9 minute read

De ‘ stille ’ wijnen uit Roussillon

’ familielid: grenache gris, heel wat zeldzamer dan de grenache blanc. Hij is nochtans iets productiever dan zijn bekendere neef. Hij heeft een roze of grijze schil en geeft een kruidig fruitaroma af. Naargelang de ligging van de percelen kun je er uiteenlopende wijnen mee maken: krachtige gastronomische wijnen op de zonovergoten terrassen of frissere versies van door de zeelucht en -bries afgekoelde wijngaarden. Je kunt er ook rosé mee maken. In Spanje noemen ze hem garnacha roja (in Navarra, Catalunya, La Mancha). In de zuidelijke Rhône komt hij ook voor, dikwijls in assemblage met macabeo en grenache blanc. Sprekende cijfers: in Roussillon is de aanplant van grenache gris 932 ha tegenover 1277 ha voor grenache blanc. Ook veelzeggend is dat Michel Chapoutier uit Tain l’Hermitage in Banyuls grenache gris aanplantte op hoge percelen met de bedoeling er een frisse, minerale topwijn van te maken. Tourbat dit Malvoisie du Roussillon. Deze druif komt ook uit Catalunya, maar je vindt ze eveneens in Sardinië waar ze torbato heet. In Roussillon gebruikt men ze vooral voor Maury, Banyuls en Rivesaltes. Het is tevens de dominante witte druif voor Porto, en van een type madeira, de Malmsey, is van malvasia gemaakt. Je merkt het, een druif die uitstekend geschikt is om er zoete, versterkte wijnen mee te maken. Maar je kan er evengoed een droge wijn van maken. Muscat d’Alexandrie. Deze ietwat minder hoog aangeschreven telg van de grote muskaatfamilie is eigenlijk vooral bekend als ‘kasdruif’ met andere woorden bestemd als tafeldruif. Er zijn zo ’ n 200 types muscat druiven gerepertorieerd. Muscat d’Alexandrie is het tweede meest verbreide type muscat ter wereld. Hij zou zoals de naam verraadt uit Egypte komen en een kruising zijn van de fijne muscat à petits grains met de heptaliko. Hij is zeer resistent aan droogte. De muscat d'Alexandrie mag niet gebruikt worden voor Muscat de Beaumes de Venise en evenmin in de andere Muscats vin doux naturel uit Languedoc (Lunel, St-Jean de Minervois, Frontignan), die vereisen als cépage de muscat à petits grains. Maar in Roussillon mag hij dus wel gebruikt worden, al dan niet samen met die à petits grains. In Portugal is de muscat d’Alexandrie dé druif voor de Moscatel de Setubal (regio van Lissabon). In Spanje komt hij voor in Malaga onder de naam zibibbo. Hij staat ook aangeplant in Sicilië en op het eiland Pantelleria (onder Sicilië). Men kan in Roussillon ook droge muscat vinden, zoals in de Elzas, maar dan onder de IGP Côtes Catalanes.

‘ stille ’ wijnen uit Roussillon

Advertisement

De tijdslijn hiernaast van de toekenning van de appellaties laat zien dat we te maken hebben met een wijnregio die pas de laatste vijftig jaar in zijn huidige vorm is tot stand gekomen en preciezer afgebakend, waarbij als laatste verandering Les Aspres in de selecte groep van de AOP Côtes du Roussillon Villages met bijkomende plaatsaanduiding is opgenomen.

AOP Côtes du Roussillon

Niet minder dan 102 dorpen, allen in het departement Pyrénées-Orientales, vallen onder deze generieke appellatie, die begrensd wordt door de Corbières (N), de voet van de Pyreneeën, het Massif des Albères (W) en de zee. Het landschap is er glooiend, met hellingen en terrassen tussen de drie rivieren in. Uiteraard is op zo ’ n groot gebied de geologie zeer divers. In het noorden, aan de voet van de Corbières, vind je rode kleikalkgrond, in de Agly-vallei en de Fenouillèdes is er graniethoudend zand, gneiss en bruine en zwarte leisteen. Ten zuiden van de Têt zie je gele en rode zanderige klei. De terrassen met rolkeien vind je langs de stromen, en in de Albères heb je vooral hellingen met gneis en silicium van klei. Rode wijnen maken hier exact de helft van de productie uit, maar er is – misschien verrassend – ook zeer veel rosé (42%), en slechts 8% wit. Het zijn altijd assemblagewijnen, van minimum twee cépages, waarbij voor rood de belangrijkste ≤ 70% moet uitmaken en carignan ≤ 50%, syrah + mourvèdre ≥ 25% samen of apart). Vins rosés: idem. In wit mag de hoofddruif maximaal 80% zijn. Dominant in wit zijn grenache blanc en/of malvoisie; verder komt ook hier viognier op. In 2020 werd hier 115,000 hl geproduceerd, behoorlijk minder dan het gemiddelde van 157,000 hl van de vijf jaar ervoor. Dit hangt evenwel samen met de vermindering van de verbouwde oppervlakte: 3,900ha >< 4,473ha (gemiddelde voor 2014-19). De hoogte van de wijngaarden is sterk verschillend: van 0 m aan zee tot 650 m op de hoogste punten. Het grootste deel van de ‘ gewone ’ Roussillonwijnen komt van het deel onder de N116 en de Têt. Daarboven bevinden zich immers de ‘Villages

Een trap hoger heb je de 51 gemeenten die de Villages uitmaken, zoals al gezegd, noordelijk gelegen, tot de grens met de Aude en ten zuiden tot de Tech. In het oosten gaat dat tot het meer van Salse, in het westen tot les Fenouillèdes. In 2019 kwamen er nog 19 dorpen bij uit Les Aspres (in het zuidwesten, van de stad Thuir tot aan de zee, tussen Têt en Tech). Op de linkeroever van de Têt vind je vooral granietzand en gneiss, bruine en zwarte schist; in de vallei van de Agly klei-kalk en zuivere kalkbodems aan de voet van de Corbières, en rolkeien op de terrassen. Langs de rechteroever ook terrassen met rolkeien maar dan gemengd met gele en rode zand klei. Het maximale rendement is hier een tikkeltje lager (45hl/ha tov 48), maar de 1,482 hectare gaven in 2020 42,600hl wijn wat slechts 29hl/ha inhoudt. Er is dus een groot verschil tussen theorie en werkelijkheid. Het andere belangrijke verschil met de AOP Côtes du Roussillon is dat de appellatie Côtes du Roussillon Villages alleen geldt voor rode wijnen. Ongeveer dezelfde restricties zijn van toepassing: minimum twee druivenrassen, waarvan de belangrijkste maximaal voor 70%, carignan noir ≤ 60%, syrah + mourvèdre ≥ 30% (apart of samen).

AOP Côtes du Roussillon Villages met bijkomende plaatsaanduiding

In deze echt kleine gebiedjes rond 1 gemeente moeten we de Roussillon -pareltjes vinden. Weer een iets lager max. rendement van 42hl/ha, in de praktijk amper 28hl/ha. En hier mag de wijn maar op de markt komen na 1 jaar (vanaf 1 oktober). • Tautavel is veruit de grootste met 353 hectare goed voor 10,000hl; onder de hellingen zitten vooral kalkafzetting en kleikalk. Dit geeft krachtige rode wijnen met mooi bewaarpotentieel. • Caramany (+ Cassagnes en Bélesta) levert een kleine 7,500hl op 252 hectare. Gelegen op 250 m hoogte, met bodems van gneiss en graniet. Opmerkelijk is dat carignan hier verplicht macération carbonique ondergaat, en geen mourvèdre toegelaten is (ook zo in Lesquerde). Syrah en carignan met koolzuumaceratie geven lichte, frisse wijnen; maar evengoed vind je hier geconcentreerde, zeer kruidige (garrigue) wijnen. • Latour de France (met vier omliggende dorpen) is goed voor 130 hectare en 2,900hl; hier was het gemiddeld rendement in 2020 met 22hl/ha nóg lager. De bodem is bezaaid met keien en grijze leisteen, maar ook rode klei-kalk. Dit terroir van leisteen en garrigues geeft de wijnen een wild kantje, kruidig en mineraal. De rode bodems zorgen voor complexiteit en bewaarpotentieel. Hun AOP statuut dateert al van 1977. • Lesquerde (+ Lansac en deels Rasiguères) ligt ten noordwesten van Perpignan, met amper 58 ha. We zitten hier op een weids plateau op 320 m hoogte gemiddeld. Bodem: zand-graniet en sterk ijzerhoudend. Pittige wijnen, mineralig, grafiet in de neus, kruiden én florale hints. AOP sedert 1996. • Les Aspres tenslotte, rond Thuir, beslaat een ruim areaal van 19 gemeenten, waarvan slechts 114 ha in productie, en die liggen op terrassen vol keien, gemengd met gele en rode zanderige klei ten zuiden van de Têt. Het rendement ligt hier een stuk hoger met 31hl/ha. De 5,555 hl in 2020 geproduceerde wijnen zijn kruidig, sauvages en bewaren goed. Les Aspres was al erkend sedert 2003, maar werd uitgebreid tot zijn huidige constellatie in 2017.

Hiervoor gaan we tot het diepste Zuiden, vlakbij de Spaanse grens, aan de uiterste voet van de Pyreneeën. Het idyllische haventje ligt tussen Argelès en Banyuls, en werd wereldberoemd dankzij de schilders Derain en Matisse die hier een nieuwe stijl ontwikkelden, in 1905 ‘fauvisme ’ gedoopt. Je kunt er een wandeling maken waarbij je bordjes tegenkomt met hun werken op het punt van waarop ze geschilderd werden. De appellatie omvat naast Collioure Port-Vendres, Banyuls-sur-Mer en Cerbère. De ‘balkons ’ van leisteen, de ravijnen en soms uiterst steile hellingen geven hier een spectaculair wijnlandschap. Dat terroir, de zon en de zee leveren unieke wijnen op. De aanbevolen cépages – grenache, syrah, mourvèdre, moeten minstens 60% uitmaken, maar geen enkele hoofdcépage mag meer dan 90% van de aanplant (≠ assemblage !) uitmaken. Ik wil hier ook een lans breken voor de pr/krachtige rosés (soms met 30% grenache gris). En in wit mag men wél monocépages maken (druiven keuze genoeg: grenache blanc en gris, macabeu, malvoisie, marsanne, roussanne, vermentino). Dat levert veelal rijke, gastronomische wijnen op. Verdeling per kleur: rood 58%, rosé 22% en wit 20%, in totaliteit een kleine 13,000 hl, afkomstig van 470 hectare.

Een bedreigde wijngaard Weinig wijnlandschappen zijn in de loop der eeuwen zo door de mens naar zijn hand gezet om er druivenstokken te kunnen verbouwen. Kilometers muurtjes en boven elkaar gestapelde terrassen dooraderd met geultjes voor de regenwaterafvoer trekken een uniek lijnenspel over de soms spectaculair steile hellingen (tot >45%), uitdeinend naar de diepblauwe zee toe. Een vergelijking met de Douro en Priorato dringt zich op, ook de Cambrium leisteen terroir is quasi dezelfde. Maar dit uniek panorama heeft een keerzijde: het onderhoud ervan vraagt intensieve handenarbeid en die wordt als maar duurder. Resultaat: een aantal terrassen liggen er verwaarloosd bij en wijnbouwers zouden liever wijngaarden aanleggen die toegankelijker zijn en meer stokken per hectare tellen. Nu is amper een vierde van de AOP oppervlakten mecanisch bewerkbaar. De vraag naar versterkte zoete wijnen is bovendien dalend. Romuald Peronne (domaine Clos St-Sébastien), voorzitter van het Syndicaat van de appellatie legde ons op dramatische wijze uit hoe de wijnboeren hier keiharde keuzes moeten maken om hun wijngaarden rendabel te houden. Datzelfde Syndicaat werkt al enkele jaren aan een plan waarbij men zou opteren voor een traditioneel , goed onderhouden terrassen landschap aan de kust (ook een toeristische troef) én een heraanleg van de wijngaarden die meer in het achterland liggen. “La seule façon de réussir à conserver un tel vignoble , c ’ est d’ en avoir peu ». (Bron : RVF 611 , mei 2017)

AOP Maury sec

Weinigen weten dat er ook een droge, niet versterkte Maury bestaat. Toch goed voor zo ’ n 4,500hl op 231 hectare, met een spectaculair gemiddeld laag rendement van 19hl/ha. Leistenen hellingen, en zwarte mergel op de coteaux. Maury sec wordt gemaakt van rode druiven, voornamelijk grenache noir ( minimum 60% vd assemblage en tot 80% van de aanplant per domein), carignan, syrah en/of mourvèdre komen er meestal bij. Heel aparte wijnen, aromatisch, vol en tanninerijk.

This article is from: