geeft alleen maar een andere geheimzinnige beschrijving. Wat we hier bespreken is niet te doorgronden. Het is een mysterie en dat zal het blijven omdat het niet kan worden begrensd als een object dat onze geest zou kunnen omvatten. Mysterium profundum! Het Goddelijk Onbekende. In de mate waarin we dit kunnen aanvaarden, worden we gezegend door nederigheid. Onze behoefte om te begrijpen, onze drang om deze diepgang

20

InZicht 2.2018

‘t Is zo dichtbij, dat je het niet kunt zien


intellectueel te doorgronden, ontspant zich. Het verstand geeft zich gewonnen om plaats te maken voor iets dat we toewijding, dankbaarheid, lofprijzing of liefde kunnen noemen.

En toch is het hier, de eenvoudige zuivere aanwezigheid van zijn, elk moment levend immanent in hoe alles verschijnt, terwijl het tegelijk iedere verschijning, elk moment overstijgt.

‘t Is zo eenvoudig, dat je het niet kunt geloven

‘t Is zo volmaakt, dat je het niet kunt aanvaarden

Wat het ook is, het is zo eenvoudig dat het geen enkel verhaal of idee kan verschaffen om in te kunnen geloven. Plotinus noemt het ‘het Ene’, het niet-samengestelde, dat wat geen eigenschappen bezit, het volmaakt eenvoudige beginsel van alles. Boeddhisten noemen het leegte. soefi’s noemen het de lege ruimte van louter potentieel. Wil de oorspronkelijke eenvoud ervan zeggen dat we het niet kunnen ervaren? Dat kunnen we wel, maar niet als een ervaring. Om ons open te kunnen stellen voor deze niet-ervaring, moeten we zelf eenvoudig worden, transparant voor onszelf. In het onzekere licht van eenvoudige, zekere waarheid, In levende veranderlijkheid gelijk aan het licht Waarin ik je ontmoet, waarin we in alle rust Een enkel moment in het midden van ons wezen zijn is de levende doorschijnendheid die jij brengt vrede. Wallace Stevens, uit “Notes Toward a Supreme Fiction”

Doorzichtig worden is niet zo moeilijk als het klinkt, onze ware aard is al transparant. Het is de transparantie van zuivere aanwezigheid of, zoals sommigen het noemen, aanwezigheidsbewustzijn dan wel gewaarzijn. Als we proberen zuivere aanwezigheid te verbeelden, dan lukt dat niet, als we het willen doorgronden, kunnen we dat niet en als we het willen geloven, ontgaat het ons. Het is eenvoudiger dan al wat we door geloof kunnen benaderen.

Deze laatste regel is misschien wel de meest geheimzinnige. We zouden kunnen denken dat als iets werkelijk volmaakt is, we het gemakkelijk zouden kunnen aanvaarden, maar de volmaaktheid waarnaar deze regel verwijst gaat ons vermogen tot aanvaarden te boven. We kunnen het niet bevatten, onze “beker vloeit over”. We zijn gaan geloven dat deze werkelijkheid waarin we ons bevinden geen gemakkelijke plek is. We worden bedreigd door ziekte, geweld en de dood. Alles wat we hebben wordt ons op een dag ontnomen. Hoe kan de waarheid iets zijn dat zo volmaakt is dat het onze pijn en ons verdriet zowel vasthoudt als tenietdoet. De weerbarstigheid van die vraag is een van de redenen dat we dit dat ‘zo volmaakt’ is niet kunnen aanvaarden. Net als in de voorgaande regels loopt ‘het aanvaarden’ tegen dezelfde grenzen aan waar zien, geloven en doorgronden tegenaan liepen. Zolang we denken dat we iets moeten doen - zien, geloven, doorgronden of aanvaarden - missen we waar het hier om gaat. Dit wat zo volmaakt is doordringt alle zijn. Het is de zuivere liefde-vrijgevigheid die zo nabij, zo diepgaand, zo eenvoudig is dat we het met onze gebruikelijke manieren van weten en voelen niet kunnen omvatten. Zoals Roemi ons aanraadt: Sluit deze ogen om de andere te openen. Laat het middelpunt je zicht verhelderen. t

21


De mystieke

22

InZicht 2.2018


ervaring

Douglas Harding

“Zelfrealisatie is als het staren in een open leegte, in een ‘niets’ waaruit zelfs de gedachte ‘Ik ben Brahman’ verdwijnen moet” Ramana Maharshi

© 1991 ulisses,

Met deze uitspraak rijst de vraag naar wat de aard van Zelfrealisatie dan eigenlijk echt is, hoe een werkelijk spiritueel leven geleefd kan worden en waar de mystieke ervaring over gaat. Want als die ervaring net zo dor en kaal is als deze expert stelt, wat is dan de waarde van alle opzienbarende uitspraken van grote oosterse en westerse mystici, zowel uit het verre verleden als in de moderne tijd? Want zij beschrijven geen leegte maar een glorieuze volheid en genieten van spirituele rijkdom, inzicht en openbaring.

23


Douglas Harding (1909–2007) studeerde architectuur en werkte lange tijd bij een succesvol architectenbureau in Londen. Van huis uit maakte hij deel uit van een uiterst strenge christelijke sekte. Toen hij 21 was, keerde hij zich daarvan af en begon hij een zoektocht naar de waarheid. Waar die toe leidde beschreef hij in talloze boeken en artikelen, waaronder On Having No Head en Face to No-face. In zijn lange leven organiseerde en leidde Harding talloze workshops waarin hij zijn ‘hoofdloze weg’ aanschouwelijk trachtte te maken aan iedereen die daar open voor stond. Lees meer op www.headless.org

W

at is mystiek eigenlijk? Van alle beladen woorden die we gebruiken en misbruiken is dit misschien wel de meest dubbelzinnige - en waar we ons eigenlijk het minst kunnen veroorloven om vaag over te zijn. Wat bedoelen we met ‘mystieke ervaring’? En wat zijn de kenmerken van een waar mysticus? Iedereen die naïef genoeg is om het antwoord te zoeken in de sectie ‘mystiek’ in de boekwinkel vraagt om een complete verwarring. Want welk verband kun je vinden tussen helderziendheid en de ‘Godheid’ van Meister Eckhart, of tussen kleurrijke verhalen over wonderen en ‘een Leegte die zelfs leeg is van de leegte’, of tussen wichelroedes en de stigmata van Pater Pio, of tussen astraal reizen, ‘out of the body’-ervaringen en de bewering van sommige mystici dat ze sowieso nooit in hun lichaam geweest zijn? Hoe kun je mystici die de kern van bewustzijn omschrijven als een staat, kwaliteit of idee (zoals liefde, geluk, vrijheid, levendigheid) met je gezonde verstand op één lijn brengen met mystici die beweren dat de kern van bewustzijn helemaal geen inhoud heeft en vrij is van elk denken of voelen? Laten we deze verwarring proberen op te helderen door drie soorten ervaringen van elkaar te onderscheiden. Want alhoewel ze gewoonlijk allemaal onder de noemer ‘mystiek’ op één hoop worden gegooid, zijn ze in feite zo verschillend van elkaar als maar mogelijk is.

kocht dat ‘Het Mystieke Leven’ heette. Het bleek een verslag te zijn van reizen die de auteur in trance maakte, door astronomische gebieden tot dusver nog onbekend aan de wetenschap. Tussen de regels kon je lezen dat dit de werkelijke mystieke ervaring was en geen enkele andere ervaring het verdiende om erg serieus genomen te worden. In feite bestrijkt deze soort mystiek een enorm gebied, van vliegende schotels en numerologie tot de vreemde werelden van Emmanuel Swedenborg, Rudolf Steiner of William Butler Yeats. Waarmee ik niets wil afdoen aan de waarde van dit soort ervaringen - er zit altijd wel iets van waarde in, kijk maar naar Yeats’ beste gedichten, maar waarmee ik wil aanduiden hoezeer deze variant van mystieke ervaring verschilt van de tweede soort. De tweede variant

Over de eerste soort mystiek kunnen we kort zijn. Mystiek betekent hier ‘mysterieus, geheimzinnig, onverklaarbaar, occult, bizar, ongelooflijk, onnatuurlijk, onverenigbaar met wetenschap’. Ik herinner me dat ik jaren geleden - afgaand op de titel - een boek

Laat ik een voorbeeld noemen in plaats van deze soort proberen te omschrijven. In zijn bekende en baanbrekende werk met de veelzeggende titel Kosmisch Bewustzijn, een studie van de evolutie van de menselijke geest, schreef dr. R.M. Bucke het volgende. ‘Er daalde een gevoel van verrukking op me neer, een immense vreugde die vergezeld ging of direct gevolgd werd door een intellectuele verlichting die onmogelijk te beschrijven is. Ik geloofde niet alleen, maar zág dat het universum niet uit dode materie bestaat, maar waarlijk een levende Aanwezigheid is. Ik werd me bewust van het eeuwige leven in mezelf. Het was geen overtuiging dat ik het eeuwige leven zou hebben, maar een diep besef dat ik het eeuwige leven al had. Ik zag dat alle mensen onsterfelijk zijn, en dat de kosmische orde zo is geschapen dat alle dingen samenwerken voor het welzijn van iedereen en alles. Ik zag dat het fundamentele principe van de wereld, van alle werelden, dat is wat we liefde noemen, en dat het geluk van iedereen en alles zeker is. Het visioen duurde enkele seconden en was daarna verdwenen. Maar de herinnering

24

InZicht 2.2018

De eerste variant


Verlos jezelf van een fundamenteel probleem van het spirituele leven eraan blijft me al sinds een kwarteeuw bij. Ik wist dat wat het visioen me liet zien de waarheid was.’ Deze tweede variant houdt zich evenzo bezig met de waarheid van wat er ervaren wordt, als met de vervoering en verrukking die ermee gepaard gaan. Ze beweert dat ze voor zichzelf sprekende maar grootse Feiten, tot dan toe verborgen, ontdekt heeft. Ze verschijnt als de kennis van een hogere en gelukkiger orde, en andersom, als de ontdekking van onderliggende Realiteiten. Ze kan één enkele openbaring zijn of een reeks van openbaringen. Een voorbeeld is het sterke besef deel uit te maken van de vrede, liefde, vreugde en andere geweldige dingen die gevonden worden in onze Bron, het hart van alle wezens. Hier rust een diamant met ontelbare facetten die veelkleurig en vurig schitterend straalt op de wereld. Vier kenmerken

De ervaringen die we hier onderzoeken zijn zo gevarieerd dat ze haast niet te definiëren zijn. Toch hebben ze alle vier kenmerken. Ten eerste kun je ze niet door wilskracht of ‘op bestelling’ krijgen; je kunt weinig of niets doen om ze op te roepen. Genade komt zelden op dringend verzoek. Ten tweede kunnen ze niet worden losgemaakt van hun gedachte- of gevoelsinhoud. Liefde is niet hetzelfde als vreugde, vrede, mededogen of moed. Specifieke ervaringen zoals deze, hoe verheven ook, zijn noodzakelijkerwijs beperkt en fragmentarisch. Ze omvatten nooit het hele gebied van Waarheid. Ten derde hebben ze een vaagheid waardoor je ze niet kunt vastpinnen voor nader onderzoek; ze glippen

door je handen. Het is niet vreemd dat de herinnering aan dit soort mystieke ervaring meestal schimmig is. Ook is er een gradatie. Deze mystieke ervaringen variëren in intensiteit en (dat kunnen we gerust stellen) ook van mysticus tot mysticus. Sommigen zijn erg begenadigd, anderen minder. Er is als het ware een hiërarchie van spiritueel bereiken. Ten vierde zijn deze ervaringen tijdelijk. Ze spelen zich af in tijd en hebben tijd nodig. Ze komen onverwacht, bloeien maar kort (zoals Bucke zegt) en verdwijnen dan weer om misschien nooit terug te keren, zeker niet in exact dezelfde vorm. Ze zijn de zeldzaamste en snelste van alle vogels en nooit waargenomen als ze stil zitten. De derde variant

Deze vier kenmerken (onvoorspelbaarheid, beperktheid en onvolledigheid, vaagheid en tijdelijkheid), alle karakteristieken van de tweede soort mystieke ervaring, zijn niet van toepassing op de derde soort. Deze variant is in elk opzicht tegengesteld aan wat we tot nu toe onderzocht hebben. Als we voor het gemak de eerste variant ‘Populaire Mystiek’ noemen, de tweede ‘Piekervaring-mystiek’ en de derde ‘Bevrijde Mystiek’, dan is de laatste inderdaad de mystiek die bevrijd is van alle mystieke tekortkomingen en daardoor in feite van de mystiek zelf. Want ten eerste is deze ervaring toegankelijk naar wens, ongeacht stemming, gezondheidstoestand, verdienste of tekortkomingen. Alles wat ik op dit moment moet doen om mijn Ware Natuur te zien

25

w


© 2018 geert verbeke

is de richting van mijn aandacht 180° omdraaien en zien dat ik naar deze letters kijk vanuit ‘niets’, in elk geval niet vanuit een klein, ondoorzichtig, gekleurd en gecompliceerd ‘ding’. De ruimte die ik op dit moment inneem is zich bewust van het feit dat hij niet ingenomen wordt door ‘mij’, maar door deze letters, op basis van de huidige en verifieerbare feiten. Ik ben de Bewuste Ruimte waarin deze letters verschijnen. Als ik hieraan twijfel, hoef ik alleen maar naar mijn ‘gezicht’ te wijzen en te zien wat er zich bevindt aan mijn kant van die wijzende vinger. Ten tweede is deze ervaring een ‘gedachtestopper’. Wat ik hier zie heeft geen perceptuele inhoud, gevoelsinhoud of gedachte-inhoud. Ik noem het graag

26

een alerte stompzinnigheid, vrij van elk idee of emotie en zeker van de mystieke soort. Dit betekent niet dat ik in een soort trance ben of dat er iets anders vreemds of onnatuurlijks met me aan de hand is. Integendeel, het is ophouden met pretenderen wat ik niet ben: een ding in de wereld, een ‘bezield ding’. Hiermee verwerp of ontken ik niet de inhoud van mijn bewustzijn, maar ik word me bewust van het feit dat hier waar ik ben een smetteloze Helderheid is, vrij van elke kwaliteit, inhoud of functie. Het verstand kan deze diepte niet doorgronden: het is een ware dalervaring. Ten derde is er niets vaags in het zien van deze diepste Diepte. Integendeel, het is de precisie zelf. Je kunt

InZicht 2.2018


De dalervaring brengt de echte bevrijding

er niet aan twijfelen. Het is vanzelfsprekend, helder, eenvoudig, alles of niets, en je kunt het niet verkeerd doen. Er bestaat geen ‘minder diep zicht’ op wat je werkelijk bent. Oneindig kun je mooiere gevoelens ervaren en briljantere gedachten of diepere inzichten krijgen, maar als je thuiskomt in hun Oorsprong, is er maar één manier daar te zijn. En wat je ziet wordt perfect gezien, voor eeuwig en altijd. Ten vierde is deze ervaring buiten de tijd. Het is enkel nu. Daarom kan het niet herinnerd of geanticipeerd worden; je kunt het alleen genieten in het huidige moment. En als dat gebeurt, kun je er uur noch dag aan toeschrijven. Een uitspraak als “Ik zag wat ik werkelijk was van 15.00 uur tot 16.35 uur” heeft geen enkele betekenis. Dit kun je alleen voor jezelf uittesten. Onderzoek de Afwezigheid die in het centrum van jouw heelal is op dit moment, en je zult zien dat je onderzoek begin noch einde heeft. De ervaring is tijdloos. Kortom, in elk opzicht contrasteert de derde soort mystieke ervaring met de twee anderen en er is geen excuus meer om ze met elkaar te verwarren. Door jezelf te verlossen van deze verwarring verlos je jezelf van één van de fundamentele problemen van het spirituele leven. Dalervaring

Laat ik een voorbeeld geven. Vrienden die hun aandacht 180° omkeren en hun Bron opmerken, klagen vaak dat dit niets teweegbrengt en dat ze maar al te menselijk blijven: kleinzielig en humeurig, kortom, net zo’n mengelmoes als voorheen. Of ze zijn teleurgesteld als ze erachter komen dat dit in-zien niet de mystieke ervaring geeft als de in het algemeen geaccepteerde zin van het woord; dat het geen verheven gedachten of gevoelens bij hen opwekt.

De fout die zulke vrienden maken is dat ze variant 3 verwarren met variant 2: ze verwarren piekervaringen met de dalervaring, die de echte bevrijding brengt. Ik stel voor dat ze de meeste kans hebben om allerlei piekervaringen te krijgen door er niet direct achter aan te jagen (wat toch vruchteloos is), maar door te rusten in hun Bron. Dan verwacht ik dat hun bewustzijn van de Bron zo zal groeien dat ondanks de absolute eenvoud ervan (in beide betekenissen), dit zo krachtig wordt dat ze hun interesse in piekervaringen (en in hun gedachtewereld met zijn altijd veranderende weersomstandigheden) zullen verliezen. En uiteindelijk alleen de fascinatie met de Ruimte zelf, waarin alles plaatsvindt, overblijft. Samenvatting

Het eerste type mysticus is gefascineerd door de vreemde dingen die komen en gaan in de Ruimte, het tweede type door de beste dingen die erin komen en gaan (de meest ware, mooie en goede dingen), en het derde type door de Ruimte zelf, de Bewuste Ruimte die alle concepten omvat en overstijgt - met inbegrip van dat van Bewuste Ruimte! Niet dat ik er erg op gebrand ben deze derde variant mystiek te noemen. Je zou het beter anti-mystiek kunnen noemen, en zeker anti-mystificatie, of gewoon aandachtig en natuurlijk zijn wat je vanzelfsprekend bent voor jezelf. Niet langer out-for-lunch, zoals ze in Engeland zeggen, onaandachtig en verward, maar in-for-lunch en genieten van een goede eetlust. t

Vertaling Marc Vlecken en Karin Visser. Eerder verschenen in ‘The Mountain Path’, het tijdschrift van Ramana Maharshi Ashram.

27


op zijn blote voeten schatert de hoeder ZOEKEN NAAR DE OS de koene hoeder bant zich bronwaarts een pad op zoek naar de os de smalle weg naar Oku hult zich in nevelslierten het besef neemt toe de os is nooit op ĂŠĂŠn plaats hij is een zoeker met oorspronkelijk gelaat iedereen is een boeddha SPOREN ZIEN aan de waterkant tussen biesbos en griendland de sporen vinden hoe ver de os ook verdwaalt nergens bestaat een schuiloord de gezochte os hij is niet verschillend van het eigen ik stilstaan is onmogelijk want alles is beweging DE OS ZIEN nachtegalenzang weerklinkt luid uit het lover jonge bamboe ruist geen schilder kan hem schetsen zo mooi is de wilde os felle opwinding door het direct ervaren groene thee zetten oog in oog met hun oorsprong glanzen alle dauwdruppels

28

InZicht 2.2018


tien stadia van verlichting volgens zen Tekst en beeld: Geert Verbeke DE OS VANGEN de ossenhoeder heeft het dier gevangen temmen valt niet mee in benevelde beemden volgt het verwoede vechten het mediteren richt zich op mededogen een loflied zingen er is geen blijvend behoud noch is er grote weerstand DE OS HOEDEN geen enkel moment laat hij zweep of teugel los de os vraagt aandacht tot zachtmoedigheid gebracht zonder halsters of roepen de wijsheid ontpopt op vriendschappelijke voet met het ego het dagelijks leven doet eenvoudig wat het moet OP DE OS RIJDEN huiswaarts op de os het touw is verdwenen de wijze is ĂŠĂŠn met de dagelijkse stroom yin-yang en shakuhachi de boogschutter mikt zorgvuldig op het doel en ontmoet zichzelf aandacht is geen splijtzwam meer in alles weerklinkt een lied

29


DE HOEDER IS ALLEEN rustig de hoeder er bestaat nu geen os meer ook het doel verdwijnt er is bewust ademen nutteloos is de zweepslag alles gaat vanzelf ook de simpele dingen de spelende mens verwelkomt zelfs het sterven niets verstoort nog het zitten OS EN HOEDER VERDWIJNEN de os en hoeder zijn plotseling verdwenen en zonder woorden hult het uitspansel zichzelf in volkomen stilzwijgen alles is leegte alles is verbondenheid alles is stilte de kikker is een koning schrijver en papier zijn ĂŠĂŠn

30

InZicht 2.2018


Geert Verbeke is een Kortrijkenaar uit 1948. Echtgenoot van fotografe en wereldreizigster Jenny Ovaere, pa van vier kinderen en pépé van een kleindochter. Schrijft haiku’s en tanka’s sinds 1968. Is niet gehinderd door enige opleiding, is daardoor speelvogel, enso-schilder, aquarellist, Leica-fotograaf en dichter. Geeft toe dat zijn kat Lynx voor de Engelse en Franse vertalingen zorgt. Is liever voor-denker dan na-denker. Schrijft in een eenvoudige taal over de mens en al zijn verkleedpartijen. Voor steenhouwer en gekke monnik, paardenfluisteraar en wijnboer. Hij komt dagelijks tot inzicht, is daardoor een verschildenker. Als agnost bevriend met Darwin om te leven met hartstocht.

BRONWAARTS TERUGKEREN alles is volbracht terugkeer naar zijn oorsprong niets zien daarbuiten het kolkende water stroomt zoals het leven beweegt er is enkel zijn in leven en liefhebben een grafzerk vegen zeker oorsprong is leegte zoals leegte oorsprong is HELPENDE HANDEN met ontblote borst en op zijn blote voeten schatert de hoeder doet dorre bomen bloeien zonder tover of magie nu zowel eenheid als tweeheid zijn uitgewist is de cirkel rond de hoeder is nu de os en de os heeft nooit bestaan

31


Bernadette Roberts

Na transformatie: het leven van een volwassen 32

InZicht 2.2018


33

Š 2018 hans tibben

vlinder


Vorig jaar overleed Bernadette Roberts. In haar opmerkelijke en unieke boek What is Self? beschrijft ze op gedetailleerde wijze hoe de transformatie van de egostaat naar een eenheidsbewustzijn niet het eindpunt van onze spirituele reis is. Op dit punt begint de volgende fase: de volwassen vlinder gaat haar nieuwe staat daadwerkelijk leven. Na lange tijd kan echter ook aan deze fase een einde komen. Onopgemerkt en zeer geleidelijk lost de algehele zelfervaring uiteindelijk op tot wat Roberts de conditie van ‘geen-zelf” noemt.

A

ls we na de transformatie van het egobewustzijn volledig geacclimatiseerd zijn in het nieuwe eenheidsbewustzijn gaat de reis verder. Hoe verder we van deze verandering verwijderd raken, hoe minder we ons herinneren hoe we de dingen ervoeren in de egostaat. Als de nieuwigheid van het eenheidsbewustzijn naar de achtergrond van ons leven verdwijnt, verdwijnt ook het aanvankelijke contrast met de vroegere egoconditie. Zonder ego kunnen we onmogelijk meer de oude egogevoelens en denkwijzen oprakelen. Waar ons verrijzen in het eenheidsbewustzijn eerst zo mystiek en bovennatuurlijk leek, is het volkomen natuurlijk als de acclimatisering eenmaal voltooid is. Met andere woorden, wat eerst een hogere superieure mystieke ervaring leek wordt nu het normale bewustzijn: het is dan immers het enige bewustzijn dat we kennen. In zichzelf is het nieuwe bewustzijn niet spectaculair. Alleen in contrast met het voorafgaande egobewustzijn, of zelf, herkennen we het als een meer volwassen bewustzijnsniveau. Als we jaren later terugblikken op het hele transformatieproces, lijkt het niet meer dan het normale ontwikkelingsproces van iedereen te zijn: volwassen worden. Wat de vroegere mystici nog beschouwden als een bovennatuurlijke zegen wordt nu gezien als een ontwikkeling die

vereist wordt van ieder mens, ondanks dat ieder die door deze transformatie heen gaat het in het begin nog beschouwt als een hogere mystiek vol bijzondere ervaringen. Alhoewel, zonder het goddelijke zou het niet gebeuren, en zonder het goddelijke zouden we het niet volbrengen.

34

InZicht 2.2018

Natuurlijke gang van zaken

Terwijl de ervaringen zeker buitengewoon zijn voor het egobewustzijn, is het vanuit het perspectief van het eenheidsbewustzijn de natuurlijke gang van zaken. Het boeddhistische gezegde ‘Samasara is nirvana en nirvana is samsara’ wil eigenlijk zeggen dat net zoals het egobewustzijn eerst onze normale staat was, nu het eenheidsbewustzijn onze natuurlijke en normale staat is. Vanuit het egobewustzijn lijkt het eenheidsbewustzijn immers altijd bovennatuurlijk, mystiek of ‘nirvanisch’. Toch zijn er grote verschillen tussen deze twee: dat van een volwassen en onvolwassen mens, van twee soorten bewustzijn en van twee verschillende manieren in het leven en in de wereld staan. Het is belangrijk om het volkomen normale van het getransformeerde egovrije eenheidsbewustzijn te benadrukken. In onze westerse religieuze traditie worden degenen die tot eenheid, transcendentie of Godsbewustzijn zijn gekomen niet vereerd. Heilig-


Bernadette Roberts (1931–2017) is een hedendaagse christelijke mystica, die sinds haar kindertijd een aantal diepe mystieke ervaringen heeft gehad. Kort nadat ze op haar 17e intrad in een klooster, beleefde ze de ‘donkere nacht van de ziel’. Tien jaar later besloot ze uit te treden en een wereldlijk leven te gaan leiden. Ze trouwde, kreeg vier kinderen, gaf les en leefde een eenvoudig religieus leven. Twintig jaar na haar uittreding had ze een mystieke ervaring die naar haar zeggen nooit eerder beschreven was en die ze de ervaring van niet-zelf noemde. Hierover schreef ze drie boeken: The experience of No-Self, The Path to No-Self en What is Self?. Meer info: bernadetteroberts.blogspot.com

heid wordt niet gemeten in termen van bewustzijnstoestanden maar door de vruchten die deze afwerpt - met name door onvoorwaardelijke naastenliefde (liefde) of compassie. Naastenliefde of compassie is het keurmerk van het eenheidsbewustzijn, want in de afwezigheid van een zelf wordt dit een spontane noodzaak waarbij keuze afwezig is. Het is eenvoudig niet langer mogelijk om onszelf voorop te stellen want de behoefte en de energie zijn er niet meer. Testen op het marktplein

In zichzelf is het eenheidsbewustzijn geen eindpunt. Het doel ervan is een authentiek menselijk bestaan. Alleen door een werkelijk volwassen menselijk bestaan te leven maken we de weg vrij voor een edeler doel of bestemming. Dit doel kennen we niet van tevoren (alhoewel we er misschien glimpen van hebben opvangen) en ook kunnen we het niet bereiken totdat het eenheidsbewustzijn grondig geleefd is, als het ware getest op het marktplein. Met ‘marktplein’ bedoel ik niet alleen de niet-mystieke omstandigheden van een uiterst alledaags leven, maar ook een leven niet verschillend van ieder ander om ons heen. Het eenheidsbewustzijn maakt geen aanspraak op superioriteit; we zien nu immers dezelfde goddelijkheid in een ander als in onszelf. En daarnaast weten we dat het waarneembare zelf vergankelijk is.

Enige claim op superioriteit zou aantonen dat ons eenheidsbewustzijn niet waarachtig is. Wanneer we terugkeren naar het leven van alledag, eisen we voor onszelf niets op en verwachten we geen erkenning van anderen. Niemand kent immers onze ‘mystieke’ ervaringen. Tot het eenheidsbewustzijn werkelijk gerealiseerd is te midden van het alledaagse leven tot zijn uiteindelijke einde, horen we meestal alleen over de extase en doodsangst van het transformatieproces, de glorie van de nieuwe staat en haar superioriteit over de egostaat. Zonder deze fase helemaal te doorleven zou er een incompleet beeld ontstaan van het doel en einde van het eenheidsbewustzijn, en zouden we geloven dat deze ook het einde van de transitie is en daarmee het doel van het menselijk bestaan. Het directe doel is echter alleen het vermogen om de menselijke conditie in haar volwassen vorm te leven, dat wil zeggen: te leven vanuit het goddelijk centrum en niet vanuit het centrum van het zelf. Zonder deze volwassenheid uit te proberen en uit te oefenen in het vuur van een volkomen alledaags leven kan de reis niet vervolgd worden naar zijn ware einde: het wegvallen van de algehele zelfervaring (alle bewustzijn) samen met het volwassen egovrije eenheidsbewustzijn. Hiervoor is het leiden van een volstrekt alledaags leven de noodzakelijke voorbereiding.

35


Š 2006 der wanderer, theodora plas

Een lange onopvallende fase tot nu toe volkomen genegeerd in de literatuur

Waarom we verkeerd begrepen hebben dat de egovrije toestand ook het eindpunt van de reis zou zijn heeft een aantal redenen. Een daarvan is dat de openbaring van het goddelijke centrum en het ware Zelf het gevoel geeft van een definitief einde, naast

een nieuw begin. Natuurlijk is dit het einde van de egostaat en het begin van het eenheidsbewustzijn. Het lijkt alsof er niets meer in de wereld te bereiken valt, want er wordt niets meer verlangd: we hebben alles, we zijn thuis en vrij. Wat nu? De weg die voor ons ligt is de egovrije staat in haar volste potentieel

36

InZicht 2.2018

Lange onopvallende fase


te leven, een potentieel dat we niet kennen totdat het werkelijk geleefd is. Dat vraagt om een hoop leven: vanaf het begin van het eenheidsbewustzijn tot zijn uiteindelijke einde. Eigenlijk ligt er tussen de aanvankelijke openbaring en het uiteindelijke wegvallen een lange onopvallende fase die tot nu toe in de literatuur volkomen genegeerd is. We weten niet eens of het eenheidsbewustzijn wel een einde heeft tot het eerst volkomen geleefd is. Immers, er kan geen eind komen aan wat niet eerst geleefd is. Om dit te begrijpen kunnen we ons een vlinder voorstellen die net te voorschijn is gekomen uit het transformatieproces - de cocon. Hij ziet dat hij totaal veranderd is en voelt zich zo vrij als de wind, maar hij heeft geen idee van het leven dat voor hem ligt. Waar de cocon een duidelijk pad in zichzelf was, is er nu niets in het vooruitzicht. Wat moet hij doen? Hij heeft nooit geleefd als vlinder, alleen een leven als rups ervaren en het transformatieproces. Alhoewel hij alles kan vertellen over hoe het leven verloopt tot je te voorschijn komt als vlinder, kan hij ons niets vertellen over het volwassen leven van een vlinder. Tenzij hij zijn nieuwe staat leeft in de wereld van alledag, kan hij ons alleen vertellen hoe hij vlinder geworden is, en tot hij sterft zijn feitelijk alle data over het leven van een vlinder incompleet. Met andere woorden: we kennen niet het complete verhaal van het egovrije eenheidsbewustzijn voordat het grondig geleefd is in het dagelijkse leven, helemaal tot het eind. De echte ‘geen-zelf’ervaring is het wegvallen van het eenheidsbewustzijn. Maar als je alleen tot het eenheidsbewustzijn bent gekomen, lijkt de weg voor je op geen enkele manier meer spectaculair dan het gewone leven van alledag. Evenwichtige geest

Eenmaal geacclimatiseerd in het eenheidsbewustzijn is het leven zo: het bewustzijn is permanent geconcentreerd in, op en rond het goddelijke zijn, één met zichzelf, één met het goddelijke en daardoor één met alles wat bestaat. Weten/voelen/zelf is geïnte-

greerd en verenigd. De geest of het subjectieve zelf is compleet en in balans met een diepte en inzicht die niet beschikbaar waren voor het transformatieproces. Eindelijk is de mens zoals hij werkelijk moet zijn, evenwichtig en klaar voor de volwassen menselijke ervaring en een authentiek leven, en dit alles voor het eerst. Waren het vroeger de gelukzalige extatische ervaringen van de transformatie die geprezen en benadrukt werden, nu wordt een evenwichtige geest meer gewaardeerd. Dat het bereiken van een ‘authentiek leven’ waardevoller wordt dan een ‘gelukzalig leven’ zegt iets over de richting die het moderne bewustzijn uitgaat wat betreft het transcenderen van het ego. Door de openbaring van de goddelijke bron, of de grond van ‘zijn’, wordt het ervaren van het goddelijke tevens onze diepste ervaring van het leven. We kunnen echt zeggen: “Mijn diepste ervaring van het leven en zijn is het goddelijke,” waarmee we bevestigen dat waar Zelf-gewaarzijn hetzelfde is als gewaarzijn van het goddelijke. Daarom is het sleutelwoord voor de eenheidservaring misschien wel ‘zijn’. Voor mij gaf de opkomst van de existentiële filosofie enige jaren geleden aan dat waarschijnlijk meer mensen de volwassen getransformeerde staat en puur ‘zijn’ hebben gerealiseerd dan over het algemeen wordt aangenomen. Alhoewel deze mensen niet worden beschouwd als mystici of contemplatieven, hebben ze ‘zijn’ begrepen vanuit een religieus of ervaringsgericht perspectief. Dit kan een evolutie in het huidige bewustzijn en de getranscendeerde staat aanduiden, een inzicht dat deze ervaring in filosofische termen beschouwt als een transformatie bedoeld voor iedereen en niet alleen voor enkele mystici. Misschien onderschatten we tot nu toe in soort en aantal diegenen die deze reis en existentiële sprong gemaakt hebben: mensen die het ego hebben getranscendeerd, die door de beproeving van de transformatie zijn heen gegaan en ‘zijn’ hebben gerealiseerd als de conditie van een waarachtig volwassen menselijk bestaan. t Fragment uit: ‘What is self?’ Bernadette Roberts, uitgeverij Sentient Publications 2005, ISBN 9781591810261. Vertaling: Karin Visser

37


Š 1956 mark rothko, yellow, white, blue over yellow on grey

Het probleem met verlichting

38

InZicht 2.2018


Joan Halifax is een boeddhistisch lerares, zenpriesteres, antropologe, auteur en pionier in zorg rond het levenseinde. Ze is oprichtster van het Upaya Instituut en Zen Centrum in Santa Fe, USA, en heeft met vele neurowetenschappers en psychologen samengewerkt om te doorgronden hoe contemplatie een voertuig voor sociale verandering kan zijn en hoe onze grootste uitdagingen kunnen veranderen in onze grootste bronnen van wijsheid. Ze heeft gewerkt met stervenden en gevangenen en gaat jaarlijks naar afgelegen gebieden in Nepal met medische zorg. Joan heeft vele boeken geschreven.

N

aar mijn bescheiden mening is het met verlichting zo dat we gewoonlijk onze ontwaakte natuur (en ook onze slechtste kanten) projecteren op anderen. In de kern is het hele menselijke spirituele project een streven naar het terughalen van onze projecties om te ontdekken wie we werkelijk zijn. Maar al te vaak leggen we onze boeddhanatuur bij een leraar en ontdekken vervolgens dat deze persoon ook maar een mens is, waarschijnlijk met vele tekortkomingen. Het volgende wat we doen is ze proberen te vernietigen, of misschien zien we wel helemaal af van het verlichtingsproject. Wat een tijdverlies! Wat gedeconstrueerd moet worden is niet de leraar, maar het ego, dat ons verhindert onze eigen wezenlijke natuur te zien, dat wat we werkelijk zijn. Dat is geen god of engel, maar een mens in de weidse identiteit van alles. Ik heb ooit drie stadia in de leerling-leraarrelatie aangeduid: idealiseren, verwerpen en normaliseren. Mijn suggestie is dat deze drie stadia in beide richtingen werken: van leerling naar leraar, maar ook van leraar naar leerling, niet anders dan in het ouderschap denk ik. De kracht van normaliseren is dat er een fundamentele ontspanning komt in de uitputtende en overgevoelige relationele processen aan beide kanten en in de veeleisende, begrenzende, verdedigende en vernietigende verwarringen. Ik

Joan Halifax

noem dat intersubjectief ontwaken. Het betekent ook liefhebben, werkelijk liefhebben. Geen sentimentele of kleverige ervaring, maar het soort liefde dat verrijst uit het helder zien van de realiteit, inclusief onze menselijke kanten. Te midden van dat alles kunnen we drie dingen beoefenen: een heldere perceptie van de totale menselijke catastrofe, nederigheid en onvoorwaardelijk respect. Laatst had ik een discussie met een aantal mensen over het streven naar verlichting. Ik zei: “De enige verlichte mensen die ik ken zijn dood.â€? Kortgeleden maakte ik dezelfde opmerking tijdens een bijeenkomst met contemplatieven en wetenschappers. (Laten we hier even terzijde stellen dat we allemaal al fundamenteel verlicht zijn en het alleen niet weten.) De gedachte aan verlichting creĂŤert naast andere zaken veel consumentisme, inclusief een ego-consumentisme. Naar mijn bescheiden mening hoeven we alleen maar oprechte mensen te zijn, wat al moeilijk genoeg is, omdat we ons van zo veel vreemde conditionering moeten ontdoen. Daarom moeten we dit beoefenen in de praktijk. t

39


© 2018 hans tibben

Angst

40

InZicht 2.2018


een onbegrepen vriend Sharlih

De onveranderlijke, heldere Openheid Zelf biedt ruimte aan alles en maakt het zichtbaar en is tegelijkertijd ook het Licht waaruit alles bestaat. Daarom komt het nooit in contact met iets anders dan Zichzelf. Het is eeuwig van Zichzelf bewust. In die zin wordt er nooit iemand verlicht of kan er nooit iemand niet verlicht zijn, omdat er maar ĂŠĂŠn helder bewust Wezen is. 41


Sharlih beschouwt het leven zoals het zich heeft aangediend als haar leraar. Omdat ze van oudsher koppig, goedgelovig en bang was, was het geen zachte heelmeester voor haar. Tijdens de overgang vond er in haar een verschuiving van denken naar bewustzijn plaats. Het was een afbraakproces waarin alles wat haar dierbaar was uit haar handen werd geslagen. Er bleef niets meer over van wat ze dacht te zijn. Door haar doodsangst onder ogen te komen, werd gezien dat ze niet als persoon bestaat en dat er ook geen andere personen bestaan. Haar uitnodiging is om dieper dan je denken te gaan en je ware zelf in zijn volle omvang te ervaren. Meer info www.sharlih.nl

I

k schrijf niet over wat ik weet, maar over wat ik ben. Vanuit dat perspectief kan ik beweren dat angst, ja pure doodsangst, de poort heeft opengezet naar die stille levende Essentie die zelf geen angst of verlangen kent. Het is de onveranderlijke, heldere Openheid Zelf die ruimte biedt aan alles en het zichtbaar maakt, maar tegelijkertijd is het ook het Licht waar alles uit bestaat. Daarom komt het nooit in contact met iets anders dan Zichzelf. Het is eeuwig van Zichzelf bewust. In die zin wordt er nooit iemand verlicht of kan er nooit iemand niet verlicht zijn, omdat er maar één helder bewust Wezen is. Zolang we daar niet bewust van zijn, kijken we door de ogen van de persoonlijkheid, de dode waarnemer, en dan kan de angst afschrikwekkende vormen aannemen. Uit angst zijn we ons gaan vastklampen aan het verleden, het bekende, en zijn we ons gaan afsluiten voor het onbekende.

lichaam overkomt ons overkomt. Ondertussen zijn we eigenaar van een pakhuis vol angstige herinneringen, die zich weer vermengen met paniekreacties uit het heden. Deze samengebalde, negatief geworden energie veroorzaakt de zorgen en angsten voor de toekomst. In feite is er maar één angst (de oerkracht), maar ze heeft vele ‘gezichten’. Om er een paar te noemen: angst voor verlies, angst voor eenzaamheid, er niet bij te horen, niet goed genoeg te zijn, angst voor geweld, pijn, ziekte en natuurlijk de dood, er niet meer te zijn - het ultieme controleverlies. En dan is er nog de angst voor de angst zelf. Die is nog ongrijpbaarder en slingert je heen en weer tussen het verleden en de toekomst, zodat je nooit in contact komt met de pure energie van de angst zelf, die altijd Nu is. Ontwakingskracht

Het is echter niet de beschermende functie van angst waar we onder gebukt gaan, maar het lijden is een direct gevolg van onwetendheid van wat angst nu werkelijk is. Niemand heeft geleerd om op een volwassen manier met emoties om te gaan. Meestal wordt het uiten van bijvoorbeeld angst en boosheid als zwak en negatief bestempeld. Met als gevolg dat we die niet gewaardeerde emoties niet willen voelen, ze gaan ontkennen, terugduwen of op een onprettige manier uiten. Daardoor krijgt de energetische lading onder de emoties vaak niet de kans om volledig tot bloei te komen. Door die achtergebleven geblokkeerde energie raakt het eerst zo gevoelige en transparante lichaam steeds meer verdicht. De open verbinding met het Geheel verdwijnt en daardoor raken we er steeds meer van overtuigd dat we alleen dit lichaam zijn en dat alles wat dit

Want angst bestaat niet - op zichzelf. Ze is altijd gerelateerd aan iets uit het verleden waar we bang voor zijn. Angst beweegt zich altijd rond een niet-bestaande persoonlijkheid. Gezien vanuit die persoonlijkheid kun je niet beweren dat angst niet bestaat. Sterker nog: die hele zogenaamde persoonlijkheid, dat ego, bestaat uit een denkbeweging, een verbeelding, die angst en verlangen oproept. Door het geloof in de overtuiging dat de persoonlijkheid werkelijk is, wordt de energie - de vrije stroom van de Levenskracht - belemmerd en komt ze vast te zitten in ons systeem, waardoor we ons beperkt en verkrampt gaan voelen. Maar het heeft geen zin om angst te ontkennen als je haar nog niet doorzien hebt. Dan kun je onverschillig en star worden. Of de energie komt op een verwrongen manier naar buiten: je gaat piekeren, voelt je boos, geïrriteerd, nerveus of gestrest. Als de Levensenergie helemaal niet geuit wordt slaat zij naar binnen en word je depressief.

42

InZicht 2.2018

Onwetendheid


Maar wat gebeurt er nu werkelijk in je als je je bang voelt? Waarom noemen we het eigenlijk angst? Dat ‘negatieve’ naamkaartje dekt de lading totaal niet. Wat gebeurt er eigenlijk echt in je als je de intens levende fysieke sensatie voelt die je ‘angst’ noemt? Daar kun je alleen achter komen als je er niet voor wegloopt, maar er bevriend mee raakt. Als je iets wilt kennen, moet je aandacht, je belangstelling, ernaar uitgaan. Niet door haar te gaan analyseren. Nee, alleen maar door open te staan voor de pure fysieke sensatie en die de ruimte te geven. Dan heeft die energie namelijk een enorme ontwakingskracht, die zo door de egostructuur heen kan breken. Als die energie opkomt die we angst noemen, wordt het lichaam geheel automatisch, door de in wezen neutrale oerkracht, in de hoogste staat van paraatheid gebracht. Er komt namelijk een enorme stoot energie vrij die door ‘thrillseekers’ vrijwillig wordt opgezocht, omdat ze dan het gevoel krijgen intens te leven. Als die ervaring totaal beleefd wordt, bevrijdt de energie zich vanzelf en een gevoel van welbehagen en rust is het resultaat. Het is namelijk zo dat als iets zonder weerstand ervaren wordt - we ons dus niet verzetten tegen welke ervaring dan ook - de energie van de ervaring niet neerslaat, met als gevolg dat ook de herinnering aan de gebeurtenis onbeladen blijft. Dan slaan we geen angst en pijn meer op. Paniek en doodsangst

Maar zo gaat het meestal niet; daar weet ik alles van. Door mijn onvermogen de angst op waarde te schatten heb ik veel dingen niet gedaan en aan de andere kant heb ik van alles gedaan om het onveilige gevoel maar niet te ervaren. Gevangen tussen angst en verlangen werd mijn vrijheid beperkt en heb ik niet geleefd naar mijn ware Aard. Totdat het moment aanbrak dat er zonder aanwijsbare reden kortsluiting in het organisme ontstond, die tot uiting kwam in steeds frequenter terugkerende paniekaanvallen. Mijn leven lang had angst al aan mijn zekerheden geknabbeld, maar het lukte me aardig om haar te onderdrukken. Ze duwde steeds harder terug en werd zelfs ziekmakend. Ooit had ik ergens gelezen dat angst ook een mooie kant had; dat er een schat onder verborgen zat. Ik geloofde het eerst totaal niet, maar mijn nieuwsgierigheid was gewekt en ik gaf de onvruchtbare pogingen om de angst weg te duwen op. De volgende paniekaanval liet niet lang op zich wachten en met een nieuwsgierige bereidwilligheid gaf ik me over aan de overweldi-

gende energie. Het was pure doodsangst en dus heel moeilijk om de gedachten dat ik het niet zou overleven niet te geloven. Maar toen het me lukte weer bij de pure fysieke sensatie te blijven, kwam er iets in mij totaal los van te staan. Het was de angst die verdween. Een onverstoorbare, tastbare Stilte openbaarde zich. Al die tijd was hij zo intiem en dichtbij geweest. En inderdaad: angst bestaat niet als zodanig. Het was de Levenskracht, de dynamische kant van het Bewustzijn zelf, die keer op keer bij mij aanklopte, maar niet begrepen werd. Het naamkaartje ‘angst’ viel weg toen de psychosomatische structuur van de angst was doorzien als verbeelding, en met het verdwijnen van de angst verdween ook het verlangen, want dat verlangen was niet meer dan een verkapte vorm van angst geweest om haar maar niet te hoeven ervaren. Maar in werkelijkheid was er nooit iemand geweest die zich bang of onveilig kon voelen. Bevrijding

Kwam de angst niet meer terug? Ja, haar beschermende functie bleef bestaan. Die belet me om te gaan picknicken midden op de snelweg tijdens de avondspits. En nee, het is glashelder dat angst als verbeelding niet bestaat. Doordat de ballast van de psychologische angst was opgelost, werd de onbreekbare Stilte, de statische kant van het Bewustzijn, al gauw ingevuld door een energetische stroom van andere onverwerkte emoties, die ik vroeger ‘verdriet’, of ‘boosheid’ genoemd zou hebben. Nu de angst verdwenen was, kreeg alle geblokkeerde energie de kans het lichaam te verlaten. Ik kon de krachten die toen door me heen gingen niet meer stoppen en de Levenskracht brandde me van binnenuit schoon. Er bleef niets over van denkbeelden en overtuigingen. Zelfs het lichaam was niet wat het leek en bleek zelfs niet van mij te zijn. Bewustzijn bevrijdde Zich uit de vorm. Toch was ik overal, maar niet als iets. Binnen en buiten bleken niet te bestaan. Alles verloor zijn vaste vorm en loste op in een stralende Helderheid en tegelijkertijd bestond alles eruit. Er was geen onderscheid meer te bespeuren tussen mij als mens en welk object dan ook. Die Eenheid bevat een inherente goedheid die ervaren wordt als Liefde, Schoonheid en Vrede in al wat bestaat. Want in de kern van elke ervaring, hoe pijnlijk, beangstigend of verdrietig ze zich ook voordoet, straalt dat Licht, die Liefde die we Zijn. t

43


Degenen die de sociale media volgen, kennen de dynamiek ervan. Een onuitputtelijke stroom van informatie en meningen waarin de relevantie vaak net zo vluchtig is als de beurskoersen. Veel commentaar is gebaseerd op het krijgen van eigen gelijk en blijft vaak steken in wijsneuzerig gekissebis. Maar als je alles diskwalificeert, gooi je ook weleens een kind met het badwater weg. Als je kritisch het kaf van het koren weet te scheiden, tref je soms ook pareltjes. Dit plukten we van Facebook. De originele tekst van Ramana werd gepost door Ad Oostendorp en relevant van commentaar voorzien door Wouter van Oord.

44

InZicht 2.2018


Weten versus Zijn

Ramana Maharshi

I

n het eerste hoofdstuk ‘De Basistheorie’ uit ‘The Teachings of Bhagavan Sri Ramana Maharshi in His Own Words’* zegt Ramana Maharshi het volgende.

(Lezers die wat filosofisch ingesteld zijn vinden het misschien wat vreemd dat de titel van het eerste hoofdstuk van dit werk ‘De Basistheorie’ heet. Zij kunnen van mening zijn dat het hele werk eigenlijk gewijd zou moeten worden aan theorie. Maharshi bekommerde zich echter net als elke spirituele meester meer over de praktijk van het onderrichten van aspiranten dan over het toelichten van de theorie. De theorie was van belang, maar uitsluitend als ondergrond voor de praktijk. Arthur Osborne, red.) Vraag: Er wordt beweerd dat Boeddha vragen met betrekking tot God negeerde. Ramana: Ja, en daarom wordt hij een agnost genoemd. In feite hield hij zich bezig met het wijzen van de weg aan de zoeker om hier en nu gelukzaligheid te verwerkelijken, in plaats van met academische discussies over God enz. V: Helpt het bestuderen van natuurweten-

schap, psychologie, fysiologie enz. voor het verkrijgen van vrijheid door yoga, of het verkrijgen van het intuïtieve inzicht dat de realiteit één en ondeelbaar is? R: Heel weinig. Enige theoretische kennis is nodig voor yoga en kan wellicht in boeken worden gevonden, maar praktische toepassing is een vereiste. Wat het meest helpt, is een persoonlijk voorbeeld en het ontvangen van instructies. Wat betreft het intuïtieve inzicht: iemand kan hard zijn best doen zichzelf te overtuigen van de waarheid, haar functie en aard, op basis van zijn intuïtie. Maar echte intuïtie lijkt meer op een gevoel en vereist praktisch en persoonlijk contact. Het enkel vergaren van boekenwijsheid heeft weinig zin. Na realisatie van inzicht is alle intellectuele ballast van geen enkel nut en moet overboord gezet worden. Welk nut heeft de wijsheid van wie er niet op uit is de aangeleerde kennis uit te wissen met behulp van onderzoek: ‘Waar ontspringt die wijsheid van ons?’ Ze zijn gedaald tot het niveau van een grammofoonplaat. O Arunachala, wat anders dan dát zijn ze? De simpelen van geest zullen eerder verlossing ervaren dan degenen van wie de ego’s ondanks al hun w

45


Keer in plaats daarvan je aandacht naar binnen en maak aan dat alles een einde. Twistgesprekken komen nooit tot een beslissende uitkomst. Uiteindelijk zijn de heilige geschriften nutteloos. De heilige geschriften dienen er enkel toe om te wijzen op het bestaan van een Hogere Macht of Zelf en om de weg ernaartoe aan te geven. Dat is in essentie het nut van de geschriften. Verder hebben ze geen enkele waarde. Niettemin zijn ze behoorlijk dik, waardoor ze geschikt zijn voor alle zoekers ongeacht hun ontwikkeling. Naarmate men hogerop komt, merkt men dat de niveaus die men al heeft bereikt, slechts opstapjes waren naar nog weer hogere niveaus, totdat het einddoel is bereikt. Wat dan gebeurt is dat enkel het einddoel overblijft en al het andere inclusief de geschriften nutteloos wordt. Van het ingewikkelde labyrint van de verschillende filosofische richtingen wordt beweerd dat het zaken verheldert en Waarheid onthult, maar het schept alleen nodeloze verwarring. Om ook maar iets te kunnen begrijpen is er Zelf. Zelf is zo vanzelfsprekend; waarom niet alleen maar Zelf zijn? Wat zou niet-Zelf kunnen uitleggen? Ik had inderdaad het geluk dat ik me nooit op filosofie heb toegelegd. Als ik dat wel had gedaan, zou ik nu waarschijnlijk nergens zijn geweest; mijn aangeboren neiging heeft mij direct op het pad gezet om onmiddellijk te onderzoeken “Wie ben ik?’ Wat een geluk! t

geleerdheid nog niet zijn opgelost. De simpelen van geest worden verlost van de meedogenloze greep uit de klauwen van de duivelse zelfoverschatting. Ze worden gered van de ziekte van de in groten getale rondspokende gedachten en woorden. Ze worden behoed voor het nastreven van rijkdom. Ze worden verlost van meer dan één kwaad. Door de illusie voortgekomen uit onwetendheid slaagt men er niet in te herkennen en te verblijven in wat altijd voor iedereen de intrinsieke Realiteit is. In plaats daarvan voeren ze discussies of die al dan niet bestaat, of die een vorm heeft of niet en of die duaal dan wel non-duaal is. Kan iets verschijnen dat losstaat van wat begin noch eind kent en volmaakt is? Aan dit soort redetwisten komt geen einde. Raak er niet in betrokken.

*Uit: The Teachings of Bhagavan Sri Ramana Maharshi in His Own Words (edited by Arthur Osborne), ISBN 81-88018-15-5. (Vertaling: Justus Kramer Schipper) Het boek kan in zijn geheel in het Engels gedownload worden via: http://www.coursnondualite.com/Download/Teachings of Ramana Maharshi in His Own Words.pdf

46

InZicht 2.2018


Commentaar van Wouter van Oord

A

ls je door het nagelaten werk van Ramana Maharshi bladert, schijnt het merendeel te gaan over het overwinnen van karma, knopen die moeten worden losgemaakt, acties die ondernomen moeten worden, zelfonderzoek dat gedaan moet worden, mantra’s die gezongen moeten worden, etc. Het grootste deel van de teksten gaat over aanwijzingen hoe het doel (verlichting) te bereiken. Maar hier en daar is Ramana ondubbelzinnig duidelijk. Bijvoorbeeld als er staat: “The Self is already attained” of “Right now you are the Self ”. Hij windt er geen doekjes om en stelt radicaal vast wat alreeds het geval is. Hij zegt daarmee niet: “Je bent het Zelf, maar je moet eerst jezelf onderzoeken om dat te kunnen realiseren!” Hij zegt: “Je bent alreeds DAT!” Gewoon recht toe recht aan! De directe betekenis is onmiddellijk duidelijk. No-nonsense. Daarmee zijn alle gegeven instructies en richtlijnen om iets te worden overbodig en eerder een drempel en ineffectief waar het gaat om het onmiddellijke zien dat afgescheidenheid een verhaal is. Gebrek aan helderheid werkt alleen maar het speculeren in de hand over hoe een en ander te interpreteren is. En hoe misleidend het is dat er niets hoeft te worden gedaan om te realiseren dat wat alreeds het geval is eindeloos doorgaat. Ook het beweren dat enkel een intellectueel begrip dat er niets hoeft te worden ondernomen zal resulteren in een lethargische en ‘leef maar raak’-mentaliteit, is een veelgehoord argument onder leraren die de fakkel van ‘bewustzijn als het fundament van de ene waarheid’ menen te kunnen doorgeven. Het is allemaal gebaseerd op het idee van het bestaan van een ‘ik’, een ‘mij’, een separate entiteit, hoe subtiel de vorm ervan ook moge zijn. De meester en leraren die aanbevelen om eerst van je ego af te komen, iets los te laten, afgescheidenheid te transcenderen, op te houden met doen en jouw

Wouter van Oord (Bodhi) 1946 is autodidact. Op zijn 14e sloeg bij hem de bliksem in bij het zien van een foto van Ramana Maharshi. Deze gebeurtenis werd de basis voor een leven van onderzoek naar waarheid. Die waarheid werd primair gevonden in de realisatie van Leegte, en vervolgens in het gaandeweg samenvallen met wat IS.

recht op verlichting te claimen worden eveneens gezien als afgescheiden zelfstandige entiteiten die iets bezitten (kennis en wetenschap van de kunst verlicht te worden). Niets is minder waar. Het idee dat er entiteiten bestaan die geacht worden te mediteren, zichzelf te onderzoeken, iets te begrijpen of wat dan ook te ‘doen’ om het persisterende besef van afgescheidenheid teniet te doen, versterkt - binnen het verhaal - juist dit besef van afgescheidenheid dat men juist wenst te elimineren. Daarbij komt nog dat er een fundamenteel idee bestaat - binnen het verhaal - dat het verschijnsel ‘afgescheiden entiteit’ iets volstrekt verkeerds is en moet worden overwonnen - en zal kunnen worden overwonnen door het transcenderen van het besef van afgescheidenheid door middel van verlichting. Het Onmiddellijke Zien zegt: wat er ook verschijnt of schijnbaar gebeurt, kan nooit verkeerd zijn, want er is geen goed of fout. Er is simpelweg: Wat IS. Dat is alles. Alles is reeds DAT. Het is wat je alreeds bent en dus niet dat wat je hoeft te worden, te weten of te realiseren. Eén Zijn. De naadloze totaliteit van wat schijnbaar gebeurt. Het Absolute Relatieve. Leegte en Vorm. Niets en Alles. DIT WAT IS! t

47


K LASSIEKE TEKST

I

emand met een scherp intellect kan in korte tijd, alleen maar door te luisteren, vrij worden. Er bestaat niet zoiets als iemand die iets doet of iemand die al onze ervaringen, inclusief die van de wereld, voor ons arrangeert. Het is allemaal een spontane gebeurtenis. Feit is dat er in werkelijkheid niets bestaat. Waar is het midden als er begin noch eind bestaat? Nochtans houden mensen zich druk bezig met hun spirituele oefeningen waar ze in geloven. Het is moeilijk om stil te zijn; en dus voelt het natuurlijk en prettig om betrokken te raken in activiteiten. Als iemand nadat hij hier naartoe is gekomen, slechts een paar woorden onthoudt, vervalt elke behoefte aan meer spiritualiteit. Realisatie is het definitieve einde van de zoektocht en einde van wie zoekt. Realisatie betekent het einde van beide. Realisatie betekent zowel het einde aan lijden als aan plezier. Realisatie betekent het einde van de leer en van wie er kennis van neemt. Realisatie betekent het definitieve einde van het concept van geboorte en dood. Realisatie betekent het einde aan de studie en aan wie studeert. Realisatie betekent niet domweg het einde van dualiteit, maar een einde aan het geloof in dualiteit. Realisatie betekent het einde van alles dat men dacht begrepen te hebben. Realisatie betekent het wegvallen van elke steun in de vorm van woorden, citaten en boekenwijsheid. Realisatie betekent ware kennis van ons autonoom Zelf. Realisatie betekent de tafel van nul kennen. Met liefde en pranams.

Realisatie betekent...

Š 2018 geert VERBEKE

Citaat uit: Atma Prem, Briefings of meetings with Sri Nisargadatta, by Sri Mohan Gaitonde. Vertaling Mieke Berger

48

InZicht 2.2018


G ast- C olumn - Dick Sinnige

Een vrede die alle verstand te boven gaat

V

erlichting komt als er niets meer valt te redden. Zolang je nog denkt iets vast te kunnen houden of iets te kunnen winnen, ben je niet vrij. Verlichting is dat kantelmoment waarop je je gewonnen geeft, wanneer de druppel zich verliest in de oceaan. En de oceaan kent geen winst of verlies, de oceaan is. Een kantelmoment krijg je meestal niet cadeau. Ik had het geluk, of ongeluk, dat ik als kleuter in sanatorium Berg en Bosch in Bilthoven werd opgenomen. Ik viel onder het strenge regime van de nonnen en mijn ouders woonden ver weg in Alkmaar. Onder invloed van een medicijn tegen tbc kwam ik een aantal keren in een zware psychose terecht. Een krankzinnig schimmenspel in mijn geest nam de toko over. Van alle kanten schreeuwde het me tegemoet in schrille kleuren. Ik wilde wegrennen, maar iedere vluchtpoging bracht me dieper in de fuik. Als ik de kop van een draak afhakte, kwamen er tien koppen voor terug. Ieder vuur dat ik wilde blussen werd een vlammenzee. En als ik wegdook in een schuilplaats, bleek het het hol van de leeuw te zijn. Gillend gek werd ik ervan. Ik liep op duizend paden tegelijk en ik zag geen uitweg meer. Tot die ene keer. Ik werd zo klein dat ik niet meer te traceren was. “Geef je over,” zei een stem in de stilte. Ik werd zo transparant dat ik niet meer te vangen was. Ineens nam ik geen plek meer in voor mezelf. Ik stond niet meer tegenover het gedoe, ik nam het in me op. Ik was de draken die me tegemoet kwamen. Ik was de schrille kleuren. Ik was het hol van de leeuw. k was de vlammenzee. Ik was de duizend paden en ik was de uitweg. In deze openheid werd ik niet langer meer bepaald door een van de specifieke verschijnselen in het totale veld. De hel werd omvat door de hemel.

In zo’n kantelmoment komt er simpelweg een levende aanwezigheid naar voren, die je niet kunt aanraken of zien. Het persoonlijke verhaal wordt doorzien. Je bent niet langer gevangen in de zwaarte van het verhaal, van het je zorgen maken of het allemaal wel zal lukken. Je bent in contact met Dat wat niet geraakt wordt. Je staat naakt in de openbaring van het ongeopenbaarde, in een diep besef van dragen en gedragen worden. In dat complete energieveld verdwijnt de grens tussen binnen en buiten. Je bent niet langer beperkt tot dat persoontje op de vlucht. Je bent de doorstralende aanwezigheid en de persoon op hetzelfde moment. Je ziet Dat wat je altijd bent, en wat je altijd bent heeft geen bescherming nodig. Wat je altijd bent is zo open en vrij dat het universum ontwaakt in jou. Er wordt geen enkele ervaring ontkend, nieuwe draken blijven welkom. Je aanvaardt de dualiteit met al haar plussen en minnen op het diepste zijnsniveau. Want de wereld is leuk en niet leuk. De wereld is er niet om je het alleen maar naar de zin te maken, de wereld is er om je bewust te maken. Er bestaat geen winkel die batterijtjes verkoopt met alleen maar plus. De stroom van het leven heeft plus en min nodig. De pijn geeft je wortels diep in de grond en het plezier strekt je takken tot hoog in de hemel. De open ruimte van bewustzijn valt samen met alles wat erin verschijnt. Verlichting schenkt een vrede die alle verstand te boven gaat. Het is de ultieme verwelkoming van een rijk verlies.

49


50

InZicht 2.2018

Š 1992 los viajeros serie el aire


Wouter Schopman is ondernemer en eigenaar van uitgeverij Samsara, zie www.samsarabooks.com

Het verlichtingsclassificatiesysteem Wouter Schopman

Nieuw: een verlichtingsclassificatiesysteem! Het monopolie van de waarheid lijkt in handen van advaitische en satsangevende Goeroes, Meesters en Leraren, te spellen met goddelijke hoofdletters. Hun bijna rituele bijeenkomsten en gedrag wekken de schrijfen lachlust van Wouter Schopman, uitgever van advaita-boeken.

L

angzaam neemt het geroezemoes af en verandert de sfeer in de zaal. Naar schatting zo’n zeventig deelnemers laten hun uitbundigheid varen, zetten hun mobiele telefoons op de tril- of stilmode, knikken nog naar deze of gene, gaan rechtop zitten op hun stoel, sluiten de ogen en zuchten diep. En de sfeer, ja de sfeer verandert van uitgelaten naar ingehouden heiligdom. Gedurende vijf lange minuten wordt het geduld van de

volgelingen op de proef gesteld, waarna de beloning volgt. De goeroe betreedt het zaaltje van achteren, loopt schrijdend naar voren en neemt plaats op de - op een verhoging geplaatste - stoel met rechts van de meester een bos bloemen en natuurlijk links van hem het portret van de leraar van de leraar. De meester beweegt traag in alles en kijkt de leerlingen stuk voor stuk in de ogen, of tenminste in de richting van de ogen. Wanneer iedereen aan de beurt is geweest en tijdens het contact heeft gereageerd w

51


© 2018 geert verbeke

met een mysterieuze halve glimlach en zoals te doen gebruikelijk met ten minste een lange zucht, leunt de leraar achterover, rekt zich uit en zegt: “Vragen?” We zijn in of op satsang, hetgeen zoiets betekent als ‘samenkomen in waarheid’.

tend- en een middagprogramma en soms zelfs een avondbijeenkomst, maar worden wel geacht daar ten minste 100 euro voor over te hebben, exclusief btw natuurlijk. Ja, alles contant…geen pin, geen creditcard en geen factuur.

Billen bloot

Dit tafereel speelt zich met name op en rond het weekend talloze keren af in westerse hoofdsteden of niet-hoofdsteden waar het circus van rondtrekkende Goeroes, Meesters en Leraren hun repeterende teksten en antwoorden debiteren op vragen van niet-begrijpende, dolende en vastzittende adepten. De aantallen bezoekers van de satsang kunnen variëren van één of twee tot honderd of meer bij de populairste, of misschien wel de leukste of de meest heldere meesters. Een gemiddelde satsang duurt drie uur met een halfuurtje koffiepauze. De serieuze leerlingen gaan naar de dag-satsang met een och-

En dan zijn er nog de zogeheten ‘retraites’. Dat zijn bijeenkomsten van een week, bij voorkeur in de zomer en bij voorkeur in een goed klimaat. De volgelingen overnachten op het terrein, spiritueel centrum of in een hotel in de buurt. De retraites zijn het meest intensief, van ’s morgens na het ontbijt tot ’s avonds, maar dan krijg je ook wat. Niks oppervlakkigheid van de korte satsang. Hier ga je met je billen bloot in je hardnekkige identificatie met je persoon en worden jouw ego-bepaalde drijfveren genadeloos en ‘en plein public’ aan de schandpaal genageld, zoals bijvoorbeeld Alexander Smit graag deed ter leering ende vermaeck.

52

InZicht 2.2018


Kwart, half, driekwart of helemaal verlicht? Kwijt

Een van de ‘waarheden’ die aan de orde komen is het feit dat er geen verschil is tussen de leraar en de discipel. Waarom zit de meester dan op het podium en de volgeling niet, vraag je je af. Welnu, de meester heeft niet iets wat de leerling niet heeft… nee, de leraar heeft iets níet wat de leerling heeft. Bij de goeroe mist er iets, jawel…! Zo simpel is het, het verschil tussen op en voor het podium. De meester is iets kwijt en als het eenmaal weg is, dan kan het ook niet meer terugkomen: het vermogen zich te identificeren met een persoonlijk en dus ook afgescheiden personage, ook wel een persoonlijk denken, handelen, voelen genaamd. Toch meen ik bij sommige leraren na verloop van tijd weer een toename van het vermeend afwezige ego-bewustzijn te kunnen waarnemen. Op zich is dat een niet zo wonderlijk gegeven omdat het ego nooit helemaal verdwijnt. Want als het wel helemaal zou verdwijnen, zou dat betekenen dat er ook geen identificatie meer kan zijn met Ik Paultje Goeroe. Dit brengt mij bij een brandende vraag die ik onze Nederlandse advaita-leraren graag wil voorleggen: “Wat is het onderscheid tussen ontwaken, verlichting en Zelfrealisatie?” Ofwel, uit welke staat spreekt de goeroe? Volgens de advaita bestaat er nog een stadium dat aan het stadium van Zelfrealisatie voorafgaat. Dat is het moment van het zo geheten ‘ontwaken’. Hiermee wordt een gebeurtenis bedoeld waarbij de persoon een diep spiritueel inzicht krijgt en wel met zo’n impact dat er nooit meer aan dit inzicht getwijfeld wordt door betrokkene. Het ontwaken kan je bijvoorbeeld het inzicht geven dat je partner volmaakt is zoals ze is, terwijl iedere cel in je lichaam juist van het tegenovergestelde overtuigd is. Een volgend inzicht zou het ontbreken van een vrije wil kunnen zijn of het inzicht dat alles liefde is, ook al kunnen wij dat niet altijd ervaren. Volgens de advaita volgt na het ontwaken het moment van Zelfrealisatie. Soms liggen daar jaren en jaren tussen. Bovendien kun je niets doen om Zelfrealisatie te doen plaatsvinden. Het valt je toe of niet. Bij ontwaken is er geen identificatie meer met persoonlijk handelen, denken en voelen. Na Zelf-

realisatie verdiept de staat zich verder en verder en dieper en dieper. Daar komt geen einde aan. Goeroe-keurmerk

Volgens Hans Laurentius horen Herkenning van Bewustzijn, ontwaken, het openen van het hart et cetera allemaal bij stadium één. Stadium twee (Zelfrealisatie) is….klaar. Niets, Alles. Compleet, game over. Ik ben dat en er gebeurt niets. Er is nooit iets gebeurd, er is niemand, gebondenheid en bevrijding zijn illusies die horen bij de droom. Ontwaken hoort dus bij een fundamentele verschuiving binnen de droom waarin we leven. Zelfrealisatie is de vernietiging van die droom; je bent eruit, buiten de droom. Verwart menig leerling en leraar de staat van Zelfrealisatie met de staat van ontwaakt zijn? Op zich mag alles er zijn, nietwaar, maar het blijft aantrekkelijk om te weten van waaruit je onderricht geeft en voor de leerling om te weten wat voor vlees hij in de kuip heeft. Vandaar het idee om een keurmerk voor goeroes in te stellen. De classificaties verlopen dan als volgt. 1. Kwart verlicht. Deze heeft alle boeken van Samsara gelezen en ziet zijn kennis aan voor inzicht en weten. 2. Half verlicht. Deze goeroe heeft een abonnement op InZicht en maakt zijn omgeving hoorndol met ongevraagde inzichten. 3. Driekwart verlicht. Spuit advaita-kennis over de ik-illusie vlekkeloos, is echter jammerlijk slachtoffer van de ‘advaita-shuffle’ en mogelijk depressief. 4. Verlicht. Is regelmatig op een podium te vinden en laat zich goeroe noemen. 5. Zelfgerealiseerd. Individuen zoals Ramana Maharshi en Nisargadatta Maharaj van wie wij allemaal hopen dat de westerse variant zich spoedig mag manifesteren. Tot slot moet mij het nog even van het hart dat natuurlijk iedere Leraar, Goeroe of Meester mij dierbaar is en dat deze gewoon handelt zoals hij of zij gebakken is en dat wat ze doen helemaal oké is. t

53


Š 1909 bßhenenkomposition tafereel 1, wassily kandinsky

Geen veilig themapark

H

et woord verlichting is in de loop der tijd gedevalueerd tot iets wat nog maar weinig te maken heeft met ontwaken uit de droomstaat; het is verworden tot iets wat tevredenheid en geluk oproept, en vriendelijke gedachten, prettige gevoelens, onbelangrijke openbaringen, onbenullige inzichten en wat het publiek nog meer graag heeft dat het betekent. Omdat we de term verlichting veel ruimer en meer omvattend hebben gedefinieerd, lopen er zoveel leraren rond. We hebben de zoektocht naar ontwaken gedemocratiseerd, hem omgetoverd tot een plezierig, veilig themapark waarin alle ritjes eindigen waar je bent opgestapt.

Uit: De waarheid is nergens lid van!, Jed McKenna, Uitgeverij Samsara, ISBN 9789491411755

54

InZicht 2.2018

Aan echte verlichting daarentegen valt absoluut niet te tornen. Je kunt niet gedeeltelijk ontwaken, er zijn geen stadia of niveaus. Je bent ontwaakt of in slaap. Je ogen zijn open of dicht. Je bent in het paradigma van de droomstaat of daarbuiten. Zo kent verlichting ook geen variaties of type. Er is niet dit soort of dat soort verlichting, er is alleen ontwaakt zijn uit de droomstaat of niet. De ontwaakte staat is niet het exclusieve domein van een sekte of godsdienst, cultuur of zelfs menselijk ras. Het is het domein van alle wezens die bewust zijn van zichzelf. t


C olumn - Unmani

Een mysterie

I

k ben nooit geïnteresseerd geweest in verlichting. Het is nooit een concept geweest dat ik op mezelf van toepassing achtte. Ik ben geen oude man met een baard die een lendendoek draagt en in een grot zit. Ik ben nooit op zoek geweest naar een bijzondere bewustzijnstoestand of speciale ervaringen van gelukzaligheid. Het enige wat ik wilde was de waarheid. Ik wilde alleen maar weten wat er hier in dit leven aan de hand is. Wat is de zin ervan? Wie ben ik eigenlijk? En wat is voor ons het doel van dit leven hier? Tijdens mijn zoektocht naar de waarheid heb ik mijn leven lang helder gezien dat alles wat komt ook weer moet gaan. Zo zit het leven in elkaar. Dus als zich een bijzondere verlichtingstoestand of iets anders zou aandienen, dan zou die net zo onbetrouwbaar zijn als iedere andere ervaring en zou hij uiteindelijk ook weer voorbijgaan. Ik was altijd op zoek naar dat wat nooit verloren kan gaan en daarom ook nooit bereikt kan worden. Ik was niet geïnteresseerd in het aannemen van een nieuwe verlichte identiteit. Ik wilde de waarheid leren kennen die voorbijgaat aan alle ervaringen en identiteiten. Ik wilde wakker worden uit dromen. Ik wilde weten wat echt is hier. Dat was het enige waar ik voor bad. Ik ben alleen dat verlangen en die liefde voor de waarheid gevolgd, en dat heeft me doen ontwaken uit dromen, aannames, hoop, overtuigingen en angsten, steeds opnieuw. Ik ben tot het besef gekomen dat je het leven alleen maar ten volle kunt ervaren. En dat hield in: steeds meer kwijtraken wat ik dacht te hebben. Steeds meer kwijtraken van wat ik dacht dat echt en waar was. Steeds meer landingsplaatsen kwijtraken waarvan ik geloofde dat ze veilig en beschut waren. Steeds opnieuw mijn identiteit kwijtraken. Net

als ik denk te begrijpen wie ik ben of hoe het leven in elkaar zit, wordt het kleed weer onder mijn voeten vandaan getrokken en bevind ik me in alle nederigheid weer op de grond. Ieder verlies kan vernederend of pijnlijk zijn, maar ik verwelkom al dat verlies omdat het me iedere keer weer herinnert aan wat waar is. Kortgeleden heb ik het grootste verlies van mijn leven geleden. Op 3 januari 2018 is mijn echtgenoot, Robert Hanuman, plotseling aan een hartaanval gestorven toen we in India waren. De prachtige man die mijn beste vriend, levenspartner en grootste liefde was, en ook de vader van ons zoontje Sky, die op dat moment pas tweeënhalf was, werd plotseling uit het leven weggerukt. Dat verlies heeft een diepe wond in mijn hart achtergelaten die almaar blijft bloeden. De golven van schrik en verdriet blijven maar door me heen gaan, en met iedere golf wordt steeds meer van alles wat ik heerlijk vond aan ons leven samen bemind en verloren. Verdriet lijkt een proces van steeds verder open komen te staan voor de liefde. Alles is weg, maar in dat verlies wordt zoveel omarmd. Het hart breekt steeds verder open. Het is zo pijnlijk, en toch is die pijn ook liefde. Ik mis Robert iedere dag, ik voel zoveel liefde in en uit me stromen. Het is een prachtig geschenk dat ik alleen zo had kunnen ontvangen, door zijn dood. Ik ben zo dankbaar voor dat geschenk, dat maar blijft geven en geven …. Wat we meestal zien als verlies kan dus ook winst zijn. Wat we meestal als winst zien, is vaak een droom. Als je wakker wordt uit dromen besef je dat alles voortdurend door je vingers glijdt. Toch gebeurt het allemaal in wie je bent, dus er raakt niets verloren. Wat een mysterie!

55


b oeken

Non-dualiteit in de praktijk Rients Ritskes en Arthur Nieuwendijk Uitgeverij Asoka ISBN 9789056703738

Non-dualiteit in de praktijk’ is een ‘transcript’ van gesprekken tussen Rients Ritskes en de filosoof Arthur Nieuwendijk. De rode draad van het boek komt in het kort hierop neer: je wordt gelukkig als je anderen gelukkig maakt. Wie kan daar wat op tegen hebben? Wat in het boek wat mij betreft onbeantwoord blijft is wat ‘gelukkig zijn/worden of maken’ dan betekent. Gelukkig zijn in de wereld van verscheidenheid kan alleen bestaan bij de gratie van het contrasterende ‘nietgelukkig zijn’. Exclusief ‘gelukkig zijn’ is daarom niet in dualiteit te vinden. Streven naar geluk staat haaks op aanvaarding van Wat-Is. Het is de hond die zijn eigen staart achterna zit. In ‘Non-dualiteit in de praktijk’ wordt telkens gesuggereerd dat we onze gedachten en doelen kunnen kiezen. Het raakt natuurlijk aan de vraag van de vrije wil. In het dagelijks leven lijkt het inderdaad of we wat te kiezen hebben, maar uiteindelijk moeten we toch inzien dat er voor ons wordt gekozen (waar we geboren worden, in welk milieu, als man of vrouw etc.). Dat inzicht is mijns inziens de eerste stap naar aanvaarding van Wat-Is (non-dualiteit). Rients werpt de vraag op: Wie ben ik? Dat is de beroemde vraag van Sri Ramana Maharshi, waarop geen antwoord mogelijk is en die de wegwijzer is naar wat niet beschreven kan worden maar wat we gemakshalve ‘non-dualiteit’ noemen. Hier slaat Rien rechtsaf waar hij linksaf zou moeten gaan. Omdat de vraag ‘Wie ben ik?’ mogelijk te abstract is voor zijn leerlingen (aldus Rien), maakt hij ervan ‘Wat zijn je doelen?’ Daarmee suggereert hij dat er een zelfstandig ik zou kunnen bestaan dat door zijn vrij te kiezen doelen gedefinieerd kan worden. Dat staat echt haaks op het radicale inzicht van non-dualiteit waarin juist de kern is dat individuen pseudo entiteiten zijn, die niet zelf kiezen. Verder blijf ik haken aan de regelmatig terugkerende suggestie van Rients dat ‘mind over matter’ een reëel fenomeen is. Zo zouden we kunnen kiezen wat we willen denken om dat vervolgens realiteit te laten worden, aldus in het kort wat Rien poneert. Moeten we bijvoorbeeld geopereerd worden omdat we dat denken? Of denken we dat omdat we geopereerd moeten worden? En als we plotseling anders gaan denken met een ander gevolg, waar komt die impuls dan vandaan? Maken wij onze gedachten? Is ons leven zo maakbaar? Wat ik betreur is de uitspraak dat Schopenhauer in de dualiteit is blijven hangen (pagina 127). Integendeel, Schopenhauer ziet de wereld van verschijnselen (in tijd en ruimte) als het objectieve aspect van de niet te kennen allesomvattende wil (energie, natuur). De wereld is van de wil afhankelijk en kan niet zelfstandig bestaan. Wil en wereld vormen een eenheid of beter geen tweeheid. Naar verluidt las Schopenhauer elke avond voor het slapengaan een hoofdstuk uit de Upanishads, waarvan hij verklaarde dat die van alle boeken de meeste waarheid bevatten. Spinoza wordt geciteerd om aan te geven dat gelukkig worden alleen mogelijk is als men ten dienste staat van het geluk van anderen. Als beschrijving van gewenst

56

InZicht 2.2018

gedrag: prima, het is een edel streven, maar denk niet dat ‘jij of ik’ het is die daarvoor kiest. Spinoza zei dat als een geworpen steen bewustzijn zou hebben, de steen zou denken dat hij had besloten te vliegen. Spinoza rekende hard af met de idee van de zogenaamde vrije wil. Dus of we wel of niet een ander gelukkig maken kan nooit het resultaat zijn van de ‘wilsdaad’ van een individu. Wat gebeurt, gebeurt; meer valt er eigenlijk niet te zeggen. ‘Non-dualiteit in de praktijk’ is het gespreksverslag met veel verwijzingen naar westerse filosofen als Aristoteles, Spinoza, Schopenhauer etc. Verwijzing naar oosterse wijzen als Sri Nisargadatta Maharaj, Sri Ramana Maharshi, Menon en anderen heb ik helaas gemist. Ten slotte: ‘non-dualiteit’ is wat niet beschreven kan worden, Dat-WatIs. Hoe kun je dat in praktijk brengen? Justus Kramer Schippers

Weidser dan de hemel, grootser dan de ruimte Mooji Uitgeverij Samsara ISBN 9789491411632

De titel van het boek verwijst direct naar de kern van wat wij zijn: het ZIJN, dat weidser en omvattender is dan de hemel en grootser dan de ruimte. Het is Dat wat je bent, het ZIJN, de Leegte, de onsterfelijke aanwezigheid. Het tijdloze ZIJN te herontdekken is onze opgave. Het is al hier! Mooji is afkomstig uit de advaita-traditie. Hij is een leerling van Papaji, die op zijn beurt een directe discipel van Sri Ramana Maharshi was. Verder


heeft hij zich laten inspireren door een christelijke mysticus en door de geschriften van Sri Ramakrishna. Deze laatste was niet alleen een groot toegewijde (een bhakti heilige), maar ook een gerealiseerde wijze, vanuit het perspectief en de ervaring van het non-duale jnana-pad. Tijdens het lezen van het boek neemt Mooji je mee in het vloeiend en figuurlijk gebruik van de taal, als sleutel om je naar een innerlijke, directe en intuïtieve ervaring te leiden van de Waarheid die je al bent, maar waarvan je je op dit moment nog niet bewust bent. Je wordt als het ware naar de directe herkenning en ervaring van Waarheid gegidst. Het boek omvat ruim 330 bladzijden en bestaat uit twee delen: deel I, ‘De eenheid instappen’, is een introductie tot Mooji’s essentiële onderricht en inzichten. Deel II, ‘Het leven in zijn dynamische expressie’, is gebaseerd op vragen over onze plaats in de wereld, over relaties, familie, werk, levensproblemen, enzovoort. Echter ook bij de bespreking van deze levensthema’s verwijst hij ons consequent terug naar ons oorspronkelijke Zijn, onze ware aard. Met het terugbrengen van de aandacht naar de plaats van rust en stilte in ons kunnen we dat potentieel realiseren. We hebben een tijdlichaam, een sterfelijk lichaam, maar daarbinnen bevindt zich een onsterfelijke aanwezigheid. Mooji stimuleert ons, nu het lichaam nog warm is, dit lichamelijk leven te gebruiken om ons tijdloze Zijn te herontdekken.

Het direct ervaren van de tijdloze werkelijkheid gaat via de methode van zelfonderzoek. Het is een kwestie om onze werkelijke positie te herkennen als de ultieme getuige, die vormloos en onveranderlijk is. Door introspectie kunnen we gaan inzien dat we niet ons lichaam, persoonlijkheid, emoties, gedachten, onze geest zijn. De grotere Waarheid is dat je het gewaarzijn bent waarin het idee verschijnt van jezelf die een leven leidt en gewaarzijn heeft. We zijn product en expressie van bewustzijn. Door zelfonderzoek verschuift je oriëntatie naar getuige zijn, degene zonder overtuigingen, het vermogen om te observeren. Er is dan sprake van een onthechte getuige, een onpersoonlijk gewaarzijn. Wanneer door verdere observatie het idee ‘ik ben de persoon’ eruit is gezeefd, rest alleen nog de ‘ik ben’-aanwezigheid, de staat van Satchitananda, pure vreugde of gelukzaligheid. Wanneer vervolgens de tijd rijp is, ontstaat het besef dat ook het ‘ik ben’ waargenomen wordt en uiteindelijk valt dit ook samen met het Absolute. Kortom, dit is een inspirerend boek dat je door het te lezen als het ware meeneemt op een zoektocht voorbij je persoon, een echte aanrader voor de zoeker naar de Waarheid. Paul Soons

The Jeweled Path Karen Johnson Shambhala Publications Inc., Engelstalig ISBN 9781611804355

Karen Johnson is samen met A.H. Almaas medeoprichter van de Diamond Approach. Onder die vlag hebben ze

57

filosofie, spirituele psychologie en transpersoonlijke psychologie tot één geheel gesmeed. De Diamond Approach is te beschouwen als een synthese tussen West en Oost, met veel invloeden van het boeddhisme en soefisme (Idries Shah). Het Diamond Approach-onderricht is een pad dat leidt tot zelfinzicht en tot oplossing van psychische problemen en conflicten. Uiteindelijk moet dat ons bewustzijn de kans geven de realiteit te aanschouwen voorbij de concepten van dualiteit en non-dualiteit. Voor wie bekend is met A.H. Almaas zal dat geen nieuws zijn. Wat dit boek zo interessant maakt, is dat voor het eerst het verhaal naar buiten komt hoe het Diamond Approachonderricht is ontstaan en hoe het zich in de loop van jaren heeft ontwikkeld tot wat het nu is. Het boek is een persoonlijk verslag van Karen Johnson over haar ervaringen met Almaas. Zie het als een uniek inkijkje in de ontstaansgeschiedenis van een spirituele traditie. Maar het gaat verder dan dat: het is tevens een zeer gedetailleerde biografie van de beide oprichters. Zo leren we dat Almaas eigenlijk Hameed Ali heet en in 1944 in Kuwait is geboren. Zijn spirituele zoektocht begon al op jeugdige leeftijd. Vermoedelijk onder invloed van een polioaanval, waardoor hij nooit meer normaal kon lopen. Een ernstig motorongeluk in zijn studententijd zorgde voor een buitenlichamelijke ervaring (BLE). Tijdens die ervaring zag hij de diamantvorm en talloze kleuren; hem beving toen een gevoel van onmetelijke en onbe-


b oeken

grensde ruimte en vrede. Dit zette hem aan op onderzoek te gaan. Zo bestudeerde hij bio-energetica, gestalt, etc. Hij werd leerling van Claudio Narango (Esalen Institute). Hier ontstond zijn interpretatie van het enneagram op verschillende niveaus, dat hij in het boek ‘Negen facetten van Eenheid’ (Altamira, ISBN 9789069635316) in detail uitwerkt. Almaas is getraind in psychosynthese, reich en het quadrinity-proces (Fischer-Hoffman). Hij maakte veel aanpassingen, zoals geleide meditatie, ‘chanting’ en visualisaties, op de verschillende therapievormen om ze meer ‘spiritueel’ te maken. Almaas is afgestudeerd in wis- en natuurkunde en verkreeg een PhD in reichiaanse psychologie. Voorts wordt gewag gemaakt van Almaas’ kennis van het gedachtegoed van Nisargadatta. In 1982 overhandigde hij het boek ‘I Am That’ aan Karen omdat het zijns inziens relevant was voor hun ervaringen. In maart 1989 schreef Almaas: “Er is geen scheiding tussen verschijning, essentie en de natuur. Ik ben het allemaal en overstijg het.” ‘The Jeweled Path’ is al met al ook een nauwkeurig verslag van een reis in en door de psyche. Een aanrader voor iedereen; het laat zien hoe je het doolhof van de eigen spinsels van de psyche kunt onderzoeken. Vraag die toch overblijft is of en in hoeverre Karen Johnson uit dat web is kunnen ontsnappen. Dat heb ik in ‘The Jeweled Path’ niet kunnen ontdekken. Overigens is het boek vlot geschreven

58

en niet gespeend van enige humor, wat het goed leesbaar maakt, waardoor de aandacht niet snel zal verslappen. Mieke Berger

Bewust man zijn John Gray Uitgeverij Samsara ISBN 9789491411823

Als je een man bent en je afvraagt waarom non-dualiteit je niet geholpen heeft om een betere relatie te krijgen of een betekenisvoller leven, dan is dit het boek voor je. Voor vrouwen is het een gids en specifiek inzicht in de mannenwereld. Dit boek is gericht op mannen in relatie met vrouwen en is misschien minder behulpzaam voor homoseksuele mannen. John Gray, schrijver van het bekende boek Mannen komen van Mars, vrouwen komen van Venus, deelt samen met spiritueel leraar Arjuna hun inzichten vanuit hun persoonlijke relaties, de mannen en vrouwen met wie ze gewerkt hebben en de biochemische basis van interacties. Ze geven helder advies hoe de mannelijke en vrouwelijke aspecten van de man geïntegreerd kunnen worden: visie en doel met passie. Elk van de twaalf hoofdstukken heeft een thema met praktische voorbeelden hoe deze zich in mannen manifesteren. De focus is op bewust aanwezig zijn met je ware zelf en anderen. Hoofdstuk vier geeft een vergelijking om ‘te luisteren als de hemel’: stil zijn en ontvangen. Dit boek raakt licht aan het non-duale element en ook kan de new age-stijl

InZicht 2.2018

en de stereotiepe seksebenadering wat beperkt aanvoelen. Toch zijn er zoveel inzichtelijke juweeltjes die dit boek het lezen waard maken dat ik het aan een aantal van mijn coaching cliënten heb aangeraden. Vrouwen zouden dit boek cadeau kunnen geven aan hun mannelijke vrienden die op zoek zijn naar een ander perspectief op hun man zijn. Een minpunt naar mijn mening is dat de auteurs hebben nagelaten om de biochemische inzichten te refereren aan door vakgenoten beoordeelde artikelen. Maar ik heb vele punten die besproken werden nagezocht op internet en vond voldoende bewijs voor wat de auteurs suggereren. Samengevat biedt dit boek hulp aan mannen om bewuste keuzes te maken in hun relaties, doelen en gevoelens. Door te rusten in gewaarzijn kunnen we onszelf bevrijden van onze beperkte conditionering uit het verleden en onze eigen kracht en expressie vinden. Amaranatho

Wilt u ook adverteren in

In Zich t Neem dan contact op met Meinhard van de Reep info@inzicht.org of 0252 522001


Wat je van de verlichte mens kunt verwachten

A

lles water gebeurt is de wil van God. Dat is wat mij betreft bij wijze van spreken. Je zou evengoed kunnen zeggen dat alles spontaan gebeurt zonder dat daar een intentie, plan of logica achter zit, en zonder dat er iets of iemand is die het laat gebeuren, en dat maakt ons volkomen vrij om te doen wat we doen. We lijden niet door de dingen die gebeuren, maar door de angst, twijfel en zorgen die het denken eraan vasthangt. “Als je loopt”, zei zenmeester Unmon tegen zijn leerlingen, “loop dan alleen maar. Als je zit, zit dan alleen maar. Wat je ook doet, wiebel niet.” Twijfel niet, maar doe, is wat Unmon tegen zijn leerlingen zegt. Doe wat je hart je ingeeft, ongeacht de mening van anderen, ongeacht je eigen mening, je twijfels en zorgen, ongeacht het resultaat. Leef en kijk niet om. Probeer de wereld te verbeteren, probeer iets te doen aan oorlog en geweld, of blijf thuis zitten en lees een boek. Geeft de collectant een donatie, of knik nee en doe de deur dicht. Leef naar de wil van God, dat wil zeggen, zie dat de dingen niet door jou

gebeuren, dat ze doelloos en onpersoonlijk zijn, en accepteer hoe ze gaan, ook al was het niet wat je voor ogen had. Leer luisteren naar je intuïtie, naar het stille stemmetje dat zo vaak tegen je spreekt en zo vaak wordt genegeerd. Leef zelfloos, zonder gedachten aan gisteren of morgen of nu. Wees als stromend water, wees als de maan die altijd weer groter of kleiner wordt. Dat is wat de zenpatriarch in lang vervlogen tijden aan zijn leerlingen meegaf toen hij beschreef wat je van de verlichte mens kunt verwachten: Kalm en verheven staat hij boven rechtvaardigheid; nobel en onbewogen doet hij niemand kwaad; vredig en rustig ziet en hoort hij niets; evenwichtig en gebalanceerd verblijft zijn geest nergens. t Fragment uit Zen en de kunst van het kijken, Han van den Boogaard, Uitgeverij Samsara april 2018, ISBN 9789491411793

59

© 1992 blau intens i objectes

Han van den Boogaard


Neem nu een abonnement op InZicht

3 nummers van mei 2018 t/m december 2018 U betaalt slechts 15,00 euro en ontvangt gratis het boek Het ego doorzien

Nieuw bij InZicht ! m 17,90

Het ervaren van niets Sri Nisargadatta Maharaj

In dit boek is het thema de overgang van niet-weten (niets) naar verschijnen van de wereld (alles). Anders gezegd: waar komen we vandaan (geboorte) en waar gaan we naartoe (na de dood?). Het allesomvattende ‘niets’ is wat ervaart maar niet zelf kan worden ervaren. Telkens, net als ook in al zijn andere boeken, wijst Nisargadatta ons erop dat we het onveranderlijke (onkenbare) zijn, waarin het veranderlijke (kenbare) geprojecteerd wordt. Verkrijgbaar in iedere boekhandel en via www.inzichtboeken.nl

Sri Nisargadatta Maharaj: Je weet dat ‘je bent’; dat is de enige betrouwbare kennis waarover je beschikt. Maar de mens heeft de gewoonte kennis uit elke bron te verzamelen en dat in zijn hoofd mee te dragen. Hij krijgt te horen over geboorte en wedergeboorte. Ondanks het feit dat hij zijn eigen geboorte niet heeft meegemaakt, neemt hij het voor waar aan. De kennis van de mens zit vol met gedachteconstructies en verbeelding. Ons gevoel te bestaan of zijn is een attribuut van het fysieke lichaam. Hoe ons lichaam er uitziet, beschouwen we als ónze vorm. Jouw Tijdloze aard is zonder dat gevoel van zijn.


Wat weet je?

Nisargadatta

H

et voortgaand proces van de omgeving leren kennen begint bij de geboorte van het ‘ik’-bewustzijn. Hoewel het ‘ik’-bewustzijn vanzelf en dus moeiteloos is, moet je verschillende dingen leren doen; ook moet je dingen leren over je eigen persoon en de zorg ervoor. Sommige dingen leer je uit noodzaak en naar eigen smaak; maar andere die niet essentieel zijn moeten ook worden geleerd. In het proces van bewust leren over de wereld der dingen en daaraan voorbij wordt ons verteld dat we ook kennis moeten opdoen over de dingen die de wereld overstijgen; maar voordat je probeert iets over die dingen te weten te komen, moeten we de regelaar en drager van het universum kennen die God wordt genoemd, zodat andere dingen kunnen worden gekend met Zijn hulp. Wie is God, en hoe kan Hij gunstig worden gestemd? We krijgen te horen dat dit kan worden bereikt door vriendschap te smeden met heilige personen en door regelmatig en toegewijd hun instructies uit te voeren; maar dan, zo wordt ons verteld, is het nog een kwestie van zeldzaam geluk als je zo’n heilige ziel ontmoet, en wanneer je zo’n persoon tegenkomt door zeldzaam geluk te hebben, dan zegt de heilige ziel tegen ons:‘Je bent zelf God. Denk alleen aan Hem, mediteer op Zijn wezen. Houd je niet bezig met denken aan iemand anders.’ Ik hield me een tijdlang bezig met verschillende zaken en het uitvoeren van activiteiten zoals kennis opdoen en leren vanuit het idee dat ik een mens was, geboren uit het ‘ik’-bewustzijn; daarna begon ik

te mediteren op mezelf als God, om mezelf te leren kennen. Nu weet ik dat ik de kenner ben van alles wat ik me herinner, zie of voel; vandaar dat ik, terwijl ik alles dat wordt herinnerd, gezien of gevoeld negeer, contempleer op de aard van de kenner. Ik zit op een afgeschermde plek waar niemand me kan zien, met mijn ogen halfgesloten. Alles wat ik me herinner, zie, voel of ervaar ontstaat vanuit mijn innerlijke zelf. Mijn meditatie is mijn toorts en wat ik zie is haar licht, alles wat ik zie en me herinner is gewoon het licht van mijn meditatie. Nu voel ik niet meer de noodzaak om te mediteren, want de aard van de meditatie is zodanig dat ze spontaan verloopt. Gedurende het proces leidt ze tot talloze vormen en namen en kwaliteiten… en wat heb ik daar allemaal mee te maken? Nu ben ik er zonder nog te twijfelen van overtuigd dat deze meditatie van mij wordt geboren uit God; en dat de wereld der dingen slechts het product is van mijn meditatie. Het cyclische proces van ontstaan, onderhoud en vernietiging is juist de kern van het bestaan van de wereld. Hoeveel meer ik ook probeer te weten te komen, hetzelfde proces moet zich steeds herhalen. Mijn nieuwsgierigheid is ten einde gekomen. t Uit: Zelfkennis en Zelfrealisatie, Sri Nisargadatta Maharaj, uitgeverij Samsara, ISBN 9789491411663

61


L ezers

Opdat alleen dit ene blijft Niets meer spreken Oooh, ik smeek je Spreek NIETS meer Geen enkel woord uit het kleine Zelfs geen kleine gedachte Opdat alleen dit ene blijft Liefhebben Stilte Joke Choufoer

Kwijtheid Verlies je iets? Krijg je er iets bij? Zijn er cadeautjes in het land van ‘ik weet het niet’? Toen ik op mijn 20ste in een zwaar psychiatrische zijnsmodus verviel, kreeg ik er vooral heel veel bij: een immense slachtofferidentiteit en waarnemingsstoornissen. Ik verloor ook iets: geloof in mijn leven en mijn toekomst. Iets dat mij avond in, avond uit, met een hoofd vol wanhoop, de slaap in begeleidde. Negenentwintig jaar nadat er, door die uiteenvalervaring, een 24/7 Holy Grale search naar de bottomline van mijn bestaan was ontstaan, ben ik op een innerlijk niemandsland gestuit. De doodlopende steeg, die aan het eind verandert in een Alice In Wonderland ervaringslandschap. Het is verliezen, maar nu wil ik het. Ik verlies het van mijn weten. Ik verlies het van mijn zien. Ik verlies het van praten. Ik ben kwijtheid. Er is nu een 24/7 zelfverdampingsproject. Elke dag opnieuw probeer ik kwijter te raken. Soms brandt het in mijn lichaam. Irritatie, agitatie. Wie weet wordt dat minder, wie weet niet. Ik heb een hekel aan het woord illusie. Het verschijnt als een baksteen in mijn hoofd. Ik zou de definitie kunnen opzoeken en er dan op voortborduren, maar waarvoor? Ik wil vooral betekenis kwijtraken om koppetje-onder te gaan in de vrije val naar vrijheid. Het hart zo open als dat van een kleuter. Mirjam van der Veer

Verlichting Onlangs sprak ik een accountmanager van Philips. Toen ze binnenkwam, dacht ik nog: ‘Nou, die zal het licht niet uitgevonden hebben.’ Maar ik moet toegeven dat ze verdomd leuk kon vertellen, en ze had een paar ijzersterke trucjes. Eerst deed ze alle lampen aan en vroeg ze me: ‘En zie je jezelf nu goed?’ ‘Ja, wat had je anders verwacht?’, dacht ik. Vervolgens zei ze: ‘En als ik nu het licht uitdoe en het is pikdonker, ben je er dan nog steeds?’ ‘Ja, natuurlijk, wat denk je dan?’, riep ik terug. Waarop zij zei: ‘Zie je wel dat je geen licht nodig hebt. Je bent al verlicht in jezelf!’ Het voelde voor mij alsof ik in het donker tegen de lamp liep. En vervolgens stond ik helemaal op het verkeerde been toen ze ook nog eens zei: ‘Licht kent geen duisternis. Het licht heeft nog nooit duisternis gezien. Philips verkoopt illusie, maar dat wist je allang.’ Verlichting of wakker worden zijn synoniem met weten hoe de vork in de steel zit. No more, no less. Je kunt het niet leren. Je hoeft alleen je ogen open te doen en stil te blijven zitten. Ontdek de voyeur die naar je zit te kijken, die alles ziet en aan je doorgeeft, maar Zelf nooit in beeld komt. Leo van Deursen

Spelen met Maja Wat er verschijnt, daar geven we namen aan, spinnen scenario’s aaneen en maken er een emotioneel rommeltje van. Besef van volledige misleiding. We liggen, we staan, we zitten, en verder doet niets ertoe dan ademen. Graag spelen met Maja, vaak is ze een wonderlijke dame, kijken hoe de energieën op elkaar reageren, en hoe ze een voorspelbare uitkomst creëren, meedoen, en plots omringd zijn door macht bezeten, door seks bezeten, door drama bezeten, door ego bezeten vormen, en er dan vlug uitstappen, terug de stilte binnen. Af en toe alleen staan, in een wereld vol zombies, schapen, hypnose, emotionele kleuters. En dan is er acceptatie, als een zachte mantel, die kijkt, en gerust laat, dat wat er is. Weten is ongelooflijk, weten, vertrouwen en overgave. Ik voel me echt vallen in het leven, en het is heerlijk, geen controle meer. Ik weet: ik ben hier al altijd geweest en zal zijn. Automatisch vloeit daaruit het vertrouwen, laat maar komen. In alles zie ik het goddelijke en voel niets anders dan respect en dankbaarheid. Nooit meer willen in slaap zijn. Annie Vanhee

62

InZicht 2.2018


H

oe prozaïscher, hoe gewoner iemand of iets lijkt te zijn, hoe meer ik me verwonder over het vernuft waarmee het goddelijke zichzelf verbergt om naar zichzelf op zoek te kunnen gaan, over de moeite die die kosmische joie de vivre bereid is te doen om zijn dans verder uit te breiden. Ik denk aan de benzinepomp om de hoek op een warme middag. Stof en uitlaatgassen, de vaste pompbediende die het over niets anders dan honkbal en sportwagens heeft, de met de slappe hand opgetuigde reclameborden, het vlakke land dat me zo gerust stelt - niets om ons heen behalve wij mensen! Ik zie mensen net doen alsof ze niet zien dat ze avatars van Brahma,Vishnu en Shiva zijn, dat de cellen in hun lichaam niet miljoenen goden zijn, dat het stof geen waas van juwelen is. Wat voor ernstige blik van onbegrip zou hun gelaat vertonen als ik naar voren zou treden en zou zeggen: ‘Wie denk je nu voor de gek te kunnen houden? Schei uit, Shiva, jij ouwe boef! Het is leuk geacteerd, maar mij houd je niet voor de gek.’ Maar het bewuste ego weet niet dat het iets is wat dat goddelijke organisme, het lichaam, slechts pretendeert te zijn. Als mensen naar een goeroe gaan, een wijsheidsmeester, om een uitweg uit de duisternis te zoeken, doet hij alleen maar mee met de schijnvertoning, totdat ze zich betrapt voelen en ze hun masker laten vallen. Hij zegt niets, maar de schittering in zijn ogen spreekt tot het onbewuste: ‘Je weet het … Jij weet het!’ In de contrastwereld van het alledaagse bewustzijn voelt de mens zich als iets dat zich in de natuur bevindt maar er geen deel van uitmaakt. Hij houdt van de natuur of heeft er een hekel aan. Hij accepteert haar of heeft er weerstand tegen. Hij brengt haar in beweging of zij brengt hem in beweging. Maar in het fundamentele superbewustzijn van het hele organisme bestaat die onderverdeling niet. Het organisme en de wereld eromheen

vormen één enkel geïntegreerd actiepatroon waarin sprake is van subject noch object, doener of iets wat gedaan wordt. Op dat niveau bestaat niet één ding genaamd pijn en iets anders genaamd ikzelf, die een hekel aan pijn heeft. Pijn en de ‘reactie’ op pijn zijn een en hetzelfde. Als dat bewust ervaren wordt, voelt het alsof alles wat er gebeurt gebeurt omdat ik dat wil. Maar dat is een voorlopige en onhandige manier van voelen dat wat zich buiten het lichaam afspeelt als proces volkomen samenvalt met wat zich binnenin afspeelt. Dat is de ‘oorspronkelijke identiteit’ die zo volkomen onzichtbaar blijft in de taal die we spreken en de definities waarmee we de mens gewoonlijk omschrijven. Het actieve en het passieve vormen twee fasen van dezelfde handeling. Een zaadje dat ronddobbert in zijn witte zonnetje van dons, zweeft door de lucht en zucht mee met het geluid van een onzichtbaar vliegtuig hoog in de lucht. Ik grijp het tussen duim en wijsvinger aan één haartje vast, en met verbazing zie ik hoe dat kleine schepseltje daadwerkelijk wiebelt en trekt alsof het zijn best doet om los te komen. Mijn gezonde verstand zegt dat dat rukken en trekken komt door de wind en niet door de distelpluis veroorzaakt wordt. Maar dan besef ik dat het de ‘intelligentie’ van het zaadje is om over zulke gevoelige voelsprieten van zijde te beschikken dat het in een omgeving waar het waait in beweging kan komen. Met zulke uitsteeksels weet het zichzelf met behulp van de wind in beweging te krijgen. Is er, als het erop aankomt, in de basis enig verschil tussen een zeil hijsen en een roeispaan door het water trekken? Het eerste maakt de gedane inspanning hoogstens op een intelligentere manier ten nutte. Oké, het zaadje heeft niet de intentie om zichzelf met behulp van de wind in beweging te brengen, maar evenmin heb ik de intentie om over armen en benen te beschikken. Uit: Alan Watts - The Joyous Cosmology. Vintage Books Edition, 1965

63

© 2018 geert verbeke

Avatars

Wat is advaita? 45


9

771389

540005

SN 1389-5400

[advertenties]


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.