3 minute read
Column Ad van Liempt
Terug naar Kralingen
Overijssel heeft sinds 1989 een eigen popfestival met een al bij voorbaat illustere naam: het Dicky Woodstockfestival in Steenwijkerwold. Het begon allemaal met een optreden van Armand (‘Ben ik te min’) in Café De Karre in Tuk. Aangezien Armand thee, en vooral ‘blow’, eiste in zijn contract, mocht hij niet optreden in het café van wijlen Hein Kranendonk. Buurman Folkert Munsterman en zoon Henk Kranendonk organiseerden toen op het weiland van Folkert het eerste Dicky Woodstock Popfestival. De naam komt van de buurman van Folkert, Dick Woets, die het festival in 1989 opende. Op de foto het festijn in 2009. Zie ook: | www.dickywoodstock.com
Verschillende mensen, zo staat ergens op een nostalgische site te lezen, zijn in het laatste weekend van juni van dit jaar naar een park in de buurt van Rotterdam getogen, om daar even stil te staan op de plek waar precies veertig jaar geleden het podium stond van het Holland Popfestival, beter bekend als popfestival Kralingen. Daar hebben toen ongeveer honderdduizend Nederlanders een weekend beleefd dat zij nooit zijn vergeten. Ik was er bij op 26, 27 en 28 juni 1970.
Maar mijn herinneringen zijn toch anders dan van veel anderen. Alles wat je erover hoort en leest ademt de sfeer van soft drugs: het was een feest van weed en hasj, iedereen was high, voortdurend ging de joint rond, het was de geboortedag van het gedoogbeleid, want de politie, die tot dan toe fanatiek jacht maakte op iedere overtreding van de wet op de verdovende middelen, liet het allemaal gebeuren. Alleen: ik heb daar niks van gemerkt. Dat zal wel aan mijn grenzeloze naïviteit liggen, maar ik heb daar ruim twee dagen rondgelopen, en geen ogenblik het idee gehad dat alle andere festivalgangers aan de hasj waren. Ik was een provinciaal (uit Utrecht), was naar Kralingen gekomen op de brommer, ik had een verse baal Winner Shag in mijn zak, wist niet eens hoe hasj eruit zag: ik kwam voor de muziek. Dit is mijn herinnering: Grace Slick, de ravissante leadzangeres van Jefferson Airplane, die op de vroege zaterdagochtend White Rabbit zong. Half Kralingen sliep al, het moet een uur of half zes geweest zijn, het was alweer licht geworden, maar er was geen zon, een grijze lucht, het miezerde wat, en daar scheurde de stem van Grace Slick de hemel open met die prachtige opzwepende song. Opperste verrukking. Toch maar even YouTube geraadpleegd. Ik ben nummer 202.463 die het filmpje van dat optreden bekijkt. Dat had ik beter niet kunnen doen, want wat zie ik daar? Het is helemaal nog niet licht, het is nog donker. Het nummer duurt niet, zoals in mijn herinnering, eindeloos, doch slechts 2 minuten en 19 seconden. En het brengt ook geen diepe gelukzaligheid teweeg, nee, het klinkt voor geen meter, Grace is moe en heeft geen zin, ze zingt uitgesproken vals. Weg illusie! Bad trip!
Wat is er aan de hand? Het zoveelste bewijs dat het geheugen de werkelijkheid vervormt, zelfs mijn eigen als ijzersterk beschouwde geheugen? Of hebben ze bij YouTube het verkeerde filmpje geladen, het zoveelste bewijs dat je niet moet vertrouwen op internet? Ik wil het niet weten, en probeer me de rest van Kralingen te herinneren. Het was een geweldig feest, dat staat vast. De vrijheid, de vredigheid, de totale afwezigheid van agressie. Qua accommodatie was het vreselijk. Waar moest je slapen? Er stonden enorme tenten, waar honderden, duizenden mensen op de grond lagen. Ik probeerde er een plekje te vinden om me met m'n slaapzak neer te vlijen, maar dat was er niet. Er kon letterlijk niemand meer bij, de massaliteit vloog me aan, ik ging de tent weer uit, op weg naar een andere mogelijkheid. Uiteindelijk zag ik op het open veld een formica tafel staan, waar iemand kennelijk die dag handelswaar op had uitgestald. Ik kroop eronder, zodat ik droog lag, en zette wat kartonnen dozen eromheen als bescherming tegen de kou. Daar heb ik een paar uur geslapen. Ik stond geradbraakt op. De zondagmiddag heb ik al niet meer meegemaakt. Na Mungo Jerry, met In the Summertime, volgens velen het vrolijke hoogtepunt van het festival, ben ik weer op de brommer gestapt. Ik had kou gevat, hoestte als een zeehond en kreeg koorts. Heb daarna een paar dagen op bed gelegen voelde me beroerd, de gevolgen van een onvergetelijk weekend. U begrijpt, ik ben het laatste weekend van juni niet naar Kralingen gegaan om even stil te staan op de plek waar eens het podium stond. ■