Strategie&Accenten Strategie

Page 1

&

Strategie Accenten ... voor het beheer van uw persoonlijk en familiaal vermogen

Wat als u niet langer in staat bent uw vermogen te beheren?

2

Aandacht voor de echte uitdagingen

4

Investeer in de land- 10 bouw van de 21ste eeuw Profiteer mee van het succesverhaal van Amerikaanse bedrijven

11

Toenemend mobiel dataverkeer doet telecomoperatoren groeien

12

Beperkte rentestijging hangt in de lucht

14

Maandelijkse uitgave van KBC Bank & Verzekering Nr. 07 - 7 juli 2011


Klemtonen

Thema

• Iedereen kan een wilsverklaring afleggen met een voorkeur voor een bewindvoeder • De bevoegdheden van een bewindvoerder zijn duidelijk omschreven en worden gecontroleerd

Wat als u niet langer in staat bent uw vermogen te beheren?

Voor meerderjarige personen die niet in staat zijn hun goederen te beheren (bv. demente bejaarden, mentaal gehandicapten, verkwisters, …) bestaan er in het Belgische recht verschillende beschermingsstatuten. Het voorlopig bewind is hier één van. De aanstelling van een voorlopige bewindvoerder is mogelijk in die gevallen waarin de te beschermen persoon, omwille van zijn gezondheidstoestand (fysiek en/of mentaal), niet in staat is zelf zijn goederen te beheren. De onmogelijkheid om de eigen goederen te beheren kan geheel of gedeeltelijk zijn, kan onomkeerbaar of ook langdurig of tijdelijk zijn. De voorlopige bewindvoerder zal dan het vermogen in zijn plaats beheren of hem bijstaan in dat beheer, als de betrokkene nog gedeeltelijk in staat is om zijn vermogen te beheren.

Wie kan de aanstelling van een voorlopige bewindvoerder vragen? De te beschermen persoon zelf, elke belanghebbende, de procureur des Konings (of in een beperkt aantal gevallen de vrederechter) kunnen vragen om een voorlopige bewindvoerder aan te stellen. De procedure wordt ingeleid bij de vrederechter door een verzoekschrift op tegenspraak. De te beschermen persoon heeft daarbij recht op bijstand van een advocaat. Het verzoekschrift kan suggesties vermelden over de keuze van de bewindvoerder en over de aard en omvang van zijn bevoegdheden. Bij het verzoekschrift moet een geneeskundige verklaring gevoegd worden die ten hoogste 15 dagen oud is. De aanstelling van een voorlopige bewindvoerder wordt gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad en aangetekend in de bevolkingsregisters. Iedereen kan een wilsverklaring afleggen met een voorkeur voor een bewindvoeder voor het geval hij niet meer in staat is zijn goederen te beheren. Dat gebeurt voor een notaris Strategie & Accenten

2


of voor de vrederechter van zijn verblijfplaats. De voorlopige bewindvoerder wordt altijd formeel aangesteld door de vrederechter. Heeft de betrokkene geen verklaring van voorkeur afgelegd, of heeft de vrederechter daar ernstige bezwaren1 tegen, dan benoemt hij bij voorkeur de vader of de moeder, de echtgeno(o)t(e), de wettelijk of feitelijk samenwonende partner, de persoon met wie de te beschermen persoon een feitelijk gezin vormt, een lid van de naaste familie (bijv. een meerderjarig kind) of een vertrouwenspersoon. In laatste instantie zal een advocaat als voorlopige bewindvoerder aangeduid worden.

Bevoegdheden De voorlopige bewindvoerder vertegenwoordigt de beschermde persoon in alle rechtshandelingen2 met betrekking tot diens vermogen. Hij heeft in principe geen enkele bevoegdheid met betrekking tot de persoon. Uitzonderlijk kan de vrederechter de bevoegdheden van de voorlopige bewindvoerder beperken, zowel wat de aard van de rechtshandelingen als wat de goederen betreft. De vrederechter kan ook bepaalde rechtshandelingen aanwijzen waarvoor de beschermde perStrategie & Accenten

soon alleen maar bijstand nodig heeft. De voorlopige bewindvoerder wordt aangesteld voor onbepaalde duur. Er kan evenwel een einde komen aan de opdracht wanneer de vrederechter hem vervangt door een andere voorlopige bewindvoerder, of wanneer er een einde komt aan het voorlopig bewind zelf. Indien de vrederechter daartoe beslist, kan het voorlopig bewind bezoldigd zijn en dit met een maximum van 3% van de inkomsten van de beschermde persoon. Ook de beheerskosten kunnen vergoed worden.

Gevolgen? De beschermde persoon wordt automatisch handelingsonbekwaam. Deze onbekwaamheid slaat alleen op handelingen in verband met zijn vermogen, niet op handelingen in verband met zijn persoon (hij kan bijvoorbeeld nog huwen). Rechtshandelingen verricht door de beschermde persoon terwijl hij handelingsonbekwaam is, kunnen nietig verklaard worden. De nietigverklaring kan gevorderd worden door de beschermde persoon zelf of door de voorlopige bewindvoerder, nooit door een medecontractant en dit binnen een termijn

van 5Â jaar nadat de beschermde persoon kennis heeft gekregen van de betwiste handeling. De beschermde persoon kan schadevergoeding eisen van een medecontractant, maar dan moet hij bewijzen dat deze te kwader trouw was. Daarvoor heeft hij 10 jaar de tijd.

Controle? Behalve een voorlopige bewindvoerder wordt er ook een vertrouwenspersoon aangewezen die de te beschermen persoon bijstaat en toezicht uitoefent op de voorlopige bewindvoerder. Dat gebeurt door de te beschermen persoon zelf of, indien nodig, door de vrederechter. Bij de aanvang van het voorlopig bewind maakt de voorlopige bewindvoerder een verslag over aan de vrederechter en aan de beschermde persoon m.b.t. de vermogenstoestand en de inkomstenbronnen van de beschermde persoon. Verder moet hij jaarlijks en op het einde van zijn opdracht door middel van een verslag rekenschap geven van zijn beheer over het vermogen.

1: Bestuurs- of personeelsleden van de instelling waar de te beschermen persoon verblijft, komen nooit in aanmerking. 2: Hij kan evenwel geen testament maken, noch een schenking doen in naam van de beschermde persoon.

3


Klemtonen

Strategie

• De Griekse schuldencrisis krijgt meer aandacht dan ze verdient • De risico’s voor de economische groei op korte en lange termijn zijn belangrijker

Aandacht voor de echte uitdagingen

De Griekse schuldencrisis krijgt meer aandacht dan ze verdient. Griekenland ligt al zo’n 2 300 jaar niet meer in het centrum van de wereld. Beleggers vrezen dat Griekenland jarenlang niet in staat zal zijn voor zijn eigen financiering in te staan en dat de reserves van de Europese steunfondsen ontoereikend zullen zijn. De Europese steun wordt gekoppeld aan bijkomende inspanningen en privatiseringen van overheidsbedrijven. De Griekse bevolking mort. De Griekse schuldcrisis is nu minder dan enkele maanden geleden een financieel vraagstuk en meer een politiek probleem geworden. Het Griekse probleem wordt geïsoleerd. Met de reserves uit het steunfonds wordt tijd gekocht om besmetting te voorkomen. Het domino-effect op de financiële sector is vandaag te onvoorspelbaar.

het begrotingstekort terugdringen tot -3% van het bbp. Kortetermijnschulden maken maar 13% van de totale Spaanse staatsschuld uit. Bovendien liggen de vervaldagen evenwichtig gespreid in de tijd. De hoge werkloosheidsgraad (21,3% van de beroepsbevolking)

• •

De oppositie steunt het beleid van de regering. Die politieke consensus is een troef, maar kan ook een handicap zijn. Tegen de achtergrond van een hoge werkloosheidsgraad kan het gebrek aan een democratisch alternatief het straatprotest gemakkelijk doen escaleren.

Onzekerheid houdt de waardering van de aandelenmarkten laag

• •

Waarom Spanje niet bij de drie PIG’s gerekend wordt De bezorgdheid over Spanje lijkt wel weg te ebben. Beleggers waarderen het Spaanse beleid en de open communicatie. Spanje is een van de weinige eurolanden die in 2010 de begrotingsnormen haalden. De regering heeft bovendien heel kordaat gereageerd. Een drastisch besparingsplan moet

Strategie & Accenten

is een probleem. De loonvorming is weinig flexibel. Ondanks het relatief lage loonniveau worstelt Spanje met een competitiviteitsprobleem. De regering heeft maatregelen aangekondigd om de arbeidsmarkt te hervormen. Ook de crisis in de huizenmarkt is nog niet voorbij; de huizenprijzen zijn gedaald tot het niveau van 2005. De combinatie van een vastgoedcrisis en oplopende werkloosheid zorgt voor snel toenemende kredietverliezen bij de Spaanse banken. Vooral de lokale spaarkassen, de zogenaamde Caja’s, zijn kwetsbaar. De overheid lijkt over voldoende buffers te beschikken om de ondergekapitaliseerde Caja’s te helpen. Als het nodig zou zijn, kunnen ook de relatief gezonde Spaanse grootbanken bijspringen.

Conjunctuurrisico’s op korte termijn We verwachten dat de belangstelling voor Griekenland verdwijnt – in ieder geval nog voor de problemen zijn opgelost. Beleggers kunnen zich dan weer bezig houden met de wezenlijke risico’s en uitdagingen. De risico’s voor de economische groei op korte termijn lijken in ieder geval belangrijker. Maar ook over de aard, het karakter en de kwaliteit van de groei op lange termijn zijn er heel wat vragen die in de komende maanden een antwoord moeten krijgen. Zorgen oplopende inflatieverwachtingen voor een ontsporing van de inflatie? Slaagt men erin de euro-obligatiemarkt te hervormen?

• •

4


• • •

Blijft de Amerikaanse overheidsschuld financierbaar (tegen een aanvaardbare rente)? Kunnen de centrale banken de sterke groei in Azië in goede banen houden? Worden de (olieproducerende) Golfstaten besmet door het revolutionaire virus?

Veel risico’s en een grote onzekerheid houden de waarderingen van de aandelenmarkten laag. Terecht? Allicht niet, want in deze geglobaliseerde wereld zijn het niet de overheden of de consumenten die de vruchten van het economisch herstel plukken, maar de bedrijven. Een beursgenoteerd Amerikaans bedrijf haalt een rendement op eigen vermogen van ruim 13%, een Europees bedrijf één van 9,5%. Dat zijn nooit geziene risicopremies voor ondernemersschap die zeker niet in de waardering verrekend zitten.

Een belegger kiest best de kant van de winnaars van de globalisering. Voor aandelen dus. De beste manier om dat in te vullen is kiezen voor kapitaalbescherming. Beleggers kunnen dan volledig participeren in het opwaarts potentieel van de aandelenmarkten, maar dekken er de neerwaartse risico’s mee af. Aan de zijlijn blijven is geen optie.

30

Federaal tekort/overschot Ontvangsten Uitgaven

% van bbp 27,5

7,5

5

25 2,5

22,5 20

0

17,5

-2,5

15

-5

12,5

-7,5

10 1945

1955

1965

1975

1985

1995

2005

VS: Begroting federale overheid (in % van het bbp)

Strategie & Accenten

5

-10


Aandelen zonder kapitaalbescherming Aandelen met kapitaalbescherming Obligaties

Strategie

Vastgoed Alternatieve beleggingen Liquiditeiten

Samenstelling van de portefeuille In de zeer defensieve doelportefeuille beleggen we 14% in aandelen. We vullen de aandelenpositie volledig in met beleggingsvormen met kapitaalbescherming (28%). Het aandelenrisico van deze afgeschermde beleggingsinstrumenten bedraagt 50%. De obligatiepositie maakt 43% van de portefeuille uit, inclusief het vastrentende gedeelte van de aandelenbeleggingen met kapitaalbescherming. Dat maakt 14% van de portefeuille uit (dat is 50% van 28%, zie hoger). Liquiditeiten maken 43% van de portefeuille uit. De vermelde accenten die slaan op beleggingen in andere munten dan euro passen maar in heel beperkte mate in een zeer defensieve portefeuille. In de defensieve doelportefeuille beleggen we 26% in aandelen. Beleggingsformules zonder kapitaalbescherming maken 8,5% van de portefeuille uit. Beleggingsvormen met kapitaalbescherming krijgen een gewicht van 35%. Het aandelenrisico van deze afgeschermde beleggingsinstrumenten bedraagt 50%. De obligatiepositie maakt 65% van de portefeuille uit. Dat stemt overeen met onze langetermijnnorm. In het obligatierisico moet ook rekening gehouden worden met het vastrentende gedeelte van de aandelenbeleggingen met kapitaalbescherming. Dat maakt 17,5% van de portefeuille uit (dat is 50% van 35%, zie hoger). We beleggen 47,5% van de portefeuille rechtstreeks in obligaties. De liquiditeiten worden belegd in euro. De vermelde accenten die slaan op beleggingen in andere munten dan euro passen maar in beperkte mate in een defensieve portefeuille. In de dynamische doelportefeuille beleggen we 47% in aandelen. Beleggingsformules zonder kapitaalbescherming maken 27% van de portefeuille uit. Beleggingsvormen met kapitaalbescherming krijgen een gewicht van 40%. Het aandelenrisico van deze afgeschermde beleggingsinstrumenten bedraagt 50%. De obligatiepositie maakt 47% van de portefeuille uit (langetermijnnorm: 43%). In het obligatierisico moet ook rekening gehouden worden met het vastrentende gedeelte van de aandelenbeleggingen met kapitaalbescherming. Dat maakt 20% van de portefeuille uit (dat is 50% van 40%, zie hoger). We beleggen 27% van de portefeuille rechtstreeks in obligaties. We houden in een beleggingsportefeuille maar een bescheiden positie in liquiditeiten aan. Alle vermelde accenten komen in aanmerking voor een dynamische portefeuille. In de zeer dynamische doelportefeuille beleggen we 65% in aandelen. Beleggingsformules zonder kapitaalbescherming maken 45% van de portefeuille uit. Beleggingsvormen met kapitaalbescherming krijgen een gewicht van 40%. Het aandelenrisico van deze afgeschermde beleggingsinstrumenten bedraagt 50%. De obligatiepositie maakt 30% van de portefeuille uit (langetermijnnorm: 25%). In het obligatierisico moet ook rekening gehouden worden met het vastrentende gedeelte van de aandelenbeleggingen met kapitaalbescherming. Dat maakt 20% van de portefeuille uit (dat is 50% van 40%, zie hoger). We beleggen 10% van de portefeuille rechtstreeks in obligaties. We houden in een beleggingsportefeuille maar een bescheiden positie in liquiditeiten aan. Alle vermelde accenten komen in aanmerking voor een zeer dynamische portefeuille. Strategie & Accenten

28% 43%

29%

2% 3,5% 8,5% 3,5%

47,5%

2%2% 2% 27%

35%

27%

40%

1%2% 2% 10%

45%

40%

6


Overheidsobligaties

Afdekking van het risico Er pleiten nog altijd heel wat argumenten voor aandelen: Deelnemen aan de sterke economische groei op wereldvlak. De stijging van de bedrijfswinsten heeft zich nog niet volledig vertaald in de aandelenkoersen. Bedrijven zijn nooit zo welvarend geweest als vandaag. Aandelen zijn goedkoop in vergelijking met een belegging in cash of overheidsobligaties. Dividenden kunnen de concurrentie met obligatiecoupons aan. We blijven ervan overtuigd dat er in de waardering van de aandelenmarkten te veel negatief nieuws verrekend wordt, maar we kunnen niet ontkennen dat de risico’s en de onzekerheid in de voorbije weken toegenomen zijn. Tegen de achtergrond van verhoogde conjunctuurrisico’s op korte termijn hechten we veel belang aan het afdekken van het aandelenrisico. We spelen het conjunctuurgevoelige portefeuilleaccent ‘Mijnbouw’ niet langer uit.

• • • • •

• •

Bij gebrek aan beter vormen bedrijfsobligaties de kern van de obligatieportefeuille

Bedrijfsobligaties Converteerbare obligaties Geïndexeerde obligaties Obligaties opkomende markten Euro- en Dollarsatellieten, PLN

100

80

60

40

20

0

EUR

USD

Andere

OBLIGATIEPORTEFEUILLE Zeer defensief profiel Defensief profiel (zeer) dynamisch profiel

100

Ook al vrezen we op korte termijn geen forse stijging van de obligatierente, geven we toch de voorkeur aan obligaties met een relatief korte restlooptijd van maximaal drie jaar. Ooit moeten de abnormale economische omstandigheden van lage groei en lage inflatie overgaan in normale en dan zal de obligatierente daarop reageren door verder te stijgen. We willen tijdig kunnen herbeleggen aan die hogere rendementen.

80

In de portefeuille hebben we een sterke voorkeur voor bedrijfsobligaties. Ze bieden een voldoende vergoeding voor het kredietrisico. Het renteverschil met (Duitse) overheidsobligaties is op zich al een troef. Bedrijfsobligaties bieden bovendien een bescherming tegen het opwaartse renterisico op overheidspapier, althans als die stijging de weerspiegeling is van een betere conjunctuur, want dan daalt het debiteurenrisico.

0

60

40

20

EUR

USD

Andere

OBLIGATIEPORTEFEUILLE Defensief profiel (zeer) dynamisch profiel

60 50 40 30 20 10 0

EUR

USD

Andere

OBLIGATIEPORTEFEUILLE (zeer) dynamisch profiel

Strategie & Accenten

7


Strategie Accenten in de portefeuille

Centraal-Europese obligaties Gemiddeld bieden Centraal-Europese overheidsobligaties een couponrendement van bijna 6%. Deze vergoeding is ruim voldoende voor het hogere muntrisico. Het convergentieverhaal zal er voor zorgen dat dit renteverschil zal dalen, wat obligatiebeleggers extra rendement kan opleveren. Vooral Polen en Turkije bieden mogelijkheden. In Polen en Hongarije hebben de centrale banken de beleidsrente verhoogd om de oplopende inflatie af te remmen. De Turkse lira had de voorbije maanden te lijden onder de spanningen in het Midden Oosten. Onterecht, want de politieke situatie in Turkije is heel stabiel. De regerende AK partij vergrootte bij de recente verkiezingen haar absolute meerderheid. Daarnaast heeft het creatieve beleid van de Turkse centrale bank heel wat buitenlandse beleggers afgeschrikt. We verwachten dat de lira weer zal herstellen. De huidige niveaus bieden een prima instapmoment.

• •

Oost-Europese aandelen Met een belegging in Oost–Europese aandelen willen we inspelen op de aantrekkelijke waardering van de Russische aandelenmarkt (koers-winstverhouding van 6,9). Het kan een manier zijn om in te spelen op de hoge olieprijs. Strategie & Accenten

Energiewaarden maken veruit het grootste deel van de Russische aandelenmarkt uit. Wereldwijd hebben energieaandelen nog onvoldoende gereageerd op de stijging van de olieprijzen. Bovendien noteren de aandelenkoersen van Russische olie- en gasbedrijven tot de helft goedkoper dan de West-Europese oliewaarden.

Wereldleiders De (Aziatische) opkomende economieën zijn de groeipolen van de wereldeconomie. Een groeiende middenklasse moet in de komende jaren de sterke interne economische dynamiek kunnen ondersteunen. De binnenlandse vraag (consumptie en infrastructuur) neemt de rol van de uitvoer als motor van de groei over. In de klassieke economieën zullen de komende jaren maatregelen genomen moeten worden om de overheidsfinanciën weer in evenwicht te brengen en om reserves aan te leggen om de vergrijzing van de bevolking te financieren. Het relatieve groeiverschil tussen de opkomende en de klassieke landen zal alleen maar verder toenemen. Daarom beleggen we in westerse bedrijven die een belangrijk deel van hun omzet in de (Aziatische) opkomende markten realiseren. De omzetgroei en winstmarges liggen er hoger.

• •

Keuze voor bedrijven die marktleider zijn in hun domein of niche. Ze beschikken daardoor ook over een grote prijszettingsmacht. Genoteerd op een westerse beurs. Ze zijn daardoor minder gevoelig voor het beurssentiment in de opkomende markten.

Telecom De telecomsector is een relatief defensieve sector met een over het algemeen stabiele (maar magere) omzetgroei. Daar staat wel tegenover dat telecomoperatoren stevige kasstromen genereren en hoge en veilige dividenden betalen. Het gemiddelde dividendrendement in Europa bedraagt zo’n 7,2%. Omdat het mobiele dataverkeer sterk blijft toenemen door de stijgende verkopen van smartphones en tabletpc’s zijn bijkomende investeringen in netwerkcapaciteit noodzakelijk. We denken dat dit met de huidige investeringsbudgetten haalbaar is. Beleggers lijken ook bezorgd over de veilingen van nieuwe frequentielicenties die in de loop van 2011 zullen plaatsvinden. De bezorgdheid is voorbarig, omdat de recente veilingen aantonen dat de betaalde prijzen heel redelijk zijn.

8


Sectorspreiding aandelenportefeuille Energie Basismaterialen IndustriĂŤle sectoren Cycl. consumentensectoren Niet-cycl. consumentensectoren Gezondheidszorg FinanciĂŤle sectoren Informatietechnologie Telecomoperatoren Nutsbedrijven 0

5 Huidige spreiding

10 Neutrale spreiding

15

20

25

Economische vooruitzichten 22-06-2011 Economische groei (%) 2010 2011 2012 Inflatie (%) 2010 2011 2012 Beleidsrente (%) (*) 04-07-2011 September 2011 December 2011 Tienjaarsrente (%) (*) 04-07-2011 September 2011 December 2011 Wisselkoers (**) 04-07-2011 September 2011 December 2011

EMU

VK

VS

Japan

1,7 1,7 1,9

1,3 2,0 2,2

2,9 3,1 3,0

4,0 1,7 2,1

1,6 1,7 1,8

3,3 3,0 2,0

1,7 1,9 1,8

-0,7 -0,2 0,3

1,25

0,50

0,25

0,10

3,02

3,39

3,20

1,15

1 EUR = GBP 0,90

1 EUR = USD 1,44

1 EUR = JPY 116,95

1 -

(*) : stijging van ongeveer 25 basispunten vanaf huidig niveau; : stijging van ongeveer 50 basispunten vanaf huidig niveuau; enz; : appreciatie van ongeveer 5% t.o.v. de euro vanaf huidig niveau; enz. ( * * ) : appreciatie van ongeveer 2,5% t.o.v. de euro vanaf huidig niveau

Strategie & Accenten

9


Klemtonen

In de kijker

• Efficiëntere landbouw wordt onontbeerlijk • (Een selectie van) innovatieve en geëngageerde ondernemingen

Investeer in de landbouw van de 21ste eeuw

De landbouwsector staat in de 21ste eeuw voor een enorme uitdaging. Wereldwijd stellen deskundigen vast dat de vraag naar landbouwproducten structureel stijgt. De wereldbevolking groeit, terwijl de beschikbare landbouwoppervlakte voor voedselgewassen kleiner wordt. Een toenemende verstedelijking, de teelt van energiegewassen voor biobrandstoffen én een veranderend klimaat zijn de belangrijkste oorzaken. Grootschalige investeringen dringen zich op om de landbouwsector efficiënter te maken

en aan de groeiende vraag naar landbouwproducten te voldoen. Bovendien klinkt de roep om daarbij meer rekening te houden met het milieu, alsmaar luider. Zo moeten er keuzes gemaakt worden over heel complexe kwesties als grond- en watervervuiling, overbemesting en het gebruik van genetisch gemodificeerd zaaigoed. Ook KBC zoekt naar duurzame oplossingen voor het landbouwvraagstuk en selecteert daarom innovatieve en geëngageerde ondernemingen, waarin u als belegger kunt investeren.

KBC Eco Fund Agri Daarom stelt KBC u, als promotor, Agri voor, een compartiment van de bevek naar Belgisch recht (1) KBC Eco Fund. Agri wordt actief beheerd en belegt voor minstens 75% in aandelen van bedrijven die op duurzame wijze actief zijn in de landbouwsector en die daar een belangrijk deel van hun omzet uithalen. Agri is

een duurzaam fonds en kan dus alleen beleggen in bedrijven die aan specifieke duurzaamheidscriteria voldoen. De selectie gebeurt onder toezicht van het onafhankelijke Milieuadviescomité. Agri is een belegging zonder vervaldag en biedt geen kapitaalbescherming. De volatiliteit van de netto-inventariswaarde kan hoog zijn als gevolg van de samenstelling van de portefeuille. Dit fonds heeft een wettelijke risicoindicator van 4 op een schaal van 0 tot 6. Daardoor is het bestemd voor beleggers met een zeer dynamisch profiel. Hebt u een ander risicoprofiel? Dan is dit product mogelijk ook voor u geschikt binnen een portefeuillebenadering. Vraag raad aan uw adviseur.

(1) zie voetnoot 1 op de laatste bladzijde

Agri is een compartiment van de bevek naar Belgisch recht KBC Eco Fund. Het compartiment zal maximaal 10% van zijn activa beleggen in rechten van deelneming in andere ICB’s. De intekenperiode loopt van 27 juni 2011 tot en met 25 juli 2011 (behoudens vervroegde afsluiting) Na de uitgifteperiode kunt u dagelijks in- en uittreden. Toetredingskosten: 3 %. Uittredingskosten: géén. Bedrag tot ontmoediging van een uittreding die volgt binnen één maand na intrede: max. 5% (t.g.v. het compartiment). Beursbelasting kap (max. 750 euro): 0,5% bij verkoop. Financiële dienst: KBC Bank, CBC Banque en Centea. Vereenvoudigd prospectus, prospectus en het laatste periodiek verslag in alle kantoren van KBC Bank, Centea en CBC Banque. Roerende voorheffing op dividenden (distributieaandelen): 15%. Meerwaarden (kapitalisatieaandelen) zijn niet onderworpen aan roerende voorheffing. Diverse voorbeelden zijn beschikbaar in het vereenvoudigd prospectus.

Strategie & Accenten

10


Klemtonen:

In de kijker

• Historisch lage rente blijft stimulans voor VS economie • VS bedrijven etaleren sterke winstcijfers

Profiteer mee van het succesverhaal van Amerikaanse bedrijven

De eerste fase van het herstel van de wereldeconomie ligt achter ons. Dit laat centrale bankiers wereldwijd toe de beleidsrentes op te trekken naar meer normale niveaus. Maar niet in de Verenigde Staten. De VS is één van de weinige landen waar ze de beleidsrente historisch laag houden. De Amerikaanse centrale bank geeft aan dat dit nog geruime tijd zo zal blijven. Goed nieuws dus voor de Amerikaanse economie en de bedrijven die daar actief zijn. De winsten van Amerikaanse bedrijven hebben een buitengewone veerkracht vertoond. Ongewoon snel in de fase van de conjunctuurinzinking hebben de bedrijven de crisis aangegrepen om via saneringen en herstructureringen hun toekomst veilig te stellen. Hierdoor konden de winsten zich krachtig herstellen. Ooit moet zich dat weerspiegelen in de koersen en u, als belegger, kunt hier mogelijk mee van genieten. Zelfs met maximale bescherming op de vervaldag.

KBC Equisafe US Winners 1 KBC, als promotor, stelt u US Winners 1 voor, een nieuw compartiment van de Belgische bevek(1) KBC Equisafe. Dit fonds(2) volgt een korf van 20 aandelen van bedrijven die een belangrijk deel van hun verkoop in de VS realiseren en die een voordeel kunnen halen uit een verder groei van de Amerikaanse economie. De eventuele volledige stijging(3) van de korf wordt op de vervaldag als meerwaarde uitgekeerd bovenop uw initiële inleg. Deze meerwaarde wordt evenwel afgetopt op 150%. Een eventuele daling van de korf wordt niet in rekening gebracht. Uw startinleg is dus volledig beschermd op vervaldag (1 000 USD, voor kosten). Het compartiment noteert in Amerikaanse dollar. Een mogelijk herstel van de dollar tegenover de euro kan u een aardig extraatje opleveren. Bij een eventuele daling van de Amerikaanse dollar ten opzichte van de euro is het wisselkoersrisico niet ingedekt.

De volatiliteit van de NIW kan hoog zijn als gevolg van de samenstelling van de portefeuille

(1) Zie voetnoot op de laatste bladzijde. (2) Waar u de term ‘fonds’ leest, betreft het een compartiment van de Belgische Bevek KBC Equisafe. (3) korf (eindwaarde - min startwaarde)/ startwaarde

Emissieperiode: van 4 juli tot en met 29 juli 2011 (behoudens vervroegde afsluiting). Toetredingskosten: 2,50% tijdens de emissieperiode, 3,50% nadien (waarvan 1% voor het compartiment). Uittredingskosten: op de eindvervaldag: geen, vóór de eindvervaldag: 1% (orders vanaf 1,25 miljoen euro: 0,50%). Bedrag tot ontmoediging van een uittreding die volgt binnen één maand na intrede: max. 5%. Beursbelasting: 0,5% bij uittreding voor de eindvervaldag (max. 750 euro). Financiële dienst: KBC Bank, Centea en CBC Banque. (Vereenvoudigd) prospectus en laatste periodiek verslag in alle kantoren van KBC Bank, Centea en CBC Banque. Diverse voorbeelden zijn beschikbaar in het vereenvoudigd prospectus.

Strategie & Accenten

11


Klemtonen

In focus aandelenmarkt

• Defensieve sector met hoog gemiddeld dividendrendement • Mobiel dataverkeer blijft groeien

Toenemend mobiel dataverkeer doet telecomoperatoren groeien

De sector Telecomoperatoren presteerde over de voorbije drie maanden relatief beter dan de brede aandelenmarkt. De resultaten van het eerste kwartaal van 2011 waren grotendeels in lijn met de verwachtingen. De gerapporteerde omzet was voor de meeste operatoren ongeveer vlak omwille van de druk van strengere regelgeving, terwijl er onderliggend wel een lichte groei geboekt werd.

Goed nieuws is de verhoogde aandacht voor de aandeelhouders vanwege de bestuurders van de telecombedrijven. In het verleden werden nogal eens dure overnames gedaan in de sector die het rendement niet ten goede kwamen. De stijgende populariteit van mobiel dataverkeer blijft zich doorzetten. De voorbije kwartalen lieten de resultaten weer onderliggende groei zien. Waar dit in het verleden vooral lag aan het stijgend gebruik van draadloos breedbandinternet voor draagbare computers, zijn het nu de stijgende verkopen van zogenaamde smartphones en tablets die voor groei zorgen. De tabletcomputer begon zijn opmars in 2010 met de lancering van de iPad, waarvan ondertussen al een tweede en snellere versie werd gelanceerd. Die groei zal wel verdere investeringen in netwerkcapaciteit noodzakelijk maken, maar we denken dat dit met de huidige budgetten doenbaar moet zijn. Buiten de mobiele terminatietarieven, het tarief dat een operator mag aanrekenen om

Strategie & Accenten

zijn diensten te verlenen aan cliënten van andere operatoren, houdt ook de veiling van nieuwe frequentielicenties de beleggers bezig. In de loop van 2011 staan er namelijk nog heel wat belangrijke veilingen op de agenda. De voorbije verkopen tonen aan dat de betaalde prijzen redelijk zijn.

Het dividend primeert De telecomsector is een defensieve sector met stevige kasstromen, veilige dividenden en een stabiele, zij het magere, omzetgroei. Het dividendrendement op zich is evenwel een voldoende argument om de sector als een goede belegging te beschouwen, in Europa bedraagt het dividendrendement gemiddeld 7,2%, wereldwijd bedraagt het gemiddeld 5%.

Er gebeurt heel veel op vlak van fusies en overnames. Eén van de manieren voor de telecombedrijven om de toegenomen kasstromen aan te wenden, is investeren in externe groei. Een toename van de fusie- en overnameactiviteit ligt dus voor de hand.

12


Deutsche Telekom ging een overeenkomst aan voor de verkoop van zijn Amerikaanse mobiele telefonieactiviteiten aan AT&T, voor een bedrag van 25 miljard USD in contanten en 14 miljard USD in AT&T aandelen. Deutsche Telekom zal een deel van de verkoopopbrengst gebruiken om eigen aandelen opnieuw in te kopen. Een zoveelste illustratie dat het management inspanningen doet om aandeelhouderswaarde te creëren en dat is een grote ommekeer tegenover het beleid van de jaren voordien. France Telecom streeft ernaar een pan-Europese speler te worden op de markt voor gsm- en internetverkeer. Het bedrijf breidt uit naar Irak. Het aandeel is erg goedkoop en het dividendrendement stevig. Telefónica kocht het belang van partner Portugal Telecom in de Braziliaanse mobiele operator Vivo over voor een aanzienlijke som. Telefónica blijft een van onze favorieten in de telecomsector. Het bedrijf beschikt over een aantal belangrijke troeven. Het

heeft goede vooruitzichten door de sterke groei van zijn activiteiten in Latijns-Amerika. Het dividend voor 2011 werd opgetrokken naar 1,6 EUR, wat overeenkomt met een dividendrendement van 8,8%. Ten slotte bereikte Vodafone een akkoord over de verkoop van een belang van 45% in SFR aan Vivendi voor 7,75 miljard EUR. Deze prijs is vrij gul, omdat Vodafone geen enkele controle had over SFR en omdat Vivendi de enige mogelijke koper was. Daarvan zou 4,5 miljard EUR terugvloeien naar de aandeelhouders van Vodafone door de inkoop van eigen aandelen. Dat is een opsteker. We verwachten dat Vodafone ook in de toekomst nog divisies zal verkopen. De maatschappij heeft onlangs haar minderheidsaandeel in China Mobile verkocht en gaat 70% van de inkomsten uitkeren aan de aandeelhouders. Vodafone biedt momenteel een dividendrendement van 5,7%, en heeft beloofd zijn dividend te verhogen met ten minste 7% per jaar voor de drie

volgende boekjaren, ongeacht of er desinvesteringen gebeuren of niet. Wanneer deze overnametrend zich voortzet, zal dit het sectorsentiment sterk ondersteunen.

Bent u geïnteresseerd in aandelenbesprekingen? Vraag aan uw KBC-Bankkantoor om u ook de publicatie Strategie & Accenten AANDELEN te bezorgen.

120 MSCI WORLD - PRICE INDEX (IN EUR) MSCI TELECOM SERVICES - PRICE INDEX (IN EUR) 110

100

04/10

06/10

08/10

10/10

12/10

02/11

04/11

90 06/11

De telecomsector doet het beter dan de brede markt

Bedrijfsinformatie Deutsche Telekom

Eén van de grootste geïntegreerde telecombedrijven ter wereld. Het bedrijf is vooral actief in breedband/vaste netwerken, mobiele communicatie en bedrijfscliënten. Advies: Opbouwen Advieswijzigingen 10-01-11 van verkopen naar afbouwen 25-03-11 van afbouwen naar opbouwen Koers: 10,70 EUR - Koersdoel: 11,75 EUR

France Telecom

De derde telecomoperator in Europa levert lokale-, lange afstands-, internationale en mobiele telefonie maar ook data-, internet-, multimedia-, breedband- en kabeltv-diensten. Strategie & Accenten

Advies: Opbouwen Advieswijzigingen 10-01-11 van koopwaardig naar opbouwen Koers: 14,66 EUR - Koersdoel: 17,70 EUR

Vodafone

Vodafone is één van de grootste telecombedrijven ter wereld. Het netwerk overspant ongeveer 25 landen. Advies: Kopen Advieswijzigingen 21-09-10 van koopwaardig naar sterk koopwaardig 10-01-11 van sterk koopwaardig naar kopen Koers: 164,10 GBp - Koersdoel: 220 GBp

Telefonica

Telefonica is actief in Spanje en in LatijnsAmerika en biedt diensten voor telecommunicatie en multimediatoepassingen. Advies: Kopen Advieswijzigingen: 10-01-11 van koopwaardig naar kopen Koers: 16,99 EUR - Koersdoel: 20,20 EUR

13


Klemtonen

In focus obligatiemarkt

• Verschillende parameters bepalen het rendement van een obligatie • Heb aandacht voor de debiteur • Niet elke rente zal stijgen

Beperkte rentestijging hangt in de lucht

Sinds de financiële en economische crisis houden de Amerikaanse en Europese centrale banken hun beleidsrente erg laag. De obligatierente daalde daardoor ook, maar niet zo sterk als de beleidsrente. De Europese Centrale Bank is intussen al begonnen met haar rente voorzichtig te verhogen. De Amerikaanse centrale bank houdt nog vast aan haar heel laag renteniveau.

Rentestijging: zegen of vloek? Het is nog niet voor onmiddellijk, maar eens zullen de extreem lage beleidsrentes ingeruild worden voor normale en dus hogere niveaus. De obligatierente anticipeert daarop en zal bijgevolg ook stijgen. Al verwachten we geen forse rentestijging. Hoe een obligatie reageert op een wijziging van de rente, hangt af van verschillende parameters: de koers van de obligatie, (rest)looptijd, de rentevoet, de debiteur en de munt.

1. Koers De samenhang tussen obligatiekoersen en rentevoeten is vrij eenvoudig. Stijgt de rente, dan dalen de koersen, en omgekeerd. Als de marktrente stijgt, worden bestaande obligaties die een lager rendement geven minder aantrekkelijk. De vraag naar die obligaties neemt af en daardoor dalen de koersen. Hoe groter de rentestijging, hoe meer de koersen dalen. Strategie & Accenten

2. Restlooptijd Als algemene regel geldt dat de rentegevoeligheid van de obligatiekoers groter is naarmate de restlooptijd van de lening langer is. De rentegevoeligheid van een obligatie berekent u door de omvang van de rentebeweging te vermenigvuldigen met de restlooptijd van de obligatie(1). Bij een rentestijging van bv. 4% naar 4,5% daalt de koers van een tienjarige lening met 5% (0,50% x 10). Obligaties met een restlooptijd van een jaar dalen in dit geval maar met 0,5% (0,50% x 1). Het omgekeerde geldt natuurlijk ook. Bij een rentedaling stijgt de koers van een obligatie met een looptijd van tien jaar meer dan die van een eenjarige obligatie. In perioden van grote rentebewegingen kan dat mechanisme soms hevige koersschommelingen veroorzaken op de obligatiemarkten. Beleggers die obligaties kopen om ze bij te houden tot de vervaldag hoeven zich van het grillige koersverloop niets aan te trekken. Want op de eindvervaldag krijgen ze hun belegde kapitaal terug ongeacht de stand van de rente. Voor die beleggers is in de eerste plaats de rentevoet van belang.

(1) De exacte berekening is complexer, maar deze eenvoudige vuistregel geeft een goede benadering

14


3. Rentevoet

4. Debiteur

Het rendement van een obligatie wordt natuurlijk niet uitsluitend bepaald door de koersontwikkeling. De meeste ‘gewone’ obligaties betalen jaarlijks ook een vaste coupon. Het totale rendement voor de belegger is de optelsom van de koersontwikkeling en de opbrengst van de coupon. Laat ons even teruggrijpen naar ons voorbeeld. Stel dat de rentestijging van 0,50% zich voordoet binnen een jaar tijd. We weten al dat de koers van een obligatie met een restlooptijd van tien jaar in dat geval met 5% daalt. Wanneer die obligatie jaarlijks een coupon van 5% betaalt, compenseert de coupon volledig het koersverlies. Bij stijgende rentes vormt het couponrendement met andere woorden een belangrijke buffer voor de belegger tegen de koersdaling.

Sinds de financiële en economische crisis is het belang van de debiteur weer uitdrukkelijk op de voorgrond gekomen. Waar het risico van westerse overheidsobligaties voordien als quasi onbestaand werd beschouwd is de situatie er met de schuldencrisis binnen Europa nu wel heel anders gaan uitzien. Ook bij obligaties die zijn uitgegeven door bedrijven zien we dat de markt heel veel belang hecht aan de kwaliteit van de debiteur. De minste twijfel over de terugbetalingscapaciteit heeft een grote invloed op de koers van de obligatie.

met het wisselkoersrisico. Stijgt de munt tegenover de euro, dan zorgt dit voor extra rendement. Maar een daling van de munt gaat ten koste van het totale rendement van de obligatie.

Niet elke rente zal stijgen Als we het in onze beleggingsstrategie over een verwachte stijging van de obligatierente hebben, gaat het vooral over langlopende obligaties (10 jaar) uitgegeven door de Amerikaanse en Duitse overheden. De munt, de looptijd en de debiteur zijn hierbij alle drie van belang. Daarnaast zijn er alternatieven met een ander verwachtingspatroon zoals bedrijfsobligaties, obligaties van andere overheden en obligaties in andere munten. Het is goed mogelijk dat deze obligaties een andere renteverloop zullen kennen dan de overheidsobligaties van de Amerikaanse en Duitse overheden.

5. Munt De rentevoeten zijn voor elke munt verschillend. Een (verwachte) rentestijging voor de euro, betekent nog niet dat bv. de rente in dollar ook gaat stijgen. Bovendien moet u bij obligaties uitgegeven in een andere munt dan de euro, ook rekening houden

Onze obligatieselectie(2) Munt

Lening

Uitgifteprijs of indicatieve koers

Coupon

Rating

Rendement (in %)

Tegenwaarde in EUR (*)

Nieuwe emissies

Secundaire markt EUR

ABN Amro Bank 4.250% 2006-2016

101.425

11/05

A

2.607

1020.19

EUR

Rabobank Nederland 3.375% 2010-2017

99.925

21/04

AAA

3.387

1005.82

USD

Commonwealth Bank Australia 3.250% 2011-2016

102.275

17/03

AAA

2.314

712.44

NOK

General Electric Capital 4.500% 2011-2016

100.375

30/06

AA

4.414

1288.67

TRY

KFW 8.500% 2011-2015

100.425

15/04

AAA

8.345

430.14

(*)

Tegenwaarde in EUR van de minimumcoupure inclusief verlopen rente. Indicatieve wisselkoers: 01-07-2011

(2)

zie voetnoot op laatste bladzijde

Strategie & Accenten

15


Beeldspraak In het eerste kwartaal van 2011 werd voor de EMU een groei van 3,2% op jaarbasis opgetekend. Duitsland was de grote gangmaker. Ook Frankrijk, België, Nederland en, opmerkelijk, Griekenland (na drie kwartalen van een zware krimp) groeiden sterk. Matige groei was er in Spanje, Italië en Finland. Portugal kende een tweede kwartaal met een krimp. De verschillen binnen Europa zijn dus groot. Het ondernemersvertrouwen in Duitsland floreert, de werkloosheid daalt er snel. Nu al tot 6,3% van de beroepsbevolking, een laagterecord sinds de Duitse eenmaking. Dat staat in schril contrast tot de situatie bij de PIIGS: Ierland kampt met een werkloosheidsgraad van 14,8%, Griekenland met 15,5%, in Spanje is de werkloosheid al opgelopen tot 21,3% van de beroepsbevolking. Die nationale gemiddelden verbergen nog grotere regionale verschillen. In Andalusië bedraagt de werkloosheidsgraad meer dan 30%.

WWW Meer info op: www.kbc.be/beleggers

Briefwisseling aan: KBC BANK NV, KBC Asset Management, Havenlaan 6, 1080 Brussel Strategie & Accenten is een publicatie van KBC Asset Management NV (KBC AM). Voor de gegevens die dienen als uitgangspunt voor de projecties, scenario’s, prognoses en richtkoersen wordt een beroep gedaan op betrouwbare bronnen en eigen onderzoek. Deze aanbeveling valt niet onder de noemer ‘onderzoek op beleggingsgebied’ zoals bedoeld in het koninklijk besluit van 3 juni 2007 dat de voorschriften bevat ter bevordering van de onafhankelijkheid van onderzoek op beleggingsgebied en valt bijgevolg onder de wettelijke omschrijving van publicitaire mededeling. De fondsbeheerders van KBC AM kunnen vóór de verspreiding van deze aanbeveling handelen in de besproken aandelen. De artikelen in de publicatie vormen op zich geen gepersonaliseerd beleggingsadvies. De belegger dient zelf nog, best in samenspraak met zijn adviseur Sparen en Beleggen of relatiebeheerder, na te gaan of de besproken activa passen bij zijn persoonlijk risicoprofiel en zijn concrete beleggingsportefeuille. KBC AM noch enige andere vennootschap van de KBC-groep kan aansprakelijk worden gesteld voor de eventuele onjuistheid of onvolledigheid van de gegevens. Verantwoordelijke uitgever / hoofdredacteur: Alex Wolfers, Product & knowledge management KBC AM / Christiaan De Moor Feiten versus andere informatie met betrekking tot beursgenoteerde bedrijven: Voor de beursgenoteerde bedrijven die in deze publicatie vermeld worden, publiceert KBC AM een aandelenfiche op zijn website. Deze aandelenfiche bestaat enerzijds uit puur feitelijke informatie en anderzijds uit de mening van de analist over dat bedrijf. Die laatste tekstgedeelten hebben een gekleurde achtergrond. Frequentie van de advieswijzigingen De analisten van KBC Asset Management volgen de gebeurtenissen in de financiële wereld op de voet. Het aandelenadvies is een conclusie van een zorgvuldige afweging van drie dimensies: het aandeel zelf, de sector waartoe het bedrijf behoort en de regio waarin het gevestigd is. Elke wijziging in één van die drie componenten kan aanleiding geven tot een advieswijziging. De adviesmethodiek Een uitvoerig omschrijving van onze adviesmethodiek staat in de editie van Strategie & Accenten nummer A10 van 5 maart 2008. Deze editie is raadpleegbaar op www.kbcam.be/aandelen/adviesmethodiek. Een exemplaar van deze brochure is ook verkrijgbaar in elk KBC-kantoor. Voor een aantal essentiële elementen van deze beleggingsaanbeveling, die wegens plaatsgebrek niet in deze fiche zijn opgenomen, kunt u de “Algemene richtlijnen m.b.t. de beleggingsaanbevelingen van KBC Asset Management” raadplegen op www.kbcam.be/aandelen.

(1) Een bevek (beleggingsvennootschap met veranderlijk kapitaal) en een sicav (société d’investissement à capital variable) zijn instellingen voor collectief beheer (ICB’s). Een ICB wordt doorgaans opgericht door een financiële instelling, maar vormt een onafhankelijke juridische entiteit. Een aandeel gekocht in een ICB geeft recht op een deel van het resultaat afhankelijk van het belegde bedrag. Het belegde kapitaal kan evenwel in waarde verminderen. De belegging in een ICB laat toe om het beleggingsrisico te spreiden en de toegang tot de beurzen en buitenlandse markten te vergemakkelijken. Beleggingen in ICB’s worden gedekt door het beschermingsfonds voor deposito’s en financiële instrumenten. Dit betekent dat een tegemoetkoming kan bekomen worden bij het beschermingsfonds ten belope van maximaal € 20.000 indien een kredietinstelling of een beursvennootschap rechten van deelneming van ICB’s aanhoudt voor rekening van haar cliënten en deze niet kan leveren of teruggeven aan de rechtmatige eigenaars. Er wordt opgemerkt dat het eventuele verlies aan waarde van een ICB ten opzichte van zijn aanschaffingsprijs niet wordt gedekt door het Beschermingsfonds. (2) Een obligatie is een schuldtitel uitgegeven door een onderneming, een overheidsinstelling of een staat, terugbetaalbaar op een datum en voor een bedrag dat op voorhand werd vastgelegd en dat een interest opbrengt.

volgend nummer verschijnt op 4 augustus 2011


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.