Niets geleerd

Page 1

Als de verschillende overheden niet zulke domme dingen hadden gedaan, was de schade van de kredietcrisis heel wat minder groot geweest. Dat zegt prof. dr. Sweder van Wijnbergen. Niet dat hij pessimistisch is over de afloop. ‘Ik verwacht dat de aandelenbelegger de komende vier jaar een mooi rendement gaat boeken.’ Een crisisanalyse van een ervaringsdeskundige.

niets geleerd door rob stallinga fotografie friso keuris 28 S a f e

S a f e 29


h

et is vrijdag 12 okto­ ber. De beursstemming is zwaar negatief. Na black Monday, black Tuesday, black Wednesday en black Thursday is het vandaag, jawel, black Friday. De AEX is zo-even gesloten op 258 punten, 8,5 procent minder dan de dag ervoor, vijftig procent minder dan aan het begin van dit jaar. Een ernstig gevoel van onbehagen heeft zich meester gemaakt van de beursvloer en ver daarbuiten. De journaals openen al dagen met de buiteling op de beurzen en komen nog amper aan ander nieuws toe. In de aula van de Universiteit van Amsterdam komen ook vandaag rond borrel­ tijd studenten en docenten van de economiefaculteit bij elkaar om de voortrazende crisis te bespreken. Prof. dr. Sweder van Wijnbergen is niet van de partij. Hij verblijft in zijn ongezellige betonnen werk­ kamer met fraai uitzicht, dat wel. Hij heeft het razend druk. Logisch, want de erudiete Van Wijnbergen geeft graag zijn ongezouten mening en laat financiële crises nu net één van zijn specialiteiten zijn. Tijdens het Safe-interview breekt NCRVradio in.Van Wijnbergen doet live mee aan een korte discussie over het failliet van Icesave. Of het terecht is dat spaarders de hele inleg tot honderdduizend euro terugkrij­ gen? Van Wijnbergen vindt van niet. ‘Mensen die zulke risico’s nemen, mogen van mij best een tik op hun vingers krijgen. IJsland werd al een tijd geleden door The Economist omschreven als een drijvend hedgefonds. Iedereen die“Iceland” had gegoogled, had deze informatie meteen gevonden. ‘Ja, ik ben het met meneer Heemskerk van Rabobank eens dat de goede banken nu de slechte banken aan het subsidiëren zijn.’ En zo zijn er wel meer zaken die met de kredietcrisis samenhan­ gen die hem hooglijk verbazen.

30 S a f e

Hoe voelt u zich onder de huidige mondiale financiële ellende? ‘Ik voel me prima. Ik heb net mijn bedrijf verkocht en het geld op een spaarrekening van een veilige bank gezet. Dat heeft me dertig procent vermogensverlies gescheeld.’ Het is voor u een interessante tijd? ‘Natuurlijk.Voor iedere econoom is het interessant om te zien hoe een systeem, hoe overheden onder stress werken. Je ziet mensen bijzonder domme dingen doen, dat is jammer.’ Overheden en investeerders lijken elke grip kwijt te zijn. ‘Men is duidelijk verrast. Het is opvallend dat mensen niet heb­ ben geleerd van ervaringen. Dit is natuurlijk niet de eerste crisis. In de tijd dat ik voor de Wereldbank in opkomende landen werkte, kwam ik dit soort crises voortdurend tegen. Meestal waren ze nog groter. Het probleem is nu alleen dat de crisis in grote landen plaatsvindt die ook nog eens heel open zijn. Als Amerika een kleine crisis meemaakt, is dat wereldwijd van groot belang. Krijgt Polen met een veel grotere crisis te maken, dan kijkt niemand ervan op.’ Welke crises hebt u van nabij gevolgd? ‘Polen dus. In 1992 gingen alle banken failliet, omdat ze noodge­ dwongen geld hadden geleend aan lokale staatsbedrijven waarmee het slecht afliep. Die crisis is succesvol opgelost. Het land is daarna als een gek gaan groeien. Drie jaar later kwam Mexico, de tequilacrisis. Ook daar gingen alle banken failliet. Dat gebeurt in dat soort landen al snel. Vorig jaar was Kazachstan aan de beurt. Enfin, er is veel kennis over financiële crises. We weten nu wel wat je wel en wat je niet moet doen. Helaas blijken deze lessen ditmaal toch niet goed geleerd.’

Waarom is deze crisis zo uit de hand gelopen? ‘De crisis was nog beheersbaar geweest als ze in Amerika niet zo stom waren geweest. Hoe heeft een AIG al die subprime producten kunnen verzekeren, terwijl ze nog maar een paar jaar oud waren? Ze hadden geen idee van het risico. Mensen hebben zich curieus gedragen. Men heeft zichzelf enorm overschat en daardoor grote gokken gewaagd.’ Toen de crisis begon, werden de schouders opgehaald. Die subprime hypotheken vormden maar een klein deel van de Amerikaanse hypotheekmarkt, zo was de gedachte. Het zou zo’n vaart niet lopen. ‘Dat is waar. Die subprime markt werd geschat op vijfhonderd mil­ jard. Dat is twee tot drie procent van de Amerikaanse beurswaarde. Bovendien, zo’n markt gaat niet naar nul. Sommigen kunnen de hypotheek blijven betalen. De banken verdienen nog wat geld aan de verkoop van het onderpand, de huizen. Hoe heeft dat de wereld zo in vuur en vlam kunnen zetten? Dat is een goede vraag. Een aantal factoren speelt daarbij een rol. In de eerste plaats de destabiliserende structuur van de Amerikaanse hui­ zenmarkt. Als de bank het onder­ pand in handen krijgt, is daarmee de kous af. Mensen blijven nooit met schulden achter. Hoe anders is het bij ons. Als het onderpand min­ der waard is dan de lening, blijven de banken je achtervolgen totdat ze het hele bedrag terug hebben. In Amerika krijgt de bank óf het onderpand óf de lening. Als Ame­ rikanen in de problemen komen,

lopen ze dus betrekkelijk gemak­ kelijk van hun huis weg. Vervolgens heb je de complexiteit van de hypotheekproducten. Dat maakt heronderhandelen moei­ lijk. Daarvoor is de zaak te vaak doorverkocht. Bij wie moet je zijn voor je claim? Mensen weten niet waar de risico’s zitten. Het is razend ingewikkeld en ondoorzich­ tig gemaakt. Niet alleen moeilijk voor de toezichthouders, maar ook voor de banken zelf. Er was geen enkel zicht op de risico’s. Dat is een belangrijke reden dat de banken elkaar nog altijd niet vertrouwen.’

De vergelijking met de crisis van 1929 wordt gemaakt... ‘Het is afwachten. Het macroeconomische beleid is nu beter dan toen. We hebben centrale banken, we hebben een goed verankerde vrijhandel. Ik verwacht daarom geen 1929-stijl-recessie.’ In welke fase van de crisis zitten we? ‘Het is het begin van de recessie. Wat betreft de kredietcrisis weet ik het niet De overheden zullen nog stomme dingen doen.’ Stomme dingen? ‘Bij crises wordt de schade vooral veroorzaakt door slecht overheids­ ingrijpen. Dat is nu ook weer aan de hand. Het hele verhaal begon voor mij met het faillissement van Lehman. Dat had niet mogen ge­ beuren. Bear Stearns werd daarvoor wel gered, maar Lehman niet. Zo creëer je onzekerheid. Freddie en Fannie werden vervolgens gered, maar Washington Mutual mocht wel weer failliet. Er was geen peil op het beleid te trekken. Het faillissement van Lehman was ook om een andere reden bijzonder schadelijk; de bank zat stevig in de interbancaire lenin­ gen. Ook dat Paulsonfonds was geen goed idee. Het is een blanco check

‘De crisis was nog beheersbaar geweest als ze in Amerika niet zo stom waren geweest’ om rotzooi te kopen. Als dat gebeurt, ver boven de huidige marktwaarde, dan is dat een licence to gamble. En gebeurt het wel tegen marktwaarde, dan helpt het niet.’

Het grootste probleem was dat de banken vervolgens ophielden nog langer van elkaar te lenen. ‘Het viel mij op dat niemand daar specifiek beleid op voerde, behalve Engeland. Dat was het eerste land dat het goed deed. Londen zorgde voor liquiditeit – door banken te herkapitaliseren in plaats van

slechte beleggingen op te kopen – én hielp de interbancaire markt op gang door de onderlinge geld­ stromen te garanderen.’

Dit is dus niet het einde van het kapitalisme. ‘Ik ben helemaal niet zo pessimis­ tisch. We zitten in een periode van snelle financiële renovatie. In de afgelopen vijf jaar is er veel ge­ beurd. Het toezicht daarop was nog niet ontworpen. Dat liep achter, zoals altijd. Dat kan niet anders. Als die regelgeving in orde is en > S a f e 31


CV Sweder Jan Gijsbert van Wijnbergen geboren te Haarlem op 7 april 1951 woonachtig te Hilversum opleiding studies natuurkunde, econometrie; gepromoveerd in de economie verband natuurkunde en economie ‘Natuurkunde is een uitstekende opleiding in het oplossen van complexe problemen. Het helpt je om een goede econoom te worden. Een natuurkundige kijkt ook naar modellen, maar dan wel veel beter. Geen fysicus gelooft dat het model van Niels Bohr klopt, maar een hele klasse van problemen kun je er wel mee oplossen. Die manier van denken hebben economen meestal niet. Die zijn ideologischer. Zij koesteren de verkeerde hoop dat één model alle vragen oplost.’ was hoofdeconoom Wereldbank, hoogleraar macro-economie aan de UvA, secretaris-generaal EZ, hoogleraar economie én eigenaar van Infomedics bezigheden nu ‘Ik ben nu hoogleraar economie en heb verder een redelijk actieve, consultancy-carrière, nationaal: vooral mededingingszaken en inter­ nationaal: crisismanagement, olielanden, macroproblemen.’ specialismen belasting- en pensioenhervormingen, privatisering, hervormingen in de financiële sector én bankencrises

Nog beter: op mondiaal niveau. ‘Wat mij wel opvalt, is de afwezig­ heid van het IMF. Dat heeft niets anders gedaan dan vertellen dat het allemaal heel erg is. Het IMF heeft niets constructiefs gedaan.’

‘Er komt een moment dat de bodemvissers weer opduiken en dan is deze liquiditeitscrisis voorbij’

de kapitaaltekorten van de banken zijn opgelost, dan ben je er wel weer. Er is de afgelopen tijd een accelera­ tie in innovatieve financiële produc­ ten geweest. Nu moet het toezicht bijtrekken. Is de rommel opgeruimd, dan gaan we wel weer een stabiele periode krijgen. Niet elke bank zal gered kunnen worden. De gezonde banken eten de ongezonde op. Het is verstandig geweest van ING om ABN Amro niet over te nemen. Dat was een slachting geworden.Veel te veel overlap. Bovendien, de kans was groot dat ING dan het volgende doelwit van de shortsellers was geworden.’ 32 S a f e

Zijn de Nederlandse banken sterk? ‘Ja, de grote missers zijn voorgevallen bij de zakenbanken en hypotheek­ banken. Die kennen wij hier niet. Als Fortis ABN Amro niet had overgeno­ men, was er bij ons weinig gebeurd.’

Hoe doet de regering het? De reacties zijn verdeeld. Cees Maas, voormalig bestuurder van ING, noemt het optreden te laat en reactief.Van Lanschot-baas Floris Deckers heeft enkel waardering. ‘Ik sta meer aan de kant van Maas. Goed is wel dat Bos en Wellink het geld niet hebben weggeven. Wie geholpen wordt, moet het voelen. Op de lange termijn kunnen de kosten meevallen. Merkwaardig vind ik dat ze alleen gezonde banken willen helpen. Wat is een gezonde bank? Dat is een bank die geen hulp nodig heeft, dus is de hulp een lege verzameling, want er is niemand die je kunt helpen. Maar veel kan Nederland niet betekenen. Wij zijn een kleine vis in een grote zee. Al­ leen op Europees niveau kunnen de bancaire problemen woren opgelost.’

­ Hoe berichten de media over deze financiële crisis? Niet te negatief? ‘De verslaggeving is redelijk goed eigenlijk. Beter dan een premier Balkenende die met een vrome grijns beweert dat er niets aan de hand is. Als er echt een probleem is, kun je het beste openheid van zaken geven. Dat is les één van crisis­ management. Dat is ook de fout geweest van Fortis. Of van Aegon, want waarom kunnen we niet achterhalen wat de Amerikaanse exposure van deze levensverzeke­ raar is. Gooi het open! Anders denken mensen alleen maar dat het erger is dan wordt gezegd.’

En volgens u meneer Bernanke ook niet. Hoe kan dat? Hij geldt als de specialist van de crisis van 1929. ‘Hij is een macro-econoom met een grote staat van dienst. Echt een topeconoom. Maar in dit geval heb je iemand nodig die minder macro denkt. Een bankier als Paulson (ex-Goldman, nu Amerikaans minister van Financiën, RS) hoef je niets te vertellen over de werking van de financiële wereld. Wel is hij met het verkeerde plan gekomen. Dat hele plan bestaat uit het geven van cadeautjes aan zijn ex-collega’s. Voor de structuur van de economie en de stabiliteit van het financiële systeem op de lange termijn is het niet goed. Ga maar gokken, de over­ heid neemt het verlies wel. Het gaat wel om astronomische bedragen.’

Laten we optimistich zijn: deze crisis is een keer voorbij. Wat hebben we dan geleerd? ‘Hoe belangrijk het is om goed voor­ bereid te zijn. Ik was stomverbaasd dat die centrale bankiers en minis­ ters van Financiën geen scenario’s hadden klaarliggen. Men was er niet op voorbereid. Men probeert het nu al doende te leren. Dat is wat Cees Maas bedoelt. Er is geen heldere lijn. Omdat zij tastend in het donker op zoek zijn naar de uitgang, zijn ze zelf een bron van onzekerheid geworden.’ Nu draagt u een andere pet, die van vermogensbeheerder. Wat adviseert u de particulier in belangrijke kwesties als beleggen en wonen? ‘Met beleggen hangt veel af van de horizon. Is de particulier iemand die tussen nu en een jaar geen grote verliezen kan accepteren, laat hij zijn geld dan op een spaarrekening zetten en liever niet bij Icesave. Maar natuurlijk gaat die beurs weer een keer terugkomen. Heb je een lange horizon, dan zijn aandelen niet verkeerd. Ik reken erop dat de aandelenbelegger de komende vier jaar een mooi rendement gaat boeken. Huisje kopen? Ik zie geen grote crash à la Amerika. Hier gaan mensen niet zomaar het huis uit om van de schuld af te komen. Hier zijn ook geen mensen met lage inkomens aan een hypotheek geholpen. Daar hebben we woningcorporaties voor. Dat starters problemen hebben, komt door de hypotheekrenteaftrek en die andere fiscale subsidies aan huizeneigenaren.’ Hoe zijn al die aandelenbeleggers die dit jaar massale verliezen lijden te troosten? ‘Geduld hebben.’

U gelooft ook in dat stil blijven zitten tijdens die scheerbeurt? ‘Je wordt zeker niet rijk door duur te kopen en goedkoop te verkopen. Wie nu in aandelen zit, moet vooral blijven zitten. Er komt een moment dat de bodemvissers weer opduiken en dan is deze liquiditeitscrisis voor­ bij. De interbancaire handel komt wel weer op gang. Met die recessie krijgen we zeker te maken, maar die zit in de koersen verwerkt.’

De beurzen zijn te ver naar beneden doorgeschoten? ‘Tijdens een liquiditeitscrisis schiet alles te ver door. De definitie van een liquidi­ teitscrisis is dan ook dat de waarde van assets niet bepaald wordt door de toekomstige inkomstenstroom, maar door de hoeveelheid aanwezig geld. Er is nu geen geld. Alles – alle activa – is daarom ondergewaardeerd. Zodra de verzekeringsbedrijven, pensioen­ fondsen en andere cashrijke spelers weer opduiken, is de bodem bereikt.’ Persoonlijk vind ik kredietcrisis geen bijster mooie naam. Hoe zou u deze crisis noemen? ‘Kredietcrisis klinkt inderdaad iet­ wat saai. Ik zou zeggen: de Paulson­ crisis. Paulson is niet de aanstichter van de crisis, maar hij heeft er wel voor gezorgd dat het een wereldwijd probleem is geworden.’ U zo aanhorende heb ik het gevoel gekregen dat u best weer eens secretaris-generaal zou willen zijn om directe invloed op het regeringsbeleid te kunnen uitoefenen. ‘Ik denk dat de baan van minister van Financiën leuker is dan die van secretaris-generaal.’ < S a f e 33


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.