MICA-magazine nr 1 -juni 2021
Connecting creative worlds
Patrick Bemelmans (NHL Stenden):
‘ MICA voelt als de next step, want we hebben de tijd mee.’
Friso Visser:
‘ We moeten in de regio af van het terp-denken.’ ‘ Probeer een beeld te vormen van iets wat nog niet bestaat.’ Lancering nieuw merk: MICA
Media Innovatie Campus
MICA-magazine p.02 - p.03
Inleiding Siebe Annema
Probeer een beeld te vormen van iets wat nog niet bestaat. Niets is moeilijker dan een gedachte te formuleren of een beeld te vormen over iets wat nog niet bestaat. Een voetbal of bioscoop, een tropisch strand of de Nachtwacht. Groentesoep. Noem het en je visualiseert het. Je voelt het, beleeft het. Je proeft het bijna.
Maar wat is een Media Innovatie Campus. Hoe ziet die eigentijdse vorm van samenwerking tussen creatieve bedrijven, studenten en docenten er uit. Hoe tover je die steriele locatie van een traditioneel uitgeefconcern gebouwd in de negentiger jaren om in een bruisend complex met labs, studio’s, ontmoetingsruimtes, flexibele werkplekken, waar de deuren zeker figuurlijk (en een beetje letterlijk) open staan. Hoe ontstaat een positief gevoel bij vallen en opstaan, maar iedere keer een stapje voorwaarts maken. Hoe ziet innovatie er uit. De coronatijd met lange lockdowns was ondanks alle kommer en kwel misschien wel de perfecte tijd om daar nog eens goed over na te denken.
Om de vragen over ‘wat’, ‘hoe’ en ‘waarom’ nog eens grondig te beantwoorden. Om vanuit diverse huiskamers via Teams en Zoom gezamenlijk de hoofden te legen en de essentie van de Media Innovatie Campus in de voorlopig best denkbare bewoordingen om te zetten. Om onze gezamenlijke ambitie nog eens helder te definiëren: ‘De Media Innovatie Campus is meer dan een plek, het is een netwerk met internationale ambities. Het begint weliswaar in Leeuwarden en Friesland, maar dat is bij lange na niet waar het eindigt. Het is een plek waar leren en experimenteren hand in hand gaan. Het maakt niet uit of je student, kennisinstelling of bedrijf bent - hier kun je terecht. Dat doen we niet op de traditionele manier, maar op een nieuwe manier die vooral gevoed wordt door samenwerking en nauw contact met de werkvloer, zowel lokaal als (inter)nationaal.’ So far, so good. Maar achter die woorden moet vooral een
intentie schuilgaan. Ik las in Adformatie een interview met Frido Smulders, Professor Entrepreneurship aan de TU Delft en gespecialiseerd in ‘Entrepreneurial Innovation’. Ik las zijn antwoorden en voelde de essentie waar wij het met een brede groep stakeholders binnen de Media Innovatie Campus de afgelopen maanden over hebben gehad.
‘Je hebt ondernemend gedrag nodig, het sociale spel dat een startup goed speelt, waarbij iedereen open naar elkaar luistert. Grote bedrijven zijn heel goed in innoveren geworden, maar niet voor écht vernieuwende ideeën, die nog erg kwetsbaar zijn en de ruimte nodig hebben. Je moet de tijd krijgen om er een goed verhaal omheen te bouwen. En daarvoor
moeten bedrijven hun rationele kennis loslaten. Startups kunnen dat, die beginnen juíst met het idee dat niemand wil hebben.’ ‘De silver bullet in onze maatschappij is dat we ons minder gaan richten op ‘ja en ‘nee’, goede en foute antwoorden. Onze hele middelbare school en universiteit gaat daarover. Wat we meer moeten doceren is het
ontwikkelen van nieuwe kennis; het proces van vallen en opstaan.’ ‘Het gaat erom wat wij met elkaar doen in die fases waarin we eigenlijk nog helemaal niet kunnen zeggen of het überhaupt wat wordt.’ Met die intentie gaan we de komende periode met vrolijk stemmend enthousiasme aan de slag.
Siebe Annema
De vier puzzelstukjes van MICA.
MICA-magazine p.04 - p.05
De vier puzzelstukjes van MICA
Begin maart 2019 staat er voor het eerst een verhaal in de krant. FB Oranjewoud heeft als eigenaar grote plannen met het pand aan de Sixmastraat in Leeuwarden waar mediabedrijf NDC is gevestigd. ‘We willen het terrein een nieuwe invulling geven en een verbinding leggen met de binnenstad’, zegt Tjeerd van der Hoek van FB Oranjewoud op dat moment. Die invulling is dan nog vaag, maar de ontbrekende stukjes in de puzzel vallen in de maanden daarna op zijn plaats.
1
De gemeente ontwikkelt een visie op stadsontwikkeling langs de Spoorzone. Een gebied dat loopt van de Werpsterhoek, langs de Marshallweg en het station naar de oostkant van de stad langs de spoorlijn naar Groningen. Het terrein van NDC mediagroep als een campusgbied voor innovatie maakt daar deel van uit.
2
In Leeuwarden sluimert al langer het idee om in het vervolg op Leeuwarden-Fryslân 2018 een centrum voor de creatieve industrie te ontwikkelen. ‘Voor het onderwijs in de creatieve sector is dit van belang. De doorlopende leerlijn tot en met het wetenschappelijk onderwijs is bestendigd, maar een nog vruchtbaarder samenwerking met het bedrijfsleven kan ontstaan als er daadwerkelijk zo’n creatieve hub ontstaat. Resulterend in hoogwaardige werkgelegenheid’, concludeert de Leeuwarder wethouder Friso Douwstra (Onderwijs en Economie).
3
Intussen kijken de onderwijsinstellingen naar een veel betere aansluiting op het bedrijfsleven. De kloof is te groot. De inhoudelijke ontwikkelingen in de creatieve sector gaan razendsnel. Het onderwijs moet daar dichter op aangesloten worden.
4
In het bedrijfsleven ontstaat een groeiende behoefte aan kwalitatief hoogwaardige geschoolde young professionals.
Het Friesland College, NHL Stenden en NDC mediagroep sluiten een samenwerkingsovereenkomst en vragen met ruim twintig partners met succes een RIF-subsidie bij het Ministerie van Onderwijs aan. Speerpunten: Onderwijsontwikkeling, Professionalisering medewerkers, Campusvorming en de ontwikkeling van een open Kennisplatform. Door de lockdowns als gevolg van de coronacrisis loopt de voortgang van het project (zowel inhoudelijk als qua bouw) bijna een jaar vertraging op. Een jaar na de subsidietoekenning gaat de Media Innovatie Campus op 22 juni 2021 de volgende fase in. Met de onthulling van naam (MICA) en beeldmerk en het tekenen van een overeenkomst tussen de gemeente Leeuwarden en FB Oranjewoud over de ontwikkeling van het gebied.
MICA-magazine p.06 - p.07
Friso Visser
‘ We moeten in de regio af van het terp-denken.’
De wereld stond vorig jaar maart van de ene op de andere dag stil. Een pandemie. Een lockdown. Deuren dicht. De samenleving op slot. ‘Binnen een week waren alle opdrachten weg’, zegt Friso Visser, Creative Change Leader en Founder van Brain Fuel, een bedrijf dat een methodiek heeft ontwikkeld om op een volledig nieuwe manier te brainstormen om matige ideeën in goede ideeën te veranderen.
‘Gemopper, onzekerheid. Dat waren de eerste reacties na die mededeling. Een donderslag bij heldere hemel. Maar we zijn creatief en innovatief. Als wij er niet in zouden slagen een weg vooruit te vinden, wie dan wel?’ Friso Visser refereert in dat kader aan een Chinees spreekwoord, dat hier op neerkomt: ‘Als de wind van verandering waait, bouwen sommige mensen muren en anderen windmolens.’ Het credo in de dagen na de eerste lockdown werd: ‘Evolve or die’. De hamvraag was: ’Wie doet er nou een brainstorm online.’ Het antwoord volgde snel. ‘Wij zijn binnen een week de eerste online hackathon van Nederland gaan optuigen en een week later gaven we online brainstorms. Het is gelukt. Op een kwalitatieve manier. Tot tevredenheid van onze klanten en van onszelf. Daar ben ik trots op.’
De vraag is of die online manier van werken blijvend is. Friso: ‘We zullen ongetwijfeld weer terugvallen op ons oude patroon, weer lekker fysiek bij elkaar komen. Ook al omdat we de sociale en emotionele kant daarvan zo gemist hebben. Maar we hebben wel aan iets anders geproefd. Een tweede manier van werken. En leren we vanzelf hoe het in de toekomst het best vormgegeven kan worden.’ De coronacrisis heeft iedereen geleerd om creatief te zijn, is de overtuiging van Friso Visser. ‘Adaptievermogen, skills om te improviseren. Die heeft iedereen aangesproken, in meer of mindere mate. Dat zou je ook de winst van zo’n crisistijd kunnen noemen.’ Het zijn ook de vaardigheden die nodig zijn in een proces om te innoveren. ‘Iets nieuws van waarde maken is creëren. Of dat nu een kunstwerk, een grapje, een tekening of een uitvinding is. De vervolgstap is innoveren, het toepassen en implementeren van de innovatie. Geen innovatie zonder creatie. Maar het idee is misschien 1%, het toepasbaar maken van een idee en de gedrevenheid die daarvoor nodig is, zit in de overige 99%.’ Dat maakt de vorming van een Media Innovatie Campus in de ogen van Friso Visser daarmee ook lastig, maar tegelijk uitdagend. ‘Want we moeten hier in de regio af van het ‘terpdenken’, dat kennelijk diep geworteld is in de cultuur en de mentaliteit. Ieder doet zijn eigen dingetje op zijn eigen kleine terpje. Terwijl we samen moeten staan, één grote terp moeten bouwen. Niet denken als een egosysteem, maar in een ecosysteem. Als dat lukt, wordt de Media Innovatie Campus een succes.’
Friso Visser:
‘ Als de wind van verandering waait, bouwen sommige mensen muren en anderen windmolens.’
MICA-magazine p.08 - p.09
GEAR Coörporatie van architecten
Jacob Borren:
‘ Het gebied moet een open karakter krijgen.’ In opdracht van stichting FB Oranjewoud en Kroeze & Partners onderzoekt GEAR de mogelijkheden om het terrein en de gebouwen van NDC mediagroep in Leeuwarden te veranderen in een mediacentrum met ruimte voor nieuwe kantoorgebouwen, innovatieve bedrijven, parkeergarages en mogelijk huisvesting voor studenten. Het terrein moet een nieuwe invulling krijgen waarbij het belangrijk is om verbinding te leggen met de binnenstad, Wetsus en het gebied waar onder andere Van Hall Larenstein is gevestigd. GEAR (Leeuwarden, 2012) is een coöperatie van ontwerpers die inzet op multidisciplinaire samenwerking op het gebied van architectuur, stedenbouw en ruimtelijke ordening.
In permanente en wisselende samenstelling werkt GEAR in teams van (landschaps-) architecten, planologen, kunstenaars, grafisch ontwerpers en uitvoerende partijen aan ambitieuze projecten. Dit leidt tot vernieuwende en inspirerende ontwerpen. Op dit moment bestaat GEAR uit drie zelfstandige Friese architectenbureaus, elk met zijn eigen expertise en kwaliteiten. Achterbosch Architecten (Leeuwarden), Borren Staalenhoef Architecten (Leeuwarden) en TWA Architecten (Burdaard) vormen samen Coöperatie GEAR; een sterk samenwerkingsverband dat over de kennis, ervaring en capaciteit beschikt om een breed scala aan projecten op te pakken.
Bauke Tuinstra: ‘Vanaf ‘Van Hall’ moet straks eigenlijk de entree naar het centrum van de stad beginnen.. De gebouwen aan de Oostergoweg, die nu nog op het Sixmaplein gericht zijn, zouden hun vizier 180 graden moeten draaien. Je moet het gevoel krijgen van een prachtige boulevard, statige bomen. Daar rijd je al de levendige stad binnen. Gevoelsmatig: we gaan een mooie schil tegen het oude stadscentrum aan leggen. De stad een beetje uitbreiden. De weg krijgt meer vertakkingen, waardoor de snelheid getemperd wordt, want je bent immers in de stad. Je rijdt niet meer op een snelle weg. Het maakt gevoelsmatig de afstand tussen de buitenwijken en de stad kleiner. De eerste drie projecten van GEAR zijn inmiddels opgeleverd. De WaterCampus Leeuwarden, het knooppunt van de Nederlandse watertechnologiesector, werd begin 2015 in gebruik genomen. In oktober 2015 werd de Elfstedenhal, de Leeuwarder IJshal geopend. Begin 2018 is het Afsluitdijk Wadden Center geopend, een nieuw iconisch gebouw aan de Friese kant van de Afsluitdijk. Inmiddels is het meest circulaire gebouw van Friesland – het Swettehûs – in uitvoering. Jacob Borren en Bauke Tuinstra hebben een uitgesproken visie over de stedenbouwkundige ontwikkeling van de Media Innovatie Campus.
Jacob Borren: ‘Ik zie een bijzondere ontwikkeling. FB Oranjewoud wil hekken weghalen en het eiland waarop NDC mediagroep nu gevestigd is, ontsluiten. Het hele gebied inclusief de Water Campus, Van Hall, de Oostergoweg en het Sixmaplein een open karakter geven. Dat is bijzonder, want overal in Nederland worden juist hekken neergezet. Dit is een eigenzinnige en mooie keuze. Het is ook onze keuze. Het betekent dat we barrières moeten slechten, verbindingen tot stand moeten brengen tussen de eilanden NDC, WaterCampus, Van Hall en het Sixmaplein. Er komt een eind aan kruip-door - sluip-door verbindingen. Niemand weet
op dit moment precies waar je moet lopen, fietsen, het is onduidelijk. Chaotisch zelfs. Als je vanaf de zuidkant van de stad komt, vormt dit nieuwe ontsloten gebied straks een laatste halteplaats voor de entree van het oude centrum. Vanaf de zuidkant kom je dan gevoelsmatig eerder in de stad. Vanuit de Zuidlanden bijvoorbeeld. Maar ook het MCL trek je dichter naar het centrum toe. Nu is de huidige monocultuur van NDC op dit eiland dodelijk. Het is een ingesloten, ontoegankelijk eiland.
Maar ook vanaf de westkant ontstaat er een interessant nieuw lint zuidelijk van het oude historische centrum. Van de ontwikkelingen in het WTC-gebied met het nieuwe Cambuurstadion, de mooi ontwikkelde Tesselschadestraat, langs Markt058, het stationskwartier naar het kwadrant met NDC, WaterCampus, Van Hall en het Sixmaplein. En vanaf het noorden van de stad ontstaat een creatief lint: Kanselarij, Blokhuispoort, Fries Museum, University Campus en de Media Innovatie Campus.’
Daniëla Meester:
‘ De lockdowns hebben geholpen ons flexibeler te organiseren.’
MICA-magazine p.10 - p.11
Daniëla Meester
‘De lange lockdowns als gevolg van de coronacrisis zijn eigenlijk een cadeautje geweest. We kwamen even in een storm terecht, maar hebben de tijd en ruimte gevonden om goed naar onszelf te kijken en grote stappen te zetten in het flexibel organiseren van het onderwijs’, zegt Daniëla Meester, werkzaam bij het Friesland College als projectcoördinator en onderwijsontwikkelaar.
Die kant wilde het onderwijs altijd al op, maar de wijze waarop het onderwijs gefinancierd wordt en de ingesleten klassieke inrichting van het onderwijsmodel boden nauwelijks ruimte voor verandering. Door de toekenning door het ministerie van onderwijs van RIF-subsidie en de breed opgezette samenwerking tussen bedrijfsleven en kennisinstellingen, ontstond die ruimte er wel. ‘En was de coronacrisis het niet geplande, maar wel goed benutte moment om die verandering te versnellen.’ Daniëla constateert dat er een mega omslag gemaakt is van lineair naar flexibel onderwijs. ‘De student kan nu zijn persoonlijke leerroute kiezen, gekoppeld aan relevantie en interesses. En aan de kant van het onderwijs hebben we het organisatorisch mogelijk gemaakt om doorlopend samen te werken met het bedrijfsleven, omdat we niet
meer zijn gebonden aan een lineair programma. In de praktijk moeten we straks vooral leren hoe we dat gaan doen. Het gebroken schooljaar 2020-2021 werd door de creatieve opleidingen bij het Friesland College benut om flexibel in te kunnen spelen op en samen te kunnen werken met andere partijen aan een toekomst binnen de Media Innovatie Campus. ‘Want terugkijkend waren we daar een jaar geleden eigenlijk nog niet aan toe’, concludeert Daniëla in alle eerlijkheid. ‘Het klassieke model in het onderwijs is altijd geweest: lineair aanbod, ingericht in vaklessen, super strak gepland, opgelegde targets halen om de financiering veilig te stellen. Denken in het klassieke onderwijsmodel, met daardoor weinig speelruimte tot samenwerking met het werkveld. Dat hebben we nu wel doorbroken.’
Het succes van de beoogde samenwerking tussen de kennisinstellingen en het bedrijfsleven binnen de Media Innovatie Campus staat en valt echter niet alleen met de omslag in denken en doen binnen het onderwijs. Daniëla: ‘We zullen een gezamenlijke visie moeten ontwikkelen. Verwachtingspatronen moeten matchen en we moeten vooral zicht krijgen op elkaars werelden en de rollen die we spelen.’ Met name dat laatste is van groot belang. ‘Ik denk dat we meer zicht op elkaars ‘belangen’ moeten krijgen en daar een profijtelijke samenwerking uit moeten halen. Zoals de wetenschap dat er een maximum is aan wat je van een 15- of 16-jarige kunt vragen.’ Er moet vooral een sfeer ontstaan van samenwerken, samen doen. ‘Geen houding van wij-zij. Daarbij moeten docenten
durven om dingen los te laten. De specialistische kennis moet van de bedrijven komen. Die kennen de dagelijkse praktijk en zijn voortdurend op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen.’ Tegelijk weten docenten als geen andere ‘hoe je moet leren om te leren.’ Daniëla: ‘Want daar wordt wel eens gemakkelijk over gedacht: ook dat is een vak. Want hoe we het onderwijs ook inrichten, er moet altijd sprake zijn van een leerproces.’ Natuurlijk is de Media Innovatie Campus niet de enige plek en de enige vorm waarin het onderwijs anders aangeboden wordt. ‘Maar het is wel een mooi zichtbaar project. Met hopelijk een snel groeiend netwerk waarbinnen studenten, docenten en bedrijven met elkaar aan de slag kunnen gaan. Een vooral duurzame verbinding die beter gekwalificeerde professionals moet opleveren.’
MICA-magazine p.12 - p.13
De ‘making of’
MICA: de ‘making of’ in coronatijd. Hoe kom je tot een breed gedragen formulering over identiteit, een naam, beeldmerk en communicatieplan voor de Media Innovatie Campus. Tijdens een lockdown waarin het moeilijk is om fysiek bijeen te komen, terwijl de behoefte aan een brainstorm met een flink aantal stakeholders aan tafel juist in zo’n proces groot is. Overal is een oplossing voor. Online vergaderen in Teams en brainstormen met gebruik van de Mind Mapping Tool Miro, dat het gevoel oproept van een brownpaper-sessie met post-its, maar dan vanuit tien verschillende werkkamers. Naast creatief meedenkende stakeholders vanuit de stuurgroep van de Media Innovatie Campus zitten drie bureaus aan tafel: Junction, Okkinga en Snakeware. De eerste twee werken de input van de sessies uit. Junction focust zich op identiteit, naam en beeldmerk. Okkinga op de uitwerking van de communicatiestrategie. Terugkijkend zijn alle betrokkenen blij met het resultaat. De naam: MICA. De letters: in een herkenbare eigen stijl. De merkbeleving: nu nog vooral gebaseerd op een sterk idee.
Esther Jansma hield zich met collega’s bij Junction vooral bezig met naam en vormgeving. ‘Inlezen, oriënteren, een gevoel krijgen wat we willen uitstralen. En dan associëren, kijken wat er bij je opkomt.’ Het resulteerde in een longlist van 25 namen, waaronder veel Engelse. Die werd teruggebracht naar vijf namen voor de eerste presentatie aan de denktank. Waarna unaniem werd gekozen voor MICA. ‘Te gemakkelijk? Nee, deze naam slijt snel in. Dat merken we nu al.’ Fase twee was het vertalen van de naam naar letters en vormgeving. De gekozen letters komen niet uit een typografische bijbel. ‘Ik heb ze zelf ontworpen. De richting had ik snel te pakken. Herkenbaar, eigen. Een krachtig statement. Er mag wel wat staan, de letters mogen wel boven het maaiveld uitkomen. Het is een dynamisch logo. In kleurstelling, maar ook in vorm. Stapelbaar, vierkant, liggend. ‘Dat maakt het ook passend bij een creatief centrum als de Media Innovatie Campus.’
‘ Het is een dynamisch logo. In kleurstelling, maar ook in vorm. Stapelbaar, vierkant, liggend. Dat maakt het ook passend bij een creatief centrum als de Media Innovatie Campus.’
‘Je bouwt een nieuw merk, maar waar je het precies voor doet, is nog niet tastbaar.’
Marcel Schiphof nam bij Okkinga Communicatie het stokje over. Over de uitstraling van naam en beeldmerk, is hij enthousiast: ‘Onderscheidend, maar tegelijk in eenvoud herkenbaar.’ Het vervolgtraject noemt hij spannend, voor alle partijen. ‘Want je begint bij de Media Innovatie Campus op nul. Je bouwt een nieuw merk, maar waar je het precies voor doet, is nog niet tastbaar.
Zowel voor het pand als de inhoudelijke samenwerking bouw je aan een merkbeleving puur gebaseerd op plannen. ‘Er ligt geen afgebakend vraagstuk op tafel. Een uitdagende zoektocht, want het overstijgt tijd en omvang. In de uitwerking van de communicatiestrategie moeten we ons ook nog eens richten op uiteenlopende doelgroepen: stakeholders, partners, kennisinstellingen, studenten.’
Daarom hebben we ons eerst gericht op het laden van het merk. Na de zomer gaan we ons richten op de ambassadeurs, mensen die in de Campus werken en de ervaringen verhalend uitdragen.’
MICA-magazine p.14 - p.15
Patrick Bemelmans
‘ De wereld is nu definitief digitaal geworden.’ ‘ We moeten durven dromen en groot denken. En onze propositie moet daarmee in lijn zijn. Groots’, zegt Patrick Bemelmans, Director Academy for Communication and Creative Business bij NHL Stenden.
We praten een paar dagen na het Eurovisie Songfestival in Rotterdam. Faber Audiovisuals uit Sint Annaparochie leverde voor het evenement dat meer dan 200 miljoen televisiekijkers trok, de LED-schermen, videoprojecties, mediaservers, het tv-circuit en bovenal het vakbekwame personeel. ‘Het bewijs dat je vanuit de regio een internationale speler kunt worden. En daarom moet je bij de Media Innovatie Campus die nu in Leeuwarden ontstaat veel groter denken dan stad, provincie, regio of zelfs Nederland.’ Toen Patrick Bemelmans als Belg in 1992 in Leeuwarden neerstreek, had hij nooit kunnen denken dat hij 25 jaar later de ambitie zou hebben om hier samen met alle partners een toonaangevend creatief centrum neer te zetten. Met inmiddels een stevig pakket aan opleidingen en duizenden studenten in de creatieve opleidingen in het Leeuwardse, voelt de Media Innovatie Campus voor Patrick als de next step. ‘Want we hebben de tijd mee. Als we het al niet ontdekt hadden dat de wereld digitaal geworden is, dan hebben we dat in coronatijd wel gedaan. Digitaal kan heel veel, zeker in het vak waarvoor wij opleiden. Wat we bedenken in Leeuwarden, is overal toepasbaar. Afstanden en grenzen zijn er nauwelijks meer. We werken hybride, thuis en op locatie, we vinden elkaar via Zoom en Teams. Wat anderhalf of twee
jaar geleden nog wat onwennig voelde, is nu de dagelijkse werkelijkheid.’ In die nieuwe werkelijkheid heeft Leeuwarden iets voor op bijvoorbeeld Amsterdam of Groningen. ‘Leeuwarden is nog overzichtelijk, heeft iets van een rauw randje. Amsterdam en Groningen zijn eigenlijk al wat te groot en zeker te duur. We hebben hier de juiste schaal en ook het klimaat voor deze uitdaging.’ Daar komt bij dat voor het gekozen profiel van de Media Innovatie Campus deze regio ook bij uitstek geschikt is. ‘De Media Innovatie Campus moet op het gebied van media en communicatie dé specialist worden bij iedere transitie die op ons af komt. En de transities waarover je dan praat, ervaren we hier in deze regio dagelijks om ons heen.’ ‘Klimaat, energie, landschap, voeding, gezondheid. Bedenk het maar. We zien het hier, we voelen en ervaren het hier. En we kunnen het vertalen, in een sfeer van gezamenlijkheid. Aan de ontwerp- en de productiekant. Sturend vanuit HBO, met het vakmanschap vanuit het MBO, in samenwerking met het bedrijfsleven en de partijen die transities in de samenleving in gang zetten. Het is nu of nooit.’
Connecting creative worlds
mediainnovatiecampus.nl
Media Innovatie Campus