2 minute read

de levende ark van Noah

Next Article
Tarzan in Tanzania

Tarzan in Tanzania

Ngorongoro Crater - De levende ark van Noah

Over een pad van rode aarde rijden we de poorten van de beroemde Ngorongoro Crater Lodge binnen en stappen in een fantasiewereld met grazende buffels, walmende vuren en bizarre bouwwerken met de grandeur van Engelse landhuizen. Het idee erachter is dat de eerste kolonisten in Tanzania weliswaar leefden in simpele huisjes, maar hun interieur verfraaiden zoals ze dat in Europa gewend waren..

Advertisement

Voor de receptie grazen vijf buffels, oude mannen die de bescherming van de lodge opzoeken. Zonder hek? ‘Dit is de wildernis, mama,’ vertelt de askari, de wachter en bewaker van mijn leven me. We slapen in het romantische Treecamp. Maar zes huisjes en de lounge met het balkon boven de krater met permanent uitzicht op de wolken die elkaar achterna jagen. We zijn beland in de wereld van Gaudí in Afrika of het Masaï Versailles. Bizar gevormde huisjes, met metershoge schoorstenen en gebouwd op palen, geïnspireerd door de Westafrikaanse huizen met hoge schoorstenen, vormen het decor van een ongebreidelde droomwereld. De kamers zijn kleine amfitheaters met wisselende lichtval en uitzichten. Aan de houten balken deinen kroonluchters en een Arabische schommelbank aan een nog levende boom.

De lodges zijn een hommage aan de stijl van de Parijse opera, zware, breed uitwaaierende gordijnen, spiegels die fluwelen spreien weerkaatsen in glanzende karaffen. Het is de tot werkelijkheid gebrachte droom van de Zuidafrikaanse architecten Silvio en Lesley Rech en interieurontwerper Chris Browne. Silvio omschrijft het als een ‘Masaï-dorp met een oosterse, sprookjesachtige touch’. Drama is het sleutelwoord, kijkend naar de met grote vuren verlichte eetzalen en de art deco sculpturen. De inrichting is net zo extravagant als de krater waarmee hij verbonden is. We bevinden ons op een hoogte van tweeduizend meter, op

‘Ik schommel heen en terug op de schommelbank net als de tijd’

de rand van de krater. Vanuit de luxe en overdadig ingerichte lounge in Treecamp kijken we naar de wilde wereld beneden ons. Fijn wit stof dwarrelt op boven het meer, minikraters als puistjes in een eenzaam landschap. Zeven honderd meter lager een verborgen wereld met bossen waarin olifanten reiken naar verse blaadjes, bomen ruisen en grote groepen leeuwen jagen op schrikachtige zebra’s en wildebeesten. Waar nijlpaarden zich wentelen in de meertjes en hyena’s de vlakten afschuimen op zoek naar etensresten, achtergelaten door de andere roofdieren. De magie van Afrika op een oppervlakte van ongeveer honderdvijftig vierkante kilometer. Het achtste wereldwonder en een levende ark van Noah. Laat die middag zoek ik weer de lounge op, het is stil. Het hout in de openhaard knispert, langzaam verstomt de symfonie van vogelgeluiden. Ik schommel heen en terug op de schommelbank net als de tijd, net als de natuur die hier al zoveel miljoen jaar vecht met de elementen, verbrand wordt of zich juist koestert in de stralen van de zon. Het is heel stil. Even sluit ik de wereld buiten en gaat het alleen om mij en de pure schoonheid van de Crater. Het is de grootste perfect geïmplodeerde vulkaanschoorsteen in de wereld. De volgende ochtend ligt er een tafelkleed van wolken gedrapeerd over de kraterrand. ˙

Magisch TANZANIA

This article is from: