&
Strategie Accenten ... voor het beheer van uw persoonlijk en familiaal vermogen
Belgische economie op weg naar bescheiden herstel
2
Op zoek naar meer duidelijkheid
4
Volg de big spenders naar luxegoederen
10
Waardecreatie is een troef voor de farmasector
11
Bpost gaat naar de beurs
12
Valt de groei stil in de opkomende markten?
14
Maandelijkse uitgave van KBC Bank & Verzekering Nr. 06 - 6 juni 2013
TIP:
Thema
• Onze jongste economische vooruitzichten zijn online beschikbaar via: www.kbc.be/economischevooruitzichten
Belgische economie op weg naar bescheiden herstel
Hoewel kleine lichtpuntjes aangeven dat het ergste achter ons ligt, zal de economische activiteit in België de komende kwartalen maar heel geleidelijk herstellen. De aanhoudend zwakke Europese conjunctuur en het met mondjesmaat terugkerende vertrouwen zijn de boosdoeners. Per saldo zal de groei in 2013 nauwelijks boven 0% uitstijgen. Door de aarzelende conjunctuur blijft de werkloosheid nog tot eind 2013 toenemen. In 2014 moet het herstel uitmonden in een sterkere groei, maar met naar schatting 1,3% blijft ook die gering.
België gevoelig voor zwakke wereldconjunctuur Vijf jaar na de start van de crisis blijft de economische toestand in Europa onzeker. De meeste voorlopende indicatoren gingen er de voorbije weken nauwelijks op vooruit. Eerder dit jaar knaagden de politieke impasse in Italië en de onrust over Cyprus aan het vertrouwen van de burgers. Uit de jongste enquêtes blijkt dat de onzekerheid over de zwakke economie zelf een grote rol speelt. Opvallend is dat ook de Duitse conjunctuur pluimen verliest. Na een dipje in maart, viel het Duitse ondernemersvertrouwen stevig terug om in mei weer licht op te veren. Ook in de VS en in China was het economische nieuws zwak. Daardoor stelden economen hun groeivooruitzichten voor de Europese economie neerwaarts bij. In december 2012 schoven ze nog een krimp van 0,1% naar voor, in mei verwachtten ze een krimp met 0,5%. Als open economie die ruim 2/3 van de uitvoer afzet in de rest van Europa, is België erg gevoelig voor deze groeivertraging. De bestellingen bij Belgische exporteurs hangen nauw samen met het ondernemingsklimaat in Europa (zie grafiek). Als de eurozone in 2013 niet uit de recessie raakt, kan de Belgische uitvoer in 2013 maar weinig groeien. Het geleidelijk herstel van de conjunctuur elders in de wereld en de geleidelijke ommekeer van de Belgische concurrentiehandicap kunnen wat soelaas bieden. De relatief gunstige ontwikkeling van de inflatie is in dat opzicht positief. De voorbije maanden zakte de Belgische inflatie tot onder het gemiddelde van onze drie buurlanden. Strategie & Accenten
2
Kleine lichtpuntjes Volgens een eerste raming is de Belgische economie in het eerste kwartaal van 2013 onverwacht met 0,1% gegroeid. Na drie krimpkwartalen in 2012 zit onze economie mogelijk niet langer in een recessie. Na de keldering in maart herstelde het vertrouwen van zowel bedrijven als gezinnen in april en mei. Het vertrouwen blijft niettemin ver beneden het langetermijngemiddelde. Bij de gezinnen vallen de betere verkoopscijfers van personenwagens op. Bij de bedrijven klom de capaciteitsbezettingsgraad in het eerste kwartaal weer wat hoger. Het peil blijft onder het langetermijngemiddelde en zet de bedrijven dus nog niet meteen aan tot uitbreidingsinvesteringen.
Arbeidsmarkt sputtert Het moeilijke economische klimaat weegt intussen ook almaar duidelijker op de arbeidsmarkt. Volgens de jongste Europese statistieken nam de werkloosheidsgraad in België sinds eind 2011 met ongeveer een procentpunt toe, tot 8,2% in maart 2013. Dat is nog maar een zucht verwijderd van zijn historische piek, maar bijna 4 procentpunten lager dan het Europese gemiddelde. Indicatoren zoals de uitzendarbeid wijzen op een blijvend zwakke arbeidsmarkt. Het heroriënteren van werkzoekenden naar het behoorlijk aantal vacatures lijkt Strategie & Accenten
deels te lukken, want de stijging van de langdurige werkloosheid blijft beperkt. Tijdens de eerste drie kwartalen van 2012 gingen netto 11 000 banen verloren. In het laatste kwartaal van 2012 kwamen er enigszins verrassend 2 000 banen bij. Toch zal de arbeidsmarkt het de komende kwartalen nog moeilijk hebben. De werkloosheid zal oplopen tot 8,7% eind 2013. Uit een enquête bij de Belgische consument blijkt dat de vrees om zijn baan te verliezen nog altijd fel overdreven is en niet bevestigd wordt door de werkelijke groei van de werkloosheid. Naarmate de gezinnen hun vertrouwen herwinnen, kan de stijgende gezinsconsumptie de groei ondersteunen.
Hoewel de recessie achter ons ligt, zal de groei van de Belgische economie in 2013 mager uitvallen en nauwelijks boven 0% uitstijgen. We gaan er vanuit dat de gezinsconsumptie beperkt zal toenemen en dat de groei vanaf de tweede helft van 2013 geleidelijk zal herstellen. Het herstel van de woningbouw en van de bedrijfsinvesteringen zal meer tijd vergen. Door de zwakke invoerbehoeften kan de netto-uitvoer nog een bescheiden groeibijdrage leveren. Het conjunctuurherstel zal zich in 2014 doorzetten, maar ook dan zit een krachtige groei er allicht niet in.
20
120
10
115
0
110 105
-10
100
-20
95 -30
90
-40
85
-50
80
-60
75
-70
99
70 00 01 02 03 04 05 06 07 08 09 10 11 12 13 Beoordeling uitvoerbestellingen België (linkse schaal) Economisch sentiment Indicator EU (Euopese Commissie - rechtse schaal) Beoordeling uitvoerbestellingen Duitsland (linkse schaal) Belgische uitvoer erg gevoelig voor Europees sentiment
3
Klemtonen
Strategie
• We mijden de lage rendementen van klassieke overheidsobligaties • We verkiezen Amerikaanse aandelen boven Europese • Formules met kapitaalbescherming bieden de gemoedsrust die we zoeken
Op zoek naar meer duidelijkheid
Kijk uit voor de kloof De aandelenmarkten zijn in de voorbije maanden sterk gestegen. Als de koersen stijgen gaan en de bedrijfswinsten stagneren, loopt de waardering op. Dat betekent niet dat aandelen vandaag duur zijn. Zeker in vergelijking met obligaties blijven ze spotgoedkoop. De grote waarderingskloof tussen aandelen en andere activaklassen is dus nauwelijks kleiner geworden. Beleggers blijven niet of nauwelijks bereid om risico te nemen. Dat is niet helemaal onterecht, want de conjunctuur- en beleggingsrisico’s zijn in de voorbije maanden niet afgenomen.
Kloof met de VS wordt groter Er zijn weinig signalen dat de eurozone snel uit de recessie raakt. Na de krimp met 0,5% in 2012, wordt ook voor 2013 verwacht dat de Europese economie 0,6% kleiner wordt. De economische krimp wordt al te gemakkelijk aan de besparingspolitiek toegeStrategie & Accenten
De grote waarderingskloof tussen aandelen en andere activaklassen is dus nauwelijks kleiner geworden
schreven. Het strenge kredietbeleid van de banken en de psychologische effecten van de eurocrisis op het vertrouwen van consumenten en producenten zijn minstens even belangrijk. Toch zijn er ook lichtpuntjes. Dé verrassing van de maand was allicht de nieuwe regering in Italië, zowaar eentje met een brede basis. In het regeringsprogramma is helaas geen spoor te bekennen van de noodzakelijke hervormingen. Integendeel, men komt zelfs terug op eerdere maatregelen van de vorige regering Monti. Frankrijk doet pogingen om de starre arbeidsmarkt te hervormen en de concurrentiekracht op te krikken, maar voorlopig onvoldoende. Misschien helpen de nieuwe loonakkoorden in Duitsland – de lonen mogen er behoorlijk stijgen
– om de kloof met Frankrijk en de rest van de eurozone te dichten. In de VS wordt dit jaar fors bespaard. Het begrotingstekort, nog 8,5% van het bbp in 2011, daalt daardoor tot minder dan 4% in 2014. Het jongste economische nieuws suggereert alvast dat de Amerikaanse economie de belastingverhogingen en besparingen goed verteert. De consumptie, goed voor bijna driekwart van het Amerikaanse bbp, kan dit jaar met 2,5 à 3% aandikken. Als de werkgelegenheid aan het tempo van de voorbije maanden blijft verbeteren, kan het beschikbare inkomen van de Amerikaanse gezinnen behoorlijk groeien. We verwachten voor de VS een gematigde economische groei van 2,3%.
4
Lagere inflatie geeft zuurstof In april bedroeg de algemene inflatie in de eurozone 1,2% en 1,1% in de VS. In de komende maanden is een verdere daling van de inflatie heel waarschijnlijk. Mogelijk wordt de jaarop-jaarstijging van de consumptieprijsindex binnenkort zelfs negatief. Allicht schreeuwen de krantenkoppen dan weer “Deflatie!”. Deflatie doet zich voor als het merendeel van de producten en diensten in prijs daalt. Dan worden dalende prijzen de norm en gaan consumenten de dalende prijzen ook als normaal beschouwen. Ze stellen hun aankopen uit, want wat je vandaag niet koopt, kan je morgen goedkoper kopen. Van uitstel komt afstel en dat kan een gevaarlijke negatieve spiraal op gang brengen. De huidige inflatieafkoeling valt volledig te verklaren door een daling van de olieprijzen. Een beperkt aantal producten zoals benzine, stookolie, misschien ook gas en elektriciteit, wordt goedkoper. Daardoor daalt het algemene inflatiecijfer.
Desinflatie is positief
Tijdelijk, want als de olieprijs niet meer daalt, keert de algemene inflatie terug naar de kerninflatie. Desinflatie is positief. Je koopt evenveel energie en de koopkracht die je overhoudt kan je aan iets anders spenderen. Het kan nog positiever uitvallen, namelijk als dat extraatje een lokale producent (bv. een kapper) ten goede komt.
Lage rente geeft zuurstof Inflatie en deflatie zijn niet aan de orde. Zolang de economische groei niet verzekerd is, zullen de centrale banken wereldwijd hun beleid van quasi gratis geld verder zetten. De omgeving van lage rente houdt dus nog wel even aan.
Op 2 mei heeft de Europese Centrale Bank haar beleidsrente nog eens met 0,25 procentpunten verlaagd tot een historisch laag peil van 0,50%. Omdat centrale bankiers met hun rentebeslissingen alleen de geldmarktrente rechtstreeks kunnen beïnvloeden, kopen ze ook actief schuldpapier zoals overheidsobligaties op. Daarmee willen ze ook de obligatierente laag houden. In de toekomst zorgt het beleid van de centrale banken ongetwijfeld voor een inflatieprobleem. Daarvoor moet wel een inflatoire omgeving ontstaan: hoogconjunctuur, lage werkloosheid, opwaartse druk op loonkosten en prijzen, … Dat is weliswaar nog niet voor morgen, maar zullen de centrale banken het geweer tijdig van schouder veranderen? In ieder geval zal de obligatiemarkt hier ooit op vooruit lopen.
100
7
80
6
60
5
40
4
20
3
0
2
-20
1
-40
0
-60
-1
-80 -100 2003
-2
Jaarwijziging olieprijs in euro (linkerschaal) Inflatie in België (rechterschaal)
2005
2007
2009
2011
-3 2013
Ontwikkeling olieprijs en inflatie in België
Strategie & Accenten
5
Aandelen zonder kapitaalbescherming Aandelen met kapitaalbescherming Obligaties
Strategie
Vastgoed Alternatieve beleggingen Liquiditeiten
Samenstelling van de portefeuille In de zeer defensieve doelportefeuille beleggen we 12,5% in aandelen. We vullen de aandelenpositie volledig in met beleggingsvormen met kapitaalbescherming (25%). Het aandelenrisico van deze afgeschermde beleggingsinstrumenten bedraagt 50%. De obligatiepositie maakt 40,5% van de portefeuille uit, inclusief het vastrentende gedeelte van de aandelenbeleggingen met kapitaalbescherming. Dat maakt 12,5% van de portefeuille uit (dat is 50% van 25%, zie hoger). We beleggen 28% rechtstreeks in obligaties. Liquiditeiten maken 47% van de portefeuille uit. De vermelde accenten die slaan op beleggingen in andere munten dan euro passen maar in heel beperkte mate in een zeer defensieve portefeuille. In de defensieve doelportefeuille beleggen we 30% in aandelen. Beleggingsformules zonder kapitaalbescherming maken 7,5% van de portefeuille uit. Beleggingsvormen met kapitaalbescherming krijgen een gewicht van 45%. Het aandelenrisico van deze afgeschermde beleggingsinstrumenten bedraagt 50%. De obligatiepositie maakt 60% van de portefeuille uit tegenover onze langetermijnnorm van 75%. In het obligatierisico moet ook rekening gehouden worden met het vastrentende gedeelte van de aandelenbeleggingen met kapitaalbescherming. Dat maakt 22,5% van de portefeuille uit (dat is 50% van 45%, zie hoger). We beleggen 37,5% van de portefeuille rechtstreeks in obligaties. De liquiditeiten (8% van de portefeuille) worden belegd in euro. De vermelde accenten die slaan op beleggingen in andere munten dan euro passen maar in beperkte mate in een defensieve portefeuille. In de dynamische doelportefeuille beleggen we 52% in aandelen. Beleggingsformules zonder kapitaalbescherming maken 27% van de portefeuille uit. Beleggingsvormen met kapitaalbescherming krijgen een gewicht van 50%. Het aandelenrisico van deze afgeschermde beleggingsinstrumenten bedraagt 50%. De obligatiepositie maakt 41% van de portefeuille uit (langetermijnnorm: 50%). In het obligatierisico moet ook rekening gehouden worden met het vastrentende gedeelte van de aandelenbeleggingen met kapitaalbescherming. Dat maakt 25% van de portefeuille uit (dat is 50% van 50%, zie hoger). We beleggen 16% van de portefeuille rechtstreeks in obligaties met een relatief korte restlooptijd (max. 3 jaar). We houden in de beleggingsportefeuille 5% liquiditeiten aan. Alle vermelde accenten komen in aanmerking voor een dynamische portefeuille. In de zeer dynamische doelportefeuille beleggen we 75% in aandelen. Beleggingsformules zonder kapitaalbescherming maken 57% van de portefeuille uit. Beleggingsvormen met kapitaalbescherming krijgen een gewicht van 36%. Het aandelenrisico van deze afgeschermde beleggingsinstrumenten bedraagt 50%. De obligatiepositie maakt 18% van de portefeuille uit (langetermijnnorm: 25%) en wordt volledig ingevuld met het vastrentende gedeelte van de aandelenbeleggingen met kapitaalbescherming (dat is 50% van 36%, zie hoger). We houden in de beleggingsportefeuille 5% liquiditeiten aan. Alle vermelde accenten komen in aanmerking voor een zeer dynamische portefeuille.
25% 47%
28%
10%
2%
39,5%
2% 7% 18%
7,5%
41%
27%
46%
2% 5%
57%
36%
Strategie & Accenten
6
Overheidsobligaties Bedrijfsobligaties Converteerbare obligaties Geïndexeerde obligaties Obligaties opkomende markten Euro- en Dollarsatellieten, PLN
Kijk uit voor de kloof (bis) Wie voor rendement gaat, gaat voor aandelen. Zelden was de waarderingskloof tussen goedkope aandelen en dure (overheids)obligaties zo groot. Natuurlijk houdt een aandeel meer risico’s in dan een obligatie van de Duitse overheid - een premie is dus terecht -, maar de verhoudingen zijn helemaal zoek. De kloof kan pas gedicht worden als de obligatierente stijgt tot zo’n 7,5% of als de aandelenkoersen meer dan verdubbelen. Twee heel extreme scenario’s, maar het is duidelijk dat men niet in obligaties maar in aandelen belegd moet zijn.
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
EUR
Obligatieportefeuille We beperken het gewicht van klassieke overheidsobligaties in de portefeuille. Ze bieden geen bescherming tegen de inflatie en ze zijn heel kwetsbaar voor een mogelijke rentestijging. Met bedrijfsobligaties en obligaties uit de opkomende markten is voor eenzelfde risico een hoger rendement mogelijk. Veel koerswinst valt er met bedrijfsobligaties niet meer te halen, maar in de huidige omgeving van lage rente is elk extraatje meegenomen. Hoogrentende obligaties, voornamelijk uit de opkomende markten, bieden wel nog een aantrekkelijke rentevergoeding. Een gespreide portefeuille van vastrentend papier uit de opkomende markten (Zuid-Korea, Maleisië, Mexico, Brazilië, Polen, …) levert al gauw een rendement van meer dan 5%. Een mogelijke versteviging van de lokale munten ten opzichte van de euro kan voor bijkomend rendement zorgen. Een goede spreiding tussen de verschillende munten blijft belangrijk.
USD
Andere
OBLIGATIEPORTEFEUILLE Zeer defensief profiel (zeer) dynamisch profiel Defensief profiel
Euro en dollarsatellieten, P
50% 45%
Geïndexeerde
40% 35%
Bedrijfs
30% 25% 20% 15% 10% 5% 0%
EUR
USD
Andere
OBLIGATIEPORTEFEUILLE Defensief profiel (zeer) dynamisch profiel
90%
Aandelenportefeuille In de aandelenportefeuille hebben hoogdividendaandelen de voorkeur. Ze bieden een hoog lopend rendement en passen perfect in een kopen-en-houden strategie. Bovendien hebben ze de neiging zichzelf in te kopen of zich te laten overnemen. We verkiezen Amerikaanse aandelen boven Europese. Terwijl het Amerikaanse begrotingsprobleem een duurzame oplossing krijgt, wordt te weinig werk gemaakt van fundamentele oplossingen voor de eurocrisis. Ondertussen nemen de conjunctuurverschillen tussen de VS en Europa toe. Amerikaanse bedrijven zijn bovendien winstgevender dan de Europese. Strategie & Accenten
80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
EUR
USD
Andere
OBLIGATIEPORTEFEUILLE (zeer) dynamisch profiel
7
Strategie Accenten in de portefeuille
Accent - Amerikaanse dollar
Accent - Luxegoederen
Accent - Amerikaanse bedrijven die eigen aandelen inkopen
De eurocrisis kan in de komende maanden nieuwe vlagen van risicoafkeer uitlokken, terwijl de crisis over het begrotingsbeleid in de VS een duurzame oplossing krijgt. De waarde van een munt wordt ook bepaald door de economische groei van het land. Het groeiverschil tussen Europa (recessie) en de VS (matige groei) neemt toe. Zolang de EUR/USD-wisselkoers boven 1,00 à 1,10 blijft, is de dollar ondergewaardeerd. De evenwichtskoers verschuift overigens richting 0,90 à 1,00 USD per EUR.
Nu de bedrijfswinsten aftoppen en analisten de houdbaarheid van de winstmarges in vraag stellen, willen we beleggen in een sector waar de marges niet onder druk staan. Producenten van luxegoederen beschikken over een sterke prijszettingsmacht. De drempel voor nieuwe spelers op de markt is heel hoog, omdat sterke merknamen kunnen bogen op een lange traditie en moeilijk te onttronen zijn. In het eerste kwartaal van 2013 realiseerde het segment een winstgroei van 8,75%, veel beter dan de 2,5% van de brede markt. In dat opzicht is de premie van 15% voor de sector zeker niet overdreven.
We verkiezen de Amerikaanse beurs boven de Europese (zie hoger). We kiezen voor bedrijven die eigen aandelen inkopen. Dat ligt in lijn met onze voorkeur voor “waarde” boven “groei” en het versterkt onze voorkeur voor rendementsaandelen.
Overweegt u dit beleggingsaccent voor uw portefeuille? Lees dan ook het artikel “In De Kijker” op blz. 8.
We willen beleggen in een sector waar de marges niet onder druk staan
Strategie & Accenten
8
Sectorspreiding aandelenportefeuille Energie Basismaterialen IndustriĂŤle sectoren Cycl. consumentensectoren Niet-cycl. consumentensectoren Gezondheidszorg FinanciĂŤle sectoren Informatietechnologie Telecomoperatoren Nutsbedrijven 0%
5% Huidige spreiding
10%
15%
20%
25%
Neutrale spreiding
Economische vooruitzichten 20-05-2013 Economische groei (%) 2012 2013 2014 Inflatie (%) 2012 2013 2014 Beleidsrente (%) (*) 20-05-2013 08-2013 11-2013 Tienjaarsrente (%) (*) 30-05-2013 08-2013 11-2013 Wisselkoers (**) 30-05-2013 08-2013 11-2013
EMU
VK
VS
Japan
-0,5 -0,6 1,1
0,3 0,8 1,9
2,2 2,1 2,7
1,9 1,1 1,6
2,5 1,2 1,6
2,8 2,8 2,5
2,1 1,5 1,9
0,0 0,1 0,9
0,50
0,50
0,25
0,10
1,28
1,73
1,85
0,52
1 EUR = GBP 0,85
1 EUR = USD 1,28
1 EUR = JPY 120,61
-
(*) : stijging van ongeveer 25 basispunten vanaf huidig niveau; : stijging van ongeveer 50 basispunten vanaf huidig niveuau; enz; : appreciatie van ongeveer 5% t.o.v. de euro vanaf huidig niveau; enz. ( * * ) : appreciatie van ongeveer 2,5% t.o.v. de euro vanaf huidig niveau
Strategie & Accenten
9
Instellingen voor collectieve belegging (ICB)(1)
In de kijker
Klemtonen • Aziatische middenklasse verzot op luxe • Luxeproducenten hebben sterke prijszettingsmacht
Volg de big spenders naar Luxegoederen
Het segment luxegoederen is een onderdeel van de sector Cyclische consumentensectoren. Daar horen ook de Autoconstructeurs, Mediabedrijven en Algemene Distributie in thuis. De cyclische consumentensectoren zijn stuk voor stuk activiteiten die in grote mate afhankelijk zijn van de wereldconjunctuur. De verkopen van luxegoederen ontsnappen daar gedeeltelijk aan. Luxeproducten zoals lederwaren, schrijfgerei en reukwaren hebben een
vrij toegankelijke verkoopprijs die bemiddelde kopers altijd op de toonbank willen leggen. De sector profiteert ook van de toenemende welvaart in de opkomende markten. Daardoor stijgt de vraag naar luxeproducten drie keer sneller dan de groei van het bruto binnenlands product. De opkomende markten van Zuidoost-Azië zijn ondertussen uitgegroeid tot een van de grootste afnemers. Daarnaast is het een grote troef dat de luxeproducenten over een sterke prijszettingsmacht beschikken. Bovendien heeft luxe een heel hoge toetredingdrempel voor nieuwkomers. De uitstraling van de sterkste luxemerken is gestoeld op een lange traditie waardoor ze moeilijk te onttronen zijn. In het eerste kwartaal van 2013 steeg de winstgroei binnen de sector met maar liefst 8,75%. De aandelenkoersen noteren met een premie van 15% boven hun boekwaarde, maar dat is redelijk voor deze groeisector.
KBC Equity Fund Luxury & Tourism KBC stelt u, als promotor, Luxury & Tourism voor, een compartiment van de Belgische bevek(1) KBC Equity Fund. Dit compartiment belegt voor minstens 75% van de activa in aandelen van bedrijven uit de sector van de luxegoederen en in aandelen van bedrijven die verband houden met thema’s als toerisme en vrije tijd. De schommelingen van de netto-inventariswaarde kunnen groot zijn als gevolg van de samenstelling van de portefeuille. Het compartiment kan ook passen in de beleggingsportefeuille van beleggers met een beleggingsprofiel dat verschilt van zeer dynamisch, waarvoor het compartiment is ontwikkeld. Vraag raad aan uw KBCrelatiebeheerder om samen te bekijken of dit product ook voor u geschikt is binnen een portefeuillebenadering.
(1) Zie voetnoot 1 op de laatste bladzijde.
Luxury & Tourism is een compartiment van de bevek naar Belgisch recht KBC Equity Fund. Er kan dagelijks toe- en uitgetreden worden. Toetredingskosten: 3%. Uittredingskosten: geen. Bedrag tot ontmoediging van een uittreding die volgt binnen één maand na toetreding: max. 5%. Beursbelasting: kapitalisatiedeelbewijzen: 1% bij uittreding (max. 1500 euro). Financiële dienst: KBC Bank en CBC Banque. Essentiële beleggersinformatie, prospectus en laatste periodiek verslag worden gratis ter beschikking gesteld in het Nederlands in alle kantoren van KBC Bank en CBC Banque. Roerende voorheffing op dividenden (distributieaandelen): 25%. Meerwaarden (kapitalisatieaandelen) zijn niet onderworpen aan roerende voorheffing. De netto-inventariswaarde wordt o.m. gepubliceerd in de financiële pers (De Tijd en L’Echo) en op www.kbc.be/fondsenzoeker.
Strategie & Accenten
10
Instellingen voor collectieve belegging (ICB)(1)
In de kijker
Klemtonen • Gezondheidssector geniet stabiele kasstromen. • Reken niet op extremen in de positieve zin … • … negatieve uitschuivers zijn weinig waarschijnlijk.
Waardecreatie is een troef voor de farmasector
Farmaceutische bedrijven hebben de reputatie dat het om aandelen gaat waarvan de koersschommelingen beperkt zijn. De omzet binnen de sector is ook minder gevoelig voor het wel en wee van de wereldconjunctuur. Stabiele kasstromen zorgen voor een aantrekkelijke groei en relatief snel stijgende bedrijfswinsten. Dat zijn kwaliteiten die vele beleggers op prijs stellen. Over de jongste vijf jaar steeg de winst er met zowat 7% per jaar. De vooruitzichten voor de omzetgroei zijn met 4% per jaar vrij gematigd. Realistische verwachtingen voorkomen dat de beleggers nadien ontgoocheld achterblijven. De vergrijzing van de wereldbevolking en de toenemende vraag naar gezondheidszorg bij de middenklasse in de opkomende markten geeft de sector een duw in de rug. Bovendien valt deze trend in de eerstkomende jaren niet stil. Daardoor kan de vraag naar geneesmiddelen, medische technologie en gezondheidsdiensten sneller stijgen dan de groei van het bruto binnenlands product. De grote farmareuzen hebben de voorbije jaren flink wat energie en kapitaal geïnvesteerd om hun pijplijn aan behandelingen in ontwikke-
ling weer aan te vullen. Een lange tijd was het octrooiverval namelijk een smet op het blazoen van de sector. De gezondmaking van de overheidsfinanciën leverde een krenterige overheid op in het westen. Maar de prijsdruk van deze besparingen neemt geleidelijk af. Daardoor staat het creëren van aandeelhouderswaarde weer bovenaan de prioriteitenlijst.
KBC Equity Fund Pharma KBC stelt u, als promotor, Pharma voor, een compartiment van de Belgische bevek(1) KBC Equity Fund. Het compartiment wordt actief beheerd en heeft als doel om minstens 75% van de activa te beleggen in aandelen van bedrijven uit de farmaceutische en gezondheidsverzorgende sector waar de voorwaarden verenigd zijn om op korte of middellange termijn een versnelde economische groei mogelijk te maken. De volatiliteit van de nettoinventariswaarde kan hoog zijn als gevolg van de samenstelling van de
portefeuille. U heeft de keuze tussen kapitalisatiedeelbewijzen of deelbewijzen die een dividend uitkeren. Het compartiment heeft een zeer dynamisch risicoprofiel. Het compartiment kan ook passen in de beleggingsportefeuille van beleggers met een ander risicoprofiel. Bekijk samen met uw KBC-relatiebeheerder of dit compartiment voor u geschikt is binnen een portefeuillebenadering.
(1) zie voetnoot 1 op de laatste bladzijde
Pharma is een compartiment van de bevek naar Belgisch recht KBC Equity Fund. Er kan dagelijks toe- en uitgetreden worden. Toetredingskosten: 3%. Uittredingskosten: geen. Bedrag tot ontmoediging van een uittreding die volgt binnen één maand na toetreding: max. 5%. Beursbelasting: kapitalisatiedeelbewijzen: 1% bij uittreding (max. 1500 euro). Financiële dienst: KBC Bank en CBC Banque. Essentiële beleggersinformatie, prospectus en laatste periodiek verslag worden gratis ter beschikking gesteld in het Nederlands en het Engels in alle kantoren van KBC Bank en CBC Banque. Roerende voorheffing op dividenden (distributieaandelen): 25%. Meerwaarden (kapitalisatieaandelen) zijn niet onderworpen aan roerende voorheffing. De netto-inventariswaarde wordt o.m. gepubliceerd in de financiële pers (De Tijd en L’Echo) en op www.kbc.be/fondsenzoeker.
Strategie & Accenten
11
In focus aandelenmarkt Bpost gaat naar de beurs
De inschrijvingsperiode loopt van 6 juni 2013 tot en met 19 juni 2013, maar kan vervroegd afgesloten worden vanaf 14 juni 2013. Het aanbod bestaat uit de verkoop van bestaande aandelen(1) van het investeringsbedrijf, CVC Funds via Post Invest S.à r.l. Als er voldoende vraag van particuliere beleggers is in België, is het de bedoeling om minstens 20% van de aangeboden aandelen toe te wijzen aan die particuliere beleggers.
Activiteiten Bpost is een toonaangevend postbedrijf in een volledig geliberaliseerde markt(2) en heeft als kernactiviteit de ophaling, de sortering, het transport en de levering van brieven en pakjes. Bpost is de universele postale dienstverlener in België (het huidige contract loopt tot 2018) en doet daarbij vijf dagen per week elke brievenbus aan om dagelijks ongeveer 10,5 miljoen brieven en 100.000 pakjes te bezorgen. Daarnaast biedt het bedrijf ook oplossingen aan op het vlak van documentbeheer en toegevoegde waardediensten, verdeelt het bank- en verzekeringsproducten van bpost bank en ontplooit het internationale brieven- en pakjesactiviteiten in NoordAmerika, het Verenigd Koninkrijk en Azië. Bpost heeft een commercieel netwerk van 670 postkantoren, 670 postpunten, 4 100 postzegelwinkels, een e-shop en één contactcenter. In 2012 stelde bpost gemiddeld 26 625 mensen te werk.
Sector
•
De Europese postsector is volgens de Europese Commissie van vitaal belang en wordt daarom beschouwd als een dienst van algemeen economisch belang. De postmarkt is tegelijkertijd dynamisch en ontwikkelt zich parallel met de groeiende e-commerce markt. Postdiensten in de EU behandelen naar schatting jaarlijks 135 miljard verzendingen, wat overeenkomt met een totale omzet van ongeveer 90 miljard euro of 1% van het totale BBP van de EU. De Belgische postmarkt, jaarlijks goed voor 1,4 miljard euro, is relatief veerkrachtig in vergelijking met de rest van Europa. Hoewel de volumes van geadresseerde post in België de afgelopen jaren zijn gedaald, is het tempo van de daling lager en stabieler dan in andere landen, zoals Denemarken en Nederland. De Belgische markt voor postpakketten wordt geschat op circa 1 miljard euro op basis van de totale omzet in 2012 en kan opgedeeld worden in C2X (pakjes verstuurd door consumenten), B2C (pakjes van bedrijven naar consumenten) en B2B (pakjes door bedrijven naar bedrijven). Wereldwijde spelers zoals DHL, TNT Express en UPS zijn goed voor iets meer dan de helft van de Belgische pakjesmarkt. Andere bedrijven actief op de markt zijn DPD, GLS en Trans-o-Flex.
• •
(1) zie voetnoot 3 op de laatste bladzijde (2) Naast de vrijmaking van de postmarkt in 2011, zouden er in 2015 en 2018 bijkomende veranderingen in de regelgeving kunnen gebeuren m.b.t. de voornaamste activiteiten van bpost.
Strategie & Accenten
12
Situering
Resultaten
De lokale postactiviteiten van bpost hebben goed stand gehouden, onder meer door een beperkte daling van de volumes in België. De Belgische Staat en bedrijven schakelen maar geleidelijk over op elektronische verzendingen, terwijl het aantal poststukken per huishouden al relatief beperkt is ten opzichte van andere Europese landen. Daarnaast laat het wetgevende kader ook geleidelijke prijsverhogingen toe, wat ervoor zorgt dat bpost zijn omzet in de traditionele postactiviteiten stabiel kon houden en zelfs lichtjes kon doen toenemen. Naast de traditionele postactiviteiten ging bpost ook diversifiëren, wat het bedrijf moet vrijwaren van een mogelijke sterkere daling van de volumes, maar ook kan leiden tot verdere groei op het vlak van omzet en winstgevendheid.
In 2003 startte bpost met een moderniseringsplan, wat resulteerde in een sterke verbetering van de operationele winstgevendheid. Terwijl de operationele winst in 2003 nog negatief was, bedroeg deze in 2012 323 miljoen euro. Als men éénmalige posten buiten beschouwing laat (genormaliseerd m.a.w.), bedroeg de operationele winst zelfs 404 miljoen euro. In 2012 stegen de bedrijfsopbrengsten van bpost met 2,2% tot 2,4 miljard euro, dankzij doorgevoerde prijsstijgingen, de groei van het pakjessegment, de verdere ontwikkeling van de internationale activiteiten en de verhoging van de inkomsten uit bancaire en financiële producten. Bpost’s financiële resultaten van de voorbije jaren gaan gepaard met een sterke cashgeneratie, een stabiele balans en relatief weinig schulden.
Bent u geïnteresseerd in aandelenbesprekingen? Vraag aan uw KBC-bankkantoor om u ook de publicatie Strategie & Accenten AANDELEN te bezorgen.
Gezien de betrokkenheid van KBC Securities bij de beursintroductie van bpost geeft KBC geen aanbeveling over deze transactie. Uw KBC-kantoor kan u wel adviseren of dit product geschikt is voor u. Beleggen in aandelen houdt risico’s in. De belegger loopt het risico een deel of het geheel van het geïnvesteerde kapitaal te verliezen. Vooraleer in te schrijven op de aangeboden aandelen, raden we de beleggers aan het volledige prospectus te raadplegen en extra aandacht te schenken aan de risicofactoren die beschreven worden vooraan in het prospectus. Het prospectus vindt u op de KBC-website (www.kbc.be/bpost) en kunt u gratis opvragen in uw KBC-kantoor en via het KBC-Telecenter (03 283 29 70).
STERKTES en ZWAKTES Sterktes
• Ervaren managementteam dat sterke resultaten kan voorleggen • Universele postale dienstverlener in België (huidig contract loopt tot 2018) • Eén van de meest winstgevende Europese postbedrijven • De Belgische Staat als de voornaamste aandeelhouder (50% +1 aandeel)
Strategie & Accenten
Zwaktes
• Focus op een beperkt aantal producten • Structureel dalende postmarkt door de groei van elektronische alternatieven • Hoge afhankelijkheid van de Belgische Staat als klant • Afhankelijk van de Belgische economie
13
Klemtonen
In focus obligaties
• Zwakke wereldconjunctuur treft ook opkomende markten • VS trekken herleving mee op gang?
(1)
Valt de groei stil in de opkomende markten?
Voor de opkomende markten verwachten we dat de economische groei in het eerste kwartaal van 2013 wat terugvalt tegenover eind 2012. Vanaf het tweede kwartaal van 2013 verwachten economen beterschap.
Het economische herstel lijkt broos De Chinese economie groeide in het eerste kwartaal met 7,7% ten opzichte van het eerste kwartaal van 2012. Dat
is heel hoog in vergelijking met schamele groeicijfers in het westen. Economen schoven eerder een groeiverwachting van 8% naar voor. Daardoor waren superlatieven voor de beleggers een verkeerde woordkeuze. Ze vonden de lage Chinese groei een teleurstelling. Ook in andere Aziatische en Latijns-Amerikaanse landen zoals Mexico, Thailand en Maleisië viel de groei wat lager uit dan verwacht. In bijgevoegde grafiek werd de kwartaalgroei van de opkomende markten herrekend naar een groeicijfer op jaarbasis. De toekomstverwachtingen van de economen (lichtgroene staafjes) illustreren dat ze voor de komende kwartalen een bescheiden herstel naar voor schuiven.
Zwakke wereldconjunctuur treft Aziatische exporteurs De uitvoer vanuit de opkomende markten herstelde sinds het dieptepunt in augustus 2012, maar bleef in het eerste kwartaal van 2013 onder de verwachtingen. Dat was deels toe te schrijven aan de export, die te lijden heeft onder de zwakke wereldconjunctuur. Vooral de vraag vanuit Europa bleef zwak.
Dat deed vooral pijn bij de exportbedrijven uit China, Taiwan, Hongkong en Zuid-Korea. Het is nog niet duidelijk of er ook andere oorzaken zijn. Voor economische zwaargewichten zoals China kan ook het afnemende concurrentievermogen in de verwerkende industrie een rol spelen.
Lagere inflatie is een meevaller De inflatie zit sinds midden 2011 wereldwijd in een dalende trend. Dat is ook zo in de opkomende markten. Dat is deels te danken aan dalende grondstoffenprijzen voor olie en industriële metalen. De kerninflatie, prijsstijgingen van goederen en diensten die los staan van de marktprijs op de wereldmarkt, blijft evenwel laag. In sommige opkomende markten zakte de inflatie zelfs tot beneden de doelstelling van de centrale bank.
Bescheiden groei houdt centrale banken in stimulerende modus Een lage inflatie die nog verder afbrokkelt en een zwakke wereldconjunctuur, geeft de meeste centrale banken (1): zie voetnoot 2 op de laatste bladzijde
Strategie & Accenten
14
de ruimte om hun beleidsrente gedurende een lange tijd laag (en dus conjunctuurondersteunend) te houden. In sommige landen is er zelfs nog ruimte voor een daling van de beleidsrente. Zo kunnen centrale banken hun economie extra zuurstof geven. Landen zoals Zuid-Korea, Polen, Turkije, Thailand en Hongarije beslisten om hun beleidsrente nog verder te verlagen. Brazilië is de grote uitzondering. Als enige van de grote opkomende markten trok de centrale bank haar beleidsrente op om weerwerk te bieden aan de toenemende inflatieverwachting. Door de verzwakking van de wisselkoers van de Braziliaanse real stijgt de inflatie er al enkele kwartalen op rij.
Wat zwengelt de groei weer aan?
•
Na het groeidipje in het eerste kwartaal van 2013 schuiven economen een herstel naar voor in de komende kwartalen. Waarschijnlijk zullen de centrale banken langer dan verwacht een conjunctuurondersteunend beleid voeren. De gezondmaking van de overheidsfinanciën is in de meest opkomende markten niet aan de orde. Dat is een schril contrast met de besparingsinspanningen waar vele Europese lidstaten of de VS mee geconfronteerd worden. In de opkomende markten zijn het begrotingstekort en de staatsschuld
namelijk een stuk lager. Daardoor moeten hun regeringen de belastingen niet optrekken en de lage beleidsrente van hun centrale banken geeft zuurstof aan de groei. Industriële exporteurs zoals Taiwan, China en Hongkong kunnen bovendien profiteren van het verwachte herstel van de Amerikaanse economie. De geleidelijke verbetering van de huizenmarkt en van de arbeidsmarkt in de VS ondersteunt het consumentenvertrouwen. Tenslotte spelen ook langetermijntrends in de kaart van de opkomende markten. De snel groeiende jongere bevolking en de toenemende middenklasse blijven de groei ondersteunen.
•
8%
6%
4%
2%
0%
-2%
-4% Q1 2008
Q1 2009
Q1 2010
Q1 2011
Q1 2012
Q1 2013
Groei opkomende markten neemt gas terug kwartaalgroei herrekend op jaarbasis
Onze obligatieselectie(1) Munt
Lening
Uitgifteprijs Coupon of indicatieve koers
Rating
Rendement Tegen(in %) waarde in EUR (*)
Nieuwe emissies EUR
VRANKEN-POMMERY 4.125% 2013/2019
101.875
20/06
NR
3.770
1018.75
Secundaire markt AUD
WESTPAC BANKING CORP. 4.375% 2013/2019x
100.950
16/04
AA-
4.190
1495.27
CAD
VOLKSWAGEN FIN. SERV. NV 2.125% 2013/2017
100.450
05/04
A-
2.000
1500.57
NZD
ABN AMRO BANK NV 4.375% 2013/2018
100.900
05/02
A
4.150
1280.20
NOK
VOLKSWAGEN FIN. SERV. NV 2.375% 2013/2016
101.700
04/04
A-
1.750
1340.82
SEK
RABOBANK NEDERLAND 2.250% 2012/2016
101.850
21/12
AA-
1.710
1198.45
(1) (*)
zie voetnoot op laatste bladzijde Tegenwaarde in EUR van de minimum coupure inclusief verlopen rente. Indicatieve wisselkoers: 03-06-2013
Strategie & Accenten
15
Beeldspraak De voorbije weken stegen enkele aandelenbeurzen tot hun hoogste niveau ooit. Wie de waardering afweegt tegenover de boekwaarde ziet nog geen uitzonderlijke rally. De Amerikaanse aandelenindex S&P 500 steeg begin mei tot boven 1 600 punten. De Dow Jones Industrials, een van de oudste aandelenindexen ter wereld, steeg tot boven 15 000 punten. Daarmee hebben de Amerikaanse aandelen de correctie in de nasleep van de huizencrisis al lang verteerd. De voorbije weken hebben die aandelenbeurzen het inderdaad goed gedaan. Maar uitzonderlijk was de klim niet. Sinds 1940 kenden de aandelenkoersen verschillende periodes waarin er telkens stijgende slotkoersen op de tabellen verschenen. Vandaag noteert de S&P 500 tegen 2,15 keer de boekwaarde van de 500 onderliggende aandelen. Over de voorbije vijftien jaar bedroeg de waardering gemiddeld evenwel 2,8.
WWW Meer info op: www.kbc.be/beleggers
Briefwisseling aan: KBC BANK NV, KBC Asset Management, Havenlaan 2, 1080 Brussel Dit document is een publicatie van KBC Asset Management NV (KBC AM), gebaseerd op beleggingsaanbevelingen van KBC AM en/of samenvattingen van analyserapporten van KBC Securities NV (KBC Sec) en wordt verspreid door KBC Bank. De bevoegde controleautoriteit is de Autoriteit Financiële Diensten en Markten (FSMA). Deze publicatie valt niet onder de noemer ‘onderzoek op beleggingsgebied’ zoals bedoeld in het koninklijk besluit van 3 juni 2007 tot bepaling van nadere regels tot omzetting van de richtlijn betreffende markten voor financiële instrumenten, doch is een publicitaire mededeling, zodat de wettelijke voorschriften ter bevordering van de onafhankelijkheid van onderzoek op beleggingsgebieden niet van toepassing zijn. Deze aanbevelingen vormen op zich geen gepersonaliseerd beleggingsadvies. De fondsbeheerders van KBC AM kunnen vóór de verspreiding van deze aanbevelingen handelen in het financieel instrument. De verloning van de medewerkers of aangestelden die voor KBC AM en/of KBC Sec werkzaam zijn en die bij het opstellen van de aanbevelingen betrokken waren, is niet direct gekoppeld aan zakenbanktransacties. De resultaten van de weergegeven financiële instrumenten en financiële indices zijn resultaten behaald in het verleden en vormen als zodanig geen betrouwbare indicator voor toekomstige resultaten. Indien de resultaten van de weergegeven financiële instrumenten en financiële indices uitgedrukt zijn in een andere valuta dan EUR, kan het rendement door valutaschommelingen hoger of lager uitvallen. KBC AM noch enige andere vennootschap van de KBC-groep kan aansprakelijk worden gesteld voor de eventuele onjuistheid of onvolledigheid van de in dit document vermelde gegevens.Voor een aantal essentiële elementen van de beleggingsaanbevelingen (waaronder de belangenconflictenregeling), die wegens plaatsgebrek niet in dit document zijn opgenomen, kunt u voor KBC Sec de “Disclosures” raadplegen op www.kbcsecurities.com/disclosures en voor KBC AM de “Algemene richtlijnen m.b.t. de beleggingsaanbevelingen van KBC Asset Management” op www.kbcam.be/aandelen. Verantwoordelijk uitgever: KBC Groep NV, Havenlaan 2, 1080 Brussel, België. BTW BE 0403.227.515, RPR Brussel. www.kbc.be Feiten versus andere informatie met betrekking tot beursgenoteerde bedrijven: Voor de beursgenoteerde bedrijven die in deze publicatie vermeld worden, publiceert KBC AM een aandelenfiche op zijn website. Deze aandelenfiche bestaat enerzijds uit puur feitelijke informatie en anderzijds uit de mening van de analist over dat bedrijf. Die laatste tekstgedeelten hebben een gekleurde achtergrond. Frequentie van de advieswijzigingen De analisten van KBC Asset Management volgen de gebeurtenissen in de financiële wereld op de voet. Het aandelenadvies is een conclusie van een zorgvuldige afweging van drie dimensies: het aandeel zelf, de sector waartoe het bedrijf behoort en de regio waarin het gevestigd is. Elke wijziging in één van die drie componenten kan aanleiding geven tot een advieswijziging. De adviesmethodiek Een uitvoerig omschrijving van onze adviesmethodiek staat in de editie van Strategie & Accenten nummer A01 van 6 januari 2011. Deze editie is raadpleegbaar op www.kbcam.be/aandelen/adviesmethodiek. Een exemplaar van deze brochure is ook verkrijgbaar in elk KBC-kantoor. Voor een aantal essentiële elementen van deze beleggingsaanbeveling, die wegens plaatsgebrek niet in deze fiche zijn opgenomen, kunt u de “Algemene richtlijnen m.b.t. de beleggingsaanbevelingen van KBC Asset Management” raadplegen op www.kbcam.be/aandelen. Gebruikte foto’s: www.shutterstock.com (1) Een bevek (beleggingsvennootschap met veranderlijk kapitaal) en een sicav (société d’investissement à capital variable) zijn instellingen voor collectief beheer (ICB’s). Een ICB wordt doorgaans opgericht door een financiële instelling, maar vormt een onafhankelijke juridische entiteit. Een aandeel gekocht in een ICB geeft recht op een deel van het resultaat in functie van het belegde bedrag. Het belegde kapitaal kan evenwel in waarde verminderen. De belegging in een ICB laat toe om het beleggingsrisico te spreiden en de toegang tot de beurzen en buitenlandse markten te vergemakkelijken. Beleggingen in ICB’s worden gedekt door het beschermingsfonds voor deposito’s en financiële instrumenten. Dit betekent dat een tegemoetkoming kan bekomen worden bij het beschermingsfonds ten belope van maximaal € 20.000 indien een kredietinstelling of een beursvennootschap rechten van deelneming van ICB’s aanhoudt voor rekening van haar cliënten en deze niet kan leveren of teruggeven aan de rechtmatige eigenaars. Er wordt opgemerkt dat het eventuele verlies aan waarde van een ICB ten opzichte van zijn aanschaffingsprijs niet wordt gedekt door het Beschermingsfonds. (2) Een obligatie is een schuldtitel uitgegeven door een onderneming, een overheidsinstelling of een staat, terugbetaalbaar op een datum en voor een bedrag dat op voorhand werd vastgelegd en dat een interest opbrengt. (3) Een aandeel is een bewijs van deelneming in het eigen vermogen van een onderneming. Een aandeelhouder is daardoor mede-eigenaar van de onderneming voor het percentage aandelen dat hij bezit. In ruil daarvoor heeft de aandeelhouder recht op een deel van de winst, het zogeheten dividend. Aan een aandeel is gewoonlijk stemrecht verbonden dat tijdens de (verplichte) Algemene Vergadering van Aandeelhouders kan worden uitgeoefend. Door de uitgifte van aandelen kan een onderneming risicodragend kapitaal aantrekken. Het met de uitgifte van aandelen aangetrokken kapitaal wordt beschouwd als eigen vermogen. En dit is de eerste buffer om eventuele verliezen op te vangen.
Volgend nummer verschijnt op 4 juli 2013