WWW.NKBV.NL | JUNI 2014 | NR 3
HOOGTELIJN BE RGS PORT M AGA Z I N E VA N DE KON I N K L I J K E N E DE R L A N D S E K L I M - E N BE RGS PORT V E R E N IGI NG
ZIN IN DE ZOMER Samen genieten van zo ige bergtochten
CHAMONIX
Wandelen tussen stoere alpinisten
HU ENTOCHT
Met kinderen in ruig SloveniĂŤ
TAND VAN DE REUS
Perfecte rotspunt in het Mont Blancmassief
^^^ inhoud ^^^
Actueel 7 Column Frans Demmers 8 Stille kracht 10 Op de Hoogte 68 NKBV voor jou 80 Gespot 82 Vooruitblik / Colofon Accent 18-45 Zin in de zomer
^^^ hoogtelijn 3 2014 ^^^ e Zom
r
18 GENIETEN De zomer is begonnen en we hebben er zin in!
Bergwandelen 17 Mijn bergsportcarrière: Thea Verstegen 20 Huttentocht Virgental 24 Wandelen in Chamonix 30 Slovenië met kinderen 60 Gemarkeerd: een onbekend bivak Sportklimmen 48 Interview: Frank Bogerman kent alle grepen van Axis 66 En Route: symfonie in de Pyreneeën
63 FEITEN EN FABELS Over eten en drinken
Alpinisme 36 Dent du Géant 42 Actief in het Ötztal 54 Naald vlak bij Rio 59 Mijn bergsportcarrière: Gerry Bouma 74 De bergen in na een alpiene cursus Uitrusting 46 Markt en materiaal 73 Beveraanbiedingen voor NKBV-leden Veiligheid 58 Medisch: waar let je op bij georganiseerde reizen? 63 Feiten en fabels over eten en drinken 70 Let op met touwen in form atie op: Kijk voor meer ww w.nkbv.nl .nl ww w.hoogtelijn /nkbv m co ww w.twitter. kbv ://facebook/de.n Facebook: http
4|
HOOGTELIJN 3-2014
48 INTERVIEW Grepenmaker Frank Bogerman
36 DENT DU GÉANT Een reuzebeklimming
^^^ hoogtelijn 3 2014 ^^^
^^^ redactioneel ^^^
Grenzen
24 CHAMONIX
Vijf klassieke wandelingen
74 NA DE CURSUS
Alpiene tochten na je C1 en C2
Dit klimseizoen in de Himalaya krijgt een inktzwarte bladzijde in de geschiedenis na de gebeurtenissen op 18 april. Zestien sherpa’s vonden de dood in een lawine aan de zuidflank van de Mount Everest. Grotendeels jonge mannen die het leven lieten terwijl ze voor de wachtende klimmers tegen betaling vaste touwen aanbrachten en ladders legden over te grote spleten op de route door de verraderlijke Khumbu IJsval. Dit jaar gaf de Nepalese regering aan 334 buitenlanders en 400 sherpa’s toestemming de berg te beklimmen. Na de lawine ontstond onenigheid over betaling en tegemoetkoming voor de getroffen families, waarop de sherpa’s besloten hun werk te stoppen. Moderne expedities zijn afhankelijk van hun ondersteuning dus keerden die onverrichter zake terug naar huis. Ongetwijfeld komt er weer een discussie over het enorme aantal mensen op de Everest. Na de vorige tot dan toe grootste tragedie in 1996, waarbij acht doden vielen door slecht weer, bleef het lang vrijwel stil. Totdat vorig jaar tumult ontstond toen de Zwitser Ueli Steck en twee kompanen zich de boosheid van de sherpa’s op de hals haalden. Zij maakten geen gebruik van de touwen die door de sherpa’s waren aangelegd en, aldus het verhaal, hinderden hen bij hun werk. Het werd gesust, maar het idyllisch gelegen basiskamp leek opeens een doorsnee dorp op een uitgaansavond. Ondertussen maakten we deze Hoogtelijn met blije kinderen in de zonnige bergen. Wat een contrast. Zoals we alweer volop bezig zijn met winterverhalen terwijl velen de zomerse bergen in trekken. We hopen allen na een mooie bergzomer gezond en wel terug te zien tijdens de eerste wintereditie van de Bergsportdag op zondag 16 november.
Peter Daalder Hoofdredacteur peter.daalder@hoogtelijn.nl WWW.NKBV.NL | JUNI 2014 | NR 3
HOOGTELIJN BE RGS PORT M AGA Z I N E VA N DE KON I N K L I J K E N E DE R L A N D S E K L I M - E N BE RGS PORT V E R E N IGI NG
ZIN IN DE ZOMER Samen genieten van zo ige bergtochten
70 VEILIG MET TOUWEN
54 OP DE NAALD VAN DE DUIVEL Klimmen in Rio
CHAMONIX
Wandelen tussen stoere alpinisten 01_HL0314_r01_cover.indd 1
HU ENTOCHT
Met kinderen in ruig Slovenië
TAND VAN DE REUS
Perfecte rotspunt in het Mont Blancmassief 26-05-14 09:41
Annelies de Pagter met haar zoon Sybe in het Virgental. Foto: Jeroen van Dijk HOOGTELIJN 3-2014 |
5
hienveld 1-2 fc.adv 27.3.2003 14.33 B&R Pagina 1
WIJ Wij VERZETTEN verzetten BERGEN bergen VOOR u U voor ist in SpecialSpecialist ineringen k e z r e v t r o rgsp bebergsportverzekeringen W.A. HIENFELD B.V.
W.A. Hienfeld b.v.
Postbus 75133
1070 AC Amsterdam
Postbus 75133, 1070 AC Amsterdam T 0031 (0)20 - 5 469 469 Telefoon 0031(0)20 - 5 469 469 F 0031 (0)20 - 6 427 701 Telefax 0031(0)20 - 6 427 701 E info@hienfeld.nl
info@hienfeld.nl
Voor informatie: Koninklijke NKBV te Woerden
Voor informatie: Koninklijke NKBV te Woerden.
column nkbv ^^^ column nkbv ^^^ column nkbv ^^^
D RZ M NKBV
Energie
explosie Tijdens de uitreiking van de Bergsport Awards keek ik om me heen en zag ik drie jonge talenten in gesprek met Dawa Yangzum Sherpa, waarbij de wereld rond de vier meiden even stilstond. Ze gingen volledig op in het gesprek; de drukte om hen heen viel weg. Ik realiseerde me dat dat is wat bergsport met ons doet: het brengt mensen uit totaal verschillende werelden bij elkaar en zet de tijd even stil. Grenzen vervagen, de passie verbindt. Een mooier voorbeeld dan dit gesprek op die bewuste donderdagavond is er bijna niet.
E
nthousiasme, intense beleving en gedrevenheid: gelukkig kom ik het met enige regelmaat tegen. Niet alleen tijdens de uitreiking van de Bergsport Awards of bij de talloze vrijwilligers die zich belangeloos inzetten voor de Bergsportdag, maar ook in een plotselinge ontmoeting, ergens op een berg. Zo vond een van mijn maatjes zijn grote liefde in de Mischabelhütte, die net als wij bij de heropening van deze hut aanwezig was. De eco-hut boven Saas-Fee laat zien hoe onze investeringen de natuur zo min mogelijk belasten. Met ons Huttenondersteuningsfonds droeg de NKBV met ongeveer 16.000 euro bij aan de verbouwing van de hut, die op zo’n barre plek ligt dat er geen drinkwater voorhanden is, er te weinig water is voor regulier sanitair en waar het zelfs ’s zomers zo koud kan zijn dat een deel van de watertanks bevriest. Samen met verschillende sponsors uit binnen- en buitenland, allemaal liefhebbers van deze prachtige omgeving, ontwikkelden de uitbaters de meest ingenieuze milieuvriendelijke oplossingen. Er werden watervrije toiletten aangelegd met een vernuftig afvoersysteem, zonnepanelen zorgen voor elektriciteit en elke dag kookt de staf met de heerlijkste ingrediënten die
dankzij de laatste technieken prachtig vers blijven. Een grote verzameling van technische vindingen die ons helpen omgaan met barre omstandigheden en het reduceren van onze footprint in de natuur. Dichter bij huis zien we ook wat we als NKBV kunnen betekenen voor de natuur en onze leden. De Tukhut in het Belgische Sy bestaat inmiddels 31 jaar en is erg toe aan een flinke facelift. Onze hut ligt in een onmiskenbaar prachtig wandel-, klim-, fiets- en kanogebied maar het comfort van de hut loopt achter op de huidige wensen en eisen van onze leden. Daarom wordt de Tukhut de komende tijd grondig onder handen genomen, zodat er zometeen een modern centrum staat waar alle leden zich thuis voelen en een fijne club vrijwilligers iedereen een warm welkom biedt. Of je nu in een hut overnacht, een tocht maakt of bij een klimvereniging zit: bergsport verbindt. Door het bundelen van enthousiasme, kracht en expertise ontstaat er een geweldige energie. En daar krijg ik een enorme kick van. Frans Demmers, voorzitter van de NKBV
De NKBV streeft naar een duurzame relatie met leden en alle partijen in het veld. Duurzaamheid is ook een kernwaarde als het gaat om natuur, milieu en sociale waarden. We brengen dit zo goed mogelijk tot uitdrukking in een duurzame inkoop en bedrijfsvoering. Hoogtelijn en onze reis- en cursusgidsen drukken we op FSC-papier: papier uit duurzaam beheerde bossen (een keurmerk met goedkeuring van het Wereld Natuur Fonds). Voor onze correspondentie gebruiken we 100% recycled papier. De nieuwe ledenpasjes zijn gemaakt van 100% afbreekbaar pvc. We schenken duurzame koffie (van Peeze), hebben een CO2-neutrale postbezorging en dataopslag, en promoten het reizen per openbaar vervoer naar bergbestemmingen.
BETER DE BERGEN IN MET HET NKBVLIDM TSCHAP Word NKBV-lid! NKBV-leden profiteren van voordelen en kortingen en ontvangen vijf keer per jaar Hoogtelijn. Met je lidmaatschap draag je bij aan het onderhoud van hutten en paden in de Alpen en het behoud van klimgebieden. Tip je vrienden om ook NKBV-lid te worden. Ze kunnen zich aanmelden op nkbv.nl en zien daar welke voordelen het lidmaatschap hen nog meer biedt.
Opzeggen Het NKBV-lidmaatschap loopt per kalenderjaar. Wil je je lidmaatschap voor volgend jaar beëindigen? Doe dat dan vóór 1 november op www.mijnnkbv.nl. Na deze datum wordt je lidmaatschap automatisch verlengd voor het volgende kalenderjaar. Je ontvangt per e-mail een bevestiging van je opzegging. Wil je meer weten over het lidmaatschap? Kijk op www.nkbv.nl.
HOOGTELIJN 3-2014 |
7
stille kracht
REISGENOTEN Noem het bijgeloof. Of heilig vertrouwen. Of zelfs een gevoel van veiligheid. We stoppen tokens in onze portemonnee of hangen beertjes aan de rugzak. Ter bescherming, uit heimwee of om het ijs te breken. Eenmaal terug hangt de talisman aan onze sleutels of de autospiegel. Deze vaste reisgenoten zijn natuurlijk geen garantie voor geluk of een veilige terugkeer en toch laten we ze nooit thuis. Want je weet maar nooit...
Ik kreeg Bobby van mijn man Henk pal voor vertrek naar Everest (1999) en sindsdien is hij mijn onafscheidelijke maatje op alle tochten in de bergen. Zo stonden we samen op de top van Everest, Ama Dablam en Gasherbrum 1 en op de voortop van Manaslu. Maar hij maakte ook de ommekeer op 7600 meter en de teleurstelling op Dhaulagiri mee. Eén keer ben ik hem vergeten, toen ik dat constateerde, was ik even van slag. In de gebieden van Nepal waar ze geen toeristen gewend zijn, is Bobby zeer geliefd: “putali, putali” wordt mij nageroepen door de kinderen. Ze zijn hevig teleurgesteld als ik mijn mascotte niet afsta. Ik kan eigenlijk niet zonder hem; een anker, in goede en slechte tijden. [Katja Staartjes]
8|
HOOGTELIJN 3-2014 | ONDER REDACTIE VAN FEMKE WELVAART
Ooit maakte ik met een monnik van het Grote Sint Bernhardklooster een toerskitocht op de grens van Zwitserland en Italië. Naderhand gaf hij me dit prentje met de afbeelding van Bernhard of Menthon, beschermheilige van alpinisten, skiërs en ‘mountaindwellers’. Ik heb het sindsdien altijd bij me, tijdens elke tocht – plezier of reddingsactie – die ik maak, waar ook ter wereld. [Menno Boermans]
Meer dan twintig jaar geleden kreeg ik een Mariabeeldje van mijn oma, als talisman op mijn beklimmingen. Sindsdien is ze dus op al mijn reizen mee geweest en heeft ze me altijd ‘beschermd’. Op een topdag wanneer je over elke gram nadenkt en twijfelt of iets meegaat naar de top en terug, was over dit Mariabeeldje nooit twijfel. Zij ging mee omhoog! [Twan van Bakel]
Altijd bij me, ik vergeet hem nooit. Al 32 jaar. [Jeroen - @watch1962]
Mick en Khanh gaan vaak mee, als deel van de familie. Soms samen, soms apart. Khanh is een goede klimmer en Mick een beetje een losbol. Onze dochter Xi Trum voelt zich soms opgelaten met die rare snuiters erbij. Kunnen ze niet in de rugzak blijven? Natuurlijk niet want dan zien ze niets! [Pieter Hamans]
In 2010 nam ik een vlaggetje – een Brabants bontje – mee naar Nepal. Dat vlaggetje heeft altijd aan de oldtimer van mijn broer en schoonzus gehangen. Nadat mijn schoonzus in 2009 overleed, schreven we er allemaal een groet op en is het vlaggetje in de rugzak meegegaan naar de Larkya La op 5235 meter. Daar hingen we het na een korte ceremonie tussen de gebedsvlaggen, omdat men gelooft dat de gebeden (en dus ook onze groeten) door de harde wind die over de passen waait, worden meegenomen naar de hemel. De steen nam ik mee van de pas en heb ik bij terugkomst op haar graf gelegd. [Marieke van Kessel]
Het medaillon zat aan de sleutels van het Winterraum van de Rifugio Fondo Savio. Ik heb het netjes van de waardin gekocht. Jaren geleden liet ik me uitschrijven als lid van de kerk waarin ik opgroeide. Ik heb niks met heiligen, zegeningen en wat dies meer zij, maar nog wel met de rituelen zoals ik die als kind beleefde. Heimwee naar m’n kindertijd? Zo ook dit medaillon: de tijd waarin ik met mijn vader in zijn Opel Olympia naar de autozegening ging. In zijn leven een medaillon met de Heilige Christoforus aan zijn autosleutels. Waarom in mijn leven dan geen heilige van de sneeuw aan mijn sleutels? Als bergsporter wel zo passend, zeker met een paar mooie rotsroutes aan de andere zijde van hetzelfde medaillon. [Frank Husslage]
Jaren geleden kreeg ik dit opvouwbare altaar omdat ik voor het eerst alleen op reis ging en dat best spannend vond. Sindsdien draag ik het altijd bij me, met uitzondering van één periode waarin ik het piepkleine envelopje uitleende aan een vriendin die erg verdrietig was en steun nodig had. Wonderbaarlijk genoeg had ze in no time haar leven weer op de rit. The Beatles zongen het al: ‘With a little help from my friends.’ [Femke Welvaart]
Bij onze laatste roadtrip van een jaar bezocht Beer met ons de vele klimgebieden in Europa. Helaas heeft Beer niet de hele reis mee kunnen maken omdat we hem onderweg zijn kwijtgeraakt. We vermoeden dat hij nog steeds op de boot naar Kalymnos zit. Gelukkig hebben we inmiddels een nieuwe mascotte gevonden die eind dit jaar met ons meegaat op onze volgende roadtrip. We zullen er deze keer voorzichtiger mee zijn. [Esther en Pieter]
In het Lötschental (Wallis, Zwitserland) kocht ik 25 jaar geleden een mini-Tschäggätä, een van de bekende houten maskers die ze in het dal maken. Daarmee laten de inwoners geesten schrikken en verjagen ze de winter. Sinds die tijd hangt deze heks, die inmiddels haar haren is kwijtgeraakt, in de auto. Tegen alle boze geesten die je onderweg tegenkomt. [Peter Daalder]
HOOGTELIJN 3-2014 |
9
^^^ op de hoogte ^^^ op de hoogte
e Hoogte, voor Op d @nkbv.nl. s w u e i n Heb je l, telijn naar hoog d je op www.nkbv.n t e h l i a m n nieuws vi ook en Twitter. b Meer berg e c a F p ns o of volg o
Van der Steen en Van Hoek klimmen Moonflower Buttress vrij Marianne van der Steen en Dennis van Hoek beklommen half mei de route Moonflower Buttress op Mount Hunter in Alaska. Het tweetal klom de route, die bekend staat als de moeilijkste alpiene route van Noord-Amerika, helemaal vrij. De eerste, en enige, vrije beklimming van de route was voor zover bekend in 2001. Van der Steen is de eerste vrouw die Moonflower Buttress vrij heeft geklommen. Van der Steen en Van Hoek troffen in Alaska zeldzaam warm weer. Normaal gesproken ligt de temperatuur rond -15 graden, nu was het rond het vriespunt, waardoor het ijs in de route in slechte conditie was.
Twee nieuwe klimwanden in Utrecht Klimmers in Utrecht opgelet: deze maand opent klimwand Kalymnos op het Utrecht Science Park. De nieuwe wand, gebouwd tegen de zijkant van een parkeergaragae, heeft een maximale hoogte van 30,8 meter. De Utrechtse Studenten Alpen Club (USAC) wordt de belangrijkste gebruiker van de muur, maar de wand is voor iedereen toegankelijk. En er is meer goed nieuws voor Utrechtse klimmers: klimcentrum Mountain Network werkt op dit moment aan plannen voor nieuwbouw van de hal in Nieuwegein. De nieuwe klimhal komt op ongeveer honderd meter van de huidige vestiging van Mountain Network. Het is nog niet bekend wanneer de vernieuwde hal zijn deuren opent.
Patrouille des Glaciers Zes Nederlandse teams stonden dit voorjaar aan de start bij de Patrouille des Glaciers. De wedstrijd, georganiseerd door het Zwitserse leger, gaat van Zermatt via Arolla naar Verbier en is de grootste en (waarschijnlijk) zwaarste toerskiwedstrijd ter wereld. De wedstrijd wordt geskied in teams van drie personen en staat open voor militairen en niet-militairen. De Nederlandse deelnemers waren verdeeld over drie militaire teams en drie civiele teams. Daarnaast deden er nog zeker drie Nederlanders mee in teams met andere nationaliteiten. Volgens oud NKBVvoorzitter Frits Vrijlandt, die voor de derde keer meedeed, was de wedstrijd zwaarder dan hij zich herinnerde van voorgaande edities. “Of misschien had ik het geromantiseerd”, zegt hij. Vrijlandt en zijn teamgenoten Matthijs van Hasselt en Marc de Haas volbrachten de wedstrijd in 17 uur 49 minuten en 24 seconden. Het snelste Nederlandse burgerteam (Syste Zuidema, Michiel Stiemer en Pieter de Wit) voltooide de route in 12:56.24. Kijk voor meer uitslagen op www.pdgnews.ch.
Christie’s veilt (misschien) pickel Mallory De pickel van Everestpionier George Mallory is door het Londense veilinghuis Christie’s geveild voor £ 132.100 (€ 162.000). De geschatte opbrengst van de ijsbijl was voor de veiling vastgesteld op £ 8000 (€ 9.800). Volgens overlevering zou Mallory de pickel hebben gebruikt op de verkenningsexpeditie op Mount Everest in 1922. Kort na zijn dood in 1924 zou zijn weduwe Ruth de ijsbijl hebben geschonken aan de Pinnacle Climbing Club, de eerste klimclub voor vrouwen in Groot-Brittannië. Het gereedschap zou daarna via via bij de familie van de verkoper zijn terechtgekomen. Ondanks de astronomische verkoopprijs is het niet helemaal zeker dat de pickel echt aan Mallory heeft toebehoord. Wellicht een troost voor de koper: de ijsbijl is gemaakt door de Weense fabrikant I. Horeschowski, en dat was in 1922 een absoluut topmerk.
Doe mee met de NK Vertical KM Wat betekenen duizend hoogtemeters voor jou? Voor de meeste bergsporters is dat een serieuze dagtocht, voor anderen is het een hardloopwedstrijd van – pak hem beet – dertig minuten. Voor die tweede groep wordt op 25 oktober in het Zwitserse Fully het NK Vertical KM 2014 georganiseerd. Het kampioenschap is onderdeel van de Kilomètre Vertical de Fully, een wedstrijd die duizend hoogtemeters overbrugt in een parkoers van net iets minder dan twee kilometer. Daarmee is het de steilste zogeheten skyrunningwedstrijd in de wereld. Voor NKBV-leden is een aantal gegarandeerde startplaatsen beschikbaar, inclusief vierdaags halfpensionarrangement in een lokaal hotel. Kosten voor het startbewijs en hotelarrangement zijn 190 euro. Ben je NKBV-lid en wil je meedoen? Meld je dan voor 19 augustus 2014 aan via wedstrijden@nkbv.nl. Eerst zien wat het inhoudt? Bekijk het filmpje van de Vertical KM 2013 op youtube.com/watch?v=XFS-A9fimZo.
Frank Rempe haalt diploma NLIML
Het Dutch Mountain Film Festival (DMFF) is begin mei toegelaten tot de International Alliance for Mountain Film (IAMF), een verbond van de bekendste en belangrijkste bergfilmfestivals ter wereld. De toelating van het DMFF, dat begin volgend jaar zijn vijfde editie beleeft, is volgens festivaldirecteur Toon Hezemans extra bijzonder omdat het ‘t enige festival is in een land zonder bergen. Kijk voor meer informatie op www.dmff.eu.
HOOGTELIJN 3-2014 | ONDER REDACTIE VAN ERNST ARBOUW
Fotocredit: Frank Husslage
Internationale erkenning voor Dutch Mountain Film Festival
10 |
George Mallory (links) en Edward Norton, in 1922 gefotografeerd op 8200 meter.
NKBV-kaderlid Frank Rempe slaagde in april voor de Nederlandse opleiding tot International Mountain Leader (IML). Hij is de derde IML die de Nederlandse opleiding heeft voltooid. Arno de Jong voltooit als alles goed gaat deze maand de Franse opleiding tot IML. De in Frankrijk woonachtige De Jong mag zich dan accompagnateur en montagne noemen.
Foto OeAV / N.Freudenthaler
^^^ op de hoogte ^^^ op de hoogte ^^^ op de hoogte ^^^
De Hornkees en de Waxeggkees in de Zillertaler Alpen, gezien vanaf de Berliner Hut in 1894 en 2013.
Oostenrijkse gletsjer opnieuw verder gesmolten Dat de gletsjers in de Oostenrijkse Alpen in 2013 verder zijn gesmolten, blijkt uit het jaarlijkse Gletsjerbericht van de Oosterijkse Alpenvereniging (OeAV). Het afgelopen jaar verloren de gletsjers gemiddeld 18,5 meter. Grootste verliezer is de Schalfferner, boven Obergurgl in het Ötztal, die in een jaar tijd 173,3 meter kwijtraakte. Daarmee is de Schalfferner een van de snelst terugtrekkende gletsjers van de Alpen. Sinds 2007 is de gletsjer ruim 400 meter korter. Andere forse verliezers zijn de Gepatschferner in het Ötztal (-114 meter) en de Obersulzbachkees in de Venediger (-75,5 meter). Opvallend is dat voor het eerst sinds jaren een aantal gletsjers een kleine groei laten zien. De Kalser Bärenkopfkees (Glocknergebied) groeide 2,5 meter, de Krimmlerkees (Venediger) groeide 80 centimeter. Volgens Dr. Andrea Fischer, hoofd van de OeAV-gletsjermeetdienst, is het mogelijk dat die gletsjers een nieuw evenwicht hebben gevonden. Zij houdt nog wel een slag om de arm: “Als de temperatuur verder stijgt, raakt ook dat nieuwe evenwicht natuurlijk verstoord.”
Online reserveren in Zwitserse hutten Even snel online een plekje in de hut reserveren? Dat kan vanaf deze zomer bij een beperkt aantal populaire Zwitserse berghutten. De 22 hutten, waaronder de Konkordia- en de Monte Rosahut, zijn Zwitserse hut: De Monte Rosa hut in Wallis, één van de hutten met het nieuwe reserveringssysteem. sinds kort aangesloten op een centraal reserveringssysteem van de Zwitserse bergsportvereniging CAS-SAC, waarmee gasten eenvoudig een slaapplaats en maaltijd kunnen vastleggen. Het nieuwe reserveringssysteem is beschikbaar in vier talen en werkt op pc, tablet en smartphone. Het is te gebruiken via de website van de betreffende hut, via de Alpenverenigingssectie die de hut exploiteert of via de website van de CAS-SAC. Meer informatie en een recent overzicht van de hutten die het systeem gebruiken, vind je via bit.ly/1grjj0H.
column Bijzondere berg
Er kleeft een bijzonder verhaal aan de niet al te hoge berg die ik onlangs in Nieuw-Ze eland beklom. In november 2005 trad John Clee se op in Palmerston North, een stadje op het relatief vlakke Noordereiland. Zijn verb lijf daar maakte grote indruk op hem. Op zijn website schreef hij: “If you wish to kill yourself but lack the courage to, I thin k a visit to Palmerston North will do the trick.” Op zijn zachtst gezegd geen recl ame. De burgemeester natuurlijk kwaad, maar dat is niet waar het verhaal stopt. In de loop van 2006 werd de plaatselijke vuilnisbelt omgedoopt in Mount Cleese. Dit leek me een Monty Pythonwaardige reac tie; briljant in z’n eenvoud, maar evenzeer een apocrief verhaal. Een paar jaar geleden liep ik al een keer door Palmerston North: het is een dump waar uiterst onplezierige broo djes worden verkocht. Een Mount Cleese heb ik er toen niet gevonden. Vraag me niet waarom, maar kort geleden was ik weer in Palmerston North, vastbesl oten om dit verhaal nu definitief op z’n waar heidsgehalte te controleren. De vriendelijke dame bij de ingang van de vuilnisbelt – die een heel andere naam heeft – reageerde bijn a enthousiast toen ik aarzelend over John Cleese begon. Het hoogste punt, daar moest ik heen. Het stemde me tot uiterste tevredenheid daar een bordje aan te treffen met de eenv oudige tekst “Mount Cleese, alt. 45,2 m”. De conclusie is duidelijk: je hebt maar een berg van 45 meter hoogte nodig om een goed gevoel te krijgen, ook al stinkt het er een beetje. Ivar Schute
HOOGTELIJN 3-2014 |
11
Foto Jan Bakker
^^^ op de hoogte ^^^ op de hoogte ^^^ op de hoogte ^^^
Expeditienieuws Ueli Steck wint Piolet d’Or voor Annapurna solo
Eerste Nederlandse winterbeklimmingen in Irak
De Zwitserse expeditieklimmer Ueli Steck en de Canadese Raphael Slawinsky en Ian Welsted zijn eind maart in het Italiaanse Courmayeur bekroond met de Piolets d’Or 2014. De prijs (letterlijk vertaald: gouden ijsbijl) geldt als de belangrijkste award voor alpiene topprestaties. De twee Canadese klimmers kregen de prijs voor de beklimming van de noordwestwand van de 7286 meter hoge K6 in Pakistan. Steck kreeg de award voor zijn solobeklimming van de zuidwand van de Annapurna (8091 meter).
Remco Vriend en Jan Bakker reisden half april met een internationale expeditie naar het noordoosten van Irak voor de winterbeklimming van Mount Halgurd (3607 meter), de een-na-hoogste berg van het land. De berg, gelegen in het Zagrosgebergte in de relatief veilige autonome regio van Koerdistan, is waarschijnlijk niet eerder in de winter beklommen door westerse klimmers. Door de gunstige weersomstandigheden bereikte het merendeel van het team de top. Vriend moest de beklimming opgeven als gevolg van een bacteriële infectie. Na de beklimming van Mount Halgurd richtte het team zich op de eerste winterbeklimming van Mount Mamur (3365 meter), nabij de grens met Iran. Na uitvoerig beraad met de lokale expert op het gebied van landmijnen(!) werd een hoogtekamp ingericht, waarna het team via een graat (Schotse waardering I) de top bereikte.
Jan Bakker op de top van de Marmur (3365 meter) bij de grens van Irak en Iran.
ADVERTENTIE
De verschillende Hanwag leesten:
WIDE LEEST
BUNION LEEST
Terwijl het hielbereik normaal is, biedt de schoen in het voorvoetbereik meer plaats. Een wide-model is geschikt voor mensen voor wie een ‘normaal’ model te smal is. Deze zomer biedt Hanwag 10 verschillende modellen met de Wide-leest aan.
Deze leest in speciaal ontworpen voor mensen met een Hallux Valgus; een scheefstand van de grote teen. Bij drie modellen gebruiken wij daarom deze unieke Bunion–leest. Hij biedt precies daar waar nodig meer ruimte en neemt zo de druk op de grote teen weg.
BANKS GTX WIDE
NARROW LEEST
STRAIGHTFIT LEEST
Onze smalle leest is geschikt voor diegene voor wie een normaal gesneden schoen te wijd is. De Tatra (met leren-en GORETEX® voering) maken wij nu ook in deze smalle uitvoering.
Onze StraightFit-leest is gebaseerd op de trekking-leest maar biedt meer ruimte aan de tenen en maakt zo een rechte stand van de grote teen mogelijk, wat speciaal mensen met een bredere voorvoet ten goede komt.
TATRA NARROW
info@hanwag.nl 12 |
HOOGTELIJN 3-2014
ALTA BUNION
Puro LOW
|
www.hanwag.nl
^ op de hoogte ^^^ op de hoogte ^^^ op de hoogte
^^^ Gareth Hughes op de Eiger Noordwand.
Twee Nederlandse beklimmingen Eiger Noordwand Het is de klassieker onder de klassiekers: de noordwand van de Eiger – bijna onmogelijk om te beschrijven zonder ergens het woord ‘berucht’ te gebruiken. Daarom is het extra bijzonder dat de (daar komt ‘ie) beruchte wand dit voorjaar binnen twee weken twee keer door Nederlanders is bedwongen. De in Zwitserland woonachtige William van Meegdenburg beklom de wand op 30 en 31 maart en 1 april met Gareth Hughes. Van Meegdenburg en Hughes wilden de route aanvankelijk in twee dagen klimmen, maar door drukte in de wand (vier touwgroepen voor en twee touwgroepen achter) waren ze uiteindelijk gedwongen een extra bivak te maken. De eerste dag moest het tweetal bij de zogeheten Moeilijke Spleet en de Hinterstoisser Traverse lang wachten op voorgaande klimmers. Uiteindelijk besloten ze om vijf uur ’s middags te bivakkeren op het Dodenbivak. De volgende dag bereikten ze om elf uur ’s avonds het Corti Bivak. “Het ‘terras’ uit de topo bleek groot genoeg voor één persoon. Ik maakte een
richel van dertig centimeter waar ik de rest van de nacht heb doorgebracht. Behoorlijk oncomfortabel”, aldus Van Meegdenburg. Het tweetal bereikte de derde dag rond twee uur ’s middags de top. Dennis van Hoek en Marianne van der Steen beklommen de klassieke route nauwelijks twee weken later in wat Van der Steen omschrijft als “Verre van perfecte weersomstandigheden. Flinke sneeuw op dag één en onvoorstelbare wind op dag twee en drie.” Van Hoek en Van der Steen werden onderweg bovendien geplaagd door een defecte brander, waardoor ze geen sneeuw konden smelten voor drinkwater en maaltijden. “Daardoor deden we veel langer over de route dan de bedoeling was. De dorst maakte ons heel, heel langzaam.” Het tweetal bivakkeerde, net als Van Meegdenburg, in het Dodenbivak en het Corti Bivak. Van Hoek loste het ruimteprobleem in het Corti Bivak op door op zijn knieën te slapen. “Ik weet zeker dat hij sliep, want hij snurkte flink. Reuzenschattig”, aldus Van der Steen. Bekijk een filmpje van de beklimming van Van Hoek en Van der Steen op vimeo.com/92119832. Op de Facebookpagina van Van der Steen vind je een fotoserie van de beklimming: on.fb.me/1k4FRU0.
sportklimnieuws
Nederlandse top 13 in actie
Neoliet bouwt nieuwe boulderhal Klimhalexploitant Neoliet opent begin september een gloednieuwe boulderhal in Rotterdam West, vlakbij het Marconiplein. De nieuwe Bolder Neoliet – zonder u, de naam verwijst naar bolders om schepen op aan te leggen – is gevestigd in een voormalig koffie- en theepakhuis uit het begin van de vorige eeuw en heeft een vloeroppervlak van 1150 vierkante meter. Het totale boulderoppervlak wordt meer dan 700 vierkante meter. De Rotterdamse boulderhal is de achtste hal van Neoliet. Het bedrijf wil de komende tijd nog verder uitbreiden: plannen voor een negende hal, waarvan de locatie nog niet is bekendgemaakt, staan al in de steigers en aan klimhal nummer tien wordt ook al gewerkt. Die moet verrijzen in het Maximápark in de Utrechtse wijk Leidsche Rijn. Het is de bedoeling dat het nieuwe klimcentrum Neoliet Utrecht het grootste in- en outdoor klimcentrum van Nederland wordt en gaat beschikken over een (inter)nationale wedstrijdwand.
Op 17 mei werd de laatste bouldercompetitiewedstrijd geklommen bij Rock Steady in Bussum. De winst van deze wedstrijd ging naar Timo Tak en Kim van den Hout. Kim won hiermee ook de competitie. Bij de heren ging de competitiewinst naar Casper ten Sijthoff. Nu de bouldercompetitie is afgelopen is ook bekend wie zich hebben geplaatst voor het Lotto NK Boulder 2014 op zaterdag 14 juni bij Delfts Bleau. Dat is de top 12 van de competitie-uitslag plus Nikki van Bergen en Nicky de Leeuw die beiden dispensatie kregen. Hierdoor komen er in Delft 13 heren en 13 dames in actie. Kaarten voor dit spektakel kosten slechts 5 euro (incl. een consumptie). Meer informatie over de kaartverkoop en de deelnemers vind je op www.nkboulder.nl.
Sterke seizoenstart voor Verhoeven Jorg Verhoeven is het boulderseizoen sterk begonnen met een derde plaats bij de wereldbekerwedstrijd in het Chinese Chonqing. Verhoeven eindigde op het podium achter de Duitser Jan Hojer en de Russische Dmitry Sharafutdinov. Bij de dames eindigde Vera Zijlstra in Chonqing op de zeventiende plek. De meest recente uitslagen van dit wedstrijdseizoen vind je op www.nkbv.nl.
Partners van het Nederlands Team Sportklimmen
Partners nationale wedstrijden
Mountain Network logo op grijs-blauwe achtergrond
grijs-blauw CMYK: RGB: web:
35 / 15 / 0 / 35 135 / 148 / 169 #8794a9
HOOGTELIJN 3-2014 |
13
^^^ op de hoogte ^^^ op de hoogte ^^^ op de hoogte ^^
Lawine-ongeluk Mount Everest
VERDRIET, BOOSHEID
EN EEN ONZEKERE TOEKOMST Zestien sherpa’s kwamen op 18 april om het leven bij een lawine op Mount Everest. Expeditieleider Arnold Coster, zelf getrouwd met een sherpa, zag in het basiskamp de schok en het verdriet, maar ook de verbijstering en de woede. Vanuit zijn woonplaats Kathmandu vertelt hij over het ongeluk en de nasleep. “Als een sherpa verongelukt, is ergens in Nepal een familie haar kostwinner kwijt.” Waar ben je nu?
En toen?
Ik ben thuis, in Kathmandu, sinds een week. M’n klanten zijn op 21 april naar huis gevlogen, maar ik had nog een hoop spullen die van de berg moesten komen. Daarom heb ik nog een tijd in het basiskamp gezeten.
De lichamen van de omgekomen sherpa’s zijn geborgen en er is een puja gehouden, een religieuze ceremonie. Daarna werd de sfeer al snel grimmiger.
Wanneer hoorde je van het ongeluk? We waren aan het acclimatiseren op Lobuje East, een zesduizender in de buurt van het basiskamp. We hadden net op de top gestaan toen mijn hoofdsherpa het vertelde. Alles was nog heel onduidelijk. Eerst werd gezegd dat er misschien wel dertig doden waren. Helikopters vlogen af en aan, daaraan konden we ook merken dat er iets was gebeurd. Een dag later kwamen we in het basiskamp, toen werd het natuurlijk helemaal duidelijk.
Er waren berichten over dreigementen, chantage en zelfs geweld tussen groepen sherpa’s. Een kleine groep maoïsten, een stuk of vijftien mensen schat ik, bedreigde de sherpa’s die wel wilden klimmen en zette hen onder druk. Sherpa’s van onze expeditie wilden eerst wel verder, maar die zijn ook bedreigd. Samen met een andere organisatie hadden we ongeveer honderd sherpa’s – genoeg mankracht om door te gaan, maar als je mensen worden bedreigd, dan houdt het op…
De woede richtte zich ook op de Nepalese regering. Hoe was het op dat moment in het basiskamp? Er hing een hele slechte stemming. Veel teams waren mensen verloren, andere teams waren betrokken bij de reddingsoperatie. Die hebben vreselijke dingen gezien. Iedereen was in shock.
Per klimmer betaal je tegenwoordig 650 dollar aan de Nepalese regering. Die is vervolgens verantwoordelijk voor het aanleggen van de route. Reken zelf maar uit: 500 keer 650 dollar. Het is een beetje een Nepalees verhaal: dat geld, niemand weet waar het blijft. Expedities betalen ook nog eens 4,5 miljoen aan royalty’s. Opnieuw: niemand weet waar dat geld blijft.
Het lijkt erop dat sherpa’s veel bewuster zijn van hun positie. Die positie is natuurlijk ook veranderd. Vroeger waren sherpa’s mensen zonder opleiding die in het seizoen voor een expeditie werkten. Jongere sherpa’s zijn tegenwoordig goed opgeleid. Er zitten zelfs internationaal berggidsen tussen. Ze waren al sterker op de berg, maar nu zijn ze ook technisch beter dan westerse klimmers. De sherpa’s doen niet meer zomaar wat ze wordt verteld. Ik denk dat dat een hele goede ontwikkeling is.
Je hebt onder expeditieklimmers een unieke positie omdat je bent getrouwd met een sherpa. Hoe kwam het nieuws aan in jouw omgeving? Vergeet niet dat de situatie niet nieuw is. Het gebeurt helaas wel vaker dat sherpa’s tijdens hun werk verongelukken. Het is wel goed dat er nu eindelijk eens een dialoog lijkt te komen tussen sherpa’s, expeditiebedrijven en de regering. Dat had tien jaar geleden al moeten gebeuren want er is veel om over te praten. Verzekeringen bijvoorbeeld. Een sherpa mag nu wettelijk maximaal verzekerd zijn voor het bedrag dat hij in één seizoen verdient. Belachelijk. Als een sherpa verongelukt, is ergens in Nepal een familie haar kostwinner kwijt. Je zou voor minstens
14 |
HOOGTELIJN 3-2014
^^ op de hoogte ^^^ op de hoogte ^^^ op de hoogte
twintig seizoenen verzekerd moeten zijn. Aan de andere kant is de regering niet bereid iets te doen. Een sherpa verdient in één klimseizoen drie keer zo veel als een Nepalese minister in een heel jaar. Zo’n minister denkt natuurlijk ook: joh, waar heb je het over?
^^^
Zolang de route door de ijsval niet veilig is, zal je mij daar niet zien. Ik kan altijd naar de noordkant, daar heb je geen ijsval. Het is voor mij ook een optie om Mount Everest met rust te laten. Voor mij als klimmer is het sowieso veel leuker ergens anders naartoe te gaan.
Wat is op de lange termijn de impact van dit ongeluk?
Wat betekent het ongeluk voor jou zelf? Ik heb een dag op een steen gezeten in het basiskamp en de hele dag naar de ijsval gekeken. In één dag zag ik vier lawines, op bijna exact dezelfde plek als het ongeluk.
Wie is… Arnold Coster (Schiedam, 1976) stond drie keer op de top van de Mount Everest en vijf keer op de top van de Cho Oyu (8201 meter). Daarnaast beklom hij de Manaslu (8156 meter) en de Lothse (8516 meter) en een flinke handvol zes- en zevenduizenders verspreid over de rest van de wereld. Sinds 2004 werkt hij als expeditieleider, aanvankelijk voor het Britse SummitClimb, tegenwoordig voor zijn eigen bedrijf Arnold Coster Expeditions. Coster is getrouwd met Maya Sherpa, die later dit jaar de eerste Nepalese vrouw op de K2 hoopt te worden. In 2010 kregen zij hun dochter Roos Dawa.
HOOGTELIJN 3-2014 |
Foto Laurens Aaij
Ik denk dat de komende jaren meer mensen zullen kiezen voor de route uit het noorden, zodat ze niet meer door de ijsval hoeven. Er is ook sprake geweest van helikopters om materiaal en zelfs mensen naar kamp 2 te vliegen. Absurd natuurlijk. Als je, zelfs met alle ondersteuning die er nu al is, die berg niet op een gewone manier kunt beklimmen, moet je hem misschien maar met rust laten. Expeditie-aanbieders moeten eens bij zichzelf nagaan welke vorm van support echt nodig is. Is het echt nodig dat iemand een kachel heeft in kamp 2? Of breedbandinternet? Moet je echt al die sherpa’s en camera’s inzetten omdat je toevallig met een glijscherm van de top wilt vliegen? Met al die fratsen breng je mensen in gevaar.
15
nkel.se
Geeft andere branders het nakijken Primus Eta spider is de kroon op het werk van het bedrijf dat al sinds 1892 een pionier is op het gebied van koken in de buitenlucht. Het toonaangevende efficiënte brandstofverbruik* en een combinatie van slimme innovaties, maakt de Eta Spider tot onze meest veelzijdige brander ooit – en welke je het meest waarschijnlijk tegenkomt in de rugzak van onze ingenieurs. De 1.0 liter pot heeft de capaciteit om twee hongerige monden te voeden, ook verkrijgbaar als Eta Lite voor 1 persoon en Eta Power voor 1-4 personen. We hebben het zelfs mogelijk gemaakt om de brander op benzine te laten branden, met behulp van onze multi-fuel kit (los verkrijgbaar), waardoor de Eta Spider een prima metgezel wordt tijdens alle seizoenen en voor elk avontuur.
lees meer over de primus eta technologie op primus.eu/eta *Met 230 gram LPG kunt u gemiddeld twee uur lang onafgebroken koken, afhankelijk van de hoogte, weersomstandigheden en temperatuur van het gebruikte water. Perfect voor het bereiden van de dagelijkse lunch en diner, het maken van een lekker ontbijt of een heerlijk warm kopje koffie of thee, voor twee personen tijdens een zesdaagse trip. Dat is twee keer zo efficiënt als een conventionele brander!
ière Mijn bergsportcarr
‘MIJN EERSTE BERGERVARING BRACHT ME NAAR 5900 METER’
A
ls Thea Verstegen een uitdaging ziet, pakt ze hem met beide handen aan. “Ik ren marathons, fiets in de bergen, liep drie keer de Kennedymars en twaalf keer de Vierdaagse. Maar dat laatste is peanuts. Nog voor mijn vijftigste wilde ik ook naar de top van een serieuze berg. Ik had geen ervaring in de bergen, maar ik ben een doorzetter dus ik wist dat ik ver zou komen.” In 2012 sloot Thea zich met haar hardloopmaatje aan bij een groep van vijf mannen die de Mera Peak op wilden. “Ik was best bang vooraf. Door verhalen van anderen over de hoogte en omdat ik geen ervaring had. Ik kreeg in Nepal in de week voor de tocht een korte cursus, maar het werd mijn eerste bergtocht en dan meteen naar 6400 meter. Op 5900 meter was het nog een nacht lopen, maar ik ben met een tochtgenoot en een gids omgekeerd. Ik realiseerde me dat ik een blok aan het been werd van de anderen die veel meer ervaring hadden dan ik, dus op het laatste stuk aan het touw zou ik de rest ophouden. Bovendien dacht ik aan mijn man en kinderen en wilde ik wel heelhuids thuiskomen. Spijt? Ja, wel een beetje. Vooral toen ik de foto’s van de anderen zag. Maar ik ben ook trots. Omdat ik het tot zo’n mooie hoogte heb gehaald – ik heb de top van zo dichtbij gezien! – en omdat ik tegen mijn natuur in, koos voor veiligheid in plaats van alsmaar doorzetten. Ik wil niet kijken naar wat ik niet heb gehaald. Na drie weken zonder kachel, douche of spiegel, leerde ik om te kijken naar wat ik allemaal wel heb. Voor mijn vertrek naar Nederland heb ik daar al mijn kleren weggegeven. Wij zwemmen in de spullen, terwijl zij helemaal niets hebben.”
NKBV-ledenpas
Naam: Thea Verstegen Leeftijd: 50 jaar Woonplaats: Mill
2014
NKBV-lid sinds: 2012 Beroep: Doet de opleiding Verzorgende IG (Individuele Gezondheidszorg) Mooiste tocht: Mera Peak (2012) Volgende uitdaging: “Eerst mijn studie afronden en dan misschien de Kilimanjaro” Levensles: “Geniet van de dingen die je wel hebt”
TEKST FEMKE WELVAART | HOOGTELIJN 3-2014 |
17
r e m Zo
GENIETEN De voorbereiding is achter de rug, de plannen zijn gemaakt. Het is zomervakantie! Tijd om lekker te klimmen of te genieten van een gletsjer- of huttentocht, hoog boven het warme, dampende dal. In deze editie van Hoogtelijn gaan we met kinderen op pad in het Oostenrijkse Virgental en in de woeste natuur van SloveniĂŤ. We waren in het Ă–tztal, waar veel NKBV-cursussen worden gegeven, wandelden tussen de alpinisten in Chamonix en beklommen de Tand van de Reus. Wie krijgt er al zin?
18 |
HOOGTELIJN 3-2014 | FOTO SWISS-IMAGE.CH/CHRISTOF SONDEREGGER
HOOGTELIJN 3-2014 |
19
Virgental t e h n i t h c o t n e t t u H
VAN STEENMAN
TOT GLETSJER
“Tien, negen, acht… drie, twee, één…” Verwachtingsvolle gezichten achter de autoruit: we rijden Oostenrijk binnen. Het land van de bergen. En van de sneeuw in de zomer. Dit jaar gaan we een gletsjer van dichtbij zien. “Weet je nog, vorig jaar? Toen zagen we gemzen, een arend en alpenmarmotten: Murmeltiere! Weet je nog wat voor geluid die maken?” De kinderen willen ze allemaal weer zien dit jaar.
V
orig jaar gingen we voor het eerst met de twee oudsten naar de bergen. Ze waren toen vierenhalf en acht jaar oud. We namen een rugdrager mee waarin de jongste, Sybe, soms een half uur zat. Die drager laten we dit jaar thuis. Jeroen en ik gaan met onze jongens naar het Virgental, ten zuiden van de Gross Venediger. Een gebied zonder liften, met kindvriendelijke paden en mooie dagafstanden van hut naar hut.
20 |
Opperbeste stemming Na een nacht slapen op 1900 meter starten we onze huttentocht. Het is even wennen aan de smalle, schuin tegen de helling gelegen paden vol stenen. De kinderen zien op een rots hun eerste alpenmarmot en wijzen naar de vogels in de lucht. We horen krekels zingen en vlinders vliegen met ons mee. De stemming zit er al snel in. “Wanneer hebben we pauze?” Het
HOOGTELIJN 3-2014 | TEKST ANNELIES DE PAGTER | FOTO’S JEROEN VAN DIJK
Sem en Sybe genieten van de natuur.
is een vraag die we deze week vaak horen. Onze pauzes zijn, als het weer het toelaat, lang en vaak bij het water of op plekken waar losse stenen liggen. Dit jaar bouwt Sem elke dag twee tot zes steenmannen. We dragen deze week mooi bij aan de zichtbaarheid van de routes in de mist. Als we de eerste dag Apfelstrudel mit Sahne eten, ’s avonds gevolgd door Kaiserschmarrn, is het Oostenrijkgevoel compleet.
Wennen aan de hoogte De acclimatisatietocht de volgende dag blijkt reuze pittig, en niet alleen voor de jongens. Gelukkig hebben we ‘dagpakketjes’ bij ons: de inhoud verschilt per dag en ze doen dienst als energievoer, als stimulans en als beloning naast de boterhammen. Zo krijgen de jongens rozijntjes, Sultana’s, chocola of een speelgoedautootje. Het dal is prachtig en heel rustig. Mannen harken op een schuine helling het hooi bijeen terwijl bij ons het zweet van onze gezichten loopt. Op 2800 meter lassen we een lange pauze in op een glooiend plateau met gras, stroompjes en grote rotsblokken. Sem bouwt zijn reuzensteenman terwijl Sybe in de armen van zijn moeder slaapt. Een glas Schiwasser doet ons goed na zo’n lange dag.
Nog meer steenmannen De derde nacht slapen we op 2750 meter in de Bonn Matreier Hütte. Vlak bij de hut staat een mooi rotskapelletje en zien we een brede graat naar een top. We klauteren een stukje eerstegraads blokkenterrein omhoog, improviseren gordeltjes met bandschlinges en binden dan de jongens aan kort touw. Toch wordt het voor de jongste te veel, dus besluiten we terug te gaan. Plezier en veiligheid staan tenslotte voorop. Met het prachtige weer kunnen we nog lang buiten genieten, vlak bij de hut naast een oude steenlawine. Hier wordt weer driftig gebouwd en het moet gezegd: de steenmannen worden met de dag steviger. Sem krijgt zowaar inzicht in goede bouw: grote platte stenen onderop en de kleine vullen alle gaatjes om het bouwwerk te verstevigen.
Afleiding helpt De oversteek naar de Eisseehütte is mooi maar lang. Met eindeloze raad- en rijmspelletjes loodsen we Sybe ontspannen mee. Zijn favoriet zijn de raadseltjes. “Leeft het? Heeft het vier poten? Is het kleiner dan..?” Alles is mogelijk en zo komen wolken, dino’s, rotsen of vlinders voorbij. HOOGTELIJN 3-2014 |
21
we zien prachtige bloemen en st ns rten in aerlei kleuren
Het smalle pad ligt hoog tegen de flank van de berg. Er is veel gras, we zien prachtige bloemen en steensoorten in allerlei kleuren. Onze rugzak wordt steeds zwaarder. “Goedemiddag, welkom! Lusten jullie een lolly?” Ons wacht een gastvrije ontvangst in een eenvoudige maar fijne hut. Er zijn geen menu’s, er is geen warm water of gsm-ontvangst. Daarentegen is er wel veel gezelligheid. In deze hut komt het echte huttengevoel bij ons terug. De potjes Mens-erger-je-niet zijn al snel niet meer te tellen. “Papa en mama, kijk eens!” Vanuit het raam zien we een grote Alpenmarmotfamilie zitten.
Magisch meer Hadden we een paar plannen – een gletsjeroversteek naar het Defreggerhaus met gids of via de Johannishütte richting het dal – tijdens de tocht blijkt dat we de twee hutten die de springplank zijn naar de top van de Gross Venediger weken tevoren hadden moeten reserveren. Het moest zo zijn, want achteraf blijkt dat na deze teleurstelling de mooiste dagen aanbreken.
22 |
HOOGTELIJN 3-2014
Omdat het weer zou omslaan, spelen we spelletjes tot het eind van de ochtend. Daarna wandelen we rustig naar de Eissee, langs de ene kant een uurtje en via de andere weg vijfenveertig minuten. We moeten goed oppassen dat we niet op een van de tientallen Edelweissbloemen stappen. Mistflarden en lichtspel begeleiden ons. Soms krijgen we een doorkijkje naar boven. We springen van steen op steen om stroompjes over te steken. Wat een prachtig meer! Het water is kraakhelder met aan de overkant een steile rots, een waterval en een puinhelling. Aan deze kant staan vele steenmannen en na vandaag nog een paar meer. Het water lonkt dus springen we erin. Sem staat tot zijn knieën in het ijskoude water. Dapper! Er volgen bijzondere uren in de surreële sfeer rond het meer. Waar we normaliter stevig met de voeten in de klei staan, voelen we het allebei: dit is een magische plek. We ontspannen, genieten, beleven en voelen. Vertelde de gastvrouw in de hut niet over de bijzondere energie bij het meer? Langzaam weken we ons los van deze bijzondere plek om laat in de middag weer in de hut aan te komen.
Eindelijk: de gletsjer Vandaag is de dag van het hoogterecord. We klauteren via een morenerug omhoog, passeren enorme rotsblokken en kleine ijsmeren. We genieten in de wereld van rots en ijs. De eerste sneeuwvelden knarsen onder onze voeten. Sybe klimt dapper mee, maar het is zwaar voor de kleine man. We startten in de mist en pas als we uitgeput en voldaan ons dagbivak maken op de Wallhorntörl trekt de mist op. We zien de gletsjer diep onder ons en de top van de 3666 meter hoge Gross Venediger. We zien een rotseiland en het Defreggerhaus in de verte. Er lopen touwgroepen richting de top. Na een lunch van Sultana’s en kaas valt Sybe op 3045 meter in slaap. Voor Jeroen het moment om nog even de benen te strekken en de rotsgraat op te klauteren en een topje mee te pakken. Het is moeilijk afscheid nemen van deze plek; na ruim vier uur komen we pas in beweging. “Weet je jongens, we kunnen natuurlijk weer helemaal via de stenen en rotsen naar beneden lopen, maar weet je hoe wij dat vroeger deden? En wat veel sneller is?” Eerst aarzelend maar al snel op volle snelheid skiën we met gebogen knieën op onze schoenen over de sneeuwvelden omlaag. Na het laatste sneeuwveld is de teleurstelling groot. Dit was leuk! Dus klimmen we nog een keer omhoog voor een afdaling over de sneeuw. En dat in de zomervakantie!
Wandelroute • Starten in Hinterbichl op 1329 meter. Via Bodemalm naar de Neue Nilljochhutte op 1980 meter. Van daar naar de Gaasschärtle om te acclimatiseren. • Wandelen naar de Bonn-Matreier Hütte op 2750 meter. Wij maakten een onvoltooide beklimming van de Rauh Kopf (3070 meter, I ). • Na de Eisseehütte (op 2521 meter) twee dagtochten: naar de Eissee (2661 meter) en naar de Wallhorner Tötl (3045 meter) en de graat (I) naar de Weissspitz op 3300 meter. • In één dag via Bodenalm weer terug naar Hinterbichl.
Wandelen met kinderen in het Virgental Gebied
De Venediger is een van Oostenrijks grootste vergletsjerde gebieden met de Gross Venediger als hoogste punt (3666 meter). Een groot deel hiervan is gelegen in het Nationaal Park de Hohe Tauern. In het zuiden grenst het gebied aan het Virgental en de Lasörlingroep. De Lasörling Höhenweg verbindt de Venediger Höhenweg tot een grote meerdaagse huttentocht. Door de grote huttendichtheid zijn de etappes makkelijk in te korten en vanuit het dal kun je talloze dagtochten plannen.
Karakter
Wij liepen de Lasörling Höhenweg in 2012. Het heeft een groen en lieflijk karakter door naaldbossen en almen. Sommige oversteken zijn spannender te maken en krijgen dan een alpien karakter waardoor Schwindelfreiheit en inzicht in het terrein vereist is. De in dit verhaal beschreven tocht via de Venediger Höhenweg is ruiger, hoger en drukker. Veel oversteken zijn voorzien van kabels en regelmatig kruisten we sneeuwveldjes of gingen we door blokkenterrein. Beide routes zijn duidelijk gemarkeerd. Er gaan geen liften vanuit het dal naar boven, dus je moet alles lopen.
Reis
Vanuit Utrecht naar Prägraten is het 1050 kilometer via de Felbertauern-Tunnel. Met de trein reis je naar
Lienz in Osttirol, daar pak je de bus naar Matrei. Houd rekening met een reistijd van 16-18 uur.
Accommodatie & Voorzieningen
Op www.virgental.at vind je veel informatie over de hutten en overnachtingen in het dal. In het dal zijn twee kleine campings. In Prägraten is een informatiecentrum (praegraten@osttirol.com), een bank met pinautomaat en een supermarkt. In het informatiecentrum zit ook een gidsenbureau (venediger-bergfuehrer@aon.at). De meeste hutten in het gebied zijn privéhutten waar je geen kortingsregelingen hebt. Wel is er voor kinderen een gereduceerd tarief. Het dal heeft één taxibedrijf (www.huettentaxi.at).
Kaarten
• Alpenvereinskarte 36 Venedigergruppe, 1:25.000. • Freizeitkarte Virgental, 1:34.000 te bestellen bij Touristburo Prägraten. • Wandelen in de Oostenrijkse Alpen van Jonathan Vandevoorde, Dominicus Adventure 2012, ISBN 9789025750053. Een hoofdstuk is geheel gewijd aan het Virgental.
Geschikt voor kinderen
Voor een eerste kennismaking met het hooggebergte is vooral de Lasörling Höhenweg een aanrader. De dagafstanden zijn voor kinderen vanaf vijf jaar goed te doen en de hutten zijn kindvriendelijk. Veel hangt natuurlijk af van een goede voorbereiding en planning. Met veel afleiding, raadsels en verhalen, en een beloning in het vooruitzicht kunnen jonge kinderen meer dan je denkt. Bij spannende passages en bij klauteren over rotsgraatjes hadden wij onze kinderen in een gordeltje aan kort touw.
HOOGTELIJN 3-2014 |
23
nc Chamonix-Mont Bla
WANDELEN TUSSEN DE
ALPINISTEN Het uitgebreide liftsysteem van Chamonix geeft toegang tot een van de indrukwekkendste bergwandelgebieden van de wereld: het Mont Blancmassief. Maar gaan hightech kabelbanen en bloed, zweet en tranen eigenlijk wel samen?
24 |
HOOGTELIJN 3-2014 | TEKST EN FOTO’S SIMONE VAN VELZEN
“K
abelbanen?”, vraag ik vol ongeloof wanneer mijn partner Jesse voorstelt om in Chamonix te gaan bergwandelen. Chamonix staat bekend om zijn uitgebreide netwerk aan kabel- en tandradbanen die hordes toeristen in de bergen dumpen. Niet echt mijn ideaalbeeld van een exclusieve bergwandelvakantie. Bovendien: echte outdoorbeesten nemen geen lift, die wandelen naar boven. Ik wil bloed, zweet en tranen en geen wirwar van liften die het uitzicht verpesten. “Kabelbanen zijn voor watjes”, beweer ik stellig.
gebonden aan de terrassen van het liftstation. Overal zie ik alpinisten met touwen over gletsjers wandelen en over ijsrichels sjouwen. Vlak naast mij herhaalt een Franse berggids nog eens de laatste kneepjes van het vak terwijl een beginneling nog wat zenuwachtig aan het touw frunnikt dat hen aan elkaar verbindt. Ik kijk bewonderend toe hoe ze vervolgens van ons terras afstappen en achter een – naar mijn idee levensgevaarlijke – ijsrichel verdwijnen. “Je had helemaal gelijk”, plaagt Jesse. “Kabelbanen zijn voor watjes.”
Aiguille du Midi
Ezels, alpenkauwen en marmotten
Toch sta ik nu in de rij van de lift naar de Aiguille du Midi – de bekendste lift van Chamonix. Het is kwart over zes in de ochtend en ik word omsingeld door doorgewinterde bergbeklimmers met bruinverweerde gezichten en rugzakken volgeladen met touwen, stijgijzers en pickels. Uit mijn rugzak steekt alleen een baguette. In twintig minuten zweeft de kabelbaan naar de top van Aiguille du Midi en staan we ineens op 3842 meter hoogte. We stappen een wereld binnen vol eindeloze gletsjers en besneeuwde bergtoppen tot zover het oog reikt. Het uitzicht is spectaculair. Ik kijk zo Italië en Zwitserland binnen: in de verte zie ik het Monte Rosamassief en de Matterhorn.
Op de terugweg stappen we uit op het tussenstation Plan de l’Aiguille; hier begint onze wandelroute. Twee ezeltjes staan tussen de bloemen te grazen, een groep alpenkauwen maakt
De met sneeuw bedekte top van de Mont Blanc lijkt vlakbij. Even droom ik weg en stel ik me voor hoe het zou zijn om op die legendarische piek te staan, maar de helling naar de top ziet eruit als een grote sneeuw- en ijsmassa. Ik ben met mijn wandelschoenen
HOOGTELIJN 3-2014 |
25
HIKING & OUTDOOR THE HIKING & OUTDOOR PRODUCTS FROM BERGANS OF NORWAY ARE DEVELOPED WITH FUNCTIONS AND FEATURES TO SUPPORT THE MODERN OUTDOOR ENTHUSIAST IN A WIDE RANGE OF ACTIVITIES.
FREDRIK SCHENHOLM
Skarstind Backpack 28 L / 22 L
Main features: Lightweight, comfortable, and practical – it has everything you need for a perfect day in the wild. Skarstind features a unique carrying system with tensioned mesh back providing excellent ventilation.
BERGANS OF NORWAY HAS BEEN DRIVEN BY DEDICATED AND PASSIONATE OUTDOOR ENTHUSIASTS FOR OVER A CENTURY. WITH THE NORWEGIAN WILDERNESS AS OUR PLAYGROUND AND SEASONED POLAR EXPLORERS AND ADVENTURERS ON OUR TEAM, WE CREATE TECHNICAL PERFORMANCE GARMENTS AND HIGH QUALITY OUTDOOR EQUIPMENT. ALWAYS AIMING TO PROVIDE YOU WITH THE ULTIMATE OUTDOOR EXPERIENCE – REGARDLESS OF SEASON AND ACTIVITY.
EKSTREM TURGLEDE
bergans.com
Tevreden kijken we elk r n: dit is de wereld w r wij thuishoren
met veel lawaai speelse duikvluchten en in de verte hoor ik een marmot fluiten. Tevreden kijken Jesse en ik elkaar aan: dit is de wereld waar wij, bergwandelaars, helemaal thuishoren. We volgen een smal pad door een landschap vol bloemenvelden, bergbeekjes en grote rotsblokken terwijl Chamonix diep beneden ons in de vallei ligt te schitteren. Hoog boven ons priemen de puntige toppen van de Aiguilles de Chamonix in de hemel. Aan de voet van de Aiguilles (naalden) ligt het idyllische Lac Bleu waar we genieten van het uitzicht over het blauwe water, onze baguette met brie en de alpenkauw die probeert een hapje mee te pikken. Onze route blijft boven de boomgrens waardoor we een onbelemmerd uitzicht hebben op de overkant van de vallei waar de ruige Aiguilles Rouges sterk afsteken tegen de helderblauwe lucht. Terwijl aan onze kant het Mont Blancmassief bezaaid ligt met gletsjers, zijn de Aiguilles Rouges aan de overkant van de vallei ijsvrij. In het beschermde natuurreservaat nemen alpensteenbokken, gemzen, sneeuwhoenders en zelfs steenarenden hun toevlucht. Kortom, de Aiguilles Rouges zijn een waar wandelparadijs dat ook nog een schitterend uitzicht belooft op het Mont Blancmassief. Ik heb zin om de Flégèrelift te nemen voor een wandeling door de Aiguilles Rouges.
Hoog boven de wolken ligt het terras op de Aiguille du Midi.
Zee van ijs Vandaag is onze bestemming Montenvers. Vlak voor we daar aankomen, gaan we via een steile helling naar het spectaculaire uitzichtpunt Signal Forbes. Aan mijn voeten ligt het Mer de Glace. Deze zeven kilometer lange ‘zee van ijs’ is de langste gletsjer van Frankrijk. Het ijs is op vele plekken meer dan tweehonderd meter diep en overal zien we enorme spleten, gleuven en immense rotsblokken. De meest imposante piek die boven de gletsjer uit HOOGTELIJN 3-2014 |
27
Eindpunt wandeling -Tandradbaantje Montenvers - Mer de Glace.
Lift: Téléphérique des Grands Montets (3275 meter). Begin- en eindpunt wandeling: tussenstation Lognan (1972 meter). Duur: 1,5 uur retour, maar reken op een halve dag als je ook het uitzicht op het topstation wilt meenemen. Zwaarte: een makkelijke wandeling over een breed pad dat licht stijgt, na het uitzichtpunt klimt het smalle paadje flink omhoog. Navigeren: gemakkelijk, volg de bordjes Le Point de vue. Keer bij de ijsval niet om, maar klim via een smal pad steil omhoog om de gehele wandeling af te maken.
3. Tramway du Mont Blanc – Glacier du Biona ay
Uit de eindeloze hoeveelheid bergwandelingen in Chamonix kozen we vijf klassiekers die je absoluut niet mag missen:
Met de Bellevue of Prarion kom je bij een station van Tramway du Mont Blanc. Dit bijzondere bergtreintje klimt naar Nid d’ Aigle waar je prachtig zicht hebt op de Bionassaygletsjer en waar alpinisten vertrekken naar de top van de Mont Blanc. Volg vanaf het station een van de vele paadjes naar de spectaculaire gletsjer en volg zo lang als het kan het paadje omhoog. Liften: Téléphérique du Bellevue (1794 meter) of Prarion (1850 meter) en Tramway du Mont Blanc (2380 meter). Begin- en eindpunt wandeling: eindstation Nid d’Aigle (2380 meter). Duur: er is geen duidelijk eindpunt. Wij deden er circa twee uur over en zijn omgekeerd toen we niet verder konden omdat het paadje de gletsjer op ging. Ga in geen geval zonder goede uitrusting en kennis het ijs op. Zwaarte: pittige klim en dezelfde steile weg weer terug. Navigeren: gemakkelijk, volg de gletsjer.
1. Plan de l’ Aiguie - Mer de Glace
4. Les Bo ons – La Jonction
Met de kabelbaan ga je naar het hoogste punt, de Aiguille du Midi (3842 meter), voor immense uitzichten over het Mont Blancmassief. Een ander hoogtepunt is het uitzicht vanaf Signal Forbes over Glacier Mer de Glace en de imposante piek van Le Petit Dru. Liften: Téléphérique de Aiguille du Midi (3842 meter) en Train du Montenvers-Mer de Glace (1913 meter). Beginpunt wandeling: tussenstation Plan de l’Aiguille (2317 meter). Eindpunt wandeling: bergtreinstation Montenvers – Mer de Glace (1913 meter). Duur: 2,5 uur wandelen via Lac Bleu en Signal Forbes. Zwaarte: eenvoudig met weinig hoogteverschil. Alleen op het einde richting Signal Forbes een steile klim. Reken op een lange, vermoeiende dag als je zowel het topstation Aiguille du Midi als het treinstation Montenvers – Mer de Glace wilt verkennen. Navigeren: gemakkelijk, overal staan bordjes.
La Jonction is het punt waar Glacier des Bossons en Glacier du Tacconaz samenkomen – een spectaculaire hoeveelheid ijs. Om er te komen neem je een oud, piepend stoeltjesliftje naar de voet van Glacier des Bossons. Volg het pad steil omhoog richting La Jonction tot je vier uur later bij een muur van ijs aankomt en niet meer verder kunt. Lift: Télésiège des Bossons (1400 meter). Beginpunt wandeling: Les Bossons (1400 meter). Eindpunt wandeling: La Jonction (2589 meter). Duur: 4 uur (alleen heen). Zwaarte: pittige klim met meer dan duizend meter hoogteverschil en dezelfde steile weg terug. Navigeren: gemakkelijk, volg de bordjes La Jonction.
Vijf kla ieke wandelingen met kabelbanen
2. Grands Montets - IJsval Ga eerst naar het topstation Grands Montets voor een ruw uitzicht over Glacier d’Argentière en de vele alpinisten die onderweg zijn naar het topje van Aiguille Verte. Bij helder weer kun je het drielandenpunt zien: de Mont Dolent grenst aan Italië, Zwitserland en Frankrijk. Ga met de lift halverwege terug naar het tussenstation Lognan. Van daar kun je een korte maar onvergetelijke wandeling maken naar de ijsval waar het blauwe ijs van de gletsjer hoog boven je uittorent. Dit is het meest spectaculaire punt van de wandeling en een prachtige plaats voor een picknick. Als je lang genoeg blijft, kun je vallend ijs zien en horen.
28 |
HOOGTELIJN 3-2014
5. Lac Blanc Lac Blanc is ongetwijfeld de meest bekende en fotogenieke plek van Chamonix, want nergens is het uitzicht op het Mont Blancmassief zo mooi als hier. De wandeling zelf is al net zo adembenemend en gaat dwars door het beschermde natuurreservaat van Aiguilles Rouges. Liften: Téléphérique de la Flégère (1894 meter) en Télésiège de l’Index (2396 meter). Beginpunt wandeling: Index (2396 meter). Eindpunt wandeling: La Flégère (1894 meter). Duur: 3 uur retour. Zwaarte: een gemakkelijke wandeling met weinig hoogteverschil. Navigeren: gemakkelijk, volg vanaf de top van de Indexlift de bordjes Lac Blanc. Eenmaal daar volg je de bordjes naar beneden richting Flégère.
steekt, heet de Petite Aiguille du Dru, ofwel Petit Dru, maar er is niks ‘petits’ aan deze Alpenreus van 3733 meter.
Kabelbanen voor iedereen Als we in Montenvers in het rode tandradbaantje stappen, werpen we een laatste blik op de gletsjer. Langzaam sukkelt het treintje door bossen en tunnels, steil naar beneden richting Chamonix. Een oude Fransman met wandelstok werpt me een vriendelijk “Bonjour” toe en dan weet ik het zeker: ja, de liften van Chamonix zijn voor watjes. Maar ook voor de alpinist die zich midden in zijn speeltuin laat afzetten, voor de stokoude man die vanmiddag met volle teugen de bergsfeer opsnoof terwijl hij over het Mer de Glace tuurde, en voor de bergwandelaar die net als ik een fantastische dag beleefde en niet kan wachten om de volgende dag weer moeiteloos naar een ander onbeschrijfelijk plekje te zweven.
Wandelen in Chamonix-Mont Blanc Liften en tandradbanen
Compagnie du Mont Blanc beheert het uitgebreide netwerk aan kabel- en tandradbanen in de vallei van Chamonix. Op www.compagniedumontblanc.fr vind je de lifttijden, -prijzen en weersverwachting, en een overzicht van de vele wandelroutes en andere sportieve activiteiten. Wil je meer dagen bergwandelen via de kabelbanen, dan kun je een Mont Blanc Multipass aanschaffen. Deze pas geeft onbeperkt toegang tot alle liften en tandradbanen in de vallei van Chamonix en is zowel te verkrijgen voor opeenvolgende dagen als niet-opeenvolgende dagen.
Een unieke lift
Téléphérique de Aiguille du Midi is de bekendste lift van Chamonix, gebouwd in 1955. Het eerste traject neemt je mee tot het tussenstation Plan de l’Aiguille op 2317 meter. Het spectaculaire tweede traject stijgt naar 3777 meter, waar je een gewone lift kunt nemen naar 3842 meter. Wie nog niet genoeg ‘gelift’ heeft, kan dan nog met de Hellbronerkabelbaan naar Italië:
dwars over het Mont Blancmassief naar Courmayeur. De Aiguille du Midi is open van half juni tot begin november. In de maanden juli en augustus zijn er vaak lange wachtrijen. Retourticket: zo’n 50 euro, exclusief Hellbroner. Uit veiligheidsoverwegingen wordt afgeraden kinderen onder drie jaar mee te nemen. Houd er bovendien rekening mee dat je last kunt hebben van de hoogte en dat het ook hartje zomer erg koud kan zijn op de top.
Kaarten en brochures
Reis & Vervoer
Zin in nog meer wandelingen of andere activiteiten rond Chamonix? Mountain Adventures - Chamonix van Hilary Sharp is een overzichtelijk en handzaam boekje met 36 wandelingen, van eenvoudig tot avontuurlijker, 8 alpiene en 10 mountainbikeroutes, en verschillende mogelijkheden voor klimmers, trailrunners, fietsers en liefhebbers van via ferrata. ISBN 978-1-85284-663-3.
De afstand van Utrecht naar Chamonix is circa 1000 kilometer. In de hele vallei van Chamonix brengen bussen je naar alle liften en tandradbanen. Busvervoer is gratis voor de houders van een Carte d’Hôte, die toeristen gratis bij hun accommodatie ontvangen.
Verblijf
Wandelkaart van het gebied: A1 Pays du Mont Blanc (Aravis – Chamonix – Courmayeur) 1:50.000 ISBN 2-84182-260-0. Brochures van Compagnie du Mont Blanc kun je gratis downloaden via www.compagniedumontblanc.fr/fr/brochures-ete. Samen met de bijzonder goede bewegwijzering zijn deze voldoende voor genoemde wandelingen.
Gids
Chamonix biedt een breed scala aan accommodaties in zowel hartje centrum als de omliggende dorpen. Op www.chamonix.com vind je een uitgebreid overzicht van de mogelijkheden.
HOOGTELIJN 3-2014 |
29
eren d n i k t e m t h c o t n e t Hut
WOEST AANTREKKELIJK
¨ SLOVENIE “Dus jullie gaan je een week niet wassen”, zegt een Nederlander in de Zasavska Koca Na Predhodavcih-hut. Ik sputter wat over zwemmen in meertjes, maar hij heeft gelijk: wassen doe je niet of nauwelijks tijdens een huttentocht door de Julische Alpen van Slovenië. De kinderen kun je nog in de ijskoude wasbak buiten dompelen, zoals een Tsjechisch gezin demonstreert. Maar als volwassenen houd je je maar aan de bordjes Körperwasche verboten in de piepkleine wasruimtes.
D
e twee meest noordelijke bergketens van Slovenië zijn woest mooi. In het noordwesten liggen de Julische Alpen waarin de hoogste berg van Slovenië, de 2864 meter hoge Triglav, het gebochelde middelpunt vormt. Daaromheen staat een wonderlijke verzameling puntige bergen waarvan het gesteente door het hoge kalkgehalte soms bijna wit lijkt. Morsige rotsvelden lopen uit in groene valleien vol marmotten, gemzen en vogels. Er fonkelen meertjes en boven de 2000 meter kom je in beschutte holen geïsoleerde brokken sneeuw en ijs tegen. Iets meer naar het oosten markeert de langgerekte Karawanken de grens tussen Oostenrijk en Slovenië. De pieken, waarvan de Stol met 2236 meter de hoogste is, bieden prachtige uitzichten over enerzijds Oostenrijk en anderzijds Slovenië.
Halfuitgestippelde route Zonder uitgewerkte plannen, maar wel met de ambitie om met onze twee kinderen van negen en tien jaar een huttentocht te maken, vertrekken we half juli richting Slovenië. Na een proeftocht van drie dagen in de Karawanken en een paar dagen in de hoofdstad Ljubljana, maken we ons op voor het ‘echte werk’ in de Julische Alpen. We stippelen op de kaart van het Triglav nationaal park een route uit, met een start en finish op de parkeerplaats bij Placini Bato op ongeveer 1100 meter, ten noorden van het Bohinje meer. Precies hoe ver en hoe lang we gaan lopen, weten we nog niet. Dat laten we afhangen van het weer, onze fysieke gesteldheid en het enthousiasme van de kinderen.
30 |
HOOGTELIJN 3-2014 | TEKST ERNESTINE KÖHNE-HOEGEN | FOTO’S MICHIEL KÖHNE
Borrels en bier We beginnen de eerste dag heel rustig. De honderdvijftig hoogtemeters en twee kilometer afstand doen we fluitend in een uurtje en even later liggen we in het meertje onder de hut Koca na Planini Pri jezeru (1453 meter). De volgende ochtend is het weekend; de Sloveense gezinnen komen al vroeg in groten getale de berg op. Als wij nog maar net onze flinke hompen brood achter de kiezen hebben, zitten zij al aan de eerste stevige borrels en blikken bier, terwijl de vrolijke deuntjes van de meegetorste trekharmonica de berg afrollen.
Dag twee voert ons eerst steil omhoog naar 1625 meter, dan door een prachtig oerbos naar een meertje 200 meter lager. We zwemmen door het ijskoude water naar een rotspunt in het midden waar de gloeiende zon ons snel opwarmt. Dan door naar de hut Dom na Komni op 1520 meter. Weer zo’n prachtige tocht, met vergezichten over het Bohinje-meer.
Getemperde ambities We maken vanuit de Komni een dagtocht naar de top van de Mahavscek. ’s Ochtends vroeg is het nog goed weer en de top
HOOGTELIJN 3-2014 |
31
de eerste wasbeurt na een week voelt heerlijk
bordje ‘Verboden te zwemmen’ en stort zich luid joelend in het blinkende meer. Alle gasten verorberen grote hoeveelheden Sloveens bier. Het wordt een onrustige nacht.
biedt een prachtig vergezicht over de omliggende bergen. We zetten onze namen in het schriftje in een ijzeren doosje en kijken naar de Triglav. Is die top ook iets voor ons? Terug in de hut vertelt een Sloveen dat ze in Slovenië jonge kinderen niet boven de tweeduizend meter meenemen en dat je voor de Triglav helmen en gordels nodig hebt. Door de drukte en door gemzen is er risico op vallende stenen en het is verstandig om je te zekeren aan de lijnen op de routes naar de top. We temperen onze ambities. Geen Triglav dus, want dergelijk materiaal hebben we niet bij ons. We eten net als elke andere avond jota (zuurkoolsoep met bonen), deze keer
32 |
HOOGTELIJN 3-2014
aangevuld met pancinken (kleine pannenkoeken) en dragoncake.
Drukte in de hut We trekken door, naar de hut Koca pri Triglavskih Jezerih, ook wel bekend als de zevenmerenhut. Gelegen op ongeveer 1700 meter tussen drie meertjes in, blijkt het een pleisterplaats voor allerlei soorten wandelaars en avonturiers: Slovenen op een dagtocht, luidruchtige Fransen van middelbare leeftijd die morgen de Triglav op gaan en een groep jonge Fransen die buiten koken en in het Winterraum overnachten. Een groep Duitse studenten ten slotte, trekt zich niets aan van het
De groepen verspreiden zich over de bergen en als we omhooglopen door de Dolina triglavski jezero, zijn we weer alleen. Onderweg zien we twee gigantische marmotten en diverse kleinere, een aantal gemzen en verschillende roofvogels. We worden steeds fitter en lopen het traject naar de hut Zasavska Koca na Prehodavcih in de aangegeven tweeënhalf uur. In de middag nemen we de route richting de top Malo spicje (2312 meter). Op de kaart heet deze route Rather difficult, maar de prachtige topjes zijn met deze goede weersomstandigheden goed te doen. Ik kan me voorstellen dat het steile stuk bij nat weer wel behoorlijk link kan zijn. Het is stil in de hut. Veel gasten zijn serieuzere lopers die vroeg naar bed gaan om bij het eerste licht te vertrekken.
De laatste loodjes Het is dag zes. We voelen ons fit en de tocht omhoog door de kale Hribarice-pas op 2274 meter verloopt voorspoedig. We zien twee hoenders en voor het eerst sneeuw en ijs. Gesterkt door de goede benen en de zoveelste jota-maaltijd van de
avond ervoor, klauteren we de Kanjavetop op. Wat een uitzicht op de Triglav, een kleine driehonderd meter hoger dan waar we nu staan! We kijken mijlenver om ons heen, overal steken de krankzinnige pieken van de Julische Alpen in de lucht. Dit is ónze top, op 2568 meter. Meer dan dit hebben we niet nodig. De weg naar onze laatste hut, de Vodnikov dom, is zwaar. Voor het eerst tijdens onze huttentocht vraagt een van de kinderen hoe ver het nog is. Zelfs de slang en roofvogels die we zien, helpen niet. De laatste kilometer bergop gaat op het tandvlees. Eenmaal bij de hut vergeten de kinderen hun vermoeidheid weer en hollen ze het dal in om daar de rest van de middag te rennen en klauteren.
Weer schoon Onze laatste nacht in de bergen. Het is kraakhelder en de maan schijnt onze vierpersoonskamer binnen. Wat een luxe, even geen slaapzaal met snurkers. Onder een stralende zon lopen we de volgende ochtend tussen de koeienbellen door naar beneden, terug naar de parkeerplaats. We rijden weg en zien na enkele kilometers een volle bak met water bij een bron. Zonder aarzelen storten we ons in het ijskoude water. De eerste echte wasbeurt na een week in de bergen voelt verrukkelijk.
Met kinderen wandelen in Slovenië • De Sloveense bergen zijn ideaal voor een huttentocht met kinderen omdat ze niet zo hoog zijn en de routes inspirerend en technisch ongecompliceerd zijn. Veel hutten liggen op minder dan drie uur lopen van elkaar en voorzien in beddengoed. De gastheren en -dames zijn erg vriendelijk en behulpzaam. • Op de Mountain maps (1:25 000) van de Planinska zveza Slovenije staan goed gemarkeerde looppaden en vind je informatie over alle berghutten, inclusief de looptijden van hut naar hut. Rather difficult is met kinderen nog te beklauteren, Very difficult betekent helmen en zekeren. • Reken per persoon op maximaal 40 euro per dag voor logies en drie ruime maaltijden, inclusief NKBV-ledenkorting. Dit bedrag moet je contant betalen; alleen in de hut Dom na Komni kun je pinnen. Het kan goedkoper als je zelf eten meeneemt, dat mag je in de hut opeten. • Om in de populairste hutten zeker te zijn van een bed inclusief (papieren) lakens en dekens, is het verstandig om te reserveren. Telefoonnummers vind je bij elk toeristeninformatiepunt. • Start vroeg, als het regent is dat vaak aan het eind van de middag. • Je loopt vaak alleen, maar het leven in de hutten is vaak intensief. • Gebotteld water is in de hutten erg duur. In alle hutten die wij bezochten, konden we drinkwater uit de bergen tappen. Behalve bij de Komni-hut.
• Met kinderen onder de tien jaar zijn tochten van tweeënhalf á drie uur en vijfhonderd hoogtemeters vaak al voldoende. Zo blijft het leuk en kunnen ze ’s middags in de omgeving van de hut andere dingen doen. • Vraag in de hut naar de laatste weersvoorspelling en lokale informatie over routes. De online voorspellingen geven vaak tegenstrijdige informatie.
Literatuur
• Mountaineering in Slovenia, The Julian Alps, The Kamnik-Savinja Alps, The Karavanke, Tine Mihelic, Sidarta, Ljubljana, 2003, 2007 • Auf Wasserwegen, Iris Kurschner, Alpin 3/12, pag. 37-41.
HOOGTELIJN 3-2014 |
33
Trek je vrienden van de bank
Maak ze vandaag lid van de NKBV en ontvang een EHBO-kit t.w.v. 30 euro Jij gaat al regelmatig de bergen in en profiteert van de voordelen van het NKBV-lidmaatschap. Maar hoe zit het met je vrienden? Tip ze om ook lid te worden en ontvang de EHBO-kit Hike XT van Vaude bij elke aanmelding. Kijk voor de actievoorwaarden op nkbv.nl/lwl. De actie loop t/m 31 juli 2014.
KONINKLIJKE NEDERLANDSE KLIM- EN BERGSPORT VERENIGING | WWW.NKBV.NL
SPELEN OP DE TAND VAN
DE REUS
t du Géant n e D e d n a v n e g n i m Twee beklim Iedereen die in het Mont Blancmassief heeft geklommen, kent de Dent du Géant. Deze Reuzentand is een perfecte rotspilaar die hoog boven de gletsjer uitsteekt, omringd door machtige bergen zoals de Mont Blanc en Grandes Jorasses. Ook loopt er een prachtige sneeuwgraat naar de Rochefort onder de Dent langs. De rotsnaald heeft een ongekende aantrekkingskracht en biedt alpinisten van elk niveau een mooie uitdaging.
36 |
HOOGTELIJN 3-2014 | TEKST ICO KLOPPENBURG | FOTO’S VINCENT PERRIN EN BAS VAN DER SMEEDE
HOOGTELIJN 3-2014 |
37
De salle à manger, waar het rotsklimmen begint.
In de steile zuidwand.
D
e Dent du Géant is niet alleen fotogeniek en hoger dan de magische grens van vierduizend meter, maar hij bezit nog een populaire eigenschap: een berghut vlakbij (de Torinohut op 3375 meter) en een kabelbaan die je probleemloos naar die hoogte tilt. Wie goed is geacclimatiseerd, kan ’s ochtends het eerste baantje nemen, de beklimming doen en ’s avonds beneden op het terras een pizza eten.
Gouden eeuw van het alpinisme Het iconische beeld van de Dent du Géant beheerst de zuidkant van het Mont Blancmassief; niet te missen als je uit Courmayeur de bergen in trekt. Het was een van de laatste ‘problemen’ in de gouden eeuw van het alpinisme. Maar liefst elf jaar beten de meest toonaangevende klimmers van die tijd hun tanden stuk op de rotsnaald. Ze probeerden zelfs met een raket een touw over de top te schieten! In 1882 werd hij eindelijk beklommen via de zuidwestwand. Tot vandaag is dat de normaalroute en het hoogtepunt in de carrière van menig alpinist. Pas in 1935 beklommen de Oostenrijkers Burggasser en Leitz als eersten de loodrechte tot overhangende zuidwand.
De normaalroute In juni 2012 reizen Mickael en Vincent Perrin naar de Alpen voor een korte klimvakantie in Chamonix. Na een paar dagen inklimmen
38 |
HOOGTELIJN 3-2014
op de rotsen rondom Chamonix, komt er een mooie dag om een hoogalpiene tocht te maken. Een van de toppen op hun verlanglijstje is de Dent du Géant. Mickael: “We nemen ’s ochtends vroeg de eerste lift omhoog richting de Torinohut, om vanaf daar via de Géantgletsjer aan te lopen. Na de oversteek van de gletsjer komen we via een steile puinhelling van een paar honderd meter onderaan de route, op de Col du Géant. Oorspronkelijk was het plan om de Géant Branchéroute te beklimmen, maar doordat de aanloop naar de route in zo’n goede conditie is, komen we sneller dan gepland aan de voet van de tand. De temperatuur ligt dan nog rond het vriespunt: te koud om zonder handschoenen en op klimschoentjes te klimmen. Daarom stappen we de voie normale in, de normaalroute.”
Vuistdikke touwen De route is zo’n tweehonderd meter lang en bevat voornamelijk vierdegraads rots met wat vijfdegraads passages. De moeilijkheidsgraad is voor veel mensen haalbaar en mede door de combinatie van het prachtige uitzicht op de Rochefortgraat en Grandes Jorasses aan de ene kant en de Mont Blanc du Tacul en de Grand Capucin aan de andere kant, is deze route erg populair. Gidsen klimmen de route zelfs zo vaak met klanten, dat er permanent vuistdikke vaste touwen hangen in bijna de helft van de route. Schiet het klimvermogen te kort, dan kunnen klanten zich aan het touw omhooghijsen.
Venijnige staart Meerdere touwgroepen klimmen voor Mickael en Vincent, groepen die vroeg in de ochtend vanuit de hut zijn vertrokken. Achter hen zitten nog veel meer groepen. “Zo veel dat we de tel kwijtraakten”, aldus Mickael. Maar dan heb je ook wat: de route volgt een mooie lijn in bomvast graniet en na zes lengtes eindig je op de top die net boven de vierduizend meter uitsteekt.
“ n m iere dag in de bergen ku en we ons niet v rsteen”
Bas, Saskia en Madonna.
Op weg naar de instap van de zuidwand.
Vincent: “Het klimmen was een genot en omdat we regelmatig moesten wachten op een groep voor ons, konden we de tijd nemen om van het uitzicht te genieten.” Om vanaf de top weer beneden te komen, kun je het best in de zuidwand abseilen. In vier abseils zitten Vincent en Mickael weer op de Col du Géant, maar het venijn zit in de staart: de langste
abseil van zestig meter moeten ze weer omhoog prussikken omdat hun touw vastzit. “Terug op de col werd duidelijk dat we door de vertraging de laatste lift richting het dal niet gingen halen. Bovendien was de terugweg een stuk moeizamer verlopen door de zacht geworden sneeuw.” Ze besluiten om in de Torinohut te overnachten en de volgende ochtend naar beneden te gaan. HOOGTELIJN 3-2014 |
39
COMFORTABEL
& ROBUUST ❚ Memory Foam System ❚ Goede vorm- en leeststabiliteit ❚ Handmatig opgebrachte stootrand ❚ Air-Active®-Technologie ❚ Meindl Multigriff® van Vibram®
Borneo 2 MFS
www.meindl.de mei_Anz_Borneo_Vertaling_210x135_MAI14.indd 1
20.05.14 15:53
GRAM VOOR GRAM IS NIETS WARMER DAN EEN NEOAIR ™ MATRAS. XLITE
®
Gewicht: 350 g | Dikte: 6,3 cm | R-waarde: 3,2
Geen enkele matras komt ook maar in de buurt van de Therm-a-Rest® NeoAir™ wanneer het om ultralichte prestaties gaat. Dankzij onze speciale combinatie van een stabiliserende Triangular Core Matrix en de ongeëvenaarde warmte van ThermaCapture™ technologie kunnen we meer warmte per gram bieden dan welke andere luchtmatras ook. Minder meeslepen. Beter slapen. Verder komen met een NeoAir matras.
Zie de volledige productlijn op thermarest.com/neoair
©2014 Cascade Designs Ltd
Neo XLite_Hoogtelijn_NL.indd 1
info@cjagencies.nl | www.cjagencies.nl | Tel 0355424200
4/1/14 11:35 AM
De Reuzentand, met links de normaalroute en rechts de wand die Bas en Saskia klimmen.
De zuidwand Ook Bas en Saskia van der Smeede bezoeken de Reuzentand. Zij mijden de drukte van de normaalroute en kiezen op een mooie nazomerdag voor de zuidwand van deze Dent du Géant, ook vanuit de Torinohut. “Na een korte nacht in het Lager stonden we vroeg op en beklommen we de sneeuwflank om bij de route te komen”, vertelt Bas. “Het was nog koud toen Saskia de eerste lengte instapte.” De zon heeft op dat moment de route nog niet bereikt, dus blaast ze haar handen warm. De tweede lengte is gelijk de sleutellengte en met enige tegenzin kijkt Bas omhoog. Zijn vingers zijn koud en het ziet er niet makkelijk uit.
Zuidwestwand
Zuidwand
Verbluffend uitzicht “Balancerend op minuscule treetjes voelde ik mijn lichaam opwarmen en ging het klimmen steeds lekkerder”, vertelt Bas. Wanneer ze op de standplaats aankomen, heeft de zon de wand bereikt en heeft Bas een grote glimlach op zijn gezicht: “Dit is precies waarom klimmen zo leuk is!” De rest van de route blijft stevig, maar gelukkig zitten er boorhaken in de moeilijke passages. In de loop van de middag bereiken ze de top. Een grote bronzen Madonna markeert het hoogste punt en het uitzicht vanaf de top is verbluffend. “Een mooiere dag in de bergen konden we ons niet voorstellen.”
Naar de top van de Dent du Géant De aantrekkingskracht van de Dent du Géant is enorm en dat is ongetwijfeld terecht: de Reuzentand biedt alpinisten van elk niveau iets van hun gading. Klimmers die het liefst alleen zijn, kunnen beter niet voor de normaalroute kiezen. Degenen die juist wel voor de normaalroute kiezen, hebben er waarschijnlijk geen problemen mee dat ze niet alleen zijn. Zo is de Dent du Géant voor iedereen een geweldige rotsnaald om op te spelen.
Standplaats
Aan de Franse kant van de Dent du Géant is Chamonix het uitgangspunt. Het gebergte rondom Chamonix is het mekka van alpiene klimmers: van vele rotsroutes in perfect graniet tot grote noordwanden. De vele liften brengen je snel en gemakkelijk omhoog. Aan de Italiaanse zijde is Courmayeur het uitgangspunt voor de Dente del Gigante, zoals hij daar heet. Vanuit La Palud brengt de kabelbaan je in een paar minuten naar de Torinohut, op 3375 meter.
Materiaal
• Voor de aanloop heb je materiaal voor een gletsjerovertocht nodig. • Voor de normaalroute voldoet een basisuitrusting van een aantal schlinges en setjes. • Voor de zuidwand is meer nodig: de standplaatsen en csleutelpassages zijn voorzien van boorhaken, maar naast je standaardklimmateriaal komen een complete set cams en nutjes en een dubbeltouw voor de abseils goed van pas.
Bereikbaarheid
Chamonix heeft een treinstation waar de Mont Blanc Express arriveert, maar is ook makkelijk te bereiken met de auto. Courmayeur is bereikbaar via de Mont Blanctunnel.
Accommodatie
Het beste uitganspunt is de Torinohut (www.rifugiotorino.com) op 3375 meter. De hut is bereikbaar vanaf het kabelbaanstation op de Aguille du Midi of vanuit Italië waar een kabelbaan rechtstreeks naar de hut gaat, vanuit La Palud Coumayeur.
Documentatie
• Mountaineering in the Mont Blanc Range - Classic snow, Ice & Mixed Climbs, Jean-Louis Laroche & Florence Lelong, ISBN 1906148813 • The Mont Blanc massif: the 100 finest routes, Gaston Rebuffat ISBN 1-898573-03-4 • Gebietsführer Mont Blanc Gruppe, Hartmut Eberlein, Bergverlag Rother ISBN 3-7633-2414-3 • The 4000m Peaks of the Alps, selected climbs, Martin Moran, Alpine Club, ISBN 978-0-900523-66-3
HOOGTELIJN 3-2014 |
41
ars a l e d n a w e t s r e e s l a oren in de laatste skisp
VROEG VOORJAAR
IN VENT Als het Ötztaler verkeersbureau een mooie wervende foto wil maken voor hun website, dan moeten ze dat hier en nu doen. Achter een knalgeel bloeiende bergweide steekt de rode uivormige torenspits van het dorpskerkje van Vent mooi af tegen de azuurblauwe hemel met witbesneeuwde bergtoppen. Geen mens die dan vermoedt dat deze foto is gemaakt vanaf de dorpsparkeerplaats.
42 |
HOOGTELIJN 3-2014 | TEKST FRANK HUSSLAGE
Foto’s Frank Husslage
Het Ötzimonument.
O
p de parkeerplaats pakken we onze rugzak voor twee mooie, relaxte tochtjes in het zuidelijke deel van het Ötztal. Eerst willen we de Wildspitze op en daarna via een zelden geklommen graat de Hauslabkogel op. Het is nog erg vroeg in het seizoen: de nodige hutten gaan pas een dezer dagen open en eigenlijk is het toerskiseizoen nog niet echt afgelopen. Het mooie van zo vroeg zijn, is dat we veel routes die later in het seizoen steenslaggevaarlijk worden nu nog veilig kunnen klimmen.
Leunstoelperspectief In korte tijd lopen we vanuit Vent naar de Breslauer Hütte. Deze hut ligt op 2840 meter, dus stijgen we 900 meter. Door veel te drinken, zo rustig mogelijk te lopen en onfatsoenlijk vaak te pauzeren, houden we de ergste hoofdpijn buiten de deur. 2840 meter is niet verschrikkelijk hoog, maar het is niet slim om meteen na aankomst vanuit Nederland hier naartoe te wandelen. Zeker niet omdat we de volgende dag nog door willen naar de top van de Wildspitze, met 3770 meter de tweede top van dit gebied. Plannen maken vanuit Nederlands leunstoelperspectief is bedrieglijk. Een slechte nacht in een verder volledig onbezette hut leert ons dat het verstandiger is om een dagje extra te acclimatiseren. Dus maken we vanuit de Breslauer Hütte een leuke acclimatisatiewandeling naar het Wildes Männle (3019 meter). Met de uitlopers van de gletsjer er net achter, kunnen we er meteen onze ijstechniek nalopen. Met twee gewone pickels op allround stijgijzers in steil gletsjerijs is dat toch weer even anders dan met fancy spullen watervallen klimmen in de wintermaanden. Deze extra dag acclimatiseren, maakt het leven een stuk makkelijker.
Foto Bernd Ritschel
Vroeg genoeg voor de normaalroute Bij de ochtendschemering de volgende dag, hebben wij het Mitterkarjoch al achter ons. Over een paar weken, als de wintersneeuw is weggesmolten, wordt dit een levensgevaarlijk punt in de normaalroute naar de Wildspitze. Een paar jaar eerder zagen we hier hoe een klimmer door steenslag zijn duim verloor. En dat terwijl hij nog tientallen meters van dit pasje weg was. Zo vroeg in het seizoen is er niets aan de hand, de pas ligt nog diep in de sneeuw. Vrolijk hijgen we door. Twee man aan een touw en lopen maar. De graat naar de top van de Wildspitze is nog schitterend besneeuwd en niet veel later beleven we een zeldzaam moment:
hoe vaak in een jaar gebeurt het dat je maar met z’n tweeën op de top van de Wildspitze staat? Het is hier meestal aanschuiven in de file om het topkruis te kunnen aantikken. De zonsopkomst op de Ortlergroep aan de zuidelijke horizon is er niet minder mooi om.
Laatste restjes winter Het is een paar dagen later. Vanaf de Wildspitze gaan we in een lange, knieënslopende dag naar beneden, naar Vent. Daar overnachten we bij NKBV-cursusgids Eberhard en gaan we de volgende ochtend langs het Ötzimuseum weer naar boven, saai kilometervreten tot de Martin Busch Hütte. Het fenomeen van het gletsjerlijk Ötzi blijft een verhaal apart, met de Oostenrijkse en Italiaanse kant van het Hauslabjoch die elkaar deze toeristische trekpleister misgunnen. Wetenschappelijk waarschijnlijk erg interessant, maar ik ben liever in de bergen zelf dan in een museum over die bergen. Dat de Martin Busch Hütte dicht is, maakt mij niet echt verdrietig: de laatste keer dat ik hier overnachtte, deelden we met veel te veel bergsporters een enge, benauwde zolder terwijl alle normale slaapplaatsen waren ingenomen door tientallen militairen. Geen zeldzaamheid in deze hut. Redelijk geacclimatiseerd door ons Wildspitzetoertje stiefelen we lekker nog een paar uurtjes door. De resten doodijs tussen hier en de Similaun Hütte (3019 meter) zijn nog dik besneeuwd. Eigenlijk zijn wij de eerste wandelaars tussen alle skisporen door. De Saykogel, Sennkogel en Kreuzspitze rechts van ons zijn nog vet besneeuwd. Over een paar weken kunnen wandelaars probleemloos naar de top van de Kreuzspitze lopen; met 3457 meter een ongewoon hoge top voor een wandelberg. Nu zijn de ijswanden nog in topconditie, net als de noordwand van de Similaun, waar we tegenaan kijken. Voor vrijwel alle klassieke noordwanden in de Alpen geldt dat ze ’s zomers eigenlijk amper meer te klimmen zijn, en is hun klimseizoen verschoven naar winter en voorjaar.
Klimmen op de grens In de Similaun Hütte is het ook weer aangenaam leeg. Hier op de grens tussen Italië en Oostenrijk zijn we opnieuw de enige gasten. Wat een verschil met de schreeuwerige topdrukte die hier binnen een maand heerst. HOOGTELIJN 3-2014 |
43
de buitensport Expert Henrik Andersson, hoofd Design & Innovatie
f jä l l r äv e n hou d t zich al ruim 50 jaar bezig met het ontwikkelen van producten waarmee je comfortabel van de vrije natuur kunt genieten. Producten zoals de Gyroryggsäcken rugzak,
030
320
Termotältet tent en HAP -säcken (High Alpine Polar) slaapzak, brachten een revolutie teweeg op outdoor gebied in de jaren zestig en zeventig. Sindsdien zetten wij de trotse traditie voort in het blijven ontwikkelen van duurzame en innovatieve oplossingen. Vandaag de dag worden onze rugzakken, zoals de Kajka, en tenten, zoals de Akka Endu-
rance, gezien als het beste outdoor materiaal van dit moment. Bezoek onze website voor meer informatie over het combineren van onze tenten, rugzakken en slaapzakken voor verschillende soorten outdoor avonturen in allerlei omstandigheden.
246
Abisko 65 Lichtgewicht en slanke trekkersrugzak met comfortabel draagsysteem, verkrijgbaar in heren- en damesmodel. Smalle belijning en basic design.
030
Funäs Lichte en soepele synthetische slaapzak die zeer compact opgerold kan worden. Perfect geschikt voor op reis, overnachtingen en in de zomer.
525
Abisko Lightweight 3 Lichtgewicht en sterke 3-persoonskoepeltent met grote leefruimte. Windbestendige constructie voor drie jaargetijden, gemakkelijk op te zetten en voorzien van slimme details.
660
Kajka 75 Geavanceerde, slijtvaste trekkersrugzak met hoog draagcomfort en slimme functies. Draagsysteem met Perfect Fit-verstelling; eenvoudig aan te passen aan ieder lichaam, en hoofdvak met Wet/Dry-compartiment. Verkrijgbaar in heren- en damesmodel. 031
525
550
660
www.fjallraven.nl
Foto Bernd Ritschel
Het dorpje Vent met zijn karakteristieke torenspits.
Bij het krieken van de volgende dag gaan we bij opkomende zon op pad, licht stijgend naar het noordoosten. De sneeuw is goed bevroren, dus al snel staan we bij het monument dat ongeveer de vindplaats van Ötzi aangeeft: een raar bakstenen bouwsel. Niet veel later staan we onder de Hauslabkogel: een technisch makkelijke graat met afwisselend rots en ijs ligt voor ons klaar, op weg naar het topje van 3403 meter. Gewoon een leuke, onalledaagse beklimming. Onderaan de eerste sneeuwgraat binden we ons in en staan we al snel in de rotsen. De broers Klier schrijven in hun Alpenvereintopo van dit gebied over “eerst vaste en daarna losse rots”. Kennelijk hebben we wat overgeslagen, want de vaste rots moeten we nog tegenkomen. We hebben spijt als haren op ons hoofd dat we geen helm bij ons hebben. Aan het einde van alweer een korte touwlengte vind ik niet eens een fatsoenlijk rotsblok om stand aan te maken. Dit is de grens. We kappen ermee! We bieden geen weerstand meer aan de sirenezang van de Similaun tegenover ons. Als we nu afdalen, staan we vanmiddag daar nog op de top.
Waardige afsluiting Na een schijnbaar urenlange afdaling door deze porseleinkastmet-modder-als-bindmiddel staan we uiteindelijk weer bij het Ötzimonument. Wat mij betreft is het wetenschappelijke raadsel van Ötzi’s dood simpel verklaarbaar: hij was de laatste vóór ons die de Hauslabkogel langs deze graat probeerde te beklimmen en heeft dat niet overleefd. Een dikke kei op zijn hoofd was hier toen al niet te vermijden. Wat ons betreft is deze route voortaan definitief onbeklimbaar. Zomer en winter. Verstandig als we zijn, besteden we de rest van de dag op het terras van de Similaunhut: met alle wintersneeuw op de gletsjer is het beter om pas de volgende ochtend op pad te gaan, als de sneeuwbruggen weer lekker hard bevroren zijn. Dat is dan ook geen probleem. Wandelend als over een tapijt staan we de volgende ochtend in geen tijd op de top: een waardige afsluiting van een relaxweekje in het Ötztal.
Het Ötztal Veelzijdig gebied
Het Ötztal is een langgerekt noord-zuidlopend dal, met meerdere grote zijdalen. Overal zijn mogelijkheden voor alle denkbare bergsporten: wandelen, klimmen, sportklimmen, klettersteigen, mountainbiken, raften, parapenten et cetera. Meer naar het zuiden toe, met name rondom het dorpje Vent, loopt het dal tegen de Alpenhoofdkam aan en liggen de hogere toppen. In het gebied zijn veel cursussen uit het NKBV-zomerprogramma en het is meteen een prachtige regio om na je cursus je eerste zelfstandige stappen als bergsporter te zetten. Onderdak is nooit een probleem: er zijn meerdere campings, een overdaad aan pensions en hotels en er is een dicht
netwerk van Alpenvereinshutten, met zelfs een leuk dalhutje in Zwieselstein. Een nadeel van al dit moois is dat het gebied in de zomer en in het skiseizoen erg druk kan zijn. Wie kans ziet in het voor- of naseizoen te gaan, heeft hier echter weinig last van.
Bereikbaarheid
Het Ötztal is prima bereikbaar per trein tot aan Bahnhof Ötz. Vanaf daar is er een efficiënt busnetwerk verder het dal in. Vent ligt een kleine 950 kilometer van Utrecht.
Kaarten
De tochten in dit artikel kun je maken met de Alpenvereinskarte 1:25.000, Nr. 30/2, Ötztaler Alpen, Weißkugel. Voor de totale Ötztaler Alpen heb je ongeveer zes kaarten nodig. De meest universele topo is de Alpenvereinsfuhrer Ötztaler Alpen van Rother, ISBN 9783763311231.
Meer informatie
Alle informatie over accommodatie, lokaal vervoer, het weer en dergelijke vind je op de website van het Ötztal: www.oetztal.at.
HOOGTELIJN 3-2014 |
45
Dun touw? MicroJul!
Edelrid ontwikkelde de MicroJul, een zekerapparaat voor de allerdunste touwen, om te gebruiken bij het superdunne Flycatcher twintouw dat maar 6,9 millimeter dik is. De meeste andere zekerapparaten zijn simpelweg niet geschikt voor touwen met zo’n kleine diameter. De MicroJul is geschikt voor touwen van 6,9 tot 8,9 mm. Voor dikkere touwen biedt Edelrid de MegaJul.
Gewicht: 60 gram - Prijs: € 30. Meer informatie: www.edelrid.de.
L I R E T A M & T K R MA Mountain softshell
Mountain Hardwear is een merk voor klimmers. De Super Chockstone jacket is een fijn winddicht softshell jasje dat sterk maar ook flexibel genoeg is om te dragen tijdens rots- of alpien klimmen. De jas beschermt je tegen de zon met een factor van SPF 50 – een geruststellend gevoel als je route over een gletsjer in de volle zon loopt! Doordat de jaszakken boven de gordel uitkomen, kun je op de standplaats snel je energie-gel pakken.
Gewicht: 371 gram - Prijs: € 139. Meer informatie: www.mountainhardwear.eu.
De rugzak van Steve House
De Ascensionist 35L is de nieuwe technische klimrugzak van Patagonia. Patagonia-ambassadeur Steve House testte de rugzak en deelt zijn bevindingen op YouTube. Zoek op Ascensionist 35L Steve House, of ga naar www.youtube.com/ watch?v=GCGygEFGqFY.
De Boulder X komt uit de Approach-schoenenlijn van La Sportiva en is een fijne schoen voor de aanloop naar een alpiene route. Maar door de pasvorm, het rubber rondom de schoen en de manier waarop je de veters kunt vastsnoeren, kun je er ook nog best redelijk mee klauteren. Naast de lage variant is er een halfhoge Boulder X Mid, die meer steun voor de enkels biedt en waterdicht is.
Gewicht: 849 gram - Prijs: € 140. Meer informatie: www.patagonia.com.
46 |
Wandel- of klimschoen?
HOOGTELIJN 3-2014 | ONDER REDACTIE VAN SIETO VAN DER HEIDE
Prijs: € 129 (Boulder X) en € 175 (Mid). Meer informatie: www.sportiva.com.
Heb jij iets je wild enthouin je rugzak waar Mail het ons! siast over bent? hoogtelijn@nkb v.nl
Toekomstige Gouwe ouwe? De Teva Original Universal zou je zomaar in onze rubriek Gouwe ouwe kunnen tegenkomen. Waar de Tevasandaal in de afgelopen dertig jaar een hele ontwikkeling doormaakte, zien we nu een herintroductie van dit icoon in de retro-look van toen. Speciaal ter ere van Teva’s dertigste verjaardag.
Prijs: € 39,95. Meer informatie: www.teva-eu.com.
Alweer in de prijzen
Helinox maakt prijswinnende stoelen. Vorig jaar was het de Chair One, dit jaar wint de Ground Chair de Red Dot Design Award en een prijs op de ISPO-beurs. Niet vreemd als je weet hoeveel comfort de stoel biedt voor heel weinig pakvolume en gewicht. Ideaal om tijdens een bergsportkamp voor je tent te zetten.
Gewicht: 850 gram Prijs: € 99. Meer informatie: www.helinox.eu.
EVEN SOLIDE ALS HET HUWELIJK
Meesterlijk touw
Vorig najaar namen we het Tendon Master 8.9 touw mee voor een weekje sportklimmen in Zuid-Spanje, en dat beviel prima. Door de geringe diameter is het een licht touw en dankzij de teflon impregnering neemt het touw erg weinig vuil en vocht op. Ook het Duitse Alpin Magazine vindt het een goed touw: in een test met elf touwen vinden zij de Master (in de 9.7 variant) de testwinnaar.
Gewicht: 52 gram/meter Prijs: € 189 (70 meter/ 8.9 millimeter). Meer informatie: www.mytendon.com.
Jong en fanatiek, veertig weekends per jaar naar de Ardennen: zo klommen wij 25 jaar geleden. Uiteraard met de noodzakelijke uitrusting zoals gordel, wrijvingsschoenen, zekermateriaal, touw en helm, maar verder altijd low budget. De helft van onze friends waren geleend. Onze eerste lange rotstochten gingen met nylon ‘wegwerp’-rugzakjes. Maar toen we in de zomer van 1992 trouwden en als huwelijksreis de Rimmondroute op de Trollwand in het Romsdal (Noorwegen) wilden beklimmen, kochten we twee echte klimrugzakken: een Berghaus Rockstar en een Lowe Alpine Crag. Perfect voor dagtochten en serieuze rotsklimondernemingen. Of het aan de rugzakken lag, het ongebruikelijk mooie weer, of iets anders: we hebben de top gehaald. Na 25 touwlengtes, ongeveer 1000 meter klimmen tot 6a+ en een bivak. Helaas is de Rimmondroute na die tijd ingestort. We hebben heel wat berg- en klimtochten gemaakt, maar de Trollwand blijft onze mooiste gezamenlijke onderneming. En de rugzakken? Die blijven in gebruik, versleten en verbleekt. Al is het alleen maar om onze spullen in te vervoeren naar de klimhal. Daar zijn wij, ‘oud’ en fanatiek, namelijk nog steeds wekelijks te vinden.
Hans van Zwol, lid sinds 1982 Britta Johansson, lid sinds 1987
HOOGTELIJN 3-2014 |
47
“Echte rotsen zijn vaak helemaal niet zo mooi”
“I
k ging naar de plasticgroothandel en legde een greep op de toonbank. ‘Hoe maak je dit?’, vroeg ik. Na een uurtje praten stond ik buiten met alle spulletjes om m’n eigen klimgrepen te maken.” Frank Bogerman (46) zit in het kantoortje van zijn bedrijf Axis, de belangrijkste Nederlandse producent van klimgrepen. Het ruikt naar versgemaakt plastic en een vleugje zaagsel. Het was pure nieuwsgierigheid, vertelt hij. Bogerman werkte – we spreken vroeg jaren negentig – bij de toenmalige Rotterdamse klimhal Caillou. “We dachten: die grepen, da’s interessant, zouden we dat zelf ook kunnen? Ik had geen idee dat ik er ooit geld mee kon verdienen.” Inmiddels is het twintig jaar verder. Wie in Nederland klimt, klimt op grepen van Frank Bogerman. Axis levert grepen aan alle Nederlandse klimhallen en een flink aantal hallen in het buiten-
48 |
land, van Engeland tot Japan. Daarnaast bouwt hij klim- en boulderwanden, van kleine wandjes voor gymzalen en scholen tot complete boulderhallen. Bogerman bouwde Monk in Eindhoven en Amsterdam en ontwierp en bouwde Sterk in Utrecht en Delfts Bleau. “Ik ben niet begonnen met een soort vooropgezet plan. Ik vond het leuk om voor mezelf die klimgrepen te maken, de rest kwam min of meer vanzelf ”, zegt hij. Na een paar jaar bij Caillou stapte Bogerman over naar Cave, het huidige Mountain Network. In 1997 begon hij Axis, aanvankelijk met een compagnon, later
HOOGTELIJN 3-2014 | TEKST ERNST ARBOUW | FOTO’S LAURENS AAIJ
zette hij het alleen voort. “Ik was actief als klimmer en als routebouwer voor wedstrijden. In de meeste hallen kenden ze me wel. Daardoor werd ik ook vrij snel bekend als producent van klimgrepen. Door de jaren heen is die bekendheid alleen maar gegroeid. Tegenwoordig maak ik 50.000 klimgrepen per jaar.” En dan, iets zachter: “Misschien nog wel meer.”
Geen rocket science Het maken van een klimgreep begint met het ontwerpen van een model – shapen noemt Bogerman dat. Daarvoor gebruikt hij
DE ONTWERPFILOSOFIE VAN FRANK BOGERMAN
‘ N GOEIE GR P
MOET LE ER KLI EN’ Klim je in de hal, dan klim je op grepen van Frank Bogerman. Vanuit zijn werkplaats in Rotterdam voorziet hij hallen in heel Nederland – en ver daarbuiten – van felgekleurde plastic klimgrepen. “Ik vond het leuk om die grepen voor mezelf te maken, de rest kwam min of meer vanzelf.”
kunststofschuim dat hij met een stanleymes, schraper en schuurpapier langzaam in de juiste vorm brengt. Van het model maakt hij vervolgens een afgietsel in siliconenrubber en dat afgietsel vormt, na het verwijderen van het schuim, een mal waarin een mengsel van polyester en vulmiddel – voornamelijk zand – wordt gegoten. Dat gebeurt, vanwege de kunststofdamp, in een afgesloten ruimte in de werkplaats waar de mallen – meer dan duizend verschillende modellen – op lange planken langs de muur staan. “Als het polyestermengsel droog is, heb je een greep. Dan haal je hem nog even met de
onderkant over een schuurmachine om de randjes mooi vlak te maken. Dat is het. Niet echt rocket science. Het maken van een klimgreep is niet zo moeilijk, maar het kost veel tijd, moeite en experimenteerwerk voor je klimgrepen er ook echt uitzien als klimgrepen.” “Ik heb nog wel ergens een doos met rare, oude spulletjes, maar ik ben geen verzamelaar”, gaat Bogerman verder. “Ik hoef niet alle modellen die ik ooit heb gemaakt, te bewaren. Soms kom ik mijn allereerste grepen tegen, ergens op een
oud schoolwandje ofzo. Ik herken ze meteen. De ontwerpen blijven namelijk wel allemaal in mijn hoofd zitten. Soms maken andere mensen grepen voor me, die herken ik ook direct en ik weet dan zelfs nog wie de greep destijds ontwierp.”
Intuïtief proces Bogerman schat dat hij de helft van zijn tijd besteedt aan het maken van grepen. De andere helft gaat op aan het ontwerpen en bouwen van klimwanden. In de werkplaats liggen, naast kratten vol bontgekleurde grepen en grondstoffen voor polyester, grote stapels multiplex platen. Hij opent een ontwerpprogramma op zijn computer en laat een driedimensionaal ontwerp zien, een van de eerste schetsen voor de boulderhal in Utrecht. Een vierkante ruimte van dertig bij dertig meter met in het midden twee flinke HOOGTELIJN 3-2014 |
49
“Het is niet dat ik zom r wat zit te kl ien, m r ik heb g n diepe ontwerpfilosofie”
Onrust in de hal
pilaren. Langs de wanden en rond de palen staan overhangende wanden ingetekend. Hij opent een ander ontwerp voor dezelfde hal, meer rechttoe rechtaan: “Of zoiets dus. Het ontwerpen van een hal is een intuïtief proces. In de loop van de tijd leer je wat leuke maten en afstanden zijn.”
50 |
HOOGTELIJN 3-2014
Op het eerste gezicht lijkt de boulderhal in Utrecht niet op de hal in Delft, en de hal in Delft niet op die in Eindhoven. Toch zijn er volgens Bogerman overeenkomsten. “Je ziet in het buitenland vaak dat hallen helemaal zijn volgebouwd en dat letterlijk overal matten liggen. Dat geeft enorme onrust.” In Nederlandse hallen is het over het algemeen meer een open ruimte en liggen er minder matten. Toeschouwers staan niet samengepakt onder de boulders, maar naast de mat op het beton. “Dat is eigenlijk toevallig ontstaan bij Monk in Eindhoven. Monk zat eerst op een andere plek, erg groot. Een enorme ruimte en niet het budget om alles te vullen. Toen besloten de exploitanten om aan de zijkanten wandjes te bouwen en verder verspreid losse blokken neer te zetten, met alleen valmatten onder de boulders.” Dat beviel goed. “Het is een hele prettige manier om boulderaars door de hal te laten stromen, dus dat hebben we in Delft, Amsterdam en Utrecht precies zo gedaan.”
Wie is Frank Bogerman Ga naar de hal, loop naar een willekeurige route en kies een willekeurige greep. Grote kans dat ’ie is gemaakt door Frank Bogerman. Zijn bedrijf Axis (voluit: Axis Round Edges) maakt meer dan 50.000 grepen per jaar. De klimgrepen van Bogerman (46) vinden hun weg naar klimhallen in heel Nederland en ver daarbuiten. Bogerman (“Ik heb nog nooit normaal werk gehad”) begon zijn carrière in 1990 bij de toenmalige Rotterdamse klimhal Caillou. Met een groepje vrijwilligers bouwde hij de wanden voor de hal – destijds een van de eerste klimhallen van Nederland. “Daarna ben ik blijven hangen.” In diezelfde tijd begon hij, uit pure nieuwsgierigheid, klimgrepen te maken. Na een paar jaar stapte hij over naar Cave, het huidige Mountain Network, waar hij voor de afdeling Special Products grepen en wanden maakte. In 1997 begon hij zijn eigen bedrijf, Axis. Axis sponsort alle Nederlandse klimcompetities en is een van de grepensponsors van het Lotto NK Boulder. 1984 1990 1994 1995 1996-2005 1997
Begonnen met klimmen. (“Als ik nu jong was, zou ik direct gaan boulderen.”) Werkzaam bij klimhal Caillou, Rotterdam. Overstap naar Cave, Nieuwegein en Arnhem. Klimt eerste 8a (“Al zegt dat me eigenlijk niet zo veel”) Lid wedstrijdcommissie NKBV Begint Axis
Bogerman was begin jaren negentig actief als wedstrijdklimmer. “En ik heb in m’n studententijd nog een stuk of vijftien vierduizenders beklommen. Daar ben ik snel mee gestopt.”
“Je ziet vanzelf wat werkt en wat niet werkt, daar pas je een volgende hal op aan. In Eindhoven maakten we in eerste instantie heel veel blokkendoosjes. Vrij smalle blokken, precies de breedte van een plaat hout, met een soort vierkante paddenstoelvorm. De combinatie van een smalle plaat met een rechte hoek is eigenlijk geen goede vorm: je kunt altijd met een hand of een teen ergens een rand pakken. De blokken moesten die vorm hebben omdat het compact en verplaatsbaar moest zijn, maar dat zou ik nu niet meer zo snel doen. Als je zo’n blok bouwt met net iets grotere vlakken en met minder harde hoeken, dan bouldert het veel mooier.” Bogerman houdt van grote golvende, organische vormen. “Maar dan wel opgebouwd uit vlakken – driehoekige delen plaatmateriaal. Ik houd niet van rond. Holle en bolle houtvormen, het ziet er misschien aardig uit, maar ik vind het helemaal niks. Het is ook nog eens heel duur om te maken en je kunt er niks op kwijt.” Hij pakt een smalle, langwerpige greep van tafel. “Als je dit op een holle wand schroeft, breekt het in tweeën.
Als je het op een bolle wand schroeft, hou je aan alle kanten ruimte – heel beperkt. Dat doen we dus niet. Geen ronde vormen.”
Goede grepen, slechte grepen Bij het ontwerpen van grepen werkt Bogerman op dezelfde intuïtieve manier. “Na verloop van tijd leer je vanzelf wat werkt. Ik vind het moeilijk om te zeggen wat nou een goeie greep is. Het is niet dat ik zomaar wat zit te klooien, maar ik heb geen diepere ontwerpfilosofie. Goeie grepen klimmen lekker. Dat is het eigenlijk.” Hij maakt de vergelijking met de vraag ‘Waarom klim je?’ – iedere klimmer kent het antwoord, maar bijna niemand kan het goed formuleren. “Ik ga drie keer in de week klimmen en dan zit ik na afloop ontzettend voldaan met een biertje en heb ik een goeie avond gehad, maar ik kan je niet uitleggen wat dat goede gevoel dan is. Dat soort dingen moet je niet proberen te analyseren, want dan blijf je bezig.” Hij pakt de langwerpige greep – paars met appelgroene stippen – van tafel. “Waarom is dit, afgezien van HOOGTELIJN 3-2014 |
51
INNSBRUCK TOURISMUS GRAFIK h. a.
Cultuur, Wandelen & Fietsen Wandelen langs bezienswaardigheden in de eeuwenoude stad Innsbruck. Mountainbiken en een veelzijdig programma voor kinderen.
WANDEL AANBIEDING
7 Nachten met half pension in een hotel. Inclusief wandelprogramma met berggids
Vanaf â‚Ź 349,- per persoon Meer informatie: office@innsbruck.info, www.innsbruck.info, info@sonnenplateau.net, www.sonnenplateau.net
“Ik had geen idee dat ik er ooit geld mee kon verdienen”
de kleur, een mooie greep?” Hij strijkt met zijn handpalm en vingertoppen over het polyester, een vrij dunne balk met een subtiel randje. “De vorm is goed gelukt, hij voelt lekker en er zit iets spannends in.” Hij legt de greep terug: “Toevallig heb ik deze niet zelf ontworpen.” Hij pakt een andere greep die op z’n bureau ligt, opnieuw paars met groene stippen (“We hebben een Engelse importeur die dat graag wil.”) “Dit is een goeie greep, maar als ik er nou naar kijk …” Hij strijkt weer met zijn hand over het plastic, dan legt hij hem terug op zijn bureau. “Niet een van mijn mooiste creaties.” Is het wel mogelijk om te zeggen wat een slechte greep is? “Er zit in mijn assortiment van meer dan duizend grepen ook wel eens iets tussen waarvan ik denk: da’s geen topper.” Het verschil tussen goed en slecht (“minder geslaagd”, noemt hij dat) wordt volgens Bogerman ook bepaald door de manier waarop een greep wordt gebruikt. “Je kunt een greep 360 graden draaien en dat heeft effect. Soms worden grepen op een manier gebruikt waarvan ik denk: leuk, maar ik zou het anders doen. Het is lastig om daar iets over te zeggen omdat het voor een groot deel een kwestie van persoonlijke voorkeur is.”
Tierelantijntjes Bogerman pakt zijn telefoon. “Kijk, ik ben net twee weken in Bleau geweest. Dan sta ik iemand te spotten, of ik kijk om me heen, en dan zie ik een stuk rots waarvan ik even een foto
maak.” Hij bladert door een album: “Soms ziet het licht er heel mooi uit. Of de kleuren zijn heel mooi. Kijk hier: mooie knijpgreep. Ik heb mappen vol met dit soort foto’s. Ik fotografeer wel rotswanden, maar als ik eenmaal grepen ga shapen, dan kijk ik er eigenlijk niet meer naar.” “Ik ben niet zo weg van tierelantijntjes; een geribbeld randje of dingetjes waardoor een polyester greep op echte rots zou moeten lijken. Verschrikkelijk. Dat ziet er alleen maar rommelig uit. Als het voor een klimgreep niet functioneel is, dan houd ik er niet van.” Eén kleine uitzondering: “Als je een greep op een bepaalde manier gaat gebruiken omdat er zo’n ribbeltje aanzit, als het toch weer een functie heeft, dan kan het wel. Maar ik heb het zelf niet in mijn assortiment.”
Binnen leuker dan buiten Een klimwand moet volgens Bogerman geen kopie zijn van een rotswand. “Helemaal niet zelfs. Binnenklimmen is eigenlijk leuker dan buitenklimmen. Je kunt binnen hele andere dingen doen en je kunt er op een heel andere manier klimmen dan buiten – de ene gekke, mooie pas na de andere. Buiten is het toch vaak saai en rechttoe rechtaan. Of de passen zijn raar, of de greepjes zijn vervelend, of de randen doen zeer aan je vingers. Eigenlijk zijn echte rotsen helemaal niet zo mooi om op te klimmen.” HOOGTELIJN 3-2014 |
53
54 |
HOOGTELIJN 3-2014 | TEKST RENE THIJSSEN | FOTO’S MARTIN FICKWEILER
Rio de Janeiro, Brazilië
BIKKELEN
OP DE NAALD VAN DE DUIVEL
Deze maand zijn veel ogen gericht op Brazilië waar van 12 juni tot en met 13 juli het WK Voetbal wordt gehouden. Wij gaan ook naar Rio, maar niet vanwege het kampioenschap. Wij willen klimmen. En dan niet op het beroemde Suikerbrood of de mooie Corcovado, want de normaalroutes worden al veel beklommen en de moeilijkere routes zijn vooral plaatroutes met veel artificiële passages en daar hebben we geen zin in. Dus kiezen we iets anders: de Naald van de Duivel.
HOOGTELIJN 3-2014 |
55
Zelf verantwoordelijk Bij de ingang van het park onderteken ik een formulier met do’s en don’ts. We gaan op eigen risico, mogen geen vuur maken, geen alcohol drinken en moeten in de enige hut in het park overnachten. Ik knipoog naar Martin en zet mijn handtekening. We zijn zelf verantwoordelijk voor onze daden, dat is een goed gevoel. Na een uur omhooglopen, worden de blikjes bier onderin de rugzak steeds zwaarder. Samen met de zak chips is dat ons diner. Dat hebben we wel verdiend vanavond. Het pad blijft maar stijgen, maar ook om dit deel van de tocht is het ons te doen; de top is slechts een van de hoogtepunten. Het kletsen houdt op, we zwoegen en zwijgen. Af en toe een waterval, een slang naast het pad en het uitzicht maken veel goed. Toch blijft het een lijdensweg: drieënhalf uur zweten met bepakking om een kilometer te stijgen. Ik kan me goed inbeelden hoe een marinier zich moet voelen. Val ik nu om of straks?
Zenuwslopend naklimmen “Schat, doe je voorzichtig?” “Tuurlijk”, antwoord ik naar waarheid. “Ik klim altijd met een touw en heb een helm op.” “Lekker klimmen pap, doei!” Een kus en weg was ik. Achtenveertig uur later bevind ik me in een onmogelijke positie in een
bezig zijn met vaen, slurpt energie. denk jezelf n r boven
L
ang voor deze trip zag ik een mooie foto van een rotspunt hoog in de bergen. Bij navraag bleek dit de Dedo de Deus te zijn, de Vinger van God, in het Nationaal Park Serra dos Órgãos, een uur rijden ten noorden van Rio de Janeiro. Geïnspireerd kocht ik meteen de topo. Nu, voorafgaand aan onze trip,
56 |
HOOGTELIJN 3-2014
bladeren we er samen doorheen en ontdekken we iets verder weg een nog mooiere piek: de afgelegen top Agulha do Diabo. Deze Naald van de Duivel heeft een lange aanloop van drieënhalf uur bergop en een bivak. Echt wat voor ons, een ideale tweedaagse mini-expeditie.
rotsspleet. Mijn rug tegen de ene zijde, twee voeten tegen de andere gladde plaat een meter tegenover me. Lengte zeven, de eerstvolgende haak acht meter hoger. Ik zet mijn voet net boven de andere, dan plaats ik mijn lagere voet onder mijn achterste tegen de wand, waar ik mezelf nu al tien minuten schrap zet, en druk me een stukje hoger. Voortdurend lichaamsspanning houden, anders glibber ik eruit. Zenuwslopend is dit. Terwijl ik niet eens voorklim!
Rotsen als zekeringen “Moet je niet eens een zekering plaatsen?” roep ik Martin na, die in de spleet boven me zigzaggend het ene na het andere ingeklemde rotsblok beklimt. “Die blokken zijn mijn tussenzekeringen!”, roept hij terug. Dat is waar. Als hij valt, blijft het touw achter elke grote kei haken. Niet zo goed voor het touwverloop, maar je moet iets. Al naklimmend ben ik blij dat ik de even lengtes voorklim, in de oneven heb ik door het gemis aan haken steeds het gevoel dat ik ver kan vallen. Koelbloedig moet je hier zijn. “Je moet niet bezig zijn met vallen”, zegt Martin later, als ik hem mijn gevoel uitleg. “Dat slurpt energie. Denk jezelf naar boven.” De boorhaken zijn op z’n Braziliaans geplaatst: alleen waar de eerstbeklimmer de rust kan vinden om ze te plaatsen, of waar nodig. Per lengte van gemiddeld twintig meter een stuk of drie. De paar middelgrote friends komen goed van pas.
Beetje lauwe koffie We staan in alle vroegte op om koffie te maken in een pannetje. Best moeilijk, want de takjes zijn nog vochtig. Uiteindelijk wil het toch even branden en delen we een lauw bakkie koffie. Het is zes uur, we klauteren een uur door een steile watergeul en wurmen ons door een grotje. De tocht bergop van de dag ervoor en het uur verkeerd lopen, zitten nog in mijn benen. Maar goed
Parque Nacional da Serra dos Órgãos
Volg vanuit Rio de Janeiro met de auto de borden Linha Vermelha, de rode (metro)lijn, en neem daarna de snelweg BR040 en BR116 naar Teresópolis. Het is de tweede parkingang, elf kilometer na de eerste aan de linkerkant van de BR116. Rijtijd een uur, in de spits langer.
dat we dit stuk gisteren nog hebben verkend. De tent laten we staan op het enige vlakke plekje op het pad. Die pikken we weer op na onze beklimming. Martin begint met een vochtige, gladde hoek omhoog. Hangend aan een friend ‘zwem’ ik er achteraan. Zo’n ouderwetse gietijzeren haak is bedoeld om op te staan! Nog acht lengtes, tweehonderd meter te gaan. Technisch gesproken een 6A, maar psychisch minimaal een 6B. De haakafstanden, de afmattende aanloop naar de berg en zelfs de autorit ernaartoe gaven me hartkloppingen.
’s Ochtends vroeg is het lastig koffiezetten met vochtige takjes.
Op de top feliciteer ik mijn klimmaatje en schrijven we onze namen in het schriftje. Het ligt opgeborgen in een metalen blik, vastgeschroefd naast de dikke abseilring. Veertig beklimmingen in de laatste zeven jaar, lezen we. Gaaf! Na een uur abseilen krijg ik een hand: “Nu is het pas klaar.” Agulha do Diabo, een berg voor bikkels! HOOGTELIJN 3-2014 |
57
^^^ medisch ^^^ medisch ^^^ medisch ^^^ medisch ^^^ Deze rubrie Medische Co k is geschreven door de Vragen? Mailmmissie van de NKBV. of kijk op ww naar medisch@nkbv.nl onder het ko w.nkbv.nl/kenniscent rum pje Medisch.
GEORGANISEERD
NAAR GROTE HOOGTE,
WAAROP MOET JE LETTEN? Steeds meer mensen nemen deel aan georganiseerde trekkings en expedities buiten de Alpen. Ze lopen hierbij meer risico dan tijdens een tocht of beklimming in de Alpen. Bijvoorbeeld op hoogteziekte, maar ook op bevriezing, uitputting, onderkoeling en reizigersziekten zoals hepatitis, buiktyfus of malaria. Om hoogteziekte te voorkomen, is het belangrijk dat je niet te snel naar grote hoogte gaat zodat je lichaam de tijd heeft te acclimatiseren. Maar wat is niet te snel?
D
e adviezen over wat ‘niet te snel’ is en het juiste stijgingsprofiel variëren. De internationale klimfederatie UIAA adviseert om boven de 2700 meter de slaaphoogte met maximaal 300 meter per dag te verhogen. De Wilderness Medical Society (WMS) adviseert een maximum van 500 meter per dag boven de 3000 meter en elke drie tot vier dagen een dag waarop de slaaphoogte gelijk blijft. Hoe snel je daadwerkelijk acclimatiseert, verschilt per persoon. Veel georganiseerde reizen die over hoge passen of naar hoge toppen gaan, houden een snel schema met weinig rustdagen aan.
Check daarom voordat je een reis boekt het stijgingsprofiel van de georganiseerde tocht. Let vooral op de volgende punten: • Zijn er reservedagen ingepland in geval van vertraging door weer, gezondheid, een deelnemer die langzamer blijkt te acclimatiseren, transportproblemen? Accepteer geen te kort reisschema. Vind je geen reis die aan je eisen voldoet? Stel dan zelf een groepje samen en boek een reis op maat. Sommige reisorganisaties zijn daarin gespecialiseerd. • Is er een goed evacuatieplan voor zowel de deelnemers, lokale staf als dragers? Wees je ervan bewust dat moderne technologie, zoals een satelliettelefoon en helikopters, niet altijd kan worden ingezet en dat een redding in veel situaties niet mogelijk is. • Check wat de organisator adviseert om zelf in een medische set mee te nemen, en wat de organisatie als extra in een medische set aan de tochtleiding meegeeft. Bij sommige tochten, vooral expedities, gaan er zuurstof en/of een hyperbare drukzak mee; in deze zak wordt met een voetpomp de luchtdruk kunstmatig verhoogd. Vraag na wie van de tochtbegeleiding getraind is in het gebruik hiervan. • Lees op betrouwbare reviewsites over de tochtaanbieder. Kijk bijvoorbeeld of eerdere tochten succesvol zijn verlopen en welke problemen ze tegenkwamen. En realiseer je dat niet iedere gids ook daadwerkelijk een gediplomeerd berggids is. Omdat het niveau van de begeleiding kan tegenvallen, moet je ervoor zorgen dat je technische niveau zo hoog is, dat je zo nodig zelfstandig kunt omkeren. • Adviseert de organisatie al bij voorbaat om medicijnen voor acclimatisatie zoals acetazolamide (Diamox®) te nemen? Stel jezelf dan de vraag of het stijgingsprofiel voor de door jou gekozen tocht wel realistisch is. Zorg ervoor dat je voor je op reis gaat, goed bent geadviseerd over vaccinaties en het voorkomen van reizigersziekten (basale hygiëne, waterontsmetting) en eventuele malariapreventie.
Twijfels?
Niet zeker van je zaak of heb je een medische geschiedenis? Overleg altijd met je huisarts of stuur een mail naar medisch@nkbv.nl. De medische commissie van de NKBV is gespecialiseerd in hoogtegeneeskunde en helpt je graag.
Meer aandachtspunten bij georganiseerde reizen naar hoge gebieden vind je in Hoogtelijn 2/2011, pagina 63-79 of in ons Kenniscentrum op www.nkbv.nl/kenniscentrum.
58 |
HOOGTELIJN 3-2014 | TEKST HELEEN MEIJER
NKBV-ledenpas
Naam: Gerry Bouma Leeftijd: 61 jaar Woonplaats: Heemstede
2014
NKBV-lid sinds: 1993 Beroep: Was senior purser bij KLM Geleerd: “Hoe fijn ik het vind om buiten te zijn en te bewegen” Motto: “Het maakt niet uit hoeveel geld of titels je hebt, je lijf moet het doen”
ière Mijn bergsportcarr
‘JE HOEFT HEUS NIET TE STOPPEN OMDAT JE 60 BENT’
N
a diverse cursussen bij de NKBV, de toppen van Mont Blanc, Kilimanjaro, Elbrus, Aconcagua en Mount Whitney, ging Gerry Bouma eindelijk naar de Carstensz Piramide in Papoea. “Na een tentoonstelling in het Tropenmuseum in 2002 was ik gefascineerd door deze berg. Die wilde ik ook beklimmen! Maar het lukte me niet om een permit te regelen. Tot ik tien jaar later in Hoogtelijn las dat Robert de Vries de berg in 2010 had beklommen. Hij bleek de vergunning gewoon om de hoek te hebben geregeld, via een organisatie in België.” En zo krijgt ook Gerry haar permit en klimt ze met drie vrienden en vier anderen naar de top van de 4884 meter hoge Carstensz Piramide. “Voor vertrek oefende ik op het voormalig Floriadeterrein in Hoofddorp. Daar staat een Japans paviljoen met een houten pergola. Aan een touw tussen de dikke balken leerde ik hoe ik later op de berg een passage van 25 meter tussen twee rotspijlers kon oversteken. Wat was ik blij met die oefening! Het is een lastige passage waar hoogtevrees op de loer ligt.” Elke twee jaar beklimt Gerry met een vast groepje vrienden een berg. “We regelen alles zelf met een lokale touroperator. Zo heb ik vier van de Seven Summits gedaan. Ik zou er graag vijf op mijn naam zetten, maar dat lukt niet meer. De Everest is uitgesloten en de resterende twee vind ik te koud. Misschien als ik eerder was begonnen en meer tijd had gehad. Nu doe ik het rustiger aan en ga ik bijvoorbeeld klettersteigen in Oostenrijk. Mijn omgeving vraagt waarom ik niet gewoon ga wandelen. Maar zo lang het kan, blijf ik lekker klimmen en rennen; je hoeft heus niet ineens te gaan bridgen omdat je zestig bent.” TEKST FEMKE WELVAART | HOOGTELIJN 3-2014 |
59
^^^ gemarkeerd ^^^ wandelroute ^^^ gemarkeerd ^^^
Bij Bivacco Boerio.
Bivacco Boerio
VERBORGEN BIVAKHUT IN DE HAUTE-UBAYE Bij toeval liepen we er tegenaan: Bivacco Boerio. Wat een verrassing, want het staat op geen enkele (Franse) kaart. Het uitnodigende zeshoekige, uit hout opgetrokken bivakhutje lag daar zo mooi aan een meertje, dat we ons voornamen hier eens te overnachten. In juni 2012 was het zover.
J
e kunt een overnachting in Bivacco Boerio combineren met een rondje om de Tête des Toillies (3175 meter). Het wordt dan een bijna volmaakt trektochtje, want je verbindt in drie dagen drie werelden: de Haute-Ubaye, de Queyras en Italië met de Monte Viso (3841 meter), de hoogste top van de Cottische Alpen. De tweede overnachting is in de Refuge de la Blanche, een speelparadijs voor kinderen met een meer en bergmarmotten. Op dertig minuten van de hut kun je sportklimmen op La Blanche. We kozen ervoor om al in juni te gaan. Dan ben je verzekerd van een leeg bivacco. Eind juli en zeker in augustus zitten er meestal veel Italianen. In juni ligt aan de steile noordzijde
60 |
van de Pas de Salsa nog veel sneeuw en dan heb je daar een pickel nodig om af te dalen. Beneden kom je op de Grande Randonnée (GR) en is het pionieren voorbij. In oostelijke richting ligt de Col de Longet met zijn steenmannetjes. Opmerkelijk: het meertje op de kaart vlak na de col is er in werkelijkheid niet meer. Als de Monte Viso niet in de wolken zit, lijkt hij hier heel dichtbij. Op het heuvelige stuk naar de Col Blanchet is de ongenaakbare kant van de Tête des Toillies te zien. Via een gruis-met-grippad daal je af naar de Refuge de la Blanche. En via zo’n zelfde paadje ga je de volgende dag omhoog naar de Col de la Noire, waar je aan de andere kant een onschuldig, piepklein stukje moet afklimmen.
HOOGTELIJN 3-2014 | TEKST EN FOTO’S ROBERT ECKHARDT
Bivacco Boerio (3089 meter).
^^^ wandelroute ^^^ gemarkeerd ^^^ wandelroute ^^^
Aankomst in de Vallon de Rubren.
Het bovenste deel van de Vallée de Haute-Ubaye.
Overnachten in Bivacco Boerio Routebeschrijving
Accommodatie
Dag 1 - zes uur, T2.
Na Maljasset (1910 meter) volgen we de weg tot Combe Brémond, daarna het pad. Verderop nemen we een bruggetje naar de linkeroever en blijven daar. Na Cabane de Rubren (2449 meter) gaan we via stijgsporen de vallei in richting Pt 2602 en daarna via een steile helling in zuidoostelijke richting naar de hoger gelegen Vallon de Rubren. Direct na Pas de Mongioia (3085 meter) ligt het gelijknamige meer met Bivacco Boerio (3089 meter).
Dag 2 - drieënhalf uur, T3 (met veel sneeuw T4).
Refuge de Maljasset CAF, B&B Maison d’Hôtes Les Zélés en Gîte d’étape/Auberge La Cure. Bivacco Franco Boerio (3089 meter), Refuge de la Blanche (2499 meter).
Documentatie
• IGN Top25 3637 OT 1:25.000 Mont Viso. • IGN nr. 10 1:50.000 Queyras en Haute-Ubaye. • Met uitzicht op de Écrins, Robert Eckhardt en Noes Lautier. • Queyras – Ubaye Les plus belles randonnées, Anne en Jérôme en Renac.
We volgen duidelijke sporen in noordoostelijke richting naar de Pas de Salsa (3175 meter). Eerst via een steile afdaling in noordwestelijke richting. Net voorbij Lac de Longet (2641 meter) gaan we rechtsaf, op het pad naar Col de Longet. Daarna volgt een stenige afdaling en dan gaan we in noordelijke richting over Col Blanchet naar de Refuge de la Blanche.
Dag 3 - vijf uur, T2. In een uur lopen we naar Col de la Noire (2955 meter). We dalen af van de col, langs het meertje en gaan op de splitsing rechtsaf richting het dal en Maljasset.
Reis
Frankrijk
Trein/bus is omslachtig. Je moet via Parijs onder de Alpen door naar Gap, Savines of Embrun. En verder met de bus via Barcelonette naar Saint-Paul-sur-Ubaye. Info bus: www.ubaye.com/venir/ horaires-navettes-gratuites-inter-villages. Er zijn gratis Navettes, maar nu juist niet van Saint-Paul-sur-Ubaye naar Maljasset.
HOOGTELIJN 3-2014 |
61
PASSIE VERBINDT Jong ontmoet oud: twee verschillende generaties die toch allebei dezelfde taal spreken omdat de passie voor het klimmen hen verbindt. Mammut presenteert zes rock classics: mijlpalen in de geschiedenis van het sportklimmen. BABSY BACHER beklimt The Face (8a+) van JERRY MOFFATT en wereldkampioen JAKOB SCHUBERT bedwingt de Hyena (8b+) van en met de eerste beklimmer ANDREA GALLO.
Meer spannende ontmoetingen met Sean McColl, Jan Hojer, Anna Stöhr en Mirko Caballero:
www.mammut.ch ⁄ rockclimbing
Stefan Schlumpf / Rainer Eder
RECLIMBING THE CLASSICS
ogte o h p o n e k n i r d n e n e Stellingen over et
FEIT OF FABEL? Naast een EHBO-setje, kaart en reddingsdeken is het belangrijk dat je voldoende voeding en vocht bij je hebt als je op pad gaat. Maar wat is voldoende vocht en met welke voeding presteer je het best? Sportdiëtist en voedingskundige Mieke Acda werpt haar licht op acht beweringen over prestatieverhogende voeding en slechte alternatieven.
Feit
Fabel
1. Koffie tijdens het ontbijt verbetert de prestatie van die dag. 2. Worst en pinda’s bevatten veel calorieën en zijn daarom ideaal tochtenvoer. 3. Op hoogte heb je eerder honger. 4. In gevriesdroogd voedsel zitten geen vitamines en mineralen. 5. Iemand die ongetraind is, heeft tijdens inspanning andere voeding nodig dan een getraind persoon. 6. Bij hitte moet je vooral veel water drinken. 7. Alcohol na bergactiviteiten kan niet zo veel kwaad. 8. De beste snacks voor onderweg zijn ouderwetse boterhammen. 9. Vegetariërs krijgen in de bergen te kort. 10. Chocolademelk helpt het herstel.
TEKST MIEKE ACDA | HOOGTELIJN 3-2014 |
63
2. Worst en pinda’s bevatten veel calorieën en zijn daarom ideaal tochtenvoer
1. Koffie tijdens het ontbijt verbetert de prestatie van die dag In koffie zit cafeïne, en cafeïne heeft een oppeppend effect. Het stimuleert het centrale zenuwstelsel en kan duursporters helpen om hun prestatie met 3 tot 4 procent te verbeteren. Daarnaast kan cafeïne vermoeidheid uitstellen, wat bij lange inspanning (meer dan vier uur) zijn effect heeft. Uit studies blijkt dat het effect het meest optimaal is bij 3 tot 6 milligram cafeïne per kilogram lichaamsgewicht. In een kop koffie zit 70-100 milligram cafeïne, maar je kunt ook kiezen voor cafeïnepillen. In 2004 is cafeïne van de anti-doping lijst gehaald omdat het veel voorkomt in normale voeding.
3. Op hoogte heb je eerder honger Uit onderzoek blijkt dat de eetlust vanaf 2500 meter hoogte achteruit gaat. Op hoogte ben je dus juist niet eerder hongerig. Hoe hoger je komt, hoe slechter je lichaam signalen geeft dat je honger hebt. Het mechanisme is onduidelijk, maar waarschijnlijk komt dit door de verminderde zuurstofopname. Daarnaast kunnen stresshormonen (adrenaline) het hongergevoel blokkeren. Omdat je lichaam tijdens je tocht het hongergevoel niet goed aangeeft, is de kans groot dat je te weinig calorieën binnenkrijgt. Wees je hiervan bewust en realiseer je dat een negatieve energiebalans een negatieve weerslag heeft op de prestatie, concentratie en uiteindelijk op je veiligheid.
Worst en pinda’s zijn inderdaad heel calorierijk (25 gram worst bevat 135 calorieën, 50 gram pinda’s bevat 350 calorieën) en zijn daarom ideaal om voldoende calorieën binnen te krijgen. Echter, bij een hoge inspanning heeft het lichaam voornamelijk koolhydraten nodig en worst en pinda’s bevatten vooral eiwitten en vetten. Omdat het best lang duurt voordat het lichaam daaruit energie vrijmaakt, zijn worst en pinda’s minder geschikt als energieaanvulling tijdens de tocht. Voor het herstel zijn ze juist wel weer geschikt, omdat eiwitten dan onmisbaar zijn.
4. In gevriesdroogd voedsel zitten geen vitamines en mineralen Gevriesdroogd voedsel is lichtgewicht, bevat vitamines en mineralen, veel calorieën en het is snel klaar te maken. Echter, het is zeker geen vervanging van de normale portie groenten en fruit. Vitamines en mineralen zijn belangrijk, omdat het lichaam deze niet zelf kan aanmaken. Bij het (vries)drogen gaat een deel van de vitamines verloren, voornamelijk de wateroplosbare vitamines zoals vitamine C en de B-vitamines. De meeste mineralen blijven na vriesdrogen wel voldoende beschikbaar. Bij een paar dagen zonder groente en fruit kom je niet om door scheurbuik, maar wanneer je langer dan een week alleen gevriesdroogd voedsel eet, is het wel aan te raden om een multivitaminetablet te nemen. Er is geen wetenschappelijk bewijs dat het eten van gevriesdroogd voedsel de prestatie (negatief ) beïnvloedt of dat een multivitaminetablet voor extra vitamines noodzakelijk is.
5. Iemand die ongetraind is, heeft tijdens inspanning andere voeding nodig dan een getraind persoon Als je ongetraind dezelfde activiteit verricht als een getraind persoon - denk aan een gids en zijn minder getrainde klant - dan is je glycogeenvoorraad kleiner en verbruik je meer glycogeen dan degene die wel getraind is. Het lichaam gebruikt glycogeen als brandstof en slaat het op in de lever en spieren. Glycogeen kun je aanvullen door koolhydraten te eten, zoals brood, pasta en suikers. Bij een hoge intensiteit is de glycogeenvoorraad al na anderhalf tot twee uur op, bij een lage intensiteit kan het lichaam prima vooruit op vetweefsel. In het voorbeeld van de gids en zijn klant, voert de gids zijn werk gemakkelijk uit op zijn vetweefsel, waar de ongetrainde klant ook zijn glycogeenvoorraad moet aanspreken. Zodra je glycogeenvoorraad op is, gaat je prestatie achteruit. Niet alleen je snelheid en kracht nemen af, maar ook je alertheid. Om de spreekwoordelijke man met de hamer te ontwijken, kun je als ongetraind persoon het best elke twee uur een kleine koolhydraatrijke maaltijd nemen. Probeer het eetritme constant te houden en laat je eetmomenten niet afhangen van de gids of groepsleider.
64 |
HOOGTELIJN 3-2014
6. Bij hitte moet je vooral veel water drinken In een warme omgeving is vocht inderdaad belangrijk, maar ook de inname van zout en koolhydraten is van belang. Bij intensieve inspanning van meer dan 40-60 minuten is het goed om iets te drinken, tijdens een lange tocht met veel zweetverlies is het bovendien belangrijk om de mineralen die je zwetend verliest, aan te vullen. In sportvoeding worden deze ook wel elektrolyten genoemd: een combinatie van natrium, kalium en chloride. Tijdens een wandeling kun je het natriumtekort aanvullen met zoute producten zoals brood of chips. Ga je hardlopen of mountainbiken, dan is een sportdrank met koolhydraten (suikers) en mineralen een aanrader. Een dorstlesser of een isotone sportdrank bevat daarbij de ideale balans van vocht, koolhydraten en mineralen.
8. De beste snacks voor onderweg zijn ouderwetse boterhammen Een gevulde chocoladereep voelt in de kou als een baksteen en in de hitte kun je hem opslurpen. De reep bevat veel calorieën, maar er zijn producten met een hogere energiedichtheid (calorieën per gram product). Koolhydraten en vetten leveren 4 calorieën per gram. Echte grammenjagers kunnen het best (olijf )olie meenemen (9 calorieën per gram), maar dat is voor het lichaam geen ideale energiebron. Voor sporters heeft koolhydraatrijke voeding een beter effect op de prestatie. Bovendien nemen de darmen zo veel vetten minder goed op. De beste snacks voor onderweg zijn gedroogd fruit, muesli-, fruit- of sportrepen, gewone chocolade, koekjes en ouderwetse boterhammen. De echte duursporters met een hoge intensiteit – denk aan trailrunners, mountainbikers en alpinisten – kunnen uitpakken met speciale koolhydraatgels of repen met snelle koolhydraten en aanvullende mineralen. Maar overdrijf niet. Het lichaam verteert tijdens inspanning 60 gram snelle koolhydraten per uur. Tot 90 gram koolhydraten is ook nog haalbaar, maar dan moet je het rustig opbouwen om darmklachten te voorkomen.
Mieke Acda
Sportdiëtist en voedingskundige Mieke Acda schreef in 2003 haar bachelorscriptie over de energiebalans bij alpiene klimmers. Ze is sinds 2012 lid van de medische commissie van de NKBV en doet zelf aan alpien klimmen, mountainbiken, toerskiën en adventure racen. Als je wilt weten welke referenties ze gebruikte voor dit artikel, kun je haar een e-mail sturen: miekeacda@gmail.com.
7. Alcohol na bergactiviteiten kan niet zo veel kwaad Het biertje na afloop van een zware tocht of de aanloop naar de hut, is een smakelijke beloning maar je lichaam is er minder blij mee. Bier bevat weliswaar koolhydraten, maar in combinatie met alcohol wordt de glycogeenvoorraad niet voldoende aangevuld. Daarnaast kan alcohol het herstel negatief beïnvloeden en dat leidt tot mindere prestaties de volgende dag. Wil je toch graag een biertje? Zorg er dan voor dat je na inspanning eerst voldoende koolhydraten en vocht binnenkrijgt (drink bijvoorbeeld eerst een glas cola) of kies voor alcoholvrij bier. En vergeet na inspanning de eiwitten niet.
9. Vegetariërs krijgen in de bergen te kort Uit meerdere onderzoeken blijkt dat vegetarische topsporters niet slechter of beter presteren dan sporters die wel vlees of vis eten. Wel moeten ze erop letten dat ze voldoende eiwitten, vitamine B12 en ijzer krijgen. Peulvruchten, melk, kaas en eieren bevatten eiwitten. Vitamine B12 zit in dierlijke producten zoals zuivel en eieren, en ijzer halen vegetariërs uit groene bladgroenten (spinazie), spruiten, gedroogde abrikozen en frambozen. Dit mineraal is nodig voor de aanmaak van rode bloedcellen, die de zuurstof in het lichaam transporteren. Omdat het lichaam boven de 2500 meter meer rode bloedcellen aanmaakt, is er meer ijzer nodig. Het is belangrijk dat de ijzervoorraad ruim voor de tocht op orde is, omdat suppletie (aanvullen) tijdens de tocht weinig zin heeft: pas na drie maanden verdwijnen de vermoeidheidsklachten.
10. Chocolademelk helpt het herstel Na een paar uur intensief sporten, moeten de spieren herstellen. De glycogeenvoorraad moet worden aangevuld en de vocht- en elektrolytenbalans moet worden hersteld. Eiwitten uit chocolademelk zorgen voor herstel van het spierweefsel, de suikers voor de aanvulling van de glycogeenvoorraad en er zitten mineralen en vocht in chocolademelk. Uit onderzoek bleek dat fietsers na het drinken van een halve liter chocolademelk beter herstelden dan wanneer ze alleen een suikerdrankje kregen na het fietsen. Het beste is om de chocolademelk direct na het sporten te drinken. Vooral wanneer je maar een korte herstelperiode hebt (minder dan 8 uur), is het nuttig om te denken aan een goede herstelmaaltijd met voldoende eiwitten en koolhydraten.
HOOGTELIJN 3-2014 |
65
^^^ en route ^^^ sportklimroute ^^^ en route ^^^
Hautes pyrenées
VOER VOOR AASGIEREN
5b
Je bladert door een klimgids, op zoek naar een mooie route. Waarop baseer je dan je keuze? De moeilijkheidsgraad bepaalt veel. Maar ook de kwaliteit van de rots en de haken. Een goede beschrijving doet je watertanden, door een naam ga je dromen, maar een foto zet ook veel in beweging.
“K
ijk Johan, die route gaan we klimmen.” Met overtuiging gooi ik de nieuwe topo op de campingtafel. Op de cover twee klimmers in korte broek, maar duidelijk in alpiene ambiance. Als blijkt dat de route op de foto Symphonie sous les étoiles heet en vier sterren krijgt, is er weinig discussie meer nodig. En dus rijden we een paar dagen later belachelijk vroeg van de camping naar de parkeerplaats boven Gavarnie. Het wordt een mooie dag en we zullen zeker niet alleen in de route zijn. Om 06.00 uur is de aanloop in elk geval nog lekker koel en na een blik richting Spanje zijn we snel op de Col des Sarradets. Wat een uitzicht: links de Pic des Sarradets (2739 meter) met ‘onze’ route, rechts de Refuge des Sarradets met daarboven de Brèche de Roland, icoon van het gebied. Gelukkig beschrijft de topo netjes hoe je gemakkelijk de instap bereikt. Het blijven tenslotte alpiene omstandigheden. We hebben geluk: we zijn de eersten in de route die begint vanuit een gang tussen een sneeuwveld en de
66 |
3a
6a
wand. De eerste lengte is gepolijst – en meteen de moeilijkste van de route – maar daarna gaat het over mooie kalk met overal genoeg greepjes en puntjes om op te staan. Dan belanden we in de coverfoto van de topo. In de spectaculaire vierde lengte gaat het over een pijler van anderhalve meter breed die soms wel los tegen de wand lijkt te staan. Vanuit de verte, op het terras van de hut, worden we met verrekijkers gevolgd, maar onder ons blijft het leeg. Is er dan niemand die deze toproute wil klimmen? Terwijl we onder ons niets zien behalve edelweiss die stand houdt op smalle richels, verschijnt boven ons hoofd plots een silhouet. Gieren beloeren ons van veilige afstand. Net als de spotters op het terras willen zij bloed zien. Waar lazen we ook alweer het verhaal van een mevrouw die, verongelukt na een valpartij in dit gebied, pas na enkele uren kon worden geborgen? Haar stoffelijke resten waren tegen die tijd vakkundig door de aaseters van al het eetbaars ontdaan.
HOOGTELIJN 3-2014 | TEKST ICO KLOPPENBURG | FOTO’S JOHAN VAN DAM EN ICO KLOPPENBURG
5b
3a
6a
^^^ en route ^^^ sportklimroute ^^^ en route ^^^
Symphonie sous les étoiles Route
Wij klommen op de Pic des Sarradets (2739 meter). Zestien routes lopen er in de zuidwand onder deze top, wisselend van lengte en kwaliteit. Symphonie sous les étoiles telt zes lengtes met in totaal 173 hoogtemeters en krijgt het maximale aantal sterren. De behaking is volgens de gids ‘S2+’ (op een schaal van 1 t/m 4), wat betekent dat er voldoende goede haken in de route zitten. Vallen in de makkelijke delen is echter niet zonder gevolgen! De route is gewaardeerd als 6a (V+). Neem dubbeltouw mee, in verband met de abseils. De nuts en friends die we meenamen, hebben we sporadisch gebruikt en waren eigenlijk niet nodig.
Aanloop & Gebied
Wij geven de gieren vandaag geen kans en bereiken de topgraat zonder problemen. Ook het abseilen gaat prima en we belonen onszelf met een blik op de prachtige wand vanaf het terras van de hut. Vanuit de stilte van de wand staan we plotseling in de drukte van de dagjesmensen. En pas dan zien we vier routes naast waar wij klommen, een andere touwgroep bewegen. Nog twee mensen die het geheim van de Pic des Serradets hebben ontdekt. Het is ze gegund!
De hier beschreven route ligt op ruim 1300 kilometer van Nederland, boven het wereldberoemde Cirque de Gavarnie, ten zuiden van Lourdes in het weergaloze berglandschap van de Franse Pyreneeën. We parkeerden de auto op de Col de Tentes (2200 meter). De wandeling naar de Col des Serradets (2589 meter) kostte ons ongeveer anderhalf uur. Voor het bereiken van de voet van de route is enige alpiene ervaring vereist. Tegenover de route bevindt zich de Brèche de Roland (2807 meter) waar hordes toeristen in korte broek omhoog ploeteren. Campings zijn er volop in het dal.
Kaart & Gids
Bij de Pyreneeën denken de meeste klimmers niet aan (alpien) sportklimmen. De nieuwe Frans/Spaanse gids Plaquette dans les vallées de Gaves van Luis Alfonso (2013) laat zien dat er wel degelijk volop mogelijkheden zijn. Als wandelkaart gebruikten we nr. 1748OT van het IGN, schaal 1:25.000. Op internet vind je een beschrijving van de route via de QR-code hieronder of via de lange URL www.camptocamp.org/routes/57578/fr/pic-des- sarradetssymphonie-sous- les-etoiles.
HOOGTELIJN 3-2014 |
67
^^^ de nkbv voor jou ^^^ de nkbv voor jou ^^^ de nkbv Dick Bresser en Anita Meijer op de top van Bular Mial/Bluff Knol (1095 meter) in Stirling Range National Park, West-Australië.
Ook in 2014 n r de top met de NKBV-topvlag Ga je in 2014 op pad? Zorg dan dat de NKBV-topvlag in je rugzak zit. Fotografeer jezelf met de vlag op het hoogtepunt van je tocht en mail de foto naar communicatie@nkbv.nl. Vermeld de namen van de mensen op de foto, de datum en locatie. Wij zetten de foto dan in het topvlaggenfotoalbum op onze Facebookpagina en misschien zie je je foto terug in Hoogtelijn of andere NKBV-uitingen. Eind 2014 verloten we weer een aantal leuke prijzen onder de inzenders. Je bestelt de topvlag voor maar € 3,95 via www.nkbv.nl/webshop.
IN JE PORTEMONNEE: DE NKBV-VEILIGHEIDSWIJZER Omdat wij het belangrijk vinden dat je in geval van nood altijd de juiste hulpdiensten kunt bereiken, hebben we bij deze Hoogtelijn de veiligheidswijzer gevoegd. Dit opvouwbare kaartje op creditcardformaat bevat noodnummers en links naar weer- en tochteninformatie in de belangrijkste Alpenlanden. Stop hem in je portemonnee en neem hem deze zomer mee op vakantie. Je kunt de NKBV-veiligheidswijzer ook als pdf downloaden in het Kenniscentrum op nkbv.nl/kenniscentrum of gratis bestellen in de webwinkel via nkbv.nl/webshop.
M k je vrienden lid en ontvang n EHBO-kit t.w.v. € 30 Jij gaat al regelmatig de bergen in en profiteert van de voordelen van het NKBVlidmaatschap. Maar hoe zit het met je vrienden? Tip ze om ook lid te worden en ontvang de EHBO-kit Hike XT van Vaude t.w.v. 30 euro. Kijk voor de actievoorwaarden op nkbv.nl/lwl. De actie loopt tot en met 31 juli 2013.
68 |
HOOGTELIJN 3-2014
BERGWANDELEN VERZEKERD, OOK BUITEN DE GEBAANDE PADEN Veel Nederlanders realiseren zich niet dat ze tijdens een bergwandeling vaak onverzekerd zijn, omdat hun reisverzekering geen bergwandeltochten op ongebaande paden dekt. Zodra ze de aangelegde Wanderweg verruilen voor een Bergwanderweg, is er geen garantie meer dat dit pad ook gebaand en goed onderhouden is. Wij vinden dat onze leden zelfstandig tochten moeten kunnen maken, ook als die buiten de uitgezette paden gaan. Daarom biedt de NKBV voor maar 26,50 euro per jaar een reisverzekering met bergsportdekking aan. Deze dekt bergwandelen en (winter)bergsport in alle soorten terrein. Ook als je hierbij het pad verlaat om foto’s te maken bij een sneeuwveld of waterval. Check of je goed verzekerd bent! Ga je deze zomer naar de bergen en heb je geen NKBV-reisverzekering? Check dan de (polis)voorwaarden van je reisverzekering. Als je verzekering geen bergsport dekt, is het goed om je aanvullend te verzekeren of over te stappen naar een reisverzekering met bergsportdekking zoals die van de NKBV. Let op: bij reisverzekeringen die beweren bergwandelen wél te dekken, staat vaak in de polisvoorwaarden dat dit alleen geldt op gebaande paden en/of onder deskundige begeleiding. Check dus altijd de kleine lettertjes. Kijk voor meer informatie over de NKBV-reisverzekering of om deze af te sluiten op www.nkbv.nl.
Foto: Baldwin Henderson
voor jou ^^^ de nkbv voor jou ^^^ de nkbv voor jou ^^^
NKBV WEBINAR MET ROELAND VAN OSS De NKBV houdt op vrijdagavond 20 juni om 20.00 uur een online seminar met UIAGM-berggids Roeland van Oss. In het seminar 'Reduceer je risico in alpien terrein' introduceert Roeland onder andere een model voor een betere tochtenplanning. Aansluitend kun je hem online vragen stellen over je alpiene plannen. Houd www.nkbv.nl in de gaten voor de laatste informatie over het event.
Tw t m met de @NKBV Berwandelen met kinderen (2-7 jaar).
BEREID JE VOOR OP DE ZOMER De zomer komt eraan. En omdat wij je graag helpen met een optimale voorbereiding op je zomervakantie, staat er de komende maanden een flink aantal workshops op het programma. De meest bekende hiervan zijn de workshops bergwandelen en bergwandelen met kinderen, maar wist je dat de NKBV ook workshops aanbiedt waarbij je alles kunt leren over touwtechnieken of het weer? Daarnaast zijn er workshops klettersteigen, mountainbiken, alpiene touwtechnieken en kun je weer overnachten in een portaledge.
BOEK JE
Worksho rogra a Juni 13-15 14 15 20-22 22 22 22 27-29
WORKS H BergspOP OP reizen ort .nl
Bergwandelen met kinderen (2-7 jaar) in de Ardennen, België Basis alpiene touwtechnieken, Bergschenhoek Weerkunde in de bergen, Kootwijk Kaart, kompas en GPS in de Ardennen, België Mountainbike niveau 1, Lage Vuursche Mountainbike niveau 2, Lage Vuursche Weerkunde in de bergen, Dwingelderveld Bergwandelen in de Ardennen, België
Augustus 22-24 Introductiecursus Sportklimmen in Sy Hotton, België September 5-7 Introductiecursus Sportklimmen in Sy Hotton, België 12-14 Kaart, kompas en GPS in de Ardennen, België 13-14 On the edge in a portaledge, Bergschenhoek 19-21 Bergwandelen in de Ardennen, België 28 Weerkunde in de bergen, Oostvaardersplassen
Marcel Snijders @Marcel_Snijders 13 apr. @NKBV de tukhut is goedgekeurd hoor. Zeker een plek om terug te komen! pic.twitter.com/UiqjRadjCZ Tracks&Trails @TracksenTrails 24 apr. Trektochten als Alpe Adria Trail vragen om een goede voorbereiding. Om de hoek beschikbaar @NKBV Ernst Arbouw @ErnstArbouw 25 mrt. Voor wie het gemist heeft: @hetklokhuis over coma met klimmer Eric Frankenmolen. Mooi liedje. http://gemi.st/NPS_1242104 @Hoogtelijn @NKBV MudSweatTrails @MudSweatTrails 27 mrt. NKBV lid van internationale Skyrunning Federation http://www.nkbv.nl/home/actueel/NKBV+lid+van +de+International+Skyrunning+Federation/8877 Outdoor Medicine @outdoormed 23 apr. Volgers @Hoogtelijn: Mountain Medicine cursusweek met @edwardbekker en @NKBV, Augustus, 2014. http://www.outdoormedicine.org René @RenneNelis 22 apr. Net wezen shoppen bij @BeverNL met gunstige korting dankzij ledenpas @NKBV #hulde
Inspir r anderen op de NKBV-Faceb kpagina Giel Swager De mooiste tijdverspilling die ik ken voor een kil weekend: de Karakoramfoto’s van B777 gezagvoerder Jon Bowles. https://www.flickr.com/photos/aliengrove/ sets/72157631337841744/ HOOGTELIJN 3-2014 |
69
tes u o r e n e i p l a p o s e t Touwleng en de gletsjer
TELLEN EN
REKENEN Hoe lang moet een touw zijn als je op de gletsjer gaat? En neem je dan enkel- of dubbeltouw? En hoe verdeel je een touw over touwgroepen van 2, 3, 4 of 5 personen? Berggids Martijn Schell geeft antwoord op deze en andere vragen over touwvoering. “Het hangt vooral af van het doel van je tocht en of je één of meer touwen wilt gebruiken.”
W
ie de bergen in gaat op alpiene routes neemt touw mee. Omdat elke kilo telt, is het belangrijk dat je goed nadenkt over hoeveel touw je
meeneemt. Wie op gletsjers komt, moet goed weten hoe je het touw over de leden van de touwgroep verdeelt zodat iedereen bij een val in een spleet snel en veilig kan
Moeilijkheidsgraden voor alpiene tochten F/L PD/WS AD/ZS D/S TD/SS ED/AS
Facile/Leicht Peu Difficile/Wenig Schwierig Assez Difficle/Ziemlich Schwierig Difficile/Schwierig Très Difficile/Sehr Schwierig Extrêmement Difficile/Äusserst Schwierig
Doorgaans geschikt voor beginners Enige ervaring nodig Voor gevorderde klimmers Voor vergevorderde klimmers Voor goed getrainde, vergevorderde klimmers Voor expert klimmers
Omdat het lastig is om de technische moeilijkheid, lengte, hoogte en objectieve gevaren in één waardering te verenigen en veel variabelen continu veranderen (sneeuw, temperatuur, je eigen conditie), moet je deze waardering als leidraad zien. Kijk voor meer informatie over de moeilijkheidswaardering op www.nkbv.nl/kenniscentrum.
70 |
worden gered. Zorg dat deze indeling goed in je hoofd zit, want eenmaal aangebonden moet alles kloppen. Zeker als een extra meter touw van levensbelang is.
Standaard 50 meter enkeltouw Voor bijna alle klassieke alpiene tochten in de moeilijkheidsgraad F/L tot D/S (zie kader) volstaat een 50 meter enkeltouw. Afhankelijk van de geplande tocht en de samenstelling van de touwgroep kun je van de standaardlengte of het soort touw afwijken. De lengte van je touw hangt voornamelijk af van de minimum lengte reservetouw die je nodig hebt om iemand met een takel uit een gletsjerspleet te halen. Ook moet je touw lang genoeg zijn om (eventueel) te kunnen abseilen. Omdat bij de meeste goed ingerichte normaalroutes en klassieke alpiene tochten de abseils en eventuele vaste zekeringspunten (haken of staven) om de 20 tot 25 meter zijn ingericht, volstaat een 50 meter lang touw. Denk bijvoorbeeld aan de normaalroute van de Grossglockner (F/L), de
HOOGTELIJN 3-2014 | TEKST EN FOTO’S MARTIJN SCHELL | ILLUSTRATIE SASKIA GOTTENBOS
Aanbevolen afstanden tussen de leden van een touwgroep op de gletsjer. Hoeveel touw heb je minimaal nodig en welke hoeveelheid resttouw houd je over?
verdelen: je kunt dan allebei geen seilrolle meer maken als een van de twee dieper dan een paar meter hangt.
Hörnligraat op de Matterhorn (AD/ZS) of de traverse van de Meije (D/S). Langere enkeltouwen zijn eigenlijk alleen handig bij het sportklimmen. Klim je een alpiene rotsroute of een mixed- of ijsroute, kies dan voor een twin/dubbeltouw dat een grotere veiligheidsmarge heeft dan een enkeltouw en langere abseils mogelijk maakt.
Spleetredding De zogenaamde seilrolle is de standaardoplossing om je maatje snel te kunnen redden als hij in een gletsjerspleet is gevallen. Dat geldt voor wandelaars, alpinisten en toerskiërs. Om een seilrolle te maken, heb je behoorlijk veel vrij touw nodig. Hoeveel precies per touwgroep, leggen we hieronder uit.
Touwgebruik in touwgroepen van 2, 3, 4 en 5 personen Hoe lang moet je touw zijn en hoe verdeel je een touw over touwgroepen van 2, 3, 4 of 5 personen? Zoals hierboven gezegd, moet het touw altijd lang genoeg zijn om nog een seilrolle te kunnen maken. In de volgende voorbeelden gaan we uit van een 50 meter lang enkeltouw en een inbindknoop die circa 0,7 tot 1 meter touw verbruikt. • Personen in een tweepersoonstouwgroep die over een gespleten gletsjer lopen, moeten op minimaal 13 meter afstand van elkaar lopen. In bepaalde situaties, bijvoorbeeld
bij een combinatie van zachte sneeuw, zwakke sneeuwbruggen en veel spleten, kun je beter nog meer (18 meter) afstand nemen. Leg in dat geval ook 3 remknopen in het midden van het touw met 2 meter tussen elke knoop. De 2 inbindknopen, de eventuele remknopen en de afstand tussen beide personen verbruiken dus 18 tot 23 meter touw. Het volledige resttouw neemt één persoon op. Met dit circa 27 meter (50 min 23 meter) lange resttouw kun je een seilrolle toepassen als het slachtoffer niet dieper hangt dan 9 meter. Een 50 meter touw volstaat dus alleen als één persoon (de achterste persoon) het gehele resttouw draagt. Als de beide personen voldoende resttouw willen hebben om een seilrolle toe te passen, dan is een 70 meter touw nodig. In dat geval krijgt ieder ongeveer 25 meter resttouw in/op zijn rugzak. Het heeft dus weinig zin om als tweemanstouwgroep met een 50 meter touw het resttouw netjes over elkaar te
• Bij een driepersoonstouwgroep houd je 10 meter afstand tussen elkaar aan. In bepaalde situaties, bijvoorbeeld bij een combinatie van zachte sneeuw, zwakke sneeuwbruggen en veel spleten, kun je beter op grotere afstand van elkaar lopen en/of nog 2 remknopen in het midden van het touw leggen. Tezamen met de drie inbindknopen heb je hiervoor al minimaal 23 tot 27 meter touw nodig. De voorste en achterste personen dragen elk minimaal 8 tot 9 meter resttouw. Als de voorste persoon in een spleet valt en de middelste persoon hem opvangt en een ankerpunt maakt, kun je met het resttouw en het touw dat naar de middelste persoon loopt een seilrolle maken. In deze situatie heb je minimaal 40 à 45 meter touw nodig. Een 50 meter touw is dus meer dan lang genoeg. • Bij een vierpersoonstouwgroep is strikt genomen een 30 meter touw voldoende. De personen lopen met 9 meter touw tussen elkaar. Tezamen met de 4 inbindknopen heb je hier circa 30 meter touw voor nodig (9+9+9+4). Gebruik je een 50 meter touw, verdeel dan het resttouw over de voorste en de achterste persoon. Valt de voorste persoon van de touwgroep in een spleet, bouw dan het ankerpunt bij de eerste redder. Het touw tussen de tweede en vierde alpinist doet dienst als takeltouw. • Bij een vijfpersoonstouwgroep heb je minimaal 40 meter touw nodig omdat de minimale afstand tussen de personen in de touwgroep 8 meter moet zijn. HOOGTELIJN 3-2014 |
71
Gelijktijdig aan het touw of uitzekeren? Is de gletsjer hard opgevroren (meestal in de ochtend) en steil dan doe je er verstandig aan om te zekeren met pickel (bij harde sneeuw) of ijsboren (bij ijs). Het gelijktijdig voortbewegen aan touw op een steile gletsjerflank kan erg gevaarlijk zijn, denk aan meesleurgevaar bij een val.
Welk touw gebruik je? Voor alle touwgroepen van 2 tot 5 personen is een 50 meter enkeltouw een prima keuze. Bij een touwgroep van 4 of 5 personen is een touw van 30, respectievelijk 40 meter voor gletsjertochten voldoende. Vergeet alleen niet dat je op sommige graten of bij noodsituaties liever wat meer abseiltouw hebt. Met een 50 meter touw zit je altijd aan de veilige kant qua lengte, tenzij specifiek bij een routebeschrijving een langer (abseil)touw wordt vermeld. Wie in een tweemanstouwgroep allebei een seilrolle wil kunnen toepassen, gebruikt een 70 meter touw. Soms is een enkele 50 meter streng van een dubbeltouw een goede keuze: • Wanneer je uitsluitend gletsjertochten maakt en er tijdens de tocht geen risico is op een val over scherpe rots. • Wanneer je als klimmer een set dubbeltouw wilt inzetten voor een moeilijke beklimming en slechts een enkele streng daarvan gebruikt voor het lopen over de gletsjer.
Let op dat je zekeringsapparaat met je (dunne) touw overweg kan. Dat is niet altijd het geval. Op bijna alle zekeringsapparaten staat aangegeven met welke touwdiameter ze overweg kunnen. Bij dunne touwen zeker je het veiligst en fijnst met handschoenen met een leren handpalm. (Pas op: handschoenen met een kunststof of kevlar handpalm geven juist minder wrijving!) Bij abseilen of zekeren kun je voor extra wrijving zorgen door je zekeringsapparaat niet met één maar met twee karabiners aan je gordel te bevestigen.
72 |
HOOGTELIJN 3-2014
Kooptips voor de alpiene starter De uiteindelijke keuze voor een touw is niet alleen afhankelijk van de samenstelling van je touwgroep maar ook van de overige dingen die je met het touw wilt doen. We geven zeven tips voor alpiene starters. • Doe je alleen gletsjertochten met een 2- of 3-persoonstouwgroep? Kies dan een 50 meter enkeltouw met dry-coating. • Doe je alleen gletsjertochten met een 4- of 5-persoonstouwgroep? Kies dan een 50 meter enkeltouw met dry-coating. • Doe je alleen eenvoudige gletsjertochten zonder rotsklimmen of graten? Een enkele streng van een dubbeltouw met dry-coating is dan een goede keuze. • Wil je één allround touw voor al je klim- en bergsportactiviteiten? Kies dan een 60 of 70 meter enkeltouw met dry-coating. • Koop altijd het touw met de beste dry- of impregnatiebehandeling. Niet alleen omdat het touw dan geen water opneemt, maar vooral omdat het dankzij de coating veel slijtvaster is. • Hoe dikker het touw, hoe slijtvaster, hoe beter hanteerbaar en hoe groter de veiligheidsmarge. • Hoe dunner het touw, hoe geringer het gewicht en het pakvolume. Wat de voor- en nadelen zijn van dunner touw, lees je in de volgende Hoogtelijn.
Meer lezen? Wil je meer weten over touwvoering en het zekeren op gletsjers en steile sneeuwhellingen, kijk dan in het Kenniscentrum op www.nkbv.nl/kenniscentrum.
KORTING BIJ BEVER V R NKBV-LEDEN Bij Bever ontvang je op vertoon van je NKBV-ledenpas 10% korting op alle artikelen uit het assortiment.* Op deze pagina vind je voorbeelden van mooie producten tegen het aantrekkelijke NKBV-ledentarief. Kijk op bever.nl voor een Bever winkel bij jou in de buurt. Activeer je korting online NKBV-leden kunnen ook online met 10% korting winkelen bij Bever. Stuur dan eerst een kopie of foto van je NKBV-ledenpas naar webservice@bever.nl. Vermeld in de mail je
naam, adres, telefoonnummer en eventueel Bever Cardnummer. Je ontvangt een bevestiging zodra de NKBV-korting aan je Bever Card is gekoppeld. Vervolgens kun je gebruikmaken van de 10% korting op bever.nl.
OCÙN WEB De unieke unisex gordel WeBee van Ocùn is een noviteit voor dit seizoen. Waar doorgaans ademend textiel het schuim in de polstering afdekt, is hier een unieke honingraatstructuur aangebracht in het EVA-schuim zelf. Dit heeft een ongekend ademend vermogen en is comfortabel dankzij de vervormbaarheid. De krachten worden uitstekend verdeeld over het gehele oppervlak en het biedt een enorme bewegingsvrijheid. De beenlussen zijn verstelbaar en aan de achterkant los te koppelen van de heupband. Vier materiaallussen bieden plek voor veel setjes, friends en nuts. De gordel is vooral geschikt voor sportklimmen en via ferrata (in combinatie met een borstgordel), maar kan ook worden ingezet bij multipitch- en alpiene beklimmingen.
€ 49,95
v r NKBV-leden
De NeoAir Reg van Therm-a-Rest is een tweeseizoenen lichtgewicht matje. Dankzij de WaveCore-technologie is het een uitzonderlijk comfortabel luchtmatras dat weinig weegt en een klein pakformaat heeft. Inclusief opbergzak. • Gewicht: 620 gram • Afmetingen: 183 x 51 x 5 centimeter • Pakformaat: 23 x 11,5 centimeter • R waarde: 1.8
normale prijs
Uit veiligheidsoverwegingen kun je klimmateriaal niet ruilen of retourneren.
normale prijs
THERM-A-REST NEOAIR REG
€ 69,95
v r NKBV-leden
€ 62,95
€ 44,95
BOREAS B TLE ER Wat je activiteit ook is, met de modulaire Bootlegger van Boreas heb je altijd de perfecte rugzak bij je, omdat de rugzak is uitgerust met het zogenaamde modulair SuperTramp-ophangsysteem. Dankzij een veelzijdig achterpaneel kun je er drie verschillende rugzakken aan hangen: de compacte Torpedo Hydration Pack, de waterdichte, volledig onderdompelbare Scrimshaw Dry Bag en de Hopper Day Pack. • Heupband: variabel instelbaar van • Reflecterende details
€ 199,95
v r
* Met uitzondering van speciale aanbiedingen. ** Zo lang de voorraad strekt.
€ 169,95 (15% korting)** HOOGTELIJN 3-2014 |
73
rsus u c e n e i p l a n e e a n gen in Zelfstandig de ber
GRENZEN VERLEGGEN Jaarlijks volgen honderden NKBV-leden een C1- of C2cursus. Ze leren de basisvaardigheden voor zelfstandige tochten en zetten hun eerste stappen in een alpiene klimcarrière. Wat betekent het in de praktijk? Gaan ze inderdaad alleen op pad of zijn er nog onzekerheden? En welke bergen lenen zich goed voor zo’n eerste tocht? We vroegen vijf NKBV-leden naar hun ervaringen.
Jeroen (34) en Audrey (35) Radix uit Amersfoort
...M kten na hun C1-cursus n tw d gse kle ersteigtocht in de Dolomieten
74 |
HOOGTELIJN 3-2014 | TEKST BRAM MUNNICHS
Foto Jeroen Radix
“Voor we een C1-cursus volgden, maakten we al lange, zelfstandige dagtochten vanaf de camping in Zwitserland of Oostenrijk. Het was voor ons een heerlijke manier om even de drukte van onze banen te vergeten. Omdat we meer wilden leren over de veiligheid in de bergen, volgden we in de zomer van 2011 een C1-cursus vanuit de Vernagthütte in het Ötztal. Vooral ook omdat we eindelijk eens die gletsjer wilden oversteken, het punt waar we tot die tijd altijd omkeerden.” Het jaar na de cursus maakten ze een tweedaagse klettersteigtocht met huttenovernachting in de Sextner Dolomieten. “De Giro del Gruppo Popera is een ronding van de Monte Popera die over natuurlijke en soms erg smalle richels loopt. De tocht bestaat uit drie lange klettersteigs – maximaal niveau C/D – met een totaal hoogteverschil van ruim 1600 meter.” Aan het einde van hun eerste dag kwamen ze bij een lawinegevaarlijke kloof uit waar de staalkabel al
Foto Bas Leijser
Milou van der Horst (22) uit Wageningen
Foto Dennis Krokké
...Beklom na h r C1-cursus de Wildspitze “Met mijn ouders maakte ik twee keer een NKBV-huttentrektocht, waarbij we een week lang door de bergen wandelden. Omdat ik alleen wandelen een beetje saai vond, ging ik tijdens de tweede trektocht met de gids boulderen rond de hutten. Hij legde me wat kaartleestechnieken uit en maakte me enthousiast om een C1-cursus te volgen.” Milou verhuisde naar Wageningen en werd daar lid van de Studenten Alpen Club Ibex. “Sindsdien klim ik regelmatig in de hal en ook buiten op de rotsen. Afgelopen zomer volgde ik via de NSAC een C1-cursus in het Ötztal, in het gebied rond de Hildesheimerhütte.” Na de cursus besloot ze met vier deel-
was verwijderd om schade tijdens de winter te voorkomen. “Hier kwamen onze vaardigheden die we leerden in de cursus goed van pas: we hadden een klimtouw bij ons en konden zo afwisselend abseilen en elkaar zekeren zodat we toch de hut bereikten. Daar was de waard druk bezig om met familie en vrienden de hut winterklaar te maken. We werden vriendelijk onthaald en na een heerlijke Italiaanse maaltijd kwam een fles zelfgestookte ‘Baileys’ op tafel en keken we een klimfilm om de net geïnstalleerde 50-inch tv te testen. Hoewel wij nauwelijks een woord Italiaans spraken en alleen de huttenwaard een beetje Engels kon, werd het met het bekende handen- en voetenwerk een uitbundige Italiaanse familieavond in de bergen.” Hadden Jeroen en Audrey voldoende vaardigheden geleerd om de tocht zelfstandig te maken? “Naast het abseilen in de kloof profiteerden we tijdens deze tocht ook van andere geoefende vaardigheden, zoals het afdalen in puinhellingen en het plannen van de tocht.” En al nieuwe plannen? “Deze zomer gaan we zeker weer klettersteigtochten maken in de Dolomieten. En we willen met de tent op onze rug rondom de Monte Rosa trekken. Nu hoeven we niet meer om te keren als we een gletsjer tegenkomen.”
nemers zelfstandig de Wildspitze te beklimmen. “We hadden goede verhalen gehoord van mensen die deze berg na hun C1-cursus hadden beklommen. Ook meer ervaren alpinisten op de camping zeiden dat we de tocht echt wel konden maken. Ons laatste stukje twijfel verdween toen we dit plan voorlegden aan de gidsen van de C1-cursus, die er ook positief over waren. Gaaf dat we de een-na-hoogste berg van Oostenrijk konden beklimmen!” Vanwege slechte weersomstandigheden moesten Milou en haar maatjes twee dagen wachten waardoor twee van de vier deelnemers afvielen. “Toen sloeg bij mij de twijfel toe: ik wilde pertinent niet met zijn tweeën gaan. Tijdens die twee dagen reisde ik met de overgebleven deelnemer samen en ben ik langzaam omgepraat en overgehaald. Hij wilde zo graag de Wildspitze beklimmen, dat hij desnoods wilde soleren. Ervaren alpinisten om ons heen raadden het ons af, maar eigenlijk hadden we de keus al gemaakt.” En dus gingen ze samen de Wildspitze op. “Het was supertof en we hebben het gered, maar ik zou het nooit meer met zijn tweeën doen. Tijdens de beklimming had ik steeds het idee dat ik nog maar zo weinig wist en kon, terwijl ik wel verantwoordelijk was voor mezelf en voor mijn klimmaatje. Als er iets met hem zou gebeuren, zou ik niet geweten hebben wat te doen. Op een bepaald punt week hij van de route af om een firnwand te beklimmen in plaats van de klettersteig te nemen. Hij trapte daar steeds ijs los dat op de andere touwgroepen in de klettersteig terechtkwam. Hij kon me niet meer verstaan en ik had geen goed zekerpunt. Gelukkig klom hij terug omdat de wand veel te steil bleek, maar ik heb me flink druk gemaakt.” Het liefst had Milou met nog iemand geklommen, iemand met meer ervaring dan zij. “Zeker voor een eerste zelfstandige tocht is dat beter. En ik heb ook geleerd dat ik een volgende keer veel duidelijker moet zijn over mijn eigen mening.” HOOGTELIJN 3-2014 |
75
Foto Tim Kalkman
Foto Ruben van Duin
Tim Kalkman (20) uit Leusden
...Beklom na drie jeugdcursu en de Wei mies in de winter Tim volgde de drie NKBV-jeugdcursussen en durft zichzelf inmiddels alpinist te noemen. Als oudste uit een gezin van vier wilde hij al op jonge leeftijd verder gaan waar ze als gezin stopten: “Vanaf de gebaande bergpaden lonkten de witte gletsjers en hoge toppen.” Tim wilde een goede basis leggen om op een verantwoorde wijze zelfstandig het hooggebergte in te gaan en door te groeien tot alpinist. “Op mijn leeftijd – ik was 15 toen ik de J1-cursus deed – waren de NKBV-jeugdcursussen een goede leerweg.” Tim deed zijn eerste zelfstandige beklimming met twee vrienden. “Ik kende Christiaan Wilson uit mijn buurt en we raakten aan de praat over de bergen. Uit zijn survivalverleden kende hij Ruben van Duin. Toen ik hen na mijn J2-cursus vertelde dat ik een vierduizender in de winter wilde beklimmen, wilden ze gelijk mee; zo heeft ons groepje zich gevormd. We zochten een tocht uit waarbij we konden overnachten in een Winterraum met veel faciliteiten en waar we over een lange graat naar de top konden klimmen, zodat we ons goed konden oriënteren. We kozen voor een overschrijding van de Weissmies (4017 meter) in het Zwitserse Saastal. We wilden vanaf de Almagellerhütte (2894 meter) via de zuidwestgraat naar de top en dan afdalen over de gletsjer naar het skigebied van Hochsaas.” Eind maart vertrokken ze vanuit Saas-Almagell (1680 meter) over goed aangegeven paden door bos, weide en blokkenterrein naar de hut. “Vanaf 2000 meter hoogte gingen de sneeuwschoenen onder en moesten we zelf de route bepalen. Het losstaande Winterraum bleek inderdaad goed toegankelijk en er was hout, kookgereedschap en er lagen zelfs dekens.” Toen ze op de topdag opstonden, vroor het 15 graden en was het bewolkt. “Het eerste stuk ging over opgevroren sneeuw naar de Zwischenbergpass (3268 meter) waar we de route in moesten stappen. Door de dikke bewolking was het lastig oriënteren en verloren we veel tijd met het vinden van het begin van de route. Ook begon het licht te
76 |
HOOGTELIJN 3-2014
sneeuwen.” Gelukkig was de rotsgraat zo goed als sneeuwvrij geblazen, waardoor het klimmen goed ging. “Wel deed de hoogte zich gelden waardoor we langzamer klommen dan gedacht. Het laatste stuk naar de top ging over een sneeuwgraat door diepe, opgeblazen poedersneeuw.” De afdaling aan de andere kant begon met een steile, verijsde helling richting Hochsaas. “Daar ging het mis: Ruben liep voorop en gleed uit. Hij maakte snel vaart, maar kon gelukkig goed remmen met zijn pickel. Hij kwam een flink stuk lager pas tot stilstand. We hebben toen een standplaats gebouwd en hem een uiteinde van het touw gebracht, zodat hij gezekerd terug naar de top kon klimmen. Toen besloten we om te keren en via dezelfde, lange route af te dalen.” “We hadden ons beter moeten oriënteren op de afdaling”, blikt Tim terug. “In de winter is het allemaal zo anders, veel moeilijker.”
Informatie Alpiene cursussen van de NKBV
De NKBV biedt verschillende alpiene cursussen aan: C1, C2 en C3 (voor de jeugd J1, J2 en J3) en een masterclass C4. • C1 is de beginnerscursus waarvoor je geen alpiene ervaring nodig hebt. • In C2 borduur je voort op C1, zodat je verantwoord in tweedegraads alpien terrein met derdegraads passages kunt klimmen. • C3 is de cursus voor (ver)gevorderden waarvoor je minimaal het uitstroomniveau van een C2-cursus moet hebben. • De masterclass C4 is voor ervaren alpinisten, voor wie gletsjers, graatjes en geröll geen probleem zijn maar die bijvoorbeeld de stap om zelfstandig steile couloirs te klimmen, te groot vinden. Leden van een studentenvereniging kunnen een C1-, C2- of C3-cursus volgen via het zomerprogramma van de NSAC, de Nederlandse Studenten Alpen Club.
Dennis Krokké (33) uit Haarlem
...Beklom na zijn C2-cursus de Aalinhorn Als bergsporter ziet Dennis zichzelf tussen de bergwandelaar en de alpinist in. “Ik ben serieus, soms wat voorzichtig maar bovenal een bourgondiër. Ik maakte voor het eerst kennis met bergwandelen tijdens mijn wereldreis in Nieuw-Zeeland. Eenmaal terug in Nederland wilde ik ook in Europa de bergen in. Ik koos vooral voor een C1-cursus om een leuke en avontuurlijke vakantie te hebben, waarbij ik op plekken zou komen waar je niet zomaar kunt komen.” Het was een nieuwe ervaring voor Dennis. “Ik was nog nooit in zo’n ruige witte wereld geweest, waar ik bergpieken zag zo ver ik kon kijken. Avontuurlijk was het ook: voor het eerst op stijgijzers, over een smalle graat met een duizelingwekkende afgrond naast me.” Door zijn geringe ervaring en vrij slechte balans vond hij het aanvankelijk lastig om zich voort te bewegen in het blokkenterrein. “Het was die week behoorlijk afzien. Daarom liep ik eerst de tiendaagse Geigenkammtour van de NKBV, over de gletsjers van het Ötztal, en ben ik drie weken gaan rondtrekken door de Himalaya voor ik me opgaf voor de C2-cursus in de Bernina. Tijdens die cursus ontmoette ik mijn huidige klimmaat Henri Horden die een vergelijkbare alpiene ervaring had als ik.
“Voorlopig blijf ik samen met Henri tochten doen onder begeleiding van een gids. We willen elk jaar een week de bergen in. Vorig jaar deden we de Domes de Miage, Mont Blanc du Tacul en de Cosmiquegraat. Dit jaar hebben we het gidsenbureau gevraagd om een tocht van vier dagen samen te stellen die daarop aansluit.”
Foto Henri Horden
Het jaar na de C2-cursus was het tijd voor Dennis en Henri om zelfstandig de bergen in te gaan. Het werd de Allalinhorn (4027 meter) in het Saastal, Wallis. “Dat is een van de makkelijkste vierduizenders in de Alpen omdat je met de kabelbaan tot bijna 3500 meter kunt komen. Omdat we totaal geen ervaring hadden met zelfstandige beklimmingen, wilden we het onszelf de eerste keer niet te moeilijk maken. Die ochtend namen we samen met zo’n honderd zomerskiërs de eerste lift omhoog. De beklimming bleek technisch niet moeilijk en fysiek ook niet zo zwaar te zijn. In twee uur liepen we steil omhoog over een gletsjer vol sneeuw. Omdat de tocht erg populair is en er al een poos geen verse sneeuw meer was gevallen, was er een duidelijk zichtbaar pad. Onderweg benoemden we de gevaren die we zagen en vroegen we elkaar hoe het ging; we hadden afgesproken dat we om zouden keren als een van ons het niet meer zag zitten. Op een deel van de route waar je moet oppassen voor vallend ijs, maakten we extra vaart. Vlak onder de top klauterden we een klein stukje over rotsen, waarna we de laatste meters over een brede graat naar het topkruis wandelden. Ondanks dat het bijzonder voelde om voor het eerst zelfstandig een beklimming in de bergen te doen, is het bij die ene zelfstandige tocht gebleven. We betwijfelen of de een de ander wel kan houden als hij in een gletsjerspleet valt. En mocht dat al zo zijn, dan is het vervolgens nog maar de vraag of het lukt om hem met een takel eruit te krijgen. Dat hebben we weliswaar tijdens de cursussen geleerd, maar ik weet niet of me dit ook lukt op het moment suprême.”
HOOGTELIJN 3-2014 |
77
Heerlijk slapen
in een bed & breakfast in Zwitserland Logeren in een alpenchalet met het mooiste uitzicht dat je kunt bedenken, of in een rustieke boerderij in een piepklein gehucht in de bergen. Wakker worden van de stilte of fluitende vogels en ontbijten met zelfgemaakte jams, kaas en vers gebakken brood. Ervaringen uitwisselen met de gastheer of -vrouw over die mooie wandelroute die je vandaag wilt lopen. Dát is overnachten in een bed & breakfastaccommodatie in Zwitserland. Een kleinschalig en authentiek adres met voldoende comfort om lichaam én geest te laten ontspannen na een dag actief te zijn geweest in de bergen. Steeds meer vakantiegangers kiezen er voor te overnachten op een van de vele bed & breakfast-adressen in Zwitserland. Het aantal b&b-bedrijven in Zwitserland is de afgelopen vijf jaar verdubbeld en het land telt inmiddels meer dan duizend adressen. Of het nu gaat om een gerenoveerde torenkamer, een voormalige kasteelhoeve of een fantastisch gelegen alpenchalet, elk adres in Zwitserland heeft zijn eigen stijl en charme.
De organisatie Bed & Breakfast Switzerland beoordeelt alle adressen volgens een bepaald sterrensysteem. Ook het ontbijt van elk adres krijgt een waardering. Gastheren en/of -vrouwen die zelfgemaakte, regionale en biologische producten bij het ontbijt serveren, scoren daarmee een hoog aantal punten.
Binnenkort naar Zwitserland? Boek eens een overnachting in een Zwitserse b&b en geniet van de bijzondere, authentieke accommodaties en de gastvrijheid van de Zwitsers!
Bed & Breakfast gids
Op de website www.bnb.ch vind je alle adressen van de Zwitserse bed & breakfast-accommodaties, mét foto, beschrijving, een opsomming van de faciliteiten en de prijzen. Liever door een gids bladeren? Dat kan ook. De viertalige B&B-gids Zwitserland editie 2014 kost €20,-. De gids is te koop in Zwitserland bij de b&b’s, de Zwitserse boekhandel en via de website van B&B Switzerland. Liever in Nederland kopen? Dat kan via reisboekhandel Pied à Terre in Amsterdam, www.piedaterre.nl Op vertoon van de gids krijg je overigens in veel b&b’s 10 tot 20% korting op de overnachtingsprijs!
B&B Godswärgjistubu in bergdorp Albinen, Wallis
B&B Le Mayen de Colombire, Crans-Montana, Wallis
In het historische deel van het bergdorp Albinen in het Wallis runnen Hannelore en Sasha Tsokhim-Bumann hun bed & breakfast Godswärgjistubu. Zij renoveerden dit traditionele huis uit 1636 tot een comfortabel bed & breakfast-adres. De kamers hebben een balkon met een prachtig uitzicht over de vallei, de bossen van Pfyn en de bergen. En je slaapt hier op Swissflex-bedden. Hannelore en Sasha serveren zelfgemaakte specialiteiten bij het ontbijt. www.bnb.ch/1743
Het leven in de bergen. Daar draait het om in het piepkleine gehucht Le Mayen de Colombire in Crans-Montana. Angela Masciulli Bernasconi is eigenaresse van de Maiensäss, een eeuwenoude boerderij gebouwd in de bergen. De hut is prachtig ingericht en het gehele jaar geopend. Slapen onder de sterrenhemel en wakker worden van de stilte. Waar kom je meer tot rust? Vanaf het terras van de hut kijk je uit over een spectaculair berglandschap. Twee personen kunnen in de Maiensäss overnachten. Verder heeft de hut een tafel, stoelen, een koffiezetmachine, een ketel, een magnetron en handdoeken. De douche en het toilet zijn beneden. www.bnb.ch/2023
B&B Corseaux, Vaud
B&B Le Lierre, Genolier, Vaud
In een hele rustige omgeving, op korte afstand van de plaats Vevey staat de bed & breakfast Corseaux van Anne-Dominique Egli. Het huis staat los van haar eigen woonhuis. Deze b&b heeft een verwarmd zwembad en een fraai aangelegde tuin met uitzicht op het meer en de bergen. De wijngaarden van Lavaux liggen in de buurt. www.bnb.ch/14
De b&b Le Lierre van Geneviève Scholl in het dorp Genolier ligt heel centraal: op ongeveer 20 minuten rijden van Genève. De villa is ruim opgezet en je overnacht hier dan ook in een royale en zeer comfortabele kamer. Le Lierre heeft bovendien een verwarmd zwembad en een grote tuin met terras. www.bnb.ch/620
Foto Marijke de Kroes
Marijke de Kroes (25) uit Eindhoven
Ook Marijke de Kroes wandelde vroeger met haar ouders in de bergen. “Dat vond ik heerlijk, maar ik wilde meer, moeilijker en hoger. Toen ik in Eindhoven ging studeren, ben ik meteen lid geworden van de Eindhovense Studenten Alpen Club ESAC. Daar ontmoette ik veel sportklimmers en alpinisten met wie ik vaak weekendjes ging klimmen in België of Duitsland.” Marijke volgde in 2011 een C1-cursus in de Silvretta en raakte verslingerd aan het alpinisme. “Na mijn C1-cursus reisde ik door naar het EBI, het ESAC Basiskamp Idee. Op deze plek in de Alpen komen klimmers van de ESAC bij elkaar om samen tochten te maken. Ik maakte zo een aantal toeren met ervaren klimmers, waaronder de normaalroutes van de Piz Morteratsch (3751 meter) en de Piz Palü (3901 meter) in de Bernina. Maar ik wilde meer; ik wilde zelfstandig verschillende soorten tochten kunnen maken. En dus volgde ik het jaar daarop een C2-cursus vanuit de Sustlihütte (2257 meter) in Zwitserland.” Na haar C2-cursus ging Marijke met een aantal ESAC’ers op pad. “We gingen een week naar het bivak l’Envers des Dorées (2983 meter) in Zwitserland. Van daaruit wilden we verschillende tochten maken, waaronder de zuidgraat van de Aiguille Purtscheller (3478 meter), een mooie granieten punt die boven het gletsjerplateau uitsteekt. Dat is een hele uitdagende tocht en het zou de eerste tour voor mij zijn die met Difficile is gewaardeerd.”
van de route was van veraf goed te zien, dus daar konden we mooi op af koersen. Die lengte was meteen de moeilijkste (5c), met ijskoude handen en op eigen protectie was dit best pittig. Daarna kregen we de slag goed te pakken en ging de samenwerking en het route zoeken soepel. Op tweederde van de route kwamen we een soort schoorsteen tegen. We dachten dat we er het beste doorheen konden klimmen, maar het werd heel krap en ik ging scheldend omhoog. De twee klimmers na ons zagen onze capriolen en klommen eenvoudig aan de buitenkant van de schoorsteen omhoog. De top beloonde ons met een prachtig uitzicht op het gebied. Daarna stonden we na drie snelle abseils weer op de gletsjer en begonnen we aan de terugtocht naar de hut.” Eindigt het hier voor Marijke? “Nee, ik vind ‘alpineren’ geweldig. Dus ik wil vooral veel tochten gaan maken. Misschien volg ik nog een C3-Wellness bij de NSAC en wie weet word ik in de toekomst wel alpien instructeur.”
Foto Jeroen Radix
“Het was goed weer; warm en weinig wind. De gletsjer was in goede conditie met weinig spleten. Het laatste stuk naar de rots was steil en daar lag veel sneeuw waar we diep in wegzakten; gelukkig was de rots wel helemaal sneeuwvrij. De eerste lengte lag in de schaduw wat het koud maakte. Zaten we op de gletsjer nog met z’n vieren aan een touw, op de rots klommen we in groepjes van twee.” Vanaf het bivak volgde een lange aanloop over de gletsjer. “We hadden ingeschat dat we ’s ochtends geen stijgijzers onder hoefden omdat de sneeuw zacht genoeg zou zijn door het warme weer. Maar al snel bleek dat we ze toch nodig hadden omdat we erg langzaam vooruit gingen. De instap
Foto Fons Pijpers
...Beklom na h r C2-cursus de zuidgr t van de Aiguie Purtscheer
Wat nu? Na de introductiecursus C1 kun je met meer ervaren mensen een alpiene tocht maken en na de vervolgcursus C2 heb je voldoende geoefend om zelfstandig op pad te gaan in alpien terrein. De gids of Nederlandse instructeur vertelt je aan het eind van je cursus wat voor jou de beste volgende stap is. Ga je voor het eerst zelfstandig op pad, begin dan eenvoudig en kies een tocht die je binnen de tijd die ervoor staat, kunt halen. Ook kun je een gids inhuren die een paar dagen met je (of jullie) op pad gaat.
HOOGTELIJN 3-2014 |
79
Twi erop Twitter voor de
^^^ gespot ^^^ gespot ^^^ gespot
n Volg @hoogtelij ie. s van de redact je wt eu ni e st laat lkom! we k oo ar tips da Uiteraard zijn
Boek
Grensverle ende wandeling Ga er maar aan staan: 2000 kilometer lopen met 125000 hoogtemeters tot aan 6000 meter hoogte. Het is bergsportend Nederland ondertussen genoegzaam bekend dat Katja Staartjes en Henk Wesselius deze wandeling maakten tussen de twee drielandenpunten van Nepal, China en India. Ga er maar aan staan: een fatsoenlijk leesbaar verslag produceren van een dergelijke monstertocht. In de bergsportliteratuur is er weinig moeilijker dan het schrijven van een boeiend verslag van een onderneming waarin weinig concreets lijkt te gebeuren. Toen ik de klus op me nam om het boek Lopen over de grens te bespreken, zag ik er ook als een berg tegenop: 467 bladzijdes lang lezen over een wandeling van paal 1 naar paal zoveel. Die weerzin tegen een dergelijk corvee verdween echter al bij bladzijde 1, en krap twee avonden later had ik het boek uit. En ik ga het nog een keer lezen. Het is Katja opnieuw gelukt om een prestatie die zij met bombastisch taalgebruik en klaroengeschal had kunnen beschrijven, aan haar lezers toont vanuit een zeer menselijk perspectief. We beleven de tocht mee van begin tot eind, met al zijn ongemakken, kleine en grote ergernissen en dito vreugdes. De twijfels en afwegingen, de ellende van ongedocumenteerd terrein en de vreugde van een eerste fatsoenlijke maaltijd na dagenlang beknibbelen op een slinkende voorraad. Maar vooral: de menselijke contacten met de Nepali, die Katja zeer aan het hart gaan. De confrontaties soms met hun armoede en de grenzen van wat zij en haar tochtgenoten hier kunnen uitrichten, maar ook het plezier dat ze heeft tijdens de talloze homestays gedurende de hele tocht. Ongeveer de helft van dit telefoonboekdikke boek bestaat uit foto’s van de tocht, vaak in spreads. Ook hier weer geen klaroengeschal, maar prachtige, ingetogen sfeertekeningen van het dagelijks leven tussen de grootste bergen van de wereld. [Frank Husslage] Lopen over de grens, Katja Staartjes Uitgave: Lecturis, Eindhoven 2014 ISBN: 978-94-6226-028-3 Prijs: ₏ 35,95
Boek
Go Simply, Train Hard, Climb Weďšż Deze wijze woorden staan in de introductie van Training for the New Alpinism, a manual for the climber as athlete. Het boek gaat vooral over de woorden Train Hard. Het is niet het eerste boek dat ingaat op fysieke training voor alpinisten: in 1999 schreef Mark Twight Extreme Alpinism, climbing light, fast & high. In het dankwoord van zijn boek noemt hij Steve House “the futureâ€?. In het boek van House schrijft Twight het voorwoord. De cirkel is rond. Het boek staat stil bij de theorie van duur- en krachttraining, bij de planning van het trainen naar een doel, voeding, hoogtefysiologie en mentale kracht. Dankzij de vele anekdotes, grafieken en afbeeldingen is de grote hoeveelheid tekst nog redelijk makkelijk leesbaar. Ten slotte staat hij stil bij de gedachte dat je om te trainen voor hoge bergen, hoge bergen moet beklimmen. Maar dan wel controleerd, planmatig en veilig. Een goed boek dat je helpt om gestructureerd aan je alpine klimconditie te werken. Ga er maar even voor zitten. [Sieto van der Heide]
film
Prachtige berg, vreselijk w r Stel je voor: een torenhoge rotspilaar van ongenaakbaar graniet. Drie messcherpe graten die uitkomen bij een loodrechte bigwall. Dat is, in een notendop, de 2931 meter hoge Ulvetanna. De Ulvetanna ligt in Dronning Maud Land in het hart van Antarctica. The Last Great Climb is het gefilmde verslag van een Britse expeditie met onder meer Leo Houlding naar de nog onbeklommen noordoostgraat van de berg. Op elke andere plaats ter wereld zou de Ulvetanna een beproeving zijn waar alleen de allerbeste klimmers zich aan wagen. Op Antarctica is het een beproeving bovenop een beproeving. In de film zie je hoe na een paar weken met voor Antarctische begrippen goede omstandigheden, het weer omslaat. Uitgerekend tijdens de toppoging. Wat volgt is een staaltje indrukwekkende klimmerij in meer dan indrukwekkende omstandigheden. Hoe kan het dat uitgerekend
Britse klimmers zich zo goed lijken te redden op brakke, steile ijswanden en bij abominabele condities? Die vraag beantwoordt Distilled, een ijsklimfilm met expeditieklimmer Andy Cave. In een woord: Schotland. Wie daar gaat wachten op lekker klimweer, komt de deur niet uit. In de film zien we Cave in minder-dan-fantastische weersomstandigheden terwijl hij in de voice-over vertelt over zijn klimcarrière. Dat verhaal is een samenvatting van zijn boek Learning To Breathe. Voor wie het boek heeft gelezen, biedt de film weinig nieuws, afgezien van fraaie shots van klimmen bij slecht weer dus. The Last Great Climb, dvd en download, 61 min. + extra’s, www.thelastgreatclimb.com. Distilled, dvd en download, 42 min. + extra’s, www.hotaches.com.
foto
Hunkering van A et Je hebt hunkeren en hunkeren. Uit een lange mail die we ontvingen van Annet Akkerman blijkt dat haar dagelijkse bestaan doordesemd is van hunkering naar de bergen. In een hele fotoserie illustreert zij hoe haar leefomgeving tot in de kleinste details verwijst naar de plek waar haar hart ligt. Letterlijk en figuurlijk ‘op het randje’ vinden wij de enorme foto die de muur van haar slaapkamer behangt. Ontwaken met je hoofd in een bergmeer: het zorgt in elk geval voor een frisse start.
80 |
Training for the New Alpinism, Steve House & Scott Johnston Uitgave: Patagonia Books, Ventura, California, USA, 2014 ISBN: 978-1-938340-23-9 Prijs: â‚Ź 27,99
HOOGTELIJN 3-2014 | ONDER DE REDACTIE VAN FRANK HUSSLAGE EN ICO KLOPPENBURG
^^^ gespot ^^^ gespot ^^^
^^^
Onder de l ez we uit onz ers van Hoogtelijn e webshop verloten ee Aosta/Gra n Paradiso n exemplaar van . Wil je o maken op h ok kans et Aosta, via boek? Meld je aan o. hoogtelij n@nkbv.nl v.v. .
radio
Boek
Aostake er
Geh rd‌
“Pap, waar gaan we deze zomer naartoe?â€? “Naar het Aostadal, lieverd, wandelen en klimmen.â€? “Alweer?â€? “Ja, er is daar zo veel moois dat we nog niet hebben gezien.â€? Zo ongeveer moet de conversatie in huize Weijdert vele malen zijn geweest. Want als iemand het Aostadal kent, is het Robert Weijdert. Hij klimt en wandelt al vijfentwintig jaar in het dal en kent er elke tocht en beklimming. In het vijfde gidsje met bergtochten rondom Aosta koos Weijdert voor tochten “met uitzicht op de Gran Paradiso.â€? Hij verzamelde tweeĂŤndertig dagtochten, zeventien beklimmingen, drie trektochten en ĂŠĂŠn via ferrata. In totaal zijn twintig van de beschreven tochten geschikt voor kinderen. Daar zit ook een driedaagse tocht bij waarvan alleen dag-1 geschikt is voor kinderen. Het gidsje heeft hetzelfde handzame formaat als de voorgaande vier delen van deze serie. In zijn bekende aanpak, met oog voor detail en buitengewoon nauwkeurig, weet Weijdert de begeleidende tekst tot het noodzakelijke te beperken. Des te meer ruimte voor kaartjes, routebeschrijvingen, tochtgegevens (zwaarte, loopduur, stijgen, dalen, wel/niet voor kinderen) en praktische informatie. En foto’s die een goede indruk geven van het gebied. De auteur, zijn familie en tochtgenoten zijn veelvuldig te zien op de foto’s. Weijdert is overal echt zelf geweest. De tochten die Robert Weijdert beschrijft, lopen van de zuidzijde van de Dent d’Herens en de Matterhorn via Valpelline, Ollomont, Aosta, Monte Emilius en het dal van Cogne naar de Gran Paradiso. Een gevarieerd en behoorlijk compact gebied. Voldoende reden om de 250 gram wegende gids mee te nemen in de rugzak. [Peter Daalder]
In het programma Kunststof op Radio 1 van 8 april in een interview met Guido van de Werve: “Ik zocht een nieuwe uitdaging en toen dacht ik: ik ga de Mount Everest beklimmen.â€? Als voorbereiding beklom Guido Aconcagua en zegt daarover: “Ik vond het zo stompzinnig!â€? Hij is nooit meer aan Everest begonnen. Zijn uitdaging vond hij door zwemmend, fietsend en hardlopend de afstand van Warschau naar Parijs af te leggen. Hij draagt een hoopje aarde bij zich, dat hij op het Franse graf van de Poolse pianist Chopin moet leggen. Helemaal niet stompzinnig natuurlijk! Meer informatie over deze kunstenaar vind je op www.roofvogel.org. Met uitzicht op de Gran Paradiso, Robert Weijdert Uitgave: Robert Weijdert, www.weijdert.nl, 2014 ISBN: 978-90-801200-0-6 Prijs: â‚Ź 19,50
film
Romantiek uit de oude d s Dit keer geen bloedstollende video maar een klassieker: Entre terre et ciel. Deze film van Pierre Tairraz uit 1961 met in de hoofdrol Gaston RĂŠbuffat is nu integraal op het internet te vinden. En dat betekent 75 minuten genieten van ouderwetse bergromantiek. Niet in HD, maar absoluut de moeite waard vanwege het gemak waarmee RĂŠbuffat zich over de rots beweegt. En die bullinknoop losjes om zijn middel gebonden, zorgt toch nog voor genoeg spanning. Entre terre et ciel, www.youtube.com/watch?v=aBluYZdNuxQ of scan de QR-code.
Boek
Alternatief n st het kli en
Trails of Finale, Marco Tomassini Uitgave: Versante Sud, 2013, www.versantesud.it ISBN: 978-88-98609-00-0 Prijs: â‚Ź 27,50
Finale Ligure is een favoriete klimbestemming voor warmteminnende Nederlandse klimmers. Een mooie voor- of najaarsbestemming voor een dag of tien. Maar wat te doen als na vijf dagen klimmen het eelt van de vingers is weggesleten op deze ruwe rotsen boven de zee? Uiteraard kun je wĂŠĂŠr een dagje aan het strand gaan liggen, de plaatselijke gelateria van klandizie voorzien of Toscane in rijden voor een cultuurshot. De klimmers van uitgeverij Versante Sud bieden een zeer aanlokkelijk vierde alternatief. In een Engelstalige gids beschrijven ze 45 wandelingen en trailrunparkoersen rondom Finale. Allemaal voorzien van een landkaartje, goede beschrijvingen en de benodigde informatie over bevoorrading, openbaar vervoer, moeilijkheidsgraad en zelfs dekking van mobiele netwerken. De volgende keer maar wat langer naar Finale. [Frank Husslage]
website
Siked over kli en Op de website van de NKBV was er al eerder over te lezen: siked.nl, de nieuwe site over boulderen en sportklimmen. Met alle nieuwtjes en video’s, maar ook leuke columns over klimmen. Zeker een site om bij je favorieten te zetten!
A s v r alpinisten Onder redactie van Peter Mienes
WeatherGeek Pro Voor regelmatige bezoekers van wetterzentrale.de of wetter3.de is de app WeatherGeek Pro een aanrader. Tientallen GFS-kaarten met voorspellingen voor de komende weken: neerslag, luchtdruk en temperatuur. Speel ze als een filmpje af of swipe door de kaarten. Voor â‚Ź 0,89 extra heb je ook toegang tot enkele kaarten van het ECMWF. Meer info: zoek in de iTunes store op weathergeek, prijs â‚Ź 2,69.
SAS Survival Guide Wie kent ze niet: survival handboekjes die wel klein zijn, maar toch te zwaar om in de rugzak mee te nemen. Deze Engelstalige app bevat de volledige tekst van het 400 pagina’s dikke boek. Mooie app met foto’s, video’s, bladwijzers, instelbare lettergrootte en een uitstekende zoekfunctie. Meer info: zoek in de iTunes store op sas survival, prijs ₏ 5,49. HOOGTELIJN 3-2014 |
81
^^^ vooruitblik ^^^ vooruitblik ^^^ vooruitblik Hoogtelijn 4-2014 verschijnt 5 september
Colofon
Hoogtelijn is het officiĂŤle tijdschrift van de Koninklijke Nederlandse Klim- en Bergsport Vereniging (NKBV). Het verschijnt vijf keer per jaar. De redactie staat open voor bijdragen van leden en derden waarbij de redactie het recht heeft, zonder opgave van redenen, de bijdragen niet te plaatsen. Het al dan niet op verzoek van de redactie aanbieden van artikelen aan Hoogtelijn impliceert toestemming voor openbaarmaking en verveelvoudiging ten behoeve van de elektronische ontsluiting van Hoogtelijn. Overname van (delen uit) artikelen is alleen toegestaan na schriftelijke toestemming van de redactie van Hoogtelijn.
DE ARDENNEN
Wandelend langs de brasseries
Redactie Peter Daalder (hoofdredacteur) Femke Welvaart (eindredacteur) Ernst Arbouw, Mirte van Dijk, Sieto van der Heide, Frank Husslage, Marieke van Kessel, Ico Kloppenburg, Anne van Leeuwen, Bram Munnichs, Florian van Olden, Ivar Schute.
Medewerkers Jody Hagenbeek, Christine Tamminga, Arnold Tang, Peter Uijt de Haag, Milka van der Valk Bouman (correctie), Saskia Gottenbos (cartografie), Toon Hezemans (cartoons).
Redactie-adres
BASISKAMP
NKBV-Bureau, t.a.v. Secretariaat Hoogtelijn, Postbus 225, 3440 AE Woerden hoogtelijn@nkbv.nl, www.hoogtelijn.nl
Hiken en raften in Lom
Advertentie-exploitatie ManagementMedia BV Postbus 1932, 1200 BX Hilversum Tel. 035-6232756, fax 035-6232401 Peter Dierdorp, Olger Kooring, Maikel van Wiggen peter.dierdorp@managementmedia.nl olger.kooring@managementmedia.nl maikel.vanwiggen@managementmedia.nl
Vormgeving
ACCE NT: DU UR ZA AM HE ID
INDIA
Een half jaar door de Himalaya
Studio ManagementMedia, Edith van de Giessen (art director), Anita Baljet
Druk Senefelder Misset, Doetinchem Oplage: 37.000 ISSN: 1387-862X
Koninklijke Nederlandse Klim- en Bergsport Vereniging Bellen 0348-409521 Bezoeken Houttuinlaan 16-A, 3447 GM Woerden Schrijven Postbus 225, 3440 AE Woerden Fax 0348-409534, info@nkbv.nl Betalen BANK: IBAN NL84RABO0161417213 BIC RABONL2U
82 |
HOOGTELIJN 3-2014
VOLTA VOLTA 9,2 9,2
Photo Š www.kalice.fr
Lightweight and high-performance, crafted for the most demanding circuits.
9.2 mm multi-standard lightweight rope. The VOLTA 9.2 is the rope for the all-around technician. Lightweight, durable, and rated for use as a single, half, or twin, it provides for exceptional performance both at the crag and in the mountains. The rope benefits from a DuraTec Dry treatment to withstand the harshest conditions and an EverFlex heat-treatment to ensure supple handling and long-lasting durability. Learn more about our full line of ropes on www.petzl.com/ropes