22 VISIES, TIPS EN GOOD PRACTISES VANUIT DE PRAKTIJK.
Monitor geeft aan: ouderbetrokkenheid op scholen gaat de goede kant op Ouderbetrokkenheid staat flink in de belangstelling. Zeker sinds minister van OCW, Marja van Bijsterveldt het onderwerp vorig jaar op de politiekeen maatschappelijke agenda zette. In het begin leverde dat soms sceptische reacties op, maar inmiddels hebben onderwijsveld, onderwijsdeskundigen en ouderorganisaties het onderwerp omarmd.
d
tekst heleen de bruijn | beeld humantouchphoto
De belangrijkste drijfveer voor scholen om te werken aan ouderbetrokkenheid is de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor onderwijs. Scholen zien ouders primair in de rol van didactische partners, als ondersteuner van hun eigen kind. Maar ook de rol van pedagogische partner, als lid van de school als gemeenschap, vinden scholen belangrijk. Ook het merendeel van de ouders ziet zichzelf in de eerste plaats als partner van de school, niet als onderwijsconsument. Bijna alle scholen in het primair onderwijs (po) en voorgezet onderwijs (vo) vinden dat niet alleen ouders verantwoordelijk zijn voor de opvoeding van leerlingen, maar dat ook de school daarin een taak heeft. Dit geldt vooral voor zaken als sociale relaties, pesten, gezondheid en het gebruik van sociale media. Meer dan driekwart van de ouders is het hiermee eens. Over de manier waarop ouders hun kinderen kunnen ondersteunen, is vooral op basisscholen veel contact tussen ouders en school. In het voortgezet onderwijs komt dit minder voor.
Monitor Ouderbetrokkenheid Het is een kleine greep uit de resultaten van de Monitor Ouderbetrokkenheid, uitgevoerd door onderzoeks-
22-25_Ouderbetrokkenheid.indd 22
bureau Ecorys, in opdracht van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). In de monitor is voor de tweede maal (de eerste keer in 2009) een meting gedaan naar de stand van zaken rond ouderbetrokkenheid. Concrete cijfers als het gaat om verbetering rond ouderbetrokkenheid meting 2009- 2012: • Scholen in het primair (2012 74% - 2009 53%) en voorgezet onderwijs (2012 70% - 2009 62%) vinden ouderbetrokkenheid van belang om invulling te kunnen geven aan de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor goed onderwijs. • PO-scholen zien de ouders steeds meer als didactisch partner. In 2009 gaven 83% van de scholen aan dat ze dat in redelijke of hoge mate zagen. In 2012 was dat percentage gestegen naar 90%. • Het aantal po- en vo-scholen dat iemand heeft aangewezen voor het coördineren van ouderbeleid is gestegen van 37% naar 45% op de po-scholen en van 39% naar 43% op de vo-scholen. • Ruim tweederde van de ouders leest hun kinderen ten minste een keer per week voor. Dagelijks voorlezen doet 40% procent. In 2009 was dat 28%. • Ouders met kinderen in het po en vo vragen de school vaker hoe ze hun kind thuis kunnen helpen (respectievelijk de helft en een derde in 2012 tegenover 22% en 16% in 2009). De algemene conclusie die op basis van deze tweede meting kan worden getrokken is: het belang van ouderbetrokkenheid is onomstreden. Bovendien zijn ouders positiever over de inspanning van de school om ouderbetrokkenheid tot stand te brengen dan in 2009 en ervaren minder knelpunten.
Educatief partnerschap Ouderbetrokkenheid wordt soms op een lijn gezet met ouderparticipatie, maar volgens het ministerie van OCW gaat ouderbetrokkenheid veel verder. Het gaat om educatief partnerschap tussen scholen en
23-10-12 10:32
OUDERBETROKKENHEID 23
Educatief partnerschap is het sleutelwoord
22-25_Ouderbetrokkenheid.indd 23
23-10-12 10:32
24 ouders, met als doel de ontwikkeling van het kind te bevorderen en de leerprestaties te verhogen. Ouderparticipatie is met name in het primair onderwijs redelijk vanzelfsprekend. De meeste ouders helpen met enig regelmaat met activiteiten op school. Maar hoewel ouderparticipatie gunstig is voor het contact tussen ouders en school, levert het nauwelijks een bijdrage aan de verhoging van de leerprestaties van kinderen. Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat ouderbetrokkenheid dat wel doet. Reden waarom OCW sterk inzet op het stimuleren ervan. ‘Ouderbetrokkenheid houdt in dat ouders de leerontwikkeling van hun kind volgen, daar thuis ondersteuning aan geven en daarover regelmatig contact hebben met de school’, aldus de minister. Educatief partnerschap is daarbij het sleutelwoord. Het is van belang dat scholen nadenken hoe ze dat samen met ouders willen en kunnen bevorderen.
Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat ouderbetrokkenheid bijdraagt aan de leerprestaties Frederik Smit, senior onderzoeker en Coördinator Expertisecentrum Ouders, school en buurt, en schrijver van verschillende boeken over het onderwerp: ‘Het allerbelangrijkste is dat er open communicatiekanalen zijn tussen ouder en school. Het kind moet het idee hebben zelf de regisseur te zijn en het gevoel hebben dat hij bij ouders en school terecht kan als er iets is. Van ouders hoor ik nogal eens dat leraren slecht te bereiken zijn, dat ze vaak geen e-mailadres hebben van een leraar en als ze die wel hebben vaak niet of te laat antwoord krijgen op hun vragen. De school houdt niet op om drie uur. Aan de andere kant geven ook ouders vaak niet thuis. Er is met hen soms moeilijk afspraken te maken. Ouders stellen zich nog te vaak op als klant en laten school en schoolwerk over aan de school.’
School-ouderovereenkomst In de onderwijswereld is men het eens dat ouderbetrokkenheid begint bij de scholen. Maar hoe doe je dat? Sommige scholen
22-25_Ouderbetrokkenheid.indd 24
23-10-12 10:33
ouderbetrokkenheid 25 zijn er al volop mee bezig. Een basisschool die een ouderkamer organiseert waar elke maand activiteiten zijn voor ouders om de betrokkenheid bij hun kind en het onderwijs te vergroten. Op een andere school wordt van elk kind een portfolio bijgehouden van hun prestaties, waarin ouders de ontwikkeling van hun kind kunnen volgen. Weer een andere school heeft een maandelijks koffie-uurtje met de directeur, waarmee de stap van ouders om naar school te komen kleiner wordt. Scholen hoeven niet allemaal zelf het wiel uit te vinden. Er zijn meerdere instanties, zoals Cedin en CPS, waar een school terecht kan. En ook ouderorganisaties zijn met het thema aan de slag. Volgens Werner van Katwijk, verbonden aan Ouders & Coo en penvoerder van verschillende ouderorganisatie in Nederland, zou je als school, met ouders samen, bijvoorbeeld school-ouderovereenkomsten kunnen maken, waarin afspraken worden vastgelegd over wat ouders en school van elkaar verwachten. ‘Ouderorganisaties kunnen daarbij helpen. Een school-ouderovereenkomst maak je het liefst voor elk kind individueel, want elk kind heeft weer andere dingen nodig. Documenten waarin school én ouders mogen formuleren wat ze van elkaar verwachten, bijvoorbeeld op het gebied van lezen. De school zorgt voor het leesonderwijs, de ouder zorgt dat er thuis leesboekjes zijn en het kind zorgt dat het elke dag een kwartiertje leest.’
ExpertisePunten Om scholen te helpen met het implementeren van ouderbetrokkenheid, is onlangs een netwerk van ExpertisePunten Ouderbetrokkenheid opgericht. Hans Christiaanse, initiatiefnemer van de expertisepunten: ‘Scholen zouden veel meer aan ouders moeten vragen wat voor hen redenen zijn om naar school te komen. Nu wordt nog teveel door de school bedacht. De expertisepunten zijn een paraplu voor diensten en producten die aangeboden worden aan scholen om met ouderbetrokkenheid aan de slag te gaan. Dat kan een cursus communiceren met ouders zijn, maar we maken ook ouderhulpkaarten, die scholen aan ouders kunnen geven, met daarop informatie over hoe je je kind helpt met bijvoorbeeld lezen, plannen van huiswerk, over het puberbrein en sociale media. Ook organiseren we bijeenkomsten voor
22-25_Ouderbetrokkenheid.indd 25
ouders over ouderbetrokkenheid.’ Voor scholen die het op het gebied van ouderbetrokkenheid goed voor elkaar hebben, bestaat een speciaal keurmerk van de Stichting Leraar, Leerling, Ouder (LLO). Om zo’n keurmerk te verkrijgen, zijn er tien criteria waar je als school aan moet voldoen. Inmiddels hebben zeven scholen in Nederland zo’n keurmerk.
Invloed versterken Ook de po- en de vo-raad, landelijke organisaties van schoolbesturen in het onderwijs, kunnen scholen helpen. Esmeé Hornstra van de po-raad: ‘We wakkeren het besef aan om ouders bij de school te betrekken door gesprekken met schoolbesturen, het bieden van inzicht in wat er aan ondersteuning mogelijk is en wat ouderbetrokkenheid scholen kan opleveren. Het is onze taak om ouderbetrokkenheid op de agenda van schoolbesturen te krijgen en te houden. Kinderen voelen zich gesteund en gestimuleerd als er een goede relatie is tussen ouder en school. Ze merken het als de contacten goed zijn. Zo van: als de meester of juf dit zegt en mijn ouders zeggen dat ook, dan is het wel belangrijk. Kortom: ouders en school kunnen elkaars invloed versterken.’ Ouderavonden en 10-minutengesprekken zijn middelen om met ouders te praten over vorderingen van hun kinderen. Volgens de monitor wordt daar in het po en het vo veelvuldig gebruik van gemaakt door ouders. Peter de Vries van CPS is echter niet zo erg gecharmeerd van die 10-minutengesprekken. Hij pleit ervoor die in te ruilen voor een diepgaand startgesprek aan het begin van het schooljaar. ‘Het is toch absurd dat je bij het uitlenen van een dure auto instructies meegeeft, maar dat je je kind aan de school ‘uitleent’ en zegt: probeer maar een paar knopjes en kijk of het werkt? Kijk wat het kind nodig heeft aan overlegvormen: een huisbezoek bijvoorbeeld waar het bij anderen weer genoeg is om op school te komen praten. Met andere woorden, stem het gespreksarrangement af op het individuele kind. En als ouders moet je proberen, ook al ben je nog zo druk, het belang van je kind voor ogen te houden. Zorg ook voor basisvoorwaarden als rust en goede voeding. En kom erachter hoe natuurlijk leren eruitziet. Ontdek wat je als ouder kunt doen om het leren thuis voort te zetten. Zoals klokkijken oefenen. Dan moet je echter wel weten waar de kinderen op school mee bezig zijn. En dat is dan weer een taak voor de school: ouders vertellen wat er op school gebeurt.’
Praat mee op
www.facebook.com/oudersenschoolsamen
23-10-12 10:33