WWW.NKBV.NL | AUGUSTUS 2016 | NR 4
NR 4 | AUGUSTUS 2016
BERGSPORTMAGAZINE
VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE KLIM- EN BERGSPORT VERENIGING
spanje
to en met temperament
WWW.NKBV.NL
840 KILOMETER
Wandeltocht dwars door de Pyreneeën
DENT BLANCHE
Beklimming van de Directe André Georges
MONTSE AT
Klimmen in de Catalaanse wolken
‘ALLEEN IK KAN BEWIJZEN HOE VER IK KAN GAAN.’ Remy, Bever hoofdkantoor. Buitensporter. Buiten ben ik vrij. Echt vrij. Een ultiem gevoel dat je krijgt als je mét de natuurlijke krachten werkt, in plaats van tegen. Buiten laadt mijn accu op, komt er nieuwe energie in de tank. Dat klinkt rooskleurig maar het is hard werken. Afzien, soms zelfs lijden. Waar een ander bij de fysieke ook de mentale grens bereikt, begint voor mij de uitdaging. Hoe ver kan ik gaan? Het bewijs lever ik mezelf, niemand anders. BEKIJK REMY’S FAVORIETE BUITENGEAR OP BEVER.NL/BUITENMENS/REMY
DIEP GAAN, JE GRENZEN ONTDEKKEN DOE JE MET DE JUISTE GEAR EN MET 10% KORTING ALS NKBV LID.
BUITEN BEGINT BIJ
Inhoud
Kijk voor meer informatie op nkbv.nl, hoogtelijn.nl, twitter.com/nkbv en op facebook.com/de.nkbv.
ACTUEEL 7 8 67 80 82
Column Joachim Driessen Op de Hoogte NKBV voor jou Gespot Vooruitblik
THEMA: SPANJE 14 Viva las montañas 16 840 kilometer dwars door
14
THEMA: SPANJE
Veel Nederlanders kennen de warme stranden van Spanje, maar wist je dat je er ook geweldig kunt wandelen, klimmen en mountainbiken? Hoogtelijn ging op zoek naar de mooiste routes in de Spaanse bergen.
de Pyreneeën
22 Klimmen in Montserrat 26 Mountainbiken in Aragón 30 Bardenas Reales: land van 36 42 46 51
Lucky Luke Interview met Edurne Pasaban GR33: Pad van de Volle Maan Klimmen in de buurt van Madrid Hotspot Catalonië
ALPINISME 70 Beklimming van de Directe André Georges op de Dent Blanche
WANDELEN 60 Huttentocht in Parc national de la Vanoise
36
KLIMMEN 56 Paraklimster Renske Nugter 76 Martin Fickweiler bundelt zijn mooiste multipitchroutes
UITRUSTING 54 Markt & Materiaal: wat ligt er
INTERVIEW
volgend jaar in de winkel?
Edurne Pasaban
MEDISCH 75 Hulpdiensten in de bergen
16
22 MONTSERRAT
Klimmen tussen de wolken
4 | HOOGTELIJN 4-2016
SOLOTOCHT
840 kilometer dwars door de Pyreneeën
Naast de blijdschap over het grote succes van Nederlandse klimmers in de Himalaya, was er dit voorjaar groot verdriet over het overlijden van een landgenoot en het spoorloos verdwijnen van een ander. Helaas loopt er, ook in de bergsport, vaak een dun draadje tussen vreugde en drama.
54
Niels van Buren voert een persoonlijke strijd tegen het ongrijpbare MS. Hij wil aandacht voor de slopende ziekte en behaalde een grote triomf met het bereiken van de hoogste top ter wereld, de Mount Everest. Ook Jaco Ottink en Peter Boogaard stonden in mei op 8848 meter hoogte en voltooiden beiden hun Seven Summits. Voldoening en opluchting waren hun deel.
INNOVATIES
Wat ligt er volgend jaar in de winkel?
60
56
Parc national de la Vanoise
Renske Nugter
HUTTENTOCHT
stand
Dun draadje
Eric Arnold stond er ook. Op de top van de Everest. Zijn droomberg waarop het een aantal maal niet lukte. Slecht weer, het ongeluk met de sherpa’s en de aardbeving van vorig jaar zaten succes in de weg. De euforie over zijn geslaagde poging was groot, maar sloeg al snel om in diepe droefenis. Tijdens de afdaling naar kamp 4 liet het lichaam van Eric hem in de steek en stierf hij hoog op zijn lievelingsberg. Een paar weken daarna werd de zoektocht naar de Nederlandse klimmer Christiaan Wilson onderbroken en is er geen hoop meer dat hij nog levend gevonden wordt. Hij was actief op de Dhaulagiri, waar hij op het onderste deel van de berg spoorloos verdween. Vooralsnog blijft onduidelijk wat hem is overkomen.
PARAKLIMMEN
70
De bergen zijn van een ongekende schoonheid. Maar soms ook wreed, heel wreed.
Peter Daalder
DENT BLANCHE Beklimming van de Directe André Georges
Hoofdredacteur peter.daalder@hoogtelijn.nl
Een gier vliegt boven Cabezo de la Cruz de Pelotero.
WWW.NKBV.NL | AUGUSTUS 2016 | NR 4
NR 4 | AUGUSTUS 2016
BERGSPORTMAGAZINE
VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE KLIM- EN BERGSPORT VERENIGING
spanje
to en met temperament
WWW.NKBV.NL
840 KILOMETER
Wandeltocht dwars door de Pyreneeën
01_HL0416_R01_cover.indd 1
DENT BLANCHE
Beklimming van de Directe André Georges
MONTSE AT
Klimmen in de Catalaanse wolken
18-08-16 15:46
Op de cover: een gier vliegt boven Cabezo de la Cruz de Pelotero, Bardenas Reales, Spanje. De foto is gemaakt door Frank Husslage, al jaren vrijwilliger in de redactie van Hoogtelijn. Dit is het 100ste nummer waaraan Husslage als redacteur en fotograaf meewerkte. Een mooi toppunt! Lees ook zijn Bardenas Reales – Land van Lucky Luke op pagina 30.
HOOGTELIJN 4-2016 |
5
PASSIE VERBINDT Klassiekers verouderen niet, ze zijn onsterfelijk. Mammut eert mijlpalen van de klimsport met beroemde routes met meerdere touwlengtes. Klassiekers, die klimmers al generaties lang uitdagen en die niets van hun aantrekkingskracht hebben verloren. Volg de tochten op de voet met Mammut Pro Team-atleten zoals ANNA STĂ–HR en MIRKO CABALLERO op www.mammut.swiss â „ rockclimbing
Joachim
Duurzaamheid De NKBV streeft naar een duurzame relatie met leden en alle partijen in het veld. Duurzaamheid is ook een kernwaarde als het gaat om natuur, milieu en sociale waarden. We brengen dit zo goed mogelijk tot uitdrukking in een duurzame inkoop en bedrijfsvoering. Hoogtelijn en onze reis- en cursusgidsen drukken we op FSC-papier: papier uit duurzaam beheerde bossen (een keurmerk met goedkeuring van het Wereld Natuur Fonds). Voor onze correspondentie gebruiken we 100% recycled papier. De nieuwe ledenpasjes zijn gemaakt van 100% afbreekbaar pvc. We schenken duurzame koffie (van Peeze), hebben een CO2-neutrale postbezorging en dataopslag, en promoten het reizen per openbaar vervoer naar bergsportbestemmingen.
Beter de bergen in met de NKBV NKBV-leden profiteren van voordelen en kortingen en ontvangen vijf keer per jaar Hoogtelijn. Met je lidmaatschap draag je bij aan het onderhoud van hutten en paden in de Alpen en het behoud van klimgebieden. Tip je vrienden om ook NKBV-lid te worden. Ze kunnen zich aanmelden op nkbv.nl en zien daar welke voordelen het lidmaatschap hen nog meer biedt.
Opzeggen lidmaatschap
Het NKBV-lidmaatschap loopt per kalenderjaar. Wil je je lidmaatschap voor volgend jaar beëindigen? Doe dat dan vóór 1 november op MijnNKBV.nl. Je ontvangt dan per e-mail een bevestiging van je opzegging. Na 1 november wordt je lidmaatschap automatisch verlengd voor het volgende kalenderjaar. Kijk voor meer informatie over het lidmaatschap op nkbv.nl.
Partners van de NKBV
Vooruit kijken Ik hoop dat je een goede zomer achter de rug hebt. Ik in elk geval wel. Wij hadden een mooi project door met vijf van onze kinderen naar de Kilimanjaro in Afrika te gaan. Een prachtige wandeling door vijf klimaatzones met spectaculair uitzicht. Weer eens iets anders dan de Alpen.
D
e herfst is na zo’n zomer wel een beetje een kater. Het is nooit mijn favoriete seizoen geweest met korte dagen, regen en wind. En wachten op de eerste sneeuwval. Maar het is wel een mooie tijd om als verenging over de toekomst na te denken. Eens in de vier jaar maken we een meerjarenplan, waarmee we vier jaar vooruitkijken en prioriteiten stellen. Door de jaren heen zijn onze activiteiten behoorlijk veranderd. Natuurlijk vormen het bergwandelen en alpinisme een solide basis, maar sinds de opkomst van de klimhallen in Nederland zijn indooren wedstrijdklimmen erbij gekomen. Ook in de bergen zien we ontwikkelingen, zoals het rennen in de bergen (skyrunnen), mountainbiken en skiën buiten de piste. Gekscherend voeren we weleens de discussie of we er zijn voor ‘bergsporters’ of voor ‘sporters in de bergen’ en wat het verschil daartussen is. Tafeltennis spelen in een berghut toch echt niet, maar trailrunnen wel. Basis is hoe wij onze leden het best van dienst kunnen zijn. Sommige dingen zijn evident, zoals de collectieve reisverzekering. Of het regelen van het
Gegenrecht, waarmee onze leden hun huttenkorting krijgen en we als NKBV bijdragen aan de alpiene infrastructuur. Dit najaar is er dus weer volop discussie in de besturen van onze vereniging over het beleid van de volgende vier jaar. Ik vind daarbij de leden-voor-leden gedachte belangrijk. Het delen van elkaars kennis en vaardigheden om de klim- en bergsport vooruit te helpen op de verschillende deelgebieden, helpt om de dienstverlening aan onze leden verder uit te breiden. Daarnaast geven de eerste Olympische Spelen met sportklimmen op de kalender de wedstrijdsport een extra impuls. Meer hierover lees je op pagina 13. Al met al voldoende stof dus om de herfst mee door te komen en ons te vermaken tot de eerste sneeuw valt.
Joachim Driessen, voorzitter NKBV mail: voorzitter@nkbv.nl twitter: @jdriessen06
HOOGTELIJN 4-2016 |
7
Een Indiaas klimmersechtpaar is dit voorjaar betrapt nadat zij een topfoto van Mount Everest hadden vervalst. Dinesh en Tarakeshwari Rathod, beiden politieagent in de Indiaase stad Pune, vlak bij Mumbai, photoshopten zichzelf in een afbeelding van een collega-klimmer die de top wel had bereikt. Volgens getuigen draagt het tweetal op de vervalste foto andere kleding dan tijdens hun aanwezigheid op de berg. Het echtpaar zou in het verleden vaker twijfelachtige sportieve claims hebben gedaan. Een voormalig Britse militair heeft begin mei zijn toppoging op Mount Everest afgebroken om een stervende Indiase klimster het leven te redden. Leslie Binns (42) trof tijdens zijn beklimming de half-bewusteloze Sunita Hazra. Hij gaf haar zijn extra zuurstoffles en hielp haar met veel moeite terug naar kamp 4, waar hij haar een slaapzaak en tent gaf. Binns diende als soldaat in Bosnië, Irak en Afghanistan. Hij raakte vier keer gewond en werd twee maal onderscheiden. Twee Nederlandse bergwandelaars zijn na een ongeluk op een IJslandse vulkaan op zoek naar hun redders. De vrouw van het tweetal brak tijdens een wandeling haar enkel. Een groep Canadese jongens bracht hen in veiligheid. De Nederlanders zijn nu via de krant Toronto Star op zoek naar hun redders. De Franse klimster Caroline Ciavaldini beklom begin juli als eerste vrouw de Voie Petit (8b, 450m) op de Grand Capucin in het Mont Blancgebied. De route, die in 1997 werd geopend door Arnaud Petit en Stéphanie Bodet, geldt als een van de zwaarste in de Alpen. De route begint boven de 3500 meter. Ciavaldini trainde een jaar voor de beklimming. “Ik heb op het podium gestaan bij de wereldbeker, maar er is een wereld van verschil tussen acht minuten op een klimwand of vrijklimmen boven een gletsjer.” De zoekactie naar de vermiste Nederlandse klimmer Christiaan Wilson is begin juli gestaakt. Wilson was dit voorjaar in Nepal onderweg op de 8167 meter hoge Dhaulagiri. Hij keerde op 9 mei terug in het basiskamp van de berg. Op 15 mei had hij via de satelliettelefoon contact met zijn familie, daarna is niets meer van hem vernomen. Vermoedelijk is hij op weg naar de bewoonde wereld vermist geraakt. Het is de bedoeling om de zoektocht na de moesson voort te zetten. Kijk voor meer informatie op christiaanwilson.nl/updates.
8 | HOOGTELIJN 4-2016 | ONDER REDACTIE VAN ERNST ARBOUW
TOERSKIËN OP WEG NAAR OLYMPISCHE STATUS
Na de succesvolle toelating van sportklimmen als Olympische sport (zie pagina 13) maakt ook toerskiën kans op een Olympische status. De International Mountaineering Federation (ISMF), die waakt over de organisatie en regelgeving van internationale toerskiwedstrijden, kreeg voorafgaand aan de Spelen in Rio volledige erkenning als Olympische federatie toegekend. Twee jaar geleden in Sochi kreeg de bond al een voorlopige erkenning. Die erkenning betekent overigens niet dat toerskiën onmiddellijk op het Olympische programma verschijnt. Het is ook nog niet bekend hoe de ISMF invulling wil geven aan haar nieuwe rol. De ISMF bestaat sinds 2008 en is voortgekomen uit de International Council for Ski Mountaineering. De bond organiseert internationale toerskiwedstrijden waaraan ook de NKBV met een Nederlands team deelneemt. Daarnaast organiseert de NKBV jaarlijks het NK Toerskiën.
‘Nepalese verbindingsofficieren op Everest vaak corrupt’ Volgens The Himalayan Times maken Nepalese verbindingsofficieren op Mount Everest zich op grote schaal schuldig aan valsheid in geschrifte en corruptie. De krant schrijft dit op basis van onderzoek onder klimmers en expeditieleiders. Zogeheten verbindingsofficieren of liason officers (LO’s) zijn Nepalese ambtenaren, politieagenten of militairen die namens de regering zijn aangesloten bij klimexpedities en die fungeren als formeel aanspreekpunt en toezichthouder. Volgens The Himalayan Times waren dit voorjaar drieëndertig LO’s toegewezen aan expedities op Everest, maar kwamen slechts zeventien officieren ook daadwerkelijk opdagen in het basiskamp. Van die zeventien zijn er zes teruggekeerd naar de bewoonde wereld op dezelfde dag dat ze in het basiskamp arriveerden. Uiteindelijk zijn slechts zes LO’s langer dan een week in het basiskamp geweest. Aanwezigheid van een verbindingsofficier in het basiskamp is wettelijk verplicht gedurende de hele expeditie en kost ongeveer 3000 dollar. Volgens The Himalayan Times hebben de vijftien LO’s die nooit op de berg zijn geweest wel topcertificaten voor klimmers opgesteld. Lees het hele verhaal in The Himalayan Times via bit.ly/2a2ss0e.
2650 kilo afval verzameld
Vrijwilligers van UIAA Respect The Mountains hielden deze zomer verschillende opruimacties verspreid in Europa. Bij de schoonmaakacties, die werden gehouden van Tenerife tot Tirol en van Snowdonia tot Samoëns, hielpen deelnemers bij het opruimen van zwerfvuil in kwetsbare berggebieden. Alleen al bij de eerste vier evenementen, op Tenerife en in het Zwarte Woud, Llanberris (Wales) en de Abruzzen, werd 2650 kilo afval verzameld.
Foto UIAA Respect The Mountains
op de hoogte
Heb je nieuws voor Op de Hoogte, mail het naar hoogtelijn@nkbv.nl. Meer bergnieuws vind je op nkbv.nl, of volg ons op Facebook en Twitter.
Terugroepacties Wild Country en DMM
Lezers reageren
Eelco Keuning schreef ons een mail naar aanleiding van de klimfoto op pagina 54-55 in Hoogtelijn 3, 2016. “Mij is geleerd dat je setjes moet inklippen met de dichte zijde in de richting waarlangs je klimt. Kijk ik naar de foto, dan lijken het 3e, 6e en 8ste setje verkeerd om te zitten?” Strikt genomen heeft Eelco gelijk: inderdaad is van je af inhangen de regel. Maar zoals vaak, is de praktijk minder rigide. Het routeverloop tussen de haken in veel touwlengtes maakt dat voor inhangen in beide richtingen iets te zeggen valt. Bovendien draaien dunne slinges van moderne setjes in grote mate mee met de klimrichting. Per ongeluk uitklippen zal minder snel gebeuren. Gericht een bepaalde kant op inhangen, is alleen urgent als het setje tegen de rots open dreigt te drukken en bij vierkante bühlerhaken waar de richting van inhangen belangrijker is dan bij de plaquettes. Tot slot geldt: hoe steiler de route, hoe minder belangrijk de richting van inhangen.
Hardwarefabrikanten Wild Country en DMM roepen allebei op om klimgordels te inspecteren en eventueel ter vervanging op te sturen. Bij DMM gaat het om alle klimgordelmodellen. Het is mogelijk dat voor de stevigheid noodzakelijke stiksels aan de gordels ontbreken. Tot dusverre is één gordel met ontbrekend stikwerk gevonden, maar omdat onduidelijk is hoe het kan dat de versteviging ontbreekt, roept DMM op tot inspectie. De fabrikant heeft inmiddels ook het hele productieproces tegen het licht gehouden. Kijk op bit.ly/2af4vS3 voor meer informatie. Daarnaast roept Wild Country gordels van het model Syncro terug. Door een fabricagefout zou bij sommige gordels bandmateriaal door de gespen kunnen slippen, waardoor de gordel in het ergste geval open kan gaan. Kijk op bit.ly/2a8nwoj voor meer informatie.
Illustratie Toon Hezemans
Kamp 2 op Pik Lenin, 5.300 meter hoogte. Ik zit wat voor me uit te suffen in mijn tentopening. Voor mijn voeten twintig kilometer gletsjer en om me heen ook nog wat andere tentjes. Ineens is er op het ijs van alles te doen. Kennelijk is er iemand in een gletsjerspleet gevallen. Er zijn genoeg klimmers en materiaal bij de hand, in no time is de onfortuinlijke dame weer boven. Raar: nadat iemand uit een spleet is gered, is het meestal een geknuffel en gedoe van jewelste. Nu niets van dit alles, iedereen blijft bij de onfortuinlijke dame uit de buurt. Het zal toch niet zo zijn... Helaas, het antwoord is ‘ja’. Bij het doen van haar behoefte is ze uitgegleden en gevallen in de gletsjerspleet die het hele kamp als wc gebruikt. Ze zit onder de stinkende smurrie. Tja, zie nu jezelf hier maar eens schoon te krijgen… [Frank Husslage]
En pa ant
Zachte landing
Heb je ook een leuk bergverhaal meegemaakt? Mail je anekdote van 120 woorden naar hoogtelijn@nkbv.nl o.v.v. En Passant.
HOOGTELIJN 4-2016 |
9
HIGH QUALITY OUTDOOR EQUIPMENT SINCE 1908
SKI TOURING & MOUNTAINEERING
Storen Jacket and pants
EKSTREM TURGLEDE bergans.com
Light and uncompromising 3-layer shell jacket and pants made from Dermizax®NX material for maximum weather protection, outstanding breathability and maximum freedom of movement. Storen is part of Bergans’ Slingsby range, which consists of ski touring and mountaineering products in which superior functionality, low weight and premium durability are perfectly balanced. Slingsby provides exactly what’s needed with nothing surplus to requirements!
Mariniers niet op de hoofdtop van Manaslu • Summit (circa 8158 meter) – het rotsblok aan het einde van de sneeuwgraat, als zekeringspunt voor het laatste stukje naar de hoofdtop; • True summit (8163 meter) – de echte top (hoofdtop). Henk en ik blijken nu met terugwerkende kracht als ‘toppers’ geregistreerd in de database.” Na publicatie van de topfoto van de mariniers is bij expeditieleider Chris Bouwmeester en bij Billi Bierling (Himalayan Database) geverifieerd
waar de foto is genomen en of men de True Summit heeft bereikt. Uit de reacties van beiden blijkt dat niet het geval. De beklimming van de mariniers is door Himalayan Database vastgelegd als het bereiken van de voortop met zuurstof. De NKBV hecht bij prestaties tijdens de klimen bergsport aan correcte verslaglegging en berichtgeving. Lees meer over wat de NKBV onder ‘fair means’ in de bergsport verstaat op nkbv.nl/alpinisme/expedities/fair-means.
Foto Ralf Dujmovits (2007)
Foto genomen vanaf de voortop van Manaslu richting hoofdtop (net buiten beeld). In de database wordt de markante rots (rode bolletje) als top geclassificeerd.
Roeland van Oss naar Cholatse noordwand
Foto Cholatse North Face
In Hoogtelijn 3, 2016 schreven we dat een team van het Korps Mariniers de top van Manaslu had bereikt. Naar nu blijkt stond het team niet zoals vermeld in hun officiële persbericht op de hoofdtop van de Manaslu, maar op de voortop, circa 30 meter onder en circa 40 meter verwijderd van de hoofdtop. In 2008 bereikten Katja Staartjes en Henk Wesselius eveneens de voortop van Manaslu (zonder zuurstof en klimsherpa’s). Zij claimden de top van de berg niet en vertelden direct het eerlijke verhaal, ook aan Elisabeth Hawley (Himalayan Database). Zij bleken de eersten die met deze feiten naar buiten kwamen; Hawley wist kennelijk niets van een voortop. Katja legt uit: “Achteraf blijken ook voor 2008 veel klimmers de hoofdtop niet gehaald te hebben, maar wel als zodanig geregistreerd te zijn. Sinds 2008 bleef Hawley geconfronteerd worden met het vraagstuk voortop versus hoofdtop en de integriteitskwestie. Op een gegeven moment heeft ze besloten ook de voortop te classificeren in de database, met een sterretje er bij. Het was namelijk vaak niet te controleren en voor 2008 werd het überhaupt niet bijgehouden. Er zijn nu drie topvermeldingen voor Manaslu: • Fore summit (circa 8130 meter) – de grote rots waar je nog fatsoenlijk kunt staan (foto mariniers en ook die van Henk en mijzelf);
op de hoogte
EXPEDITIENIEUWS
Komend najaar vertrekken UIAGM-berggids Roeland van Oss en zijn Zweedse klimpartner Mike Abrahamsson voor een expeditie naar Nepal. Ze willen daar de 1400 meter hoge noordwand van de Cholatse (6440 meter) beklimmen. Het duo heeft zijn zinnen gezet op de Franse route naar de top, eventueel met de directe finish. Afhankelijk van de condities is de route voornamelijk ijs, zo’n 90˚ steil, met soms een kleine passage mixed, M4/5. De Cholatse ligt in de Khumbu regio, vlak bij de beroemde trek naar Everest basecamp. De noordwand werd al meerdere malen beklommen, onder andere door de beroemde Zwitserse alpinist Ueli Steck. Als Roeland de expeditie weet te voltooien, is hij de eerste Nederlander die de noordwand van de Cholatse beklimt.
HOOGTELIJN 4-2016 |
11
op de h gte
SPORTKLIMNIEUWS
Nederlandse toppers naar het WK Van 14 tot en met 18 augustus staat Parijs in het teken van het WK Klimmen. Vijfhonderd klimmers en twintigduizend toeschouwers van over de hele wereld komen naar de AccorHotels Arena om deel uit te maken van het grootste klimtoernooi ter wereld. Wie veroveren de acht wereldtitels in Lead, Speed, Boulder en paraklimmen? Voor Nederland komen Tim Reuser, Mark Brand, Nikki van Bergen en Aniek Lith, die deze zomer haar eerste 8b in de rots klom, uit in de discipline Lead. Jorg Verhoeven, Nicky de Leeuw, Don van Laere, Vera Zijlstra, Mirthe van Liere en Amanda Meijering nemen de discipline Boulder voor hun rekening. Fedde Benedictus vertegenwoordigt Nederland bij het paraklimmen (lees ook het artikel over paraklimster Renske Nugter op pagina 56). Kijk op worldclimbing2016.com voor meer informatie over het WK.
DE KLIMZOMER VAN JONG ORANJE
Foto Zout Fotografie
Don van Laere
Volg live het NSKB 2016
De zomervakantie betekent voor de klimmers van Jong Oranje vrij van school. Maar vrij van klimmen? Dat zeker niet! Behalve dat de klimkids hun vakantiebestemming selecteren op de mogelijkheid om te kunnen klimmen of boulderen, staan er ook internationale wedstrijden op het programma. Na de European Youth Cup Boulder in juni in het Oostenrijkse Graz, reisde Jong Oranje af naar Warschau in Polen. Daar klom Don van Laere in temperaturen van ver boven de 30 graden naar een vierde plek in de finale! In de rotsen boulderde Don deze zomer nog zijn eerste 8A. Leto Cave en Mischa Radt schreven hun eerste 8a-route bij. Volg Jong Oranje op de Facebookpagina van het Dutch Climbing Team.
Partners van het Nederlands Team Sportklimmen
12 | HOOGTELIJN 4-2016
In de nagelnieuwe Groningse bouldertempel Gropo strijden op zaterdag 17 september 150 studenten om de titel Nederlands Studenten Kampioen Boulderen 2016. Wie weten regerend kampioenen Iris Straatsma en Giel Wieggers van de troon te stoten? Of prolongeren zij hun titel? Bekijk het live via de livestream op de NSKB Facebook en ga voor meer informatie naar nskb2016.wordpress.com.
Partners nationale wedstrijden
Klimsport naar de Olympische Spelen Een nieuw tijdperk is aangebroken voor de klimsport. Na er jarenlang heel dichtbij te hebben gezeten, is de klimsport officieel toegelaten tot de Olympische Spelen in Tokio in 2020. Het Internationaal Olympisch Comité (IOC) stemde op 3 augustus, vlak voor de start van de Olympische Spelen in Rio de Janeiro, over de toetreding van de klimsport. Jeugdselectie Om de kans op deelname aan de Spelen in Japan te vergroten, investeert de NKBV in de jeugd. Het topsportbeleid is expliciet gericht op de ontwikkeling van jeugdklimmers met een bredere jeugdselectie. Daarnaast werkt de NKBV achter de schermen hard aan het in de steigers zetten van talentontwikkeling in Nederland. Daar hoort ook de ontwikkeling van trainers bij. Jong Oranje coach Aukje van Weert heeft er alle vertrouwen in dat de talentonwikkeling bij voornamelijk lokale hallen en verenigingen zijn vruchten zal afwerpen. “En het is natuurlijk super dat die jonge klimmers er nu eindelijk van kunnen dromen Olympisch kampioen te worden. Dat is toch een magisch vooruitzicht!”
Foto Zout Fotografie
Klimmen wordt in Tokio een meerkamp waarin Speed, Lead en Boulder zijn gecombineerd. Dat is helemaal in lijn met het Olympisch motto Citius, Altius, Fortius, oftewel Sneller, Hoger en Sterker. De winnende klimmer is degene die het best is in de combinatie van alle drie de disciplines. Dat betekent dat klimmers die zich nu nog specialiseren in alleen Lead, alleen Boulder of alleen Speed, ook moeten werken aan hun vaardigheden in de andere disciplines, willen ze een kans maken in Japan. Wat het precieze format wordt, is nog niet bekend; dat bespreken het organiserend comité, het Internationaal Olympisch Comité (IOC) en de Internationale Federatie voor Sportklimmen (IFSC).
Nikki van Bergen tijdens het NK Lead in 2015.
Don van Laere tijdens het NK Boulder in de Westergasfabriek.
Nu al merkt de NKBV een toename in de populariteit van de sport. Met opnieuw een handvol nieuwe hallen in aanbouw, behoort Nederland tot de landen met de hoogste hallendichtheid ter wereld. Dat komt uiteraard mede doordat in Nederland nergens rotsen zijn die de klimhallen vervangen, zoals bijvoorbeeld België. In Nederland zijn nu ongeveer vijftig klim- en boulderhallen.
Foto Zout Fotografie
Ook Olympisch in 2024? Dat de klimsport is toegelaten tot de Olympische Spelen van Tokio in 2020 wil niet zeggen dat het ook een Olympische Sport is in 2024. Het IOC heeft besloten om het organiserende land zelf meer invulling te laten geven aan de Spelen. Per keer mag een land één of meerdere sporten toevoegen. Het IOC wil hiermee vooral sporten promoten die een hoge aantrekkingskracht op de jeugd hebben. Omdat de klimsport in Japan immens populair is, was de keuze om deze sport toe te voegen, een logische. De klimmers kunnen dus sowieso rekenen op een enthousiast publiek.
HOOGTELIJN 4-2016 |
13
14 | HOOGTELIJN 4-2016 | TEKST
FEMKE WELVAART | FOTO FRANK HUSSLAGE
THEMA SPANJE
Thema: Spanje
viva las montañas Deze zomer ging de redactie van Hoogtelijn op zoek naar de mooiste routes in de Spaanse bergen. Zo belandde Frank Husslage in het dorre landschap van de Bardenas Reales, een gebied dat ook wel de noordelijkste woestijn van Europa wordt genoemd. Een bizar landschap waar kurkdroge vlaktes, loodrechte wanden en velden vol klaprozen elkaar afwisselen. Een ander uiterste beleefde Marla Beringer, die in haar eentje 840 kilometer dwars door de Pyreneeën liep. Een bijzondere ervaring waarbij het geluid van de wind, het druppelen van water en het beklemmende gevoel bij naderend onweer extra intens binnenkwamen. Uiteraard gingen we ook klimmen, in Montserrat, Madrid en Catalonië, en we stuurden op onze mountainbike door Aragón. Kortom, genoeg inspiratie voor een volgende zomervakantie! 16 GR11: 840 kilometer dwars door de Pyreneeën 22 Klimmen in de wolken van Montserrat 26 Mountainbiken in Aragón 30 Bardenas Reales: land van Lucky Luke 36 Interview met de Baskische expeditieklimster Edurne Pasaban 42 GR33: wandelen over het Pad van de Volle Maan 46 Madrid: klimmen in de achtertuin van het Prado 51 Hotspot Catalonië: Oliana, Terradets en Margalef
HOOGTELIJN 4-2016 |
15
840 kilometer dwars door de Pyreneeën
De bonus van alleen lopen
Foto Raymond Koome
Op 23 augustus voltooide ik de GR11 bij de vuurtoren van Cap de Creus aan de Middellandse Zee. Afgezien van een paar ongemakjes ging het probleemloos en tijdens de laatste meters drong dat tot me door: ik had het volbracht! Mijn eerste lange solotocht ooit. Heerlijk wekenlang niets anders hoeven doen dan van A naar B lopen en ervoor zorgen dat ik genoeg eet en drink. Zo eenvoudig kan het leven zijn.
16 | HOOGTELIJN 4-2016
| TEKST EN FOTO’S MARLA BERINGER | CARTOGRAFIE SASKIA GOTTENBOS
THEMA SPANJE
H
et zaadje was een paar jaar eerder geplant toen ik ’s winters in de Catalaanse Pyreneeën wandelde en leerde waar de wit-rode markering op de stenen voor stond. Natuurlijk kende ik de streepjes van LAW’s en had ik bergwandelervaring, maar een tocht van (toen nog) 840 kilometer dwars door de bergen? Dit was spannend, fysiek en mentaal. Natuurlijk kon ik de GR11 in delen lopen, maar twee of drie weken in de bergen wandelen deed ik al zo vaak. Hoe heerlijk zou het zijn om deze route helemaal van begin tot eind te lopen? Toen ik besloot een sabbatical te nemen, zag ik mijn kans: de GR11 zou het sluitstuk worden. Alles en in één ruk, met voldoende tijd en dus zonder de druk van tijd of prestatie. Alleen maar ‘zijn’. En vooral voor mijn lol. En zo startte ik een paar jaar geleden in de tweede week van juni in Cabo Higuer aan de Atlantische Oceaan met een royale elf weken voor me, waarin ik kon stoppen zo vaak als ik wilde, met lange en korte dagen, met tijd om te schuilen voor de regen of gewoon te lummelen. Uiteindelijk liep ik de GR11 in 54 dagen. In de meeste gidsen gaan ze uit van ongeveer 45 etappes en natuurlijk kan het nog veel sneller: trailrunners doen het in een dag of 20.
Drie lange routes door de Pyreneeën Voor wie de Pyreneeën niet kent: ze zijn ruiger en minder geciviliseerd dan de Alpen. De bergketen die Frankrijk en Spanje scheidt, heeft ruim 120 drieduizenders en de valleien lopen allemaal noord-zuid. Dat betekent dus nogal wat hoogtemeters als je van west naar oost loopt. Op de GR11 moest ik in totaal 42.000 hoogtemeters wegwerken. Dat waren er gemiddeld bijna 800 per dag. De meeste passen liggen op 2000-2500 meter met de hoogste, de Coll de Creus, op 2780 meter. In de Pyreneeën lopen nog meer lange routes van west naar oost en vice versa: de GR10 aan de Franse kant en de Haute Randonnée des Pyrénéenne (HRP) die zo dicht mogelijk de grens tussen Frankrijk en Spanje volgt en, zoals de naam al zegt, relatief hoog blijft maar sporadisch ook samenvalt met de andere twee. De GR10 is 866 kilometer lang en beslaat 48.000 hoogtemeters. In de gidsen gaat men uit van 55 loopdagen. De HRP is 800 kilometer lang met 42.000 hoogtemeters. Gemiddelde looptijd voor deze route is 41 dagen.
De GR11 voltooid: het is me gelukt!
HOOGTELIJN 4-2016 |
17
Gol f
va n Bayonne
Bi s ka je Irun Rhune
Cabo Higuer GR 11 Be
ra
Pau Tarbes
z rit ri
Lourdes
Gá Re lleg sp o om e Pa us nt ico o sa
N
E
E
Ë
N
Maladeta
o
Parc Nacional Aigüestortes i Estany Sant Maurici
le ng
s er
Ik heb een voorkeur voor de Spaanse kant, waar de zuidelijke hellingen van de Pyreneeën meer zon vangen en het dus droger is. En vooral houd ik van de Spaanse cultuur, de historie en het lekkere eten. Het is heerlijk om na dagen van droogvoer weer eens in een dorp neer te strijken voor een smakelijk driegangenmenu en een cortado.
Afwisselend landschap en terrein De GR11 begint bij de Golf van Biskaje in Baskenland en eindigt bij de Middellandse Zee, of andersom als je van oost naar west loopt. Aan zowel het begin als het eind van de GR11 loop je door een heuvelachtig landschap met relatief veel landbouw. Daartussen zijn het vooral mooie ruige en desolate berglandschappen, vergezichten met bekende pieken en een veelheid van kristalheldere riviertjes en verstilde meren, afgewisseld
Gu
in
met de lagergelegen valleien met bossen en lieflijke Huesca weides met paarden, schapen en koeien. Het pad van de GR11 voert meestal over rotsachtig terrein op goed herkenbare paden, maar je loopt ook over pistas (brede boswegen) en kleine landweggetjes. De laatste jaren is de route her en der zo aangepast dat er nog maar minimaal asfalt in zit. Daardoor blijkt hij inmiddels 20 kilometer korter met meer hoogtemeters. Op de GR11 kom je door diverse nationale parken en anderszins beschermde landschappen, zoals Parque Nacional Ordesa y Monte Perdido, Parc Nacional Aigüestortes i Estany Sant Maurici, Parc Natural Alt Pirineu en uiteindelijk Parque Nacional Cap de Creus. En niet onbelangrijk naast al het natuurschoon: de dorpjes onderweg zijn vaak eeuwenoud en een lust voor het oog.
h rlijk om na dagen dr gvoer op n te as n r te strijken v r n cortado
Aguas Tuertas.
18 | HOOGTELIJN 4-2016
eu
d’ An
gu
Er
et
a
ne
st
M
Es
la
po t
fré
m lo Co
al
na
Re s
s io gl An
ro n
as
ta
Co
ue
nc a
s Pu e
nt
e
de
Co
Be
n
dó
na
sq
Vi a
zá Pa r
ta ne
sa
Pi
Bi
Canfranc
el
la To r
Aneto
s
el ru ja
Perdido
Bu
sd
nt
de
ño Ba
lle Sa
E
Ordesa y Monte Perdido
riz
ch ú an nd
Ca
Y R
Vignemale P a r q u e N a c i o n a l
Gó
s rta sT ue ua
P
Pic du Midi d’Ossau Balaitous
iza Ag
ba
Spanje
Zu r
Pamplona
Is a
Oc ha
ga
ví a
er Hi
rib
Au
So
ro g
ai
n
El
izo
nd
o
Frankrijk
THEMA SPANJE
Met mijn tentje heb ik de vrijheid ontdekt.
0 km
50 km
Terugkijkend zijn er een paar stukken die ik vanwege het prachtige landschap het meest koester: de route tussen Zuriza en Candanchú met onder meer de Aguas Tuertas en mijn weergaloze wildkampeer-
va
Se l
la e td Po r
M
Voor de GR11 heb je goede bergwandelervaring nodig en de kracht om met een flink gevulde rugzak de vereiste hoogtemeters te maken, maar op een paar punten na is de route technisch niet moeilijk. Een lastige klim is de Portella de Baiau, waar je Andorra binnengaat. Ik houd ervan zo nu en dan mijn handen te moeten gebruiken, maar dat stukje is met een zware rugzak niet echt relaxed. Ook de afdaling van de Collado de Añisclo in Parque Nacional Ordesa staat nog in mijn geheugen gegrift. Aangekomen in Refugio Pineta bleek dat meer mensen die niet fluitend doen.
an
a
Hoe moeilijk is de GR11?
Parc Nacional Cap de Creus
Al b
od
xá
eg
Ba
ss
ai
Je kunt een vroege start natuurlijk ook af laten hangen van het pak sneeuw dat er ligt en eventueel later in het seizoen beginnen aan de tocht. Doorgaans kun je de route tot oktober sneeuwvrij lopen. Nadeel van een latere start zijn de kortere dagen en het feit dat de meeste berghutten na september gesloten zijn. Ook zal het lastiger worden om in de nazomer genoeg water te vinden, zodat je meer liters en dus gewicht meesjouwt. En los van de natuur gerelateerde en seizoenoverwegingen wil je misschien rekening houden met de drukte in de nationale parken en de hutten in schoolvakanties.
ya
t ge
s Se Ull tc de as te es r M ol ló
an ol Qu es er al b
Pl
Ik ben relatief vroeg in het jaar gegaan. Dat heeft als voordeel dat de dagen dan lang zijn. Wel heb je het nadeel dat als er die winter nog laat sneeuw is gevallen, je die tot ver in juli tegenkomt. Ik had geen stijgijzers bij me en ben geen held in sneeuw op steile hellingen. Ook waren alle stroompjes zo gezwollen met smeltwater dat ik soms als een circusartiest springend mijn pad volgde. En de Gave de l’Aspe die vlak voor Candanchú ontspringt, was vanwege het vele smeltwater een donderende waterval waar ik niet doorheen durfde, zodat ik terug moest en de volgende dag via de Coll de Somport de GR11 weer opzocht. Gelukkig kende ik het overgeslagen stukje al, en van Candanchú zelf miste ik echt niet veel.
M i d d e l l a n d se Ze e
La
u gc er dà
ni al
Pu i
Wanneer loop je de GR11?
aç an et Jo nq L Re ue a V qu ra aj ol es en Vi E sp s lla ol m la an is cle Ll an çà
a Ill M
Puigmal
Ta l
A En rans tv cam er p d
Carlit
Parc Natural Alt Pirineu
Fo n
Perpignan
Be
ta on Ta va sc an
Andorra
Es
Àr eu Ba ia u
25 km
GR 11
Cadaqués Cap de Creus
Figueras
plek aan de Rio Aragón Subordán, de Ibones de Anayet, het stuk tussen Refugio Respomuso en Casa de Piedra, de Valle de Ara, en onovertroffen het hele stuk tussen Refugio Biadós en Espot. Dat ik hier Ordesa niet noem, heeft alles te maken met de drukte op dat moment. Gelukkig heb ik dit prachtige nationale park ook in rustiger tijden beleefd.
Koeien krijgen (nemen?) altijd voorrang op een smal pad.
Slaap wild en rustig Speciaal voor de GR11 kocht ik een tent, want ik was voordien helemaal geen kampeerder. Hoewel ik voor die tijd wel trektochten in de bergen maakte, sliep ik altijd in hutten of in tenten die ik niet zelf droeg (bijvoorbeeld in Nepal). Maar met mijn Terra Nova Laser Competition heb ik de vrijheid ontdekt. En wil ik niets liever meer dan buiten slapen in de stilte en frisse lucht. Dus kun je het gewicht van slaap- en kookspullen dragen, dan raad ik je aan de GR11 met tent te lopen. Het geeft je zo veel flexibiliteit in het bepalen van je etappes. Neem je hem niet mee, dan loop je soms erg lange dagen of moet je voor een slaapplek van de route af. In de nationale parken gelden uiteraard wel strenge restricties voor het kamperen (Ordesa: alleen bivak boven 2500 meter en anders dikke boetes) en moet je toch in een berghut slapen, terwijl die in het hoogseizoen ook nog eens klemvol zitten. Favoriet zijn bij mij ook de kleine herdershutjes of refugios libres, zoals de Cabaña Cerbillonar vlakbij de Vignemale en de Refugio d’Anglios net na de Coll de Vallibierna. In het verlaten gehucht Bordas de Nibros sliep ik in een koeienstal. En gelukkig kom je onderweg ook een paar leuke campings tegen waar je niet per definitie tegen een caravan zit aan te kijken. Incidenteel sliep ik in albergues (logies op slaapzalen in een dorp), casas rurales en een enkel hotel. Alles op zijn tijd!
In de rugzak Wat je moet meenemen? Eten. Genoeg eten. Naast de slaapspullen en kleren natuurlijk. Onderweg kun je regelmatig inslaan, maar
HOOGTELIJN 4-2016 |
19
Pic du Midi d’ Ossau vanaf de Ibones de Anayet.
je moet soms voor drie tot vijf dagen eten meesjouwen en dus even vooruit denken. In alle dorpjes tref je winkeltjes met brood, kaas, worst, noten, fruit, repen en chocolade. Onderweg kom je niet gemakkelijk aan gevriesdroogd trekkersvoer en gastankjes, tenzij je de tijd neemt voor een uitstapje naar de bewoonde wereld. Canfranc Estación en Torla bijvoorbeeld, en bij Barrabes in Benasque. In deze Spaanse ‘Bever’ kun je ook terecht voor buitensporthardware. Het avondeten in de berghutten is over het algemeen erg smakelijk en voldoende. Dat geldt niet voor het ontbijt. Voor mij is dat in Spanje meestal te weinig, of het nu in een berghut is of een hotel. Het is daarnaast een kwestie van smaak of je het Spaanse ontbijt met koekjes en cakejes waardeert. Zorg verder voor een waterfilter in je rugzak. Hoe mooi de waterstroompjes ook zijn, bedenk dat vee er tot op grote hoogte graast!
Ontbijt in Isaba.
20 | HOOGTELIJN 4-2016
“Is dat dan niet eng, in je eentje?” Drie keer raden waarom ze me dat altijd vragen... Het gaat nooit om het alleen lopen op zich, maar om het feit dat ik dat als vrouw alleen doe. Sociale veiligheid dus, ofwel ‘enge mannen’. Ik woon in de stad en dat is een andere wereld met andere mensen en bedreigingen. Maar ik heb in al die jaren bergwandelen nooit het gevoel gehad dat dit in de bergen een punt is. Over de echte, fysieke risico’s in de bergen kan ik iedereen geruststellen. Ik ben me zeer bewust van de mogelijkheid dat ik val of zelfs een onnozele verzwikking oploop, dus heb ik altijd mijn eigen systemen gehad om ervoor te zorgen dat mijn naasten nauwkeurig wisten waar ik op dat moment was en zo nodig in actie konden komen. Daarbij is de GR11 ook weer geen Alaska. Gelukkig is de GR11, behalve misschien in Aigüestortes, geen overbevolkte route, maar je komt altijd wel iemand tegen en zij jou, mocht je hulp nodig hebben. Bovendien zijn er tegenwoordig moderne middelen (Spot, Delorme Inreach) die het risico van een uitdrogingsdood wegens onvindbaarheid minimaliseren. Ik herinner me van lang geleden uit mijn eerste boek over bergwandelen van Robert Eckhardt: nooit alleen de bergen in gaan! Dat is vast heel waar en wijs, maar gelukkig heb ik dat voor mezelf losgelaten. Als ik elk risico wil vermijden, kan ik beter meteen achter de geraniums gaan zitten. Ik kies er vaak voor om alleen te gaan omdat het een extra dimensie heeft. En ik ben niet de enige, gezien de vele sologangers die ik tegenkom. Natuurlijk vind ik het óók fijn om samen met iemand of met een groepje te lopen. Ook ik vind het leuk om mooie ervaringen te delen, maar het zijn appels en peren. In mijn eentje heb ik namelijk ervaringen die ik in gezelschap nooit zal hebben. De schoonheid van landschappen, van herten, vogels en bloemetjes, is intenser als je alleen bent. En zo ook het geluid van de wind, het druppelen van water uit de rotswand of het kraken van de steentjes onder je voetstappen. Maar ook de beklemming is intenser, in mijn tentje in een storm, bij naderend onweer of bij een lastige passage. En als ik de beklemming mentaal de baas word, dan is mijn opluchting ook weer intenser. In je eentje heb je uiteraard de ultieme vrijheid
THEMA SPANJE
Wandelen over de GR11 Route
De GR11 is inmiddels, met de huidige aanpassingen in de route, 820 kilometer lang met 46.000 hoogtemeters en loopt tussen de Golf van Biskaje in Baskenland en de Middellandse Zee. Het pad voert meestal over rotsachtig terrein op goed herkenbare paden, maar je loopt ook over pistas (brede boswegen) en kleine landweggetjes. De meeste passen liggen op 2000 tot 2500 meter, met de hoogste op 2780 meter.
Reis
Op weg naar de Collado de Brazato zakken we soms kniediep in de sneeuw.
om te doen en laten wat je wilt, maar dat is de oppervlakkige beleving, hoe fijn ook. Alléén heb je ook de ultieme kennismaking met jezelf. En die ervaring is de bonus van alleen lopen. En dus is het antwoord: ja, heel soms vind ik het eng in mijn eentje. Maar dat hoort erbij. En het houdt me niet tegen. De GR11 was mijn eerste lange tocht alleen. Later heb ik de John Muir Trail solo gelopen. En wat 2016 bracht? Voltooiing van de GR7. Midden juli rondde ik deze route af.
De GR11 is tussen start- en eindpunt op meerdere punten goed bereikbaar per trein of vliegtuig en bus. Om in Cabo Higuer te komen, kun je de trein via Parijs en Pau nemen naar Irun en verder met een taxi. Vliegen kan op Lourdes, Biarritz, Bilbao of San Sebastian, eventueel vanaf Brussel. Voor Cap de Creus kun je vliegen op Barcelona of Girona, dan met de bus naar Cadaqués en verder met een taxi.
Periode
Je kunt de route tussen juni en oktober lopen. Start je vroeg dan kun je profiteren van lange dagen, maar kun je wel nog wat late sneeuw tegenkomen. Start je later in het seizoen dan kan het lastig zijn om in de nazomer genoeg water te vinden. Dat betekent meer liters en dus gewicht in je rugzak. Houd er bovendien rekening mee dat de meeste berghutten na september gesloten zijn.
Gids, kaart en GPS-tracks
Ik gebruikte The GR11 Trail - the Spanish Pyrenees (La Senda) van uitgeverij
Cicerone, met een updatepagina op de website van Cicerone, maar er zijn meer gidsen. Kaarten kun je gratis downloaden van ign.es of Open Street Maps, of je kunt kiezen voor de kaartenset die hoort bij de gids van uitgeverij Prames, GR11 La Senda Pirenaica de Mar a Mar. GPS-tracks kun je in delen of als geheel downloaden van bijvoorbeeld Wikiloc (gratis, met de mogelijkheid om wat te sponsoren als dank).
Handige sites
• hikepyrenees.co.uk/blog/ hiking-the-gr11-a-practical-guide. • travesiapirenaica.com/gr11/gr11.php. Verder zijn er diverse particuliere blogs waaruit je praktische informatie kunt halen.
Vergunningen
Tijdens de route heb je geen vergunningen nodig. Wel gelden er strenge regels en handhaving op wildkamperen in de nationale parken.
Andere routes in de Pyreneeën
Naast de beschreven route GR11, die bijna geheel op Spaans grondgebied loopt, zijn er nog twee routes die dwars door de Pyreneeën lopen. De GR10 blijft geheel op Frans grondgebied en de Haute Randonnée Pyrénéenne (HRP) volgt zo dicht mogelijk de grens tussen Frankrijk en Spanje. De GR10 is 866 kilometer lang en beslaat 48.000 hoogtemeters. In de gidsen gaat men uit van 55 loopdagen. De HRP gaat door het hooggebergte en doet nauwelijks hutten of plaatsen aan. De lengte is 800 kilometer met 42.000 hoogtemeters, met een gemiddelde looptijd van 41 dagen.
Kampeerzone bij Refugi Malniu.
HOOGTELIJN 4-2016 |
21
Klimme Euronpain
Opgeslokt d r toende wolken Klimmen in Montserrat
Vijftig kilometer ten noordwesten van Barcelona ligt Montserrat, het grootste klimgebied van Spanje. Montserrat wordt ook wel ‘de berg met de honderd toppen’ genoemd en is een verzameling van pijlers en torens die bijna een kilometer boven de omliggende wijnvelden uitsteekt. Veel routes zijn tussen de 200 en 300 meter lang en het hele gebied bestaat uit solide conglomeraat. Van een afstand zien de steile torens er indrukwekkend en vrijwel onbeklimbaar uit, maar zodra je eronder staat, blijken deze rotsen door hun kiezelstructuur juist heel geschikt om op te klimmen.
Jilske Hupkes in de vierde touwlengte van Punsola-Reniu (220 m 6c+) op de noordwand van Cavall Bernat (1111 m).
22 | HOOGTELIJN 4-2016
| TEKST EN FOTO’S MARTIN FICKWEILER
THEMA SPANJE
M
ontserrat is een prachtig natuurgebied, maar wordt niet alleen bezocht vanwege dat natuurschoon. Ook de Santa Maria abdij, gelegen aan de noordoostkant van het gebied, is een toeristische attractie. Ons hotel ligt op een steenworp afstand van deze benedictijnenabdij. Met als gevolg dat we elke dag vroeg worden gewekt door de dreunende kerkklok. Wanneer we met stramme ledenmaten de luiken van onze kamers openslaan, klinkt het klokkenspel luider en worden we verrast door een prachtig schouwspel van laaghangende wolken boven het klooster en de omringende bergen. Bij vlagen wordt alles door de wolken opgeslokt en op andere momenten krijgt de opkomende zon het voor elkaar om door de wolkflarden te dringen. De eerste dag spoed ik me met mijn camera naar buiten om dit mooie beeld vast te leggen om dagen later tot de conclusie te komen dat deze pracht zich dagelijks herhaalt. Door de hoogte van het gebergte en de ligging aan zee komt het regelmatig voor dat dichte mist Montserrat voor lange tijd omringt.
Cavall Bernat Tijdens het ontbijt smeden we onze klimplannen voor de dag. Het is derde dag van onze reis wanneer we ons materiaal sorteren voor een beklimming van Cavall Bernat. Door zijn elegante en markante vorm is dit een van de meest prominente rotstorens
we worden vroeg gewekt door de dreunende kerkklok van Montserrat. Het lijkt ons een prachtig toneel voor het mystieke decor van ronddwalende wolken. Tijdens de aanloop via de noordzijde van het gebergte wordt de immense toren telkens opgeslokt door tollende wolken. Wanneer we uiteindelijk aan de voet van de wand staan, worden we verblind door het felle zonlicht, maar zodra we twee touwlengtes hebben geklommen,
Materiaal sorteren op het plein voor de Santa Maria abdij in Montserrat.
HOOGTELIJN 4-2016 |
23
Sascha van Gemmert in de derde touwlengte van Punsola-Reniu (220 m 6c+) op de noordwand van Cavall Bernat (1111 m).
Sascha en Casper bekijken de mogelijkheden aan de noordkant van het massief.
zijn de wolken weer terug en moeten we extra kleding aan. Het uitzicht is weg en we zien alleen de voet van de wand soms door de wolken heen. De route wordt steeds steiler en na bijna tweehonderd meter klimmen hangt de wand zelfs iets over. Bij het bereiken van de top wacht ons een groot beeld van de heilige Maria met haar gekroonde kind op schoot. Als ook de laatste naklimmer op de top arriveert, lossen de wolken op en worden we getrakteerd op een prachtig uitzicht op het omliggende landschap.
‘All natural’ De afdaling via de zuidkant van de berg is kort en eenvoudig. Dan lopen we langs een hooggelegen pad in de richting van het klooster. Vlak voordat we bij de tandradbaan van Sant Joan aankomen, ontmoeten we een jong Amerikaans koppel uit Pittsburgh, Pennsylvania. Ze genieten duidelijk van het surrealistische uitzicht en vragen ons waar het pad dat wij net gevolgd hebben naartoe gaat. Ik leg hen uit dat het voornamelijk bedoeld is voor een rondwandeling door het gebied, maar dat wij het
24 | HOOGTELIJN 4-2016
gebruikten om terug te keren naar ons hotel na het beklimmen van deze prachtig rotsen. De man lacht, tot hij onze uitrusting ziet en zich kennelijk realiseert dat het geen grap is. Hij grijpt de gelegenheid aan om een vraag te stellen die hem al een poosje bezighoudt: “Do you think they carved these rocks, or is this all natural?” Nu aan mij de beurt om te lachen, maar omdat hij zijn vraag serieus lijkt te menen, probeer ik hem zonder te lachen uit te leggen dat alleen de paden zijn aangelegd en niet de hele formatie. Ik laat het paar, in stil ontzag naar het landschap starend, achter me. Wat nagrinnikend bekijk ik het uitzicht met een nieuwe blik en kom tot het besef dat het eigenlijk helemaal niet zo vreemd is dat je denkt dat deze schoonheid geschapen is. Door de prachtige vorm van de bergen krijgt Montserrat een bijna buitenaardse uitstraling. Geen wonder dat ze het vrij vertaald ‘De gezaagde berg’ genoemd hebben. Zaten die Amerikanen er toch minder ver naast dan ik aanvankelijk dacht.
Martin Fickweiler wordt in de serie Klimmen in Europa gesponsord door:
THEMA SPANJE
Sascha van Gemmert in de vijfde touwlengte van Sánchez-Martinez (340 m 7a) op Paret dels Diables.
Klimmen in Montserrat Reis
Montserrat ligt op 1500 kilometer van Utrecht. Je kunt vliegen op Barcelona of Girona. Met een huurauto kun je dan in respectievelijk 45 en 90 minuten in het gebied zijn. Het is ook mogelijk om met de trein in Monistrol de Montserrat te komen.
Accommodatie
Er zijn diverse mogelijkheden om te overnachten in de omgeving van Montserrat. In Monistrol de Montserrat vind je in de buurt van de Santa Maria abdij hotels en een camping. Daarnaast zijn er in het gebied diverse hutten die een goedkoop alternatief bieden voor klimmers.
Rots & Routes
Montserrat herbergt meer dan 4000 routes. Veel routes zijn tussen de 200 en 300 meter lang en lopen door wanden en pijlers van solide conglomeraat. De beste periodes om in Montserrat te klimmen zijn het voor- en najaar. Op mooie zomerdagen kun je meestal nog wel in de schaduwrijke noordwanden klimmen, maar in de winter is het vaak te koud
om plezierig multipitchroutes te klimmen. Het gebied ligt op een hoogte van ongeveer 1200 meter.
Materiaal
De meeste multipitchroutes in Montserrat zijn klassiek behaakt, dus slechts beperkt voorzien van boorhaken, maar er zijn ook klassieke trad routes waar je een vol arsenaal aan cams en nuts nodig hebt. Een dubbel touw is aan te raden omdat je vanaf de torens vaak moet abseilen.
Documentatie
Er zijn erg veel klimgidsen over Montserrat. Niet alle gidsen zijn nog beschikbaar of up-to-date. Twee gidsen die in elk geval goed bruikbaar zijn: • Fina Ferret & Josep E. Castellnou Ribau, Montserrat free climb, artikelnummer 020000572 (geen ISBN) • Luis Alfonso & Xavier Buxó, Montserrat Vertiente Norte, ISBN 978-84-611-7377-8.
Handige websites
• spain.info • catalunya.com • montserratvista.com
HOOGTELIJN 4-2016 |
25
Mountainbiken in Aragón
Rock& Ro Het is acht uur in de ochtend als we La Puebla de Roda uitfietsen. Nog voor ik het dorp achter me heb gelaten, zitten de eerste modderspetters al op mijn gezicht. Ik zie een stevig paar kuiten in een lekker tempo doortrappen en probeer ze gemotiveerd bij te houden. Kronkelend door het hoge natte gras, langs honderden klaprozen en via een oud bruggetje duiken de kuiten het donkere bos aan de voet van de eerste klim in.
26 | HOOGTELIJN 4-2016
| TEKST EN FOTO’S MIRTE VAN DIJK
THEMA SPANJE
HOOGTELIJN 4-2016 |
27
gedraai met mijn benen werkt inmiddels hypnotiserend en de hobbelige ondergrond verplaatst zich langzaam maar gestaag onder mijn fietsbanden door als ik in een regelmatig tempo omhoog trap. Daar waar de route op een brede asfaltweg begon, zal hij eindigen op een kronkelweggetje in El Pont de Suerte. Ik klim naar de eerste afdaling. Wat een mooie paradox. Op het moment dat ik denk dat ik de kuiten uit het oog ben verloren, zie ik ze langs een sneeuwveld trappen. Sneeuw! Aragón bewijst elke kilometer opnieuw dat ze hoog op ieders verlanglijstje zou moeten staan. De grindpaadjes dwars door felgroen gekleurd bos hebben plaatsgemaakt voor een modderige klim op weg naar de Prat de Estaso Pass, letterlijk het hoogtepunt van de dag dat op bijna 1700 meter ligt. Op de bijzondere wisselwerking tussen het gevarieerde rotslandschap, het uiteenlopende struikgewas en de fantastische vergezichten mag menig land jaloers zijn.
Lekke banden? Sneeuw en modder gaan over in een smal rotspad op weg naar een enorme grasheuvel, de Prat de Estaso Pass. De kuiten liggen daar al in het gras, terwijl ik de laatste honderd meter naar de rustplek puffend afleg. Het voelt alsof mijn fiets twee lekke banden heeft, zo traag ga ik omhoog. “Het toppunt moet nog komen!” zegt het gezicht dat bij de stevige kuiten hoort als ik bijna boven ben. Heel even ben ik verward en in paniek. Toppunt? Hoe noem je deze enorme klim naar de pas dan? Maar dan valt het kwartje. Hij heeft gelijk. Elke kilometer die we afleggen, is een kilometer dichterbij ons einddoel, zowel geestelijk als fysiek. En dat die kuiten die urenlang mijn motivatie waren nu al languit in dat heerlijke gras liggen, terwijl ik nog vecht met de laatste hoogtemeters is slechts een extra uitdaging. Het toppunt dat ons nog te wachten staat, is tegelijk onze beloning: de afdaling. Een stukje door het pittoreske El Pont de Suert.
I
n het grote dennenbos loopt een van de vele mountainbikeroutes die de provincie Aragón in haar overweldigende berglandschap verborgen houdt. Hoewel de routes duidelijk aangegeven staan, is Aragón een nog onontdekte regio in de Pyreneeën. En dat is verrassend, gezien de uitdagende hoeveelheid activiteiten.
Vijf dagen rollen Deze vijfdaagse mountainbiketocht, een warming-up van achttien kilometer en 400 hoogtemeters in het avondzonnetje rond het hotel meegerekend, start in het pittoreske Perarrua. Het dorpje is nauwelijks op de kaart te vinden, maar ligt aan de voet van de bergen en is daarmee een goed uitgangspunt voor veel fietsroutes. Na deze vijf dagen hebben we ruim 200 kilometer gefietst, rond de 4200 hoogtemeters afgelegd en elf dorpjes doorkruist. Ons eindpunt is Llanos del Hopital in Benasque, daar waar de weg letterlijk ophoudt en de grens met Frankrijk loopt. De eerste etappe eindigt in La Puebla de Roda, zo’n 40 kilometer verderop. Het niveau van deze route kan uiteenlopen van 900 tot 1300 hoogtemeters en is daarmee gevarieerd genoeg voor iedere sportieve fietser. Dit geldt eigenlijk voor elke etappe in deze tocht. Na La Puebla de Roda fietsen we via El Pont de Suerte naar Castejón de Sos, etappes tussen de 38 en 42 kilometer met een gemiddelde van 1200 hoogtemeters. Ik fiets nog altijd achter de stevige kuiten aan. Hoewel ze een stuk verder aan de horizon voor mij trappen, houdt het me gefocust en gemotiveerd om ze niet uit het oog te verliezen. Dat frequente
28 | HOOGTELIJN 4-2016
Downhill Na een korte pauze, heel veel foto’s, het inademen van de frisse berglucht, de warme zonnestralen op mijn gezicht en een korte check-up van mijn fiets is het tijd om af te dalen. De grasheuvel ziet er aangenamer uit in de tegenovergestelde richting en mijn wielen rollen steeds sneller over het smalle zandpad naar beneden. De kuiten hadden gelijk: dit is het absolute toppunt! Zand gaat over in gras, gras in modder en modder verandert in stenen. Grote stenen. Rollende stenen. Ik knijp in mijn rem in de
De grasheuvel ziet er aangenamer uit in tegenovergestelde richting.
THEMA SPANJE
zand g t over in gras, gras in mo er en mo er verandert in stenen De kuiten manoeuvreren geoefend tussen de rotsblokken door.
hoop de fiets iets beter onder controle te houden. Met slippende banden en stuiterende wielen manoeuvreer ik tussen de rotsen door en het lijkt inmiddels meer op down-hillen dan mountainbiken. Mijn armen zijn gespannen en mijn blik is gefocust terwijl ik met brandende bovenbeenspieren naar beneden rol. Het voelt alsof er uren voorbij zijn gegaan wanneer ik de spanning kan loslaten op de kronkelweg naar het dorp. Snelheid omhoog, hartslag naar beneden. El Pont de Suerte ligt aan mijn wielen. Aragón heeft zich bewezen. Dit was absoluut rock en rollen.
Mountainbiken in de Pyreneeën Regio
In de Spaanse regio Aragón is het mountainbiken een geliefde bezigheid. De tracks worden goed onderhouden, de routes staan duidelijk aangegeven en er is voldoende variatie tussen enduro, rally en marathon. In deze regio heb je drie organisaties die je accurate informatie kunnen geven en waar je een gids kunt huren. Kijk voor meer informatie op puropirineo.com, bttpirineo.com en bttpirineosaltogallego.com.
Overnachten
Onderweg vind je diverse hotels en campings. Er zijn tientallen mountainbikeroutes waarbij het start- en eindpunt op dezelfde plek liggen. Ben je avontuurlijk onderweg met je toerfiets of fiets je graag meerdere etappes, dan kun je via Centro BTT Alto Gallego een shuttlebus regelen. Wie graag een Nederlands aanspreekpunt heeft, kan via Chill-Outdoor appartementen en activiteiten rond het centraalgelegen Perarrua boeken. Kijk voor meer informatie op chilloutdoor.nl, turismodearagon.com, bttpirineosaltogallego.com en spain.info.
Mountainbiken met de NKBV
Wil je ook een week mountainbiken in de Pyreneeën? De NKBV organiseert in samenwerking met Chill-Outdoor van 15 tot 22 oktober een reis naar standplaats Perarrua. Elke ochtend staat er een Spaanse gids klaar om je mee te nemen naar de mooiste mountainbikeroutes van de streek. Met een gemiddelde lengte van 40 kilometer en 1000 tot 1500 hoogtemeters per dag, zijn de routes geschikt voor
beginnende en gevorderde mountainbikers met een goede conditie. In pension Jose-Maria verblijf je op basis van volpension+, met elke dag een driegangendiner met Spaanse specialiteiten. Prijs: € 795. Kijk voor alle details op bergsportreizen.nl/ pyreneeen-mountainbiken.
Reis
Toegegeven: het is een hele trip naar de Spaanse Pyreneeën. Toch doen de regio’s er alles aan om het zo bereikbaar mogelijk te maken. Zo zijn er dagelijks vluchten van diverse locaties naar Barcelona en Toulouse, is de prijs van een huurauto zeer redelijk en is het gebruik van taxibusjes aantrekkelijk. Ga je met de auto, dan zit je ongeveer vijftien uur en 1450 kilometer achter het stuur. Welke manier van reizen je ook kiest, het is absoluut de moeite waard.
Ook leuk
Tussen het rock en rollen door kun je je ook vermaken op vele via ferratas verspreid over Aragón en Catalonië. Een van de meest indrukwekkende beklimmingen is de Cali del Moli. Zie deandar.com. Voor de fanatieke mountainbiker is er nog de Trans Nomad, de allereerste mountaineering mountainbike race van Spanje. Hoewel het meer een trip dan een race is, moet je fysiek en technisch goed getraind zijn om de ruim 2600 meter hoge top te kunnen bereiken. De eerste editie van de Trans Nomad vindt plaats tussen Castejón de Sos en Bielsa, heeft plek voor zestig mountainbikers en start deze maand (september 2016). Kijk op trans-nomad.com.
HOOGTELIJN 4-2016 |
29
Land van
Lucky Luke Bardenas Reales
30 | HOOGTELIJN 4-2016
| TEKST EN FOTO’S FRANK HUSSLAGE
THEMA SPANJE
Links van me staat een rijtje ooievaars. Ze genieten van hun maaltijd in een rijstveld. Lekker: onbeperkt kikkers met lauwe rijst. Prachtig steekt hun zwart, wit en rood af tegen het weelderige groen van de jonge rijstplantjes en het diepblauw van de zinderend hete lucht. Rechts van me is de wereld anders. Totaal anders. Daar begint de Bardenas Reales, het gebied dat zichzelf aanprijst als de noordelijkste woestijn van Europa.
V
oor een paar dagen wandelen en fietsen in een dor woestijngebied heb ik wel de slechtste tijd van het jaar gekozen: het is eind mei en alle flora bloeit onstuimig. Zo ver het oog reikt, is het bruine zand verdrongen door golvende groene velden, doorregen met oneindig veel klaprozen. Op de horizon geven stoere, kale tafelbergen een indruk hoe het hier de andere elf maanden van het jaar moet zijn: kaal, droog en woest. Zo’n landschap waarin je elk moment Lucky Luke tegen kunt komen. Die gedachte is niet zo raar. Het gebied fungeert regelmatig als decor voor speelfilms en commercials. De bekendste in dit rijtje is misschien de James Bondfilm The world is not enough, waarin Bardenas Reales figureerde als Afghanistan. Wat iets zegt over het landschap. Maar ook nu nog weten regisseurs het gebied te vinden, getuige de opnamen voor Game of Thrones in september dit jaar.
Flora- en faunasensatie
De Bardenas is een natuurpark en een Unesco biosfeerreservaat. Het is dus stevig dichtgetimmerd met ge- en verboden. Wat de ontploffing namakende filmmakers en militairen wel mogen, mag ik als eenzame toerist niet. Als wandelaar zou ik er eindeloos kunnen rondsjouwen tussen en over de zandvlaktes, de rotsen en de barrancos. Helaas zijn er maar een paar plaatsen waar dat mag. Met alle mitsen en maren is het gebied uiteindelijk het meest geschikt voor de mountainbike. Mijn wandelmaatje Eduardo kent het gebied als geen ander. Hij woont er al zijn leven lang en maakte veel van de promotiefoto’s van het gebied. Deze dagen laat hij me de mooiste plekjes zien.
Verdroogde grond typeert het kale en woeste landschap.
HOOGTELIJN 4-2016 |
31
Eduardo met Cabezo de la Cruz de Pelotero op de achtergrond.
Het officiële park is mooi, maar net erbuiten ook. En daar kun je wel vrij rondwandelen. Eduardo is opgeleid als een soort boswachter. Ik ben niet echt van de straat als het gaat om het waarnemen van dieren en planten, maar keer op keer verbaast het me wat hij weer ontdekt. Wandelend langs een van de vele barrancos, een seizoensgebonden waterloop, verbaas ik me over tientallen bijeneters in de lucht. In Nederland zie je dit kleurrijke vogeltje vrijwel nooit, dus wat hier gebeurt is een regelrechte sensatie voor me. Eduardo’s aandacht is echter heel ergens anders. Wat ik aanzag voor een wespenorchis heeft hij ondertussen gedetermineerd als een tot nog toe niet bekende mutatie. Het heeft schijnbaar te maken met een extra lijntje op een bloemblad… De grond is hier op veel plaatsen wit uitgeslagen van het zout. Als het al regent, stroomt het water
niet het gebied uit, maar verzamelt het zich op de laagste plaatsen. Daar verdampt het uiteindelijk, waarbij het uitgespoelde zout achterblijft. Tot mijn grote verbazing zie ik dat hier midden in de woestijn zeekraal groeit: een plantje dat ik ken van mijn eigen zoute Zeeuwse schorren. Eduardo heeft er een prachtig wetenschappelijk verhaal over, ik kan hem uitleggen dat wij het thuis graag op ons bord zien. Past prima bij de asperges, die hier in Spanje nu in onbeperkte hoeveelheden op de markt liggen.
El Plano
Als we vanuit deze kom de rand op klauteren, komen we vanzelf weer in het park terecht; het gedeelte dat El Plano wordt genoemd, de vlakte. In de verte leidt een herder zijn schaapskudde over de dorre grond. Over een maandje moet hij hier weg zijn, ’s zomers
De fantastische pistas lijken gemaakt voor mountainbikers.
32 | HOOGTELIJN 4-2016
THEMA SPANJE
zijn alle kuddes in de Pyreneeën en krijgt de natuur hier rust. Je zou je bijna in een Nederlandse polder wanen, zo vlak en saai oogt deze vlakte. Maar dat is het niet. Alsof landschapskunstenaar Christo hier was, sluiten tientallen witte bergen als gordijnen de horizon af. Tweehonderd kilometer verderop is het nog volop winter op de Pyreneese toppen.
Doornroosje
El Plano loopt in lange loodrechte kliffen af naar La Alta Blanca, de witte vlakte. Ooit was hier een meer, maar dat is leeggelopen in de Ebro die hier vlakbij stroomt. Wat overbleef is deze woestijn. De kliffen vloeien als golvend geplooide gordijnen door het landschap. Als coulissen op een toneel geven ze diepte en ruimte aan de vlakte. De bovenste laag is harder dan de onderliggende zandbodem, de bergen zijn platte tafelbergen zonder spitse top, cabezas. Als de erosie maar lang genoeg doorgaat en de harde laag maar ver genoeg afkalft, verdwijnt uiteindelijk die beschermende laag en is een berg in een paar decennia verdwenen. Er zijn hier meerdere cabezas die nog maar een paar decennia te gaan hebben. De harde top van een daarvan wordt gevormd door een voormalig ridderslot: we zitten hier tenslotte op de grens tussen twee voormalige koninkrijken: Navarra en Aragón. De bijbehorende
Doornroosje-achtige legende is goed voorstelbaar bij de eenzame toren met maar één klein raampje bovenin. Het beeldmerk van de Bardenas Reales, het Castildetierra, is ook zo’n schoolvoorbeeld van een tafelberg in zijn eindtijd. Nog slechts een paar vierkante meter rots beschermt hier een spitse top. De generatie na ons zal dit typische bergje waarschijnlijk alleen nog kennen van foto’s. En die worden hier per dozijn gemaakt. De voornaamste toegangsweg komt hier uit op de drukste rondrit door de vlakte, 48 kilometer om een militair oefenterrein heen. Castildetierra is een verplichte eerste stop voor iedereen die een dagje Bardenas rijdt met camper of motorfiets. Twee Nederlanders komen er niet eens hun auto voor uit: raampje naar beneden, plaatje maken met de iPad en door naar het volgende hoogtepunt.
Thermiek
Een andere berg met een heuse top, Peña del Fraile, ligt in de Plana de la Negra, de zwarte vlakte. Hier kom je niemand meer tegen. En het leuke is dat er weer het nodige te wandelen valt. Een goed uur lopen over een riant geitenspoor brengt ons tweehonderd meter hoger. Een stevige kalkrichel beschermt
De bergen vloeien als golvend geplooide gordijnen door het landschap.
Smakelijk Spanje Spanjes grootste rivier, de Ebro, stroomt kort langs de Bardenas Reales. Het warme klimaat en het water van de rivier zorgen hier voor fantastische kwaliteit groente en fruit. De horeca maakt daar dankbaar gebruik van: vrijwel elk restaurant heeft zijn eigen moestuin en maakt daar de lekkerste menu’s mee. Het was voor mij als vegetariër een zeer aangename verrassing om door Eduardo tussen twee wandelingen door meegetroond te worden voor een perfecte lunch: “Zeven gangen van perfect bereide verse groenten en neem er rustig twee uur de tijd voor, want het is buiten toch te warm om te lopen.” En dat in een willekeurig restaurant in Tudela. En vrijwel elke andere gelegenheid bood deze zelfde kwaliteit.
HOOGTELIJN 4-2016 |
33
Ooit was hier een meer, maar dat is leeggelopen in de Ebro die hier vlakbij stroomt
34 | HOOGTELIJN 4-2016
THEMA SPANJE
drie militaire helikopters me van dichtbij bekeken, laat ik hier buiten beschouwing.
de zandberg onder ons. Als ik wat wil klimmen, brokkelt de witte kalk onder mijn vingers af. De grijze kalk is steviger, maar de combinatie van wit en grijs is volledig onbetrouwbaar. De Bardenas is geen gebied voor klimmers. Boven aangekomen heeft de berg het zachte briesje uit de vlakte aangewakkerd tot een stijgwind waar ik tegenin kan hangen. Het kost ons moeite om te blijven staan. Nu snappen we ook de tientallen vale gieren die we hier zien. Deze wind langs de berg brengt de enorme vogels moeiteloos honderden meters hoger, waarna ze zonder inspanning weer verder kunnen zweven naar een volgende thermiekbel.
Apocalyps
Het is nu broedseizoen voor de gieren. Wellicht het mooiste wandelpad door het gebied, noordelijk van de berg Pisquera, is nu afgesloten om de daar broedende gieren niet te verstoren. Helaas. Een stel Franse ruiters trekt zich niets aan van dit verbod. Een woordspeling met Spaanse ruiters dringt zich op, maar ik verbijt mijn ergernis. Eduardo heeft vandaag andere verplichtingen en ik verken het gebied in mijn eentje, op de mountainbike. Dat blijkt de perfecte manier om hier rond te reizen. De pistas lijken gemaakt voor fietstochten, terwijl het in je eigen rijwind net een paar graadjes koeler lijkt. Een tegemoetkomende fietser die ik op de foto zet, zwaait vriendelijk naar me. En gaat met maar één hand aan zijn stuur pijnlijk onderuit. Au! Het loopt allemaal goed af, alleen een paar schaafplekken. Een serieus probleem wil je hier niet hebben. Vaak heb je geen mobiel bereik en de stukken buiten het toeristenrondje zijn leeg. In een hele dag kom ik hier maar vier andere fietsers tegen. Het Apocalypse Now-gevoel toen
Over een maand moet de schaapskudde verhuizen naar de Pyreneeën, dan krijgt de natuur hier rust.
Vreemd, zo’n mooi gebied dat buiten de kleine toeristische kern nog zo leeg is. Er zijn plannen om, weliswaar onder begeleiding van een parkwachter, langere wandelingen uit te zetten in de Bardenas. Mocht het ooit zover komen, dan ben ik de eerste om me daarvoor aan te melden.
Wandelen en fietsen in de Bardenas Reales Algemeen
Het nationaal park en Unesco biosfeerreservaat Bardenas Reales is een woestijnachtig, onbevolkt gebied van 41.845 hectare groot in Zuidoost-Navarra. De hoogte varieert tussen grofweg 200 en 500 meter. Je kunt er prachtig maar beperkt wandelen, voor klimmen is het ongeschikt, voor mountainbiken is het zeer geschikt en ja, je kunt er ook met de auto terecht, maar dan doe je jezelf tekort. Het gebied kent de nodige ge- en verboden. Zo is het alleen overdag toegankelijk en mag je dus nergens in het gebied overnachten, op een camperplaats bij het stuwmeer na. Kijk voor meer detailinformatie op bardenasreales.es en op turismo.navarra.es.
Seizoen
Elf maanden per jaar is het gebied een bruine woestijn. De foto’s bij dit artikel maakte ik eind mei 2016, in de korte periode dat de hele flora uitbundig bloeide. Voor het mooiste licht moet je er ’s winters zijn; in het voorjaar willen er nogal eens forse regenbuien vallen en ’s zomers is het overdag snel te heet voor buitenactiviteiten. In mei al noteerde ik 32 graden in de schaduw.
Contact
De fotograaf met wie ik onderweg was, is Eduardo Blanco Mendizabal. Voor veel Nederlanders handig: hij spreekt Engels. Zijn website is ebmfoto.com en je kunt hem bereiken via eduardo@ebmfoto.com.
Kaart
Spanje Mapa topográfico Nacional de España MTN 50, 1:50.000 nummers 244, 245, 282 en 283.
Documentatie
Er bestaat een Franstalig wandel- en mountainbikegidsje van het gebied: Randonnées dans le désert des Bardenas Reales. Uitgave: rando-éditions.com, ISBN 978-2-84182-496-0, prijs € 9,90. Het bezoekerscentrum van het park geeft een combinatie van gids met kaart uit, die per saldo veel praktischer is dan de hierboven genoemde kaarten en boekje. Helaas is dat alleen ter plekke te koop, zowel in het Spaans als het Engels. ISBN 84-932524-5-x.
Bereikbaarheid
Bardenas Reales ligt zo’n 200 kilometer ten zuiden van de westelijke Pyreneeën en een kleine 1500 kilometer vanaf Utrecht. Openbaar vervoer: de dichtstbijzijnde plaats met alle voorzieningen, inclusief treinstation, is Tudela. Vanaf daar is er geen openbaar vervoer naar het park. Auto: autosnelweg AP-68 vanaf Zaragoza of Bilbao, of de AP 15 vanaf Pamplona naar Tudela (tol). Een paar kilometer noordelijk van Tudela de NA 134 naar Arguedas, het dorp aan de westkant verlaten en borden Bardenas Reales volgen. Als je vanuit Tudela de NA 134 volgt, moet je net vóór Arguedas rechtsaf.
Overnachten
Overnachten in het park is verboden, op de camperplaats bij het stuwmeer na. Er zijn amper campings in de regio, camping Bardenas lijkt de dichtstbijzijnde: campingbardenas.com. In het stadje Tudela vind je alle voorzieningen.
HOOGTELIJN 4-2016 |
35
36 | HOOGTELIJN 4-2016 | TEKST ERNST ARBOUW | FOTO’S LAURENS AAIJ
THEMA SPANJE
Edurne Pasaban: eerste vrouw op alle veertien achtduizenders
‘Iedereen denkt dat ik een droom heb, een ambitie’ De Baskische expeditieklimster Edurne Pasaban bereikte als eerste de toppen van alle veertien achtduizenders. Het maakte haar beroemd, maar ook eenzaam. “Dat is de tragiek van expeditiebergsport. Zodra je terug bent in je eigen veilige omgeving, zonder grote uitdagingen, mis je iets. Risico, het gevoel dat je leeft.”
“N
og voor ik was geboren, hadden mijn ouders mijn levensverhaal geschreven. Ze hadden al beslist wat ik zou studeren, ze hadden al beslist dat ik in het familiebedrijf zou komen. Alles stond keurig op een rijtje. Klimmen was een manier om daaraan te ontsnappen.” Edurne Pasaban (43) zit aan een tafeltje in een park net buiten San Sebastian, in Spaans Baskenland. Terwijl ze vertelt, hoofdzakelijk in het Engels, maar soms, als het persoonlijk wordt, in razendsnel Spaans dat door haar vriend wordt vertaald, komt de dag langzaam op gang. Achter haar schittert de laagstaande zon op het water van de Golf van Biskaje. “Ik kom uit een heel traditionele, hechte familie. Daar komt nog bij dat ik als kind vaak erg ziek was. Altijd dicht bij mijn moeder in de buurt; nooit echte vrienden. Dat veranderde toen ik voor het eerst in de bergen kwam. Ineens voelde ik iets wat ik nog niet eerder had gevoeld: in de bergen was ik niet meer afhankelijk van mijn ouders; zij kunnen de bergen niet controleren.”
Expeditierelatie Pasaban vertelt hoe ze op haar veertiende voor het eerst naar de Pyreneeën ging met haar neef Asier Izaguirre. Toen Pasaban in 2010 als eerste vrouw ter wereld alle achtduizenders beklom,
was onder andere haar laatste achtduizender ook met Izaguirre. “Het was nooit mijn bedoeling om alle achtduizenders te beklimmen. Het kwam niet eens bij me op. Pas op het allerlaatst, met nog drie of vier toppen te gaan, werd dat een duidelijk plan. Toen heb ik mensen bij elkaar gezocht met wie ik graag klim, Team Edurne. Mensen van wie ik wist dat ik ze kon vertrouwen. Asier was de eerste naam op mijn lijstje.” Vanaf haar eerste Himalaya-expeditie, in 1998 naar de 8167 meter hoge Dhaulagiri, deed Pasaban vrijwel elk jaar een poging om een achtduizender te beklimmen; een paar keer ging ze zelfs twee of drie keer achter elkaar op expeditie. Dat lijkt lastig te verenigen met de bewering dat ze geen ambitie had om achtduizenders te beklimmen. “Ik had geklommen in Ecuador en Peru; de Dhaulagiri was een droom: één keer een achtduizender beklimmen. Tijdens de tocht leerde ik Silvio Mondinelli kennen. Als dat niet was gebeurd, was ik misschien wel nooit meer op expeditie gegaan.” Mondinelli en Pasaban klommen in afzonderlijke teams, maar op de flanken van de berg ontstond een innige vriendschap. Terug in Kathmandu bloeide die vriendschap op tot een romance, uit die romance ontstond een relatie, maar wel een relatie met één groot probleem: Mondinelli was getrouwd. Na de expeditie ging hij terug naar zijn gezin in Italië.
HOOGTELIJN 4-2016 |
37
‘Ik wist dat de waarheid toch wel een keer aan het licht zou komen’ In de daaropvolgende jaren hadden Pasaban en Mondinelli een expeditierelatie, waarbij ze alleen tijdens beklimmingen en na afloop in Kathmandu samen konden zijn. Samen beklommen ze Mount Everest en Makalu en deden ze een tweede, onsuccesvolle poging op Dhaulagiri. Wat ooit begon als een manier om aan de druk van haar ouders te ontsnappen, en wat later een manier werd om samen te zijn met haar geliefde, was inmiddels een halve carrière geworden. Mede dankzij het Spaanse tv-programma Al filo de lo imposible (‘Op de rand van het onmogelijke’), waarin regelmatig aandacht is voor expedities naar de Himalaya en de poolgebieden, kon Pasaban in de daaropvolgende jaren op expeditie naar K2 en Nanga Parbat. “Voor een buitenstaander ziet het er misschien heel mooi uit. Mensen denken dat je een leuk leven hebt omdat je op tv komt, of beroemd bent, of mooie bergen beklimt. Iedereen denkt dat je dus een droom hebt, een uitdaging, een doel, een ambitie.” Ze haalt haar schouders op: “Pfff. Ga naar een willekeurige klimmer en vraag: ‘Ben je eenzaam?’ Ik weet zeker dat ze allemaal ‘ja’ zeggen. Steck, Messner – vraag het
38 | HOOGTELIJN 4-2016
ze maar. Zodra ze thuis zijn, zijn ze eenzaam. Dat is de tragiek van expeditiebergsport. Zodra je terug bent in je eigen veilige omgeving, zonder grote uitdagingen, mis je iets. Risico, het gevoel dat je leeft, het gevoel dat je…” Ze haalt nog een keer haar schouders op: “Ik weet niet precies wat ik mis, maar ik weet wel dat ik het vind in de bergen.”
Poppen breien De eenzaamheid die Pasaban beschrijft, kreeg een nieuwe dimensie toen een nieuwe liefdesrelatie in de loop van 2006 op de klippen liep. In haar autobiografie Catorce Veces Ocho Mil, in het Engels gepubliceerd onder de titel Tilting at Mountains, vertelt ze hoe ze, alleen in een appartementje in Barcelona waar ze op dat moment studeerde voor een MBA, steeds verder in de knoop raakte: “Toen mijn vriend onze relatie verbrak, stortte mijn hele wereld in elkaar. Voor die tijd had ik nooit een stabiele, langdurige relatie gehad. Ik had nooit eerder met iemand samengeleefd met het gevoel dat je samen aan een toekomst werkt.” Ze vertelt hoe ze steeds meer het gevoel kreeg dat haar leven als expeditieklimster haar geluk in de weg zat. “Het werd
THEMA SPANJE
Wie is... Edurne Pasaban
Edurne Pasaban (1 augustus 1973) beklom als eerste vrouw alle bergen hoger dan 8000 meter. Ze begon op haar veertiende met klimmen met haar neef Asier Izaguirre, inmiddels zelf ook een succesvol expeditieklimmer. Na een aantal tochten in Zuid-Amerika, reisde ze in 1998 naar Nepal voor een expeditie naar de 8167 meter hoge Dhaulagiri. In 2001 bereikte ze de top van Mount Everest. In de daaropvolgende twee jaar bereikte ze de toppen van Makalu, Cho Oyu, Lhotse, Gasherbrum I en Gasherbrum II. Hoewel het aanvankelijk nooit haar bedoeling was om alle veertien achtduizenders te beklimmen, werd het rond 2008 duidelijk dat zij een goede kans maakte om als eerste vrouw die mijlpaal te bereiken. Op 17 april 2010 beklom Pasaban de Annapurna (8091 meter), haar dertiende achtduizender. Precies een maand later maakte ze haar lijst compleet met de beklimming van de 8027 meter hoge Shishapangma. Over haar beklimming van de veertien achtduizenders en haar worsteling met depressie schreef Pasaban Catorce Veces Ocho Mil, in het Engels vertaald als Tilting at Mountains. Tussen 1998 en 2010 ging Pasaban twintig keer op expeditie naar de Himalaya en de Karakoram, in die periode haalde zij veertien keer de top: Mei 2001 Mount Everest - eerste succes op een achtduizender. Beklimming via de zuidwestzijde, met kunstmatige zuurstof. Mei 2002 Makalu. Oktober 2002 Cho Oyu. Mei 2003 Lhotse. Juli 2003 Gasherbrum I. Juli 2003 Gasherbrum II. Juli 2004 K2, tijdens afdaling in problemen geraakt door uitputting en extreme kou. Gered door tochtgenoten. Na thuiskomst twee tenen geamputeerd. Juli 2005 Nanga Parbat Juli 2007 Broad Peak Mei 2008 Dhaulagiri, derde poging op de berg, na eerdere expedities in 1998 en 2001. Oktober 2008 Manaslu. Mei 2009 Kangchenjunga. April 2010 Annapurna. Mei 2010 Shishapangma. Edurne Pasaban is te volgen op edurnepasaban.com/en en op twitter onder @edurne_pasaban.
meer en meer duidelijk dat ik moest stoppen met bergbeklimmen. Ik had mezelf ervan overtuigd dat ik om gelukkig te zijn een conventioneel leven moest leiden. Net als alle andere mensen. Ik gaf de bergen de schuld van mijn eenzaamheid. Zonder dat ik het zelf merkte, zakte ik weg in een depressie. Tijdens de kerst was ik met Asier en een paar vrienden aan het ijsklimmen in La Grave. Mooie routes. Twee dagen later zat ik in een psychiatrisch ziekenhuis, waar de verpleegsters wilden dat ik ging handwerken. Poppen breien als therapie. Stel je voor dat je gewend bent om elke dag te sporten, je komt net terug van een gletsjer in de Alpen en ineens zit je in een ziekenhuis tussen mensen die zachtjes mompelend poppen zitten te breien. Ik vertikte het.” Na vier weken werd Pasaban ontslagen uit het ziekenhuis. “Achteraf gezien veel te vroeg,” zegt ze. In haar boek beschrijft ze hoe ze, alleen in haar appartement in Barcelona, een overdosis antidepressiva nam en probeerde haar polsen door te snijden. “Ik wilde alleen nog maar dood zijn, tenminste dat dacht ik. Ik heb twee keer geprobeerd een eind aan mijn leven te maken; als ik er nu over nadenk, is het zo ontzettend – ontzéttend – egoïstisch.
Het is de makkelijke oplossing. Nadat ik die pillen had geslikt, werd ik ineens heel bang. Ik weet nog dat ik de hulpdiensten heb gebeld, die zeiden dat ik de voordeur van het slot moest halen. Daarna herinner ik me niets meer.”
‘Fijne vakantie’ Pasaban maakte verschillende keren van nabij mee dat goede vrienden verongelukten in de bergen; in 2004 verloor ze zelf bijna het leven bij de afdaling van K2. (“Ik heb vooral heel veel geluk gehad dat er mensen kwamen om me te helpen.”) Het ligt voor de hand te denken dat die ervaringen een rol speelden bij haar depressie, maar zelf houdt ze het vooral op liefde, eenzaamheid en familie. “Basken zijn stug en ontoegankelijk. Hard werken en geen emoties, een beetje als de Zwitsers. Als ik op expeditie ga, krijg ik op het vliegveld van mijn vader hooguit een hand: ‘Nou, fijne vakantie.’ Misschien is hij wel trots op me, misschien ziet hij wel wat ik heb bereikt, maar hij laat het niet merken. Volgens mij ziet hij nog steeds niet dat dit mijn leven is.” Ze kijkt naar haar vriend, aan de andere kant van de tafel: “Heb jij wel eens gezien dat ik een
HOOGTELIJN 4-2016 |
39
LOVE NATURE
love performance
MOAB Mid STX AM
• Waterdichte halfhoge mountainbikeschoen. • Speciaal ontwikkelde flatpedal Vibram zool. • Gecertificeerd leder, milieuvriendelijk en fair geproduceerd. • Waterdicht en zeer ademend door het Sympatex membraan. vaude.com
ALL YOU HAVE TO DO IS
RUN
AKASHA A super cushioned trail running shoe designed to cover long distances in comfort and safety. It features a Cushion Platform™ footbed, Dynamic ProTechTion™ active reinforcements, and the Trail Rocker™ sole which helps support natural heel-toe stability.
LA SPORTIVA ® is a trademark of the shoe manufacturing company “La Sportiva S.p.A” located in Italy (TN)
Studied and tested in Val di Fiemme, Dolomites: you can run for days.
www.lasportiva.com Become a La Sportiva fan @lasportivatwitt Val di Fiemme, Trentino
THEMA SPANJE
‘Ik gaf de bergen de schuld van mijn eenzaamheid’
kus kreeg van mijn vader?” Hij probeert een direct antwoord te vermijden: “Edurne, ik heb een slecht geheugen.”
Alle veertien achtduizenders Eén keer was er een klein sprankje erkenning van haar vader, in het voorjaar van 2010, toen Pasaban Shishapangma had beklommen. “Hij was met mijn moeder naar Kodari gekomen, aan de grens van Nepal en Tibet. Daar wachtten ze me samen op.” Met de beklimming van Shishapangma werd Pasaban de eerste vrouw die de toppen van alle veertien achtduizenders had bereikt, al ging die eer aanvankelijk naar de Koreaanse Oh Eun-Sun, die haar lijst twintig dagen eerder voltooide met de beklimming van Annapurna. “Iedereen wist dat het niet klopte,” zegt Pasaban. De beklimming door Oh Eun-Sun van Kangchengjunga, in het voorjaar van 2009, stond ter discussie. Eun-Sun, meestal kortweg aangeduid als ‘Miss Oh’, had van de top alleen een wazige foto waarop de omgeving van de berg niet te onderscheiden is. Op de foto staat ze op kale rots, terwijl Pasaban, die de berg vrijwel tegelijkertijd beklom, in een dik pak sneeuw op de top stond. Er is bovendien een groen vast touw te zien. Volgens getuigen hield dat groene touw tweehonderd meter voor de top op. “Niemand had er woorden aan vuil gemaakt omdat het er aanvankelijk niet toe deed, maar iedereen wist dat ze loog.” Pasaban vertelt hoe ze met haar team in het basiskamp van Shishapangma zat terwijl Oh Eun-Sun op Annapurna was. (“We hadden haar zelfs nog onze vaste touwen gegeven.”) “In het kamp zagen we berichten over Miss Oh voorbijkomen. Ik las elke ochtend wat er werd geschreven. Op een bepaald moment heb ik gezegd: Oké, vergeet het maar. Let’s cut the internet. We zijn hier voor Shishapangma; ik wil niet weten wat er op Annapurna gebeurt.” Pasaban bereikte op 17 mei 2010 de top van Shishapangma, twintig dagen nadat Miss Oh op Annapurna stond. Nauwelijks
drie maanden later verklaarde de Zuid-Koreaanse bergsportfederatie dat Eun-Sun niet op Kangchenjunga was geweest en dat – dus – Pasaban de eerste vrouw was die alle achtduizenders had beklommen. “Die eerste maanden dacht ik: oké, ik heb het vooral voor mezelf gedaan, ik ga niet voor iemand anders op expeditie. Ik wist bovendien dat de waarheid toch wel een keer aan het licht zou komen.” Inmiddels wordt de prestatie van Pasaban algemeen erkend. De bergsportfederatie van Zuid-Korea, de toonaangevende website ExplorersWeb en – niet in de laatste plaats – journaliste en levende legende Elizabeth Hawley, die al sinds de jaren vijftig overzichten bijhoudt van Himalaya-expedities, plaatsen allemaal ernstige vraagtekens bij de claim van Miss Oh. Er is één uitzondering: Reinhold Messner, die als eerste man alle achtduizenders beklom. Hij weigert de titel van Pasaban te erkennen. “Dat frustreert me enorm. Het maakt me ontzettend kwaad. Misschien kan hij het niet hebben dat een Europeaan de eerste vrouw is, ik weet het niet. Messner moet altijd eigenwijs zijn. Hij vindt het leuk om mensen tegen te spreken. Hij is een briljante klimmer, maar als mens schiet hij soms een beetje te kort.” En dan, in het Spaans: “El para mi es un gran escalador pero no es Dios.” – Hij is een goede klimmer, maar hij is niet God.
De echte Edurne De laatste jaren is Pasaban alleen nog op een paar kleine expedities geweest. “Vijf- en zesduizenders, beklimmingen met vrienden,” vertelt ze. “Ik mis het enorm. Het is net alsof ik twee verschillende personen ben: iemand die naar de bergen gaat en zelfverzekerd en gelukkig is en weet wat ze wil, en Edurne Pasaban. Je kunt me vragen wie de echte Edurne is, dan zeg ik natuurlijk: de bergbeklimster. De komende tijd wil ik leren hoe ik ook in het dagelijks leven Edurne kan zijn.” HOOGTELIJN 4-2016 |
41
Pad van 58 kilometer wandelen
de Volle Maan Het Sender de la Lluna Plena, het Pad van de Volle Maan, of korter de GR33, is een wandelroute in Valencia: 58 kilometer van Castelló de la Plana naar Sant Joan de Penyagolosa. Marcel Vos liep de meerdaagse trektocht voor het eerst met zijn zoon van elf. Een bijzonder vader-zoon-moment, met volle bepakking en dus alle vrijheid om hun wandeldagen zelf in te delen.
H
et Pad van de Volle Maan, Sender de la Lluna Plena in het Catalaans en ook wel GR33 genoemd, verbindt Castellón aan de Middellandse Zee met het ruige binnenland van Spanje. In een kleine 60 kilometer gaat het van de kust naar de Penyagolosa, met 1813 meter de hoogste berg van de regio Valencia. De route is al sinds de vroege middeleeuwen in gebruik bij pelgrims. Recentelijk hebben zich daar de deelnemers van een van Spanjes bekendste ultratrailevenementen bij gevoegd, die de route (of de dubbele
42 | HOOGTELIJN 4-2016
| TEKST MARCEL VOS | FOTO’S PELGRIMS DIPUTACIÓN DE CASTELLÓN
afstand) in één etmaal afleggen. Je kunt de GR33 in de lente of de herfst lopen als meerdaagse trektocht en prima combineren met een bezoek aan Valencia of Barcelona, of zelfs een strandvakantie.
Middeleeuwse wortels Al in de vroege middeleeuwen trokken de mannen van het dorpje Les Useres elk jaar naar het klooster van Sant Joan, prachtig gelegen op een hoogte van 1200 meter op de flanken van de Penyagolosa. Tot op de dag van vandaag wordt deze traditie in ere
THEMA SPANJE
en eten voor twee dagen op onze rug. In twee vrij forse dagmarsen bereiken we het klooster van Sant Joan. De derde dag gebruiken we om de Penyagolosa te beklimmen en door te lopen naar Lucena del Cid. De trekking is uit te breiden tot een langere route. In Sant Joan de Penyagolosa kruist de GR33 de GR7, het langeafstandpad dat van Tarifa in het uiterste zuiden de Middellandse Zeekust volgt tot Andorra in de Pyreneeën (en dat van daar via Frankrijk en Italië doorloopt tot in Hongarije). Een circulaire variant van zeven dagen verbindt onze route – GR33 tot Sant Joan de Penyagolosa – met de GR7 in zuidelijke richting naar Montesinos, en de GR36 weer terug naar de kust. In vergelijking met wandelgebieden in de Alpen of Pyreneeën zijn er weinig tot geen voorzieningen en het grote publiek heeft de route nog niet ontdekt. We komen vrijwel geen andere wandelaars tegen. Een verademing.
Intocht van de pelgrims Na een lange eerste dag van 35 kilometer komen we in Les Useres aan. Het dorp is in rep en roer: die nacht komen de pelgrims terug van hun tocht naar Sant Joan. De straten zijn bekleed met een smalle strook van klimopbladeren om de gemartelde voeten van de pelgrims te ontzien. De monnikspijen, Gregoriaanse zang, wierook en het kaarslicht maken de intocht tot een bijna mystieke ervaring.
Van alle vader-en-zoonreizen is deze wandeling de meest gedenkwaardige De tweede dag bereiken we tegen het vallen van de avond het klooster van Sant Joan de Penyagolosa. Een deel van het jaar doet het klooster dienst als berghut, maar als wij aankomen blijkt het gesloten. Een warme maaltijd zit er dus niet in. We zetten de tent op in het stuk van het dichte dennenbos dat daarvoor is bestemd. In deze tijd van het jaar is er verder niemand. Het is koud en we zijn moe. We eten de broodjes met longaniza, worst die we vanmiddag in Xodos kochten, kijken nog even naar een indrukwekkende sterrenhemel en vallen dan in een diepe slaap.
Bezoek aan een kluizenaar
gehouden. De pelgrimstocht bestaat uit ruim 50 kilometer door bergachtig gebied, met een overnachting in het klooster. De pelgrims gaan gekleed in het habijt van middeleeuwse monniken en zijn voorzien van een rozenkrans, een pelgrimsstaf en kaarsen. Ook nu nog legt een aantal van hen de tocht blootsvoets af.
Meerdaagse trektocht Het Pad van de Volle Maan vormt een prachtige meerdaagse trektocht. Ik liep de route voor het eerst met mijn zoon
Vincent van (toen) elf. We doen dat vaker: tijdens dit soort vader-en-zoon-reizen trekken we er samen op uit, dus zonder de dames in ons gezin. De GR11 was een van onze eerste reizen samen en van alle vader-en-zoon-momenten is dit de reis waar we het vaakst aan terugdenken. Om volledig autonoom te zijn en dus zelf te kunnen bepalen waar elke etappe eindigt, lopen we de tocht met een tent, matjes, slaapzakken, kleding voor alle temperaturen, minstens zes liter water
Op de ochtend van de derde dag gaan we op bezoek bij een kluizenaar. Tegenwoordig ontmoeten we nog maar weinig pelgrims of kluizenaars, dus de jonge Vincent is erg onder de indruk. De kluizenaar woont al acht jaar in het open gedeelte van het klooster, met niet meer bezittingen dan wat kleding, dekens en een rudimentair keukentje. Ik merk dat die jaren hun tol hebben geëist als het gaat om de persoonlijke hygiëne, maar de man is erg vriendelijk. Hij nodigt ons zelfs nog uit voor koffie en chocolademelk, een indrukwekkend gebaar van iemand die helemaal niets heeft.
Op de top van de Penyagolosa Vanaf het klooster klimmen we in een paar uur naar de top van de Penyagolosa. De klim door de Barranco de la Pegunta is adembenemend. Enorme dennen. Op de top is het koud, maar wat een uitzicht! Waar je ook kijkt zien we een vrijwel leeg landschap.
HOOGTELIJN 4-2016 |
43
to go further Katadyn® BeFree™ Water Filtration System™ Ultra Fast Flow Safe Drinking Water Hydrapak® SoftFlask™ Compact and Ultralight EZ-Clean Membrane™
BeFree 62 Canarias Trekking 17/08/2016 13:20 Página 1
™
I
THEMA SPANJE
Sender de la Lluna Plena Reis
Het Sender de la Lluna Plena (Pad van de Volle Maan) ligt in Oost-Spanje, op de grens van Valencia en Catalonië. Het startpunt Castellón ligt op 1800 kilometer rijden vanaf Utrecht. Je kunt ook met het openbaar vervoer reizen: de comfortabele Euromed brengt je in één uur vanuit Valencia naar Castellón, of in twee uur vanuit Barcelona. Vanaf het eindpunt kunnen trekkers terugkeren naar Castellón met het openbaar vervoer. Vanuit Vistabella del Maestrat gaan enkele bussen terug naar Castellón. Daarnaast kun je kiezen voor een vlucht naar Barcelona of Valencia.
Route Paden van klimop ontzien de gemartelde voeten van de pelgrims.
Behalve in de onmiddellijke omgeving van een aantal kleine dorpen is het gebied rond de Penyagolosa vrijwel onbewoond. Kale pieken, dichtbeboste dalen en verder niets. Ons eigen stukje Yukon Territory in West-Europa! In het oosten zien we de zee, waar we twee dagen geleden vertrokken. Hemelsbreed 50 kilometer verderop liggen de appartementencomplexen van de Costa.
Anderhalve marathon Een heel andere manier om het Pad van de Volle Maan te verkennen is de Marató i Mitja, MiM voor insiders. Deze ultratrail, een van de oudste van Spanje, wordt elk jaar in mei gehouden. Behalve de anderhalve marathon van 63 kilometer, die vrijwel overeenkomt met de GR33, is er ook nog de mogelijkheid om de dubbele afstand te lopen. Beide wedstrijden leveren punten op voor het nationaal kampioenschap en kwalificeren voor de Ultra Trail du Mont Blanc. De sport nam de laatste jaren een grote vlucht in Spanje. Elk jaar zijn er veel meer inschrijvingen dan het maximale aantal deelnemers (1500 voor de race over 63 kilometer en 500 voor de dubbele afstand). Een loting bepaalt wie mag deelnemen. In 2015 was ik een van de gelukkigen. In dat jaar was de hitte, met temperaturen boven de 30 graden, onze grootste vijand: van de 2000 deelnemers slaagde iets meer dan de helft erin de afstand binnen de reglementaire tijd af te leggen. Ik redde het net: als 1073e kwam ik na dertien uur en zes minuten over de finish, net op tijd om de winnaar van de race over de dubbele afstand binnen te zien komen...
Het Sender de la Lluna Plena is goed gemarkeerd en in de catalogus van Europese lange-afstandspaden opgenomen als GR33. Wel is aan te raden een goede topografische kaart van het gebied mee te nemen en een boekje met enkele zinnetjes Spaans of Catalaans kan erg nuttig zijn. De route biedt een prachtige meerdaagse trektocht van de Middellandse Zeekust door het ruige en dunbevokte binnenland van Castellón naar de 1800 meter hoge top van de Penyagolosa, en is nog niet door het grote (wandel)publiek ontdekt.
Accommodatie
Trekkers kunnen overnachten in dorpjes langs de route. Borriol, Les Useres en Xodos bieden een beperkt aanbod aan bed and breakfasts en kleine hotels. Het klooster van Sant Joan de Penyagolosa is een deel van het jaar open als bemande hut, met overnachtingen en maaltijden. De rest van het jaar biedt het een spartaans onderkomen. Je kunt er ook kamperen, mits je een vergunning hebt aangevraagd.
Sender de la Lluna Plena verder het binnenland binnendringt, ontwikkelt de aanvankelijk typisch mediterrane begroeiing zich tot een landschap dat niet zou misstaan in het hooggebergte. Bij het verlaten van Castellón overheersen dennen en steeneiken. Het hart van de provincie – l’Alt Maestrat – is een ruig en dunbevolkt gebied. Lage coniferen houden zich met moeite staande in de koude winters en droge zomers. Het natuurgebied op de flanken van de Penyagolosa heeft dichte naaldwouden.
Klimaat
Het klimaat varieert met de hoogtemeters. Omdat de eerste helft van de tocht overdag behoorlijk heet kan zijn, is het beste seizoen de lente of de herfst. In de zomermaanden, vooral juli en augustus, kun je eigenlijk alleen in de vroege ochtend en late avond lopen, en eventueel ’s nachts. Het heetst van de dag kun je het best in de schaduw doorbrengen. In de winter is de Penyagolosa bedekt met een laag sneeuw, dus vergt de beklimming dan enige voorbereiding. Maar ook in de lente en herfst zakt de temperatuur ’s nachts tot onder het vriespunt.
Anderhalve marathon
Voor de ongeduldigen is er de ultratrail Marató i Mitja, waarbij ze het 63 (of 118) kilometer lange traject in maximaal 15 uur kunnen rennen. Deze anderhalve marathon wordt georganiseerd door Penaygolosatrails. Je kunt je inschrijven via penyagolosatrails.com (pagina in het Spaans), de inschrijving start in januari.
Landschap
Castellón ligt aan de Middellandse Zee en heeft brede zandstranden met palmbomen. Het binnenland van de gelijknamige provincie is een van de meest bergachtige gebieden van Europa. Naarmate het
HOOGTELIJN 4-2016 |
45
Klimmen in de buurt van Madrid
In de achtertuin van het Prado Madrid is een geliefd doel voor cityhoppers en cultuursnuivers. Maar ook buitensporters kunnen onder de rook van de Spaanse hoofdstad hun hart ophalen. Bergwandelen, sportklimmen, boulderen, mountainbiken en watersporten: voor elk wat wils. Wij lieten het Prado links liggen en zagen hoe groen en mooi het is op veertig kilometer van de metropool. En ook dat we nog een keer terug moeten.
Anne van Leeuwen in een 6b in Patones.
46 | HOOGTELIJN 4-2016
| TEKST EN FOTO’S ICO KLOPPENBURG
THEMA SPANJE
O
nze gids met hipsterbaard Henry spreekt verbazingwekkend goed Engels. In zijn auto rijden we over de ringweg van Madrid naar het noorden. Het programma dat we hadden opgesteld, heeft hij omgegooid: we gaan eerst boulderen. En dat is goed, want er is slecht weer voorspeld. Daarvan is nog niets te merken als we na een half uur om ons heen kijken: we zijn in Manzanares el Real en een blik op het landschap leert dat de mogelijkheden om te boulderen hier eindeloos zijn. Wat dat betreft heeft Madrid met La Pedriza zijn eigen Fontainebleau. Verschil is dat de blokken hier van ruw graniet zijn, over een minder bosrijk gebied verspreid, en dat het er veel minder druk is.
Quebrantaherraduras Onder de blokken ontmoeten we al snel een groepje vriendelijke locals – als altijd met een paar honden als kameraad. Ze helpen ons op weg naar de mooiste boulders. De loodrechte en liggende platen met ondiepe kommetjes en kleine randjes vragen veel van onze vingers en techniek. Het koele bos en het pittoreske riviertje van het gebied Laboratorio inferior lijkt te zijn aangelegd om verhitte boulderaars wat verkoeling te bieden. Alleen al in dit dalletje kun je gemakkelijk een week doorbrengen. Toch rijden we later in de middag naar Quebrantaherraduras, een kwartier verderop. Door de ligging op een kale zuidhelling zal dit gebied relatief snel droog zijn na een regenbui. De mogelijkheden zijn ook hier zo groot, dat slechts een deel van de mogelijke boulders en lijnen staat beschreven in het bouldergidsje met 1864 routes in La Pedriza. En dan de vraag: kleuren de rotsen in dit hooggelegen
gebied inderdaad zo mooi rood in de ondergaande zon als de locals beweren? We worden niet teleurgesteld: de avondzon legt een prachtige gloed over de rotsen, waaronder de beroemde El Yelmo, de hoogste top hier.
Lekke dam Vanuit onze standplaats La Cabrera is het de volgende ochtend een halfuurtje rijden naar Patones. Op de kalkmassieven achter de oudste dam uit de regio, de Pontón de la Oliva, is het geweldig klimmen. Deze dam werd halverwege de achttiende eeuw gebouwd door gevangenen om Madrid van water te voorzien. Helaas was hun werk tevergeefs: verborgen grotten zorgden ervoor dat het water weglekte uit het reservoir. De dam is dus nooit in gebruik geweest. De Spanjaarden maken er nog steeds grapjes over: dan had je de dam maar niet moeten laten bouwen door gevangenen – logisch dat er ontsnappingsmogelijkheden in zitten (Het Spaanse fuga betekent zowel lekkage als ontsnapping). Wij zijn blij met de lekke dam, want als het stuwmeer was gevuld, dan waren deze prachtige massieven onbeklimbaar geweest. De wanden achter de dam vormen het hart van het sportklimmen in de regio. Prachtig steile rood-grijze kalk, bezaaid met pockets en randjes, en goed behaakt. Zelfs op een doordeweekse bewolkte donderdag is het er druk. Patones telt een dikke achthonderd sportklimroutes, de meeste in de zesde en zevende graad. Gemakkelijk toegankelijk, in een mooie omgeving en voor iedereen wat te doen: wat wil je nog meer? Tegen de avond wordt de bewolking dikker en komt eindelijk de beloofde regen. Het is wel een streep door onze rekening, want de multipitch op de Pico de la Miel – die voor de volgende ochtend staat gepland – kan niet doorgaan. Ook het weer op de
Smullen in Madrid.
De ‘klaagmuur’ van Patones achter de bloemen.
Anne op het graniet van La Padriza.
HOOGTELIJN 4-2016 |
47
Panorama van La Pedriza met El Yelmo.
dagen erna is te wisselvallig om ons aan een van de langere routes op de huisberg van La Cabrera te wagen. Helaas.
Op het dak van Madrid Het hotel in La Cabrera is geen fijne plek om een regenachtige dag door te brengen, dus wagen we onze kansen op een hike naar de Peñalara. Met 2428 meter is dit de hoogste berg van Sierra de Guadarrama en van de provincie Madrid. Een mooie autorit door groene valleien en pittoreske dorpjes brengt ons naar Los Cotos, op 1800 meter. Dit is in de wintermaanden het skigebied voor de Madrilenen. De enorme parkeerplaats, het grote (en leuke) terras en het moderne toeristenbureau zeggen genoeg: op zonnige dagen in het weekend moet het hier een gekkenhuis van toeristen en Madrileense dagjesmensen zijn. Nu is het rustig, mooi en aangenaam, en zelfs het weer zit mee! Vanwege het slechte weer van de afgelopen periode wordt ons afgeraden de hele overschrijding van Peñalara te maken. Zo
Wandelen bij La Cabrera.
48 | HOOGTELIJN 4-2016
helpen we erosie op de scherpe kam na de top te voorkomen. Jammer, want de overschrijding zou ons over een mooie scherpe kam leiden, waarbij stijgijzers en pickel nodig zijn. We volgen het advies en stoppen het overbodige materiaal snel in de kofferbak. Daarna lopen we het eerste stuk door het naaldbos naar boven, terwijl lichte regen en een fijn zonnetje elkaar afwisselen.
Strijdtoneel Hoe hoger we komen, hoe opener het terrein en hoe verder het uitzicht over de Sierra de Guadarrama, een gebergte met geschiedenis. Deze regio was een belangrijk strijdtoneel in de Europese geschiedenis. In de middeleeuwen was dit een natuurlijke en weinig vreedzame grens tussen de islamitische en christelijke koninkrijken. Eeuwen later hakte Napoleon hier met een overmacht aan soldaten het Spaanse leger in de pan. En in juli 1936, aan het begin van de bloedige Spaanse burgeroorlog, gingen
rebellen en fascisten hier met elkaar op de vuist. Wat een contrast met vandaag, nu wij door vreedzame bossen en langs velden met klaprozen lopen. Hoewel, als de omgeving hogerop ruiger wordt en we door mistflarden over sneeuwvelden omhooglopen, horen we met wat fantasie in de verte het marcheren van soldaten en zacht wapengekletter. De graat naar de top is zo breed dat je er een regiment overheen zou kunnen voeren. Ook de refugio Zabala, vierhonderd meter onder de top, lijkt met zijn betonnen en granieten muren meer op een bunker dan een hut. Toch is ze in 1927 gewoon door Spaanse klimmers als schuilhut en weerstation gebouwd. Wij maken onze tocht vreedzaam en met redelijk weer af en rijden terug naar La Cabrera. Zodra we over de col bij het stadje naar beneden rijden, gaan alle sluizen open en plenst het hemelwater overvloedig over velden en wegen. We beginnen te snappen waarom het hier zo groen is.
Op weg naar de top van de Peñalara.
THEMA SPANJE
Klimmen rond Madrid
Patones telt honderden sportklimroutes in de zesde en zevende gr d Van de regen in de drup Na een dag vol regen en boulderen in de Madrileense hallen, lijkt het toch nog even droog te worden. Henry aarzelt niet en we rijden naar Lozoya, aan het Pinillareservoir. We hebben niet veel tijd, maar een rondje fietsen rond het meer moet lukken. Al snel knallen we over het gladgestreken pad en slalommen om de vele plassen heen. Optimistisch proberen we natte voeten te vermijden. Als we de aangeharkte weg verlaten, blijkt er de nodige uitdaging voor ons te liggen: een voetbreed weggetje slingert naar beneden, naar het stroompje, dat door de vele regen is uitgegroeid tot een flinke stroom met brede, modderige oevers. We moeten eroverheen en de enige manier is gaan en bidden dat je genoeg snelheid hebt om door de modder de overkant te halen. Dat levert bij iedereen natte voeten op. En het zorgt ervoor dat we vervolgens een stuk gemakkelijker door de plassen rijden. De pret kan nu echt beginnen. De rest van de trail voert ons langs zanderige oevers, weides in
Reis & Verblijf
Madrid ligt op 1750 kilometer rijden van Utrecht of tweeënhalf uur vliegen van Amsterdam. Een auto ter plekke is handig voor de afgelegen gebieden. De Sierra de Guadarrama ligt 40 kilometer ten noorden van de hoofdstad. Het gebied kent een aantal grote stuwmeren die Madrid van water voorzien. Van januari tot maart kun je er skiën, de zomer is geschikt voor watersport. De lente en herfst zijn het meest geschikt voor klimmen en boulderen. Wij verbleven in Hotel Mavi in La Cabrera. Qua ligging perfect, maar een leuk hotel of stadje is het niet echt. Voor meer sfeer kun je beter een appartement in de omgeving zoeken. Wel beschikt La Cabrera over een VVV met een zeer behulpzame medewerkster.
Boulderen
De routes zijn goed aangegeven.
bloei en nog een beekje of drie. Met natte voeten, een fris hoofd en benen van beton keren we tevreden huiswaarts: dit hebben we toch nog even meegepakt! De laatste dag van onze trip is grijs en troosteloos. De ruitenwissers van Henry’s auto maken overuren en zijn favoriete radiozender klinkt inmiddels bekend. Op weg naar het vliegveld zeggen we nog maar eens hoe jammer het is dat we die mooie route op El Mielo niet konden doen. Maar zo hebben we wel een mooie reden om nog eens terug te komen!
In de prachtige omgeving van La Pedriza vind je boulders op ruw graniet. De mooie gids – in de stijl van Bart van Raaij – telt 1864 problemen, maar dat is een fractie van wat er te boulderen is in het gebied. Het voor- en najaar zijn de beste seizoenen, omdat het erg heet is in de zomer en koud in de winter. Gidsje: Pedriza Boulder: guía de bloque-Madrid: 1864 bloques, R. Giralt Isern, 2012. ISBN: 8461577809, 9788461577804.
Sportklimmen
Patones is het sportklimgebied op een klein uur rijden van Madrid, met zachte kalkrots, van plaat tot dak. Er zijn dik 800 sportklimroutes, vooral in de zesde en zevende graad, die goed behaakt zijn en toegankelijk. De sector bij Pontón de Oliva is ook geschikt om kinderen mee naartoe te nemen en leent zich prima voor een picknick aan de rivier. Op de Mielo bij El Cabrera zijn een aantal multipitches te klimmen.
Mountainbiken & Trailrunnen
Het gebied is uitstekend geschikt om te mountainbiken, van zeer eenvoudig tot zeer technisch. Fietsen kun je huren in Lozoya. Trailrunnen is bijzonder populair in deze regio: lokale wedstrijden trekken grote aantallen deelnemers.
Watersport
De populairste activiteiten bij de Madrilenen spelen zich af op het water: kanoën en SUP’pen (Stand Up Paddling) zijn er populair.
Wintersport
Niet het eerste waar je aan denkt, maar de Guadarrama leent zich in de winter prima voor eenvoudige toerskitochten.
Bij slecht weer…
Ze zeggen dat elk weer buitensportweer is, maar mocht het te slecht zijn, of zijn de vingers aan rust toe, dan is er altijd Madrid met zijn stedelijke geneugten. Daar kun je trouwens ook de nodige boulderhallen vinden. Iets minder gelikt dan in Nederland (en zonder horeca!), maar prima voor regenachtige dagen. Voor de kleintjes is er zelfs een aparte boulderhal.
HOOGTELIJN 4-2016 |
49
ExpEditiEs
M O U N TA I N
network
2017
elbrus elbrus 5642 m augustus
peak lenin 7134 m juli
denali enali 6194 m juni
toubkal oubkal
ama ma dablam ablam
4167 m april
6812 m oktober nieuw! nieuw
mount kenya 6962 m februari
kilimanjaro ilimanjaro
5199 m februari nieuw!
5895 m juli & september
denali expeditie 2016
aconcagua
informatieavonden najaar 2016:
www.mountain-network.nl/agenda
WANDELSCHOENEN HANDGEMAAKT MET PASSIE GEMAAKT IN EUROPA – GEDRAGEN OVER DE HELE WERELD
Banks GTX De topper in de Trek-Light categorie is de Banks GTX. Dankzij het bovenwerk van nubuckleer en Cordura is dit model licht en comfortabel. De goed ademende Gore-Tex voering garandeert droge voeten en de Vibram profielzool biedt een uitstekende grip en demping. Geschikt voor allerlei wandelingen, ook door wat ruiger terrein. De Banks GTX is ook in een dames uitvoering verkrijgbaar.
WWW.HANWAG.NL
THEMA SPANJE
Klimmen in Oliana, Terradets en Margalef
Hotspot Catalonië Als het gaat om sportklimmen dan is de streek rond Lleida en het achterland van Tarragona in de regio Catalonië de plek waar het gebeurt. Daarmee vertellen we een beetje klimmer niets nieuws, maar nu werd het tijd om deze Spaanse streek waar ze meer klimgebieden hebben dan wij klimhallen, eens in het spotlicht te zetten.
N
oem Catalonië geen provincie van Spanje, want daarmee maak je geen vrienden. Barcelona is de hoofdstad van een eigen ‘nationaliteit’, net als bijvoorbeeld Baskenland en Galicië. Je kunt er met Spaans terecht, maar de lokale bevolking spreekt Catalaans. De tweetaligheid kun je vergelijken met de situatie die wij kennen in Friesland: alle officiële namen staan in elk geval in het Catalaans op de borden. Tweederde van de ruim zeven miljoen inwoners woont in de metropool Barcelona. Dat betekent dus ook dat de rest van de regio, die bijna net zo groot is als Nederland, dunbevolkt is. En dat is te merken als je over het platteland rijdt, op zoek naar klimgebieden.
De drie gebieden liggen telkens op een paar uur rijden van elkaar. In kilometers uitgedrukt vallen de afstanden misschien mee, maar je rijdt veel over kleinere wegen en dat drukt je gemiddelde snelheid. Het loont dus om een camping of huisje te zoeken in de buurt van een van de gebieden. Heb je aan deze gebieden niet genoeg? Er is nog veel, heel veel meer te beklimmen in ‘Catalunya’!
Drie klimgebieden We zoomen in op drie bekende klimgebieden: Oliana, Terradets en Margalef. Niet toevallig was het Nederlands Team Sportklimmen daar op trainingsstage. Het zijn gebieden waar veel toppers uit de internationale klimwereld elkaar ontmoeten. Als door een magneet worden ze aangetrokken door de prachtige rots, het milde klimaat en de beroemde routes die hier te vinden zijn. Dat laatste is voor een deel ook weer te danken aan de legendarische Amerikaanse sportklimmer Chris Sharma, die hier neerstreek. Voor hem werd de regio een tweede vaderland en nu hij een eigen klimhal is begonnen in Barcelona zal hij ook niet snel meer vertrekken.
Populair Barcelona Barcelona is een populaire bestemming voor een stedentrip. Met de auto is het 1500 kilometer rijden vanaf Utrecht, dus kiezen veel mensen voor een goedkoop vliegticket. Ook treinen is natuurlijk een optie: overstappen in Parijs is dan onderdeel van je reis. Klimmen rond Barcelona kan op heel veel plekken. Wel is een (huur)auto onmisbaar om bij de afgelegen klimgebieden te komen. Oliana, Terradets en Margalef vind je in de gidsjes Lleida Climbs en Tarragona Climbs.
Zonsonsdergang in Margalef.
TEKST ICO KLOPPENBURG | FOTO’S ZOUT FOTOGRAFIE | HOOGTELIJN 4-2016 |
51
Oliana
wand van superlatieven Het eerste gebied waar we langsrijden, kun je gerust een klimlaboratorium noemen: een zwaar overhangende wand van één flinke touwlengte lang, met prachtige kalk en mooie tufa’s. Klim je geen zevendegraadsroutes, dan moet je je afvragen of het verstandig is hiernaartoe te reizen. Of je moet gaan om eens met eigen ogen La Dura Dura (9b+) te zien, de moeilijkste sportklimroute ter wereld. Overigens zijn ook hier, bijvoorbeeld in de sector l’Obaga Negra, gemakkelijker routes te vinden. De ligging van de wand, boven het dal, is prachtig. De wand ligt op het zuidoosten en in de zomer is het hier dus echt te heet om te klimmen. In de wintermaanden kan soms een hardnekkige mist de wand aan het zicht onttrekken. Maar dan zijn er altijd voldoende andere gebieden in de buurt.
Klimmen in Oliana Michiel Nieuwenhuijsen op Sector Laboratori (Margalef).
Oliana is het dichtstbijzijnde dorp, waar ook een camping naast ligt. De hoofdwand heeft een bepekt aantal routes van hoge kwaliteit en dito niveau. GPS van de hoofdwand: N 42 4 40; E 1° 17’ 16”. GPS van de parking: N 42 4 37; E 1 17 19.
Terradets ligt in een fantastisch dal.
Terradets
single of multi-pitch op bomvaste kalk Dit gebied was van oudsher bekend vanwege zijn grote wand (500 meter hoog!) met multipitchroutes, die La Paret de les Bagasses heet. De grote klassieker van het gebied is CADE en telt 20 touwlengtes. Maar sinds een aantal jaren is Terradets ook de plek waar je single pitch routes op tufa’s vindt. Je moet dan in de sector Paret de les Bruixes zijn en een bezoek loont pas echt als je je thuisvoelt in routes vanaf 7a. Naast deze sector voor sterke klimmers zijn er in de mooie kloof van Terradets nog een paar sectoren met routes die geschikt zijn voor wie zesjes wil klimmen. Al met al een prachtig gebied, ook landschappelijk, en voor iedereen de moeite waard.
52 | HOOGTELIJN 4-2016
Klimmen in Terradets De dichtstbijzijnde plaats is Cellers, naar het noorden gelegen aan het stuwmeer Terradets. De Albergue Refugio Cellers in het oude station is daar de klimmers hang-out. Je kunt er ook kamers boeken. Een camping vind je verder naar het zuiden, aan de C13 (Montsec). GPS van sector Paret de les Bruixes: N42 02 51; E 0 53 49.
THEMA SPANJE
Leto Cave in de grote overhang in Margalef.
Jorg Verhoeven op Laboratori in Margalef.
Margalef
v lzijdig en scherp Het meest veelzijdige gebied van de drie is waarschijnlijk Margalef, dat grossiert in mooie routes in prachtige kalk. Tufa’s vind je hier amper, maar scherpe pockets des te meer! Het gebied telt 15 sectoren en nog heel veel maagdelijke rots waar routes wachten om geopend te worden. Helaas zijn de meeste hiervan reservaat en daarom strikt verboden om te klimmen. Ook in Margalef vind je veel moeilijke routes, maar er zijn ook genoeg routes voor wie vijfde- of zesdegraadsroutes zoekt. Doordat de sectoren aan beide kanten van het dal liggen, is het hier gemakkelijk kiezen tussen zon of schaduw, naar gelang het seizoen. En ben je even uitgeklommen dan is het geen straf om hier om je heen te kijken: ook landschappelijk mag Margalef er zeker zijn!
Kli en in Margalef In het plaatsje Margalef kun je eten kopen en kamers huren, bijvoorbeeld bij Margalef On Sight. Falset is een grotere plaats met meer faciliteiten, gelegen op 35 kilometer. Maar dat is toch al wel weer bijna een uur rijden. In de database van 8a.nu staan 2460 routes in Margalef! (Maar er staan wel doublures in.) GPS van de parking voor de hoger gelegen sectoren aan de noordzijde: N 41 18 15; E 0 46 25.
HOOGTELIJN 4-2016 |
53
markt & materi l
UITBLINKERS Voor de nazomereditie van Markt & Materiaal zijn we weer afgereisd naar Friedrichshafen, waar de outdoor community elk jaar haar nieuwe producten laat zien. Tijdens deze Outdoor Show reikt een vakjury prijzen uit, zoals de Outdoor Gold Award voor de meest innovatieve producten. Maar er zijn ook andere prijzen, zoals de Scandinavian Outdoor Award, die wordt uitgereikt door een collectief van zo’n vijftig Scandinavische outdoorbedrijven. We lichten er een aantal voor je uit. Dit keer zonder prijsinformatie, omdat de meeste producten pas in het voorjaar van 2017 in de winkels liggen.
Zorgeloos vallen
Tijdens de Outdoor Show bleek maar weer dat het aanbod van crashpads enorm is. Ze lijken redelijk veel op elkaar en Edelrid heeft er een aantal in het assortiment, en toch is er nieuws. De Balance Crash Pad heeft namelijk aan één kant een zak met losse vulling (denk aan een fatboy zitzak) die zich vormt naar de ondergrond, zodat de crashpad niet scheef ligt en er een gelijkmatige impact zone ontstaat. Edelrid won er een Outdoor Gold Award mee.
Kan het nog lichter?
edelrid.de
Twee jaar geleden won Berghaus ook al een Outdoor Gold Award voor een superlichte jas. Toen won het de prijs met de Vaporlight Hyper Smock 2.0. Het Engelse merk heeft nu een nieuwe kampioen in de lichtgewichtcategorie: met de Hyper 100 Jacket won het ook dit jaar een Outdoor Gold Award. Drielaags en een gewicht van slechts 98 gram zijn inderdaad specificaties om trots op te zijn.
berghaus.co.uk
De hand van Edurne Pasaban
Haglöfs greep dit jaar naast de Gold Awards, maar won met de Aran Jacket toch een ‘reguliere’ Outdoor Award. Het jack met zachte fleece van binnen en windstopper van buiten, is onderdeel van de Edurne Pasaban Collection en is ontworpen door de Baskisch-Spaanse klimster. (Benieuwd naar deze topklimster? Lees het interview op pagina 36.) De collectie is niet alleen geïnspireerd door de klimsport, maar ook ontworpen om er goed in uit te zien.
haglofs.com
Puntje duurzaamheid
De Ratatosk Kevlar Backpack van het eigenzinnige Zweedse Klättermusen is genomineerd voor een Scandinavian Outdoor Award, maar werd geen winnaar. Wel verdient het aandacht vanwege de manier waarop het over duurzaamheid heeft nagedacht: de rugzak is gemaakt van kevlar en dus bomvast. En omdat kevlar van zichzelf al waterdicht is, is er niet óók nog een waterafstotende DWR-laag op aangebracht. De tas voor klimmers heeft een inhoud van 30 liter en geeft je volgens de ontwerpers maximale bewegingsvrijheid.
klattermusen.com
54 | HOOGTELIJN 4-2016 | ONDER REDACTIE VAN SIETO VAN DER HEIDE
Gebruik jij ook onverwoestbaar bergsportmateriaal dat de tand des tijds heeft doorstaan? Mail het ons! hoogtelijn@nkbv.nl.
Gouwe ouwe
Voor nachtelijke buitensport
Mag je als buitensporter vertrouwen op je smartphone en bluetooth? Een vraag waarover ook de jury van de Outdoor Awards discussieerde, met de niet verrassende conclusie dat het zowel risico’s als voordelen met zich meebrengt. Ondanks de discussie won de Nao+ hoofdlamp van Petzl een award. Met een vermogen van 750 lumen is de lamp geschikt voor iedereen die ’s nachts wil sporten. Via een app kun je het resterende batterijvermogen bijhouden en specifieke lichtprofielen laden, zodat het risico dat je met een lege batterij komt te zitten, minimaal is. En is je telefoon leeg, dan blijft de lamp branden op het bestaande profiel.
petzl.com
Rutschvast
Je ziet ze steeds vaker: wandelaars die hiken in een tight in plaats van de meer traditionele wandelbroek. Waarom? Omdat het comfortabel is en een tight elke beweging gemakkelijk volgt. Wel zijn tights doorgaans minder duurzaam dan een broek van bijvoorbeeld het ijzersterke materiaal G1000. Daarom heeft Fjällräven er één gemaakt die wel tegen een stootje kan: in de Abisko Trekking Tights, die de Scandinavian Outdoor Award in de categorie Kleding won, kun je door de extra bescherming gerust met je knieën langs de rotsen schuren of een stukje rutschen op je billen.
fjallraven.com
Het zuchten van de schuivende stok “Pfffff…” Het geluid van een zachte scheet, van puffend in elkaar zakken. Zo klinkt een bal of slaapmatje dat lek is en leegloopt. Het is ook het geluid van een Leki-stok die inschuift. Ken je het verhaal van de berggids die op de top van de Matterhorn van het uitzicht genoot? Hij leunde daarbij even op zijn telescoopstokken, “Pffff ” was het laatste wat hij hoorde. Het verhaal is vast niet waar, maar fraai is het niet, laat staan heldhaftig. Een jaar of tien geleden vertikte mijn moeder het in elk geval om nog een stap met deze stokken te zetten. Ze kocht wandelstokken die je in elkaar klikt en opspant als tentstokken. “Klik. Kloek. Klak”, dat klinkt toch anders, veel kordater. De Leki’s moesten maar naar haar zoon. Als ik door de bergen loop, ben ik in gedachten verzonken, maar op het moment dat ik “pffff…” hoor, verdringt het beeld van mijn kloeke moeder mijn diepste overpeinzingen. Ik zucht even mee met de schuivende stok. Dan laat ik de langste van de twee los, zodat die alleen nog aan mijn pols hangt en achter mij aan sleept: “schschschsch”. Met mijn vrije hand schuif ik de gehalveerde stok weer uit en draai hem aan. Ik heb vrij dikke onderarmen, dikker dan je op basis van mijn klimniveau zou verwachten. Ik denk dat ik ze door die stokken heb gekregen. Een paar jaar geleden kwam ik erachter dat je de plastic expansieboutjes in de stok kunt vervangen om het inzakken te verhelpen. Toch gek dat ik dat nog steeds niet heb gedaan. Is het “pffff…” inmiddels voor mij onlosmakelijk verbonden met wandelen in de bergen? Koester ik een ijdele hoop dat het draai- en schuifritueel mij een sterkere klimmer maakt? Misschien speelt mijn onderbewuste een ander spelletje met me en denk ik graag aan mijn moeder. Ze leest Hoogtelijn altijd, dus houd ik het op dat laatste.
Florian van Olden, Allround bergsporter Lid sinds 1989
HOOGTELIJN 4-2016 |
55
Paraklimster met ambitie Renske Nugter
Renske Nugter (22) klimt vanaf haar tiende. Misschien niet de meest vanzelfsprekende sport voor haar, aangezien ze is geboren met een handicap: ze is linkszijdig spastisch. Dit betekent dat ze tijdens het klimmen moeite heeft met haar balans en ze kleine greepjes niet goed kan vasthouden. In 2012 klom ze haar eerste WK Paraklimmen, in 2015 vroeg ze de NKBV om haar te helpen verder te komen in het paraklimmen. Renske vertelt over spasticiteit, techniek, blessures en haar voorbereiding op volgende wedstrijden.
I
k ben drie maanden te vroeg geboren en heb toen onder andere een hersenbloeding opgelopen waardoor ik linkszijdig spastisch ben. Spasticiteit is voor iedereen anders, zo heb je verschillende gradaties in de bewegingsbeperking
56 | HOOGTELIJN 4-2016
| TEKST RENSKE NUGTER | FOTO’S ZOUT FOTOGRAFIE
van de spieren. Voor mij houdt het in dat ik minder controle heb over de spieren in mijn linkerarm en -been. Zo loop ik bijvoorbeeld anders dan anderen. In het klimmen betekent het dat ik niet zo’n goede balans heb en kleine greepjes niet goed kan vasthouden. Vooral de fijne motoriek is verstoord, dus hoe kleiner de greep of trede, hoe lastiger. Natuurlijk is dat voor iedereen zo, alleen is die grens voor mij wat sneller bereikt. Ik loop altijd met een brace om mijn linkerbeen, die brace heeft een scharnier bij het enkelgewricht en stopt net onder mijn knie. Het zorgt ervoor dat ik stabieler kan lopen en dat mijn voet in een stand van 90 graden blijft staan. Dat is belangrijk, omdat ik erg de neiging heb om op mijn tenen te lopen. Dat komt doordat mijn hersenen het seintje naar mijn been niet goed doorgeven. Het gevolg is dat sommige spieren daardoor veel te kort worden.
Speciaal klimmateriaal Toen ik net begon met klimmen, gebruikte ik mijn gewone brace ook in mijn klimschoenen, maar dat werkte niet goed. Door het scharnier gleed ik steeds van de treetjes af en mijn klimschoenen gingen stuk doordat de brace zo groot was. Toen ben ik met een orthopedisch instrumentmaker gaan kijken of hij een brace speciaal voor het klimmen kon ontwikkelen, en dat lukte. Ik klim nu met een hele dunne brace, die precies genoeg ondersteuning geeft en mooi in mijn klimschoen past. Er zit geen scharnier in, waardoor ik mijn voet beter op de treetjes kan plaatsen. Het enige lastige aan deze klimbrace is dat ik niet op mijn tenen kan gaan staan, maar daar ben ik ondertussen aan gewend.
Eerste deelname aan een WK In 2012 deed ik voor het eerst mee aan het WK Paraklimmen. Ik kwam hiermee in aanraking via mijn ambassadeurschap voor de Johan Cruyff Foundation. In mijn jaar als één van ‘De 14 van Johan’, waarin we alle veertien een doel hadden dat we wilden bereiken dat jaar, was mijn ambitie deelname aan het WK. Omdat ik toen nog niet goed wist wat ik moest verwachten en hoe ik ervoor kon trainen, ben ik dat jaar op de vierde plaats geëindigd. Maar ook na ‘De 14 van Johan’ bleef ik de ambitie houden om verder te komen in het paraklimmen. Daarom nam ik in december 2015 contact op met de NKBV om mijn ambities in het paraklimmen te bespreken. Want ik wil meedoen aan meer WK’s, maar nu met de juiste training en de overtuiging dat ik zo goed mogelijk voorbereid aan de kwalificatieroutes begin. Samen met de NKBV heb ik daar het afgelopen jaar hard aan gewerkt. In mijn voorbereidingen van de afgelopen tijd neem ik je graag mee.
De juiste trainingen In een kennismakingsgesprek met de NKBV vertelde ik over mijn vorige WK en over mijn beperking. Ook klom ik samen met fysiotherapeut en trainer van het Nederlands Team Mathieu Ceron in Mountain Network Amsterdam. Zo konden we bepalen waaraan ik het beste kon werken in mijn trainingen. Het werd al vrij snel duidelijk dat ik nooit echt heb geleerd om technisch te klimmen. Zo klim ik met gebogen armen en zet ik mijn voeten
Na ‘De 14 van Johan’ wilde ik verder komen in het paraklimmen heel vaak naast de tree. Ik schraap dan met mijn voet langs de muur, in plaats van dat ik mijn voet meteen op de trede zet. Daarnaast zet ik vaak mijn voeten te hoog neer, waardoor ik mezelf uit de wand duw. Ook heb ik nooit geleerd om routes in te lezen. Er waren dus genoeg verbeterpunten. Het eerste punt waaraan ik ben gaan werken, is het verplaatsen van mijn gewicht van het ene naar het andere been en het klimmen met gestrekte armen. Vooral het verplaatsen van mijn gewicht vind ik lastig. Hiermee ben ik begonnen op de grond, voor de spiegel. Verder lag mijn focus op mijn voetplaatsing en heb ik geleerd hoe ik moet inlezen. Bovendien ga ik sinds september 2015 regelmatig naar een sportdiëtiste om lichter te worden, zodat het klimmen makkelijker gaat.
Heupblessure Vanaf oktober klom ik vijf keer in de week, elke dag een uur. Het idee was dat dat beter zou zijn voor mijn herstel en de effectiviteit van de trainingen. Omdat mijn spieren altijd aangespannen zijn, word ik namelijk sneller moe. Maar helaas kreeg ik door al het klimmen steeds meer last van mijn heupen. Ik ben hiervoor naar de fysiotherapeut gegaan, die suggereerde om drie keer in de week te gaan klimmen en daarnaast twee dagen in de week
HOOGTELIJN 4-2016 |
57
INNSBRUCK TOURISMUS GRAFIK h. a.
Wandelen rond Innsbruck Talrijke wandelwegen slingeren door de regio`s van Innsbruck. Van gemoedelijke gezinswandelingen tot veeleisende hoogtewandelpaden. www.innsbruck.info
oefeningen te doen om mijn heupen sterker te maken. Nu klim ik dus drie keer in de week, wel twee tot tweeënhalf uur per keer. De oefeningen hielpen niet veel tegen de pijn in mijn heupen, maar het verdelen van de dagen waarop ik klim heeft wel goed gewerkt. Omdat de oefeningen eigenlijk alleen maar meer pijn veroorzaakten ben ik in plaats daarvan veel aan mijn core stability gaan werken, zodat ik mijn heupen niet zo veel meer hoef te belasten.
Paracup in Sheffield Ik vond het belangrijk om te weten waar ik sta ten opzichte van de concurrentie en om wedstrijdervaring op te doen. Dus deed ik in oktober 2015 mee aan de Paracup in Sheffield, voor mij de eerste internationale wedstrijd sinds het WK in 2012. Er blijkt in drie jaar tijd veel veranderd in de competitie van het paraklimmen. Waar we in 2012 alle kwalificatieroutes op de speedwand klommen, klommen we in Sheffield alle routes op de wedstrijdwand. Voor mij kwam dat als een verrassing. Verder is het aantal deelnemers niet veel gegroeid in mijn categorie, maar is het wedstrijdveld wel helemaal veranderd. Zo is de Britse wereldkampioene Fran Brown, die veruit de beste was in mijn categorie, gestopt met klimmen. Er zouden naast mij zes andere klimmers meedoen in mijn categorie, maar die kwamen niet opdagen. Daardoor heb ik helaas niet kunnen zien hoe ik ervoor stond ten opzichte van de rest, maar het voordeel was dat ik als enige overgebleven klimster in mijn categorie de finale mocht klimmen. Dat was een nieuwe ervaring! In Sheffield leken de routebouwers sommige categorieën te overschatten en andere juist te onderschatten. Zo topten alle dames met één arm de finaleroute, terwijl ik maar tot ongeveer de zesde greep kwam. Het kan natuurlijk ook betekenen dat mijn klimniveau niet hoog genoeg is, maar dat is lastig te bepalen zonder tegenstanders. Al met al was Sheffield een goede motivatie om nog harder te trainen!
Paraklimwedstrijden vs. ‘normale’ klimwedstrijden
Bij het paraklimmen gaat een wedstrijd iets anders dan bij een ‘normaal’ kampioenschap. Zo worden alle routes toprope geklommen en zijn er verschillende categorieën, zoals blind/slechtziend, amputatie arm of been, en gelimiteerde reikwijdte, kracht of stabiliteit (RP). Omdat deze categorieën weer onderverdeeld zijn op zwaarte, zijn er in totaal tien verschillende categorieën. Voor een WK moeten in elke categorie minimaal zes deelnemers meedoen, met vier verschillende nationaliteiten. Helaas zijn er in de categorie van Renske te weinig deelnemers, waardoor zij niet mee kan doen aan het WK in Parijs op 14-18 september. Bij de heren heeft de Nederlandse Fedde Benedictus meer geluk: hij zal op het WK uitkomen in de categorie RP2. Volg Renske op Twitter: @ClimbingRenske en Facebook: facebook.com/RenskeNugterKlimmer.
HOOGTELIJN 4-2016 |
59
60 | HOOGTELIJN 4-2016
| TEKST SANDER VAN GEFFEN | FOTO’S SANDER VAN GEFFEN EN MONIQUE RÖBEN
Perfecte harmonie Huttentocht voor beginners met uitzicht voor gevorderden
Een punthoofd kregen we ervan! Meer dan een uur zaten we ons al suf te staren op de wandelkaart van het Franse Parc national de la Vanoise en steeds eindigden we met een saaie dagwandeling door het dal over brede paden. “Maar daarvoor gaan we niet de bergen in”, zuchtte ik vermoeid, terwijl ik weer opschoof om een ander deel van de kaart te bestuderen.
H
et was zes maanden na mijn knieoperatie en de bergen intrekken was al geen logisch besluit, maar een zware trektocht maken zou onder de categorie ‘dom’ vallen. We waren daarom koortsachtig op zoek naar een afwisselende dagtocht met maximaal 500 meter stijgen die in zo’n zes uur te lopen was, maar dat bleek simpelweg te kort om echt ver genoeg van de bewoonde wereld te komen. Mokkend over de beperking die me was opgelegd, zag ik de vinger van Monique angstig diep het hooggebergte in glijden. Nieuwsgierig volgde ik de route die haar vinger aflegde en telde de hoogtemeters mee. Mijn humeur klaarde op en mijn hart begon sneller te kloppen. Er ontstond een huttentocht voor beginners met maximaal 550 hoogtemeters per dag. En kijkend op de kaart kon er geen misverstand over bestaan: deze trektocht voor beginners beloofde uitzichten voor gevorderden!
Kat met zeven levens De waardin toont ons de slaapzaal en de gemeenschappelijke ruimte in de hut. Dan genieten we tussen de rondscharrelende kippen nog een uurtje van de langzaam verdwijnende zon, voor we aan tafel gaan. Met eenvoudige ingrediënten heeft de waardin een smakelijk viergangenmenu in elkaar gezet. We zitten aan
Sprookjeswereld Een kabelbaan vanaf het bergdorp Val d’Isère brengt ons naar 2700 meter hoogte, van daar start onze wandeltocht. De hoge, scherpe pieken die vanuit het dal nog zo ver weg leken, liggen inmiddels binnen handbereik. Ze steken met hun warme grijsbruine tinten scherp af tegen de blauwe lucht. Als we de Col de la Leisse bereiken, hebben we al 200 hoogtemeters overwonnen. Dat moet gevierd worden met een Franse baguette, belegd met de zachte, grassig smakende Tomme de Savoye uit deze streek. Terwijl we genieten van deze Franse picknicktraktatie kijken we uit over de omgeving. De verse sneeuw van een paar dagen geleden ligt als een dun laagje kristalsuiker op de steile wanden rond het dal. Het is net een sprookjeswereld, vooral als je bedenkt dat het midden in de zomer is. In de verte bewegen donkere stipjes over een zomerskihelling omlaag. Vanaf hier daalt ons pad glooiend omlaag naar het eindpunt van vandaag: de Refuge de la Leisse op 2487 meter, een afdaling van 280 meter. Ik wrijf mijn knie moed in en strik mijn veters wat strakker voor ik aan de afdaling begin.
Op weg naar Col de Fresse, onze eerste col.
HOOGTELIJN 4-2016 |
61
Het maanlandschap vanaf Col de la Rocheur is indrukwekkend.
tafel met Franse wandelaars en een Nederlandse fotograaf, die zich tegoed doet aan alle overgebleven pasta van de verschillende tafels. Hij heeft vandaag een te zware tocht gemaakt en probeert dit te compenseren door heel veel pasta te eten. Hij krijgt met deze actie veel belangstelling van de andere gasten. De laatste happen gaan hem zichtbaar moeilijk
In het dal van de Leisse graast een kudde schapen onder leiding van twee herdershonden.
af, maar zijn eergevoel trekt hem erdoorheen tot alle pasta op is. Na het diner raken we met hem aan de praat. Hij vertelt over zijn avonturen in de Vanoise, waar hij al sinds zijn achtste regelmatig komt. Als een kat met zeven levens trok hij door de bergen: na een val van honderden meter van een gletsjer en het onvrijwillig doorbrengen van een ijskoude nacht in het hooggebergte, weet hij als geen ander met welk respect je de bergen van de Vanoise moet betreden. Enthousiast vertelt hij de rest van de avond over de dieren die hij hier fotografeerde; we hopen dat we er een paar tegenkomen, de komende dagen.
Herdershonden De tweede dag voert door de vallei van de Leisse. De beek glinstert zilverkleurig in het zonlicht door het gletsjergruis dat het water meevoert. De beek wordt regelmatig overkapt door een dak van oude, grauwe sneeuw. Aan de overkant van de rivier grazen schapen onder leiding van twee grote herdershonden. Deze honden zijn getraind voor dit werk en worden niet bijgestaan door een herder. De honden vatten hun taak zeer serieus op. In Val d’Isère hadden we al gehoord dat ze erg agressief worden als je te dicht bij de schapen komt. Mocht je als wandelaar oog in oog komen te staan met zo’n herdershond, dan is het devies: stilstaan en rustig afwachten tot de hond is uitgeraasd. Zodra de honden ons opmerken, rennen ze naar ons toe onder een luid geblaf. Het geluid weerkaatst tegen de verticale rotswanden om ons heen waardoor het een leger aan honden lijkt. Ik onderdruk de neiging tot rennen, maar kan niet voorkomen dat ik mijn pas versnel. Ik durf niet om te kijken en vraag me af hoe diep de rivier is en of herdershonden goed kunnen zwemmen. Het geblaf lijkt harder te worden. Of zijn het de echo’s? Ik loop inmiddels harder
62 | HOOGTELIJN 4-2016
Na de eerste hut wandelen we richting Refuge de la Femma.
dan goed is voor mijn knie. Ik krijg visioenen van zwarte, bloeddorstige beesten die schuimbekkend op ons af stormen. Ik voel mijn hart kloppen in mijn keel. Pas als mijn lichaam na enkele minuten uitgeput protesteert tegen het te hoge tempo, waag ik het om achterom te kijken. Eén hond heeft zijn interesse in ons al verloren en blaft richting de schapen. De andere hond vuurt nog wat kansloze kreten af in onze richting. Ik geef mijn hartslag de tijd om weer in een wat normaler ritme te komen, waarna we de tocht voortzetten.
Perfecte harmonie Vanuit de vallei voert het pad hoog de bergen in, waar we over een puinveld klauteren met rotsblokken die tot ons middel reiken. Soms zie ik Monique helemaal verdwijnen achter een rotsblok om pas veel later weer tevoorschijn te komen. Ik doe voorzichtig en ben zuinig op mijn knieën. Soms dreig ik mijn evenwicht te verliezen en gebruik ik een van mijn wandelstokken. Steenmannetjes leiden ons door dit doolhof met weids uitzicht over de bergkammen. Pas halverwege het puinveld valt het me op hoe mooi het puin eigenlijk is. De zwarte en gele korstmossen transformeren de stenen in abstracte kunstwerken. Geïntrigeerd door het korstmos let ik even niet op waar ik mijn voet neerzet en bijna maak ik een lelijke schuiver. Ik heb mijn les weer geleerd en geconcentreerd klauter ik verder. We komen langs boerderijtjes en oude, in verval geraakte stallen. De gebouwen harmoniëren perfect met het landschap. De bewolkte lucht speelt met de zon, zodat steeds andere delen van het landschap in de spotlight worden gezet. De vallei is breder geworden en geeft ruimte aan een heuvelachtig landschap
tussen de bergkammen in. Het is een speelveld voor de marmotten die hier in groten getale voorkomen. Geïnspireerd door de ontmoeting met de fotograaf proberen we dichter bij deze dieren te komen. Maar als we ze tot een meter of vijf genaderd zijn, gaan ze op hun achterpoten staan en slaan alarm, waarna alle marmotten zich snel in hun holen verschuilen.
Pubers De tweede hut waar we overnachten, Refuge de la Femma, is groter dan de vorige en bestaat uit meerdere gebouwen. Onze slaapplaatsen liggen in een ouder deel van de hut, dat ook buiten het seizoen open is. De hut wordt dan gebruikt door
Het geluid weerkaatst tegen de verticale rotswanden om ons heen toerskiërs die een bivak zoeken. In dit deel van de hut slaapt ook een groep van 22 pubers. Ik bedenk hoe ik op die leeftijd mijn nachten doorbracht tijdens schoolkampen en maak me zorgen over mijn nachtrust. Maar als ik even later de leidster aan het werk zie, krijg ik meer vertrouwen. Hoewel ze nauwelijks ouder is dan de jongeren zelf, leidt ze de groep met ijzeren hand en duldt geen tegenspraak. Als het later op de avond een heus feest wordt in de slaapzaal stormt ze kwaad binnen en schiet ze als een mitrailleur Franse woorden op de jongeren af. Ze geven geen kik; als ze weg is, voel ik een zucht van verlichting door de groep trekken. De rest van de nacht blijft het muisstil.
HOOGTELIJN 4-2016 |
63
Maanlandschap De laatste dag van onze tocht wordt een indrukwekkende finale. Terwijl onze hut in de verte steeds kleiner wordt, komen we dichter bij de Col de la Rocheur, de poort naar onze terugtocht richting Val d’Isère. Er waait een harde wind die zo typisch is voor dit soort bergpassen. De route zien we vanaf de pas al liggen. “Te saai!”, schreeuw ik tegen de wind in. Terwijl we de wandelkaart tegen de wind beschermen, onderzoeken we andere opties. Het gaat goed met mijn knie en we vinden het beiden te vroeg om via het eenvoudigste pad af te dalen naar Val d’Isère. Daarom kiezen we voor een spectaculairdere variant die een extra lus maakt naar het oosten. We verruilen de groene, boomloze vallei abrupt voor een uitgestrekte, grijs-bruine steenwoestijn. We komen hier op zo’n 3000 meter hoogte en wanen ons in een maanlandschap. De zon die langs de rotsen scheert, benadrukt het reliëf. De kleur van de stenen varieert van okergeel tot groen en is zo intens dat het lijkt op een schilderij waarvan de verf nog moet drogen. We hebben de steenmannen die hier in het gebied zijn opgestapeld hard nodig om het pad te kunnen volgen, dat ons vlak langs een gletsjer leidt. Dit is waar we huttentochten voor maken! Deze ruigheid en verlatenheid is moeilijk te bereiken tijdens een kortere dagtocht. We dalen af door het uitgerekte stroomdal van de gletsjerrivier en ontmoeten
Sander kijkt uit over het groene dal van de Leisse.
twee andere maanmannetjes. Het zijn de twee Fransmannen met wie we onze tafel deelden in de eerste hut. Ze maken ons jaloers met hun verhaal dat ze zojuist op twintig meter afstand een kudde bouquetins zagen en vertellen opgetogen hoe de dieren voor hun neus van steen naar steen sprongen. Voor ons dit keer geen steenbokken. Wel uitzicht op de indrukwekkende sneeuwkap van de Mont Blanc in het noorden, terwijl we van onze picknick genieten, die we van de huttenwaard meekregen. Als de wind weer opsteekt, komen we in de benen voor onze laatste afdaling.
Vlak voor de Refuge de la Femma worden we begroet door deze marmot.
Uitzicht over het Lac des Nettes.
Huttentocht in de Vanoise Reis
Deze driedaagse huttentocht gaat door het hooggebergte van de Franse Alpen langs twee bemande hutten. Door het geringe hoogteverschil is de tocht zeer geschikt voor families met kleinere kinderen of wandelaars die niet veel hoogtemeters per dag willen of kunnen overbruggen.
zuidelijke richting langs Refuge d’Entre Deux Eaux en loopt door tot je de rivier Torrent de la Rocheure kruist. Je volgt vanaf hier het pad in oostelijke richting tot je bij Refuge de la Femma aankomt. Dag 3: De laatste dag vervolg je het pad tot je bij Col de la Rocheure komt. Vanaf hier heb je twee opties. De kortste route vervolgt het pad in noordelijke richting naar parkeerplaats Prise d’eau. Als je nog energie overhebt, neem je de lus naar het oosten via Refuge du Fond des Fours. Vanaf de parkeerplaats loop je via de weg terug naar Val d’Isère.
Route
Kaartmateriaal
Parc national de la Vanoise ligt in de Franse regio Rhône-Alpes. Wij startten onze huttentocht in Val d’Isère, 1000 kilometer rijden vanaf Utrecht.
Karakter van de tocht
Dag 1: Kabelbaan Téléphérique de l’Olympique in Val d’Isère brengt je naar Rocher de Bellevarde (2700 meter). Vanaf hier loop je naar Col de Fresse. Vanaf de col loop je omlaag naar de GR55. Deze volg je in zuidwestelijke richting naar Refuge de la Leisse. Dag 2: Je vervolgt de GR55 in
IGN kaart 3633 ET Tignes – Val d’Isére – Haute Maurienne. Zorg wel dat je weet hoe je een kompas moet gebruiken.
Accommodatie
• Refuge de la Leisse (refugedelaleisse.e-monsite.com) • Refuge de la Femma (refugelafemma.com)
HOOGTELIJN 4-2016 |
65
BUITEN IN DE REGEN HEEFT NOG NOOIT ZO GOED GEVOELD. Een GORE-TEX® 100% waterdichte jas met de exclusieve COLOURKIND™ eco stoffen van Berghaus, ontwikkeld met behulp van 89% minder water in het verfproces. Een unieke shell dat veel vriendelijker is voor het milieu. Nu verkrijgbaar bij Bever. Ga naar Bever.nl/Berghaus. PARTNERED WITH
FABRIC
Island Peak 3 in 1 Jas
@berghausnederland
Kijk voor het laatste verenigingsnieuws op nkbv.nl of volg de NKBV op Facebook: facebook.com/de.nkbv.
Verrassing
Benoit Siemers maakte zijn topvlagfoto deze zomer op de Schesaplana. “Jaarlijks maken we een huttentocht in Oostenrijk, vaak aan het einde van het seizoen. Ditmaal voor het eerst eind juni. Er lag nog heel veel sneeuw op weg naar de top van de Schesaplana (2965 meter). Bij elke tocht vind ik een verrassing van mijn echtgenote in mijn rugzak. Dit keer was het de topvlag van de NKVB.”
nkbv voor jou
Op de foto: (vlnr) Chris Janssen, Adri Ploegmakers, Benoit Siemers en Peer van Bussel (zittend).
Heb jij afgelopen zomer ook een leuke NKBV-topvlagfoto gemaakt en vind je het leuk om die misschien in onze reisgids of Hoogtelijn terug te zien? Stuur dan je foto naar communicatie@nkbv.nl met een beschrijving van de locatie en je gezelschap. Je dingt dan ook mee naar een van de mooie prijzen die de NKBV na de zomer verloot onder alle inzenders van een topvlagfoto.
Foto Zout Fotografie
Dit najaar verwelkomen we het 60.000-ste NKBV-lid! Daar zijn we ontzettend trots op, want de NKBV is een van de weinige bij NOC*NSF aangesloten sportbonden die jaarlijks een constante groei laat zien. In ons ledenpanel onderzochten we hoe NKBV-leden onze dienstverlening ervaren. Maar liefst 96% van onze leden blijkt (zeer) tevreden over de NKBV. Dat vinden wij een fantastische resultaat. Uit het onderzoek blijkt bovendien dat onze leden naast de NKBV-reisverzekering en Hoogtelijn het onderhoud van hutten, paden en bewegwijzering in de Alpen ontzettend belangrijk vinden. Wist je dat
ook jij als lid hieraan bijdraagt? Het zogenaamde Gegenrechtfonds kreeg namelijk dit jaar weer 400.000 euro van de NKBV-leden om de paden, hutten en bewegwijzering op te knappen. In ruil hiervoor krijg jij als NKBV-lid de huttenkorting. Maar ook de rotsen in onze buurlanden worden dankzij jouw lidmaatschap onderhouden. De NKBV-leden droegen in 2016 voor circa 85.000 euro bij aan het onderhoud van de klimmassieven. Zo consumeer je dus niet alleen, maar lever je ook een duurzame bijdrage aan deze kwetsbare en prachtige omgeving.
Foto Zout Fotografie
Bijdrage aan natuuronderhoud
Gegenrechtfonds
In 2016 droeg de NKBV weer € 400.000 af voor het onderhoud en behoud van hutten, paden en bewegwijzering.
GEZOCHT: Alpiene Instructeurs zomer, Tourenleiders en Vreemde Voettochtleiders In januari 2017 starten de NKBV-kaderopleidingen Alpiene Instructeur 3 zomer en Alpiene tourenleider 3. Met deze opleidingen kun je NKBV Alpiene cursussen of Alpiene Touren en Vreemde Voettochten begeleiden. Maak je het liefst tochten in de Alpen of voettochten op andere bijzondere plekken en deel je dit plezier en je kennis graag met anderen? Meld je dan aan via academie.nkbv.nl.
HOOGTELIJN 4-2016 |
67
DANKE! MERCI! GRAZIE!
Dankzij jouw lidmaatschap blijven de bergen toegankelijk Als NKBV-lid ondersteun je samen met onze andere 59.000 leden het onderhoud aan routes en hutten in de Alpen en Pyreneeën. Jaarlijks dragen wij als NKBV € 400.000 bij aan het zogenaamde Gegenrecht. Dit fonds gebruiken de Alpenverenigingen voor het onderhoud aan paden, markeringen, bewegwijzering en hutten. In ruil daarvoor krijg je als NKBV-lid tot 50% korting op je overnachting in meer dan 1200 berghutten. Mede dankzij het fonds kunnen we allemaal genieten van het prachtige en kwetsbare berglandschap en blijven overnachtingen in de hut betaalbaar. Nu en in de toekomst. Meer weten? Kijk op www.nkbv.nl (zoekterm ‘gegenrecht’).
KONINKLIJKE NEDERLANDSE KLIM- EN BERGSPORT VERENIGING | WWW.NKBV.NL
Foto Harald Swen
18e klimjaarkaartgebied in België Vanaf 1 oktober kunnen niet-leden voor maar 5 euro lid worden van de NKBV, voor de rest van 2016. Zij ontvangen dan ook nog een Bever Cadeaukaart t.w.v. 10 euro. Ken je iemand die nog lid moet worden, dan is dit dus het moment! En misschien wordt een van hen dan ook nog eens het 60.000-ste lid! Kijk voor meer informatie op nkbv.nl/kwartaal.
Bij Huy, tussen Luik en Namen, is een nieuw klimgebied geopend dat mooi bij de ruïnes van een middeleeuws kasteel ligt: Moha. Met ruim 30 routes variërend in moeilijkheidsgraad 4b t/m 7b+ en een bezoekerscentrum en toiletten onderaan de rots, is Moha een leuke aanrader voor dit najaar. Download de topo via de verkorte URL goo.gl/3iqZQE.
Winterse workshops
In de maanden december, januari en februari organiseert de NKBV weer een breed scala aan winterse workshops. Nieuwsgierig naar meer winterse cursussen en reizen? In de Wintergids, die met deze Hoogtelijn is meegestuurd en op bergsportreizen.nl vind je alle details.
nkbv v r jou
NKBV-lidmaatschap voor slechts 5 euro?
Tw t m met de @NKBV @IVYklimcentrum 15 aug. Zometeen interview over #sportklimmen samen met @robinbaks @NKBV aan de telefoon! @ErnstvanderLeij 15 aug. Vorige week met Peter, Martijn en topvlag @NKBV bovenop de Triglav. Eén van de hoogtepunten bergsportkamp Slovenië.
Foto Rogier van Rijn
@zillahdegroot 14 aug. Top van de Grossglockner! Tijdens de #C2 rots, sneeuw en ijs met onze tweevrouwsgroep @NKBV.
• 23 nov + 7 dec Lawinekunde, NKBV-bureau Woerden • 6 december Sneeuwschoenwandelen, SnowWorld Zoetermeer • 11 december Lawinepiepers, MK Skiservice Bilthoven • 13 december Toerskiën, SnowWorld Zoetermeer • 15 december IJsklimmen, Bever Ice Wall Den Haag • 20 december Sneeuwschoenwandelen, SnowWorld Zoetermeer • 10 januari Sneeuwschoenwandelen, SnowWorld Zoetermeer • 10 + 24 januari Lawinekunde, NKBV-bureau Woerden • 12 januari IJsklimmen, Bever Ice Wall Den Haag • 15 januari Lawinepiepers, MK Skiservice Bilthoven • 17 januari Toerskiën, SnowWorld Zoetermeer • 19-22 januari Winterkamperen, Ardennen België • 24 januari Sneeuwschoenwandelen, SnowWorld Zoetermeer • 26 januari IJsklimmen, Bever Ice Wall Den Haag • 1 + 15 februari Lawinekunde, NKBV-bureau Woerden • 2-5 februari Winterkamperen, Ardennen België
@OE_denhaag 9 aug. Het zonnetje schijnt lekker dus waar wacht je nog op? Kom sporten en sport kijken bij de #Olympic Experience! @SikedClimbing 8 aug. Jong Oranje deed mee aan het EYC Boulderen in Längenfeld! http://siked.nl/eyc-boulderenlangenfeld/ … #bouldering #EYCboulder @NKBV. @Klimenbergsport 8 aug. Schrijf je nu in voor de klimchallenge: 12 uren van Durnal! Slaag jij erin om meer dan 1000 meter te klimmen? @NKBV #CAB. @timbuitenhuis 7 aug. Vandaag dag 2 als fotografen van @OE_denhaag, maar we gaan wel nog even het boulderblok uit-proberen ;) #nkbv #teamnl. @TopsportAdam 4 aug. Klimmen wordt Olympisch in 2020! De A’damse Nederlands kampioene Nikki van Bergen is blij: http://topsport.amsterdam/?q=page&n=499.
HOOGTELIJN 4-2016 |
69
Beklimming van de Directe André Georges op de Dent Blanche
Op audiëntie bij de koningin In 1965 namen mijn ouders ons voor het eerst mee naar Zwitserland. Tijdens een uitstapje in het Val d’Hérens picknickten we in een alpenweitje. Aan het eind van het dal lag een geweldige rotsklomp, die later de Dent Blanche bleek te zijn. De witte hellingen eromheen bestonden uit ‘eeuwige sneeuw’, werd mij verteld. Bij ons thuis lag er altijd maar eventjes sneeuw, meestal niet langer dan een paar dagen. Dan ging het alweer dooien en was het afgelopen met sleetje rijden en sneeuwballen gooien. Maar de sneeuw daarboven smolt nooit, zelfs niet in de zomer! Dit maakte diepe indruk.
Hans Lanters in de vijfde lengte van het steilste deel van de wand.
70 | HOOGTELIJN 4-2016
| TEKST ROLAND BEKENDAM | FOTO’S ROLAND BEKENDAM EN HANS LANTERS
Roland Bekendam (links) en Hans Lanters tijdens hun beklimming van de Dent Blanche.
A
ls jochie van zeven had ik nog geen idee dat ik later de wondere wereld van gletsjers en sneeuw zelf zou betreden. In mijn klimmersleven zou het niet bij eeuwige sneeuw blijven, maar zocht ik ook wat steiler spul op. Uiteindelijk kwam ruim twintig jaar geleden de Dent Blanche hoog op mijn verlanglijstje te staan. De meest uitdagende route leek de directe NNW-graat, op 30 juni/1 juli 1976 geopend door André Chévrier, André Georges en Alphonse Vuignier. Op 27 en 28 juni beklom André Georges, klimlegende van het Val d’Hérens, zijn creatie als eerste (en enige) solo. In een krantenartikel uit die tijd beval hij de route aan als de mooiste en moeilijkste route van het Val d’Hérens.
‘Grand engagement’ De NNW-graat loopt halverwege dood op een verticale wand van 350 meter hoogte. De klassieke, maar ook weinig beklommen NNW-graatroute ontwijkt dit steile gedeelte via een traverse over platen naar rechts. De directe route gaat door deze wand heen en volgt tenslotte de laatste 100 meter van de graat naar de top. De beschrijving in het SAC-gidsje staat vol technische rotspassages, wat je maar zelden tegenkomt in de Walliser Alpen. Verder wordt er Grand engagement beloofd. Dit is zeker de mooiste manier om de top van de prachtige Dent Blanche te bereiken! De route heeft ook een belangrijk nadeel, en dat is de ligging van de rotswand op het noordnoordwesten. Hier komt nauwelijks zon en er hoeft niet veel sneeuw te vallen of de rotsen op 4000 meter zijn voor een langere periode wit of verijsd. In die twintig jaar heb ik heel wat keren, soms met en soms zonder klimmaatje, de berg aandachtig bekeken, maar nooit was de route in conditie.
Acclimatiseren Begin juli 2015 ziet alles er wel hoopvol uit. Er ligt al ruim twee weken een krachtig hogedrukgebied boven Europa en door de hitte zijn de bergen zo vroeg in het seizoen al helemaal droog. Net op dat moment staat een tiendaagse klimvakantie met Hans gepland, en hij heeft net zo veel zin in de Dent Blanche als ik. Maar een dag voor vertrek zit mijn rug ineens muurvast. We rijden toch naar de Alpen, met regelmatige onderbrekingen voor rek- en strekoefeningen in de berm. Het is duidelijk dat ik
zo niet kan klimmen. Ik moet iets doen. In Zwitserland laat ik zelfs mijn rug in een kuuroord masseren tegen een onbehoorlijk tarief, met kaarsjes en zenmuziek erbij. Hoewel ontspannend, helpt het in eerste instantie niet veel. Dan bel ik mijn fysio Danny, die een paar oefeningen uitlegt. Ik doe die vol overgave waardoor na twee dagen het wonder is geschied: er kan weer geklommen worden. Ondertussen heeft Hans met bewonderenswaardig geduld zich met wat wandelingen vermaakt. Om te acclimatiseren vertrekken we naar het Refuge des Bouquetins boven Arolla. Onderweg hebben we goed zicht op de Dent Blanche en stellen we tevreden vast dat de wand droog is. De 4356 meter hoge Dent Blanche wordt ook wel La Reine (de koningin) van Wallis genoemd: vooral vanuit het Val d’Hérens ziet ze er ongenaakbaar uit, met deze wat ‘klotsige’ berg maak je geen grappen. Als ik haar met een echte koningin zou vergelijken, heeft ze wel iets weg van Wilhelmina. We beklimmen de Mont Brulé en maken de lange traverse van de Bouquetins. Om op tijd voor het avondeten in de Cabane de Bertol te zijn, laten we de noordtop zitten, want voor ons hoofddoel willen we nog wel een beetje fris zijn. De volgende dag dalen we af naar het dal en pakken meteen onze rugzakken voor de Dent Blanche.
Op weg naar de Dent Blanche We zijn om half vier opgestaan en na ruim een uur rijden lopen we vanuit Ferpècle in de relatief frisse ochtend omhoog. Het is nog steeds mooi weer en de hittegolf duurt voort. Naar het Dent Blanche bivak is het 2000 meter stijgen, dat willen we zo veel mogelijk doen in de schaduw. Zo komen we aan het einde van de morgen aan bij het prachtig gelegen bivak, waar we thee en soep maken. Wat later arriveren twee aardige, jonge Zwitserse gidsen, die de zuidgraat van de Grand Cornier willen doen. In het huttenboek zien we slechts één beklimming van onze route, en niet door de minste: Patrick Gabarrou met vrienden in 2010. We luieren wat in de zon, terwijl de achtergrondmuziek wordt verzorgd door steenlawines, die de hele middag door de vrijwel weggesmolten noordwand razen. Aan het eind van de middag verschijnen nog drie Duitsers, ook voor de Grand Cornier. Ik bel Wendelien nog een keer voor het weerbericht, dat nog steeds
HOOGTELIJN 4-2016 |
71
We naderen het steilste deel van de wand, nu nog met mooi weer.
luidt: morgen nog mooi, daarna is het uit met de pret en komt er onweer. Na de relaxte middag gaan we vroeg naar bed.
Ambiance van de Zmuttnase Terwijl het langzaam licht wordt, klauter ik nog wat slaperig op de blokkengraat achter Hans aan. De noordwand vlak naast ons ziet er luguber uit. Onder de sneeuw- en ijsbedekking zijn zwarte rotsplaten tevoorschijn gekomen, waarover ook nu al voortdurend enorme steenlawines omlaag denderen. Gelukkig is onze route veilig. Na een uur klimmen wordt de graat steiler, om vervolgens in een platenzone over te gaan. Vanaf nu zekeren we touwlengtes uit. Nadat Hans een steil stukje heeft voorgeklommen, is het mijn
over de zwarte rotsplaten denderen steenlawines omlaag beurt. Inmiddels laat de zon zich zien. Gneissplaten, een steil sneeuwveld waarvoor de stijgijzers aan moeten, en weer rotsen. Concentratie is vereist en ik ben nu helemaal wakker. Boven ons verheft zich onder een staalblauwe lucht de deels overhangende muur van grauwe gneiss, compact maar ook met gebarsten zones. De ambiance is wild en hoogalpien, en doet ons denken aan ons Zmuttnase-avontuur op de Matterhorn, alweer ruim 25 jaar geleden. De platenzone wordt steeds brokkeliger en moeilijker van zekeringen te voorzien. We moeten nu rechts van een vage pijler door een versnijding omhoog. Haken zijn er niet te zien, maar ergens anders kan het niet zijn. We wisselen de alpiene schoenen voor wrijvingsschoentjes. Hans is aan de beurt en hij zekert de lengte vakkundig met nutjes af. Er zitten nauwelijks haken in, zoals ook in de rest van de route het geval zal zijn. De rots is van verrassend redelijke kwaliteit. Er volgt een traverse naar links, maar die is zo kort en makkelijk dat ik er nog een lengte aan vastplak.
72 | HOOGTELIJN 4-2016
Onweer in het steilste deel van de wand Na nog een mooie lengte door Hans en een weer iets traverserende lengte door mij mag ik aantreden voor de diagonaal verlopende sleutellengte. Inmiddels is het helemaal bewolkt geraakt, we horen het al onweren. Snel begin ik aan de lengte om het slechte weer voor te zijn. Terwijl de lucht steeds donkerder wordt, worden de klimpasjes steeds subtieler. Het gerommel wordt luider en het begint te hagelen. Door het smeltwater zijn de kleine aflopende greepjes niet meer bruikbaar. In plaats daarvan moet ik hier en daar minuscule randjes gebruiken. Ondanks de condities blijft het een hele mooie lengte, waarvoor ik qua techniek en het leggen van zekeringen alles uit de kast moet halen. Het is een lange lengte en ik ben opgelucht als ik het relais bereik. Dat bestaat tot mijn verbazing uit twee behoorlijk nieuwe boorhaken in een compacte plaat. Die horen hier niet thuis, maar er is geen andere mogelijkheid om een vast punt aan te brengen. Vermoedelijk zijn de oude ‘gollots’ die in het gidsje worden genoemd inmiddels vervangen. Ik moet aan de haken hangen, want als ik op de rotsblokken beneden me ga staan, beginnen die de diepte in te glijden. Ondertussen is de rots nog wat natter geworden, maar Hans komt vliegensvlug na. Het gaat ook nog sneeuwen en de vorige lengte is nu onbegaanbaar. We zijn net op tijd. Daar hangen we dan, in het onweer midden in deze alpiene wand. Terugkeren is niet meer mogelijk na al die traverses en de laatste drie lengtes van het steilste deel van de wand lijken nu niet beklimbaar. We moeten lachen om de situatie: stelletje dwazen zijn we, mannen van halverwege de vijftig, en dan nog steeds jezelf in de nesten werken. Maar we hebben de afgelopen dertig jaar samen al zo veel meegemaakt, dat we ons hieruit ook wel zullen redden. Voorlopig is het afwachten totdat de rots droger wordt. Om ons heen wervelen nog steeds donkere wolken, waaruit af en toe hagel of sneeuw komt. Na anderhalf uur zijn we het wachten zat. We hebben te weinig warme kleren bij ons en koelen af in de wind. Hoewel de rots nog steeds nat is, glijden mijn voeten niet weg als ik de wrijving test. Recht boven het relais moet ik eerst
condens en het is onaangenaam om uit de aluminium cocon te kruipen. Het is nu aan Hans de beurt om onze touwgroep op weg te helpen. Gestaag gaat hij voorop over de laatste besneeuwde torens. Om half acht zijn we op de top. Het is bewolkt maar rustig weer. De eerste Zwitser die bovenkomt, biedt ons allebei een reepje aan. Daar zijn we blij mee, want we hebben sinds gistermiddag niets meer gegeten en ook niet gedronken trouwens. Het wordt langzaam warmer, we dalen af over de zuidgraat die bestaat uit bomvaste, vaak roodbruine gneiss, heel anders dan op de noordgraat. We genieten ervan en bij het afklimmen verdwijnen de stramheid en de vermoeidheid. Ondanks het matige weer komen ons nog zeker vijftien klimmers tegemoet, meestal gidsen met klanten.
Twee liter soep alstublieft De Dent Blanche met het grootste gedeelte van onze route.
vijf meter puur op wrijving klimmen naar een dakje om daar een camalot te plaatsen. Het gaat allemaal goed en daarna gaat het schuin naar rechts naar een versnijding. Met wat voorzichtigheid is het best te doen. Uiteindelijk klimmen we via een nat, spekglad wandje uit de steile wand. Dan zijn de grootste moeilijkheden voorbij en kunnen we nog steeds vanavond de hut prima halen.
Toch nog bivakkeren We trekken de alpiene schoenen weer aan. Er volgen nog vier lichtbesneeuwde lengtes IV, en dan zien we de top. Het weer blijft slecht, maar het onweer is opgehouden. We klimmen een stuk aan kort touw over de noordgraat. De laatste torens zijn wat brokkeliger en lastiger en we besluiten weer uit te zekeren. Net nu alles alsnog op rolletjes lijkt te gaan, komt het onweer terug. Hans stelt voor om tussen twee torens in te wachten. Het begint weer te sneeuwen. Ik offer me op voor de reddingsdeken, Hans kruipt in de Gore-Tex bivakzak. Drie keer zien we de bliksem inslaan in het topkruis. Om ons heen wordt het steeds witter en het wordt donker. We moeten toch bivakkeren. Om met Herman Finkers te spreken: “Onweer, het begint wel flitsend, maar het eindigt altijd met gedonder.” Ik bel Wendelien om te vragen of zij de Dent Blanchehut wil bellen om te zeggen dat we er die avond niet zullen slapen. In een ongemakkelijk kuiltje tussen de rotsblokken brengen we half liggend, half zittend, de nacht door. Het is zo’n bivak dat eindeloos lijkt te duren. Ik heb geleerd dan nooit op mijn horloge te kijken. Dat bespaart teleurstellingen. Als ik me opricht uit de aluminiumfolie, krijg ik het meteen koud. Zo’n simpel pakketje van slechts 100 gram is echt levensreddend! We hebben alleen een shirt, een vrij dunne fleece en een regenjas aan. Veel te weinig. Van een jonge klimvriend hoor ik later dat er thermojasjes bestaan van minder dan 400 gram.
Een reepje op de top Eerder dan verwacht wordt het licht, maar zonder zon die ons een beetje kan verwarmen. Mijn broek en jas zijn nat van de
Om elf uur zijn we in de hut. Hans en de gardienne lachen om mijn gretigheid als ik meteen twee liter soep bestel. Maar die zijn snel op. Daarna volgen nog brood, omelet en koffie. Op ons gemakje lopen we naar beneden. Onderweg is en profil onze traverse van de Dent Blanche prachtig te zien. Hans en ik hebben daar weer fijn samengewerkt en elkaar goed aangevuld. Het stekende zonnetje zal later plaatsmaken voor nieuwe regenbuien. Het is altijd hetzelfde met die bergen. Je mag er eventjes op audiëntie, maar daarna moet je weer snel ophoepelen. De Dent Blanche is 4356 meter hoog en ligt in de Walliser Alpen. De route Directe André Georges heeft een hoogte van 800 meter, waardering TD+/ED-, max 6c.
Walliser rotskwaliteit in de tweede lengte van het steilste deel van de wand.
HOOGTELIJN 4-2016 |
73
€ 69,-on
halfpensi + lunchpakket
VIER DE WINTER IN HOTEL VAL SINESTRA
Kom skiën, snowboarden, langlaufen of wandelen met sneeuwschoenen in ons familiaire en prijsvriendelijke hotel: • Prachtig gelegen midden in de Alpen • Vegetarisch eten mogelijk • Eigen busverbinding met Nederland • Gratis transport van en naar de skipiste
Kijk voor meer informatie op:
WWW.SINESTRA.CH
Prijs gebaseerd op wisselkoers. Prijswijzigingen voorbehouden.
Meindl heeft al menig innovaties op het gebied van schoenen teweeg gebracht. De nieuwste innovatie heet Identity. Bij de modellen uit deze nieuwe serie bieden wij een gedetailleerd herkomstbewijs van het gebruikte leer aan. Hiermee verschaft Meindl een volledig transparante kijk op de productie van de schoenen, vanaf de alpenweide waarop de koeien grazen, de leerlooierij waar het leer bewezen milieuvriendelijk wordt gelooid tot de uiteindelijke productie. Al bij de leerlooierij wordt het leer voorzien van een identificatienummer welke handmatig in het leer wordt gedrukt. Dit identificatie nummer ook Identitynummer genoemd is dan in de schoen vereeuwigd op de binnenkant van de manchet. Op deze manier kan men de afgelegde levensweg van het gebruikte bovenleer op www. identity-leder.de volgen!
IDENTITY – LEER MET HERKOMSTBEWIJS ORIGINAL
Tessin Identity
Linosa Identity
www.identity-leder.de
mei_Anz_LinosaIdentity_Hoogte_210x135_MAI14_def.indd 1
15.05.14 11:01
Deze rubriek is geschreven door de Medische Commissie van de NKBV. Heb je vragen? Kijk op nkbv.nl/kenniscentrum onder het kopje Medisch of vul het formulier in via goo.gl/D4Y2ZB.
Help!
Als je de bergen in gaat, kun je in een situatie komen dat je dringend hulp nodig hebt. Wie bel je dan en wat moet je melden? Als je belt met de reddingsdienst, dan is dat meestal op een stressvol moment: er is iemand onwel of gewond geraakt. Je krijgt dan een professional aan de lijn, die je vragen stelt. Probeer hier naar te luisteren en laat je door hem of haar leiden.
A
ls je iemand van de reddingsdienst aan de telefoon hebt, zal hij je een aantal vragen stellen. Zoals: • Waar is de plaats van het ongeval? Beschrijf je locatie zo nauwkeurig mogelijk. Welke route loop je? Heb je misschien de GPS-coördinaten? • Wie is bereikbaar op de locatie? Geef jouw telefoonnummer door, zodat de hulpdienst je terug kan bellen. • Wat is er gebeurd? Leg uit hoe het ongeval ontstond en wat je hebt gezien. • Hoeveel personen zijn bij het ongeval betrokken? • Wat zijn de verwondingen? • Hoe is het terrein ter plaatse? Is er bijvoorbeeld voldoende ruimte om te landen, zijn er gevaren voor de helikopter, zoals masten, kabels of antennes? • Hoe is het weer op de plaats van het ongeluk? De hulpdienst stelt deze vragen in een voor hen logische volgorde. Want terwijl jij nog aan het bellen bent, wordt de reddingsdienst al ingeschakeld. Zo vragen ze pas later naar de namen van slachtoffers, want dat kost alleen maar tijd.
Meer informatie ter plaatse Probeer in de tijd dat je wacht op hulp, naast het ondersteunen van slachtoffers meer infor-
matie te verzamelen. Denk hierbij aan de naam van het slachtoffer, zijn verzekeringsgegevens en telefoonnummer, eventuele allergieën van het slachtoffer en vraag naar de gegevens van zijn directe familie.
Probeer in elk geval zelf kalm te blijven, te kijken, te luisteren en de tijd te nemen om even, als van bovenaf, de situatie in je op te nemen.
Als de reddingsdienst arriveert, draag je zo veel mogelijk informatie over. Vragen die je dan krijgt, zijn bijvoorbeeld: • Wat gebeurde er precies bij het ongeval? Welke verwondingen heb je vastgesteld? Welke verschijnselen nam je waar (raakte het slachtoffer bijvoorbeeld kort bewusteloos, rilt hij van de kou, reageert hij op aanspreken) en wat heb je gedaan als behandeling van wonden, of om het slachtoffer op de been te houden? • Heeft het slachtoffer last van allergieën? Denk hierbij aan bijvoorbeeld allergieën voor jodium of geneesmiddelen. • Welke medicijnen gebruikt het slachtoffer? • Wat is de medische voorgeschiedenis van het slachtoffer en heeft hij last van chronische ziekten? • Wanneer heeft het slachtoffer voor het laatst gegeten en/of gedronken? • Kwam de oorzaak van het ongeval van buitenaf (zoals steenslag), of werd het slachtoffer onwel? Er komt natuurlijk veel op je af, waarvan je misschien maar een klein deel onthoudt op zo’n moeilijk moment van stress en zorgen.
Houd er rekening mee dat niet in alle onherbergzame gebieden van Europa dezelfde professionele hulpverlening zoals in Zwitserland of Oostenrijk paraat staat. In grote delen van Noorwegen, Spanje en Italië bijvoorbeeld, ben je voor bergredding (deels) op jezelf aangewezen. Pas je plannen en verwachtingspatroon hierop aan. En zorg dus dat je als je zonder begeleiding op pad gaat de mogelijke risico’s kunt inschatten en zelfredzaam bent.
medisch
Reddingsdienst in de bergen
Zelfredzaam
Kijk voor meer informatie over de bergreddingsdiensten op rega.ch, bergrettung.at en pghm-chamonix.com.
Veiligheidswijzer
Wist je dat de NKBV een Veiligheidswijzer heeft samengesteld die je kunt downloaden en eventueel printen? Op dit opvouwbare foldertje ter grootte van een creditcard staan de telefoonnummers van reddingsdiensten en sites voor lawine- en weerberichten in de Alpenlanden. Zorg dat de nummers die je misschien nodig gaat hebben, al voor vertrek in je telefoon staan. Kijk op nkbv.nl/ kenniscentrum en zoek op veiligheidswijzer.
TEKST SANDER VAN DER PLAS | ILLUSTRATIE TOON HEZEMANS | HOOGTELIJN 4-2016 |
75
Martin Fickweiler bundelt zijn mooiste multipitchroutes
‘Ik bekijk de wereld van een andere kant’ Sinds 2010 struint Martin Fickweiler met vrienden Europa af, op zoek naar de mooiste multipitchroutes. Verslagen hiervan vormen de basis voor de Hoogtelijnrubriek Klimmen in Europa. Met zijn Hoogtelijnartikel over klimmen in het Ierse Fairhead won hij zelfs de Ierland Press Award 2013. Nu bundelt Martin zijn mooiste klimroutes tot een informatief klimfotoboek, Multi-pitch Climbing in Europe.
76 | HOOGTELIJN 4-2016
| TEKST FRANK HUSSLAGE | FOTO’S PIM HORVERS
“M
ultipitchen is de toekomst!”, zegt Martin als we hem spreken over zijn boek. Gezien de ontwikkeling van zijn bergsportleven is dat een uitspraak die hem past als een handschoen. Voor Martin (1977) is bergsport altijd al synoniem geweest met avonturen beleven. De kiem daarvoor werd gelegd tijdens struintochten met vriendjes door de Hollandse polders en langs spoorbanen. Met diezelfde vriendjes mocht hij mee naar de heuvels van Limburg. Lezen deed hij het liefst in de folder van Zwerfkei, vol tekeningen van spannend klimmateriaal. Klimmen deed hij dicht bij huis in bomen, op kunstwerken en op gebouwen. Het nieuwbouwproject aan de rand van de polder bleek een waar klimparadijs en ook in de gymzaal zag Martin allerlei mogelijkheden om te klimmen. “De leraar vond het prima dat we buiten de lessen in zijn gymzaal klauterden. Langs metalen constructies klommen we ondersteboven langs het plafond. Ik had een militaire riem als gordel, een oranje nylontouw van de bouw en stalen karabiners die we hadden gepikt van vrachtwagens. Vandaag de dag zou zoiets ondenkbaar zijn, maar ik vermoed dat de leraar blij was dat hij wist waar we uithingen.” De opening van klimcentrum Monte Cervino faciliteerde een logische volgende stap in zijn carrière. “Vanuit Waddinxveen gingen we er op de fiets naartoe. We klommen weinig binnen, altijd buiten. En altijd multipitch.” Martin woont ook nu op een steenworp afstand van Monte Cervino en de buitenkant hiervan blijft zijn favoriete hal.
Meer rust in een rechte wand Zijn kennis van het klimmen werd theoretisch opgebouwd vanuit bibliotheekboekjes. “Halklimmen kwam daar nog niet in voor”, schetst Martin deze lectuur. Uiteindelijk raakte alles in een stroomversnelling toen hij voor zijn schoolexamen een huttentocht in de Venedigergruppe cadeau kreeg. “Het klikte erg goed met de tochtleider Rob van Son. Dat najaar nam hij me mee naar de Ardennen, naar een tochtleidersweekend of zo. Vanaf toen gingen we vaker naar de Belgische rotsen en uiteindelijk ging ik met mijn Cervinomaatje een jaar lang elk weekend klimmen in Freyr. Daar heb ik op mijn voeten leren staan, waar ik nu nog steeds profijt van heb.” Subtiel klimmen op treetjes, balans zoeken, evenwicht vinden en zoeken naar de juiste bewegingsvolgorde: dat is nog steeds Martins favoriete klimstijl. “In de hal is het al snel overhangend klimmen. Ik klim zo veel mogelijk rechte wand. Dat vind ik moeilijker. Balans, zoeken naar oplossingen. Een klein foutje in je balans en je ligt er al uit. Problemen in een overhang zijn vaak makkelijker te compenseren met meer kracht. Een rechte wand geeft mij meer rust; het is spannender, maar sereen. Eigenlijk heb je daar alle elementen voor multipitchen.”
Ultieme vrijheid Het klimmen van meertouwlengteroutes heeft volgens Martin de toekomst. Hij heeft het niet over bigwallklimmen, dat is met zijn logistiek van bivaks en haulbags veel logger. Multipitchen gaat over lange dagen in een wand, maar zonder bivaks. Martin: “Dat is de ultieme vrijheid. Je ziet dat veel goede sportklimmers moeilijke multipitchroutes gaan klimmen. De Belgische broers Favresse, Nina Caprez, Gerke Hoekstra… Sascha van Gemmert werkt nu toe naar een project waarbij maar liefst zes touwlengtes 8a of moeilijker zijn. Er is ook een sterke ontwikkeling richting boulderen. Je kunt met tien mensen bij een boulder bezig zijn, elkaar aanmoedigen, tips geven, spotten. Boulderen geeft mooie bewegingen, op elk niveau.” Om daar meteen aan toe te voegen: “Boulderen is sport, klimmen is therapie. Met klimmen, zeker met multipitchen, kom ik tot mezelf, raak ik mentaal in balans. Als ik niet lekker klim, is dat meestal psychisch en niet fysiek. Dan ben ik te druk met andere dingen, is er stress.”
HOOGTELIJN 4-2016 |
77
P ROGRE SS B E YON D LOG IC
SUUNTO SPARTAN ULTRA
hienveld 1-2 fc.adv 27.3.2003 14.33 B&R Pagina 1
04/08/16 11:49
Spartan NKBV 210x135mm HL#5.indd 1
Wij verzetten bergen voor u
WIJ VERZETTEN Specialist in ingen r e k e z r e v t r o p s berg BERGEN VOOR U adv.heinfield_210x135.indd 1
W.A. Hienfeld b.v. Postbus 75133, 1070 AC Amsterdam T 0031 (0)20 - 5 469 469 F 0031 (0)20 - 6 427 701 E info@hienfeld.nl Voor informatie: Koninklijke NKBV te Woerden
18-03-15 15:29
Martin Fickweiler: “Ik zou graag de pareltjes oprapen die ik moest laten liggen.”
Parels In zijn boek presenteert Martin de negentien mooiste Europese rotsklimgebieden. Op de vraag wat zijn favoriete gebieden zijn, volgt na enige twijfel als antwoord: “Wendenstöcke, Montserrat en Corsica. Wilde plekken, geïsoleerd gevoel en sierlijk dansende wolken om je heen. Dit jaar ga ik voor de derde keer naar Corsica.” Zijn mooiste beklimming tot nu toe was buiten Europa, toen hij met Gerke Hoekstra in één seizoen alle drie de Torres del Paine in Patagonië beklom. Zijn “We voelden ons best wel stoer”, klinkt als een understatement. Tijdens het maken van zijn boek zijn er wel de nodige parels blijven liggen. “In eerste instantie klommen we met z’n drieën. Dan klom ik eerst naar ergens in de wand, daar bleef ik dan hangen om foto’s te maken, terwijl de andere twee de route langs me heen klommen. Dat was altijd een hoop gedoe. Daarna kregen we meer ruimte en gingen we steeds met z’n vieren op pad. Dan konden we met twee touwgroepen naast elkaar klimmen. Ik ging dan als naklimmer, met kilo’s foto-uitrusting bij me, en kon dan van dichtbij goed foto’s maken van de voorklimmer van de tweede groep terwijl die langs me heen klom.” Mooie foto’s, maar nog steeds gedoe. “We waren altijd bezig met planning, agenda’s, op en neer reizen. We klommen in de mooiste gebieden, maar hebben soms pareltjes moeten laten liggen.”
Inspiratieboek Multi-pitch Climbing in Europe is een inspiratieboek. Mooie foto’s, zoals we die kennen van Martin, belevingsverhalen en praktische gebiedsinformatie. Het is geen groot, glanzend koffietafelboek. “Het is een boek uit het internettijdperk: mensen moeten het online kunnen kopen en daarom vind ik het belangrijk dat het door de brievenbus past. Het is in het Engels, want het kan wereldwijd besteld worden. Het lijkt me het mooist als een Amerikaanse klimmer het koopt, om daarna met een camper Europa af te reizen met dit boek als leidraad. In Duitsland zal het ook wel verkopen en er ligt een aanbod voor een Franse vertaling, maar dat is iets voor mijn uitgever. Het mooiste zou zijn als er snel een tweede druk komt. Dan kan ik daarin weer vijf nieuwe gebieden opnemen.”
Oud worden In zeven jaar tijd maakte Martin vijfentwintig grote klimreizen. Als hij op weg was voor de ene expeditie, lagen de tickets voor een volgende reis al klaar. Vervolgens ging hij voor zijn boek meer dan twintig keer op reis in Europa. Wat nu, nu het boek klaar is? “Er zijn gebieden waar ik graag nog eens met een klimmaat naartoe ga, om de pareltjes op te rapen die ik heb laten liggen. Vier jaar geleden is ons zoontje Viktor geboren. Dat heeft zeker effect op hoe ik in het leven sta. Ik wil nu niet meer zes weken van huis zijn. Al voor Viktors geboorte was ik eraan toe om andere dingen te doen. Ik was klaar met steeds weer bang zijn. Vroeger koos ik voor een beklimming, vrijwel ongeacht het gevaar dat een reis of wand met zich meebracht. Ik wilde heftige avonturen beleven buiten de maatschappij. Nu wil ik dat risico niet meer nemen, ik heb er ook geen behoefte meer aan. Ik hoop vooral oud te worden.”
“Boulderen is sport, klimmen is therapie” Als Martin vertelt over de avonturen die hij beleeft met zijn zoontje, lijkt het erop dat hij zijn eigen start in het leven doorgeeft aan de volgende generatie: “Vaak gaat Viktor mee naar Cervino. Maar we gaan niet altijd klimmen, eerst maar gewoon genieten van het buiten zijn. We nemen ook vaak vriendjes mee in de kano en varen dan naar een eilandje hier op de plas. De wereld van een andere kant bekijken, dat is wat ik belangrijk vind.”
Gesigneerd exemplaar
Het boek Multi-pitch Climbing in Europe verschijnt in november 2016. Als je het boek voor 1 oktober 2016 bestelt via lecturisbooks.nl, krijg je een door Martin gesigneerd exemplaar. (Gratis verzending binnen Nederland.) Multi-pitch Climbing in Europe, Martin Fickweiler Uitgeverij Dato. Formaat: 17x24 cm, gebonden. Omvang: 288 pagina’s, 19 gebieden. Taal: Engels. ISBN: 978-94-6226-184-6. Prijs: € 29,95.
HOOGTELIJN 4-2016 |
79
gespot
Volg @hoogtelijn op Twitter voor het laatste nieuws van de redactie. Tips zijn welkom op hoogtelijn@nkbv.nl.
In een notendop
Wanneer ga jij je angstspier trainen? “Als je nooit bang bent, kun je ook nooit dapper zijn”, aldus de slotzin van Roanne Van Voorst in Alles onder controle. En zo is het precies, maar hoe werkt dat dan? Want dapper zijn is zo vreselijk moeilijk, juist als je bang bent. Hoe kan het toch dat sommigen zoveel dapperder zijn dan anderen? Hebben ze gewoon minder angst, of hebben ze dezelfde angst, maar kunnen ze er beter mee omgaan? Op deze vragen probeert de schrijfster antwoord te vinden door met vijftien verschillende angstspecialisten te praten. Het merendeel van hen is afkomstig uit de klimwereld – denk aan Alex Honnold, ‘Spiderman’ Alain Robert, of aan onze eigen Jorg Verhoeven, maar ook andere ‘angstsporters’ komen aan het woord zoals basejumpers en highliners. Voor ieder van hen is het van levensbelang om hun ‘angstspier’ sterk en fit houden. Het boek laat zien dat, net zoals sterke vingers en een sixpack, je deze spier ook kunt trainen. Je moet alleen wel het juiste trainingsregime zien te vinden. Elk hoofdstuk is aan een van deze professionals gewijd en geeft een persoonlijk inkijkje in hun omgang met hun dagelijkse portie (klim)angst. Wat doen zij om hun angstspier sterk te houden? Iedereen hanteert zo zijn eigen methode: de een zweert bij zelfhypnose, de ander bij diepgaande angstanalyse, weer een ander is van het minutieus voorbereiden. Dit boek biedt iedereen die geïnteresseerd is in angst, dapperheid, en persoonlijke groei een schat aan informatie en inspiratie. Na het lezen heb je geen excuses meer: wanneer begin jij met het trainen van je angstspier? [Anne van Leeuwen] Alles onder controle, Hoe high-risk sporters hun angst overwinnen, Roanne van Voorst Uitgeverij Brandt, uitgeverijbrandt.nl ISBN: 9789492037411 € 17,50
De Vlaming Koen Hauchecorne is als auteur bekend van zijn prachtige uitgave Alpine Rotsklimmen, van klimschool tot hoogalpiene routes, een boek waarmee veel beginnende alpinisten nog steeds hun voordeel doen. Met Op de Hoogte geeft hij opnieuw zijn visitekaartje af. Wat nu dit boek is geworden, begon ooit als scholing van het alpiene kader van de Vlaamse bergsportfederatie. Uit de volledige geschiedenis van de bergsport heeft Hauchecorne de tien besten geportretteerd. Elke discussie over wat de tien besten zijn is bij voorbaat oeverloos. Dat beseft Hauchecorne als geen ander, dus voor de liefhebbers staan ook de shortlist en de longlist vermeld. Maar Hauchecorne gaat verder: niet alleen worden de Messners en Piola’s zeer uitgebreid en toegankelijk over het voetlicht gebracht, hij plaatst hen ook in een zo breed mogelijk historisch kader van de opkomst en ontwikkeling van de bergsport tot nu toe. Heel fraai plaatst hij de ontwikkeling van de bergsport in het kader van sociale en technologische ontwikkelingen. Op de Hoogte is daarmee een zeer gedegen introductie in de achtergronden van de bergsport, die de inhoud van duizenden pagina’s bergsportliteratuur krachtig bundelt. [Frank Husslage]
Op de Hoogte, Koen Hauchecorne Kongor/La Bérarde, kongor.be ISBN 9789491467028 € 19,50
WILDE HUTTEN
Berghutten zijn niet meer wat ze geweest zijn. Ze hebben douches, menu’s à la carte en… wifi. Gelukkig zijn er nog hutten die aan al die moderniteiten niet meedoen en blijven wat ze waren: een schuilplaats voor iemand die genoeg heeft aan de natuur en zijn eigen gedachten. En daarbij een sterke lijfgeur op de koop toe neemt. Via goo.gl/r7UunP vind je een overzicht van 20 van dit soort ‘wilde hutten’ in Oostenrijk. Scan de QR-code en laat je smartphone daarna maar thuis!
VERNIEUWD ROND DE HOOGSTE
Noes Lautier heeft haar wandelgids voor de Tour du Mont Blanc herzien en opnieuw uitgebracht. Naast een nauwkeurige beschrijving van de route en varianten daarop bevat Tour du Mont Blanc de allerlaatste informatie over hutten, berghotels en liften. Er zijn geen nieuwe varianten op de route opgenomen, maar wel speelt Noes in op de veranderingen sinds het uitkomen van de eerste editie. Enkele hutten waren een afrader en zijn nu een aanrader, zoals de Refuge des Mottets. Ook de nieuwe markering van de route, met groene stickers, krijgt aandacht. Verder nam Lautier uiteraard de aanpassingen in de route aan de Italiaanse kant van de hoogste Alpentop op en vermeldt de gids nu ook de websites van hutten, zodat je alvast een huttenovernachting kunt boeken. [Frank Husslage]
80 | HOOGTELIJN 4-2016 | ONDER REDACTIE VAN FRANK HUSSLAGE EN ICO KLOPPENBURG
Tour du Mont Blanc, Noes Lautier Uitgeverij Robert Weijdert ISBN 978-90-823345-1-7 € 17,50
1-2-3-DYNO VAN RUSTAM GELMANOV
Af en toe is er bij een boulderwedstrijd zo’n probleem waarvan je als kijker denkt: vertel jij me maar hoe iemand dat ooit gaat klimmen. Bij de finale van de Climbing Works International Festival is het weer zover. Een aantal topklimmers bijt er de tanden op stuk en ook Rustam Gelmanov krijgt het niet voor elkaar. Totdat hij met nog een paar seconden op de klok de meest onwaarschijnlijke dyno tevoorschijn tovert. Het publiek gaat uit zijn dak en Rustam staat op het podium. Kijk op vimeo.com/159197938 of scan de QR-code en je gelooft je ogen niet.
Spaans sportklimmen uitgebreid Roca Verde, de eerste rotsklimgids ooit over de NoordSpaanse regio’s Asturias, Cantabrië en Leon, was in minder dan geen tijd uitverkocht én verworden tot klassieker. Nu is de tweede editie te koop, met zes tot nu toe nog niet gepubliceerde klimgebieden eraan toegevoegd. De teller in de topo staat nu op dik 3500 routes. Laat die Noord-Europese winter maar komen. [Frank Husslage] Roca Verde, Richie Patterson Uitgave: rocaverdeclimbing.com ISBN: 9780992887421 € 30,- (plus € 5,- verzendkosten)
Feest van nostalgie
In 50 korte verhalen, vaak overpeinzingen van twee à drie pagina’s, neemt Emil Zopfi je mee naar zijn wereld: de wereld van een klimmer op leeftijd, die nog niets van zijn passie voor de bergsport heeft verloren. Noch schöner als Fliegen, luidt de ondertitel niet voor niets. Veel verhalen spelen zich af in de Zwitserse klimgebieden van zijn jeugd: Salbit, Rätikon en de klimtuin bij zijn woonplaats. Maar ook moderne klimgebieden, zoals op Sicilië of in Kroatië komen langs, net als de onvermijdelijke sportschool, waar de moderne klimmer traint. Rode draad is dat elke tocht herinneringen oproept, aan Felsen Fest, Emil Zopfi vrienden van vroeger en de avonturen van toen. Vaak Uitgave: as-verlag.ch gaat het over hoe het klimmen en de klimmodes door ISBN: 978-3-906055-46-6 de jaren zijn veranderd. En dat allemaal in een prachtige € 26,90 beschouwende stijl, zonder ook maar één moment zuur te worden over bijvoorbeeld de boorhaken die vlak naast een spleet worden gezet. Een absolute aanrader voor iedere klimmer die het lezen van een boek in het Duits niet schuwt. [Ico Kloppenburg]
Klimmen en wandelen aan de Costa Blanca Alicante, Benidorm, Valencia… Het klinkt naar stranden met bruinbakkende pensionado’s en overvolle toeristencharters zonder beenruimte. De uitgeverijen Loboedition en Cicerone stellen dit beeld bij naar een lonkend perspectief. Ze hebben 3083 klimroutes en vijftig bergwandelingen dan wel scrambles bijeengebracht in twee nieuwe gidsen. Roca Espana Costa Blanca Nord is een rechttoe rechtaan hedendaagse klimgids met duidelijke beschrijvingen per sector van toegankelijkheid, behaking, aanlooptijd et cetera. Duidelijke foto’s met ingetekend routeverloop per sector maken de gids compleet. Prettig voor de pensionado’s: de gids kent ook volop routes op niveaus waarvoor je niet als 25-jarige hunk drie dagen per week het boulderhok in hoeft. Voor de dagen dat de vingertoppen moeten herstellen, heeft Cicerone vijftig interessante wandelrondes verzameld. Van een braaf rondje over de dorpsheuvel tot serieuze scrambles, variërend in lengte van drie tot twintig kilometer. Zoals gebruikelijk zet Cicerone de wandelingen in hun context met informatie over de geologie, het klimaat, de cultuur en andere aspecten van het gebied. Deze twee topo’s zijn voor mij even zoveel redenen om de paar uurtjes krappe beenruimte bij de prijsvechter voor lief te nemen. [Frank Husslage]
Roca España, Costa Blanca Nord, Stefan Wagenhals Loboedition, loboedition.de ISBN 978-3-934650-16-9 € 24,80
Walking on the Costa Blanca, Terry Fletcher Cicerone, cicerone.co.uk ISBN 978185284751 € 20,32
Eerbewijs aan Ali
De route First minute, first round in Margalef werd vijf jaar geleden geopend door Chris Sharma. De naam is een eerbewijs aan Mohammed Ali en zijn beroemde overwinning op Sonny Liston in 1965. Alleen Adam Ondra herhaalde de route in 2014. Dit voorjaar had Alexander Megos vijf dagen nodig om de route uit te werken en te klimmen. Hoe gemakkelijk dat er uiteindelijk uitziet, is te zien op de site van Alexanders sponsor, te vinden via goo.gl/vUwNmx. Of scan de QR-code.
HOOGTELIJN 4-2016 |
81
vooruitblik
Hoogtelijn 5-2016 verschijnt op 28 oktober
Colofon Hoogtelijn is het officiĂŤle tijdschrift van de Koninklijke Nederlandse Klim- en Bergsport Vereniging (NKBV). Het verschijnt vijf keer per jaar. De redactie staat open voor bijdragen van leden en derden waarbij de redactie het recht heeft, zonder opgave van redenen, de bijdragen niet te plaatsen. Het al dan niet op verzoek van de redactie aanbieden van artikelen aan Hoogtelijn impliceert toestemming voor openbaarmaking en verveelvoudiging ten behoeve van de elektronische ontsluiting van Hoogtelijn. Overname van (delen uit) artikelen is alleen toegestaan na schriftelijke toestemming van de redactie van Hoogtelijn.
THEMA:
Winter
Redactie
Peter Daalder (hoofdredacteur) Femke Welvaart (eindredacteur) Ernst Arbouw, Mirte van Dijk, Sieto van der Heide, Frank Husslage, Marieke van Kessel, Ico Kloppenburg, Anne van Leeuwen, Florian van Olden, Ivar Schute.
Alan Arnette over tragedies op Mount Everest
Medewerkers
Suzan van der Burg, Jody Hagenbeek, Dim van den Heuvel, Christine Tamminga, Peter Uijt de Haag (correctie), Saskia Gottenbos (cartografie), Toon Hezemans (illustraties).
Redactie-adres
Foto www.alanarnette.com
NKBV, t.a.v. Hoogtelijn, Postbus 225, 3440 AE Woerden hoogtelijn@nkbv.nl, hoogtelijn.nl
Advertentie-exploitatie
Patrick Baars Postbus 225, 3440 AE Woerden 0348-484066/06-18653645 patrick.baars@nkbv.nl
Productie en vormgeving
Studio ManagementMedia, Hilversum Anita Baljet
Druk
Krasse knarren in de bergsport
Senefelder Misset, Doetinchem Oplage: 39.000 ISSN: 1387-862X
Los abonnement
Niet-leden kunnen zich abonneren op Hoogtelijn voor â‚Ź 22,50 per jaar. Kijk op nkbvwebshop.nl.
Koninklijke Nederlandse Klim- en Bergsport Vereniging Bellen 0348-409521 Bezoeken Houttuinlaan 16-A, 3447 GM Woerden Schrijven Postbus 225, 3440 AE Woerden Fax 0348-409534, info@nkbv.nl Betalen Bank: IBAN NL84RABO0161417213 BIC RABONL2U
82 | HOOGTELIJN 4-2016
TOP VERZEKERD VOOR AL JE VAKANTIES IN DE BERGEN OF OP HET STRAND S SLECHT €29,75 R PER JAA
Avontuurlijke bergsporters gaan met de NKBV top verzekerd op pad. Ga je op rondreis, strand- of stedenvakantie? Ook dat dekt de NKBV-reisverzekering. Voor slechts €29,75 ben je het hele jaar overal ter wereld verzekerd van opsporing, redding en repatriëring. Reisbagage, geneeskundige kosten, wettelijke aansprakelijkheid en ook rechtsbijstand zijn gedekt.* * Voor afsluiten en de polisvoorwaarden kijk op nkbv.nl/verzekering.
KONINKLIJKE NEDERLANDSE KLIM- EN BERGSPORT VERENIGING I WWW.NKBV.NL
46°30′N 7°40′E
ZERO G JACKET
Het beste Europese ganzendons met een vulkracht van 1000 cuin gecombineerd met ultralichtgewicht Pertex Quantum GL levert het perfecte minimalistische jack voor de alpinist met de hoogste eisen.
310g (L) 1000FP WINTERCOLLECTIE NU IN RAB-SHOPS BIJ KATHMANDU IN AMSTERDAM EN UTRECHT