2017 April | Mei | Juni • Jaargang 16 nr. 2
Belgie -Belgique P.B.-2440 Geel 1 BC1323
MEANDER
Driemaandelijks magazine van Natuurpunt - regio Meanderland - Afdelingen Netebronnen, Balen-Nete, Geel-Meerhout en Ham Afgiftekantoor: Geel 1 - P209043 • v.u. An Gijs - Weidestraat 11 2490 Balen
Colofon Natuurpunt
Giften
Natuurpunt, vereniging voor natuur en landschap in Vlaanderen, telt meer dan 100.000 gezinnen als lid. De vereniging stelt zich tot doel om de natuur te beschermen door aankoop en beheer van natuurgebieden en door beïnvloeding van het overheidsbeleid inzake natuurbehoud en ruimtelijke ordening. Daarnaast wil de vereniging ook een voortrekkersrol vervullen op het vlak van natuurstudie en natuur- en milieueducatie. Natuurpunt organiseert duizenden activiteiten per jaar, beheert 500 natuurgebieden en is actief in alle Vlaamse gemeenten.
Giften voor de aankoop van natuurgebieden in de regio Meanderland zijn welkom op rekening BE56 2930 2120 7588 van Natuurpunt Beheer met vermelding van de naam en het nummer van het project dat je wenst te steunen. Vanaf €40 ontvang je een fiscaal attest.
Lid worden Door overschrijving van 27 euro op rekening BE17 2300 0442 3321 met vermelding ‘nieuw lid’. Als lid ontvangt u automatisch het nationaal contactblad ‘Natuur.blad’. Extra abonnementen: Natuur.focus (natuurstudie en –beheer) 11 euro en Natuur.oriolus (vogelstudie) 10 euro. Beide extra abonnementen samen 17 euro.
Meander Meander is het gratis driemaandelijks contactblad voor de leden van Natuurpunt in de afdelingen Balen-Nete, Geel-Meerhout, Ham en Netebronnen (Dessel-Mol). Andere geïnteresseerden kunnen een jaarabonnement op Meander nemen door overschrijving van 8 euro op rekening BE31 0015 6350 0055 van Meander. De Meander is gratis te raadplegen op www.issuu.com/meanderland Oplage: 2.300 exemplaren.
Redactie An Gijs, Jef Sas, Frans Emmerechts, Jeannine Simonis, Marc Verachtert, Jan De Schepper, Tom Schildermans, Jan Albrecht, Rudi Rademaekers, Arne Vermeulen, Mirella Bruynseels, René Ducastel.
Contact
3770 – Grote Netewoud 7709 – De Maat (Mol) 7067 – Zammelsbroek (Geel) 7088 – Neerhelst (Geel) 7118 – Griesbroek (Balen) 7725 – Buitengoor en Vleminksloop (Mol) 7734 – De Vennen (Balen) 7736 – Malesbroek (Geel/Meerhout) 7739 – Molse Nete (Balen/Mol) 7763 – Belsbroek-De Vloyen (Geel/Meerhout) 7769 – Breeven (Geel) 7779 – Scheppelijke Nete (Mol/Balen) 7783 – Selguis (Geel) 7784 – De Bleken (Mol) 8810 – De Rammelaars (Ham) 8874 – Veldhovenheide (Ham)
Contactpersonen afdelingsbesturen Afdeling Netebronnen Contact: Jef Sas, jefsas@skynet.be www.natuurpunt.be/natuurpunt-netebronnen
Afdeling Balen-Nete Contact: Tom Schildermans, tom.schildermans@skynet.be www.natuurpuntbalen-nete.be
Frans Emmerechts, frans.emmerechts@gmail.com.
Afdeling Geel-Meerhout
Met dank aan onze fotografen
Contact: Marc Verachtert, marc.verachtert@skynet.be www.natuurpuntgeelmeerhout.be
Frans Emmerechts, Mirella Bruynseels, Erik Ducastel, René Ducastel, Jan Albrecht, Jef Eykmans, Eef Weetjens, Paul Hendig, Paul Wouters, Marianne Horemans, BCGNW, Stein Temmerman, Robin Kay, Frank Reseler, Robert Pieters, Nico Schrans. Coverfoto’s: Vrouwtje platbuik in Neerhelst © Frans Emmerecht. Slanke smalboktor © Paul Wouters en Marianne Horemans. Vlinderstruik (invasieve soort, niet op lijst) © Frans Emmerecht. Parelmoervlinder op akkerviooltje © Frans Emmerecht. Baardmannetje © Erik Ducastel. De Vloyen Dronebeeld van de werken © Frank Resseler. Op alle foto’s rusten auteursrechten. Voor de gegevens van de fotografen kunt u contact opnemen met de redactie.
Lay-out Meander Arne Vermeulen en Jan Albrecht.
Deadline teksten volgende Meander Maandag 24 april 2017. Verschijnt eind juni 2017. Inlichtingen voor het leveren van tekst en beeld: frans.emmerechts@gmail.com.
2 | Meander 2
Afdeling Ham Contact: Frans Hoes, frans.hoes2@telenet.be www.natuurpuntham.be
Wateraaardbei ©Jan Albrecht
Schapen in Bel © BCGNW
RASTER VOOR SCHAPEN IN BELSBROEK EN HEIDE
V
ijf jaar geleden werden in Geel-Bel ingrijpende inrichtingswerken uitgevoerd. Dennenbossen werden gekapt in functie van heide- en duinherstel. Er werd ‘struinnatuur’ ontwikkeld om de natuurdoelstellingen van Europa (Life, Natura 2000) te halen. Met de hulp van vele vrijwilligers en van de professionele ploeg van Natuurpunt werden bramen en boomopslag bestreden om zeldzame planten, vogels en insecten terug een kans te geven. Met succes. Maar een heidelandschap vraagt blijvende inspanningen. Daarom startten we vorig jaar, samen met het Kluterhof in Meerhout, een begrazingsproject met schapen. Het heidelandschap in Bel en grazers zijn al eeuwenlang sterk met elkaar verbonden. Vroeger trokken koeien en schapen onder leiding van een herder rond in de Belsehei. De schapen van het Kluterhof helpen duidelijk bij het beheer. Ze knabbelen aan gras, heide en struiken en zorgen zo voor extra structuur in de vegetatie. Onder meer de boompieper profiteert al volop van hun werk. Met wat geluk kan je de herder zelf aan het werk zien tijdens het hoeden van zijn kudde. Maar meestal grazen de schapen binnen een flexidraad. Spijtig genoeg werden de schapen binnen zo’n flexidraad vorig jaar aangevallen door loslopende honden en verschillende schapen sneuvelden.
’s nachts en tijdens weekends veilig in het gebied kunnen blijven. Ook buiten het raster blijven ze gewoon verder grazen maar dan enkel onder het toezicht van een herder. Wandelaars zullen via overstapjes nog steeds door de begrazingszone kunnen wandelen. Om verstoring te vermijden zullen bepaalde begrazingsblokken echter niet meer toegankelijk zijn tijdens het broedseizoen van grondbroeders zoals de nachtzwaluw. Wandelaars blijven welkom! Maar honden moeten aan de leiband zodat ze de kwetsbare natuur niet verstoren en de schapen niet verstoren of bijten. Belsbroek en Heide maakt deel uit van het Natura 2000-netwerk van Europees belangrijke natuurgebieden en geniet de steun van het Life-fonds van de Europese Unie.
Marc Verachtert Voorzitter NP Geel-Meerhout Contact: info@natuurpuntgeelmeerhout.be Meer info: www.natuurpuntgeelmeerhout.be.
We merken ook dat sommige mensen zich niet houden aan het toegankelijkheidreglement en dat de duinen kapotgereden worden. Daarom zien we ons genoodzaakt het anders aan te pakken. Dankzij een nieuw begrazingsraster van zo’n twee kilometer rond het open gebied aan de Belsehei zullen de schapen vooral
april - juni 2017
|3
LAST
BUT NOT
LEAST De voorbije jaren stelden we onze natuurgebieden aan u voor, eerst die van het lopende Life+-project Grote Netewoud, daarna de andere. Over enkele schreven we tot nu toe nog niet: óf het project was nog in ontwikkeling, óf Natuurpunt bezit er alleen kleinere of verspreid liggende percelen, óf er is nog geen lokaal beheerteam samengesteld, óf meerdere van deze redenen samen… Hieronder een korte beschrijving. Tekst: Frans Emmerechts
Breeven Sinds kort na de eeuwwisseling bezit Natuurpunt een twintigtal hectare in de noordelijke punt van Geel, op Ten Aard. Daar, geborgen tussen de Kleine Nete en het kanaal Bocholt-Herentals ligt Breeven, een groot bosgebied met landschappelijk waardevolle agrarische gebieden eromheen. Op ongeveer een kilometer ten oosten van Breeven,
4 | Meander 2
in de omgeving Kievit, bevindt zich de Grafkelder Coppens waar jaarlijks vleermuizen overwinteren. Je vindt er overwegend monoculturen van grove en zwarte den. Verderop begint het Provinciaal Groendomein Prinsenpark en samen daarmee ook het grondgebied van Retie. De naam Breeven is afkomstig van ‘breed ven’: een brede moerassige
waterplas in de heide of in het bos. Het kan vroeger verschillende economische functies hebben gehad: drinkplaats voor het vee op de heide, wasplaats voor schapen, visplaats… In de veertiende eeuw werd het ven door het bestuur van het bisdom Kamerijk omgevormd tot viskweekvijver. Op het einde van de negentiende eeuw werd het gedempt en omgezet naar weiland. Het landschap rond Breeven is uitgestrekt en afwisselend. In het westelijke deel van het gebied komen moerassen voor. Soorten die je er vindt zijn cyperzegge, waterzuring, oeverzegge, riet, echte valeriaan, gagel, veenpluis en wilgen- en elzenbroekbos. Langsheen de exploitatie-, toegangs- en openbare wegen doorheen de dennenaanplantingen vind je relicten van heide: pijpenstrootje, brem,
ruimte 2 foto’s Veldhovenheide —> Jan
Breeven, Daelemansloop © Frans Emmerechts
struikhei, schapenzuring, reukgras, biggenkruid enz. Verder: vochtige graslanden, ruigtes, aanplantingen van Canadapopulieren op voormalige graslanden en eikenbossen met een natuurlijke samenstelling. Tussen intensieve graslanden vind je vrijstaande houtkanten. Ook aan de randen van de naaldbossen vind je houtkanten van inheemse vegetaties. Hier en daar staan beuken. Hoewel die hier van nature niet te verwachten zijn, komen er oude exemplaren voor die deel uitmaken van het bos. Een systematische inventarisatie van de fauna gebeurde in het gebied nog niet. Toch is het duidelijk dat bosvogels als specht, boomklever en boomkruiper er veel voorkomen. Ook roofvogels als buizerd, boomvalk, havik en sperwer jagen er op hun prooien. Op enkele graslanden
Bijenhotel De Bijenreus in opbouw op Veldhovenheide © Jan Albrecht
in de buurt van de Kleine Nete, op de grens van het grondgebied tussen Geel en Kasterlee, broedt nog de grutto. Voor de percelen die Natuurpunt in bezit heeft, diende de vereniging in 2007 een dossier in tot erkenning als natuurreservaat. Als doelvegetaties staan vermeld: droge heide, heischraal grasland, duinvegetaties, natte heide met gagelstruweel, eikenbossen, moerasbossen en ruigtes.
bezorgden die gronden aan veel mensen een inkomen. Door de wol-opbrengst van de schapenteelt en het zelf gewonnen vlas konden ze gedurende lange boomklever © Frans Emmerechts
Veldhovenheide Met het natuurreservaat De Rammelaars bezat Natuurpunt in Ham al een nat beekdallandschap. In de gemeente liggen echter ook droge heidegronden met stuifduinen. In voorbije eeuwen
april - juni 2017
|5
▲ Slanke smalboktor © Paul Wouters en Marianne Horemans, ▼ Grutto © Frans Emmerechts
winters spinnen en weven. In de eerste helft van de twintigste eeuw ging de landbouw in de gemeente sterk achteruit. Er was de opkomst van de steenkolenmijnen (o.a. in Beringen), de aantrekkingskracht van belangrijke industriële vestigingen in de onmiddellijke omgeving en de aanwezigheid van het militair kamp in Leopoldsburg. De streek schakelde over van landbouw op industrie. Heidegronden werden beplant voor houtwinning. In 2007 kon Natuurpunt zeven hectare van die gronden kopen, tussen de oude pastorie in Oostham en het Albertkanaal, op de rand van het Kempens Plateau: kleine weilanden en vlekjes akker tussen flinke percelen met landduintjes, dennen- en loofbos. Natuurpunt ging er een beheerplan voor uitschrijven: langzaam natuurverbeteringen doorvoeren, heide gedeeltelijk herstellen en de exotische boomaanplant vervangen door duurzame inheemse soorten. Ook diende de vereniging een aanvraag in tot erkenning als natuurgebied. Die erkenning kwam er in 2016. Een groep enthousiaste vrijwilligers ging aan de slag om Veldhovenheide in beheer te nemen. Voordat het zover was kwam het gebied al enkele malen in de belangstelling van een groter publiek. In 2014 waren kinderen en ouders er welkom voor ‘De Bos In’. Ze konden er mooie dingen bouwen met takken in het bos. De activiteit kaderde in een project om Veldhovenheide te ontwikkelen.
6 | Meander 2
Kleine doolhofspin © Paul Wouters en Marianne Horemans
En dan was er ook nog ‘Futuur.Natuur’: een vijfentwintigtal kunstenaars en vrijwilligers boog zich in 2015 over natuur en toekomst. Het was het tweede ‘Cultuur in de Natuur’-project van Natuurpunt Ham. Bij het begin van de zomer werden een openluchttentoonstelling en een nieuwe wandelroute feestelijk geopend.
De Bleken Natuurpunt bezit ook enkele percelen in de Bleken in Mol-Millegem. Voor wandelaars van langere afstanden horen de Bleken tot de meest geliefde plekjes van Mol. Het gebied sluit nauw aan bij het bosgebied SCK-VITO. Je vindt er weiden, restanten van heide, houtwallen en houtkanten maar vooral grotere gehelen van onbeschermde maar waardevolle bossen. De naam ‘bleken’ zou verwijzen naar de bleke bodem in het gebied.
Scheppelijke Nete En tenslotte bezit Natuurpunt ook enkele gronden langs de Scheppelijke Nete. Die ligt grotendeels in Mol-Gompel en is een noordelijke zijtak van de Molse Nete. Langs de valleiwand lopen de Kroploop en de Burgemeesterloop. Het water van deze kleinere waterlopen wordt afgevoerd naar de Scheppelijke Nete. De vallei overstroomde in het verleden bij hevige regenval in de buurt van de Burgemeesterloop ter hoogte van de Gompelbaan. Het provinciebestuur wou dit probleem oplossen
door het vermogen van het natuurlijk overstromingsgebied te verhogen. Het startte in het voorjaar van 2016 een project natuurinrichting samen met het Agentschap voor Natuur en Bos en de Vlaamse Landmaatschappij. Door de waterloop in dit gebied meer ruimte te geven om te kunnen overstromen, daalt de overstromingskans op andere plaatsen. Spontaan zal er meer broekbos komen en meer open gebied met riet, gras en struiken. Daarnaast wil het project de bedding van de Burgemeesterloop verleggen en een recreatief fiets- en wandelpad aanleggen doorheen dit mooie stukje natuur. De Ecologische Werkgroep Meanderland spotte er al meerdere zeldzame insecten en spinnen: slanke smalboktor, beekoeverlibel, moerassprinkhaan, zwarte rietprachtmot, kleine doolhofspin en sinaasappelspin. In de toekomst zou hier voor Natuurpunt een rol van natuurbeheerder zijn weggelegd. Referenties 1 J. Albrecht, ‘Evolutie’, Voorwoord Meander 4, 2016. 2 K. Cools, Toponymie van Geel, Proefschrift ter verkrijging van de graad van doctor in de taal- en letterkunde: Germaanse Talen, Katholieke Universiteit Leuven, 2007. 3 R. Van Dessel, Het Land van Ham, 1000 jaar geschiedenis, 1981. 4 J. Verwaerde e.a., Aanvraag tot erkenning van het natuurreservaat Breeven (Geel), Dossier MINA, Natuurpunt, 2007. 5 P. Wouters en M. Horemans, Scheppelijke Nete, verslag Ecologische Werkgroep Meanderland, 23 juli 2016. 6 www.waarnemingen.be. Tim en Luc, wandelaars in De Bleken © Frans Emmerechts
april - juni 2017
|7
VAN VOORMALIGE WEEKENDVIJVER NAAR BELEEFBAAR BROEKBOS
V
lakbij ons bezoekerscentrum Grote Netewoud in Meerhout werden recent grote werken uitgevoerd. Een voormalige weekendvijversite die Natuurpunt dankzij LIFE+ kon verwerven werd geïntegreerd in de vallei. De gronden zijn gelegen tussen de grote vijver tegenover het bezoekerscentrum en De Vloyen, een oude beemd die Natuurpunt in beheer kreeg van de gemeente Meerhout. Om het onnatuurlijke reliëf met dijkjes en vijvertjes aan te pakken moest het grootste deel van de begroeiing wijken. Waar mogelijk werden zwarte els, zomereik en wilgensoorten gespaard. Deze bomen zullen er mee voor zorgen dat de spontane verbossing van wat nu een kale slijkvlakte is spoedig op gang komt
door het inwaaien van hun zaden. Het bostype dat we in deze natte omstandigheden verwachten is broekbos of habitattype 91E0 volgens de Europese terminologie. Het is voor dit prioritaire habitattype dat we gedurende het verdere verloop van LIFE+ Grote Netewoud nog veel inrichtingswerken zullen uitvoeren. Uiteraard zal het even duren voor hier een volwaardig broekbos tot stand komt maar geduld is een mooie deugd. De LIFE-ploeg en het beheerteam zorgden voor de opruim van resten van een weekendverblijf, afsluitingen en afval. Momenteel springen enkele stammen die bleven staan in het oog. Ze lijken vergeten bij de kap maar zijn dat allerminst. Door ze te laten staan zorgen we ervoor dat allerlei schimmels en insecten zich hier nog kunnen Dronebeeld van de werken © Frank Resseler
8 | Meander 2
handhaven. Spechten op hun beurt foerageren op de insecten en larven die zich tussen de schors en in het hout bevinden. Gelijktijdig met de inrichtingswerken startten de werken aan het Totterpad, een avontuurlijke wandellus doorheen het gebied met het bezoekerscentrum als start- en eindpunt. Met de komst van de Totterbrug in 2015, de inbeheername van de grote vijver en de verwerving en herinrichting van de voormalige weekendvijvers is het gebied nu goed ontsloten. Langsheen het Totterpad krijgen bezoekers in de nabije toekomst een voorsmaakje van wat het Grote Netewoud te bieden heeft aan natuurtypes. Om het pad extra aantrekkelijk te maken voor kinderen worden langsheen het traject een aantal beleefelementen geplaatst door Natuur en Landschapszorg. Je leert een wilgenbol van binnenuit kennen, kan jezelf met een trekvlotje over een vijvertje trekken of even pauzeren in het vogelnest. Kinderen zullen met een bijzondere bewoner van het Grote Netewoud op ontdekkingstocht kunnen gaan… Een feestelijke opening van het Totterpad plannen we op zondag 14 mei. De natuurherstelwerken kaderen binnen LIFE+ Grote Netewoud en een Investeringssubsidie Natuur Bels Broek en Heide. De realisatie van het Totterpad is mogelijk dankzij het Impulsprogramma Fiets- en Wandelnetwerken ‘Avontuurlijk wandelen in het Grote Netewoud’. De realisaties gebeuren in samenwerking met gemeente Meerhout en met de financiële steun van de Europese Commissie en de Vlaamse Overheid.
Manu Büscher
Aanleg Totterpad © Stein Temmerman
Bever in houtwerk van Robin Kay voor Totterpad © Robin Kay
Weven tunnel van wilgentenen © Frans Emmerechts
Plaatsen van het Vogelnest © Stein Temmerman
Plaatsen van het Vogelnest © Stein Temmerman
april - juni 2017
|9
Hooiwagens zijn geen spinnen Hooiwagens zijn bij de meeste mensen vooral bekend als kleine bolletjes op erg lange poten. Je kan ze vrijwel overal aantreffen in tuinen, op buitenmuren en in de natuur. Ze hebben een interessante levenswijze en er zijn vele soorten. Hooiwagens zijn geleedpotigen en vormen een aparte orde binnen de klasse van de spinachtigen (Arachnida). Wereldwijd zijn ongeveer 6000 soorten bekend. In België en Nederland komen momenteel ongeveer 32 soorten hooiwagens voor. Er zijn zeer oude hooiwagenfossielen gevonden, die nog stammen uit het devoon, een tijdperk ongeveer 400 miljoen jaar geleden. De hooiwagens van toen leken sterk op de hooiwagens van nu.
Bonte hooiwagen vrouw, een soort met vrij korte poten
Veel soorten hooiwagens worden pas volwassen tijdens de hooitijd in de late zomer en het najaar, vandaar hun naam. In die periode zijn ze opvallend aanwezig. Hun wetenschappelijke genusnaam Opilio betekent schaapsherder en verwijst naar de Oud-Romeinse tijd, toen herders op stelten liepen om hun kudde te overzien. Veel mensen verwarren hooiwagens met spinnen (Araneae) en dan meer bepaald met de veelvuldig binnenshuis voorkomende grote trilspin (Pholcus phalangioides). Een hooiwagen kan echter geen web weven en is niet giftig, want hij heeft geen gifklieren. Het is een nuttig insect, dat voor de mens totaal ongevaarlijk is. Een hooiwagen kan wel een stinkende vloeistof afscheiden ter afschrikking van roofdieren. Spinnen hebben een sterke insnoering tussen het kopborststuk en het achterlijf, ze bezitten spintepels, gifklieren en zes of acht ogen. Hooiwagens hebben deze kenmerken niet en bezitten een lichaam uit één geheel. Ze hebben twee ogen, die zich vaak op een duidelijk verheven oogheuvel bevinden. Hun monddelen (cheliceren) zijn drieledig en meer als gesteelde scharen ontwikkeld. De meeste soorten hooiwagens hebben sterk verlengde gewrichten en aan hun voetsegmenten bezitten ze nog schijngewrichten, waardoor ze zich rond plantendelen kunnen slingeren. Hooiwagens zijn nacht-actieve roofdieren, die vooral jagen op allerlei andere ongewervelden zoals regenwormen, pissebedden, springstaarten, vliegen, larven, mijten, spinnen en ook andere hooiwagens. Ze eten bijna alles, zowel plantaardig als dierlijk. Sommige soorten eten uitsluitend dierlijk voedsel en zijn meestal aaseters. Met hun monddelen verkleinen ze het voedsel. De monddelen zijn bij de mannetjes van sommige
Oligolophus hanseni vrouw
10 | Meander 2
hooiwagensoorten vaak vergroot, zoals bijvoorbeeld bij de gewone hooiwagen (Phalangium opilio). Naast de cheliceren zitten de pedipalpen die, afhankelijk van de soort, verschillend zijn. De mannetjes van de strekpoot hebben gevorkte pedipalpen, waaraan deze hooiwagen makkelijk herkenbaar is. Hooiwagens hebben ook vier paar looppoten. Overdag rusten ze meestal met gestrekte poten op een muur, de bodem of een boomstam. Net zoals alle andere geleedpotigen vervellen hooiwagens zeven of acht keer tijdens hun groeiproces. Van zodra ze volwassen zijn stoppen ze met vervellen. In het algemeen kennen hooiwagens een levenscyclus van één generatie per jaar. Enkele bodembewonende hooiwagens kunnen het ganse jaar als volwassen dieren worden aangetroffen en leven dan meestal ook langer dan een jaar. Ze planten zich voort via eitjes, die door de bevruchte vrouwtjes via een legboor afgezet worden in de grond of op vochtige plaatsen, zoals in boomschors of in boomspleten. De meeste soorten hooiwagens overwinteren in het eistadium. Deze eitjes komen dan in de loop van het voorjaar uit. Bij een zachte winter kunnen bepaalde soorten volwassen hooiwagens nog tamelijk lang gezien worden, zoals de bonte hooiwagen (Paroligolophus agrestis) en Oligolophus hanseni.
Hooiwagens staan op het menu van veel predatoren waaronder vogels, spitsmuizen, kikkers, padden en spinnen. Ze kunnen ook weleens last hebben van parasitaire mijten, zoals nimfen van de fluweelmijt (Trombidiidae indet.). Deze felrode mijten boren zich met hun kaken in het lichaam of poot van hun gastheer, alwaar ze zich voeden met de hemolymfe van hun slachtoffer. De afgelopen jaren verspreiden steeds meer zuidelijke soorten hooiwagens zich noordwaarts, zoals bijvoorbeeld Platybunus pinetorum, Opilio canestrinii, Dicranopalpus ramosus en nog enkele andere soorten. Hooiwagens komen voor in diverse biotopen met voldoende vochtigheid. Vooral tijdens het juveniele stadium zijn ze heel kwetsbaar voor uitdroging. Naarmate ze ouder worden kunnen ze beter tegen droge omstandigheden. Er is nog heel veel te ontdekken over de boeiende en interessante levenswijze van de hooiwagens. Wie de moeite doet om hooiwagens van dichterbij te bekijken, ontdekt een wereld van indrukwekkende vormen- en kleurenrijkdom.
Tekst en foto’s: Paul Wouters en Marianne Horemans
Gewone hooiwagen vrouw, een warmteminnende soort
Paranemastoma quadripunctatum, een zeldzame soort
Leiobunum rotundum man, een soort van allerlei terreinen
Strekpoot man, gemakkelijk herkenbaar aan de zijwaarts gestrekte poten en de gevorkte pedipalpen
april - juni 2017
| 11
DE PAARDENBLOEM PUUR GOUD IN DE WEI
Z
e zijn er weer volop, de paardenbloemen. Binnenkort vormen ze in sommige weilanden weer een uitgestrekt geel tapijt. Alhoewel paardenbloemen de betere grond van cultuurgraslanden verkiezen, vinden we ze ook in wegbermen, op braakliggende gronden, in boomgaarden, in parken en zelfs in de tuin. Ze passen zich goed aan hun omgeving aan. In de volksmond kent iedereen ze als pisbloemen. Niet verwonderlijk, want wie er blaadjes van eet zal merken dat hij/zij vaker moet gaan plassen. Elk kind weet ook dat zich na de bloei een pluizige bol vormt en dat wanneer je blaast de zaadjes als parachuutjes gaan vliegen. Van de paardenbloem (Taraxacum officinale) zijn alle onderdelen eetbaar en geneeskrachtig. De wortel bevat waardevolle voedingsstoffen zoals bitterstoffen, vetzuren, suikers en mineralen. De bitterstoffen (taraxine) bevorderen de spijsvertering. Ze hebben een gunstig effect op de lever- en galfunctie waardoor vetten beter worden verteerd. Wortels oogst je het best in de herfst omdat ze dan het meeste sap bevatten. Wortels uitgraven is geen sinecure, want de plant heeft een zeer diepe penwortel. Je hebt hem zelden helemaal mee als je hem probeert uit te trekken, want meestal breekt hij juist onder de bladeren af. Uitsteken is de boodschap. Paardenbloemwortel wordt meestal verwerkt tot een tinctuur (alcoholische bereiding), maar je kan er ook een afkooksel van maken. Gedroogde en gemalen paardenbloemwortel kan je toevoegen aan koffie of kruidenthee. De diep getande bladeren van de paardenbloem staan in een rozet bijeen. Velen onder ons zijn deze rozetten als kind gaan snijden om aan de konijnen te voederen. Paardenbloembladeren zijn echter ook voor ons zeer voedzaam en lekker. Je moet ze plukken in de lente vooraleer de bloemen verschijnen, dan zijn ze het minst bitter. Fijngesnipperd kunnen ze verwerkt worden in een salade of in een omelet, de welbekende ‘kruidkoek’. Misschien heb je al wel eens ‘molsla’ gegeten. Onze voorouders zochten vroeg in het voorjaar naar paardenbloembladeren in molshopen, vandaar de naam. Deze bladeren, bedekt met zand, zien er bleker uit. Ze zijn ook sappiger en minder bitter. Tegenwoordig kan je molsla kopen, maar die komt niet uit een molshoop; die wordt onder bloempotten gekweekt. Bladeren van de paardenbloem zijn vochtafdrijvend. Ze stimuleren de nierfunctie en helpen afvalstoffen uit het lichaam te verwijderen. Paardenbloemblad is hiervoor veilig in gebruik omdat het veel
12 | Meander 2
kalium bevat; je hoeft je dus geen zorgen te maken dat je teveel lichaamszouten verliest. Daarom kan paardenbloemthee zonder probleem tot een zestal weken na elkaar gedronken worden. Ook de bloemknopjes, wanneer ze nog ongeopend verscholen liggen in de rozet zijn eetbaar. Heerlijk als je ze bakt met wat ui en spek, een beetje laat stoven en daarna toevoegt aan rijst. Van de gele bloemhoofdjes kan je een lekkere siroop of jam maken. De bloemhoofdjes bestaan in feite uit ontelbare afzonderlijke lintbloempjes. De paardenbloem behoort dan ook tot de familie van de composieten of Asteraceae. Mensen die allergisch zijn voor andere planten uit de composietenfamilie, zoals duizendblad of kamille moeten ook opletten bij de paardenbloem, want er kan sprake zijn van kruisallergie. Wanneer je een paardenbloem plukt merk je dat er zich in de stengel een melkwit sap bevindt dat gemene vlekken maakt op je kleding. Eigenlijk bevat heel de plant dit sap. Het wordt gebruikt om wratten aan te stippen, net zoals stinkende gouwe. De laatste jaren wordt er wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de paardenbloem als medicijn tegen kanker. Uit verschillende medische studies zou blijken dat paardenbloemwortel veelbelovende eigenschappen bezit in de strijd tegen medicijnresistente kankersoorten. Van de geneeskrachtige werking van de paardenbloem hebben we het laatste dus nog niet gehoord. Paardenbloemjam Pluk 200 mooi geopende bloemhoofdjes vol stuifmeel op een verkeervrije plaats. Je mag ze niet wassen, want dan is het stuifmeel weg en dit zorgt juist voor de heerlijk zoete smaak. Doe de bloemen in een kookpot en giet er 1 liter lauw water op. Voeg er ook nog een onbehandelde sinaasappel en citroen aan toe, in schijfjes gesneden. Doe een deksel op de kookpot en laat zo een hele nacht trekken. De volgende ochtend breng je het mengsel aan de kook en laat een halve minuut doorkoken. Niet langer, want anders wordt de jam te bitter. Wanneer de brei wat afgekoeld is giet je hem door een kaasdoek en druk je het laatste sap eruit. Per liter vocht voeg je een halve kilo geleisuiker toe. Dit mengsel breng je opnieuw aan de kook en laat je 1 minuutje doorkoken. Giet de hete vloeistof in glazen potjes tot aan de rand en sluit onmiddellijk.
Mirella Bruynseels
G
Gekraagde en zwarte roodstaarten De terugkeer van de vogels die je de hele winter hebt moeten missen blijft altijd iets om naar uit te kijken. Vanaf maart mag je de zwarte roodstaart al terug verwachten, later gevolgd door de nauw verwante gekraagde roodstaart.
emakkelijk te herkennen aan zijn schitterende kleuren is de gekraagde roodstaart wel. Zijn naam verraadt meteen zijn uiterlijk: de rode staart die vooral bij het opvliegen zeer goed zichtbaar is, wat goed van pas komt wanneer het mannetje hem openspreidt om een vrouwtje naar de door hem uitverkoren broedholte te lokken. Het mannetje heeft een zwarte keel, zijn zogenaamde kraag, die scherp afsteekt tegen zijn rood-oranje buik. Ook lijkt het alsof hij een wit petje op zijn hoofd draagt. Het vrouwtje is minder opvallend gekleurd en bezit, net als het mannetje, een roestkleurige staart. Jonge mannetjes zijn moeilijk van een vrouwtje te onderscheiden. Er is nog iets waaraan deze vogels van veraf te herkennen zijn. Als ze rechtop zitten op hun uitkijkpost trillen zij met hun rosse staartje zeer snel op en neer. Van daaruit jagen ze op vliegende insecten en tussen rottende bladeren zoeken ze naar wormpjes, larven en pissebedden. Ook op verschillende bessensoorten zijn ze verlekkerd. Bij onraad of om hun drukke jongen bijeen te houden roepen de ouders elkaar toe met ‘oewiet-tak-tak’. Gekraagde roodstaarten kunnen overigens heel aardig andere vogels zoals fitis, vink, winterkoning, boomklever en pimpelmees imiteren. In Vlaanderen wordt deze vogelsoort voornamelijk op de zandgronden van de Kempen aangetroffen. Daar zie je ze vooral waar het bos in heide overgaat en aan de beboste randen van landduinen en zandverstuivingen. Daar blijft hun aantal stabiel. Hun voorkeur om te broeden gaat uit naar holen, zoals bijvoorbeeld oude spechtengaten maar ook rotte nestkasten. Het modern bosbeheer laat nu ruimte voor dode stammen wat voor extra nestgelegenheid zorgt. Gemiddeld leggen roodstaarten zes eieren per nest. Volgens Sovon Vogelonderzoek Nederland leggen ze hun eieren steeds vroeger. Sovon stelde een sterke daling vast tussen 1998 en 2005, daarna steeg het aantal terug. Een terugval of stijging van hun aantallen valt samen met droge of natte perioden in hun overwinteringsgebied in de Sahel. Op de Vlaamse Rode Lijst staat de gekraagde roodstaart aangegeven als kwetsbaar. Onze andere roodstaart, de zwarte, vertoont dezelfde staartkleur als de gekraagde roodstaart, maar het witte voorhoofd en de rode borst zijn nu bij het mannetje roetzwart. In de volksmond noemt men hem vaak ‘het schoorsteenvegertje’. Hij lijkt in gedrag op de roodborst. Beide zijn zeer actief en verdedigen hun territorium even fel. Samen met de roodborst is hij in de lente één van de vroege ochtendzangers. ‘Tik-tik-tik’ is voor hen de alarmkreet. Het mannetje zwarte roodstaart voert een baltsritueel uit waarbij hij rondjes cirkelt om het vrouwtje met uitgeslagen vleugels en met gespreide staart, zodat het rood ervan goed opvalt. De zwarte roodstaarten wippen, zoals de gekraagde roodstaarten, met hun staart gejaagd op en neer. Vroeger leefden zwarte roodstaarten voornamelijk in gebergten. Intussen hebben ze zich aan een meer stedelijke omgeving aangepast. Daar kiezen ze voor vervallen gebouwen en industrieterreinen voor het bouwen van hun nest. Dicht bij de mens brengen ze meestal twee broedsels voort. Na het broedseizoen trekken beide soorten terug naar Zuid-Spanje of Noord-Afrika.
René Ducastel
april - juni 2017
| 13
30 Jaar
De Rammelaars De Rammelaars is dit jaar 30 jaar erkend als natuurgebied. En dat gaat deze zomer gevierd worden. • Groot Feest in De Rammelaars weekend 26/27 augustus • Diverse speciale wandelroutes tijdens de zomer
• Infodetails vanaf mei op www.natuurpuntham.be 14 | Meander 2
Maandag 1 Mei
Dauwtrappen, bloemetjes en bijtjes + ontbijt IN DE RAMMELAARS
Naar jaarlijkse traditie wordt er op 1 mei in De Rammelaars gewandeld met gids vanaf het krieken van de dag met aansluitend een ontbijt met spek en eieren à € 8 •
Vroege vogels vertrekken om 6u ochtends voor een Vogelzang-dauwtrip. De vogels zingen en wij proberen dan zoveel mogelijk soorten te onderscheiden.
•
Voor de iets minder vroege vogels start om 10u de Vlinder-en bloemenwandeling mét natuurgids. Afspraak om 6u / 10u , ontbijt vanaf 7u30 aan het Natuur. huis bij De Rammelaars in Ham. Inschrijven voor het ontbijt via: ww.natuurpuntham.be/events/1mei-wandelingen2017 of bij Frans.Hoes2@telenet.be tel: 0472 577515 Betaling kan ter plaatse. Graag van te voren inschrijven in verband met de inkopen. Natuur.cafe de hele dag open tot 18 uur.
• •
•
NATUUR.CAFÉ DE RAMMELAARS open vanaf zondag 2 april
Natuur.huis De Rammelaars in Ham opent elke zon- en feestdag van 13u tot 18 u zijn deuren. Je kan er terecht voor een flinke wandeling, een frisse pint bio-bier op ons schitterende terras en een gezellig babbeltje. De vrijwilligers ontvangen je met open armen en geven graag advies als je een korte of langere wandeling wil maken in het mooie kleinschalige landschap met bloemrijke hooilanden en broekbossen in een prachtige Kempische beekvallei. In het Natuur.huis verkopen we kaarten, Natuurpunt-artikelen, boeken, diverse producten. Voor de kinderen is er een leuke speelhoek met interessante (natuur)boekjes en verrassingen. Groepen en scholen zijn erg welkom in ons natuurgebied. We stellen graag een aangepast programma op maat voor. Het Natuur.huis is ook beschikbaar voor cursussen en kleine feestjes. Voor de tarieven en alle info kan je terecht bij: frans.hoes2@telenet.be, tel: 0472-57 75 15. Het Natuur.huis is bereikbaar vanaf de N141. Volg tussen de 2 bruggen over de kanalen de bruine bordjes “De Rammelaars”. Na 2km noordwaarts langs het kanaal naar Dessel bereik je het houten Natuur.huis. De onverharde weg vanaf de noordzijde langs het kanaal naar Dessel is ten stelligste te vermijden. Diverse auto’s werden al weggetakeld! Alle foto’s deze bladzijdes: De Rammelaars©Jan Albrecht
april - juni 2017
| 15
Nieuws uit het
Bezoekerscentrum Grote Netewoud Elders in dit tijdschrift verneem je alles over de transformatie die natuurgebied De Vloyen onderging. Deze beheer- en inrichtingswerken hebben uiteraard ook een grote invloed op het nabijgelegen bezoekerscentrum. Voortaan kan iedereen vanuit het bezoekerscentrum rechtstreeks het Grote Netewoud in. Op zoek naar een excuus om een Gageleer of een koffie aan de lippen te zetten? Maak een korte wandeling en eindig in het gezellige cafĂŠ van het bezoekerscentrum.
Tottertocht
De voltooiing van het avontuurlijk wandelpad voor kinderen, het Totterpad, vraagt om een officiĂŤle feestelijke opening. Zak op zondag 14 mei tussen 13 en 17 u af naar de watermolen van Meerhout en wandel mee het Totterpad in. Breng je kinderen, kleinkinderen, neven en nichten, buurjongens- en meisjes mee want dit wordt een leuk feest voor jong en oud. Vertrek, aankomst, een gratis drankje en kinderanimatie is voorzien in en rond het bezoekerscentrum. Het wordt een dubbel feest want die dag vieren we ook het 25-jarig bestaan van Natura 2000, het Europese netwerk van beschermde natuurgebieden. Volg Bernard de bever en ontmoet zijn vrienden de ijsvogel, de hagedis en de watervleermuis. Maar pas op dat je onderweg niet tottert! Of net wel natuurlijk, want het is daar heel ok om lekker vuil te worden.
16 | Meander 2
Expeditie Natuurpunt
Op 24 en 25 juni vindt de tweede editie van Expeditie Natuurpunt plaats. Ook dit jaar is Bezoekerscentrum Grote Netewoud de startplaats voor avontuurlijke wandelaars en het rustpunt voor flukse fietsers. Kom hen aanmoedigen en uitwuiven op zaterdag 24 juni vanaf 8 u. www.expeditienatuurpunt.be.
De watermolen feest!
Noteer alvast zondag 6 augustus met stip in je agenda. Na het succes van vorig jaar kon een tweede editie van de molenfeesten niet uitblijven. De hele site van de watermolen wordt omgebouwd tot een grote feestzone met drankstandjes, een groot terras, live muziek, lekkere hapjes van Velt, kinderanimatie en vooral heel veel gezelligheid. De opbrengst gaat naar de renovatie van de watermolen. Tot dan!
Praktisch Bezoekerscentrum Grote Netewoud Watermolen 8, 2450 Meerhout Info: wim.pauels@natuurpunt.be - 014/21 34 50. Open op woensdag-donderdag-vrijdag van 9 tot 17 u en op zondag van 13 tot 17 u.
Activiteiten MEANDERLAND vrouwtje platbuik in Neerhelst © Frans Emmerechts
zaterdag 25 maart ›› Nacht van de Steenuil • Om 19 u inleiding door Herman Berghmans met cijfers, foto’s en een filmpje: de steenuil in het Grote Netewoud. • Om 19.45 u wandeling: op zoek naar de steenuil of zijn sporen. • Om 21.45 u gezellig napraten in het Bezoekerscentrum Grote Netewoud, Watermolen 8, Meerhout. Iedereen welkom! maandag 3 april ›› Poelenwerkgroep Waterleven • Om 14 u eerste bemonstering het Selguis in Geel en inventaris voorjaarsbloeiers. • Van 18 tot 22 u determineren waterdiertjes in lokaal Natuurpunt, Boerenkrijglaan 51 b, Olen. • Info: jeannine.simonis@telenet.be. maandag 10 april ›› Poelenwerkgroep Waterleven • Om 14 u eerste bemonstering de Vloyen in Meerhout en inventaris voorjaarsbloeiers. • Van 18 tot 22 u determineren waterdiertjes in lokaal Natuurpunt, Boerenkrijglaan 51 b, Olen. • Info: jeannine.simonis@telenet.be. vrijdag 21 april ›› Zwerfvuilopruimactie Buitengoor • Afspraak: 8 u Ecocentrum De Goren, Postelsesteenweg 71, Mol. • Einde ca. 12 u. Wens je mee te helpen, graag vooraf een seintje via paul.wouters1@telenet.be. Laarzen kunnen nuttig zijn.
zaterdag 22 april ›› Spaghetti-avond Geel-Meerhout • Weet je ’t nog van vorig jaar? Dat was smullen hé… en het is ten voordele van onze natuurgebieden in Geel en Meerhout… schrijf je nu in. Doen! • Afspraak: Tussen 17 en 20 u. Ontmoetingscentrum Winkelomheide, Kemeldijk 5, Geel. • Info: marc.verachtert@skynet.be of 014/58 39 71. • Zie ook elders in dit blad. zondag 23 april ›› Vroegmorgenexcursie De Maat • We gaan luisteren naar de ochtendzangers met als orkestmeester de nachtegaal. Achteraf kan je mee aanschuiven voor een lekker ontbijt in taverne Jagershof. • Afspraak: 6.30 u parking taverne Jagershof, Waterstraat 43, Mol. • Einde tegen 9 u. • Ontbijt mogelijk vanaf 9 u. Inschrijven voor dit lekkere ontbijt met koffie of thee aan €12,50 p.p. bij Jos van ’t Jagershof op 014/43 60 73 of bij jefsas@skynet.be of 0499/34 62 60 of 014/31 26 57. zondag 23 april ›› Dotterbloemwandeling De Vennen • De dotterbloem is één van onze mooiste inheemse planten met als favoriete standplaats randen van beken, natte weilanden en moerasgebied. Geniet van deze plant tijdens onze wandeling in De Vennen. • Laarzen gewenst! • Afspraak: 14 u parking FC Cools, Peer Luytendijk, Balen. • Info: Jan Mallants 014/81 70 09 of Denis Mertens 014/30 90 65.
april - juni 2017
| 17
Activiteitenkalender maandag 24 april ›› Poelenwerkgroep Waterleven • Om 9 u nemen van watermonsters. Om 13 u wateranalyse in het labo, Bezoekerscentrum Grote Netewoud, Watermolen 8, Meerhout. • Info: jeannine.simonis@telenet.be. zaterdag 29 april ›› Ecologische Werkgroep Meanderland • Monitoringwandeling doorheen Life+ Grote Netewoudgebied het Selguis in Geel. • Laarzen noodzakelijk! • Afspraak: 9 u parking dancing Loana, Kievermont 11, Geel. Einde omstreeks 12 u. • Info: paul.wouters1@telenet.be of 0496/51 02 79. zaterdag 29 april ›› Natuurwerkdag van NP Ham • Help mee met allerlei nodige beheerklussen. Vrijwilligers steken met z’n allen de handen uit de mouwen in een natuurgebied. Standaard vanaf 9 u aan het Natuur.huis. • Info op www.natuurpuntham.be - mail beheer@natuurpuntham.be - Veerle Van Den Eynden: 0470 683447. Maandag 1 mei ›› Ochtendwandelingen De Rammelaars + ontbijt • Afspraak: Natuur.huis De Rammelaars in Ham. • 6 u. Vroege Vogels wandeling • 10 u. Bloemetjes en bijtjes wandeling • Inschrijven voor het ontbijt@8euro via activiteiten@natuurpuntham.be of via www.natuurpuntham.be/events/1mei-wandelingen2017. • Info op www.natuurpuntham.be dinsdag 2 mei ›› Cursus moerasvogels • Theorieles 1 van de cursus door Koen Leysen. • Afspraak: 19.30 u Ecocentrum, Postelsesteenweg 71, Mol. • Einde ca 22.30 u. • Info en inschrijving: zie elders in dit blad en jefsas@skynet.be of 0499/34 62 60 of 014/31 26 57. vrijdag 5 mei ›› Nachtegalen- en rugstreeppaddentocht De Maat en Den Diel • Afspraak: 20 u parking Den Diel (juist ten NO van de baileybruggen van Sas 3). • Einde: ca 23 u. • Info: johan.van.genechten@proximus.com of 0477/35 68 39. zaterdag 6 mei ›› Ochtendwandeling Belsbroek en Heide • Een verkenning van de natuur… bij nevel… in alle stilte… het heeft zijn charmes… ’t is voor de vroege vogels! Afspraak: 6 u parking bezoekerscentrum (hoek Lil), Meerhout. • Einde rond 9 u. • Info: filip_debrabandere@telenet.be of 014/30 43 16. zondag 7 mei ›› Vroegmorgenexcursie Molse Netevallei • I.s.m. De Gagel. Kom mee genieten van het ochtendkoor van volg eens een gids door onze natuurgebieden © Frans Emmerechts
18 | Meander 2
onze voorjaarszangers. Tijdens deze ochtendlijke wandeling maak je kennis met het gebied van de Vallei van de Molse Nete in Balen. In dit langgerekt gebied worden graslanden en naaldbossen afgewisseld met elzenbroekbossen en moeilijk toegankelijke moerassen. • Laarzen gewenst. • Afspraak: 6 u kerk Mol-Gompel, O.L.Vrouwestraat 85, Mol. • Einde tegen 9 u. • Info: guy.hannes@skynet.be of 014/31 71 54 of Luc De Groof, 0494/29 79 49. zondag 14 mei ›› Cursus moerasvogels • Praktijkles 1 in natuurgebied Scheps. • Afspraak: 9 u parking Odrada-kapel, Halflochtdijk, Balen-Scheps. • Laarzen noodzakelijk! • Info: zie elders in dit blad en jefsas@skynet.be of 0499/34 62 60 of 014/31 26 57. zondag 14 mei ›› Tottertocht • Feestelijke opening van het Totterpad. • Van 13 tot 17 u. • Start- en eindpunt: Bezoekerscentrum Grote Netewoud Watermolen 8, Meerhout. zaterdag 20 mei ›› Cursus moerasvogels • Praktijkles 2. Busuitstap naar het Groot Rietveld in Melsele en andere interessante natuurgebieden op de linker Scheldeoever o.l.v. plaatselijke gids Maarten Schurmans. Ook nietcursisten kunnen mee met de bus. • Prijs: €15. Afspraak: 7 u Markt Dessel. • Picknick meenemen, wordt genuttigd in een gezellig café … • Inschrijven bij jefsas@skynet.be of 0499/34 62 60 of 014/31 26 57. zaterdag 20 mei ›› Ecologische Werkgroep Meanderland • Monitoring van een perceel in het natuurgebied De Vennen in Balen, bekend onder de naam Oud Blok. • Afspraak: 9 u juist voorbij plantenkwekerij ‘Willy Mol’, Nieuwendijk 42, Balen zandweg rechtdoor. • Info: paul.wouters1@telenet.be of 0496/51 02 79. zondag 21 mei ›› Orchideeënwandeling Neerhelst • Brede orchis en gevlekte orchis… ze staan er weer. Kom jij ze mee ontdekken? • Afspraak: 14 u Larumsebrugweg aan kanaal in Geel. • Einde rond 16.30 u. • Info: leon.dille@telenet.be of 0498/18 67 46. zondag 21 mei ›› Vlinderexcursie Lanaken • Tijdens deze vlinderexcursie gaan we, samen met een lokale gids, de kanaaltaluds in Gellik en Vroenhoven bekijken. Deze zijn ingericht voor klaverblauwtje, dwergblauwtje, boswitje en bruin dikkopje. Verder trekken we ook richting Sint -Pietersberg (Lanaye), waar vorig jaar het staartblauwtje werd waargenomen.
• Afspraak: 12.30 u Markt Balen of 13.30 u parking aan de brug van Vroenhoven. • Info: Eef Weetjens, 0485/93 10 94. maandag 22 mei ›› Cursus Libellen • Theorieles 1 van de cursus door Joeri Cortens. • Afspraak: 19.30 u Ecocentrum, Postelsestwg 71, Mol. • Einde tegen 22.30 u. • Info en inschrijving: zie elders in dit blad en jefsas@skynet.be of 0499/34 62 60 of 014/31 26 57. zaterdag 27 mei ›› Natuurwerkdag van NP Ham • Help mee met allerlei nodige beheerklussen. Vrijwilligers steken met z’n allen de handen uit de mouwen in een natuurgebied. Standaard vanaf 9 u aan het Natuur.huis. Info op www. natuurpuntham.be - mail beheer@natuurpuntham.be - Veerle Van Den Eynden: 0470 683447. zondag 28 mei ›› Wandeling Dekshoevevijver • Het biologische leven in natuurlijk water is enorm… van onooglijk kleine beestjes tot vraatzuchtige kevers. Roger laat het jou allemaal ontdekken. • Afspraak: 14 u parking Dekshoevevijver, Fransebaan in Geel. • Einde rond 14.30 u. • Info: roger.buyl@telenet.be of 014/58 08 12. vrijdag 2 juni ›› Natuurvierdaagse Netebronnen • Naar de Hoge Venen i.s.m. Starling. VOLZET, niet meer inschrijven dus! • Info: jefsas@skynet.be of 0499/34 62 60 of 014/31 26 57.
zaterdag 3 juni ›› Ecologische Werkgroep Meanderland • Monitoringwandeling doorheen het gebied Griesbroek in Balen. Laarzen noodzakelijk! • Afspraak: 9 u parking Centennial City, einde Zandvlietstraat, Balen-Olmen. • Einde:12 u. Info: paul.wouters@telenet.be of 0496/51 02 79. zondag 4 juni ›› Zomerexcursie Buitengoor • Kom mee de unieke flora en fauna bewonderen van dit waardevolle natuurgebied. Laarzen mee! • Afspraak: 14 u Ecocentrum, Postelsestwg 71, Mol. • Einde rond 16.30 u. • Info: andre.vanhoof@telenet.be of 0468/25 18 09. zondag 4 juni ›› Open tuin en Kunst aan het Water • In het centrum van Dessel achter de Alfons Smet Residenties vind je de ecologische, educatieve natuurtuin Den Hof. Iedereen kan hier op deze dag komen kennismaken met een prachtig stukje nieuwe natuur en kan tegelijk de kunstenaars met hun werken bewonderen langs het water. NP-Netebronnen zal hier aanwezig zijn met een infostand met proeverijen... Iedereen welkom! • Info: anncassier@hotmail.com of Paul Verhoeven hurricane.james@skynet.be of 0472/26 21 34. zaterdag 10 juni ›› Libellenexcursies met Libellenvereniging Vlaanderen o.l.v. Peter Vanderschoot. • Voormiddag: 9.30 u parking Abdij Postel voor De Wurft of 9.45 u De Wurft (bij Yves Lesseliers). • Namiddag: 13.30 u Ecocentrum = ook praktijkles 1 cursus Libellen i.s.m. LVV en Peter Vanderschoot: libellenexcursie in het Buitengoor. • Laarzen noodzakelijk! • Info: jefsas@skynet.be of 0499/34 62 60.
april - juni 2017
| 19
wilde eend met jongen © Frans Emmerechts
zondag 11 juni ›› Landschaps- en kruidenwandeling Grote Netewoud • Wat kunnen we verwachten van een wandeling in het Grote Netewoud? Wat is dat Grote Netewoud eigenlijk (en wat willen wij dat het wordt)? En met Mirella gaan we op zoek naar de kruiden… • Afspraak: 14 u parking bezoekerscentrum (hoek Lil), Meerhout. • Einde rond 16.30 u. Info: luc.van.den.bergh@telenet.be of 0499/63 20 07.
zaterdag 1 juli ›› Zwerfvuilopruimactie Zammelsbroek • Afspraak: 9 u parking kerk Geel-Oosterlo. • Info: dirk.deschutter@hotmail.com of 0478/64 19 40.
zaterdag 17 juni ›› Avondwandeling Keiheuvel en De Most • Een tocht van 8 km door de Keiheuvel en De Most, langs de grenzen van De Vennen. Afsluiten doen we, met een beetje geluk, tussen de nachtzwaluwen. • Afspraak: 20 u parking zwembad in de Kapelstraat te Balen. • Info: Tom Schildermans, 0473/66 10 99. zaterdag 24juni ›› Natuurwerkdag van NP Ham • Help mee met allerlei nodige beheerklussen. Vrijwilligers steken met z’n allen de handen uit de mouwen in een natuurgebied. Standaard vanaf 9 u aan het Natuur.huis. Info op www. natuurpuntham.be - mail beheer@natuurpuntham.be - Veerle Van Den Eynden: 0470 683447. zondag 25 juni ›› Vlinderwandeling Zammelsbroek • Laat ons maar eieren naar de Clarissen brengen, want het moet mooi weer zijn! Vandaag gaan we immers met Pieterjan de vlinders in het Zammelsbroek ontdekken... • Afspraak: 14 u parking kerk Geel-Oosterlo. • Einde rond 16.30 u. • Info: vervecken.pj@skynet.be of 0495/78 34 25.
20 | Meander 2
OPEN:
Vanaf 10 uur, woensdag gesloten Van 15 oktober tot Pasen: dinsdag en woensdag gesloten.
Mooie natuurwaarnemingen
Invasie in Ham Van 7 tot 15 november verbleef een groepje van acht pestvogels in Ham. Op 11 november kon ik ze op de gevoelige plaat vastleggen. Pestvogels broeden in het noorden van Scandinavië en West-Rusland. In koude winters met weinig bessen zetten ze het op een zwerven, richting zuiden, richting eten. Dat doen ze vaak in kleine, dichte groepjes. Pestvogels doken in de middeleeuwen meestal op in erg strenge winters, winters waarin niet zelden ook de pest uitbrak. In het volksgeloof werd dan ook gauw aangenomen dat de pest werd verspreid door deze prachtige vogels. Vandaar hun naam.
Robert Pieters
Leden raden natuurgebieden aan Een ideetje: een rubriekje starten waarin onze leden elkaar leuke tips kunnen geven over natuurgebieden in eigen land of in een buurland. Kort en bondig, enkele regeltjes met een foto en eventueel een verwijzing naar een website. Een beetje in de aard van het leuke rubriekje over de natuurwaarnemingen. ’t Zou interessant kunnen zijn voor veel mensen. Hierbij alvast een foto genomen op Texel, op amper 250 km van hier… www.beleefdewaddennatuur.nl/Texel.
Nico Schrans
Oproep!
Kwakken En op 6 januari ben ik nog eens op zoek gegaan naar een andere zeldzame vogel: de kwak. In het Zammelsbroek zag ik er twee samen. De kwak is een koloniebroedende reiger. In Vlaanderen is hij erg zeldzaam. Hij is echter eenvoudig in gevangenschap te houden en komt meestal snel en succesvol tot broeden. Om overbevolking in volières tegen te gaan, wordt een deel van de dieren vaak gelost. Wellicht behoren de kwakken die ondertussen al verschillende jaren vrij in het Zammelsbroek leven tot een kolonie die op deze manier tot stand kwam.
Robert Pieters
Een paar mo oie waarnem ingen vam R bert Pieters. oLaten we zo
voort doen! Zag u zelf iets moois in de n atuur in onze regio of in ge bieden waar o nze afdelingen op uitsta p gaan, laat het ons wete Bedoeling is n. om ons tijdsc hrift nog me een tijdschri er ft van alle led en te laten zi jn. Stuur je inte ressante waa rneming naar frans.em merechts@g mail.com en goede kans d at die versch ij nt in de volgende Me ander! april - juni 2017
| 21
Cursusaanbod Meanderland
Baardmannetje © Erik Ducastel
Cursus moerasvogels ‘Wat ruist er door het riet?’ In deze cursus maken we kennis met vogels die we in de oeverzone van moerassen en vennen tegenkomen. In een rietveld voelen heel wat vogels zich in hun element. We maken kennis met het gekarrekarre van de (kleine) karekiet, het gepingping van baardmannetjes en de zware hoemp van de roerdomp. Maar ook de soorten die de voorkeur geven aan de iets minder natte stukken en wat ruigere delen van het moeras komen aan bod: het geratel van de sprinkhaanzanger of de krekelachtige zang van één van onze struweeljuweeltjes, de blauwborst. Levenswijze, herkenning, zang... het komt allemaal uitgebreid aan bod. En uiteraard gaan we deze boeiende soorten ook opzoeken in hun biotoop.
Praktisch Theorielessen 1 en 2 Op dinsdagen 2 en 9 mei door Koen Leysen, educatief medewerker van Natuurpunt CVN in de aula van Ecocentrum De Goren, Postelsesteenweg 71, Mol telkens van 19.30 tot 22.30 u. Praktijkles 1 zondag 14 mei - Voormiddagexcursie door natuurgebied Scheps in Balen. Afspraak 9 u op parking Odrada-kapel Scheps, Halflochtdijk, Balen. Einde ca. 12
22 | Meander 2
u. Laarzen! Gidsen Michel Van Buggenhout (beheerder ANB) en Jef Sas. Praktijkles 2 zaterdag 20 mei - Daguitstap (met bus) naar ’t Groot Rietveld (Melsele) en andere natuurgebieden op de linkeroever van de Antwerpse haven. Picknick mee, wordt genuttigd in een gezellig cafee tje... Afspraak 7 u Markt Dessel. Terug tussen 17 en 18 u. Ook niet-cursisten mogen mee na inschrijving bij jefsas@ skynet.be of 014/31 26 57 of 0499/34 62 60. Gidsen Maarten Schurmans en Jef Sas. Prijs: leden van Natuurpunt €40 en nietleden €65 (= NP-lidmaatschap + busreis inbegrepen). Voor niet-cursisten die mee op daguitstap willen met de bus : €15/persoon. Maximum 25 deelnemers! Inschrijven bij jefsas@skynet.be of 0499/34 62 60 of 014/31 26 57). Gelieve bij uw inschrijving naast uw mailadres ook geboortedatum en –plaats door te geven. Deze gegevens zijn nodig om het leerbewijs te kunnen aanmaken indien gewenst. Het gepaste bedrag tijdig overschrijven op rek. nr. BE 18 0011 5777 9165 van Natuurpunt Netebronnen met vermelding ‘cursus moerasvogels’. Maximum 25 deelnemers! Dus tijdig inschrijven als je er zeker bij wil zijn!
Cursus libellen ‘Luchtacrobaten in het zonnetje!’ Libellen en waterjuffers zijn dé luchtacrobaten onder de insecten. Zodra het zonnetje verschijnt, kan je niet naast deze prachtig gekleurde diertjes kijken. De Vlaamse libellenfauna telt een 60-tal soorten waarvan je er toch al 55 (!!) in onze regio zou kunnen tegenkomen!. Welke is jouw favoriet? De metaalglanzende blauwgroene bosbeekjuffer, de vuurrood gekleurde vuurlibel , de geelzwarte plas- of beekrombout of toch onze unieke bandheidelibel met zijn dwarsstrepen in de vleugels? Tijdens deze cursus leren we de verschillende families en de voornaamste soorten herkennen aan de hand van foto’s. We besteden eveneens aandacht aan de lichaamsbouw (met nadruk op de kenmerken die van belang zijn voor determinatie), hun leefgebieden, de ontwikkeling van eitje tot volwassen dier... en nog veel meer!
Bandheidelibel © Jef Eykmans
Praktisch Theorielessen 1 en 2: Op maandagen 22 en 29 mei door Joeri Cortens, educatief medewerker Natuurpunt CVN in de aula van Ecocentrum De Goren, Postelsesteenweg 71, Mol telkens van 19.30 tot 22.30 u. Praktijkles 1 Zaterdag 10 juni – Excursie in het Buitengoor i.s.m. Libellenvereniging Vlaanderen. Afspraak 13.30 u aan Ecocentrum De Goren. Laarzen noodzakelijk! Gidsen Peter Vanderschoot en Jef Sas. Praktijkles 2 zondag 13 augustus – Excursie in het Buitengoor: zomersoorten zelf determineren! Afspraak 13.30 u aan
Ecocentrum De Goren. Laarzen! Gidsen Peter Vanderschoot en Jef Sas. Prijs: leden van Natuurpunt € 25 en niet-leden €50 (= NP-lidmaatschap inbegrepen). Inschrijven bij jefsas@skynet.be of 0499/34 62 60 of 014/31 26 57). Gelieve bij uw inschrijving naast uw mailadres ook geboortedatum en –plaats door te geven. Deze gegevens zijn nodig om het leerbewijs te kunnen aanmaken indien gewenst. Het gepaste bedrag tijdig overschrijven op rek. nr. BE 18 0011 5777 9165 van Natuurpunt Netebronnen met vermelding ‘cursus libellen’. Maximum 25 deelnemers! Dus tijdig inschrijven als je er zeker bij wil zijn! Planten determineren © Frans Emmerechts
Cursus planten
En dan is er ook nog de plantencursus. Die is speciaal bedoeld voor natuurgidsen. Hans Vermeulen, educatief medewerker Natuurpunt CVN bespreekt kort de plantenfamilies. Ook het determineren van planten komt aan bod. Deze cursus werd door omstandigheden te laat meegedeeld om opgenomen te kunnen worden in vorig nummer van Meander en is bij het verschijnen van dit nummer net begonnen. Aansluiten kan echter nog, ook door geïnteresseerde nietgidsen. Neem hiervoor contact op met Jo Dox, bn405047@belgacom.net. Met Jo kan je dan ook een prijs afspreken.
Praktisch Theorielessen 1 en 2: Op dinsdagen 21 en 28 maart, in Bezoekerscentrum Grote Netewoud, Watermolen 8, Meerhout telkens van 19.30 tot 22.30 u. Praktijklessen: Op zaterdagvoormiddagen 1 en 29 april. Plaats en tijdstip worden tijdens de theorielessen meegedeeld.
april - juni 2017
| 23
De
een
MOOIE
waren. Ze leggen hier hun eieren en vliegen verder naar het noorden of sterven. In juli volgt een nieuwe generatie die verder trekt. Nakomelingen kunnen dus niet op hun ouders rekenen tijdens hun trektocht. Deze soort vlinder plant zich voort, ongeacht waar ze zich bevindt of ongeacht welke maand van het jaar het is.
Estafette
Distelvlinder © René Ducastel
Het was begin juni en een warme luchtstroom kwam uit het zuiden. Plots zag je ze overal, distelvlinders! In Frankrijk noemt men deze prachtige vlinder terecht ‘la belle dame’, in Engeland ‘the painted lady’. Het ging om migratie. Het was de meest gemelde vlinder op waarnemingen.be: piekwaarden van 2500 exemplaren op 5 juni 2016 en van iets minder dan 2000 de volgende dag. Van vogeltrek heeft iedereen gehoord, over vlindertrek weten we weinig. Over migratie van de distelvlinder (Vanessa cardui) is nauwelijks iets bekend. De meeste distelvlinders komen uit WestAfrika en uit Maghreblanden als Marokko, Algerije en Tunesië waar de soort overwintert. Het grote verschil met de vogeltrek is dat deze vlinders niet terugkeren naar het gebied waar ze vertrokken zijn. Het zijn de nakomelingen die verder trekken of terugkeren. Distelvlinders leggen de tocht slechts één keer in één richting af.
Vlinder en rups De vlinder is gemakkelijk herkenbaar aan zijn oranjebruine kleur en aan de zwarte vleugeltoppen met witte vlekken. De eitjes worden vooral gelegd op verschillende distelsoorten en komen na een week uit. De rups heeft lange vertakte doornen, lichte ruglijnen en onderbroken gele
24 | Meander 2
zijlijnen. Zij spint een web aan de onderkant van het blad waarmee zij zich voedt. Alleen harde nerven blijven over. Als het blad op is, maakt zij een nieuw spinsel op dezelfde plant en eet daar verder. Zo blijven enkel de kaalgevreten bladeren achter. De totale levensfase als rups duurt ongeveer een maand. Haar favoriete waardplant is de akkerdistel. Uiteindelijk verpopt de rups en na twee weken komt de vlinder uit. De volwassen vlinders leven 3 tot 4 weken. Willen ze een zo groot mogelijke afstand afleggen dan dringt de tijd. Met hun snelle vleugelslag halen ze snelheden tot bijna 25 km/u. Dit heeft tot gevolg dat ze voortdurend halt houden om nectar te vergaren en om de energiereserves weer aan te vullen. Bij gunstige weersomstandigheden overbruggen ze 5000 km in twee weken, soms halen ze wel het noorden van Lapland! De distelvlinder is zelfs de enige dagvlinder op IJsland. De vlinders die we begin juni 2016 hier zagen, waren fraaie vlinders met een heldere, roze zweem over de vleugels. Het bleken nakomelingen van migranten die in het voorjaar uit Afrika vertrokken
In wisselende aantallen bezoeken distelvlinders ons land. De lange reis vol gevaren is verantwoordelijk voor die aantallen. 2016 was goed begonnen, maar een koude, natte juni maand werd de spelbreker. Distelvlinders overleven onze winter niet. Wat gebeurt er dan met hen in de herfst? Dit was lange tijd een groot raadsel, waarvoor Engelse wetenschappers uiteindelijk een verklaring konden vinden. Ze startten in 2012 een grootscheeps onderzoek waarbij ze radarbeelden combineerden met duizenden waarnemingen van vlinderliefhebbers. Daaruit bleek dat miljoenen distelvlinders elke herfst naar Afrika terugkeren. Ze vliegen terug op een hoogte van 500 m waar ze buiten het zicht zijn van vlinderspotters. Om de 15 000 km lange rondreis te voltooien zijn zes generaties nodig. De distelvlinders die in de herfst in Afrika aankomen zijn dus verschillende generaties verwijderd van hun voorouders die Afrika vroeger op het jaar verlieten. Je kan het vergelijken met een estafetteloop waarbij de stok van de ene generatie naar de volgende wordt doorgegeven totdat hun tocht rond is.
In enkele reservaten Sedert 1992 worden in Neerhelst, het Zammelsbroek en het Olensbroek de dagvlinders gemonitord, d.w.z. geteld volgens een strikt stramien en genoteerd. Het loont de moeite om in al die gegevens eens op zoek te gaan naar de distelvlinders. In een periode van 25 jaar waren 1996, 2009 en 2015 werkelijk topjaren. In 1996 werden op een paar percelen in het
distelvlinder
DAME
Zammelsbroek 324 distelvlinders (en 314 atalanta’s, ook trekvlinders) gespot. Dit werd later nooit meer geëvenaard. Trekvlinders oriënteren zich op de zon en op landschapsstructuren. Ze zijn geneigd om de kust of rivieren te volgen, in het Zammelsbroek waarschijnlijk de Grote Nete. Bij tegenwind vliegen ze zoals de trekvogels laag bij de grond en bij meewinden zien we ze hoog in de lucht. Ze oriënteren zich op het aardmagnetisme, waardoor ze een vaste kompaskoers volgen en dus ook ‘s nachts trekken. Ze verliezen ook geen tijd met rond obstakels te vliegen, maar overvliegen die. Aangekomen op hun plaats van bestemming zijn ze wel in staat om hun vlucht bij te sturen en op een voor hen geschikte plaats met waardplanten te landen. In
groep trekkende dagvlinders zijn vaak vergezeld van zwervende libellen en zweefvliegen. Invasies zijn vaak gekoppeld zijn aan bepaalde weerpatronen in Europa. De trigger om te gaan trekken bij de voorjaarstrek is de toenemende hitte en droogte en bij de najaarstrek een dalende temperatuur.
René Ducastel en Jeannine Simonis
Rups distelvlinder en web © René Ducastel
Referenties 1 http://butterfly-conservation.org/51832342/painted-lady-migration-secretsrevealed.html 2 www.waarnemingen.be
DISTELVLINDER
Neerhelst
Zammelsbroek Zammel
Zammelsbroek Oosterlo
Olensbroek
1996
19
324
2009
22
49
78
2014
0
57
2
2015
32
62
14
Zaterdag 22 april
Spaghetti-avond! Geel - Meerhout
Zin in een gezellig samenzijn? Dan kan je op zaterdag 22 april van 17 tot 20 u terecht in het Ontmoetingscentrum Winkelomheide, Kemeldijk 5 (nabij de kerk) te Geel. Afdeling Geel-Meerhout serveert er spaghetti ten voordele van de aankoop van natuurgebieden in de regio. We willen alle leden oproepen om familie, vrienden en buren mee te brengen… De vleeseters krijgen een speciale spaghetti à la Galloway geserveerd met vlees van de Schotse runderen uit onze Natuurpuntgebieden. Voor vegetariërs is een apart sausje voorzien. De prijs bedraagt €12 per persoon, een
kinderportie kost €7. En voor een nagerechtje zorgen we natuurlijk ook! Om alles in goede banen te kunnen leiden, zouden we het erg op prijs stellen indien de liefhebbers vooraf zouden inschrijven bij marc.verachtert@skynet.be of 014/58 39 71 of bij jurgen.verreyt@skynet.be of 0497/70 63 08. Dat mag tot vrijdagavond 21 april, maar het is uiteraard veel handiger als je al vroeger een belletje geeft of een mailtje stuurt. Ook kandidaat-helpers mogen zich bij Marc of Jurgen melden!
april - juni 2017
| 25
E
Exoten Vlinderstruik (invasieve soort, niet op lijst)
xoten zijn soorten die van nature niet in onze streken voorkomen. Het zijn uitheemse planten, dieren of microorganismen die hier niet op eigen kracht zijn geraakt, maar wel door toedoen van de mens, bijvoorbeeld via transport. Het aantal exoten in Vlaanderen neemt jaarlijks toe. Sinds 1800 zijn hier bijvoorbeeld al bijna 2000 uitheemse plantensoorten vastgesteld. Invasieve exoten De meeste exoten veroorzaken hier geen problemen omdat ze niet kunnen overleven in onze vrije natuur. Andere kunnen zich wel vestigen, maar groeien niet uit tot een plaag en richten daardoor geen schade aan. Maar als exoten zich vestigen én zich explosief voortplanten, kunnen ze wel enorme schade veroorzaken. In dat geval spreekt men van ‘invasieve exoten’. Die kunnen schade veroorzaken op verschillende manieren: ze concurreren inheemse soorten weg of eten ze op. Zo werden Chinese wolhandkrabben er een tijd van verdacht verantwoordelijk te zijn voor het verdwijnen van alle planten in de Grote Nete ter hoogte van het Zammelsbroek. Invasieve exoten infecteren ook inheemse soorten en door genetische vermenging doen ze kenmerken van inheemse (sub)soorten verdwijnen.
26 | Meander 2
Naast ecologische schade, kan er ook economische schade optreden. Woekerende invasieve waterplanten kunnen sluizen doen dichtgroeien en de waterafvoer belemmeren, reuzenbalsemien zorgt voor oevererosie, ganzen als nijlgans en Canadese gans zorgen voor schade aan landbouwgewassen en overbemesting van gronden. In recreatiedomeinen zorgen ze voor vervuiling met uitwerpselen. Invasieve exoten kunnen ten derde ook tot gezondheidsproblemen leiden. De reuzenberenklauw bijvoorbeeld kan de huid irriteren. Invasieve diersoorten kunnen dragers van ziekten zijn.
Europese verordening Sinds 2015 is de ‘Europese verordening invasieve exoten’ van kracht. Die stelt dat soorten opgenomen op de Europese lijst
van invasieve exoten niet meer mogen gehouden, verkocht en getransporteerd worden en verplicht terreineigenaars en -beheerders om deze soorten actief te bestrijden. De plantensoorten en diersoorten die op deze lijst staan, vind je terug op Ecopedia, een online platform van Inverde, het forum voor groenexpertise voor de overheid en de groene sector. Binnen de Europese verordening wordt gefocust op een aanpak in drie trappen: preventie, snel opsporen en ingrijpen, beheren en terugdringen.
Waarschuwingssysteem Voor zo’n aanpak is een goed signaleringsnetwerk nodig. Op waarnemingen. be/exoten kan je ingeven waar je een bepaalde invasieve soort gezien hebt. Hier vind je ook voor heel wat invasieve soorten basisinformatie terug over de herkenning en de specifieke problematiek. Op deze website van Natuurpunt, kan je je als beheerder van een gebied ook inschrijven zodat je meldingen van invasieve soorten in jouw gebied ontvangt.
De website onderscheidt drie types van invasieve exoten: 1. alarmlijst: soorten die nog niet of slechts op een paar plaatsen gevestigd zijn; 2. opkomende soorten: soorten die bij ons of in het buitenland in volle uitbreiding zijn; 3. gevestigde soorten: soorten die al een ruime verspreiding kennen in ons land, maar nog steeds uitbreiden. De lijsten bevatten niet alle probleemsoorten. Momenteel wordt slechts voor sommige soorten een beheer gevoerd.
Andere klok Over de duizenden uitheemse soorten die perfect geïntegreerd zijn hoor je zelden. Positief nieuws over exoten lijkt wel taboe. Dat is althans de mening van Fred Pearce, een Engels schrijver en journalist die zich specialiseerde in omgevingswetenschappen. Hij schreef in 2015 een boek over exoten: The New Wild: Why Invasive Species Will Be Nature’s Salvation. Hilde Viane zag een artikel over dat boek in het regionaal tijdschrift van Natuurpunt Gent, Snep! We nemen die recensie hier gedeeltelijk over. ‘Pogingen om exoten buiten te houden zijn meestal zinloos en vaak verzwakken ze zelfs de aanwezige natuur, terwijl de veerkracht van die natuur nergens beter tot uiting komt dan in de manier waarop de exoten zich verspreiden’, zegt Pearce. En dat is vloeken in de kerk van het hedendaagse natuurbehoud. Maar Pearce vloekt met goede argumenten, vindt Sancho, de schrijver van de boekbespreking
Amerikaanse grijze eekhoorn (alarmlijst)
Amerikaanse stierkikker (opkomende soort)
Zondebokken Te vaak worden exoten als zondebok opgevoerd voor onheil en rampen waarvoor zij niet of slechts amper verantwoordelijk zijn. Neem nu het Victoriameer in Oost-Afrika, dat in de jaren 1990 werd overwoekerd door een metersdikke laag waterhyacinten, waarin slakken met bilharziosis, muggen met malaria en menselijke faeces met cholera dreven. Machinaal verwijderen noch chemisch bestrijden lukte. Tot in 1998 ongewoon hevige regens het meer schoonspoelden. Want het heldere en zuurstofrijke Lake Victoria was door rioolwater uit Kampala, Chinese wolhandkrab (gevestigde soort)
april - juni 2017
| 27
door afvalwater uit brouwerijen en suikerfabrieken en door slibstromen uit gekapte bossen veranderd in een troebele soep. Geen wonder dat waterhyacinten, die oorspronkelijk uit het modderige Amazonebekken komen, er zich direct thuis voelden. Tot die uitzonderlijke neerslag voor zuurstof zorgde en de waterhyacinten verdwenen. Helaas is de vervuiling sindsdien weer toegenomen en sinds 2013 is de waterhyacint terug in full force. In datzelfde Victoriameer huist ook de nijlbaars, uitgezet door Britse sportvissers en zogezegd verantwoordelijk voor het uitsterven van meer dan honderd endemische vissen uit de cichlidenfamilie. Onzin, zegt Pearce, pas toen de cichliden door zuurstofarmoede uit hun schuilplaatsen werden verdreven, zagen de nijlbaarzen hun kans schoon. De achteruitgang van de cichliden maakte de overname van het meer door de baarzen mogelijk. Niet omgekeerd. Twee explosief groeiende exoten werden de zondebok voor een veel groter probleem dat zij niet veroorzaakten. Door hun de schuld te geven en hen te bestrijden werd de ware oorzaak verwaarloosd. Pearce onderzocht de situatie van Japans knoopkruid, reuzenberenklauw, reuzenbalsemien en rododendrons in Groot-Brittannië en stelde vast dat hun reputatie eerder berustte op kwaadsprekerij en geroddel dan op gedegen cijfermateriaal: zowel hun verspreiding
Nijlganzen (gevestigde soort)
als de berokkende schade werden fors overdreven, hun positieve invloed op de omgeving – want die was er ook – werd verzwegen.
Vreemdelingenhaat
Er is in Groot-Brittannië nog geen enkele soort uitgestorven door een invasie – die van de mens niet meegerekend. NoordAmerika heeft momenteel zowat 4000 plantensoorten meer dan in de tijd dat Columbus er arriveerde en niet eentje minder. Wie heeft ons wijsgemaakt dat (invasieve) exoten de tweede grootste bedreiging vormen voor de biodiversiteit op onze planeet? Waar komt die irrationele vreemdelingenhaat vandaan die natuurbeschermers meedogenloos ten oorlog doet trekken? In Groot-Brittannië zijn de exotische Douglasspar en de inheemse rode eekhoorn goede vriendjes, terwijl de Amerikaanse grijze eekhoorn graag in inheemse bomen leeft. Probleempje…
Waanidee Het waanidee van het natuurlijk evenwicht, waarbij planten en dieren samen evolueren tot een optimaal en stabiel ecosysteem, waarvoor elke indringer een bedreiging vormt, zit elke genuanceerde omgang met exoten in de weg. De natuur is niet in evenwicht maar constant in beweging. Alles verandert voortdurend. Het idee dat soortenrijke ecosystemen ‘volzet’ zijn klopt niet. Natuurlijk moeten we niet alle aliens met open armen ontvangen en mogen we geliefde soorten in hun vertrouwde habitat beschermen. En als invasieve soorten ons last bezorgen hebben we het recht ze te bestrijden. Alleen moeten we beseffen dat we dat meestal voor onszelf doen en niet voor de natuur. Invasive species will save nature zegt Pearce. Aanbevolen lectuur zegt Sancho.
Tekst en Foto’s Frans Emmerechts
Heilige ibis (alarmlijst)
Referenties 1 Sancho, ‘Nooit meer Nijlgans’, in Snep!, tijdschrift Natuurpunt Gent, nr. 3, 2016. 2 www.ecopedia.be/inleiding_exoten. 3 www.natuurenbos.be/beleid-wetgeving/ overlast-schade/exoten.
28 | Meander 2
Europese SPIN van het jaar Platte wielwebspin vrouw Š Paul Wouters en Marianne Horemans
De platte wielwebspin is door spinnendeskundigen uit 26 Europese landen verkozen tot Europese Spin van het Jaar 2017. Arabel Via die verkiezing hopen verenigingen zoals de Belgische Arachnologische Vereniging Arabel niet alleen een minder populaire diergroep als de spinnen onder de aandacht te brengen, maar ook dat het brede publiek deze soort massaal zal melden, zodat onderzoekers nieuwe gegevens ontvangen over de huidige verspreiding van de platte wielwebspin. Het volstaat immers om ‘s avonds eens met een zaklamp langs je huis of tuinhuis te lopen en de waargenomen exemplaren te fotograferen en te melden via www. waarnemingen.be.
Aanpassingen aan de mens De platte wielwebspin leefde oorspronkelijk enkel op boomstammen, meer bepaald op dood staand hout met losse schors. Maar de spin paste zich aan de mens aan en is vandaag vooral te vinden tegen menselijke constructies zoals huismuren en hekken. De achtvoeter heeft een aantal speciale aanpassingen aan haar lichaam die haar het leven makkelijker maken. Zo kan ze zich extreem plat maken door inwendige pezen tegen de bovenkant van haar lichaam aan te trekken. Hierdoor kan ze door het fijnste gaatje en het smalste spleetje, wat niet evident is aangezien haar grootte die van de kruisspin evenaart. Dat maakt haar uniek, aangezien andere spinnen niet over die gave beschikken. De platte wielwebspin heeft aan de onderkant van haar achterlijf ook twee halvemaanvormige lichtgekleurde vlekjes. Onderzoek toonde aan dat deze als lokmiddel werken voor onder meer nachtvlinders en dat de spin dus dankzij die vlekjes meer motten in haar web vangt.
Koen Van Keer
In memoriam We betreuren het overlijden van Swa Heylen. Hij overleed te Mol op 3 februari 2017. Swa was 88 jaar oud. Als actief lid van Kerkuilenwerkgroep Vlaanderen zette hij zich vele jaren in om de uilenpopulatie in Meanderland op peil te brengen en in stand te houden. Als lid van De Gagel was hij de grote bezieler van het Watermolenhuisje langs de Molse Nete in Mol-Centrum.
april - juni 2017
| 29
GEEN
ORCHIDEE ZONDER
SCHIMMEL
O
Bergnachtorchis
rchideeën zijn niet alleen voorbehouden aan tropische streken. Ook in onze contreien komen ze voor in de meest uiteenlopende milieus. Deze zeldzame planten houden er soms geraffineerde methoden op na om insecten te lokken teneinde bestuiving tot stand te brengen. Voor haar groei is een orchidee afhankelijk van een bepaalde bodemschimmel en deze laat het afweten zodra het milieu wordt verstoord. Dat is vaak meer regel dan uitzondering tegenwoordig. Soorten De verschillende soorten orchideeën die in ons land voorkomen, vinden we in de meest uiteenlopende biotopen, variërend van duinen, moerassen, weilanden, kalkgraslanden tot zelfs wegbermen en opgespoten terreinen. Weinig kieskeurig is bijvoorbeeld de brede wespenorchis. Ze komt over het hele land voor in loofen naaldbossen, tussen duingras, langs bosranden en wegbermen, soms zelfs in tuinen. De gevlekte orchis en de rietorchis daarentegen zijn echte liefhebbers van vochtige en voedselrijke plaatsen. Ze horen tot het geslacht Dactylorhiza. De soorten zijn moeilijk te determineren, vooral omdat ze onder elkaar bastaarderen. In Zuidoost België worden orchideeën aangetroffen zoals het soldaatje, de poppenorchis, de bijenorchis en de vliegenorchis. Het zijn soorten die vooral
30 | Meander 2
voorkomen in het Middellandse Zeegebied en zich in onze streken in hun noordelijkste verspreidingsgebied bevinden. Ze komen bij ons voornamelijk voor op de zonnige kalkgraslanden van Zuid-Limburg. Die hebben een eigen microklimaat. De warmte en het regenwater worden door de kalkbodem opgenomen en lang vastgehouden. De bladeren van de bijenen poppenorchis, die al voor de winter boven de grond komen, bevriezen daardoor maar zelden.
Vorm en kenmerken Het meest in het oog vallende kenmerk van een orchidee is de vorm van de bloem. Deze is symmetrisch opgebouwd en bestaat uit drie kelkbladeren (de sepalen) en drie kroonbladeren (de petalen). De middelste petaal, die in vorm van de andere twee afwijkt, geeft de bloem haar
eigen karakter en wordt lip of labellum genoemd. De stipjes en streepjes op de lip vormen een patroon dat als kenmerk voor de insecten dient. Deze merktekens zijn naar het spoor gericht, een lange buis waarin de nectar wordt afgescheiden. Bij orchideeën in onze streken staan de bloemen in aren bij elkaar. Alleen de vliegenorchis en de bijenorchis vormen hierop een uitzondering. Zij hebben een losbloemige bloeiwijze. De bloemen staan verspreid over de totale lengte van de stengel. Een tweede kenmerk van orchideeën vormen de opvallende geuren die hun bloemen verspreiden om de insecten te lokken. Het ondergrondse deel van deze planten verschilt van soort tot soort. Bij verschillende soorten heeft de wortel de vorm van een knol. Zo heeft de brede wespenorchis heeft een verticale wortelstok. Na het afsterven van de stengel in de herfst dient de knol of wortelstok als bergplaats voor de voedselreserves die in het nieuwe groeiseizoen worden gebruikt. In veel orchideeënbloemen bevindt zich maar één meeldraad, waarvan het vrije uiteinde uit twee knotsvormige stuifmeelhoopjes bestaat. Die lopen via een steeltje uit op een kleverig bolletje. De insecten zorgen voor een doelmatige kruisbestuiving. Aangelokt door de nectar, kruipen de insecten in de holte van de bloem en stoten hier tegen een zuiltje waardoor de stuifmeelklompjes stevig op de kop van de bezoeker worden vastgehecht. Bij het bezoeken van de volgende bloem wordt bij het aanraken van de kleverige stempel hierop een aantal stuifmeelkorrels achtergelaten. De meeste orchideeën planten zich bovendien langs ongeslachtelijke weg voort via vertakkingen van Bijenorchis
Orchideeën en Insecten
Vliegenorchis
de wortelstok of deling van de knol. Het vruchtbeginsel van de orchidee bevat talrijke zaadknoppen die, eenmaal bevrucht, uitgroeien tot zaden. Het aantal zaden varieert van 500 tot 10 000 per zaaddoos. De lichte zaadjes worden gemakkelijk door de wind en het water meegevoerd. Deze uitzonderlijke kleine zaden bevatten nauwelijks reservevoedsel. Het jonge kiemplantje onttrekt dan ook zijn voedsel via schimmeldraden aan een bepaalde bodemschimmel. Eenmaal volwassen krijgen de orchideeën nog steeds de nodige koolstofverbindingen van de schimmel. Ze verlaten zich zo op de schimmel dat ze zelf weinig of geen koolstofdioxide uit de lucht opnemen. Brede wespenorchis
Omstreeks eind mei kunnen op de ZuidLimburgse kalkgraslanden bloeiende vliegenorchissen (Ophrys insectifora L.) worden verwacht. Het zijn sierlijke bloemen die veel lijken op het vrouwtje van een graafwesp. Het midden van de lip heeft een metaalblauwe vlek, spiegel genoemd, die veel overeenkomst vertoont met de glanzende vleugels van een zittend insect. Het graafwespmannetje, dat enkele dagen voor het wijfje tevoorschijn komt, ziet de bloemlip voor een vrouwtje aan. Door middel van geur- en optische signalen wordt hij naar de bloem gelokt. De aanvliegende wesp gaat na aanraking van de bloemlip over tot een schijnparing. Hierbij wordt ook stuifmeel overgedragen op de kop van het insect. Het graafwespmannetje vliegt er mee weg om er vervolgens de volgende bloem mee te bestuiven. Deze ingewikkelde aanpassing van de vliegenorchis werkt goed in het Mediterrane gebied. In onze koudere streken kunnen deze aanpassingen echter fataal worden voor de plant als de graafwesp te laat of helemaal niet verschijnt. Dan gaat maar twintig procent van de bloemen over tot zaadvorming. Insecten die gelijkenis vertonen met de bijenorchis (Ophrys apifera Huds.) zijn nooit waargenomen. Deze orchidee kan het stuifmeel echter gemakkelijk op de eigen kleverige stempel laten vallen en daarmee zichzelf bestuiven. De bergnachtorchis (Platanthera chlorantha) is een nachtbloeier. De witte tot lichtgele bloemen doen dienst als baken. De nectar van deze orchidee, die diep in de bloem ligt opgeslagen, kan door nachtvlinders met lange roltongen Dactylorhiza spec. a
zoals pijlstaartvlinders worden opgezogen. De lip van de nachtorchis staat verticaal zodat de vlinders voor de bloem moeten blijven zweven terwijl de nectar wordt opgezogen. De bestuiving van de brede wespenorchis (Epipactis helleborine) gaat als volgt. Een wesp landt op de lip en snoept van de nectar. Daarbij komt haar kop in aanraking met de stuifmeelklompjes. De wesp probeert met haar voorpoten de klompjes van haar kop te verwijderen. Maar de nectar is geen gewone nectar, hij is giftig. De wesp lijkt wel dronken en vrij gauw geeft de wesp dan ook haar pogingen op om de klompjes te verwijderen. Versuft begeeft de wesp zich naar een andere bloem. Bij zo’n naburige bloem drinkt de wesp weer en dan komen de stuifmeelklompjes in aanraking met de stempel. Door de wesp dronken te voeren blijft de wesp in de buurt. Op die manier worden er meerdere bloemen door de wesp bezocht. Zo verzekert deze orchidee zich van bestuiving en dus van haar voortbestaan. Veel orchideeën in België zijn beschermd. Plukken en uitgraven is uit den boze.
Tekst en Foto’s: Mirella Bruynseels en René Ducastel
Referenties 1 E.J. Weeda, R. Westra, Ch. Westra, T. Westra, Wilde planten en hun relaties 5. 2 Nederlandse oecologische flora. Dactylorhiza spec.
april - juni 2017
| 31
O
p zaterdag 17 december, een paar dagen na een supermaan en enkele dagen voor de langste nacht, vierden we in het Griesbroek de terugkomst van het licht. De midwinterwandeling nam ons dit jaar mee door het moeras, langs vijvers vol watergeesten en door de broekbossen. Supermaan Al bij de eerste stop tijdens de wandeling werd het duidelijk dat de supermaan heel wat teweeg had gebracht in ons natuurgebied. Deskundig werd ons 'eb en vloed' uitgelegd en welke invloed de maan hierop heeft. Bij een supermaan zouden ook de watergeesten wakker geschud worden en de wijze man voorspelde dat enkele wandelaars wellicht zouden
meegelokt worden en de eindmeet niet zouden halen. Na deze verwittiging waren de moedige wandelaars even benieuwd als wijzelf welke watergeesten ze zouden tegenkomen op hun tocht door het broekbos.
Sirenes Aan één van de onlangs aangekochte vijvers hoorden we mooie gezangen. Automatisch leidde de gids ons richting dit hemelse geluid, toen we plots werden tegengehouden door een man die precies uit het niets verscheen. Hij waarschuwde ons voor de sirenes, die niets liever willen dan de wandelaars in het water lokken. Hij had het over oeroude Kempische sagen waarbij dwaallichten, witte madammen en duivels klokkengelui bij vijvers en moerassen ervoor zorgden dat mensen de weg naar huis niet meer terugvonden. Na het afscheid ‘tot seffens in de kroeg!’ waren sommigen onder ons toch niet meer zo zeker of ze er wel zouden geraken…
Kelpies Gelukkig konden we onze tocht nog verder zetten en kwamen we aan de grote meanderbocht, waar blauwe silhouetten opdoemden uit de waternevel. Deze blauwe mannen, ook bekend als storm kelpies of zeemeermannen, zijn wezens die vooral leven in en rond het Griesbroek. Het gerucht gaat dat het gevallen engelen zijn die wachten tot ze toegelaten worden tot de hemel en hun tijd doden met spelen en onder water voor het dieren- en plantenleven te zorgen. Maar zeemeermannen zijn blijkbaar niet zo goedaardig als hun vrouwelijke soortgenoten: zij doen niets liever dan schepen laten kapseizen. Enkel als de schipper hun rijmpje kan afmaken, laten
32 | Meander 2
ze het schip gerust: ‘Ik loop door de blaadjes, de bruine blaadjes. Het is herfst en...’ Niemand van onze wandelaars kon ook maar iets bedenken dat rijmde op 'herfst'. Net op tijd werd dan beslist om verder te trekken, vooraleer de blauwe mannen in actie zouden komen.
Charon Na een kleine tussenstop, zagen we aan de bosrand de toegangspoort van Charon's Place. Het werd ons al snel duidelijk dat dit de plek was van 'No Return'. Er klonk gezang op de vijver en toen zagen we Charon, de veerman, die staand op zijn boot onze richting uit kwam. Wanneer jouw tijd gekomen is op deze aardse wereld, zorgt Charon voor een veilige oversteek van jouw ziel naar het hiernamaals, mits betaling uiteraard. Hoe gek was het nu dat net tijdens de wandeling er enkele wandelaars waren die een muntstuk in hun mond hadden. Hierdoor werd duidelijk wie uitverkoren was om de oversteek over de Acheron te maken en hebben we dan ook afscheid van hen moeten nemen terwijl ze in de boot stapten onder het alziend oog van Charon en begeleid door luid gegrom van zijn hellehond...
Beekpaard Met enkele wandelaars minder vervolgden we onze tocht langs een grote open vlakte waar we vol verbazing de legende over het beekpaard te horen kregen. Er wordt namelijk beweerd dat er vroeger in het Griesbroek een prachtig wit paard verscheen bij mistig weer. Kinderen konden dikwijls niet weerstaan aan de verleiding om dit prachtige paard te
berijden. Maar helaas, na een vrolijk ritje, reed het paard met de kinderen recht het moeras in, waar de kinderen verdronken en daarna werden opgegeten door het beekpaard. Voor elk kind dat het beekpaard kon verslinden groeide er een wervel bij in zijn ruggengraat zodat zijn rug steeds langer werd en hij nog meer kinderen kon dragen.
Warme aankomst Na een paar bange momenten en enkele keren toch even over onze schouders te hebben gekeken, kwamen we aan bij de laatste stopplaats. Hier kon iedereen gezellig bij het vuur bekomen - al dan niet met een Gageleer in de hand - van de net beleefde avonturen in het moeras. Of er nu inderdaad 'Asrais' leven in ons natuurgebied en of de hellehond en zijn baas Charon de zielen veilig hebben overgebracht, dat weten alleen onze dappere wandelaars.
Dank en op naar 2017 Intussen is onze midwinterwandeling een gevestigde waarde in de drukke decembermaand en zeggen we nu al tot jullie: ‘Van harte welkom eind dit jaar op de editie van 2017!’ Met hartelijke dank aan onze natuurgidsen, vrijwilligers, het zangkoor en verhalenvertellers Joep Dausy, Rik Van Braband, Luc De Groof en Frans Hoes.
Tekst en foto’s: Wendy Thys
april - juni 2017
| 33
Jan Kok tuinarchitectuur
www.jankok.be
ontwerp aanleg onderhoud
EEN NIEUWE KIJK OP OPTIEK VANDERLINDEN Een hoge vakkennis en jarenlange ervaring gecombineerd met moderne apparatuur en een vernieuwde winkel garanderen de beste service. Optiek Vanderlinden, sinds 1953 uw vertrouwen waard!
OP LOEPEN EN VERREKIJKERS Nikon, Steiner, Minox, Huygens: 10% korting voor leden van Natuurpunt!
Feestelijke opening van het Totterpad
Zondag 14 mei, van 13 tot 17 u Start- en eindpunt: Bezoekerscentrum Grote Netewoud Watermolen 8, Meerhout