finance interview Tekst Frank van Lonkhuyzen Fotografie Maurits Giesen
Tekst Rob Stallinga Fotografie Maurits Giesen
Hemel bestormer Hij was de eerste Nederlander die de ruimte in ging. Nu, 24 jaar later, zet Wubbo Ockels zijn kennis en ervaring in om de wereld schoner te maken. ‘Ik begreep, kijkend vanuit de ruimte, dat we voor de oase die de aarde is, verrekte goed moeten zorgen.’
10 safe
safe
interview finance
finance interview Wubbo Ockels is een man met een missie. Hij wil de aarde redden, beginnend met Nederland. Techniek moet het doen. Aan de TU Delft bekleedt hij daarom de leerstoel Asset. De afkorting staat voor Aerospace for sustainable engeneering and technology. De leerstoel beoogt de kennis en vaardigheden uit de lucht- en ruimtevaarttechnologie te gebruiken voor duurzame ontwikkeling. Ockels (62) stroomt over van ideeën. Zo is hij bezig met de ontwikkeling van een revolutionaire bus die de mensen snel (tot 250 kilometer per uur!) en schoon door het land rijdt. En een reusachtige vlieger die op grote hoogtes energie genereert. En ligt het aan de ex-astronaut dan telt Nederland straks niet één maar twee Afsluitdijken, belegd met een muur van zonnepanelen. Fantastisch? Misschien, maar inspirerend is het zeker. Bovendien, dat het anders kan, zal Ockels de wereld volgend jaar laten zien. Dan verruilt hij samen met zijn vrouw hun huis voor een verblijf op een hypermodern jacht, de Ecolution. De boot voorziet helemaal in zijn eigen energie. De lig plaatsen zijn al gereserveerd.
In 1985 ging u als eerste Nederlander de ruimte in. Het lijkt me iets om buitengewoon trots op te zijn. ‘Dat ben ik ook. Bij mijn terugkomst werd ik overweldigd door de enorme belangstelling die er voor mij was. Aanvankelijk was die bewondering wel fijn, maar al snel ontdekte ik ook de keerzijde. Dat het heel vervelend is voor jezelf en voor je familie om opeens bekend te zijn. Je bent publiek eigendom geworden. Zo ging ik bijvoorbeeld kort na mijn terugkeer met mijn dochter op een vijver in Maastricht het ijs op. De volgende dag stonden we samen op de voorpagina van de krant. Dat vond mijn dochter helemaal niet leuk. Behalve trots voel ik vooral een enorme verantwoordelijkheid. Ik heb de kans gekregen om de ruimte in te gaan en dat verhaal moet ik vertellen. Ik wil deze ervaring met mensen delen.’
Is zo’n unieke ervaring te delen? ‘Niet helemaal, maar gelukkig ben ik een redelijk goede verteller. Gemakkelijker is het om te vertellen wat mijn gedachten over de wereld zijn. Waar het met onze aarde naartoe moet.’
Wat heeft de toekomst van onze wereld te maken met uw ruimtereis? ‘Alles. Ik kreeg een enorme schok toen ik de aarde zag. Ik besefte dat op die bol, waar ik door dat raampje naar keek, alles is wat belangrijk voor me is. En dat daarbuiten, waar ik op dat moment was, een temperatuur heerst van twee honderd graden onder nul. Dat daar geen zuurstof is en de leegte regeert. Het verschil tussen beide werelden is maar twintig kilometer atmosfeer. Ik begreep dat we voor de oase die de aarde is, verrekte goed moeten zorgen. Vanuit de ruimte oogt ze enorm kwetsbaar. Ze hangt in een lege ruimte die vijandig is. De bescherming van de aarde is flinterdun. Ik was me bewust van het unieke samenspel van de aarde met haar omgeving, waardoor precies de goede condities zijn ontstaan om de mens te laten leven. Het is wel heel stom om dit kwetsbare evenwicht te verstoren.’ 12 safe
Een paar maanden later explodeerde het toestel waarmee u omhoog was gegaan. Dat moet een heftige ervaring voor u zijn geweest. ‘Ja, dat was verschrikkelijk. Het was de volgende vlucht van de Challenger. Ik werkte toen in Keulen en woonde in Maastricht. Het gebeurde toen ik naar huis reed. Ik wist van niets. Thuisgekomen stond de pers, massaal toegestroomd, voor mijn deur. Allemaal sombere gezichten. Mijn eerste vraag was: wie? Ik dacht meteen dat er iets met een van de kinderen was gebeurd. Ik kreeg in die tijd veel dreigbrieven. Toen ik hoorde van de Challenger, werd ik somber. Het deed pijn. De commandant was mijn kamergenoot geweest. Daarna werd ik heel boos. Die rot NASA! Ze wisten toch al langer van het probleem. Later heb ik toch weer bewondering voor NASA gekregen; hoe gedegen het onderzoek was en dat er koppen zijn gerold.’
U bent hoogleraar duurzame techniek. Wat kan de lucht- en ruimtevaarttechnologie voor een duurzame wereld betekenen? ‘Veel. Neem deze faculteit. Hier is veel expertise op het gebied van lichtgewicht materialen. Daarmee kun je vervoer energiezuiniger maken. Verder heeft deze faculteit veel kennis van aerodynamica. Minder luchtweerstand is ook goed voor duurzame mobiliteit.’ Het verhaal was altijd dat de ruimtevaarttechnologie de mens niet veel meer had gegeven dan de anti-aanbaklaag. ‘Bij ruimtevaartvindingen denk ik eerder aan zonnepanelen en computers.’
Wat moet er, even simpel gezegd, gebeuren om de wereld gezond te maken? ‘De wereld is wat groot, laten we eerst Nederland maar redden. Dat lijkt me helemaal niet zo moeilijk. Ik heb onlangs geopperd dat Nederland in 2050 schoon moet zijn. Het lijkt me het effectiefst wanneer in eerste instantie vrouwen dit van onze regering eisen. Ladies first. Hoezo vrouwen? Vrouwen zijn van nature meer van de langetermijnverantwoordelijkheid en vergeet niet, de huidige problematiek is in de laatste zeventig jaar ontstaan en alle beslissingen zijn door mannen genomen. Het zijn niet de vrouwen die voor de troep hebben gezorgd. Het belangrijkste is dat we met z’n allen willen dat er iets gebeurt. Is dat het geval, dan gebeurt het gewoon. Het is helemaal niet moeilijk om Nederland schoon te krijgen.’
Niet moeilijk? ‘Nee. Van de fossiele brandstoffen die we verstoken, wordt een derde gebruikt voor warmte. Dat is niet nodig. Wij weten inmiddels wel hoe we energieneutrale huizen moeten bouwen. In de zomer ontvangen wij van de zon meer warmte dan
we in de winter nodig hebben om onze huizen op temperatuur te brengen. Sla die warmte op. Probleem één is opgelost. Probleem twee: eenderde van de opgewekte energie is voor onze stroomvoorziening. Al die stroom hoeft helemaal niet uit centrales te komen. Met zonnepanelen en windenergie kun je een heel eind komen. Als je de helft van de Nederlandse daken met zonnepanelen belegt, wek je evenveel energie op als alle centrales bij elkaar. Ik geef toe, dat is geen continue stroom. Er is een opslagprobleem. Voor de komende twintig jaar zijn we daarom nog aangewezen op kleine flexibele gascentrales die kunnen worden ingezet als dat nodig is.’
Dan blijft er nog eenderde over? ‘Klopt, de helft daarvan wordt nu verbruikt door auto’s en ander transport. Die maak je elektrisch. Dat is veel efficiënter en je hebt geen uitstoot meer. Ten slotte is er nog energie nodig voor industriële productie, eenzesde van het totaal. Dat probleem kun je deels ondervangen door meer en beter te recyclen. Conclusie: Nederland is makkelijk schoon te krijgen.’
Waarom wordt er dan zo’n probleem van gemaakt? ‘Omdat veel partijen er geen belang bij hebben om de dingen anders te doen. Innovatie is niet in het belang van partijen als Gasunie en Shell, die in alle relevante commissies zitting hebben. Verder is er nog een ander probleem in Nederland en dat is de partijpolitiek. Men probeert elkaar voortdurend de loef af te steken. Er wordt heen en weer gekibbeld zonder dat er
voor een gezamenlijke aanpak wordt gekozen. Obama probeert nu in Amerika de partijpolitiek te overstijgen. Als hij alle neuzen dezelfde richting uit krijgt, zou dat geweldig zijn. Dan is een tweede Apolloproject, maar dan op duurzaam gebied, mogelijk.’
Hoezeer is onze wereld nu in gevaar? ‘Het gaat slecht met de aarde. In de hele periode dat de mensheid de aarde nu bewoont, lag het kooldioxidegehalte tussen de 180 en 280. De laatste vijftig jaar hebben we het broeikasgas omhoog gejakkerd naar een niveau van 380, twee keer zo hoog als het gemiddelde. Dat kan niet goed gaan. Er moet wat gebeuren en snel. Daarom ben ik zo teleurgesteld over het mismanagement van onze overheid. Waarom loopt de Nederlandse regering zo te kwakkelen met alternatieve energie, terwijl onze oosterburen laten zien hoe het moet? Waarom kopiëren wij dat beleid niet? Een fout die onze regering maakt, is de wil om de hele tijd te sturen. Dat is niet goed.’
Sturing lijkt me precies wat er moet gebeuren. Ik ben in gespannen afwachting van een groot energie-Marshallplan. ‘Voor een presentatie was ik op zoek naar de grootste innovator van Nederland. Ik kwam uit bij rozenkweker Piet Tulp. Deze man heeft nog nooit om wat voor subsidie ook gevraagd. Ik vroeg hem wat er nodig is om innovatief te zijn. >
safe 13
14 safe
safe 15
interview finance
finance interview Hij dacht een weekend na en kwam bij me terug met drie regels. Dat zijn de regels van Piet Tulp. Hier komen ze: Regel 1: Het moet urgent zijn. Dat is geen probleem. De regering heeft energie hoog op de agenda staan. Regel 2: Kweek diversiviteit. Kijk met een open mind. Zorg ervoor dat alle mogelijke combinaties een kans krijgen. Met deze regel gaat het al fout. Elke sturing is verkeerd. Regel 3: Selecteer op basis van expertise en doelstelling. Die keuze kan pijnlijk zijn, want je moet dingen laten vallen waarvoor je moeite hebt gedaan. Helaas, dingen laten vallen kunnen onze regeringen ook al niet. De regels van Piet Tulp bootsen in wezen het Darwinistische proces na. Kunnen wij het toepassen? Ja, dat kan. Gebeurt het ook? Nee.’
Concreet: wat moet de regering doen om de gewenste innovatie van de grond te krijgen? ‘Veel subsidiegeld gaat nu naar bestaande belangen. Het nettoresultaat ervan is miniem. Mijn oplossing: geef tien procent van het subisidegeld aan de jeugd, tussen de 18 en 28. Neem die mensen serieus. Nodig ze uit projectvoorstellen in te leveren bij de verschillende hoogleraren en docenten in Nederland. Ongetwijfeld zullen de meeste plannen niets opleveren. Maar het kost weinig geld en je stimuleert wel de diversiteit. Selectie? Loof enorme prijzen uit. Dit is volkomen risicoloos. Je betaalt alleen als een probleem is getackeld. Nu blijft er veel hangen in het proces van geld uitgeven. Is er een dikke prijs beschikbaar dan zullen er genoeg bedrijven opstaan om te investeren. Ook kan ik me voorstellen dat we op een andere manier competitie inbouwen, bijvoorbeeld zoals in de sport gangbaar is. Waarom organiseren we niet een Olymische Spelen voor Duurzame Ontwikkeling. Wat is het beste zonnepaneel? De beste windmolen? Iedereen mag meedoen.’
Zelf hebt u al tal van prachtige ideeën gelanceerd, misschien wel de Olympische Duurzaamheidspelen waardig. De Superbus, die met 250 kilometer per uur over de snelwegen raast. Vliegers die tot twaalf kilometer hoog energie genereren. Een tweede Afsluitdijk met zonnepanelen. Hoe realistisch zijn uw plannen? ‘Ze kunnen zonder meer werkelijkheid worden. Of het gebeurt, weet ik niet. Ik werk er zo hard aan als ik kan. Ik hoop dat grote partijen mee willen doen. Met de Superbus is er al zo’n grote partij. Voor de molenladder is er belangstelling. De stad Rotterdam heeft één miljoen beschikbaar gesteld om iets soortgelijks op een schip te installeren.’
Het zeilschip maakt zijn comeback? ‘Nee, niet helemaal, want er is geen mast. Het zeilen met een vlieger heeft enorme voordelen. Het is veel gemakkelijker te realiseren. Je hebt geen kiel nodig, je gaat niet schuin, het ‘zeil’ is terug te brengen tot een klein pakketje. Een van mijn afstudeerders is met het idee bezig. Hij is een klein bedrijf begonnen: Airplay.’
aan. Het lijkt me beter om twee euro uit te geven en er drie te verdienen. Dus: maak een tweede dijk. Dat biedt veel mogelijkheden om aan duurzame ontwikkeling doen. Je zou bijvoorbeeld aan de zijkant van die dijk zonnecellen kunnen neerleggen. Die leveren evenveel energie op als er dagelijks auto’s – gemiddeld achttienduizend stuks – overheen rijden. Zo’n wall of solar is bovendien helemaal niet zo duur. Een beetje geluidsscherm kost het dubbele. Maar ja, wat is dan het tegenargument? Je kunt geen zonneschermen langs de snelweg leggen, want die worden meteen gejat. Een heel negatieve gedachte! Ik maak me daar totaal geen zorgen om.’
Probleem is nu dat we midden in een hevige econo mische crisis verkeren. Dat lijkt me niet gunstig voor het duurzaamheidsstreven. ‘Ja en nee. Bestaande belangen worden danig door elkaar geschud waardoor er meer ruimte komt om iets nieuws te doen. Negatief is dat het klimaatprobleem naar de achtergrond verdwijnt. Niet het broeikaseffect, maar de financiële crisis is nu het grote probleem. Bij Obama zie ik wel het positieve overheersen. Hij zet vol in op duurzaamheid en dat zal de redding van Amerika zijn. De VS lopen binnenkort weer voorop. De markt voor duurzame ontwikkeling is enorm. ’
Om dicht bij huis te blijven. Wat is uw eigen bijdrage aan een betere wereld? ‘Ik had vier auto’s en heb er nu geen een meer. Dat komt ook omdat ik nu in Amsterdam woon. Ik reis veel met de trein. Ga ik met de auto, dan met Greenwheels. Waarom zou iedereen een auto moeten hebben? Je moet zelf zorgen voor onderhoud, verzekering, parkeerplaats, et cetera. Dat is toch ouderwets.’ Ik heb begrepen dat u binnenkort met uw vrouw op een zeilschip gaat wonen. Waar gaat de reis naartoe? ‘Het is niet binnenkort. Pas over een jaar zal de Ecolution klaar zijn. De boot hoort bij mijn missie. Ik wil aantonen dat je een zeilboot kunt bouwen die helemaal in zijn eigen energie voorziet. Bestemming? Ik heb een ligplaats in Delft om hier college te geven. Ik heb verder ligplaatsen in Groningen, Leeuwarden, Middelburg, Leer. Het is wel de bedoeling om steeds verdere tochten te maken. Ik heb de gekke droom of noem het nachtmerrie dat ik als een van de eerste over de Noordpool zal zeilen.’
Over ijs! Dat lijkt me knap lastig met een zeilboot, hoe modern en ecologisch verantwoord deze ook is.
Hoe zit het met dat plan voor de Afsluitdijk?
‘Binnen nu en tien jaar zal de Noordpool ’s zomers ijsvrij zijn. Je moet dan wel snel zeilen, want anders vries je ergens vast.’
‘De Afsluitdijk moet op de schop. Verhoging is noodzakelijk. Dat kost een miljard euro en daar verdienen we verder niets
Behouden vaart! ■
16 safe
‘ Waarom loopt de Nederlandse regering zo te kwakkelen met alternatieve energie, terwijl onze oosterburen laten zien hoe het moet?’
safe 17