Een groot schrijver in ieder kind!

Page 1

Taal l a i c spe Levende boeken die boeien In English please!

School aan Zet: van goed naar beter Aanpak dyslexie Boeken die helpen!

Schr캐fonderw캐s op de basisschool Aan de slag met het taalbeleidsplan


38

Een groot schrijver in ieder ! d kin

‘In ieder kind schuilt een schrijver als leerlingen gerichte schrijfinstructies krijgen bij stelopdrachten.’ Dat zegt onderzoekster Mariette Hoogeveen, die een nieuwe aanpak voor schrijfonderwijs ontwikkelde en het effect ervan op de schrijfvaardigheid van leerlingen onderzocht. tekst Lieke Steij vers

E

Een goed verhaal leren schrijven is niet makkelijk, maar goed schrijfonderwijs geven is evenmin eenvoudig. Je zult niet de eerste leerkracht zijn die bij een schrijfles vooral aandacht geeft aan de meest in het oog springende kenmerken van een verhaal. Een kop, spellingsfouten, interpunctie… ‘Maar een goede tekst schrijven is complexer dan alleen kijken naar correct gebruik van de regels’, zegt taalonderzoekster Mariette Hoogeveen. Ze ontwikkelde een nieuwe aanpak waarmee kinderen leren om goed lopende en leesbare teksten te schrijven.

En toen… In de nieuwe aanpak krijgen leerlingen gerichte schrijfinstructies en uitleg over kenmerken van tekstsoorten. Veel kinderen vinden het bijvoorbeeld moeilijk om in een verhaal duidelijk te maken in welke volgorde dingen gebeuren en komen niet verder dan ‘en toen, en toen, en toen’. Door uit te leggen dat er ook andere manieren bestaan om tijd aan te geven –


Taalspecial 39

bijvoorbeeld door een tijdsprong – laat je zien hoe ze hun tekst begrijpelijk en aantrekkelijk kunnen maken voor de lezer (zie voorbeeldles op de volgende pagina). ‘Wees concreet in je aanwijzingen’, zegt Mariette. ‘Vertel de leerlingen niet alleen dat ze moeten letten op het doel van een verhaal (de lezer amuseren) en het publiek (is mijn tekst duidelijk voor de lezer), maar geef aan hóe ze dit moeten doen.’ Belangrijk is ook het besef dat een goede tekst vaak niet in één keer wordt geschreven. ‘Schrijven is kritisch herlezen, aanvullen en schrappen. Als kinderen dat snappen, zullen ze minder last hebben van writers block.’

Reflecteren Een ander kenmerk van de nieuwe aanpak is dat leerlingen hun teksten bespreken. Hierdoor leren kinderen zich af te vragen of hun tekst begrijpelijk is voor de lezer. De lezer leert op zijn beurt letten op wat een tekst begrijpelijk maakt: concrete aanduidingen van tijd en plaats in een tekst. Uit het onder-

zoek blijkt dat leerlingen die instructie krijgen in aanduidingen van tijd en plaats en op elkaars teksten reflecteren veel betere teksten schrijven dan de leerlingen die elkaars teksten bespreken met slechts globale aanwijzingen.

Lesmateriaal

De nieuwe schrijfaanpak wordt verder ontwikkeld door SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Docenten die geïnteresseerd zijn in het materiaal kunnen contact opnemen met Mariëtte Hoogeveen (m.hoogeveen@slo.nl). Zij promoveerde aan de universiteit Twente op haar proefschrift: Writing with peer response using genre knowledge; a classroom intervention study (2012).


40

Voorbeeldschrijfles Doel In deze les leer je: • dat je in verhalen duidelijk kunt maken in welke volgorde dingen gebeuren. • welke woorden je kunt gebruiken om de tijd aan te geven.

Het schrijven voorbereiden Na het lezen van een voorbeeldtekst waarin het gebruik van tijd gedemonstreerd wordt, krijgen de leerlingen de volgende uitleg: Als schrijver zorg je ervoor dat de gebeurtenissen in een verhaal bij elkaar passen. Je moet duidelijk maken in welke volgorde dingen gebeuren. Een schrijver gebruikt woorden die aangeven wanneer iets gebeurt. Dit zijn tijdwoorden. Soms gebruikt een schrijver één woord om de tijd aan te geven (bijvoorbeeld: vroeger). Soms geeft een schrijver de tijd aan met een beschrijving met meer woorden (bijvoorbeeld: op de basisschool). Ook de tijd waarin werkwoorden staan, geeft aan of iets nu gebeurt (de tegenwoordige tijd, bijvoorbeeld komt of ziet) of vroeger (de verleden tijd, bijvoorbeeld was, spraken af). In een verhaal zijn ook plaatsen waar de schrijver terugof vooruitgaat in de tijd. Zo’n wisseling noemen we een tijdsprong. Een sprong terug in de tijd noemen we een flashback.

gebeurtenis. Het mag een echte gebeurtenis zijn of een gebeurtenis die je verzint. Let op het gebruik van woorden die tijd aangeven (beschrijving met meer woorden, tijdwoorden, werkwoorden). Zorg voor een flashback in je verhaal om het spannender, leuker of droeviger te maken voor je klasgenoten en de kinderen die volgend jaar in groep 8 zitten.

Plannen en schrijven Voordat de leerlingen gaan schrijven bespreken ze met elkaar waar-

Schrijfonderwijs

op de basisschool

Na het schrijven: bespreken en herschrijven Als de eerste versie geschreven is, gaan de leerlingen eerst kritisch naar hun eigen tekst kijken. Vervolgens bespreken ze elkaars teksten. Lees je verhaal nog eens helemaal goed door. Kijk of je goed duidelijk maakt wanneer iets gebeurt (tijdwoorden, beschrijving van tijd met meer woorden, werkwoorden). Kijk of de volgorde duidelijk is. Schrijf op waar je tevreden en niet zo tevreden over bent. Leg uit waarom. Lees daarna de tekst van een klasgenoot en bespreek jullie teksten om de beurt. Vertel wat je leuk vindt aan de tekst. Lees waar de schrijver tevreden of niet tevreden over is. Geef daarna tips hoe de beschrijving van wanneer iets gebeurt en de volgorde waarin dingen gebeuren beter kunnen. Vraag je klasgenoot om dit ook voor jouw tekst te doen.

Herschrijven en publiceren

Na een uitleg van wat een flashback is, krijgen de leerlingen de volgende schrijfopdracht: Stel dat je afscheid neemt van jouw school en terugdenkt aan een gebeurtenis in jouw tijd op de basisschool. Schrijf een verhaal over deze spannende, leuke of droevige

gebeurtenissen in hun verhalen zich gaan afspelen (flashback). Ze maken een schema van de volgorde van de gebeurtenissen en worden erop gewezen dat ze tijdens het schrijven goed moeten letten op het gebruik van woorden die tijd aangeven om hun verhaal duidelijk te maken voor hun lezers.

over ze gaan schrijven, wat ze gaan schrijven en in welke volgorde de

Verander je tekst met de tips die je van je klasgenoot hebt gekregen. Let goed op de beschrijvingen van tijd. Print je tekst uit. Van jullie teksten wordt een mooi boek gemaakt, zodat de leerlingen waarvoor jullie de teksten geschreven hebben ze ook echt kunnen lezen.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.