Nummer 2 / November 2023
Mitchel Eijkemans ‘Leer leerlingen op kleine schaal nadenken over grote problemen’
HANDEN INEEN VOOR GOED
BURGERSCHAP AANPASSEN OF KRITISCH ZIJN?
Burgerschap met hulp van kinderboeken. We geven tips!
BIJ scholen langsgaan
Hoe gaan ze op school om met de landelijke verkiezingen?
www.primaonderwijs.nl / verschijnt 5x per jaar
expertisepunt burgerschap
Hoe maak je meer werk van burgerschapsonderwijs
voorwoord BURGERSCHAP Handen ineen voor goed
Burgerschapsonderwijs is volop in beweging. PrimaOnderwijs beweegt graag mee en besteedt deze editie daarom veel aandacht aan dit onderwerp. De conceptkerndoelen burgerschap worden eind van het jaar bekendgemaakt, maar dat hoeft niemand te weerhouden om aan de slag te gaan. In deze editie hopen we je weer op verschillende manieren te inspireren. Zo is het bijna tijd voor de verkiezingen. Bij uitstek een onderwerp voor burgerschapslessen. We gingen met drie scholen in gesprek hoe zij de verkiezingen in de school halen. Lees meer op pagina 18. Respect hebben voor iedereen die anders denkt en zich anders voelt, is ook onderdeel van burgerschap. Als het gaat om gender- en seksuele diversiteit en gezinsdiversiteit, draagt Stichting Lezen graag een hulpmiddel aan. Lees op pagina 60 meer over queerboeken.nl. Met neuropsycholoog Jelle Jolles gingen we in gesprek over de werking van het tienerbrein (pagina 22). Want wij kunnen er wel van alles in die breinen willen stoppen om te zorgen dat het betrokken burgers worden, maar is het dan eigenlijk wel goed afgestemd op het brein van adolescenten, die volop in ontwikkeling zijn? Daarbij geeft Jolles ook handige tips, waarmee je op een constructieve manier aan de slag kunt.
Henny en Wim maken gebruik van het Masterplan basisvaardigheden vanuit het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. “Dankzij hen hebben we nu middelen om ons burgerschapsonderwijs goed neer te zetten.” Onderwijscoördinator Angèlica Pardoen ondersteunt hen hierbij. Hier vind je ook tips van Angèlica om goed te starten met burgerschapsonderwijs. Bekijk dit verhaal op pagina 10. En weet je hoe ze het in Limburg doen? Daar hebben ze de Samenwerkende Maatschappelijke Organisaties Limburg (SMOL) opgericht. Hiermee brengen lokale organisaties de samenleving naar het klaslokaal, waarbij persoonlijk contact centraal staat. Benieuwd hiernaar? Lees het op pagina 8. Burgerschap blijft leven, dus heb je zelf nog een mooi voorbeeld? We vinden het leuk als jullie dit met ons delen. Mail gerust de redactie, dan kunnen wij ruimte maken voor jouw verhaal op onze website, en misschien wel in een volgende editie van het magazine. Veel leesplezier! Wiesette Haverkamp Hoofdredacteur PrimaOnderwijs
Ideeën, vragen, verzoeken voor PrimaOnderwijs? Mail naar redactie@primaonderwijs.nl Volg @PrimaOnderwijs ook op Instagram, LinkedIn, X en Facebook. PrimaOnderwijs 3
wereldBurgerschAp in het nieuwe wereldmuseum!
Vanaf 4 oktober 2023 gingen het tropenmuseum in Amsterdam, Afrika museum in Berg en dal en museum Volkenkunde in leiden samen met wereldmuseum rotterdam verder onder één naam: Wereldmuseum. in alle lesprogramma’s van het nieuwe wereldmuseum komen leerlingen meer te weten over hoe mensen wereldwijd leven en gevormd worden door de wereld om hen heen.
AmstErDAm sabi suriname Er is een bijzondere ontdekking gedaan in het Wereldmuseum Amsterdam! Op verdieping min 7 in het Surinamedepot is een tot nu toe onbekende wereld ontdekt: de Wereld achter de Dingen. Kinderen uit groep 3 tot en met 8 stappen deze wereld in en ontdekken door te koken, meer info: dansen, musiceren, graveren, beleven en aan te raken hoe Suriname met Nederland en de wereld is verbonden. Sabi Suriname is te vinden in Wereldmuseum Junior, een museum speciaal gemaakt voor kinderen. Als je binnenkomt, stap je in een andere wereld: een beleving waarbij alle zintuigen worden geprikkeld. Kom en ervaar het zelf!
LEIDEn Wat Columbus nog niet Wist
meer info:
Leerlingen uit groep 5 worden meegenomen op de zeereis van Columbus. In een programma vol interactie en opdrachten leren ze van alles over de bewoners van het gebied waar Columbus aankwam en velen na hem naartoe zijn getrokken. Zij ontdekken wat Columbus nooit geweten heeft.
rottErDAm superstraat In deze tentoonstelling speciaal voor kinderen is een straat gebouwd, een superstraat! En daar is het altijd Burendag. Iedereen heeft iets voorbereid. Bijvoorbeeld Kevin; hij is kunstenaar en werkt met letters. In de feestkeuken van Winston helpen leerlingen met koken en feestvieren. Bij Rodney kunnen ze tekenen & dansen of ze helpen Aga met haar winkel. Verkoopt ze echt producten uit de hele wereld? In groepjes bezoekt de klas drie buren en doet verschillende activiteiten in huis of straat.
DiChterbij Dan je Denkt het wereldmuseum biedt nog veel meer onderwijsprogramma’s die aansluiten bij wereldburgerschap. neem een kijkje op:
• amsterdam.wereldmuseum.nl/onderwijs, • bergendal.wereldmuseum.nl/onderwijs • leiden.wereldmuseum.nl/onderwijs of • rotterdam.wereldmuseum.nl/onderwijs
meer info:
Inhoud
Inhoud
Nummer 2 november 2023
10
Spar samen met OCW om burgerschapsonderwijs goed neer te zetten
42
22
Jelle Jolles Help! Hoe werkt het brein van die adolescent?
54
Een beter mens worden met Doeboek
8
74
In gesprek over racisme en slavernij
Volg ons
Colofon Hoofdredactie Wiesette Haverkamp Vormgeving Martin Hollander Medewerkers Marco van den Berg, Brigitte Bloem, Heleen de Bruijn, Martijn de Graaff, Erik Ouwerkerk, Malini Witlox Foto’s Shutterstock, Saskia Moerman (foto cover)
@primaonderwijs
12 14 18 20 26 34 40 48 52 60 63 66
30
Gelderlandschool probeert vernieuwd lesmateriaal UNICEF uit
Hoe houd je het leuk in de groepsapp?
Maatschappelijke organisaties en scholen slaan handen ineen Leren aanpassen of kritisch zijn met kinderboeken Politiek is geen ver-van-je-bedshow Haal verkiezingen de school in HWC brengt burgerschapsonderwijs in praktijk Meer werk maken van burgerschapsonderwijs? Laat leerlingen kennismaken met De Beschermers De Morgenster adopteerde een monument Hoe ben jij geld de baas? Kans op een gratis PatsBoemKledder! Doeboek Verbreed je boekencollectie met queerboeken.nl Stimuleer kinderen oplossingen te bedenken Vreedzame kriebels
Redactie 030 - 241 70 44, redactie@primaonderwijs.nl, postbus 40266, 3504 AB Utrecht Sales 030 - 241 70 21, account@edg.nl Klantenservice 030 - 241 70 20 klantenservice@edg.nl Verschijning en verspreiding PrimaOnderwijs verschijnt 5 keer per jaar. Verspreiding via gecontroleerde distributie door EDG Media bij alle basisscholen en scholen in het voortgezet onderwijs in Nederland. Naast het magazine biedt PrimaOnderwijs een wekelijkse nieuwsbrief en de website www.primaonderwijs.nl
Met 100.000 lezers het grootste blad voor alle onderwijsprofessionals.
PrimaOnderwijs is een uitgave van
©Copyright 2023 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, overgenomen of openbaar gemaakt zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. De uitgever is niet aansprakelijk voor enig handelen op grond van de in dit blad gegeven adviezen of gedane mededelinge n.
Een schoolbibliotheek stimuleert leesbevordering en leesplezier. Richt deze nu in met onze handige oplossingen:
t begin Lezen e met d match juiste
• Verstevigde boeken • Bibliotheeksoftware Aura • Complete startcollecties Ontdek vandaag nog of onze oplossingen een match zijn! nbdbiblion.nl/start-schoolbibliotheek
4-DA AGSE VERKORTE OPLEIDING STARTDATUM: 27 MAART 2024
Coördinator Burgerschapsonderwijs in het PO&VO
Geef vorm aan een doelgericht en samenhangend burgerschapscurriculum en krijg grip op de resultaten van jouw school
i.s.m.
72986 192x142,5 ADV EDG.indd 1
www.sbo.nl/burgerschapsonderwijs
26-9-2023 17:35:38
Tips van de redactie
nieuws Heb jij een tip voor de redactie? Stuur een e-mail naar redactie@primaonderwijs.nl
Leren met behulp van muziek
Op ‘Muzikaal met Taal’ leren de kinderen digitaal allerlei vakken door te zingen en te rappen met shout outs op beats. Op Muzikaal met Taal staan workshops op het gebied van taal, rekenen en wereldoriëntatie. Deze aanpak werkt ook bij veel kinderen met dyslexie en voor kinderen die behoefte hebben aan vaste structuren, herhaling en voorspelbaarheid. Door de regels en weetjes van vakken om te zetten in muziek en taal worden
Congres K I N D, Ouder en Detentie Samen aan Zet!
Ben jij die leerkracht die spreekt met het kind over de ouder achter tralies? Of zou je dat willen? Mis je kennis over wat deze kinderen en hun ouder nodig hebben? Kom dan 23 november naar ons congres ‘Kind, Ouder en Detentie - Samen aan Zet’ in Den Bosch. Je komt in één dag te weten wat deze kinderen nodig hebben, via ervaringsverhalen en praktijk. Je wordt uitgedaagd mee te denken over veranderingen in de praktijk voor deze kinderen en hun ouders. Er is bijvoorbeeld een deelsessie over familie en school. Dit is niet enkel een onderwerp voor de overheid, justitie of een penitentiaire inrichting. Het sociale domein, onderwijs, jeugdzorg, volwassenenzorg, gezondheidszorg, reclasserings- en vrijwilligersorganisaties, kinderbescherming en justitie moeten elkaar kunnen aanvullen en versterken. In de plenaire presentaties is ruimte voor wetenschappelijke- en praktijkkennis. Ook komen voorbeelden uit Europees beleid en onderzoek aan bod. In de deelsessies gaat het vooral om de concrete praktijk. Welke successen in samenwerking zijn er, maar ook, welke uitdagingen zien we in de samenwerking? Scan de QR-code voor programma en aanmelding. deze liedjes ezelsbruggetjes die de kinderen kunnen helpen bij het aanleren ervan. Door het zingen en rappen van de liedjes en de beats neem je de stof beter in je op. Als de muziek daarbij ook visueel wordt ondersteund door plaatjes over het onderwerp en de
tekst van het lied, versterkt dat elkaar nog meer. Je kunt nu gratis 2 maanden een proefabonnement nemen. Na deze periode heb je de keuze om ermee door te gaan. Het eerste jaar met 50 % korting. www.muzikaalmettaal.nl
Leraren van het Jaar 2023 Cora Posthumus, Magda Pattiiha, Pieter Uittenbogaard en Lieke Brugman. PO: Cora Posthumus, Taalcentrum Almere Cora is ambassadeur voor het onderwijs in het algemeen, maar in het bijzonder voor een specifiek onderdeel. Ze is een inspiratiebron voor jonge, potentiële en huidige leraren én voor mensen die in het onderwijs gewerkt hebben. SO: Magda Pattiiha, Bredero College Magda spreekt authentiek vanuit het speciaal onderwijs als leraar met veel kennis, ervaring en energie op het gebied van zowel pedagogiek als didactiek. Ze laat zien zich bewust te zijn van de uitdagingen in het onderwijs, voor zowel leerlingen als collega’s.
VO: Pieter Uittenbogaard, Sint Maartenscollege Pieter staat als Leraar van het Jaar VO voor het vakmanschap van de leraar en de relatie met leerlingen. Hij treedt op als ambassadeur voor leraren in het vo het komend schooljaar. Pieter wil de leerlingen graag wereldwijzer maken. Hierbij wetenschappelijke inzichten inzetten vindt hij van belang. MBO: Lieke Brugman, Astrum College Lieke vindt het belangrijk dat de student door het hele team gezien en gehoord wordt. Als mboalumnus weet ze als geen ander hoe een leraar een student in positieve zin, maar ook in negatieve zin kan beïnvloeden. En daarom zet ze zich hier voor in. PrimaOnderwijs 7
Maatschappelijke organisaties en scholen
sl
“Samen leven draait om v
In Limburg brengen lokale organisaties de samenleving naar het klaslokaal zodat leerlingen vandaar uit hun wereld vergroten. Persoonlijk contact staat daarbij centraal: ‘Kijk elkaar in de ogen’. Tekst: Erik Ouwerkerk
“Neem een begrip als ‘sociale inclusie’: wat betekent het eigenlijk en hoe vertaal je het naar de praktijk?” Aan het woord is cultuurcoach Johannie van Tuel. Via de koepel van Samenwerkende Maatschappelijke Organisaties Limburg (SMOL) werkt ze samen met scholen die op lokaal niveau handen en voeten willen geven aan burgerschap. “Het wil zeggen dat iedereen erbij hoort”, geeft ze aan. “Kinderen groeien echter vaak op in een relatief klein wereldje, waar bijvoorbeeld leerlingen met een beperking naar een speciale school gaan. Het is maar de vraag in hoeverre ze in aanraking komen met de diversiteit 8
van de samenleving buiten school. Zonde, want samenleven draait om vertrouwen. Dat ontstaat niet door een boek te lezen, maar door elkaar te ontmoeten: kijk elkaar in de ogen.”
Levensecht Dat is precies wat de leerlingen van groep 5 en 6 van Kindcentrum Alterweerterheide deden. Ester de Win was hun juf. “Ik wilde graag met burgerschap aan de slag op een manier die aan zou sluiten op het lesprogramma. Via SMOL kwam ik in contact met Johannie. Zij gaf het WO-thema waar we mee bezig waren
n
slaan handen ineen
m vertrouwen” -samenwerken en samen wonen- een extra dimensie door de leerlingen te koppelen aan rolmodellen uit de omgeving. Het werd levensecht.” De kinderen uit Esters klas verdiepten zich in de mensen die naar hun school kwamen: mensen met een beperking, migranten, een duo van de plaatselijke handhavingsdienst en een brandweerman. Ze bereidden vragen voor zoals ‘Hoe douche je eigenlijk als je in een rolstoel zit?’ ‘Hoe lees je als je niet kunt zien?’ En voor de handhavers: ‘Wat mag wel en niet?’.
Geraakt Vragen die een paar dagen later tijdens de gesprekken zorgden voor meer begrip en inlevingsvermogen. Johannie: “Een jongen van zeventien vertelde hoe hij in een bootje vanuit Syrië naar het Westen was gekomen. Als je tegenover iemand zit die dat heeft meegemaakt, raakt dat meer dan een algemeen verhaal over vluchtelingen.” Dat is winst. “Maar laat het niet bij praten, luisteren en notities maken. Geef het met vakdocenten verdieping door bijvoorbeeld een beeld te maken van de ontmoeting, of door toneelstukjes te spelen voor elkaar. Door het op een eigen, persoonlijke manier te verwerken, beklijft het veel meer.”
Horizon De klas van Ester maakte snel na het schoolbezoek een schaalmodel van een stad waarin plaats is voor iedereen. Dat gebeurde met de hulp van de scouting – wie weet er immers meer over knutselen en spelvormen dan zij? De samenwerking resulteerde in een stad met plek voor de brandweer, een moskee, gebouwen die toegankelijk zijn voor mensen met een
beperking et cetera. Sociale inclusie dus, maar dan tastbaar gemaakt door kinderen die overtuigd waren van het belang ervan. “De kinderen hebben een samenleving gezien die niet vanzelfsprekend is”, vertelt Ester. “Altweerterheide is een klein kerkdorp met ongeveer duizend inwoners. Ze hebben hun horizon echt verbreed. Ze spreken die blinde vrouw aan waar ze voorheen geen raad mee wisten. De rolmodellen op hun beurt leerden van de nieuwsgierigheid en openheid van de jonge burgers en zijn ook onderling met elkaar in gesprek gegaan. Zo ontstaat sociale verbinding dwars door alle lagen van de samenleving heen.” Ester is blij dat ze de samenwerking met SMOL heeft gezocht: “Ondanks een tjokvol programma is het voor veel leerkrachten soms moeilijk om iets uit handen te geven. Maar in je eentje lukt het niet om een mooi burgerschapstraject op te zetten. Ik ben blij dat ik voor het partnerschap heb gekozen, want de leerlingen hebben het er nog steeds over: het was de week van hun leven.”
Midden in de samenleving Maatschappelijke organisaties en scholen die samen vormgeven aan burgerschap op school. Hoe logisch het misschien ook klinkt, het is niet vanzelfsprekend. “Scholen en organisaties weten elkaar niet altijd makkelijk te vinden. Doen ze dat wel, dan moeten ze vaak het wiel weer opnieuw uitvinden”, legt Marjo Daniels uit. Marjo werkt bij twee maatschappelijke organisaties in Limburg en zit in de raad van toezicht van Samenwerkende Maatschappelijke Organisaties Limburg (SMOL). “Door de krachten van bijna dertig maatschappelijke organisaties in de provincie te bundelen, kunnen we precies aansluiten bij de wensen van scholen. We hebben een netwerk dat tot in de haarvaten van de samenleving vertakt is. Dus of het nu gaat om een school in een dorp of in de stad, of het thema nu geweld is of diversiteit, we weten precies waar welke kennis zit en wat de kwaliteiten zijn van de duizenden aangesloten vrijwilligers. Door samenwerking creëren we een samenleving waar iedereen van jong tot oud bij betrokken is en wil blijven.” PrimaOnderwijs 9
Angèlica Pardoen
Aan de slag met OCW als sparringspartner
Henny de Kruif en Wim de Regt zijn blij met de hulp vanuit het Masterplan basisvaardigheden van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). “Dankzij hen hebben we nu middelen om ons burgerschapsonderwijs goed neer te zetten en maken we gebruik van alle kennis die het ministerie heeft.” Ze worden ondersteund door Angèlica Pardoen, senior onderwijscoördinator/specialist burgerschap binnen OCW. Onderwijscoördinatoren helpen scholen om met de basisvaardigheden taal, rekenen/wiskunde, digitale geletterdheid en burgerschap aan de slag te gaan. Henny is projectleider versteviging basisvaardigheden bij de OMO scholengemeenschap Tongerlo, bestaande uit drie scholen: Norbertus (havo/vwo), Gertrudis (vmbo tl en onderbouw havo) en Da Vinci (vmbo). Wim de Regt is manager onderwijs binnen het Gertrudis en lid van de projectgroep basisvaardigheden en expertgroep digitale geletterdheid. In zijn schoolse portefeuille heeft hij levensbeschouwing, maatschappijleer en burgerschap. Hij stuurt onder meer het Gouden Appelsproject aan, één van de burgerschapsactiviteiten van de school.
Samenhang aanbrengen Vorig jaar november ontvingen Norbertus en Gertrudis subsidie vanuit OCW. Da Vinci ontving het begin dit schooljaar. Henny: “We deden al veel op het gebied van burgerschap, maar de samenhang ontbrak.” Angélica: “Die samenhang is vaak best lastig. Ik zie op scholen hele gave projecten bij verschillende secties, maar de leerlijn, leerdoelen en samenhang ontbreekt.” Het eerste gesprek met OCW vond plaats toen de scholengemeenschap bezig was met het schrijven van activiteitenplannen voor de scholen. Henny: “Dat eerste gesprek bracht al rust. Angèlica gaf aan ‘ga kijken wat je al doet, ga inventariseren, zet niet te snel stappen, bedenk wat je nog nodig hebt en maak gebruik van de expertise die al bestaat. Zo krijg je een beeld van wat je al doet.’ Wat prettig is: je mag je eigen invalshoek bepalen, OCW probeert je niet in een keurslijf hijsen. Je kunt aan de slag met manieren die passen bij jouw schoolpopulatie.” 10
Kritische vragen helpen Angèlica: “Ik ga scholen in als sparringpartner om ze op weg te helpen om het burgerschapsonderwijs handen en voeten te geven. Scholen die subsidie aanvragen krijgen een onderwijscoördinator toegewezen. Daarna volgt een intake en zoeken we de juiste partij die past bij de vraag van de school.” Voor Gertrudis waren dat het Expertisepunt Burgerschap en ProDemos. Voor Norbertus kwam daar Unesco ook bij. Henny: “OCW vervult de rol van de critical friend. Ze stellen kritische vragen om je verder te helpen. Ze sturen niet, maar bieden een kaart waaruit je keuzes kunt maken.” De scholengemeenschap heeft naast een projectgroep die een helikopterview over het hele project houdt, expertgroepen per basisvaardigheid ingericht. In de expertgroep burgerschap zitten leden van alle scholen. Deze leden stemmen de leerlijnen die ze ontwikkelen af op de identiteit van de eigen school. “Daarnaast pakken ze veel zaken gezamenlijk op, zodat de identiteit van de scholengemeenschap herkenbaar blijft”, licht Henny toe.
Burgerschap als verbindende factor Daarna is veel gebeurd, geeft Henny aan. “Op het Gertrudis lopen twee jonge collega’s (maatschappijleer en levensbeschouwing) die al met burgerschap aan de slag wilden. Met de subsidie konden we hen faciliteren. Zij zijn op zoek gegaan naar de verbinding met ander vaksecties. Ze hebben de vierjarige leerlijn ‘samen’ ontwikkeld, een samenvoeging van levensbeschouwing en maatschappijleer. Hierbinnen is burgerschap de
Wim de Regt
verbindende factor. Ze hebben ook de connectie gezocht met andere vaksecties om te kijken wat zij doen aan burgerschap en hoe dat in die leerlijn past. Wim sluit aan: “Hiermee zijn nu 6 à 7 vaksecties actief aan de slag. De overige zijn aan het denken gezet.” “Dit jaar verfijnen we de leerlijn. We willen ervoor zorgen alle vakken aanhaken en dat het thema zichtbaar wordt in de school. Een adviseur van Expertisepunt Burgerschap is hierbij betrokken”, aldus Henny.
Gouden Appels
Henny de Kruif
appels. Zo heeft één van de scholen een sterrenkoepel en een andere school een grote tuin van een hectare . Alleen de eigen school maakt er gebruik van en dat willen we veranderen. In februari start een pilot in klas 2. De leerlingen van praktijkonderwijs tot en met gymnasium schrijven zich in voor een workshop met een cyclus van 6 weken. Ze werken tijdens de workshops samen aan een opdracht en leren zo elkaars capaciteiten kennen.” Doelstelling is een keuzeaanbod van vijf gouden appels in de pilotfase, op dit moment wordt nog bepaald welke dat worden.
Een voorbeeld van een burgerschapsproject is ‘de Gouden Appels’, een schooloverstijgend project. Henny: “We willen niet dat leerlingen van de drie scholen op hun eigen eilandje zitten. Ze komen elkaar later in de maatschappij ook op de werkvloer tegen.” Wim: “Elke school heeft eigen elementen: de gouden
Tips van Angèlica
• Neem je visie meerdere malen onder de loep. Ga via teambuilding met je team in gesprek over ‘Wie zijn we,
wat dragen we uit, wat willen we meegeven?’. Ga aan de slag met een visie die door iedereen gedragen wordt en maak het zichtbaar in de school. Stel jezelf daarbij de vraag: wat willen wij onze leerlingen meegegeven wanneer ze hier de school uitlopen, waarbij er aandacht is voor onze unieke visie, populatie en locatie? • Doe binnen je team de Quickscan van de PO-raad: www.poraad.nl/kind-onderwijs/leergebieden/ burgerschap/quickscan-burgerschap-online of VO-raad: https://burgerschap.vo-raad.nl/. De scan laat zien welke bouwstenen je al hanteert. Kijk wat nog ontbreekt wanneer je naar jullie visie kijkt. Gebruik de uitkomsten om de losse elementen te verbinden tot een doelgericht en samenhangend geheel. • Expertisepunt Burgerschap kan hierna kosteloos helpen met het in kaart brengen met wat je doet. Daarna kun je plannen maken. • Kijk op Onderwijskennis.nl voor handvatten voor het vormgeven van burgerschapsonderwijs bij jou op school. • Bekijk de tips van Expertisepunt Burgerschap op www.expertisepuntburgerschap.nl/. • Bekijk op de website van de Onderwijsinspectie, naast de eisen, ook de tips, de video’s, de reflectievragen en de verwijzingen naar handige websites over burgerschapsonderwijs: www.onderwijsinspectie.nl/onderwerpen/peil-onderwijs/als-school-aan-de-slag-metburgerschapsonderwijs
Meer over Expertisepunt Burgerschap: pagina 26 PrimaOnderwijs 11
Leren aanpassen of kritisch zijn?
Burgerschapsonderwijs bekeken vanuit kinderboeken Door kinderboeken te gebruiken in de klas kunnen kinderen kennismaken met andere werelden. Belangrijk is dat je als leerkracht kritisch bent in de keuze: kies je een boek dat aansluit bij de leef- en belevingswereld van kinderen of een boek dat kinderen juist inleidt in nieuwe werelden? Laat ze nadenken over wat zij vinden en geef ze de mogelijkheid daarover te praten. Lezen en het overdenken van verhalen dragen bij aan burgerschapsonderwijs.
Hanneke Messelink, docent Nederlands Saxion Hogeschool en beheerder van www.kinderboekenrijk.nl Lida Klaver, onderzoeker Lectoraat Vernieuwend Onderwijs Saxion Hogeschool Met dank aan: Willemijn Vernout en Marjolein Nijenkamp De wijze waarop burgerschapsonderwijs vorm krijgt in een klas hangt sterk af van de visie op burgerschapsonderwijs van de school en leerkracht. Welk boek je kiest, welke vragen je leerlingen stelt en welke opdracht je erbij bedenkt, hangt af van visie. Je visie kan gericht zijn op aangepast burgerschap. Je stimuleert kinderen zich te voegen naar de verwachtingen van de huidige maatschappij. Zo moeten ze leren hoe we goed omgaan met elkaar en zich aan afspraken houden. Een andere visie is gericht op kritisch burgerschap. Dit betekent dat kinderen zelf leren nadenken over de toekomstige maatschappij en deze vormen. Ze denken bijvoorbeeld na over wat zij vinden dat goed omgaan met elkaar betekent en welke afspraken zij belangrijk vinden. Aan de hand van kinderboeken, illustreren we wat het onderscheid tussen aangepast en kritisch burgerschap betekent voor de integratie van jeugdliteratuur en burgerschapsonderwijs.
12
Onderbouw
Alle liefde van de hele wereld van Mac Barnett is een geschikt boek voor de oudste kleuters. Het gaat over een oma die een jongetje de wereld in stuurt, als hij aan haar vraagt wat liefde is. Hij vraagt aan verschillende mensen, dieren en dingen wat liefde is en krijgt antwoorden waar hij niet veel mee kan. Als een visser zegt dat liefde een vis is, kan hij zich daar niks bij voorstellen. Hij besluit terug naar huis te gaan en ontdekt wat liefde daadwerkelijk is.
Dit boek leent zich voor vragen die gaan over omgaan met andersdenkenden. Kinderen komen door dit boek niet in aanraking met slechts één ‘juist’ beeld van wat liefde is, maar leren om hierover na te denken. Dit boek is geschikt om kritisch burgerschap te bevorderen. De leerkracht kan vragen: Waarom is liefde voor iedereen anders is? Wat betekent liefde voor jou? En wat vind je van andere meningen over liefde?
Middenbouw
Een geschikt boek voor de middenbouw is Misjka van Edward van de Vendel en Anoush Elman. Het gaat over Roya die vanwege oorlog met haar drie broers, vader en moeder gevlucht is uit Afghanistan. Ze woont al een tijdje in Nederland in een eigen huis (na in meerdere azc’s gewoond te hebben). Ze vindt dat er bij een eigen huis een huisdier hoort en mag een wit dwergkonijntje uitkiezen; ze noemt hem Misjka. Ieder gezinslid krijgt een eigen speciale band met het konijn. Roya weet zelf niet zo veel meer van de vlucht uit Afghanistan, maar samen met haar broers krijgt alles meer vorm én dat helpt haar om Misjka haar verhaal te kunnen vertellen. Als je het gesprek aangaat over dit boek vanuit een visie op burgerschap die gericht is op aanpassen, dan leent het boek Misjka er goed voor om respect, acceptatie en solidariteit te stimuleren. Je kunt door gevoelens van Roya te bespreken leren dat het goed is om je te verplaatsen in een ander, dat het belangrijk is om rekening te houden met elkaar, en dat je respect moet hebben voor kinderen met een andere achtergrond en hen moet accepteren. Vragen die daarbij kunnen helpen: Hoe zou jij je voelen als je nu ineens bijna alles moet achterlaten? Wat wil je leren van andere culturen? Hoe zorgen we ervoor dat vluchtelingen zich welkom voelen? Om kritisch burgerschap te stimuleren stel je andere vragen die minder sturend zijn.
Bovenbouw
In de hoogste groepen kun je het boek Hoor je mij? Van Caja Cazemier en Martine Letterie gebruiken. Dit boek kun je aanbieden vanuit de wens dat kinderen zich aanpassen, maar ook voor het stimuleren van kritisch denken. Dit boek bevat twee verhalen die door elkaar lopen. Het zijn de verhaallijnen van de tieners Sterre en Freek. De dove Sterre leeft in de wereld van nu met alle hulpmiddelen van nu. Ze gaat naar de brugklas. Ze merkt al snel dat het daar ontzettend moeilijk is jezelf te redden als je doof bent. De dove Freek leeft in de jaren ’50 op een internaat voor dove kinderen in een wereld waarin het verboden was gebarentaal te gebruiken op school. Hij wordt gedwongen te praten. De schrijvers lijken bij voorbaat ingezet te hebben op het kritisch bevragen van maatschappelijke normen, tegelijkertijd lijken ze ook bepaalde waarden en normen te stimuleren. De maatschappij in de tijd van Freek accepteerde niet snel dat iemand anders is. Ook in de tijd van nu is anders zijn niet altijd fijn en praktisch, wat te merken is aan Sterres verhaal. Door dit boek kun je het onderwerp pesten en omgaan met elkaar bespreken waarbij je respect en solidariteit bevordert (aanpassingsgericht). Tegelijkertijd nodigt het boek uit tot kritische meningsvorming over vragen als: Hoe moeten we als maatschappij zorgen voor dove mensen? Is het noodzakelijk dat iedereen zich aanpast? Kom je op voor je rechten? Hoe dan?
Lees en bespreek! Voor een goede integratie van jeugdliteratuur en burgerschapsonderwijs is het belangrijk dat je vanuit een visie je keuzes maakt. Wat wil jij bevorderen? Aangepast of kritisch burgerschap of wissel je ze af? Hangt je visie af van de leeftijd van de kinderen? Of misschien wel van het onderwerp? In het volledige artikel op de website staat bij ieder boek ook een idee voor een praktische opdracht. PrimaOnderwijs 13
‘Wat zou jij veranderen a Van het schrijven van een brief aan de minister tot het meepraten over een hangplek in de buurt. Tijdens zijn lessen leert docent maatschappijleer Mitchel Eijkemans zijn leerlingen dat politiek niet per se een ver-van-hun-bedshow is. Tekst: Tekst: Malini Witlox
Lessen over politiek kun je op twee manieren benaderen, meent Mitchel die les geeft aan vmbo 3 en 4 van Yuverta in Eindhoven. “Vrij theoretisch zoals in de boeken waarbij je uitlegt dat democratie iets is waarbij je op verschillende niveaus kunt stemmen zoals voor gemeenteraad en Tweede Kamer.” Of je begint kleiner, zoals hij bij zijn lessen doet. “Ik vraag de leerlingen wat de problemen in hun buurt zijn. Waar maak je je druk om en wat zou je veranderen als jij macht had? Dan komen ze met voorbeelden en leg ik uit dat daar systemen voor zijn zoals het organiseren van een manifestatie, het schrijven van een brief aan de gemeenteraad, stemmen op een bepaalde politieke partij enzovoorts.” Wat in het leven van zijn leerlingen gebeurt, is dus het vertrekpunt van zijn lessen. “Als je het te groot maakt, haken ze af. Je moet niet meteen beginnen over het oplossen van klimaatverandering. Begin met de vraag of er genoeg prullenbakken op school zijn. Zo leren zo op kleine schaal nadenken over grote problemen.”
Toenemende haat Hij geeft een voorbeeld uit een recente les, waarbij leerlingen over de toenemende haat in de wereld spraken. “Dan leg ik uit dat je kunt beginnen door je buren te leren kennen bij een burenproject. Vorig jaar hebben we zelfs met vmbo 3 brieven geschreven aan diverse ministeries over problemen zoals het lage jeugdloon. Net na de zomervakantie kwamen van verschillende ministeries antwoorden terug. Sommige ministeries hebben standaard antwoorden gestuurd, maar sommige ministers reageerden ook inhoudelijk.” Het was een eyeopener voor de leerlingen. Als scholier kun je dus gewoon met een minister communiceren. “Zo hebben twee meisjes geschreven dat ze vonden dat er menstruatieverlof moest komen. Daar ging de minister heel mooi op in. Dat zoiets onderzocht is, maar dat de overheid tegelijkertijd mannen en vrouwen gelijk wil behandelen. Daar debatteren we dan in de klas verder over. En de meisjes waren dolenthousiast. Ik heb een brief aan de minister geschreven en antwoord gekregen, zeiden ze.”
14
Met klas 2 bezoekt de school ééns per jaar de Tweede Kamer. “De leerlingen vinden dat geweldig. Ze zien dan mensen die ze kennen van tv in het echt.”
Presentatie en debat Mitchel maakt zijn lessen bijna allemaal zelf. “Ik deel mijn lessen meestal op in projecten van vier tot vijf weken. Iedere week laat ik een leerling een presentatie doen over een maatschappelijk vraagstuk naar keuze, afsluitend met een discussievraag.” Het debat in de klas duurt vijf minuten. “Belangrijk vind ik dat de leerlingen dan echt luisteren naar wat de ander zegt en daarop reageren. Je ziet dat in politiek Den Haag soms amper geluisterd wordt en iedereen gewoon zijn eigen zegje doet.” Debatten uit de Tweede Kamer toont Mitchel maar zelden in de klas. “Heel soms als er tijd voor is. Maar het loopt vaak vast op taal. Dat taalniveau is voor vmbo-leerlingen te hoog. Al zet ik de video dan wel stop en leg ik versimpeld uit wat bedoeld wordt.” Yuverta in Eindhoven is een groene school, met veel aandacht voor onderwerpen zoals bloemen, klimaat en dieren. “Het is ook een heel witte school. Het nadeel hiervan is dat de leerlingen zelf vraagstukken rondom diversiteit nooit aan de orde zullen stellen. Ze zien die problemen in de samenleving niet. Daarom agendeer ik die onderwerpen zelf. Dat vind ik ook echt mijn taak als docent maatschappijleer.”
Begin op eigen school Begin op je eigen school als je ergens ontevreden over bent, adviseert de docent maatschappijleer zijn leerlingen. “Zo waren er leerlingen die graag een nieuw voetbalveldje wilden. Ik heb hen uitgelegd dat ze dan hun mening op papier moesten zetten en naar de directeur moesten gaan. Ze hebben zelf argumenten bedacht, bijvoorbeeld dat beweging goed is voor de gezondheid en dat ze dan minder druk in de lessen waren. Dat voetbalveld ligt er inmiddels.” Een stapje hogerop op gemeenteniveau kun je naar de jeugdraad, weten zijn leerlingen inmiddels. “Politiek in je klas is wat je er zelf van maakt. Iets heel afstandelijks of iets dichtbij. Hoe kun je je
n als je de macht had?’ inzetten om de wereld een beetje beter te maken. Bijvoorbeeld de kantine verduurzamen. Dat soort dingen staat niet in schoolboeken over politiek, maar het is wel wat ook politiek is.”
Foto: Saskia Moerman
Mitchel nodigt ook regelmatig jonge gemeenteraadsleden uit voor een praatje in de klas. “Dan realiseren ze zich dat politiek actief worden ook gewoon een beroepskeuze is. Persoonlijke verhalen hebben veel betekenis, zeker als iemand het zelf komt vertellen. Ik benadruk ook dat ook in de Tweede Kamer vmbo’ers zitten zoals Jesse Klaver. Zo wordt politiek toch iets dat dichtbij is.”
Leer leerlingen op kleine schaal nadenken over grote problemen
PrimaOnderwijs 15
ZIE VAN GOGH MET JE KLAS
1892300-062 Zie van Gogh met je klas 192x285mm_Linkerpagina_V5.indd 1
12/10/2023 09:38
189230
23 09:38
Basisonderwijs
Camille & kleur Rondleiding voor kleuters
Kleuren staan centraal in deze rondleiding voor kleutergroepen. Samen met een museumdocent gaan de kleuters op ontdekkingsreis langs de bijzondere schilderijen van Vincent van Gogh. De kleuters gaan in het museum op zoek naar alle kleuren van de regenboog. Want als er iemand van kleuren hield, dan was het Vincent wel! www.vangoghmuseum.nl/po
Voortgezet onderwijs
Vincent: de man en zijn werk Rondleiding
Onder begeleiding van een museumdocent leren de leerlingen Vincent beter kennen. Ze horen verhalen over zijn werk en persoonlijke leven en gaan zelf aan de slag met afwisselende doe-opdrachten. Ook ontdekken ze hoeveel paralellen er zijn tussen hun eigen leven en dat van Vincent van Gogh. In deze rondleiding komen thema’s als broederschap, dromen, geldgebrek, studiekeuze, ruzie, verliefdheid en sombere gevoelens aan bod. www.vangoghmuseum.nl/vo
Mentale gezondheid
Open up met Vincent
Onderwijsprogramma’s voor mentale gezondheid Vincent van Gogh ervoer in zijn leven de helende kracht van kunst en putte er troost en hoop uit. Voor hem was onder andere schilderen een remedie tegen de psychische klachten waarmee hij worstelde. Open up met Vincent is gebaseerd op zijn kunst en levensverhaal. Voor zowel po als vo is lesmateriaal ontwikkeld. Yoga, meditatie en het openen van het gesprek rondom dit thema zijn onderdelen van dit lesmateriaal. www.vangoghmuseum.nl/lesmateriaal-mentale-gezondheid
Save the date
Zie hier ons hele onderwijsaanbod:
Op Blue Monday (15 januari ‘24) organiseert het Van Gogh Museum samen met Museum van de Geest een docentenmiddag rondom het thema mentale gezondheid voor vo- en mbo-docenten. Noteer alvast in je agenda! Via onze nieuwsbrief houden we je op de hoogte. www.vangoghmuseum.nl/nieuwsbrief
1892300-062 Zie van Gogh met je klas 192x285mm_Rechterpagina_V5.indd 1
12/10/2023 09:48
Haal de verkiezingen de school in
‘Met zo’n echt stemlokaal gaat het voor ze leven’
Tekst: Heleen de Bruijn
De verkiezingen voor de Tweede Kamer komen eraan. En wat past er beter in het thema burgerschap dan dat: democratie, staatsinrichting, maar ook discussiëren, luisteren naar elkaar en samenwerken komen allemaal aan bod. We vroegen scholen hoe zij aandacht besteden aan de verkiezingen.
Jefke Stroo, directeur CBS Coolsma in Driebergen
Jefke Stroo
18
“Al enkele keren is een lokaal van onze school tijdens verkiezingen ingericht als stemlokaal. De gemeente zoekt altijd locaties en wij vinden dat een mooie manier om democratie en de verkiezingen in de school te halen. Hier zien leerlingen hoe stemmen echt werkt. Sowieso besteden we hier aandacht aan burgerschapsthema’s als democratie en staatsinrichting. Kijk alleen al naar de verkiezing per klas van een vertegenwoordiger voor de leerlingenraad, en het stemmen over wie welke leiderschapsrol op zich neemt. De leerkracht bepaalt zelf hoe en wanneer een onderwerp wordt besproken, maar verkiezingen en Prinsjesdag in september worden altijd wel even ‘aangeraakt’. Met leerlingen van groep 8 tot en met de kleuterklas gaan we bij de verkiezingen in ons stemlokaal kijken, bijvoorbeeld op het moment dat het wordt ingericht. Dat vinden ze machtig mooi. Ze zien hoe ontzettend groot de stembiljetten zijn met al die partijen, het rode potlood waarmee een hokje wordt aangekruist en hoe je helemaal alleen in zo’n hokje staat om je stem uit te brengen. De vorige keer hebben leerlingen ook mensen in de rij geïnterviewd. Over waarom ze gingen stemmen en of ze de keuze moeilijk vonden. Met zo’n stemlokaal gaat het echt voor ze leven.”
Lisa Arts
Lisa Arts, docent maatschappijleer en levensbeschouwing, Griftlandcollege in Soest
“Tijdens de verkiezingen heerst op onze school altijd een leuke, beetje opgewonden sfeer. Stemmen, ook al is het dan op school, brengt vaak discussie op gang tussen leerlingen, er ontstaan leuke gesprekken. Wij houden scholierenverkiezingen via ProDemos. Voor de Tweede Kamer, maar ook komend voorjaar als er verkiezingen zijn voor het Europees Parlement. ProDemos verzorgt de stembiljetten en de verkiezingsposters, die we in de hal ophangen. Alle 1400 leerlingen mogen in november stemmen. In de lessen bereiden we dat voor door uit te leggen wat stemmen is en waarom je dat zou doen. In de bovenbouw wordt in de lessen maatschappijleer natuurlijk meer aandacht besteed aan parlementaire democratie, dat is verplichte examenstof. In de lagere klassen gaat het minder om details, want voor specifieke kennis heb je toch een bepaalde leeftijd nodig. Voor brugklassers is democratie nog best ingewikkeld, maar het gaat om het plezier. Verkiezingen houden, vinden we belangrijk. Het vertrouwen in de politiek is niet erg groot en we willen graag een beetje bijdragen aan het herstel van dat vertrouwen. En het is goed voor jongeren om in ieder geval al een keertje in zo’n hokje te hebben gestaan. Die ervaring willen we ze meegeven.”
Kris Vermaas
Kris Vermaas, leerkracht groep 6, CBS De Wissel in Utrecht
“Op onze school werken we met lessencircuits, waarbij de groepen 6,7 en 8 veel samenwerken en samen les krijgen. Bij zo’n circuit heeft een groep bijvoorbeeld op één dag begrijpend lezen, dan burgerschap en vervolgens rekenen. Zo zetten we burgerschap meteen goed op de agenda. Bij burgerschap organiseren we een debatreeks over democratie en de Tweede Kamer. De komende verkiezingen passen daar goed in. Dit jaar houden we voor het eerst zelf verkiezingen. De leerlingen richten een politieke partij op en maken een verkiezingsprogramma. Docenten fungeren dan even als rekenkamer om de programma’s te checken. Ze voeren ook campagne, kiezen een lijsttrekker en maken posters en flyers. Op de echte verkiezingsdag gaat de bovenbouw naar de stembus en mogen leerlingen stemmen op een van de opgerichte partijen. Ik hoop dat ze zo leren hoe het in het echte leven gaat. Het belang is dat het voor kinderen herkenbaar wordt, wat ze over verkiezingen op het nieuws zien of thuis horen. Bovendien leren ze over samen leven, leren ze argumenten te bedenken voor hun standpunten, hoe ze zichzelf presenteren en luisteren naar de ander.” Flemming van de Graaf
Flemming van de Graaf, docent maatschappijleer Hofstadlyceum, Den Haag
“We zitten hier wel dichtbij de democratie, maar we doen niet per se meer aan verkiezingen dan andere scholen. Daarvoor ontbreekt de tijd. We houden wel scholierenverkiezingen. Ik vraag leerlingen wie zin heeft om te helpen en dan verdelen we de taken: we richten een stemlokaal in, maken stembiljetten, een stembus en leerlingenlijsten om de stemmers af te strepen. En we maken een rooster van welke klas wanneer mag komen stemmen, zodat niet iedereen tegelijk komt. In de bovenbouw mag je stemmen. We hebben het dan over zo’n zeshonderd leerlingen.” “Over democratie en verkiezingen gaat het eigenlijk alleen in de lessen maatschappijleer. Dat krijgen ze hier vanaf de vierde klas. Ik moet bekennen dat verkiezingen daarbuiten niet zo leven bij leerlingen. Pas als we die organiseren, wordt het een gespreksonderwerp. Het stimuleert ze om na te denken over waarom ze kunnen stemmen en op wat voor partij. We bezoeken ook elk jaar de Tweede Kamer. Zo krijgen ze een beetje mee hoe de politiek werkt en waar de belangrijke besluiten worden genomen. Ook mogen ze dan de Tweede Kamer naspelen en met elkaar in debat gaan. Dat vinden ze erg leuk.”
PrimaOnderwijs 19
Op school aan de slag met burgerschap Sinds 2021 is de wet voor burgerschapsonderwijs aangescherpt. Alle leerlingen in het funderend onderwijs moeten kunnen omgaan met diversiteit en leren over de basiswaarden van de Nederlandse rechtsstaat, zoals vrijheid, gelijkheid en solidariteit. Het doel dat de overheid beoogt, is het bevorderen van actief burgerschap en sociale cohesie. SLO, landelijk expertisecentrum voor het curriculum, werkt samen met het onderwijsveld aan kerndoelen voor burgerschap. SLO ondersteunt scholen die nu aan de slag willen met handreikingen en instrumenten op het platform basisvaardigheden.
Tekst: Brigitte Bloem
Veel scholen vinden het lastig om vanuit een coherente visie en toegespitst op de eigen leerlingpopulatie met burgerschap aan de slag te gaan. Zo niet het Herman Wesselink College (HWC), een brede scholengemeenschap, waar de helft van de leerlingen tweetalig onderwijs geniet. Joris Zijlema geeft er aardrijkskunde en coördineert het burgerschapsonderwijs. “We zijn gevestigd in Amstelveen, waar veel expats wonen, afkomstig uit alle werelddelen. “Dat internationale karakter zie je volop terug in het onderwijs op onze school. We bieden tweetalig onderwijs, veel buitenlandse excursies, uitwisselingen en andere internationale activiteiten”, somt hij op. “Dat zet zich ook door in ons burgerschapsonderwijs, dat bij ons meer richting wereldburgerschap gaat.” 20
Johan van Driel
Visievorming Johan van Driel, curriculumontwikkelaar geschiedenis bij SLO, is betrokken bij de ontwikkeling van instrumenten en handreikingen voor burgerschapsonderwijs op scholen. Hij raadt scholen aan: “Start vanuit je pedagogische en levensbeschouwelijke uitgangspunten en vraag je af wat je vanuit deze opvattingen wilt bereiken met burgerschapsonderwijs. Probeer je visie op burgerschap in de haarvaten van de lessen te krijgen en communiceer regelmatig met het team. Het HWC brengt dit in de praktijk.” Joris: “Onze kernvraag was: ‘Hoe willen we dat kinderen de school uitlopen na hun eindexamen? Wat willen we ze meegeven, zodat ze wereldburgers
Aan de slag met de basisvaardigheden voor burgerschap? Sinds enkele jaren is het wettelijk verplicht om het vak burgerschap aan te bieden, maar veel scholen zoeken nog naar de beste manier om het leergebied een blijvende en betekenisvolle plek te geven in hun onderwijs. Een set kerndoelen voor dit leergebied is in ontwikkeling. Die biedt straks meer duidelijkheid over wat leerlingen moeten kennen, kunnen en ervaren aan het einde po en onderbouw vo. Eind 2023 worden de conceptkerndoelen burgerschap opgeleverd en dan volgt een fase van beproeven op scholen. Na deze fase krijgen de kerndoelen een wettelijke status. Ga voor meer informatie over de actualisatie van de kerndoelen naar: www.actualisatiekerndoelen.nl/burgerschap Voor scholen die nu aan de slag willen, zijn er diverse adviezen en instrumenten beschikbaar op: www.slo.nl/basisvaardigheden/burgerschap
worden?’. We zagen onze leerlingen enorm groeien na de buitenlandexcursie in klas 2 en de uitwisseling in gastgezinnen in het 3e jaar. Toen dachten we, ‘hoe kunnen we dit breder trekken, zodat ook ervaringen binnen school dit resultaat hebben?’.” Een aantal collega’s vormde met Joris een werkgroep. Er werd geïnventariseerd wat er al gebeurde op burgerschapsgebied en op welke thema’s nog ontwikkeling gewenst was.
Maatschappelijk relevante thema’s Inmiddels wordt binnen het HWC gewerkt met twee schooleigen leerlijnen voor burgerschap: wereldburgerschap en persoonsontwikkeling. Deze tweede leerlijn is een toevoeging van de school zelf en behoort niet tot de verplichte kern van burgerschap. “Het is een levend document en blijft in ontwikkeling”, wil Joris benadrukken. “Door onderlinge gesprekken zijn mooie dingen boven komen drijven. Zo was er bijvoorbeeld een taaldocent die aangaf: ‘Ik kies mijn artikelen heel bewust, bijvoorbeeld over Brexit, over mensenrechten, klimaatverandering, migratie’. Een collega vertelde dat hij vooral taaltechnisch kijkt, maar er nu ook veel voor voelt om ook vanuit burgerschapsperspectief te kijken naar meer maatschappelijk relevante thema’s.”
Instrumenten en handreikingen “Er is nog geen samenhangend curriculum voor burgerschap. De set kerndoelen voor dit leergebied is in ontwikkeling. SLO biedt straks meer duidelijkheid over wat leerlingen moeten kennen, kunnen en ervaren
Joris Zijlema
aan het einde po en onderbouw vo”, stelt Johan. Eind 2023 worden de conceptkerndoelen burgerschap opgeleverd en dan volgt een fase van beproeven op scholen. Na deze fase krijgen de kerndoelen een wettelijke status. Vooruitlopend daarop ontwikkelden Johan en collega’s verschillende instrumenten, zodat scholen nu al stappen kunnen zetten. “We bieden een handreiking en stappenplan aan die ondersteunen bij het vormgeven van je burgerschapsonderwijs. Ook zijn er adviezen die scholen kunnen gebruiken om de kwaliteit van de lessen te borgen. Voor po en onderbouw vo is een leerlijn ontwikkeld voor burgerschapsonderwijs. Ten slotte bieden we een factsheet over wat bekend is met betrekking tot de kennis en vaardigheden van Nederlandse leerlingen. Leg dat naast de kennis en kunde van je eigen leerlingen en je weet ongeveer waar je staat.”
Living Lab Een advies dat SLO aan scholen geeft, is dat je burgerschapsonderwijs goed in samenhang met andere leergebieden kan geven. Ook het HWC kiest daarvoor. Vanuit ‘kunst & cultuur’ gaan we komend jaar in 4vwo een pilot draaien met het Living Lab”, licht Joris toe. “In een Living Lab wordt een actueel en inspirerend thema behandeld dat te maken heeft met burgerschap. Zo ervaren leerlingen democratische waarden en diversiteit door ermee te oefenen. Hierdoor worden de burgerschapsdoelen voor leerlingen veel concreter.” Het HWC is zelfstandig burgerschapsonderwijs gaan ontwikkelen. “Op een gegeven moment kwam er vanuit SLO en andere organisaties aanvullend materiaal, waar we gebruik van hebben gemaakt”, aldus Joris. “We hebben bovendien profijt gehad van de expertise die er - in bredere kring - binnen Cedergroep waartoe we behoren, aanwezig is.” Joris en Johan hebben voor nu nog een laatste, eenduidig advies: “Inventariseer wat je al doet aan de verplichte burgerschapsthema’s en probeer dat te versterken. Doe dat wel vanuit jullie schoolvisie op burgerschap.” ◗ PrimaOnderwijs 21
Help! Hoe werkt het
brein van die adolescent? Die tiener of jongvolwassene die niet lijkt te willen leren en die andere zaken interessanter vindt dan school, hoe brengen we die bij om ‘nette burgers’ te worden? Moraal en ethiek lijken soms ver te zoeken. Daar proberen jullie burgerschapsonderwijs aan te geven. Maar het brein van die opgroeiende kinderen en jongeren werkt anders dan dat van volwassenen. Tijd om neuropsycholoog en wetenschapper Jelle Jolles het woord te geven. Tekst Wiesette Haverkamp
“Adolescenten zijn werk in uitvoering. De netwerken in hun brein worden tot na hun twintigste gevormd door leef- en leerervaringen. Bijna 100 procent van de kennis en ervaringen die worden opgeslagen in het brein, komen voort uit omgevingsprikkels. Deze prikkels bepalen wat er van genetische eigenschappen terecht komt. Het gaat om cognitieve, sociale, emotionele, fysieke én zintuiglijke prikkels. Daarvoor is iedereen in hun omgeving nodig: school, ouders, leeftijdsgenoten, maar ook influencers, de buurman en de judoleraar. Kennis, ervaringen en vaardigheden die vaak opnieuw worden aangeboden, maken meer kans om te worden opgeslagen. Ze moeten voortdurend oefenen. Dat betekent ook dat de adolescent soms tijdelijk vaardigheden ‘kwijt’ is, omdat iets anders zich ontwikkelt. Grote kans dat de vaardigheid of kennis in een volgende fase terugkomt, maar dan ‘rijker’, omdat er een mentaal beeld, emoties of een visuele voorstelling toegevoegd is. Zo kan het zijn dat ze op hun 12e een bepaalde vaardigheid hebben opgedaan in de huiselijke omgeving. Vervolgens komen ze in de omgeving daarbuiten en dan verliezen ze die kennis of vaardigheid. Op hun 16e leren ze het opnieuw, maar in een meer complexe situatie. Door zelfinzicht constateren ze dan bijvoorbeeld ‘op mijn 12e begreep ik eigenlijk nog niet waar het over ging’. Ik vergelijk deze aspecten van leren en de ontwikkeling van het brein met het met het aanbrengen van ‘kapstokjes in de hersenen’. Aan ieder kapstokje 22
worden in de loop van de adolescentie jasjes gehangen: taaljasjes, begripsjasjes, emotiejasjes. Naarmate ze ouder worden, gaan de hersenen steeds beter geïntegreerd functioneren: er zijn meer plekken in het brein die het denken, oordelen, kiezen en beslissen ondersteunen. Qua burgerschapsonderwijs verwachten we soms dingen van jongeren, die ze nog niet kennen of niet kunnen beheersen, omdat de kapstokjes er nog niet zijn waar die kennis-jasjes aan gehangen kunnen worden. Onderwijsgevenden zijn uiterst belangrijk om de adolescent hierin te begeleiden en inspireren.
Fasen van adolescentie In de preadolescentie (8-10 jaar) begint zich een sociaal brein te ontwikkelen door een toename in prikkels van buiten de ‘cirkel van thuis’. Ze gaan bijvoorbeeld naar een vereniging verderop. In de vroege adolescentie (10-14) jaar wordt dit sterk uitgebouwd door een grondige verbouwing van de hersenen. Maar de jonge adolescent is nog wel gekoppeld aan de veilige binding aan thuis. Het is de fase dat ze zich gaan vergelijken met leeftijdsgenootjes. Ze komen voor het eerst bewust in aanraking met diversiteit op school en verenigingen. Ze ontwikkelen inzicht in ‘de ander’ en diens bedoelingen, krijgen empathie en gaan meer begrijpen over de consequenties van eigen gedrag. Geef die jongere vrijheid, maar dan wel vrijheid in geborgenheid. De jongere heeft namelijk vrijwel geen
Foto: Merlijn Doomernik
Een tiener gebruikt nog niet een derde van de woorden die wij gebruiken
zicht op ‘de wereld’ en wat daar gaande is. Dat kan leiden tot zorgen en vragen: ‘wat is de bedoeling van alles?’, ‘wat bedoelt de ander?, hoe ziet de wereld eruit en wat wordt van mij verwacht?’. Neuropsychologisch gezien zijn die vragen de kern van burgerschap: ze gaan om hun persoonlijke vorming en identiteitsontwikkeling en om hun plek in de complexe wereld.
verloren gaat. Gedoseerd opbouwen van leerstof is dus uiterst belangrijk. Uitleggen aan een 14-jarige dat je een Eerste- en Tweede Kamer hebt en wat dat inhoudt, heeft alleen zin als de leerling zich er een voorstelling van kan maken, met concrete voorbeelden over besluitvorming, politieke onenigheid, coalities, en inhoudelijke onderwerpen die voor hen begrijpelijk zijn.
Van 14 tot 16 jaar verruimt de actieradius. Ze gaan op hun fiets naar een vriend een half uur verderop. Ze komen in andere stadswijken en in aanraking met andere culturen. Het geeft hen inzicht in een wereld die anders kan zijn dan waar ze vandaan komen. Abstracte begrippen zoals ‘cultuur/culturen’ worden toegevoegd aan hun kennisarchief in hun brein. Voor onderwijsprofessionals is het belangrijk zich te realiseren dat die 15-jarige dus maar een fractie heeft binnengekregen aan kennis van wat ‘de wereld’ inhoudt. En dat de kennis die je overdraagt, te abstract kan zijn waardoor betekenis en voorstelling
Vanaf 15 tot 18 wordt hun wereld steeds ruimer en complexer, er komen steeds meer kennis- en ervaringsdomeinen bij. Ze krijgen inzicht in de domeinen waarin andere jongeren leven. Dat geeft een enorme groei en verbreding waarin eerdere leerervaringen het ‘kapstokje’ zijn waarop nieuwe ervaringen en kennis worden opgehangen. Sport is daarin belangrijk: daar leren ze incasseren, samenwerken en positief zijn en oefenen met de vele mogelijke leerstrategieën. Belangrijke leerervaringen die ze in deze en laatste fase (tot ongeveer 25 jaar) opdoen, komt uit de >>> PrimaOnderwijs 23
nog ruimere cirkel van kennis en ervaringen van volwassenen. Jongeren begrijpen plotseling wat ouders voor werk doen en krijgen daardoor het inzicht ‘dáár is school goed voor!’. Ouders en andere volwassenen zijn niet meer alleen ‘stom en saai, maar hebben ook een eigen leven met handige kennis en inzichten; inzichten die met ethiek, waarden en normen te maken hebben. Die zich in verschillende kringen (religie, politiek et cetera) bewegen die best interessant zijn. Ze leren over verschillen, vormen opinies en gaan eigen keuzes maken. Tijdens de late adolescentie en bijna-volwassenheid kan interesse in opleiding en eigen toekomst toenemen. Echter niet via explorerend leren. Directe
instructie is voor deze leeftijdsgroep belangrijk. De docent is de motor van de ontwikkeling van de leerlingen. Deze staat niet per se aan het stuur, maar inspireert, wijst de route en geeft feedback. Ze hebben een docent nodig die steun geeft en interesse en respect heeft. Taal is de hele ontwikkeling belangrijk. “Besef dat een tiener nog niet een derde van de woorden heeft die wij gebruiken. Volwassenen communiceren veel in abstracties en gebruiken woorden die meerdere betekenissen kunnen hebben. Die rijkdom in taal is voor bijna alle jongeren nog een brug te ver. Ook moeten ze veel leren over onze communicatie via humor, ironie, sarcasme en metaforen.
Tips voor leraren Deze oefeningen (ontleend aan onderwijsinnovatieprojecten die Jolles met zijn promovendi heeft uitgevoerd) is heel belangrijk voor de ontwikkeling van kennis over de wereld, emotie en empathie en intenties van anderen. een klas in groepjes van zo’n 4 à 5 leerlingen. Laat ze naar een foto kijken waarop veel te zien is, • Verdeel bijvoorbeeld een foto uit de rubriek ‘buiten het nieuws’ uit de krant. De opdracht is ‘analyseer de foto,
• • • •
24
beschrijf wat je ziet; wat gebeurt er, hoe heet het, wat zijn de bedoelingen’. Een scenario kan zijn: Een leerling zegt dat er een tijger op staat. Een andere leerling reageert ‘nee dat is een panter, want hij heeft stippen en een tijger strepen’. ‘Is het in een dierentuin?’ ‘Nee er loopt een man met een net.’ ‘Is de panter ontsnapt en gaan ze ‘m vangen? Daar staat een busje, daar willen ze ‘m vast in doen.’ Ze luisteren naar elkaar, gaan met elkaar in gesprek, leren te argumenteren en om hun plek in de complexe wereld te vinden. Dit kun je doen met leerlingen in de laatste klassen van het basisonderwijs, maar ook met leerlingen in het vo en studenten door de complexiteit van de foto te vergroten. Een meer volwassen scenario kan als volgt gaan: ‘Ik zie iemand met een geweer. Misschien is het oorlog.’ ‘Is het in Oekraïne?’ ‘Ik zie drie zwarte mannen, dus dat lijkt me onwaarschijnlijk.’ ‘Misschien zijn het de Wagnergroepen in Libië.’ ‘Heeft die naam te maken met de componist?’ ‘Wat vind jij daar eigenlijk van?’ Bovenstaande kan ook in competitieverband: wie komt het dichtstbij een zinvolle beschrijving van wat er gebeurt op de foto en waar het toe leidt? Dit proces kan geleid worden door leraar/docent, maar ook door een ouderejaars (leerling of student). Die leerlingen/studenten zijn tutor: ze leiden het groepje en geven feedback of wijzen een route. Daar leren zij ook weer van. In plaats van foto’s kun je werken met korte teksten (maximaal 1 pagina A4), of een fragment uit een video, een serie of film waarin iets gebeurt. Je stimuleert het gesprek over de rollen van de personages - waarmee ze zich kunnen identificeren – of de verhaallijn. Het kan gaan om verhalen uit heden, verleden, ‘fantasy’ of toekomst: en gebeurtenissen zoals in toneelstukken van Shakespeare of episodes uit Game of Thrones of Barbie: ze gaan om liefde, wrok, afgunst, elkaars man/vrouw afpakken, doden. Basale gebeurtenissen en emoties die leidend zijn hoe onze samenleving in elkaar zit. Gebruik deze voorbeelden ook in andere vakken. Zo kun je praten over de wereld van gisteren, de wereld van 3 eeuwen geleden en de wereld aan de andere kant van de rivier, de achterbuurt, de rijke mensen, ‘dat dorp op het platteland’ maar ook de wereld van Biden en van Trump. Of die van de boeren in Nederland, de agro-industrie of extinction rebellion. Richt een leerlingenparlement in. Minimaal drie partijen doen mee en elk jaar zijn er verkiezingen, compleet met aanplakbiljetten, programma’s en debatten. Dat is een hele praktische oefening in de parlementaire democratie maar ook om ervaring op te doen met argumenteren, redeneren en de uiteindelijke rol van de adolescent in de samenleving van straks. Zorg dat het niet alleen een soort ‘simulatiespel’ is maar dat het parlement adviesrecht heeft over zaken.
Focus op het schrijfproces
Leerlingen begeleiden in schrijfvaardigheid
PO/VO Zou je het schrijfproces voor je leerlingen inzichtelijker, leuker en betekenisvoller willen maken? Wil je je schrijfonderwijs zo inrichten dat je leerlingen gaandeweg aan zelfregulerende vaardigheden werken? Focus op het schrijfproces biedt precies met deze insteek een heldere en praktische aanpak die leidt tot bewuste ontwikkeling in schrijfvaardigheid, het stellen. Expliciete aandacht voor het proces heeft een positief effect op de kwaliteit van het schrijfproduct. En dat ontdekken je leerlingen ook.
Het beschreven model is zo opgezet dat je als leraar • zicht en grip hebt op het gehele proces: van beredeneerde schrijfopdracht tot eindproduct; • de ontwikkeling van je leerlingen goed kunt volgen.
Scan & Bestel
Wil je een voorproefje van dit praktische boek? Scan dan de QR-code of kijk in onze webshop cps.nl/webshop.
Prijs: € 29,95 Auteur: Els Loman, m.m.v.: Jeroen Aarssen en Heleen Strating | ISBN: 9789065082336 | Sector: po/vo
Bestel deze en meer CPS-uitgaven op www.cps-uitgeverij.nl
Expertisepunt Burgerschap
helpt verder met burgerschapsonderwijs Burgerschapsonderwijs: er gebeurt vaak al van alles op scholen. “Scholen zijn daar al mee bezig in projecten en lessen”, geeft Coen Gelinck programmamanager bij Expertisepunt Burgerschap aan, maar hoe maak je er meer werk van? Hoe ga je het gesprek aan binnen school en welke maatschappelijke of educatieve organisaties kunnen jouw school verder helpen? Het Expertisepunt Burgerschap verzamelt het aanbod en de kennis op dit gebied en ontsluit dit voor onderwijsprofessionals. Coen vertelt er graag meer over. “Er worden momenteel nieuwe kerndoelen voor burgerschap ontwikkeld, maar scholen kunnen op basis van de wettelijke burgerschapsopdracht van 2021 nu al aan de slag”, vertelt Coen. “De wet vraagt van scholen om dit doelgericht en samenhangend aan de pakken met het oog op de basiswaarden van de democratische rechtsstaat. Bij doelgericht kun je denken aan een antwoord op de vraag ‘wat willen we bereiken op het gebied van burgerschapsonderwijs?’ en ’wat zijn bestaande of mogelijk nieuwe elementen die kunnen bijdragen om die doelen te bereiken?’.” Samenhang kan een uitdaging zijn, geeft Coen aan. “Het gaat om een doorlopende leerlijn en om horizontale afstemming tussen vakken. Zeker in het VO waar docenten meestal één vak geven, kan dat ingewikkeld zijn. Elementen van burgerschap zitten in allerlei leergebieden en vakken, maar ook in het pedagogisch handelen van docenten, leerkrachten en schoolleiders. Evenals in de schoolcultuur en het omgaan met de omgeving. Dat zijn veel 26
verschillende aspecten, waarbij veel mensen betrokken zijn.”
Vrijheid, gelijkwaardigheid en solidariteit Welke basiswaarden het betreft, staat niet letterlijk in de wettekst. Uit toelichtende documenten bij de wet wordt duidelijk dat het om vrijheid, gelijkwaardigheid en solidariteit gaat. Bij de behandeling van de wet zijn deze waarden uitgewerkt in de acht waarden die de inspectie nu hanteert. Het gaat dan bijvoorbeeld om begrip voor anderen en autonomie. De basiswaarden staan echter wel in relatie tot de democratische rechtsstaat. Het gaat dus niet alleen over ‘hoe ga je om met medeleerlingen?’, maar ook over de essentie van de democratische rechtsstaat: hoe verdelen we de macht en hoe bescherm je de rechten van minderheden tegen de meerderheid?. Daar ligt een rol voor de school. Burgerschap zit niet alleen in het curriculum, maar ook in de schoolcultuur en in de bindingen tussen school en samenleving zoals de buurt, de gemeente, het land en de wereld.
Foto: Ron Koffeman Fotografie
Coen noemt een voorbeeld uit zijn eigen ervaring: “Leg contact met een school die leerlingen heeft die op punten verschillen van je eigen schoolpopulatie en trek samen op in een activiteit. Je kun samen religieuze stromingen onderzoeken door gebedshuizen te bezoeken. Verschillende schoolpopulaties maken dan contact met elkaar, zonder dat daar de nadruk ligt; en leren daarvan. En ze maken kennis met verschillende religieuze stromingen, dat past binnen kerndoelen van burgerschapsonderwijs. Je bent bezig in de maatschappij en met onderlinge relaties.” Maar het kan ook kleiner, vertelt Coen. “Je kunt als school leerlingen laten onderzoeken welke vraagstukken er in de eigen buurt spelen. Maar een bezoek aan de raadzaal van het gemeentehuis of contact tussen leerlingen en ouderen zijn ook opties. Elke school heeft een omgeving met mogelijkheden in de buurt. Je hoeft het als school niet allemaal zelf uit te vinden, want er zijn ook partijen die hierin gespecialiseerd zijn. Het Expertisepunt Burgerschap ontsluit aanbod en initiatieven op het gebied van burgerschapsonderwijs en vult dat steeds aan.”
Contact met Expertisepunt Burgerschap Scholen kunnen bij het Expertisepunt Burgerschap hun vragen voorleggen aan de helpdesk via het contactformulier op www.expertisepuntburgerschap.nl. Telefonisch kan dat via 030 285 6611. Scholen die een goed voorbeeld hebben van een organisatie die andere scholen weer verder kan helpen, zijn ook welkom contact op te nemen. Op de website van Expertisepunt vind je de quickscan waarmee een school een beeld kan vormen van de stand van zaken van burgerschapsonderwijs op de eigen school. Coen: “De quickscan maakt een momentopname van de vraag ‘hoe staan we ervoor?’. Deelnemers krijgen een aantal vragen over diverse elementen van burgerschapsonderwijs. Denk aan visie, leerdoelen, het betrekken van de samenleving et cetera. Het invullen duurt zo’n 20 minuten. Als een aantal onderwijsprofessionals binnen een school deze scan invult, komt daar een patroon uit. Dat maakt inzichtelijk hoe het burgerschapsonderwijs op dat moment door hen ervaren wordt. Het biedt aanknopingspunten om samen in gesprek te gaan, koers en ontwikkelpunten te bepalen. Het Expertisepunt Burgerschap verzorgt landelijke en regionale bijeenkomsten om kennis te delen en uit te wisselen. “Binnen die bijeenkomsten bieden we graag ruimte aan scholen om met elkaar uit te wisselen hoe zij het burgerschapsonderwijs aanpakken. Scholen kunnen daarnaast voor ondersteuning terecht bij onze adviseurs. Zij helpen scholen verder op weg in het vormgeven van burgerschapsonderwijs. Jaarlijks maken we een magazine waarin dieper op
Coen Gelinck
burgerschapsthema’s wordt ingegaan, met daarin aandacht voor inspirerende schoolvoorbeelden. Ook verschijnt er digitaal een maandelijkse nieuwsbrief.”
Wat is het Expertisepunt Burgerschap? Het Expertisepunt Burgerschap ondersteunt scholen bij het vormgeven van samenhangend en doelgericht burgerschapsonderwijs. Het Expertisepunt Burgerschap is er voor het basisonderwijs, voortgezet onderwijs, gespecialiseerd onderwijs en het mbo. De missie is het aanbod en de kennis op het gebied van burgerschap te ontsluiten voor schoolleiders, leraren en burgerschapscoördinatoren van scholen. Daarnaast is het Expertisepunt Burgerschap een platform voor de uitwisseling van kennis en ervaringen van scholen, organisaties die scholen op dit gebied ondersteunen, ontwikkelaars van leermiddelen en de wetenschappelijke wereld. Het Expertisepunt Burgerschap is in 2022 opgericht en een samenwerkingsverband tussen Stichting School & Veiligheid, het voormalige Kennispunt MBO Expertisepunt Burgerschap, SLO en ProDemos – Huis voor democratie en rechtsstaat.
Burgerschap
PrimaOnderwijs 27
De mondelinge taalvaardigheid van kleuters stimuleren Als leraar ga je voor kwaliteit in je vak en het optimaal gedijen van je klas. De Onderwijsdesk helpt je met advies en cursussen.
Eveline Bogers
Hoe zorg je nou dat een kind meer taalkansen krijgt? In deze editie is Eveline Bogers, docent bij de Onderwijsdesk, aan het woord. Zij geeft tips om te de taalontwikkeling te stimuleren, maar heeft ook advies over een doorgaande lijn.
PrimaOnderwijs & Onderwijsdesk
Hoe stimuleer ik de mondelinge taalontwikkeling tijdens alledaagse situaties in mijn kleuterklas?
1. Het lukt een kind niet om zijn veter te strikken. Hij loopt naar je toe en steekt verwachtingsvol een voet naar je uit. Door mimiek en lichaamstaal begrijpen we het kind en zijn we geneigd om meteen te helpen. Wacht hier mee en stimuleer het kind om hulp te vragen middels verbale communicatie. Mocht dit niet lukken, help je het kind door: ‘Ik zie dat je lang moet nadenken. Wil je meer denktijd?’ of ‘Ik zie dat je lang moet nadenken. Mag ik je helpen?’ 2. Stel zoveel mogelijk open vragen passend bij de ontwikkelingsleeftijd. ‘Waarom, wat en hoe vragen’ lijden tot meer taalgebruik. Sluit wel aan bij het taalniveau van het kind. Een beginnend meertalig kind of een kind met een (mogelijke) TOS zal een meerkeuze vraag gemakkelijker begrijpen en kunnen beantwoorden dan een open vraag. 3. Gebruik in het communiceren naar kinderen lidwoorden als ‘de en het’, zodat jonge kinderen gemakkelijker lidwoorden leren. 28
4. Leer kinderen verschillende woorden aan. Zowel het concept als de betekenis. Wanneer kinderen verschillende woordsoorten, als zelfstandige naamwoorden, bijvoeglijk naamwoorden, werkwoorden, lidwoorden, persoonsvoornaamwoorden enzovoorts kennen, kunnen zij hiermee zinnen bouwen. Met alleen het aanleren van werkwoorden en zelfstandige naamwoorden, kunnen kinderen geen volwaardige zinnen spreken. Hoe kan ik als intern begeleider de pm’ers en leerkrachten professionaliseren in het stimuleren van de taalverwerving?
1. Zorg voor een passend overdracht formulier voor de mondelinge taalontwikkeling. Kinderen die een goede mondelinge taalontwikkeling hebben ontwikkeld, hebben de tools om een goede technisch lezer, speller en begrijpend lezer te worden. Een overdracht formulier kun je voor jouw school zelf opstellen. Zorg ervoor dat de vijf taalonderdelen, fonologie, semantiek,
morfologie, syntaxis en pragmatiek, hierin worden opgenomen. Daarnaast is de sociaalemotionele ontwikkeling van belang. Ook dit verdient een plaats op het overdracht formulier aangezien het welbevinden van het kind nauw verbonden is met de taalontwikkeling. 2. Ongeveer 25 procent van de kinderen die starten in groep 1 hebben een taalontwikkelingsachterstand. Stimuleer daarom pm’ers om regelmatig voor te lezen. Baby’s, ook jonge baby’s, die regelmatig worden voorgelezen kunnen wanneer zij zes maanden oud zijn een receptieve woordenschat hebben van ongeveer 50 woorden. En met deze belangrijke eerste woorden in hun rugzak geef je hen toegang in de wereld die zij nog gaan ontdekken. Dit lijkt een inkoppertje, maar vooralsnog worden baby’s te weinig voorgelezen aangezien men veronderstelt dat het verhaal niet begrepen wordt. Houd het niet alleen bij het voorlezen van het verhaal, maar stel ook vragen over het verhaal. Vermijd sturende en controlerende vragen als ‘Ik denk dat dit een bloem is. Klopt dat?’ of ‘Ik denk dat de wolf het gedaan heeft. Hoe zou dat komen?’ Vertel ook wat je ziet. Benoem het en wijs het aan. 3. Betrek meertalige ouders erbij en gebruik de kracht van de moedertaal. Wanneer kinderen zoveel mogelijk woorden kennen in hun moedertaal, kennen zij de betekenis van het concept. Zij hoeven alleen nog het Nederlandse concept te leren. Hoe kan je het praten in de moedertaal stimuleren? Denk aan het meegeven van prenten uit het themaboek. Of passende pictogrammen. Vermijd, indien nodig, het meegeven van prenten met tekst. Ouders kunnen dan alsnog in de verleiding komen om gebrekkig Nederlands voor te lezen. Laat hen thuis zoveel mogelijk in de moedertaal praten.
Een greep uit de cursusladder 2023-2024 Mondelinge taalvaardigheid bij kleuters Over een rijk taalaanbod in de klas, taalontwikkelingsachterstand en TOS. start vr. 24 november (PO) Eveline Bogers
Rekenspecialist Rekenproblemen lokaliseren, rekenvaardigheden versterken en meer. start vr. 24 november (PO) start wo. 10 januari (VO & MBO) drs. Marije van Oostendorp
Begrijp Gedragsproblemen Agressief, brutaal, ongehoorzaam en ongemotiveerd gedrag. do. 30 november (VO & MBO) dr. Annematt Collot D’Escury-Koenigs
Lastige ouders Over verbinding, begrenzen, valkuilen en omgaan met korte lontjes. do. 7 december Hans Kaldenbach
Effectief leesonderwijs Over instructie, vloeiend lezen, risicolezers, leesmotivatie en leesbegrip. start di. 12 december Marita Eskes
Effectief rekenonderwijs Traditioneel rekenen als basis voor rekensucces en rekenplezier. start do. 15 februari Marcel Schmeier
TIP 1 Ben jij benieuwd naar hoe vaardig jouw kleuters zijn in hun mondelinge taalontwikkeling? Doe de Snel-test op www.kindentaal.nl/snel-test
TIP 2 Wil je ook meer leren over Mondelinge taalvaardigheid bij kleuters? Start op 24 november 2023 met deze 2-daagse cursus.Inclusief boekcadeau: Al pratend wijs van Eveline Bogers. Kijk op www.onderwijsdesk.nl
voor hulp bij leer- en gedragsproblemen in de klas!
Kijk voor alle cursussen en data op: www.onderwijsdesk.nl
Speciaal voor PrimaOnderwijs beantwoorden de deskundigen van de Onderwijsdesk vragen van onderwijsprofessionals werkzaam in het PO of VO uit het hele land. Deze tips (en cursussen) zorgen ervoor dat je klas (nog) beter floreert. Heb jij een vraag voor de Onderwijsdesk? Mail dan naar info@onderwijsdesk.nl PrimaOnderwijs 29
“Niet alleen leren over je rechten, maar kinderen ook bewust laten nadenken over de vraag ‘wat kan ik betekenen voor de wereld om me heen?’, dát vind ik burgerschap.” Leerkracht Laura van Looijengoed gebruikt het vernieuwde Ken je rechten-lesmateriaal van UNICEF.
© UNICEF NL/2023/Losekoot
Laura is 18 jaar leerkracht op De Gelderlandschool in Den Haag waar ontwikkelingsgericht onderwijs (OGO) wordt gegeven. Dit jaar was ze genomineerd voor de verkiezing Leraar van het Jaar 2023. Ze heeft een groep acht met 16 leerlingen, waarvan een deel relatief nieuw in Nederland woont. Vorig jaar gebruikte ze met deze klas ook het lesmateriaal van UNICEF. Toen vloeide hier onder meer de leerlingenraad uit voort, kwam de Kinderombudsman langs, werd een gastles vanuit de gemeente verzorgd en kwam er een kinderrechter op bezoek.
Belángrijk onderwerp Nu gaat Laura aan de slag met het vernieuwde lesmateriaal. Ze vindt het niet teveel herhaling: “Het heeft niet alleen een nieuwe look gekregen, maar de klassikale les is ingekort en leerlingen kunnen nu ook zelfstandig aan de slag met het werkboekje, met de kinderrechtenquiz en gaan in gesprek over kinderrechtendilemma’s. Bovendien blijkt uit onderzoek dat je zeven keer iets moet aanbieden om het te laten beklijven.” Ze vindt kinderrechten vooral een belángrijk onderwerp. “Niet alle kinderen zijn zich er bewust van dat ze rechten hebben. Ik vind sowieso dat we kinderen veel serieuzer moeten nemen, ze zouden wat mij betreft jonger mogen stemmen: het gaat immers om hun toekomst. Ik mis het dat ze als volwaardige burgers worden gezien, terwijl ze voor problemen vaak hele goede oplossingen kunnen bedenken.” Met de les over kinderrechten kunnen leerlingen bewuster naar hun rol in de maatschappij kijken, vindt Laura. “Ik trek het breder dan alleen hun recht halen, want het gaat om de uitwisseling, je kunt iets doen aan de rechten van een ander. Ik wil ze ook vertellen waarom ze rechten hebben. ‘Waarom heb jij het recht om je mening te uiten: omdat je een belangrijke mening hebt die kan bijdragen’. Wanneer ze zien dat ze zelf waarden hebben én kunnen bijdragen aan de waarden van een ander, dan heb je burgerschap te pakken.” Tijdens de les blijkt hoe betrokken de kinderen zijn. Na een terugblik naar vorig jaar wordt gestart met de
© UNICEF NL/2023/Losekoot
Vernieuwd lesmateriaal van UNICEF over kinderrechten
Hiermee kunnen ze © UNICEF NL/2023/Losekoot
bewuster kijken naar hun rol
stelling ‘ieder kind heeft het recht om te gamen’. Gelijk vliegen de meeste vingers omhoog. De ene zegt ‘je moet gamen, maar je moet ook rekenen’. De ander vertelt: ‘ik mag helemaal niet gamen’. Laura vraagt of dit recht ook in het Kinderrechtenverdrag staat. De conclusie is ‘nee, maar je hebt wel het recht op spel- en vrije tijd’. Vervolgens wordt besproken welke rechten hier nog meer aan verbonden zijn.
Rechten gekoppeld aan leuke dingen Een volgende opdracht is ‘vertel wat jij nou leuk vindt’. “Ik laat ze dat graag op kaartjes schrijven, zodat we het kunnen categoriseren. En aan die categorieën kunnen we de bijpassende kinderrechten weer toevoegen.” Buitenspelen, met vrienden zijn, gamen, voetbal, schaken, het komt allemaal voorbij. Weer komt het recht op spel en vrije tijd naar voren, maar ook recht om op te groeien in familieverband, het recht op onderwijs, het recht om een groep te vormen. Zo laat Laura zien dat veel rechten gekoppeld zijn aan leuke dingen. In plaats van de rechten opnieuw allemaal langs te gaan, heeft Laura ervoor gekozen om ze te koppelen aan het thema van dat moment: seksualiteit en puberteit. In tweetallen denken de kinderen na over welke rechten daarbij horen en schrijven dat op het bord. De kinderen dragen onder meer aan: bescherming tegen seksueel misbruik, bescherming tegen mishandeling, het recht op privacy, het recht op leven en ontwikkelen, luisteren naar de mening van een kind en vrije meningsuiting.
In het lesprogramma wordt een aantal casussen voorgelegd, waarover in gesprek kan worden gegaan. Zo ook de casus over Emma en haar moeder. Emma moet haar telefoon inleveren als ze naar bed gaat, maar Emma denkt dat haar moeder stiekem haar berichten leest. Emma’s moeder geeft aan dat zij dat doet, om haar te beschermen want ze is vorig jaar gepest. Laura laat de casus naspelen in de klas door twee leerlingen omdat dit leidt tot mooie gesprekken. De anderen praten mee over het verloop van de scene en komen met oplossingen. Een deel van de leerlingen kan met moeder invoelen en een ander deel met Emma. “Er is geen goed en geen fout”, vindt Laura. Laura is blij met het lesmateriaal: “Het is zo goed vormgegeven, er zitten veel coöperatieve werkvormen en veel interactie in. Iedere leerkracht kan dit doen. Met een kwartier voorwerk kun je een hele goede les neerzetten. Of je stopt er wat meer tijd in om met extra opdrachten verdieping aan te brengen. Laura geeft er graag ook een eigen draai aan: Je kunt aan een casus ook een debat hangen. Hiermee leren ze inleven in de mening van een ander.”
“Nu ze een jaartje ouder zijn, kunnen ze beter beredeneren en beargumenteren. Je merkt dat ze het prettig vinden dat ze een stem hebben en gehoord worden. Ik vind het belangrijk dat ze op school leren dat zij recht hebben om hun mening te geven.”
© UNICEF NL/2023/Losekoot
© UNICEF NL/2023/Losekoot
in de maatschappij
Bestel het lespakket ‘Ken je rechten’ Bestel het hier! En haal alvast kinderrechten in de klas met de poster uit het prima pakket. Scan QR-code om het gratis UNICEF- lesmateriaal te bestellen.
PrimaOnderwijs 31
Burgerschap in het voortgezet onderwijs: zó doe je dat! Je kent het wel. De ogen van je leerlingen die glazig worden als je het woord ‘burgerschap’ laat vallen. Zucht. Maar laat Burgerschap nu net iets zijn dat steeds meer geïntegreerd wordt in het curriculum. Tsja, hoe maak je het dan toch interessant en relevant voor hen? Wij hebben ’t bij ze gecheckt. Gewoon, door met ze in gesprek te gaan!
Hot topics – De echte trigger Jongeren leven in een dynamische wereld. Wil je ze triggeren? Hen raken? Dan moet je weten waar zij zich mee bezighouden, wat zij meemaken en waar zij tegenaan lopen. Kortom: je moet hun leefwereld leren kennen. Welke grote thema’s NU spelen? Die hebben we voor je bij elkaar gezet.
POLITIEK “Als ik aan politiek denk dan denk ik aan Rutte en Wilders.” FAKE NIEUWS “Nieuws is onzin, ik vertrouw het niet.”
DEEPFAKES
AI & CHATGPT
ROBOTISERING “Wat voor werk kan ik doen als robots misschien wel alles overnemen?” CRYPTO “Investeren, dat wil ik leren!” IDENTITEIT & DIVERSITEIT
INFLUENCERS
VEILIGHEID “Als meisje voel ik me weleens onveilig.” GROEPSDRUK “Door groepsdruk ben ik verslaafd geraakt aan vapen.”
DISCRIMINATIE “Anderen moeten ook leren hoe pijnlijk discriminatie is.”
OMGAAN MET GELD
KLIMAAT “Waarom mogen er wel veel vliegtuigen vliegen, maar moeten de boeren zich aanpassen?” (CYBER)PESTEN “Ik krijg weleens haatreacties onder mijn TikToks.”
SOCIAL MEDIA
DROPSHIPPING “Mijn vriend doet aan dropshippen, dus ik ga binnenkort ook beginnen.”
10_Deep
VERSLAVING “Ik moet van mijn moeder minder gaan gamen.” MENTAL HEALTH “Hoe moet ik omgaan met stress?” L2
Waarom nou juist deze thema’s? Omdat ze direct impact hebben op het dagelijkse leven van jongeren. Het is real, relevant en razend interessant!
L
Codename Future zet jongeren in de AAN-stand. Impact maken op jongeren, hen goed voorbereiden op hun toekomst, dát is onze missie. Regelmatig gaan wij via jongerenpanels én het jongerenteam de Young Reporters in gesprek met jongeren om hun belevingswereld boven tafel te krijgen.
Burgerschap op school – say what? Met een frisse blik op burgerschap in de klas maak je niet alleen de lessen interessanter voor je leerlingen, je maakt ook een mega verschil in hun leven. Start het gesprek. Leer ze skills waar ze écht wat aan hebben. Nu én in de toekomst.
Maak kennis met SKILL your future, hét spiksplinternieuwe burgerschapsaanbod van Codename Future! SKILL your future is het eerste leermiddel waar de burgerschapsvaardigheden centraal staan. Wij integreren die maatschappelijke thema’s in diverse lessen: van mentoruur tot economie of maatschappijleer. Wij zorgen voor samenhang voor de docent!
Hoe pak je het aan? Oké, maar hoe pak je Burgerschap dan zó aan? En hoe zorg je er dan voor dat je het écht kunt integreren in het curriculum? SKILL your future helpt je daarbij! Kant-en-klaar: Geen urenlange lesvoorbereidingen meer! Actueel & belevingswereld: Altijd up-to-date met de laatste trends en thema’s. Gesprek in de klas: Start elke les het gesprek en maak ieder thema bespreekbaar. Thematisch & modulair: Kies thema’s die het beste passen bij jouw klas én les. Voor én met jongeren: Zij weten immers het beste wat ze willen! Voldoet aan de wettelijke burgerschapsopdracht!
“Het fijne is dat de onderwerpen aanspreken, het is toegepast op de beleving van de jongere. De leerlingen herkennen zich in de filmpjes en kunnen er hierdoor over meepraten.” - docent Baanderheerencollege Boxtel 10_Deepfakes alle levels
L2
L3
L4
5_Jouw waarden L2
LEVEL 2
20_Chatbot en ik L3
LEVEL 3
28_Wie 28_Wie beslist beslist L4 L4
LEVEL LEVEL 4 4
Meer weten over hoe je burgerschap kunt integreren én jouw leerlingen AAN krijgt? Scan de QR en ontdek nu zelf hoe je met SKILL your future meer betekenis aan je (burgerschaps)lessen kunt geven! www.ganaar.link/skillyourfuture
Online LOB-lesprogramma
De Beschermers
Werken aan vrede, veiligheid en een rechtvaardige samenleving Het online lesprogramma De Beschermers laat leerlingen in het kader van LOB kennismaken met beroepen die bijdragen aan vrede, veiligheid en een rechtvaardige samenleving. Voor De Beschermers hebben Defensie, de Dienst Justitiële Inrichtingen, Douane en Politie de krachten gebundeld. De beroepen binnen deze vier organisaties hebben immers veel gemeen. Eigenschappen als empathie, mensenkennis en inlevingsvermogen zijn voor beroepen als beveiliger, douanier, militair en agent van grote waarde. Met deze skills zijn ook een heleboel andere functies bij deze organisaties te vervullen, onder meer in de ICT, zorg en techniek. In De Beschermers trekken Defensie, de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), Douane en Politie samen op om alle functiemogelijkheden voor het voetlicht te brengen. Projectleider Annemarie Vonk: “We hebben continu goede mensen nodig. Daarom is het belangrijk dat leerlingen weten wat voor beroepen ze bij Defensie, DJI, Douane of Politie kunnen uitoefenen. Iedereen die wil werken aan een veilig Nederland kan bij deze werkgevers alle kanten op en is nooit uitgeleerd.”
De Beschermers De titel van het lesprogramma is niet toevallig gekozen. Defensie, DJI, Douane en Politie hebben allemaal iets te beschermen. Douane beschermt burgers en onze economie. De mensen die er werken kunnen echt van nep onderscheiden en beschermen ons bijvoorbeeld tegen de invoer van gevaarlijke producten. Defensie beschermt ons land en beschermt mensen tegen oorlog en bij (natuur) rampen. DJI beveiligt, bewaakt en behandelt mensen die verblijven in justitiële inrichtingen, zoals gevangenissen, detentiecentra, jeugdgevangenissen en tbs-klinieken, en zorgt ervoor dat zij goed kunnen 34
terugkeren in de samenleving. Politiemensen beschermen ons allemaal. Ze houden de vrijheid en veiligheid in ons land in balans. Dat betekent misdaad bestrijden, opstaan tegen onrecht, gevaren afweren en vooral: mensen helpen. In het lesprogramma ontdekken leerlingen dat werken bij deze organisaties veel meer is dan wat je in films of series ziet. Bij de vier organisaties werken duizenden mensen met heel verschillende opleidingen en talenten in interessante en innovatieve (ondersteunende) functies. Leerlingen ervaren dat er gewerkt wordt in heel verschillende settings. Letterlijk ter land, ter zee en in de lucht, in een jeugdinrichting, in de haven van Rotterdam, op Schiphol en in hun
eigen wijk, maar ook op kantoor, op een verpleegafdeling, thuis achter een scherm of in een werkplaats. Al die mensen werken samen voor een veilig Nederland.
Skills Natuurlijk zijn lef en moed nodig om te kunnen werken bij Defensie, DJI, Douane of Politie. Maar juist ook eigenschappen als empathie, mensenkennis en inlevingsvermogen zijn onmisbaar als leerlingen zich in hun nabije toekomst willen inzetten voor de veiligheid van Nederland. Denk aan een wijkagent, die komt op straat in allerlei situaties terecht waarbij een snelle inschatting nodig is om juist wel of niet in actie te komen. De ene dag moet dat met stevig optreden, een andere keer juist met een aai over de bol. In een gevangenis of een tbs-kliniek is dat niet heel anders. Bij alle vier de organisaties moet je altijd alert zijn en kiezen óf je ingrijpt en hoe dan. Meestal wordt samengewerkt in hechte teams. Het zijn als het ware mini-samenlevingen, waarbij de collega’s volledig op elkaar moeten kunnen vertrouwen. Dat maakt het werken voor de veiligheid van Nederland bijzonder. Het is werk dat ertoe doet.
Opzet lesprogramma Het online lesprogramma De Beschermers is ontwikkeld voor vmbo- en havo/vwo-leerlingen uit de bovenbouw en sluit aan bij de kerndoelen van het voortgezet onderwijs. Het kan ingezet worden tijdens vakken die aansluiten bij de praktijkoriëntatie en LOB-uren. De Beschermers maakt leerlingen wegwijs in de beroepen die bijdragen aan vrede, veiligheid en een rechtvaardige samenleving. In de plenaire les worden de vier werkgevers Defensie, DJI, Douane en Politie geïntroduceerd, zo krijgen de leerlingen een indruk van wie de mensen zijn die hier werken, wat ze doen en wat ze beschermen. Daarna gaan de leerlingen de diepte in en maken ze kennis met het team dat militairen, inrichtingswerkers, douaniers en agenten
ondersteunt, denk aan ict’ers, zorgmedewerkers en technische vakmensen. In les 2 kiezen de leerlingen welke functie ze het meest aanspreekt, doen ze onderzoek naar de eigenschappen die hierbij belangrijk zijn en wat deze functie hen nog meer te bieden heeft.
Aanmelden Interesse in het GRATIS lesprogramma De Beschermers? Meld je aan: www.onderwijsinformatie.nl/veiligheidsdomein PrimaOnderwijs 35
Meatyourfuture.nl
Hebben jouw leerlingen al van SVO Vakopleiding Food gehoord? Werken in de slagerij houdt in dat je bezig bent met het maken en verkopen van verse en smakelijke producten. Werken in de slagerij past bij meer mensen dan je denkt! Met de gratis Meat Your Future Karavaan voorlichtingslessen maken leerlingen in de klas uitgebreid kennis met alle beroepen in de slagerij en wat dat werk biedt. Het lesprogramma geeft een compleet beeld van het werk en de opleiding, die allebei divers en veelzijdig zijn. Een opleiding in het slagersvak biedt veel mogelijkheden en kansen, ook in de toekomst!
Creatief, koken, vakkennis en uiteindelijk ondernemen Dat werken in de slagerij veel kansen biedt, weet Tjalle Jong als geen ander; Tjalle nam het bedrijf over waar hij ooit als leerling begon tijdens de SVO-opleiding Productiemedewerker slagerij. Na de opleiding tot productiemedewerker rondde Tjalle de opleidingen Slager en Bedrijfsleider vers af en werkte hij in verschillende bedrijven. Het was altijd al zijn intentie om ondernemer te worden. Hij heeft goed de voors en tegens afgewogen voor hij Slagerij Jeursen overnam. Maar hij heeft geen moment spijt; dankzij zijn opleiding en opgedane ervaring was hij voorbereid op alles dat bij het ondernemerschap komt kijken. Want als ondernemer/bedrijfsleider ben je met meer bezig dan de toonbank vullen zoals dagelijkse administratie, inkoop, marketing, personeelszaken, catering, social media en acties opzetten.
Blijven leren Tjalle heeft graag jonge mensen in de zaak: “Ik vind het mooi om de echte vaktechnische, ambachtelijke zaken over te dragen. Uitbenen, worstmaken… in veel zaken wordt het niet meer gedaan. Dat ik dit als leerling wel gedaan heb, heeft mij een voorsprong 36
gegeven in mijn carrière, omdat ik veel beheerste wat anderen nog nooit hadden gedaan. Binnenkort begint mijn broertje bij SVO en als leerling bij mij in de zaak. Hij is nog erg jong en op die leeftijd gaan de meesten eigenlijk naar school omdat het moet. Dat had ik zelf ook. Gaandeweg ben ik steeds enthousiaster geworden. Ik vond het leuk om steeds dieper op de stof in te gaan en een meer overkoepelende kijk op de branche te ontwikkelen. Nog steeds ben ik niet uitgeleerd. Onlangs heb ik weer een specialistische training worstmaken gevolgd.” Als je gaat werken in de slagerij wordt er in elke functie een beroep gedaan op jouw creativiteit, kookkunsten of ondernemerschap, of je nou traiteur, slager of winkelmedewerker bent. Vlees en vleeswaren maken is belangrijk, maar ook advies, recepten, maaltijden bereiden en hapjes of belegde broodjes spelen een belangrijke rol. In de slagerij zijn vakkrachten nodig die recepten bedenken, of een glimlach op het gezicht van elke klant toveren. En, de werktijden zijn overdag!
Onder- én bovenbouw De Meat Your Future Karavaan is een gratis, interactieve les vol beroeps- en opleidingsvoorlichting over het slagersvak. Deze voorlichtingsles is speciaal voor vmbo, mavo en havo ontwikkeld door het opleidingsfonds van de slagersbranche (Stichting Opleidingsfonds Slagersbedrijf). Je kunt zowel BBL als BOL opleidingen volgen voor een beroep in de slagerij.
De Meat your Future Karavaan Tijdens de interactieve voorlichtingsles in de klas wordt stilgestaan bij het vak van slager en andere functies binnen het slagersbedrijf. Door middel van beroeps- en opleidingsvoorlichting krijgen jouw leerlingen een duidelijk beeld van de slagersbranche. De voorlichtingen voor onder- en bovenbouw zijn inhoudelijk verschillend. Voor 1e- en 2ejaars is de voorlichting gericht op bewustwording van het vak en de mogelijkheden. De voorlichting voor 3e- en 4e-jaars gaat dieper en richt zich vooral op wat je kunt bereiken in het slagersvak. Deze les is bedoeld als ondersteuning voor decanen/mentoren in hun dagelijkse werk.
Foodles (met een slager) De Foodles is een aanvullende les voor bovenbouwleerlingen die dieper ingaat op het werk van de slager. Deze kun je aanbieden als de Meat Your Future Karavaan al op bezoek is geweest. In de actieve Foodles combineert de Meat Your Futurepresentator theorie met de praktijk. Het is ook mogelijk om een slager uit te nodigen voor een demonstratie, verhalen over het vak het beantwoorden van alle slagersvragen. Daarnaast helpt de slager bij het maken van broodjes pulled meat. Samen met de klas worden de verschillende sauzen en salades behorend bij elk broodje gemaakt en geproefd.
Meld je aan! Via www.meatyourfuture.nl kun je jouw klas of school aanmelden voor de Meat Your Future Karavaan. Na aanmelding nemen we contact op om een bezoek te plannen. Daarnaast is het mogelijk voor studenten die echt geïnteresseerd zijn, een open dag te bezoeken op een SVO-locatie www.svo.nl/agenda/
Meat Your Future Escaperoom In de Meat Your Future Escaperoom kunnen leerlingen, onder live begeleiding van voorlichtingspresentator Harold, een speciale escaperoom spelen! Via Teams, Meet of Zoom neemt Harold de leerlingen mee naar de Escaperoom waarin ze de Wereld van de Slagerij op een leuke manier, solo en in groepjes, ontdekken. Door verschillende opdrachten (op niveau) in spelvorm, ontdekken leerlingen spelenderwijs diverse aspecten van de slagerij en de verschillende beroepen.
Rating Decanen/Mentoren beoordeelden de voorlichting afgelopen schooljaar met maar liefst een 9,1! Decanen stellen met name het enthousiasme van de presentator, de volledigheid en de actualiteit van zowel de beroeps- als de opleidingsvoorlichting op prijs. Maar nog belangrijker: ook leerlingen gaven de voorlichting een dikke 9! De belangrijkste feedback was dat de les leuk is en dat leerlingen ook veel ruimte kregen voor hun eigen mening en vragen. Zoek je meer informatie over hoe jij leerlingen kunt helpen bij hun oriëntatie op een vervolgopleiding of baan? www.werkenindeslagerij.nl/opleidingen
De Meat Your Future Karavaan is een initiatief van Stichting Opleidingsfonds Slagersbedrijf (Sovvb). Het doel is om jongeren in aanraking te laten komen met het slagersvak op een educatieve en positieve manier. PrimaOnderwijs 37
Formatief handelen in de les Toetsen van het leren, om te leren
Herziene editie
Scan & Bestel
Prijs: € 33,95 Auteurs: Roel Vos en Meike Berben ISBN: 9789065082435 Sector: vo/mbo
Ben je benieuwd hoe je efficiënt én effectief formatief handelen kunt inzetten? Wil je de cyclus van formatief handelen (beter) in de vingers krijgen en de motivatie van je leerlingen op weg naar de leerdoelen stimuleren? Met Formatief handelen in de les bieden de auteurs zowel de beginnende als de ervaren docent inzicht, kennis, stappenplannen, werkvormen en praktijkvoorbeelden.
Hiermee kun jij de cyclus van formatief handelen - doel, toets en gevolg - toepassen in je les. Essentieel in deze cyclus: op het juiste moment de juiste feedback geven. De auteurs introduceren een model van het feedbackproces dat leerlingen activeert en feedback laat gebruiken. Een compleet en praktisch boek afgestemd op jouw lespraktijk!
Bestel deze en meer CPS-uitgaven op www.cps-uitgeverij.nl
Column De onderwijswereld van Esther van de Knaap onderwijswereld-po.nl
Kerndoelen en grondwet:
een discrepantie
Oké, ik ging een artikel schrijven over hoe gemakkelijk je aandacht kunt besteden aan burgerschapsvorming door middel van de inzet van rijke teksten. En dat ik aparte doelen voor burgerschapsvorming echt onnodig vind, want wanneer je aan alle OJW-doelen werkt, werk je aan burgerschapsvorming... Afijn: Zoals altijd wanneer ik een artikel schrijf, duik ik dan in het theoretisch kader. In dit geval in de huidige kerndoelen waarin burgerschap terug te vinden is en in de wetgeving die er is aangaande omgaan met elkaar. En daar veranderde voor mij de insteek van dit artikel. Wat wil het feit: • Kerndoelen: …en ze leren respectvol om te gaan met seksualiteit en met diversiteit binnen de samenleving, waaronder seksuele diversiteit. (OJW38) • Grondwet: De eisen van deugdelijkheid, aan het geheel of ten dele uit de openbare kas te bekostigen onderwijs te stellen, worden bij de wet geregeld, met inachtneming, voor zover het bijzonder onderwijs betreft, van de vrijheid van richting.(Art 23.5) En in die vrijheid van richting schuilt een probleem. Er zijn namelijk scholen die aangeven een beroep te doen op die vrijheid van richting en gebruiken dit als een stok om mee te slaan naar mensen die anders geaard zijn. Hier worden momenteel Kamervragen over gesteld, maar ondertussen kunnen deze scholen dus volledig doorgaan met het buitensluiten van lhbtiq+ collega’s en leerlingen. Navraag op de groepen van Onderwijswereld leverde schokkende reacties op: • •
•
collega’s waarvan contracten werden opgezegd nadat ze uit de kast waren gekomen; collega’s die het verzoek hebben gekregen om niet openlijk over hun ‘onacceptabele relatie’ te spreken met collega’s en zeker niet met leerlingen; collega’s die aangeven dat er op hun school ook duidelijk bij ouders aangegeven wordt dat lhbtiq+ geen plaats heeft binnen de school.
Ik word hier verdrietig van. In het kader van vrijheid van richting hoef je dus geen goede burger te zijn? En alhoewel ik geen fan ben van aparte regels voor burgerschapsvorming, hoop ik dat deze regel aangaande burgerschapsvorming het zal winnen van deze maas in de wet. School hoort een veilige plek te zijn, voor iedereen. Vrijheid van richting kan niet betekenen dat deze scholen zich niet aan de kerndoelen hoeven te houden toch zeker?! Dat ze kinderen willens en wetens een onveilige plek bieden in plaats van een warm nest waarin ze tot bloei mogen komen, welke kleur die bloei ook heeft. Esther van der Knaap
PrimaOnderwijs 39
Interview met Marlies van der Burg en Pieter Swart over Adopteer een monument
‘De oorlog is niet heel ver weg of alleen maar geschiedenis’ ‘Van wie zijn die namen op het beeld? Waarom leggen ze hier bloemen? Hoe komt het dat die vrouw opeens moest huilen?’ Ja, het zijn vragen die voorbij komen als kinderen een oorlogsherdenking bijwonen. Toegegeven, zo’n monument lijkt op het eerste gezicht niet zo spannend. Een beetje saai zelfs. Maar eromheen valt genoeg te vertellen en uit te leggen, weten ook Marlies van der Burg en Pieter Swart van christelijke basisschool De Morgenster uit Sleeuwijk. Bijna veertig jaar geleden adopteerde hun school voor het eerst het oorlogsmonument in het dorp. Een gouden zet, weten ze inmiddels. “Dit is de beste manier om onze geschiedenis levend te houden.” Alle scholen in Nederland kunnen via het project Adopteer een monument zo’n lokale gedenkplek ‘omarmen’. Dat gaat via het Nationaal Comité 4 en 5 Mei. Je meldt je gewoon aan, als school, en de rest gaat vanzelf. Adopteren betekent niet zoiets als ‘verzorgen’, vertelt Marlies. “Leerlingen hoeven het monument niet zelf te gaan poetsen of het perkje te schoffelen. Dat doet de gemeente. Maar je spreekt af dat je het verhaal over het monument heel actief gaat uitdragen. Op school, maar ook daarbuiten, via ouders bijvoorbeeld. En dat je er als klas een herdenking bij organiseert.” Marlies is schoolleider en haar collega Pieter geeft les. Beiden voelen een grote betrokkenheid bij het monument. “We zijn allebei opgegroeid in Sleeuwijk en iedereen in dit dorp weet hoe ingrijpend de oorlog is geweest voor dit gebied. Er is veel gevochten en veel vernield - zoals kerken, 40
molens en de watertoren. Dat was met name aan het einde van de oorlog, vanwege de ligging tussen bezet en bevrijd gebied”, vertelt Pieter.
34 verzetsstrijders omgekomen Uiteindelijk kwamen 34 verzetsstrijders uit de regio - het Land van Heusden en Altena – om het leven. Nagenoeg alle families raakten dierbaren kwijt. Dat heeft bij iedereen veel leed veroorzaakt, vertelt Marlies. “Zelfs jaren later was bij herdenkingen dat verlies nog voelbaar. Directe nabestaanden zijn er nu niet meer bij, maar ook zonder hen willen we deze geschiedenis herdenken en doorvertellen.” Zo leggen kinderen tijdens de 4 mei-herdenking bloemen bij het verzetsmonument, bezoeken ze belangrijke plekken in het gebied waar meester Pieter de verhalen vertelt én gaan ze jaarlijks naar
Monument Sleeuwijk foto W.G. Griffioen
het Oorlogsmuseum Overloon. Marlies: “De herdenking bij het monument blijft voor mij het hoogtepunt. Het is zo indrukwekkend. In het dorp wordt ‘t enorm gewaardeerd dat de school aanwezig is. Dan hoor ik later: Zo mooi hoe jullie dat doen met die kinderen, zo respectvol.” De Morgenster werkt daarbij samen met de openbare basisschool in het dorp. “Die adoptie is dus door twee scholen. Dat maakt het ook speciaal, want zo vaak doe je niet iets samen. Het zorgt toch voor eenheid in de gemeenschap. Bijna een soort familiegevoel.”
‘Van wie zijn die handen?’ Het verzetsmonument in Sleeuwijk spreekt tot de verbeelding van kinderen, merkt Pieter. Niet alleen staan alle namen van de omgekomenen erop vermeld, maar ook is op de zuil een afbeelding van sterke handen en een zwaard te zien. “Dat roept meteen al vragen op. Want van wie zijn die handen? Vanwaar dat zwaard?”, vertelt Pieter. “Links en rechts zie je ook de gemeentewapens van Altena en Heusden. Aan de achterkant zit de Nederlandse Leeuw. Daar kan je al een heel verhaal bij vertellen. Stof genoeg.” In de periode voor de jaarlijkse herdenking gaat Pieter met groep 7 naar het monument toe. “Dan steken we een plein over dat vernoemd is naar een verzetsstrijder en op meerdere plekken vertel ik iets. Over mensen die hun leven gaven voor onze vrijheid. Dan zie je iedereen met grote ogen kijken.” Hij blijft zich verwonderen over de reacties van kinderen. “Het kan per groep wel iets verschillen,
maar meestal zijn ze zichtbaar geraakt door die gebeurtenissen. Nieuwsgierig ook naar het hele verhaal. En uiteraard onder de indruk. Zo van: ‘Is dat híer allemaal gebeurd?’.” De lokale feiten helpen ook om het grotere verhaal van de Tweede Wereldoorlog te vertellen, legt Marlies uit. “We hebben voor groep 7 sowieso een uitgebreide lessenserie over de oorlog, eigenlijk in aanvulling op onze reguliere methode - Argus Clou. Leerlingen maken ook werkstukken over de oorlog en die keren terug op een expositie voor hun familie. Dat is een soort afsluiting van het jaarlijkse project.”
Tijdelijk gestopt met Jeugdjournaal Samen nadenken over het oorlogsverleden raakt ook aan actuele thema’s die met burgerschap te maken hebben, merkt Pieter. “We hebben leerlingen uit Oekraïne op school en voor hen is praten over vrijheid heel anders, omdat ze moesten vluchten. Dus een gesprek vraagt ook om enige voorzichtigheid. We zijn zelfs een tijdje gestopt met gezamenlijk kijken naar het Jeugdjournaal, omdat die oorlogsbeelden veel te heftig waren. Dan is de oorlog niet heel ver weg of alleen maar geschiedenis.” Op 4 mei is de jaarlijkse overdracht van het monument, vertelt Marlies. “Ook dat is een plechtig moment binnen school, want dan geven de leerlingen van groep 8 hun taak over aan groep 7. En als je merkt hoe respectvol ze daarmee omgaan, dan is dat enorm waardevol!”
2000 monumenten in Nederland zoeken nog een adoptieschool. Doen jullie mee? Kijk op www.oorlogsmonumenten.nl waar er bij jullie school een monument in de buurt is. Aanmelden voor Adopteer een monument kan via www.onderwijsinformatie.nl/adopteereenmonument. Meedoen aan het project is geheel kosteloos.
Interview met leerkracht Angelique Riemer over het 4 en 5 mei Denkboek
‘Voor kinderen is herdenken helemaal niet zo vanzelfsprekend’ Of ze nu een rekenles verzorgt, biologie geeft of topografie behandelt: áltijd probeert groep 8-leerkracht Angelique Riemer uit Leersum goed aan te sluiten bij de belevingswereld van haar leerlingen. “Dat klinkt logisch, maar je moet wel net even die koppeling zoeken. Zodat ze merken: hé, dit gaat ook over mij.” Dat verklaart ook waarom ze in haar lessen graag gebruik maakt van het 4 en 5 mei Denkboek. Want dat gaat niet alleen over de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog, legt ze uit. “Eigenlijk leren ze door die verhalen hoe je een beter mens kunt worden.” Voor wie het nog niet kent: het 4 en 5 mei Denkboek is een fysiek boek dat gratis beschikbaar is voor alle leerlingen van de groepen 7 en 8 in het basisonderwijs. Deze uitgave van het Nationaal Comité 4 en 5 mei krijgt jaarlijks een update met nieuwe verhalen en verwijzingen naar actuele situaties. Denk bijvoorbeeld aan de oorlog in Oekraïne. Of de opkomst van het populisme in Europa. En daarbij de vraag: wat leert die oorlogsgeschiedenis over de tijd waarin we nu leven?
Dichtbij Grebbeberg Die laatste vraag vindt Angelique Riemer bijzonder interessant. Ze is naast groepsleerkracht ook coördinator thematisch onderwijs op De Hoeksteen - een basisschool in Leersum, provincie Utrecht. Een plek met historie, want Leersum ligt vlakbij de Grebbeberg, waar in de meidagen van 1940 hard is gevochten om de Duitse inval tegen te gaan. Sporen daarvan zijn nog altijd terug te vinden in het landschap, vertelt Angelique. “Als school bezoeken we jaarlijks een bunker, maar ook een aantal loopgraven. Ja, zoiets maakt altijd indruk.” Die excursies zijn meestal eind april, begin mei, “als de tijd van herdenken is aangebroken”, vertelt ze. “Rond die periode behandelen we in de klas ook de nieuwste editie van het 4 en 5 mei Denkboek. 42
Dat doen we in ongeveer zes lessen. Ik vind het bijzonder prettig opgezet. Er is een tijdlijn met uitleg over wat er globaal is gebeurd. Maar je hebt ook linkjes naar filmpjes en er worden veel vragen gesteld aan de leerling zelf. Zo van: ‘wat doe jij in die of die situatie? Gebeuren er vandaag vergelijkbare dingen als toen in de oorlog?’. Ze worden flink aan het denken gezet en als je met elkaar in gesprek raakt, komen al snel nieuwe vragen op.”
‘Gebeurt dit nog steeds?’ Het is ook veel meer dan een geschiedenisles, vertelt ze. Angelique gebruikt het boek ook om thema’s van burgerschap te bespreken. Want vrijheid en gelijkheid,
macht en inspraak, democratie, identiteit, diversiteit, solidariteit: dat zijn uitgerekend onderwerpen die voorbijkomen in de verhalen van de Tweede Wereldoorlog. “En keer op keer valt mij op hoe vanzelfsprekend je een koppeling kunt maken naar onze tijd. Kinderen trekken zelf die conclusie: ‘Kijk, eigenlijk gebeurt dit of dat nog steeds…’.” Zelfs bij kleine situaties binnen de groep kan je het 4 en 5 mei Denkboek gebruiken, heeft ze gemerkt. “Als een kind opeens niet mag meespelen met een groepje, dan kan je de vraag stellen: ‘hoe gaan jullie als klas daarmee om? Wat leren we uit de oorlog over het buitensluiten van mensen?’.” Een populair onderdeel van het 4 en 5 mei Denkboek zijn de stripverhalen. Maar ook de teksten met feitelijke informatie zijn bijzonder aansprekend, vindt Angelique. “Kinderen leren gaandeweg begrijpen wat we precies herdenken en wat de betekenis is van 4 en 5 mei. Vergis je niet: voor kinderen is dat herdenken helemaal niet zo vanzelfsprekend. Daar moeten ze een gevoel bij krijgen.” Over de Tweede Wereldoorlog valt voor een leerkracht heel veel te vertellen. Angelique: “Als je dat zelf moet samenvatten, zou je niet weten waar je moet beginnen. Dus tegen andere leerkrachten zou ik willen zeggen: gun jezelf dit boek, want het zit bijzonder goed in elkaar.”
Van sales naar onderwijs Ze moet lachen om haar eigen woorden, want het klinkt alsof ze een product staat te verkopen. Op zichzelf niet zo vreemd, want Angelique werkte jarenlang in de sales. “Ik was verkoper bij een farmaceutisch bedrijf en gaf daarnaast trainingen aan ziekenhuispersoneel. Vooral dat laatste vond ik heerlijk om te doen. Daarom besloot ik mijn hart te volgen en als zij-instromer het onderwijs in te gaan. Inmiddels sta ik zes jaar voor de klas en ik weet: dit is echt mijn droombaan.” Vooral lesgeven aan de groepen 7 en 8 spreekt haar aan. “Dan zijn ze al een beetje aan het puberen en proberen ze een mening te vormen. Dus eigenlijk de vraag: ‘wie ben ik nou zelf?’.” Daarom stopt ze graag iets in haar lessen waar kinderen zich in kunnen herkennen. “Ook dat maakt het 4 en 5 mei Denkboek zo goed inzetbaar. Want een spannend oorlogsverhaal is snel verteld, dat vinden alle leerlingen wel mooi. Maar met het boek erbij leren ze ook beter naar hun eigen situatie te kijken. ‘In welke omstandigheden groei ik op? Hoe bijzonder is mijn vrijheid?’ Dat moeten ze toch zelf ontdekken.”
Wil jij aan de slag gaan met het 4 en 5 mei Denkboek? Bestel het Denkboek nu gratis via onderwijsinformatie.nl/4en5mei en ontvang het begin maart op school. Wees er snel bij, want op = op!
PrimaOnderwijs 43 PrimaOnderwijs 21
De juiste basis voor jouw NT2-onderwijs Nederlands is een lastige taal om te leren als je er niet mee opgegroeid bent. Voor kinderen en (jong-)volwassenen die Nederlands als tweede taal (NT2) leren, zijn er speciale leermiddelen en methodes ontwikkeld. Heb jij ook NT2-leerlingen in de klas en zoek je nog naar hulpmiddelen voor de les? Laat je inspireren en bestel je materialen op Educatheek.nl
Spelling in de lift adaptief
Zebra +
Verbeter snel en doelgericht het spellingniveau van je (NT2-)leerlingen. Geschikt voor op school en voor thuis.
Met Zebra+ oefenen leerlingen van 12 tot 18 alleen én samen het spreken en schrijven in alledaagse situaties.
Horen, zien en schrijven
Zelfstandig werken – NT2
Biedt verwerkingsmateriaal om het Nederlands vanaf het aanvangsniveau te oefenen. Geschikt voor leerlingen van 6 tot 12 jaar.
NT2-leerlingen leren op een speelse manier een flink aantal van de meest frequent gebruikte Nederlandse woorden.
Bestel deze en meer NT2-materialen op
/NT2
C O L U M N
Meester Stefan
De tijd gaat (soms te) snel Hij vindt het maar snel: op je achttiende al betalen voor je zorgverzekering. Yassir, zestien jaar jong, zit onderuitgezakt in zijn stoel. Om hem heen zitten zijn klasgenoten. De mobieltjes zitten in de kluis die voorin de klas hangt, de petten zijn af. Als je spontaan binnen zou komen zie je een relatief brave groep pubers die elkaar duidelijk al wat langer kennen. Met zijn charmante donkere krullen, vriendelijke uitstraling en vlotte babbel is Yassir een leerling die goed in de groep ligt. Ook binnen de school heeft hij een goede naam. De eerste paar jaar bij ons op school heeft hij het prima gedaan. De eerste klas bestaat uit vele lessen van je eigen mentor, je leert de school echt kennen. De tweede klas bestaat voor een klein gedeelte uit stage lopen. Interne stage wel te verstaan. In die rol maakte Yassir indruk. In de derde klas lopen leerlingen nog meer stage en gaan ze ook regelmatig met een groepje de school uit. Ook dit was voor Yassir geen probleem. Alleen maar goede beoordelingen. Nu zit hij in de bovenbouw. We hebben het over de tijd. De tijd die zo snel gaat. Ik spiegel de leerlingen voor dat zij niet eens zo
heel lang geleden nog in de eerste klas zaten. Je knippert met je ogen en je zit in de bovenbouw! Daar zijn ze het wel mee eens. Sterker nog, ze zijn er blij mee! Hoe sneller van school af hoe beter. Er zit echter een addertje onder het gras: geld. Vanaf je achttiende levensjaar ga je betalen en dat is niet waar onze leerlingen over het algemeen echt naar uitkijken. “Meneer, kun je ook opbellen en vragen of je vanaf je twintigste verzekerd mag worden? Zo erg is dat nou ook weer niet, toch?” Yassir probeert het luchtig te benaderen. Wie weet zijn ze niet zo streng aan de andere kant van de lijn en kun je de financiële lasten uitstellen. De klas juicht het voorstel toe.
hij probeert uit te stellen. Je kan denken dat het onwil is, maar dat is het niet. Hij is er niet klaar voor. Je kunt je niet voorstellen hoe spannend het kan zijn om in je eentje ergens heen te gaan en je staande te houden. Onze taak om Yassir zo goed als kan voor te bereiden op de maatschappij is nog niet klaar, maar de tijd gaat snel. Over een half jaar weet je niet wat je ziet. Meester - Stefan @meesterstefan_hrlm
In eerste instantie zoek ik niks achter zijn opmerking. In de les is het absoluut niet storend, eerder grappig, en ik kan het me ook wel een beetje voorstellen dat je voelt dat er iets op je afkomt waar je niet onderuit kan. Maar het blijkt toch een voorbode voor iets anders. Later die week blijkt namelijk dat de stap naar zelfstandig stage lopen voor Yassir nog een te grote stap is. Ook hier komen er appjes en telefoontjes aan te pas waarin PrimaOnderwijs 45
Ontdek MBO:
Geef een draai aan het Wheel of Fortune! KiesMBO.nl is dé mbo-website voor leerlingen in het voortgezet onderwijs en is bedoeld om leerlingen te helpen met het ontdekken van mbo-opleidingen en beroepen. KiesMBO.nl ontwikkelt de site continu door om het gebruik ervan te vergroten. Velen van jullie kennen de online spelmodule Ontdek MBO al, maar onlangs is er een flinke update doorgevoerd. Wat is Ontdek MBO ook alweer? Het is een interactieve game waarmee je leerlingen op een leuke en aantrekkelijke manier beroepen kunt laten ontdekken in een virtuele stad. Nieuw is dat met de recente update leerlingen alleen, met de klas of tegen elkaar in groepen kunnen spelen. Dat verhoogt het game-gevoel en daarmee het plezier!
Hoe werkt Ontdek MBO? Het basisprincipe van de game is hetzelfde gebleven. Leerlingen besturen een tram in een virtuele stad. Ze ontdekken spelenderwijs allerlei mbo-beroepen door bijvoorbeeld mensen vragen te stellen en vervolgens bij hun werk af te zetten. Door allerlei opdrachten te voltooien en doelen te behalen, zien ze de stad groeien.
46
Nieuw: Wheel of Fortune Leerlingen draaien aan het digitale Wheel of Fortune. Het rad stopt bij een opdracht die ze uit moeten voeren in de virtuele stad. Bijvoorbeeld met de tram de passagiers naar hun werk brengen. Als ze de opdracht uitgevoerd hebben, kunnen ze weer aan het rad draaien en een nieuwe opdracht doen. Het Wheel of Fortune is voor individuele spelers.
Vernieuwd: Dashboard Het dashboard is vernieuwd. De spelleider (LOB-er, mentor of leraar) kan nu specifieke opdrachten geven via het dashboard. De spelleider kiest profielen en/of beroepen en stelt een doel en eventueel een timer in om er een echte game van te maken. De spelleider kan via het dashboard ook monitoren wat de vooruitgang is van de leerlingen in de stad en hoeveel opdrachten ze voltooid hebben.
Nieuw: Groepsmodus Het was altijd al mogelijk om de game alleen of met de klas als geheel te spelen. Leerling konden zo opdrachten en doelen behalen. Dat is hetzelfde gebleven. In de update hebben we echter het game-element van Ontdek MBO aanzienlijk verhoogd. Leerlingen kunnen nu ook in groepen tegen elkaar spelen, waarbij ze zelf hun eigen groep samenstellen en samen door de stad gaan.
Aan de slag met de klas Ga naar KiesMBO.nl en klik op ‘Ontdekken’ links onderaan. Log in op je klassenaccount of maak die eerst kosteloos aan via de menuknop ‘Voor docenten, mentoren en decanen’ onderaan de homepage van KiesMBO. Met je klassencode bepaal je in welke groepsmodus je wilt spelen. Eenmalig een losse groepscode aanmaken kan ook zonder account. Er zijn twee mogelijkheden om de game te spelen: 1. Je kunt leerlingen vrij laten gamen door ze zelf met de tram door de stad te laten rijden om onderweg beroepen te verkennen en te bekijken. Daarnaast kunnen ze draaien aan het Wheel of Fortune om een opdracht te krijgen. Ze kunnen alles alleen doen of in groepen tegen elkaar spelen. 2. Als spelleider (LOB-er, mentor of leraar) formuleer je een opdracht of bepaal je een doel via het dashboard. Je hebt de keus of je leerlingen individueel laat spelen, of je de klas als geheel laat spelen of dat je leerlingen in groepen tegen elkaar laat spelen. Tijdens het spel kun je de vooruitgang van de leerlingen monitoren.
Ontdek MBO! Laat leerlingen draaien aan het Wheel of Fortune! Scan de QR-code en log in.
PrimaOnderwijs 47
Week van het geld 2024
Hoe ben jij je GELD de B In maart 2024 is de volgende Week van het geld, een initiatief van het platform Wijzer in geldzaken. Het doel: kinderen en jongeren financieel redzaam maken. Het thema is ‘Hoe ben jij je GELD de BAAS?’, over hoe je als jongere overzicht en controle kunt houden op je financiën. Oscar de Grave is projectmanager Week van het geld en Annette Groen is als jongerenexpert bij het Nibud nauw betrokken bij het project. Tekst: Martijn de Graaff
Annette Groen
dat inspeelt op de actualiteit. Deze keer hebben we het centrale thema voor de Week van het geld 2024 heel positief ingestoken: hoe kun je kinderen in hun kracht zetten? Hoe kunnen ze ‘de baas’ zijn over hun eigen financiën? Het kan soms klinken alsof geld iets engs is, maar je kunt je dromen ermee verwezenlijken als je maar weet hoe er verstandig mee om te gaan.”
Hoe kunnen jongeren ‘een baas’ worden over hun geld?
Waarom hebben jullie het thema ‘Hoe ben jij je GELD de BAAS?’ gekozen? Annette Groen: “We doen al heel lang onderzoek naar financiële vaardigheden bij jongeren. We merken dat het niet vanzelfsprekend is dat ze dit van huis uit meekrijgen, terwijl het zo belangrijk is. Vanaf hun 18e verjaardag zijn ze financieel volwassen: ze mogen rood staan, contracten afsluiten, et cetera. Op dat moment hebben ze die vaardigheden erg hard nodig. Daarom is het belangrijk om kinderen al op vroege leeftijd financiële skills bij te brengen, zodat ze in de toekomst de baas kunnen zijn over hun geldzaken.” Oscar de Grave: “De ambitie van het platform Wijzer in geldzaken is dat iedereen van jongs af aan structureel leert om te gaan met geld. Daarbij kijken we naar de thuissituatie en naar de school. Op dit moment zijn financiële vaardigheden nog geen vast onderdeel van het onderwijscurriculum. Daarom vragen we zoveel mogelijk aandacht voor het belang van financiële vaardigheden, zoals met de Week van het geld. Belangrijk is dat je haakjes hebt om erover te praten met leerlingen, daarom kiezen we altijd een thema uit 48
Groen: “We onderscheiden een aantal financiële basisvaardigheden die je moet beheersen: voor voldoende inkomsten kunnen zorgen, verantwoord besteden, voorbereid zijn op (on)voorziene gebeurtenissen. En, als vierde, je geldzaken organiseren zodat er overzicht is. Deze vaardigheden staan centraal tijdens de Week van het geld. Het gaat erom dat je grip hebt, controle. Dat je weet wat er elke maand inkomt en uitgaat. Een uitgave is tegenwoordig zo gedaan. Het gaat om de controle van je impulsen. Voor volwassenen is dat al lastig, voor jongeren helemaal.” De Grave: “Een bekend voorbeeld is in-game aankopen doen. Je speelt Minecraft of Fortnite, tijdens het spelen kun je attributen of een nieuw level kopen. Het gaat meestal niet om hele grote bedragen, maar als je dat vaker doet dan kan het behoorlijk oplopen. Overzicht houden is dan belangrijk.” Groen: “Wat je helaas steeds meer ziet is het fenomeen geldezel of katvanger. Mensen - waaronder ook kinderen - worden door criminelen geronseld om hun betaalpas en pincode af te staan. Daarmee kunnen ze gestolen geld wegsluizen. Als geldezel krijg je er voor betaald. Makkelijk verdiend, denk je, maar uiteindelijk krijg jij een strafblad en zijn de criminelen spoorloos. Blijf dus altijd de baas over je rekening en geef nooit je pincode en je pas aan anderen. Dit kan spelen vanaf
e BAAS?
Oscar de Grave
het moment dat een kind een rekening krijgt: soms in het primair onderwijs, zeker in het voortgezet onderwijs. Controle betekent ook dat je weet wat je doet met je geld. Er zijn veel malafide webshops. Als je die kunt herkennen, kun je voorkomen dat je je geld kwijtraakt. Maar ja, dan moet je die vaardigheden wel hebben aangeleerd.”
Wat kun je als docent doen om je leerlingen ‘de baas’ te laten worden over hun geld? Groen: “Het gesprek is denk ik het belangrijkste. Leg uit wat een geldezel is, vraag ze eens na te denken hoe het zit met hun in-game aankopen, vertel dat er niet alleen betrouwbare webshops zijn. Maak hen dus bewust van financiële zaken, dan is er al een wereld gewonnen. In het lesmateriaal staat dan ook hoe je baas kunt zijn over je financiën. En nogmaals, het is nog steeds een belangrijke taak voor de ouders, maar heel veel kinderen krijgen dat niet mee, om allerlei redenen. Als school kun je helpen die vicieuze cirkel te doorbreken door ze wel vaardigheden en bewustzijn bij te brengen. Op de site van het Nibud staat een gesprekshandleiding: van de signalen die kunnen wijzen op geldproblemen tot tips voor een goed gesprek en passende doorverwijzing. Daarnaast zou ik elke docent zeker aanraden om mee te doen met de Week van het geld!”
De Grave: “Het begint er inderdaad mee dat je het bespreekt in de klas, gewoon het samen erover hebben. Ik begrijp dat het soms een gevoelig onderwerp kan zijn, zeker voor kinderen die thuis weinig geld hebben. Een vraag als ‘hoeveel zakgeld krijg jij?’ kan dan al moeilijk liggen. Daarom hebben we op de site van de Week van het geld allerlei mooi lesmateriaal dat je gratis kunt gebruiken, zonder dat je zelf een financieel expert hoeft te zijn. Zo hebben we voor docenten kant-en-klare lessen die ze kunnen aanvragen met leuke explainervideo’s en opdrachten. Daarnaast kunnen docenten ook een gastles aan-vragen, die wordt verzorgd door medewerkers van banken, pensioenfondsen en andere financiële instellingen. Kortom, voor iedere docent hebben we passende lessen of lesmaterialen voor de Week van het geld!
Over de Week van het geld
Voor PO en (nieuw!) nu ook voor VO!
• 11 t/m 15 maart 2024 • Thema: Hoe ben jij je GELD de BAAS? • www.weekvanhetgeld.nl • Focus op po, vo en mbo PrimaOnderwijs 49
Hoe de vijf LOB-competenties inzicht bieden in talenten en motieven Leerlingen starten weer met hun studiekeuze. Hoe kun je als decaan of mentor je leerlingen zo goed mogelijk begeleiden tijdens het studiekeuzeproces? Een effectieve manier is om ze vanuit de vijf LOB-competenties naar zichzelf te laten kijken. Wat kan ik het beste? Waar sta ik voor? Waar ben ik het meest op mijn plek? Hoe bereik ik mijn doel? Wie kan mij helpen dat doel te bereiken? Bij het ontwikkelen van loopbaancompetenties krijgen leerlingen meer inzicht in hoe ze hun talenten en motieven kunnen inzetten bij het vinden van een opleiding en werk dat bij ze past. Deze vijf loopbaancompetenties zijn ontwikkeld door Marinka Kuijpers en Frans Meijers. In het vmbo en mbo zijn deze competenties een verplicht onderdeel van het LOB-onderwijs, op de havo en vwo is nog geen wettelijke verplichting.
Tijdens één van de opdrachten moesten we een film maken in groepjes. Er kwam iemand vertellen die op een set werkt. We moesten daarna ook rollen verdelen binnen de groep. Dan ga je wel echt nadenken of het iets voor je is.
Van kwaliteitenreflectie tot netwerken De vijf LOB-competenties zijn:
1. Kwaliteitenreflectie: Wat kan ik het beste en hoe weet ik dat? 2. Motievenreflectie: Waar ga en sta ik voor en waarom dan? 3. Werkexploratie: Waar ben ik het meest op mijn plek en waarom daar? 4. Loopbaansturing: Hoe bereik ik mijn doel en waarom zo? 5. Netwerken: Wie kan mij helpen mijn doel te bereiken en waarom die mensen?
50
Robin - vwo Binnen deze competenties gaan leerlingen nadenken en onderzoeken hoe zij aankijken tegen hun loopbaan en studiekeuze. Als decaan of loopbaanbegeleider kun je deze competenties op verschillende manieren in het onderwijs inzetten. Bijvoorbeeld via een loopbaandossier (verplicht voor het vmbo), een stage, een loopbaangesprek of opdrachten in de les.
Docentenhandleidingen Wil je opdrachten in de les inzetten, dan kun je ook terecht op www.studiekeuze123.nl.
Vijftien LOB-opdrachten Bekijk de LOB-opdrachten - in samenwerking met Expertisepunt LOB - op www.studiekeuze123.nl/lob-opdrachten. Alle andere informatie voor decanen, mentoren en loopbaanbegeleiders is te bekijken via www.studiekeuze123.nl/decanen. De website heeft in samenwerking met Expertisepunt LOB een nieuw onderdeel opgenomen: LOB-opdrachten. Marleen Paalvast, contentspecialist bij Studiekeuze123.nl: “Op Studiekeuze123.nl kunnen decanen en mentoren per loopbaancompetentie drie opdrachten voor leerlingen downloaden. Vijftien in totaal dus. Daarbij bieden we ook docentenhandleidingen aan. Deze handleidingen kun je eventueel aanpassen aan je eigen wensen en behoeftes.”
Voorbeelden opdrachten Een voorbeeld van een opdracht binnen Kwaliteitenreflectie is de Elevator pitch. Leerlingen vertellen in 60 seconden waar ze goed in zijn. Ze oefenen in het presenteren van hun kwaliteiten en leren hoe ze dit kort en bondig kunnen doen. Een opdracht binnen Motievenreflectie is Wat zijn mijn dromen? Leerlingen verbeelden hun toekomstdromen. Ze denken na over hoe ze hun talenten in kunnen zetten om die dromen te bereiken.
Decanen blijven ondersteunen Marleen: “Naast de LOB-opdrachten bieden we nog veel meer informatie aan, bijvoorbeeld over selectie en welk profiel toelating geeft tot welke studie. Ook kun je de open dagen-kalender bekijken. Zo willen we decanen en mentoren extra handvatten bieden om studiekiezers te begeleiden, lessen in te richten en ouders nog beter te informeren.”◗
Studiekeuze123.nl van Landelijk Centrum Studiekeuze De stichting achter Studiekeuze123.nl heeft een nieuwe naam: Landelijk Centrum Studiekeuze. De website www.studiekeuze123.nl behoudt wel de vertrouwde naam. Het Landelijk Centrum Studiekeuze blijft vanuit Studiekeuze123.nl voorlichting geven aan studiekiezers, ouders en decanen.
Het Expertisepunt LOB ondersteunt vmbo-, havo en vwo-, mbo-, en hbo-scholen bij het versterken van loopbaanontwikkeling en (studie)begeleiding van jongeren. Heb je vragen over kwaliteitsborging van LOB of over LOB bij de doorstroom naar vervolgonderwijs of werk, benader dan de contactpersoon in jouw regio. PrimaOnderwijs 51
Win één van de vijf doeboeken Het is soms best een uitdaging: het juiste lesmateriaal over techniek vinden voor groep 1 en 2. Met het PatsBoemKledder! Doeboek gaan jouw leerlingen aan de slag met bedenken, experimenteren en maken. In deze editie maak je kans op een gratis doeboek.
PrimaOnderwijs & Schooltv
Jij weet het vast al: PatsBoemKledder! is het leukste educatieve spelprogramma voor groep 1/2 over techniek. Met de vrolijke afleveringen leren kleuters op een laagdrempelige manier hoe gewone dingen stap voor stap gemaakt worden. Speciaal bij het programma is nu het PatsBoemKledder! Doeboek ontwikkeld. Hiermee gaan jouw leerlingen enthousiast aan de slag met techniek in de klas. Na het bekijken van een aflevering en het voeren van een kringgesprek over het thema, gaan ze in kleine groepjes aan het werk met de bijbehorende techniekopdracht voor Het Museum van Gewone Dingen. PatsBoemKledder! is bedacht en gemaakt door de redactie van Het Sinterklaasjournaal en De Boterhamshow.
Ein
Het PatsBoemKledder! Doeboek:
• Is speciaal ontwikkeld voor groep 1/2. • Sluit aan bij de gratis afleveringen van PatsBoemKledder!
• Biedt 30 uitdagende technieklessen die aansluiten
bij de thema’s uit diverse methodes voor groep 1/2. • Biedt duidelijke lesinstructies en werkbladen. • Bevat een algemene handleiding waarin een duidelijke lesopbouw beschreven staat. • Sluit aan bij het curriculum Oriëntatie op jezelf en de wereld - Natuur en techniek - kerndoelen: 42, 44 en 45. d 1
PBK-Doeboek_Omslag_Aug23.ind
Je hebt één doeboek per klas nodig om aan de slag te gaan.
Welke gewone dingen komen er voorbij? De onderwerpen die voorbijkomen zijn bijvoorbeeld: hagelslag, baksteen, ijs, glijbaan, matras en hijskraan. Met PatsBoemKledder! en het Doeboek leren kleuters dat de gewone dingen in hun omgeving ooit een keer zijn gemaakt. Meer informatie over het PatsBoemKledder! Doeboek vind je op: www.patsboemkledder.nl
52
v de!
van PatsBoemKledder!
n
Het de!
Het PatsBoemKledder! Doeboek
Ein
chten voor groep 1/2
met 30 technische doe-opdra
Doeboek technische doe-opdrachten uit het Museum van Gewone Dingen voor groep 1/2
PatsBoemKledder! is bedacht
en gemaakt door de redactie
van Het Sinterklaasjournaal
en de Boterhamshow
28-08-23
11:34
o Doe mee en maak kans
p het doeboek Woorden afstrepen:
H
E
B
E
D
E
N
K
E
N
W
T
M
X
P
A
L
S
A
K
E
N
U
P
T
A
S
T
E
T
R
E
S
E
S
B
U
I
H
L
K
K
E
R
O
U
N
E
E
M
B
A
U
I
R
H
M
K
L
E
L
M
M
M
C
A
D
D
E
R
NATUUR
A
F
L
E
V
E
R
I
N
G
TECHNIEK
D
D
T
N
O
E
B
O
E
K
T
I
E
T
I
V
I
T
C
A
ACTIVITEIT AFLEVERING BEDENKEN EXPERIMENT KLAS LES MAKEN MUSEUM
THEMA WERKBLAD
Oplossing: Wil jij kans maken op een gratis exemplaar van het PatsBoemKledder! Doeboek? PrimaOnderwijs geeft vijf exemplaren weg. Zoek de woorden in de woordzoeker en maak van de overgebleven letters de oplossing. Stuur dit naar naar redactie@primaonderwijs.nl. Zet in het onderwerp van de mail: ‘oplossing woordzoeker’. PrimaOnderwijs 53
Zo houd je het leuk in de groepsapp Het tegengaan van kwetsend online gedrag, daarover gaat de Week van de Mediawijsheid (10 t/m 17 november 2023). Om dit thema ook in de klas te bespreken, is de les WhatsUp?! toegevoegd aan het lesprogramma Online Masters. In deze les gaan leerlingen met elkaar in gesprek over gedrag in de groeps- of klassenapp; als het misgaat én hoe ze het liever zouden zien. Tekst: Firma Fluks
Een kwart van de basisschoolleerlingen wordt gepest of buitengesloten in de groepsapp. Op de middelbare school wordt 1 op de 5 leerlingen online gepest. Dat het er in groepsapps hard aan toe kan gaan, merkte schrijver Maren Stoffels toen ze onderzoek deed voor een jeugdboek over dit onderwerp. “Ik hoorde verhalen over kinderen die uit de groepsapp gegooid werden en er pas weer in terug mochten als ze 10 euro betaalden. Dat deden ze, uit angst om buitengesloten te worden.” Volgens Patricia Bolwerk, oprichter van stichting Stop Pesten Nu, zijn dit soort voorvallen eerder regel dan uitzondering. “Wat leerlingen online tegen elkaar zeggen is bikkelhard. ‘Hou je gore paardenbek’ of ‘Waarom ben je nog niet dood?’ zijn standaardtaal in groepsapps. Ook worden er schaduwgroepen gemaakt waar bijvoorbeeld één klasgenoot niet in zit, waardoor hij als enige niet op de hoogte is dat er een les uitvalt.”
Waarom je er als leraar iets mee moet De gesprekken in de groeps- of klassenapp vinden vaak buiten schooltijd plaats, toch vindt Patricia het een inschattingsfout dat het daarom voor leraren geen onderwerp van gesprek is. “Alles wat in de 54
Natasia Griffioen
groeps- of klassenapp gebeurt, werkt door in de klas. Dat betekent dat aandacht voor wat er in de groepsapp gebeurt, resulteert in minder gedoe in de klas.” Nastasia Griffioen doet onderzoek naar social media en mentale gezondheid aan de Universiteit van Twente en ziet dat de aandacht voor groepsapps in de klas ook relevant is, omdat het een belangrijk onderdeel van het leven van kinderen en jongeren is. “Kinderen leren wie ze zijn door interactie met anderen. In een groep kun je je spiegelen en ontdekken wie je wel of niet wilt zijn. De groepsapp is in dat opzicht dus een logische leerplek.” Dat betekent niet dat je als leraar zelf onderdeel moet worden van een
Foto: Yasmijn Tan
Wat in de groepsapp gebeurt, werkt door in de klas. Daar moet je dus iets mee als leraar
melden als er iets gebeurt dat niet oké is.” Wil je in de klas bespreekbaar maken wat er in de klassenapp gebeurt, gebruik dan de nieuwe les WhatsUp?! Van Online Masters. Hierin bekijken de leerlingen verschillende voorbeeldgesprekken, waarin bijvoorbeeld spam gestuurd wordt, klasgenoten op elkaar schelden of elkaar uit de groep verwijderen. Deze voorbeelden geven een ingang om met je klas te praten over wat ze fijn vinden in de groeps- of klassenapp, en wat eigenlijk heel irritant en onaardig is. Patricia Bolwerk
appgroep, maar wel dat je bespreekbaar maakt wat daar gebeurt, legt Griffioen uit. “Als kinderen ergens mee zitten, moeten ze zich veilig genoeg voelen om dat uit te spreken. Het helpt dan als er in de klas al gesproken is over wat er online kan gebeuren en hoe je daarmee om kunt gaan.”
Aan de slag In de praktijk betekent het vooral dat leraren de online wereld meenemen als er in de klas afspraken gemaakt worden over hoe de leerlingen met elkaar om willen gaan, zegt Bolwerk. “Als er dan iets gebeurt, online of offline, kun je terugvallen op die regels. Betrek daar ook de ouders bij. Zij hebben de verantwoordelijkheid om de telefoons van hun kinderen te checken. Als schaduwlezer hebben zij de plicht om het te
Goed geregeld Bij de afronding van de les WhatsUp?! maken de leerlingen gezamenlijk duidelijke groepsapp-regels. Die regels kunnen over van alles gaan: tot hoe laat er geappt mag worden, of spam-berichten toegestaan zijn, welke stickers wel of niet oké zijn. Het is ook belangrijk om af te spreken wat er gebeurt als iemand zich niet aan de regels houdt. “Het kan bijvoorbeeld zijn dat je eerst twee keer een waarschuwing krijgt en dat je bij de derde overtreding voor 24 uur uit de groepsapp gezet wordt. Dat is voor kinderen heel heftig, maar tegelijkertijd vinden ze het eerlijk, want het is met elkaar afgesproken”, legt Bolwerk uit. Op die manier leren leerlingen ook voor elkaar opkomen. Om dat iets makkelijker te maken, heeft ze nog een tip. “Spreek samen een emoji af die je deelt als je het ergens niet mee eens bent. Dat is veel makkelijker dan woorden typen om een klasgenoot aan te spreken op zijn gedrag.”◗
Meer informatie
Digitale skills Het gratis lesprogramma Online Masters neemt leerlingen uit groep 7 en 8 en klas 1 en 2 mee in de online wereld en helpt ze hun digitale skills te ontwikkelen. Meld je aan om meteen te starten op onderwijsinformatie.nl/online-masters 500 appjes die ik niet wil lezen In dit boek van Maren Stoffels volgen de lezers Esper die via de klassenapp ontzettend gepest wordt. De hele dag door ontvangt hij berichtjes die hij niet wil lezen, en geen volwassene die het door heeft. Dit verhaal laat zien wat de gevolgen kunnen zijn van pesten in de groepsapp én hoe belangrijk steun van vrienden is. De Kindertelefoon Kinderen die (online) gepest worden, kunnen bellen met de experts van De Kindertelefoon: 0800-0432 of chatten via kindertelefoon.nl, elke dag tussen 11.00 en 21.00 uur.
PrimaOnderwijs 55
SCHOOL CONCEPT
ALLES VOOR INSPIRERENDE SPEELHOEKEN!
Populair: Houten werkbank Scan & bestel
ONTDEKKEN
LEZEN
SPELEN
VERBEELDEN
Hier ontdekken kinderen spelenderwijs de wereld. Van motoriek-wandspellen tot constructiespeelgoed.
Alle prenten- en voorleesboeken vinden een plekje in deze praktische boekenwagen. Verkrijgbaar in verschillende formaten en kleuren.
Bestel mooie hand- en speelpoppen, poppenhuizen en meubilair voor de poppenhoek.
Ontdek het assortiment materialen voor de keukenhoek: van complete keukenhoeken tot schorten, pannen en bestek.
Bekijk het uitgebreide assortiment op School-Concept.nl/speelhoeken Advies op maat? We helpen je graag! Neem contact op: Tel: 085 – 0488 036 – klantenservice@school-concept.nl Ook verkrijgbaar op
Gereedschap en materialen los verkrijgbaar.
WERKBANK
Het Verkeersexamen is dichterbij dan je denkt!
Op 25, 26 en 28 maart 2024 vindt weer het jaarlijkse VVN Theoretische Verkeersexamens plaats. Om dit examen goed te kunnen maken, moeten de leerlingen vooral heel veel oefenen. Het lespakket Oefeningen voor het Schoolverkeersexamen van ThiemeMeulenhoff bestaat uit een oefenboek, een opzoekboek en een antwoordenboek.
Scan & Bestel
Hiermee heb je een complete voorbereiding op het Verkeersexamen in huis. De meest actuele versies zijn op Educatheek.nl verkrijgbaar.
OEFENBOEK
ANTWOORDENBOEK
OPZOEKBOEK
Zorg dat jouw leerlingen veilig deelnemen aan het verkeer. Bestel je materialen op:
/verkeer
Het Voedingscentrum ondersteunt scholen
Alle leerlingen kunnen gezond en duurzaam eten met schoolmaaltijden Veel scholen hebben zich afgelopen jaar aangemeld voor het aanbieden van gratis schoolmaaltijden. Ook in 2024 kunnen scholen die voldoen aan de criteria subsidie krijgen voor een ontbijt, lunch of pauzehap via schoolmaaltijden.nl. Het Voedingscentrum roept scholen op om de maaltijden gezond en duurzaam in te vullen. Om hierbij te ondersteunen zijn er praktische hulpmiddelen zoals richtlijnen, productenlijst en een voorbeeld weekmenu beschikbaar. PrimaOnderwijs & Voedingscentrum
Gezonde schoolmaaltijden leveren meer op dan alleen een gevulde maag. Ze zorgen ervoor dat kinderen de voedingstoffen binnenkrijgen die nodig zijn voor hun groei en ontwikkeling. En het werkt! Uit onderzoek blijkt dat kinderen die gezonde schoollunches krijgen, meer fruit, groente en bruin- en volkorenbrood eten. Daarnaast drinken ze meer melk en water in plaats van suikerhoudende dranken.
Wat is een gezonde en duurzame schoolmaaltijd? Een gezonde en duurzame schoolmaaltijd bestaat uit producten die passen in de Schijf van Vijf. Die zijn goed voor je gezondheid en beter voor het milieu. Denk daarbij aan volkorenbrood, halvarine, 100% pindakaas, 30+ kaas, dranken zonder suiker, fruit en groente. Een verstrekte schoolmaaltijd kan worden aangeboden in de vorm van een kant-enklaar lunch- of ontbijtpakketje of in buffetvorm. Bij een buffet worden kinderen gestimuleerd om zo veel mogelijk Schijf van Vijf-producten te kiezen door gezonde keuzes aantrekkelijk en opvallend te presenteren.
OBS Harlekijn begon stapsgewijs OBS Harlekijn in Venlo verstrekt sinds schooljaar 2022-2023 een gezonde schoollunch aan alle overblijfkinderen. Schoollunchcoördinator Mieke Peeters: “Het is eigenlijk stapsgewijs gegaan. Eerst zijn we als school overgestapt op alleen water drinken, daarna van koekjes naar alleen fruit en groente. Toen was de tijd rijp om de verstrekte schoollunch eerst bij groep 1 t/m 4 in te voeren en later bij de andere groepen. Uiteindelijk is het een kwestie van ‘gewoon doen!’. Het levert ontzettend veel op. Het is een cadeautje voor de kinderen: het zorgt voor kansengelijkheid. Dit gun je elk kind.”
Voedselvaardigheden vergroten Naast de gezondere voedselkeuzes biedt een verstrekte schoolmaaltijd kansen voor integratie
met voedseleducatie en het aanleren van voedselvaardigheden. Denk hierbij aan: kinderen betrekken bij het klaarmaken van de maaltijd, nieuwe dingen laten proeven en in gesprek gaan over voedselkeuzes. Ze vergroten zo hun voedselvaardigheden waardoor ze op de langere termijn zélf gezonde en duurzame keuzes kunnen maken. Peeters: “Dat is het mooie van hetzelfde aanbod; zien eten doet eten. Regelmatig leren ze hier gezonde dingen eten die ze vanuit huis niet kennen.”
Samen zorgen we ervoor dat gezond en duurzaam eten op school de normaalste zaak van de wereld is.
Het Voedingscentrum ondersteunt scholen Het Voedingscentrum heeft volop informatie en hulpmiddelen beschikbaar voor scholen die willen werken aan: • • • •
schoolmaaltijden aanbieden een voedingsbeleid opstellen voedseleducatie in de klas en tijdens de maaltijd samen koken in de klas
Ben je benieuwd? Kijk op www.voedingscentrum.nl/ gezondopschool
Verbreed de collectie via queerboeken.nl
‘Ik wil dat alle leerlingen zich kunnen herkennen in ons boekenaanbod’ Paarse Vrijdag komt er weer aan, dé dag dat scholen in heel Nederland op een positieve en laagdrempelige manier aandacht besteden aan gezins-, seksuele en genderdiversiteit. Wil je hierbij aanhaken in de klas? Pak er dan eens een mooi boek bij! Want door te lezen of voor te lezen, verplaats je je in personages met bijvoorbeeld een andere gezinssituatie dan jijzelf. Hiermee leer je verschillen kennen, maar ook overeenkomsten. Wat de een normaal vindt, is voor de ander vreemd. Onze samenleving is divers, iedereen is verschillend en daar moeten we onze kinderen mee om leren gaan. Een fijn hulpmiddel hierbij zijn (kinder)boeken. Lezen vergroot het begrip voor mensen die anders zijn dan jijzelf, zo blijkt uit vele onderzoeken (Stichting Lezen – Leesmonitor 2023). Of misschien herkennen kinderen juist veel van zichzelf in een personage, waardoor ze zichzelf beter begrijpen en zich minder alleen voelen.
Ramen en spiegels Op de website queerboeken.nl zijn talloze boeken te vinden over gender- en seksuele diversiteit en over gezinsdiversiteit; van prentenboeken voor kinderen vanaf vier jaar tot en met literaire romans voor alle leeftijden.
Juf Rigoberta
60
Juf Rigoberta, leerkrachtondersteuner en leescoördinator op een basisschool in Utrecht, is fan van de website. “Bij het opzetten van onze schoolbibliotheek en het samenstellen van de boekencollectie, was een van de belangrijkste criteria dat alle kinderen zich in het boekenaanbod kunnen herkennen én ervan leren. Ik citeer hierbij graag de uitspraak van auteur Sharron McElmeel: ‘Kinderen hebben behoefte aan zowel spiegels als ramen. Veel (gekleurde) kinderen zien de wereld alleen via ramen en zij hebben spiegels nodig. Andere kinderen zien alleen spiegels en zij moeten de
Sabine Kruijsen
Daar werd toen nog lacherig op gereageerd door sommige leerlingen. Inmiddels is er zoveel meer keus en vinden kinderen het veel vanzelfsprekender als een hoofdpersoon een andere seksuele voorkeur heeft dan zijzelf. Een boek als Heartstopper wordt door álle leerlingen verslonden, omdat het zo’n ongelofelijk romantisch en meeslepend boek is.”
wereld ook door ramen leren zien.’ Spiegels (representatie) zijn belangrijk voor een positief zelfbeeld. Voor álle kinderen. En er zijn ook ‘ramen’ nodig: je moet leren kijken vanuit een perspectief dat niet dat van jou is.” “Ik gebruik de tips op queerboeken.nl om onze boekencollectie divers en inclusief te houden. Zodat we bijvoorbeeld tijdens de afgelopen Kinderboekenweek (met als thema ‘Bij mij thuis’ – red.) boeken konden aanbieden waarin alle verschillende thuissituaties voorkomen. Zoals het prachtige boek Nine & Mella – Bij ons thuis van Ellen Brudet, waarin er twee papa’s thuis zijn. Na het voorlezen vraag ik aan de kinderen: ‘Is het jou opgevallen dat de hoofdpersoon twee vaders heeft?’. Dat is het moment om te bespreken dat het bij iedereen thuis anders is.” “Wanneer iets onbekend is, worden kinderen soms giechelig. Toen ik uit Mijn schaduw is roze voorlas, waarin de hoofdpersoon en zijn vader allebei een jurk aantrekken, werd er veel gelachen in de klas. Hierop vroeg ik de kinderen of zij iets konden bedenken wat zij zelf heel leuk vinden, maar waar anderen misschien om moeten lachen. En wat ze daarvan vinden. Dit werd uiteindelijk een heel mooi gesprek.”
Zoveel meer keus Ook Sabine Kruijsen, docent Nederlands op een Utrechtse school voor havo/vwo, zet zich in om inclusieve boekenlijsten aan haar leerlingen te bieden. Ze pitcht wekelijks een nieuw boek in de klas en zorgt dat hier regelmatig een boek tussen zit met een queer hoofdpersonage. “Ik ben ontzettend blij dat het boekenaanbod de laatste jaren zo is verbreed. Aan het begin van mijn onderwijscarrière was Dagen van de bluegrassliefde van Edward van de Vendel zo’n beetje het enige boek met een homoseksueel hoofdpersoon.
“Op mijn school is ook een GSA-netwerk actief; een groep leerlingen die zich sterk maakt voor een veilige omgeving op school, zodat alle leerlingen de vrijheid hebben te kunnen zijn wie ze zijn, zonder zich daarvoor te hoeven schamen of verantwoorden. Zij vragen soms specifiek om boeken waarin seksuele en genderdiversiteit een rol speelt. Ik verwijs ze dan graag naar queerboeken.nl, omdat de site regelmatig wordt bijgewerkt met actuele titels.”
Bestel gratis het Paarse Vrijdag pakket Op vrijdag 8 december wordt in heel Nederland Paarse Vrijdag gevierd. Op deze dag laten scholen zien dat iedereen zichzelf mag zijn, en dat niemand gepest of uitgesloten mag worden om wie die is. Doet jouw school al mee? Je kunt gratis deelnamepakketten bestellen! Het basisschoolpakket bevat onder meer twee gratis prentenboeken en lesbrieven bij drie prachtige boeken. Voor middelbare scholen bevat het pakket onder meer campagneposters en polsbandjes. De pakketten voor VO zijn alleen door leerlingen of GSA-netwerken te bestellen. Kijk voor meer info op www.paarsevrijdag.nl en bestel snel want op = op! Wil je meteen aan de slag om de boekencollectie op jouw school te verbreden, laat je dan inspireren op www.queerboeken.nl. PrimaOnderwijs 61
Aanpak burgerschap groep 1 t/m 8 Burgerschapsvorming is saai! Ik wil niet wéér iets erbij! En al helemaal geen methode...
HERKENBAAR?!
De wereld van morgen is anders. Het is een unieke manier van duurzame burgerschapsvorming. Actueel, te integreren met andere vakken en... leuk! Maar vind jij dat ook? Is dit waar je op zit te wachten? Beoordeel deze nieuwe aanpak. Meld je nú aan voor de pilot op www.kwintessens.nl/pilot
Dit kenmerkt De wereld van morgen
• Duurzaam: aandacht voor natuur, klimaat, relaties, wet- en regelgeving, machtsverhoudingen enz.
• Actueel: gaat in op wat nu speelt in de wereld • Inclusief filosoferen met kinderen • Te verbinden met andere vakken (met name taal, rekenen en geestelijke stromingen)
• Creativiteit en humor: met aansprekende video’s ? ind jij Wat v l onze rdee Beoo ak en aanp ! je aan meld
en leuke, actieve werkvormen
Zeg JA tegen De wereld van morgen en meld je aan. Jouw reactie telt. Ga naar www.kwintessens.nl/pilot En meld je aan vóór 30 november 2023. Meer weten? Ga naar www.kwintessens.nl/burgerschap
www.kwintessens.nl/burgerschap
advertentie DVM 192 x285.indd 1
10-10-2023 09:46
Duurzame uitdagingen creatief aanvliegen met NXplorers Junior Hoe maak je leerlingen bewust van vraagstukken over schoon drinkwater en sanitair, betaalbare en duurzame energie, en verantwoorde consumptie en productie? Niet alleen door ze te informeren maar bovenal door ze te stimuleren om zelf oplossingen te bedenken. Dit komt allemaal samen in de nieuwste editie van het gratis NXplorers Junior lesprogramma voor groep 7 en 8. Het is zo langzamerhand een traditie geworden op basisscholen in heel Nederland. Het begin van het schooljaar markeert ook het begin van de nieuwste editie van NXplorers Junior. Dit handige lesprogramma ondersteunt onderwijzers van de groepen 7 en 8 van de basisschool met het informeren van kinderen over de Werelddoelen, opgesteld door de Verenigde Naties. Het biedt bovendien handvatten om na te denken over manieren om deze Werelddoelen aan te vliegen op een creatieve en uitdagende manier. Aan de hand van verschillende lessen leren de leerlingen ideeën te ontwikkelen over de verschillende doelen en gaan ze aan de slag met hun baanbrekende idee om deze doelen te bereiken. De ervaring leert dat leerlingen verrassend creatief uit de hoek kunnen komen en zich bovendien bewuster van deze thema’s zijn dan wellicht gedacht. Leerlingen van de vorige editie bedachten bijvoorbeeld een schoen die energie opwekt tijdens het lopen, een douche die het water filtert voor hergebruik en een app die voedselverspilling tegengaat. Een schoen die oplaadt terwijl je loopt was het creatieve, en winnende, idee van basisschool School op de Berg in Amersfoort. De leerlingen werden
vlak voor de schoolvakantie overvallen in de klas met een bokaal en een speech van niemand minder dan Buddy Vedder. Noëlle Joosen, docent van de winnende klas: “Het lesprogramma was duidelijk opgezet en zag er mooi uit. Ik hoefde, als leerkracht, geen eindeloze lesvoorbereidingen te lezen. En ik had de ruimte voor eigen inbreng: zo heb ik uiteindelijk gekozen voor 1 idee en dat uitgewerkt. Dat werkte voor ons, op dat moment prima.” Het lesprogramma stimuleert om nauw samen te werken in teamsverband. Noëlle besluit: “De leerlingen hebben echt gemotiveerd gewerkt aan de opdracht. We hadden wel wat startproblemen maar die losten we op door 1 ontwerp te kiezen. Mooi ook om te zien dat ieder zijn eigen verantwoordelijkheid nam.”
Klaar voor de uitdaging? Meld jouw klas aan! Bedenkt jouw groep 7 of 8 ook een idee dat de wereld op zijn kop gaat zetten? Aanmelden voor de editie 2023-2024 kan gratis via de website nxplorersjunior.nl. Hier vind je ook alle informatie over het programma. PrimaOnderwijs 63
‘Je wordt er als docent veelzijdiger van’
Zijn staatsexamens ook iets voor jou? Ieder jaar zijn meer dan tweeduizend examenbetrokkenen actief bij de staatsexamens vo. Zonder hen zouden deze examens niet door kunnen gaan. Zij zetten zich tegen een vergoeding in als examinator, locatievoorzitter, secretaris of surveillant. Ook jij kunt dat doen. Het is een ervaring die je veel kan brengen. Over het algemeen is iedere dag anders bij de staatsexamens, maar de dag begint altijd in de ochtend als de eerste examinatoren zich melden bij een schoolgebouw. Hier nemen zij mondelinge examens af. De locatievoorzitter heeft vooraf overzichten gemaakt, zodat examinatoren weten waar en hoe laat ze verwacht worden. De mondelinge examens worden altijd door twee examinatoren afgenomen. Samen bereiden ze het examen dan ook voor. Wat betreft de kandidaten is het voor examinatoren afwachten wie ze voor zich krijgen. “Iedereen is anders”, zegt examinator Jacob. “Er zijn kandidaten van particuliere scholen, beperkt belastbare leerlingen, kandidaten die op latere leeftijd nog een diploma of certificaat willen halen, militairen die een papiertje nodig hebben voor hun vervolgopleiding en natuurlijk kandidaten van vso-scholen”. “Die verscheidenheid is zo leerzaam”, zegt 64
examinator Jeanette, “van elke dag die ik geëxamineerd heb, heb ik iets geleerd. Je wordt er echt een veelzijdigere docent van!”
Verrijking Er zijn kandidaten die tijdens een mondeling examen extra voorzieningen hebben. Denk aan extra tijd. Over sommige kandidaten wordt door de vso-school of ouders nog wat extra uitleg gegeven, zo weet je als examinator dat het bijvoorbeeld iets langer kan duren voor een kandidaat antwoord op een vraag kan geven. “Dat is in het begin best spannend, maar ik neem hiervan bewust en onbewust dingen mee naar mijn eigen klaslokaal. Het is echt een verrijking van mijn competentie”, vindt Jeanette Een flinke club mensen zet zich ieder jaar in voor de staatsexamens. Tijdens de speciaal voor deze mensen georganiseerde opleidingsdagen en evaluatiebijeenkomsten komen zij elkaar ook vaak tegen. Het is dan ook een soort van reünie. Dat is goed voor je netwerk. Hier wordt namelijk niet alleen gezellig bijgekletst, maar gaat het ook over de inhoud van het werk.
Wat hebben de staatsexamens jou te bieden? • Een unieke ervaring die ook nog eens leerzaam is, omdat je op een andere manier examineert dan je waarschijnlijk gewend bent • Een vergroting van je netwerk: contact met niet alleen collega’s uit jouw vakgebied, maar ook daarbuiten • Je komt nog eens ergens, want deze examens worden door het hele land afgenomen (uiteraard mag je zelf aangeven hoe ver je wilt reizen) • Een passende vergoeding, je hoeft het uiteraard niet voor niets te doen
Wat vraagt het College voor Toetsen en Examens van jou als examinator? • Dat je een eerste- of tweedegraads bevoegdheid hebt • Dat je afgelopen vijf jaar minimaal één jaar les hebt gegeven in een examenklas • Tijd: dat je hier in je agenda tijd voor wil maken.
Enthousiast geworden? • Kijk op www.staatsexamensvo.nl of scan de QR-code voor meer verhalen en informatie. Hier kun je ook solliciteren.
Wat zijn de staatsexamens vo? Jaarlijks zijn er ongeveer 8500 kandidaten die één of meerdere staatsexamens doen. Deze worden georganiseerd door het College voor Toetsen en Examens (CvTE). DUO regelt de praktische zaken rondom deze staatsexamens. Een diploma of certificaat dat je op deze manier kunt halen is net zoveel waard als een diploma uit het reguliere onderwijs. Bij de staatsexamens wordt rekening gehouden met de individuele behoeften van kandidaten, er wordt zo veel mogelijk maatwerk geleverd. Op deze manier kan iedereen die wil een examen in het voortgezet onderwijs doen. Daarmee is het een springplank voor heel veel kandidaten. PrimaOnderwijs 65
Vreedzame Kriebels: meer dan bloemetjes en bijtjes Hoe basisschool De Zuidwester draagvlak creëert voor seksuele vorming PrimaOnderwijs & CED-Groep
Verontwaardigde ouders en boze reacties op de social media: de weerstand was groot toen basisschool De Zuidwester aan de slag ging met de wettelijk verplichte seksuele vorming. Directeur Dominique Guit besloot hulp in te roepen en kwam uit op Vreedzame Kriebels van de CED-Groep. Ook riep zij de rol van ouderconsulent in het leven. Deze brug tussen ouders en school bleek onmisbaar. ‘Heb ik me hier nou zo druk om gemaakt’
66
Organisatieadviseur Bart van den Elzen begeleidt de implementatie van Vreedzame Kriebels op De Zuidwester. “We hebben de leerkrachten getraind en een informatiebijeenkomst voor ouders georganiseerd. Daarin bespraken we: hoe gaat het komende schooljaar eruitzien, wat wordt er in grote lijnen verteld? Verder is er een focusgroep opgericht. Zo’n tien ouders nemen hieraan deel. Fatima Hassan, de ouderconsulent, is overal bij aanwezig. Zij organiseert inloopmomenten voor ouders en heeft veel invloed op het draagvlak.”
Op tijd beginnen
De effecten zijn al merkbaar in de school. Leerkrachten kunnen lesgeven zonder dat er daarna meteen ouders op de stoep staan. Ouders geven aan dat het traject prettig verloopt. Waar eerst veel zorgen leefden, is ruimte ontstaan. “Er zijn zelfs ouders die zeggen: ‘heb ik me hier nou zo druk om gemaakt?’.”
De lessen van Vreedzame Kriebels gaan maar voor een klein deel over de bloemetjes en de bijtjes. Naast de nodige informatie over voortplanting gaat het vooral over dingen als het stellen van grenzen, nee zeggen, het respecteren van verschillen en over zelfbeeld. “Sociaal-emotionele ontwikkeling dus”, zegt Bart. Hij benadrukt dat het verstandig is als
Leerkrachten kunnen nu lesgeven zonder dat er daarna meteen ouders op de stoep staan Bart van den Elzen, organisatieadviseur CED-Groep
Ik zou iedere school aanraden om de lastige dialoog aan te gaan. Om ergens te komen moet je daar doorheen Fatima Hassan, ouderconsulent basisschool De Zuidwester, Den Haag
scholen en ouders tijdig beginnen met de seksuele vorming. Dat begint met leren elkaars grenzen te respecteren. “Eenmaal in de puberteit hebben jongeren er geen zin meer in en gaan ze zelf op zoek. Dan ben je de regie kwijt over de informatie die ze krijgen. En die informatie is vaak onbetrouwbaar en onvolledig. Je wilt kinderen op tijd leren hoe ze een gezonde relatie kunnen opbouwen.”
Vreedzame Kriebels: wat is dat? Vreedzaam is een erkend en compleet programma voor burgerschapsonderwijs. Door Kriebels toe te voegen aan Vreedzaam, krijgt ook seksuele vorming invulling in het onderwijs. Het onderwerp is verweven in alle zes lesblokken, in ieder lesjaar. Dat maakt Vreedzaam een programma met integrale aandacht voor burgerschap, groepsvorming, sociale en seksuele ontwikkeling en diversiteit. Doordat het onderwerp in het programma is verweven, pakt iedere leerkracht het op dezelfde manier aan.
Hoe pakt de ouderconsulent het aan? Op De Zuidwester zitten veel kinderen met een migratie-achtergrond. Ouderconsulent Fatima begrijpt precies waar de pijnpunten liggen en leidt de angsten en zorgen die leven vaardig in goede banen. “Het begint er al mee dat deze ouders kunnen dichtklappen als de communicatie te direct is. Ze geven het niet altijd aan als ze iets niet begrijpen en verliezen daarmee hun gevoel van regie.” Het is Fatima’s taak om draagvlak te creëren, te zorgen dat ouders goed geïnformeerd zijn en zich betrokken voelen. “Veel ouders hebben zelf nooit voorlichting gekregen. Seksualiteit is een taboe en moeilijk bespreekbaar te maken. Door de lessen op school worden ze met de neus op de feiten gedrukt. Ze kunnen er niet langer omheen. Dat doet veel met hen.” Ook leeft er de angst dat de lessen hun kinderen aanmoedigen om vroeg seksueel actief te worden. Of dat zeover hun geaardheid of voorkeuren gaan twijfelen. “Als je van je kinderen houdt en ze wilt beschermen, dan zul je met ze in gesprek moeten gaan, zeg ik tijdens de inloopmomenten. Ik ben dan ook open over mijn eigen moeite. Ik heb zelf twee dochters en vind het ook een lastig onderwerp. Maar ik doe het wel.”
Ga de dialoog aan Wat adviseert Fatima aan scholen die worstelen met het onderwerp seksuele vorming in de school? “Ik heb veel respect voor de aanpak van Dominique, de directeur van De Zuidwester. Zij bleef handreikingen doen, om te zorgen voor draagvlak in de hele school. Dat was echt niet altijd even leuk. Ouders waren boos en van streek. Om ergens te komen, moet je daar doorheen. Maar door die weerstand er te laten zijn en ouders actief te betrekken, is er ruimte gekomen voor rust en transparantie. Ouders zijn nu gerustgesteld en zeggen: we vinden het eng, maar we gaan de gesprekken aan. Ik zie het zo: het mag eng zijn voor ouders. Als ze het maar gaan dóen. En die basis is er nu.” PrimaOnderwijs 67
Wil jij ook maatwerk bieden Wil jij ook maatwerk bieden Wil Wil jij jij ook ook maatwerk maatwerk bieden bieden Wil jij ook maatwerk bieden aan je leerlingen voor Engels? aan je leerlingen voor Engels? aan aan je je leerlingen leerlingen voor voor Engels? Engels? aan je leerlingen voor Engels? Bij STERK Engels zitten wij niet stil en bouwen wij verder aan een meer gebruiksvriendelijke methode Engels voor docenten, leerlingen en ouders/ begeleiders. Bij STERK Engels zitten wij niet stil en bouwen wij verder aan een meer Bij BijSTERK STERK BijisSTERK Engels Engels Engels zitten zitten zitten wij wij niet wij niet stil niet stilen stil enbouwen bouwen en Kader bouwen wij wij wij verder verder aan aaneen aan eenmeer een meer meer De methode beschikbaar voor het VMBO Basis, & verder TL. gebruiksvriendelijke methode Engels voor docenten, leerlingen enmeer ouders/ begeleiders. Bij STERK Engels zitten wij niet stil en bouwen wij verder aan een gebruiksvriendelijke gebruiksvriendelijke gebruiksvriendelijke methode methode methode Engels Engels Engels voor voor voor docenten, docenten, docenten, leerlingen leerlingen leerlingen en enouders/ ouders/ en ouders/ begeleiders. begeleiders. begeleiders. De methode is beschikbaar voor het VMBO Basis, Kader & TL. gebruiksvriendelijke methode Engels voor docenten, leerlingen De Demethode methode De methode isisbeschikbaar beschikbaar is beschikbaar voor voor voor het hetVMBO het VMBO VMBO Basis, Basis, Basis, Kader Kader Kader &&TL. TL. & TL.en ouders/ begeleiders. De methode is beschikbaar voor het VMBO Basis, Kader & TL.
Maak nu kennis met ons nieuwe Learning Management System (LMS) platform eLearnDesk. Maak nu kennis met ons nieuwe Learning Maak Maak Maak nu nukennis kennis nu wij kennis met metons met onsnieuwe ons nieuwe nieuwe Learning Learning Learning Met dit platform bieden een toekomstbestendig, Management System (LMS) platform eLearnDesk. Maak nu kennis met ons nieuwe Learning Management Management Management System System System (LMS) (LMS) (LMS) platform platform platform eLearnDesk. eLearnDesk. eLearnDesk. innovatief en volledig digitaal LMS aan met onder Met dit platformSystem bieden(LMS) wij een toekomstbestendig, Management platform eLearnDesk. Met dit Met ditplatform platform dit platform bieden bieden bieden wij wijeen wij een toekomstbestendig, een toekomstbestendig, toekomstbestendig, andere de Met volgende functies: innovatief en volledig digitaal LMStoekomstbestendig, aan met onder Met dit en platform bieden wijLMS een innovatief innovatief innovatief envolledig volledig en volledig digitaal digitaal digitaal LMSLMS aan aanmet aan metonder met onder onder andere de volgende functies: innovatief en volledig digitaal LMS aan met onder andere andere andere de devolgende volgende de volgende functies: functies: functies: ✔ Adaptieve leerpaden voor leerlingen; andere de volgende functies: ✔ Opdrachten worden automatisch ✔ Adaptieve leerpaden voor gecontroleerd; leerlingen; ✔✔Adaptieve Adaptieve ✔ Adaptieve leerpaden leerpaden leerpaden voor voor voor leerlingen; leerlingen; leerlingen; ✔ Extra ✔ content & opdrachten te maken doorgecontroleerd; docenten; Adaptieve leerpaden voor leerlingen; Opdrachten worden automatisch ✔✔Opdrachten Opdrachten ✔ Opdrachten worden worden worden automatisch automatisch automatisch gecontroleerd; gecontroleerd; gecontroleerd; ✔ Persoonlijke docenten; ✔ Opdrachten automatisch gecontroleerd; Extrafeedback contentworden &door opdrachten te maken door docenten; ✔✔Extra Extra ✔ Extra content content content &&opdrachten opdrachten & opdrachten tetemaken maken te maken door door door docenten; docenten; docenten; ✔ Audiovideocommunicatie tussen en docent; ✔ en Extra contentfeedback & opdrachten te leerling maken door docenten; Persoonlijke door docenten; ✔✔Persoonlijke Persoonlijke ✔ Persoonlijke feedback feedback feedback door door door docenten; docenten; docenten; ✔ Formatief toetsen ✔ Persoonlijke feedback door docenten; Audioen (leerlingvolgsysteem); videocommunicatie tussen leerling en docent; ✔✔AudioAudio✔ Audioen envideocommunicatie videocommunicatie en videocommunicatie tussen tussen tussen leerling leerling leerling en endocent; docent; en docent; ✔ Uitgebreide rapportagemogelijkheden; ✔ Audioen toetsen videocommunicatie tussen leerling en docent; Formatief (leerlingvolgsysteem); ✔✔Formatief Formatief ✔ Formatief toetsen toetsen toetsen (leerlingvolgsysteem); (leerlingvolgsysteem); (leerlingvolgsysteem); ✔ En nog meer! ✔ Formatief toetsen (leerlingvolgsysteem); Uitgebreide rapportagemogelijkheden; ✔✔Uitgebreide Uitgebreide ✔ Uitgebreide rapportagemogelijkheden; rapportagemogelijkheden; rapportagemogelijkheden; ✔ Uitgebreide rapportagemogelijkheden; En nog meer! ✔✔En En ✔nog nog En meer! nog meer! meer! Er kan ook folio besteld worden. ✔ AlsEn je nog een meer! steentje wilt bijdragen aan het klimaat kan dat Er ook, je ook bestelt ons alleen wat je Handig kan foliobijbesteld worden. Alsnodig je eenhebt. steentje wilttoch? bijdragen aan het klimaat ErErkan kan Er ook kan ookfolio ook folio folio besteld besteld besteld worden. worden. worden. Als AlsjeAls jeeen een je steentje een steentje steentje wilt wiltbijdragen wilt bijdragen bijdragen aan aanhet aan hetklimaat het klimaat klimaat Er kan ook folio besteld worden. Als je een steentje wilt bijdragen aan het klimaat kan dat ook, je bestelt bij ons alleen wat je nodig hebt. Handig toch? kan kandat kan datook, dat ook,ook, jejebestelt bestelt je bestelt bij bijons ons bij alleen ons alleen alleen wat watje wat jenodig nodig je nodig hebt. hebt. hebt. Handig Handig Handig toch? toch? toch? Dat lijktkan je STERK? is hetbij zo!ons Steeds meer gebruiktoch? van dat ook,Toch je bestelt alleen watscholen je nodigmaken hebt. Handig STERK Engels! Gajevoor meerToch informatie, een presentatie of proefaccount naar onze Dat lijkt STERK? is het zo! Steeds meer scholen maken gebruik van Dat Datlijkt Dat lijktlijkt jejeSTERK? STERK? je STERK? Toch Toch Toch isishet het iszo! het zo!Steeds zo! Steeds Steeds meer meer meer scholen scholen scholen maken maken maken gebruik gebruik gebruik van vanvan website Dat www.sterkengels.nl en laat je informeren wat STERK Engels voor jou en je lijkt je STERK? Toch is het zo! Steedseen meer scholen maken gebruik van STERK Engels! Ga voor meer informatie, presentatie of proefaccount naar onze STERK STERK STERK Engels! Engels! Engels! Ga Gavoor Ga voor voor meer meer meer informatie, informatie, informatie, een eenpresentatie een presentatie presentatie ofofproefaccount proefaccount of proefaccount naar naar naar onze onze onze leerlingen kan betekenen. STERK Engels! Ga voor meer informatie, een presentatie of proefaccount naar onze website www.sterkengels.nl en laat je informeren wat STERK Engels voor jou en je website website website www.sterkengels.nl www.sterkengels.nl www.sterkengels.nl en enlaat laat en je laat jeinformeren informeren je informeren wat watSTERK wat STERK STERK Engels Engels Engels voor voor voor jou jouen jou enjeje en je website www.sterkengels.nl en laat je informeren wat STERK Engels voor jou en je leerlingen kan betekenen. leerlingen leerlingen leerlingen kan kanbetekenen. kan betekenen. betekenen. leerlingen kan betekenen.
W a
Bi ge De
Column #Daniëlle
Om elkaar denken, hoe kun je dat vormgeven? “Mijn broer heeft een keer zo’n hoedje getekend, zullen wij dat ook eens een keer doen?” Ah, de hoedjes van Prinsjesdag. Waarschijnlijk de meest bekeken tekenopdracht op Pinterest rond september.
Wanneer we als leerkrachten de klas af en toe eens zien als kleine samenleving valt er flink door te praten over plannen die in Den Haag gemaakt worden. Belastingen, waar zijn die voor? Verhoging van de zorgpremie, wat betekent het dat we een verzorgingsstaat zijn? Niet alleen nuttige gesprekken rond Prinsjesdag en de komende verkiezingen, ook door het jaar heen is bewustwording op gedragsniveau beslist niet overbodig.
Ik vertel de dame voor mij dat ik wel iets meer wil doen dan alleen een hoedje tekenen of in elkaar flansen. Met als reden dat we dan meteen iets meer leren over de mensen die de hoedjes dragen en de taken die ze hebben. Ik krijg nog net geen rollende ogen te zien, wel een zucht. “We moeten er ook altijd iets bij leren van jou.” Ik kan de opmerking dat ik betaald word om haar wat te leren nog net binnenhouden. Wanneer de tijd van het koffertje en de opvallende hoedjes weer is aangebroken, zal menig leerkracht, zeker in de bovenbouw, meteen wat lessen over de blauwe stoeltjes en de Miljoenennota tevoorschijn halen. Zo’n publieke aangelegenheid die toch al aandacht krijgt kun je maar beter meteen even uitbuiten. Filmpjes, animaties en overig lesmateriaal is wel te vinden en wordt zelfs toegestuurd. De Rijksoverheid is er maar druk mee.
En het is natuurlijk fijn dat de huidige kerndoelen, ook wat betreft burgerschap, geactualiseerd worden. Maar ook zonder die kerndoelen proberen we onze kinderen natuurlijk enig besef van rechten, plichten, verantwoordelijkheden en moreel fatsoen bij te brengen. Onderbrengen in kerndoelen geeft dan wel goed aan dat we dit in onderwijsland ook echt belangrijk vinden. Voor burgerschap gaat het vooral om het aspect ‘je redzaam leren gedragen in sociaal opzicht’. De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu. Bij dit kerndoel gaat het voor burgerschap vooral om de relatie die je legt met het verantwoordelijk leren omgaan met je eigen leefomgeving. Dat dit laatste inmiddels wel goed lijkt te komen bij een aantal van mijn leerlingen bleek laatst toen ze binnenkwamen met een aantal veertjes. Dode vogel. Netjes begraven, ‘want dat is netjes toch?’ om vervolgens toch vooral blij te zijn met het feit dat we nu toch echt die hoedjes wel kunnen maken binnenkort. ‘Je hoeft niet eens langs de winkel voor veertjes’. @_jufb_
PrimaOnderwijs 69
Nieuwe lesmethode:
De Joodse Straat Bij het woord ‘Joden’ denken de meeste leerlingen als eerste aan de Tweede Wereldoorlog en de Holocaust. Misschien ook niet heel vreemd, aangezien deze periode tot op de dag van vandaag nog altijd een grote impact heeft. Met deze associatie wordt echter wel vaak uit het oog verloren dat het Joodse leven in Nederland veel meer was dan alleen de Holocaust. Wie deze Nederlandse Joden waren en hoe ze vóór de oorlog leefden, blijft tot nu toe meestal onderbelicht. Een nieuwe lesmethode van CIDI brengt daar verandering in. In De Joodse Straat worden jongeren aangemoedigd om meer te leren over Joden in Nederland: wie ze waren, hoe ze leefden en hoe ze een wezenlijk onderdeel vormden van onze samenleving voordat in 1940 de vervolging begon. De Joodse straat is een interactieve website met bijbehorend lesmateriaal voor het voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs. De kern van dit educatieve project is een virtuele weergave van een straat in vooroorlogs Joods Nederland. Leerlingen kunnen door deze virtuele straat ‘lopen’. In die straat zien we personen, plaatsen, gebouwen en voorwerpen. De diversiteit van de vooroorlogse Joodse gemeenschap wordt onmiddellijk zichtbaar in de biografieën van de personen. Zo lezen we over de Amsterdamse Meier Vieijra, de Haagse voetballer Salomon Polak en de Zwolse tiener Malchen Weijel. Allemaal komen ze uit verschillende milieus:
Meier werkt als kleermaker, Salomon werkt in de kruidenierszaak van zijn ouders en voetbalt in zijn vrije tijd en Malchen woont op een hachsjara-boerderij, waar ze wordt voorbereid op haar emigratie naar Palestina. Ook wordt de vluchtelingengemeenschap belicht: de leerlingen maken kennis met Hannah Goslar en Ernst Baruch Levy uit Berlijn en Hans Werner Binheim uit Hannover. Allen vluchtten in de jaren 30 naar Nederland, om zo aan het naziregime te ontkomen. De biografieën vertellen over hun uiteenlopende levens, dromen, politieke opvattingen, religieuze overtuigingen, onderwijs en verenigingen. Door leerlingen beter bekend te maken met de diversiteit van de Nederlands-Joodse gemeenschap toen en nu worden stereotypen ontkracht. Joden zijn immers meer dan alleen slachtoffers van de Holocaust: zij waren en zijn een integraal onderdeel van de Nederlandse samenleving.
Onuitwisbare stempel De vele pop-upvensters in de straat zorgen ervoor dat de leerlingen op een laagdrempelige manier kunnen kennismaken met het rijke vooroorlogse leven van Joden in Nederland en ontdekken ze het onuitwisbare stempel dat zij hebben gedrukt op onze taal en cultuur. Zo zien we onder andere een rijtje bekende woorden die vandaag de dag nog overal worden gebruikt, maar waarvan eigenlijk niemand meer weet dat ze oorspronkelijk uit het Jiddisch komen! De leerlingen kunnen zelfstandig de verhalen op de website lezen en de verschillende elementen bekijken. Aangeraden wordt om ook de bijbehorende lessen aan te bieden. Er zijn lessen ontworpen voor de onderbouw van het voortgezet onderwijs (VO), voor VO-bovenbouw en het middelbaar beroepsonderwijs
70
(mbo). Voor elke doelgroep is er een basisles en een verdiepende les. De lessen laten de leerlingen nóg beter kijken naar de website, waardoor ze meer kennis opdoen over Joods leven en nadenken over de plek van de Joodse cultuur in Nederland. De opdrachten laten de leerlingen kritisch kijken naar gebeurtenissen uit het verleden en het heden.
Buitensluiting Met dit project krijgen de leerlingen inzicht in het vooroorlogse Joodse leven. Ze ervaren dat Joden en Joodse gemeenschappen een wezenlijk onderdeel waren van vooroorlogse buurschappen, dorpen en steden; dat de Joden een rijke cultuur hebben en het
een heel diverse groep is, van wie de religie meer raakvlakken heeft met het christendom en de islam dan ze op het eerste gezicht misschien dachten. Ze maken kennis met de sociale, culturele en politieke aspecten van het Joodse leven voor de oorlog, maar leren bovenal hoe taalgebruik, vooroordelen, stereotyperingen, antisemitisme, racisme en intolerantie leiden tot toenemende buitensluiting van (groepen) mensen. Door deze inzichten kunnen racisme en discriminatie worden bestreden en vooroordelen en stereotypen worden ontkracht. Het is eenvoudig om bij deze lesmethode een brug te slaan naar het belang van de democratie en de rechtsstaat hierin, waarom gelijke rechten voor elke burger zo belangrijk zijn en waarom het noodzakelijk is onze rechtsstaat te onderhouden. Dit maakt de methode niet alleen geschikt voor de geschiedenis- en mentorlessen, maar ook voor maatschappijleer of burgerschap.
Meer zien? Ga dan naar www.joodsestraat.nl of kijk op www.cidi.nl en klik op het tabblad ‘educatie’.
PrimaOnderwijs 71
Stimuleer spelenderwijs de sociaal-emotionele ontwikkeling Je leerlingen doen op school belangrijke sociale vaardigheden op, die hen een leven lang verder helpen. Op Educatheek.nl vind je diverse spellen waarmee je de sociaal-emotionele ontwikkeling van je leerlingen stimuleert. Een klas vol Coole Kikkers
Goed voor het zelfvertrouwen: Ik ben steengoed!
Speel het Kikkerbecool spel en praat samen over sociale vaardigheden, goede manieren, opkomen voor jezelf en omgaan met pesten en plagen.
Kinderen leren met dit bordspel voor 40 situaties positieve oplossingen te vinden: buig onjuiste gedachten om naar prettige gedachten!
Beleef het interactieve verhaal van Dook
Kaartspellen Sociaal-Emotioneel
Met 8 verschillende verhaallijnen over emoties leren kinderen welke gevolgen het maken van bepaalde keuzes kan hebben.
Met deze stimulerende kaartspellen leren kinderen complimentjes te geven, om positief te denken of om samen te praten over hun gevoelens.
Bestel deze materialen en meer op
/ontwikkeling
Ontdek het geheim van kennis en kracht! Weet je wie de bermen en gewassen bijhouden en voor de sportvelden en parken om ons heen zorgen? Wie onderhouden alle verbindingen in ons land, van waterweg tot gasleiding? Dat zijn GGI’ers, duizendpoten op machines! Met de campagne ‘Het geheim van kennis en kracht’ maken vmbo-leerlingen kennis met de veelzijdige sector Groen, Grond en Infrastructuur (GGI). Door middel van les-materiaal ontdekken ze wat deze sector inhoudt en welke beroepen centraal staan. Daarnaast onderzoeken zij hoe hun eigen kwaliteiten en vaardigheden aansluiten bij deze sector en of een baan binnen GGI mogelijk iets voor hen kan zijn. Voor iedereen is er plek!
Vraag het je klas
Hoe worden nesten beschermd in het grasveld? A: Met vlaggen B: Met GPS coördinaten
Spot GGI’ers in het wild
GGI’ers hard aan de slag in Roosendaal!
Ontmoet Shaquille!
“Als je het mij vraagt doen we onmisbaar werk!”
Het lesmateriaal bestaat uit:
Voorlichtingspakket
WIL JIJ
10 TON TILLEN?
WIL JIJ
WIL JIJ
MOOIE PARKEN AANLEGGEN?
ZORGEN VOOR GEZOND ETEN?
DAN BEN JIJ EEN ECHTE GGI’ER!
HET GROOTSTE GEHEIM VAN NEDERLAND!
Wist je dat veel van de mensen die je op grote machines ziet werken, langs de weg, in het zijn? Nee, geen bouwvakke park of op de akkers, GGI’ers rs, geen tuinders of boeren. GGI’ers!
GEWOON AAN HET MESTEN?
GEWOON EEN GRAVER?
GGI’ers zijn echte duizendpoten . Ze kennen hun machine door en door én regelen alles om zich heen. Iedere klus valt of staat met hun kennis kracht! Dus lees snel en verder en ontdek het geheim!
NEE JOH, PATRICK EN ANGELIQUE ZIJN GGI’ERS! stap?
je voor volgende Wat is de aan de slag te kunnen, kies en InfraGroen Grond voor Om als GGI’er r? in de richting verschillende namen n opleidingen ctuur, Scholen gebruike Grond en Infrastru structuur. en Naast Groen rk, Groen h Loonwe deze richting. Veel namen Agrarisc rk ook gebruik t. worden de stage te en Loonwe doe heid om te buiten en Cultuurtechniek mogelijk Grondwerker aan de slag bieden de werk je lekker kabels gen erker legt bij een bedrijf opleidin Als Grondw Je graaft, of om gelijk de straat in de grond. te leren. vaak met lopen (BOL) je van alles bent ook en in de praktijk chinist en n aan en gaan (BBL) een kraanma en leidinge met ig zorgvuld werkt samen zodat jullie bezig. Je allerlei kaarten, werkt met kunnen werken. en veilig Ga naar: hauffeur gen ben je thuis st of tractorc hauffeur ht.nl/opleidin • Machini Tractorc enkrac een st of kennis ge lijst aan gaat om Als Machini . Of het nou jij kan voor de volledi in Nederland! of een tractor, op een machine en scholen t’ een kraan in natuurkrach opleidingen graafmachine, Je werkt op akkers, kennis enn die is anders je kunt van imdag Iedere ermee werken. gehe re middele doen, ‘Het den. meerde en sportvel anders waar jouw bevat iets gebieden moet jene De campag lesprogramma ontdekken. om. er een het isgebied en ieder nietisvoor en bij en. Zo kan gaan jij je hand Infrastructuur daar draaigebruik n van GGI naar de Wat is GGI? Grond en geheime maar expeditie nd ziet. voor Groen klas zelf de leerling op Daar heel Nederla GGI staat atsen en les gaat iedere brengt die je door de een GGI’er. uffeur In de end op de bouwpla Jij kken van een branche werkple die agencha rijk en afwissel ende klus. plek • Vrachtw op de akkers, hoe van iedere verschill stapde zijn de mensen s naar het begin In de parken, stap voor bentalles Jijrtijd enenenzemachine bieden. GGI’ers en tegelijke aan de ontdekk material natuurge niemand de ende in s werken soort verschill is. jou kan een en e machine Zonder het werk zijn. Ja, het zijn ende werktijd met machtig ze nodig vind je meer waar van met afwissel moeten regelen. ne ‘Het geheim ud. s met onderhoracht.nl is een baan om zich heen Het het nodige nnisenk nte interview kant van hetwww.ke Met de campag site met pad! diverse slag. af de Op opinteressa de vak en gelijk een je dag duizendpoten! belichten we die het mee met je sluit weer enom ie over e dag n werken hoe het is kracht’ informat de volgend laat jouw s ervaren kennis en de GGI bedrijve ezoek en Zo kun je we vmbo’er GGI’ers. Ook een bedrijfsb vak en laten Dus plan zijn. een ervaren! campagne. ben je GGI’er te der in het echt eigenlijk n GGI • Uitvoer stuurt er, maar leerlinge de klus en Uitvoerd kort alles van Het heet de he in het d en er zijn het web. Jij weet samen met De branc wel loonwerk genoemnd. Moment spin ineel werkt nauw ook s aan. Je veilig gebeurt GGI wordt n in Nederla je collega’ dat alles of staat en zorgt sen in de GGI bedrijve klus valt eiders De vakmen zo’n 3.000 projectl r 40.000 rd wordt. ongevee uitgevoe staan te springen werken er en zo neperfect bedrijven maar de deze campagmet jou! branche, . Daarom is . aan! branche les mensen t van de nu de n om meer amma? Vraag voor de toekoms het lesprogr eider van alle projecte belangrijk overzicht de slag met en, schrijf je in! • Projectl en ider heb jijWil je aan de planning QR code Als projectle Je maakt gelijk de plek zijn bij het bedrijf. Scan de juiste die lopen mensen op n van de juiste zorgt dat met het aansture en zorgt uitvoerders beslissingen en helpt de de grote is aan het Jij maakt l tevreden hun team. de klant helemaa ervoor dat iedere klus. einde van GGI? je als GGI’e je kiest voor doen als eigenlijk kunt denken. Wat ga je waar je aan beroepen Dit zijn de
Wat doe
FEITEN ONTDEK DEIS EN VAN KENN KRACHT! •
kennisenkracht.nl
Wat is GGI? GGI staat voor Groen, Grond en Infrastructuur en dat is ook precies GGI’ers werken. Ze zorgen waar voor de sportvelden en parken, de planten op de akkers en alle wegen, leidingen, rivieren en kanalen in Nederland. Zelfs als het vriest, zijn de GGI’ers vroeg op om te strooien, zodat jij veilig naar school kan fietsen. Een ontzettend belangrijk beroep dus! Kennis en kracht! Ja, GGI’ers werken met machtige machines, maar de kennis van de GGI’er is net zo belangrijk. Als GGI’er moet je namelijk zorgen dat je omgeving veilig is. Je beschermt de insecten en dieren. En je meet grondlagen millimeter precies op. op de Ja. Er zit echt een talent op die machine. Daarom GGI dus het grote geheim is van kennis én kracht!
Is GGI ook wat voor kennisenkra jou? cht.nl Ga naar kennisenkracht.nl! Deze campagne wordt aangeboden door de sociale partners in de sector Groen, Grond en Infrastructuur door Colland Arbeidsmarkt.
✔ Een online lesprogramma Interactieve plenaire lessen met uitdagende (zelfstandige) opdrachten ✔ Een voorlichtingspakket Bevat fysieke materialen om leerlingen te informeren over de sector GGI ✔ De website www.kennisenkracht.nl Vol met interviews, quizzen, weetjes en meer informatie over de opleidingen en beroepen
(GGI) en gefinancierd
Vakmensen
sociale en door de wordt aangebod en Infrastructuur Deze campagne arkt. Groen, Grond in de sector Colland Arbeidsm partners door fonds nancierd (GGI) en gefi
Ontdek het geheim van kennis en kracht in de LOB-uren. Meld je aan en krijg direct toegang tot het lesprogramma.
Vakmensen
Deze campagne wordt aangeboden door de sociale partners in de sector Groen, Grond en Infrastructuur (GGI) en gefinancierd door fonds Colland Arbeidsmarkt.
Vakmensen
Doe mee en zeg ook 4XNEE Ga het gesprek aan met de klas over discriminatie, racisme en slavernij “Ik word er gewoon echt boos van”, aldus Loïs, een van de leerlingen uit groep 8 van BS De Regenboog uit Hoensbroek. Ze begrijpt niet dat er nog steeds mensen rondlopen die doen aan discriminatie of racisme, “dat vind ik echt heel erg”. Dit gevoel werd onderschreven door de hele klas toen zij het hadden over discriminatie. Uit onderzoek van het Kennisplatform Inclusief Samenleven (KIS) blijkt dat het wetenschappelijk bewezen is dat het goed is om het thema kleur, cultuur, en racistische vooroordelen te bespreken op school. Maar soms is dit een moeilijk onderwerp om aan te snijden voor leerkrachten in de klas. Een belangrijk onderdeel van burgerschap is het herdenken van ons slavernijverleden. Dit jaar markeert de viering dat 160 jaar geleden slavernij is afgeschaft in Nederland. Door kennis te maken met het slavernijverleden en de gevolgen daarvan, worden leerlingen bewust gemaakt van de rol van Nederland in de trans-Atlantische slavenhandel en de impact die deze geschiedenis heeft gehad op de huidige maatschappij. Zo begrijpen ze beter waarom bepaalde groepen mensen nog steeds te maken hebben met discriminatie, racisme en ongelijkheid. En door leerlingen te leren wat discriminatie en racisme zijn en hoe dit nog diep in onze samenleving een rol speelt, kunnen ze dit beter herkennen. Zodoende kunnen ze actieve en kritische burgers worden die bijdragen aan een veilige en inclusieve schoolomgeving.
74
Maak lastige onderwerpen bespreekbaar
Het kwartetspel van 4XNEE dat gaat over slavernij, legt juist de nadruk op deze helden en windt ook geen doekjes om de nare dingen die zijn gebeurd tijdens deze periode in onze geschiedenis. Aldus het KIS is deze negatieve waarheid ook belangrijk om te benadrukken, hoewel lesgeven hierover misschien spannend of moeilijk is. Meester Kenneth Wetzels van De Regenboog heeft dit ook zo ervaren: “Het lesgeven wordt een stuk makkelijker dankzij 4XNEE. Het is een prachtig kwartetspel, dat ook online gespeeld kan worden. Kinderen doen spelenderwijs kennis op over beladen onderwerpen en krijgen de kans om ook hun ervaringen over de thema’s discriminatie, racisme en slavernij te delen in een veilige setting.”
Soms kan het lastig zijn om deze toch wel beladen onderwerpen, aan te snijden in de klas. Maar, leerkracht Thom van der Lubben van De Regenboog heeft zelf ondervonden hoe belangrijk het is om het gesprek aan te gaan in de klas over racisme, discriminatie en slavernij. Thom: “Kinderen horen en zien veel maar niet alles. Daarom is het zo belangrijk hierbij stil te staan. Dat doen we met de bijzondere lesaanpak van 4XNEE. Daarmee laten we zien dat de onderwerpen nog heel aanwezig zijn.”
Aandacht voor helden van kleur Volgens het KIS is het belangrijk om stil te staan bij ons slavernijverleden, maar het perspectief waarmee je dat doet, maakt uit. De focus moet niet alleen liggen op verhalen van slachtoffers van slavernij en kolonisatie maar juist aandacht voor de bijdrage van mensen ‘van kleur’ aan de wetenschap en de kunst. Ook met aandacht voor verzetsstrijders: bijvoorbeeld voor mensen die tot slaaf waren gemaakt en die vochten voor de afschaffing van de slavernij.
TEGEN
DISCRIMINATIE RACISME SLAVERNIJ
4XNEE 4XNEE is een gratis en compleet lesmateriaalpakket voor de bovenbouw PO en onderbouw VO en wordt dinsdag 7 november 2023 landelijk gelanceerd. Het doel van 4XNEE is op een interactieve wijze, middels het alombekende kwartetspel, kinderen kennis bij te brengen over discriminatie, racisme en slavernij. Het spel kan niet alleen fysiek, maar ook digitaal/online gespeeld worden met de 4XNEE Game. Schrijf je in op www.4xnee.nl om het lespakket gratis te ontvangen.
Foto’s Wijnand van Lieshout.
4XNEE is een gratis en compleet lesmateriaalpakket voor de bovenbouw. Het doel van 4XNEE is op een interactieve wijze, middels het alom bekende kwartetspel, kinderen kennis bij te brengen over discriminatie, racisme en slavernij. De kaarten van de drie kwartetspellen zijn gebaseerd op waargebeurde verhalen en sluiten daarbij aan bij de beleefwereld van de leerlingen. Door een spelvorm te gebruiken nemen de motivatie en de betrokkenheid van leerlingen sterk toe. Hierdoor wordt discussie over deze moeilijke onderwerpen gestimuleerd en leren leerlingen open te staan voor iedereen zowel binnen als buiten de klas. Thom: “Dit hebben we ook wel gemerkt in de klas, het gesprek kwam echt goed op gang. En het was makkelijk en tijdbesparend om 4XNEE te gebruiken want iedereen kende de kwartetspelregels al.”
PrimaOnderwijs 75
Een kinderpodcast over de tijd van de pest
Rocco, Sophia en de Zwarte Dood ‘Is dit een soort festival? Doen jullie alsof jullie in de middeleeuwen zitten?’ ‘Wat? We zijn gewoon op de markt. Dit is de Brink.’‘Is dit de Brink? Het ziet er helemaal niet uit als de Brink, hoewel…’ Zowel de luisteraar als de hoofdpersoon Rocco worden terug in de tijd geslingerd. De middeleeuwen! De tijd van ridders, bisschoppen, rovers, boeren, marktlui, jonkvrouwen, paarden, karren, houten huizen, grootse kerken en… de pest. Kinderpodcasts vinden eindelijk hun weg naar de klas. En niet alleen voor de gezelligheid, maar juist ook om van te leren. Rocco, Sophia en de Zwarte Dood is een podcast over de pest waar kinderen zelfstandig of klassikaal naar kunnen luisteren. Er is een verwerking beschikbaar voor extra verdieping. Laat je samen met de kinderen meevoeren naar de veertiende eeuw.
Waarom een podcast? Podcasts worden steeds populairder onder kinderen (en volwassenen). Het biedt het onderwijs een hoop kansen. Er wordt veel onderzoek gedaan naar wat de impact van luisteren is op kinderen, en die blijkt groot te zijn. Luisteren naar een podcast werkt niet alleen ontspannend, het is (onbewust) ook erg leerzaam. Kinderen beschikken over auditieve dominantie: gesproken informatie blijft langer hangen dan 76
schriftelijke informatie. Daarnaast kun je auditieve informatie op een hoger niveau aanbieden dan schriftelijke informatie. We gaan nog even door: luisteren naar een podcast is een uitstekende manier om woordenschat uit te breiden. Ook zet het luisteren naar een podcast aan tot het stellen van vragen en prikkelt het de fantasie van een kind. Bij de opnames van Rocco, Sophia en de Zwarte Dood werd alles uit de kast getrokken. Het hele team hielp mee om passende geluiden te maken. (Foto: Martijn de Vos)
d
illustraties: Jeroen de Leijer
Podcast als ideale geschiedenisles Geschiedenislessen zijn een uitgelezen kans om kinderen mee te voeren naar een andere wereld en een podcast leent zich hier uitstekend voor. En eerlijk is eerlijk, niet iedere leerkracht is een gepassioneerd geschiedenisfan die alles uit de kast haalt om de kinderen mee te trekken de geschiedenis in. Deze verhalende podcast met non-fictie-details helpt daarbij. Bovendien worden kinderen in de podcast serieus genomen en dat is belangrijk: elk onderwerp kun je met kinderen bespreken, maar soms moet je ‘kindertaal’ gebruiken. Het gaat hier niet over het gebruik van verkleinwoorden, maar over het uitdiepen van onderwerpen die echt aangrijpen, waarbij je kinderen helpt de link met het nu te leggen. Een onderwerp als de pest is complex: het is een enge ziekte, het gaat over de dood, pus en builen.
Het verhaal Rocco Romano is de slechtste journalist van Deventer. De omroep waarvoor hij werkt, geeft Rocco op een goede dag een laatste kans om zichzelf te bewijzen: kom met het beste verhaal uit de regio. Wanneer hij speurend naar een verhaal langs een rommelmarkt loopt, verandert zijn leven. Hij vindt er een oude pispot. Wanneer Rocco diep in de pot tuurt, verdwijnt hij erin en komt in de veertiende eeuw weer bij bewustzijn. Rocco ontmoet Sophia, een jong meisje met een ziek broertje. Samen proberen ze Marek te genezen. Rocco en Sophia reizen stad en land af. Onderweg ontmoeten ze bijzondere personages, soms gebaseerd op een bestaand historisch persoon. Kan Rocco zijn kennis projecteren op de
Ik weet alleen dat het besmettelijk is. Het is een ziekte, net als een griepje of hondsdolheid ofzo.’
Rocco, veertiende eeuw
Luisteren maar! Rocco, Sophia en de Zwarte Dood is ontwikkeld door Babylon Audiocollectief en Patsboem! educatief in samenwerking met de VPRO en NPO Zapp. Deze podcast is mogelijk gemaakt door het NPO-fonds. De afleveringen zijn te beluisteren bij Zapp en op je favoriete podcastplatform. Download gratis de handleiding en werkbladen op www.patsboemeducatief.nl/rocco.
middeleeuwen of is dat te vooruitstrevend en geloven ze niks van wat hij zegt? En hoe komt Rocco eigenlijk weer terug naar het nu?
(Gratis) lesmateriaal Om het onderwerp verder uit te diepen, is iedere aflevering voorzien van een werkblad. Ook is er een bronnenblad beschikbaar dat de kinderen nodig hebben om de vragen te kunnen beantwoorden. De kinderen kunnen hier zelfstandig mee aan de slag, maar het leent zich ook voor een klassikale activiteit. Na het luisteren van de podcast en het maken van de werkbladen weten de leerlingen hoe de pest zich verspreidt, wat de symptomen zijn en hoe kwakzalvers rijk probeerden te worden. Ze leren ook over de verschillen tussen de middeleeuwen en nu, de rol van het geloof, godslastering en zondebokken. Deze podcast is een uitgelezen, of beter gezegd uitgeluisterde, kans om een historisch onderwerp aan kinderen uit te leggen.
Muziek De podcast is verrijkt met muziek en liedjes die speciaal voor de podcast geschreven zijn. De muziek is gemaakt door muzikanten die middeleeuwse muziekinstrumenten bespelen, dat is goed te horen in de verschillende afleveringen. Het is interessant om met de kinderen je niet alleen op het verhaal te richten, maar ook op de muziek. De liedjes zijn ook te vinden op Spotify. Het zijn aanstekelijke liedjes, heel geschikt om samen mee te zingen: ‘Dit is het verhaal van Rocco, de slechtste journalist van het land!’
Verder luisteren Raken de kinderen niet uitgeluisterd over historische onderwerpen? Ook de kinderpodcast Op Houten Banden is een dikke aanrader! PrimaOnderwijs 77
Leer slimmer leren!
Voor groep 5 tot en met de brugklas De Wijzer in Leren vertaalt de wetenschappelijke kennis over leren naar de praktijk! Ben jij nieuwsgierig naar hoe leren nu precies werkt? Hoe je het brein van je leerlingen zo optimaal mogelijk kunt benutten? En welke invloed jij en je leerlingen zelf hebben op het (nog) handiger en efficiënter leren? Dan is de Wijzer in Leren iets voor jou! PrimaOnderwijs & Zien in de klas
Wat is de Wijzer in Leren? De Wijzer in Leren is een praktische lessenserie waarmee je op een inspirerende en eenvoudige manier, leerlingen kunt laten ervaren hoe leren écht werkt en welke invloed zij hier zelf op hebben. De plattegrond van leren vormt hierbij het uitgangspunt.
De metafoor van de Legofabriek maakt het proces van leren inzichtelijk Met de kennisoverzichten vergroot je eerst je eigen kennis Iedere les start met een kennisoverzicht voor de leerkracht. Hierin wordt essentiële theorie vanuit wetenschappelijk onderzoek en evidence informed lesgeven begrijpelijk uitgelegd. Het verbindt de theorie aan herkenbare situaties én maakt een koppeling naar dat wat je in de dagelijkse klassenpraktijk kunt doen voor meer leerresultaat.
Tijdens de lessen wordt de plattegrond van leren vergeleken met een Legofabriek. Dit biedt leerlingen een herkenbare metafoor om het leren te begrijpen. Hoe die Legofabriek dan precies werkt? Dat leer je in de lessen en van de animaties bij iedere les.
Alles komt in 1 pakket! De Wijzer in Leren is een compleet pakket. Bij elke les is er een QR-code beschikbaar waarmee je direct toegang krijgt tot alle lesmaterialen.
Met de 11 praktische lessen ga je met je groep actief ‘leren leren’ Leerlingen krijgen inzicht in hun eigen leerproces en leren hoe ze hun leercapaciteiten verder kunnen ontwikkelen. Onderwerpen die aan bod komen zijn onder andere neuroplasticiteit, cognitieve belasting, actief ophalen en dubbele codering. De lessen duren ongeveer 45 à 60 minuten per les.
De Wijzer in Leren komt eind dit jaar uit. Ontvang jij hem als eerste? Plaats dan nu een pre-order en ontvang de Wijzer in Leren in de week van 4 december. Bestel hem hier: www.zienindeklas.nl/webwinkel
DE LEBA NOTECART ECONOMICA 32+ NU VOOR EEN SUPERSCHERPE PRIJS! NU €1.195,incl. BT
• Super solide laptopkar voor 32 devices tot en met 15,6 inch. • Gesegmenteerd opstarten tegen overspanning. • Smart Cycle laden met druppellading als de laptop vol is. • Slim kabel management systeem. • Grote wielen voor eenvoudig vervoer. • Voorzien van adapterhouders. 10 jaar garantie op de kar en 5 jaar op de elektronica! Nu voor € 1.195,- inclusief BTW en transport!
Bestellen? www.educatheek.nl/laptopkarren Bestelnummer Educatheek: 1480-00348 Leba NoteCart Economica 32+
*Deze aanbieding is geldig t/m 31 december 2023.
W
WIJ ZIJN ER K L A A R VO O R !
Jij ook?
Ga op onderzoek uit!
Een superleuke game!
Speel de gratis Go VMBO game en kom alles te weten over het voort gezet onderwijs en het vmbo. Ontdek talenten en interesses tijdens een ontdekkingstocht op de eerste schooldag. Stel vragen aan leerlingen en docenten én los puzzels op in lokalen. Ouders en leerkrachten vinden op de website govmbo.nl meer informatie over het vmbo.
govmbo.nl advertentie 192x285.indd 1
04-09-2023 10:55