de
2013
nr. 2
Liedvriend
Irene Maessen
afscheid als voorzitter RAA
Johannes Brahms Dag Dag van het Lied 2014
Aafke Komter-Kuipers Friese liederen
Brahms en Tieck
Die schöne Magelone
besprekingen
partituren en cd’s
ste
50ste INTERNATIONAAL VOCALISTEN CONCOURS 4 – 14 september 2014 Theater aan de Parade ’s-Hertogenbosch
Lied Duo Opera | Oratorium
Tenor Peter Gijsbertsen | Margie Weideman Prijs voor het Lied | 49ste IVC 2012
Mezzosopraan Maria Fiselier | Recital Prijs Vrienden van het Lied | 49ste IVC 2012
Voorrronden 50ste IVC 23 & 24 november 2013 Conservatorium van Amsterdam 28 & 29 juni 2014 De Toonzaal ’s-Hertogenbosch
www.ivc.nu hoofdsponsor
Beste Vrienden! Waar in ‘t bronsgroen eikenhout ‘t nachtegaaltje zingt … Ik was in de gelukkige omstandigheid om begin oktober wat meer in het mooie Limburg te zijn. De samenwerking met het Festival Vocallis bood de mogelijkheid om een nieuwe start te maken met de afdeling Limburg. Als er ergens gezongen wordt, dan is het in het Limburgse land. Kosten noch moeite zijn gespaard met het samenstellen van het festivalprogramma en als Vrienden van het Lied waren wij aanwezig met een concert in de Kopermolen te Vaals. In dit nummer aandacht voor ons jaarlijkse topevenement in de Doelen in Rotterdam. De Dag van het Lied staat in het teken van Johannes Brahms. Wat een geluk om eens die heerlijke duetten en kwartetten te horen. Een uitgelezen kans om met onze solisten een interessant programma samen te stellen. Ook kijk ik uit naar het programma dat het Haags Conservatorium ons gaat brengen. Ik vind het een genot ook de jeugd, de toekomst, aan het werk te zien. Ik ben er trots op hieraan te mogen meewerken. Over ‘t malse korenveld ‘t lied des leeuweriks klinkt … Laten we hopen dat ook de liederen van onze solisten weer regelmatig in Limburg zullen klinken.
Aat Klompenhouwer bestuursvoorzitter
in dit nummer… Nieuws Johannes Brahms Dag
3 6
Irene Maessen, afscheid als voorzitter van de RAA
12
Aafke Komter-Kuipers Friese liederen
14
Brahms en Tieck: Die schöne Magelone
18 Ongehoord 23 Nieuwe noten op mijn zang 26
de Liedvriend is een uitgave van de vereniging Vrienden van het Lied jaargang 52 nr. 2, oktober 2013 ISSN 1384-0215 oplage: 2500 ex. www.vvhl.nl foto omslag: Irene Maessen foto: Marco Borggreve, 2012 Irene Maessen was de afgelopen vier jaar voorzitter van de Raad van Advies voor Artistieke Zaken van de Vrienden van het Lied. Zie pagina 8 e.v.
de Liedvriend
Lid worden? Uit liefde voor de liedkunst en om de negentiende-eeuwse traditie van huisconcerten nieuw leven in te blazen, werd in 1961 de vereniging Vrienden van het Lied opgericht. De leden zijn verspreid over 23 regionale afdelingen en streven naar verbreiding van de liedkunst. Jaarlijks biedt de vereniging ongeveer 70 liederenrecitals aan in grotere woonhuizen of kleinere podia. Niet alleen gerenommeerde liedkunstenaars treden op, maar ook veelbelovende, beginnende talenten krijgen de kans podiumervaring op te doen en een repertoire op te bouwen.
2
Elk jaar organiseert de vereniging bovendien cursussen voor gevorderde amateurzangers onder leiding van ervaren beroepsmusici.
Contributie Voor 2014 bedraagt de contributie € 50 per persoon of € 85 per twee personen (1 adres). Vrienden tot en met 27 jaar betalen € 15 (stuur kopie ID mee). Het lidmaatschap is voor een jaar en wordt zonder opzegging ieder jaar verlengd. Opzeggen kan schriftelijk, minstens een maand voor het verstrijken van het lidmaatschapsjaar, dus uiterlijk per 1 december.
✁ Ja, ik word lid! naam
________________________ naam medelid _________________________________
adres
________________________________________________________________________
postcode ________________________ woonplaats
_________________________________
________________________________________________________________________
tel.nr.
________________________________________________________________________
regio waarvan ik lid wil zijn _______________________________________________________ Ik geef me/ons op als lid van de vereniging Vrienden van het Lied en machtig de vereniging om de contributie af te schrijven van mijn bankrekening. Aan het einde van ieder kalenderjaar wordt de contributie afgeschreven voor het volgende contributiejaar. bankrekeningnummer datum
〔 〕〔 〕〔 〕〔 〕〔 〕〔 〕〔 〕〔 〕〔 〕〔 〕
_______________ handtekening __________________________
Verstuur deze aanmelding en u krijgt verdere informatie thuisgestuurd. Vrienden van het Lied - Ledenadministratie, t.a.v. mw. A.M.E. van Otterloo Wim Sonneveldlaan 203, 3584 ZS Utrecht. Of meld je aan via www.vvhl.nl
2013, nr. 2
Nieuws van het bestuur
Vacature in het bestuur In de zomervakantie heeft Marielle van Aggelen, bestuurslid sinds 2011, besloten te stoppen met haar activiteiten voor de Vrienden van het Lied. Zij heeft zich vooral ingezet voor de ledenwerving. Het bestuur is nu op zoek naar een opvolg(st)er, die deze taak op zich wil nemen. Hebt u belangstelling, neem dan contact op met Dinant Krouwel, secretaris, of Aat Klompenhouwer, voorzitter. Hun gegevens staan achterin de Liedvriend en op www.vvhl.nl.
rondom de Zweedse componist Wilhelm Stenhammar. In brieven, aantekeningen, recensies en uiteraard in muziek, wordt een beeld geschetst van het leven en werk van Stenhammar en het muziekleven in Zweden rond 1900.
3
Digitale Nieuwsbrief Minimaal vier keer per jaar wordt er een digitale Nieuwsbrief gestuurd. Hierin staan vaak aanbiedingen voor liedrecitals op de grote concertpodia. Met uw lidmaatschap van de Vrienden van het Lied kunt u korting krijgen op de toegangskaarten. Hebt u deze Nieuwsbrieven niet ontvangen, dan kan het zijn dat uw mailadres niet bekend is of verkeerd in de ledenadministratie staat. U kunt uw mailadres doorgeven aan Annemarie van Otterloo via amevanotterloo@cs.com . Samenwerking Stichting Recital In Koog aan de Zaan organiseert de Stichting Recital al jarenlang liedrecitals, waar ook regelmatig solisten van de Vrienden van het Lied optreden. De concerten vinden plaats in de historische schuilkerk van de Doopsgezinden met de mooie naam: Kooger Vermaning. Een samenwerking met de Vrienden van het Lied lag voor de hand en heeft geresulteerd in een bijzondere coproductie op zondag 26 januari. Karolina Hartman en Florian Just treden dan op met aan de piano Maurice Lammerts van Bueren en als verteller Aat Klompenhouwer. Zij brengen een programma
De liedrecitals in de Kooger Vermaning zijn op zondagavond, beginnen om 20.00 uur en zijn gratis toegankelijk. Er is wel een collecte na afloop. Over de serie recitals in de Kooger Vermaning kunt u meer lezen op www.stichtingrecital.nl. Op onze site www.vvhl.nl vindt u meer informatie over dit speciale concert. Algemene Ledenvergadering 2014 Op zaterdag 24 mei vindt de jaarvergadering 2014 plaats, zoals gebruikelijk in de Witte Huisjes te Bunnik. De vergadering is van elf tot ĂŠĂŠn uur. Daarna volgt een gezamenlijke lunch.
de Liedvriend
In memoriam Op woensdag 4 september is de pianiste Ariane Karres overleden. Na haar studie aan de conservatoria in Den Haag en Amsterdam heeft zij zich vooral toegelegd op kamermuziek. Zij heeft talloze liedzangers begeleid, van Bernard Kruysen tot Hanneke de Wit. Ze was regelmatig te horen op de podia van de Vrienden van het Lied en was jarenlang begeleidster bij de amateurcursussen voor de zangers, die geen eigen pianist hadden meegenomen. Met haar echtgenoot, de hoboïst Maarten Karres, heeft zij cd’s opgenomen met muziek van Nederlandse componisten en van Julius Röntgen in het bijzonder. In de Liedvriend 2008, nr.1 heeft ze een interessant artikel geschreven over de liederen van Cornélie van Oosterzee. Ariane Karres droeg de Nederlandse liedkunst en de Vrienden van het Lied een warm hart toe. Ze is 63 jaar geworden.
4
Bladmuziek en muziekliteratuur
KLASSIEK POPULAIR ANTIQUARISCH
•
Minrebroederstraat 24 3512 GT Utrecht 030 -234 36 73 www.broekmans.com
•
Op zondag 28 april is de zangeres Grietje Oudenampsen overleden. Het grootste deel van haar leven hield ze praktijk als logopediste en zangpedagoge in haar huis in Utrecht. Ze gaf les aan zangers van klassieke en lichte muziek, aan koordirigenten en heeft amateurs en professionals van ernstige stemproblemen kunnen afhelpen. In haar concertpraktijk legde ze zich toe op bijzonder repertoire en nam met Thom Bollen een plaat op gewijd aan Russische en Skandinavische muziek. Met Dinant Krouwel heeft ze een cd opgenomen met liederen van Yrjö Kilpinen. In de Liedvriend 1997, nr.3 heeft ze een artikel geschreven met tips voor een goede voorbereiding op het zingen in de Russische taal. In de koorwereld is ze bekend door haar boekje Stemvorming voor Amateurkoorzangers, dat diverse malen herdrukt is. Grietje Oudenampsen is 89 jaar geworden.
2013, nr. 2
5
Internationale belangstelling voor de Liedvriend Leden van Vrienden van het Lied waren aanwezig op de Schubertiade in Schwarzenberg, Oostenrijk. Zo ook onze voorzitter. Tijdens het festival liet hij via een berichtje op Facebook het volgende weten: “Vanmiddag (3 september) een goed gesprek gehad met Angelika Kirchschlager. Het ziet er positief uit, voor wat een mogelijke samenwerking met de Vrienden van het Lied betreft. Ik gaf haar regelmatig de Liedvriend en haar vraag was of ze zich kon abonneren op het blad. Ondanks dat het Nederlands een probleem is. Een groot compliment voor de redactie van het blad.� Ook Charles Mol was aanwezig. Hij schreef voor de Vrienden van het Lied een verslag over de masterclass met Thomas Quasthoff. Zie www.vvhl.nl (nieuwsbrief oktober 2013).
2013, nr. 2
Johannes Brahms Dag in Rotterdam
Na het grote succes van de Hugo Wolf dag op 16 februari organiseert de Vrienden van het Lied in samenwerking met de Doelen weer een Dag van het Lied op 10 mei 2014. Centraal staat het rijke liedoeuvre van Johannes Brahms, een liedcomponist in hart en nieren. 7 Van 10 uur ‘s ochtends tot 10 uur ‘s avonds kunt u volop genieten van romantische muziek en geweldige musici. Voorafgaand aan deze dag vindt er nog een masterclass plaats gewijd aan de liederen van Brahms. Dagprogramma zaterdag 10 mei Tijdens de inloop vanaf 10.00 uur brengen studenten van het Koninklijk Conservatorium in de foyer Brahms-liederen ten gehore. In de Jurriaansezaal start om 11 uur een presentatieconcert door deelnemers aan de masterclass. Na de lunchpauze zal Elly Ameling met medewerking van Aat Klompenhouwer verschillende interpretaties bespreken van liederen van Brahms aan de hand van cdopnames door beroemde zangers. Wie wil, kan daarna meedoen aan het Meezingconcert: een unieke kans om een half uur lang met enthousiaste liefhebbers de Brahms-liederen zelf te ervaren. Als alternatief wordt er een lezing aangeboden in een naastliggende zaal. Het programma sluit overdag af met een recital van half 4 tot half 5 door solisten van de Vrienden van het Lied met duetten en kwartetten van Brahms.
Brahms: Die schöne Magelone Het avondprogramma start om 19.00 uur met studentenzang in de foyer. Om half 8 is er een inleiding op het recital, dat om 20.15 uur plaatsvindt in de Jurriaansezaal. Michael Volle (bariton) en Helmut Deutsch (piano) brengen de indrukwekkende cyclus Die schöne Magelone van Brahms met als verteller Thomas Quasthoff. Voor een goed begrip van deze bijzondere liefdesgeschiedenis zal Quasthoff de teksten van Tieck met elkaar verbinden. In deze Liedvriend hebben Jan Willem Nelleke en Frans Huijts een informatief artikel geschreven over deze prachtige cyclus. Praktische informatie Eind januari zal de kaartverkoop voor de Johannes Brahms Dag starten. Op de site en via nieuwsbrieven wordt hierover aan het begin van 2014 nadere informatie verstrekt. Precieze gegevens van de Brahmsmasterclass worden ook via deze kanalen bekend gemaakt. Hou in ieder geval zaterdag 10 mei gereserveerd, want het belooft weer een bijzonder evenement te worden.
de Liedvriend
8
Irene Maessen
2013, nr. 2
Geen gedoe om niks! Theo Oppewal
In april van dit jaar nam Irene Maessen afscheid van de Raad van Advies voor Artistieke zaken (RAA). Zij deed dit na twee perioden van twee jaar te hebben vol gemaakt als voorzitter van deze raad van de vereniging. Een interview over omgaan met gevoeligheden en over het handhaven van kwaliteit.
“Een van de belangrijkste activiteiten van de RAA is de jaarlijkse auditie voor de solistenlijst van de vereniging. De voorzitter van de RAA haalt de jury bij elkaar. In die jury mogen drie leden vanuit de RAA zitting nemen; de RAA-voorzitter zit meestal de beraadslagingen voor. De RAA houdt hierbij een vinger aan de pols. Evenals bij jubilea. We bezien dan welke solisten welke werken kunnen uit-
voeren en de RAA denkt intensief mee over wat er verder op zo’n jubileum gebeurt.” “De RAA bestaat niet voor niks. Het is goed dat de RAA er is, omdat het heel veel gedoe en spanningen oplost met ervaringsdeskundigen vanuit de RAA. Het bestuur van de vereniging bestaat niet altijd uit professionele musici en daarom is het handig dat deze zo’n
9
de Liedvriend
adviesraad heeft die de zaken vakinhoudelijk paraat heeft. Het huidige bestuur bestaat uit gouden mensen met een enorme inzet. Het contact met de vakmensen geeft het bestuur het vertrouwen dat het inhoudelijk in orde is, waardoor zij gewoon door kunnen met hun organisatie. Het bestuur moet dus het vertrouwen hebben dat de RAA bepaalde dingen oplost die zij niet kunnen oplossen.”
10
Nederlands lied “Als een duo bij de auditie door is, dan krijgt dit na een paar maanden het eerste recital bij de vereniging. Er wordt gevraagd om het programma eerst naar de Raad van Advies voor Artistieke zaken te sturen. We geven dan soms het advies om een programma aan te passen. Als bijvoorbeeld een programma te zwaar is. Dit gebeurt wel eens wanneer de solist alle muziek even mooi vindt, dat allemaal achter elkaar zet en zo wil uitvoeren. Tegenwoordig echter, hebben de meeste solisten die we aannemen al veel ervaring in het maken van een goed programma. Ook als er op de nieuwe programma’s geen Nederlands werk staat, dan suggereren we om dat wel erin op te nemen. Soms volgen ze dat advies op, maar heel vaak hebben ze uit zichzelf het Nederlandse lied al op hun programma staan. Bij de audities is Nederlands werk namelijk verplicht. Soms krijgen ze daardoor de smaak te pakken en voelen ze zich uitgedaagd om dat Nederlandse repertoire verder uit te breiden. Ze weten dat we dat graag willen. Ik vind dat hartstikke goed.” Goede sfeer scheppen “Je moet als voorzitter het positieve uit iedereen binnen de RAA weten te gebruiken. Stuk voor stuk hebben al deze mensen iets te zeggen en hebben ze ergens verstand van. Dat moet je op de juiste manier eruit krijgen zodat de vereniging er wat aan heeft. Je moet daar de juiste sfeer voor creëren zodat iedereen ook die moeite doet. Solisten zijn vaak heel erg met hun eigen muziekpraktijk bezig, het geven van concerten.
Ik begrijp dat natuurlijk heel goed, want daar komen ze ook voor bij de Vrienden. Binnen de RAA hield ik me als voorzitter bezig met: Hoe krijg je alles van de grond en wijzen de neuzen allemaal dezelfde kant op? Dat er vooral geen gedoe komt om niks, want dat is zo gebeurd. Wat ik zie is dat mensen heel gevoelig zijn voor hoe ze worden aangesproken. Je moet de mensen op hun gemak stellen en dan functioneren ze op hun best. Binnen de RAA geeft iedereen zijn tijd en zijn expertise eraan en dat moet je graag willen doen. Als voorzitter moet je in die welwillendheid investeren. Dat is niet iets wat ik berekenend doe, maar dat voel je gewoon aan: het werkt alleen maar wanneer de sfeer goed is!” Goed communiceren “Als voorzitter van de RAA sta je tussen de vereniging en de artistieke club van praktijkmensen. Voor de RAA proberen we altijd mensen te nemen die midden in de praktijk staan of hebben gestaan. De RAA doet de artistieke kant en de organisatie samen met het bestuur. Voor de RAA vind ik het voor de langere termijn goed dat het deels blijft bestaan uit mensen die nog in de praktijk staan van het geven van liedrecitals, en deels uit mensen die er in hebben gestaan. De leden moeten vakmensen zijn van de vloer, ervaringsdeskundigen, want dan heb je de drive en de liefde voor het vak. Dat is ook wat die leden van de RAA bindt en waardoor zij zich twee jaar aan deze raad willen verbinden. Bij de Vrienden van het Lied zijn heel veel vrijwilligers met hart en ziel bezig. Als je dan iets niet helemaal goed aandraagt of niet goed verwoord op de mail zet, dan kan dat grote gevolgen hebben voor de sfeer. Net zo belangrijk is dat de leden van de RAA het leuk vinden om in die raad te zitten, want iedereen doet het immers als vrijwilliger. Op zijn minst moet je er dan voor zorgen dat iedereen die moeite voor de vereniging wil doen, zich daar ook prettig onder voelt en zich gehoord weet. De RAA komt twee keer per jaar bijeen en tussendoor is er e-mail-
2013, nr. 2
contact wanneer er zich iets voordoet. Als voorzitter delegeer je veel, maar ik doe ook wel eens ‘effe snel’ iets zelf, dan weet je dat het alvast maar is gebeurd.” Kwaliteitsbewaking “Het verloop van solisten bij de vereniging gaat meestal vanzelf. Op de solistenlijst staan telkens minder mensen die nauwelijks meer optreden. De clausule van 5 jaar is in het leven geroepen. Dat houdt in dat, als een solist vijf jaar niet heeft opgetreden voor de vereniging, er contact opgenomen wordt om te horen of deze nog wil, anders gaan ze van de solistenlijst. Het komt hiermee nooit meer voor dat mensen tien jaar lang op de solistenlijst staan zonder een recital te heb-
moet worden ingestuurd. We willen daarmee voorkomen dat de auditieronde vol zit met kandidaten die sowieso niet in aanmerking zouden komen. Die plaatsen kunnen we beter geven aan goede kandidaten van de conservatoria. Ik hoop dus dat de komende auditie vol zit met goede solisten. Een andere nieuw ingestelde regel houdt in dat een solist die de Vrienden van het Liedprijs wint tijdens het IVC én in Nederland woonachtig is, meteen wordt toegelaten tot de solistenlijst van de vereniging. De winnaar van de VvhL-prijs tijdens het IVC wordt namelijk al bepaald door een jury waarin de RAA zitting heeft. De solist wordt dan nogmaals bezocht tijdens een van de gewonnen
“Je hebt wel te maken met veel persoonlijkheden. Het is een manoeuvreren daartussen.” ben gedaan. Soms geven de solisten aan dat een drukke internationale carrière de huiskamerconcerten in de weg staat, maar soms wordt er ook gevraagd of we weer voor een concert kunnen zorgen zodat diegene weer aan de gang kan. Dat is dan weer leuk, want dan gaan ze zich ook weer verdiepen in een mooi liedprogramma. Een goede regeling; zo kan de vereniging nooit stoffig worden.” “Vorig jaar heeft de RAA samen met het bestuur nieuwe regels ingesteld voor de audities. Er kwamen namelijk vaak kandidaten die eigenlijk niet goed genoeg waren, terwijl er op de wachtlijst goede solisten stonden die bijvoorbeeld aan het Internationaal Vocalisten Concours (IVC) hadden meegedaan. Misschien waren die anders wel aangenomen. De nieuwe regels houden onder andere een leeftijdsgrens in van 40 jaar. De vereniging is er niet voor om op je vijftigste nog eens je carrière te verleggen. Men mag ook niet vaker dan tweemaal auditeren. Een andere eis is dat er bij de inschrijving ook geluidsmateriaal
recitals voor de vereniging en hoeft dan geen auditie meer te doen.” RAA in de regio “Wanneer een regionale afdeling met een nieuwe concertlocatie komt, dan wordt vanuit de RAA altijd gevraagd wat voor vleugel er staat. In de RAA zitten twee pianisten en zo nodig kan een van hen het instrument gaan bekijken en de lokatie beoordelen. We hebben sinds dit seizoen een tevredenheidsformulier voor de zaal en de solist ingesteld om te meten hoe de zaal, het publiek, de ontvangst, de vleugel en uitvoerenden worden bevonden. Met die bevindingen wil je als voorzitter oplossingsgericht omgaan zonder iemand tegen de schenen te schoppen. Zo kunnen ook de afdelingen in de regio hun open aanmerking met de RAA communiceren.” Prikkelen … “Toen ik op het conservatorium zat, ging ik geregeld naar concerten. Als student kan je tegen een gereduceerd tarief een kaartje
11
M25 80921714 Opmk 127x190mm_001
08.10.2013 12:00:34
Pdf_Mark
Drie recitals door internationaal geroemde vocalisten in de concertzaal van Musis Sacrum in Arnhem
woensdag 20 november, 20.15 uur
THOMAS OLIEMANS BARITON DMITRI ALEXEEV PIANO LIEDEREN VAN BRAHMS, MAHLER, MEDTNER EN RACHMANINOV Entree: € 33,-, CJP € 23,-
Thomas Oliemans
vrijdag 7 februari, 20.15 uur
IAN BOSTRIDGE TENOR ELIZABETH KENNY LUIT JOHN DOWLAND SONGS Entree: € 38,-, CJP € 28,-
Ian Bostridge
woensdag 26 februari, 20.15 uur
VROUWEN LIEFDE EN LEVEN HELENA RASKER MEZZOSOPRAAN HANS EIJSACKERS PIANO LIEDEREN VAN DEBUSSY, SATIE, SCHUMANN EN WAGEMANS Entree: € 28,-, CJP € 18,Helena Rasker
Bestel nu kaarten voor deze concerten op www.mssa.nl
2013, nr. 2
bemachtigen. Als je studeert, ga naar concerten, of je het mooi vindt of niet! Oordeel er daarna pas over! En niet alleen via YouTube. Ik pleit er altijd voor om er een avond voor te nemen om tot een oordeel te komen. Als docent kun je je leerlingen daarin opvoeden. De zangers moet je blijven prikkelen om bijvoorbeeld een heel specifieke cyclus op het programma te zetten. De Vrienden van het Lied kan daartoe ook cursussen aanbieden aan hun solisten.” … en laten prikkelen “Het recitalwerk is het moeilijkste dat er is. Veel moeilijker dan opera of oratorium. Fysiek en mentaal is het zwaar, bij opera heb je één rol te spelen en tijdens een recital zing je wel 25 rollen op één avond, elk lied heeft zijn eigen personage. Dat moet je oefenen en blijven doen. Ik kom uit die praktijk en al halverwege mijn opleiding aan het conservatorium werd ik aangenomen bij de Vrienden van het Lied. In het begin met halve recitals met Ruud van der Meer en Rudolf Jansen in het naprogramma. Ik houd heel erg van het Franse repertoire, laat mij maar Ravel, Debussy of Poulenc zingen. Dat past heel erg bij me, ook in fysieke zin. Het is een bepaalde flexibiliteit in mijn stem en geest die me dicht bij de muziek doet staan. Daarnaast is het belangrijk om ook repertoire te studeren dat minder voor de hand ligt. Dat biedt weer nieuwe uitzichten. Zoals voor mij het Duitse repertoire, daar moet ik harder voor werken, meer over nadenken. Als je dat in de vingers of ‘in je stem’ hebt, dan heb je ook weer iets bereikt. Ik pleit ervoor de hele tijd te zoeken naar dingen die niet vanzelfsprekend zijn, om te kijken of je weer een nieuwe deur kunt openen. Je raakt als zanger dus ook nooit uitgestudeerd. Nooit.” Verrijking “De Vrienden van het Lied moet in beweging blijven en meegaan met de tijd. Daarom is het belangrijk dat in de RAA mensen zitten die in de praktijk staan en zich nu in de muziekwereld begeven. Daardoor houd je
voeling met wat er onder de mensen leeft, wat ze op de concerten willen, wat de jonge zangers willen en wat zij weer leren kunnen van de ervaren zangers. Ook binnen de commissies zou je kunnen denken aan verjonging. Maarten Koningsberger neemt het stokje voor de komende twee jaren over. Tijdens de afgelopen ALV is hij als opvolger bevestigd. Maarten moet het helemaal op zijn manier doen en gewoon de diverse geluiden verzamelen wanneer de RAA wordt benaderd door het bestuur, de regionale afdeling of de solisten. De RAA is aanspreekpunt van waaruit oplossingen moeten komen. Vier jaar geleden wist ik helemaal niet waaraan ik begon. Je hebt te maken met veel persoonlijkheden. Het is manoeuvreren daartussen zodat iedereen het naar zijn zin heeft. Problemen van leden moet je elegant zien op te lossen. Je moet met iedereen om kunnen gaan. Het voorzitten heb ik met veel plezier gedaan. Ik ben er goed in geraakt. Het heeft mij veel gebracht, ook aan persoonlijke contacten. Het verrijkt je als persoon.”
Irene Maessen (sopraan) is een veelgevraagd kamermuziekzangeres. Met haar programma’s brengt zij vaak Frans repertoire ten gehore en legt zij zich dikwijls toe op de hedendaagse muziek. Zij doceert klassieke zang aan de muziektheaterafdeling van het conservatorium van ArtEZ in Arnhem. In 1986 is Irene Maessen toegetreden tot de solistenlijst van de Vrienden van het Lied. Zondag 17 november verzorgt zij om 15.00 uur een recital met pianist Rudolf Jansen aan het Noordeinde 37 in Den Haag. De RAA bestaat uit: Maarten Koningsberger, Maria Acda, Hans Eijsackers, Meinard Kraak en Reinild Mees.
13
de Liedvriend
14
2013, nr. 2
Schatten van eigen bodem: Friese liederen van Aafke Komter-Kuipers Jurjen Vis
Aafke Komter-Kuipers (1876-1943) was een buitengewoon begaafde pianiste, klaveciniste, componiste en musicologe. Zij heeft als liedcomponiste pas haar stiel gevonden toen duidelijk was dat zij nog maar kort te leven had. Wat dat betreft was zij als een bloem in de woestijn: ze beleefde een uitbundige bloei op de grens van leven en dood. Twee jaar geleden verscheen bij de Fryske Akademy een uitgebreid boek over haar, geschreven door de historicus, musicus en musicoloog Jurjen Vis.
Oorspronkelijk was Aafke een klavierleeuwin. In 1900 had ze haar toonkunstdiploma Klavieronderwijs behaald. Haar carrière als pianiste ging op 14 mei 1902 van start met de uitvoering van de Burleske voor piano en orkest (1886) van Richard Strauss, een berucht moeilijk virtuozenstuk dat voor die tijd amper was uitgevoerd en ook nadien zelden meer op de lessenaars zou verschijnen, tot
op de dag van vandaag. Aafke maakte haar opwachting met het stuk bij het Utrechtsch Stedelijk Orkest onder leiding van Wouter Hutschenruyter. Het optreden was naar tevredenheid, maar de soliste nam onmiddellijk erna afscheid van het podium om zich te wijden aan haar huwelijk en het moederschap. Een verzoek in begin 1903 om het stuk nog eens te spelen maar nu onder Strauss’ leiding
15
de Liedvriend
moest ze afslaan; ze was drie maanden zwanger. Haar tweede en derde kind werden geboren in 1905 en 1907.
16
Het 17e-eeuwse Nederlandse lied Na jaren van huiselijke muziekbeoefening en compositie (vooral verjaardagsliederen) kwam er weer ruimte toen de kinderen hun eigen weg gingen. Aafke ging in 1926 in Laren opnieuw in de muziek, maar alles was anders. Hoewel zij thuis altijd piano was blijven spelen - het romantische en impressionistische repertoire - ging zij zich nu toeleggen op het begeleiden van zangers in 17e-eeuwse Nederlandse liedkunst. Ten opzichte van haar oude pianorepertoire was dat een enorme versobering, maar het was ook min of meer gedicteerd door het gegeven dat ze het virtuozenrepertoire niet meer aankon. Haar vingers waren eenvoudig te stijf geworden. Bijna niemand keek in die dagen om naar oude Nederlandse muziek. Aafke speelde bovendien op oude piano’s en kopieën van klavecimbels en dat was al helemaal uitzonderlijk. Niet voor niets noemde men haar ook wel de Wanda Landowska van het Gooi (1928). Haar zangers waren niet de minsten: Saar Kloos-van Alphen (vanaf 1930) en Laurens Bogtman (vanaf 1936), om de bekendsten te noemen. En ook haar podia mochten er zijn: het Muiderslot en het Haags Gemeentemuseum. Zij was de eerste die de Pathodia Sacra et Profana (1647) van Constantijn Huygens begeleidde en een uitgave voor zang en piano verzorgde van vijf liederen uit deze verzameling (1936). Ook van tien liederen uit de Friesche Rymlerye (1668) van Gysbert Japix kwam het tot een uitgave (1939). Volgens kenners had zij de zanger Japix aan Friesland teruggegeven. Haar arbeid komt in beide gevallen neer op het smaakvol uitwerken van de baspartijen van de oorspronkelijke 17e-eeuwse in druk verschenen liederen: in haar harmonisaties en kleine contrapuntische toevoegingen probeerde zij de melodie zo veel mogelijk recht te doen. Aafke is stijlzuiver en dringt zich nergens als bewerker met spitsvondigheden op. Dat zij de oude liederenschat waarvoor men tot dan toe niet veel had gegeven voor
een deel toegankelijk maakte, heeft men haar in dank afgenomen. Tegelijkertijd deed zij onderzoek in bibliotheken in binnen- en buitenland, hield zij voordrachten en schreef zij Nederlands eerste provinciale muziekgeschiedenis Muzyk yn Fryslân oant 1800 (1935) en een musicologische inleiding op de eerste volledige uitgave sinds 1626 van de liederen uit Valerius‘ Nederlandtsche Gedenck-clanck (1942). Friese liederen Met het slechter worden van haar gezondheid - in het bijzonder haar hartkwaal speelde op - was Aafke meer en meer aan huis gebonden. Na 1939 heeft ze Laren vrijwel niet meer verlaten. De correspondenties met verschillende Friezen bloeiden echter op: vooral met Jelle Brouwer en Fedde Schurer. De laatste had zij al in 1934 leren kennen; ze vond in hem haar dichter en verklankte van hem vijf gedichten. In 1940 en in 1941, terwijl de inkwartiering van Duitse soldaten overlast gaf en ze kampte met algehele lichaamszwakte, heeft Aafke zich gestort op de liedcompositie. Sommige liederen waren de vrucht van slechts enkele dagen werk. In november en december 1940 zagen het licht Maaienacht (Meinacht) en Bitrouwen (Vertrouwen) op teksten van Schurer, een half jaar later Kastanjes en Doe ‘t ik dy seach (Toen ik jou zag) op gedichten van Jelle Hendriks Brouwer respectievelijk Ype Poortinga. In april en oktober 1941 kwamen gereed Kamperfoelje (Kamperfoelie) en Langstme (Verlangen) wederom op teksten van Schurer. Vooral op het laatste lied had ze lang moeten broeden; ze wilde het niet als folkssankje zetten maar als konsertlied. Ook moest het geen coupletlied worden, maar een doorgecomponeerd lied. Daarmee gaf de componiste duidelijk aan dat ze in haar liederen vaak de toets van het volkslied probeerde te treffen - bovendien in coupletvorm - en een doorgecomponeerd concertlied bij haar een uitzondering was. Het liedoeuvre van Aafke Komter-Kuipers is overzichtelijk. Afgezien van de familieliederen uit de jaren tien, enkele gelegenheidsliederen en een paar canons uit later jaren
2013, nr. 2
zijn haar kunstliederen precies op de vingers van twee handen te tellen. Zo er materiaal verloren is gegaan dan was dat uit de jaren 1925-1935. Komter-Kuipers’ liederen dateren alle uit de periode 1939-1941, alle hebben de natuur en de liefde tot onderwerp, vrijwel alle zijn Andante; verschillende liederen worden begeleid met slechts akkoorden, sommige bijna choraliter, als kerkliederen, andere ademen de eenvoud van kinderliederen. De vorm van de liederen is hecht: A-B-A of A-A-B-A en slechts een enkeling A-B-C-D. De begeleiding, ook van de meer pittige en beweeglijke liederen, is steeds ten volle dienstbaar aan de melodie en nooit virtuoos. De componiste noemde zelf in een brief aan Schurer Maaienacht en Langstme het beste wat ze had gemaakt. Het is navoelbaar waarom ze zo trots was op juist deze liederen. Vooral in Langstme - nota bene haar laatste lied - komt de begeleiding los van de zang. Ze is niet louter akkoordisch maar gaat haar eigen weg, waar nodig. Het harmonische parcours is interessant, er zijn volop melodische tegenbewegingen en de illustratie van de meer lichte delen van de tekst door filigrain van zestiende noten is avontuurlijk. Aan het slot werkt in de zangstem de stijgende lijn in majeur - na eerst dezelfde lijn in mineur - bijzonder sterk. In Langstme heeft KomterKuipers laten zien dat ze kon componeren en geen grenzen kende. Nu mag natuurlijk niet de suggestie worden gewekt dat doorgecomponeerde liederen interessanter of zelfs beter zijn dan coupletliederen. Dat mag blijken uit het innige coupletlied Kamperfoelje waarin juist de herhaling indringend is en onmiddellijk ontroert. De eigen plaats van Aafke Komter-Kuipers In april 1941 had de componiste aan Fedde Schurer geschreven dat ze al te goed begreep dat jonge componisten andere muziek moesten schrijven dan de 19e-eeuwse. Dat gold blijkbaar niet voor haar; juist die maand was ze 65 jaar geworden en in hart en ziel verknocht aan de 19e eeuw en vroeger tijden. Komter-Kuipers’ liederen zijn geschreven in het idioom van de minst ambitieuze, meer volkse liederen (Im
Volkston) van Mendelssohn, Schumann en Peter Cornelius. Enige invloed van Richard Strauss, met wiens oeuvre ze toch meer dan gewoon vertrouwd moet zijn geweest, is afwezig. Vrijwel geen enkel akkoord verraadt dat Komter-Kuipers’ liederen dateren van na 1900 of zelfs van na 1850. Sterker, sommige hebben het karakter van traditionals, en dat genre is in de Nederlandse liedkunst betrekkelijk zeldzaam. De Engelse alt Kathleen Ferrier zou in de jaren veertig en vijftig furore maken met bewerkingen uit de 19e eeuw van Britse folksongs en in die vorm gaan deze liederen nog altijd en vermoedelijk nog generaties mee, niet alleen als toegift maar ook als serieus onderdeel van recitals. De liederen van Komter-Kuipers vertonen hiermee sterke verwantschap. Door hun Friese teksten zullen ze nooit een wijd bereik hebben. Het zij zo, maar parels zijn het. Anderzijds, Nederlandse zangers op zoek naar niet alledaags repertoire van eigen bodem hoeven echt niet op zoek te gaan in archieven van de huidige en voormalige overzeese gebiedsdelen. Bij Komter-Kuipers kunnen ze veel van hun gading vinden. De liederen van Aafke Komter-Kuipers zullen zangers én pianisten blijven aanspreken: beter dan welke componist ook wist zij wat zingen en pianospelen was.
Jurjen Vis: Een Friezin vol muziek. Aafke KomterKuipers (1876-1943) - Musica Frisica nr. 5. (Leeuwarden, 2011). De bijgesloten partituren bevatten Komter-Kuipers’ bewerkingen van de liederen van Huygens en Japix en van haar eigen composities. Van alle Friese liederen is in een bijlage een Nederlandse vertaling opgenomen. Achterin het boek bevindt zich een cd waarop de sopraan Wanda Peters de liederen van haar overgrootmoeder zingt. Jurjen Vis begeleidt aan de piano. De uitgave is voorzien van een harde kaft, bevat veel illustraties en beslaat 151 pagina’s. Verkrijgbaar bij de vakhandel voor € 29,50. Zie ook: www.jurjenvis.nl Het schilderij op pagina 14 is gemaakt in 1900 door Douwe Komter, de man van Aafke Komter-Kuipers.
17
de Liedvriend
Brahms en Tieck: Die schöne Magelone Jan Willem Nelleke en Frans Huijts
In samenwerking met de Vrienden van het Lied wijdt de Doelen op zaterdag 10 mei een gehele dag aan de liedkunst, waarbij dit keer Johannes Brahms centraal staat. Slotstuk van deze Johannes Brahms Dag is het recital ‘s avonds door de bariton Michael Volle en de pianist Helmut Deutsch. Zij voeren de Mageloneliederen van Brahms uit met als verteller Thomas Quasthoff. Het Vrienden van het Lied-duo Huijts en Nelleke hebben deze cyclus ook op hun programma staan. In onderstaand artikel geven zij achtergrondinformatie en hun visie op dit bijzondere werk. 18
Historie Het woord magal betekent schuilhut of bergplaats in het Fenicisch (volgens de Dictionnaire Provençal-Français). Magal moet de eerste aanduiding geweest zijn van een eilandje, hemelsbreed tien kilometer verwijderd van het huidige Montpellier en tegenwoordig behorend bij de gemeente Villeneuve-lèsMaguelone. Op dat eiland staat de grote kathedraal van Saint-Pierre-et-Saint-Paul de Maguelone. In deze kathedraal uit de 11e eeuw, die alle karakteristieken van een romaanse versterking heeft, bevindt zich een graftombe uit de 6e eeuw. Toen men deze in de vorige eeuw vond, heeft men die de tombeau de la belle Maguelonne genoemd. Als voorlopers van het ridderverhaal Pierre de Provence et la belle Maguelonne kunnen we de vertellingen over prins Kamar Alzaman en Boedoer uit de Duizend-en-eennacht aanmerken. Via orale traditie heeft het verhaal zijn weg gevonden naar de Provence. Als geschreven bronnen worden zowel een anonieme roman in proza uit 1453 genoemd als een roman geschreven door Denis Meslier uit 1491. Het verhaal zou het ontstaan van de kathedraal van Saint-Pierre-et-Saint-Paul
op het eiland Maguelone verklaren. Een Duitse vertaling van Veit Warbeck verscheen in 1535. Die Schön Magelona vond snel een grote verspreiding en werd in diezelfde eeuw vaak vermeld in werken van schrijvers. Zo bewerkte de Duitse dichter Hans Sachs het verhaal in één jaar maar liefst driemaal. Ludwig Tieck Ludwig Tieck (1773-1853) schrijft in 1796 zijn Wundersame Liebesgeschichte der schönen Magelone und des Grafen Peter aus der Provence en publiceert het een jaar later onder het (enigszins moraliserende) pseudoniem Peter Leberecht. Een toneelstuk over hetzelfde verhaal blijft onvoltooid. In 1811 publiceert hij de definitieve versie onder zijn eigen naam. Tieck neemt Warbecks verhaal als uitgangspunt, maar bewerkt het naar de idealen van de romantiek. Zo voegt hij aan elk van de 18 hoofdstukken een gedicht toe om zo de gevoelde emoties beter tot uitdrukking te kunnen brengen. De oorspronkelijke tekst is vrij zakelijk, maar Tieck laat door middel van de vele natuurbeschrijvingen ook de stemming van het verhaal aan bod komen. Tevens
2013, nr. 2
19
richt Tieck zich met name op het liefdesverhaal en laat hij vele christelijke elementen weg. Zo vindt Magelone bij hem onderdak in een idyllische herdershut in plaats van een pelgrimsreis naar Rome te ondernemen en een kerk te stichten. Het verhaal in het kort (De regels in cursief zijn de eerste zinnen van de liederen van Brahms.) Peter, zoon van de koning van de Provence, vraagt aan zijn ouders om de wijde wereld in te mogen trekken. Het lied van een minstreel bevestigt dit. Keinen hat es noch gereut, der das Ross bestiegen Van zijn moeder krijgt hij bij zijn afscheid drie kostbare ringen. Vol goede moed vertrekt hij. Traun! Bogen und Pfeil sind gut f체r den Feind
Peter trekt naar Napels. Om zijn moed te bewijzen neemt hij incognito deel aan een toernooi. Als winnaar van het toernooi zit hij die avond tegenover Magelone (de koningsdochter) aan het banket en wordt verliefd op haar. Na afloop alleen in de tuin zingt hij: Sind es Schmerzen, sind es Freuden, die durch meinen Busen ziehn? Magelone probeert erachter te komen wie de jonge ridder is en vraagt haar vroedvrouw hem in de kerk te ondervragen. Hij geeft de vroedvrouw een van zijn moeders ringen en een gedicht: Liebe kam aus fernen Landen De tekst ontroert Magelone zeer en ze stuurt de voedster opnieuw naar de kerk waar ze wederom een ring en een gedicht meekrijgt. So willst du des Armen dich gn채dig erbarmen?
de Liedvriend
Magelone is verrukt en de vroedvrouw arrangeert een ontmoeting. Peter zingt zijn geluk uit: Wie soll ich die Freude, die Wonne denn tragen? Als ze elkaar eindelijk ontmoeten geeft Peter haar de derde ring en verklaren ze elkaar hun liefde. Na afloop vertrouwt hij zijn luit zijn geluk toe: War es dir, dem diese Lippen bebten? Ze besluiten de volgende ochtend in het geheim samen te vluchten. Peter neemt afscheid van stad en luit. Wir müssen uns trennen, geliebtes Saitenspiel Na een lange tocht rusten ze uit op een open plek in het bos. Peter zingt haar in slaap. Ruhe, Süssliebchen, im Schatten der grünen, dämmernden Nacht
20
Peter ontdekt tussen haar borsten een klein buideltje met daarin de drie ringen die hij haar gegeven heeft. Hij legt het achter zich in het gras, maar plotseling grist een raaf het buideltje weg. Peter rent achter de raaf aan, die over zee wegvliegt. Peter roeit in een bootje erachteraan, maar dan steekt er een storm op, die hem van het land wegdrijft. Vertwijfeld roept hij: So tönet denn, schäumende Welle, und windet euch rund um mich her!
Magelone wordt alleen wakker. Omdat Peter’s paarden er nog zijn snapt ze dat hij haar niet verlaten heeft, maar slachtoffer moet zijn van een ongeluk. Ze zwerft rond tot ze uiteindelijk bij een herdershut vriendelijk wordt opgenomen. Ze bezingt haar eenzaamheid. Wie schnell verschwindet so Licht als Glanz Hij wordt gered door een schip met Moren en heidenen. De sultan benoemt hem tot tuinopzichter. Vaak denkt hij met heimwee aan zijn Magelone. Muss es eine Trennung geben, die das treue Herz zerbricht? Sulima, de dochter van de sultan, wordt verliefd op hem en hij smeedt een plan om samen te vluchten. Maar hij blijft trouw aan Magelone en ontsnapt in zijn eentje terwijl Sulima vergeefs op hem wacht. Haar lied klinkt hem na. Geliebter, wo zaudert dein irrender Fuss? Als het lied verklonken is, laat hij de boot vrij drijven en zingt: Wie froh und frisch mein Sinn sich hebt Door allerlei verwikkelingen uitgeput wordt Peter aan land gezet door vissers. Zij adviseren hem bij een herder om hulp te vragen. Als hij de hut nadert, hoort hij een herderin zingen maar herkent zijn Magalone niet. Pas als hij hersteld is, laat Magelone zich zien in
2013, nr. 2
haar koninklijke kleren. Ze zijn dolgelukkig en planten op die plek een boom als een eeuwigdurende herinnering aan hun wonderbaarlijke hereniging. Treue Liebe dauert lange Johannes Brahms Brahms (1833-1897) had altijd al een voorkeur voor middeleeuwse legendes. Dit blijkt bijvoorbeeld uit zijn Volkslieder, de cantate Rinaldo en uit ideeën voor (nooit geschreven) opera’s. Geen wonder dat de tekst van Tieck hem zo aansprak. Brahms toonzette 15 van de 18 gedichten en gaf ze zelf de titel Romanzen. De liederen zelf zijn groter van opzet dan bij Brahms gebruikelijk. Hij verlaat het door hemzelf zo geprezen volkslied-ideaal. Ook de pianopartijen zijn veel omvangrijker, zelfs zozeer dat Breitkopf & Härtel aanvankelijk publicatie weigerde op grond van de te moeilijke pianopartij. Het zijn dan ook de enige liederen waar het titelblad vermeldt: für eine Singstimme mit Pianoforte. Bij alle andere liederen van Brahms (inclusief Vier ernste Gesänge) staat: für eine Singstimme mit Begleitung des Pianoforte. Het geeft aan hoezeer beide partijen geïntegreerd zijn. Het resultaat heeft een haast opera-achtige dimensie en, zoals de musicoloog Eric Sams schrijft, “Het werk zou het misschien beter hebben gedaan als Peter und Magalone,
de enige tegenhanger in liederen van het vergelijkbare meesterwerk uit die tijd Tristan und Isolde.” Vormprobleem De vorm van de cyclus stelt grote problemen voor de uitvoering. De romances zijn muzikaal niet zo sterk verbonden als we dat in een cyclus zouden verwachten. Objectief gezien zou het even goed mogelijk zijn in Brahms’ voorgaande opus (Platen- en Daumer-liederen) een fictieve emotionele progressie met mogelijke verhaallijn te horen als in de Magelone-liederen. Het is interessant te weten dat de eerste 6 liederen van de Magelone-cyclus in 1865 gepubliceerd zijn in twee bundels zonder vermelding dat er nog meer liederen te verwachten waren. De resterende liederen werden in 1869 in drie verschillende banden uitgegeven. Er is geen bericht over een eerste ‘volledige’ première, wel over diverse eerste uitvoeringen van individuele liederen. Dit alles gaat in tegen ons moderne gevoel van een integraal concept maar de vergelijking met de Winterreise dringt zich op. Schubert beschouwde die ook na 12 liederen als voltooid en voordat Julius Stockhausen en Clara Schumann rond 1860 het werk als cyclus begonnen uit te voeren, werden
21
de Liedvriend
er normaal gesproken slechts selecties van liederen gezongen. Brahms zelf schreef: “Het was alleen een aanval van Deutsche Gründlichkeit die leidde tot het verder componeren tot het laatste lied (…) Men hoeft niet alle 15 liederen bij elkaar te horen (…) De liederen an sich hebben niets te doen met het liefdesverhaal van Peter, ik heb alleen de tekst op muziek gezet en niemand hoeft zich bezig te houden met het landschap en dergelijke”. Gelukkig is er ook een mondelinge overlevering die dat tegenspreekt. Volgens Max Friedländer vertelde Brahms hem een nieuwe editie te overwegen met toelichting over de context van de gedichten.
22
Uitvoeringspraktijk Brahms kon misschien verwachten dat zijn publiek het verhaal kende vanwege de populariteit van Tiecks novelle en andere hertellingen van het verhaal (Marbach, Schwab). Tegenwoordig kan men daar niet meer op rekenen wat geleid heeft tot een uitvoeringstraditie waarbij een acteur het (vanwege de lengte drastisch ingekorte) verhaal tussen de liederen vertelt. Het gevaar daarbij is dat de muziek puur als illustratie van het verhaal gaat gelden. Om dat proberen te voorkomen hebben de schrijvers van dit artikel bij hun eigen uitvoeringen ervoor gekozen de tekst zelf te vertellen, zodat de luisteraar niet steeds zijn aandacht hoeft te verplaatsen van verteller naar musici (en andersom).
De bariton Frans Huijts vormt al jarenlang een vast duo met de pianist Jan Willem Nelleke. Zij treden regelmatig op bij de huisconcerten van de Vrienden van het Lied en hebben de weinig uitgevoerde Magelone-liederen van Brahms op hun programma staan. Om het verhaal zo direct mogelijk te laten aanspreken hebben zij de spreektekst in het Nederlands vertaald, daarbij proberend zoveel mogelijk aan te sluiten bij Tiecks romantische schrijfstijl. Onze taal biedt gelukkig vaak de mogelijkheid om te kiezen voor woorden met een Duitse associatie, zoals bijvoorbeeld minstreel in plaats van troubadour. Zij hebben ervoor gekozen om niet hele zinnen uit de tekst te lichten en die te vertalen, want dat zou een te verbrokkeld geheel opleveren. Zij besloten om de tekst dusdanig te bewerken, dat vertelling en dialoog elkaar afwisselen. Zonder daarbij een rollenspel te willen creëren heeft deze oplossing naar hun mening de integratie van het werk aanzienlijk verhoogd. De liederen worden uiteraard in het Duits gezongen. Afb. pg 19: houtsnede uit Volksbücher, 5: Geschichte von der schönen Magelone (1838–1849), Ludwig Richter. Afb. pg. 20/21: houtsneden uit Warbeck: Die Schön Magelona (1535). Afb. pg. 22: gravure van Ludwig Tieck, anon.
2013, nr. 2
Ongehoord Henriette Posthuma de Boer
Joseph Haydn - Lieder•Songs Arleen Auger (sopraan) Walter Olbertz (piano) Brilliant Classics 94685
23 Geen nieuwe opname, maar wel een die nooit vergeten mag worden, deze cd met liederen en ‘songs’ van Joseph Haydn. De onvolprezen sopraan Arleen Auger, in 1993 op 53-jarige leeftijd in Amsterdam overleden, is als weinig anderen in staat de luisteraar tot tranen toe te ontroeren. Ik herinner me het verhaal van leden van het Concertgebouworkest die na haar aria Aus Liebe uit Bachs Matthäus-Passion nauwelijks in staat waren verder te spelen. Ook van deze ongecompliceerde, melodieuze liederen van Haydn, in 1980 in Dresden opgenomen, weet zij kleine juweeltjes te maken. Bijna onvoorstelbaar dat zij met deze warme, lieflijke sopraan ooit haar debuut aan de Weense Staatsopera maakte als Koningin van de Nacht! Over de pianist die haar zo wonderschoon begeleidt, Walter Olbertz, wordt in het bijbehorende boekje niets vermeld, maar naspeuring leert dat hij de complete Haydnsonates op de plaat zette en dus een specialist in dit repertoire genoemd kan worden.
Met dank aan Harmonia Mundi en Klassiekshop.nl
de Liedvriend
Johannes Brahms - Lieder Lenneke Ruiten (sopraan) Hans Adolfsen (piano) Brilliant Classics 94611
Peter Cornelius - Complete Lieder 1 Christina Landshamer (sopraan), Markus Schäfer (tenor), Mathias Hausmann (bariton), Matthias Veit (piano) Naxos 8.572556
24 De sopraan Lenneke Ruiten heeft met Auger gemeen dat ze zich in geen enkel opzicht als diva gedraagt. Toch maakt ze furore op zo ongeveer alle grote Europese podia, viert triomfen in Salzburg, wordt in de pers bejubeld als de ideale Mozartzangeres en heeft inmiddels een indrukwekkende discografie op haar naam staan,variërend van Bach en Bruckner tot Mozart, Strauss en Orff. Gelukkig is zij op twee cd’s ook te horen als de bevlogen liedzangeres die zij is. Na de Mélodies Françaises, met haar echtgenoot, pianist Thom Janssen, nam zij in 2007 met Hans Adolfsen 27 liederen van Brahms op. Zo jong als zij toen nog was, klinkt zij in deze met zorg gekozen selectie uit Brahms’ omvangrijke liedoeuvre meer dan overtuigend. Dit zal niet in de laatste plaats te danken zijn aan de man die nog altijd haar coach is, Meinard Kraak. Lenneke’s stem, opvallend rijk aan boventonen, lijkt geen grenzen te kennen, evenmin als haar intelligente, doorleefde en door Hans Adolfsen perfect ondersteunde voordracht. Uit alles straalt een tomeloze liefde voor de muziek. De vergelijking met Elly Ameling dringt zich op en hopelijk zal zij tijd en gelegenheid hebben meer liederen op te nemen.
Een mooi initiatief van Naxos om, voor het eerst, het complete liedoeuvre van Cornelius op te nemen. Peter Cornelius (1824-1874) was behalve componist ook acteur, muziekcriticus en dichter. Voor veel van zijn opera’s en liederen – het grootste deel van zijn latere werk bestaat uit vocale composities – heeft hij dan ook zelf de teksten geschreven. Hij was een enthousiast volgeling van Berlioz en Liszt, later ook van Wagner. Toch is hij er in geslaagd een eigen idioom te ontwikkelen, al is de invloed van zijn grote tijdgenoten hier en daar nog wel hoorbaar. Voor de vertolking van dit oeuvre werden drie relatief jonge Duitse zangers geëngageerd, die zich uitstekend van hun taak kwijten. Vooral de sopraan en de tenor tonen grote affiniteit met dit romantische repertoire, de bariton heeft betere bedoelingen dan hij vocaal kan waarmaken. Prettig is de goede verstaanbaarheid van alle drie vocalisten. De niet eenvoudige pianopartijen zijn bij Matthias Veit in uitstekende handen. Het achter elkaar beluisteren van deze 29 vaak heftige liederen vergt nogal wat emotionele inzet, maar wie op zoek is naar minder vaak uitgevoerd repertoire, is dit een absolute aanrader.
2013, nr. 2
Benjamin Britten - Complete Scottish Songs Mark Wilde (tenor), Lucy Wakeford (harp), David Owen Norris (piano)
Hanns Eisler - Ernste Gesänge, Lieder with piano Matthias Goerne (bariton), Ensemble Resonanz, Thomas Larcher (piano)
Naxos 8.572706
Harmonia Mundi HMC 902134
Afgezien van zijn bekende volksliedbewerkingen heeft Britten ruim 100 sololiederen geschreven. Wat hij ons aan liedcycli heeft nagelaten verdient het om vaker op de concertpodia te klinken. Zoals deze complete verzameling liederen op Schotse teksten van al dan niet bekende Schotse dichters. Op teksten van de 18e-eeuwse dichter Robert Burns, beroemd geworden door het onsterfelijke Auld Lang Syne, componeerde Britten de cyclus – zijn laatste – A Birthday Hansel voor zangstem en harp. Op verzoek van Britten arrangeerde Colin Matthews vier liederen hieruit voor zang en piano onder de titel Four Burns Songs. Van William Soutar koos hij elf gedichten voor de cyclus Who are these children? Daarnaast gebruikte hij een aantal traditionele, anonieme teksten. De terecht veelgeprezen Schotse tenor Mark Wilde weet zowel in de lyrische en melancholieke als de strijdbare liederen feilloos de juiste toon te treffen, daarbij wonderschoon bijgestaan door harpiste Lucy Wakeford en pianist David Owen Norris.
Het tragische leven van Hanns Eisler weerspiegelt zich in zijn composities. Tijdens de Eerste Wereldoorlog, als frontsoldaat in het leger van Oostenrijk-Hongarije, raakte hij meermaals gewond. Na de oorlog, terug in Wenen, studeerde hij van 1919 tot 1923 bij Arnold Schönberg en maakte als eerste van diens leerlingen gebruik van de twaalftoonstechniek. Zijn muziek werd steeds meer doortrokken van politieke thema’s en hij raakte bevriend met Bertolt Brecht, die zich, net als hij, tot het Marxisme had bekeerd. Hun Solidariteitslied, als laatste lied op deze cd te horen, zou hét strijdlied van de linkse beweging worden. In 1933 werd het werk van Eisler en Brecht door het nazibewind in de ban gedaan en beiden zochten hun toevlucht in de Verenigde Staten. In 1948 was Eisler daar niet langer welkom vanwege zijn communistische sympathieën; ontgoocheld keerde hij terug naar Oost-Berlijn, waar hij in 1962 overleed. Melancholie, ironie en strijdlust zijn de belangrijkste ingrediënten van de op deze cd opgenomen liederen. Schitterend vertolkt door Goerne, die met zijn veelzijdige bariton en heldere dictie de ideale interpreet is voor Eislers bijzondere vocale oeuvre.
25
de Liedvriend
Nieuwe noten op mijn zang Dinant Krouwel, musicoloog en liedbegeleider
L. van Beethoven: Adelaide
F. Martin: Deux Chansons populaires
In 1797 publiceerde de Weense uitgeverij Artaria een cantate van Beethoven met als titel Adelaide von Matthison. Het werd een cantate genoemd om aan te geven dat het geen strofisch lied was. Het werk genoot direct een grote populariteit en verscheen tot aan de dood van Beethoven in 1827 bij 21 uitgevers. Helaas is er geen handschrift van overgeleverd en de eerste editie is nogal slordig. Uitgeverij Henle heeft op grond van drie edities een verantwoorde Urtext uitgebracht voorzien van een interessante inleiding en een kritisch commentaar. Hopelijk is deze editie een stimulans voor musici om deze boeiende compositie uit te voeren. De stemomvang is f’-a”.
Tijdens zijn tochten in de Franse en Zwitserse Alpen hoorde Frank Martin twee verschillende jongens een volkslied zingen. Hij noteerde de muziek en schreef met veel geduld, en vooral veel chocola voor de kinderen, de Franse teksten op. Het eerste lied uit HauteSavoie (Frankrijk) heeft tien korte coupletten en het tweede uit Wallis (Zwitserland) heeft er zeven. Martin heeft er een eenvoudige, maar knap geschreven pianobegeleiding bij gecomponeerd. Door de modale harmonieën en de maatwisselingen is het authentieke volksliedkarakter bewaard gebleven. De beide arrangementen heeft hij opgedragen aan de vermaarde zangpedagoge Ré Koster. De stemomvang is klein, namelijk d’-c”.
H. Hadley: Four Stevenson Songs
F. Schubert: Lieder
De Amerikaanse componist Henry K. Hadley (1871-1937) schreef vier liederen op gedichten van de beroemde Engelse schrijver Robert Louis Stevenson. Bij liedvrienden is hij bekend door de Songs of Travel van Vaughan Williams. De teksten komen uit de collectie A Child’s Garden of Verses, licht van toon en sfeer, maar beslist niet kinderlijk. De muziek sluit hier prima bij aan met een Gilbert & Sullivan-stijl. Goed geschreven en heerlijk om te zingen met als omvang c’-fis”.
Diverse liederen van Schubert werden tussen 1834 en 1840 in Parijs gepubliceerd door Richault, uiteraard met Franse teksten. Omdat de gitaar als begeleidingsinstrument populair was, werden de bekendste liederen ook uitgebracht met een gitaararrangement. De toen nog jonge gitarist Napoléon Coste, leerling van Sor, maakte de smaakvolle transcripties. Twaalf van deze gitaarliederen verschijnen nu voor het eerst met de oorspronkelijke Duitse teksten. Er zit nog een extra lied in, wel met Franse woorden, dat niet van Schubert bleek te zijn, maar van August Heinrich von Weyrauch. De stemomvang is a-a”.
Henle - € 7,70
26
Ludwig Masters - € 8,35
Universal - € 21,20
Tecla - € 13,90
2013, nr. 2
American Folk Songs for Two Alfred - € 34,75
De Vocal Duet Collection van uitgeverij Alfred is een favoriete serie bij zangpedagogen en hun leerlingen, omdat ze door hun kleine en lagere stemomvang zeer gebruiksvriendelijk zijn. Deze nieuwe bundel bevat tien Amerikaanse volksliederen, waaronder Billy Boy, Down in the Valley, Simple Gifts en The Water Is Wide. Bekende koorarrangeurs als Mark Hayes, Jay Althouse en Andy Beck maakten er welluidende duetten van met een aantrekkelijke en goed ondersteunende pianopartij. Bij sommige zettingen hoor je de in Amerika populaire gospelcultuur doorklinken. De omvang van de eerste stem is c’-g”en van de tweede stem a-es”. Bij de hier besproken editie zit nog een cd, waarop de pianobegeleiding staat.
English Songs: Renaissance to Baroque Hal Leonard - € 25,30
Bij zangers, die graag met een cd oefenen, is The Vocal Library van Hal Leonard geliefd. Dit deel bevat 34 oude Engelse liederen en twee begeleidings-cd’s, die ook als cd-rom te gebruiken zijn met extra software voor tempo- en toonhoogte-aanpassingen. In deze uitgave staan bekende en minder bekende liederen van Arne, Blow, Dowland, Handel, Lawes, Purcell en elf andere componisten. Voor in het boek worden de componisten kort ingeleid en in de zangstem staan nog suggesties voor extra versieringen. De omvang van de hoge ligging is c’-a” en van de lage ligging a-e”.
Bovengenoemd materiaal is verkrijgbaar bij Broekmans & Van Poppel Amsterdam tel. 020 - 6796575 Utrecht tel. 030 - 2343673
27
de Liedvriend
Regio’s en contactpersonen Bestuur Aat Klompenhouwer voorzitter 0180 649314 Dinant Krouwel secretaris 030 2735781 Frans Eggink penningmeester 020 6710146 Eugenie Ditewig 030 2286682 Robert Koch 030 2718142 Lodewijk Meeuwsen 053 4766257 Voorzitter Raad van Advies Maarten Koningsberger 020 6223745 Voorzitter Commissie Concerten Annette Ovink 0541 517516
28
Ledenadministratie / Contributie Annemarie van Otterloo 030 2735781 Ontwerp en redactie Theo Oppewal www.theooppewal.nl Alkmaar Jellie Wiersma Amsterdam Annemart Franken Arnhem Jan Veldhuizen Breda Jakobijn Angenent Ineke Baart Den Haag Sonja Muysson Doorn Jan Hoogstad Eindhoven Frits Heemskerk Friesland Yolande Couweleers Het Gooi Roderik Blom Groningen Riekje Bakker Kees Buiter Haarlem Guus Brockmeier ‘s-Hertogenbosch Lenny Robben
0251 653195 020 6717500 026 3518182 076 5713678 0162 682943 070 7504705 0343 414243 0499 471639 058 2991822 06 25528546 050 5340521 050 5349558 023 5292064 06 28136611
Leiden Mette-Lise Boumeester 071 5890417 Limburg Paul Janssen/Tilly Draaisma 045-5727307 Nijmegen Bertien Keijser-Huijts 024 3233803 Herman Stekhoven 0487 532151 Rotterdam Gerry Volker-de Visser 010 5917484 Twente Annette Ovink 0541 517516 Dick Buld 053 5382336 Utrecht Robert Koch 030 2718142 Veluwe Cora de Kovel-vd Reepe 0341 253329 Bert de Vries 0577 462805 WageningenAli Hendriksen 0318 463060 Marijke Muuse 0317 423356 Zeeland Michiel Klarenbeek 0118 638773 Zutphen Dick Heijerman 0575 522282 Zwolle Bram & Else Drewes 038 4442712
Voor informatie over de activiteiten in de regio’s kunt u terecht bij de contactpersonen. Zie www.vvhl.nl voor meer contactinformatie.
MuziekgebouwEindhoven.nl
Dutch Classical Talent
Nora Fischer
& Daniël Kool, piano
Met passie en een snufje theater brengt sopraan Nora Fischer een ode aan de stem. Dit Nederlands toptalent zingt liederen van Henry Purcell tot Jacob ter Veldhuis.
di 28 jan ’14
TICKETS & INFO MuziekgebouwEindhoven.nl | 040.244 20 20
Comité van Aanbeveling
H.K.H. Prinses Christina der Nederlanden Elly Ameling zangeres Huub van Dael voorzitter van diverse muziekorganisaties Drs. Henk Heuvelmans directeur Gaudeamus Muziekweek, secretaris-generaal ECPNM Rudolf Jansen pianist Ruud van der Meer zanger Jard van Nes zangeres Ir. Gabriël Oostvogel directeur Concert- en congresgebouw de Doelen W.E. Scherpenhuijsen Rom oud-voorzitter bestuur Koninklijk Concertgebouworkest Ed Spanjaard dirigent
Vrienden van het Lied www.vvhl.nl info@vvhl.nl secretariaat: Wim Sonneveldlaan 203 3584 ZS Utrecht 030 ∙ 2735781